De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Inhoudsopgave
Inleiding
2
Nostalgisch verlangen
2
Het ontstaan van Ostalgie onder de voormalige DDR-bevolking
3
Herwaardering materiële cultuur
4
Musealisering van het DDR-verleden
6
Onderzoek
8
Hoofdstuk 1. Het DDR-Museum: museale benadering en bezoekersonderzoek
10
Het DDR-museum
10
Ontwikkeling van het museum
11
De opstelling
13
Bezoekersonderzoek
15
Hoofdstuk 2. De Gedenkstätte Berliner Mauer: museale benadering en bezoekersonderzoek
26
Gedenkstätte Berliner Mauer
26
Beschrijving van de Gedenkstätte Berliner Mauer
28
Bezoekersonderzoek
31
Hoofdstuk 3. Verschillen enovereenkomsten
40
Beleving
40
Authenticiteit
43
Educatie
45
Emoties en herinnering
46
Conclusie
48
Literatuurlijst
51
Bijlagen
55
1
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Inleiding
Het is 2003 en de Duitse Tragikomedie Goodbye Lenin, geregisseerd door Wolfgang Becker, is net uit. De film, die verhaalt over de Oost-Duitse familie Kerner, is een enorm succes. Wanneer zoon Alexander in 1989 gearresteerd wordt bij een demonstratie, is zijn moeder zo geschokt dat haar zoon een vijand van het socialisme is dat zij een hartaanval krijgt en in coma raakt. Pas acht maanden later ontwaakt zij hier uit, waardoor ze de val van de Muur niet heeft meegekregen. Omdat zij danig is verzwakt en een emotionele schok niet zou overleven, probeert Alexander te verbergen dat de DDR niet meer bestaat. Om dit te bewerkstelligen probeert hij de DDR voort te laten bestaan in haar slaapkamer. Hij gaat op zoek naar producten van toen, die steeds moeilijker te vinden zijn, en maakt televisieshows en nieuwsberichten na. Aan het eind van de film constateert Alexander dat hij eigenlijk een DDR aan het creëren was zoals hij die graag had gehad. Onder nieuwe omstandigheden waarin er geen DDR meer bestond creërde hij voor zichzelf en zijn moeder een nieuwe wereld waarin alles was zoals het in zijn jeugd had moeten zijn, met een gelukkig familieleven. Zijn versie van de DDR was gebaseerd op leugens. Deze boodschap van Becker, namelijk dat de eigen geschiedenis niet hersteld kan worden zonder dat dit leidt tot nog meer leed, wordt niet gehoord. Volgend op het succes van de film verschijnen er diverse televisieshows met de DDR als thema. Het decor is aangekleed in de stijl van de DDR, helden van toen verschijnen als gast en er is een quiz met allerlei wetenswaardigheden uit die tijd.1 Ook deze shows zijn ongekend populair en er ontstaat een ware Ostalgie Welle. Het is een apart fenomeen, burgers uit het voormalige Oost-Duitsland, die indertijd niets liever wilden dan bij het Westen horen, verlangen terug naar de DDR. Dit verlangen komt tot uiting in hergebruik van de materiële cultuur van de DDR. Deze materiële cultuur krijgt andere functies en komt zelfs terecht in het museum. Om dit te begrijpen ga ik onderzoeken welke ontwikkeling de Ostalgie heeft doorgemaakt. Als eerste richt ik mij op de bijzondere omstandigheden waarin Ostalgie kan ontstaan, vervolgens op de bijzondere vorm die het aanneemt en ten slotte hoe het in musea terecht is gekomen.
Nostalgisch verlangen In de jaren 1990 werd nostalgie beschouwd als een ziekte, die bestreden kon worden met een gezonde dosis frisse berglucht. Tegenwoordig richt nostalgie zich op een tijdperk dat voorbij is en definitief ontoegankelijk is geworden. Het betreurt de niet-gerealiseerde dromen van het verleden; de idealen van vroeger zijn door de tijd ingehaald en de nieuwe idealen blijken niet zaligmakend. Deze kijk op nostalgie is 1
J. Jozwiak, E. Mermann, '"The Wall in our minds?" Colonization, Integration and Nostalgia', in: The Journal of Popular Culture, 39:5 (2006), 783
2
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? verbonden met het moderne leven. Sinds het begin van de Franse Revolutie zijn er continue ontwikkelingen in het sociaal-economische en politieke leven.2 Het nostalgisch verlangen is vaak gebaseerd op de wens het verleden te behouden als gevolg van radicale veranderingen. De terugkeer naar het lokale is vaak een reactie op globalisering3. Nostalgie is een rebellie tegen het modernisme. Het begrip Ostalgie is een samenvoeging van de woorden 'Ost' en 'Nostalgie'. Het is een verlangen naar de verdwenen DDR-periode. Sinds 2000 is er een explosie van Ostalgie. Er zijn Ossi-disco's, men drinkt Oost-Duits bier en men draagt uniformen uit de DDR. De producten uit voormalig Oost-Duitsland worden gecommercialiseerd en het dagelijks leven in de DDR gemuseumficeerd4. Maar waar komt deze Ostalgie Welle vandaan?
Het ontstaan van Ostalgie onder de voormalige DDR-bevolking Al voordat Ampelmänchen in de souvenirwinkels lagen was er sprake van nostalgische gevoelens ten opzichte van het voormalige Oost-Duitsland. Deze gevoelens kwamen met name voor bij burgers die in de DDR hadden gewoond en de tijd bewust hadden meegemaakt. Een veelgebruikte verklaring voor het gevoel van verlies dat de voormalige DDR-bevolking ervaart is het feit dat in 1989 de staat waarin zij leefden plotsklaps verdween. De Duitse hereniging was min of meer een West-Duitse overname. Professor Petra Rethmann, gespecialiseerd in culturele antropologie, spreekt ook wel over 'Kohl-onization'5. Dit is een verwijzing naar Helmut Kohl, de bondskanselier van de voormalige Bondsrepubliek ten tijde van de hereniging. Na de Duitse hereniging bleef Kohl bondskanselier en kreeg zodoende ook de leiding over het voormalige Oost-Duitsland. Dit versterkte het gevoel dat het voormalige Oosten zich moest assimileren aan het voormalige Westen. Alle kaders waarbinnen het leven zich afspeelde leken verdwenen, en velen hadden het gevoel dat samen met de staat ook hun eigen identiteit verdween: hun verleden, de symbolen en rituelen misten opeens legitimiteit6. Burgers moesten een plaats vinden in een voor hen onbekende maatschappij en omgaan met een nieuw systeem 7. Weinigen verlangden terug naar het Stalinistische politieke systeem, maar een meerderheid miste de legitimiteit van het verleden8. De druk die zij ervoeren om zich zo snel mogelijk aan te passen aan het herenigde land botste met het verlangen om een stuk van de eigen identiteit te behouden. Dit had nostalgische gevoelens als gevolg. Het was een verzet tegen de absorbatie en denigratie van hun eigen cultuur9. Volgens journalist Steven Zeitchik is Ostalgie voor mensen boven de 2
I. Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', in: Groniek (Groningen 2005), 520 Jozwiak, Mermann, "The Wall in our minds?", 785 4 D. Berdahl, ''(N)Ostalgie' for the present: Memory, longing, and East German things', in: Ethnos 75:1 (2010), 192-193 5 P. Rethmann, 'Post-communist ironies in an East German hotel', in: Anthropology Today 25:1 (2009), 23 6 Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 528 7 M. Blum, 'Remaking the East German Past; Ostalgie, Identity, and Material Culture', in: The Journal of Popular Culture 34:3 (2000), 231 3
8
Ibidem
9
Jozwiak, Mermann, "The Wall in our minds?", 783-785
3
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? veertig een manier om te zeggen, “wij waren ook ooit een natie. We hadden ook onze eigen ideeën en onze eigen vakanties”10. Historicus en politicoloog Tames, werkzaam bij het NIOD, schrijft in haar artikel 'Ostalgie, nostalgie, en het tastbare verleden' dat de voormalige inwoners van de DDR de westerse kapitalistische consumptiemaatschappij zijn gaan zien als de socialistische belofte. De socialistische propaganda legde de nadruk op productie, consumptie en overvloed. Maar deze beloftes van de communistische heilstaat werden tijdens de DDR niet ingelost, er was geen echte rijkdom en consumptiebehoeften bleven onvervuld. Doordat deze beloftes niet werden ingelost, werd het geromantiseerde reclamebeeld van het Westen als overvloedige consumptiemaatschappij des te aantrekkelijker11. Na de Duitse hereniging in 1990 vielen deze dromen snel in duigen. Na de Wende bleef OostDuitsland qua inkomen, consumptievermogen en productie achter bij het Westelijke deel. De Westerse producten konden geen gevoel van voldoening geven en veel voormalig Oost-Duitsers voelden zich bedrogen12. Jozwiak en Mermann stellen in hun artikel The Wall in Our Minds? dat de economische crisis midden jaren 1990 de teleurstelling in de nieuwe staat heeft versterkt. Volgens hen grepen de inmiddels gedesillusioneerde voormalige Oost-Duitsers terug op het verleden als een verdedigingsmechanisme tegen de onzekerheden van de snelle politieke en economische veranderingen. De economische crisis maakte de sociale en culturele tegenstellingen en het falen van de snelle integratie nog groter13. De voormalig OostDuitse burgers dachten niet werkelijk dat het in de periode van de DDR beter was, maar ze verlangden terug naar de dromen van het verleden, naar de fantasieën en verlangens die ooit mogelijk leken14.
Herwaardering materiële cultuur Een manier om deze verlangens te uitten werd gevonden in de materiële cultuur van de DDR. Volgens antropologe Daphne Berdahl is dit niet zo gek. In haar artikel (N)Ostalgie for the present: Memory, longing, and East German things stelt zij dat in de industriële maatschappij die de DDR was, het privéleven nauw verbonden was met het politieke leven. Arbeid speelde hier een centrale rol in. In een poging om meer grip te krijgen op het privéleven van zijn burgers, maar ook vanuit een functionalistisch ideaal om een totale focus op de meest efficiënte vorm van arbeid, stationeerde de staat steeds meer functies rond de socialistische werkplaats. Zo waren er een supermarkt en een dokterspost, verzorgde men de kinderopvang en bood men familiemaaltijden aan. De werkplaats in de DDR was zo een symbolische ruimte geworden waar gemeenschappelijke en nationale verbondenheid centraal stond15. Na de Duitse hereniging werden
10
S. Zeitchik, 'German Ostalgie, fondly recalling the bad old days', in: The New York Times (2003) Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 533 12 Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 533 13 Jozwiak, Mermann, "The Wall in our minds?", 785 14 Ibidem 15 Berdahl, ''(N)Ostalgie' for the present', 194 11
4
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? veel voormalig Oost-Duitsers werkloos. In een samenleving waar arbeid centraal had gestaan, zorgde dit voor een minderwaardigheidscomplex16. Volgens Martin Blum had de plotselinge herwaardering voor de materiële cultuur van de DDR te maken met de gedeelde kennis die voor de Oost-Duitse consument noodzakelijk was. Waar in het Westen de merknaam van een product van belang was voor de consument om het ene product van het andere te onderscheiden, was dit in de communistische planeconomie van de DDR anders. Richtlijnen gaven aan dat zowel ontwerp als tekst op de verpakking minimaal moesten zijn. Dit had als gevolg voor de consument dat het geen informatie kreeg over de kwaliteit van het product; de karige verpakking was standaard, prijzen en inhoud stonden vast. De kwaliteit was door de schaarste echter niet gegarandeerd. Door dit gebrek aan marketing werd de Oost-Duitse consument gedwongen zelf een ‘productbiografie’ van goederen samen te stellen. Daarvoor hadden zij een grote hoeveelheid aan gedeelde kennis nodig, waardoor de 'biografieën' in nauw verband stonden met het dagelijkse individuele en sociale leven17. Zij hadden de biografieën immers nodig om meer kennis te verkrijgen over producten die van invloed waren op hun dagelijks leven, en deelden deze kennis met hun sociale omgeving. Na de val van de Muur verdwenen de Oost-Duitse producten van de markt en hadden de OostDuitsers de gedeelde kennis die zij in de loop der jaren hadden vergaard niet meer nodig. De producten werden gezien als inferieur aan hun Westerse tegenhangers. Slechts een aantal jaar later kwamen echter de meest onwaarschijnlijke producten weer in terugkomst, oude merken kregen een cultstatus. Niet vanwege de kwaliteit of gebruiksvriendelijkheid, maar volgens Blum vanwege de identiteit waar ze aan herinnerden18. Dit blijkt ook uit het feit dat de oude producten nieuwe vormen aannamen. Zo werden er afbeeldingen van producten afgedrukt op postkaarten en T-shirts. Tames is het hierin met Blum eens. Zij stelt dat de producten in de nieuwe context worden gebruikt om een groepsidentiteit te creëren bij mensen die zich de oude context nog herinneren. Voormalige inwoners uit de DDR kunnen zich zo onderscheiden van hun Westerse landgenoten die de kennis om te overleven in een planeconomie ontberen. Op deze manier kunnen zij zichzelf afschermen en verzetten tegen het Westen. De nieuwe functie van de oude consumer culture zorgt ervoor dat de breuk met het verleden minder absoluut gevoeld wordt19. Ook Berdahl sluit zich bij deze opvattingen aan. Volgens haar was het wegvallen van de staat en de daarmee gepaard gaande onzekerheid over de eigen identiteit een trauma voor de voormalige Oost-Duitse bevolking. Het terughalen van oude producten en gebruiken om daarmee een gezamenlijke identiteit te vormen verzachtte dit trauma enigszins. Hiermee werd er onder nieuwe omstandigheden zonder DDR een nieuwe wereld gecreëerd waarin alles was zoals het had moeten zijn20. Dit maakt duidelijk dat Ostalgie een
16
Ibidem, 198-199 Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 529-531 18 Blum, Remaking the East German Past, 230 19 Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 531 20 Tames, 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', 525-526 17
5
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? verlangen is naar het verleden niet zoals het was, maar zoals het had kunnen zijn. Een verlangen naar een ideaal verleden. De producten krijgen een nieuwe betekenis nu ze niet meer zijn verbonden met schaarste en onderdrukking. Op deze manier herinneren de producten aan een DDR die nooit heeft bestaan21. Er is een grote herwaardering voor en reproductie van typische DDR-producten. Ze worden hergeproduceerd en afgebeeld op postkaarten en T-shirts. Een indicatie van het belang en de populariteit van de Ostalgie artefacten is dat deze niet enkel meer tot de voormalige Oost-Duitsers toebehoort, maar wijdverbreid is onder consumenten. Grote Westerse bedrijven gaan deze artefacten ook produceren. Het exotische van een verdwenen staat maakt de producten geliefd. Zo wordt Ostalgie tot een enorm winstgevende industrie en wordt een socialistische herinnering gebruikt voor kapitalistische doeleinden. Mensen worden door middel van een marketingstrategie aangepraat te verlangen naar iets dat zij verloren zouden zijn. Naast OostDuitsers zijn met name jongeren en toeristen groot afnemers van de ostalgische producten. De originele producten zijn echter na de hereniging bijna allemaal verdwenen. De producten die de hereniging wel hebben overleefd in musea terecht zijn gekomen, om te voorkomen dat ze alsnog zouden verdwijnen. De originele voorwerpen maakten dus vlak na de val van de Muur een ontwikkeling door van alledaags gebruiksvoorwerp tot museumstuk.
