Convenant Kinderopvang en Onderwijs
Afspraken over leren en werken t.b.v. de kinderopvang tussen de aanbieders van kinderopvang en de ROC’s Albeda en Zadkine
Deze samenwerking is tot stand gekomen met steun van Calibris en Bureau Kwaliteit Kinderopvang
2010 2013
Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Dit convenant beschrijft de samenwerking tussen de hieronder te noemen aanbieders van Kinderopvang1 in de regio Rotterdam Rijnmond en de ROC’s Albeda en Zadkine. De invoering van een nieuwe competentiegerichte kwalificatiestructuur voor het Middelbaar Beroeps Onderwijs biedt partijen de gelegenheid om de opleidingen2 voor aankomend personeel in de kinderopvang te optimaliseren en af te stemmen op de vraag van en ontwikkelingen in de regionale branche (landelijke wet- en regelgeving als de wet kinderopvang, wet OKE, kwaliteitsconvenant kinderopvang, Cao afspraken etc.). Partijen hebben afgesproken de krachten te bundelen, teneinde gezamenlijk een resultaatgericht, marktgericht en competentiegericht opleidingenaanbod voor de kinderopvang in Rotterdam Rijnmond te realiseren.
Het convenant legt vast op welke wijze de ROC ‘s en de kinderopvang, in nauwe en structurele samenwerking met elkaar, vorm en inhoud gaan geven aan de middelbare beroepsopleidingen voor aankomend en zittend personeel in de kinderopvang. Speerpunten daarbij zijn: • het investeren in de jongeren uit eigen directe omgeving in samenwerking met de verschillende regionale opleidingscentra waar de individuele ondernemers vaak al jaren mee samenwerken. • het investeren in mensen uit de directe omgeving die (opnieuw) willen toetreden tot de arbeidsmarkt, evenals mensen die zich heroriënteren op een nieuwe loopbaanrichting (zijinstroom). • het op regionaal niveau werken aan een positief imago van de branche als werkgever en natuurlijk ook als branche kinderopvang. In samenwerking met Calibris, en in de toekomst mogelijk met andere partijen in de regio zoals gemeenten, UWV & CWI, spelen partijen in gezamenlijkheid proactief in op de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in relatie tot scholing van mensen uit de directe omgeving.
1 Kinderopvang: hieronder wordt verstaan alle aanbieders van opvang voor 0-12 jarigen in de regio Rotterdam Rijnmond die dit convenant hebben ondertekend of een intentieverklaring hebben getekend waarmee zij zich akkoord verklaren met dit convenant. 2 Het gaat hier om de opleidingen die geënt zijn op de aan de kinderopvang gelieerde kwalificatiedossiers
2/5
Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
3/5
De partijen: Organisaties voor kinderopvang in Rotterdam Rijnmond en de Onderwijs organisaties zoals genoemd op de laatste pagina van dit convenant
Overwegende dat: • de afstemming tussen het beroepsonderwijs en de kinderopvang verbeterd dient te worden, op vakinhoud, procedures en capaciteit. • een structurele en geformaliseerde aanpak en samenwerking, die resulteert in een samenhangend meerjaren arbeidsmarkt- en scholingsbeleid van belang is; • de aanbieders van kinderopvang en de ROC’s ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid maar wel vanuit partnership gezamenlijk investeren in: • het opleiden van personeel voor de kinderopvang, • kwaliteit, kwantiteit en rendement van opleidingen die toeleiden naar de kinderopvang
Besluiten zij om: • De “Wensenlijst opleidingen ten behoeve van de kinderopvang in regio Rotterdam Rijnmond (versie 1 maart 2010)” als vertrekpunt voor de samenwerking te nemen en te komen tot gezamenlijke uitwerking van de hierin genoemde onderdelen. (Bijlage 1) • De samenwerking, besluitvorming en communicatie vanaf ondertekening van het convenant te organiseren en te formaliseren zoals omschreven in bijlage 2.
Partijen willen de samenwerking in partnership gestalte geven door: • uit te gaan van de MBO kwalificatiedossiers3 pedagogisch werk (met uitstromen pedagogisch medewerker 3 en gespecialiseerd pedagogisch medewerker kinderopvang 4), sociaal-cultureel werker, onderwijsassistent, sport- en bewegingsleider en sport- en bewegingscoördinator • nadere afspraken te maken over de opleiding Helpende Zorg en Welzijn • uit te gaan van wet- en regelgeving die voor beide partijen kaderstellend is • het delen van voor de opleiding relevante expertise die bij de wederzijdse organisaties aanwezig is • het op strategisch niveau matchen van de kwantitatieve vraag vanuit het werkveld en het aanbod vanuit de ROC’s ten aanzien van bekwame beroepsbeoefenaren voor de branches kinderopvang en peuterspeelzaalwerk • zich naar vermogen in te zetten om een nauwe samenwerking tot stand te brengen door het ontwikkelen van een cultuur van samenwerken en samen optrekken • het opstellen van jaarlijkse projectplannen / werkplannen waarin staat aangegeven op welke wijze en binnen welk tijdsbestek vanuit de wensenlijst uit de kinderopvang wordt toegewerkt naar afspraken en uitwerking daarvan • medewerkers te faciliteren in formatie-inzet om zo uitvoering te geven aan de vastgestelde jaarlijkse werkplannen
