DE ALARM KLOK 28 DECEMBER 2012
MAILING 67 VAN DEMENT OOSTENDE VZW Een mailing van onze vereniging naar onze talrijke sympathisanten, 1 | P a g i n a het stadsbestuur en de pers.
VROLIJKE FEESTEN
DEKENIJSTRAAT 4 - Oudste bewoonde huis van Oostende bedreigd Het oudste nog bewoonde huis van Oostende in de Dekenijstraat, een beschermd monument, dreigt door de sloop van een belendend pand en de nieuwe bouwplannen op dit perceel onherstelbare schade op te lopen. “Ik hoop dat de bevoegde overheid de ernst van de situatie inziet”, vertelt eigenaar Yves Deckers. Het huis van Yves Deckers in de Dekenijstraat 4 stamt uit 1783 en is zo het oudste bewoonde pand in Oostende. Sinds 2005 is het pand beschermd. Tot de jaren zestig stond ernaast op huisnummer 2 ook een pand uit diezelfde periode. Er was een gemeenschappelijke muur en het dakgebinte liep gewoon door. Dat huis werd gesloopt toen en verbouwd tot het huidige appartementsblok van drie verdiepingen, dat door een bouwpromotor werd opgekocht om er een nieuwbouw van vier hoog te realiseren. Als die constructie er komt, dreigt de gemeenschappelijke muur die nu al 8 cm verzakt is in te storten. Een muur die daarbij nog drie verdiepingen boven het voormalige koetspoortgebouw schraagt. De dienst Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen heeft de adviesaanvraag voor het bouwen van een nieuwbouwappartementsgebouw opnieuw negatief geadviseerd. De aangevraagde werken hebben een negatieve impact op de erfgoedwaarden van het nabijgelegen monument omdat de bouwaanvraag op geen enkele manier aantoont dat de werken kunnen uitgevoerd worden zonder schade aan te brengen aan het monument waar het aan paalt. Tijdens de bouwaanvraagprocedure in 2005 werd zowel door de eigenaar van het monument als door de administratie Monumenten en Landschappen de aanvraag ongunstig geadviseerd omwille van twijfels over de haalbaarheid van het project zonder aanbrengen van schade aan het beschermd monument. Gelijkaardige bouwprojecten naast beschermde monumenten in Oostende hebben aangetoond dat de gemene muur diende gestabiliseerd en gestut te worden vooraleer er kon
2|Pagina
afgebroken worden, echter niet steeds met succes of het uitblijven van beschadigingen. De historische opbouw van het 18de eeuws herenhuis toont aan dat de dakconstructie in oorsprong verder doorliep ter hoogte van Dekenijstraat 2. De gemene muur is in de loop der tijd reeds enkele cm verzakt wat zijn stabiliteit in een toekomstige losstaande toestand in twijfel trekt. Omdat bij beschermde monumenten voorkomen beter is dan genezen achtte de dienst Onroerend Erfgoed dat het onontbeerlijk is dat bij de bouwaanvraag de manier van afbraak als de beveiligheids- en stuttingswerkzaamheden aan het beschermd monument bij de aanvraag gevoegd worden zodat de impact kan worden geëvalueerd. Verder maakte zij het stadsbestuur attent op het reële gevaar tot beschadiging en vernieling van het beschermd monument bij het uitvoeren van deze werken zonder het doordacht en oordeelkundig stutten van de gemene muur van het monument. Eigenaar Yves Deckers vindt dat het stadsbestuur als de eerste beschermer van het cultureel erfgoed dient beschouwd te worden. “Inzake erfgoedbescherming blijft eerst en vooral het fundamentele verwijt bestaan dat de nieuwbouw een werkelijk nefaste invloed zal hebben op mijn woning. Zelfs met een plan hoe de muur te stutten, kan niemand mij de garantie geven dat er geen beschadiging zal optreden. Integendeel, ik verwacht echt het ergste met dit 18e eeuwse beschermd pand. Verder is er volgens mij hier hoe dan ook geen sprake is van een zorgvuldige ruimtelijke ordening als op een dergelijke aanvraag zou worden ingegaan.” Dit uniek historisch pand mag dan ook geen enkel risico op beschadiging lopen, en Dement Oostende ijvert dan ook dat het stadsbestuur nooit een sloopvergunning mag afgeven om het naastliggend pand te slopen. Elke voorzorgsmaatregel of stuttingswerkzaamheid is geen garantie dat het beschermd pand niet beschadigd zal worden, in tegendeel, de kans op schade is zeer groot.