Musealisering van het DDR-verleden "Die DDR gehört ins museum!". Met deze leus onderstreepten Duitse musea na de Duitse hereniging dat het DDR-tijdperk definitief tot het verleden behoorde22. Vrijwel direct na de hereniging kwamen er discussies over de vraag hoe omgegaan diende te worden met de herinnering aan deze verdwenen staat23. De regering van het nieuwe herenigde Duitsland heeft een actieve rol gespeeld in deze discussie. Met staatssteun werden er officiële herinneringsplaatsen in de vorm van musea, monumenten en gedenktekens opgericht. Hier werd de focus gelegd op het onderdrukkende regime van de Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED). Al snel werd echter duidelijk dat veel gewone burgers deze visie op het DDR-verleden niet deelden. Er ontstonden levendige discussies over hoe 'de erfenis van de DDR' herinnerd en gepresenteerd diende te
21
Berdahl, ''(N)Ostalgie' for the present', 198 I. Lazda, ‘The Alltag Becomes Alltagsgeschichte: The Haus der Geschichte in Lutherstadt Wittenberg and the DDR Museum Berlin’, in: S. Figge, en J. Ward (ed.), Reworking the German past : adaptations in film, the arts, and popular culture (New York 2010), 203 23 D. Berdahl, ‘Expressions of Experience and Experiences of Expression’, in: Anthropology and Humanism, 30:2 (2005), 157. 22
6
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? worden24. Deze discussies werden gevoed door de verschillen tussen persoonlijke herinneringen en het beeld dat in de officiële herinneringsplaatsen werd gecreëerd25. Doordat velen zich niet konden vinden in het beeld dat door de officiële herinneringsplaatsen werd geschetst ontstonden er volgens Irene Ladza Alltagsmusea als tegengeluid. Deze musea richten zich op de materiële cultuur en het dagelijks leven in de DDR. Het is de bedoeling dat de bezoeker het beeld dat hier van de DDR wordt geschetst kan toetsen aan zijn eigen kennis, ervaringen en herinneringen26. Bij officiële herinneringsplaatsen wordt dus veelal de focus gelegd op het verhaal van het politieke aspect van de DDR, terwijl in Alltagsmusea juist de materiële cultuur en de bijbehorende objecten centraal staan. In sommige officiële musea, zoals het Haus der Geschichte, wordt wel aandacht besteed aan het dagelijks leven in de DDR, maar dit dagelijks leven wordt dan wel vanuit een politieke context belicht. Het Dokumentationszentrum Alltagskultur was het eerste Alltagsmuseum; het opende in 1993 in Eisenhüttenstadt zijn deuren. In het museum staan de objecten centraal, en niet het verhaal, zodat de bezoeker zelf tot denken wordt gezet27. Historicus Andreas Ludwig was betrokken bij de oprichting van het museum en tot 2012 directeur. In Representations of the Everyday and the Making of Memory: GDR History and Museums schrijft hij dat ook hij een kloof waarneemt tussen het beeld dat van de DDR wordt geschetst in officiële herinneringsplaatsen en de persoonlijke herinneringen van voormalig Oost-Duitsers. Wanneer de Alltagsgeschichte meer geïntegreerd wordt in de officiële herinneringsplaatsen zou deze kloof volgens hem gedicht kunnen worden. Volgens Berdahl, die de bezoekersreacties op een tentoonstelling in een staatsmuseum onder de loep heeft genomen, kunnen sommige Oost-Duitsers zich niet identificeren met de focus op de onderdrukking en zien zij officiële herinneringsplaatsen als een West-Duitse interpretatie. Veel Oost-Duitsers accepteerden niet dat hun geschiedenis werd gereduceerd tot 'Stasiland'28. Het is echter niet alleen deze groep die commentaar heeft op de officiële musea. Ook bij mensen die niet in de DDR hebben geleefd, groeide het besef dat er meer moest zijn geweest dan enkel het onderdrukkende regime van de SED. Er moest ook een geschiedenis zijn van mensen die in de DDR leefden, werkten, naar school gingen en plezier maakten29. Na de opening van het Dokumentationszentrum Alltagskultur in Eisenhüttenstadt volgden er soortgelijke, veelal private, initiatieven. Deze musea focussen zich op de materiële cultuur van de DDR, in de veronderstelling dat in de materiële wereld onder andere politiek, cultuur, sociale verhoudingen en het 24Ibidem,
, 157-158. N. Hodgin en C. Pearce, 'Introduction', in: The GDR Remembered: representations of the East German State since 198, (New York 2011) 2-3 26 Ladza, 'The Alltag Becomes Alltagsgeschichte', 203 27 S. Arnold-de Simine, '”The spirit of an epoch is not just reflected in pictures en books, but also in pots and frying pans”: GDR Museums and memories of everyday life', in: N. Hodgin en C. Pearce (ed.), The GDR Remembered: representations of the East German State since 1989 (New York 2011), 101-102 28 Ladza, 'The Alltag Becomes Alltaggschichte', 205 29 Ibidem 25
7
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? dagelijks leven tot uiting komen en sterk met elkaar verweven zijn30. Juist vanwege de schaarste en de gedateerdheid van de typische DDR-producten, maken de materiële overblijfselen van deze verdwenen staat een belangrijk deel uit van zowel de Oost-Duitse cultuur als van de individuele herinnering van veel Oost-Duitsers.
Onderzoek We kunnen dus constateren dat na de val van de Muur de typische DDR-producten een cultstatus hebben verkregen. Deze zijn veelal in private Alltagsmusea beland, die ontstonden als reactie op de officiële herinneringsplaatsen. Veel mensen konden zich niet vinden in het beeld dat hier van de DDR geschetst werd. In mijn onderzoek ga ik mij bezighouden met de verschillende manieren van herinneren tussen officiële herinneringsplaatsen en private musea die zich met name richten op de materiële cultuur. Door de verschillende manieren waarop de DDR in musea en monumenten gepresenteerd wordt te onderzoeken kan er inzicht worden verworven in de discussie over de omgang met en de herinnering aan de DDRgeschiedenis. Om dit concreet te maken zal ik mij richten op twee specifieke herinneringsplaatsen, namelijk het private Alltagsmuseum DDR Museum Berlin en de officiële gedenkteken Gedenkstätte Berliner Mauer. Laatstgenoemde is opgericht door de staat. Hiertoe is het initiatief vlak na de Duitse hereniging genomen. Het Gedenkstätte richt zich, zoals de naam al aangeeft, op de Berlijnse Muur en valt daarmee in de categorie herinneringsplaatsen die zich richten op het politieke aspect van de DDR. Het DDR Museum, dat pas is opgericht in 2006, is een private onderneming en richt zich op het dagelijks leven in de DDR. Tegenwoordig wordt er ook aandacht geschonken aan het regime van de DDR, maar de nadruk ligt nog steeds op het behoud van de materiële cultuur van de DDR. Om inzicht te krijgen in hoe de verschillende manieren van presentaties in de Gedenkstätte Berliner Mauer en het DDR-Museum invloed hebben op de manier waarop de DDR herinnerd wordt heb ik bij beide een bezoekersonderzoek gehouden. In dit onderzoek heb ik bezoekers gevraagd welke associaties zij hebben bij de DDR, waar hun interesse in de DDR vandaan komt, hun verwachtingen en ervaringen bij respectievelijk het museum en het gedenkteken en of zij beide instellingen een goede afspiegeling van de DDR vonden. Ook heb ik hen gevraagd of zij nostalgische gevoelens ervaarden tijdens hun bezoek. Uit de uitkomst bleek dat deze vraag verkeerd geformuleerd is. Zij die deze vraag met 'ja' beantwoord hebben, refereren veelal naar herinneringen die het museum of gedenkteken bij hen oproept. Het gaat hier dus meer om een geëngageerde en persoonlijke omgang met het verleden dan om nostalgie.
30
J. Segal, en U. Balbier, ‘Introduction’, in: J. Segal, C. Cuevas-Wolf en U. Balbier (ed.), East German Material Culture and the Power of Memory (Washington 2011), 8.
8
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Voor mijn onderzoek ben ik vier dagen naar Berlijn geweest en heb zowel het DDR-Museum als het Gedenkstätte Berliner Mauer bezocht. Omdat het interviewen van bezoekers teveel tijd in beslag zou nemen heb ik hen gevraagd een vragenlijst in te vullen. Dit heeft 107 enquêtes opgeleverd, waarvan er 57 door bezoekers van het DDR-Museum zijn ingevuld en vijftig bij het Gedenkstätte Berliner Mauer.
9
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Hoofdstuk 1: Het DDR-Museum: museale benadering en bezoekersonderzoek
In East Germany kids were put through collective potty training, engineers earned little more than farmers and everyone, it seems, went on nudist holidays. Such are the fascinating nuggets you’ll learn at the small, interactive DDR (Deutsche Demokratische Republik) Museum dedicated to teaching the rest of us about daily life behind the Iron Curtain. Small and delightfully interactive, this is where you can turn the ignition key of an authentic Trabant car or learn how to dance the Lipsi, the GDR’s answer to rock ‘n’ roll. A must for Good Bye Lenin! fan.31
Bovenstaande tekst is de omschrijving van het DDR-Museum op de website van Lonely Planet. Gelegen in het centrum van Berlijn, tegenover het Museum Insel, naast de Berliner Dom en aan de Spree is het voor toeristen een bijna niet te missen locatie. Qua museale benadering staat het museum lijnrecht tegenover de Gedenkstätte Berliner Mauer. Waar laatstgenoemde een officieel herinneringsmonument is dat zich met name richt op de politieke onderdrukking van het DDR-regime, is het het DDR-Museum een private en commerciële onderneming die de focus legt op het dagelijks leven in de DDR. Door deze focus wordt de DDR minder 'eng' gemaakt. Naast het feit dat het museum als doel heeft om mensen iets te leren over het DDR-verleden, draait het bij de commerciële onderneming ook om winst maken. Dit zorgt ervoor dat het museum nadrukkelijk inspeelt op de wensen en verwachtingen van de bezoeker. Om deze reden sluit het museum aan bij het moderne concept dat een museum zowel educatie als entertainment biedt.32 Het is interactief, je kunt zelf op ontdekkingstocht door allerlei kasten en laden te openen.
Het DDR-Museum Toen de West-Duitser Peter Kenzelmann tijdens een bezoek aan Berlijn tevergeefs zocht naar een museum waar het dagelijks leven in de DDR centraal stond, ontstond bij hem het idee voor het huidige DDR-Museum. Dat was in 2003, het moment waarop de Ostalgie-rage op haar hoogtepunt was. Drie jaar later opende hij het DDR Museum Berlin, een commerciële onderneming, onafhankelijk van overheidssubsidies. "Het DDRMuseum probeert een zo compleet mogelijk beeld te geven van de DDR. Om een tijdperk volledig te kunnen begrijpen is het noodzakelijk meer te weten over het dagelijks leven van de mensen die in dat tijdperk leefden", aldus de huidige directeur Robert Rückel in het voorwoord van de museumgids. Volgens hem is er een grote algemene interesse voor het dagelijks leven in de DDR-tijd, wat bevestigd wordt door 31
Website: Lonely Planet. Geraadpleegd op 15-01-2013 via http://www.lonelyplanet.com/germany/berlin/sights/museums-galleries/ddr-museum 32 B. Hwang, Constructing the Communist Other: A Comparative Study of Museum Representations of Communism, (Budapest 2009) , 4.
10
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? het grote aantal bezoekers dat het museum trekt. Het museum staat zesde op de lijst van meest bezochte musea in Berlijn en in december 2013 werd de drie miljoenste bezoeker sinds de opening verwelkomd.33 Volgens de statistieken op de website bezoeken de meeste mensen het museum op aanbeveling van eerdere bezoekers, wat aantoont dat veel bezoekers het museum zeker de moeite waard vonden.34 Sommigen vinden de term 'museum' in de traditionele opvatting misleidend wanneer voor het DDR-Museum. Dit komt doordat de belangrijkste doelstelling niet het verzamelen van objecten om verdere historische kennis te vergaren is. De begeleidende informatie bij de objecten is minimaal en het is de bezoeker toegestaan de objecten aan te raken. Het doel is om de bezoekers een ervaring te bieden, meer dan gedetaileerde informatie; het draait meer om 'infotainment' dan om kennis. Volgens Arnold de-Simine heeft het meer weg van een themapark dan van een museum.35
Ontwikkeling van het museum Sinds de opening van het museum in 2006 zijn de bezoekersaantallen hoog en de bezoekersrecensies positief. De museale benadering van het DDR-Museum keert zich tegen het 'top-down' perspectief van de officiële musea door het verhaal te tonen van inwoners van de DDR, voor wie politieke zaken niet altijd dominant aanwezig waren in het dagelijks leven. Thema's die aan bod komen zijn bijvoorbeeld werk, vervoer, educatie, entertainment, producten, sport en vrije tijd. Hierdoor kreeg het museum echter ook veel kritiek. In 2005 werd er door de commissaris van Cultuur en Media een commissie van experts samengesteld om richtlijnen te creëren voor omgang met het DDR-verleden. Daarbij moest de weerstand en oppositie tegen de SED-dictatuur speciale aandacht krijgen.36 De commissie is vernoemd naar zijn voorzitter, Martin Sabrow. Sabrow is een historicus en politocoloog, directeur van het Zentrums für Zeithistorische Forschung in Potsdam en professor Nieuwste en Contemporaine geschiedenis aan de Humboldt Universiteit Berlijn. De commissie stelde in zijn rapport in 2006 dat er een behoefte was aan een sterkere nadruk op het verzet in de DDR. Hieruit komt ook de kritiek op het DDR-Museum in het rapport voort. De Sabrowcommissie stelde dat de focus op het dagelijks leven te veel afleid van de politieke context.37 Dit hangt samen met de angst van de Senaat van Berlijn voor de plotselinge Ostalgie-rage.38 Ook Gabrielle
33
Website: DDR Museum Berlin, Press Releases. Geraadpleegd op 07-01-2014 via: http://www.ddrmuseum.de/src/pressemitteilungen/pressrelease-53.pdf 34 Hwang, Constructing the Communist Other, 26 35 S. Arnold-de Simine, ‘”The Spirit of an Epoch Is Not Just Reflected in Pictures and Books but Also in Pots and Frying Pans”: GDR Museums and the Memories of Everyday Life’, in: N. Hodgin en C. Pearce (ed.), The GDR Remembered: representations of the East German State since 1989 (New York 2011), 106-107 36 Website: Bundesstiftung Aufarbeiting, Empfehlungen der Expertenkommission. Geraadpleegd op 03-03-2014 via: http://www.bundesstiftung-aufarbeitung.de/downloads/pdf/sabrow-bericht.pdf. 37 S. Arnold-de Simine, 'The Spirit of an Epoch', 100-101 38 I. Lazda, ‘The Alltag Becomes Alltagsgeschichte: The Haus der Geschichte in Lutherstadt Wittenberg and the DDR Museum Berlin’, in: S. Figge, en J. Ward (ed.), Reworking the German past : adaptations in film, the arts, and popular culture (New York 2010), 205
11
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Camphausen, hoofd van het departement politieke educatie van de vereniging "Berliner Mauer – Gedenkstätte und Dokumentationszentrum e.V.", is van mening dat de politieke context te weinig vertegenwoordigd is in het museum. Zij stelt dat bezoekers het museum kunnen verlaten met het idee dat de DDR een enigzins bizarre staat in de twintigste eeuw was. Het wordt volgens haar niet duidelijk dat de DDR een brute dictatuur was. Rudolf Trabold, woordvoerder van het Deutsch Historisches Museum, trekt het nut van een museum van hetzelfde niveau als de film 'Goobye Lenin' in twijfel. Het museum herbergt veel DDR-producten, maar de context ontbreekt. Volgens hem lijkt het hierdoor alsof het museum wil zeggen: 'goh, was het niet leuk allemaal?'.39 Ook directeur van het Hohenschönhausen Memorial, Hubertus Knabe, doet een duit in het zakje. Hij stelt dat het museum de DDR presenteert als een "grootschalig sociopolitiek experiment en niet als een onmenselijke dictatuur".40 In de zomer van 2010 kwam het museum eindelijk met een antwoord op de kritieken. After evaluating the feedback of our visitors and debating with colleagues from other institutions, we recognized together with an advisory committee consisting of renowned experts: Some topics are underrepresented in the current exhibition. (…) The visitors will find for example economy, state, party, military, sister states and ideology in the new part of the exhibiton. Further, topics like the state security are shown more detailed,41 De expositieruimte werd vervolgens verdubbeld en de politieke en economische achtergrond kreeg in begeleidende teksten meer aandacht. Ook werd er aandacht geschonken aan voorheen 'vergeten' onderwerpen, zoals het milieu, de slechte ecologische situatie in de DDR en de staatscensuur die werd opgelegd aan media, schrijvers en wetenschappers. Door in de nieuwe tentoonstellingsruimte aandacht te besteden aan de SED en de Stasi wil het DDR-Museum laten zien dat het meer wil zijn dan slechts een vermakelijke toeristische attractie. Ook de donkere kanten van de DDR worden naar eigen zeggen nu belicht. De vernieuwde tentoonstelling van het DDR Museum biedt bezoekers van verschillende komaf de mogelijkheid om voorkennis, persoonlijke herinneringen en visies te koppelen aan een breder en meer politiek perspectief op de DDR-geschiedenis.42 Centraal staat nu de gedachte dat mensen een normaal leven probeerden te leiden binnen de politieke en sociale context die hen door de staat werd opgelegd. Zo is er bijvoorbeeld een diorama met een stuk Berlijnse Muur met bewaking en wachttorens, want ook dat hoorde voor velen bij het dagelijks leven. Ook wordt er in begeleidende teksten bij objecten aandacht geschonken aan de politieke achtergrond en de invloed van de staat op het dagelijks leven. Een voorbeeld hiervan is een begeleidende tekst bij een product
39
Hwang, Constructing the Communist Other, 90-92 Arnold-de Simine, ‘The Spirit of an Epoch’, 96-97 41 Website: DDR Museum Berlin, Press Releases. Geraadpleegd op 06-01-2014 via: http://www.ddrmuseum. de/src/pressemitteilungen/pressrelease-32.pdf 42 Lazda, ‘The Alltag Becomes Alltagsgeschichte’, 216 40
12
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? zoals wasmiddel, waarbij aangegeven wordt dat veel producten vanwege de schaarste nauwelijks te verkrijgen waren. Je kunt je echter afvragen of de aanpassingen als antwoord op het Sabrow-rapport gezien moeten worden. De oorspronkelijke ideologie van Kenzelmann was om de focus op het dagelijks leven in de DDR te leggen, en te laten zien dat er meer was dan alleen de SED en de Stasi. Door de tentoonstellingsruimte te verdubbelen en toch aandacht aan deze onderwerpen te schenken vertelt het museum wel een completere verhaal, maar druist het in tegen Kenzelmanns idee. In bovenstaande brontekst staat dat de aanpassingen onder meer zijn gedaan naar aanleiding van de bezoekersreacties. De bezoekers en de daarmee gepaard gaande inkomsten, zijn essentieel voor het voortbestaan van het museum.43 Hieruit kun je concluderen dat er is ingespeeld op de vraag van de bezoeker, waarbij commercie en winst maken de belangrijkste drijfveren zijn geweest.
