WAT MET PETIT PARIS?
MAILING 52 VAN DEMENT OOSTENDE VZW Een mailing van onze vereniging naar onze talrijke sympathisanten, het stadsbestuur en de pers.
20 JANUARI 2011
KUNSTWERK FILIP VAN MAESTRICHTPLEIN (deel 2)
1|Pagina
DE ALARM KLOK
EEN NIEUW JAAR Dement Oostende werd als actiegroep opgericht in 2005 als reactie op de niets ontziende afbraakwoede die in onze stad heerst, want Oostende vergeet zijn verleden. Ons doel is te sensibiliseren op een actieve, en constructieve manier, en tot een krachtdadig en gezond erfgoedbeleid te komen voor onze Koningin der Badsteden. Geen Sloopstende maar een Droomstende. VRT Journalist Lucas Vanclooster maakt deze zomer een scherpe analyse op “De redactie” over hoe Vlamingen omgaan met hun erfgoed. Hij stelde boudweg dat wij onze eigen geschiedenis en cultuur te weinig waarderen. In Engeland trekken de huizen van sir Winston Churchill, Rudyard Kipling en Vita Sackville-West trekken dagelijks honderden nieuwsgierigen, want die al lang dode politici en auteurs zijn springlevend in het collectieve bewustzijn. Kennen wij nog in voldoende mate Herman Teirlinck en Felix De Boeck, zelfs Permeke en Stijn Streuvels, om een gestage stroom van eerbiedige bezoekers aan hun interessante huizen te garanderen? Verder beweert Lucas Vanclooster dat wij geen volk van bewaarders en oppassers zijn. Wij slopen. Soms laten we een gevel staan om daarachter een schreeuwerig winkelcentrum uit de grond te stampen. Naast en achter en bovenop historische panden trekken we vloekende koterijen op. Zeker voor het recente patrimonium is de eerbied onbestaande. Verschillende realisaties van architecten Blomme, Hoste, Bourgeois, Stynen, en Eysselinck zijn in gevaar. Eigenaars van modernistische huizen weten niet dat ze in een ontwerp van Lucien Engels of Roger De Winter wonen en verwijderen fluitend de karakteristieke vormelementen door PVC en op elke etage een garage met plee. We hebben een mortelkuip in ons hoofd, en om Louis Paul Boon te citeren, af en toe valt die van de steiger. Boeken die 10 jaar oud zijn verdwijnen uit bibliotheken, archieven lopen geregeld onder water. We spoelen door en spuwen uit. Geen respect en geen kennis over het verleden. Het moet steeds vooruitgaan. Iedere Belg zijn venster op de zee. En toch, en toch… Elk jaar trekken een half miljoen Vlamingen op Open Monumentendag, het aantal stijgt. Enkele tienduizenden steken ook de grens van de regio over om in Wallonië en Brussel open gebouwen te bekijken. Iedere Vlaming neemt vroeg of laat deel. Ook de Erfgoeddag, Open Kerken, en de Nacht van de Geschiedenis groeien spectaculair. Al die organisaties hebben niets te klagen over een tekort aan vrijwilligers. Een half miljoen monumentenbezoekers, da’s een tiende van de bevolking. Meer en meer mensen stellen zich ook effectief vragen bij ons stedenbouwkundig beleid. Hoe leefbaar en hoe toeristisch kan een stad blijven als alle waardevolle panden moeten verdwijnen voor hoogbouw? Door de zeer grote druk van de bouwpromotoren op het beleid, krijgen we een woonbeleid dat zich enkel richt naar tweedeverblijvers en investeerders. Kortom, Oostende hanteert een monocultuur in bouwbeleid. De Oostendse stadsvernieuwing is te eenzijdig en totaal onevenwichtig. Het betekende de laatste jaren vooral de sloop van bestaande panden, zonder ook maar herbestemming of renovatie in overweging te nemen. Echter,… Trendwatchers wijzen erop dat mensen meer dan vroeger OPROEP TOT LID VAN op zoek gaan naar zekerheid, naar wat vertrouwd en ‘van ons’ is, DEMENT OOSTENDE VZW naar plaatsen en objecten die houvast kunnen bieden. ‘Identiteit’ en ‘authenticiteit’ scoren hoog. En wat geeft die twee begrippen meer vorm en inhoud dan ons cultureel erfgoed? Een toenemend deel van de bevolking vindt het noodzakelijk dat ons cultureel erfgoed behouden blijft voor de generaties na ons. Onder druk van Dement en deze vernieuwde interesse van de Vlaming voor zijn verleden en zijn cultuur werd schoorvoetend werk gemaakt van een erfgoedbeleid in onze stad.
