TIJDSCHRIFT UITGEGEVEN DOOR STICHTING L’ABRI - NEDERLAND jaargang 16 nr. 1 2011
Er is een joods spreekwoord dat luidt: gedenken is de ademhaling van de ziel. Zonder ademhaling gaat het lichaam dood. Zo is het ook met mijn geestelijk leven, zonder gedenken sterft het af. Gedenken is nu juist iets wat ons niet gemakkelijk afgaat.Velen in onze tijd ervaren geen lijn meer in hun leven. Ieder moment staat op zich. De dingen overspoelen ons en wij verliezen de greep op het leven. Misschien zegt u: dat is lichtelijk overdreven. Toch zit er veel waarheid in – wij leven meer bij de krant en het journaal dan bij de Bijbel, die ons het raamwerk aangeeft waarbinnen wij de gebeurtenissen
I I NN HH OO UU D D GODS HAND IN DE GESCHIEDENIS? Wim Rietkerk pagina 3 HET NAJAARSPROGRAMMA pagina 6 WAAROM IS L’ABRI ER NOG? Dick Keyes pagina 9 EEN DAG IN L’ABRI Folkert de Jong
pagina 11
Gedenkbeeld van de kopere slang en het kruis op Berg Nebo, Jordanië (G. Fantoni)
De ademhaling van de ziel mogen leren begrijpen. Dat gaat niet zonder gedenken. Gedenken is stilstaan en letten op wat God heeft gedaan. In de geschiedenis in het groot, en in de geschiedenis in het klein. Vergetelheid is ballingschap. Ook dat is een joods gezegde. Gedenken is een gevecht: stil worden en de tijd nemen om de dingen te zien door de bril van wat God doet en heeft gedaan. Opdat we ons zo opnieuw bewust worden van Gods nabijheid en de ziel nieuwe lucht ontvangt om te kunnen ademhalen. Zo gezien wekt het verleden vertrouwen voor de toekomst. Bij gedenken mediteren wij, wij laten onze gedachten op iets rusten om er dan langzaamaan helemaal in op te gaan. Zoals je kan verzinken in een majestueus uitzicht op een bergtop; je laat het helemaal bij je binnen stromen om het nooit meer te vergeten De psalmen zijn daar goed in. De dichter van Psalm 77 valt terug op de daden van God in de geschiedenis. ‘k Zal gedenken hoe voor dezen ons de Heer heeft gunst bewezen. Hoe Hij Israël uitredde uit Egypte tijdens de doortocht
door de Zee en hoe Hij in de Sinaï in donder en bliksem zijn tien woorden gaf. Wij kunnen gedenken hoe dit alles uitliep op de komst van Jezus en Zijn dood voor onze zonde. Ook mogen we denken aan de goede dingen die God in ons eigen leven heeft gedaan, en aan bijzondere gebedsverhoringen. In plaats van te denken aan waar God niet is – dood, oorlog, bomaanslag, terreur – kunnen we denken aan plaatsen van vrede, gemeenschap, verzoening.Vaak hebben wij maar één zo’n beeld op ons netvlies nodig om het weer te kunnen volhouden. Daar moeten we aan denken en ons erin vermeien. Dan opent zich een nieuw perspectief. Gedenken is niet blind zijn voor wat mis gaat, maar wel een keus van focus en nadruk. Het is als een knop omdraaien. Het is in deze geest dat wij in het najaar bezig zijn met lezingen over Gods hand in de geschiedenis. En daarbij natuurlijk ook met het veertigjarig bestaan van l’Abri Nederland! Wim Rietkerk
LIEVE VRIENDEN... Het is hartje zomer als ik dit schrijf. De moestuinen zijn in volle productie en we genieten samen van de gelegenheid om regelmatig buiten te zitten voor de koffie of een maaltijd. Nu ik erbij stilsta word ik er weer bij bepaald hoe bijzonder het plekje is dat de Heer ons gegeven heeft om het werk van l’Abri te kunnen doen. De Betuwe is prachtig en Huize Kortenhoeve is een wel heel bijzonder oord om in te mogen wonen. De huidige termijn heeft vooral in het teken gestaan van een veelheid aan onderhoud en vernieuwingsactiviteiten. Het begon met een Canadees team van vrijwilligers dat hier in mei twee weken lang gebikkeld heeft aan verschillende projecten. Zo is onder andere het dak van Kortenhoeve vernieuwd. De dakpannen zijn eraf geweest en er is een laag isolatie aangebracht. Ook de voorzetramen zijn vernieuwd en een aantal vertrekken in het huis zijn grondig onder handen genomen. Na hun vertrek is het werk hier doorgegaan met het afronden van de vernieuwing van een van de badkamers en is er een begin gemaakt met de bouw van een aantal kamers en een badkamer op de bovenverdieping naast de
CC OO LL OO FF OO NN LEV WORDT UITGEGEVEN DOOR STICHTING L’ABRI – NEDERLAND. HET PROGRAMMA VAN L’ABRI IS HIERIN OPGENOMEN. IEDEREEN DIE DAT WIL, KRIJGT LEV 3X PER JAAR TOEGESTUURD. GIFTEN VOOR LEV ZIJN WELKOM. STORTING DAARVAN KAN OP HET ONDERSTAANDE GIRO– OF BANKNUMMER, o.v.v. LEV. L’ ABRI IS EEN CHRISTELIJK STUDIECENTRUM, WAAR WE EEN PLEK GEVEN AAN IEDEREEN DIE MET DE KERNVRAGEN VAN HET LEVEN BEZIG WIL ZIJN. L’ABRI – ECK EN WIEL HUIZE KORTENHOEVE BURG.VERBRUGHWEG 40 4024 HR ECK EN WIEL TELEFOON: 0344 – 691914 L’ABRI – UTRECHT KROMME NIEUWEGRACHT 90 3512 HM UTRECHT TELEFOON: 030 – 2316933 INTERNET:WWW.LABRI.NL E–MAIL:
[email protected] ING: 2069742 (L’ABRI TE UTRECHT) RABO: 34.11.03.586 (L’ABRI TE ECK EN WIEL) TECHNISCHE REALISATIE: Scholma B.V. te Bedum
studiekamer in de schuur. Ook de oprit is voorzien van een laag bitumen – het ziet er prachtig uit.
Onze opgeknapte oprijlaan!