De opstelling Het interieur wordt bepaald door miniatuur appartementgebouwen, de Plattenbau die zo kenmerkend was voor de DDR. De miniaturen delen de ruimte in en dienen tegelijkertijd als vitrinekast. Ze ogen grauw en sober, net als de echte Plattenbau. De miniaturen bevatten lades en deuren die je, wanneer je ze opent, een inkijkje geven in het dagelijks leven dat zich achter die muren afspeelden.44 Je kijkt letterlijk bij mensen naar binnen. De originele gebruiksvoorwerpen, diorama's en foto's nemen de bezoeker mee terug naar de DDR. Gepaard gaande met deze interactieve opstelling zijn de korte begeleidende teksten. De bezoeker wordt zo aangespoord 'meer te doen en minder te lezen'.45 De opstelling is thematisch in plaats van chronologisch. Er is geen verhaallijn met een begin en een einde, zodat de bezoeker de thema's zonder specifieke volgorde bekijken.46 De bezoeker wordt zo in staat gesteld zijn bezoek vorm te geven al naar gelang zijn eigen interesses. Wanneer je het museum binnenkomt kom je als eerste in de tentoonstelling over het dagelijks leven in de DDR. Bezoekers kunnen een virtuele rit maken door het DDR-landschap en een origineel DDRappartement verkennen. Hier kunnen ze plaatsnemen in de woonkamer en kijken naar DDR-televisieshows, of een kijkje nemen in de keuken en zien met welke producten er in de DDR gekookt werd. In deze tentoonstelling is duidelijk gekozen voor een 'gezellige' benadering. Zelfs de bouwvakkers in de film over huizenbouw zijn hier vrolijk en gaan bij wijze van spreken fluitend naar hun werk. Je waant je in een jaren 50-landschap dat je op veel meer plekken had kunnen aantreffen. Het onderdrukkende regime van de DDR is hier ver weg. 43
Hwang, Constructing the Communist Other , 101 Ibidem , 32-33 45 Ibidem, 77 46 Ibidem, 36 44
13
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Halverwege loop je als bezoeker door een rookgordijn, dat de tentoonstelling over het dagelijks leven scheidt van de tentoonstelling over de wereld van de SED. Hier wordt aandacht geschonken aan het politieke, militaire en economische leven in de DDR. Zo kun je een uniform van een militair bekijken, luisteren naar het volkslied van de DDR, meedoen aan een partijconferentie, een kijkje nemen in een gevangeniscel en je laten ondervragen door de Stasi. Hier hoor en zie je wat er schuil gaat achter dat gewone dagelijks leven. De duidelijke scheiding die tussen de opstellingen is aangebracht is opmerkelijk. Door deze scheiding tussen het privé en het publieke leven wordt ervoor gekozen om het feit dat het persoonlijke ook altijd politiek is te vergeten.47 Het lijkt namelijk alsof de mensen in het dagelijks leven niets te maken hadden met de politieke staat waarin zij leefden. Dit was natuurlijk niet zo. Velen werden bijvoorbeeld continue in de gaten gehouden door de geheime dienst. Zoals ook het Sabrow-rapport stelde kan het dagelijks leven in de DDR niet losgekoppeld worden van het politieke regime en vice versa.48 Door een scheiding in de tentoonstelling aan te brengen, koppelt het museum deze twee zaken wel los van elkaar. Bovendien ervaart de bezoeker nergens het gevoel wat een onderdrukkend regime met zich meebrengt. Zelfs het verhoor door de Stasi is eerder spannend dan beangstigend. Historica Brianne Hwang, afgestudeerd op een onderzoek naar de representaties van het communisme in drie musea, vergelijkt de Stasi zoals deze in het DDR-museum wordt neergezet met 'Big Brother'. Deze 'Big Brother' luistert wel mee, maar onderneemt niet per definitie actie. De Stasi wordt in het museum niet persoonlijk gemaakt maar blijft een abstract gegeven. Daardoor wordt de DDR niet neergezet als een beangstigende dictatuur, maar meer als een gekke Trabant-liefhebbende oom. Alsof het communisme misschien wat inferieur was, maar zeker niet onmenselijk.49 Het museum creëert de mogelijkheid om om dingen te lachen of zaken te herkennen, waardoor het niet eng wordt.50 Daarbij komt dat de bezoeker zich continue in een publieke ruimte bevindt. Hierdoor kan de impact die het DDR-regime op het privéleven had nooit echt worden gevoeld en is het eerder leuk dan beangstigend. De poging om herinneringen aan het onderdrukkende regime op te nemen in de tentoonstelling van het museum wordt belemmerd door de focus om een ervaring te bieden, een speelse ontmoeting met een tentoonstelling die is bedoeld voor bezoekers van alle leeftijden met allerlei achtergronden.51 Het lijkt alsof het museum zich vanwege alle kritieken verplicht voelde meer aandacht te schenken aan de staat, maar dit eigenlijk niet wilde. Dit gevoel wordt versterkt wanneer je vanuit de tentoonstelling de museumwinkel binnenkomt. Hier liggen de zakjes met de vrolijke Ampfelmännchen-snoepjes je al op te
47
Arnold-de Simine, The Spirit of an Epoch, 100 Ibidem, 96 49 Hwang, Constructing the Communist Other , 78-80 50 Hwang, Constructing the Communist Other , 110 51 Arnold-de Simine, The Spirit of an Epoch, 106 48
14
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? wachten. Het museum zet weinig aan tot nadenken over hoe het was om in de DDR te leven, maar biedt met name een leuke belevenis. Het draait om gezelligheid - om Ostalgie. Dit gegeven maakt niewsgierig naar de beleving van de bezoekers.
Bezoekersonderzoek Het museum trekt een groot en gedifferentieerd publiek. Sinds de opening in 2006 tot en met 2013 werd het museum door ruim 3 miljoen mensen bezocht. Van deze bezoekers was 65% van Duitse afkomst, 23% kwam uit de voormalige DDR. Van de overige 35% kwam 27% uit Europa en 8% van een ander continent. Uit de statistieken die op de website te vinden zijn, blijkt dat het museum hoog scoort. Van de bezoekers geeft 44% aan dat het museum 'Excellent' is en 41% vindt het 'very good'. Met 21% vormen kinderen onder de zestien jaar de grootste groep bezoekers. Daarnaast vormen jongeren tussen de 22 en 29 jaar met 19% ook een groot aandeel. De leeftijdsgroepen 17-21 jaar, 30-39 jaar en 40-49 jaar beslaan respectievelijk 15% van de bezoekersaantallen. De kleinste groepen vormen met elk 8% de ouderen, 50-59 jaar en 60 jaar. Opvallend is dat de grootste groep bezoekers bestaat uit een groep die de DDR niet heeft meegemaakt. Dit komt vermoedelijk door het interactieve karakter van het museum, waardoor het aantrekkelijk is voor klassen van de middelbare school. Bovenstaande cijfers geven een rooskleurig beeld van het DDR-Museum. Dit roept bij mij bepaalde vragen op. Wat trekt de bezoeker zo aan en hoe kijkt hij of zij naar de museumopstelling? Tijdens mijn onderzoek heb ik 57 mensen geënquêteerd. Hiervan kwamen er 35 uit Duitsland, waarvan er weer vijf in de DDR hebben gewoond. Één bezoeker is in de DDR geboren maar heeft deze niet bewust meegemaakt. De leeftijden lopen uiteen van 22 tot 65 jaar.
Als eerste wil ik weten waarom mensen het DDR-Museum bezoeken. Van alle ondervraagden geven 44 aan dit te doen uit interesse in de DDR. Voor twee bezoekers was het een verplicht onderdeel van een groepsreis en tien personen bezochten het museum als een leuk uitstapje tijdens hun vakantie. Een persoon heeft geen reden opgegeven. De vraag waar de interesse in de DDR bij deze 44 personen vandaan komt is ook niet eenduidig te beantwoorden. Tweeëntwintig personen geven aan dat hun interesse in de DDR gewekt is tijdens een bezoek aan Berlijn. Een iets kleinere groep, 15 personen, geeft aan veel gelezen te hebben over deze tijd. Tevens zitten er een aantal bezoekers tussen met persoonlijke redenen. Zo heeft de 65-jarige Noorse Karlon gewerkt met mensen uit de DDR en een 59-jarige Nederlandse man geeft aan dat hij in 1985 de DDR heeft bezocht. Een 22-jarige Duitse man en een 51-jarige Duitse vrouw hadden familie wonen in de DDR en de 41-jarige Finse Tina had er vrienden wonen. Een 39-jarige Duitse man is vooral
15
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? nieuwsgierig: "ik ben oud genoeg om de Muur te hebben zien vallen: Ik ben nieuwsgierig hoe mijn leven er uit had kunnen zien".52 Hier zie je dat bezoekers de 'grote geschiedenis' van de DDR verbinden met hun eigen ervaringen en herinneringen. Dit sluit aan bij het onderzoek dat historici Rosenzweig en Thelen in de jaren 1990 hebben uitgevoerd. Zij hebben 1.500 Amerikanen toen ondervraagd over hun connectie met het verleden en hoe dit verleden hun dagelijks leven beïnvloedt. Wanneer zij met hun respondenten spraken over een grote gebeurtenis, zoals de Tweede Wereldoorlog, maakten respondenten altijd direct een connectie met hun eigen ervaringen. Rosenzweig en Thelen stellen in hun studie The Presence of the Past dat de betekenis van het grote voor veel mensen ligt in de verhalen van de kleine gebeurtenissen.53 Verreweg het grootste gedeelte van de bezoekers (19 personen) is naar het museum gekomen met de verwachting meer te leren over de geschiedenis van en het leven in de DDR. Ook staat beleving centraal, met name bij de bezoekers van Duitse afkomst. Zo wil de 40-jarige Adrian het "leven in de DDR ervaren" en de 30-jarige Christina "geschiedenis beleven". Maar ook de herinneringen zijn van belang. Een Duitse vrouw van 36 jaar oud geeft aan dat zij verwacht dat het museum "herinneringen opwekt". Ook de 41-jarige Jens hoopt "oude tijden te aanschouwen", en de 35-jarige Sylvia verwacht een "terugblik op het DDRleven".54 Educatie is vooral voor de Duitse bezoeker belangrijk. Zo wil de 29-jarige Nicolas de ideologie die in de DDR centraal stond begrijpen, wil een 26-jarige man begrijpen waarom de staat een gevangenis had en de 42-jarige Torsten bezoekt het museum samen met zijn zoon, om hem te leren wat voor hemzelf gewoon is.55 Ook de 57-jarige Herman vindt het goed dat het museum bestaat, zodat de jeugd kan leren hoe het leven in de DDR was.56 Deze praktijkvoorbeelden passen bij de theorie van Ladza. Zij stelt in haar artikel The Alltag becomes Alltaggeschichte dat de artefacten in het museum een brug vormen die het gesprek tussen generaties gaande houdt. Ook uit het onderzoek van Rosenzweig en Thelen blijkt dat volwassenen zich verantwoordelijk voelen voor het doorgeven van kennis over de geschiedenis aan jongeren. De respondenten die de auteurs hebben geïnterviewd vinden dat de jeugd moet weten waarom dingen zijn zoals ze zijn en begrijpen waar ze vandaan komen en waarom ze zich ontwikkeld hebben tot wie ze zijn.57 Dit zie je in mijn onderzoek onder meer terug bij de 42-jarige Torsten. Hij wil zijn zoon laten zien onder welke omstandigheden zijn eigen identiteit is gevormd, zodat zijn zoon ook zijn eigen afkomst kan begrijpen. De bezoeker met een andere nationaliteit dan de Duitse verwacht met name meer te leren over de DDR. Het informatieve aspect staat hier centraal. Dit antwoord is erg algemeen - logischerwijs verwacht je informatie over de DDR in een museum dat ernaar vernoemd is - wat er mijn inziens op wijst dat de toerist 52
Zie bijlagen 1.1- 1.4 R. Rosenzweig en D. Thelen, The Presence of the Past: Popular Uses of History in American Life (1998), 93 54 Zie bijlagen 1.5 - 1.9 55 Zie bijlagen 1.10 - 1.12 56 Zie bijlage 1.13 57 Ibidem, 192-193 53
16
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? van niet-Duitse afkomst geen goed beeld heeft van wat er in het museum te zien is. Slechts een enkeling geeft een antwoord waar dieper over nagedacht lijkt te zijn, zoals de 25-jarige Oekraïense Alina die verwacht meer te weten te komen over "de levensstijl, levensmiddelen en de mode" en de 24-jarige Zwitserse Salome verwacht informatie over de problematiek van de planeconomie.58
Hoewel veel niet-Duitse bezoekers mijn inziens niet altijd een goed beeld hebben van wat er in het museum te zien is, heeft deze, net als de Duitse bezoeker, wel duidelijke associaties bij de DDR. De negatieve gedachten overheersen. Socialisme, communisme, het hebben van geen vrijheid en de Berlijnse Muur zijn de meest gegeven antwoorden op de vraag naar de associaties met betrekking tot de DDR. Ook wordt er gesproken over de Stasi, controle en gesloten grenzen. In de antwoorden is een duidelijk onderscheid te zien tussen bezoekers van Duitse afkomst en bezoekers met een andere nationaliteit. Deze laatste groep bezoekers denkt meer aan sombere begrippen die samenhangen met de politieke onderdrukking. Slechts drie personen geven een antwoord dat gerelateerd kan worden aan het dagelijks leven van iemand uit de DDR. De hierboven genoemde 25-jarige Oekraïense Alina denkt aan auto's en de 30-jarige Engelse Helen speekt over een 'interessant design'. De 41-jarige Finse lerares Tina denkt bij de DDR niet alleen aan de Stasi maar ook aan de typische appartementsgebouwen.59 De Duitse bezoekers denken echter veel meer aan zaken gerelateerd aan het dagelijks leven. Zo wordt er op bovenstaande vraag vier keer "Trabant", twee keer "Familie" en twee keer "Plattenbau" geantwoord. Ook de 36-jarige Cordula, die zelf in de DDR heeft gewoond, denkt aan de Trabant, maar ook aan heel basale dingen zoals "Jägerschnitzel".60 Dit antwoord verwijst niet naar het gecreëerde beeld van de DDR, waarbij plattenbau en de Trabant nog wel horen, maar enkel naar haar eigen jeugdherinneringen. De 30-jarige Christina, geboren in de DDR, denkt aan haar eigen jeugd, "niet alles was slecht".61 Daarnaast spelen ook emoties een grotere rol bij de Duitse bezoeker, met name ongeloof. De 53jarige Karin en 26-jarige Anne noemen het "ongelofelijk, wat er uit mensen kan komen". De 29-jarige Nicolas is "boos op wat mensen kunnen doen" en de 28-jarige Julia kan zich indenken dat het een vreselijke tijd geweest moet zijn voor jongeren met hun eigen meningen. De 57-jarige Herman is duidelijk in zijn mening, "het is het slechte deel van onze geschiedenis".62 Het feit dat bij de bezoekers met een andere nationaliteit dan de Duitse de negatieve gedachten overheersen kan voortkomen uit het feit dat de berichtgeving over de DDR overwegend negatief is. Enkel zij die de DDR bewust en van dichtbij hebben meegemaakt hebben soms positievere gedachten wanneer zij aan de DDR denken. Maar tegelijkertijd spelen ook emoties bij hen een grotere rol, waardoor ik de
58
Zie bijlagen 1.14 - 1.15 Zie bijlagen 1.14, 1.16, 1.3 60 Zie bijlage 1.17 61 Zie bijlage 1.18 62 Zie bijlagen 1.19 - 1.20, 1.10, 1.21, 1.13 59
17
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? conclusie kan trekken dat de eigen geschiedenis de Duitse bezoekers anders raakt dan bezoekers met een andere nationaliteit.
Opvallend is dat de negatieve associaties die de bezoekers bij de DDR hebben, niet stroken met de ervaringen van de museumbezoeker. Uit de gegeven antwoorden kan ik concluderen dat de bezoeker echt komt voor de ervaring cq. beleving van het dagelijks leven. In de museumopstelling is een duidelijke scheiding aangebracht tussen "het dagelijks leven in de DDR" en het "leven onder de SED". Op de vraag welk deel van de tentoonstelling het meeste aansprak, antwoordde 38 bezoekers met "het dagelijks leven" ten opzicht van zes personen die kozen voor het antwoord "leven onder de SED". Deze tendens is deels terug te zien in de antwoorden op de vraag wat bezoekers het hoogtepunt vonden van het museum. Hier werd 26 keer het appartement genoemd, zeven keer de Trabant en eveneens zeven keer het dagboek over de planeconomie. Bij elkaar zijn dit dus 40 antwoorden die te maken hebben met het deel van de tentoonstelling dat gaat over het dagelijks leven. Daar tegenover hebben zestien personen de gevangeniscel als hoogtepunt ervaren en tien personen de ondervraging van de Stasi. Slechts één persoon heeft de interactieve partijconferentie als hoogtepunt ervaren. Dit zijn dus samen 27 antwoorden die te maken hebben met het deel van de tentoonstelling dat gaat over de SED. Het 'gezellige' dagelijks leven wordt dus boven het 'sombere politieke leven' verkozen. Dat de tentoonstelling over het dagelijks leven ondanks de negatieve associaties het beste gewaardeerd wordt, komt, aldus Arnold-de Simine, omdat het museum als doel heeft herinneringen te creëren bij bezoekers die de historische gebeurtenissen niet hebben meegemaakt63. Volgens Rosenzweig en Thelen willen bezoekers graag een eigen versie van de geschiedenis creëren64. Je kunt hier stellen dat de bezoeker op zoek is naar een ander beeld van de DDR, in plaats van het negatieve beeld dat ze nu hebben willen ze een eigen beeld creëren. De tentoonstelling over het dagelijks leven is persoonlijker, en dus aantrekkelijker. Een ander opvallend aspect is dat de bezoekers die de gevangeniscel of de ondervraging van de Stasi als hoogtepunt hebben ervaren veelal Duitse bezoekers zijn. Van de zestien personen die de gevangeniscel als hoogtepunt hebben ervaren zijn er elf Duits en van de tien die de ondervraging door de Stasi hebben geantwoord zijn er negen Duits. Waar het appartement nog voor de buitenlandse bezoeker herkenbaar is - het interieur heeft veel overeenkomsten met dat van een jaren-50 appartement in een willekeurig ander land - zijn de gevangeniscel en de ondervraging van de Stasi dat niet. Duitse bezoekers kunnen door verhalen of eigen ervaringen dit mogelijk makkelijker relateren aan het onderdrukkende regime van de DDR dan niet-Duitse bezoekers. Hier wordt de theorie van Rosenzweig en Thelen dus
63 64
Arnold-de Simine, The Spirit of an Epoch, 99 Rosenzweig en Thelen, The Presence of the Past, 178
18
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? wederom in de praktijk gebracht. Grote gebeurtenissen worden door mensen zoveel mogelijk aan eigen ervaringen en herinneringen verbonden.
