Oude landschap terug bij Twilhaar
2
3
Plantengroei langs de Sprengenbergerweg
Vat vol verhalen
8
10
De natuurbeleving in Nijverdal
december, 2010
Cultuurhistorie op de Sallandse Heuvelrug In 2010 is gekozen voor een jaarthema rond cultuurhistorie. Hierbij werd aangesloten bij het project Twilhaarskampjes dat inmiddels van start is gegaan. Op 5 september is in dat kader een oogstfeest rond de ‘Schaapskooi Twilhaar’ georganiseerd, wat ongeveer 350 bezoekers trok. Vele organisaties werkten mee om het oogstfeest tot een succes te maken, zoals de vereniging van oude ambachten, de historische vereniging en de toneel vereniging uit Haarle. Hoogtepunt vormde de onthulling van een nieuwe markesteen door gedeputeerde Piet Jansen en regiodirecteur van Staatsbosbeheer Piet Winterman. De steen is neergezet op het driemarkenpunt van de oude marken Haarle, Hellendoorn en Noetsele.
december 2010
1
13
Geologie en Geomorfologie van de Sallandse Heuvelrug
Oude landschap terug bij Twilhaar Op de Sallandse Heuvelrug staan twee schaapskooien. Eén daarvan staat bij Natuurmonumenten in Haarle. De ander is eigendom van Staatsbosbeheer en staat bekend onder de naam 'Twilhaar'. Op en rond de plek waar deze schaapskooi staat, hebben vroeger boerderijtjes gestaan. Dit was in de periode waarin de marken actief waren. Hoogst waarschijnlijk waren het kleine keuterboertjes, die in deze boerderijtjes hebben gewoond met slechts een paar beesten. Het dagelijks werk bestond vooral uit het bewerken van de kleine akkers in de directe omgeving. Aan het eind van de ‘markenperiode’ (ca. 1850) is ook deze boerenbedrijvigheid verdwenen. Tijdens de grootschalige bosontginningen (1920) is het grootste deel van de Sallandse Heuvelrug ingeplant met bos en zo ook deze verlaten akkertjes. De boerderijtjes zijn later verwijderd. De sporen uit het verleden zijn echter nog altijd zichtbaar, zij het slecht herkenbaar omdat er niet meer naar omgekeken werd. Zo liggen er nog steeds de boswallen die de oude akkertjes omranden. Daarnaast staat er nog een waterput, een leilinde en een fruitboom. Deze elementen geven aan waar de oude boerderijtjes hebben gestaan. Aan het begin van dit jaar heeft Staatsbosbeheer het plan opgepakt om een deel van dit oude kleinschalige cultuurlandschap weer te herstellen. Het doel is om de bezoekers te laten beleven hoe het
Het al of niet voorkomen van bepaalde plantensoorten in het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug is sterk bepaald door de cultuurhistorie. Heide - met al zijn kenmerkende soorten - is bijvoorbeeld ontstaan door eeuwenlang plaggen door de mens. Akkerflora vind je op de bouwlanden en ook het voorkomen van wilde planten in de bermen is, al dan niet opzettelijk, veelal door menselijk handelen bepaald.
Aan het begin van dit jaar heeft Staatsbosbeheer het plan opgepakt om een deel van dit oude kleinschalige cultuurlandschap weer te herstellen. landschap er vroeger moet hebben uit gezien. In samenwerking met de gemeente Hellendoorn en de Historische Vereniging Nijverdal is een plan opgesteld hoe dit landschap weer gereconstrueerd kon worden. Op 5 september 2010 heeft de gedeputeerde Jansen tijdens het oogstfeest een openingshandeling verricht als start van de uitvoering van het project. Inmiddels is het project zo goed als gereed. Met man en macht is er gewerkt om het project te realiseren.
Jacobskruiskruid met zebrarups
Steenanjer met dikkopje
Eén van de bloemrijkste bermen in het nationaal park is langs de oprijlaan van de Sprengenberg te vinden. Het is niet bekend hoe lang deze laan op de huidige plek ligt. Toen de Palthetoren in 1903 werd gebouwd, werden er ossen ingezet die de karren met bouwmaterialen door de heide omhoog trokken. In de heide naast de oprijlaan zijn nog karrensporen te zien, maar misschien zijn deze sporen ook al veel ouder want vroeger werden de heideplaggen ook per kar
afgevoerd naar de verschillende schaapskooien. Bovenaan de oprijlaan liggen de ‘Leemputten’, een afgraving waar vroeger leem uit werd gehaald voor gebruik in lemen deelvloeren en misschien ook wel voor verharding van de wegen. Hoe dan ook, omstreeks 1900 heeft ‘Van Wulfften Palthe’ hier een fraaie rechte laan aangelegd en beplant met douglas en Amerikaanse eiken. Deze weg gebruikte hij om met zijn auto naar zijn fabriek in Almelo te rijden. Hij was één van de eer-
Hondsviooltje
Oranje havikskruid
De omgeving van de schaapskooi heeft een ware metamorfose ondergaan. Er is weer een aantal akkers aangelegd, waarin de komende zomer verschillende graangewassen zullen bloeien. Daarnaast zijn enkele oude boerenerfjes weer zichtbaar gemaakt en op de plek waar deze boerderijtjes hebben gestaan is een kunstwerk geplaatst in de vorm van de fundering. Verder zijn er nog hagen ingeplant met daarin een hekje, zodat je ook het gevoel hebt dat je een erfje op loopt. De omgeving van de schaapskooi is echt een bezoek waard waarbij naar mijn idee het doel meer dan gehaald is. Corné Balemans Staatsbosbeheer
De Sallandse Heuvelrug
Plantengroei langs de Sprengenbergerweg
2
december 2010
3
ste autobezitters in de gemeente. Tegenwoordig is de oprijlaan verhard met puin en het bovenste deel langs de oprijlaan is inmiddels alweer opnieuw ingeplant, deze keer met zomereik. Al deze bewerkingen en vooral de aanvoer van puin heeft ervoor gezorgd dat de bermen net iets voedselrijker zijn dan de naaste omgeving met allerlei overgangen tussen arm en rijk. Dit zie je terug in de plantengroei. Eén van de eerste plantensoorten die bloeit in het voorjaar is hondsviooltje, een laag bij de grond groeiend plantje met de kenmerkende blauwe viooltjes bloemen. Maar er staan ook soorten die hier van nature niet direct thuis horen, maar hun zaden zijn dankzij hooitransport in de berm terecht gekomen. Dit zijn o.a. de steenanjer en oranje havikskruid. Deze soorten zijn in het verleden nabij de Palthetoren uitgezaaid en handhaven zich goed. De kleine ratelaar is bewust door iemand - circa 20 jaar terug - direct in de berm uitgezaaid en tot op heden komt deze plantensoort elk jaar terug. Ratelaar is een halfparasiet op gras en eenjarig. Dus elk jaar moet de plant voldoende zaad kunnen vormen om zichzelf het volgende jaar te kunnen
uitzaaien. Daarnaast is het zaad maar kort kiemkrachtig. Maaien voor de zaadzetting betekent dan ook het verdwijnen van deze soort. De gele morgenster is een nieuwkomer die er nu een jaar of vijf staat. Ook jacobskruiskruid staat er nog niet zo heel lang, hier vond ik ook voor het eerst in onze gemeente de zebrarups die van deze soort afhankelijk is. Hoewel deze voor vee giftige plant tegenwoordig op veel plaatsen niet meer welkom is, doet hij hier geen enkele schade. Andere karakteristieke en leuke soorten van heischrale vegetaties zijn grasklokje, mannetjes ereprijs, vlasbekje en muizenoortje. Er staat zelfs de laatste jaren een echte orchidee te pronken, namelijk de breedbladige wespenorchis. Weliswaar de minst zeldzame van alle soorten orchideeën, maar het is altijd weer een verrassing waar hij opduikt, om vervolgens na een aantal jaren weer even plotseling te verdwijnen. Ik hoop dat u volgend jaar eens met andere ogen naar de bermen van deze laan kijkt. Maar blijf op de laan zelf, want een andere nieuwkomer in de jonge eikenlaan is de eikenprocessierups. Herman Veerbeek, De Sprengenberg
uitgestrekte heide, maar profiteert ook van (in leeftijd en plantensoorten) gevarieerde heide met voldoende opslag. Om voldoende oppervlakte te krijgen is vanaf 1990 de heide uitgebreid en er is nu bijna 1200 ha aaneengesloten heidegebeid op de Sallandse Heuvelrug te vinden. Doordat de bosranden meer open zijn gemaakt, profiteert een soort als de nachtzwaluw van deze maatregelen mee.
