COT* Ballastbed Sanering
Een eindrapport over de uitvoer van een haalbaarheidstudie onder het subsidieprogramma Transportbesparing 2006 voor haalbaarheids- en demonstratieprojecten.
Projectpartners: Mourik Groot-Ammers B.V.
* COT: Chemical Oxidation Technology
Spectrum HSE Technology B.V.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave _____________________________________________________________ 2 Samenvatting van het project en behaalde resultaten _______________________________ 3 1. Bijdrage aan de doelstellingen van het programma transportbesparing _______________ 4 1.1. Projectresultaten en vervolg _____________________________________________ 4 De maatregelen waarvan de haalbaarheid is onderzocht ________________________ 4 De (technische) problemen en oplossingen. __________________________________ 6 Vervolg van het project. __________________________________________________ 6 1.2. Bijdrage aan de doelstellingen ___________________________________________ 7 Ritkilometerbesparing. ___________________________________________________ 7 Milieueffecten.__________________________________________________________ 7 Het economische effect van de maatregel. ___________________________________ 7 Toepasbaarheid van de resultaten a. binnen uw eigen onderneming en b. elders in de markt. ________________________________________________________________ 8 Publiciteit______________________________________________________________ 9 2. Projectmanagement ______________________________________________________ 10 2.1. Planning, projectrealisatie ______________________________________________ 10 2.2. Resultaten van de proef, knelpunten en oplossingen _________________________ 11
3. Conclusies en aanbevelingen_______________________________________________ 13
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -2-
Versie 0.2 01/04/2009
Samenvatting van het project en behaalde resultaten In dit project is de haalbaarheid onderzocht van het via chemische oxidatie in situ saneren van ballastbedden van sporen. Deze wijze van ballastbedsanering is nieuw voor Nederland en lijkt op basis van het uitgevoerde project haalbaar. Sanering is nodig daar met name in Noord en Oost Nederland de ballastbedden vervuild zijn door het lekken van oliën uit diesellocomotieven. De vervuiling is het grootst op die plekken waar treinen stoppen, optrekken en rangeren: de stations.
Er is in dit project een proefreiniging uitgevoerd met chemische oxidatie techniek van Mourik welke In Situ toegepast kan worden waardoor afgraven niet meer nodig is waardoor zeer veel transportbewegingen voorkomen kunnen worden. In opdracht van Prorail is de proef bij het station van Delfzijl begeleid door Oranjewoud. Mourik Groot Ammers en Spectrum HSE technology BV hebben vervolgens de chemische oxidatie methode op een vervuild stuk getest. Eerst is een nulmeting gedaan waarna het proefstuk behandeld is. Vervolgens is de vervuiling opnieuw gemeten om te zien in welke mate de vervuiling door de behandeling is verwijderd. Conclusie is dat het technische haalbaar is om ballastbed via de chemische oxidatiemethode in situ te reinigen. De chemische oxidatie techniek is in twee stappen toegepast. Dit gaf een reductie van olievervuiling van 60% te zien. Hiermee is de saneringswaarde significant maar is de vervuiling helaas nog net boven de norm die voor bodem geldt. Door de beperkte beschikbaarheid van de proeflocatie is het niet mogelijk gebleken de proeven te herhalen en zo onder de gewenste saneringsgraad te komen. Resultaat is dat ProRail voorlopig nog de conventionele methode blijft hanteren. De testen hebben echter wel aangetoond dat het saneren van met de techniek op zich haalbaar is en de projectpartners zullen deze technologie dan ook blijvend gaan toepassen in andere saneringstrajecten. Hierdoor zal de technologie in de markt bekend worden en zullen partijen er vertrouwd mee raken. De chemische oxidatie techniek zal verder toegepast blijven worden waardoor de acceptatie van de technologie zal toenemen. Het is derhalve, mede gezien de voordelen, niet uitgesloten dat ook Prorail/SBNS in de toekomst deze techniek toch zal willen gaan gebruiken.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -3-
Versie 0.2 01/04/2009
