COLOFON ONTWERP HAVENPLAN 2020
1
Achtergrond en opzet van het Havenplan 2020
2
Doelstellingen, ontwikkelingen en strategie
Dit Havenplan 2020 is tot stand gekomen door bijdragen van de volgende gemeentelijke diensten: dienst Stedenbouw + Volkshuisvesting, Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam, Gemeentewerken Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond, Bestuursdienst Rotterdam en het Havenbedrijf Rotterdam N.V. Deel 3 is een bijdrage van de Erasmus Universiteit Rotterdam.
3
Rotterdam Kwaliteitshaven: zes streefbeelden
PROJECTGROEP
4
De beleidsopgaven
Maurits Bongers, Arie Jan Bos, Dion Cools, Natalie Cornelissen, Alber t Doe, Jan Ensing,
5
Kwaliteitskaart 2020
Jan Freie, Marion Goes (projectsecretaris), Annemarie Houtman, Gerard Peters,
6
Kansen op succes: dilemma’s en hun aanpak
Isabelle Vries (projectleider)
7
Uitvoering, planning en rolverdeling
Sander Klaassen, Peter de Langen, Hugo du Mez, Menno Mooij, Nadine Pieterse,
8
Verwachte ontwikkelingen en opties voor de toekomst
Maurits van Schuylenburg, Raymond van Seignette, Marc Soeterbroek, Bram van der Staaij,
9
De veelzijdige haven
Willemien Stijlen, Jan Willem Verkiel, Jaap van der Want, Harr y Welters, Pim de Wit
10
De duurzame haven
11
De kennishaven
12
De snelle en veilige haven
13
De attractieve haven
14
De schone haven
15
Onder professoren
TEKSTBIJDRAGEN Cees Deelen, Resianne Dekker, Anne van Delft, Alan Dirks, Maar tje van de Hulsbeek,
Frank van den Beuken, Hans van der Boor, Alexandra Misch SAMENSTELLING EN REDACTIE Natalie Cornelissen, Alber t Doe, Marion Goes, Bar t Jacobs, Eileen Niks, Isabelle Vries EINDREDACTIE Jos Lammers, Delft
Freek van Arkel, Rotterdam
ONTWERP EN OPMAAK Ontwerpbureau Smidswater, Den Haag
Rotterdam, 2004
RUIMTE VOOR KWALTEIT
FOTOGRAFIE
HAVENPLAN 2020
KAARTEN
INFORMATIE Het Havenplan 2020 is een beleidsnota van de gemeente Rotterdam. Het plan is bestemd voor iedereen die betrokken is bij of geïnteresseerd is in de ontwikkeling van de haven. Voor meer informatie, raadpleeg de website www.havenplan2020.nl Projectorganisatie Havenplan 2020, Postbus 6622, 3002 AP Rotterdam Customer Service Center: 010 252 11 11,
[email protected], www.havenplan2020.nl
2004
RUIMTE VOOR KWALITEIT
RUIMTE VOOR KWALITEIT
HAVENPL AN 2020 1
HAVENPLAN 2020
Vastgesteld door de Gemeenteraad van Rotterdam op 16 september 2004.
DEEL 1
2
HAVENPLAN 2020
DEEL 1
1 ACHTERGROND EN OPZET VAN HET HAVENPL AN 2020 Toekomstvisie en beleidsvoornemens
In dat plan werd op basis van de internationale
In het Havenplan 2020 beschrijft de gemeente
trends in de logistiek en industrie, een flinke groei
Rotterdam de toekomst op middellange termijn
van het haven- en industriecomplex verwacht.
van de Rotterdamse haven, en het beleid dat de
Daarmee zou, zo werd voorspeld, omstreeks 2010
gemeente wil inzetten om deze gewenste ontwik-
een nijpend ruimtetekort ontstaan. Ook werd
keling mogelijk te maken. Ook de rol van andere
nieuwe, kwalitatief hoogwaardige infrastructuur
partijen in de beoogde ontwikkeling, met name van
nodig geacht, met name voor pijpleidingentransport,
het Havenbedrijf, de Ontwikkelingsmaatschappij
spoor en weg. Het Havenplan 2010 zette in op
Stadshavens Rotterdam en van andere overheden,
clustervorming in de haven en op toegevoegde
komt in dit Havenplan aan bod.
waarde, onder andere door het realiseren van distributieparken.
Dit Havenplan 2020 beschrijft de visie van de gemeente Rotterdam op de ontwikkeling van de
Terugkijkend zijn de prognoses uit de Goederen-
haven en het (ruimtelijk) beleid waarmee de
stroommodellen werkelijkheid geworden en veel
gemeente op deze ontwikkeling in wil spelen.
van de ideeën en wensen uit het Havenplan 2010
Visie en beleid schetsen samen de toekomst van
gerealiseerd of daartoe voorbereid in concrete
de haven, zoals de gemeente die ziet, in relatie
besluiten. De distriparken Eemhaven, Botlek en
tot de verwachte internationale economische ontwik-
Maasvlakte zijn ontwikkeld en voor het overgrote
kelingen, de economische structuur van de regio
deel uitgegeven. Er is een modern fruit- en sappen-
Rotterdam en de ruimtelijke ontwikkeling van de
cluster gerealiseerd (Fruitport). Op de Maasvlakte
haven.