Historie Het pand in de Dekenijstraat nr. 4 is een 18de-eeuws laatclassicistisch herenhuis, behorend tot de oorspronkelijke bebouwing van de straat. Deze herenhuizen werden bij de aanleg van de straat in 1781-1782 opgericht. Samen met het rechts aansluitende pand op nr. 6 werd dit wellicht in één geheel opgetrokken, maar werd in het begin van de 19de eeuw opgesplitst in twee woonhuizen.
In 1781-1782 worden de zuidelijke stadswallen van Oostende gesloopt voor een uitbreiding van de stad en het graven van nieuwe dokken, het huidige Mercatordok. Bij die uitbreiding ontstaan enkele straten die de binnenstad met de dokken verbinden, o.m. de Sint-Jorisstraat, de huidige Dekenijstraat. De gronden die hierbij vrijkomen, worden in 1783 in drie openbare veilingen verkocht. Het perceel waarop dit pand te situeren is, wordt verkocht aan een aannemer uit Diksmuide en het magazijn voor scheepsmunitie dat zich op dit perceel bevindt, wordt afgebroken voor de bouw van een woonhuis. Het huis heeft een tuin die uitgeeft op een stadsgracht, nu de Zuidstraat. Van deze situatie wordt gebruik gemaakt in het begin van de 19de eeuw, wanneer er een zeepfabriek in de achtergelegen gebouwen wordt gevestigd. Deze situatie is weergegeven op het primitieve kadasterplan van 1830, wat tevens toont dat de huizen met nr. 4 en nr. 6 reeds gesplitst zijn. In 1850 wordt de zeepziederij afgebroken, maar blijven het hoofdgebouw en de annexen onaangeroerd. Elf jaar later worden de beide annexen langer uitgebouwd. In 1906 en 1928 worden opnieuw verbouwingen uitgevoerd aan de uitbouwen in de tuin. In 1956 vindt de laatste aanpassing plaats aan de achtergevel om tot de huidige situatie te komen. Uit de gegevens van het kadasteronderzoek blijkt dat het hoofdgebouw sinds de 18de eeuw structureel niet werd aangepast. Dit blijkt ook uit het interieur, waar de indeling en de belangrijkste interieurelementen zijn bewaard. Een vierkant hoofdvolume met de indeling van een 18deeeuws herenhuis, waaronder een statige inkomhall met trappenhuis bereikbaar vanuit de toegangspoort, een grote voorkamer aan de straatkant, en op het verdiep vier kamers met daarboven ruime zolderkamers. In het hoofdvolume is de interieurafwerking grotendeels bewaard: de houten en natuurstenen vloeren, de stucplafonds, de 18de-eeuwse paneeldeuren, de marmeren schouwen, de grijs/zwarte natuurstenen vloer, de statige 18de-eeuwse eiken trap, …
1|Pagina
We verzoeken dat iedere sloopaanvraag dusdanig wordt beoordeeld dat het aanpalende beschermdemonument geen schade kan oplopen bij een gebeurlijke sloop. De komende weken wordt een uitspraak verwacht.
Een interessante foto uit ca. 1950 voor de grote afbraakgolven van de jaren 60. Op de foto is te zien dat het dak van het naastliggende pand op nr. 2 doorliep met het dak op nr. 4.