3 Dit zijn de benamingen uit de experimentele MBO kwalificatiedossiers 2010-2011.
Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
4/5
Partijen staan garant voor continuïteit in de samenwerking: Investeren in een langdurige samenwerking betekent een langdurige relatie opbouwen en onderhouden. Reorganisaties en personeelsverloop blijken bekende hoofdoorzaken van het verwateren van de relaties en het vervagen van de afspraken. Alle convenantpartners nemen de verantwoordelijkheid om er voor te zorgen dat bij uitval of vertrek van een medewerker die een rol speelt in deze samenwerking er: • binnen 1 maand adequate vervanging geregeld is. Adequaat betekent met hetzelfde mandaat. • een volledige overdracht gerealiseerd wordt naar de vervanger c.q. opvolger, zodat het project met minimale tijd- en energieverlies doorgang kan hebben. De convenantpartners uit het werkveld en onderwijs spreken de intentie uit om bij verschil in inzicht over inhoud en vorm van het leren of over de daarvoor noodzakelijke personele en materiële middelen, zich in te zetten om er op alle niveaus samen uit te komen. Dit kan ook inhouden dat er samen bepaald wordt aan welke partijen het verschil in inzicht voorgelegd wordt, zodat er ruimte ontstaat om samen tot een oplossing te komen.
Duur en Evaluatie: • Partijen zullen de naleving van het convenant jaarlijks op strategisch niveau in de Regiegroep evalueren en de uitgangspunten en afspraken indien nodig bijstellen. • Dit convenant wordt aangegaan voor de duur van drie jaar. Bij wederzijdse tevredenheid zal het convenant voor een nieuwe periode verlengd worden. Bij niet verlengen van het convenant worden alle cohorten die al zijn gestart bij de ROC’s afgerond volgens gemaakte afspraken.
Bijlagen: 1. Wensenlijst opleidingen ten behoeve van de kinderopvang in regio Rotterdam Rijnmond 2. Samenwerkings- en beslisstructuur kinderopvang en onderwijs in Rotterdam Rijnmond 3. Overzicht van deelnemende organisaties
5/5
Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Aldus overeengekomen en in 3-voud opgemaakt: ……………………………………., d.d. 3 juni 2010
Namens de Kinderopvang:
A.E. Maasdam, algemeen directeur kindeRdam
H.B.M. van Wezel, directeur kinderopvang Bimbola
A. Daane, directeur kinderopvang/peuterspeelzalen Hoogvliet
M. Van Doorn MA, bestuurder MAX kinderopvang
C. Doesburg, directeur Stichting Kinderopvang Vlaardingen
J.E. Cornelisse-Bijnaar, directrice Kindercentrum Anansi
Namens de onderwijsinstellingen:
drs. A. van den Berg-Ram, directeur Zadkine, Rotterdam West
R.Vos, lid College van Bestuur, Albeda College, Rotterdam
Kinderopvang Hoogvliet
BIJLAGE #1 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Wensenlijst opleidingen ten behoeve van de kinderopvang 1 in regio Rotterdam Rijnmond 2
#1
1 Onder kinderopvang wordt verstaan: organisaties voor kinderopvang en peuterspeelzalen 2 Deze wensenlijst is gebaseerd op de “Punten van Optimalisering m.b.t. leren in de kinderopvang, 27-08-2009, regio Hoekse Waard en Barendrecht”.
BIJLAGE #1 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
2/5
Uitgangspunten voor deze wensenlijst • Werkveld en onderwijs zijn samen verantwoordelijk voor het opleiden van beroepsbeoefenaren in Rotterdam Rijnmond. • Competentiegericht opleiden betekent dat het onderwijs een levensechte benadering van de praktijk moet zijn. Zoveel als mogelijk zullen stagiairs competenties in de praktijk binnen de kinderopvang oefenen en laten beoordelen (examineren). • Om competentiegericht op te leiden moeten onderwijs en beroepspraktijk goed op elkaar aansluiten. Uitgangspunt is de situatie in de beroepspraktijk, dat is het hart van de beroepsopleiding. Om de aansluiting tussen beroepspraktijk en beroepsopleidingen te optimaliseren willen de gezamenlijke kinderopvang in regio Rotterdam Rijnmond formele afspraken maken met het beroepsonderwijs over:
Afspraken over Instroom, Werving & Selectie van BOL leerlingen 1 Jaarlijks spreken onderwijs en kinderopvang af hoeveel BOL-opleidingen PW 4 gespecialiseerd pedagogisch medewerker gestart worden. 2 Informatie procedure (voordat BOL leerlingen een keuze gemaakt hebben voor de opleiding) • Vertegenwoordigers uit de branche worden door het ROC uitgenodigd om gezamenlijk een beeld te schetsen over de inhoud van het werken in de kinderopvang in al zijn geledingen. 3 De onderwijsinstelling voert een intakegesprek met leerlingen waarin de volgende onderwerpen aan de orde komen: • de motivatie voor de opleiding; • een beeld van het werkveld; • de verwachtingen die de BOL leerling heeft van en na de opleiding; • eventuele (lichamelijke en/of psychische) beperkingen die het werken in de kinderopvang in de weg staan. • overige: respect tonen voor omgangsvormen, de vereiste vooropleiding, enthousiasme en flexibiliteit, een representatief, verzorgd uiterlijk. • De onderwijsinstelling besteedt aandacht aan wat het beste bij de leerling past: BOL of BBL route.