en in de Waalhaven zijn nieuwe terminals voor containers gekomen, in de Botlek gebeurde
Status: plan op hoofdlijnen
datzelfde voor droge bulk. De goederenspoorlijn
Het Havenplan 2020 is een beleidsnota van de
Betuweroute is in aanleg, de A15 wordt op veel
gemeente Rotterdam en bestemd voor iedereen die
fronten aangepast.
betrokken is bij of geïnteresseerd is in de ontwikkede (haven)bedrijven en tal van andere maatregelen,
en economische ontwikkelingen, dat wordt doorver-
onder andere onder de vlag van ROM-Rijnmond,
taald in de bestemmingsplannen van de gemeente,
de milieudruk van de haven op de omgeving in zijn
de bedrijfsplannen van het verzelfstandigde
geheel verminderd. Op lokaal niveau zijn er nog wel
Havenbedrijf Rotterdam en de ontwikkelingsstrate-
knelpunten.
gie voor de Stadshavens die de OntwikkelingsmaatEen belangrijke stap voor het oplossen van het
2020 de basis bij het leveren van bijdragen aan
ruimtetekort dat in het Havenplan 2010 werd
beleidsplannen van andere overheden die van
gesignaleerd, is genomen met de Planologische
invloed zijn op de ontwikkeling van de haven. Zoals
Kernbeslissing-plus voor het Project Mainport-
de herijking van het zeehavenbeleid van de
ontwikkeling Rotterdam, waarvan de eindtekst
rijksoverheid en het Ruimtelijk plan regio Rotterdam
eind september 2003 is gepubliceerd. Hiermee is
2020, dat de stadsregio Rotterdam en
havenuitbreiding met een landaanwinning (Maas-
de provincie Zuid-Holland momenteel opstellen.
vlakte 2) planologisch mogelijk gemaakt, naast maatregelen voor intensiever ruimtegebruik en
Het Havenplan 2020 kent geen eigen uitvoerings-
verbeteren van de leefomgeving in het bestaande
programma. Realisatie van het voorgestelde beleid
havengebied en de aanleg van 750 hectare natuur-
is te volgen via rapportages en jaarverslagen van
en recreatiegebied in de regio.
de partijen die betrokken zijn bij de uitvoering en implementatie. De voortgang van uitvoering en
De Planologische Kernbeslissing-plus Mainport-
implementatie zullen periodiek worden geëvalueerd.
ontwikkeling Rotterdam van de regering, en het convenant Visie en Durf dat de gemeente
Opvolger van het Havenplan 2010
Rotterdam heeft gesloten met de gezamenlijke
Het Havenplan 2020 is het vervolg op eerdere
milieuorganisaties, vormen belangrijke uitgangs-
Goederenstroommodellen van het Havenbedrijf
punten van dit Havenplan 2020.
en het Havenplan 2010, dat in 1993 is uitgebracht.
ACHTERGROND EN OPZET VA N H ET HAVENPLA N 20 20
schappij Stadshavens opstelt. Ook is het Havenplan
DEEL 1
De afgelopen jaren is als gevolg van bronbeleid bij
op hoofdlijnen: een kader van gewenste ruimtelijke
HAVENPLAN 2020
ling van de haven. Het Havenplan 2020 is een plan
3
O PZET VAN H ET HAVE N PL AN 2020
Deel 2 ‘De overwegingen’ van het Havenplan 2020
Het Havenplan 2020 is als volgt opgezet:
geeft achterliggende informatie over de huidige
Deel 1 ‘Het beleid’ behandelt de hoofdlijnen van
positie van de haven en de streefbeelden voor de
het beleid voor de haven van Rotterdam. Dit deel
toekomst. De opzet is als volgt:
bestaat uit: • Hoofdstuk 8: • Hoofdstuk 2
de internationale, nationale en regionale trends en
De doelstellingen voor de ontwikkeling van de
ontwikkelingen en de strategische opties om daarop
Rotterdamse haven en de strategische keuzes
in te spelen.
die de gemeente op grond daarvan maakt. • De hoofdstukken 9 tot en met 14: • Hoofdstuk 3 Uitwerking van deze strategische keuzes in zes
achtergronden bij de zes streefbeelden voor de Rotterdamse haven van 2020.
streefbeelden voor de haven: zes facetten van de ontwikkeling die de gemeente voor ogen staat.
Deel 3 ‘En verder’ is een samenvatting van gesprekken met achttien Nederlandse professoren over de
• Hoofdstuk 4
toekomst op de langere termijn, 2050 en verder, die
De beleidsopgaven voor de gemeente Rotterdam
zij zien voor de haven van Rotterdam. Dit deel van
en andere partijen bij het realiseren van de
het Havenplan is een weergave van de persoonlijke
streefbeelden.
inzichten van een aantal deskundigen. Het is geen onderdeel van het gepresenteerde beleid.
• Hoofdstuk 5 De Kwaliteitskaart 2020, die de ruimtelijke inzet weergeeft van de gemeente Rotterdam bij het 4
realiseren van de streefbeelden.