De stroom gasten is steeds stabiel geweest en wij hebben kunnen genieten van een diversiteit aan persoonlijkheden die elkaar goed aanvulden.Wij zijn ook gezegend met twee helpers die bijzonder goed werk heb-
MEER OVER L’ABRI l’Abri is het Franse woord voor ‘schuilplaats’. l’Abri is een plek waar mensen naar antwoorden kunnen zoeken op hun persoonlijke vragen over geloof en leven. Iedereen is welkom: zowel christenen als nietchristenen. Het Nederlandse werk begon in 1971. L’Abri zelf begon echter in 1955, toen Dr. Francis en Edith Schaeffer in het bergdorpje Huémoz (Zwitserland) hun huis openstelden voor een ieder die zocht naar eerlijke antwoorden op eerlijke vragen. l’Abri Eck en Wiel is qua opzet en karakter gelijk aan de l’Abri’s in de andere landen. Het is hier mogelijk om voor een weekend, week(en) of maand(en) te verblijven voor studie of gesprek. Ook zijn hier thema–weekenden. In Utrecht worden lezingen en filmavonden gehouden. Wim en Greta Rietkerk leiden het werk. In Eck en Wiel wonen Henk en Riana Reitsema, Robb en Christa Ludwick en Beryl Gibbins. l’Abri biedt een vrije studievorm, waarin ieders eigen vragen centraal kunnen staan. Voor iedere gast wordt er onder leiding van één van de medewerkers een studie-
ben verricht. Beiden, Eun-mi en Kara, overwegen om ook volgende termijn hier te helpen. Dat zou heel fijn zijn! Wim heeft een knieoperatie gehad waarvan hij nog herstellende is. Hij heeft vooral nog last van zenuwpijn die niet lijkt te minderen. Dit is een punt van gebed; de prognose is onduidelijk. Als we vooruit kijken dan moeten we vooral denken aan de viering van het veertigjarig jubileum van de Nederlandse l’Abri. Dat gaat in november plaatsvinden, onder andere met een aantal lezingen en workshops van medewerkers van de andere l’Abri’s die dan hier zijn voor een bestuursvergadering. Ik zat laatst het archief door te nemen en moest lachen om de prachtige plaatjes uit 1971, rond de tijd dat l’Abri hier begon. Wat opvalt, buiten de volle baarden en jonge gezichten, is dat er allerlei mensen betrokken waren die nu nog begaan zijn met ons werk en het, veertig jaar later, nog steunen. Dat is een enorme zegen en een belangrijk deel van het geheim van het veertigjarig bestaan van de Nederlandse l’Abri. Mensen, dank voor jullie trouwe en zegenrijke inzet. Lieve groeten, Henk Reitsema
programma samengesteld. In elk van de l’Abri’s zul je niet alleen mensen tussen de boeken en tapes vinden, maar ook in discussie rondom de open haard, schilderend, onkruid wiedend of bezig met de afwas. Iedereen studeert een halve dag en werkt een halve dag. Dit werken heeft o.a. een belangrijke sociale functie. De sfeer in l’Abri is persoonlijk en informeel. Het zijn vooral jongeren (studenten en begin-dertigers) die l’Abri bezoeken, maar ook andere leeftijden zijn vertegenwoordigd. Vaak zijn er mensen van verschillende nationaliteit en levensbeschouwelijke achtergronden. MEER INFORMATIE? Bel voor meer informatie of aanmelding naar Eck en Wiel (0344–691914). De Nederlandse adressen staan in het colofon. Voor meer informatie over l’Abri in het buitenland zie de internationale website: http://www.labri.org. Hun contactinformatie en de data van hun termijnen staan daar vermeld.
Gods hand in de geschiedenis Wim Rietkerk In dit nummer staan wij stil bij het veertigjarig bestaan van LAbri in Nederland. Het denken aan ‘de geschiedenis’ hoort erbij. Aan de opening van het l’Abri-huis in Eck en Wiel is onlosmakelijk de naam verbonden van Prof. Dr. Hans Rookmaaker, en die van zijn vrouw Anky. Hij overleed vroeg in 1977. De titel van dit artikel is ontleend aan de Bijbelstudies die hij in die beginjaren gaf op de dinsdagavonden. Ik herinner me nog goed hoe hij mij en Hans van Seventer voorhield dat dit de serie Bijbelstudies was die wij vooral aan de gasten en studenten via de taperecorder moesten voorzetten. Dit was een thema dat voor alles om aandacht vroeg! Ik heb dat advies toen niet altijd opgevolgd. De serie, die nu in het Engels is vertaald en opgenomen in de verzamelde werken1, neemt het principe van zegen en vloek uit het boek Deuteronomium als de rode draad van Gods handelen in de geschiedenis tot vandaag toe. Ik liep in die tijd college bij Prof. Berkhof. Hij probeerde de geschiedenis van met name het Westen door te lichten vanuit het Nieuwe Testament: de doorwerking van het kruis en de opstanding van Christus2. Beide benaderingen vond ik wel heel boeiend maar vaak toch te moeilijk en problematisch om er iedere gast van l’Abri mee op te zadelen. Ik denk daar nu anders over. Misschien is het de leeftijd, maar ik zou nu het advies van Rookmaaker van destijds willen overnemen voor deze tijd. Dit is het belangrijkste thema dat wij vanuit de Bijbel aan de huidige generatie willen meegeven. Maar dan wel breder dan Rookmaaker en Berkhof dat in hun tijd deden. Nu als hoofdpunt niet alleen voor historici, maar voor kerkplanters en liturgie, voor psychologen en pastores, en niet te vergeten de politici.Want eigenlijk draait heel het christelijk geloof hier om. Probleem Jezus is de hand van God in de geschiedenis. Die waarheid dat God zijn Hand heeft uitgestoken, roept vragen op in mijn persoonlijk leven: waar is de hand van God voelbaar en tastbaar in mijn leven? Maar
dezelfde vraag dringt zich op als wij nadenken over de vaderlandse en wereldgeschiedenis. Is die hand alleen zichtbaar op uitzonderlijke momenten, zoals de ondergang van de Armada3? Bezinning op deze vragen is nodig als tegenwicht tegen een eenzijdige liturgie, die alleen draait om God en de ziel.Van Ruler durfde vrijmoedig Europa’s geschiedenis te typeren als ‘Gods experiment’. En denk aan illustere voorgangers in onze vaderlandse geschiedenis als A. Kuyper en Groen van Prinsterer, die er vrijmoedig over spraken in de stijl van Valerius, die in de eigen geschiedenis een weerspiegeling zag van Israël in het Oude Testament. Is dat het? Nee, ik kan dat tot vandaag toe niet overnemen. De Spanjaarden zullen vast en zeker een andere uitleg hebben. Ieder land heeft de eigen geschiedenis opgehemeld.
