Aan:
Het db van net Gewest, de portefeuillehouders gezondheidszorg en het bestuur van de veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek
Van:
Ans Engelsman
Datum:
26 juli 2011
Betreft:
tweede tranche Wet Publieke Gezondheidszorg in relatie tot de Wet veiligheidsregio's
Nummer:
11.0008061
Hierbij wil ik u informeren over de tweede tranche van de Wet Publieke Gezondheidszorg (Wpg), die naar verwachting vanaf 1 januari 2012 van kracht wordt. De wet regelt de aansluiting van de (publieke) gezondheidszorg op het veiligheids-/bestuurlijk domein. Het gaat hier concreet over de relatie van de Wet PG tot de Wet veiligheidsregio's. Zo regelt de wet onder andere dat het werkgebied van de GGD congruent moet zijn aan het gebied van de veiligheidsregio's. Met de aanvulling op de Wpg 2e tranche treedt er een verschuiving op in de verantwoordelijkheden voor de voorbereiding op bestrijding en de bestrijding van grootschalige infectieziektecrisis. Per 1 januari 2012 wordt de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding op de bestrijding van een infectieziektecrisis belegd bij het bestuur van de veiligheidsregio. De rechtvaardiging hiervan is dat bij een dergelijke uitbraak de voorbereiding op en bevoegdheden voor enerzijds de infectieziektebestrijding en anderzijds de openbare orde en veiligheid, in elke regio in een hand zouden moeten liggen. Voorbereiding en bestrijding worden vanaf dat moment dus op hetzelfde bestuurlijke niveau uitgeoefend. De minister kan het bestuur van de veiligheidsregio, op grond van de Wpg, opdragen bepaalde maatregelen te treffen in relatie tot de voorbereiding op een infectieziektecrisis. Zodra er sprake is van een infectieziektecrisis (een A-ziekte), blijft de minister van VWS de leiding hebben over de bestrijding. Dat betekent dat de minister het kader voor de bestrijding vaststelt en aanwijzingen geeft over het te voeren bestrijdingsbeleid. Vanaf 1 januari 2012 wordt het bestuur van de veiligheidsregio ook aanspreekpunt voor de minister van VWS, zowel voor de voorbereiding, als voor de bestrijding. Publieke Gezondheidszorg (grootschalige infectieziektebestrijding) maakt dan integraal onderdeel uit van het regionaal crisisplan. Vanaf 1 januari 2012 dient in dit plan ook aandacht te worden besteed aan een infectieziektecrisis. In het crisisplan worden de organisatie, de taken en bevoegdheden in relatie tot een infectieziektecrisis beschreven. Aandacht zal moeten worden besteed aan onder meer: - de rol van de GGD/GHOR en de afstemming met het RIVM en (private) zorgpartijen; - een effectieve communicatiestructuur richting burgers, bedrijven, scholen, etc; - de zorg voor de continui'teit van processen, zowel binnen de gemeenten als daarbuiten waaronder de zorg; - het treffen van diverse maatregelen, zoals het sluiten van scholen, afgelasten van evenementen etc., alsmede het handhaven daarvan door tussenkomst van de politie. Een andere wijziging die de tweede tranche Wpg met zich meebrengt is het aanstellen van een directeur publieke gezondheid, die zowel leiding geeft aan de GGD-organisatie als de GHORorganisatie. De GGD en de GHOR organisatie worden daarmee onder een en dezelfde 'Directeur Publieke Gezondheid' gebracht. Binnen de publieke gezondheidszorg is de GGD onder aansturing van de colleges van B&W, verantwoordelijk voor de uitvoering van de infectieziektebestrijding, de gezondheidskundige advisering gevaarlijke stoffen, het bevorderen van de psychosociale nazorg na rampen en het uitvoeren van gezondheidsonderzoek na rampen, onder aansturing van het college van burgemeester en wethouders. De GHOR is verantwoordelijk voor de codrdinatie van de opgeschaalde publieke en private gezondheidszorg. In de opgeschaalde publieke gezondheidszorg, zoals bij (een dreiging van) een grootschalige infectieziekte-uitbraak, raken deze taakvelden elkaar.