2|Pagina
Niettemin is hiermee niet alles geregeld. De druk van de bouwpromotoren blijft bestaan, en waakzaamheid blijft nodig. Een organisatie zoals Dement zal spijtig genoeg steeds moeten blijven bestaan. Zonder de waakzame burger, en als we de beleidsmensen hun zin hadden gegeven, dan had Oostende geen Casino-Kursaal, geen Villa Maritza, geen station, geen Thermen, geen Koninklijke Gaanderijen, en geen Maria Hendrika park meer… En de bewoners hadden de laatste decennia nog meer moeten protesteren, dan was Oostende misschien de Belle Epoque stad van Europa!!! Bronnen : Lucas Vanclooster : http://analyse.deredactie.be/2010/06/23/een-vlaamse-nationale-trust-droom-of-werkelijkheid/ & Tom Bridts in Erfwoord 60.
Lidmaatschap We hopen iedereen met een hart voor erfgoed en een gezonde liefde voor onze stad te kunnen betrekken in onze vereniging. U kan onze acties voor het behoud van het Oostends erfgoed steunen door sympathiserend lid van onze vereniging te worden. Het jaarlijks lidgeld bedraagt 3,00 euro. Een echte ledenwerking hebben we niet, maar we houden u op de hoogte van onze acties. Stort uw jaarbijdrage (3,00 € pp) op rekeningnummer 979-5444336-22 van Dement Oostende, Plantenstraat 82, 8400 Oostende, met vermelding van Lidgeld Dement + naam. Daarnaast zijn we steeds op zoek naar actieve mensen, die ons willen helpen met de verder uitbouw van onze VZW. Bent U geïnteresseerd? Neem gerust contact op via ons adres.
UITREIKING GOUDEN PAND 2010 Op zondag 30 januari 2011 om 9u30 in de Forumzaal van de Stadsbibliotheek Oostende reikt vzw Dement “Het Gouden Pand 2010” uit. Met de uitreiking van Het Gouden Pand wil vzw Dement Oostende bewoners, die met veel moeite en eigen middelen hun (niet beschermd) erfgoedpand renoveerden, in de bloemetjes zetten. Dit jaar dingen zeven kandidaten naar de begeerde titel. Op zondagvoormiddag 30 januari worden deze aan U voorgesteld, gevolgd door de verkiezing van de laureaat door een onafhankelijke jury. De jury bestaat uit leden gekozen uit de professionele bouwwereld en de Oostende culturele sector. Dit jaar wordt Het Gouden Pand uitgereikt door Minister Geert Bourgeois, Vlaams Minister bevoegd voor beheer en bescherming van het onroerend erfgoed. Ook U kan uw stem uitbrengen, na de uitreiking van het Gouden Pand kan U stemmen op uw favoriete pand, die zo kans maakt op de publieksprijs. We heten iedereen welkom op onze uitreiking. PROGRAMMA: 09u30 10u00 10u15 10u15 10u45
Verwelkoming, voorstelling Bekendmaking en uitreiking “ Gouden Pand 2010” door Minister Bourgeois Persmoment Pauze met stemming publiekprijs Bekendmaking “Publieksprijs” + uitreiking publiekprijs door de voorzitter van Dement
Het Gouden Pand 2010 kwam tot stand met de sympathieke steun van
3|Pagina
KUNSTWERK FILIP VAN MAESTRICHTPLEIN Dement wendt subsidies van de Koning Boudewijn-stichting aan voor een kunstwerk op het plein (deel 2) In onze vorige Alarmklok maakten we melding van het kunstwerk dat binnenkort ingehuldigd zal worden op het Filip van Maestrichtplein. In deze alarmklok staan we even stil bij de selectieprocedure en de kunstenaars. In maart 2010 werd aan Rob Loosveldt, lid van Dement en kunstkenner, gevraagd om de selectie van het kunstwerk te organiseren. Bij de opdracht hoorde eveneens een maximale participatie te verkrijgen van de wijkbewoners “Oud Hospitaal” bij de keuze van het kunstwerk. Rob Loosveldt was de sturende kracht van het ‘Kunsthuis Loosveldt’. Een galerij in Oostende die gedurende de jaren 1990–2001 vanuit een artistieke beeldentaal de intrinsieke humane en maatschappelijke waarden vooropstelde. Een beeldentaal die aan de toeschouwer voelbaar kon gemaakt worden. Vanuit deze visie maakte het Kunsthuis Loosveldt een nauwgezette selectie van jonge talentvolle beeldende kunstenaars en gaf aan hen de mogelijkheden om hun artistieke kwaliteiten en visie ruimte te geven. Gezien de zeer beperkte financiële middelen (4000 euro geschonken door de Koning Boudewijn Stichting) werd de selectie een hele klus. Drie kunstenaars waren bereid gevonden om een artistieke bijdrage aan het plein te leveren. Vooral hun persoonlijk engagement - de meerwaarde die zij zagen van een kunstwerk in een openbare ruimte en hun solidariteit en ondersteuning van de visie en de vrijwilligerswerking van Dement - motiveerden hen. Eigenschappen die in de huidige gecommercialiseerde kunstscene alleen maar te waarderen zijn. Uiteraard mag dit initiatief van Dement niet gezien worden als een pleidooi voor onderbetaling van een kunstobject, maar de intrinsieke artistieke en menselijke meerwaarde van het kunstproject wist men te waarderen naast de gebrekkige middelen waarover een vrijwilligersorganisatie als Dement beschikt. In deze Alarmklok stellen we de drie kandidaten voor. We geven een zicht op hun artistieke activiteiten en realisaties. In de volgende Alarmklok presenteren de drie kunstenaars hun voorstel, en staan we stil bij de participatie van de wijkbewoners en hun uiteindelijke keuze.