Hoewel de bezoekers de tentoonstelling over het dagelijks leven het meest positief beoordelen heeft het museum er toch goed aan gedaan ook ruimte te geven aan de SED. Dit blijkt uit de antwoorden op de vraag of de bezoeker het DDR-Museum een goede verbeelding vond van de DDR. Maar liefst 48 personen beantwoorden deze vraag positief. Een veelgenoemde reden hiervoor is dat het museum verschillende aspecten, zowel de goede als de slechte, uit de DDR behandelt en vanuit diverse invalshoeken benadert. Ook de authenticiteit wordt positief beoordeeld. Klaarblijkelijk zorgen de originele producten uit de DDR voor een meer authentieke ervaring. De 53-jarige Oostenrijkse Helmut vat deze beoordelingen samen en noemt het "een goed overzicht".65 Uit onderzoek van Rosenzweig en Thelen is gebleken dat artefacten meer voor een ervaring van het verleden zorgen dan bijvoorbeeld ooggetuigenverslagen. De bezoeker kan door middel van een artefact een moment uit het verleden herbeleven zonder tussenkomst van anderen66. Naast de 48 bezoekers die het museum een goede verbeelding vinden van de DDR waren er nog zes bezoekers zonder mening. Zo gaf de 39-jarige Oostenrijkse Dieter aan dat hij te weinig van de DDR af weet om de vraag goed te kunnen beantwoorden. De 39-jarige meneer Eisenberg is noch positief noch negatief. Hij stelt dat "het onmogelijk is om een goede reflectie te geven in een korte tijd met honderden bezoekers".67 Slechts twee bezoekers beantwoorden bovenstaande vraag met een 'nee'. Dit zijn een 44jarige man en een 51-jarige vrouw, beiden afkomstig uit Duitsland. Als reden voor een antwoord geven zij aan dat zij het museum 'te negatief' vonden.68 Dit argument is opvallend, gezien het feit dat het DDR-Museum er alles aan doet om het bezoek tot een belevenis te maken. In het museum staat Ostalgie en een positieve waardering voor 'de gewone mens' in 'het dagelijks leven' centraal. Het is allerminst de bedoeling om de DDR negatief te benaderen. De vraag waarom zij het museum als een te negatieve afspiegeling van de DDR aanschouwen vind ik dan ook lastig te beantwoorden. Hun associaties met de DDR - socialisme, collectivisme, Trabant, Berlijnse Muur en de SED komen terug in het museum. Als enige reden zie ik dat deze twee bezoekers de tentoonstelling over de SED wellicht als te confronterend hebben ervaren.
Als laatste vroeg ik de bezoeker of hij of zij nostalgische gevoelens ervaarden tijdens hun bezoek. Zoals in de inleiding gezegd gaat het hier meer om een geëngageerde en persoonlijke omgang met het verleden en niet zozeer om nostalgie. Van de 57 bezoekers hebben vijfentwintig personen bovenstaande vraag positief
65
Zie bijlage 1.22 Rosenzweig en Thelen, The Presence of the Past, 107 67 Zie bijlagen 1.23 - 1.24 68 Zie bijlagen 1.25 - 1.26 66
19
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? beantwoord. Hiervan kwamen er zeventien uit Duitsland en alle zes de bezoekers die in de DDR hebben gewoond behoren tot deze zeventien personen. Dit positieve antwoord is het makkelijkst te verklaren voor de zes personen die in de DDR hebben gewoond. Hun jeugdherinneringen worden opgeroepen door het appartement en de producten uit de keuken. Volgens Dennis Tate, hoogleraar Duitsstudies aan de universiteit van Bath, valt het feit dat alle ondervraagde personen afkomstig uit de DDR ook een actieve omgang met het verleden tonen in het museum te verklaren aan de hand van hun leeftijden. Hun leeftijden lopen uiteen van 30 tot en met 51 jaar, de oudste is dus geboren in 1963. Volgens Tate heeft de generatie die na 1960 is geboren over het algemeen 'vrolijke herinneringen' aan hun kindertijd in de DDR. De activiteiten van de Pionierorganisation en de Freie Deutsche Jugend (FDJ) werden gezien als leuke sociale ervaringen en deze jongere generatie had nog niet zoveel te maken met de Stasi als volwassenen. Na de eenwording was deze generatie het beste in staat te profiteren van de nieuwe kansen. Ze hadden, zoals velen het zagen, geprofiteerd van de kinderopvang, jeugdorganisaties, het onderwijs en de trainingsprogramma's in de DDR. Na de eenwording waren ze in staat om te gaan studeren en werken waar ze wilden.69 Deze groep heeft, volgens Tate, dus van een onbezorgde jeugd in de DDR kunnen genieten en heeft aan de andere kant niet veel te maken gehad met de restricties van de onrechtstaat omdat ze daar te jong voor waren. Ook de andere bezoekers met de Duitse nationaliteit die niet in de DDR gewoond hebben geven als belangrijkste reden de herinneringen aan vroegere tijden. Ook bij hen zijn het appartement en de producten de belangrijkste veroorzakers van hun nostalgische gevoelens. De 46-jarige mevrouw Vogel had vrienden in de DDR wonen en het interieur van het appartement roept bij haar herinneringen op. Een 54jarige vrouw heeft eveneens de DDR meermaals bezocht en bij haar zorgen de producten voor herinneringen. De televisieshow “Unser Sandmännchen”, die op de televisie in het museum wordt getoond, wekt bij de 28-jarige Julia jeugdherinneringen op en ook bij een 51-jarige Duitse vrouw wekt het museum jeugdherinneringen op. Zij had familie in de DDR wonen.70 Ook hier zie je hoe bezoekers een grote geschiedenis klein en persoonlijk maken, door deze geschiedenis te verbinden aan hun eigen ervaringen71. Van de 22 bezoekers met andere nationaliteiten ervaren negen personen een geëngageerde omgang met het verleden. Hiervan hebben er drie de DDR bezocht. De 58-jarige Engelse Susan heeft de DDR in de jaren '80 bezocht en was indertijd erg overstuur. Zij geeft als antwoord dat de SED bij haar herinneringen oproept. Ook de 59-jarige Nederlandse meneer Veen heeft de DDR bezocht, in 1985. Zijn herinneringen worden veroorzaakt door de informatie over de Stasi.72 De 41-jarige Finse Tina had vrienden in de DDR en heeft de verdwenen staat zodoende meermaals bezocht. In tegenstelling tot de andere twee 69
D. Tate, 'Forthcoming. The importance and diversity of cultural memory in the GDR context', in: R. Rechtien en D. Tate (ed.), Twenty Years On: Competing Memories of the GDR in Post-Unification German Culture (New York 2011), 215 70 Zie bijlagen 1.27 - 1.30 71 Rosenzweig en Thelen, The Presence of the Past, 115 72 Zie bijlagen 1.31 - 1.32
20
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? worden haar gevoelens niet aangewakkerd door het politieke deel in het museum maar juist het appartement en de producten zorgen dat haar jeugdherinneringen worden opgewekt.73 Ook voor de andere zes bezoekers geldt dat hun actieve omgang met het verleden veroorzaakt wordt door het appartement en/of de producten. Zij geven als reden dat de oude spullen hen doet denken aan hun eigen jeugd. Zo zegt een 37-jarige Braziliaanse "ik hou van en mis in zekere zin de jaren '80". Een 25-jarige Chinees stelt dat het net zo is als "China in de jaren '60" en dat zijn nostalgische gevoelens worden veroorzaakt door "de oude spullen".74 Hoewel het in eerste instantie opmerkelijk is dat een groep bezoekers nostalgische gevoelens ervaart in het DDR-Museum terwijl zij de DDR niet bewust hebben meegemaakt, zie je hier dat hun gevoelens niet zozeer betrekking hebben op de DDR-tijd. Zij trekken een vergelijking met hun eigen verleden en geschiedenis. Dit komt overeen met het onderzoek dat auteur Irene Ladza in 2008 deed. Zij verdiepte zich aan de hand van twee voorbeelden van de zogenaamde Alltagsmusea door zich te richten op de manier waarop het dagelijks leven in de DDR in Alltagsmusea terechtkwam, wat de rol van deze musea binnen het herinneringslandschap van de DDR is en op welke manier bezoekers hier op reageren. Aan de hand van interviews met museumdirecteuren, 63 ingevulde bezoekers-enquêtes en de analyse van enkele honderden gastenboekberichten, stelde zij vast dat mensen uit het Westen verrast zijn over de gelijkenis met het DDR-design en de meubels bij hen thuis. Doordat mensen meer onder de indruk zijn van de overeenkomsten dan de verschillen tussen hun eigen geschiedenis en het DDR-beeld zoals dat gecreëerd wordt door het museum, stelt Ladza dat het museum zorgt voor een connectie tussen Oost en West. De bezoeker ziet dat dat mensen in het Oosten zich ook bezighielden met dagelijkse dingen zoals boodschappen, tuinieren en dansen. Dit zorgt voor herkenbaarheid75.
73
Zie bijlage 1.3 Zie bijlagen .133 - 1.34 75 Hwang, Constructing the Communist Other , 48 74
21
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Afbeeldingen DDR-Museum76
Afbeelding 1: Virtuele rit in de Trabant
Afbeelding 2: De woonkamer in DDR-stijl
76
Afbeeldingen afkomstig van de website van het DDR-Museum. Geraadpleegd op 01-04-2014 via www.ddrmuseum.de
22
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Afbeelding 3: Bezoekers openen laden en deuren en luisteren naar het volkslied.
Afbeelding 4: De tentoonstelling over de SED wordt door middel van een rookgordijn gescheiden van de tentoonstelling over het dagelijks leven.
23
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Afbeelding 5: De tentoonstelling over de SED. Overzichtsfoto.
Afbeelding 6: Het kamertje waarin je je kunt laten verhoren door de Stasi.
24
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Afbeelding 7: Door middel van touchscreens kun je je eigen partijconferentie houden.
25
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Hoofdstuk 2: De Gedenkstätte Berliner Mauer: museale benadering en bezoekersonderzoek
Loop je door de Bernauerstrasse, dan loop je vanzelf tegen de Gedenkstätte Berliner Mauer aan. Waar vroeger de Berlijnse Muur de straat in tweeën splitste is nu een groot memorial verschenen. Dat juist de Bernauerstrasse uitgekozen is om de Berlijnse Muur te herinneren is niet zo gek. De bouw van de Muur in deze straat had een veel grotere impact op de stad en het dagelijks leven van velen dan bijvoorbeeld bij de Brandenburger Tor of Checkpoint Charlie. Op de plek van het monument werden 2.000 mensen uit hun huizen gejaagd en werden de eerste dramatische ontsnappogingen ondernomen. Het is de plek waar de eerste mensen de dood vonden. De bouw van het memorial ging niet zonder slag of stoot. Het land waar de Muur had gestaan was tijdens de DDR eigendom geweest van de staat. Na de Duitse hereniging werd het land eigendom van de Bundesregierung. Zij gaf mensen die hun huizen hadden moeten verlaten voor de bouw van de Muur de gelegenheid om het land voor een schappelijke prijs terug te kopen. Toen besloten werd om van de plek een memorial te maken, moesten de mensen die de grond hadden gekocht het wederom verlaten. Er volgden moeizame onderhandelingen die er uiteindelijk in resulteerden dat tweederde van de bewoners akkoord ging en de grond afstond aan de Stiftung Berliner Mauer.
Gedenkstätte Berliner Mauer Al in 1990 riepen twee organisaties op tot het behoud van de grensversterkingen in de Bernauerstrasse. Dit waren de burgerbeweging Runder Tisch uit de wijk Mitte en de parochie van de Versöhnungskirche uit de wijk Wedding, wiers kerk in het grensgebied in de Bernauerstrasse had gestaan. Op 2 oktober 1990 kregen beide organisaties hun zin, op die dag gaf het Ost-Berliner Magistrat een gebied van 212-meter lang tussen de Ackerstrasse en de Bernauerstrasse een beschermde status vanwege de historische relevantie.77,78 Wat er met het gebied moest gebeuren was nog onduidelijk. Zo wilde het Duits Historisch Museum bijvoorbeeld dat het monument ook een educatieve functie zou krijgen maar het Landesdenkmalamt Berlin wilde enkel het materiaal behouden en, waar mogelijk, het verval ervan vertragen. In het voorjaar van 1991 eiste de parochie Sophien bovendien een deel van dit gebied op. De Berlijnse Muur was namelijk opgetrokken op de begraafplaats Sophien die daar toen lag. Op 13 augustus 1991 besloot de Senat von Berlin dat er op deze plaats in ieder geval een monument moest komen. Het gebied werd verdeeld in drie delen. Een deel van 70 meter werd behouden zoals het was, zonder enige reconstructie. Een deel van 60 meter zou gebruikt 77
Website: Senatsverwaltung für Stadtentwicklung und Umwelt, Bernauerstrasse. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.stadtentwicklung.berlin.de/denkmal/denkmale_in_berlin/en/berliner_mauer/bernauer_strasse.shtml 78 Website: Berlin.de, Gesamtkonzept zur Erinnerung an die Berliner Mauer: Dokumentation, Information und Gedenken. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.berlin.de/sen/kultur/kulturpolitik/mauer/m12.html
26
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? worden om een monument te bouwen, en het laatste deel van 80 meter werd teruggeven aan de Sophien gemeenschap.79 Om te bepalen hoe het monument vormgegeven moest worden werd er in 1994 een ontwerpwedstrijd geïnitieerd.80 De ontwerpers moesten rekening houden met acht factoren. Het allerbelangrijkste was dat er een link bestond tussen de historische gebeurtenissen en de authentieke locatie. Het doel van het memorial is om door middel van meer informatie en uitleg de gebeurtenissen te lokaliseren en te contextualiseren. Daarnaast zijn de authentieke overblijfselen belangrijk en deze moesten beschermd worden. Alleen door deze authenticiteit wordt het gedenkteken beschermd en de waarde als ooggetuige van het verleden verzekerd. De geschiedenis en de impact van de Berlijnse Muur en de scheiding van Berlijn moesten verhelderd worden door individuele verhalen. Er moest een herinneringsplaats komen voor de 136 mensen die hier zijn gestorven tijdens hun vlucht naar het Westen. Ook moesten het complexe structurele karakter van de grensversterkingen en de scheiding van de stad benadrukt worden. Onder geen beding mocht er reconstructie plaatsvinden, men moest zich houden aan het idee "conservation as found". De kijk op de Muur moest zowel vanuit oostelijk als westelijk perspectief behandeld worden, en als laatste moest het memorial een nieuw type herdenkingsplaats worden. Niet alles moet worden uitgelegd maar het gedenkteken moest bezoekers aanzetten tot zelf nadenken. De wedstrijd wordt gewonnen door de architecten Kohoff en Kolhoff uit Suttgart en in 1998 opent het Gedenkstätte Berliner Mauer voor publiek. In het winnende ontwerp wordt het monument een gebied dat omsloten wordt door twee 64-meter hoge stalen muren, die verwijzen naar het ‘IJzeren Gordijn’.81 Het monument blijkt een ware publiekstrekker. Tot 2001 werden er al 67.000 bezoekers geteld en verwacht wordt dat dat aantal datzelfde jaar nog zou vertienvoudigen.82 Door de verwachte grote bezoekersstroom voor het Gedenkstätte wilde men gaan uitbreiden. Het documentatiecentrum dat ook tot het Gedenkstätte behoort, werd vernieuwd. Ook werd er in 2007 opnieuw een ontwerpwedstrijd uitgeschreven, ditmaal met als doel een openluchttentoonstelling te realiseren. Wederom krijgen de architecten te maken met diverse uitdagingen. Zij moesten van de Stiftung Berliner Mauer, waar de Gedenkstätte onderdeel van is, rekening houden met de volgende vragen: ‘hoe moet je iets herinneren wat er niet meer is?’ en ‘hoe kan men de resten beschermen wanneer deze slechts zelden een duidelijke betekenis hebben?' Daarnaast moet er een waardige herinneringsplaats gecreëerd worden voor hen die hier zijn gestorven. 79
G. Dolff-Bonekämper, 'The Berlin Wall: an archeological site in progress', in: J. Schofield, W. Johnson en C. Beck (ed.), Matériel Culture: The archaeology of twentieth century conflict (2002), 236-242 80 Website: Senatsverwaltung für Stadtentwicklung und Umwelt, Bernauerstrasse. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.stadtentwicklung.berlin.de/denkmal/denkmale_in_berlin/en/berliner_mauer/bernauer_strasse.shtml 81 Website: Senatsverwaltung für Stadtentwicklung und Umwelt, Bernauerstrasse. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.stadtentwicklung.berlin.de/denkmal/denkmale_in_berlin/en/berliner_mauer/bernauer_strasse.shtml 82 Website: Der Tagespiegel, 50 Jahre Mauerbau: Die Gedenkstätte Berliner Mauer wird erweitert. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.tagesspiegel.de/kultur/50-jahre-mauerbau-die-gedenkstaette-berliner-mauer-wirderweitert/4481500.html
27
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Bovenstaande vragen resulteren in het huidige Gedenkstättenareal, dat op 13 augustus 2011 werd geopend. De uit het westen afkomstige burgermeester van Berlijn opende samen met de in het Oosten opgegroeide Kanzlerin deze nieuwe toevoeging aan het Gedenkstätte. De tentoonstelling bevat zeven thema’s, 26 informatiezuilen, drie archeologische vensters en sporen van vijf vluchttunnels.83 Naast het Gedenkstättenareal, dat bijna geheel voltooid is en het grootste deel van het monument beslaat, is er ook een bezoekerscentrum en een documentatiecentrum. In 2009 is in het station Nordbahnhof een tentoonstelling geopend over de grensstations in het gedeelde Berlijn, Grenz –und Geisterbahnhöfe im Geteilten Berlin. Ook deze tentoonstelling behoort tot het monument. De Gedenkstätte Berliner Mauer strekt zich tegenwoordig uit over 1.4 kilometer langs de voormalige grens.84 Het monument bevat het laatste deel van de Berlijnse Muur waarbij ook het achterland bewaard is gebleven.