1. Bijdrage aan de doelstellingen van het programma transportbesparing 1.1. Projectresultaten en vervolg Doel van dit project was het aantonen van de haalbaarheid van het door chemische oxidatie, in situ, saneren van specifiek ballastbedden (sporen). Verontreiniging van olie in ballastbedden wordt aangetroffen op met name stopplaatsen (stations en rangeerterreinen) van treinen waarbij de vervuiling veroorzaakt wordt door diesel locomotieven. Deze lekken dieselolie welke in de ballastbedden dringt. Er is in een vooronderzoek bij 27 stations in regio Noordoost Nederland door middel van visuele inspectie geconstateerd dat over deze 27 stations ca.10 km ballastbed vervuild is. Ter verificatie is de vervuiling gemeten; deze varieert van 1.000 tot 17.000 mg dieselolie per kilogram ballast. Regio Noordoost Nederland, waar de meeste diesellocomotieven ingezet worden, kent 180 stopplaatsen; De totale lengte van de vervuilde trajecten wordt voor Noordoost Nederland momenteel ingeschat op zo’n 50 km. Voor heel Nederland zal dit ca. 200 km zijn (enkel stations). De conventionele techniek voor sanering bestaat uit het buiten dienst stellen van het baanvak, het ontgraven van het ballastbed, het saneren van het materiaal op een andere locatie en het aanleggen van een nieuw ballastbed. Deze methode kost veel tijd en middelen. Per te saneren kilometer spoor/ballastbed zijn gemiddeld 22.500 ritkilometers nodig voor het transport van het materiaal. Ter indicatie kost het op de conventionele manier saneren ca. € 1.200,- per strekkende meter ballast/spoor. Tevens is men wettelijk verplicht het spoor buitendienst te stellen. Dit is zeer onwenselijk daar een zo hoog mogelijke beschikbaarheid van het spoor gegarandeerd moet worden. Ook in de inzet van alternatief busvervoer kostbaar en milieubelastend. Door het uitvoeren van de haalbaarheidsstudie heeft men aangetoond dat de beoogde chemische oxidatie methode technisch geschikt is voor het saneren van met olie vervuilde ballastbedden.
De maatregelen waarvan de haalbaarheid is onderzocht Aan de haalbaarheidsstudie, het project, werden bij aanvang de volgende eisen gesteld: Technisch: - de technologie zal voldoende reiniging moeten geven zodat de ballast/grond gesaneerd verklaard kan worden; - ballastbed moet technisch en functioneel intact blijven (geen verzwakking in structuur; kwaliteit van fundatie); - spoor moet technisch en functioneel intact blijven (geen zettingen spoor e.d.); - toepassen van de technologie mogelijk binnen bestaand milieuvergunningkader. Deze eisen zijn onderzocht in het project en hieruit zijn de volgende conclusies getrokken: Voldoende reiniging; Onderzocht is de mate en diepte van reiniging. Monsters van het testtraject zijn onderzocht en geanalyseerd door Alcontrol BV. De olieverontreiniging is op de proeflocatie in een aantal stappen met ca. 60% afgebroken. Dit is echter niet voldoende om dit ballastmateriaal gesaneerd te verklaren volgens de eisen die aan grond gesteld worden.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -4-
Versie 0.2 01/04/2009
De saneringsstap kan echter herhaald worden waardoor weer een verdere afname van verwacht mag worden. Door het herhalen van het proces kan de juiste reinigingsgraad zeker gehaald worden. Constructie Ballastbed; het aanbrengen van het reinigingsmiddel heeft geen negatieve gevolgen gehad voor de sterkte van het ballastbed; de structuur is niet aangetast. Bij de proeven zijn de houten bielzen beschermd om reacties met de creosootolie te voorkomen. Deze methode werkt. Er zijn bij de proeven geen gevolgen geconstateerd voor het spoor zelf. Een belangrijke wens is dat bij toepassing van de technologie de buitendienststelling van het spoor zo kort mogelijk is. Bij de uitvoer van de proeven is gebleken dat de benodigde buitendienststelling gering is. Er was voor het stuk testspoor steeds voldoende tijd beschikbaar binnen de reguliere buitendienststelling van het spoor (van 01:57 tot 05:27). De wijze van aanbrengen van katalysator en peroxide kan nog efficiënter georganiseerd worden. Tevens is gedurende de uitvoer van de testen gebleken dat het naast de veiligheid wenselijk is dat de werkzaamheden gedurende buitendienststelling plaatsvinden daar er door de vrijkomende warmte van de chemische processen stoom vrijkomt. Dit kan overlast veroorzaken op perrons. Economisch: Het inzetten van de technologie moet beduidend goedkoper zijn dan de conventionele methode van ballastbedsanering. Er is in de aanvraag reeds aangegeven dat de kosten voor het conventioneel saneren van ballastbedden ongeveer € 1200,- per strekkende meter ballastbed zijn. Bij toepassing van de chemische oxidatie in situ techniek zullen de kosten ca. € 460,- per strekkende meter bedragen. Hiermee is deze technologie ook economisch zeer aantrekkelijk.