PERNEEL PAUL Brugge, 1954 beeldhouwer; leraar woont in Jabbeke studies aan het Hoger Sint-Lukasinstituut in Gent (afd. beeldhouwerkunst); leraar beeldhouwkunst aan de academies van Tielt en Oostende; realiseerde het monumentaal project "De Open Poort, Doorbraak tot het Zelf" in de tuin van de Psychiatrische Kliniek O.-L.-V.
4|Pagina
Groots kan je het zeker noemen. Indrukkend zelfs, vooral wanneer je onder het spoorwegviaduct Brugge verlaat in de richting van de autoweg Oostende-Brussel. Vooral bij avonddeemstering met een wat spaarzame verlichting doemt het monumentale gewrocht (ongeveer dertien meter hoog) plots voor je op. We hebben het over de creatie van Paul Perneel (Brugge, 1954) die als titel ‘Open Poort’ meekreeg. In 1990 brak deze Bruggeling letterlijk de oude bakstenen omheiningsmuur van de psychiatrische instelling O.-L.-Vrouw in Sint-Michiels letterlijk door en sloot zich zo – misschien onbewust – aan met de nieuwe genezingtendensen in de psychiatrie. Opsluiten en afsluiten werden taboe. Een opening zoeken naar de wereld werd vanuit de geneeskunde gestimuleerd en Perneel volgt gewillig deze therapie. De daardoor afbrokkelende en kunstmatig ontstane ruïne van de muur werd met verfrissende groene ranken wat verdoezeld. Vanuit het afgetakelde lichaam kan langzaam een nieuwe bloeiperiode ontstaan. Is het toeval dat enkele maanden voordien de Berlijnse Muur werd opengebroken en grotendeels verdween? Ook de ‘Open Poort’, die ruimte geeft en verwijst naar het volle leven, past in deze symbolische visie. Toch is het niet de bedoeling om door deze opening de hoger geciteerde instelling te bereiken. De opeengestapelde bijna ruwe blokken blauwe hardsteen uit Henegouwen (Soignies) liggen schijnbaar lukraak boven elkaar, schots en scheef. Het geheel ziet eruit alsof het nog in opbouw is. Het lijkt wel of de kans bestaat dat ze eerstdaags zullen vallen. Zo broos zijn ze op elkaar geplaatst in een beperkte waterplas. Maar de fundamenten zijn stevig: twee betonnen pijlers. Er wordt aan gewerkt – ook aan het menselijke lichaam –, want de ijzeren stellingen helpen verder de poort recht te houden en op te bouwen. Een verwijzing naar ziekte en herstel is helemaal niet ver af. Kunst wordt symbolisch en therapeutisch aangewend. Deze psychiatrische instelling gebruikt beeld- en schilderkunst wel meer in hun poging tot genezen. Het geheel sluit aan bij het andere oeuvre van Perneel. Voor de stedelijk begraafplaats van Brugge maakte hij ook een imposante constructie eveneens samengesteld uit blauwe Belgische hardsteen en inox en in Zedelgem staat het sculptuur ‘Solidariteit met het Zuiden’ uitgevoerd in dezelfde materialen. Auteur: Jean Luc Meulemeester
Zo kwam men terecht bij Paul Perneel, die ook het kunstwerk Open Poort in Brugge ontwierp. De maquette werd voor de gemeenteraadszitting voorgesteld door Chris Coudenys, voorzitter van GROS (gemeentelijke raad voor ontwikkelingssamen-werking) en door de kunstenaar zelf. In het kunstwerk komt het woord ik overvloedig voor. De visie is immers dat de solidariteit bij ieder mens bij zichzelf begint. Veel mensen (ikken) naast elkaar vormen een maatschappij met eenzelfde ingesteldheid, namelijk Solidair met het zuiden. Het kunstwerk zou geplaatst worden op het vernieuwde kerkplein van SintElooi, bij de kerk en de school. De kerk verwijst naar de figuur van Christus, voorbeeld van solidariteit. De school betekent dat de kinderen gesensibiliseerd worden om solidair te zijn met het zuiden. Het kunstwerk in blauwsteen ziet er uit als een boekenrek met veel ikken van 1,60 m groot. Er liggen vier stapels boven elkaar. Het is 6 meter hoog, 6 meter lang en 3,5 meter breed.
