4 trimester 2014 e
navb • cnac constructiv
fvb • ffc constructiv
fbz • fse constructiv
fbz p • fse p constructiv
pensio b
constructiv info Driemaandelijks infomagazine over welzijn, opleidingen en sociale voordelen in de bouwsector - nr. 7
ATAB CONTRACTING ANTWERPEN
een enthousiaste onderneming p. 3 Verplichtingen van buitenlandse werkgevers en werknemers p. 5 Winteropleidingen met excellente opleidingspartners en het fvb p. 9
Erkenningnummer: P 404006 - Afgiftekantoor: Charleroi - Waarde: € 7,00
inhoud
3
10
8
5 12
11
p. 3
p. 13
Atab Contracting Antwerpen, een enthousiaste onderneming
Brandpreventie op de arbeidsplaatsen
p. 5
p. 14
Verplichtingen van buitenlandse ondernemingen
Rimobo: Een instrument om overbelastingsletsels in de bouwsector terug te dringen
p. 8
p. 15
BUILTY 2014: Nieuw innovatieplatform met succes afgerond
Het benchmarkingverslag over welzijn 2013 is beschikbaar!
p. 9
Personaliseer een kalender en 6 nieuwe affiches!
Winteropleidingen via de excellente opleidingspartners en het fvb p. 10 Lichte arbeidsongevallen en bijscholing van de hulpverleners p. 11 Building your e-learning! p. 12 Een nieuw traject voor jongeren in onze sector
p. 16 De onderneming Elsen : opleiden, naar waarde schatten en ondersteunen p. 18 Haal het beste uit uw bedienden met de opleidingen van Cevora p. 19 Vers van de pers
9 14
Constructiv info is het driemaandelijks informatieblad van Constructiv. Het is ook beschikbaar in het Frans.
REDACTIE Luc Christiaens, Roland Delarue, Christian Depue, Veerle Dom, Thierry Frere, Geert Gille, Carl Heyrman, Nancy Lambrecht, Véronique le Paige, Isabelle Lootens, Françoise Nyssens, Jacques Piette, Isabelle Urbain, Marc Van Engeland, Willem Van Peer.
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Carl Heyrman Koningsstraat 132 – 1000 Brussel De uitgever is niet verantwoordelijk voor de inhoud van advertenties. Het redactiecomité van constructiv info streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie. Het kan er echter niet aansprakelijk voor worden gesteld. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van de uitgever en duidelijke bronvermelding.
INFORMATIE EN ABONNEMENT Constructiv Afdeling Communicatie & Marketing Koningsstraat 132 1000 Brussel Tel.: +32 2 209 65 65 E-mail:
[email protected] Website: constructiv.be
OPMAAK EN DRUKWERK MWP Communication www.mwp.be © Constructiv 2014 Schrijf u in via constructiv.be www.facebook.com/ navb-cnac-constructiv
Atab Contracting Antwerpen,
EEN ENTHOUSIASTE ONDERNEMING “Werfplekleren is ideaal om vakmensen aan te werven” volgens bedrijfsleider John Ooms van Atab Contracting Antwerpen enthousiast over samenwerking met Talentenwerf “Begin 2013 heeft Atab Contracting Antwerpen vier dakafdichters aangeworven via werfplekleren na een selectie van de kandidaten door Talentenwerf. Dat is een zeer positieve ervaring geweest”, getuigt bedrijfsleider John Ooms. “Ik kan het alle aannemers aanbevelen en zou het onmiddellijk opnieuw doen als ik mensen nodig had. Maar door de crisis en de oneerlijke buitenlandse concurrentie is dat momenteel niet meer zo evident.”
T
alentenwerf is het Antwerps job- en opleidingspunt Hoogtevrees Omdat Atab Contracting Antwerpen moeilijk geschikte voor de bouw en als dusdanig het centraal aanspreekpunt voor bouwbedrijven, scholen en werkzoekenden. arbeidskrachten vond, deed het midden 2012 een beroep Het is in 2010 als samenwerkingsverband opgericht op Talentenwerf, dat zich daarmee voor het eerst toespitste door het fvb, VDAB, het Antop de sector van de platte daken. werpse stadsbestuur en de provincie Na infosessies bleken 18 personen Antwerpen. Aanleiding waren de grote geïnteresseerd in een job als dakaf“ Er zijn twee tot drie keer bouw- en infrastructuurwerken die dichter. John Ooms: “Atab heeft per jaar opleidingen over gepland zijn in en rond Antwerpen. hen allemaal uitgenodigd op een speciale technieken Met deze samenwerking hopen de grote bouwplaats om hen te laten (bv. ondergrondse toepassingen, kennismaken met de dakwereld partners de verwachte vacatures voor bouwvakkers snel en gecoördineerd vloeibare dakdichtingsproducten, en ook om hun geschiktheid te in te vullen. beoordelen. Een van de testen was smartroofconcepten) en Talentenwerf geeft advies over bouween ladder beklimmen om te zien over veiligheidsaspecten (bv. opleidingen, bemiddelt mensen naar of ze geen hoogtevrees hadden. Op heffen en tillen, gebruik van een job in de bouw en onderneemt daken werken en hoogtevrees hebeen veiligheidsharnas)” acties voor het bouwonderwijs. Maar ben gaan nu eenmaal niet samen. het organiseert zelf ook een aantal Verder konden we zo ook vaststelopleidingen, zoals werfplekleren. len of de kandidaten voldoende van Daarvoor werkt het samen met een bouwbedrijf om een de voorafgaande uitleg hadden opgestoken om de ladder aantal werkzoekenden te selecteren en nadien op te leiden veilig te beklimmen en weer af te dalen.” voor een specifiek bouwberoep. Die opleiding gebeurt deels in een opleidingscentrum en deels op de bouwplaats. Lees verder op p. 4 >
4e trimester 2014 constructiv info
3
> vervolg van p. 3
Ooms: “Talentenwerf testte de kandidaten dan weer op het vlak van motivatie en kennis van het Nederlands, want het gaat heel vaak om Belgen van allochtone afkomst. Kennis van het Nederlands vinden we heel belangrijk voor de dagelijkse omgang met hun werkmakkers en zeker ook voor de veiligheid. We stelden ook vast dat alle kandidaten wilden werken, maar dat een aantal van hen niet beseften wat werken op een dak inhoudt. Uiteindelijk bleven er acht kandidaten over, die in september 2012 in opleiding zijn gegaan.” Eerst volgden ze bij VDAB Hamme een opleiding van drie weken, waarvan Atab het programma mee mocht samenstellen. Daarna volgden drie dagen intensieve theoretische vorming in de dakschool van Atab zelf, onder meer over het uitvoeren van detailleringen overeenkomstig de regels van het vak en de Atab-filosofie. Daarna volgden de kandidaten in het VDAB-opleidingscentrum in Schoten een tweedaagse basisopleiding VCA, het alomvattende veiligheidssysteem voor bouwbedrijven. De opleiding werd afgerond met drie weken stage op verschillende Atab-bouwplaatsen.