Beschrijving van de Gedenkstätte Berliner Mauer Op moment van schrijven is het documentatiecentrum tijdelijk gesloten. Het gebouw wordt gerenoveerd en bij de heropening zal het een nieuwe permanente tentoonstelling huisvesten. De tentoonstelling zal een historisch overzicht geven van de periode voor de Muur werd gebouwd tot het heden. De heropening staat gepland op 9 november 2014, de 25-jarige verjaardag van de val van de Muur.85 Het bezoekerscentrum is gelegen aan de overkant van het station Nordbahnhof. Het bezoekerscentrum geeft informatie over wat er te doen en te zien is bij het monument. Er is een gespecialiseerde boekenwinkel met boeken over de geschiedenis van de Berlijnse Muur en de scheiding van Duitsland. Daarnaast worden er op de bovenverdieping twee films getoond. Er is een introductiefilm over de geschiedenis van de Muur. Deze begint met de politieke situatie na de Tweede Wereldoorlog en toont de gebeurtenissen die hebben geleid tot de bouw en uiteindelijk ook tot de val van de Berlijnse Muur. De tweede film heet "Eingemauert" en is een computersimulatie van de grensversterkingen in de Bernauerstrasse.86
In de Bernauerstrasse stond sinds 1894 ook een evangelisch-lutherse kerk, de Versöhnungskirche. Na de bouw van de Muur stond de kerk op de Todesstreifen en werd zodoende ontoegankelijk. Daardoor werd het symbool van de scheiding van Duitsland. In 1985 gaf de Oost-Duitse regering de opdracht om de kerk op te blazen omdat de grensversterkingen steeds verder werden uitgebreid. Na de Duitse hereniging werd de 83
Ibidem Website: Landschaftsarchitektur Heute, Gedenkstätte Berliner Mauer. Geraadpleegd op 24-01-2014 via: http://www.landschaftsarchitektur-heute.de/themen/berliner-kulturlandschaften/berliner-mauerstreifenparks/details/26 85 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Dokumentationszentrum. Geraadpleegd op 28-12-2013 via: http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/dokumentationszentrum-213.html 86 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Filme. Geraadpleegd op 28-12-2013 via: http://www.berliner-mauergedenkstaette.de/de/filme-497.html 84
28
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? grond teruggegeven aan de evangelische Versöhungsgemeente met als eis dat het werd gebruikt voor religieuze doeleinden. Op de fundamenten van de verwoeste kerk werd de Kapelle der Versöhnung gebouwd, ontworpen door de Berlijnse architecten Sassenroth en Reitermann. De kapel is ovaalvormig en er valt licht door de houten platen. Het altaar en de klokken van de oude kerk hebben de vernietiging overleefd en een nieuwe plek gekregen in de kapel. Sinds 2005 worden de slachtoffers van de Berlijnse Muur hier herdacht tijdens speciale herdenkingsdiensten.87
In het station Nordbahnhof is de expositie "Border Grenz - und Geisterbahnhöfe im Geteilten Berlin" te zien. Deze expositie gaat over de gesloten en streng bewaakte treinstations in Oost-Berlijn. De tentoonstelling laat de absurditeit van de scheiding zien aan de hand van drie U-bahn en S-bahn lijnen die door Oost-Berlijn kwamen terwijl ze op weg waren van een kant van west-Berlijn naar een andere kant. Vanzelfsprekend stopten de treinen niet meer op de stations in Oost-Berlijn. Deze stations, die niet meer werden gebruikt, werden in het Westen 'ghost stations' genoemd.88 De tentoonstelling geeft met foto's en tekst uitleg over hoe streng deze stations werden bewaakt en over hoe de metrotunnels werden gebruikt als vluchtroute. Zo werden de borden met U-bahn en S-bahn verwijderd zodat Oost-Berlijners de ingangen niet herkenden. De ingangen werden dichtgemetseld en met stalen deuren afgesloten. Ook in de tunnels zelf werden muren gebouwd en barricades opgeworpen, er werden alarmsystemen geplaatst die afgingen wanneer iemand er op ging staan en 's nachts werden de tunnels afgesloten met ijzeren hekken. Om te voorkomen dat de bewakers van de stations zelf naar het Westen vluchten werden er bunkers op de perrons geplaatst waarin zij tijdens hun dienst werden opgesloten. Persoonlijke verhalen van mensen die wisten te vluchten en van hen die gesnapt werden en zwart-wit foto's van de vervallen stations en zwaar bewaakte perrons zorgen ervoor dat deze tentoonstelling een waardevolle toevoeging aan het memorial is.
Het grootste deel van de Gedenkstätte wordt in beslag genomen door de Gedenkstättenareal, dat in 2011 is geopend. De Gedenkstättenareal is ingedeeld in vier delen, welke ik zal behandelen in volgorde als je vanaf het Nordbahnhof station het monument betreedt. Als eerste kom je bij Die Mauer und der Todesstreifen.89 Hier wordt getoond hoe de Berlijnse Muur werd ingezet door de SED om hun macht zeker te stellen. Archeologische opgravingen tonen oudere lagen van de grensversterkingen. De grensstreek liep door de begraafplaats van de parochie Sophien. Omdat de grensversterkingen uitgebreid werden moesten er graven verplaatst worden. In dit deel van het memorial wordt hier tekst en uitleg over gegeven en wordt er aandacht geschonken aan de impact die dit had op de 87
Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Kapelle. Geraadpleegd op 28-12-2013 via: http://www.berliner-mauergedenkstaette.de/de/kapelle-216.html 88 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Geisterbahnhöfe. Geraadpleegd op 28-12-2013 via: http://www.berlinermauer-gedenkstaette.de/de/geisterbahnhoefe-558.html 89 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Gedenkstättenareal bereich a. Geraadpleegd op 03-01-2014 via: http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/bereich-a-550.html
29
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? nabestaanden. Ook is hier het monument "Window of Remembrance" geplaatst. Elk 'raam' herinnert aan een van de 136 doden die hier zijn gevallen en bevat de naam, geboortedatum, sterfdatum en waar mogelijk een foto van het slachtoffer. Bereich B: Die Zerstöring der Stadt vertelt de verhalen van hen die vluchten vanuit de huizen op de grens aan de Bernauerstrasse.90 De kelder van een van deze huizen wordt gebruikt om deze verhalen zichtbaar te maken. Aan bod komen onder andere het leven op de grens voor de bouw van de Berlijnse Muur, de ontsnappingen, de gedwongen evacuaties in 1961 en de vernietiging van de huizen halverwege de jaren 60. De contouren en huisnummers van de verdwenen huizen zijn gemarkeerd zodat de bezoeker de individuele verhalen kan verbinden met de verdwenen huizen. Ook de locaties van ondergrondse tunnels die gebruikt werden om te ontsnappen zijn aangegeven. Er zijn informatiepalen die ingaan op het blokkeren van de Ackerstrasse, de geschiedenis van de Kapelle der Versöhnung en de verschillende ontsnappingsroutes die men gebruikte. Tevens is er een wachttoren van waaruit je het gebied kan overzien. In Bereich C: Der Bau der Mauer worden twee onderwerpen aangesneden.91 Het eerste belicht de bouw van de Muur als een proces dat begon in 1961 en voortduurde tot 1989. Omdat er steeds nieuwe manieren werden gevonden om te vluchten moesten de grensversterkingen steeds weer worden ontwikkeld en uitgebreid. Dit ging in drie fases. In de eerste fase, halverwege de jaren 60, werd alles systematisch gepland. In de tweede fase werd elke individuele vlucht geanalyseerd, wat leidde tot uitbreidingen van de grensversterkingen. In de derde fase riepen lokale officieren op tot extra barrières, omdat zij verantwoordelijk werden gehouden voor iedereen die wist te vluchten. Het tweede onderwerp gaat in op de beveiliging vlak voor de grens. Hierbij kan gedacht worden aan toezicht op de omwonenden in het grensgebied, maar ook op de mensen die betrokken waren bij het grensgebied. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die taken uitvoerden voor het civiele bestuur of informant waren van de Stasi. In Bereich D: Alltag an der Mauer zijn inmiddels twee onderdelen van de expositie voltooid.92 Hier ligt de focus op het dagelijkse politieke leven bij de Berlijnse Muur. De Muur diende als het decor voor politieke confrontatie en propaganda voor de scheiding van de stad. De strijd werd uitgevochten met posters en luidsprekers waardoor zowel West als Oost hun politieke boodschappen communiceerden.
Bezoekersonderzoek De officiële gedenkplaats van de Berlijnse Muur wordt veelvuldig bezocht door toeristen. De bezoekersaantallen worden echter niet geregistreerd. Het Gedenkstättenareal en de Geisterbahnhöfe maken deel uit van de openbare ruimte en er kan zodoende moeilijk onderscheid gemaakt worden in 90
Website: Berliner Mauer Gedenkstätte, Gedenkstättenareal bereich b. Geraadpleegd op 03-01-2014 via: http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/bereich-b-551.html 91 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte: Gedenkstättenareal bereich c. Geraadpleegd op 03-01-2014 via: http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/bereich-c-552.html 92 Website: Berliner Mauer Gedenkstätte: Gedenkstättenareal bereich d. Geraadpleegd op 03-01-2014 via: http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/bereich-d-553.html
30
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? bezoeker en voorbijganger. Omdat de ruimtes vrij toegankelijk zijn is er ook geen kaartverkoop die de bezoekers kan registreren. Ook is er nog niet eerder een grootschalig bezoekersonderzoek gehouden. Tijdens mijn onderzoek heb ik vijftig bezoekers geënqueteerd. Hiervan komen er 22 uit Duitsland. Hiervan heeft er slechts één in de DDR gewoond en één is in de DDR geboren. De leeftijden lopen uiteen van zestien tot en met vierenzeventig jaar.
Allereerst wilde ik weten waarom zij de Gedenkstätte Berliner Mauer bezoeken. Van alle ondervraagden geven 43 aan dat zij dit doen uit interesse in de DDR. Voor vijf van hen is het een verplicht onderdeel van een groepsreis. Drie bezoekers, twee Brazilianen en een Candadees, geven aan dat zij de Gedenkstätte bezoeken als een leuk uitje tijdens hun vakantie. De vraag waar de interesse voor de DDR bij deze 43 bezoekers vandaan komt, is niet eenduidig te beantwoorden. Het gros van de bezoekers (21) geeft aan dat zij veel over deze periode hebben gelezen. Een even grote groep geeft aan dat hun interesse gewekt is tijdens een bezoek aan Berlijn. Ook zitten er een aantal persoonlijke motieven tussen, zoals van de 43-jarige Nederlandse Charlotte die familie in de DDR had. Of de 38-jarige Mathijs, eveneens van Nederlandse afkomst, die samen heeft gewoond met Oost-Duitsers die naar het Westen waren gevlucht. Ook een 47jarige Canadees bezoekt de Gedenkstätte niet zonder reden. Hij was als militair in de Bernauerstrasse gestationeerd in de periode 1988-1991 en zodoende heeft de Berlijnse Muur voor hem een speciale betekenis.93 Een aantal bezoekers van Duitse afkomst, die geen persoonlijke relatie heeft met de DDR, bezoekt de Gedenkstätte echter wel met een dieper liggend motief. Het feit dat de DDR onderdeel is van hun nationale geschiedenis maakt dat zij geïnteresseerd zijn in deze periode en hier meer over willen weten en zich daar soms zelfs toe verplicht voelen, zoals de 24-jarige Johanna. Ook de 31-jarige Goike, geboren in het Westen, wil een duidelijk beeld krijgen van de DDR en de 50-jarige Frank stelt: “Ik ben Duits, dit is onderdeel van mijn geschiedenis”.94 Elf van de bezoekers geven aan dat zij vooraf geen verwachtingen hadden van hun bezoek aan het memorial. Verreweg de meeste bezoekers verwachten cq. hopen dat het memorial een informatief beeld schetst van de geschiedenis. Daarnaast blijkt de beleving erg belangrijk te zijn, met name bij niet-Duitsers. Zo zegt de 52-jarige Linda uit Maleisië dat zij "de geschiedenis wil beleven" en de 36-jarige Nederlandse Danny wil "voelen hoe het was". Ook de 40-jarige Su Nyein wil "geschiedenis ervaren".95 Bij bezoekers van Duitse afkomst staat het herinneren meer centraal, evenals educatie. De Gedenkstätte Berliner Mauer moet herinneren aan de DDR, een verklaring geven en tevens een waarschuwing zijn voor de toekomst. De 40jarige Heiko gebruikt het monument om zijn kinderen meer te leren over de geschiedenis van hun land.96 Voor de oudere Duitse bezoeker die de Muur heeft meegemaakt kan het memorial ook dienen als veilige 93
Zie bijlagen 2.1 - 2.3 Zie bijlagen 2.4 - 2.6 95 Zie bijlagen 2.7 - 2.9 96 Zie bijlage 2.10 94
31
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? plek om te herinneren.97 De 47-jarige Michael bezoekt de Muur om de grenssituatie nog eens realistisch te ervaren en de 74-jarige Reyme vindt het prettig dat zij "de realiteit van de Muur nog eens kan ervaren zonder een bedrukkend gevoel".98
Net als bij het DDR-Museum hebben de bezoekers van de Gedenkstätte die ik heb ondervraagd allemaal negatieve associaties wanneer zij aan de DDR denken. Het hebben van geen vrijheid, een 'onrechtstaat', onderdrukking, communisme en Koude Oorlog zijn de meest genoemde steekwoorden. Daarnaast wordt er ook gesproken over een dictatuur, het socialisme en de Stasi. Op het eerste gezicht is er weinig onderscheid tussen de antwoorden van Duitse bezoekers en bezoekers met een andere nationaliteit. Hoewel de antwoorden enigszins van elkaar afwijken komen ze op hetzelfde neer: de DDR staat voor een tijd van onderdrukking, onrecht en onvrijheid. Slechts een enkeling heeft positievere gedachten. Een 71-jarige Duitse lerares spreekt over de DDR als 'een vruchtbare tijd'. Slechts één persoon heeft in haar antwoord begrippen genoemd die een relatie tot het dagelijks leven in de DDR tonen. Een 29-jarige Duitse vrouw die in de DDR is geboren noemt naast “geen rechten” en “geen reismogelijkheden” ook de steekwoorden “geen groenten” en de televisieserie “unser Sandmännchen”, wat verwijst naar haar eigen jeugdherinneringen.99 De Duitse bezoekers hebben over het algemeen dus geen positievere of andere gedachten dan bezoekers met andere nationaliteiten. Toch is er wel een onderscheid te vinden. Bezoekers met andere nationaliteiten noemen met name afstandelijke begrippen zoals “Koude Oorlog”, “Communisme”, “Onderdrukking” en “Geschiedenis”. Onder de Duitse bezoekers vind je begrippen die hiermee te vergelijken zijn, zoals “Socialisme”, “Dictatuur”en “Onrechtsstaat”. Deze lijst met begrippen wordt door Duitse bezoekers echter aangevuld met meer persoonlijke en emotionele begrippen als “Woede”, “Verdriet”, “Onbegrijpelijk” en “Hulpeloosheid”. Dat het monument zulke heftige emoties oproept heeft te maken met de menselijke mogelijkheid tot empathie. De bezoeker kan zich voorstellen wat zich hier heeft afgespeeld. Omdat de bezoeker geen eigen ervaringen heeft in de DDR, is de herinnering gebaseerd op wat hij of zij al eerder heeft gelezen. De Gedenkstätte is een plek van herinnering waar de bezoeker kan verifiëren en bevestigen wat hij over de DDR heeft gehoord en gelezen.100 De mate van de gevoelde emotie heeft te maken met de persoonlijke relatie van de bezoeker met het monument.101 Voor de Duitse bezoeker is de DDR onderdeel van hun eigen geschiedenis, en dus onderdeel van hun identiteit. De Gedenkstätte kan helpen bij het creëren of 97
R. Rosenzweig en D. Thelen, The Precense of the Past: Popular Uses of History in American Life (1998), 187 Zie bijlagen 2.11 - 2.12 99 Zie bijlagen 2.13 -2.14 100 R. Archibald, A Personal History of Memory in: J. Climo en M. Catell (ed.), Social memory and History. Anthropological Perspectives (2002), 71-73 101 C. Berry, L.A. Schmied en J.C. Schrock, The Role of Emotion in Teaching and Learning History: A Scholarship of Teaching Exploration in: The History Teacher 41 (2008), 446 98
32
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? bevestigen van dit deel van hun identiteit. Het monument heeft zodoende betrekking op het persoonlijke leven van de Duitse bezoeker, waardoor de emoties die het oproept heftiger zijn dan van de bezoeker met een andere nationaliteit, die het monument met meer afstand kan aanschouwen.