Afspraken over de organisatie van de BPV (beroepspraktijkvorming) 4 Organisatie van de BPV • De stageperiode heeft een minimale duur, in overleg met de kinderopvang. • De onderwijsinstelling stemt het schoolrooster af met de praktijk. • De onderwijsinstelling streeft ernaar dat de stagedagen van verschillende stagiairs elkaar niet overlappen. 5 Aanmelding en selectie voor de stageplaats: • In samenspraak met het werkveld informeert de onderwijsinstelling vóór het solliciteren naar de beschikbaarheid van de stageplaatsen. • De onderwijsinstelling geeft informatie en sturing aan het sollicitatieproces. • Evenredige spreiding diverse leerjaren: plaatsing van onderwijsdeelnemers vanuit diverse opleidingen,
BIJLAGE #1 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
3/5
opleidingsjaren of - fasen en opleidingniveaus wordt door de onderwijsinstelling intern (verschillende opleidingen en niveaus) en extern (ROC’s onderling) met elkaar afgestemd en aan de kinderopvang organisatie schriftelijk in één opgave kenbaar gemaakt. Over de inhoud en stagemogelijkheden van de opleiding ‘helpende welzijn’(niveau 2) worden nadere afspraken gemaakt. • Binnen twee maanden (rekening houdend met de vakantietijd!) voorafgaand aan de BPV geeft de onderwijsinstelling aan welke onderwijsdeelnemers er zullen solliciteren en van welk opleidingsniveau en leerjaar (behaalde competenties). • Onderwijsdeelnemers schrijven een sollicitatiebrief naar het praktijkinstelling en worden uitgenodigd voor een kennismaking- en selectiegesprek. • De praktijkinstelling neemt op basis van eigen criteria binnen twee weken na dit selectiegesprek een besluit omtrent al dan niet aannemen van de onderwijs deelnemer en deelt dit mee aan de kandidaat en het ROC. Voor onderwijsdeelnemers aan de BBL-leerroute geldt dat zij de gebruikelijke sollicitatieprocedure van de praktijkinstellingen volgen. 6 Voorwaarden waaraan de leerling moet voldoen voordat wordt gestart met de BPV. Een BOL leerling moet voldoen aan het door de kinderopvang opgestelde onderstaande stageprofiel: • Minimale NT2 beheersing van de Nederlandse taal. • Basis van sociale vaardigheden / werken in een organisatie geoefend: • zichzelf voorstellen, iemand aankijken en een praatje beginnen • respect tonen naar ouders, kinderen en collega’s • naar iemand luisteren • omgaan met feedback, • basis van zelfreflectief vermogen • hulp vragen aan collega’s en zich laten helpen • initiatief nemen • communiceren met ouders (mondeling en schriftelijk) • op tijd komen en je houden aan het aantal vastgestelde werkuren • Theoretische basiskennis van pedagogiek en ontwikkelingsfasen bij kinderen. • Kennis van de beroepscode, beroepshouding, normen en waarden die gelden in de kinderopvang • Elke leerling heeft een portfolio waaruit duidelijk wordt wat de leerling al kan en wat de leerling komt leren in de praktijkorganisatie. • De leerling is zelf verantwoordelijk voor zijn/haar leerproces, de leerling toont initiatief en heeft een open en gemotiveerde leerhouding. • De leerling volgt de werktijden, ook tijdens vakanties, en gedragsregels van de praktijkinstelling. 7 Organisatorische voorwaarden voordat een BOL leerling kan starten met de BPV • Er moet een getekende BPV-overeenkomst zijn. • Er moet een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) zijn voor aanvang van de BPV. 8 Afstemming theorie en praktijk tijdens de BPV • De praktijkopdrachten en theorielessen zijn op elkaar afgestemd. • De onderwijsinstelling corrigeert gedurende de opleiding de verslagen van de leerling ook op Nederlands taalgebruik.
BIJLAGE #1 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
4/5
Afspraken over begeleiden en beoordelen tijdens de BPV 9 BPV opdrachten: • Het werkveld heeft invloed op de inhoud van de BPV opdrachten. • Alle onderwijsinstellingen gebruiken dezelfde BPV opdrachten. 10 BPV begeleiding • De BPV begeleiding vindt plaats in de driehoek onderwijs, werkveld, leerling. • Er wordt door de betrokken onderwijsinstellingen gewerkt met een eenduidig model van begeleiden en beoordelen. • Voordat de BPV periode start, hebben de partijen met elkaar vastgesteld hoe vaak, hoeveel, met wie ( functies, zo mogelijk namen) en met welke inhoud er contactmomenten zijn. • De werkbegeleiders uit de kinderopvang zijn toegerust om de praktijkopdrachten te begeleiden en te beoordelen. 11 Het beoordelen (examineren) van de BPV opdrachten / proeven van bekwaamheid • De gehanteerde methode van examineren (inhoud methode en moment van examineren) wordt vastgesteld in overleg met het werkveld.. • Binnen drie jaar (voor 2011) zijn door de betrokken onderwijsinstellingen eenduidige examens vastgesteld. • Het werkveld is toegerust om kwalitatief en objectief te kunnen beoordelen in de praktijk. • BOL en BBL leerlingen die hun BPV onvoldoende hebben / die de proeven van bekwaamheid niet behalen, worden op een centrale plaats geregistreerd om te voorkomen dat zij opnieuw binnen de kinderopvang solliciteren. Hierbij geldt natuurlijk wel dat beoordeeld wordt of een leerling echt niet geschikt is voor het werk of dat een andere match tussen leerling en werkveld nodig is.