ballastbed gesteente
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -5-
Versie 0.2 01/04/2009
De (technische) problemen en oplossingen. In de uitvoer van de testen hebben zich geen grote onvoorziene technische problemen voorgedaan. Wel zijn er enige onverwachte zaken naar voren gekomen: Aanbrengen van saneringsmiddelen; dit is bij de proef in twee fasen gebeurd. Eerst is de katalysator aangebracht: in dit geval ijzerzout. Vervolgens is de peroxide aangebracht en ingespoeld met een oplossing van ijzerzout; hiermee is de spreiding van het product beter en is de reiniging grondiger. Probleem dat zich voordeed was ondermeer de diepte van reiniging en het indringen van het product in het materiaal; dit is verbetert door het oplossen van het ijzerzout waardoor meer contact met het ballastmateriaal mogelijk is. Tevens zijn in de proeven de materialen gescheiden van elkaar opgebracht; uit de analyse en evaluatie is gebleken is dat het ook mogelijk is de katalysator en de waterstofperoxide op voorhand in juiste samenstelling te mengen en ineens aan te brengen. Door de uitvoer van de proeven is ook gebleken dat het aanbrengen van vooral de peroxide heftige chemische reacties geeft. Het leidt tot stoomvorming en stank. Nadat dit probleem zich voordeed en men klachten ontving uit de omgeving zijn de proeven ‘s nachts, gedurende buitendienststelling, afgemaakt om overlast te voorkomen. Dit probleem kan in de toekomst ook voorkomen worden door het afschermen van het werkgebied en het afzuigen en eventueel wassen van de dampen. Technisch en organisatorisch is dit geen probleem. Tot slot is een belangrijk geconstateerd knelpunt dat het chemische oxidatieproces zoals dit hier is getest de geleidbaarheid en de zuurgraad van de bodem beïnvloedt. Dit effect was ook verwacht: er werd als gevolg van de chemische oxidatie een hogere geleidbaarheid en lagere pH waarde voorzien. Dit effect is door de analyses bevestigt. Probleem is echter dat er een potentieel risico is op storingen in de signaalverwerkende apparatuur ten gevolge van de verhoogde geleidbaarheid in de bodem; wissels zijn bijv. gevoelig en de hoge geleidbaarheid kan tot kortsluiting leiden. Het effect van de aangepaste (tijdelijk) geleidbaarheid op de kwaliteit van de systemen vraagt aanvullend onderzoek.