DEMENT GEEFT POSTKAART UIT Koop onze steunkaart U kan onze acties voor het behoud van het Oostends erfgoed steunen door sympathiserend lid van onze vereniging te worden. En dit jaar doen we dit via de verkoop van een unieke postkaart met de afbeelding van het afgebroken Hotel Paloma in de Ijzerstraat. U kan deze kopen aan de prijs van 3,00 euro/stuk (zonder verzendingskosten) of 4,00 euro/stuk met verzendingskosten (België). Zo wordt u automatisch lid van onze vereniging. Een echte ledenwerking hebben we niet, maar we houden u op de hoogte van onze acties en u ontvangt onze digitale nieuwsbrief. Stuur een mailtje naar ons bekend mailadres met uw adres, en indien u al dan niet de postkaart zelf komt ophalen. Rekeningnummer 979-5444336-22 van Dement Oostende, Plantenstraat 82, 8400 Oostende, met vermelding van Postkaart Dement + naam (IBAN BE 06 9795 4443 3622 - BIC ARSPBE22). Daarnaast zijn we steeds op zoek naar actieve mensen, die ons willen helpen met de verder uitbouw van onze VZW. Bent U geïnteresseerd? Neem gerust contact op via ons adres. We hopen iedereen met een hart voor erfgoed en een gezonde liefde voor onze stad te kunnen betrekken in onze vereniging.
DEMENT MEETS… MARK VANMOERKERKE “Economische en architecturale meerwaarde kunnen samengaan“ Om de maand zit Dement vzw samen met een Oostendenaar met een hart voor z’n stad en de focus op een zelfgekozen pand. Vandaag ontmoet Mark Vanmoerkerke Dement voorzitter Guy Servaes. Met De Zeewacht als getuige. Na z’n carrière als touroperator bij Sunair en Sun International en later als CEO van de Sunparcs is Mark Vanmoerkerke nu vooral actief als ontwikkelaar en investeerder van winkelvastgoed in z’n eigen geboortestad. Tot vandaag realiseerde hij al zo’n 15 à 16 panden in het stadscentrum. “Tot voor 5 jaar was die branche mij totaal onbekend als patrimoniumbeheerder. Ondertussen heb ik al een aantal beeldbepalende erfgoedpanden tot winkels in de stad gerenoveerd.” “Natuurlijk is het mij er om te doen om als ondernemer een economische meerwaarde te creëren bij zo’n aankoop en renovatie, maar dat mag niet ten koste van alles gaan, vind ik. Ik probeer bij elke realisatie zoveel mogelijk rekening te houden met historische en architecturale belangrijke accenten die zo’n gebouw typeren en er een ziel aan geven. Als ik ook nog een kwalitatieve meerwaarde kan creëren dan heb ik m’n civiele plicht gedaan. En als bijvoorbeeld een hoog plafond in een winkel een ruimtelijke meerwaarde betekent dan offer ik daarvoor graag verkoopsruimte aan op of zal ik niet op energiekosten besparen met een vals plafond.”