Should We Then Live? en ook het werk van G. Marshden en F. Roberts 5 en H. Butterfield6. Opnieuw Na de tachtiger jaren is de discussie hierover voor zover ik kan zien stilgevallen. Daarbij heeft de opkomst van het postmodernisme zeker een grote rol gespeeld. Een van de kenmerken van dit levensgevoel is immers: de tijd van de grote verhalen is voorbij. Toch wil ik ook op dit punt de dialoog weer tot leven wekken. De Bijbel is zonder geschiedenis een zouteloos boek; achterhaald en niet ongevaarlijk. Het is juist de bevrijdende kracht van het evangelie dat het ons kleine leven in een wijder verband zet – en dat dat geen vrome troost is maar aanwijsbaar in reële gebeurtenissen en uiterst bemoedigende verha-
Kortenhoeve, net aangekocht in 1971
Geschiedkundigen nemen hun uitgangspunt in de vaste wetten van gevolg en oorzaak en durfden zeker niet zomaar over de hand van God in de geschiedenis te spreken. Het vaste geloof werd een probleem. Pas als een knie zeer doet, denk je er ieder moment van de dag aan. En zo werd er in de jaren 80 ineens veel geschreven over de vraag: Gods hand in de geschiedenis? Ik denk, naast de al genoemde personen, aan de geschriften van M.C. Smit4, G.J. Schutte (Radix, 1980) en een heel legioen aan schrijvers in het ICS Cahier van maart 1988. Buiten Nederland heb je dan het werk van F.A. Schaeffer How
len. Niet uit de duim gezogen, maar even reëel als het journaal op de televisie. Voor de grote historicus Fruin was de geschiedenis niet meer dan een boeiend spel van gebeurtenissen, die ten diepste normloos verlopen. In onze traditie hebben verschillende denkers dit op verschillende wijzen tegengesproken. In hun lijn zou ik dit seizoen de uitdaging willen aangaan om op drie terreinen te spreken over Gods hand in de geschiedenis:
3
1. Waar is ze zichtbaar in de wereldgeschiedenis? 2.Waar is ze zichtbaar in mijn persoonlijk leven? 3. Zien we haar in evolutie en ‘common descent’? Of in ‘intelligent design’? Daar zouden we Gods hand in de geschiedenis kunnen vinden: politiek, psychologisch en evolutionair. Wij zijn niet aan ons lot overgelaten.Wij geloven niet in tijd en toeval als de twee krachten in onze materiële wereld die alles verklaren. Zij verklaren namelijk niets. Stellingnamen Tot slot: ik sluit hiermee aan bij het slot van het artikel van het ICS in 1988, dat ik hier laat volgen om duidelijk te maken dat wij de draad van Rookmaaker en Berkhof in 2011 weer opnieuw willen opnemen: ‘Wanneer men het veld overziet van historici en filosofen in Nederland die vanuit een christelijke overtuiging werkzaam zijn, dan kunnen er verschillende manieren worden gesignaleerd waarop men met de vraag naar Gods hand bezig is ... In orthodox-gereformeerde kring wordt vaak nog de Groeniaanse visie gevolgd, zeker waar het kerkhistorische dan wel populaire geschiedwerken betreft. Hoewel deze benadering bij de geloofsoverdracht nog haar waarde kan hebben, is ze echter voor andere christenen een gepasseerd station. Ook wordt gewezen op uiteindelijk kwalijke neveneffecten als te grote versimpeling van historische processen en ontwikkelingen of vertekening en stilering van geschiedbeelden; hierdoor wordt een juist begrip van de geschiedenis belemmerd. Voor degenen die werkzaam zijn als leraar of als wetenschappelijk onderzoeker, dus in het praktische historische veld, werkt de hand van God veelal in afgeleide vorm. Zo wijst H.G. Leih in zijn boek over geschiedenisonderwijs een fragmentarische aanwijzen van Gods hand af: dat zal door leerlingen vroeg of laat als dooddoener worden ontmaskerd. Men kan echter wijzen op mensen die in hun leven blik hebben gegeven door God geraakt te zijn en die voor anderen tot een zegen waren. Zo wordt aan leerlingen het perspectief geboden van Gods bevrijdende en doelgerichte leiding, die door mensen in de geschiedenis werkt. De meeste historici menen dat het hun taak niet is Gods hand in de geschiedenis aan te wijzen. Een dergelijke onderneming
Koffiepauze in Kortenhoeve 1976 (Greta en Christa rechts!)
kan slechts vanuit het geloof ondernomen worden en heeft weinig te maken met de wetenschap, die slechts een beperkte en gedeeltelijke benadering van de totale werkelijkheid beidt. De historicus dient zich met het vak bezig te houden; hij heeft daar zijn handen vol aan, zeker als hij dat gewetensvol wil doen. Bovendien zal de historicus vanuit zijn kennis en inzicht in de geschiedenis vaak beter kunnen zeggen waar de valkuilen bij het aanwijzen van
Er blijft altijd nog iets van een goddelijk geheim, maar over de betrokkenheid van God op de wereld moet worden doorgedacht
langs het denken kan gaan, en scheppen kaders waarbinnen het bezig zijn met Gods hand zinvol kan plaatsvinden. Het is er in hun beschouwing niet om te doen precies aan te geven hoe een historicus in elk concreet geval de geschiedenis dient te duiden ... Wel is men zich ook in gereformeerde kring bewust geworden van het feit, dat het vraagstuk filosofisch van aard is. Gods hand is niet zomaar direkt te vatten, wat nog niet betekent dat alles daaromtrent ons even duister blijft.Vanuit het reformatorisch denken heeft men steeds scherp zich gehouden op het spreken van God in zijn Woord. Het gaat er niet om die hand in alles te benoemen, daarvoor blijft er toch altijd nog iets van een goddelijk geheim bestaan. Maar wel zou ... kunnen worden doorgedacht over de betrokkenheid van God op de wereld, de mens en zijn geschiedenis, en geprobeerd de doorwerking van Gods geschiedenis in de mensengeschiedenis te begrijpen en te bestuderen. Daarbij is voor de christenhistoricus een gevoelige antenne onontbeerlijk.’ 7 1
Gods hand zich bevinden. In die zin zal hij eerder corrigerend te werk moeten gaan. Tenslotte blijven dan zij over die zich in meer beschouwende zin met de geschiedenis bezighouden. Hier betreft het vooral filosofen die vanuit de traditie der Reformatorische Wijsbegeerte bezig zijn, als J.D. Dengerink en H.G. Geertsema. Zij zetten ieder op eigen wijze de lijnen uit waar-
The Complete Works of H.R. Rookmaaker (vol. 6). ed. Marleen Hengelaar Rookmaaker (2003). 2 Zie ‘Christus, de zin der geschiedenis’. Callenbach (Nijkerk 1966). 3 Zie H.G. Leih, uit diezelfde tijd: ‘Gods hand in de geschiedenis?’ (Kampen 1976). 4 ‘De eerste en tweede geschiedenis’(!) (Amsterdam 1987) 5 A Christian View of History, (Grand Rapids 1975) 6 De God der geschiedenis (Amsterdam 1966) 7 ‘Gods hand in de geschiedenis?’ J. Bakker. Geloofwaardig geschiedenis (Amsterdam 1988)
Najaarsprogramma 2011 Utrecht Midden in de historische binnenstad van Utrecht ligt het huis van l’Abri. Hier houden wij wekelijks lezing- en filmavonden. Iedereen is welkom. Mocht je hierover een vraag hebben, bel gerust (030-2316933, of ons kantoor in Eck en Wiel, 0344-691914).
FILMAVONDEN Naast de lezingen gaan we een aantal films bespreken met aansluitende thematiek. De filmavonden beginnen om 19.30 uur.
LEZINGAVONDEN Gods hand in de geschiedenis De vraag naar Gods hand in de geschiedenis heeft alles te maken met mijn persoonlijk leven. Maar het heeft natuurlijk ook te maken met de geschiedenis van ons Nederland, Europa en de wereld. Waar is God reeël aanwezig? Waar zien wij Hem? Kan het zonder bijzondere bril? Kom meediscussiëren! De lezingavonden beginnen om 20.00 uur.