‘Train the trainer’ “We hebben de acht kandidaten bewust allemaal op een andere bouwplaats ingezet”, verduidelijkt Ooms. “Op die manier werden ze elk begeleid door een ploegbaas. Met hem en de werkmakkers waren er vooraf duidelijke afspraken gemaakt voor deze stage. Alle ploegbazen van Atab Contracting Antwerpen - dat zijn er 19 - hebben naar aanleiding van deze stages trouwens een eendaagse opleiding ‘train the trainer’ gekregen van het navb. Daarin leerden ze hoe ze hun mensen kunnen motiveren om veilig te werken met onze dakdichtingsproducten. Onnodig om te zeggen dat deze stages van dichtbij gevolgd werden door de specialisten van Talentenwerf en VDAB. De selectie van de vier werknemers die we nodig hadden, gebeurde in onderling overleg en op basis van criteria zoals stiptheid, actieve medewerking en opgedane praktische kennis. Deze nieuwe medewerkers gingen midden november 2012 aan de slag met een IBO-overeenkomst (individuele beroepsopleiding), waardoor we hen gedurende zes maanden een verder doorgedreven opleiding op de bouwplaats konden geven onder toezicht van Talentenwerf. Na die periode
4
constructiv info 4e trimester 2014
hebben we ze alle vier aangeworven en ze zijn nog altijd in dienst. De vier niet aangeworven kandidaten hebben dankzij die goede opleiding snel werk gevonden in andere bedrijven, de meesten zelfs bij klanten van de Atab-afdeling Verkoop van materialen.” John Ooms concludeert: “De samenwerking met Talentenwerf is een zeer positieve ervaring geweest. Voor bouwbedrijven is het een ideale vorm van rekrutering. We kregen alleen kandidaten aangeboden die echt wilden werken en hebben vastgesteld dat de medewerkers van Talentenwerf heel erg begaan zijn met hun job en met de cursisten.”
Veiligheidskwartiertje - toolboxmeeting Atab Contracting Antwerpen is actief in de provincies Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Limburg. Het bedrijf stelt een zestigtal arbeiders-dakafdichters en negen bedienden tewerk en investeert voortdurend in de opleiding van zijn werknemers. Voor bedrijfsinterne opleidingen werkt het samen met het fvb en het navb. Voor de arbeiders stelt het bedrijf jaarlijks een opleidingsplan op. Naast de technische opleidingen bij materiaalproducenten zelf en in zijn door het fvb erkende dakschool zijn er twee tot drie keer per jaar opleidingen over speciale technieken (bv. ondergrondse toepassingen, vloeibare dakdichtingsproducten, smartroofconcepten) en over veiligheidsaspecten (bv. heffen en tillen, gebruik van het veiligheidsharnas). Ze worden mee begeleid door het fvb en het navb en worden erg gewaardeerd door de arbeiders. Ook voor de ploegbazen zijn er geregeld opleidingen, zoals onlangs over veilig werken op grote hoogte. En natuurlijk is er het maandelijkse veiligheidskwartiertje, een benaming die John Ooms verkiest boven het Engelse modewoord ‘toolboxmeeting’. “De onderwerpen worden gemeenschappelijk gekozen en door de veiligheidsadviseur uitgewerkt. Vaak worden ze ingegeven door wat deze adviseur vaststelt tijdens zijn bouwplaatsinspecties in het kader van het preventiebeleid, of door de rapporten die hij ontvangt over de bijna-ongevallen. Het zijn meestal de ploegbazen die deze veiligheidskwartiertjes geven, maar als het om specifieke of heel belangrijke onderwerpen gaat, nemen onze drie werfleiders deze taak op zich.”
Verplichtingen
van buitenlandse werkgevers en werknemers De laatste jaren werken steeds meer buitenlandse bouwbedrijven op werven in België. Ook deze bedrijven moeten echter welbepaalde verplichtingen naleven. Daarom heeft het navb aan de heer Christian Deneve, Directeur-generaal van de FOD WASO (Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg) gevraagd om deze complexe materie toe te lichten. Wat zijn in de bouwsector de verplichtingen van buitenlandse werkgevers en werknemers die werkzaamheden uitvoeren op het Belgische grondgebied?
België, ongeacht de vestigingsplaats van het bedrijf, de nationaliteit van de gedetacheerde werknemers en de duur van de prestatie. Ook alle verplichtingen met betrekking tot de arbeidsplaats (op het vlak van collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen, signalisatie, hygiëne, enz.) en de organisatorische verplichtingen (interne en eventueel externe dienst) gelden voor alle werkgevers die werknemers tewerkstellen in België.
In verband met de verplichtingen van buitenlandse werkgevers en werknemers op het Belgische grondgebied kunnen we eerst en vooral verwijzen naar de wet van 5 maart 2002 met betrekking tot de tewerkstelling Christian Deneve, Directeur-generaal van buitenlandse werknemers in België. Deze Zijn buitenlandse werkgevers verplicht van de FOD WASO (Werkgelegenheid, wet heeft betrekking op de detachering van om zich aan te sluiten bij een externe Arbeid en Sociaal Overleg) werknemers met het oog op het verrichten dienst? van diensten. Ze voert voor werkgevers een vereenvoudigd Overeenkomstig de Europese regelgeving (Europese richtlijn stelsel in voor het bijhouden van sociale documenten. Onder 89/391/EEG) in verband met veiligheid en gezondheid, bepaalt «gedetacheerde werknemer» verstaan we «elke persoon die de Belgische regelgeving dat elke werkgever in zijn onderneming arbeidsprestaties verricht in Belgie en die gewoonlijk werkt moet beschikken over een interne dienst voor preventie en op het grondgebied van een (of meer) ander(e) land(en) dan bescherming op het werk (minstens een preventieadviseur). België, of is aangeworven in een ander land dan België». Deze Daarvoor moet de werkgever een beroep doen op een of wet geldt dus ook voor personen die in België werken in dienst meerdere van zijn eigen werknemers. van een buitenlands bedrijf zonder vaste vestiging op het Belgische grondgebied. In dat geval is de werkgever verplicht om voor de arbeidsprestaties die hier verricht worden, de arbeids-, Als de interne dienst niet in staat is om alle opdrachten die hem loon- en tewerkstellingsvoorwaarden na te leven die in België zijn toevertrouwd, zelf correct uit te voeren, is de werkgever van kracht zijn en die strafrechtelijk beteugeld worden. verplicht om aanvullend een beroep te doen op een externe dienst die specifiek hiervoor opgericht werd en erkend is. De tweede wet waarnaar we kunnen verwijzen in verband De wettelijke opdrachten van de preventiedienst zijn uitgemet deze thematiek, is de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van breid en hebben niet enkel betrekking op de veiligheid en hun werk. Deze wet legt precieze voorwaarden en verplichgezondheid van de werknemers, maar ook op de psychosotingen op het vlak van de veiligheid en gezondheid van de ciale aspecten die verband houden met de arbeidsomgeving, werknemers vast door middel van strafrechtelijk beteuen op ergonomie en hygiëne op het werk. gelde verplichtingen. Ze is dus ook van toepassing voor buitenlandse werkgevers die werknemers tewerkstellen in Lees verder op p. 6 >
4e trimester 2014 constructiv info
5
> vervolg van p. 5
zorgen dat dit onderzoek uitgevoerd wordt. Er kunnen zich twee situaties voordoen:
Krachtens de regelgeving inzake detachering moeten de hierboven vermelde principes toegepast worden door alle werkgevers die werknemers tewerkstellen in België. Ook werkgevers die in het buitenland gevestigd zijn, maar werknemers tewerkstellen in België, moeten deze verplichtingen dus in acht nemen en een of meerdere preventieadviseurs aanstellen. Nogmaals: als de interne dienst niet in staat is om alle opdrachten die hem zijn toevertrouwd, zelf correct uit te voeren (bv. omdat de adviseur van de interne dienst niet over de nodige opleiding of de vereiste medische of psychologische kennis beschikt, nooit aanwezig is in België of niet voldoende op de hoogte is van de Belgische wetgeving), moet de werkgever een beroep doen op een externe dienst. De werkgever heeft dan de keuze om een beroep te doen op een externe dienst (EDPB) die erkend is in België of op een bevoegde externe dienst uit een andere lidstaat van de Europese Unie, waarbij hij aangesloten is volgens de regels van deze lidstaat en die bovendien de Belgische wetgeving op het vlak van welzijn correct kan toepassen. Daarbij moet opgemerkt worden dat de werkgever, onafhankelijk van de externe dienst die hem bijstaat bij deze taak, te allen tijde verantwoordelijk blijft voor de naleving van de wettelijke verplichtingen op het vlak van welzijn ten opzichte van de werknemers die hij in België tewerkstelt. oeten buitenlandse werknemers een medisch M onderzoek laten uitvoeren?