Memo d.d. 30 augustus 2011, patina 2 van 2
De directeur PG legt rechtstreeks verantwoording af aan de besturen van de veiligheidsregio en de GGD. De directeur PG wordt benoemd door gezamenlijk het algemeen bestuur van de GGD (in ons geval door het AB Gewest) en het Veiligheidsbestuur (de burgemeesters). Voor wat betreft de regio Gooi en Vechtstreek betekent dit dat vanaf 1 januari de functies van directeur GGD en van de directeur GHOR q.q. gewijzigd worden in die van directeur Publieke Gezondheidszorg. Beoogd wordt dat de reguliere (publieke) gezondheidszorg en de opgeschaalde (crisis-) zorg zo dichter bij elkaar gebracht worden. Het kan daarbij helpen dat er een gezicht namens het openbaar bestuur richting de particuliere zorgpartijen is. Ook het gezamenlijk vaststellen van het regionale crisisplan voor het deel wat betrekking heeft op de voorbereiding en bestrijding van een infectieziektecrisis (A-ziekte), met afspraken voor de GGD over zijn voorbereiding draagt hiertoe bij. Mijn voomemen is om mijn GHOR taken, te weten: de coordinate, aansturing en regie van de (voorbereiding op de) geneeskundige hulpverlening en met de advisering van andere overheden en organisaties op dat gebied, binnen de GGD te mandateren aan en uit te laten voeren door de afdelingsmanager GHOR (dhr. A.R.J. Stumpel) en de sectormanager GHOR (mw. J.A. Satijn). Hierbij wordt aangesloten bij de bestaande praktijk. U wordt verzocht om: - kennis te nemen van de invoeringsdatum van de tweede tranche van de Wet publieke gezondheidszorg en de wettelijke taakverschuiving (bij een grootschalige infectieziektecrisis) van uw gewestbestuur naar het bestuur van de Veiligheidregio inclusief de aanpassing van functienaam, mede in relatie tot de Wet veiligheidsregio's - kennis te nemen van de wijze waarop ik aansluitend op de bestaande praktijk mijn wettelijke GHOR taken heb gemandateerd aan betrokken functionarissen, zonder hierin af te doen aan mijn wettelijke verantwoordelijkheid.
Blad 18 Bijlage 1 : factsheet VWS
W E T PUBLIEKE GEZONDHEID I N RELATIE TOT DE W E T V E I L I G H E I D S R E G I O ' S
W a t r e g e l t de Wet? Veranderingen die met de wet worden ingevoerd: 1. 2.
3. 4.
GGD-en worden territoriaal congruent aan de veiligheidsregio's en daarmee aan de GHORregio's; De GGD en de GHOR organisatie worden onder een en dezelfde 'Directeur Publieke Gezondheid' gebracht. Deze directeur wordt benoemd door gezamenlijk het algemeen bestuur van de GGD (portefeuillehouders Volksgezondheid) en het Veiligheidsbestuur (de burgemeesters uit dezelfde gemeenten); Overheveling van de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding op grootschalige infectieziekte-uitbraken van het GGD-bestuur naar het veiligheidsbestuur; Door beide besturen gezamenlijk vaststellen van het regionaal crisisplan van de veiligheidsregio op het gebied van infectieziektecrises (A-ziekten).
Hieraan voorafgaand is op 1 dec 2008 de Wet publieke gezondheid ingegaan. In deze wet is geregeld dat: 1. 2.
3.