6 september
The Adjustment Bureau (G. Nolfi, 2010). Henk Reitsema
20 september
The Lemon Tree (E. Riklis, 2008). Robb Ludwick
4 oktober
The Soial Network (D. Fincher, 2010) Robb Ludwick
13 september
Gods hand in de wereldgeschiedenis: Europa, Islam en God. Wim Rietkerk
25 oktober
Country of My Skull (J. Boorman, 2004) Henk Reitsema
27 september
Gods handelen paradoxaal: de paradox heeft goud in de mond. Henk Reitsema
8 november
Des hommes et des dieux (X. Beauvois, 2010). Robb Ludwick
11 oktober
‘En als ik terug kijk ...’ Hoop en mijn verhaal. Met liederen van Fleet Foxes. Robb Ludwick
22 november
Monsoon Wedding (M. Nair, 2001) Henk Reitsema
18 oktober
Herfstvakantie
6 december
True Grit (J. & E. Coen, 2010) Robb Ludwick
1 november
Gods hand in mijn persoonlijk leven. Wim Rietkerk
15 november
Houdt mijn verleden mij vast? Christa Ludwick
ADRES
29 november
Tijd als Gods raamwerk voor het leven. Over stress en automatisering. Henk Reitsema
13 december
Gods hand in onze cultuur.Wim Rietkerk
Kromme Nieuwegracht 90 3512 HM Utrecht Telefoon: 030 - 2316933 Email:
[email protected]
Maïsbrood Maisbrood is niet zo bekend in Nederland, maar word vaak gegeten in Amerika. Het past heel goed bij Chili-gerechten. Schep de Chili eroverheen of verbrokkel het maisbrood over een kom met Chili.Wij serveren het maisbrood graag met honing (en evt. boter). De kinderen (en de gasten) zijn er dol op! Het recept is genoeg voor ongeveer 8 stukken. Geniet ervan! Ingrediënten: 1 cup bloem 1 cup maïsmeel (of polenta) 3 eetlepels suiker 1 eetlepel bakpoeder ½ theelepel zout
2 losgeklopte eieren 250 ml melk ¼ cup zonnebloemolie (of gesmolten boter)
De oven voorverwarmen op 190 graden Celsius. Een schaal van ongeveer 20 x 20 cm. invetten. De bloem, maïsmeel, suiker, bakpoeder en zout in een kom mengen en een kuiltje in het midden maken. De eieren, melk en olie/gesmolten boter in een andere kom mengen en in het kuiltje bij de droge ingrediënten gieten. Roer tot alles gemengd is – het beslag mag nog iets klonterig zijn. Het beslag in de schaal gieten en ongeveer 20 – 25 minuten laten bakken. In grote blokken snijden en warm of bij kamertemperatuur serveren. Variaties: Doe een uitgelekte blikje maïskorrels door het beslag. Ook lekker om wat geraspte kaas eroverheen te strooien voor het in de oven gaat of meng de kaas door het beslag. Riana Reitsema
Najaarsprogramma 2011 Eck en Wiel HUIS L’ABRI STUDIEGEMEENSCHAP Open van 22 augustus tot 16 december (gesloten 16 - 21 oktober) Temidden van de Betuwse fruitbomen ligt Huize Kortenhoeve. Hier wonen Henk & Riana Reitsema, Robb & Christa Ludwick en Beryl Gibbins. Mensen kunnen hier voor kortere of langere tijd meedraaien in de studiegemeenschap. Bezinning, verdieping en gesprek vullen de dag, die uiteenvalt in een halve dag studie (gericht op je eigen vragen en interesses) en een halve dag werk in en rond het huis. Voor meer informatie kijk op pag. 2 naar ‘Meer over l’Abri’ of naar onze website, www.labri.nl. Je kunt natuurlijk ook bellen (0344 - 691914) of emailen:
[email protected].
23 – 25 september Gods hand in de wereld? Zouden we zeggen dat het goed gaat met de wereld? Of juist niet? Waarom? Vandaag zijn er meer mensen die in toeval geloven dan in een ‘plan’. Veel verschrikkingen staan zo op de netvlies van christenen dat geloof is weggevallen. Hoe krijgen we weer oog voor het Geheim, zoals Paulus daarover spreekt in Kolossenzen 1:26? vrijdag 20.00 zaterdag 11.00 15.00 20.00 zondag 10.30
Esther: het lot werd geworpen. Wim Rietkerk De geschiedenis van Europa: toeval of plan? Wim Rietkerk Goddelijk handelen: hoe lopen de lijnen? Henk Reitsema filmdiscussie dienst o.l.v. Robb Ludwick
PROGRAMMA Gods hand in de geschiedenis In Eck en Wiel houden we weer in het najaar een aantal themaweekenden. We hebben dit thema gekozen om een positieve en om een negatieve reden. Eerst de positieve: wij vieren dit najaar ons veertigjarig bestaan.Wij zien in die veertig jaar iets van Gods hand in de geschiedenis van L’Abri in de lijn van het artikel van Dick Keyes (zie pagina 9). Maar is die hand altijd te zien? De negatieve reden is dat juist op dit punt van de zichtbaarheid van Gods hand in de geschiedenis de grootste vragen en twijfels leven. Er is haast geen historicus te vinden die onder die titel een boek zou durven schrijven. Waar is die Hand in de evolutie van onze aarde te zien? Heb ik in mijn persoonlijk leven niet vaak het gevoel dat het niet leiding maar toeval was dat alles stuurde? Tekent zich een Plan af in de wereldgeschiedenis? Hoe dan? Deze thema’s komen in de weekenden aan de orde. Iedereen is welkom! Op tijd opgeven, want onze ruimte is beperkt en soms loopt een weekend snel vol!
16 – 21 oktober: Gesloten Halverweg in de loop van de termijn nemen we in Huize Kortenhoeve een pauze. In deze periode zijn we niet open voor verblijf. We zullen gelijk op de 21e de draad weer oppikken met het volgende themaweekend (filmweekend).
21 – 23 oktober Filmweekend: Gods hand in het verhaal? In hoeverre mogen we leiding of hulp verwachten in ons verhaal? In deze drie films komen we beelden van hoop en ook wanhoop hierover tegen.Wat doen de beelden met ons? Hoe kunnen we vooral op basis van het geloof - reageren? vrijdag 20.00 zaterdag 10.00 15.00 20.00 zondag 10.30
Inleiding. Robb Ludwick Half Nelson (R. Fleck, 2006) Robb Ludwick The Adjustment Bureau (G. Nolfi, 2011) Henk Reitsema Des Hommes et des dieux (X. Beauvois, 2010). Robb Ludwick Dienst o.l.v. Henk Reitsema
4 – 6 november Werkweekend Handen uit de mouwen steken en meewerken! We gaan dit weekend aan de slag in het bos, in de tuin en in onze huizen. Er zijn geen kosten aan dit weekend verbonden, maar we gaan wel gebruik van je maken!
De Canadese werkploeg van afgelopen mei
vrijdag 20.00 zaterdag 9.00 zondag 10.30
Inleiding. Henk Reitsema werk! Dienst o.l.v. Robb Ludwick
ROUTE
Gods hand in de geschiedenis
Jubileumdag l’Abri Eck en Wiel 12 november 2011 12 november: Jubileumdag! Gods hand in de geschiedenis: Het werk van L’Abri Op deze bijzondere dag kijken we terug maar ook naar voren. In L’Abri zijn we geroepen om een ‘schuiplaats’ te zijn voor mensen die eerlijke antwoorden zoeken op eerlijk vragen rondom het geloof en het leven. Hoe krijgt de robuste waarheid van Gods openbaring concrete en relevante toepassing in onze tijd? Hoe speelt gemeenschap een belangrijke rol daarin? Waar kunnen we ons nu op richten als verantwoordelijke en gevoelige gelovigen? We gaan ons eerst in de historische dorpskerk van Eck en Wiel (Pr. Beatrixstraat 11) verzamelen en dan op onze eigen erf samen de dag verder doorbrengen. Met vele gastsprekers vanuit de internationale leiderschap van L’Abri wereldwijd! zaterdag 10.00 11.00 13.00 14.00 16.30
Gedenken: ademhaling van de ziel (in het dorpskerk) Wim Rietkerk Waarom is L’Abri er nog? Dick Keyes lunch Workshops (op L’Abri) Thee en afsluiting
25 – 27 november Gods hand in mijn leven Heb ik in mijn persoonlijk leven van het gevoel dat het niet leiding maar toeval was dat alles stuurde? Waar was - of is Gods hand daarin terug te zien? Vooral als dingen moeilijk waren, kan ik nu met hoop naar het heden en naar de toekomst kijken? Wat is het geheim van Psalm 139? vrijdag 20.00 zaterdag 11.00 15.00 20.00 zondag 10.30
‘Het is mij wondervreemd’: het geheim van Psalm 139. Robb Ludwick Houd mij verleden mij vast? Christa Ludwick Levens leiding.Wim Rietkerk filmbespreking. dienst o.l.v. Henk Reitsema
Per trein: - naar NS station Tiel. Vandaar bus 44 (http://www.92920v.nl). Vanaf de halte ‘Muziektent’ in Eck en Wiel is het 5 minuten lopen naar Huize Kortenhoeve. Loop de Burg. Verbrughweg af en dan met een bocht naar rechts deze weg blijven volgen richting Ingen. Net voorbij de dorpsgrens de oprijlaan in aan de rechterkant. Anders kan men van Tiel met de regio-taxi komen. U moet minstens 1 uur van tevoren reserveren: tel. 0900 0276. Kosten voor de regio-taxi zijn € 7,00. Per auto: - vanaf de A12: afslag Maarsbergen, richting Leersum. De veerpont bij Amerongen nemen richting Tiel (zie verder kaartje). - of vanaf de A 15: afslag Tiel, richting Maurik/ Amerongen. Bij de derde rotonde (vlak voor Eck en Wiel) rechtsaf (zie kaart).