• Als de werknemer al een medisch onderzoek liet uitvoeren in zijn land van herkomst, hoeft dit onderzoek niet opnieuw uitgevoerd te worden in België, op voorwaarde dat het overeenstemt met wat de Belgische welzijnswetgeving oplegt. De werkgever moet dit kunnen aantonen wanneer de inspectie Toezicht op het Welzijn op het Werk dit vraagt. • Als de werknemer geen medisch onderzoek liet uitvoeren in zijn land van herkomst, moet hij de verplichte onderzoeken in België laten uitvoeren. De onderzoeken kunnen uitgevoerd worden door de medische dienst van de werkgever (als de werkgever beschikt over een dergelijke dienst met voldoende gekwalificeerd personeel, met inbegrip van een preventieadviseur-arbeidsgeneesheer) of door een externe dienst, overeenkomstig de welzijnswetgeving. Daarbij moet opgemerkt worden dat in de overeenkomst tussen een buitenlandse aannemer/contractant en een Belgische opdrachtgever vermeld kan worden dat de werknemers van deze aannemer door de medische dienst of de externe dienst van de opdrachtgever onderzocht zullen worden en dat de onkosten terugbetaald zullen worden. Aan welke vereisten moet de preventieadviseur van buitenlandse ondernemingen die in Belgïe werken uitvoert, voldoen? Gezien de bevoegdheidsverdeling in België, is de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg niet bevoegd voor onderwijsmateries. Hoewel hij geen buitenlandse diploma’s of getuigschriften kan erkennen of er de gelijkwaardigheid van kan bekrachtigen, blijft de FOD echter wel bevoegd voor het bepalen van de kennis en de competenties waarover preventieadviseurs moeten beschikken voor het uitvoeren van hun taak. De vereiste opleiding van de preventieadviseur is afhankelijk van de groep waar zijn werkgever toe behoort: A, B, C of D. Deze groep wordt bepaald op basis van de risico’s en het aantal werknemers dat de werkgever tewerkstelt.
Werkgever uit groep A of B Eerst en vooral is het interessant om op te merken dat de verplichtingen die in België van toepassing zijn op het vlak van gezondheidstoezicht, voornamelijk gebaseerd zijn op Europese richtlijnen. Deze verplichtingen zullen in veel gevallen dus gelijkaardig zijn aan de verplichtingen die in de andere lidstaten van de Europese Unie gelden. Sowieso moeten buitenlandse werkgevers de bepalingen uit de Belgische regelgeving op het vlak van gezondheidstoezicht in acht nemen. Als een werknemer krachtens de regelgeving een dergelijk onderzoek moet ondergaan, moet de werkgever er dus voor
6
constructiv info 4e trimester 2014
Aangezien een preventieadviseur in dit type ondernemingen meer taken moet kunnen vervullen, er een groter aantal werknemers bij betrokken is of er sprake is van grotere risico’s, is een geschikte opleiding een absolute noodzaak. Voor werkgevers uit groep A (> 200 werknemers in de bouwsector) moeten de preventieadviseurs bewijzen dat ze op zijn minst geslaagd zijn voor een erkende cursus van niveau II. De preventieadviseur die de interne dienst van een onderneming uit groep A leidt, moet beschikken over een opleiding van niveau I (het hoogste niveau) en moet minstens twee jaar ervaring hebben als preventieadviseur in een interne dienst.
Bij werkgevers uit groep B (50 tot 200 werknemers in de bouwsector) moet de preventieadviseur die de leiding heeft over de interne dienst, op zijn minst een opleiding van niveau II gevolgd hebben. Voor de andere preventieadviseurs volstaat basiskenis. In verband met houders van een buitenlands diploma bepaalt het KB Interne dienst dat personen die in het bezit zijn van een diploma, getuigschrift of andere titel waaruit blijkt dat ze over de vereiste kwalificaties beschikken om de functie van preventieadviseur uit te oefenen in een lidstaat van de EU, deze functie in overeenstemming met hun opleidingsniveau (I of II) mogen uitoefenen bij werkgevers die behoren tot groep A of B. Op basis van hun opleiding in het buitenland kunnen we immers veronderstellen dat ze over de nodige kennis beschikken voor de technische aspecten van de functie. Aangezien niet alle lidstaten van de EU dezelfde regels toepassen in verband met de juridische en sociale aspecten van de functie van preventieadviseur, moeten de kandidaten echter kunnen aantonen dat ze bij een inrichter met succes de vakken van de multidisciplinaire basismodule en van de specialisatiemodule gevolgd hebben die betrekking hebben op de juridische en sociale aspecten van deze functie in België.
Werkgever uit groep C (tussen 20 en 50 werknemers in de bouwsector) Voor een werkgever uit groep C volstaat het dat de preventieadviseurs een voldoende goede kennis hebben van de Belgische welzijnswetgeving die van toepassing is in de onderneming en dat ze over de nodige technische en wetenschappelijke kennis beschikken om de taken van de interne dienst te kunnen uitvoeren. Voor dit type werkgevers heeft de Belgische wetgeving het houden van een specifiek diploma of opleidingsattest niet verplicht gemaakt. Een buitenlandse preventieadviseur mag deze taken dus uitvoeren als hij over een voldoende goede kennis van de Belgische welzijnswetgeving beschikt en als hij hier in de praktijk rekening mee houdt.
Werkgever uit groep D (minder dan 20 werknemers) De werkgever kan ervoor kiezen om de functie van preventieadviseur zelf uit te oefenen. Met welke aandachtspunten moet rekening gehouden worden bij het gebruik van een buitenlands heftoestel?
De bepalingen tot regeling van deze materie zijn opgenomen in artikel 281quater van het ARAB (zie website van de FOD WASO voor bijkomende inlichtingen en praktijkgevallen: werk.belgie.be). Wanneer een buitenlandse of Belgische werkgever (bv.: bij grensarbeid) een buitenlands heftoestel wil gebruiken op het Belgische grondgebied, hoeft hij dit toestel niet in België te laten keuren, op voorwaarde dat voldaan is aan de hieronder opgesomde voorwaarden: • Het toestel wordt niet langer dan drie maanden gebruikt. • Het land van herkomst van het toestel moet een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn. • De meest recente verslagen van de periodieke controle en van de controle bij indienststelling van het toestel moeten beschikbaar zijn. • Het verslag moet opgemaakt zijn door een geaccrediteerde, erkende of gelijkwaardige keuringsinstelling. • Het verslag moet opgemaakt zijn in een van de drie landstalen (Nederlands, Frans of Duits) of vergezeld gaan van een vertaling in een van deze talen en het moet betrekking hebben op de elementen van onderzoek zoals bedoeld in het ARAB. Als aan al deze voorwaarden voldaan is, zal de tussenkomst van een Belgische controle-instelling zich beperken tot een eenvoudige controle van de documenten om na te gaan of de in het buitenland uitgevoerde controle onvervalst is en afgestemd is op de opgelegde eisen. Er kan ook gecontroleerd worden of voldaan is aan de Belgische regels op het vlak van de periodiciteit van de onderzoeken. Als er echter concrete aanwijzingen zijn dat de veiligheidsvoorschriften niet nageleefd werden, kan de werkgever verplicht worden om de controles opnieuw te laten uitvoeren of aanvullende controles te laten uitvoeren. De inspectie kan ook aan de werkgever vragen om een nieuwe of aanvullende controle te laten uitvoeren bij de bevoegde instelling in het land van herkomst of bij een Belgische EDTC (Externe Dienst voor technische controles). Om deze ‘stand van zaken’ af te sluiten, geven we nog mee dat in de praktijk de concrete omstandigheden waarin de werkzaamheden door buitenlandse werknemers uitgevoerd worden, doorslaggevend zijn (duur van de tewerkstelling, de vraag of de werkgever al dan niet gevestigd is in een land van de EU, de vraag of de werkgever al dan niet onderworpen is aan een reglementering die vergelijkbaar is met de Belgische wetgeving, ...), aangezien we op basis van deze elementen bepalen wat we kunnen verwachten van buitenlandse werkgevers. Wat er ook van zij, het beoordelen van praktijkgevallen en het vastleggen van de strategie die gevolgd zal worden, is een bevoegdheid van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk.