HAVENPLAN 2020
• Hoofdstuk 6 De belangrijkste risico’s of uitdagingen, die verbonden zijn aan het gepresenteerde beleid en hoe de gemeente die denkt aan te pakken.
DEEL 1
• Hoofdstuk 7 Informatie over de uitvoering, timing, rolverdeling en verantwoording.
ACHTERGROND EN OPZET VA N H ET HAVENPLA N 20 20
DE HAVEN VAN ROTTERDAM
2 DOELSTELLINGEN, ONT WIKKELINGEN EN STR ATEGIE De Rotterdamse haven: economische basis,
kansen en bedreigingen zoals de gemeente
werkgelegenheid en dynamiek
Rotterdam die voor de komende periode inschat.
De haven van Rotterdam is een verzameling van verschillende soorten economische activiteit, die
Bedreigingen internationale concurrentie-
alle hun eigen betekenis hebben voor de regio,
positie
het land en andere delen van West-Europa. • De haven is een knooppunt van goederenstromen: op- en overslag, logistiek en distributie; • De haven is een vestigingsplaats voor grootschalige industriële productie, met name in de (petro)chemie; • De haven is een centrum van gespecialiseerde
De haven van Rotterdam dankt zijn prominente positie aan de goede bereikbaarheid voor (zeer grote) zeeschepen, de uitstekende verbindingen via weg, water, spoor en pijpleiding met het achterland, en de kwaliteit van de dienstverlening en veiligheid in de haven. Die positie is echter niet onbedreigd.
dienstverlening en kennis voor zowel de grootschalige industrie als de afhandeling van goederen.
Spreiding en globalisering Goederenstromen nemen naar verwachting in de
Mogelijkheden voor grootschalige industriële
komende periode sterk toe, de prognoses wijzen
activiteiten en een efficiënte afhandeling van
op een stijging van 322 miljoen ton in 2002 tot 459
goederen zijn een onmisbaar onderdeel van
miljoen ton in 2020. Door daling van de logistieke
het succes van de Nederlandse en andere West-
kosten, is de tendens echter meer spreiding over
Europese economieën. Nederland floreert mede
Europese havens en andere knooppunten.
dankzij een eigen wereldhaven waar goederen snel
Rotterdam heeft in de afgelopen periode mede daar-
en tegen relatief lage kosten kunnen worden aan-
door marktaandeel verloren aan andere zeehavens
en afgevoerd en waar grootschalige industrie
in Noordwest-Europa. Bovendien wordt de belang-
mogelijk is.
rijkste Europese economische groei in het oosten verwacht, een gebied waar de Rotterdamse haven
Voor de regio leveren goederenafhandeling,
meer concurrentie ondervindt.
industrie en dienstverlening van de haven werktingen minder spectaculair dan voor de internatio-
lééft mede dankzij de haven. Zichtbaar, in de zin van
nale goederenstromen. Gezien de investeringen
schepen, goederen en indrukwekkende techniek.
in nieuwe vestigingen, treden hier ook minder snel
Maar ook minder zichtbaar in de zin van kennis-
verschuivingen op. Doordat bedrijven steeds meer
ontwikkeling, cultuuraanbod en bedrijvigheid die in
op wereldschaal opereren, is de positie van
een actieve haven een belangrijke partner vinden.
Rotterdam echter niet onbedreigd. De binding met een bepaalde plek op de wereld zal in de toekomst minder prominent worden. Tegelijkertijd kunnen
Een bloeiende Rotterdamse haven is goed voor
nieuwe ontwikkelingen, bijvoorbeeld op de energie-
West-Europa, goed voor Nederland en goed voor
markt, belangrijke gevolgen hebben voor de
stad en regio. Maar ‘bloei’ behoeft wel specificatie,
ladingstromen en activiteiten van het haven-
vooral om te waarborgen dat de directe omgeving
en industriecomplex van Rotterdam.
van de haven deelt in de voordelen. Om die reden heeft de gemeente Rotterdam de volgende drie-
Bereikbaarheid en ruimte
ledige doelstelling voor de toekomst van de
Een goede bereikbaarheid van de haven is één van
Rotterdamse haven:
de belangrijkste overwegingen voor de klanten van
• Versterken van de internationale concurrentiepositie van het haven- en industriecomplex; • Bijdragen aan de versterking van de economische
het Havenbedrijf. Maar juist die bereikbaarheid, met name over de weg, staat bij de verwachte groei van de goederenstromen onder druk.
structuur van stad en regio; • Bijdragen aan een betere ruimtelijke kwaliteit en woon- en leefmilieu van de regio.
Verdere groei van haven en industrie, vraagt ook om voldoende ruimte. Niet alleen in de haven zelf, maar ook ruimte voor bedrijfsontwikkelingen in de regio.