Naast het (seizoens)begrazen met schapen, wordt er de laatste jaren dus op de heide gemaaid, waarbij het maaisel wordt afgevoerd en kleine stukjes gebrand om daarmee de heide gevarieerder te krijgen. Om de heide open te houden wordt een beroep gedaan op vrijwilligers en scholen. Op deze wijze hopen we dus dat niet alleen de aanwezige soorten maar ook de recreant nog jaren op de Sallandse Heuvelrug kan leven en hiervan kan genieten.
Heidebeheer op de Sallandse Heuvelrug De Sallandse Heuvelrug is vooral bekend om zijn glooiende heidevelden en daarmee haar uitzichten. Om deze heidevelden te behouden zijn maatregelen nodig. Zouden we niets aan deze historische ‘cultuurlandschappen’ doen dan zouden de heidevelden spoedig in bos veranderen. Het zijn dus feitelijk cultuurlandschappen, omdat ze zijn ontstaan in de tijd dat de mens de zogenaamde ‘woeste gronden’ gebruikte en liet begrazen door schapen. Daarnaast kon de schapenmest worden verzameld in de potstallen. Deze mest werd weer over de akkers (essen) verspreid. Er zijn verschillende maatregelen om de heide te kunnen behouden. Het gaat dan om branden, begrazen, maaien, plaggen en chopperen. Het verschil tussen plaggen en chopperen is dat bij plag-
De Sallandse Heuvelrug
gen 5 cm van de bovenlaag wordt verwijderd en bij chopperen alleen de losse strooisellaag. De heidevelden op de Sallandse Heuvelrug zijn in handen van twee natuurbeschermingsorganisaties, te weten Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Beide organisaties stemmen het beheer op elkaar af vanuit de, hoe kan het ook anders, werkgroep heide. Deze werkgroep heeft niet alleen als taak om de heidevelden te behouden, maar er ook voor te zorgen dat de heidegebonden soorten een optimaal leefgebied krijgen. Het korhoen is een mooi voorbeeld van een typische diersoort die in ons land aan heidevelden gebonden is. Deze soort heeft niet alleen belang bij
4
Er zijn verschillende maatregelen om de heide te kunnen behouden. Het gaat dan om branden, begrazen, maaien, plaggen en chopperen.
december 2010
5
bericht van de secretaris
Er is veel te doen Het is ‘s avonds alweer vroeg donker. We gaan al weer naar het einde van het jaar toe. Juist nu staat er druk op de ketel, omdat sommige bestedingen nog in gang gezet moeten worden en de voorbereidingen voor het volgende jaar al volop draaien. Het Overlegorgaan heeft op 18 november een besluit genomen over het jaarplan 2011. Veel werk is al verzet maar afstemming over wat lastige onderdelen moet op de valreep nog plaats vinden. Ook komen er nu allerlei vragen zoals: Treft het bezuinigingsbeleid van de regering de nationale parken en kunnen we nog financiën toezeggen aan projecten? Deze dagen is ook de vraag of een prachtig project zoals de kwaliteitsimpuls bij de entree aan de Nijverdalse kant van het nationaal park eindelijk uit de startblokken komt. Aan het enthousiasme van het nationaal park zal het niet liggen om ervoor te zorgen dat tegen de tijd dat in Nijverdal de combitunnel gereed is, die noordelijke entree op de heuvelrug eveneens een fantastische gedaantewisseling heeft ondergaan. De naam ‘Paarse Poort’ geeft treffend weer welke uitstraling we voor ons zien. Met één oogopslag moet de bezoeker het karakter van het nationaal park zien en proeven en via de inrichting het signaal ‘bestemming bereikt’ krijgen. Overuren dus voor de secretaris Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug. Een baan die bestaat uit veel geregel en zorgen dat activiteiten voortgang kunnen vinden, maar het betekent ook contacten
De Sallandse Heuvelrug
onderhouden en projecten bezoeken en daar gaat dit bericht over. Zo’n project is het project cultuurhistorie bij Twilhaarkampjes. In deze nieuwsbrief leest u daar meer over. Eerder al was de onthulling van de markesteen door gedeputeerde Jansen en regiodirec-
Ook komen er nu allerlei vragen zoals: Treft het bezuinigingsbeleid van de regering de nationale parken en kunnen we nog financiën toezeggen aan projecten? teur Staatsbosbeheer de heer Winterman. Velen van u hebben samen met onze voorzitter de heer Lanning, andere genodigden en mijzelf volop genoten van dit feestje, want mooi weer en gezellige activiteiten gaven daar volop gelegenheid voor. Bij een recent bezoek aan het gebied met de projectleider Corné Balemans bleek dat met 2,8 ha omzetten van jong bos naar bouwlandkampjes en aanleggen van wallen een metamorfose van het gebied bereikt is. Dus kom beslist binnenkort nog een keer kijken naar Twilhaar, als de winterrogge is opgekomen. Zondag 14 november is de Haarlerbergveldloop
6