Afspraken over het inhoudelijke lesprogramma 13 Tijdens de opleiding is specifiek aandacht voor: • Communicatietraining, vooral ook: communiceren met ouders • klantgerichtheid • Ontwikkelingspsychologie • Het pedagogisch beleid van de verschillende praktijkinstellingen • • • • • • • • •
Kinder-EHBO Inbedding BSO in de opleidingen Sport-en-bewegen en Sociaal-cultureel-werk. Inbedding Peuterspeelzaalwerk in de opleiding Pedagogisch-werker Ontwikkelingsgericht werken - VVE Gebruik van het Pedagogisch Kader http://www.pedagogenplatform.nl/index.php/pedagogisch-kader BHV “protocol vermoeden kindermishandeling” Werken in combi-functies en bredeschool Aanbieden van doelgroepgerichte activiteiten
14 Inzet van deskundigen uit de praktijk • Structurele en bekostigde inzet in het lesprogramma door vakkrachten uit de praktijk • Docentstages in het werkveld, verplicht voor alle bij de opleidingen voor de kinderopvang betrokken docenten en BPV begeleiders en beoordelaars
BIJLAGE #1 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
5/5
Afspraken over de formalisering van deze afspraken Afspraken vastleggen in een convenant tussen kinderopvang en onderwijsinstellingen. In dit convenant wordt vastgelegd op welke wijze afspraken gemaakt worden over bovenstaande punten. Te denken valt aan: 1. een stuurgroep op strategisch niveau voor beleidsverantwoordelijken (bestuurders, directeuren en/of gemandateerde beleidsmedewerkers) vanuit werkveld en ROC’s. Hier worden jaarlijks afspraken gemaakt over kwantiteit en kwaliteit van de opleidingen voor de kinderopvang. 2. een projectgroep / regiegroep / strategiegroep op tactisch niveau, een “linking pin” tussen het strategisch niveau en het operationeel platform. Hier vindt de coördinatie en uitwerking plaats van de door de stuurgroep gemaakte afspraken. 3. een operationeel platform voor medewerkers uit het primair proces in het werkveld en onderwijs (stagecoördinatoren en -docenten, praktijkopleiders, werkbegeleiders, lijnfunctionarissen met opleiden in hun portefeuille). Hier worden bijvoorbeeld producten voorgelegd, praktijkbijeenkomsten belegd zodat alle betrokkenen op 1 lijn blijven, trainingen verzorgd over het begeleiden en beoordelen van leerlingen.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Samenwerkings- en beslisstructuur kinderopvang en onderwijs in Rotterdam Rijnmond
#2
Dit project komt mede tot stand dankzij ondersteuning van
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
2/8
Inleiding Dit hoofdlijnenontwerp geeft weer welke samenwerkings- en beslisstructuur nodig is om de doelstelling uit het convenant te bereiken: gezamenlijk realiseren van een zo eenduidig mogelijk, resultaatgericht, marktgericht en competentiegericht opleidingenaanbod ten behoeve van de Kinderopvang in Rotterdam Rijnmond. Dit ontwerp samenwerkings- en beslisstructuur is opgebouwd rond de volgende uitgangspunten: • De overlegstructuur vervangt (op termijn) alle nu bestaande overleggen op strategisch- , tactisch- en operationeel niveau tussen de participerende organisaties voor kinderopvang en beroepsonderwijs. Waar mogelijk worden bestaande overleggen ingepast in de ontworpen samenwerkingsstructuur. • Alle overleggen die plaatsvinden hebben een duidelijke link met en aansturing vanuit de afspraken uit het convenant. Afspraken uit het convenant zijn altijd leidend voor afspraken op strategisch, tactisch en operationeel niveau. Er worden geen aparte overleggen meer georganiseerd voor werkbegeleiders / praktijkopleiders / BPV-verantwoordelijken uit de kinderopvang zonder link met de afspraken uit het convenant.. • Er is een duidelijk onderscheid tussen de besluitvormingsstructuur en de operationele werkstructuur. • Zoveel als mogelijk centraal ontwikkelen en aansturen, waar nodig decentraal inkleuren, binnen de centraal gestelde kaders (afspraken uit convenant en uitwerkingen daarvan). • Onderlinge communicatie is een belangrijke voorwaarde voor succes. • Samenwerkingsstructuur moet voor alle partijen financieel haalbaar zijn, ook indien BKK subsidie niet toegewezen wordt of wegvalt. Kosten worden dan evenredig over alle participanten verdeeld Er wordt samengewerkt op basis van een door de regiegroep vastgestelde begroting.