Het recent geopende Gedenkstättenareal blijkt een goede toevoeging aan het memorial. Maar liefst 41 respondenten geven aan dit het hoogtepunt van de Gedenkstätte Berliner Mauer te vinden. Op ruime afstand volgt de tentoonstelling Geisterbahnhöfe in het Nordbahnhof, slechts acht personen kozen dit als hoogtepunt. Zes bezoekers vonden de films het meest de moeite waard en vier bezoekers kozen voor respectievelijk het documentatiecentrum of de kapel. Dat de bezoekers het Gedenkstättenareal het meest aansprak is terug te zien in de antwoorden op de vraag welk deel van het monument de bezoeker het meeste aansprak. Maar liefst achttien personen geven hier als antwoord het feit dat de Berlijnse Muur er deels nog staat. Ook de foto's, audiofragmenten en het gedenkteken voor de 136 doden die hier zijn gevallen spreken de bezoeker aan. De Muur zelf zorgt voor een authenticiteitsbeleving en de foto's en audiofragmenten zorgen ervoor dat deze geschiedenis concreet wordt. De audiofragmenten bevatten onder meer ooggetuigenverslagen. Uit onderzoek van Rosenzweig en Thelen is gebleken dat mensen ooggetuigen ten opzichte van andere bronnen het meest vertrouwen, omdat ooggetuigen kunnen putten uit hun eigen ervaringen om tot een interpretatie te komen van wat zij hebben meegemaakt. Het feit dat je aanwezig bent op dezelfde plek als de mensen waarvan je de ooggetuigenverslagen hoort draagt hier aan bij.102 Dit gevoel dat je op dezelfde plek bent, wordt versterkt door de Muur zelf. De bezoeker kan zich hierdoor beter inleven in hoe de situatie destijds was. Het gevoel dat de bezoeker er 'zelf bij was' is erg belangrijk.103
Op de vraag of de bezoeker de Gedenkstätte Berliner Mauer een goede afspiegeling vond van de DDR, antwoordde maar liefst 41 geênqeteerden met een volmondig 'ja'. Redenen die dit antwoord ondersteunen zijn onder meer het feit dat het de geschiedenis concreet maakt en dat het de bezoeker helpt in contact te komen met de realiteit van het verleden. Het is realistisch en authentiek en geeft een goed beeld van de geschiedenis. Rosenzweig en Thelen stellen in hun studie The Presence of the Past dat de betrouwbaarheid van een bron ook afhangt van de kennis die de bezoeker over het desbetreffende onderwerp heeft. Hoe meer overeenkomsten tussen hun eigen kennis en wat zij zien, hoe betrouwbaarder hetgeen wat zij zien overkomt. Deze 41 bezoekers hebben allen negatieve associaties bij de DDR. Het sombere beeld van politieke onderdrukking dat de Gedenkstätte uitdraagt komt overeen met deze associaties. Volgens de theorie van Rosenzweig en Thelen zou het feit dat deze associaties overeenkomen met wat zij zien ervoor zorgen dat zij de Gedenkstätte een goede afspiegeling van de DDR vinden.104
102
Rosenzweig en Thelen, The Precense of the Past, 92-93 Ibidem, 105 104 Ibidem, 92 103
33
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Toch was niet iedereen even positief. Naast de drie bezoekers die geen mening hadden, vonden zes personen dat de Gedenkstätte Berliner Mauer geen goede afspiegeling van de DDR vormt. Als argumenten voor hun antwoord geven zij aan dat de DDR meer was dan de Berlijnse Muur alleen. Zo zegt de 40-jarige Heiko "de Muur was wel het hoogtepunt, maar er was wel meer dan dat in de DDR". Er waren ook goede dingen in de DDR en er gebeurde meer in het dagelijks leven van de inwoners van de DDR. Bij de Gedenkstätte Berliner Mauer kan een bezoeker zich niet voorstellen hoe het was in de DDR, aldus de 50jarige Heike en de 53-jarige Herbert.105 Opvallend is dat al deze zes personen oudere Duitsers zijn, die de deling van het land dus bewust hebben meegemaakt. Je kunt stellen dat wanneer zij zeggen dat de ‘Muur slechts één aspect’ is, zoals de 74-jarige Reyme, zij niet inzien dat de Gedenkstätte een lieu de mémoire is. Als lieu de mémoire is het monument gecreëerd als plaats van herinnering.106 Het verwijst niet enkel naar de Berlijnse Muur of de gebeurtenissen rondom de Bernauerstrasse, maar naar een grotere geschiedenis van de DDR. De Gedenkstätte Berliner Mauer staat symbool voor het onderdrukkende regime van de verdwenen staat. Het verwijst naar de associaties die de bezoekers, die ik heb ondervraagd, hebben bij de DDR, naar een onrechtsstaat, een dictatuur, naar het communisme en de Koude Oorlog, en naar verdriet en hulpeloosheid. Wanneer de bezoeker echter stelt dat ‘er ook goede dingen waren’ in de DDR, ziet zij wellicht wel in dat het monument een lieu de mémoire is, maar zijn zij het niet eens met hetgeen waar het symbool voor staat. Zij herkennen zich niet in het gecreëerde beeld van de DDR, terwijl de bezoeker die de Duitse deling niet bewust heeft meegemaakt zich wel in het beeld herkent. Je kunt je hier afvragen of het Gedenkstätte meer aansluit bij de perceptie van het verleden dat de meeste mensen hebben dan bij het verleden zelf. Slechts één van hen, Heike, heeft in de DDR gewoond. Dat zij positief terug kijkt op de DDR heeft er volgens Dennis Tate, hoogleraar Duitsstudies aan de universiteit van Bath, mee te maken dat zij in 1964 is geboren. Zij heeft haar jeugd er doorgebracht en kunnen profiteren van de goede voorzieningen zoals kinderopvang en het onderwijs. Toen zij op een leeftijd was dat zij te maken kreeg met het onderdrukkende regime, zoals de Stasi of bij het vinden van werk, viel de Muur en had zij de vrijheid om te gaan en staan waar zij wilde.107 Dat de 50-jarige Heike de Gedenkstätte Berliner Mauer geen goede afspiegeling vindt van de DDR omdat 'er ook goede dingen' waren zou volgens Tate dus te verklaren zijn aan de hand van haar leeftijd.
Van de vijftig respondenten geven negentien personen aan dat zij een geëngageerde omgang met het verleden ervoeren tijdens hun bezoek aan de Gedenkstätte Berliner Mauer. Deze geëngageerde omgang
105
Zie bijlagen 2.10, 2.15 - 2.16 P. Nora, Between Memory and History: Les Lieux de Mémoire, in: Representations, 26 (1989), 18-23 107 D. Tate, 'Forthcoming. The importance and diversity of cultural memory in the GDR context', in: R. Rechtien en D. Tate (ed.), Twenty Years On: Competing Memories of the GDR in Post-Unification German Culture (New York 2011), 215 106
34
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? moet niet gezien worden als een terugverlangen naar vroeger tijden, maar als een poging om met de geschiedenis en de eigen identiteit in contact te komen of te herstellen. Het Gedenkstättenareal is de grootste veroorzaker van dze ervaringen. Vijftien van de negentien bezoekers gaf deze tentoonstelling als reden op. Twee kozen er voor de foto's, twee voor de tentoonstelling Grenz – und Geisterbahnhöfe en één voor de films die getoond werden. Van deze negentien bezoekers komen er acht uit Duitsland, waarvan er één in de DDR geboren is maar te jong is om deze bewust meegemaakt te hebben. Hun geëngageerde omgang met het verleden is het makkelijkst te verklaren. Zij zijn, op degene die in de DDR is geboren na, allemaal zo oud dat zij de Duitse deling bewust hebben meegemaakt. Zij geven aan dat zij ofwel met de Muur zijn opgegroeid ofwel de Muur hebben bezocht. Zo antwoordt een 71-jarige Duitse vrouw dat zij "er zelf is geweest en al het leed heeft gezien". In 1963 werkte zij in een ziekenhuis aan Westelijke zijde van de Bernauerstrasse en keek zij dagelijks uit over de Berlijnse Muur.108 Een 50-jarige man vertelt over hoe de Muur een onderdeel van zijn dagelijks leven vormde. “We zijn samen opgegroeid, de Muur is één jaar ouder dan ik”. Hier zie je dat bezoekers, net zoals bij het DDRMuseum, grote geschiedenis 'klein' proberen te maken door het te verbinden met hun eigen herinneringen en ervaringen.109 Opvallend is het dat de enige respondent die daadwerkelijk in de DDR heeft gewoond geen geëngageerde omgang met het verleden ervaart. Het gaat hier om de al eerdergenoemde 50-jarige Heike. Zij vindt de Gedenkstätte ook geen goede afspiegeling van het leven in de DDR, omdat er ook goede dingen waren. Een verklaring voor het feit dat zij geen nostalgische gevoelens heeft ligt mogelijk in het feit dat zij de Gedenkstätte te confronterend vond. De Gedenkstätte laat een negatief beeld zien van de DDR dat klaarblijkelijk niet strookt met haar eigen positievere jeugdherinneringen. Het gegeven dat het beeld dat de Gedenkstätte uitdraagt niet met de herinnering strookt is tevens te zien bij de Duitse bezoekers die in het Westen woonden maar aan hebben gegeven dat zij de DDR vaak hebben bezocht, bijvoorbeeld omdat zij er vrienden hadden wonen. Ook zij ervoeren geen geëngageerde omgang met het verleden. Naast de acht Duitsers zijn er nog elf bezoekers met andere nationaliteiten die het gevoel hadden bij de Gedenkstätte met het verleden in contact te komen. Dit zijn drie Nederlanders, twee Zweden, twee Brazilianen, één Maleisiër, een Franse en één Amerikaan. Bij sommigen gaat dit gepaard met persoonlijke verhalen. Zo had de hierboven genoemde 43-jarige Nederlandse Charlotte familie in de DDR. Tijdens een bezoek aan de Gedenkstätte ervaart zij een actieve omgang met het verleden, “ik weet nu hoe mijn familie de ellende heeft overleefd”.110 Een Amerikaanse man moet tijdens het bezoek terugdenken aan de verhalen die zijn ouders hem als kind over de DDR vertelden.111 Ook zij verbinden de DDR met hun persoonlijke herinneringen. 108
Zie bijlage 2.13 Rosenzweig en Thelen, The Precense of the Past, 93 110 Zie bijlage 2.1 111 Zie bijlage 2.17 109
35
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? De anderen hebben echter geen persoonlijke relatie met de Muur. Met name de realistische manier waarop het Gedenkstätte de geschiedenis van de Muur toont zorgt voor de nostalgische gevoelens. Zo zegt een Braziliaans stel, van respectievelijk 23 en 25 jaar oud, dat het Gedenkstätte een “goed beeld geeft van hoe de Muur echt was. Het laat zien hoe het hier vroeger echt was”. Ook de emoties die het memorial oproept spelen een grote rol, zoals bij de 27-jarige Zweedse Caroline die aangeeft boos en verdrietig te worden tijdens haar bezoek.112
Waar het sombere beeld dat van de DDR wordt neergezet het gros van de Duitsers juist weerhoudt van het hebben van nostalgische gevoelens, roept dit beeld juist wel deze gevoelens op bij buitenlandse bezoekers. Zij prijzen de authenticiteit en het realistische beeld dat ervoor zorgt dat zij het gevoel hebben met de geschiedenis in contact te komen.
112
Zie bijlagen 2.18 - 2.20
36
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Afbeeldingen Gedenkstätte Berliner Mauer113
Afbeelding 1: De Berlijnse Muur staat nog deels overeind
Afbeelding 2: Het gesloten karakter van de Berlijnse Muur
113
Afbeeldingen afkomstig van de website van de Gedenkstätte Berliner Mauer. Geraadpleegd op 01-04-2014 via http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/
37
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Afbeelding 3: Het monument voor de 136 slachtoffers
Afbeelding 4: Kapelle der Versohnung
38
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Afbeelding 5: Documentatiecentrum
Afbeelding 6: Bezoekers informeren zich over de geschiedenis van de Berlijnse Muur
39
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Hoofdstuk 3: Verschillen en overeenkomsten
In de inleiding heb ik vastgesteld dat het herinneringslandschap van de DDR grofweg te verdelen is in aan de ene kant officiële musea en monumenten die de focus leggen op het politieke regime van de DDR en aan de andere kant private Alltagsmusea die de nadruk leggen op de materiële cultuur van de verdwenen staat. In voorgaande hoofdstukken heb ik onderzoek gedaan naar de manier waarop de DDR herinnerd wordt in respectievelijk het DDR-Museum en de Gedenkstätte Berliner Mauer en welke factoren daarvan bij belang zijn. In dit hoofdstuk ga ik deze verschillende manieren van herinneren en de belangrijkste factoren met elkaar vergelijken.
Beleving Bij zowel het DDR-Museum als de Gedenkstätte Berliner Mauer blijkt beleving van groot belang te zijn voor de bezoeker. Dit blijkt onder meer uit de antwoorden die de bezoekers gaven op de vraag of het museum een goede afspiegeling vormt van de DDR. Deze vraag wordt door de meerderheid positief beantwoordt vanwege de beleving van de geschiedenis die de bezoeker ervaart. Deze historische beleving wordt door historicus Johan Huizinga ‘historische sensatie’ genoemd: „het gevoel van een onmiddellijk contact met het verleden, een sensatie even diep als het zuiverste kunstgenot, een bijna ekstatische gewaarwording van niet meer mij zelf te wezen, van over te vloeien in de wereld buiten mij, de aanraking met het wezen der dingen, het beleven der Waarheid door de historie‟.114 Huizinga was van mening dat een historische sensatie alleen opgewekt kon worden door de visuele waarneming, het bekijken, van een authentiek object. Dit in tegenstelling tot Frank Ankersmith, die de beleving ‘historische ervaring’ noemt. Volgens hem is het een intellectuele ervaring waarbij zintuigelijke waarneming een minimale rol speelt. De Belgische historici Tollebeek en Verschaffel stellen dat de historische beleving onder meer voort komt uit vooraf bestaande belangstelling en kennis maar met name uit gevoel en emotie.115
Het is sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw dat beleving een steeds grotere rol is gaan spelen in musea. Historici en curatoren verloren autoriteit terwijl bezoekers juist meer inspraak kregen. Deze omslag wordt new museology genoemd. Aanhangers wilden dat het museum meer als een onderneming gezien zou worden en bezoekers als consumenten die bepaalden hoe het museum eruit moest zien. Deze tendens in museumwereld is versterkt doordat steeds meer musea door privatisering zoveel mogelijk bezoekers moeten trekken om financieel te overleven. Hierdoor hebben musea meer aandacht voor de
114
J. Huizinga, Verzamelde Werken II, (Haarlem 1953), 566 E. Roza, Historische Sensatie of Kunstgenot? Kunt, historische context en beleving in het gemengde museum, (Utrecht), 10-15 115
40
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? wensen van de bezoeker. Om hier grip op te krijgen werden er steeds vaker bezoekersonderzoeken gehouden. Hieruit bleek dat de bezoeker met name ervaringen wilden opdoen en actief betrokken wilden worden. Om aan deze wensen te voldoen maken musea sinds het eind van de twintigste eeuw steeds meer gebruik van hands-on presentaties die de interactiviteit moeten bevorderen. Hands-on presentaties bestaan bijvoorbeeld uit touch-screens waarbij de bezoeker zelf actief aan de presentatie moet deelnemen om informatie te ontdekken in plaats van enkel passief toe te kijken.116 Deze omslag in het museumdenken is in Duitsland voor het eerst goed te zien in het Haus der Geschichte Bonn. Dit museum is onderdeel van de stichting Haus der Geschichte. Deze stichting kwam in 1982 onder Bondskanselier Helmut Kohl tot stand. Met de stichting wilde de regering van de Bondsrepubliek Duitsland bewijzen dat het om kon gaan met het lastige en belaste Duitse verleden. De stichting was een reactie op de snel groeiende belangstelling van de Duitse natie voor de eigen geschiedenis.117 Het eerste museum van de stichting werd in 1994 geopend in Bonn. In dit museum staat de naoorlogse geschiedenis van West-Duitsland centraal.118 Wat betreft new museology was dit museum volgens directeur Schäfer zijn tijd ver vooruit. Hij stelt dat musea niet langer plaatsen zijn voor de elite, maar onderdeel moeten worden van de maatschappij. Door het gebruik van nieuwe technologie wordt de aantrekkingskracht van het museum vergroot terwijl het tegelijkertijd didactische mogelijkheden biedt. Volgens Schäfer zorgt interactieve media voor een 'democratisch dialoog' tussen bezoeker en tentoonstelling. Door interactiviteit kan de bezoeker een onderwerp naar keuze verder uitdiepen.119 Het Haus der Geschichte Bonn was volgens Schäfer meer gefocust op 'hands-on presentations' dan elk ander historisch museum. Het museum biedt een variëteit aan presentatiemiddelen, waaronder films, audiofragmenten en historische posters, die bijdragen aan de levendige atmosfeer. Bezoekers kunnen via touch-screens meer te weten komen over bepaalde naoorlogse periodes in de Duitse geschiedenis of over tentoongestelde objecten en films en geluidseffecten moeten zorgen voor 'een intieme ervaring'. De bezoeker kan genieten van films in het nagebouwde filmtheater uit de jaren vijftig, luisteren naar radiouitzendingen van noemenswaardige gebeurtenissen of naar interviews met mensen die in de DDR hebben geleefd, zoals demonstranten, journalisten en een KGB-officier.120
116
K. van Goethem, Belevend leren in historische musea. Publiek en beleving in het Nederlands openluchtmuseum (Scriptie Cultuurgeschiedenis UU, Utrecht 2011), 22 117 R. Beier-de Haan, 'Deutsches Historisches Museum Rethinking German History Against the Background of a Burdened Past and New Challenges for the 21st Century', in: Entering the Minefields: the Creation of New History Museums in Europa (Brussel, 2012), 57 118
H.K. Vieregg, 'History of Museums. A Focus on Museums and Museology in Germany 1900-2011', in: Journal of Museum & Culture 6 (2011), 147 119 H. Schäfer, 'Use and Embedding of Interactive Media in a Museum of Contemporary History', in: Archives & Museum Informatics (1995), 74-75 120 Ibidem, 72-73
41
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Na de val van de Muur ontstond de behoefte om Oost-Duitsland meer een plek te geven binnen de geschiedenis. Om deze reden werd in 1999 het Zeitgeschichtliches Forum in Leipzig geopend. Hier ligt de focus met name op de geschiedenis van politieke onderdrukking. Aspecten uit het dagelijks leven komen wel aan bod, maar worden altijd expliciet in een politieke situatie geplaatst. Ook in dit museum staat beleving centraal. De boodschap wordt bekrachtigd door originele objecten, zoals spionage-apparatuur, een busje waarin de Stasi politieke gevangenen ontvoerden en een kanon dat tijdens de volksoproer in 1953 werd ingezet om het verzet neer te slaan. Ook wordt er volop gebruik gemaakt van moderne middelen, zoals audiofragmenten en touchscreens, om de bezoeker op een interactieve manier kennis te laten maken met de geschiedenis van de DDR. Een voorbeeld hiervan is de ruimte waar de Berlijnse Muur centraal staat. Hier worden ontsnappingspogingen getoond, vergezeld van het geluid van kogels en het geschreeuw van mensen.121 Tenslotte heeft het Haus der Geschichte ook nog een afdeling in Berlijn. Nabij station Friedrichstrasse opende in 2011 in het Tränenpalast de tentoonstelling GrenzErfahrungen. Alltag der deutschen Teilung. Op deze historische plek staat het effect van de gedwongen scheiding op inwoners van zowel de BRD als de DDR centraal.122 Tevens opende in november 2013 het museum Alltag in der DDR in de Kulturbrauerei. Hier ligt de focus op de invloed die de Duitse deling had op het dagelijks leven van inwoners van de DDR.123 Je vindt er onder meer een nagebouwde supermarkt met DDR-producten en een nagebouwd café met typische drankjes uit de DDR. Objecten komen tot leven door middel van audiofragmenten van mensen die in de DDR hebben gewoond. De tentoonstelling is bedoelt om bagatellisering van de SED-dictatuur tegen te gaan. Om deze reden wordt het dagelijks leven dan ook altijd in een politieke context geplaatst. De tentoonstelling draagt bij aan het doel van het Haus der Geschichte om de herinnering aan de communistische dictatuur levend te houden en historisch bewustzijn te creëren. Het gebruik van nieuwe technologiën die zorgen voor een interactieve beleving blijkt bijna niet meer weg te denken uit de hedendaagse museumwereld. Zelfs bij de Gedenkstätte Berliner Mauer, wat geen museum maar een Mahnmal is, ontbreken de touschscreens en audiofragmenten niet. De hands-on presentaties zijn ook terug te vinden in het DDR-Museum. Hier blijft het, in tegenstelling tot de Gedenkstätte Berliner Mauer, niet alleen bij touchscreens en audio - en filmfragmenten. De bezoeker dient hier zelf op onderzoek te gaan om informatie te ontdekken door laden en deuren te openen. De bezoeker wordt uitgedaagd de DDR te beleven door een rit te maken in een Trabant, plaats te nemen in de woonkamer en zich te laten verhoren door de Stasi. Alles is hier gericht op beleving en ervaring.
