CONVENANT NVVK en CJIB
De ondergetekenden: 1. De Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet, statutair gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door drs. ing. G. Jaarsma en A.A. de Jong, in hun hoedanigheid van respectievelijk voorzitter en secretaris van de vereniging, hierna te noemen: “NVVK”; en 2. Het Ministerie van Justitie, gevestigd te Den Haag, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door dr. E.M.H. Hirsch Balin in zijn hoedanigheid van Minister van Justitie; 3. Het Ministerie van Justitie, Centraal Justitieel Incasso Bureau, gevestigd te Leeuwarden, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door mr. drs. A. Regtop in zijn hoedanigheid van algemeen directeur, hierna te noemen “de convenantpartij”; in aanmerking nemende dat: 1. er sprake is van een toename van een grote groep particulieren die in een problematische schuldsituatie verkeert of dreigt te verkeren, wat leidt tot tal van maatschappelijke problemen zoals armoede, sociale uitsluiting en gezondheidsproblemen; 2. de NVVK als belangenbehartiger van de bij haar aangesloten gemeentelijke kredietbanken, publieke en private instellingen voor schuldregeling streeft naar uniformiteit en hoogwaardige onafhankelijke dienstverlening op het terrein van schuldregelingen; 3. één van de doelstellingen van de op 1 december 1998 ingevoerde Wet schuldsanering natuurlijke personen is het bevorderen van de totstandkoming van een minnelijke schuldregeling tussen de klant en zijn schuldeisers; 4. dit convenant mede dient ter terugdringing van de onder 1 genoemde problemen en ter realisering van de onder 2 en 3 genoemde doelstellingen.
verklaren het navolgende te hebben afgesproken:
Titel 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Definities In dit convenant wordt verstaan onder: Aanvraag schuldregeling : een schriftelijk verzoek van een natuurlijke persoon met gebruikmaking van het “Aanvraagformulier Schuldregeling NVVK” aan de schuldregelende instelling om hem/haar behulpzaam te zijn bij het vinden van een oplossing voor zijn/haar problematische schuldsituatie; Aflossingscapaciteit : het bedrag dat de klant dient af te dragen voor de aflossing van zijn schulden. De aflossingscapaciteit wordt vastgesteld door het inkomen te verminderen met het voor de klant Vrij Te Laten Bedrag; Convenantpartij : het Ministerie van Justitie, Centraal Justitieel Incasso Bureau; Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 2
Debiteur
Fase 1
Fase 2
Financieel beheer
Gedragscode Schuldregeling Klant NVVK
Problematische schuldsituatie
Saneringskrediet
Schuldregelende instelling Schuldregeling
Schuldregelingsovereenkomst
Totale schuldpositie
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 3
: schuldenaar van de convenantpartij die één of meer van de navolgende opeisbare vorderingen bij de convenantpartij heeft openstaan: 1) administratieve sancties in de zin van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv); 2) strafrechtelijke geldboetevonnissen als bedoeld in artikelen 23 tot en met 24c van het Wetboek van Strafrecht; 3) ontnemingsmaatregelen in de zin van artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht; 4) schadevergoedingsmaatregelen in de zin van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht; : de periode gelegen tussen de aanvraag van een schuldregeling op basis van het “Aanvraagformulier Schuldregeling NVVK” en het sluiten van de overeenkomst tot schuldregeling; : de periode gelegen tussen het tekenen van de overeenkomst tot schuldregeling en de beëindiging van de overeenkomst tot schuldregeling, zijnde maximaal 36 maanden; : het beheren van de ten behoeve van de schuldeisers gereserveerde gelden op een rekening bij de schuldregelende instelling of een daartoe aangewezen financiële instelling; : de Gedragscode Schuldregeling van de NVVK; : iemand met een financieel probleem of een financiële behoefte, die er zelf niet meer uitkomt; : de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet, statutair gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te 2512 HE Den Haag aan het Westeinde 40; : de situatie waarin van een natuurlijke persoon redelijkerwijs is te voorzien dat hij niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of waarin hij heeft opgehouden te betalen, bepaald op basis van de in bijlage 1 van de Gedragscode Schuldregeling opgenomen criteria; : het te verstrekken krediet om de schulden van de veroordeelde geheel of gedeeltelijk tegen finale kwijting te voldoen; : een lid van de NVVK als bedoeld in de artikelen 4 en 13 van de Statuten van de NVVK; : bij een schuldregeling bemiddelt de schuldregelende instelling tussen de klant en zijn schuldeisers om een minnelijke regeling van de totale schuldenlast te bewerkstelligen; : een overeenkomst waarin de rechten van, verplichtingen en voorwaarden voor de klant en de schuldregelende instelling ten behoeve van de schuldregeling zijn opgenomen; : alle achterstallige betalingsverplichtingen inclusief rente en kosten op het moment van het sluiten van de overeenkomst tot schuldregeling;
Vrij Te Laten Bedrag
: het volgens de norm berekende bedrag dat de klant nodig heeft voor de betaling van zijn kosten van levensonderhoud en zijn vaste lasten.
