Concept
DIENST INWONERS POSTBUS 9900 1201 GM HILVERSUM AFDE LING : MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELING
Aan het regionaal portefeuillehouders overleg Wonen, Welzijn en Zorg Gooi en Vechtstreek
BEZOEKADRES: OUDE ENG HWEG 23 FAX. (035) 629 23 88
DATUM
14 juli 2011
ONS KENMERK UW BRIEF VAN UW KENMERK BEHANDELD
Jan Spoelder en Marlies van der Linden
DOOR TELEFOON (035) BIJLAG EN BETR EFT
629 2822 7 Bezuiniging op de maatschappelijke opvang en verslavingszorg
Inleiding De regionale bezuinigingsopdracht op het terrein van de maatschappelijke opvang bedraagt ruim 1 miljoen euro op een totaal bedrag van ongeveer 3 miljoen euro die Hilversum ontvangt t.b.v. de regio Gooi en Vechtstreek met ingang van 2014. Het gaat dus om een forse bezuiniging van ruim 30 %. Vanaf 2010 vindt een afbouw van de financiële middelen ten behoeve van de regio plaats. In september 2010 hebben de colleges van b en w in de regio, ook dat van Hilversum, besloten in principe in te stemmen met de uitgangspunten om tot een bezuiniging te komen (zie de bijgevoegde nota voor het regionaal portefeuillehoudersoverleg Wonen, Welzijn en Zorg d.d. 23 september 2010; bijlage 1). De belangrijkste uitgangspunten in deze nota waren de volgende: − het totaal aantal opvangplaatsen in de regio (maximaal bedbezettingen: Vluchtheuvel 5840 en Cocon 11736) vermindert niet; − prioriteit voor opvang / doorstroom alsmede herstel en integratie. − lagere prioriteit voor bemoeizorg en toeleiding, signalering en toeleiding, preventie en monitoring. − Geen gemeentelijk subsidie voor universele preventie (algemene bevolking) en selectieve preventie (risicogroepen). − Voor geïndiceerde preventie (risicofactor/symptoom) en zorggerelateerde preventie (risicogroepen) dienen andere financieringsbronnen te worden aangeboord. Na vaststelling van deze nota door de colleges in de regio zijn vervolgens de consequenties van de mogelijke bezuinigingen op een rij gezet. Daarbij is gaandeweg een andere kijk ontstaan op de lage prioriteit voor bemoeizorg, met name wat de werkzaamheden van het ACT-team en ‘Vangnet en Advies’ betreft. Bovendien is in nauw overleg met de desbetreffende instellingen gekeken naar de mogelijkheden en wensen, ook wat afstemming in de keten betreft. Dit heeft geleid tot het onderhavige voorstel. De adviezen van de WMO-raden (bijlage 5) zijn bijgevoegd. Voorstel 1. Instemmen met een bezuiniging van globaal 1 miljoen euro op de maatschappelijke opvang in de regio Gooi en Vechtstreek vanaf 2014, fasegewijs te bereiken, conform bijgevoegde meerjarenbegroting (bijlage 4). 2. De inhoudelijke consequenties met betrekking tot de activiteiten, zoals opgenomen in de bijlagen 2 (RIBW) en 3 (Arkin-Jellinek), aanvaarden, met als uitgangspunt dat in de keten van hulpverlening geen gaten vallen en voor uitzonderlijke individuele gevallen een ad-hoc-oplossing gevonden wordt.
