DB-vergadering 29-03-2011
Agendapunt 5
Onderwerp Dividendbeleid Nederlandse Waterschapsbank NV Portefeuillehouder(s) R.L.M. Sleijpen Afdeling Middelen Bestuursprogramma Niet van toepassing. Waterbeheersplan Niet van toepassing. Programma begroting Bedrijfsvoering Routing Dagelijks bestuur Commissie ABA Commissie MFB Commissie WS Algemeen bestuur
29 maart 2011 – – – –
Voorstel Het voorgestane stringentere dividendbeleid van de NWB bank voor kennisgeving aannemen / bespreken.
Toelichting
./.
Persbericht NWB-bank Op 11 maart 2011 is een persbericht van de Nederlandse Waterschapsbank NV (NWB bank) ontvangen waarin wordt aangegeven dat de nettowinst van bank in 2010 lager is uitgevallen. Verder is aangegeven dat de aanpassing van de leverage ratio vanaf 2011 een stringenter dividend- en reserveringsbeleid vereist. Een en ander heeft aanzienlijke gevolgen voor de waterschappen. Het persbericht treft u als bijlage hierbij aan. Dividend NWB bank 2010 De nettowinst van de bank is over 2010 gedaald met 33% tot € 38 miljoen (2009 was € 57 miljoen). Voor een toelichting op de daling van de nettowinst zij verwezen naar het persbericht.
110475/PDA
1/3
Na goedkeuring van de Raad van Commissarissen heeft de directie van de NWB bank besloten om van de nettowinst een bedrag van € 15 miljoen toe te voegen aan de algemene reserve van de bank en 60% van de nettowinst, zijnde € 23 miljoen, uit te keren aan de aandeelhouders. Dit resulteert in een dividenduitkering per aandeel van € 390. Het voorliggende besluit wijkt - als gevolg van de lagere nettowinst - af van het bestaande dividendbeleid van de bank waarbij het uitgangspunt was dat de aandeelhouders jaarlijks een dividenduitkering zouden ontvangen van € 40 miljoen, wat gelijk was aan een bedrag van € 678,08 per aandeel. Op basis van het bestaande dividendbeleid is de dividenduitkering van de NWB bank in de programmabegroting 2011 geraamd op € 463.058. Gelet op het voorliggende voorstel van de bank zal op basis van ons aandelenbezit (535 aandelen A en 146 aandelen B) de dividenduitkering over 2010 (die ontvangen wordt in 2011) € 265.590 bedragen. Een en ander heeft dan ook in 2011 een lagere opbrengst van € 197.468 tot gevolg. Dividendbeleid NWB bank vanaf 2011 Naar aanleiding van de economische crisis is het toezicht op de banken verscherpt, wat geleid heeft tot een nieuwe zwaardere vermogens- en liquiditeiteisen uit het Bazel IIIakkoord, dat het Bazels Comité voor het bankentoezicht in december 2010 heeft gesloten. De invoering van deze nieuwe eisen is voorzien in 2018. Een nieuwe eis betreft de minimumeis van de zogenaamde leverage ratio. Deze eis schrijft voor dat het eigen vermogen van banken vanaf 2018 tenminste 3% van het balanstotaal dient te zijn. Op basis van de balansgegevens per 31 december 2010 bedraagt deze ratio bij de NWB bank 1,9%. Dit betekent dat, bij een gelijkblijvend balanstotaal, de bank in de periode 2011-2018 nog € 630 miljoen aan het eigen vermogen zou moeten toevoegen tot bijna € 1,7 miljard. Het is echter nog onduidelijk hoe hard de nieuwe leverage ratio zal worden toegepast. De mogelijke gevolgen voor de NWB bank bij een ‘harde’ toepassing van de leverage ratio kunnen zijn: 1. vergroten van het eigen vermogen door: − winstinhouding (verlagen van de dividenduitkering); − kapitaalstorting door huidige of nieuwe aandeelhouders. 2. verlagen van het balanstotaal door afbouw van de kredietportefeuille door beperking van de publieke kernactiviteiten. Wel is duidelijk dat de invoering van de Bazel III-kapitaaleisen de komende jaren in belangrijke mate de ruimte voor dividenduitkeringen bepaalt. De NWB bank geeft dan ook aan, dat zij voornemens is zolang de leverage ratio van 3% ongewijzigd van toepassing blijft, toekomstige winsten met ingang van 2011 te reserveren en niet uit te keren. Dit betekent dan ook dat met ingang van de programmabegroting 2012 de dividendopbrengst NWB bank ad € 463.058 komt te vervallen. Opgemerkt zij nog, dat ons waterschap voor wat betreft de dividenduitkering door het beperkt aantal aandelen een ‘kleine speler’ is. Bij een aantal waterschappen handelt het jaarlijks om aanzienlijk hogere bedragen.