4e trimester 2014 constructiv info
7
BUILTY 2014 Nieuw innovatieplatform met succes afgerond
O
p woensdag 8 en donderdag 9 oktober 2014 vond in Tour & Taxis BUILTY plaats, een vakbeurs voor de bouwsector waar productkennis en kennisoverdracht centraal stond. Deze beurs richtte zich exclusief op de 600 grootste bouwbedrijven (klasse 5 tem 8) van het land, het topsegment van onze bouwsector. Het aanbod werd bewust overzichtelijk gehouden: maximum 40 fabrikanten van bouwmaterialen kregen de kans om hun nieuwste producten te tonen aan een select publiek.
georganiseerd in een aangename, kleinschalige en informele setting. De gedetailleerde technische uitleg in de demozones en de thematische infosessies waren een perfecte aanvulling voor de bezoekers. De hele dag door was er bovendien non-stop catering voorzien en werd er genetwerkt met collegabedrijven, exposanten, sprekers en federaties. Afspraak op woensdag 18 en donderdag 19 november 2015 in Tour & Taxis voor de volgende editie van BUILTY.
Het navb gaf als partner van dit event twee infosessies over CE-markering voor dragende elementen en het werken in beschoeide sleuven. Bovendien konden de bezoekers tijdens deze tweedaagse terecht op de navb-stand voor concreet welzijns- en veiligheidsadvies. Met niet minder dan 892 deelnemers werd de formule van BUILTY bijzonder gesmaakt. Op vraag van de bezoekersdoelgroep werd dit event weg van het traditionele beursconcept
Luc Chri stiaens van het nav b geeft een infosess ie over d e CE markerin g
Bekijk enkele sfeerbeelden op www.builty.be. De presentaties van de navb-infosessies zijn gratis downloadbaar op de navb-website (Over het navb/ Downloads).
8
constructiv info 4e trimester 2014
WINTEROPLEIDINGEN via de excellente opleidingspartners en het fvb Van 1 december 2014 tot 31 maart 2015 kunnen bedrijven uit de bouwsector gebruik maken van winteropleidingen. Tijdens deze winterperiode kunt u uw arbeiders in tijdelijke werkloosheid omwille van slecht weer plaatsen én hen tegelijkertijd een opleiding laten volgen. Deze opleidingen worden aangeboden in samenwerking met onze “excellente opleidingspartners: Confederatie Bouw, Bouwunie en FeMa. Hoe organiseert u een winteropleiding? U neemt hiervoor volgende stappen: • De opleidingen worden georganiseerd van 1 december tot 31 maart. • De arbeider wordt in tijdelijke werkloosheid omwille van slecht weer geplaatst. • De winteropleiding staat in het bedrijfsopleidingsplan (BOP) als een geplande opleiding. • De duurtijd is beperkt tot maximaal 4 weken (160 opleidingsuren). Naast winterlopleiding kan u natuurlijk gebruik blijven maken van de andere opleidingsstelsels van het fvb, zoals weekdagopleiding (met tussenkomst in de loon-en opleidingskost ) of zaterdagopleidingen (met tussenkomst in opleidingskost en premie aan de werknemer).
Wat zijn uw voordelen? • U betaalt geen loon. • Via het fvb is er een sectorale tussenkomst in de opleidingskost: --€ 5 per opleidingsuur voor theoretische opleidingen --€ 10 per opleidingsuur voor praktische opleidingen • Competentieversterking binnen uw bedrijf
… en voor uw arbeiders? Uw arbeider ontvangt een premie van € 36 per opleidingsdag. Hij ontvangt deze premie bovenop de werkloosheidsuitkering en andere aanvullende vergoedingen. Bovendien versterkt hij zijn competenties.
Voor meer informatie kan u contact opnemen met uw werkgeversorganisatie: Confederatie Bouw, Bouwunie of FeMa, of met uw fvb-regio: constructiv.be.
4e trimester 2014 constructiv info
9
Lichte arbeidsongevallen en bijscholing van de hulpverleners Tot april 2014 was het verplicht om ieder arbeidsongeval aan te geven aan de verzekering. Voortaan wordt een uitzondering gemaakt voor lichte arbeidsongevallen. Er zijn ook nieuwe bepalingen ingevoerd in verband met de verplichtingen in verband met de bijscholing van hulpverleners. Lichte arbeidsongevallen Lichte arbeidsongevallen zijn ongevallen die noch tot loonverlies, noch tot arbeidsongeschiktheid leiden voor het slachtoffer, maar die enkel zorg vereisen die meteen na het ongeval wordt toegediend en waarvoor geen arts nodig is. Voor de vrijstelling van aangifteplicht voor dit soort ongevallen is het absoluut noodzakelijk dat het ongeval wordt ingeschreven in het register van interventies dat de hulpverleners moeten bijhouden. Er werden enkele elementen toegevoegd aan het register, waarin voortaan de volgende inlichtingen vermeld moeten worden: de naam van de hulpverlener, de naam van het slachtoffer, de plaats, de datum, het uur, de beschrijving en de omstandigheden van het ongeval, de aard, de datum en het uur van de interventie en de identiteit van eventuele getuigen. Het voordeel van deze maatregel is dat de werkgever het ongeval, als het niet aangegeven werd en er later een verergering van het letsel vastgesteld wordt, alsnog als arbeidsongeval aan de verzekeraar kan aangeven binnen de acht dagen die volgen op de datum waarop hij kennis genomen heeft van de verergering. Het slachtoffer is dan overeenkomstig de gebruikelijke voorwaarden gedekt door de verzekering. Een andere nieuwigheid is dat voortaan ook het aantal lichte ongevallen gemeld zal moeten worden in het van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk.
Bijscholing van de hulpverleners De bijscholing van hulpverleners die eenmaal per jaar moet worden gevolgd, werd verder verduidelijkt. Op voorwaarde dat de werkgever aantoont dat een bijscholing om de twee jaar geen afbreuk doet aan de kennis en vaardigheden van de hulpverlener, mag van deze verplichting afgeweken worden
10
constructiv info 4e trimester 2014
en kan deze bijscholing voortaan om de twee jaar plaatsvinden. Daarvoor moet de werkgever zich, na advies van de arbeidsgeneesheer en van het comité voor preventie en bescherming op het werk, baseren op een voorafgaandelijke risicoanalyse. Wanneer een hulpverlener niet heeft kunnen deelnemen aan een bijscholingssessie, moet hij binnen de 12 maanden die volgen op de oorspronkelijk voorziene sessie, een andere sessie volgen. Deze maatregelen zijn van toepassing als gevolg van het verschijnen van de twee koninklijke besluiten van 9 en 19 maart 2014 in het Belgisch Staatsblad van 10 april 2014: • KB tot wijziging van een aantal bepalingen inzake interne diensten en eerste hulp met betrekking tot lichte ongevallen en bijscholing van hulpverleners • KB tot wijziging van het KB van 12 maart 2003 tot vaststelling van de wijze en van de termijn van aangifte van een arbeidsongeval Meer informatie over dit onderwerp vindt u op de pagina ‘KB lichte ongevallen en bijscholing hulpverleners’ op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg: werk.belgie.be.