VERVOLGBLAD
2 3. Het ACT-team en de stichting Pak Aan vanaf 2010 structureel subsidiëren. 4. Onder voorbehoud van goedkeuring van de gemeentebegroting instemmen met de volgende financiële ondersteuning van de maatschappelijke opvang in 2014: -Opvang dak- en thuislozen (RIBW, Cocon) € 465.000,-Crisisopvang (RIBW, Vluchtheuvel) € 636.000,-Verslavingszorg (Arkin-Jellinek) € 550.000,-Dagopvang (Pak Aan) € 86.000,-ACT-team (GGZ-Centraal) € 60.000,-Personeelskosten gemeente € 20.000,-Psycho-sociale begeleiding (residentieel) € 181.547,Totaal: € 1.998.547,5. Aan het RIBW in 2011 een éénmalig subsidie verlenen van € 100.000,- in de kosten van afbouw van het project ‘Kamers met Kansen’; 6. De kosten dekken uit de rijksbijdrage ad € 1.830.213,- plus een autonome bijdrage van de gemeenten in de regio (inclusief Hilversum) ad € 164.358,- = totaal € 1.994.571,- in 2014. 7. Een nader onderzoek doen naar de kosten, de financiële dekking en de organisatie van ‘Vangnet en Advies’ vanaf 2013. 8. Onder voorwaarde van goedkeuring van de gemeentebegroting van Hilversum instemmen met de afbouw van subsidies in 2012 en 2013 conform het bijgevoegde meerjarenbegroting (bijlage 4) en deze verwerken in de subsidielijsten voor de desbetreffende jaren. 9. Met de Stichting Arkin (Jellinek) en RIBW (Vluchtheuvel en Cocon), gekoppeld aan de subsidiebeschikkingen, een overeenkomst sluiten waarin de financiering t/m 2014 wordt vastgelegd en het beroep op frictiekosten wordt uitgesloten. 10. De kosten van de winterregeling, in geval van een strenge winter, op basis van een vooraf afgesproken wijze van declareren, aan de verschillende gemeenten doorberekenen. Algemene toelichting op het voorstel De opdracht om globaal 1 miljoen euro te bezuinigen met ingang van 2014 wordt voor een groot deel gehaald, ook uitgaande van het structureel maken van de subsidies voor Pak Aan en het ACT-team alsmede het opvangen van een inmiddels lager vastgestelde rijksbijdrage (zie meerjarenbegroting, bijlage 4). Er blijft nog een klein tekort (€ 3.976,-) dat in 2014 opgevangen kan worden door een beroep te doen op de reserve binnen de rijksuitkering. Voorwaarde is wel dat de consequenties, die in de bijgaande matrix (consequentieanalyses: bijlagen 3 en 4) zijn opgenomen, aanvaard worden, met als uitgangspunt dat in de keten van hulpverlening geen gaten vallen en dat voor uitzonderlijke individuele gevallen een ad-hoc oplossing gevonden wordt. Zo zal het ACT-team, het maatschappelijk werk of de politie actief moeten zijn indien een instelling een cliënt niet kan opnemen. De betrokken instellingen hebben in het overleg over de consequenties sterk gepleit voor handhaving van ‘Vangnet en Advies’ en de financiering hiervan. Dit blijkt niet geheel mogelijk, maar wel als een bezuiniging op de totale kosten van deze activiteit wordt gerealiseerd. In deze nota zal hierop verder worden ingegaan. Ook de wens om de winterregeling structureel op te nemen in de begroting is financieel niet haalbaar. Hiervoor wordt in deze nota een alternatief voorstel gedaan. Reguliere voorzieningen Uitgangspunt in het nieuwe beleid is dat zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van reguliere voorzieningen o.a. via de individuele voorzieningen die de WMO biedt. Een specifieke voorziening wordt alleen ingezet als de reguliere voorzieningen niet of onvoldoende uitkomst bieden. Verslavingszorg: van een rijks- naar een gemeentelijk beleid De verslavingszorg werd gesubsidieerd door de rijksoverheid. Nadat in 2007 deze taak is overgenomen door de gemeenten en onderdeel werd van het budget voor de maatschappelijke opvang, is het toen bestaande rijksbeleid min of meer voortgezet. In het kader van deze nota is veel meer nadruk komen te liggen op het beleid van de gemeenten in de regio. Met andere woorden: nu is uitdrukkelijk nagegaan welke producten van Arkin-Jellinek de gemeenten willen bekostigen met het oog op het uitvoeren van de verslavingszorg. Regionaal Kompas De plannen uit het Regionaal Kompas zijn als gevolg van het niet afkomen van de benodigde rijksgelden en de opgelegde bezuinigingen deels niet verder gevoerd. Op regionaal niveau wordt nu bekeken op welke wijze de plannen alsnog zoveel als mogelijk kunnen worden gerealiseerd.