110475/PDA
2/3
./.
Vooroverleg aandeelhoudersvergadering NWB bank Recentelijk is van Waterschap Velt en Vecht een uitnodiging ontvangen voor (bestuurlijke) deelname aan het vooroverleg op 14 april 2011 voor de aandeelhoudersvergadering van de NWB bank die op 28 april 2011 plaatsvindt. Deze uitnodiging treft u eveneens als bijlage hierbij aan. Waarschijnlijk zal de dividenduitkering 2010 en de aanpassing van het toekomstige dividendbeleid onderdeel uitmaken van de beraadslaging. De secretaris/directeur,
ing. J.M.G. In den Kleef
110475/PDA
3/3
Persbericht NWB Bank in 2010: sterke groei kredietverlening, nettowinst lager • •
LEVERAGE RATIO VEREIST STRINGENTER DIVIDEND- EN RESERVERINGSBELEID ONDERZOEK NAAR ANDERE WAARDERINGSREGELS
De kredietverlening door de NWB Bank bedroeg in 2010 € 7 miljard, een stijging van 48% ten opzichte van 2009. Het kredietvolume was daarmee bijna gelijk aan het recordjaar 2008. De bank kwalificeert 2010 als een ‘in meerdere opzichten succesvol jaar’, waarin zij als een van de grootste financiers van de publieke sector haar marktaandelen heeft behouden. Voor de eigen financiering heeft de bank op de internationale kapitaalmarkten goede zaken gedaan met de uitgifte van obligatieleningen onder haar € 50 miljard grote Debt Issuance Programma. De NWB Bank dankt het aan haar AAA-ratings dat zij voor € 10 miljard aan obligaties heeft kunnen uitgeven. Het lage risicoprofiel stelt de bank in staat te profiteren van de kapitaalstromen die in financieel onzekere tijden een veilig heenkomen zoeken. De risico-opslagen die ook AAA-partijen moeten betalen zijn, als gevolg van de crisis rond de overheidsschulden in Europa, in 2010 echter niet afgenomen. De bank hoopt op een verdere normalisering van de rentespreads. Dit zou een signaal zijn van een terugkeer naar stabielere financiële markten. De nettowinst over 2010 daalde met 33% naar € 38 miljoen (2009: € 57 miljoen). Dit was voor een belangrijk deel het gevolg van ongerealiseerde marktwaardeverliezen. Deze boekhoudkundige afwaarderingen waren met € 23 miljoen belangrijk hoger dan in 2009, toen slechts een beperkt bedrag van € 3 miljoen van het resultaat werd afgeboekt. Het lagere marktwaarderesultaat wordt mede veroorzaakt door de actuele risico-opslagen die in de markt gelden voor leningen aan de feitelijk risicovrije kredietrelaties van de NWB Bank, zoals gemeenten, provincies, waterschappen en door de overheid gegarandeerde instellingen als woningbouwcorporaties en zorginstellingen. Naarmate de risico-opslagen weer afnemen en de looptijden van leningen verstrijken, worden deze ongerealiseerde marktwaardeverliezen gecompenseerd door ongerealiseerde marktwaardewinsten. Verder werd een bedrag van € 17 miljoen negatieve marktwaarde gerealiseerd door verkoop van effecten. De keuze in 2005 bij de overgang naar IFRS voor de zogeheten marktwaardewaardering blijkt op basis van de huidige inzichten na de kredietcrisis slecht te passen bij aard en karakter van de bank. De ongerealiseerde verliezen welke ontstaan als gevolg van risicoopslagen op leningen van de bank aan of gegarandeerd door Nederlandse overheden, zijn boekhoudkundig van aard. Dit wordt verklaard doordat enerzijds het kredietrisico (en daarmee het terugbetalingrisico) op deze partijen bijzonder laag is en anderzijds de bank de verstrekte leningen doorgaans niet tussentijds verkoopt maar aanhoudt tot het einde van de looptijd. Aangezien er een kans bestaat dat op grond van deze waarderingsmethodiek dit jaar en volgende jaren nog substantiële ongerealiseerde