5|Pagina
PATRICK STEEN Diksmuide 1961 Patrick Steen volgde humaniora Industriële Wetenschappen in VTI te Oostende. Na een opleiding als leraar plastische kunsten aan het HRITON te Brugge en als beeldhouwer aan het Sint Lukas instituut te Gent koos deze Lekenaar definitief voor een eigen stijl.
Jette Vis in Diksmuide. Jette Vis of kortweg Jette werd op zondag drie oktober 2004 op een poëtische wijze door Ignace Bral op de Vismarkt onthuld. Dit in aanwezigheid van Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois en tal van andere genodigden. Patrick Steen maakte het winnende kunstwerk dat vanuit 14 inzendingen geselecteerd werd door een jury. Aan het kunstwerk was als voorwaarde verbonden dat het thema van het kunstwerk de handel langs de Handzamevaart en/of de vishandel op de Vismarkt moest zijn. De inspiratie van Patrick kwam van Jette Dekeyrel, een plaatselijke volksfiguur die enkele tientallen jaren (1892-1973) geleden met haar viskar door de straten van Diksmuide trok om haar vis te slijten. Ze was de vrouw van Remi Van Hulle, uit de Esenweg. Ze was vooral bekend voor haar gerookte haring en haar roomijs dat ze tijdens de warme zomerdagen verkocht. Jette liep vaak met een sigaret in de mond, was weinig verzorgd en kon haar keel goed open zetten. Het beeld van Patrick Steen toont wel de mooiere versie van Jette. Voor deze opdracht koos Patrick Steen niet voor zijn gekende aanpak maar creëerde een ijzeren armatuur met ijzerdraad en stukjes hout. Die creatie kleedde hij aan met klei, maakte een afdruk in gips, trok er een silicone moule over en schilderde het met was. Dit geheel ging naar de bronsgieterij. Voor het maken van dit kunstwerk deed Patrick beroep op 4 levende modellen. Het beeld toont een levensgrote, bronzen vrouw, die vis aan het kuisen is. Naast haar staat ook een mand vol met vis. Het kunstwerk weegt zo'n 250kg en stelt Jette Dekeyrel voor op ongeveer 30-jarige leeftijd.
De Flandrien in Ichtegem. Op hetzelfde moment dat het peloton van de Ronde van Vlaanderen op twee april 2000 door de gemeente Ichtegem vloog, werd De Flandrien voorgesteld. Het is een creatie van Patrick Steen waarmee hij de uitgeschreven wedstrijd van het stadsbestuur won. Het kunstwerk werd geassembleerd uit gerecupereerde, ijzeren werktuigen.
6|Pagina
Dansende Golven in Oostende. Enige tijd terug kwam Patrick Steen een aantal keren in de kijker in verband met dit beeld. Patrick Steen had de wedstrijd van de serviceclub 'fifty-one' gewonnen, en ‘Dansende Golven’ was voorzien om boven de westelijke toegangsdeuren van het casino te Oostende te pronken. Echter werd op advies van Monumenten en Landschappen beslist het beeld op de zeedijk te plaatsen. Bébèr in Lombardsijde. Dit standbeeld eert de ezel en zijn unieke plaats in de Lombardsijdse geschiedenis. Voor Lombardsijde een toeristische gemeente werd, speelde de ezel immers een belangrijke rol bij het vervoer van land- en tuinbouwproducten van de plaatselijke bevolking naar de markten van de regio. De traditie van de ezel leeft nog voort in de Ezelcavalcade, een stoet die jaarlijks met carnaval door Westende en Lombardsijde trekt. Het kunstwerk werd geassembleerd uit gerecupereerde, ijzeren werktuigen.
VELTER YVES Oostende 1967 Autodidact Yves Velter woont en werkt in Oostende. Een ontnuchterend besef van ontheemding en vervreemding ligt aan de basis van zijn oeuvre. Zijn interesse voor humane waarden, het menselijke komt hierdoor sterk naar voor in zijn werk. De existentiële vragen en psychische problematiek die daarmee samenhangt vormt de kerninhoud van zijn artistieke productie. De verstilde personages in zijn werk zijn gebaseerd op bestaande mensen die anoniem zijn gemaakt door ze gedeeltelijk te abstraheren in een tijdsloze omgeving. Ze worden in situaties te geplaatst waar ze een opening in de realiteit maken en zo de onmogelijkheid een antwoord te geven doorbreken. Velter gelooft niet in antwoorden te vinden via kunst, maar wel in alternatieven op antwoorden, onbeantwoordbare vragen zin geven door ze te verbeelden, bespreekbaar te maken. In zijn werk zoekt hij naar wegen waarin hij zijn zoektocht kan “verbeelden”, beeldende kunst geeft hem die mogelijkheid. Het is een gegeven dat op verschillende niveaus werkt, herinneringen, ervaringen, bedenkingen, angsten, verlangens, metaforen, beeld, materialen,... komen met elkaar in contact en vormen een gelaagde constructie waarin de som veel meer is dan de afzonderlijke delen. Het werk van Yves Velter zou omschreven kunnen worden als een enigmatisch alternatief op hetgeen hem treft en waar hij geen antwoorden op vindt. Hij formuleert autonome alternatieven binnen de traditionele artistieke media. Een kunstvorm waarin begrippen als bezwering, serendipiteit, ontoegankelijkheid, sculpturale verglijdingen in verschillende betekenislagen in zijn werk centraal staan.