VERVOLGBLAD
3 Adviezen WMO-raden Besloten is dat de WMO-raden in de regio ieder afzonderlijk het eigen gemeentebestuur adviseren. De adviezen worden (vanaf 19 augustus 2011) bij dit voorstel gevoegd. Consequentieanalyse In bijlagen 2 en 3 zijn de inhoudelijke consequenties van de bezuiniging weergegeven. Met nadruk wordt er op gewezen dat deze analyses een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van dit advies. In het algemeen zijn de consequenties: − De directe opvang blijft gewaarborgd; − Het aantal opvangplaatsen blijft gehandhaafd; − Het wegvallen van algemene preventie zou op langere termijn kunnen leiden tot toename van verslavingsproblemen; − Een verdergaande ketensamenwerking kan voorkomen dat mensen uit de boot vallen. Vangnet en Advies Hoewel in de nota van september 2010 gekozen is voor een lagere prioriteit voor ‘bemoeizorg en toeleiding’ alsmede ‘signalering en toeleiding’ is tijdens de bespreking van de consequenties van het onderhavige voorstel door de GGD en alle andere betrokken instellingen sterk gepleit voor handhaving van ‘Vangnet en Advies’. Dit samenwerkingsverband richt zich op inwoners die zichzelf verwaarlozen of overlast bezorgen. Vaak hebben zij schulden, psychische problemen of een verslaving. Vervuiling en een sociaal isolement komen ook geregeld voor. Als deze mensen van vrienden of kennissen advies krijgen om hulp te zoeken, doen ze dit niet. Om deze groep te helpen is in 1996 Vangnet & Advies opgericht. Medewerkers van de GGD, het RIBW, Jellinek en Versa werken samen in het team. Ook huisartsen, woningcorporaties en politiemensen zijn hierbij betrokken. Het team gaat bij de mensen langs en besteden aandacht aan alle problemen waar iemand mee kampt. In samenwerking met de cliënt proberen zij toe te werken naar herstel van de situatie. Het handhaven van Vangnet en Advies is wel mogelijk binnen de financiële middelen die in 2014 nog beschikbaar zijn, echter niet met het bedrag dat nu wordt besteed aan Vangnet en Advies. De huidige kosten bedragen € 318.000,- (bijlage 6). De totale kosten zijn niet zichtbaar in de meerjarenbegroting omdat deze voor een groot deel onderdeel uitmaken van de instellingsbegrotingen. Voorgesteld wordt een nader onderzoek te doen naar de kosten, de financiële dekking en de organisatie van ‘Vangnet en Advies’ vanaf 2013. Hier ligt ook een relatie met de GGD begroting, onderdeel OGGZ. Het streven is om de kosten te beperken tot een bedrag waardoor geen beroep meer gedaan behoeft te worden op de rijksbijdrage maatschappelijke opvang (thans nog € 75.000,-, die tot nu toe alleen incidenteel is gedekt). ACT-team Sinds een jaar is het ACT-team (deze afkorting staat voor Assertive Community Treatment) operationeel. Dit team biedt een vorm van actieve ambulante behandeling waarbij hulpverleners cliënten die langdurige zorg nodig hebben samenhangende hulp biedt op het terrein van wonen, financiën, werk/school, psychiatrie, somatiek, (samen)leven. Rond de problematiek van de alcoholverslaafden en psychiatrisch gestoorden die overlast veroorzaken wordt inmiddels actief opgetreden. Mede als gevolg van het inzetten van dit team is de overlast (ook rond de Cocon) tot een minimum gedaald. Hoewel het oorspronkelijk de bedoeling was om het ACT-team geen subsidie meer te verlenen wordt hierop nu teruggekomen, mede gelet op de positieve resultaten. Ook een motie vanuit de gemeenteraad van Hilversum heeft geleid tot een toezegging dat het team blijvend gefinancierd zal worden. Stichting Pak Aan Dagbesteding van dak- en thuislozen past uitstekend in de prioriteit voor opvang / doorstroom alsmede herstel en integratie. Daarom is (ook in september 2010 al) voorgesteld de incidentele subsidiëring om te zetten in een structurele. De stichting kan meer mensen plaatsen, doch hiervoor ontbreekt helaas het budget. Als, in het kader van overdracht van rijkstaken aan de gemeenten, de dagbesteding wordt overgeheveld zullen de activiteiten van Pak Aan hierbij betrokken moeten worden. Kamers met Kansen Dit project dat het RIBW in 2006 heeft ontwikkeld werd enkele jaren incidenteel gesubsidieerd. Doel was het tijdelijk opvangen van zwerfjongeren en hen te begeleiden naar weer zelfstandig wonen. Gebleken is dat de exploitatie niet sluitend gemaakt kon worden. Daarom is besloten het project af te bouwen. Het RIBW heeft om een afbouwsubsidie verzocht ter hoogte van € 100.000,-, zodat deelnemers aan het project
VERVOLGBLAD
4 verantwoord konden uitstromen in plaats van het zwervend bestaan weer op te pakken. Voorgesteld wordt dit verzoek te honoreren. Residentiële psychosociale begeleiding Met ingang van 1 januari 2009 is de verantwoordelijkheid voor personen die in een instellingen verblijven en residentiële begeleiding ontvangen, overgeheveld van het rijk (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) naar de gemeente (WMO). De gemeente Hilversum ontvangt deze middelen ten behoeve van de regio. Deze middelen worden besteed t.b.v. cliënten in de maatschappelijke opvang (Cocon en Vluchtheuvel). Omdat het beleid rond deze uitkering nog in ontwikkeling is wordt voorgesteld het bedrag
in de komende jaren niet te wijzigen. Meerjarenbegroting In bijlage 4 zijn de uitgaven over de jaren 2010 t/m 2014 weergegeven. In dit overzicht is er van uit gegaan dat op het bedrag dat de gemeenten in de regio uit autonome middelen dekken (€ 164.358,-) niet gekort wordt.