1
marktwaardeverliezen ontstaan als gevolg van aanhoudend hoge risico-opslagen op langlopende leningen aan feitelijk risicovrije debiteuren, zal de bank dit jaar onderzoek doen naar de mogelijkheden om zoveel mogelijk over te schakelen op waarderingsgrondslagen welke beter bij haar bedrijfsmodel passen. In dit verband is met ingang van 2011 een aanvang gemaakt met hedge accounting voor alle nieuwe leningen. Als onderdeel van het resultaat ontwikkelde het saldo van rentebaten en -lasten zich positief, met een stijging naar € 104 miljoen (2009: € 92 miljoen). De toename vloeit voort uit de verkoop van leningen, met als doel de reeds beperkte gevoeligheid van de NWB Bank voor een eventuele toekomstige stijging van de rente nog verder te verminderen. De bedrijfslasten stegen met ruim 7% tot € 11 miljoen (2009: € 10 miljoen) vanwege hogere kosten voor externe adviseurs op het terrein van accounting, de IT-organisatie en een onderzoek naar de strategie en het beleid van de bank. Buiten de bedrijfslasten heeft de bank een bijdrage van € 2 miljoen betaald aan het NWB Fonds, dat de bank in 2006 in samenwerking met de waterschappen heeft opgericht voor het financieel ondersteunen van internationale projecten op het gebied van watermanagement en sanitatie. Daarmee heeft de bank in de afgelopen jaren € 20 miljoen in het NWB Fonds gestort. Het eigen vermogen van de NWB Bank bestaat vrijwel geheel uit Tier 1-kapitaal en is in 2010 licht toegenomen. Door de relatief sterke stijging van het balanstotaal tot € 57 miljard (eind 2009: € 52 miljard) is de capital ratio (verhouding eigen vermogen/balanstotaal) teruggelopen tot 1,9% eind 2010 (eind 2009: 2%). Het balanstotaal groeide met 9% sneller dan de kredietportefeuilles, die met 7% toenamen. Van het balanstotaal bestaat bijna € 9 miljard (2009: € 5 miljard) uit de marktwaarde van langlopende leningen, effecten en swapposities die zijn aangegaan ter dekking van renteen valutarisico’s. De BIS-solvency ratio, een kredietrisicogewogen indicator, steeg in 2010 flink tot 93% (eind 2009: 51%). De sterke toename van deze ratio is voornamelijk het gevolg van een verdere intensivering van het risicomanagement ten aanzien van bancaire tegenpartijen. Hierdoor is het totaal van de naar risico gewogen activa bijna gehalveerd. In vergelijking met de norm van minimaal 8% die De Nederlandsche Bank voorschrijft, beschikt de NWB Bank over een fors solvabiliteitssurplus en behoort daarmee tot de veiligste banken ter wereld. De AAA-ratings van de bank en de overheid als aandeelhouder bieden maximale toegang tot de internationale kapitaalmarkten en maken het mogelijk scherpe inkoopprijzen te bedingen.