7|Pagina
Hij boort in zijn eigen leefwereld naar deze ervaringen, voorwerpen en metaforen die een “geladenheid” bezitten. Informatie en gevoelswaarde die hij als beeldcode herordent. De kunstenaar spreekt in termen van het maken van “ratiocorrecties”die hem in staat stellen om via een eigen beeldcode gestalte te geven aan het onbeantwoordbare. In tegenstelling tot wetenschap is kunst een domein waar het maken van onconventionele redeneringen mogelijk blijft. Zo duikt hij in de wereld van een vrouw die leeft in een opgesloten logica van brieven schrijven in haar eigen codetaal. Deze intimistische schrifturen ervaart Velter als een parallel met de kunstwereld, waarbij de kunstenaar ook codes creëert om zijn gedachten wereld te vertalen, ook voorwerpen en materialen die voortkomen uit andere origines en die geladenheid in zich dragen (het lichaam, aarde uit de tuin van zijn ouders, gaatjeskarton, kledij...) worden in zijn werk grondstof voor zijn beelden. Suspicion. Onder de titel "suspicion" boort hij in zijn eigen emotionele leefwereld naar deze ervaringen, voorwerpen en metaforen die een "geladenheid" bezitten. De zintuigen waarmee we waarneembare informatie verwerken tot communicatie zoals het oor, de tong, de neus,... zijn tot fetisjbeeldjes getransformeerd, en kunnen ook zo benaderd te worden. Ze hoeven niet perse tentoongesteld te worden maar kunnen ook "meegedragen' worden op een niet zichtbare plaats als een stille getuige waarmee een emotionele band gecreëerd wordt. Tin is een zacht metaal dat zich op termijn Iaat tekenen door gebruik. een soort identificatie die eigen wordt aan elk afzonderlijk beeldje. In andere omstandigheden kan de tinglans behouden blijven door een waxpolish.
OPENING FILIP VAN MAESTRICHTPLEIN OP 19 DECEMBER Op 19 december 2010 werd het Filip van Maestrichtplein officieel geopend door burgemeester Jean Vandecasteele. Het plein kreeg een nieuwe look. De drie platanen werden behouden, maar het verkeer wordt omgeleid. De wijk Oud Hospitaal huisvest niet alleen het grootste aantal allochtonen in de Stad aan Zee, er staat bovendien ook heel wat oude belle epoquehuizen die genieten van een stijgende interesse van tweeverdieners met interesse voor bouwkundig erfgoed. 'Het nu volledig vernieuwd Filip Van Maestrichtplein - kostprijs ruim 640.000 euro - moet in de multiculturele buurt de leefkwaliteit verhogen en heeft op sociaal vlak een belangrijke rol te vervullen', zegt burgemeester Jean Vandecasteele. 'De pleinfunctie is zeer belangrijk en daarvoor hebben we een deel van de Amsterdamstraat, langs de achterzijde van de kerk, in het plein opgenomen en verkeersvrij gemaakt.' Binnen de wijk Oud Hospitaal liet het bestuur al een groot aantal straten vernieuwen, maar om de wijk te herwaarderen was de inrichting van een kwaliteitsvolle centrale ontmoetingsplaats zeer belangrijk. 'De ligging midden in een drukbevolkte buurt is uniek', gaat de burgemeester verder. 'Het bleek in de wijk trouwens de enige locatie die geschikt was voor de inrichting van een ontmoetingsruimte, een echte rustplaats in de schaduw van de kerk. Hier moeten kinderen onbezorgd kunnen spelen en zullen er sociale en culturele evenementen plaatsvinden. Daarbij denk ik aan Theater Aan Zee en organisaties van het plaatselijk buurthuis.' Rondom het plein moeten nieuwe huisvestingsprojecten ook instaan voor een ingrijpende opwaardering van de omgeving. 'De sociale bouwmaatschappij Woonwel plant er elf woongelegenheden en er komt een 8|Pagina
bed & breakfast in het pand nummer zes. In een volgende fase van de restauratie van deze belle epoquewijk denken we onder meer aan de heraanleg van de Peter Benoitstraat en de Jules Peurquaetstraat', aldus nog Jean Vandecasteele. De drie mooie platanen midden op het plein worden behouden. ‘De aannemer moet zelfs speciale voorzorgen nemen zodat de 80 jaar oude bomen niet beschadigd werden tijdens de werkzaamheden', zegt Eli Devriendt, hoofd van de dienst Beheer, Ontwerp en Inrichting van het stadsbestuur. Dement Oostende leverde een bijdrage voor de persmap van de stad Oostende. Een pancarte op een schildersezel in het midden van het plein kondigde de inhuldiging van het kunstwerk aan:
9|Pagina
BRUGGE BEKROONT RESTAURATIES Uit de regionale pers van medio december 2010 blijkt dat de stad Brugge voor het eerst “monumentenprijzen” uitreikt. Voor deze prijzen komen in aanmerking historische panden die de voorbije vijf jaar gerestaureerd zijn. Er was onder andere een publieksprijs en een prijs van de vakjury. Zowel beschermde als niet-beschermde monumenten konden naar de prijs dingen. Deze prijsuitreiking vertoont verrassend veel gelijkenissen met het Gouden Pand dat Dement Oostende reeds in april 2006 (!) voor het eerst heeft uitgereikt. Het Gouden Pand is wel een symbolische prijs toegekend door een vereniging zonder winstoogmerk, de monumentenprijzen van de stad Brugge zijn geldprijzen met bedragen die variëren van 1.250 € tot 2.500 €. Wij kunnen dit initiatief alleen maar toejuichen en hopen dat ook andere steden een variant van het Gouden Pand zullen organiseren.