Meerjarensubsidies Nu de onderzoeksopdracht is afgerond en er een concreet financieringsvoorstel ligt is het aan te bevelen om voor de jaren 2012 t/m 2014 een meerjarensubsidie te verlenen. Dat heeft voordelen voor de instellingen. Zij kunnen de activiteiten op een verantwoorde manier goed plannen en voortzetten. Ook de afbouw van subsidies kan goed verwerkt worden. Voor de gemeente is er zekerheid over de kosten over die jaren, mede omdat er geen sprake meer is van claims m.b.t. frictiekosten, zoals lopende contracten, wachtgeldkosten etc. Zie ook het volgende onderdeel ‘frictiekosten’. Wel zal de voorwaarde van goedkeuring van de gemeentebegroting in de subsidiebeschikking moeten worden gesteld. Frictiekosten Oorspronkelijk was een bedrag voor frictiekosten opgenomen binnen de meerjarenbegroting. In overleg met de instellingen is er voor gekozen een langzamere afbouw van subsidies te realiseren. De frictiekosten worden hiermee echter voorkomen. Zoals uit de meerjarenbegroting blijkt heeft dit geen nadelig financieel effect op de kosten van de gemeenten. Voorwaarde is wel dat de instellingen via een overeenkomst instemmen met het niet meer subsidiëren van frictiekosten in of na 2012 t/m 2014 als gevolg van de onderhavige bezuiniging. Communicatie De consequenties van de gemeentelijke bezuinigingen moeten aan de cliënten kenbaar gemaakt worden. Dit is een taak van de instellingen, waarbij zij wel zullen verwijzen naar het gemeentelijk beleid. De algemene communicatie over het besluit m.b.t. de bezuinigingen zal afgestemd worden met de instellingen, zodat de boodschap voor inwoners en cliënten eenduidig is. Risico’s Een risico vormt het lager vaststellen van de rijksbijdrage. Dat is in 2011 al een keer gebeurd, waardoor een korting van bijna € 30.000,- moest worden opgevangen. Indien in de jaren 2012 t/m 2014 de bijdrage weer gekort zou worden levert dit een financieel risico op als de instellingen een meerjarensubsidie wordt verleend. In dat geval dienen de kosten opgevangen te worden door de gemeenten in de regio. De verwachting is dat dit risico niet hoog is. Ook de winterregeling vormt een risico (zie het onderdeel ‘winterregeling’). Personeelskosten Een bedrag van € 20.000,- wordt gebruikt voor de dekking van de extra personeelskosten die Hilversum maakt ten behoeve van de gemeenten in de regio. Dit bedrag blijft ongewijzigd. Winterregeling Bij strenge winters worden dak- en thuislozen (soms met enige dwang) ondergebracht in een verwarmde omgeving. De kosten worden bij de gemeente Hilversum in rekening gebracht en werden tot nu toe uit de reserve maatschappelijke opvang (regionaal) betaald of uit de reserve WMO (alleen gemeente Hilversum). Hoewel de kosten onzeker zijn is het wenselijk om een structurele raming in de begroting op te nemen ten laste van de rijksuitkering. Daarmee zouden de kosten niet alleen voor rekening van de gemeente Hilversum komen, maar ten laste van de hele regio.
VERVOLGBLAD
5 Het budget is, na verwerking van de bezuiniging van € 1 miljoen echter niet toereikend. Er zijn twee opties: a. De gemeentelijke bijdrage structureel verhogen met een bedrag van € 35.000,- (gemiddelde van de kosten); b. In geval van een strenge winter de overschrijding van begrotingen van de gemeenten in de regio en compenseren via lagere uitgaven op andere subfuncties. Voorgesteld wordt de kosten van de winterregeling, in geval van een strenge winter, op basis van een vooraf afgesproken wijze van declareren, aan de verschillende gemeenten door te berekenen. Rijksbijdrage maatschappelijke opvang De rijksbijdrage was voorheen een doeluitkering. Sinds 2010 is dat niet meer het geval. Hoewel de gelden onderdeel uitmaken van de uitkering gemeentefonds is het nodig om in de begroting van de gemeente Hilversum de gelden zichtbaar te houden. Het budget is immers bestemd voor voorzieningen ten behoeve van de gehele regio. Daarom wordt voorgesteld een reserve te creëren, waarvoor binnenkort een voorstel aan het college van b en w van Hilversum wordt ingediend.
Het hoofd van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling gemeente Hilversum a.i.,
M. van der Bliek.
Bijlagen: Bijlage 1: Nota d.d. 23 september 2010; Bijlage 2: Consequentie-analyse Opvang, Cocon en Vluchtheuvel (RIBW) Bijlage 3: Consequentie-analyse Verslavingszorg (Arkin-Jellinek) Bijlage 4: Meerjarenbegroting Bijlage 5: Advies WMO-raad (nog niet bijgevoegd) Bijlage 6: Begroting Vangnet en Advies Bijlage 7: Subsidie Arkin-Jellinek voorstel subsidie in 2014 Bijlage 8: Planningsschema