gehouden; een kleinschalige loop die in de plaats is gekomen van de veldloop vanuit Nieuw Heeten. Het Overlegorgaan heeft de deelnemers en organisatie een plezierige en succesvolle bijeenkomst gewenst. Ik heb zelf deze keer niet meegedaan, want in sommige weekeinden gaan gezinsafspraken voor. Er is in de loop van de tijd geïnvesteerd in het heidegebied en dat heeft resultaten gebracht. De kwaliteiten van het gebied zijn prima, zoals in het artikel over het heidebeheer valt te lezen. Maar er zijn ook zorgen, welke factoren zijn nu de reden dat er te weinig korhoenkuikens het andere jaar halen waardoor de korhoenpopulatie op een zeer kritisch laag niveau is uitgekomen? Daarover is onlangs een werkbijeenkomst geweest waar experts op gebied van heidebeheer en dierecologie bijeen kwamen om Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten te adviseren over inrichtingsmaatregelen. We weten dat we in deze tijden van bezuinigingen moeten zoeken naar goedkope en toch effectieve maatregelen, maar als bijna 87% van de experts zegt dat er kansen zijn de soort te behouden voor Nederland, dan gaan we daar toch voor! Onlangs organiseerde het jubilerende Nationaal Park Drents-Friese Wold (10 jarig bestaan) een boeiende conferentie. Daar stond centraal het belang dat een nationaal park heeft voor de omgeving (locale economie) en voor de gezondheid. Boeiend om daar ook bij ons samen met gastheren/bewoners in 2011 extra aandacht aan te besteden. En dan zou ik nog bijna het Gebruikersplatform vergeten. De 2e bijeenkomst met de net aangetreden voorzitter de heer Schoot Uiterkamp uit Haarle
was een echt succes. Er moesten tientallen stoelen aangesleept worden om de ruim 120 mensen een plekje te geven bij de presentatie over het edelhert door de heer Bas Worm van de ‘Vereniging edelhert’. Kortom er gebeurt veel in het nationaal park. Mocht de lezer uit het voorgaande de indruk krijgen dat ik druk ben voor het nationaal park, dan klopt dat. Het zijn zowel in- als ontspannende zaken die aan de orde zijn. Gelukkig laat m’n parttime baan ook toe dat ik (in eigen tijd) mooie gebieden buiten de heuvelrug kan bezoeken, zoals een wandeltocht door het nationaal park de
Onlangs organiseerde het jubilerende Nationaal Park Drents-Friese Wold (10 jarig bestaan) een boeiende conferentie. Daar stond centraal het belang dat een nationaal park heeft voor de omgeving (locale economie) en voor de gezondheid. Abruzzo (Appenijnen, Italië) te combineren met een Europese conferentie over nationale parken of een bezoek aan de veengebieden bij Diepholz (oostelijk van Osnabrück) om herstelprojecten in de veengebieden te bekijken in combinatie met het bewonderen van de honderden luid roepende kraanvogels, die in een V-vorm in prachtige glijvlucht en op het laatst met allerlei onnavolgbare buitelingen de slaapplaatsen in het veengebied binnenvallen. De korhoen-balts is adembenemend mooi, maar kraanvogels ook! Herman Reimerink
onderwijsproject cultuurhistorie In december wordt een onderwijsproject over cultuurhistorie gepresenteerd. Ook dat project spitst zich toe op Twilhaar. Leerlingen krijgen de opdracht om met behulp van moderne middelen te speuren naar gegevens uit het verleden: een
december 2010
gps-ontvanger wijst de leerlingen de weg naar zogenaamde letterboxen. Deze metalen cilinders zijn ingegraven in de grond. Na opening van zo’n letterbox halen de kinderen de informatie en de opdrachten naar boven.
7
opgericht. Ze plaatsten een oproep in de krant en omdat ik al eerder belangstelling had, heb ik me meteen opgegeven. Nog wel leuk om te vermelden dat ze als dames niet geaccepteerd werden door de overkoepelende organisatie van ‘Twentse Midwinterhoorn Blazers’ en ze zijn nog steeds geen lid.”
Vat vol verhalen Het zijn niet alleen de verhalen van vroeger waarvoor het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug dit jaar speciale belangstelling heeft. Gerrit Tijhof is een borrelend vat vol verhalen. Als hij op stoom komt, rolt hij als het ware van het ene verhaal in het andere. Het is gewoon een feest om naar hem te luisteren. Overal waar Gerrit z’n verhalen vertelt, hangt het publiek aan z’n lippen. En omdat hij zichzelf zonder restricties geeft, vertrouwen zijn toehoorders hem en krijgt hij van hen ook heel bijzondere verhalen te horen. Hoe is jouw belangstelling voor natuur, geschiedenis en cultuurhistorie ontstaan? Gerrit: “Ik heb les gehad van meester Ponsteen. Dat was op de lagere school aan de Grotestraat, op de plek waar nu de Jumbo staat, de ‘Eerste Christelijke Nationale School’. Meester Ponsteen was geweldig. Die man was zijn tijd ver vooruit! Hij is mijn grote inspirator. Hij ging met de hele klas de ‘berg in’. Als hij vertelde over de groei van een boompje dan zág je het groeien. Hij had tientallen stenen in klas. Allemaal ‘zwerfstenen’ uit de berg. Die verzameling was vroeger te zien in het oude raadhuis.” Ben jij de enige die zoveel te danken heeft aan meester Ponsteen? Gerrit: “Oh, nee. Heel veel mensen van mijn leeftijd heeft hij zogezegd op het goede spoor gezet. Soms als ik iemand spreek, halen we herinneringen op. Zo van: Weet je nog? Toen en toen, met meester Ponsteen? Hij nam ons mee naar het Gagelmansveentje. Ik zie de plek nog zo. Hij had een hamer en pijp bij zich. Hij hamerde de pijp in de grond en hield er een lucifer bij. Wij zagen een vlammetje! Geweldig! En hij vertelde dan hoe dat kwam. Over het gas in de bodem. Dan vertelde hij ook over de lichtjes in het veen; de dwaallichtjes. Wij hingen aan zijn lippen. Zo liet hij ook met warme lucht papieren zakken als ballonnen opstijgen in de klas,