Vervolg van het project. Mourik Groot Ammers zal de technologie blijven gebruiken voor haar activiteiten op het gebied van bodemsanering. Na de eerste succesvolle testen van de technologie voor ballastbedden heeft Mourik ook testen uitgevoerd op een vervuild oud bedrijventerrein in Weert. De voordelen van het in situ reinigen van grond is dat er vrijwel geen grondverzet nodig is en ook in deze sector transportbesparing (van te verplaatsen vuile en schone grond) zal plaatsvinden. Verder heeft Llyod’s op 07 december 2006 de certificering van Mourik Groot Ammers BV voor het uitvoeren van bodemsaneringsprojecten uitgebreid met BRL protocol 7002 voor In Situ saneringen. Momenteel wordt de technologie grootschalig op locatie in Hilversum toegepast voor het saneren van 3 ha. grond waar een gasfabriek heeft gestaan. SenterNovem is dan ook uitgenodigd de werkwijze en techniek op deze locatie te komen bekijken.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -6-
Versie 0.2 01/04/2009
De uitvoer van het project is voor de uitvoerder technisch succesvol geweest. Mourik kan de nieuwe techniek gecertificeerd toepassen. Op termijn verwachten de projectuitvoerders de techniek verder te verbeteren en een grotere acceptatie in de markt te krijgen zodat ook ProRail en haar relaties op termijn deze techniek zullen gaan toepassen.
1.2. Bijdrage aan de doelstellingen Ritkilometerbesparing. In aanvraag: Toepassing van deze technologie ten opzichte van de conventionele methode levert per 100 km ballastbed/spoor voor het afvoeren en aanvoeren van ballastmateriaal een ritkilometerbesparing op van ca. 2.250.000 km. De ritkilometerbesparing heeft betrekking op het transporteren van het ballastmateriaal (afvoer vervuild, aanvoer schoon) met behulp van zandwagens. Dit levert een CO2 uitstoot reductie op van 1901 ton CO2 op en 23,6 ton NOx een reductie van stikstof. Deze reductie is in principe haalbaar wanneer de technologie grootschalig ingezet zal worden.
Milieueffecten. Naast de besparing in ritkilometers en de hiermee gepaard gaande CO2 en NOx uitstootreductie zal het toepassen van de nieuwe methode van ballastbedsanering ook veel minder energie vragen. Denk in dit verband aan de hoeveelheid energie die nodig zou zijn om al het ballastmateriaal fysiek te reinigen, te scheiden en te verwerken; Daarnaast is de productie en aanlevering van nieuw ballastmateriaal en inzet van zware apparatuur (kettinghormachines, graafmachines, grondverzetapparatuur e.d.) niet meer nodig. Het netto materiaalgebruik ten behoeve van het saneren van het ballastmateriaal zal afnemen. Tevens zal er minder energie verbruikt worden door het verkorten of zelfs vermijden van de buitendienststelling van het spoor. Bij conventionele ontgraving van vervuilde trajecten is ProRail/NS-Reizigers gedwongen om over dat traject alternatief vervoer aan te bieden. Dit zijn doorgaans bussen/touringcars. Bij toepassing van de nieuwe techniek zal men kunnen besparen op inzet van alternatief busvervoer. Er vind dus ook transportbesparing plaats door minder transport per bus van passagiers. De uitvoerders zullen de technologie ook gebruiken voor andere saneringsprojecten waar ook significante transportbesparing gehaald kan worden. Ter illustratie wordt de technologie momenteel toegepast voor de sanering van een oud gasfabrieksterrein in Hilversum. Het betreft 3 Ha grond die tot een diepte van 10 meter gesaneerd moet worden. De bovenste 4 meter is afgegraven en afgevoerd. De overige 6 meter wordt met de chemische oxidatie techniek in situ aangepakt. Met conventionele techniek had deze 6 meter ook afgegraven moeten worden. Alleen voor dit project scheelt het toepassen van deze techniek transport van (30.000m2 x 6m = 180.000 m3. Uitgaande van een vrachtwagen die 20 m3 kunnen verplaatsen scheelt dit voor de afvoer alleen al 9.000 transporten ; nieuw zand zal aangevoerd moeten worden waarmee het totaal dan op 18.000 transporten komt die uitgespaard worden bij dit specifieke project. Hiermee is de transportbesparing die met toepassing van deze technologie over de jaren behaald kan worden zeer significant.