Building your learning!
H
et fvb heeft het bouwonderwijs altijd al ondersteund op het vlak van didactisch materiaal. Daardoor kunnen zowel leerlingen als leerkrachten de methodes en technieken leren kennen die toegepast worden in de bouwsector.
De handboeken die door de diensten van het fvb uitgewerkt worden in samenwerking met het navb en de technische richtingen, zijn trouwens een hoeksteen van de samenwerking met het bouwonderwijs. Vandaag moet echter niet alleen rekening gehouden worden met de voortdurende evolutie van de technieken in de bouwsector, maar ook met de maatschappelijke evolutie op het vlak van leermethodes en de informatica-omgeving van de jongeren.
In dit kader zal het fvb met de sociale partners van de sector moderne, interactieve e-boeken ontwikkelen die in een digitale bibliotheek gecatalogeerd zullen worden en waarmee de leerlingen zelf op ontdekkingstocht kunnen gaan aan de hand van aantrekkelijke audiovisuele fragmenten.
Zo zullen ze bijvoorbeeld een muurtje kunnen metselen door de stappen van een video te volgen en na te bootsen. Met een ludieke vragenlijst zal ook hun inzicht beoordeeld worden en zullen andere fragmenten voorgesteld worden in functie van de resultaten. Ook het aspect coöperatief leren zal aangemoedigd worden, aangezien de leerlingen de mogelijkheid zullen hebben om onderling te communiceren in deze nieuwe informatica-omgeving. Deze manier van leren moet beschouwd worden als een uitbreiding op het traditionele leren waarmee altijd en overal nieuwe kennis verworven kan worden. Doordat het fvb de mogelijkheid krijgt om kwaliteitsvolle, innovatieve en interactieve handboeken te laten ontwikkelen, zal de digitale bibliotheek een ruime collectie werken van hoge kwaliteit bevatten. Meer informatie? buildingyourlearning.be
4e trimester 2014 constructiv info
11
Een nieuw traject
voor jongeren in onze sector! In het kader van dit project – meer bepaald in verband met de veiligheidsopleiding - werkt het fvb in nauwe samenwerking met het navb. Dit project is innovatief ten opzichte van de vele initiatieven en acties die de sector al gepland heeft of die aan de gang zijn en heeft voornamelijk betrekking op de opleiding, toeleiding en tewerkstelling van werkzoekende jongeren van minder dan 26 jaar, onder wie ook jongeren die een basisopleiding gevolgd hebben en jongeren met een diploma van een bouwrichting in het TSO of BSO. Het project zal ook inspelen op de regionale behoeften in een sectoraal kader en zal aangepast zijn aan de lokale context en de specifieke groepen. Het fvb hoopt dat de jongeren alle kansen grijpen die ze aangeboden zullen krijgen in het kader van dit project en blijk zullen geven van enthousiasme en doorzettingsvermogen.
“Laten we hopen dat de jongeren alle kansen grijpen die ze aangeboden zullen krijgen in het kader van dit project en blijk zullen geven van enthousiasme en doorzettingsvermogen.”
M
eer jongeren aan het werk krijgen in de bouwsector, dat is de uitdaging die het fvb wil aangaan met de sociale partners van de bouwsector.
In dit kader heeft het fvb geantwoord op de projectoproep van vorige federaal minister van Werk Monica De Coninck voor de uitwerking van nieuwe projecten voor jongeren die behoren tot risicogroepen. Het fvb-project met de titel ‘De toeleiding en de opleiding van jongeren van minder dan 26 jaar in de bouwsector’ werd geselecteerd en goedgekeurd door de minister van Werk.
12
constructiv info 4e trimester 2014
Het project is opgebouwd rond twee assen: 1. De uitwerking van een sectoraal traject dat het traject van een basisopleiding naar werk vlotter wil laten verlopen voor jongeren. Deze sectorale toeleiding naar werk zal gerealiseerd worden in overeenstemming met de acties van de regionale partners op het vlak van onderwijs, opleiding en toeleiding. 2. De inleiding en de organisatie van een specifieke ‘veiligheidsopleiding’ voor jonge sectorintreders. Om dit project efficiënt tot stand te brengen, sluit het fvb momenteel convenanten af met scholen of opleidingscentra en met de regionale diensten voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding. Dit onderwerp zal opnieuw aan bod komen in een volgende editie. Voor meer informatie over dit project kunt u contact opnement met uw fvb-regio: constructiv.be.
Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Koninklijk besluit van 28 maart 2014 Situering Het koninklijk besluit (KB) Brandpreventie op de arbeidsplaatsen van 28 maart 2014 vervangt en verruimt het ARAB art. 52 over de preventie van brand. Het trad in werking op 3 mei 2014 en wordt opgenomen in de Codex welzijn op het werk als ‘Hoofdstuk III – Brandpreventie op de arbeidsplaatsen van Titel III – Arbeidsplaatsen. Het toepassingsgebied van het KB Brandveiligheid is hetzelfde als het KB Arbeidsplaatsen. Dit houdt in dat het niet van toepassing is op de werf zelf maar wel op de kantoren, magazijnen, depots, ateliers … Toch zijn er enkele onderwerpen die belangrijk zijn voor de bouwsector. Het KB vervangt heel wat bepalingen van het artikel 52 van het ARAB. Wel blijven de artikelen over de constructie van gebouwen uit het ARAB art 52 voorlopig nog bestaan. Deze worden later vervangen door een ander koninklijk besluit.
3. De nodige beschermingsmiddelen tegen brand moeten voorzien worden die voldoen aan het KB betreffende de Collectieve beschermingsmiddelen. 4. Er moet een intern noodplan worden opgesteld met geschreven procedures i.v.m. de brandbestrijdingsdienst, de evacuatie, de evacuatieoefeningen, het gebruik van beschermingsmiddelen tegen brand, informatie en opleiding van de werknemers. 5. De werkgever moet nagaan of de constructie van het gebouw het toelaat dat de werknemers en andere aanwezige personen op de arbeidsplaatsen zichzelf kunnen evacueren of dit enkel kunnen met de hulp van anderen. Daarenboven moeten de hulpdiensten in alle veiligheid kunnen optreden. Verder moet de constructie van het gebouw voldoen aan de algemene principes van brandveiligheid. Dit houdt in dat de stabiliteit van de dragende elementen en zo nodig het ganse gebouw moet worden gewaarborgd en de rook- en brandverspreiding en de uitbreiding naar aanpalende gebouwen moet worden vermeden. Dit is een algemeen geldend principe voor alle gebouwen. Voor bestaande gebouwen vormt de risicoanalyse de basis om deze principes na te gaan. Voor nieuwe gebouwen betekent dit dat de risicoanalyse al moet worden toegepast tijdens de ontwerpfase. Voor verdere informatie over de nieuwigheden van dit KB verwijzen wij u naar de website www.navb.constructiv.be> Welzijnsinfo>Regelgeving/Koninklijke besluiten.
Wat is er belangrijk voor de bouwbedrijven? In de “Afdeling 7: Werkzaamheden uitgevoerd in de inrichting van de werkgever (art 28-30)” worden nieuwe bepalingen vermeld over de verplichtingen die een werkgever heeft tegenover de aannemer(s) wanneer hij werken laat uitvoeren aan het gebouw waar hij mensen tewerkstelt.