De Sallandse Heuvelrug
best gevaarlijk. Maar er stond altijd een jongen klaar met een haak om de zak naar beneden te halen, want het plafond was van zachtboard. Hij leerde ons ook hoe je glas door midden kon krijgen met een brandend touwtje. Die truc heb ik verleden jaar nog gebruikt toen ik een midwinterhoorn gemaakt heb van bierflesjes. Het was een speciaal project voor een amateurkunsttentoonstelling.” Ja, het is weer bijna Advent. Dan komen volgens de oude blazertraditie de midwinterhoorns te voorschijn om met hun roep de komst van het Christuskind aan te kondigen. Jij bent een actief lid van de ‘Haarlese Midwinterhoorn Blazers’. Hoe ben je als Nijverdaller daar terecht gekomen? Gerrit: “Voor het eerst kwam ik echt in aanraking met de midwinterhoorn toen ik een jaar of 16, 17 was. De KSW (Koninklijke Stoom Weverij) hield driedaagse vormingsbijeenkomsten voor het personeel op de volkshogeschool in Rijssen. Moet je je voorstellen voor zo ‘n vijftienhonderd man. Dat was niet bestemd voor snotneuzen zoals ik. Maar ik mocht één donderdagmiddag mee. Daar werd uitleg gegeven over de midwinterhoorn door iemand van de volkshogeschool uit Diepenheim. Ik was gegrepen door het verhaal. Ik op de brommer naar Diepenheim. Op pakpapier tekende ik wat schema’s over hoe je zo’n ding moest maken en ik kreeg wat gereedschap mee. Ik heb toen ook een midwinterhoorn gemaakt, maar daar gebeurde verder niet veel mee. Uiteindelijk is hij op zolder beland.” Okay, je was dus al jong geïnteresseerd. Maar hoe kom je bij de blazers in Haarle? Gerrit: “Dat zit zo. Ida Wolfs en Annie Wiegink uit Haarle hebben , ik denk dat het 1989 was, die club
8
Gerrit zou Gerrit niet zijn als hij niet meer wilde weten over de midwinterhoorn. Gerrit: “Bij het ‘Van Deinse Instituut’ en het ‘Meertens Instituut’ heb ik om meer informatie over dit oude volksgebruik gevraagd. Toen ik zo’n 20 jaar terug op Krönnezommer stond te blazen, ben ik gevraagd door de vereniging van ‘Oude Ambachten’ in Hellendoorn. En toen ik meer tijd kreeg ben ik lid geworden. Ik vertel dan, op toeristische markten overal in het land waar we gevraagd worden, speciaal over de midwinterhoorn. Ik laat zien hoe ik een hoorn maak. Berken van de Sallandse Heuvelrug zijn heel geschikt om een hoorn te maken. Het is hard en droog hout. Waterwilgen leveren licht hout. Dan krijg je te maken met temperatuurverschil.” Tijhof wil niet dat er speciaal bomen gekapt worden om van de takken een hoorn te maken. Maar als er ergens gekapt wordt, is hij er als de kippen bij. Hoe zoek je geschikte bomen uit? Gerrit: “Berk, els en wilgen is goed hout. Ik lak de hoorn niet van binnen. Dan leeft het hout niet meer. Wel maak ik het van binnen heel glad, dat is makke-
lijk blazen. Met de wichelroede zoek ik hout waar het minste vocht in zit. Maar soms maak ik ook midwinterhoorns van bijzondere bomen. Zo heb ik van een tak van de boom voor het oude gemeentehuis in Nijverdal een midwinterhoorn gemaakt. Kijk, dan blijft er van zo’n boom toch iets over. Voor mijn gevoel blijft-ie leven zolang ie geluid kan geven! Speciaal van Advent tot Driekoningen klinkt de oude roep; een melodie van zeven natuurtonen. De rest van het jaar mag je best blazen, maar niet die melodie. Het was immers een soort van communicatiemiddel. Zo hield je contact met je buren wat
‘Meester Ponsteen was geweldig. Die man was zijn tijd ver vooruit! Hij is mijn grote inspirator. Hij ging met de hele klas de ‘berg in’ verder weg met twee of drie tonen. Zo van ‘hallo’ en ‘alles goed?’. Ik hoorde onlangs van een heel oude dame in het verzorgingshuis De Blenke een verhaal over blazen boven de put. En over de natte hoorn die in de put werd bewaard om hem goed dicht te houden. De verzorging zei dat ze anders nooit iets zei, maar toen ik met de hoorn kwam, begon ze te praten. Ze vertelde dat er maar één hoorn in de put mocht. De put werd gebruikt voor het drinkwater en als koelkast om de boter in te bewaren. Het water moest schoon blijven. De blazers gebruikten die ene midwinterhoorn en hadden ieder hun eigen ‘happer’, het mondstuk.”
Workshop digitale natuurfotografie Het nationaal park heeft meegewerkt aan het provinciale project ‘Jij en Overijssel’ en wel met het onderdeel ‘Jij en fotografie’. Kinderen werden uitgenodigd om zich in te schrijven voor deze workshop. De belangstelling was overweldigend maar er konden maar 25 kinderen meedoen. Daarom wordt het project op de Sallandse Heuvelrug in het najaar van 2011 nogmaals georganiseerd. Op 8 oktober opende wethouder Beintema van de gemeente Helledoorn - en lid van het Overlegorgaan van het nationaal park - in het bezoekerscentrum een fototentoonstelling met foto’s van de kinderen die hebben meegedaan.