1. Het ontwerp In de beslis- en werkstructuur zijn drie te onderscheiden niveaus: 1. Strategisch niveau: één regiegroep voor beleidsverantwoordelijken (bestuurders, directeuren en/of gemandateerde beleidsmedewerkers) vanuit werkveld en ROC’s. Voor het werkveld geldt dat de zittende bestuurders mandaat hebben vanuit alle aangesloten organisaties voor kinderopvang 0-12 jaar. 2. Tactisch niveau: één gemandateerde stuurgroep vanuit werkveld en ROC’s, de “linking pin” tussen het strategisch en het operationele niveau. Hier vindt de aansturing, coördinatie en uitwerking plaats van de door de regiegroep gemaakte afspraken. 3. Operationeel niveau: een platform voor medewerkers uit het primair proces in het werkveld en onderwijs (stagecoördinatoren en -docenten, praktijkopleiders, werkbegeleiders, lijnfunctionarissen met opleiden in hun portefeuille). Dit platform heeft een functie als inspiratiegroep, expertisegroep, meedenkgroep rond thema’s die door de stuurgroep aangegeven worden. Ook mogelijke trainingen voor assessoren en werkbegeleiders kunnen vanuit dit platform worden aangeboden. De betrokken ROC’s trekken gezamenlijk op in deze operationele bijeenkomsten. Deze decentrale bijeenkomsten komen in de plaats van de afzonderlijke door de ROC’s georganiseerde werkveldbijeenkomsten voor de kinderopvang. Bijeenkomsten worden aangestuurd door de stuurgroep.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
3/8
Coördinatie De algehele coördinatie ligt in handen van een coördinator. Deze coördinator is de linkin pin tussen de drie onderscheiden niveaus en deze kan ook een brugfunctie vervullen tussen werkveld en onderwijs. Vanwege deze rol ligt een onafhankelijk coördinator voor de hand, zeker in de ontwikkelfase. In de fase waarin het gaat om continuering en evaluatie van gemaakte afspraken kan gedacht worden aan een coördinerende rol voor het werkveld. De regiegroep bepaalt (jaarlijks) wie de rol van coördinator vervult. 2. De uitwerking 2.1 Het strategisch niveau: de regiegroep Doel Het sturen op de uitwerking van de in het convenant gemaakte afspraken, door het vaststellen, evalueren en bijstellen van jaarlijkse werkplannen. Inhoud / agenda Het informeren van elkaar over landelijke en regionale trends en ontwikkelingen, thema’s afkomstig uit het primaire proces. Het matchen van de kwantitatieve vraag en aanbod. Het maken van afspraken over uitwerking van deze ontwikkelingen in het curriculum of in de overlegstructuur. Het vaststellen van de werkafspraken op basis van het convenant in jaarlijkse werkplannen. Het cyclisch evalueren en eventueel bijstellen van de werkplannen en convenantafspraken. Neemt besluiten t.a.v.(kwaliteits) verbetering. Besluiten in de regiegroep worden genomen op basis van algehele consensus. Profiel deelnemers Het betreft functionarissen op hoger beleid- en/of management- en directieniveau met beslissingsbevoegdheid en mandaat vanuit de achterban. Het verdient aanbeveling om jaarlijks als directeuren kinderopvang en ROC’s afzonderlijk bijeen te komen om de werkwijze en vertegenwoordiging te evalueren en een eventueel een aantal vertegenwoordigers te vervangen. De regiegroep wordt aangevuld met de coördinator en een functionaris vanuit Calibris. Zij beiden hebben een adviserende functie en geen stemrecht. Taak en bevoegdheid De regiegroep heeft als taak en bevoegdheid: • Het vaststellen van de stuctuur van de samenwerking. • Het vaststellen en evalueren van de jaarlijkse werkplannen. • Het aanwijzen van de leden van de stuurgroep. • Het (laten) faciliteren (in tijd) van de deelnemers van eventuele werkgroepen. • Het jaarlijks aanwijzen van een coördinator. • Vaststellen begroting / in te zetten middelen. • Indien wenselijk: instellen van geschillencommissie1.
noot 1
Voorzitter is een bestuurder vanuit de kinderopvang. 1 De samenstelling van de commissie kan vooraf bepaald worden, maar dit kan ook geregeld worden zodra er een geschil optreedt, waar de stuurgroep er niet uitkomt.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
4/8
Aantal bijeenkomsten In de opstartfase elk kwartaal, na borging van de werkwijze kan volstaan worden met 2x per jaar. 2.2 De stuurgroep Doel De stuurgroep voert de regie over de uitwerking en evaluatie van de afspraken en heeft hiervoor vanuit de regiegroep mandaat. Inhoud / agenda Opstellen, uitvoeren en evalueren van jaarlijkse werkplannen en terugkoppeling naar de regiegroep. Uitwerken afspraken uit convenant. Voorbereiden een voorstel voor het matchen van vraag en aanbod in de regio Beoordelen van opgeleverde producten voordat deze ter vaststelling voorgelegd worden aan de regiegroep. Communicatie richting achterban. Profiel deelnemers Functionarissen die beslissingen kunnen nemen, creatief en overstijgend kunnen denken en analyseren, ervaring hebben met brede beleidsontwikkeling en grote lijnen kunnen uitzetten en volgen. Zij zijn gemandateerd door de regiegroep om regie te voeren en de uitvoering van de afspraken te coördineren. Als het past binnen de voortgang van de werkplannen kan de stuurgroep daarvoor besluiten nemen. Als er gewerkt wordt met werkgroepen die zorgdragen voor inhoudelijke uitwerking, dan is een lid van de stuurgroep voorzitter van een werkgroep. De stuurgroep wordt aangevuld met een functionaris vanuit Calibris. Zij heeft een adviserende functie en geen stemrecht. Taak en bevoegdheid De stuurgroep heeft als taak en bevoegdheid: • Het tussentijds informeren van de regiegroep en achterban over de voortgang van het proces en de consequenties hiervan voor alle betrokken. • Het maken van een plan van aanpak / jaarlijkse werkplannen binnen de gestelde kaders van de regiegroep. Hierin staat in elk geval: • evaluatie afgelopen jaar • omschrijving concrete deelresultaten voor het komende jaar • tijdspad • benodigde uren en middelen • randvoorwaarden voor succes. De randvoorwaarden zijn zaken als: • Wie coördineert de uitvoering • Waarbij wordt wanneer door wie welke bijdrage verwacht • Wat gaat met gesloten beurs • Welke kosten worden op welke wijze onder de partijen verdeeld • Afspraken rond projectadministratie • Afspraken over inhuur externe deskundigheid, etc..
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
5/8
• Het formuleren van de opdrachten voor de (tijdelijke) werkgroepen. • Het voorstellen van bemensing van deze werkgroepen aan de regiegroep. • Het voorbereiden en indien nodig begeleiden van bijeenkomsten op operationeel niveau (het operationele platform). • Het vaststellen van de ontwikkelde producten. • Het doorgeven van signalen die binnen de regiegroep opgepakt moeten worden waarbij besluitvorming op strategisch niveau noodzakelijk is. Voorzitter is de door de regiegroep aangewezen coördinator. Aantal bijeenkomsten De stuurgroep komt in de ontwikkelfase minimaal 12 x per jaar bij elkaar. In de implementatiefase volstaat een keer per 2 maanden.