Wat is er nieuw? 1. Het KB voert - naar analogie met andere KB’s van de Codex - de verplichting in om een risicoanalyse uit te voeren. De werkgever moet alle situaties onderzoeken die tot brand kunnen leiden en de nodige preventiemaatregelen treffen. 2. Er moet een brandbestrijdingsdienst worden opgericht. De taken van deze dienst zijn in een afzonderlijk artikel opgenomen.
De werkgever heeft de volgende verplichtingen: 1. informatie verstrekken aan de aannemer(s) over de risico’s eigen aan het bedrijf en de te nemen preventiemaatregelen 2. zich ervan verzekeren dat de aannemer(s) deze instructies begrijpt/begrijpen 3. informatie inwinnen bij de aannemer(s) over de eventuele brandrisico’s die de werken met zich meebrengen Dus ook de aannemers (+ onderaannemers) zijn nu verplicht informatie over de brandrisico’s eigen aan hun werkzaamheden te verstrekken. De werkgever moet nazien dat dit gebeurd is. Verder wordt in dit KB verduidelijkt dat een vuurvergunning voor werken met bijkomend brandrisico nodig.
4e trimester 2014 constructiv info
13
RiMoBo
H
Een instrument om overbelastingsletsels in de bouwsector terug te dringen
et instrument RiMoBo (Risico Monitoring Bouw), een samenwerkingsproject van het navb met het ESF en Adhesia, werd voorgesteld tijdens het 20ste ISSA Wereldcongres voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk dat op 25, 26 en 27 augustus in Frankfurt plaatsvond. De bouwsector wordt algemeen gezien als een sector met meerdere zware beroepen. Heel wat werknemers verlaten de sector dan ook lang voor het einde van hun beroepsloopbaan. De redenen waarom werknemers de bouwsector verlaten, kunnen zeer divers zijn. Veelal is er sprake van een vorm van overbelasting die fysiek, psychisch of een combinatie van beide kan zijn. Om deze trend te kunnen keren, is eerst een inzicht nodig in de factoren die een risico vormen voor overbelastingsletsels (in de brede zin van het woord). In het kader van duurzame inzetbaarheid van werknemers is het voor de werkgever van groot belang om over een instrument te beschikken dat de signalen van overbelasting of dreigende uitval vroegtijdig kan herkennen. En net dat is het doel van het navb en de partners van Rimobo : een zogenaamde risicobarometer creëren die aanduidt of het bedrijf al dan niet goed scoort op het vlak van duurzame inzetbaarheid. Die signalen kunnen zowel opgevangen worden bij een bevraging van de werknemers als bij een doorlichting van het bedrijf en zijn cultuur. Daarbij denken het navb en haar partners aan de fysieke en psychosociale eisen, de organisatorische aspecten en de eisen op het vlak van flexibiliteit. Om de risicobarometer samen te stellen, maken het navb en haar partners gebruik van twee vragenlijsten. De eerste lijst wordt ingevuld door de individuele werknemers, en bestaat naast een aantal algemene vragen ook uit vragen met betrekking tot werkbelasting. De tweede lijst wordt ingevuld door de bedrijfsleiding (of preventieadviseur) van het bedrijf en bevat vragen over dezelfde aandachtsgebieden op het vlak van werkbaarheid in het bedrijf, maar dan vanuit de visie van de werkgever. Op basis van de antwoorden op deze vragenlijsten wordt een score opgemaakt die een weergave is van de duurzame inzetbaarheid en het risico op vroegtijdige uitval. Voor de werknemers is er een individuele score die niet aan de werkgever wordt meegedeeld, maar die wel ter beschikking wordt gesteld aan de externe dienst voor preventie en
14
constructiv info 4e trimester 2014
Christian Depue en Emmy Streuve van het navb tijdens de presentatie van RiMoBo op het Wereldcongres van ISSA in Frankfurt.
bescherming op het werk. Zo kan deze dienst werknemers met een hoog risico op uitval individueel begeleiden en zo nodig aangepaste maatregelen voorstellen. Daarnaast wordt per beroepsgroep de gemiddelde score van de totale groep van werknemers berekend. Die gemiddelde score wordt wel aan de werkgever bezorgd. Voor de werkgevers wordt een score voor het bedrijf berekend, die aangeeft hoe het bedrijf omgaat met risicofactoren voor vroegtijdige uitval van werknemers. Deze score wordt vergeleken met het gemiddelde voor de sector (benchmark) en aangevuld met de gemiddelde verletcijfers van het bedrijf. Op basis van deze gegevens wordt een rapport opgesteld met betrekking tot de duurzame inzetbaarheid van werknemers in het bedrijf en de aandacht die het besteedt aan deze inzetbaarheid. Idealiter zijn de scores voor werknemers en werkgevers gelijklopend. Naar aanleiding van het rapport kan het beleid indien nodig bijgestuurd worden en kunnen er maatregelen getroffen worden om vroegtijdige uitval uit het beroep te vermijden. Daarna kan een nieuwe evaluatie gemaakt worden.
Interesse? Indien u geïnteresseerd bent in het risicoprofiel van uw bedrijf, surf dan naar de website www.rimobo.eu
Het benchmarkingverslag over welzijn 2013
V
IS BESCHIKBAAR!
orig jaar ontvingen alle bouwondernemingen die in 2012 arbeiders in dienst hadden voor de eerste keer het benchmarkingverslag van het navb. Dit verslag geeft informatie over arbeidsongevallen van uw arbeiders, het verlet dat daardoor veroorzaakt wordt en het verlet ten gevolge van ziekte in uw onderneming. De aannemer kan het benchmarkingverslag gebruiken om zijn preventiebeleid op te volgen en om aan te tonen dat hij het welzijn van de arbeiders ter harte neemt. Vanaf heden zijn de benchmarkingverslagen van 2013 beschikbaar voor ondernemingen die dat jaar arbeiders in dienst hadden. U kan deze voor uw bedrijf opvragen via het contactformulier op onze website navb.constructiv.be. Meer informatie over het benchmarkingverslag is beschikbaar op de website van het navb.
Personaliseer
een kalender en 6 nieuwe affiches!
I
n het kader van de navb-campagne Lever veilig, over het veilige verloop van het leverings- en behandelingsproces van bouwmaterialen lanceerde het navb eind maart een nieuwe digitale tool. Via de tool kunnen affiches van deze campagne gratis gepersonaliseerd worden.
Binnenkort kunt u ook de navb-kalender voor 2015 en 6 nieuwe affiches personaliseren en downloaden via de tool. Deze algemene affiches behandelen de volgende thema’s: • Coördinatie op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen • KMO’s in de bouw • Manueel hanteren van lasten • Pesten op het werk • Stress op het werk • Wegenwerken U kiest een template, laadt uw bedrijfslogo op en met een simpele muisklik creëert u een gepersonaliseerde pdf. Vergeet u niet te registreren vooraleer u van start kunt gaan. Het navb wenst u alvast een veilig en gezond 2015!
Surf naar mytool.navb.cnac.constructiv.be om een navb-product te personaliseren!
4e trimester 2014 constructiv info
15
De onderneming Elsen :
opleiden, naar waarde schatten Het familiebedrijf ELSEN bevindt zich in Amel, op een steenworp afstand van de Duitse en de Luxemburgse grens. Al meerdere generaties lang is het bedrijf gespecialiseerd in particuliere woningbouw, industriële bebouwing en de uitvoering van openbare projecten. Vandaag werken er een vijftigtal arbeiders en acht bedienden die instaan voor het administratieve gedeelte.