WINTER 2012 We zullen in de winter open zijn van 9 januari tot 9 april (gesloten 15-21 februari). Je kunt dan weer voor kortere of langere tijd bij ons in Eck en Wiel terecht. In de volgende LEV, die in december zal verschijnen, vind je meer informatie over het programma.
INFO De kosten van de korte weekenden zijn: €40 (voor studenten en uitkeringsgerechtigden: €32). Door de week zijn de kosten per dag €16 bij een verblijf van 3 dagen of minder en €14 per dag bij een langer verblijf. Dit sluit logies, ontbijt, lunch en avondeten in. De kosten moeten echter geen belemmering vormen om te komen.Voor opgave: bel 0344-691914. Neem een slaapzak of lakens en een handdoek mee.
ADRES Huize Kortenhoeve Burg. Verbrughweg 40 4024 HR Eck en Wiel Telefoon: 0344-691914 E-mail:
[email protected]
7
Filmrecensie: ‘Tree of Life’ Het heeft de Palme d’Or-prijs op de Cannes Film Festival gewonnen, maar toch konden een aantal critici daar deze ‘pretentieuze’ en ‘verhaalloze’ film niet uitzitten. En ja, na 139 minuten van intensieve maar soms flitsende herinneringen, meeslepende muziek, overweldigende kosmische scènes en een script dat meer impressionistisch is dan lineair, was ik wel moe. Ik wist niet wat ik ermee moest. Maar met het verstrijken van de tijd, begonnen een aantal dingen van grote kunstwerk op hun plaats te vallen. De film opent met een ambitieuze stap: een citaat van Job 38:4,7 (Waar was jij toen ik de aarde grondvestte … terwijl de morgensterren samen jubelden en Gods zonen het uitschreeuwden van vreugde?). De dialoog begint dus niet met de vragen van de mens, maar met de confronterende vraag van God aan ons - en het feit dat Zijn werk een kreet van vreugde verdient. Maar snel genoeg komen de moeilijke vragen van de mens aan bod. We ontmoeten Jack Blake (Sean Penn) die een toppositie in het hedendaagse bedrijfsleven bereikt heeft, maar duidelijk nog bezig is om zijn verleden te verwerken. In de eerste van vele terugblikken op zijn jeugd zien we het moment dat de familie hoorde van de dood van zijn broer. Het traditionele geloof van zijn moeder lijkt te wankelen: op de uitspraak van de dominee dat haar kind ‘nu in de handen van God is,’ zegt ze met een verbitterde blik, ‘Maar hij was toch altijd al in Gods handen?’ De vragen die later terugkomen van ‘Waar was U?’ en ‘Wist U hiervan?’ wijzen hierop terug. Maar eerst komt de vraag van God sterk terug. In een lang, imponerend stuk neemt Malick ons mee terug naar de oorsprong van de kosmos en het leven op aarde: zwevend licht, sterren en planeten, uitbarstende vulkanen en gewelddadige overstromingen, planten en ontwikkelende dieren. Van zoveel indrukken in je ogen en oren zonder uitleg word je inderdaad onrustig. Maar na de nodige dagen reflectie kom ik erop uit dat dit misschien juist de bedoeling is: een geforceerde nederigheid voor het wonder en de grootheid van de schepping is niet gemakkelijk. En het is vooral niet duidelijk wat onze plaats als mensen in zo’n wereld is, behalve laat en klein. Als bijvoorbeeld één dinosaurus een andere dood lijkt te trappen, rijst de vraag of de dood van Jacks broer dan meer of minder
zinvol is. In elk geval verzekert Malick zich ervan dat we eerst zwijgen voordat we daarop terugkomen. En dan blikken we terug naar de tijd toen Jacks broer nog leefde. Het is een klassiek jaren 50 dorpsleven in Texas, maar getekend door een spanning: ‘Er zijn twee wegen door het leven, de weg van de natuur en de weg van de genade, je moet kiezen welke weg je gaat volgen’. Deze strijd wordt voornamelijk belichaamd door de invloeden van zijn zachtaardige moeder (Jessica Chastain) en zijn strenge vader (Brad Pitt). In wat eigenlijk een montage van opstapelende herinneringen is – soms dromerig, soms zeer realistisch, maar allemaal wonderschoon gefilmd – voelen we hoe die strijd zich ontwikkelt. ‘Genade is niet uit op zichzelf,’ legt zijn moeder uit, ‘zelfs als ze beledigd wordt, vergeten wordt, gekwetst wordt ... Maar de natuur is alleen op zichzelf uit … en op controle. Ze vindt een manier om ongelukkig te zijn.’ Duidelijk moet de weg van genade onze voorkeur hebben. In de reflecterende stem van Jacks moeder horen we steeds waar het om gaat: ‘Wees goed voor ze [de kinderen] … Help elkaar. Heb iedereen lief. Vergeef.’ Jaren later zien we hoe zijn vader spijt heeft, en dit hoofdstuk van de film loopt dan uit op een vreemde en wonderlijke verbeelding van het hiernamaals, waar iedereen uit Jacks verhaal elkaar weer in verzoening mag omhelzen. Blijkbaar is het waar dat ‘niemand die de weg van genade kiest komt slecht aan zijn eind.’ En hoe sneller we nu al leren luisteren, hoe vrijer we worden om ons te ‘verwonderen. Hopen.’ Als we dan terug naar beelden van de kosmos gaan en de film eindigt, blijft een aantal dingen hangen. Deze beelden van de overwinning van liefde en genade zijn sterk, maar de vragen van de mens over het lijden en het kwaad zijn niet beantwoord. De diepe wonden van de dood van zijn broer en van zijn vaders fouten blij-
ven de kijker ook zeer doen na afloop van de film. En er wordt niet verder ingegaan op de vragen van waarom of wat Gods rol erin was. Wel aanwezig is een emotionele oproep om eerst stil te zijn voor een kracht die misschien inderdaad alles met liefde gemaakt heeft op een nog wonderlijker en ongelofelijker manier dan wij ons ooit zouden kunnen voorstellen.Want die kracht is misschien nog bezig. ‘Ooit zullen we op onze knieën gaan en huilen, en we zullen dan alles begrijpen.’ Is dit een stoïsche acceptatie van het mysterie van God? Of alleen een sterke uitdaging om onszelf en onze vragen over het lijden niet zo snel in het centrum van het universum te willen plaatsen? Ik denk dat er meer achter zit. In de woorden van Jack als hij terugkijkt:‘Ik wist niet hoe ik U toen moest noemen, maar ik zie nu dat U het was. Altijd was U mij aan het roepen.’ Volgens mij is Malick zelf nu aan het einde van het verhaal van Job. Nu even stil zijn en God als God erkennen. En net zoals wij niet weten wat de volgende dialoog tussen Job en God was, lijkt Malick onzeker of er meer te horen is. Maar hij lijkt erop te willen vertrouwen. De film zou samengevat kunnen worden in de vraag van de jonge Jack: ‘Kijkt U nu naar mij? Ik wil weten wat U bent. Ik wil zien wat U ziet.’ Ik wil, met andere woorden, weten of er inderdaad een God bestaat die groot genoeg is om heel de kosmos te maken, maar die ook aandachtig genoeg is om mij te zien, om mijn pijn te begrijpen en mee te voelen. Een God die een verlangen in mij heeft gewekt naar genade, hoop en liefde, ondanks de gebrokenheid van de natuur die ik om mij heen zie, en die daar iets aan zal doen. Ik eis niet dat ik dat nu helemaal moet begrijpen, maar kan ik U vertrouwen? Het boek van Job is waarschijnlijk het oudste in de Bijbel. Gelukkig is er meer openbaring geweest sinds die tijd, die er goed op aansluit – over hoe God inderdaad oneindig en ook persoonlijk is, rechtvaardig en ook genadevol, buiten en binnen de tijd zoals wij die kennen.Als Malick en de kijkers serieus zoeken, mogen ze daardoor ontdekken dat een levende relatie met Hem nu mogelijk is. In elk geval is deze film een open vraag vol verlangens. Als je hem toch kunt uitzitten, is het de reis waard. Robb Ludwick