2.2.1 De coördinator Doel De coördinator heeft als taak het bewaken van de uitvoering en voortgang van het convenant dmv het faciliteren van het opstellen van jaarlijkse werkplannen, incl. tijdsplanning. De coördinator heeft een vliegwielfunctie en zorgt voor beweging tussen regiegroep en stuurgroep en tussen stuurgroep en operationele platform. Profiel • leiding geven aan de uitwerking van de opdracht van de regiegroep over uitwerking van de afspraken uit het convenant ; • het project binnen de 'tijd' en 'budget' kunnen afronden en bewaken; • naar de uitvoerende werkgroepen een motiverende en stimulerende rol kunnen vervullen; • gericht op resultaat; • communicatieve vaardigheden in woord en geschrift; • daar waar nodig aanvullende expertise aanboren en personen hiervoor benaderen; • vergaderingen van de regiegroep voorbereiden en afstemmen met de voorzitter; • vergaderingen van de stuurgroep voorbereiden en afstemmen met de voorzitter. Taak en bevoegdheid De coördinator informeert de regiegroep over de voortgang en tussentijdse resultaten van de jaarlijkse werkplannen. Deze heeft daarom ook zitting in de regiegroep. De coördinator initieert benodigde besluitvorming door de regiegroep dan wel stuurgroep.
2.3 Het operationeel niveau: inspiratiegroep, adviesgroep, werkveldbijeenkomsten voor de achterban Doel Het op centraal niveau meedenken, adviseren, inspireren van regiegroep en de stuurgroep. En het geïnformeerd / getraind worden over ontwikkelde producten, vertaling ervan in het onderwijsprogramma, werken met de producten.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
6/8
Inhoud agenda Te denken valt aan door de stuurgroep georganiseerde werk- en inspiratiebijeenkomsten waarin ontwikkelde concept- producten en lastige vraagstukken worden voorgelegd, belangrijke thema’s worden uitgediept waarin geïnformeerd wordt over de consequenties van nieuwe producten en werkwijzen etc. Profiel deelnemers Medewerkers uit kinderopvang en onderwijs, staffunctionarissen, geïnteresseerde lijnfunctionarissen, o.a. afhankelijk van het thema en de doelstelling van de bijeenkomst en de benodigde expertise. Taak en bevoegdheid Adviseren, meedenken, evalueren ontwikkelde producten, kennis delen, uitwisselen, inspireren. Aantal bijeenkomsten Het is aan de stuurgroep om te bepalen waarover deze bijeenkomsten georganiseerd worden. Voor het verkrijgen van draagvlak zijn deze bijeenkomsten van belang! Te denken valt aan maximaal 2 bijeenkomsten per jaar.
3. De rol van Calibris in de samenwerkings- en beslisstructuur Calibris treedt op als onafhankelijk intermediair. Zij stimuleert en faciliteert de regiegroep, stuurgroep en indien nodig ook de operationele platforms.
4. Financiën Voor de jaren 2010 en 2011 wordt een beroep gedaan op € 25.000 subsidie vanuit de BKK pijler Afstemming werkveld – beroepsonderwijs. Vanuit deze subsidie kan de overlegstructuur opgetuigd worden, mogelijk vacatiegelden van de stuurgroep en eventuele werkgroepleden bekostigd worden en de functie van de coördinator betaald worden. Evenals mogelijke inhuur van experts en huur van locaties. De coördinator en stuurgroep stellen de begroting op in het werkplan 2010-2011.
5. Communicatie sleutel tot implementatie en evaluatie: hoe houd je de flow erin? Het is van belang om veel aandacht en energie uit te laten gaan naar het eenduidig informeren over de gemaakte afspraken en instrumenten naar alle betrokken medewerkers van de aangesloten organisaties. Denk dan bijvoorbeeld aan een eigen naam en website voor het samenwerkingsverband, nieuwsbrieven, voorlichtingsmateriaal, het organiseren van werkconferenties, communicatie rondom scholingsprogramma’s voor praktijkopleiders, werkbegeleiders en docenten. De communicatie valt onder de verantwoordelijkheid van de stuurgroep en de coördinator, indien wenselijk kunnen zij expertise inhuren voor het uitgeven van nieuwsbrieven.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
7/8
Om ervoor te waken dat de samenwerking een speeltje wordt van de actief betrokken organisaties kun je proberen om ook de achterban te prikkelen om actief te zijn en te blijven. Denk aan: • Wedstrijd: welk samenwerkingsproject tussen één of meer organisaties voor kinderopvang en onderwijs voert het origineelste project uit om één van de convenantdoelen te bereiken? Beloning: extra PR. • Verzinnen van een naam en logo voor het samenwerkingsverband: wie uit de achterban bedenkt de passendste naam en logo? • Stagiaire / leerling van het jaar verkiezing • Innovatieprijs: welke medewerkers / stagiaire heeft het meest innovatieve idee om klantgericht te werken?
Tip: Digitaal platform als belangrijk communicatiemiddel Om te voorkomen dat de leden van de regiegroep en stuurgroep met oude versies gaan werken en om elkaar tussentijds te blijven informeren kun je gebruik maken van diverse digitale platforms. Denk aan: een NINGplatform, Google-docs, WebwiZZ etc. Of een dergelijke mogelijkheid koppelen aan je regionale website. Je kunt deze platforms ook toegankelijk maken voor de gehele achterban, zodat je ook hen af en toe kunt prikkelen met bijvoorbeeld vragen via een Forum. Ontwerp en onderhoud zouden ondergebracht kunnen worden bij een ICTopleiding aan één van de aangesloten ROC’s.