Op al deze fronten betekent beleid niet alleen keuzes maken, maar vooral inspelen op ontwikkelingen. Vandaar een korte schets van de positie,
DOELSTELLINGEN, ONTWIKKELING EN EN STRATEG IE
Doelstellingen
DEEL 1
Voor grootschalige industrie zijn de groeiverwach-
ook dynamiek voor de stad en de regio: Rotterdam
HAVENPLAN 2020
gelegenheid en dus inkomen. De haven betekent
5
Gelijke uitgangsposities
Kansen door kwaliteit
Havens zijn in toenemende mate onderwerp van
Naast bedreigingen voor marktpositie, regionale
Europese regelgeving. Uiteindelijk moet dit leiden
economie en leefomgeving, bieden de verwachte
tot gelijke uitgangsposities (‘level playing field’) voor
ontwikkelingen ook volop kansen. Goederenstromen
concurrerende havens, maar op dit moment is dat
zullen op de middellange termijn aanzienlijk
nog niet het geval. Verschillen in interpretatie en
groeien, met name in de containermarkt. Rotterdam
handhaving van wet- en regelgeving scheppen
heeft door zijn ligging aan diep vaarwater en
onduidelijkheid voor de klanten van het Havenbedrijf
uitstekende achterlandverbindingen sterke troeven
en vormen een bedreiging voor eerlijke concurrentie.
in handen om daarvan te profiteren. Nieuwe industriële ontwikkelingen, met name op de
Bedreigingen regionale economie:
energiemarkt, en uitbreiding van het bestaande
groot aandeel laaggeschoolde arbeid
industriële cluster bieden kansen voor nieuwe
De ontwikkeling van het haven- en industriecomplex
dynamiek in het havengebied en een groeiende
ging in het verleden gepaard met een grote vraag
vraag naar specialistische kennis. Verdere ontwikke-
naar laaggeschoolde arbeid. De haven werd
ling van techniek, creativiteit en regelgeving en een
daardoor een trekpleister voor mensen met weinig
groeiende inzet op maatschappelijk verantwoord
opleiding. Juist die vormen van directe werk-
ondernemen bij het bedrijfsleven, bieden toe-
gelegenheid in de haven, zijn de laatste decennia
nemende kansen voor een harmonieus samengaan
echter afgenomen, terwijl laaggeschoolde werk-
van haven en een dichtbevolkte omgeving.
krachten onder de beroepsbevolking in de regio nog steeds oververtegenwoordigd zijn. Dat legt een
Om deze kansen voor marktpositie, regio en
grote druk op het draagvermogen en de economi-
leefomgeving te benutten, wil de gemeente
sche ontwikkeling van de regio Rijnmond.
Rotterdam het kwaliteitsniveau van de haven verder versterken. In de afhandeling van goederenstromen,
6
HAVENPLAN 2020 DEEL 1
Omdat bij het afhandelen van goederenstromen en
als vestigingsplaats voor industrie en dienstver-
in de industrie steeds efficiënter, goedkoper en met
lening en als buurman van ruim 1 miljoen inwoners
minder mensen gewerkt wordt, is het aandeel van
van Rijnmond.
de haven in de regionale en nationale verdiensten
‘Rotterdam Kwaliteitshaven’ is naar de overtuiging
en werkgelegenheid afgenomen. De verwachting is
van de gemeente de sterkste troef op de internatio-
dat deze ontwikkeling zich in de komende periode
nale markt, voor de regionale economie en voor
zal voortzetten. In absolute aantallen zullen werk-
nog betere prestaties bij het combineren van haven,
gelegenheid en toegevoegde waarde licht blijven
wonen, natuur en recreatie. Uitstekende voorzie-
stijgen.
ningen, voldoende ruimte en een veelzijdige economische structuur ziet de gemeente in de
DOELSTELLINGEN, ONTWIKKELING EN ENSTRATEG IE
Bedreigingen leefomgeving:
komende periode als belangrijkste speerpunten
hinder, risico’s en gebrek aan ruimte
voor zo’n kwaliteitshaven.
De hinder voor de omgeving van haven en industrie is de afgelopen decennia ingrijpend verminderd, met
Kwaliteit door uitstekende voorzieningen
name dankzij inspanningen van het bedrijfsleven.
Kwaliteit in voorzieningen betekent dat de haven
Geluidshinder, luchtkwaliteit en waterkwaliteit blijven
onderdeel is van een prima functionerend netwerk
echter onderdelen van de leefomgeving waar
van verbindingen en logistieke knooppunten.
verbeteringen gewenst zijn.
Voldoende en hoogwaardige infrastructuur is daarvoor als eerste van belang. Ook het bieden van
Verdere groei van haven en industrie en het vervoer
faciliteiten voor verantwoord ondernemen, duurzame
dat daarbij hoort, zal bovendien de druk op het
productie en schoon en veilig functioneren, zijn
milieu en de risico’s voor de omgeving verder
vormen van kwaliteit waar Rotterdam zich al langer
verhogen.
mee profileert en die de gemeente verder wil inzetten om de positie van de haven te versterken.
Daarnaast bedreigen gebrek aan ruimte voor natuur
Dit betekent bijvoorbeeld het bieden van faciliteiten
en recreatie dichtbij de stad en een eenzijdig
voor vormen van vervoer en productie die het milieu
aanbod van woonlocaties in de stad, de aantrek-
zo min mogelijk belasten en het hanteren van hoge,
kelijkheid van Rijnmond als vestigingsplaats.
internationaal afgestemde, kwaliteitsnormen bij de eigen dienstverlening en het beheer van grond en
water. Het zijn essentiële onderdelen van het
Kwaliteit door een veelzijdige economische
vestigingsklimaat dat het Havenbedrijf zijn klanten
structuur
wil bieden.