V
oor de huidige bedrijfsvoerders zijn opleiding en de waardering van de beroepen en personen een belangrijke sleutel tot succes. We hadden een gesprek met deze verantwoordelijken.
U hecht veel belang aan de goede opleiding van uw personeel. Heeft u daar een bijzondere reden voor? We zien er zeer nauwgezet op toe dat onze personeelsleden over de nodige kwalificaties en kennis beschikken om werk van hoge kwaliteit te kunnen leveren. Zowel voor ons als voor hen is dat een meerwaarde. We moeten immers het hoofd bieden aan alsmaar strengere verplichtingen op het vlak van aanbestedingen, want klanten - zowel particulieren als overheidsinstellingen - stellen zich kritischer op dan vroeger! Ze winnen op voorhand informatie in en stellen vragen die soms heel technisch zijn. Als klanten ons kiezen om hun werkzaamheden uit te voeren, hebben we er dus alle belang bij een antwoord te kunnen geven op hun vragen en goed werk te leveren. Een reputatie wordt immers opgebouwd of afgebroken in functie van hoe een bedrijf omgaat met deze principes. We zien dat men sterk bezig is met energie: toekomstige klanten gaan op het internet of via andere personen op zoek naar informatie. Ze zijn op de hoogte van de normen die van kracht zijn. Ze weten wat ze willen, hoeveel het materiaal kost en hoe het geplaatst moet worden. Het is dan ook pas op de werf dat een bedrijf kan tonen wat het waard is en een reputatie opbouwt, des te meer omdat de klant en de opdrachtgever de evolutie van de werkzaamheden meestal van nabij opvolgen. Ook de ingenieurs zijn zeer opmerkzaam, zeker bij speciale technieken. Welke opleidingen/Welk type opleiding volgen uw personeelsleden? Er is een evolutie aan de gang in onze regio. Vroeger werden de meeste gebouwen in blokstenen gebouwd en moesten
16
constructiv info 4e trimester 2014
de arbeiders daarvoor bepaalde plaatsingstechnieken onder de knie hebben. Door de hoge kostprijs van deze bouwtechniek wordt hij vaak nog enkel gebruikt bij de renovatie van oude gebouwen. Tegenwoordig worden bij de meeste bouwwerken verschillende soorten materialen gecombineerd: een muur in blokstenen en de rest in hout of in blokken die bepleisterd worden. Ook technieken evolueren dus. Tegenwoordig laten we personeelsleden naast de verplichte veiligheidsopleidingen en de opleiding werken op hoogte dan ook geregeld een opleiding bekister, ijzervlechter of metselaar volgen.
“Het gebeurt vrij vaak dat een arbeider gepassioneerd raakt door een bepaalde techniek en een referentie wordt in zijn vakgebied” U vindt vooral het ABO-systeem (Alternerende Beroepsopleiding) interessant ... Inderdaad. De meeste nieuwe medewerkers nemen we in dienst via ABO. De eerste stap is de aanvraag: als iemand voldoet aan de voorwaarden voor een ABO-overeenkomst, neemt Arbeitsamt (Dienst voor arbeidsbemiddeling van de Duitstalige Gemeenschap van België.) contact op met bedrijven. Als wij gecontacteerd worden en iemand in dienst kunnen nemen, gaan wij in op dit aanbod. Over het algemeen verloopt dat zeer goed: we hebben goede contacten met Arbeitsamt, zij weten ook wat we verwachten. Wat ook belangrijk is, is dat de jongere met een ABO-overeenkomst hier bewust voor gekozen heeft! In principe is het dus iemand die zin heeft om zijn kennis en zijn knowhow verder uit te breiden, iemand die al wat ouder is en dus beter weet
en ondersteunen Maar aangezien de winters in deze regio vrij streng zijn, zijn wij verplicht om al onze activiteiten in de buitenlucht ‘s winters stop te zetten. De winterperiode is dan ook zeer geschikt voor opleiding, des te meer omdat de financiële voordelen interessant zijn. Zijn uw arbeiders tevreden over de opleidingen die ze volgen? Ja. Vooral de jongeren zijn enthousiast. Ze willen bijleren om verder vooruit te komen in hun beroep en in het bedrijf. Oudere werknemers in de leeftijdsschijf van 40 tot 50 zijn soms wat terughoudender, wat begrijpelijk is. Wie wat ouder wordt, heeft vaak de indruk dat het geen zin meer heeft om nog veel te leren, ongeacht in welk domein. Maar de zaken verlopen wel goed. En om verder te gaan op het leeftijdsaspect, willen we zeker nog meegeven dat al onze ploegbazen ‘anciens’ zijn die doorgegroeid zijn binnen ons bedrijf. Onze werknemers zijn dus zeer trouw, en daar zijn we natuurlijk trots op!
Gert Elsen, hoofd van de Personeelsdienst en Richard Elsen, Directeur-generaal van de onderneming Elsen
wat hij wil. Een ABO-jongere is dus meestal gemotiveerd. Het gebeurt trouwens heel zelden dat iemand die bij ons in dienst getreden is via ABO, ons bedrijf verlaat. Als dat gebeurt, is dat voor ons een grote ontgoocheling. Welke contacten heeft u met het fvb? Dat is simpel ... We ontvangen brieven van het fvb en we wisselen heel regelmatig informatie uit via de telefoon of via mail. Het contact verloopt vlot, we kennen elkaar. U vindt ook winteropleidingen bijzonder handig. Ja, en daar zijn meerdere redenen voor: ons orderboek is goed gevuld en we kunnen dus zeer weinig flexibel zijn in drukke periodes. We hebben niet de luxe dat we onze arbeiders kunnen missen, ook al is opleiding altijd een voordeel.
Welk advies zou u uw collega-aannemers geven voor een succesvol bedrijf dat erin slaagt bekwame arbeidskrachten in dienst te houden? Het is een absolute noodzaak om bij te blijven met de behandeling en de installatie van nieuwe materialen en met nieuwe technieken. En daar speelt opleiding, in alle fases van een loopbaan, een doorslaggevende rol in. Maar we moeten bouwberoepen ook opnieuw naar waarde leren schatten. We moeten deze beroepen naar waarde schatten in de maatschappij, maar we moeten ook waardering hebben voor de mensen die deze beroepen uitvoeren. Het idee dat dit beroepen zijn voor «dommeriken», moet dus verdwijnen. Deze beroepen bieden de arbeiders immers kansen om zichzelf te ontplooien en vakmanschap aan de dag te leggen. Het gebeurt vrij vaak dat een arbeider gepassioneerd raakt door een bepaalde techniek en een referentie wordt in zijn vakgebied. Voor ons is het zeer belangrijk dat de mensen die bij ons komen werken, alle kansen krijgen. Daarom ondersteunen we hen en laten we hen tegelijkertijd ook weten wat de vereisten van ons bedrijf zijn. In de meeste gevallen is dit een win-winsituatie!
4e trimester 2014 constructiv info
17
Haal het beste uit uw bedienden met de opleidingen van Cevora Wist u dat Cevora een uitgebreid gamma aan korte opleidingen aanbiedt voor uw bedienden? En dat dit voor uw bedrijf gratis is? Wat is Cevora?
Op vraag van?
Cevora is het sectoraal vormingscentrum van het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor Bedienden (PC 218). De bedienden van de bouwsector, hout- en meubelsector, studiebureaus en nog een dertigtal andere sectoren vallen onder dit paritair comité. De sociale partners gaven Cevora onder meer de opdracht om over het hele land gratis opleidingen voor bedienden te organiseren. Cevora stemt het opleidingsaanbod voortdurend af op de noden van bouwbedrijven. Daarvoor werkt het samen met partners als het fvb en de sociale partners van de bouwsector. Zij kennen de bouwsector immers als geen ander.