2|Pagina
Kiezen is verliezen Het erfgoedplan van de stad Oostende houdt in dat vele erfgoedpanden een locuswaarde hebben gekregen. De lijst van gebouwen met een hoge locuswaarde vindt Guy Servaes een beschermende buffer tegen de al te slokkerige afbraakwoede. Mark Vanmoerkerke: “Persoonlijk opteer ik ervoor om uit die lijst van gebouwen met hoge en lage locuswaarde er een 100-tal te lichten en die dan te beschermen. Dat zal meer duidelijkheid scheppen en veel slopende discussies vermijden of een pand nu al of niet de moeite waard is om te behouden. We kunnen niet alles bewaren, hé. Er moeten duidelijke keuzes gemaakt worden, maar kiezen betekent ook verliezen! Ik vind dat Dement nog teveel de nadruk legt op het conserveren van wat er nog is. maar we moeten ook niet alles willen bewaren uit alle stijlperiodes: Oostende is de belle époque. Laat ons daar op focussen en bv één straat zoals de Muscarstaat renoveren, autovrij maken, de originele lantaarnpalen teruggeven en toeristisch promoten. En voor de rest alleen belangrijke openbare gebouwen uit andere stijlperiodes behouden. Steden en provincies staan enorme besparingen te wachten , dus er zal geen geld zijn om alles te bewaren.“ Guy Servaes: “Eén straat volledig renoveren doet me teveel aan Bokrijk denken. En wees gerust Dement wil ook niet alles beschermd zien, dit is onbetaalbaar. We willen vooral een erfgoedbeleid voeren om zo de Oostendenaar te sensibiliseren en zo oog te laten krijgen voor het stedelijk onroerend erfgoed. Men zou zich moeten concentreren op herbestemming van erfgoedpanden. Een nieuwe invulling als woonst, horecazaak of bevoorbeeld B&B is een betere garantie op behoud, en geeft zeer zeker een grotere meerwaarde aan je stad. Vooral in een toeristische stad als Oostende. Wat Mark doet met handelspanden is zeker lovenswaardig. Als kind verzamelde ik vroeger oude postkaarten en ik besefte al snel dat er al te veel verdwenen was van wat ik op die kaarten zag. Zo is m’n engagement in Dement ontstaan. Teveel mooie en waardevolle zaken zijn verdwenen. En ik hoop vurig dat onze rol als drukkingsgroep morgen overbodig mag worden.”
Kapellestraat, Adolf Buylstraat, enkele panden in de portefeuille van Mark Van Moerkerke. Onderaan het pand in de Muscarstraat.
3|Pagina
Ondernemer met hart voor erfgoed Met het sluiten van de Internationale Boekhandel verdween weer een beeldbepalende ankerplaats in de A. Buylstraat. En komt er nog maar eens een kledingszaak de uniformiteit van de winkelstraten versterken. Vanmoerkerke: “Ik vind dat ook een groot verlies. Zelf was ik er al van m’n 6 jaar klant in die boekhandel o.a. voor m’n schoolgerei vroeger. En iedere week lees ik ca. 50 tijdschriften, dus! Maar ik heb die boekhandel niet gesloten, hé. Het bedrijf zelf heeft de boeken dicht gedaan. En als ondernemer mag je het mij niet kwalijk nemen dat ik er een kwalitatief hoogstaande kledingszaak in onderbreng. Ik geef de oorspronkelijke glamour van het imposante gebouw een nieuwe toekomst.” Om puur emotionele redenen kocht Mark Vanmoerkerke ook een oud woonhuis op de hoek van de Welligtonstraat en de Muscarstraat “Het was liefde op het eerste zicht. Een gebouw uit de belle époque dat zich toch duidelijk onderscheidt van de andere stadvilla’s uit die periode. Ik heb het gekocht en de oorspronkelijke indeling van de twee wooneenheden hersteld. Na renovatie stel ik het te koop. Ik blijf ondernemer, maar wel met een hart voor wat het bewaren waard is.”
Regelneverij Voor m’n realisatie in de Koninginnelaan waar ik straks een nieuwe hotel open, had ik beroep gedaan op een jong Berlijns architect voor de bouw van een belendend appartementsblok met een spraakmakende uitstraling. De stedenbouwkundige dienst van de stad was vol lof over het project, maar na meer dan 10 keer de plannen te hebben moeten wijzigen, hield de architect het voor bekeken. Veel lovenswaardige initiatieven lopen zich stuk op de regelneverij van de overheid en haar woekerende drift aan reglementeringen. “ (tekst Mark Loy)
Links, Avenue Beach Hotel , Koninginnelaan. Het oude Belle Epoquepand werd geïntegreerd in het hotel. Initieel moest dit pand plaats maken voor nieuwbouw Rechts, Adolf Buylstraat. Mark Vanmoerkerke heeft de oude kapel in de Sint Sebsatiaanstraat gerenoveerd, en dez ruimte zal deel uitmaken van een nieuw winkelpand.