Diversiteit maakt de haven minder kwetsbaar en aantrekkelijker als bedrijvencluster. Diversiteit in
Het leveren van uitstekende voorzieningen ligt voor
ladingstromen en in het type en de schaalgrootte
de haven van Rotterdam ook in een verdere
van de bedrijven die van de haven gebruikmaken of
ontwikkeling van haven naar havennetwerk.
zich in het gebied vestigen. Diversiteit en kwaliteit
Mogelijkheden hiervoor zijn participaties in andere
vragen gespecialiseerde kennis. Op het gebied van
havens en logistieke knooppunten en het organise-
scheepvaart, logistiek, distributie, milieu, ruimtelijke
ren van ondersteunende dienstverlening in de hele
ontwikkeling en allerlei vormen van ondersteunende
vervoersketen. Dit gebeurt al binnen Nederland
dienstverlening. Het ontwikkelen en behouden van
en het achterland in Duitsland en België. Door het
dergelijke kennis, draagt bij aan een gezondere
ontwikkelen van soortgelijke relaties en diensten in
economische structuur voor de regio.
de nieuwe Europese markten, kan Rotterdam als onderdeel van een aantrekkelijk logistiek netwerk
Als bron van werk en inkomen vervult de haven
meeprofiteren van de groei die daar verwacht wordt
immers een belangrijke functie. Ondanks het wat
en tevens een antwoord bieden op de spreiding van
teruglopende aandeel in de regionale en nationale
goederenstromen. De recente verzelfstandiging van
verdiensten, werken in de haven zelf altijd nog ruim
het Havenbedrijf is met name bedoeld om beter
60.000 mensen, terwijl landelijk ruim 250.000
toegerust te zijn op het aangaan en uitbouwen van
mensen betrokken zijn bij de dienstverlening aan
de allianties en dienstverlening die daarvoor nodig
het haven- en industriecomplex. Daarmee levert
zijn.
de haven zestien procent van de regionale werkgelegenheid en ruim vijf procent van de nationale
Kwaliteit door voldoende ruimte
werkgelegenheid. Bijna zeven procent van het
Voor een kwaliteitshaven is ruimte onmisbaar.
landelijke en een kwart van het regionale inkomen
Tussen nu en 2020 zal de totale overslag van
wordt in de haven verdiend.
40 procent groeien tot bijna 460 miljoen ton. Met
Rotterdam Kwaliteitshaven Samengevat kiest de gemeente voor een profilering
zal zich verder ontwikkelen. Ook de (petro) chemi-
op kwaliteit als antwoord op de kansen en bedrei-
sche industrie en nieuwe industriële ontwikkelingen
gingen voor haven, stad en regio. Voldoende ruimte,
vragen om ruimte.
uitstekende voorzieningen en een veelzijdige samenstelling van economische activiteiten zijn
De uitbreiding van de haven in zee, die daarvoor in
daarvoor de sleutels.
programma staat, biedt tevens kansen voor een
In het volgende hoofdstuk wordt deze strategische
betere kwaliteit van de leefomgeving. Meer ruimte
keuze nader uitgewerkt aan de hand van zes
voor de haven in het westen, geeft ruimte voor de
streefbeelden. Samen vormen zij Rotterdam
stad in het oosten. Bijvoorbeeld omdat bedrijven die
Kwaliteitshaven van 2020, zoals de gemeente die
als gevolg van schaalvergroting en containerisatie in
voor ogen staat.
de stad niet meer uit de voeten kunnen, de ruimte krijgen om te verhuizen. Hindergevende bedrijven kunnen eveneens verder van de stad een vestigingsplaats vinden. Ook door te investeren in meer ruimte voor natuur en recreatie, zal de haven bijdragen aan een kwaliteitsverbetering die Rijnmond aantrekkelijker maakt als woon- en vestigingsplaats.
DOELSTELLINGEN, ONTWIKKELING EN EN STRATEG IE
de komende periode als belangrijkste project op het
DEEL 1
name de containerbranche, deepsea en shortsea,
HAVENPLAN 2020
goederen in de haven naar verwachting met ruim
7
3 ROT TERDAM KWALITEITSHAVEN : ZES STREEFBEELDEN Een Rotterdamse haven die in 2020 succes heeft op
• Huisvest nieuwe, duurzame vormen van industrie
de internationale markt en bijdraagt aan een sterke
en de productie, op- en overslag van duurzame
regionale economie en een aantrekkelijke woon-
energiedragers.
omgeving is wat de gemeente Rotterdam betreft
• Ondersteunt onderzoek en pilots voor duurzame
een kwaliteitshaven. Een haven met uitstekende
productietechnieken en het toepassen van duur-
voorzieningen, voldoende ruimte en een veelzijdige economische structuur. Wat dat in de praktijk
zame energiedragers. • Benut de bestaande ruimte zo intensief mogelijk.
betekent, is uitgewerkt aan de hand van zes streefbeelden, zes facetten van de Rotterdamse
De kennishaven
haven in 2020. • Ondersteunt bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en De kwaliteitshaven die de gemeente Rotterdam voor 2020 voor ogen staat, is een veelzijdige haven, een duurzame haven, een kennishaven, een snelle
arbeidsmarktpartijen bij het afstemmen van vraag en aanbod van kennis en opleidingsniveau. • Is zowel bij lager als hoger opgeleiden bekend als
en veilige haven, een attractieve haven en een
een interessante werkomgeving, en beschikt over
schone haven. Dit betekent het volgende.
het juiste aanbod aan specifiek opgeleide werknemers voor de verschillende havensectoren.