december 2010
9
‘In eerste instantie ging het mij toch om de natuurbeleving’ Johan Alferink is een echte Nijverdaller: “Ik ben geboren in het Rooie Dorp”, begint hij zijn verhaal. Voor wie niet zo bekend is in Nijverdal, het Rooie Dorp is de wijk ten noorden van de vroegere spoorlijn Zwolle-Enschede en dan het gebied begrensd door de De Joncheerelaan en Oranjestraat/Meester Ponsteenlaan. De wijk is momenteel wat lastig te bereiken doordat voor de werkzaamheden voor de tunnel de De Joncheerelaan richting Hellendoorn vanaf de vroegere spoorwegovergang is afgesloten. Johan noemt zichzelf een buitenmens. “Ik raad mensen die neerslachtig zijn altijd aan met een verrekijker de natuur in te trekken. Dat helpt echt! Dan voel je de genezende kracht van de natuur. Je merkt dan ook dat er gebieden zijn die je trekken; die als het ware bij je horen.” “Die wijk, het Rooie Dorp, waar ik geboren en opgegroeid ben, wordt eigenlijk rondom door natuur omgegeven. Van daar uit ging je zeker vroeger niet naar de heuvelrug. Dichterbij heb je het Doktersbos, het Gagelmansveentje en het Ravijn of het Stut, zoals het in de volksmond vaak genoemd wordt. Daar was voor mij genoeg te zien, te ontdekken en te beleven”, geeft Johan aan. “Later zo rond 1975/80 toen ik in de Beatrixstraat ging wonen, ben ik meer richting de Sallandse Heuvelrug gegaan. Ik wandelde door het bos en over de heide en genoot van de natuur. Het was er toen nog veel rustiger dan nu; je kwam bijvoorbeeld nooit onverwachts mountainbikers tegen. De cultuurhistorie van het gebied deed me in die tijd echt niet veel. Ik heb daar op zaterdagmiddag en zondagmorgen jaren rondgezworven
De Sallandse Heuvelrug
zonder op de cultuurhistorische aspecten van het gebied te letten. Er bestond een boek uit 1936 geschreven door Westra over de geschiedenis van Nijverdal, maar dat kende ik niet. Ik had dus geen gids en verkende zelf op eigen houtje het bos en de hei. Heel graag wilde ik het geluid van de drie verschillende soorten spechten, die in het gebied voorkomen, leren kennen. En dat is gelukt! Pas veel later kwam naast de natuur mijn interesse voor wat er
Wél zekere bewijzen van het cultuurhistorisch verleden zijn de driemarken punten. Enkele maanden geleden is met feestelijk vertoon het punt op Twilhaar, waar de marken van Haarle, Hellendoorn en Noetsele aan elkaar grensden, met het leggen van een grote steen weer aan de vergetelheid onttrokken. Johan: “Bij de Lichtenbergerweg ligt nog zo’n punt. Wel net buiten het nationaal park. En je kunt er niet komen. Maar ik zou het zeker leuk vinden als ook dat punt op één of andere manier aangegeven zou worden. Met het planten van een boom, bijvoorbeeld.” Een brede algemene interesse kan Johan Alferink niet ontzegd worden. Z’n boekenkasten puilen bij kans uit. Boeken over natuur: bloemen, vogels, planten, paddenstoelen en meer. Een grote verzameling sprookjesboeken. Boeken over Nijverdal en Hellendoorn en de geschiedenis van dit gebied ontbreken natuurlijk bij dit lid van de ‘Historische Vereniging Nijverdal’ niet. Maar ook werken over religie, esoterische werken en boeken over landen en volken. Tevens veel naslagwerken; bij Johan vraag je niet snel tevergeefs naar informatie over een onderwerp. Zonder aarzelen haalt hij een boek te voorschijn uit 1930 waarin geschreven wordt over de borden met de aanbieding van bouwkavels, die de gemeente Holten geplaatst had langs de randen van de pas geopende Toeristenweg. De schrijver meldt dat het de gemeente wel om belastinggeld te doen zal zijn... “Wat dat betreft, is er nog niet veel veranderd”, zegt Johan lachend. Zijn informatie haalt hij niet alleen uit boeken, plakboeken vol krantenknip-
sels en oude ansichtkaarten maken dat overduidelijk. En dan is er ook nog internet en de computer. “In 1973 heb ik een natuurgidsencursus gevolgd in Rijssen bij Wim Ligterink. Rond die tijd is mijn belangstelling voor de cultuurhistorische aspecten van de Sallandse Heuvelrug eigenlijk ontstaan. Je hoort ergens wat en nog eens wat en je combineert die dingen en gaat het steeds interessanter vinden.” In dit verband noemt hij de namen van Gerrit Hegeman, boswachter van Staatsbosbeheer, Albert Leever en Gerard Jutten. “Ik kreeg steeds meer informatie en eerlijk gezegd: ik leer nog steeds.” Ook anderen wil hij graag vertellen wat hij weet van het gebied. “Verhalen heeft Johan zat: over oude paden, over onderduikers en hun schuilplaatsen, over SS-tekens in bomen, over orchideeën die dan ergens staan en plotseling weer verdwijnen, over eikenstoven... Wat hem ook bezig houdt is de vraag wie er heel vroeger in het gebied leefden. Was het bewoond of een grote kale vlakte. “We weten dat er langs de Regge op verschillende plekken in het verleden mensen hebben gewoond. Maar hoe zit dat bijvoorbeeld met Haarle? Lijkt me dat dat vroeger ook een prima plek was om een nederzetting te vestigen.”
‘Ik raad mensen die neerslachtig zijn altijd aan met een verrekijker de natuur in te trekken. Dat helpt echt! Dan voel je de genezende kracht van de natuur.’ verder nog was, voor de mensen die in het gebied gewoond en gewerkt hebben. Hoe ze leefden, wat ze deden...” Met een topografische kaart, liefst een oude, zocht hij de plaatsen van de bebouwing op. “Ik speurde naar restjes bebouwing, oude schuren, oude namen. Waarom heet een gebied Wolfsslenke, Diepe Hel of Koningsbelt. Trouwens over de naamgeving van de Koningsbelt gesproken, ik heb ooit wel eens gehoord dat die naam komt omdat er een koning geland is. Maar of het waar is...”
10
december 2010
11
lingtijden van de Toeristenweg. Gelukkig is er een klankbordgroep, een gebruikersplatform van zo'n vijfentwintig personen. De natuur zelf kan natuurlijk nooit aan een gespreksgroep deelnemen.” Wat denkt wethouder Beintema van de uitbreiding van het nationaal park over de N35 richting Hellendoorn? “Ik kan kort zijn. Daar is geen politiek
‘Ik kijk vanuit m’n werkkamer uit op de berg’
Letterlijk en figuurlijk de diepte in