121
B. Berdahl, 'Expressions of Experiences and Experiences of Expression: Museum Re-Presentations in GDR History', in: Anthropology and Humanism 30:2 (2005), 159 122 Website: Museumsmagazin Online, Leben in der Diktatur. Geraadpleegd op 02-03-2014 via: http://www.museumsmagazin.com/editorial/ 123 Website: Stiftung Haus der Geschichte, Berlin. Geraadpleegd op 02-03-2014 via: http://www.hdg.de/berlin/
42
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Authenticiteit Het is echter niet alleen het gebruik van technologie wat zorgt voor een prettige museumervaring. De technologie dient veelal voor een beter begrip te zorgen van wat voor veel bezoekers minstens zo belangrijk blijkt te zijn, namelijk authentieke objecten.124 De authentieke objecten uit de DDR die in het DDR-Museum worden tentoongesteld worden hoog gewaardeerd. Ze wekken herinneringen op en zorgen voor een historische ervaring. Dit is ook het geval bij de Gedenkstätte Berliner Mauer. Hier antwoorden veel van de ondervraagde bezoekers dat de authenticiteit bijdraagt aan de beleving van de geschiedenis. Doordat het monument gevestigd is op de plek waar de gebeurtenissen waar het over verhaalt zich ooit afspeelden, doordat de Muur er deels nog staat en door de ooggetuigenverslagen, kan men er de ‘geschiedenis beleven’. De bezoeker wordt geholpen in contact te komen met het verleden en hij kan het idee hebben dat hij ‘er zelf bij was’. In beide musea wordt authenticiteit aangedragen als belangrijke factor voor de beleving. Het Gedenkstätte Berliner Mauer en het DDR-Museum zijn echter wezenlijk verschillend. Waar het bij de een draait om het alledaags leven gaat het bij de ander juist om onderdrukking. Daardoor rijzen de vragen 'wat is authentiek?' en 'wat ervaren de bezoekers als authentiek?' op. Een eenduidig antwoord op de eerste vraag is niet te geven. In het wetenschappelijk debat wordt er gesproken over onder meer contextuele, materiële, conceptuele, visuele, ahistorische, historische en functionele authenticiteit.125 Waar veel historici het wel over eens zijn is dat authenticiteit in musea en monumenten niet bestaat. Objecten verliezen hun oorspronkelijke betekenis wanneer zij uit hun context getrokken worden en in een museum worden geplaatst. Er is altijd sprake van menselijk handelen. Zaken worden op een bepaalde manier weergegeven en er worden dingen weggelaten. Toch is authenticiteit belangrijk voor bezoekers en daarom moeten musea en erfgoedsites de perceptie creëren dat zij authentiek zijn.126 Dit wordt ook wel staged authenticity genoemd. Objecten worden op een zodanige wijze geënsceneerd dat ze er voor toeristen authentiek uitzien.127 Om deze perceptie te kunnen creëren is het belangrijk te weten wat de bezoeker authentiek vindt. Ook hierover lopen de meningen uiteen. Volgens MacCannel zoekt de moderne toerist naar iets primitiefs en natuurlijks, iets dat nog niet is aangetast door moderniteit. McLeod sluit aan met de voorwaarde dat iets niet speciaal voor de markt gemaakt dient te zijn, het moet oorspronkelijk een ander doel gediend hebben.128 Het bedrijf Reach Advisors heeft onderzoek gedaan onder vijfduizend museumbezoekers, waarvan drieduizend aangaven dat zij authenticiteit erg belangrijk vinden tijdens een museumbezoek. Hiervan vond 58 procent 124
J. Kallinich, Keine Atempause - Geschichte wird gemacht. Museen in der Erlebnis- und Mediengesellschaft (Berlijn 2002), 15 125 H. Ronnes, 'Authenticiteit en authenticiteitsbeleving: de presentatie en perceptie van museum Paleis het Loo', in: Bulletin Knob 5 (2010), 192 126 J. Pine en J. Gilmore, 'Authenticity and Museums', in: Museums News (2007), 76-78 127 Ibidem, 193 128 E. Cohen, 'Authenticity and commodization in tourism', in: Annals of Tourism Research 15 (1988), 372-375
43
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? dat de gegeven informatie gebaseerd moest zijn op onderzoek. Ze gebruikten woorden als 'echt', 'waar' en 'feiten'. Het gaat hier om betrouwbaarheid, als ze niet vertrouwen wat je presenteert, word je door de bezoeker niet authentiek geacht. Voor 25 procent van de onderzochte bezoekers was het met name van belang dat hetgeen gepresenteerd wordt 'echt' is. Voor historische musea betekent dit dat de bezoeker wil weten of het voorwerp dat tentoongesteld wordt ook echt het voorwerp is dat bijvoorbeeld George Washington gebruikte.129 Auteurs Joseph Pine en James Gilmore sluiten aan bij dit belang van betrouwbaarheid voor het creëren van authenticiteit. Musea en monumenten moeten datgene zijn wat ze pretenderen te zijn.130 In hoofdstuk twee heb ik geconcludeerd dat betrouwbaarheid ook belangrijk is voor de bezoekers van de Gedenkstätte Berliner Mauer. Volgens Rosenzweig en Thelen hangt de mate van betrouwbaarheid van de bron af van de kennis die de bezoeker over het desbetreffende onderwerp heeft. De negatieve associaties die de bezoekers bij de DDR hebben worden weerspiegeld in het sombere monument dat verhaalt over onderdrukking, wat ervoor zorgt dat er een hoge mate van betrouwbaarheid aan wordt gehecht. Tevens is de Gedenkstätte Berliner Mauer precies wat het pretendeert te zijn, namelijk een monument ter nagedachtenis aan de Berlijnse Muur. Bezoekers verwachten hier een stuk originele Berlijnse Muur te zien en die verwachtingen worden waargemaakt. Doordat het monument is wat het pretendeert te zijn, een hoge mate van betrouwbaarheid geniet en bovendien originele objecten bevat (de Muur), wordt het door bezoekers als authentiek gewaardeerd. Dat de Berlijnse Muur niet meer de betekenis heeft die het vroeger had en dat het op een bepaalde manier geënsceneerd is voor bezoekers doet er dan niet meer toe. Ook het DDR-Museum voldoet aan de verwachtingen van de bezoeker en wekt zodoende betrouwbaarheid op. Veel bezoekers geven aan dat zij het museum bezochten omdat zij iets wilden leren en anderen hoopten dat het museum herinneringen zou opwekken. Deze verwachtingen werden waargemaakt. Maar wat voor de waardering van authenticiteit voor het DDR-Museum nog belangrijker is dan de mate van betrouwbaarheid zijn de originele DDR-producten. Deze producten zijn 'echt' en dienden oorspronkelijk een ander doel. Dat wil zeggen, het zijn echte gebruiksvoorwerpen die mensen in de DDR gebruikten en ze zijn niet speciaal voor de toeristische markt vervaardigd. Wat bijdraagt aan de authenticiteit van de producten is het feit dat ze echt 'geschiedenis' zijn. Zoals gezegd is het volgens MacCannel belangrijk dat objecten onaangetast zijn door de moderniteit. Dit is bij de originele producten uit de DDR het geval, ze worden niet meer gebruikt en de bezoeker kan zich ook niet voorstellen dat men deze producten nu nog zou gebruiken. Hoewel het nog niet erg lang geleden is dat deze producten voor het laatst werden gebruikt hebben ze toch al iets primitiefs. De bezoeker ervaart de originele producten uit de DDR dus als authentiek. Dat bijvoorbeeld niet alle appartementen eruit zagen zoals degene die tentoongesteld is in het museum, maakt 129
Website: Museum Audience Insight, Authenticity and Museums. Geraadpleegd op 06-03-104 via: http://reachadvisors.typepad.com/museum_audience_insight/2008/04/authenticity-an.html 130 Pine en Gilmore, 'Authenticity and Museums', 79
44
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? de bezoeker niet uit. De meubels zijn echt afkomstig uit de DDR en hadden zo het interieur van een willekeurig DDR-appartement kunnen vormen. Ook hier doet de enscenering dus niet onder voor de beleving van authenticiteit.
Educatie Authenticiteit en beleving zijn belangrijke factoren voor de museumervaring. De voornaamste reden om het museum überhaupt tebezoeken blijft voor veel mensen echter educatie. Mensen willen iets nieuws leren, geïnformeerd worden. Dit is terug te zien in de antwoorden van de bezoekers van zowel de Gedenkstätte Berliner Mauer als het DDR-Museum. Ouderen nemen hun kinderen mee om hen te laten zien wat voor hen gewoon was. Hierdoor heeft het museum ook een functie als brug tussen de generaties. De reden waarom de bezoekers geïnformeerd willen worden is echter wel verschillend. Bij de Gedenkstätte hebben met name Duitse bezoekers het gevoel dat zij het monument móeten bezoeken. Het wordt van belang geacht dat zij op de hoogte zijn van hun nationale geschiedenis. Daarnaast is het monument niet enkel bedoeld om te informeren en zo te blijven herinneren, maar heeft het ook een waarschuwende rol. Door de herinnering levend te houden, hoopt men dat dit in de toekomst niet meer gebeuren zal. Dit is een verschil met de rol die het DDR-Museum heeft in het herinneringslandschap van de DDR. Het draait meer om verbazing en verwondering over het leven in de ‘enigszins bizarre staat’ die de DDR was. De bezoeker komt spelenderwijs meer te weten over het DDR-verleden. Dit spelenderwijs leren staat symbool in de museale benadering van het DDR-Museum, het moet bovenal een leuke ervaring bieden. Het biedt zogenoemde ‘infotainment’, een museum waarbij informatie met entertainment wordt gecombineerd. Dit sluit aan bij de beleving die door veel bezoekers zo belangrijk wordt gevonden.
Emoties en herinnering Bij historische sensaties spelen zoals gezegd met name emoties een grote rol. De emoties die een bezoeker ervaart tijdens zijn bezoek zijn onderdeel van zijn algehele museumervaring. Opvallend is dat de Duitse bezoekers van zowel de Gedenkstätte Berliner Mauer als het DDR-Museum andere emoties ervaren tijdens hun bezoek dan bezoekers met een andere nationaliteit. Afstandelijke begrippen als “onrecht” en “communisme” worden aangevuld met begrippen als woede, verdriet en hulpeloosheid. Ik heb geconcludeerd dat dit komt omdat de DDR onderdeel is van hun eigen geschiedenis, en dus van hun identiteit. Toch vind ik het opmerkelijker dat de Duitse bezoeker deze emoties ervaart in het DDR-Museum dan bij een bezoek aan het Gedenkstätte Berliner Mauer. Laatstgenoemde herinnert aan alle negatieve gebeurtenissen die zich rondom de Berlijnse Muur hebben afgespeeld. Het monument voor de 136 slachtoffers die bij de Muur zijn gevallen maken deze verschrikkelijke gebeurtenissen concreet voor de bezoeker. Het DDR-museum daarentegen legt de focus juist op het dagelijks leven in de DDR. Hier staat centraal dat de burgers in de DDR, ondanks het onderdrukkende regime van de SED, ook gewoon mensen
45
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? waren met hun eigen leven. Mensen met een baan, hobby’s en die ook op vakantie gingen. Het museum doet er alles aan om een zo positief mogelijke beleving te creëren en uit de bezoekersreacties is af te leiden dat dit is gelukt. De bezoeker in het DDR-Museum heeft dus een prettige positieve ervaring maar associeert de DDR alsnog met negatieve emoties als woede en verdriet. Hieruit kan ik concluderen dat het beeld dat de bezoeker van te voren al van de DDR had, sterker is dan het positievere beeld dat het DDR-Museum probeert mee te geven. Dezelfde conclusie kan ik trekken wanneer het gaat om associaties met de DDR die betrekking hebben op het dagelijks leven. Bij het Gedenkstätte dacht een in de DDR geboren 29-jarige Duitse vrouw als enige aan begrippen die betrekking hebben op het dagelijks leven, namelijk het niet hebben van groenten en de kindertelevisieserie “unser Sandmännchen”. Bij het DDR-Museum wordt er echter meermaals verwezen naar begrippen als “Trabant”, “Familie” en “Plattenbau” en denkt de 36-jarige Cordula aan “Jägerschnitzels”. Het DDR-Museum speelt in op de herkenbaarheid van de objecten voor de Duitse bezoeker. Door het zien van de in de DDR alledaagse objecten komen er herinneringen vrij die verwijzen naar het alledaags leven uit die tijd, wat zorgt voor associaties met de DDR die ook betrekking hebben op het dagelijks leven in de DDR. Het museum speelt echter ook in op de herkenbaarheid bij bezoekers die geen enkele relatie hebben met de DDR. Het interieur van het DDR-appartement lijkt bijvoorbeeld erg op een appartement uit de jaren vijftig uit een willekeurig ander land en ook in andere landen werkten mensen en gingen ze op vakantie. Deze thema's over het dagelijks leven zorgen ervoor dat buitenlandse bezoekers op zoek zijn naar overeenkomsten met hun eigen leven of met beelden die zij al hebben. Door de herkenbaarheid wordt de tentoonstelling over het dagelijks leven ook het best gewaardeerd, en door de positieve uitstraling wordt het museum aantrekkelijker. De bezoeker krijgt een positiever beeld van de DDR voorgeschoteld dan zij tot dan toe gewend was en uit de reacties blijkt dat de bezoeker dit positievere beeld als prettig ervaart. Toch zijn de associaties met de DDR ook bij de Duitse bezoeker in het DDR-Museum overwegend negatief. De beeldvorming van de DDR die in de loop der jaren door onder meer de media is gecreëerd is sterker dan het beeld dat het DDRMuseum probeert mee te geven. Uit de positieve reacties blijkt echter dat de bezoekers dit beeld wel zouden willen aanpassen. Het gecreërde beeld van de DDR wordt in het DDR-Museum aan het wankelen gebracht maar blijft desondanks wel overeind. Door in te spelen op de herinnering van de bezoeker wekt het museum bij bijna de helft van de bezoekers een actieve omgang met het verleden op. Dit zie je terug in hun reacties. Waar mogelijk verwijst de bezoeker altijd terug naar persoonlijke herinneringen die zij aan de DDR heeft. Hier zie je dat de bezoeker de grote geschiedenis altijd zo klein mogelijk probeert te maken door te refereren aan de eigen ervaringen. Zelfs de bezoeker die de DDR niet heeft meegemaakt zoekt, zoals gezegd, naar overeenkomsten met het eigen verleden. Hierdoor slaat het museum een brug tussen twee werelden, tussen Oost en West. Dat elke bezoeker die de DDR wel bewust heeft meegemaakt ook een actieve omgang met het verleden
46
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? ervaart tijdens het museumbezoek, heeft, zoals ik eerder geconcludeerd heb, te maken met het feit dat allen na 1960 zijn geboren. Zij hebben geprofiteerd van de goede voorzieningen voor kinderen en jongeren in de DDR en hebben niet bewust de onderdrukking meegemaakt. Het feit dat bezoekers waar mogelijk teruggrijpen op hun eigen ervaringen zie je ook terug bij de bezoeker van de Gedenkstätte Berliner Mauer. Een voorbeeld hiervan is de vrouw die in het ziekenhuis aan de Bernauerstrasse heeft gewerkt ‘en al het leed heeft gezien’. Ook bij dit monument speelt herkenbaarheid een grote rol. De Gedenkstätte draagt een beeld uit dat wel overeenkomt met het beeld van de DDR dat het gros van de bezoekers heeft. Het monument staat symbool voor het onderdrukkende regime, precies hetgeen waaraan de bezoeker denkt wanneer je hem vraagt naar zijn associaties bij de DDR. Door de overeenkomst straalt het monument herkenbaarheid uit. Hoe meer de beelden overeenkomen, hoe meer de bezoeker geneigd is het monument betrouwbaar te vinden. Er is dus een aantal zaken die bij zowel het Gedenkstätte Berliner Mauer als bij het DDR-Museum van belang zijn voor de bezoeker. Dit zijn beleving, educatie, authenticiteit, herkenbaarheid en emoties. Het monument en het museum hebben beiden een zeer andere benadering en dit is terug te zien in de reacties van de bezoekers. Toch zijn er vanwege het belang wat de bezoeker hecht aan bovenstaande begrippen ook grote overeenkomsten te zien in de bezoekersreacties bij de Gedenkstätte en het DDR-Museum.