Reservering en dividend Na goedkeuring van de Raad van Commissarissen heeft de directie besloten van de nettowinst over 2010 van € 38 miljoen een bedrag van € 15 miljoen toe te voegen aan de algemene reserve van de bank. De algemene reserve bedroeg per ultimo 2010 € 1 miljard. De directie stelt voor 60% van de nettowinst, € 23 miljoen, uit te keren aan aandeelhouders in de vorm van een contant dividend. Dit resulteert in een dividenduitkering per aandeel van € 390.
2
Uitgangspunt voor het dividend- en reserveringsbeleid is een bestendige gedragslijn, gericht op een consistente en in verhouding tot de gerealiseerde winst redelijke uitkering van dividend aan de aandeelhouders. Voorwaarde hierbij is dat de bank over een solide vermogenspositie beschikt in overeenstemming met de toezichtnormen. Zoals in het halfjaarbericht 2010 al aangekondigd is het dividend- en reserveringsbeleid van de NWB Bank getoetst aan de nieuwe zwaardere vermogens- en liquiditeitseisen uit het Bazel III-akkoord, dat het Bazels Comité voor het bankentoezicht in december 2010 heeft gesloten. Met name de introductie van de zogeheten leverage ratio, het voorschrift dat het eigen vermogen vanaf 2018 tenminste 3% van het balanstotaal dient te bedragen, noopt tot een stringenter dividend- en reserveringsbeleid. De directie van de NWB Bank heeft het afgelopen jaar bij de autoriteiten nadrukkelijk bezwaar gemaakt tegen de toepassing van de 3%-norm voor de leverage ratio, gezien het hoogwaardige karakter van de activa van de bank. Deze nieuwe vermogenseis kan immers tot een bovenmatige kapitalisatie leiden. Overkapitalisatie is economisch inefficiënt en resulteert in een structureel te laag rendement voor aandeelhouders. Toezichthouders op het bankwezen zullen de komende jaren ervaring opdoen in de aanloop naar de uiteindelijke invoering van de leverage ratio in 2018. De NWB Bank gaat ervan uit dat het inzicht zal groeien dat voor publiekesectorbanken een meer op maat gesneden vermogenseis op zijn plaats is en zal hiervoor de komende jaren, samen met andere publiekesectorbanken, blijven pleiten. De invoering van de Bazel III-kapitaalseisen bepaalt de komende jaren in belangrijke mate de ruimte voor dividenduitkeringen. Tegen deze achtergrond heeft de directie, onder goedkeuring van de Raad van Commissarissen, besloten tot aanpassing van het reserveringsbeleid. Met ingang van 2011 zal de bank, zolang de leverage ratio van 3% ongewijzigd van toepassing blijft, overgaan op maximale reservering van toekomstige winsten. Zodra aan de kapitaaleisen wordt voldaan zal weer ruimte ontstaan voor het uitkeren van dividend. Indien en voor zover de autoriteiten in het geval van de NWB Bank in de toekomst alsnog besluiten tot matiging van de leverage ratio, kan heroverweging van dit reserveringsbeleid plaatsvinden.