De burgemeester een expliciete taak heeft voor epidemiebestrijding, alsmede directe voorbereiding. Voorheen was dit het college van B&W. Bevoegdheden burgemeester zijn uitgebreid: a. Gebouwen/vectoren/goederen b. Aangewezen (Lucht)havens De Minister van VWS de leiding krijgt in geval van: a. A ziekten b. Aanbevelingen WHO c. Op verzoek burgemeester(s)
In de Wet veiligheidsregio's, van kracht sinds 1 okt 2010 en met de daarbij behorende invoeringswet (eersfe wijziging Wet publieke gezondheid) is vervolgens geregeld: 1.
2.
De overheveling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de burgemeester ten aanzien van grootschalige infectieziektebestrijding (A-ziekten) naar de voorzitter veiligheidsregio; Directie GHOR in directie GGD.
W a t beoogt d e Wet? De wet regelt de aansluiting van de (publieke) gezondheidszorg op het veiligheids-/bestuurlijk domein: 1.
Schaalvergroting / congruentie van de GGD-en aan de 25 VR's: afstemming, samenhang, efficientie en mogelijkheid om de organisaties GGD en GHOR onder een aansturing te brengen;
2.
Ongedeelde verantwoordelijkheid openbare orde en grootschalige infectieziektebestrijding (veiligheidsbestuur). Infectieziektecrisis (grieppandemie) is volgens de nationale risicobeoordeling immers risico nr. 1.
3.
Ongedeelde verantwoordelijkheid voorbereiding en bestrijding. Als voorzitters Veiligheidsregio verantwoordelijk zijn voor de bestrijding van infectieziektecrises is het ook logisch dat zij zich daarop adequaat kunnen voorbereiden. Daarom in-
Blad 19 breng van net veiligheidsbestuur in de GGD, als belangrijkste operationele dienst bij de bestrijding van een infectieziektecrisis. Dichter bij elkaar brengen van reguliere en opgeschaalde (=crisis) zorg. Deze kan niet geknipt worden (net zo min als verkeerspolitie een andere dienst is dan de ME). Dit geldt voor de operationele diensten (GGD en GHOR), maar ook voor de bestuurders van deze diensten (portefeuillehouders Volksgezondheid) en veiligheidsbestuurders. Samenwerking wordt tenminste vormgegeven door: a)
Gezamenlijke benoeming van een directeur voor beide diensten: de dPG. Er wordt voorkomen dat tegenstrijdige adviezen op nagenoeg dezelfde gebieden bij de bestuurders komen;
b)
Gezamenlijk vaststellen van het regionale crisisplan voor het deel wat betrekking heeft op de voorbereiding en bestrijding van een infectieziektecrisis (A ziekte), met afspraken voor de GGD voor zijn voorbereiding: GROP: integrale aanpak van inhoud en coordinate van de zorg;
In de praktijk zien we dan vaak dat de bestuurders: c)
Gezamenlijk de begroting vaststellen en daarmee gezamenlijk richting geven aan het beleid (betrokkenheid)
d)
Afspraken maken van regulier tot opgeschaald (bijv ook op het gebied van j e u g d zorg is het handig dat politie en GGD samenwerken)
Een gezicht van het openbaar bestuur richting de particuliere zorgpartijen (waren er twee: directeur GGD (voor inhoud) en directeur GHOR (voor afstemming en organisatie). Daarnaast meer acceptatie in het zorgveld van het openbaar bestuur middels de directeur publieke gezondheid, die immers ook deel uitmaakt van de operationele zorg (GGD); Gezamenlijke planvorming (de verplichte regionale crisisplannen (Wvr) en de GGDrampenopvangplannen (GROP) in kadervan opleiden, trainen en oefenen) van de portefeuillehouders Volksgezondheid en veiligheidsbestuurders. Infectieziektebestrijding kan immers niet gedeeld worden in reguliere (B- en C-ziekten) en opgeschaalde (A-ziekten) Aanleiding Invoering van de Internationale Health Regulations (IHR): de noodzaak om infectieziektecrises centraler aan te pakken (internationaal, nationaal en via regio's) Invoering van de WVR, waarbij de basisstructuur in Nederland voor de aanpak van crises helemaal veranderd is. De zorg is altijd betrokken bij crises (bijv. ambulances en ziekenhuizen bij flitsrampen) en zelfs leidend bij inhoudelijk aanpak van infectieziektecrises. De twee systemen van zorg en veiligheid moeten dan ook op elkaar aansluiten om snel en adequaat op te kunnen treden als het nodig is onder de druk van een crisis. Stand van Z a k e n Er zijn nog 28 GGD-en. Nog 3 fusies noodzakelijk: Regio Utrecht, Regio Haaglanden en Nijmegen-Rivierenland; Nog 1 gemeente incongruent: Hattem; In Brabant zijn twee GGD-en met een diepe samenwerking, waarbij een GGD nagenoeg moet halveren en de ander verdubbelen, tenzij de besturen van de regio's ervoor kiezen de samenwerkende GGD te laten fuseren tot een GGD voor twee veiligheidsregio's; Inmiddels zijn er al 3 directeuren definitief tot DPG benoemd (Zeeland, IJsselland en Gelderland Midden), in totaal 18 directeuren vervullen zowel de functie van GGD directeur als GHOR-directeur.