Waarom is l’Abri er nog? Dick Keyes Als leider van het Amerikaanse l’Abri in Boston sinds 1972 vroeg Dick Keyes zich af: wat is het precies dat l’Abri ‘anders’ maakt van de verschillende leefgemeenschappen die ook toen begonnen zijn. In het kader van Gods hand in de geschiedenis, ook die van l’Abri: zijn gedachten hierover. Leefgemeenschappen beleefden in de Verenigde Staten hun hoogtijdagen van 1966 tot 1973; er woonden toen meer dan tien miljoen Amerikanen in een of andere samenlevingsvorm. Van al die communes bestond er rond 1975 bijna niet één meer. Geïnspireerd door de ervaringen van l’Abri in Zwitserland, die in 1955 begon, werden er in de zeventiger jaren ook andere l’Abri-vestigingen geopend. Al die vestigingen zijn er nog steeds. Toen ik me verdiepte in de hernieuwde interesse in leefgemeenschappen van tegenwoordig, trof het me als een groot wonder dat onze
afdeling van l’Abri – en elk van de andere l’Abri-gemeenschappen – überhaupt bestaat.Al die andere gemeenschappen overleefden het niet. Waarom l’Abri wel? Wat maakt l’Abri zo anders? De meeste gemeenschappen hielden niet op met bestaan omdat ze niet langer nodig waren, maar omdat ze niet werkten. Het onderwerp ‘leefgemeenschappen’ is de laatste jaren vaak een belangrijk discussiepunt geweest bij gasten van de diverse l’Abri’s. Daarbij kwamen veel interessante opmerkingen naar voren.Veel mensen voelden er zich zeer eenzaam en geïsoleerd, en ervoeren sociale druk die vooral gericht was op flexibiliteit, afzondering, concurrentie, snelheid, geld en prestatie – slechts beoordeeld op en door oppervlakkigheden. Ondertussen verzwakten de instituten die voorheen voor kracht en steun in persoonlijke groei en stabiliteit zorgden – de lokale gemeenschap, familie en kerk – zelf diepgaand door dezelfde versplinterende moderne invloeden. Ook virtuele gemeenschappen op internet, hoewel soms beter dan niets, leken het probleem van eenzaamheid meer te benadrukken dan op te lossen. Men zou kunnen beweren dat de behoefte aan echte leefgemeenschappen van allerlei aard tegenwoordig groter is dan in de
L’Abri medewerkers van alle landen circa 1980 in Zwitserland ... Wim en Greta voorin!
jaren 70. Een teleurgesteld communelid schreef al in het begin van de jaren 70 dat communes die gebaseerd waren op ‘vrijheid’ onvermijdelijk binnen het jaar mislukten. De gemeenschappen die het wel volhielden waren opgebouwd rond autoriteit, soms van een rigide religieuze soort.
Bij l’Abri worden onze woorden getoetst aan de realiteit van het leven Zijn droevige eindconclusie was: ‘Een gemeenschap die wil overleven moet autoritair zijn en biedt daardoor niet meer vrijheid dan de gewone maatschappij. Ik ben niet blij met deze conclusie, maar het lijkt erop dat je alleen maar vrij kunt zijn door alleen te zijn.’ Vrijheid Mijn vraag is dan ook: hoe is het in de wereld mogelijk dat l’Abri er nog is – en waarachtig nog groeit en floreert ook? Het korte antwoord zou zijn ‘Met Gods hulp’ en hoewel het de waarheid is, zou het klinken als een cliché. De ware betekenis blijft een groot mysterie voor me, maar ik heb er wel enkele gedachten over. De Schaeffers begonnen l’Abri als een manier om God te eren, opdat Hij hun werk zou kunnen gebruiken om Zijn aanwezigheid in de wereld kenbaar te maken. Dat betekende dat de gemeenschap er voor God was. Het was geen gemeenschap die God wilde vervangen, of zijn vermeende irrelevantie of zijn afwezigheid wilde compenseren. Het was evenmin een gemeenschap waarvoor het ‘gemeenschap-zijn’ een doel op zich was. De gemeenschap was meer bedoeld als een tijdelijke schuilplaats van gastvrijheid en studie voor een ieder die God erheen bracht. Daarmee verviel dus de eis voor een utopische gemeenschap die haar leden of de wereld in het alge-
9
meen de ideale manier van leven moest leren. Eigenlijk is l’Abri juist altijd vurig anti-utopisch geweest. Want hoe goed onze bedoelingen ook mogen zijn, we moeten nog steeds leven in de duisternis van de schaduw van de zondenval. Utopische idealen zijn dan ook altijd mislukt – ze streefden het beste na, maar bereikten uiteindelijk het slechtste. Francis Schaeffer heeft veel gesproken over de verbazingwekkende Bijbelse interactie tussen ‘vorm en vrijheid’ en ‘grenzen en vrijheid’. In al onze vestigingen worden deze gesprekken nog bijna dagelijks voortgezet. De morele principes in de Bijbel gaan over grenzen met diepte, niet met details. Ze zijn ontworpen om onze gehavende menselijkheid te herstellen en om ons te helpen om als beelddragers van God te leven in deze gevallen, gebroken en oneerlijke wereld. Anders dan bijvoorbeeld de islam, geeft het Nieuwe Testament ons geen blauwdruk voor een complete cultuur. Het geeft ons gerichte maar tegelijkertijd diep verborgen normen, met vele stiltes en leemtes. Er worden ons diepgaande waarheden gegeven over bijvoorbeeld het huwelijk en het opvoeden van kinderen, maar er wordt
Kortenhoeve wordt in 1971 opgeknapt tot woning en gasthuis
heid – vrijheid om te worden onderzocht door diegenen die de leiding van de Heilige Geest in hun leven zoeken. Genade Met vallen en opstaan heeft l’Abri altijd geprobeerd de Bijbelse vorm en vrijheid
daarbij is er binnen onze huizen of studie geen plaats voor autoritarisme of micromanagement. Onze missie om de basiswaarden van een christelijk leven te vertalen naar onze eigen tijd, betekent dat we met deze begrippen worstelen. Wat zijn de Bijbelse normen die we nu nodig hebben? Welke ruimte wordt ons gegeven om te experimenteren en ons van elkaar te onderscheiden wanneer we deze waarden vormgeven? En het gaat niet alleen maar om de theorie: bij l’Abri worden onze woorden getoetst aan de realiteit van het leven binnen de gemeenschap. Daar ontdekken we dat we er zonder genade en vergeving niet eens aan hoeven te beginnen. L’Abri kon ook blijven bestaan omdat God onze gebeden voor werkers en helpers, voor gasten en voor Gods visie voor elke volgende stap van het werk heeft verhoord. Hij heeft ook onze gebeden voor geld gehoord en heeft gedurende de jaren vele, vele mensen bewogen om het werk royaal te steunen. Deze basiskarakteristieken van het werk van l’Abri zijn ware bewijzen voor Gods hand in ons werk, want we hebben bij het aantrekken van medewerkers, gasten of financiële hulp nooit gebruik gemaakt van welke vorm van publiciteit dan ook. Kortom, het voortbestaan van l’Abri heeft niet te maken met het feit dat we een gevestigd instituut zijn geworden of tot een onderdeel van het landschap zijn gaan behoren. Dat is nooit ons doel geweest. We zijn er nog omdat God trouw en betrouwbaar is. Het feit dat we voortbestaan én floreren ondanks vele kwetsbaarheden en onzekerheden is een groot wonder en een reden om God te danken voor zijn genade.