Vooruitzichten De kredietvraag van de publieke sector, met name die van de woningbouwcorporaties, zal naar verwachting in 2011 aanzienlijk afnemen. Als gevolg hiervan zal ook de kredietverlening door de NWB Bank, die een van de grootste spelers is in deze markt, dalen. De financiële markten blijven onzeker, onder meer ten aanzien van het verdere verloop van de crisis rond de staatsschulden in de eurozone, de mogelijkheid van een terugval van de westerse economie in een nieuwe recessie en de stabiliteit van markten en financiële instellingen. Vooral op de ontwikkeling van de geld- en kapitaalmarktrente en de risico-opslagen zijn deze factoren van grote invloed. De marktwaarderesultaten van de NWB Bank kunnen hierdoor flinke fluctuaties laten zien. In dit licht geeft de directie dan ook geen verwachting ten aanzien van de nettowinst over 2011. Wel is te voorzien dat de
3
nettorentebaten van de bank, als onderdeel van de nettowinst, in 2011 onder druk zullen komen. Dit is voornamelijk het gevolg van de herfinanciering van kredieten die voor de kredietcrisis tegen de toen geldende lagere risico-opslagen zijn verstrekt. Den Haag, 11 maart 2011 De directie Nederlandse Waterschapsbank N.V., Rooseveltplantsoen 3, 2517 KR Den Haag. Informatie voor media: mevrouw mr. Heleen van Rooijen, general counsel, tel. 070-4166251, e-mail:
[email protected]. Hoofddoelstelling van de NWB Bank is het zo goed en goedkoop mogelijk financieren van de Nederlandse publieke sector. Door zijn solide status en financiële deskundigheid is de bank in staat op de internationale financiële markten ruim voldoende gelden aan te trekken tegen gunstige voorwaarden. Daarbij kent de NWB Bank een zeer lage kostenstructuur. De NWB Bank streeft niet naar maximale winst, maar naar een bij het karakter van de bank passend optimaal resultaat.
4
K E R N C IJ F E R S bedragen in miljoenen euro’s 2010
2009
43.172
40.172
1.068
1.048
57.219
52.422
897
1.721
Rente
104
92
(On)gerealiseerde waardemutaties marktwaardeportefeuille
-40
-2
Operationele baten
64
90
Bedrijfslasten
11
10
2
4
Belastingen
13
19
Nettowinst
38
57
Dividenduitkering
23
40
Dividend in euro’s per aandeel
390
678
BIS Solvency ratio
93,1
51,4
Bedrijfslasten/rente ratio
10,6
10,9
Dividend pay out ratio
59,9
70,2
1,9
2,0
BALANS Verstrekte kredieten op lange termijn Eigen vermogen Balanstotaal Naar risico gewogen activa RESULTATEN
Bijdrage NWB Fonds
DIVIDEND
RATIO’S (%)
Capital ratio
5
w»
1 20 1 02017 Waterschap Roer en Overmaas
VeVt
1 1 NJUUT 2011 i
Aan de dijkgraven van de
O
H
Q
l o l
t e
ZL.
etvVecW
Contactpersoon
A.K. Knol
waterschappen in Nederland
AÏJJ
rat i j i
L
I
j c .:
aan •
{
aan
j ^>ïi
L
Ter afd
Lee.
KL
Afgedaan d . d .
Doorkiesnummer
(0524) 592353
Kenmerk
Onderwerp
Datum
uitnodiging vooroverleg aandeelhoudersvergadering NWB
8 maart 2011
Geachte collega, De Nederlandse Waterschapsbank N.V. houdt op 28 april aanstaande haar jaarlijkse algemene vergadering voor aandeelhouders (AvA). Evenals voorgaande jaren is er een vooroverleg van de waterschapsaandeelhouders gepland, met als doel een gezamenlijke inbreng in de AvA te hebben. Bij het vooroverleg zijn in ieder geval onderstaande personen aanwezig. Het vooroverleg vindt plaats op donderdag 14 april aanstaande, om 10.00 uur in kamer 304 van Het Waterschapshuis, Stationsplein 89 te Amersfoort. Mocht u willen deelnemen aan dit vooroverleg, dan bent u van harte welkom. Graag ontvangen wij uw aanmelding via het bestuurssecretariaat van het waterschap Velt en Vecht, mevrouw A.K. Knol, telefoonnummer (0524) 592353, of e-mail:
[email protected].
Met vriendelijke groet,
ing. W. Wolthuis, dijkgraaf waterschap Velt en Vecht. Mede namens: drs. L.H.M. Kohsiek, dijkgraaf hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en A. Vernhout RA, loco-dijkgraaf waterschap Rivierenland
Burgemeester Feithsingel 2
Postbus 330 7740 A H Coevorden
Telefoon (0524) 592222
Fax (0524) 592200
E-mail:
[email protected]