Artikel 2 Doelgroep De samenwerking tussen de NVVK en de convenantpartij is gericht op het treffen van minnelijke schuldregelingen ten behoeve van debiteuren van de convenantpartij die zich in een problematische schuldsituatie bevinden. Artikel 3 Randvoorwaarden 1. De NVVK en de convenantpartij hebben de intentie om gezamenlijk een oplossing te vinden voor debiteuren van de convenantpartij, die zich in een problematische schuldsituatie bevinden. 2. Bij het vinden van een oplossing voor personen die zich in een problematische schuldsituatie bevinden, gelden in ieder geval de volgende uitgangspunten: a. de Gedragscode Schuldregeling waarbij de klant gedurende een periode van 36 maanden een maximale financiële inspanning verricht om zijn schulden af te lossen; b. het innings- en incassobeleid van de convenantpartij. 3. Uitgangspunt is – gelet op de executieplicht van de convenantpartij – volledige betaling van de schuld(en) bij de convenantpartij. Artikel 4 Beoogde resultaten 1. De samenwerking is gericht op het treffen van schuldregelingen. 2. De samenwerking is gericht op een effectieve en efficiënte executie van de openstaande schulden bij de convenantpartij. 3. De samenwerking is gericht op het bieden van een toekomst zonder problematische schulden voor de debiteuren van de convenantpartij. 4. De samenwerking is gericht op het voorkomen van problematische schulden bij de debiteuren van de convenantpartij door tijdige signalering van financiële problemen. Titel 2 Aanvraag schuldregeling Artikel 5 Toepassingsbereik convenant Titel 2 van het convenant is van toepassing op natuurlijke personen die op grond van het “Aanvraagformulier Schuldregeling NVVK” een aanvraag voor een schuldregeling hebben ingediend, waarbij het lid van de NVVK met de aanvrager nog geen overeenkomst tot schuldregeling heeft gesloten en die niet in staat is zelf een oplossing voor zijn financiële problemen te vinden. Artikel 6 Aanmeldingsprocedure 1. De schuldregelende instelling wijst de klant naar aanleiding van een melding van de convenantpartij op de mogelijkheid van een schuldregeling. 2. De convenantpartij wordt door de schuldregelende instelling in kennis gesteld van de aanvraag voor een schuldregeling, indien een vordering van de convenantpartij tot het schuldenpakket behoort.
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 4
Artikel 7 Incassomaatregelen 1. Indien het bepaalde onder artikel 6 lid 2 van het convenant van toepassing is, kan de convenantpartij lopende incassomaatregelen voor een periode van maximaal vier maanden opschorten en de vordering niet verder verzwaren met rente en kosten. 2. De termijn als bedoeld in het eerste lid van dit artikel kan in uitzonderingsgevallen in onderling overleg met een aanvullende periode van maximaal vier maanden worden verlengd. 3. Nadat de convenantpartij in kennis is gesteld van de aanvraag voor een schuldregeling, zal de convenantpartij aan de schuldregelende instelling opgave doen van de vorderingen zoals bedoeld in artikel 15 van dit convenant. Artikel 8 Werkzaamheden lid NVVK 1. De schuldregelende instelling zal naar aanleiding van de aanvraag voor een schuldregeling met de klant een intakegesprek houden om te beoordelen of deze voldoet aan de voorwaarden gesteld in het acceptatiebeleid van het lid van de NVVK. 2. De schuldregelende instelling zal de convenantpartij tijdig en op juiste wijze in kennis stellen van wijzigingen die van belang zijn voor de uitvoering van deze fase van het minnelijke proces van schuldregeling. Titel 3 Schuldregelingsovereenkomst Artikel 9 Toepassingsbereik convenant Titel 3 van dit convenant is van toepassing op een natuurlijke persoon waarbij het lid van de NVVK volgens de Gedragscode Schuldregeling NVVK heeft vastgesteld dat deze zich in een problematische schuldsituatie bevindt en waarbij op basis van de gesloten overeenkomst tot schuldregeling een voorstel tot minnelijke schuldregeling door een schuldregelende instelling wordt gedaan. Artikel 10 Nakoming van de overeenkomst 1. De schuldregelende instelling reserveert de aflossingscapaciteit van de klant voor de duur van de schuldregeling op een rekening. 2. Indien in het kader van een schuldregeling tussen de schuldregelende instelling/ budgetbeheerder en de klant/rekeninghouder een overeenkomst tot budgetbeheer is gesloten, wordt deze laatste overeenkomst onder het convenant gecontinueerd. 3. In geval van het ontstaan van nieuwe zaken ten laste van de debiteur, kan de convenantpartij de overeenkomst eenzijdig beëindigen. De convenantpartij zal alsdan de executie van de openstaande vorderingen onverkort hervatten. De convenantpartij stelt de schuldregelende instelling hiervan per omgaande schriftelijk in kennis. Artikel 11 Verplichting tot opgave van het saldo 1. Na ondertekening van de schuldregelingsovereenkomst door de klant verzoekt de schuldregelende instelling de convenantpartij opgave te doen van het saldo van zijn vordering(en) op de debiteur. 2. De convenantpartij zal binnen drie weken een opgave van de openstaande vorderingen verstrekken aan de schuldregelende instelling. Deze termijn kan verlengd worden met maximaal twee weken.