De veelzijdige haven
• Bevindt zich in een regio met kennisintensieve bedrijvigheid en innovatiekracht, dankzij samenwer-
• Kan de verwachte groei van havenactiviteiten en de schaalvergroting in de scheepvaart accommoderen op Maasvlakte 2 en in het bestaande havengebied. • Biedt samen met andere logistieke knooppunten in het achterland een geïntegreerde dienstverlening 8
bij het afhandelen van goederen. • Heeft het shortsea cluster in de Eemhaven uitge-
king tussen kennisinstituten, onderzoeksinstellingen, hogescholen en universiteiten. • Biedt, met name in de Stadshavens, een aantrekkelijke vestigingsplaats voor het (innoverende en arbeidsintensieve) midden- en kleinbedrijf en ondersteunt dit bedrijfsleven. • Is een aantrekkelijke werkgever die goed bereikbaar
HAVENPLAN 2020
bouwd tot een Europees knooppunt voor shortsea
is voor zijn werknemers en heeft een omgeving waar
vervoer. Op Maasvlakte 1 en 2 is het deepsea
mensen graag wonen.
cluster versterkt en uitgebreid. • Is een aantrekkelijke vestigingsplaats voor fijn-
De snelle en veilige haven
chemie, speciality chemie en nieuwe industrieën.
DEEL 1
• Is hét handels- en distributiecentrum voor
• Biedt voor de aan- en afvoer van goederen ver-
bestaande en nieuwe energiedragers zoals
beterde verbindingen via water, spoor, pijpleiding
methanol, waterstofgas, LNG en biomassa.
en weg, en goede faciliteiten voor de overslag op
ROTTERDAM KWALI TEITSHAVEN: ZES STREEFBEELDEN
• Stimuleert en faciliteert de clustering en samenwerking van bedrijven die in dezelfde markt opereren. • Heeft aantrekkelijke vestigingscondities voor
en tussen deze vervoersvormen. • Stimuleert de aan- en afvoer van goederen via water, spoor en pijpleiding door samenwerking
bedrijfsactiviteiten die aan ladingstromen waarde
met inlandterminals voor binnenvaart en spoor,
toevoegen, zoals het uitvoeren van bewerkingen
een gericht vestigingsbeleid voor bedrijven met
en het verlenen van maritieme zakelijke en andere
intensieve goederenstromen en prijsbeleid ter
ondersteunende diensten. • Heeft de scheepsreparatie behouden, terwijl interessante deelmarkten van de maritieme industrie zich verder hebben ontwikkeld, zoals assemblage,
vermindering van niet-noodzakelijk wegverkeer. • Stimuleert innovaties op het gebied van logistieke efficiency en ICT. • Is in staat de bestaande infrastructuur intensiever
afbouw en conversie van complexe schepen en
te benutten dankzij verkeersmanagement en andere
offshore units.
benuttingsmaatregelen op het wegennet, vervoersmanagement bij bedrijven, beter openbaar vervoer,
De duurzame haven
spreiden van transporten, bundelen van goederenstromen en betere samenwerking in productketens.
• Stimuleert en faciliteert samenwerking tussen bedrijven, zoals gebruikmaken van gezamenlijke voorzieningen en benutten van elkaars grondstoffen en restproducten.
• Is ondanks schaalvergroting van de scheepvaart
Stadshavens en de A15-bundel en hanteert hierbij
en toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen,
een ‘gebiedsgericht milieubeleid’: onder handhaving
een veilige haven dankzij een verder verfijnd
van bestaande afspraken over maximaal toelaatbare
nautisch verkeersbegeleidingssysteem en andere
grenswaarden, per locatie mogelijkheden benutten
maatregelen op het gebied van transport om de risico’s te verkleinen. • Is uitstekend beveiligd tegen terroristische en illegale activiteiten.
voor groei van stad én havenactiviteiten. • Hanteert milieuregelgeving en handhaving gebaseerd op Europese afspraken die gelijke uitgangsposities voor alle Europese havens bieden. • Heeft schoner water, door verdere aanpak van
De attractieve haven
diffuse bronnen en door aandacht voor water in het ruimtelijk beleid.