Op de bovenste verdieping van het Huis voor Cultuur en Bestuur, het gemeentehuis van de gemeente Hellendoorn, ligt de werkkamer van wethouder Jelle Beintema. En wel zó dat Beintema door het raam over de bebouwing precies uitkijkt op de berg. Op de bomen van het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug. Bomen, die op het moment dat dit interview plaats heeft, nog getooid zijn met prachtige herfstkleuren. “Ja, een heel bijzonder uitzicht”, bevestigt Beintema. “En het komt toevallig mooi uit dat ik, met het nationaal park in m'n portefeuille, vanuit m'n werkkamer uitkijk op dat gebied. Het is toch onze achtertuin.” De wethouder, al langere tijd actief als bestuurder, is opgegroeid in Friesland en na wat omzwervingen uiteindelijk 'geland' in de gemeente Hellendoorn. Hij houdt ook erg van het Friese platteland en het water. “Maar net als de meeste mensen kan ik erg genieten van het bos en de hei. Als er familie overkomt, ga ik al gauw wandelen in het bos op de Noetselerberg. Ook vroeger met de kinderen deed ik dat vaak.”Hij vertelt als kijker van het bos te genieten: “De natuur is altijd in beweging. En als je die aardlagen ziet, kun je ons drukke bestaan gemakkelijk relativeren. De natuur heeft de tijd.” Nu is hij vooral bestuurlijk bij het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug betrokken. “Ik ben nu uit hoofde van mijn functie lid van het Overlegorgaan. Net als mijn collega, wethouder Ab Stegeman van de gemeente Rijssen-Holten. Eerder, als raadslid, had ik wat meer afstand van de bestuurlijke processen, maar ik was natuurlijk wel op de hoogte.” Vanuit de gemeente Hellendoorn wil Beintema binnen de afspraken een impuls geven aan toerisme en recreatie. En dan vooral aan de noordkant van het nationaal park bij het bezoekerscentrum en Dalzicht. “We hebben plannen en een visie voor de entree aan de noordkant van het gebied: een groen
De Sallandse Heuvelrug
educatief centrum. Nu de realisatie nog. Daar moet over een paar maanden helderheid over zijn. Noord moet een trekker worden. Maar wel heel verschillend van de zuidelijke entree van het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug in Holten. Met alle partijen dus ook de Sterrenwacht, het IVN, Staatsbosbeheer, het bezoekerscentrum, Dalzicht en de Provincie wordt er overleg gepleegd.”Jelle Beintema wil in dit verband wel kwijt dat de gemeente Hellendoorn zeker nu geen financiële middelen voor de nieuwe
Het komt toevallig mooi uit dat ik, met het nationaal park in m'n portefeuille, vanuit m'n werkkamer uitkijk op dat gebied. entree heeft. Hij heeft zijn hoop gevestigd op de LEADER-aanvraag, een Europees subsidieprogramma voor projecten die van onderop ontstaan. Maar dat het gebied attractiever moet en zal worden, daarvan is hij overtuigd. Ook van het feit dat het een uniek gebied is en dat de verschillende functies in het gebied goed bekeken moeten worden. “Het is steeds een afweging van belangen van de verschillende functies. Die kunnen best heel goed samen gaan, zo werd de ‘Lady’s Tour’ verreden op het zelfde moment dat het Oogstfeest bij Twilhaar met cultuurhistorische activiteiten plaats had. Maar je moet blijven opletten. Denk bijvoorbeeld aan de openstel-
12
draagvlak voor.” En hoe denkt hij over de NTF aan de rand van het natuurgebied? “Tsja, nu zeg je hoe hebben ze dat kunnen bedenken. Maar het is natuurlijk alleen nog maar een overslagbedrijf. En het zit er al lang, toen het kwam was het geen probleem. Verplaatsen naar een industrieterrein? Ik zou het zo niet weten...”
Binnenkort verschijnt een mooie brochure 'Geologie en Geomorfologie van de Sallandse Heuvelrug', van de hand van Clarinus Nauta. Verdieping in de materie, verder kijken op allerlei gebied. En daardoor nog meer genieten van de Sallandse Heuvelrug. Dat is wat Clarinus Nauta wil bereiken met de fraai vormgegeven brochure over de 'Geologie en Geomorfologie van de Sallandse Heuvelrug'. Het boekje dat ruim zestig pagina's telt en rijkelijk is voorzien van foto's, tekeningen en kaarten wordt uitgegeven door het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug. Achterin zijn kaarten van een vijftal wan-
december 2010
delingen en vijf fietstochten opgenomen om de tekst aanschouwelijk te maken. Geologie is een bekend begrip. In de inleiding vermeldt de schrijver een aantal deelwetenschappen van de geologie; stratigrafie (gelaagdheid ondergrond), paleontologie (fossielen) en petrologie (kennis van gesteenten). Geomorfologie verklaart de door de natuur ( wind, water) veroorzaakte landschapsvormen. Eerst wordt de geologie van het gebied belicht. De schrijver geeft in een schema de verschillende geologische periodes verdeeld in tijdperken weer. Hij begint zijn uiteenzetting over de geologie van de Sallandse Heuvelrug in het Kwartair, en wel het Pleistoceen. Na het Pleistoceen volgt dan uitleg over het Holoceen, het jongste tijdperk dat tot op heden voortduurt. In aparte blokjes verduidelijkt hij bijvoorbeeld het verschil in benaming van geologische periodes die vroeger ( zo'n vijftig jaar geleden) en nu gebruikt worden. Na de geologie wordt op dezelfde overzichtelijke manier, per periode en tijdperk, ingegaan op de geomorfologie van de heuvelrug. Zo krijgt de lezer, om maar iets te noemen, uitgebreide informatie over stuwwallen en sneeuwsmeltwaterdalen. In het hart van het boekje is de belangrijke geomorfologische kaart van het gebied, waarnaar regelmatig verwezen wordt, opgenomen. Aanleiding tot het maken van de brochure is de in 2008 door het Overlegorgaan van het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug uitgeschreven ideeënprijsvraag over natuurbeleving op de Sallandse Heuvelrug. Het idee van Nauta won de tweede prijs. “Uren en uren werk, ik zou echt niet weten hoeveel,” zegt Clarinus “zijn er in het maken van het
13
Over de schrijver Clarinus Nauta is geograaf. Hij geeft les als docent aardrijkskunde op scholengemeenschap Reggesteyn in Nijverdal. Daar probeert hij iets van zijn liefde voor het vak op de leerlingen over te brengen. Speciaal daarvoor heeft hij een geologieclub op school. De enige in Nederland, waar hij gemiddeld tussen de tien tot vijftien leerlingen inwijdt in de geheimen van de 'stenen en fossielen'. “Je moet ze kunnen vastpakken en ruiken. Dan pas spreekt wetenschap echt aan.” Ook maakt hij regelmatig excursies naar vindplaatsen met de leden van de geologieclub. Enkele van zijn oud-leerlingen zijn mede door zijn enthousiasme een studie aardwetenschappen begonnen. Op andere gebieden zet hij zich ook in met enthousiasme voor de samenleving: “Ik vind dat iedereen die dat kan, ergens een steentje moet bijdragen. Of dat nu als vrijwilliger in de natuur is, bij de kerk of bij de voetbalclub!”