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 5
Artikel 12 Voorstel tot schuldregeling 1. De schuldregelende instelling doet binnen de daarvoor gestelde termijn een voorstel tot schuldregeling. 2. Het voorstel is gebaseerd op de Gedragscode Schuldregeling NVVK, tenzij hiervan in het convenant wordt afgeweken. 3. Het voorstel bevat de gegevens uit het onderzoek naar: a. de hoogte van de totale schuldenlast; b. de hoogte van de preferente en concurrente schulden; c. de vermogenspositie van de klant. 4. Het voorstel bevat tevens: a. de berekening van het Vrij Te Laten Bedrag en de aflossingscapaciteit op het moment van het sluiten van de overeenkomst tot schuldregeling; b. het resultaat, zijnde een voortzetting van een schuldregeling, het verstrekken van een saneringskrediet of beëindiging van de schuldregeling. 5. Een voorstel wordt door de convenantpartij: a. schriftelijk geaccordeerd; b. schriftelijk onder opgaaf van redenen afgewezen. Artikel 13 Incassomaatregelen 1. De vordering wordt niet verzwaard met (vertragings- dan wel contractuele) rente en/of invorderingskosten. Voorgenomen of al geëffectueerde incassomaatregelen worden voor de duur van de schuldregelingsovereenkomst, te rekenen vanaf de dag van het verzoek tot opgave van het saldo van de vordering, opgeschort. 2. De lopende afbetalingsregelingen ten aanzien van Wahv-sancties, geldboetevonnissen, schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen worden, te rekenen vanaf de dag van het sluiten van de schuldregelingsovereenkomst opgeschort. 3. De convenantpartij doet zo mogelijk melding aan de schuldregelende instelling indien tijdens de looptijd van de schuldregeling nieuwe schulden ontstaan. 4. Nieuwe schulden die ontstaan tijdens de looptijd van de schuldregeling, vallen in beginsel niet onder de schuldregelingsovereenkomst. Hierop wordt een uitzondering gemaakt voor executeerbare zaken (EX-zaken) die ten tijde van het treffen van de schuldregelingsovereenkomst nog niet ter executie zijn overgedragen aan de convenantpartij. Voor de beoordeling of een zaak wel of niet onder de schuldregelingsovereenkomst valt is derhalve de datum EX bepalend. Vorengenoemde zaken worden na bekendwording door de convenantpartij per omgaande doorgegeven aan de schuldregelende instelling. Titel 4 Overige bepalingen Artikel 14 Restantvordering na schuldregeling 1. De convenantpartij verleent zijn medewerking aan een minnelijke schuldregeling onder de uitdrukkelijke voorwaarde, dat ten aanzien van de door hem te incasseren vorderingen geen finale kwijting wordt verleend. Artikel 5.6 lid c van de Gedragscode Schuldregeling NVVK is niet van toepassing. De schuldregelende instelling wijst de klant vooraf nadrukkelijk op de opeisbaarheid en de hoogte van de restantvordering(en) van de convenantpartij na reguliere of tussentijdse beëindiging van de schuldregelingsovereenkomst. 2. Indien de schuldregelende instelling bereid is een saneringskrediet te verstrekken, is het voorgaande lid van overeenkomstige toepassing na aflossing van of het vervroegd opeisbaar worden van het saneringskrediet.