• Biedt ecologische verbindingen tussen de duinen aan de noord- en de zuidkant en een fijnmazig
• Biedt in de toekomst voldoende bescherming tegen wateroverlast.
ecologisch netwerk van natuurvriendelijke oevers, bermen en andere groene verbindingen. • Heeft een groen ingerichte Landtong Rozenburg en 750 hectare nieuwe natuur op Midden-IJsselmonde en ten noorden van Rotterdam. • Heeft nieuwe natuur, waaronder een zeereservaat in de Voordelta, die eventuele natuurschade van een havenuitbreiding in zee compenseert. • Biedt recreatiemogelijkheden op Maasvlakte 1 en 2, bij uitzichtpunten verspreid over het havengebied en aan de zuidkant, waar de groene buffer is versterkt. • Heeft ecologisch beheer, een betere beeldkwaliteit en aantrekkelijke vergezichten op en langs de
havens met voorzieningen op het gebied van recreatie en leasure. • Heeft een compleet recreatief fietsroutenetwerk (recreatief/toeristisch) personenvervoer.
• Combineert meer havenactiviteiten met een afname van de hinder van stof en geluid, een betere waterkwaliteit en minder risico’s rond gevaarlijke stoffen. • Stimuleert betere milieuprestaties van het bedrijfsleven door een gericht vestigingsbeleid, vergunningverlening en ondersteuning van bronbeleid. • Veroorzaakt minder geluidhinder van spoor en weg dankzij maatregelen als geluidsschermen en stille wegdekken. • Is minder belastend voor de luchtkwaliteit in de omgeving, dankzij maatregelen als het voorkomen van onnodig wegtransport en het stimuleren van schone vormen van vervoer. • Heeft creatieve oplossingen gevonden voor het samengaan van industrie, vervoer, wonen en recreëren op en rond de rechter Maasoever, de
ROTTERDAM KWALI TEITSHAVEN: ZES STREEFBEELDEN
De schone haven
DEEL 1
en een uitgebreider vervoernetwerk over water voor
HAVENPLAN 2020
infrabundel havenspoorlijn/A15. • Heeft goed bereikbare en aantrekkelijke Stads-
9
4 DE BELEIDSOPGAVEN Realisatie van de zes streefbeelden voor de Rotterdamse haven van 2020, vraagt economisch en ruimtelijk beleid. In eerste instantie van de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf. Het Havenbedrijf, is per 1 januari 2004 als zelfstandige overheids-NV belast met het bevorderen van de economische bedrijvigheid in de haven, het ontwikkelen en beheren van haventerreinen en havenfaciliteiten en het nautisch beheer van en scheepvaartbegeleiding op vaarwegen en in havenbekkens. Het Havenbedrijf levert tevens een bijdrage aan de stedelijke ontwikkeling en aan de vitaliteit van de stad, ondermeer door te participeren in de Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens. De gemeente Rotterdam bepaalt als aandeelhouder
• Onderzoek naar kansen voor diversificatie in de chemie: fijnchemie en specialities. • Profileren van Rotterdam als het Europese centrum voor productie, handel en distributie van energie. • Aantrekken van maritieme zakelijke dienstverlening. • Onderzoek naar kansen voor specifieke distributie en assemblage (‘value added logistics’ en ‘postponed manufacturing’). • Aansturen bij de rijksoverheid en in Europa op gelijke uitgangsposities in de concurrentie met andere Europese havens. • Bijdragen aan het ontwikkelen van een nieuw nationaal zeehavenbeleid door de rijksoverheid.
de hoofdlijnen van het beleid dat het Havenbedrijf voert.
Opgaven voor de duurzame haven
De gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf voeren hun beleid vaak in samenhang met het beleid van
• Duurzaam inrichten van het nieuwe havengebied
omringende gemeenten, stadsregio, provincie en
op de landaanwinning en binnen de bestaande
rijk. In dit hoofdstuk worden de beleidsopgaven van
milieurandvoorwaarden intensiever benutten van de
de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf
ruimte in het bestaande gebied. In het bijzonder:
besproken die voortvloeien uit de streefbeelden.
• Versterken en uitbreiden van bestaande bedrijvenclusters en samenwerking in ‘co-sites’.
10
HAVENPLAN 2020
Opgaven voor de veelzijdige haven
• Stimuleren van onderzoek en initiatieven op het
• Voorzien in voldoende ruimte voor groei van
• Participeren en investeren in het onderzoeken en
gebied van industriële ecologie. bedrijvigheid in haven en regio, onder meer door
toepassen van nieuwe, minder milieubelastende,
ontwikkeling Maasvlakte 2 en Stadshavens.
vormen van industrie en energie en het benutten
• Ontwikkelen en intensiveren van samenwerking met andere havens en logistieke knooppunten,
DEEL 1
onder andere in het oostelijk deel van Europa. In
van kansen die daarin liggen voor het aantrekken van nieuwe ladingstromen en bedrijfsactiviteiten. • Participeren in onderzoek naar duurzame vormen
het bijzonder:
van energie en ondersteuning van het ROM-
• Allianties en samenwerking met belangrijke
Rijnmondproject R3 (‘Duurzaam ondernemen in het
DE BELEI DSOP GAVEN
knooppunten in het achterland voor de containersector. • Verbinden en op elkaar afstemmen van schakels
Rotterdamse haven- en industriecomplex’). • Onderzoek naar mogelijkheden voor nieuwe industrie op Maasvlakte 2.
in de keten van toeleverancier naar consument (‘supply chain management’).