PETIT PARIS BEDREIGT
foto Yves Desmet, de Avondschool Het beeldbepalend café ‘Petit Paris’ aan het gelijknamig kruispunt wordt volgens diverse bronnen bedreigt met sloop. Dit druk kruispunt dank zijn naam aan het feit dat er op de kruising van de steenwegen naar Torhout en Nieuwpoort een afspanning lag en herberg lag die de naam droeg van “Auberge du Petit Paris”. De herberg was in vroegere tijden het begin- en eindpunt van de diligence naar Parijs. Het huidige “Petit Paris” pand is een eclectisch hoekpand uit 1893. Bij vele Oostendenaars is het gebouw ook gekend als het restaurant van Dikke Louis, waar je in de jaren 1960-1980 nog frietjes kon kopen aan het venster. Na de dood van Dikke Louis staat het gebouw al enkele jaren leeg. Wie meer informatie heeft mag dit steeds doorgeven aan ons. Het gebouw werd opgenomen in inventaris van het bouwkundig erfgoed (nr. 56867) en heeft een lage locuswaarde gekregen van de erfgoedcommissie, wat betekent dat sloop kan toegestaan worden door de commissie.
10 | P a g i n a
HET TIJDSCHRIFT M&L GAAT G ONLINE M&L is een tweemaandelijks tijdschrift over monumenten, landschappen en archeologie in Vlaanderen en wordt uitgegeven door het agentschap Ruimte en Erfgoed van de Vlaamse overheid. Sporen van de Wereldoorlogen, de opgraving van een koggeschip, betonnen vliegtuigloodsen, historische eendenkooien, getuigen van de Expo 58, stemmige begraafplaatsen, geslaagde restauraties en herbestemmingen, adembenemende landschappen, parken en tuinen om in weg te dromen… dromen In drie decennia hebben meer dan 480 auteurs aute meegewerkt aan 700 wetenschappelijk verantwoorde bijdragen die de lezer laten kennis maken met de ongekende variëteit van de wereld van monumenten, landschappen en archeologie in Vlaanderen. M&L ontpopte zich bovendien tot een toonaangevende publicatie in de erfgoedsector Aan de vooravond van zijn 30 jarig bestaan gaat het tijdschrift M&L nu ook met een eigen website van start. Deze site biedt een handig overzicht van alle publicaties. Via een zoekfunctie kan u bovendien opzoeken wat er in het verleden al werd gepubliceerd over monumenten, landschappen en archeologie bij jou in de buurt. Een abonnement nemen op het tijdschrift kan voortaan ook online. Afzonderlijke tijdschriftnummers en M&L Cahiers kunnen eveneens besteld worden via de website. Als extra extra kennismaking worden alle uitgeputte tijdschriftnummer gratis digitaal digitaa aangeboden in een pdf formaat. Kortom: een overzicht van dertig jaar erfgoedpublicaties samengebracht op één website. Neem dus zeker een kijkje!! Website www.menl.be ; www.ruimte-erfgoed.be www.ruimte
LEVENSBOOM VERDWIJNT… EN KOMT TERUG Het et mooie monument " De Levensboom" van Jacky DEMAEYER, dat op de strooiweide van de begraafplaats in de Stuiverstraat stond, werd enkele dagen voor Allerzielen 2010 verder afgebroken. afgebroken Het beeld, dat dateert van 1975, bestaat uit een bronzen kunstwerk dat een zaadvorm voorstelt, gemonteerd op een 6,5 meter hoge betonnen sokkel. Twee jaar geleden brak het bronzen gedeelte af omdat omdat de stalen buis die het geheel op zijn plaats hield, doorgeroest was. Het onderzoek naar een mogelijke herstelling sleepte anderhalf jaar aan. Het stadsbestuur besliste om wegens de grote herstellingskost het beeld niet terug te plaatsen en het h bronzen gedeelte aan de meest biedende te verkopen. Na berichten in de pers dat het beeld niet meer zou worden teruggeplaatst, kwam er protest. Het stadsbestuur besliste nu om het werk toch te herstellen. Een nieuw montageprocédé zal gebruikt worden om het bronzen werk aan een nieuwe betonnen sokkel te monteren. In een eerste reactie zei kunstenaar Jacky De Maeyer dat hij tevreden is: 'Er is de voorbije maanden druk gezocht naar een oplossing. Dat het 35 jaar oude beeld terugkomt op de plaats waarvoor het destijds werd w gemaakt, is een goede zaak.' Het beeld zou nog dit jaar teruggeplaatst worden.