DEMENT NIET DE WINNAAR VOOR BUITENGEWONE BUURT Dement was één van de 10 genomineerden voor het beste project in West-Vlaanderen in het kader van ‘15 jaar Buitengewone Buurt’ van de Koning Boudewijnstichting In 2007 ontving Dement Oostende een subsidie van de Koning Boudewijnstichting om het Filip van Maestrichtplein in te richten in een autoluw buurtplein. In samenspraak met het stadsbestuur werd het plein heraangelegd en werd de subsidie aangewend voor het kunstwerk ‘Whisper Trees’ van Yves Velter, 150 bronzen oortjes die in de platanen op het plein werden ingewerkt en symbool staan voor de stille getuigen van de buurtgesprekken op het plein. Ons project werd, samen met 9 andere projecten, door de Koning Boudewijnstichting geselecteerd als één van de beste projecten in West-Vlaanderen van de afgelopen 15 jaar. De projecten werden afgelopen maand voorgesteld op de zender Focus WTV, en vervolgens konden de kijkers het beste project kiezen. Op 17 december werd buurttuin ‘Dolle Pret’ uit Oostende verkozen tot winaar buitengewone buurt in het zendgebied van Focus. De buurttuin ‘Dolle Pret’ is geen volkstuintje. Het is een tuin met, door en voor wijkbewoners van de Nieuwe Stad. Een ploeg vrijwilligers kweekt sinds 3 jaar wel 50 verschillende soorten groenten, kruiden, bloemen en klein fruit. Alles wat groeit en bloeit vloeit terug naar de wijkbewoners via een ‘sla je slag’-actie, een soepfestival, een kinder-plantdag, kruidenpluk. De tuin maakt een verschil in de Nieuwe Stad met zijn hoogbouwappartementen. Ze brengen mensen samen, laten kinderen meewerken, maken een groene oase te midden beton. Wij wensen deze terechte winnaar dan ook alle succes toe.
4|Pagina
LEEGSTAAND CO-CENTER WORDT GERENOVEERD Co-Center wordt omgetoverd tot woonproject met 49 lofts Het bekende Co-Center in Oostende krijgt na tien jaar leegstand eindelijk nieuw leven ingeblazen. Het gebouw wordt omgetoverd tot een wooncomplex met 49 lofts. De eigenaar kreeg een bouwvergunning en behoudt zoveel als mogelijk het oorspronkelijke uitzicht van het historische gebouw uit 1928. Het Co-center is de laatste jaren vooral gekend als een verlaten plek in de Oud-Hospitaalwijk. Een stadskanker volgens mensen zonder visie. Al in 2006 liet Dement weten dat het hoofdgebouw in Vlaamse neo-renaissance en de interbellum werkhuizen rond de koer zeker de moeite waard zijn om geïntergreerd te worden in een aantrekkelijk geheel. Jaren bleef het stil rond de site. We hoorden dat het te koop stond, en we ergerden ons aan het gebrek aan initiatief van de beleidsmakers om deze plek aan te pakken en te promoten. Maar nu waren we zeer aangenaam verrast dat het Co-Center, vroeger in de volksmond beter bekend stond als De Coo , eindelijk een nieuwe invulling krijgt. Het gebouw stond tien jaar leeg en kwam in 2006 in handen van Walther Willekens, een ondernemer die actief is in de seniorenzorg. ‘We wilden er aanvankelijk een project voor ouderenzorg van maken', zegt Willekens. Na grondig onderzoek bleek het onmogelijk om het pand te verbouwen volgens de strenge regels qua toegankelijkheid voor senioren. ‘Daarom geven we deze site een nieuw invulling met 49 lofts. De oppervlaktes variëren tussen de vijftig en tweehonderd vierkante meter', legt Willekens uit. ‘Sommige gelijkvloerse woningen krijgen een tuin en er komt ook een gemeenschappelijk zonneterras bovenop het gebouw. Alle woongelegenheden zullen energiezuinig zijn. De centrale straat blijft behouden en ook de naam blijft. Enkel één hoekhuis wordt afgebroken om de toegankelijkheid te bevorderen', zegt zoon Guylian. De werkzaamheden zullen anderhalf jaar duren. ‘We zien het Co-Center niet meer als een commercieel centrum. De centrale open ruimte moet wel een ontmoetingsplek worden voor de bewoners. Dat kunnen zowel jonge gezinnen als senioren zijn', zeggen Walther en Guylian Willekens. Het groene binnenplein zal wel niet meer permanent toegankelijk zijn. ‘Dat wordt een ruimte voor de bewoners. Om de veiligheid te bewaken, is het niet aangewezen om die site permanent open te zetten.'