BIJLAGE #2 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
De overlegstructuur In schema gezet
Achterban Kinderopvang
Achterban 2 ROC’s
Strategisch niveau: regiegroep Vertegenwoordiging bestuurders kinderopvang en directeuren aangesloten ROC’s
Eventuele tijdelijke werkgroep
Stuurgroep + coördinator
Eventuele tijdelijke werkgroep
Eventuele tijdelijke werkgroep
Operationeel Platform: Denktank, inspiratiegroep, etc
8/8
BIJLAGE #3 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Overzicht kinderopvangorganisaties regio Rotterdam Rijnmond
#3
41540
Kinderopvang Bimbola
31364
89482
8546
13371
16172
13509
65400
113361
13705
Mundo Kinderopvang Bedrijfsbureau
SDK Kinderopvang
SKM Stichting Kinderopvang Maassluis
SKOIJ (Kinderopvang IJsselmonde)
SKV Stichting Kinderopvang Vlaardingen
St Kindercentrum Bernisse
St Kinderopvang Academia
Ster Kinderopvang
13842
kinderopvangcentrum BonBon
13463
22194
Kinderopvang Hoogvliet
Max Kinderopvang
9705
Kinderopvang Het Steigertje
KomKids Kinderopvang Centraal Bureau
57429
BSO De Railrunner
Kinderopvang De Bonte Vlinder/
11534
30224
KindeRdam Centraal Bureau
70781
Kindercentrum Anansi
Kinderdagopvang Mickey B.V.
85844
Kinder Service Hotels ROTTERDAM
3003 KA
3021 AE
3003 AA
2661 GV
3008 JD
Postcode
3011 PT
3214 VP
3012 VB
3032 AJ
3220 AH
3134 NH
Postbus 91213
Piersonstraat 33
Bloemendaele 2 A
Postbus 3014
Koninginneweg 2
Postbus 101
Eddingtonweg 5
Marconiweg 2 c
Rosestraat 123
Gerrit Verboonstraat 15
Voordijk 464
3007 ME
3119 RG
3218 XA
3130 CA
3077 LJ
3140 AC
3318 BE
3112 EP
3071 JP
3111 AA
2993 BD
Klaasje Zevensterstraat 6 3193 TW
Hoogstraat 66 a
Harregatplein 13 b
Kortenaerstraat 1
Schiekade 34
Postbus 343
Binnensingel 126
Middelharnisstraat 121 a 3086 GH
Postbus 28026
Postbus 3019 Beukelsdijk 107
96551
Hefgroep (Disckgroep Kind&KO)
Sporthoekpad 4
8216
41837
Catalpa
Postbus 54194
Kids Wonder World (voorheen Wenk)
88045
BSO Zuid BV (Charlois Welzijn)
Adres
Kinderopvang Humanitas regio Zuid Holland 75224
rel.nr.
Organisatie
mw Y. van der Panne
mw. S. de Ruijter
mw. H.van Wezel
mw. E. Maasdam
mw. H. Koppenol
mw. J. Cornelisse-Bijnaar
mw. J. Perotti
mw. A. ten Kortenaar
mw. L. Belder
dhr. P. van der Neut
dhr. H. van Slooten
dhr. R. Meijer (mw. B. Fokker)
Directeur
ROTTERDAM
SCHIEDAM
HEENVLIET
VLAARDINGEN
ROTTERDAM
MAASSLUIS
DORDRECHT
SCHIEDAM
ROTTERDAM
SCHIEDAM
BARENDRECHT
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
e-mailadres
mw. P. Buurveld
mw. N. Nadi-Tonkul
mw. A. Diepstraten
mw. C. Doesburg
mw. M.v.d.Meij
mw.M. Vreeburg
dhr J Nusteling
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
mw. M. Dongelman (mw. Y. Spaan)
[email protected]
mw. M. van Doorn
dhr. Y Dragstra
mw. M. Bos
HOOGVLIET ROTTERDAM mw. A.Daane
ROTTERDAM
ZUIDLAND
ROTTERDAM
ROTTERDAM
HELLEVOETSLUIS
VLAARDINGEN
ROTTERDAM
ROTTERDAM
ROTTERDAM
ROTTERDAM
BERGSCHENHOEK
ROTTERDAM
Plaats
Overzicht kinderopvang Rijnmond: stand getekende intentieverklaringen op 26-03-2010
BIJLAGE #3 bij Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
35688
75158
26349
13617
Wezijn kinderopvang
Kiddoozz KDV/BSO
Stichting Kinderopvang Lombardijen
Peuter & Co Disck Groep
13449
20479
68606
16176
's-Gravenzandse Kinderopvang Okidoki
De Kinderkoepel
38140
Kinderdagverblijf en BSO Pinokkio
Stichting Kinderopvang Het Speelhúûs
82763
BSO Zus en Zo
Kinderopvang SKR
13508
45416
CBS beatrix/psz
78110
Ot en Sien, kleinschalige kinderopvang
SKS Alles Kids BV
72309
SKK Kinderopvang kralingen
Rijksstraatweg 54a
Dresdenweg 1
Postbus 39
Nikkelstraat 3d
Van Beverenstraat 40
Postbus 81
Herenoord 10
Postbus 594
oosthavenkade 72
Postbus 4438
Langegeer 115
Emmastraat 24 b
3223 KA
2692 AA
3240 AA
2984 AM
3117 KW
2650 AB
3079 JJ
3200 AM
3134 NX
3006 AK
3075 JE
3255 BE
Hr R Smit
E de Bresser
R van der Veen