11 | P a g i n a
Osténde Blues, door Laurentius Vanacker Mien aiste fonoploate kochtn ‘k ik bie Rau in de Christinastroate nie verre va Jacquelot mien portatief kwam va “Radio Marlein” én loater e gitaar uut “De Rhapsody” achter den orloge was alles beter mo velen én da d’ al vergeetn …of toch nie? An “Petit Paris” kost je goeie toartn koopn bie “Rosseel”, de luxe patisserie vo goeie frietn most je nie verre loopn de beste van de stad bie “Dikke Louis” lairn dansn in de “Nieuwe zale” of in de Langestroate in d’oede “Vans” Osténde, Osténde alles is afgebrookn allaine “Villa Maritza” ka je nog zien Osténde, Osténde woar is de schouwburg? allaine de “Thermen” zien bluuvn stoan Osténde oender woater, goan kiekn mé me voader mé veel te grote bottn an de diek vul mé spul, gespoeld uut de kelders uuze Bertino hét er nog een liedje va gemakt ton noa de “Coo”, in de Romestroate met e boeksje vul percentn …of toch nie?
Laurentius Vanackere, ex zanger van "The Swallows" en "The Bunch" en later 10 jaar kleinkunst, is nu onder dezelfde naam “Laurentius” in het Osténds bezig. Hij doet zijn uiterste best om Oostende te promoten. Laurentius: “Je mag me niet met Lucy Loes vergelijken want mijn teksten zijn anders. Toen ik mijn tweede CD "Osténde Blues" op het Pauluspleintje speelde, kwam iemand van de gemeenteraad mij opzoeken met de opmerking: Gelukwensen, jij zingt wat velen van ons stilletjes denken. Voor mij was dit een riem onder het hart, want ik hou van Oostende al woon ik reeds jaren in Bredene.” Intussen is Laurentius begonnen met een derde CD, waarbij hij probeert Oostende in een ander daglicht te stellen op een speelse en aanvaarbare manier. “Ook als het niet zo best is mag er over gezongen worden. Op die manier bereik je de gewone bevolking zonder aan politiek te doen.”
12 | P a g i n a
OOSTENDE SLOOPT ZIJN HAVEN Aan de overkant van de havengeul ligt nog een stukje typisch Oostende. Het havengebied Oosteroever werd gebouwd tijdens het Interbellum, met mooie industriegebouwen in Nieuwe Zakelijkheid en een aparte sfeer van havenactiviteiten, kleine industrie en visserij, gegroepeerd rond de visserijdokken. Echter moet hier ook alles wijken voor de ‘grootse’ plannen van het stadsbestuur. “Het slopen van de bedrijfsgebouwen aan het Vuurtorendok is het begin van de transformatie van de Oosteroever tot een residentiële woonwijk, “het begin van een groots project “kondigde schepen Bart Bronders (SPA) op dinsdag 8 juni 2010, in de kranten aan. “Het Visserijdok dient voor meer dan 1/3 te worden gedempt uit noodzaak voor nieuwe haventerreinen en dit volgens het strategisch plan van de haven” bloklettert Paul Gerard, gedelegeerd bestuurder van de Haven Oostende aan in De Grote Klok. Er is helemaal niets triomfantelijks aan deze berichten, integendeel: er is absoluut geen enkel strategisch plan voor de uitbouw van de Oostendse haven en de Oosteroever. In elk strategisch plan zou in de eerste plaats oog moet zijn voor de service die een haven kan bieden als onderhoudshaven. Gevestigde, al dan niet havengebonden bedrijven met tewerkstelling van meer dan 1000 arbeidsplaatsen worden echter onteigend en moeten verhuizen. Gevestigde bedrijven hebben reeds jaren geen rechtszekerheid. Het Visserijdok moet worden gedempt voor allerlei vage en onduidelijke projecten, en dit allemaal ten koste van de visserij en gevestigde bedrijven. Eigenaars worden onteigend voor bouw van kantoren en appartementen zonder het minste openbaar belang. Of hoe goedkope industriegrond kan worden omgevormd tot dure immobiliëngrond… Dit is de zoveelste stap in de tragedie die zich rond de Oostendse haven, en meer bepaald de Oosteroever, ontvouwt. De haven van Oostende is uniek en moet dus met de nodige zorg worden aangepakt. De gevestigde bedrijven hebben in