STADSKANKER WORDT STADSKANS
De eigenaar kreeg van het stadsbestuur ondertussen een bouwvergunning, een belangrijke stap in de realisatie van het nieuw project. ‘Het gebouw afbreken, is nooit een optie geweest. Het pand staat op de lijst van bouwkundig erfgoed en heeft een rijke geschiedenis. Die willen we niet verloren laten gaan. De gebouwen, inclusief schoorsteen, blijven staan en krijgen binnenin een nieuwe invulling.' Dat het Co-Center een rijke geschiedenis heeft, staat buiten kijf. Het complex dateert uit 1928 en werd toen gebouwd door de coöperatieve SEO (Spaarzaamheid Economie Oostende). In de zone tussen de Alfons Pieterslaan, Amsterdamstraat en Jules Peurquatstraat bevonden zich ooit een timmerwerkplaats, stallingen, een beenhouwerij en een bakkerij. Na het faillissement van SEO in 1981 stond het enkele jaren leeg waarna het in handen kwam van notaris Johan Lahaye. Hij doopte het om tot Co-Center en bracht nieuw leven in de brouwerij. In de hoogdagen, in de jaren negentig, had het Co-Center een eigen radiozender, een verkoopszaal, een fitnesszaak en een school. De bekende Bierco was dé horecazaak van de stad. Maar fout beheer en megalomane plannen van notaris Lahaye veroorzaakten een teloorgang van het Co-Center. 5|Pagina
ERFGOED IN DE KIJKER - Versluys koopt Villa Maritza Toerisme Vlaanderen heeft Villa Maritza, oorspronkelijk ‘Villa Rosenda’, verkocht aan Bart Versluys van Versluys Bouwgroep voor 1,3 miljoen euro. Dit beschermd monument wordt beschreven in de VIOE onder het nr. 55301. Het werd vermoedelijk gebouwd in 1885 in opdracht van een industrieel uit Anderlecht en geldt als één van de zeldzame voorbeelden van de fin de siècle zeedijkbebouwing. Bart Versluys wil op de gelijkvloerse verdieping opnieuw een klasserestaurant inrichten en de verdiepingen inrichten als appartementen. Vermits de Villa Maritza beschermd is, zal er rekening moeten worden gehouden met de voorschriften van Onroerend Erfgoed. Wij hopen alvast dat beide partijen tot een vergelijk komen; niemand heeft er immers baat bij dat de Villa Maritza geen succesvolle herbestemming kan vinden.