mw Suzanne H Dutilh-Mees
mw Nanda Dijkgraaf
HELLEVOETSLUIS
'S-GRAVENZANDE
MIDDELHARNIS
Ridderkerk
SCHIEDAM
Dhr. E. Knegt
M. van der Poll
mw. I. Los
mw M. Elsewaerd
Mw M Lawson
Berkel en Rodenrijs Mw M Feenstra
Rotterdam
SPIJKENISSE
Vlaardingen
Rotterdam
Rotterdam
OUDE-TONGE
mw. Ria Jongejan
8107
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
113220
ROTTERDAM
Kinderdagverblijf Smurfenland
3075 AJ
Het Kinderpaleis
Strevelsweg 24 b
mw. L. Revierre
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
e-mailadres
70565
mw Maaike van Vugt
mw.I. Brandenburg-Nijenhuis
mw. J. Melief
dhr.R. van Gogh
mw. E. Kloppenburg
mw. M. Rutte
mw. B. Loesberg
mw. I. le Conge Bannerbergen
mw. J. van Daatselaar
Directeur
Kinderopvang Talitha
Rotterdam
Rotterdam
ROTTERDAM
ROTTERDAM
KRIMPEN a/d IJSSEL
ROTTERDAM
ROTTERDAM
POORTUGAAL
ROTTERDAM
Plaats
mw. V.L. van der Giesen-van Kuijen
[email protected]
3002 AB
3076 AH
3077 RD
3062 TX
2923 BA
3053 PL
3069 KV
3170 BA
3034 CS
Postcode
Postbus 6058
Pliniusstraat 9
Oude Watering 262
Waterloostraat 164
Berberisweg 354
Binnenhof 72 c
Binnenweg 5
12958
Stichting Kinderopvang Rolykids
Postbus 2523
40421
8115
Stichting Kinderopvang Jip en Janneke
Isaac Hubertstraat 153
Via Futura
35298
Stichting Kinderopvang Irene
Adres
Stichting Prokino Kinderopvang Ketelbinkie 44636
rel.nr.
Organisatie
ONDERTEKENING Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Namens Kinderopvangorganisatie: BSO Zuid BV (Charlois Welzijn) dhr. R. Meijer (mw. B. Fokker)
Catalpa dhr. H. van Slooten Hefgroep (Disckgroep Kind&KO) dhr. P. van der Neut Kinderopvang Humanitas regio Zuid Holland mw. L. Belder
Kids Wonder World (voorheen Wenk) mw. A. ten Kortenaar
Kinder Service Hotels ROTTERDAM mw. J. Perotti Kindercentrum Anansi mw. J. Cornelisse-Bijnaar
Kinderdagopvang Mickey B.V. mw. H. Koppenol KindeRdam Centraal Bureau mw. E. Maasdam Kinderopvang Bimbola mw. H.van Wezel Kinderopvang De Bonte Vlinder/ BSO De Railrunner mw. S. de Ruijter Kinderopvang Het Steigertje mw. Y. van der Panne Kinderopvang Hoogvliet mw. A.Daane
1/4
ONDERTEKENING Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Kinderopvangcentrum BonBon mw. M. Bos KomKids Kinderopvang Centraal Bureau dhr. Y Dragstra
Max Kinderopvang mw. M. van Doorn
Mundo Kinderopvang Bedrijfsbureau mw. M. Dongelman (mw. Y. Spaan)
SDK Kinderopvang dhr. J Nusteling SKM Stichting Kinderopvang Maassluis mw. M. Vreeburg
SKOIJ (Kinderopvang IJsselmonde) mw. M.v.d.Meij
SKV Stichting Kinderopvang Vlaardingen mw. C. Doesburg St Kindercentrum Bernisse mw. A. Diepstraten St Kinderopvang Academia mw. N. Nadi-Tonkul Ster Kinderopvang mw. P. Buurveld
Stichting Kinderopvang Irene mw. J. van Daatselaar
Stichting Kinderopvang Jip en Janneke mw. I. le Conge Bannerbergen
Stichting Kinderopvang Rolykids mw. B. Loesberg
Stichting Prokino Kinderopvang Ketelbinkie mw. M. Rutte
2/4
ONDERTEKENING Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Via Futura mw. E. Kloppenburg
Wezijn kinderopvang dhr.R. van Gogh
Kiddoozz KDV/BSO mw. J. Melief
Stichting Kinderopvang Lombardijen mw. I. Brandenburg-Nijenhuis
Peuter & Co Disck Groep mw. Maaike van Vugt/mw. V.L. van der Giesen-van Kuijen
Kinderopvang Talitha mw. L. Revierre Het Kinderpaleis mw. Ria Jongejan Kinderdagverblijf Smurfenland mw. Nanda Dijkgraaf
SKK Kinderopvang kralingen mw. Suzanne H Dutilh-Mees Ot en Sien, kleinschalige kinderopvang R van der Veen SKS Alles Kids BV E de Bresser CBS beatrix/psz dhr. R Smit BSO Zus en Zo mw. M Feenstra Kinderdagverblijf en BSO Pinokkio mw. M Lawson
3/4
ONDERTEKENING Convenant Kinderopvang en Onderwijs | 2010 - 2013
Kinderopvang SKR mw M. Elsewaerd Stichting Kinderopvang Het Speelhúûs mw. I. Los ‘s-Gravenzandse Kinderopvang Okidoki van der Poll De Kinderkoepel dhr. E. Knegt
4/4