Blad 20 Bijlage 2: wettelijke taken waaraan de Directeur PG leiding geeft Op grond van de WPG en WVR geeft de directeur PG namens de beide besturen concreet leiding aan de uitvoering van de volgende taken. A. Het bevorderen van de totstandkoming en de continu'fteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg en de afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, waaronder in ieder geval: het verwerven van, op epidemiologische analyse gebaseerd, inzicht in de gezondheidssituatie van de bevolking, het elke vier jaar, voorafgaand aan de opstelling van de nota's gemeentelijke gezondheidsbeleid verzamelen en analyseren van gegevens over deze gezondheidssituatie, het bewaken van gezondheidsaspecten in bestuurlijke beslissingen, het bijdragen aan opzet, uitvoering en afstemming van preventieprogramma's, met inbegrip van programma's voor de gezondheidsbevordering, het bevorderen van medisch milieukundige zorg, het bevorderen van technische hygienezorg, het bevorderen van psychosociale hulp bij rampen, het geven van prenatale voorlichting aan aanstaande ouders B. Het uitvoeren van de jeugdgezondheidszorg, waaronder in ieder geval: het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van jeugdigen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende factoren, het ramen van de behoeften aan zorg, de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding, het formuleren van maatregelen ter be'i'nvloeding van gezondheidsbedreigingen. C. Het uitvoering van de ouderengezondheidszorg, waaronder in ieder geval: het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van ouderen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende factoren; het ramen van de behoeften aan zorg; de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen als comorbiditeit; het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding; het formuleren van maatregelen ter be'i'nvloeding van gezondheidsbedreigingen. D. De uitvoering van de algemene infectieziektebestrijding, waaronder in ieder geval: het nemen van algemene preventieve maatregelen, het bestrijden van tuberculose en seksueel overdraagbare aandoeningen, inclusief bron- en contactopsporing, bron- en contactopsporing bij meldingsplichtige infectieziekten, uitvoering en coordinate van isolatiemaatregelen, medisch onderzoek en quarantaine, de curatieve zorg adviseren over en aansturen bij de uitvoering van te nemen maatregelen bij een uitbraak.
Blad 21 E.
De uitvoering van de GHOR, waaronder in ieder geval: net regisseren van de voorbereiding van de geneeskundig keten op rampen en crises en de advisering van de betrokken instellingen en zorgaanbieders daarover, de operationele leiding en coordinate over het daadwerkelijke optreden van de geneeskundige keten bij rampen en crises, waaronder infectieziekte-uitbraken, de advisering van gemeenten over risicobeheersing fysieke veiligheid, waaronder evenementen, het in interdisciplinair verband opstellen van een risicoprofiel, beleidsplan veiligheidsregio, crisisplan en rampbestrijdingsplannen.