Oostende een unieke knowhow ontwikkeld, die noodzakelijk is voor de zeevaart, visserij én voor de economische ontwikkeling van de streek. Activiteiten die we moeten koesteren en stimuleren eerder dan ontmantelen. Vzw Oostendse Oosteroever vindt het zijn morele plicht om alle beleidsverantwoordelijken en de openbare opinie zich hiervan bewust te maken, en ijvert voor overleg tussen alle betrokken partijen, en niet in het minst met de gevestigde bedrijven. De unieke mogelijkheden van de Oosteroever moeten niet gesloopt, maar wel verder uitgebouwd worden. Geen woongebied, maar wel een gezonde mix waar vooral bedrijfsactiviteiten versterkt worden. Diversiteit is de boodschap. Geen afbraak, maar wel meerwaarde. Geen lokale belangen, maar wel een ruim lange-termijn-beleid gebaseerd op een duurzame ontwikkeling. Geen achterkamertjespolitiek, maar wel een gefundeerde en visionaire openbare discussie. VZW Oostendse Oosteroever eist daarom een grondige herziening van de plannen van het bestuur, en dit in een grondig openbaar debat. Wij vinden de Oosteroever een prachtige sfeervolle plaats die inderdaad een goed uitgewerkt plan verdient, met respect voor de wijk, het erfgoed en zijn bewoners. Info: Acties Oosteroever www.oosteroever.blogspot.com en email:
[email protected]
QUOTES Wilfried Vandaele, Schepen ruimtelijke ordening De Haan, Vlaams Parlementslid in De Streekkrant, rubriek Café Commerce : “Onze gemeente heeft bovendien heel wat huizen die op de erfgoedlijst staan. Dit zijn huizen die geen beschermde monumenten zijn en die dus in principe afgebroken kunnen worden. De huizen zijn echter heel waardevol op vlak van erfgoed. Deze panden met historische waarden willen we dan ook liever behouden in De Haan. Als kandidaat-kopers hierin willen wonen en de woning willen verbouwen of restaureren, dan is dit een positieve zaak voor zowel de gemeente als de koper. Bovendien gaat dit de neiging tot sloop tegen.”
STAD ANTWERPEN NEEMT ONDERHOUD VAN BURGELIJKE GRAFMONUMENTEN OP ZICH De stad Antwerpen neemt het onderhoud op zich van grafmonumenten op burgerlijke ereperken als deze niet meer onderhouden worden door de nabestaanden. Zo wil ze de instandhouding van het funerair erfgoed garanderen. Eerder voerde de stad Antwerpen ook het systeem van het peterschap in. Hierdoor kunnen personen of organisaties zich voor een bepaalde periode inzetten om een historisch monument te restaureren of te conserveren. Sindsdien zijn er een honderdtal grafmonumenten in peterschap of bruikleen gegeven. De procedure voor einde concessietermijn blijft van toepassing voor de concessies op het burgerlijk ereperk. De stad zal minstens één jaar voor het aflopen van de concessietermijn de concessionarissen of hun erfgenamen in de mate van het mogelijke contacteren over de hernieuwing van de concessie. Misschien een tip voor ons bestuur. Bron : GVA 26/11/2010
13 | P a g i n a
CHAMPAGNE ACTIE SUCCESVOL AFGEROND Begin december hebben wij onze jaarlijkse Champagne actie afgerond. Jullie respons was andermaal zeer talrijk. Dankzij jullie massale steun beschikt onze vzw opnieuw over de nodige werkingsmiddelen om onze strijd voor het Oostendse erfgoed verder te zetten. Bij deze wensen wij al onze sympathisanten hartelijk te danken voor hun steun en samen te toosten op een gelukkig en gezond 2011!
KILLREGGAN GESLOOPT Albert I Promenade 22 Groep Versluys heeft recent het appartementsgebouw ‘Stehdal’ uit de jaren ’50 (Albert I Promenade 21) en ‘Killregan’ op nummer 22 gesloopt. Het pand met de gele tegels werd gebouwd in 1955 in een stijl verwant met de Nieuwe Zakelijkheid uit het interbellum, en in evenwicht door eenzelfde gabariet hoogte met de naastliggende villa "La Tourelle". Killreggan was wegens zijn erfgoedwaarde opgenomen in de Vlaamse erfgoed-inventaris. Het naastliggende beschermd monument “La Tourelle”, ook eigendom van de Groep Versluys, zal bij de bouw van het nieuwe Royal Phare project volledig weggedrukt worden.
Foto © Groep Versluys
COLOFON Dement Oostende vzw, Plantenstraat 82, 8400 Oostende Info :
[email protected] www.iloveo.be Wil je onze mailing niet meer ontvangen ? Geef ons een seintje. De "Alarm Klok" is een knipoog naar het officiële informatieblad van de stad Oostende. En met een alarmklok maken we ook een link naar de verdwenen klok van de Hazegras-kerk : symbool voor het respect waarmee ons bestuur het erfgoed behandelt.
14 | P a g i n a