boekje gaan zitten.”Hij heeft verschillende deskundigen uitgebreid gesproken. Bovendien heeft hij André Enthoven bereid gevonden om foto's te maken om de uitgave ook voor de geïnteresseerde leek duidelijker, toegankelijker en beter leesbaar te maken. “In de hoop dat het allemaal overkomt”, meldt hij half ernstig, half lachend. Want dat is zijn liefste wens; dat de lezers met deze informatie meer
“Uren en uren werk, ik zou echt niet weten hoeveel,” zegt Clarinus “zijn er in het maken van het boekje gaan zitten.” kunnen genieten van het gebied. “Het biedt lezers hulp om meer te zien dan alleen de bomen, de planten, de bloemen, de insecten en de dieren. Hoewel die natuurlijk ook heel interessant en belangrijk zijn.” Maar daar gaat in eerste instantie zijn belangstelling niet naar uit. Hij is meer geïnteresseerd in het hoe en waarom. Hoe is de heuvel-
De Sallandse Heuvelrug
rug tot stand gekomen? Waar komt het hoogteverschil en reliëf vandaan? Welke krachten hebben een rol gespeeld? In welk tijdperk? Waarom vind je hier deze grondsoort en daar die? “Dat alles is belangrijk om te begrijpen wat je ziet. En hoe meer je er over weet, des te leuker wordt het. Kijk, ik zag pas nog toen ik aan het wandelen was in het gebied, mensen dwars door een stuifduin lopen. Ze realiseerden zich totaal niet waar ze liepen en misschien genoten ze best. Wellicht hadden ze het leuk gevonden om te weten dat ze in een stuifduingebied wandelden.” Daarom wil hij ook graag meer info voor de gidsen in het nationaal park over deze materie op papier zetten. “Momenteel is er in Nijverdal door de werkzaamheden voor het tunneltracé bij station Nijverdal-west zoveel te zien over de ondergrond. Als je daar wandelt, kun je zoveel ontdekken. Maar eigenlijk vind ik dat je altijd alert moet zijn op de ondergrond. Bij alles wat je waarneemt in de natuur moet je dat standaard meenemen.”
14
Korte cursus voor bewoners over ontstaan, (cultuur)historie, planten en dieren.
'Kennismaken met het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug' Het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug organiseert in januari 2011 een korte cursus ‘Kennismaken met het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug’. Steeds meer bewoners in en rondom het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug geven aan geïnteresseerd te zijn in de achtergronden en de cultuurhistorie van hun woonomgeving. Daarnaast zorgen meer kennis en beleving voor meer betrokkenheid bij het huidige landschap en de natuur op de Sallandse Heuvelrug. Om deze redenen organiseert het nationaal park een korte cursus voor geïnteresseerde bewoners van vier bijeenkomsten, waarbij twee cursusavonden plaats zullen vinden in Nijverdal, één cursusavond in Holten en een veldexcursie in het nationaal park. Tijdens de drie avonden wordt een aantal thema’s uitgelicht zoals: de geologie van het nationaal park, de cultuurhistorie van het gebied, wat is de relatie
tussen het landschap en de marken, plantengroei in de loop der tijden, verandering van diersoorten in relatie tot beheer van het gebied - zoals bijvoorbeeld het schapenbeheer - maar ook andere cultuurhistorische aspecten komen aan bod. Bij de vierde bijeenkomst (veldexcursie per fiets) gaan de deelnemers een hele dag op ontdekkingstocht door het gebied om kennis te maken met de markante cultuurhistorische elementen van de Sallandse Heuvelrug. De kosten voor deze korte cursus zijn € 30,- per persoon en hierin zijn koffie, thee en een informatiemap als naslagwerk inbegrepen. In de lokale media en met posters zal bekend worden gemaakt wanneer de bijeenkomsten in januari zullen zijn en waar men zich op kan geven.
Kinderkrant Joep’s Nieuwsbode De jaarlijkse kinderkrant Joep’s Nieuwsbode wordt in december verzonden aan de deelnemende scholen. Totaal gaat het om 8000 kranten, bestemd voor leerlingen van de bovenbouw (groep 5 t/m 8) van het basisonderwijs.
december 2010
15
Green Key voor De Wilgenweard De Wilgenweard is, sinds het voorjaar van 2010, als tweede outdoorbedrijf in Nederland Green Key gecertificeerd. De Green Key is hét internationale keurmerk voor milieuvriendelijke bedrijven in de toerisme- en recreatiebranche. bewust omgegaan met het milieu en de natuur, zonder dat dit ten koste gaat van het comfort. Het doel van de Green Key is dat de ondernemer het milieu spaart door minder gas, water en elektra te verbruiken en minder afval te produceren. Dit levert vermindering van de kosten op. Aan de andere kant realiseert hij zo ambitieus ondernemerschap en beperkt hij risico’s.
Eerlijke koffie Voor het behalen van ‘The Green Key’ heeft De Wilgenweard verschillende milieumaatregelen genomen. William Hekman, milieucoördinator van De Wilgenweard: “Veel van deze maatregelen liggen op het gebied van gas, water- en energiebesparing en het scheiden van afval. Voor onze inkoop hebben een aantal leveranciers een verklaring moeten afgeven over de productie of herkomst van materialen. Sinds kort hebben we zelfs eerlijke koffie, die het Max Havelaar keurmerk heeft en dus op een eerlijke manier is geproduceerd! Op bedrijven met het keurmerk Green Key wordt
Communicatie naar gasten en personeel “Het communiceren van onze duurzame bedrijfsvoering is essentieel. Het personeel is door middel van workshops geïnformeerd over het nieuwe beleid. Maar ook voor onze gasten moet het duidelijk zijn dat milieu en natuur voor ons bedrijf buitengewoon belangrijk zijn” zegt Hekman. De Wilgenweard zal jaarlijks gecontroleerd worden of ze voldoet aan de eisen van de Green Key. Hekman: “We hebben nu de bronzen Green Key behaald, we zitten bijna op zilver en ons streven is om over twee jaar te voldoen aan de eisen van de gouden Green Key. Dit vergt nog flink wat inspanning maar we liggen goed op koers!”
Mobiele informatie aanhanger nationaal park Het nationaal park is een nieuwe informatie drager rijker. Vanaf deze maand kunt u hem tegenkomen: een aanhanger met informatie over de Sallandse Heuvelrug. De aanhanger wordt ingezet op plekken waar veel publiek komt. “De Sallandse Heuvelrug Bergen vol Natuur” staat er met grote letters op. Naast algemene informatie over de Sallandse Heuvelrug en het stelsel van nationale parken in Nederland biedt de aanhanger ook voor de partners de mogelijkheid om hun eigen actuele informatie op de kar te vermelden. Met een simpele handeling is de kar te voorzien van het logo van de partner die op dat moment met de aanhanger onderweg is. Doordat de aanhanger door meerdere organisaties te gebruiken is, zal de kar veelvuldig ingezet worden. Het beeld van de kar wordt vooral bepaald door ‘Joep
De Sallandse Heuvelrug
de Eekhoorn’, de mascotte van het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug.