Het economische effect van de maatregel. Het economisch effect van het toepassen van de maatregel is positief. Dit is het gevolg van het uitsparen van kosten van transport van materiaal.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -7-
Versie 0.2 01/04/2009
De potentiële besparing in ritkilometers is 2.250.000 km voor het saneren van 100 km spoor. Voor het sanering van een strekkende meter ballastmateriaal op conventionele wijze wordt nu een bedrag van € 1200 per strekkende meter gerekend. Wanneer men de sanering uitvoert met behulp van de chemische oxidatie techniek dan kost dit ongeveer € 460,- per strekkende meter. Het economisch effect van de maatregel is groot. Helaas zal dit effect voorlopig nog niet benut worden. Verwachting is echter dat de opinie binnen enkele jaren verschuift en de ballastbedden op termijn toch in situ gesaneerd kunnen gaan worden waardoor partijen het economisch voordeel van de methode kunnen benutten.
Toepasbaarheid van de resultaten a. binnen uw eigen onderneming en b. elders in de markt. De markt voor het saneren van ballastbedden is specifiek gericht op spoorbeheerders. In Nederland is dit hoofdzakelijk ProRail. Hierdoor is de markt overzichtelijk maar is het tevens essentieel dat de technologie door deze partij geaccepteerd wordt. Kleinere spoorbeheerders beheren met name industriële trajecten, ook op deze trajecten wordt veel met diesel locomotieven gewerkt waardoor ook hier vraag naar sanering is. De techniek is ook zeer geschikt voor het opvangen van calamiteiten; het is in Nederland mogelijk om zeer snel met de technologie op locatie te komen en gerichte sanering uit te voeren. Ten opzichte van de momenteel gangbare situatie wordt dan zeer veel tijd gewonnen en worden de gevolgen voor de eigenaar van het spoor, de reizigers en het milieu navenant beperkt. De markt voor algemene bodemsanering is veel breder en betreft zeer diverse doelgroepen. De markt voor bodemsanering, alsook de deelmarkt betreffende ballastbedden, is een internationale; de technologie kan ook toegepast worden in het buitenland. Het beheersen van de techniek door de projectpartners kan tot nieuwe buitenlandse orders leiden. De projectuitvoerders zullen de techniek zelf toepassen voor bodemsaneringsprojecten. Naast olie leent de techniek zich voor het verwijderen vrijwel alle vervuilingen. De in situ chemische oxidatie techniek voor het saneren van grond wint steeds meer terrein en wordt momenteel al door verschillende partijen in Nederland aangeboden. De verwachting is dat dit binnen 5 jaar de standaardmethode zal worden voor het reinigen van vervuilde grond. De toepasbaarheid van de technologie hangt onder andere af van het type grond en grondwater niveau. De toepasbaarheid van de techniek is voor de volgende situaties: –Hoge grond/grondwater concentraties •Standaard toepassing –Lage grond/grondwater concentraties •Mogelijk, maar hoeft niet kosteneffectief te zijn –Mobiel NAPL (Vrij product) •Toepasbaar, maar veel kennis en controle noodzakelijk –Immobiel vrij product (geadsorbeerd) •Toepasbaar, maar vergt grote hoeveelheid oxidant (mogelijk niet kosteneffectief).
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -8-
Versie 0.2 01/04/2009
Publiciteit Doordat het project is uitgevoerd in samenwerking met de belangrijkste spelers die betrokken worden in werkzaamheden aan en op het spoor is de directe doelgroep (ProRail) via het testrapport van Oranjewoud op de hoogte gebracht. Mourik Groot Ammers heeft als hoofduitvoerder een commercieel belang bij het genereren van publiciteit voor de in situ chemische oxidatie techniek. Hieraan wordt ook bij diverse projecten invulling gegeven. Actieve verspreiding van kennis vindt ondermeer plaats bij projecten waarbij de chemische oxidatietechniek nu actief wordt toegepast. Dit is ook het geval bij het bodemsaneringsproject van het oude gasfabrieksterrein in Hilversum. Er wordt gericht voorlichting gegeven door het uitnodigen van diverse doelgroepen op de locatie (zie bijgaande foto en www.villaindustria.nl). De voordelen van de toegepaste technologie worden in dergelijke bijeenkomsten uiteengezet en toegelicht. Graag nodigen wij ook een vertegenwoordiging van het programma transportbesparing uit voor het bezoeken van dit project.