47
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Conclusie
Het herinneringslandschap van de DDR is verdeeld. In mijn onderzoek heb ik getracht de vraag of deze verschillen in het herinneringslandschap invloed hebben op het beeld dat de bezoeker van de DDR heeft. Door deze vraag te stellen wilde ik meer inzicht krijgen in de discussie over de omgang met de DDRgeschiedenis en de manieren waarop deze tijd herinnerd wordt. Wie aan de DDR denkt, denkt veelal aan een dictatuur, aan communisme en aan de Berlijnse Muur. Maar al sinds de Duitse hereniging is er ook een ander geluid te horen. Oost-Duitsers zetten zich af tegen het idee dat zij niets meer waren dan gevangen van de Stasi en ook in de rest van Duitsland kwam het besef dat de mensen die in de DDR woonden ook gewoon werkten, een sociaal leven hadden en op vakantie gingen. Om de herinneringen aan het dagelijks leven in de DDR levend te houden werd er terug gegrepen op de materiële cultuur van de DDR. Deze verschillen zie je terug in het herinneringslandschap van de DDR. Er zijn musea en monumenten, veelal opgericht met staatssteun, die zich richten op het politieke aspect van de DDR. Daarnaast zijn er musea, veelal privaat, die zich richten op het behoud van de materiële cultuur en het dagelijks leven in de DDR. In mijn onderzoek heb ik twee herinneringsplaatsen bestudeerd: de Gedenkstätte Berliner Mauer en het DDR-Museum. De Gedenkstätte Berliner Mauer is een Mahnmal dat gericht is op het herinneren van het politieke aspect van de DDR. De nadruk ligt op de onrechtstaat. Het DDR-Museum daarentegen doet er alles aan om de bezoeker een zo positief mogelijke ervaring te bieden. De opzet is hier dan ook veel luchtiger van toon. Hebben deze verschillen invloed op het beeld dat de bezoeker van de DDR heeft?
Na mijn onderzoek kan ik concluderen dat de verschillende benaderingen van de Gedenkstätte Berliner Mauer en het DDR-Museum geen invloed hebben op het beeld dat de bezoeker van de DDR heeft. De bezoekers van zowel de Gedenkstätte als het DDR-Museum hebben overwegend negatieve associaties bij de DDR. Dit negatieve beeld verandert niet door een bezoek aan de Gedenkstätte of het museum. Wel lijkt de bezoeker zich aan te passen aan zijn omgeving. De bezoekers die ik heb ondervraagd proberen waar mogelijk de geschiedenis klein te maken door deze te relateren aan hun eigen ervaringen en herinneringen. Bij de Gedenkstätte Berliner Mauer waren deze herinneringen voornamelijk op het leed en de onderdrukking van de bewoners in de DDR gericht. Dit zie je terug in de gegeven enquêteantwoorden, zoals dat van de 71-jarige Duitse vrouw die zegt dat zij "er zelf is geweest en al het leed heeft gezien" en dat van de 43-jarige Nederlandse Charlotte die stelt nu te weten hoe haar "familie de ellende heeft overleefd". In het DDR-Museum is de toon echter veel luchtiger en dit zie je terug in de reacties. Het museum wekt jeugdherinneringen op en de tentoonstelling over het dagelijks leven wordt het meest positief beoordeeld. De oude producten en het appartement herinneren mensen op een positieve manier aan hun
48
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? jeugd. Dit geldt voor zowel mensen die in de DDR hebben gewoond als voor West-Duitsers en bezoekers met een andere nationaliteit. Het DDR-Museum wil een positiever beeld geven van de DDR en uit de positieve bezoekersreacties blijkt dat mensen dit beeld als prettig ervaren. Het beeld dat de bezoeker van de DDR heeft wordt aan het wankelen gebracht maar uit de negatieve associaties die de bezoeker bij de DDR heeft blijkt dat het beeld dat in de loop der jaren van de DDR is gecreëerd sterker is dan het beeld dat het DDR-Museum probeert uit te dragen.
De bezoeker past zich dus aan aan zijn omgeving, maar de omgeving heeft geen invloed op het beeld dat de bezoeker van de DDR heeft. Opvallend is wel dat de bezoekers, ondanks dat de Gedenkstätte en het DDRMuseum erg van elkaar verschillen, beiden een goede afspiegeling vinden van de DDR. Dit heeft te maken met de verwachtingen die de bezoeker van te voren heeft. De Gedenkstätte is precies wat het pretendeert te zijn, een plek waar de Berlijnse Muur en het leed dat deze met zich meebracht herinnerd wordt. Ook het DDR-Museum voldoet aan de verwachtingen van de bezoeker. Hier wil men geïnformeerd worden, het leven in de DDR ervaren en hopen een aantal bezoekers dat het museum herinneringen opwekt. Doordat beiden de verwachtingen van de bezoekers waarmaken komen zowel het Gedenkstätte als het DDRmuseum betrouwbaar over. Ook de geënsceneerde authenticiteit draagt bij aan de betrouwbaarheid en de beleving van de geschiedenis. Deze drie zaken lijken voor de bezoeker van groot belang tijdens zijn bezoek. Dat de Gedenkstätte en het museum een andere insteek hebben voor het verhaal van de DDR dat zij vertellen maakt minder uit. Wanneer het betrouwbaar overkomt, de bezoeker de geschiedenis kan beleven en het gevoel heeft dat objecten authentiek zijn wordt het door de bezoeker als een goede afspiegeling van de DDR ervaren.
Een laatste discrepantie zit er in de ervaringen van de Duitse bezoekers die de DDR bewust hebben meegemaakt in het DDR-Museum en de Gedenkstätte Berliner Mauer. In het DDR-Museum kunnen zij zich uitstekend vinden in het beeld dat hier van de DDR wordt geschetst. Bij de Gedenkstätte ligt dit anders. Hier kan vrijwel iedere bezoeker zich vinden in het beeld dat hier van de DDR wordt gecreëerd, behalve de bezoeker van Duitse afkomst die de DDR bewust heeft meegemaakt. De reden die hiervoor wordt gegeven is dat de DDR 'meer was dan de Muur' en dat 'er ook goede dingen waren'. Het beeld dat bij de Gedenkstätte gecreëerd wordt strookt dus niet met de herinnering. Je kunt je afvragen of deze bezoekers zich er niet bewust van zijn dat het monument een lieu de mémoire is dat symbool staat voor een grotere geschiedenis van de DDR, voor het onderdrukkende regime van de verdwenen staat. Maar wanneer zij stellen dat 'er ook goede dingen waren' zien zij misschien wel dat het een lieu de mémoire is, maar zijn zij het niet eens met hetgeen waar het symbool voor staat. Je kunt je hier afvragen of het Gedenkstätte meer aansluit bij de perceptie van het verleden dat de meeste mensen hebben dan bij het verleden zelf.
49
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Het onderzoek dat ik heb uitgevoerd en de conclusies die ik daaruit heb getrokken hebben mij meer inzicht gegeven in de discussie over de omgang met het DDR-verleden en de manier waarop deze herinnerd wordt. Naast de monumenten en musea die gericht zijn op het politieke aspect van de DDR zijn er steeds meer musea verschenen die zich richten op het dagelijks leven in deze tijd. Dit dagelijks leven wordt veelal wel in een politieke context geplaatst, zoals in de musea van het Haus der Geschichte en in het DDR-Museum. Ook in media komt de politieke context veelal uitdrukkelijk naar voren. Hierdoor is er een beeld gecreëerd van de DDR dat gebaseerd is op het politieke aspect van deze tijd en dit beeld is veelal negatief. Er komt in musea wel steeds meer aandacht voor het dagelijks leven in de DDR maar het negatieve beeld zoals dat door media en herinneringsplaatsen is gevormd blijft, zoals ook terug te zien in de enquêteantwoorden, bestaan.
50
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Literatuurlijst
Archibald, R., A Personal History of Memory in: J. Climo en M. Catell (ed.), Social memory and History. Anthropological Perspectives (2002)
Arnold-de Simine, S., ‘”The Spirit of an Epoch Is Not Just Reflected in Pictures and Books but Also in Pots and Frying Pans”: GDR Museums and the Memories of Everyday Life’, in: N. Hodgin en C. Pearce (ed.), The GDR Remembered: representations of the East German State since 1989 (New York 2011)
Beier-de Haan, R., Deutsches Historisches Museum Rethinking German History Against the Background of a Burdened Past and New Challenges for the 21st Century, in: Entering the Minefields: the Creation of New History Museums in Europa (Brussel, 2012)
Berdahl, D., ‘Expressions of Experience and Experiences of Expression’, in: Anthropology and Humanism, 30:2 (2005)
Berdahl, D., ''(N)Ostalgie' for the present: Memory, longing, and East German things', in: Ethnos 75:1 (2010)
Berry, C., Schmied, L.A., en Schrock, J.C., The Role of Emotion in Teaching and Learning History: A Scholarship of Teaching Exploration in: The History Teacher 41 (2008)
Blum, M., 'Remaking the East German Past; Ostalgie, Identity, and Material Culture', in: The Journal of Popular Culture 34:3 (2000)
Cohen, E., 'Authenticity and commodization in tourism', in: Annals of Tourism Research 15 (1988)
Dolff-Bonekämper, G., 'The Berlin Wall: an archeological site in progress', in: J. Schofield, W. Johnson en C. Beck (ed.), Matériel Culture: The archaeology of twentieth century conflict (2002)
Goethem, van K., Belevend leren in historische musea. Publiek en beleving in het Nederlands openluchtmuseum (Scriptie Cultuurgeschiedenis UU, Utrecht 2011),
Hodgin, N. en Pearce, C., Introduction, in: The GDR Remembered: representations of the East German State since 1989 (New York 2011)
51
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Huizinga, J., Verzamelde Werken II, (Haarlem 1953)
Hwang, B., Constructing the Communist Other: A Comparative Study of Museum Representations of Communism (Budapest 2009)
Jonker, E., Historie. Over de blijvende behoefte aan geschiedenis (Assen 2001)
Jozwiak, J. en Mermann, E., '"The Wall in our minds?" Colonization, Integration and Nostalgia', in: The Journal of Popular Culture, 39:5 (2006)
Kallinich, J., Keine Atempause - Geschichte wird gemacht. Museen in der Erlebnis- und Mediengesellschaft (Berlijn 2002)
Lazda, I., ‘The Alltag Becomes Alltagsgeschichte: The Haus der Geschichte in Lutherstadt Wittenberg and the DDR Museum Berlin’, in: S. Figge, en J. Ward (ed.), Reworking the German past : adaptations in film, the arts, and popular culture (New York 2010)
Nora, P., Between Memory and History: Les Lieux de Mémoire, in: Representations 26 (1989)
Pine, J., en Gilmore J., 'Authenticity and Museums', in: Museums News (2007)
Rethmann, P., 'Post-communist ironies in an East German hotel', in: Anthropology Today 25:1 (2009)
Ronnes, H., 'Authenticiteit en authenticiteitsbeleving: de presentatie en perceptie van museum Paleis het Loo', in: Bulletin Knob 5 (2010)
Rosenzweig R., en Thelen D., The Precense of the Past: Popular Uses of History in American Life (1988)
Roza, E., Historische Sensatie of Kunstgenot? Kunt, historische context en beleving in het gemengde museum, (Utrecht)
Schäfer, H., Use and Embedding of Interactive Media in a Museum of Contemporary History, in: Archives & Museum Informatics, p. 74-75 (1995)
52
De DDR: Één wereld, twee herinneringen? Segal, J., en Balbier U., ‘Introduction’, in: J. Segal, C. Cuevas-Wolf en U. Balbier (ed.), East German Material Culture and the Power of Memory (Washington 2011)
Tames, I., 'Ostalgie, nostalgie en het tastbare verleden', in: Groniek (Groningen 2005),
Tate, D., 'Forthcoming. The importance and diversity of cultural memory in the GDR context', in: R. Rechtien en D. Tate (ed.), Twenty Years On: Competing Memories of the GDR in Post-Unification German Culture (New York 2011)
Vieregg, H.K., History of Museums. A Focus on Museums and Museology in Germany 1900-2011, in: Journal of Museum & Culture nr. 6 2011
Zeitchik, S., 'German Ostalgie, fondly recalling the bad old days', in: The New York Times (2003)
Websites:
Berlin.de, Gesamtkonzept zur Erinnerung an die Berliner Mauer: Dokumentation, Information und Gedenken. http://www.berlin.de/sen/kultur/kulturpolitik/mauer/m12.html
Berliner Mauer Gedenkstätte, Dokumentationszentrum. http://www.berliner-mauer-gedenkstaette.de/de/dokumentationszentrum-213.html
Bundesstiftung Aufarbeiting, Empfehlungen der Expertenkommission. http://www.bundesstiftung-aufarbeitung.de/downloads/pdf/sabrow-bericht.pdf.
DDR Museum Berlin, Press Releases http://www.ddr-museum.de/src/pressemitteilungen/pressrelease-53.pdf
Der Tagespiegel, 50 Jahre Mauerbau: Die Gedenkstätte Berliner Mauer wird erweitert. http://www.tagesspiegel.de/kultur/50-jahre-mauerbau-die-gedenkstaette-berliner-mauer-wirderweitert/4481500.html
Landschaftsarchitektur Heute, Gedenkstätte Berliner Mauer. http://www.landschaftsarchitektur-heute.de/themen/berliner-kulturlandschaften/berlinermauerstreifenparks/details/26
53
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Lonely Planet, DDR Museum http://www.lonelyplanet.com/germany/berlin/sights/museums-galleries/ddr-museum
Museum Audience Insight, Authenticity and Museums. http://reachadvisors.typepad.com/museum_audience_insight/2008/04/authenticity-an.html
Museumsmagazin Online, Leben in der Diktatur. http://www.museumsmagazin.com/editorial/
Senatsverwaltung für Stadtentwicklung und Umwelt, Bernauerstrasse. http://www.stadtentwicklung.berlin.de/denkmal/denkmale_in_berlin/en/berliner_mauer/bernauer_strass e.shtml
Stiftung Haus der Geschichte, Berlin. http://www.hdg.de/berlin/
Beeld: Afbeeldingen DDR-Museum via website DDR-Museum, pressebilder. Geraadpleegd op 26-03-2014 via http://www.ddr-museum.de/de/presse/downloads
Afbeeldingen Gedenkstätte Berliner Mauer via website Berlijn-blog.nl. Geraadpleegd op 26-03-2014 via http://berlijn-blog.nl/bezienswaardigheden/de-berlijnse-muur/gedenkstatte-berliner-mauer/
54
De DDR: Één wereld, twee herinneringen?
Bijlagen Bijlagen 1: Enquêtes van geciteerde bezoekers van het DDR-Museum
Bijlagen 2: Enquêtes van geciteerde bezoekers van de Gedenkstätte Berliner Mauer
55