Terug bij het begin ... W. Rietkerk, B. Goudzwaard en H.R. Rookmaaker
nergens genoemd wie het geld moet beheren of de meeste luiers moet verschonen. De stiltes in de Bijbel zijn er niet om gevuld te worden door nerveuze theologen of predikers; het zijn ruimtes van vrij-
10
te handhaven, om het ware leven in al zijn verscheidenheid zoals Jezus ons beloofde, te behouden – ondanks de zondeval. Deze opvattingen hebben zowel het dagelijks reilen en zeilen van l’Abri gevormd als de algemene visie op een christelijk leven zoals l’Abri voorstaat. Grenzen zijn een belangrijk aspect van de beschutte vrijheid die we onze gasten willen aanbieden, maar
Dick Keyes is directeur van L’Abri in Boston in de VS. Hij is gastspreker op onze Jubileumdag op 12 november in Eck en Wiel.
Een dag in l’Abri ... Folkert de Jong Piep, piep, piep klinkt het dicht bij mijn hoofd. Ik zet de wekker uit. Maar kort erop klinken er door de dunne houten wanden van de derde verdieping van Huize Kortenhoeve uit andere kamers nog meer van dit soort geluiden. Piep-piep, piep-piep, zelfs pieperdepiep maar ook nog zoemende en brommende geluiden. Het valt niet langer te ontkennen: het is rond acht uur, een nieuwe dag breekt aan op l’Abri Nederland in Eck en Wiel. Ik stap uit bed. Sommigen lopen nog in pyjama rond, anderen zijn wat vroeger opgestaan om te kunnen douchen en zijn al aangekleed. Douchen kan hier een avontuurlijke onderneming zijn: soms wordt het lekker warme water plotseling ijskoud omdat de geiser een eigen karakter heeft. Het apparaat meent af en toe recht te hebben op vakantie. Huize Kortenhoeve is een deftige fruitboerderij geweest en is gebouwd op de fundamenten van een oude verdedigbare woontoren, nog van de heren van Eck (Eck en Wiel). Deze plek is dus al lang een veilig toevluchtsoord. Maar het deftige is er overigens wel af; sommige dingen hangen bij wijze van spreken met plakband en touwtjes aan elkaar. Daardoor voelde ik me hier gauw op mijn gemak. Niet alles hoeft zo precies, mensen en relaties zijn hier belangrijker dan spullen. Ontbijt is om half negen, in de eetzaal op de begane grond. Een dappere helper is eerder opgestaan dan de rest van ons, om voor een gedekte tafel met broodmaaltijd en thee te zorgen. Nee, nog geen koffie; de cafeïneverslaafden moeten hier op eigen kracht wakker leren worden. Dat lukt meestal best, want samen ontbijten is gezellig. Na het ontbijt leest de werker-van-dienst een stukje voor uit de bijbel. Dan komt de vraag naar twee vrijwilligers voor de ‘kleinste vaatwas van de dag’ - wat vaak waar is, maar soms niet, namelijk als er het een en ander van de vorige avond is blijven staan. Zelf vind ik het prettig om meteen na het ontbijt af te wassen. Meteen iets
doen helpt me om nog wakkerder te worden, als voorbereiding voor de studietijd, die de rest van de ochtend in beslag zal nemen. Het studeren vindt plaats in de bibliotheek, die is gevestigd op de eerste verdieping van een houten schuur op het erf. Als ik er na de afwas binnen kom zitten de andere gasten er al, op stoelen aan tafels of op bankstellen, al dan niet met een deken om zich heen geslagen. Sommigen lezen, anderen luisteren naar audiocassettes met toespraken.Van die cassettes zijn er letterlijk duizenden, langzaam opgebouwd in de nu bijna zestigjarige geschiedenis van l’Abri. Ze worden nu geleidelijk omgezet in mp3 bestanden. Dat wordt tijd, want soms komen er al gasten die niet weten wat een audiocassette is. Dat ik dat nog wel weet is een teken dat ik oud word... Elke gast heeft wekelijks een gesprek met een van de werkers, over wat te bestude-
ren, of daar voortgang in is, en over hoe het verder gaat met leven en werken in l’Abri. Sommigen weten al voor ze komen waar ze mee bezig willen gaan, anderen kiezen dat in overleg ter plekke. Om elf uur komt, na het rinkelen van een koeiebel (herinnering aan de Zwitserse Alpen-oorsprong van l’Abri), de langverwachte koffiepauze. Bij warm en zonnig weer is het buiten, maar nu in de huiskamer van Huize Kortenhoeve. Het is zaterdag (hier een gewone werkdag) en niet alleen gasten, helpers en werkers komen op de koffie af, maar ook de kinderen van
de werkers die op de koekjes af komen. Het is een gezellige mix van iedereen door elkaar, en de kinderen lijken helemaal op hun gemak tussen al die gasten uit allerlei landen. Meestal zijn er wel een of meer Koreanen, Britten en Amerikanen, maar je kunt hier veel meer nationaliteiten tegen komen, zelfs Nederlanders. De gesprekken (‘s winters bij het vuur in de open haard) gaan niet alleen over diepzinnige filosofische vragen, maar ook over zaken als elkaars taal, cultuur, baan, opleiding, geschiedenis en familie. Na nog een studieperiode in de bibliotheek klinkt om één uur weer de bel, nu voor de lunch. Die begint zoals meestal met soep, en ook zoals meestal is er nog wat warms bij de broodmaaltijd. Zoals bij bijna elke lunch is er een centrale discussie over een onderwerp. Soms ontstaat die vanzelf, en anders stelt de aanwezige werker de vraag of iemand iets wil vragen of
bespreken. Het kan over van alles gaan, zoals theologie, filosofie, apologetiek, werk, kunst, pastorale zaken en andere aspecten van hoe christen te zijn in de praktijk. De discussie duurt tot een uur of twee. Dan zijn we vrij tot drie uur, wanneer de bel gaat voor de werkverdeling. De gasten verzamelen zich in de woonkamer.We werken tot half zeven ‘s avonds, met een half uur theepauze om half vijf. Het werk bestaat vandaag uit de afwas van de lunch,
11
allerhande schoonmaak- en onderhoudswerk binnen en buiten, en meehelpen met koken voor het avondeten.Afhankelijk van weer en seizoen zijn er ook grotere klussen: bouw en verbouw, bomen omzagen, en die in stukken zagen en hakken voor de open haarden. Er kan tuinwerk zijn, van schoffelen en wieden tot het plukken van kersen, bessen, appels, pruimen of zelfs walnoten.