16
Bosbèèze - Blauwe bosbes (Vaccinium myrtillus) Elk joar half juli mos 't wear gebeuren. Zundagsmons vrog, ik geleuve a wè um 'n uur of zesse, stappen wie met de hele femilie op de fietse. Zo stille op de weg ha'j 't nog nooit met emaakt. Nijverdal was dan nog uutestörm. Ie kon oe wè in de blote konte veskeunen op stroate. Wie gungen dan met oons aln 'n barg in. Oaver 't Holterfietspad gung 't dan op 'n Hègejanskaamp an. Anekommen mos 't gebeuren. Bosbèèzen plukken. Wat 'n wark. Al die klèène bessies. Uurn deuj der oaver veurdet 'n emmer vol was. Misskien ok wè umda'w der zovölle opaaten. Wè gezellig was, dat mien moe witte breudties en thee in 'n thermoskanne met enömmen had. Picknikken zo vrog smons in 't bos hef wè wat. De vogels geeft oe dan 'n gratis concert. Minder mooi waren de miegèèmpen. In 't bos van die hele grootn. Die leupen oe zo de boksepiepe en könt gemeen stekken. Thuus ekommen, mossen de kleern uut. Dan keek mien moe o'w ok teekn op elopen hadden. Die zeugen zich vaste in oe vel. Ha'j der ene dan deu ze der iets spiritus op, dan leuten ze makkeluk lös. Ma in huus was 't wark nog nie og elopen. Den emmer met bèèzen wönnen in 'n teil met water egooit en dan mossen wie alle blaadties die bie in 'n emmer ekommen waren der tussenuut zuuken. Bosbèzensjem is arg lekker, ma wat 'n wark.
december 2010
Uit: KANKERKRUUD; emaakt deur Jo’an Alferink
17
Nationaal Park De Duinen van Texel werkt aan eigen kookboek Nationaal Park Duinen van Texel beslaat grofweg het hele Texelse duingebied, inclusief zandplaat De Hors, de Texelse bossen en De Slufter. Het duingebied van Texel is een afwisselend landschap met veel natte duinvalleien tussen droge duinen, bossen, heidevelden, kwelders en een uitgestrekte strandvlakte. Vele soorten planten en dieren hebben in dit gevarieerde gebied hun plek gevonden. De weidsheid van zee en strand, de beslotenheid van bossen en het uitgestrekte duinlandschap maken van Nationaal Park Duinen van Texel een prachtig gebied om te bezoeken en een waardevol gebied om te beschermen. Kookboek Gastheerbedrijven van het nationaal park werken gezamenlijk aan een eigen kookboek: Te gast in het Nationaal Park, Een kijkje in de keuken van Nationaal Park Duinen van Texel. Het gaat daarbij niet alleen om de gerechten met natuur- en streekproducten maar de bedrijven vertellen ook hoe belangrijk zij het vinden om bij te dragen
aan het nationaal park in de vorm van voorlichting aan hun gasten. Elk deelnemend bedrijf presenteert een gerecht van de menukaart. Deze gerechten worden prachtig in beeld gebracht door culinair fotografe Ruth de Ruwe. Naast de productie van het kookboek gaat uitgever ‘Van Lansoor tot Oorlam’ ook kookworkshops gegeven aan de koks die werkzaam zijn op de verschillende bedrijven. Volgens samensteller Anette van Ruitenburg is het niet de bedoeling om de koks te leren koken, want dat kunnen ze allemaal als geen ander. Het ging er vooral om aandacht te vragen voor streekproducten en om ook producten uit de natuur te gebruiken. Door streekproducten voorrang te geven in de keuken stimuleer je de regionale economie en spaar je het milieu omdat de producten bijna niet vervoerd hoeven te worden. Het boek wordt in het voorjaar van 2011 gepresenteerd. Een kookboek, idee voor de Sallandse Heuvelrug?
Eindeloze Heuvelentocht Voor de zevende maal werd de ‘Eindeloze Heuvelentocht’ gehouden op de Sallandse Heuvelrug. Deze keer deden 12 personen mee met deze unieke meerdaagse wandeltocht onder begeleiding van de ervaren natuurgids, Mathiska Lont De tocht voerde vanuit Ommen over de Lemelerberg naar Hellendoorn en via Haarle naar Holten. Was het vorig jaar de enorme hitte die parten speelde, dit jaar was er sprake van enorme regenbuien, waardoor het programma enigszins moest worden aangepast. Overigens kunnen de deelnemers tegen een stootje en lieten zich niet door regen afschrikken. Mede door het enthousiasme van de deelnemers (“Je komt op plekken waar
De Sallandse Heuvelrug
je normaal nooit komt”) is besloten om de tocht volgend jaar wederom te organiseren en wel op 31 augustus, 1 en 2 en september 2011. Bent u nog niet mee geweest? Dan kunt u uw belangstelling voor deelname nu al laten blijken:
[email protected]. Te zijner tijd krijgt u informatie over de tocht en aanmelding.
[email protected] 18
december 2010
19
Colofon Deze nieuwsbrief is bestemd voor alle personen en organisaties die betrokken en/of geïnteresseerd zijn in de ontwikkelingen in en rond het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug. De in de nieuwsbrief gepubliceerde meningen geven niet noodzakelijk het standpunt van het Overlegorgaan van het Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug weer. De nieuwsbrief wordt gratis verspreid onder abonnees en via het bezoekerscentrum Sallandse Heuvelrug te Nijverdal, informatieschuur de Pas te Haarle en Natuurdiorama Holterberg te Holten. Het is ook mogelijk zich op te geven als abonnee bij de redactie. Redactieadres: Nico Driessen, coördinator communicatie en educatie Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug, Stationsweg 3, 8011 CZ Zwolle. Telefoon (o6) 55 30 02 92 e-mail:
[email protected] Teksten: Nico Driessen, Herman Reimerink, Lieke van de Lee, Corné Balemans, Sjaak van Dijk, Herman Veerbeek, Herman Pronk, Erica Zwanenburg, Rianne Evers Fotografie: Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug, Lieke van der Lee, André Enthoven, Herman Veerbeek,Vereniging Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer Oplage 2000 Grafisch ontwerp en opmaak: Frank de Wit, Zwolle © Secretariaat Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug Het geheel of gedeeltelijk overnemen of bewerken van artikelen uit dit blad is toegestaan na overleg met de redactie. ® De naam Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug en het logo zijn wettelijk gedeponeerde en beschermde handelsmerken.
Wilt u de nieuwsbrief ontvangen, meldt u dan aan als belangstellende van het nationaal park. De nieuwsbrief wordt u kosteloos toegestuurd. U kunt dit doen door het insturen van deze opgavebon in een voldoende gefrankeerde enveloppe of door het sturen van een email bericht naar:
[email protected] o.v.v. ‘opgave nieuwsbrief NP SHR’.
Ik wil de nieuwsbrief per post*/ per e-mail* ontvangen. *doorhalen wat niet van toepassing is. Opsturen in een voldoende gefrankeerde enveloppe naar: Nationaal Park De Sallandse Heuvelrug Stationsweg 3 8011 CZ Zwolle
Naam: Adres: Postcode: Plaats: E-mail adres:
De Sallandse Heuvelrug
20