Op aanvraag kunnen er ook opleidingen in uw eigen bedrijf georganiseerd worden, op voorwaarde dat uw bedrijf een opleidingsplan geregistreerd heeft bij het Sociaal Fonds van de sector en minstens acht bedienden in dienst heeft.
Voor wie? Elk bouwbedrijf dat onder PC 218 valt, kan zijn bedienden inschrijven. Denk hierbij aan werfleiders, projectleiders, calculatoren, administratieve bedienden, enzovoort.
Hoe? Elk bedrijf uit PC 218 betaalt automatisch een bijdrage voor opleidingen. Verzilver deze bijdrage door gratis gebruik te maken van de diensten van Cevora!
Geen tijd? Geen probleem. Heel wat opleidingen zijn opgesplitst in korte modules. U kiest gewoon de module die uw bediende nodig heeft. Daarnaast zijn er ook een aantal opleidingen die uw bedienden zelfstandig aan hun bureau kunnen volgen (e-learning).
Is er nog meer? Ja! Aan uw meer ervaren bedienden (50 jaar of ouder) geeft Cevora gratis opleidingsadvies. Bovendien helpt Cevora ontslagen bedienden met een kwaliteitsvolle outplacementbegeleiding aan een nieuwe job (ook zonder kosten).
Waarom?
Extra voordelen
Ter inspiratie vindt u hieronder enkele voorbeelden. Welke van deze vaardigheden heeft uw bedrijf nodig?
U kunt van nóg meer voordelen en premies genieten. Alles wat u hiervoor hoeft te doen, is een opleidingsplan registreren bij het Sociaal Fonds (via www.sfonds218.be). Dé oplossing voor bedrijven die geloven in opleiding en willen investeren in hun toekomst.
Technische kennis en ervaring Projectmanagement en -beheer Veilig werken Gebruik van ICT: Excel, AutoCAD, hardware (computer, tablet) Omgaan met opdrachtgevers, onderaannemers, collega’s Kennis van wetgeving rond overheidsopdrachten, sociaal recht, ... Kennis van vreemde talen
18
Premies Cevora ontwikkelt specifieke opleidingen voor bedrijven uit de bouwsector. Volgt u liever ergens anders een opleiding? Dan betaalt Cevora uw factuur deels terug via opleidingspremies.
constructiv info 4e trimester 2014
Interesse ?
naar .be, mail w.cevora w . w 2 p .0 o 6 78/15.3 n kijkje el naar 0 Neem ee b f o e .b cevora contact@
Vers van de pers De nieuwe publicaties van Constructiv
Fvb-handboeken De volgende fvb-handboeken zijn verschenen: -- Algemeen: • Ik bouw .. ik reken …: 10 wiskundige uitdagingen om de bouwsector beter te leren kennen, met video’s ter ondersteuning van de lessen (doelgroep: zesde leerjaar basisonderwijs en eerste graad secundair onderwijs) -- Ruwbouw: • E-book: Na-isoleren van spouwmuren -- MODULAIR HANDBOEK HOUT • Dakspanten -- MODULAIR HANDBOEK CENTRALE VERWARMING • Stookolie: eigenschappen en opslag • Stookoliebranders: werking en onderdelen • Stookoliebranders: verbrandingscontrole en onderhoud -- MODULAIR HANDBOEK SCHILDER-DECORATEUR • Hout en houtachtige ondergronden: theorie • Hout en houtachtige ondergronden: praktijk • Kunststof ondergronden
!
De fvb-handboeken, toegankelijk en technisch up-to-date, zijn speciaal ontwikkeld om jongeren en andere geïnteresseerden een beroep aan te leren.
Preventiefiches- kleedkamers, refters, wasplaatsen en toiletten op bouwplaatsen Deze preventiefiches zijn bedoeld als een beknopte toelichting van een bepaalde preventieproblematiek. Ze kunnen bv. worden gebruikt als achtergrondinformatie bij een toolboxmeeting.
Beroepscompetentieprofielen In samenwerking met professionals van de sector werden onlangs meerdere profielen geactualiseerd, meer bepaald op het gebied van duurzaam bouwen en welzijn: -- Spoorwerker -- Heftruck -- Magazijnier
!
De beroepscompetentieprofielen vormen het vertrekpunt voor de opleidingsprofielen en -programma’s.
Eén webadres : constructiv.be
Navb dossier -- Nr. 142: Bouwplaatsinrichting Het nieuwe navb-dossier over bouwplaatsinrichting behandelt onder andere de aspecten met betrekking tot de installatie van reglementaire sociale voorzieningen, een correcte werfafsluiting, de inrichting van opslagplaatsen en de aanleg van werfwegen. Ook praktische oplossingen zoals de inrichting van sociale voorzieningen bij wegenwerken, de elektrische installatie en het gebruik van elektrogeengroepen komen aan bod. Tot slot wordt de rol van de veiligheidscoördinator-uitvoering inzake de verschillende aspecten rond werfinrichting beklemtoond.
!
De navb dossiers zijn driemaandelijkse publicaties waarin een welbepaald thema over welzijn in de bouw aan bod komt.
Constructiv houdt de vinger aan de pols van thema’s als welzijn, opleidingen en sociale voordelen. Naast concrete adviesverlening en gedrukte publicaties bieden wij ook zoveel mogelijk informatie online aan.
4e trimester 2014 constructiv info
19
constructiv info Opleidingen en examens Het fvb organiseert alle opleidingen waar bouwbedrijven om vragen. Enkele voorbeelden: 1. Bouwtechnische opleidingen •M etselen, bekisten, ijzervlechten, … • S childeren, restauratietechnieken, … •C v, sanitair, … • Torenkranen, bouwplaatsmachines, … 2. Andere opleidingen • Veiligheid, kwaliteit, talen, informatica, EHBO, rijbewijs C, … Het navb organiseert verschillende veiligheidsexamens en -opleidingen, o.a. VCA Basisveiligheid (B-VCA), VCA Operationeel Leidinggevenden (VOL-VCA), Veiligheid voor Intercedenten en Leidinggevenden (VIL-VCU) en Veiligheidscoördinatie niveau B in het kader van de reglementering betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. Het navb organiseert in Brussel elke week een online examen VCA-Basisveiligheid. Inschrijven kan via de link hiernaast waar u ook alle data vindt.
Constructiv wordt beheerd door:
Publicaties Het fvb ondersteunt u als bouwbedrijf bij het opstellen van uw opleidingsplan. Bovendien kunt u rekenen op financiële ondersteuning.
Meer info fvb.constructiv.be > Zoekmotor opleidingen Contact Contacteer uw fvb-regio via fvb.constructiv.be > Uw fvb-regio Meer info navb.constructiv.be > Examinering > Opleidingen > VCA-opleidingen > Data en inschrijving Contact E-mail:
[email protected] Tel.: 02/552.05.00
De Constructiv-publicaties vertellen u wat u wil weten over opleidingen en welzijn in de bouw. Enkele publicatiereeksen: constructiv info, constructiv flash, fvb-handboeken per beroep, beroepscompetentieprofielen, navb dossiers, navb vademecums, preventiefiches, toolboxfiches, … Een volledige lijst vindt u op constructiv.be > Publicaties > Zoek een publicatie. De meeste publicaties kunt u daar ook gratis downloaden. Gedrukte publicaties kunt u bestellen via eshop.constructiv.be. Deze nieuwe e-shop is ook toegankelijk via de gele e-shop-button rechts bovenaan op elke webpagina van Constructiv, het fvb en het navb.