Figuur: In Situ Chemische Oxidatie van Bodem
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie -9-
Versie 0.2 01/04/2009
2. Projectmanagement 2.1. Planning, projectrealisatie De uitvoer van deze haalbaarheidsstudie was gepland in 4 fasen. Onderstaand is de planning van het project in hoofdfasen grafisch weergegeven. fase 1 2 3 4
titel voorbereiden uitvoer testen analyses evaluatie
planning mei-06
jun-06
jul-06
aug-06
sep-06
okt-06
nov-06
dec-06
jan-07
feb-07
mrt-07
De uitvoer van het project is gestart volgens deze planning en men heeft in de zomer van 2006 de testen op het proefstuk bij Delfzijl uitgevoerd.
Figuur 1: situatie stationsgebied Delfzijl
Er is in de uitvoer van de proeven gekozen voor de volgende opzet: - 1 proefvak voor een biologische proef (mogelijk alternatieve reinigingsmethode); - 1 proefvak voor de Chemische Oxidatie proef; - 1 blanco referentievak. Er is met een referentievak gewerkt vanwege de verwachte grote spreiding in gehalten verontreiniging, vanwege mogelijke seizoensinvloeden en om vast te kunnen stellen of de doorgaande lekkage van treinstellen invloed heeft op de verontreinigde situatie en de proeven. De proefvakken zijn uitgezet in het, op het oog, meest verontreinigde gebied. Dit is het gebied onder de luifel, midden voor het stationsgebouw. De zichtbare vervuiling neemt hier toe van
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie - 10 -
Versie 0.2 01/04/2009
apr-07
mei-07
vrijwel niet waarneembaar tot een dikke taaie aanslag op de stenen van het ballastbed. Per proefvak is een lengte van 16 bielzen genomen. De proeven op het spoor (fase 2) zijn vlot verlopen waardoor de uitvoer van fase 2 een kortere doorlooptijd had dan was geraamd. In juli 2006 zijn de eerst testresultaten zichtbaar geworden. De chemische oxidatie bleek bij de uitvoer van de proeven tot een intensieve chemische reactie te leiden welke resulteerde in stoomvorming. De mensen die de proef uitvoerden gaven tevens aan de stoom als “zuur” en “metaalachtig” te ervaren. Hierna is besloten deze werkzaamheden verder ‘s nachts te vervolgen zodat geen overlast voor reizigers meer zou ontstaan. Op het proefvak is een aantal keer een laagje “ijzerzout” (katalysator) aangebracht op de biels en ballast ,waarna waterstofperoxide is gesproeid. Tijdens de behandeling zijn de dwarsliggers afgedekt met kunststof flappen. Er zijn in de proef 6 behandelingen uitgevoerd en is in totaal ca. 1m3 op 16 m2 ballastbed gesproeid. Optisch was het resultaat goed; het ballastbed heeft door de proeven een veel schoner aanzien gekregen. Er is vervolgens een tweede proef uitgevoerd om de resterende verontreiniging te oxideren. Om de reactie dieper in het ballastbed te laten optreden is gewerkt met meer strooibaar ijzerzout alsook met een ijzerzout oplossing. Hiermee werd een groter bereik in het ballastbed gerealiseerd.