ERFHOEDERS VAN START In september lanceerde Dement de oproep ‘Erfhoeders gezocht!’. We zochten geïnteresseerde Oostendenaars en tweedeverblijvers die willen opgeleid te worden tot ‘erfhoeders’. Tijdens een vormingsprogramma van 18 sessies, uitgewerkt door de volkshogeschool VormingPlus Oostende-Westhoek, leren de cursisten erfgoedthema’s uitwerken tot boeiende verhalen die door Westtoer, Toerisme Oostende of de dienst Cultuur van de stad Oostende verpakt kunnen worden in bijvoorbeeld een digitale applicatie, wandeling of tentoonstelling. Zo wordt de meerwaarde van het erfgoed voor toeristen en bewoners in de kijker geplaatst. Onze oproep werd met succes afgerond: de inschrijvingen liepen zeer vlot binnen, en de opleiding is dan ook voltallig met 30 inschrijvingen. We hebben nog 25 geïnteresseerden op de wachtlijst staan. Begin november is het vormingstraject officieel van start gegaan met een bijeenkomst in de Bistro Beau-Site. Tegen de zomer 2013 hopen wij u de eerste resultaten van de erfhoeders te kunnen voorstellen. www.erfhoeders.be
Foto links: De officiële start met vlnr Martine Meire (Cultuurdienst), Kris Carlier (Vormingplus), Els Goethals (Toerisme Oostende), schepen Hilde Veulemans, Kurt Verheggen (Dement) en Guy Servaes (Dement). Foto rechts: Bezoek aan het Provinciaal Archief te Brugge met de cursisten
6|Pagina
GEEN CULTUURPRIJS De cultuurraad van Oostende heeft de jaarlijkse prijs voor culturele verdienste niet toegekend. Er waren zes kandidaten, waaronder Willy Barbier (Raco), kunstenaar Fred Maës, de bioscoopfamilie Vanhakendover, schrijver Herman Moerman, de actiegroep Dement en organist Peter Ledaine. Na een eerste stemronde bleven Moerman, Dement en Ledaine over, maar geen van die kandidaten haalde in een volgende stemronde een meerderheid. Hierdoor kan de cultuurraad volgens haar statuten de prijs niet toekennen. Ook in 2004 werd de prijs niet toegekend om dezelfde redenen. De prijsuitreiking op 1 maart is alvast afgelast.
PROVINCIEGOUVERNEUR ONDERZOEKT SLOOPBEVEL VAN BURGEMEESTER VANDECASTEELE De voormalige gebouwen van de reinigingsdienst op de Oosteroever van Oostende, bij de Oostendse jeugd beter gekend als “Het Vélokot” werd begin september volledig afgebroken. Merkwaardig genoeg gebeuren deze afbraakwerken zonder de minste sloop-vergunning en werd dit, bij navraag, ook zo bevestigd door de dienst stedenbouw van Stad Oostende. Het interbellumpand strekte zich uit vanaf de Hendrik Baelskaai, langs de Liefkensmoresstraat tot aan de Victorialaan. De loods, ter hoogte van de Victorialaan werd vorig jaar nog gebruikt door Theater aan Zee. De sloop kon aangevat worden 'op bevel van de burgemeester'. Een maatregel waarbij de burgemeester, in uitzonderlijke gevallen, de mogelijkheid heeft tot actie over te gaan indien een gebouw een direct gevaar betekent voor de bevolking en zijn omgeving. Een bevel tot slopen omwille van het feit dat betreffend pand, waarbij de verloedering nota bene door het beleid zelf in de hand is gewerkt, geregeld wordt gekraakt door illegalen lijkt ons inziens iets te hoog gegrepen. Bij onze kennis is het trouwens de eerste keer in Oostende dat een volledig gebouw op burgemeestersbevel werd neergehaald. Alle redenen voor dit bevel lijken eerder te wijzen op een omzeiling van de normale, wettelijk te volgen procedures. Voor het verkrijgen van een sloopvergunning dient een grondig onderzoek en omgevingsstudie te gebeuren. Dit is nu niet het geval geweest. Het autonoom gemeentebedrijf AG Haven Oostende, dat tegenwoordig zijn activiteiten meer richt op immobiliën i.p.v. havenbestuur, wil op deze plaats een appartementsgebouw oprichten. Na de persaandacht en slechts op vraag van een gemeenteraadslid komt het stadsbestuur opzetten met een uittreksel uit het register van de besluiten van de burgemeester. Daaruit moet blijken dat burgemeester Jean Vandecasteele op 9 januari 2012 de sloop van het betreffende pand heeft bevolen. Het heeft er alle schijn van dat het bevel tot slopen volledig in scène werd gezet. Men vraagt de hoofdcommissaris een brief op te maken. De hoofdcommissaris schrijft de burgemeester op 7 november 2011 dat er in het gebouw regelmatig illegale fuiven plaatsvinden. Navraag bij omwonenden wijst echter uit dat niemand zich een illegale fuif kan herinneren.