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 6
3. De convenantpartij verleent zijn uitdrukkelijke medewerking aan een minnelijke schuldregeling door in te stemmen met een betaling op zijn vordering(en) in overeenstemming met artikel 4.3 en 7.4 van de Gedragscode Schuldregeling, behoudens in het geval als bedoeld in artikel 15 van dit convenant. 4. De convenantpartij is – gelet op zijn executieplicht – verplicht het nog niet betaalde deel van zijn vordering(en) na reguliere of tussentijdse beëindiging van de schuldregelingsovereenkomst of na aflossing of het vervroegd opeisbaar worden van het saneringskrediet bij de debiteur te incasseren. 5. Na reguliere beëindiging van de schuldregelingsovereenkomst of reguliere aflossing van het saneringskrediet neemt de convenantpartij op verzoek van de debiteur een betalingsregeling voor de restantvordering(en) in overweging. Bij uitblijven bij een verzoek van debiteur zal de executie van de restantvordering(en) onverkort worden vervolgd. 6. De schuldregelende instelling is verplicht na reguliere beëindiging van de schuldregelingsovereenkomst of na aflossing van het saneringskrediet de klant er op te wijzen, dat de klant aan de convenantpartij een betalingsvoorstel moet doen voor de restantvordering(en) en zal de klant daarbij zo mogelijk behulpzaam zijn. Deze verplichting geldt niet indien de overeenkomst tot schuldregeling tussentijds wordt beëindigd dan wel het saneringskrediet vervroegd opeisbaar wordt. Artikel 15 Uitzondering De schuldregelingsovereenkomst is niet van toepassing op schadevergoedingsmaatregelen. Tevens is de schuldregelingsovereenkomst niet van toepassing op geldboetevonnissen en ontnemingsmaatregelen waarvan de executie gedurende de schuldregelingsovereenkomst zal verjaren. De schuldregelende instelling doet onderzoek naar de mogelijkheid van volledige voldoening van deze vorderingen aan de convenantpartij voor totstandkoming van de schuldregelingsovereenkomst. Indien de mogelijkheid van volledige voldoening van de genoemde vorderingen ontbreekt, kan met de convenantpartij geen schuldregeling tot stand komen. Artikel 16 Zwaarwegende belangen Zwaarwegende belangen kunnen voor de convenantpartij aanleiding zijn geen medewerking te verlenen aan de totstandkoming van een schuldregeling dan wel bepaalde vorderingen niet onder de werking van de schuldregeling te laten vallen. Op dit artikel zal slechts bij hoge uitzondering en gemotiveerd een beroep worden gedaan. Ten aanzien van de niet onder de schuldregeling vallende vorderingen is artikel 14 lid 1, laatste zinsnede van dit convenant van overeenkomstige toepassing. Titel 5 Slotbepalingen Artikel 17 Informatievoorziening 1. De schuldregelende instelling en de convenantpartij zijn verplicht over en weer elkaar alle informatie, van welke aard dan ook, te verschaffen die van belang is voor de uitvoering van de schuldregelingsovereenkomst. 2. De uitwisseling van informatie vindt plaats met in achtneming van de Wet bescherming persoonsgegevens.
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 7
Artikel 18 Wijziging convenant 1. Wijzigingen in of aanvullingen op het convenant kunnen alleen worden aangebracht met wederzijds goedvinden. 2. De NVVK en de convenantpartij treden met elkaar in overleg, indien voor één of beide partijen een reden bestaat tot wijziging of aanvulling van dit convenant. 3. Elke wijziging of aanvulling van dit convenant wordt schriftelijk vastgelegd en door beide partijen van hun goedkeuring voorzien door ondertekening van het voorstel tot wijziging en/of aanvulling. 4. Indien partijen niet tot overeenstemming komen ten aanzien van de voorgestelde wijziging(en) en/of aanvulling(en), is elk van de partijen gerechtigd het convenant met directe ingang op te zeggen. 5. De partijen zijn zelf verantwoordelijk voor het in kennis stellen van hun leden en/of medewerkers van de opzegging van het convenant. 6. Het convenant blijft onverkort van toepassing op schuldregelingsovereenkomsten waarbij is ingestemd met het voorstel van de schuldregelende instelling. Artikel 19 Looptijd convenant 1. Het convenant heeft een looptijd van één jaar, te rekenen van 1 september 2007. 2. Het convenant wordt steeds stilzwijgend verlengd met telkens één jaar, tenzij één of beide partijen drie maanden voor het verstrijken van de duur van het convenant schriftelijk heeft opgezegd. 3. Een tussentijdse beëindiging van het convenant is alleen mogelijk in de gevallen als bedoeld in artikel 18 lid 4 van dit convenant. Artikel 20 De NVVK en de convenantpartij bepalen hierbij, dat jaarlijks de in dit kader gemaakte afspraken worden geëvalueerd.
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 8
Aldus overeengekomen te Den Haag d.d. 27 augustus 2007.
Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet
Drs. ing. G. Jaarsma, voorzitter
A.A. de Jong, secretaris
Ministerie van Justitie
Dr. E.M.H. Hirsch Ballin
Centraal Justitieel Incasso Bureau
Mr. drs. A. Regtop, algemeen directeur
Convenant NVVK – Min Jus/CJIB Blad 9
.