2.2. Resultaten van de proef, knelpunten en oplossingen Parallel en na afloop van de proeven zijn analyses uitgevoerd naar de resultaten van de proeven met het Chemische oxidatieproces. Het chemische oxidatieproefvak was visueel schoon. Echter door de behandeling is de kleur van de ballast wel veranderd door de aanwezige ijzerverbindingen in het ballastbed. Dit resulteert in een geel/bruine/rode kleur. Sommige stenen bleken aan de onderzijde nog vuil te zijn; het oxidatiemiddel is kennelijk niet overal even ver doorgedrongen. Ter beoordeling en analyse van de proefresultaten is de steeds het oliegehalte in de bovenste 10 cm. van het materiaal gemeten. Monstername en analyse van het monster hebben een reductie van vervuiling van 60% geconstateerd. Hiermee is helaas niet aan de norm voor gesaneerde grond voldaan. De uitvoerders zijn in staat deze problemen op te lossen; nogmaals oxideren zou de verontreiniging onder de drempelwaarde hebben doen zakken. Ander knelpunt in de beoordeling van de resultaten is gebleken dat er wordt vergeleken met waarden voor grond daar geen saneringswaarden voor ballastbedden zijn; hierdoor wordt een poreus materiaal met fijne structuur (grond) vergeleken met veel grover, hard materiaal. Ballastbedden bestaan doorgaans uit granieten stenen. Verder bleek de chemische oxidatie invloed te hebben op de (elec) geleidbaarheid van de bodem/grondwater; dit kan een probleem opleveren mbt de veiligheid van het spoor; de geleiding kan erin resulteren dat automatische systemen denken dat er een trein rijdt (dit is de meetmethode; is er geleiding tussen twee sporen dan staat er een trein op die de verbinding maakt). Ook is men bang voor beïnvloeding van wissels wegens elektromagnetische storing.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie - 11 -
Versie 0.2 01/04/2009
Dit punt is door het uitvoeren van de testen geconstateerd maar niet meer in het project opgelost. Er was geen stuk spoor meer beschikbaar voor de projectuitvoerders om vervolgtesten uit te voeren. Het project is afgesloten met een evaluatie van de proef. Hieruit is ondermeer naar voren gekomen dat de organisatie van het project niet optimaal was. Men had meer proeven willen uitvoeren om de geconstateerde tekortkomingen terug te dringen. Hier is helaas geen gelegenheid meer voor geweest daar men geen toestemming meer heeft gekregen van ProRail om de testen te verlengen/uit te breiden. Hiermee is ook de totale doorlooptijd van het project korter dan geraamd. De proef op locatie in Delfzijl is reeds in september afgerond waarna de projectresultaten geëvalueerd zijn door de projectpartners. Het project was eerder afgerond dan de geraamde afsluiting in mei 2007. De door omstandigheden minder intensieve uitvoer van het project heeft ook tot minder projectkosten geleid.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie - 12 -
Versie 0.2 01/04/2009
3. Conclusies en aanbevelingen Ten aanzien van het programma transportbesparing is de belangrijkste conclusie dat de beoogde transportbesparing technisch gerealiseerd zou kunnen worden. Echter wegens andere keuzes, buiten de invloedssfeer van de projectuitvoerders, blijft men vooralsnog via de conventionele methode van afgraving werken voor het saneren van de met olie vervuilde ballastbedden. De uitgevoerde proeven hebben weliswaar aangetoond dat de methode technisch werkt maar hebben helaas niet geleid tot het overnemen van deze techniek door Prorail. Aanbeveling die hieruit naar voren komt in relatie tot het programma transportbesparing is dat er meer aandacht geschonken zou kunnen worden aan het implementeren van haalbare oplossingen voor het voorkomen en terugdringen van transport. Zowel Mourik als Spectrum HSE Technology zijn tevreden over de resultaten van het project. De haalbaarheid is technisch aangetoond en op basis hiervan zullen projectpartners de technologie in de markt gaan toepassen. Dit is inmiddels ook gebeurd bij diverse bodemsaneringsprojecten. De inmiddels behaalde resultaten bevestigen de werking van de technologie. Doorontwikkelingen van de technologie die gepland zijn betreffen: - geschikt maken van de technologie onder EU-wetgeving zodat projecten in heel Europa uitgevoerd kunnen worden. - Totaal systeem: overlast bij ballastbedsanering: het proces is compleet afdekbaar; Mourik beschikt over praktische oplossingen voor dit probleem; - Aanbrengen en voorbereiding: alles in 1 unit eerst voormenging van chemicaliën en in 1 stap aanbrengen op het te saneren materiaal. Dit maakt de inzet efficiënter en beter beheersbaar. De chemische oxidatie technologie biedt goede mogelijkheden velerlei saneringsprojecten in situ uit te voeren waardoor veel grond/materiaal verzet uitgespaard kan worden.
COT ballastbed sanering
eindrapportage haalbaarheidsstudie - 13 -
Versie 0.2 01/04/2009