7|Pagina
Dement: “Deze oude industriële panden uit het interbellum zouden gekoesterd moeten worden. Zij maken deel uit van de unieke sfeer van de Oosteroever. Integreer ze! Herbestem ze! Maak er loften van! Maar nee, terug kiest men voor de gemakkelijkste oplossing zonder enige visie: slopen en een muur van banale appartementen zetten. Vaarwel, uniek stukje Oostende met de laatste echte maritieme sfeer…”
Men vraagt de Dienst Wonen te vermelden dat het pand gebruikt wordt als slaapplaats. En het klopt inderdaad dat er een tijdlang een dakloze heeft gelogeerd. Er werd in het gebouw wellicht ook graffiti gespoten. Er zijn in Oostende veel leegstaande panden met dezelfde symptomen. Maar voor geen enkel van deze panden werd ooit een sloopbevel uitgeschreven. Ondertussen lekken de plannen uit dat het AGHO op deze gronden een kantoorgebouw van 12 verdiepingen wil gaan bouwen. Op het gelijkvloers komt het onthaal. Op verdieping 1 en 2 wil de haven het VLIZ huisvesten en op verdieping 3 en 4 de IODE afdeling van de UNESCO. Voor beiden werden nochtans miljoenen euro' s gemeenschapsgeld geïnvesteerd in de vernieuwde pakhuizen. Daarboven komen 3 verdiepingen waar het AGHO een hotel met 50 kamers wil gaan uitbaten. Op de volgende 3 verdiepingen gaat het AGHO residentiële luxe-appartementen verhuren en verkopen. En op de bovenste verdieping wordt een restaurant ingepland. Het havenbestuur wil dit gebouw optrekken met gemeenschapsgeld (16 miljoen euro) en gaat vervolgens zowaar de concurrentie aan met de Oostendse particuliere hoteluitbaters. De opdrachtgever van de sloop, de eigenaar van het pand en de toekomstige bouwheer is in deze telkens het Oostendse stadsbestuur. Al dan niet in de hoedanigheid van een autonoom gemeentebedrijf. Om één of meerdere redenen lijkt het stadsbestuur te willen verzaken aan de normale wettelijke procedures die een bouwvergunning en sloopvergunning met zich meebrengen. Via het uitvaardigen van het sloopbevel verzaakt men nu aan een grondig bodemonderzoek, inrichtingsstudie enz. Een sloopvergunning kan na dit burgemeestersbevel zelfs retroactief geregulariseerd worden samen met een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning. Op deze wijze sloopt men eerst, en als alle bewijslast en/of punten ter verdediging verdwenen zijn gaat men doodleuk een sloopvergunning aanvragen. De vzw Oostendse Oosteroever verbaasde zich over de methodes waarmee het Oostendse stadsbestuur in dit dossier tewerk gaat, en nam stappen om na te gaan of deze werkwijze politiek, moreel, en juridisch verantwoord kan worden. Ondertussen is de West-Vlaamse gouverneur Carl Decaluwé een onderzoek gestart over een bevel tot slopen van de Oostendse burgemeester Jean Vandecasteele. De gouverneur is op vraag van de vzw Oostendse Oosteroever aan een onderzoek bezig om na te gaan of dit bevel tot slopen volgens geldende juridische, politieke en morele normen tot stand kwam. Gouverneur Decaluwé heeft het Oostendse stadsbestuur op de hoogte gesteld van het onderzoek. De gouverneur vroeg het volledige dossier op, en verzocht het stadsbestuur de nodige uitleg te geven. De vzw Oostendse Oosteroever heeft het volste vertrouwen in de gouverneur en wacht het resultaat van het onderzoek af. (Teksten : Oostendse Oosteroever vzw) COLOFON: Dement Oostende vzw, Plantenstraat 82, 8400 Oostende Info :
[email protected] www.iloveo.be www.erfhoeders.be Wil je onze mailing niet meer ontvangen ? Geef ons een seintje. De "Alarm Klok" is een knipoog naar het officiële informatieblad van de stad Oostende.
8|Pagina