werkers, met uiteraard vragen stellen en discussie achteraf. Een enkele keer gaat wie wil op dinsdagavond per auto mee naar de Utrechtse binnenstad om een filmavond met discussie in het l’Abri huis daar bij te wonen. In de zomer, en ook als er meer gasten zijn dan in de woonkamer passen, zitten we voor zulke avonden in de veel grotere kapel in het andere gebouw. Nu zitten we knus in de huiskamer
De combinatie van ‘s ochtends studeren en ‘s middags werken bevalt mij goed. De studie is een periode van op-jezelf zijn; we zitten wel bij elkaar maar werken in stilte. Dat is fijn, want het geeft een goed tegenwicht tegen al het gezamenlijke van pauzes, maaltijden en discussies. Het voorkomt dat al het sociale gebeuren me teveel wordt. Ik word ook weer niet gaar en verveeld van teveel studeren omdat het maar een halve dag is, en net zo is het werken goed vol te houden omdat het maar halve dagen zijn. Maar toch is het wel fijn als om half zeven de bel weer gaat, voor het avondeten. Dat is een warme maaltijd, bereid door een werker of helper. Net als ontbijt en lunch worden de warme maaltijden om de beurt bereid en geleid door een werker. Alle borden (die netjes op tafel waren gezet als “matrijs” voor het tafeldekken) geven we door naar het hoofd van de tafel, alwaar het eten wordt opgeschept. Daarna geven we alle gevulde borden weer aan elkaar door terug. Het eten is heel gevarieerd; maar zelden komt er een maaltijd op tafel die je als typisch Nederlands zou kunnen betitelen. Vaak zijn er Engelse, Amerikaanse of andere invloeden bespeurbaar. Een keer heb ik zelfs een Koreaanse maaltijd meegemaakt.
Het samen dingen doen en bespreken is een belangrijk deel van l’Abri
Na het avondeten helpt iedereen zoals na elke maaltijd de spullen naar de keuken te brengen voor de afwas. Ik breng een stapel borden naar de keuken in het andere gebouw, maar ontdek daar dat die keuken koud en leeg blijft... O ja, verkeerde keuken. Ik breng de stapel weer terug naar Kortenhoeve, waar de stapel ruw materiaal voor de afwasploeg intussen aardig is gegroeid. Om acht uur is er koffie (zonder cafeïne...), en om een uur of half negen begint zoals elke zaterdagavond, de film. Op dinsdag en vrijdagavond zijn er lezingen door de
12
in Kortenhoeve. De vertoonde films verschillen enorm in soort en stijl, van komisch tot schokkend, van fantastisch tot realistisch, en allerlei mengsels hiervan, maar stemmen altijd tot nadenken.Vaak is het een film die ik niet zelf zou hebben uitgekozen om te bekijken, maar bijna altijd ben ik achteraf blij dat ik hem toch gezien heb. Dat komt ook door de steevaste discussie na de film.Welke scene blijft je het meeste bij? Wat heeft de filmmaker bedoeld? Is hem dat gelukt? Wat voor wereldbeeld zit erachter? Soms is een avond niet genoeg, en praten we er bij het ontbijt op zondagochtend nog over... Dat zondagochtendontbijt is bijzonder, want we krijgen er niet alleen warme koffiecake en een gekookt ei bij, maar zelfs koffie, nog wel met cafeïne! De bedoeling is duidelijk: wakker blijven tijdens de kerkdienst die ochtend... Rond tien uur stouwen we ons in de beschikbare auto’s en rijden we naar een Engelstalige dienst in Wageningen. Zondagmiddag is vrij, en ‘s avonds is er dan een gezellige groepsactiviteit, variërend van bijvoorbeeld knutselen tot elkaars woningen bewonderen, waar ook ter wereld, via Google Earth en Street View. Eenmaal heb ik op een zondagavond een Australische avond meegemaakt, georganiseerd door Australische gasten toen er daar maar liefst vijf van aanwezig waren; een andere keer een Koreaanse avond. De donderdag is de enige helemaal vrije dag van de week. Buitenlandse gasten gebruiken die vaak om stukje bij beetje Nederland te bekijken, Nederlanders doen dan vaak wat extra studie, of slapen bij. Al die gesprekken en discussies in het Engels
zijn leuk maar kunnen op den duur ook knap vermoeiend zijn! Voor langdurig verblijf is er ruimte voor ongeveer zestien gasten. Soms zijn er een tijdje minder mensen. Dan komt het voor dat we maaltijden niet in de eetzaal hebben, maar dat we worden uitgenodigd in de privéwoning van de Reitsema’s in Kortenhoeve of die van de familie Ludwick in het andere gebouw. Een ander uiterste vormen de themaweekenden, die zo eens per drie of vier weken zijn. Dan kunnen er tot in totaal wel veertig gasten zijn. Dat zijn de gelegenheden waar de Nederlanders in de meerderheid zijn. De lezingen, films en pauzes zijn dan altijd in de kapel. Vaak zijn de lezingen in het Nederlands. Een van de werkers vertaalt dan in het Engels voor de buitenlanders. Soms is het omgekeerd, met vertaling voor de Nederlanders die geen Engels begrijpen. Ook in een themaweekend is er een werkperiode, op zaterdagochtend, waarbij dan door het grotere aantal gasten ook grotere karweien worden aangepakt. De kerkdienst op zondagochtend is dan in l’Abri zelf. Een themaweekend is gezellig en interessant, maar toch slaken wij langblijvers op zondagavond een zucht van verlichting als we weer onder ons zijn... Dan merken we dat een themaweekend vermoeiend kan zijn, maar ook dat de langblijvers een groepje zijn geworden dat elkaar wat kent en zich bij elkaar op zijn gemak voelt. L’Abri draait bepaald niet alleen om studeren en werken. Het samen dingen doen en bespreken, met elkaar om (leren) gaan en daarin groeien, is een belangrijk deel van wat l’Abri is en doet. Want was Jezus ook niet ooit begonnen met het stichten van een groep, een gemeenschap?
Folkert de Jong is een regelmatige gast op l’Abri. Naast zijn schrijftalent is hij begaafd in het bijhouden van onze computers en het vermaken van de l’Abri kinderen met zijn wonderlijke verhalen.