Opgaven voor de kennishaven
• Gerichte marketing van Maasvlakte 2. • Ontwikkelen en uitvoeren van een acquisitie- en
• Gerichte acquisitie van bedrijven op het grensvlak
vestigingsbeleid en het leveren van de benodigde
van stad en haven, zoals groothandel, agrofood,
voorzieningen en ruimte voor diversificatie, meer
maritieme zakelijke en logistieke dienstverlening
toegevoegde waarde, het aantrekken van dienst-
en vestiging daarvan op locaties in de stad, in het
verlening en versterken van de bestaande clustering
bijzonder de Stadshavens.
en co-siting. In het bijzonder:
• Bijdragen aan een aantrekkelijke vestigingsplaats
• Uitwerken van een industriestrategie.
voor bedrijfsactiviteiten (in het midden- en klein-
• Aantrekken en faciliteren van nieuwe bulkstromen
bedrijf) die hoogwaardige kennis vragen. In het
zoals methanol. • Aantrekken en faciliteren van nieuwe industrie
bijzonder: • Ondersteuning ontwikkeling ICT ten behoeve van
ter versterking van de bestaande clusters.
logistieke en industriële activiteiten en verdere
• Aantrekken van specialistische nichemarkten
ontwikkeling van de havenbrede communicatie-
in de maritieme industrie.
en informatiedienst Port infolink.
• Ondersteuning van het midden- en kleinbedrijf
• Aansturen op het oplossen van knelpunten in de
in de haven, onder andere door gericht account-
regionale en nationale infrastructuur, in combinatie
management, een MKB-desk, toegankelijk maken
met beleid om de bestaande infrastructuur zo goed
van kennis, stimuleren van innovatie en verhoging
mogelijk te benutten en onnodig wegtransport van
van de uitstraling van de vestigingslocaties. • Vergroten van de innovatiekracht van de haven
goederen zoveel mogelijk te voorkomen. • Waarborgen van de huidige nautische veiligheid
door het bijeenbrengen van havengelieerde
en verbeteren van de nautische dienstverlening in
kennisinstituten, onderzoeksinstellingen, hoge
afwikkeling van de scheepvaart, in combinatie met
scholen en universiteiten in de regio.
een optimale bereikbaarheid voor de bestaande en
• Samenwerken met universiteiten en hogescholen, onder andere door financiering van de leerstoelen Grootschalige Transportsystemen en Haveneconomie. • Ondersteunen van op de havenarbeidsmarkt
nieuwe havengebieden (VTM-future). • Verdere implementatie en ontwikkeling van port security volgens de internationale afspraken. • Aandacht voor bereikbaarheid bij calamiteiten van nieuw in te richten gebieden, zoals Stadshavens
gerichte onderwijsprogramma’s voor verschillende
en Maasvlakte 2 (vluchtroutes en toegang hulp-
opleidingsniveaus, instroomprojecten en platforms
diensten).
waarin bedrijfsleven, onderwijs- en onderzoeksinstituten en arbeidsmarktpartijen elkaar vinden.
Opgaven voor de attractieve haven
• In woningaanbod, voorzieningen en omgeving zorgen voor een aantrekkelijke vestigingsplaats, onder meer door de ontwikkeling van Stadshavens. • Bijdragen aan de groei van de werkgelegenheid
• Participeren en investeren in natuur- en recreatieontwikkeling, onder andere langs de oevers, Maasvlakte 2 en langs de A15-bundel. • Uitvoeren van projecten uit het Project Mainport
door uitbreiding van de haven met Maasvlakte 2,
Ontwikkeling Rotterdam. In het bijzonder:
de ontwikkeling van Stadshavens en het aantrekken
• Natuurcompensatie bij aanleg van een haven-
van havengerelateerde dienstverlening.
uitbreiding. nieuwe natuur. • Ontwikkeling van rivierparken, de Landtong
• Stimuleren, onder meer door het leveren van voorzieningen, van een verdere verschuiving van
Rozenburg en het Oostvoornse Meer. • Ontwikkeling van Stadshavens tot een aantrekkelijk gebied met een mix van haven, wonen en recreatie,
pijpleiding, en stimuleren van spreiding van
met toegankelijke waterkanten.
transporten en bundeling van goederenstromen. Opgaven voor de schone haven
• Capaciteitsuitbreiding van de binnenvaart door het opheffen van lokale knelpunten voor de bereikbaarheid en door te participeren in de ontwikkeling van inlandterminals. • Stimuleren van shortsea vervoer, onder andere door ontwikkeling van een shortsea hub in de Eemhaven. • Aansturen op uitbreiding van spoorcapaciteit en opheffen van operationele knelpunten. • Stimuleren tot spreiden van transporten
• Optimale invulling van de beschikbare geluidsruimte bij vestigingsbeleid. • Participeren in projecten met een ‘gebiedsgerichte aanpak’, onder andere de gebieden op de Rechter Maasoever. • Stimuleren van het bestrijden van hinder en risico’s aan de bron, onder meer als resultaat van de projecten Kenniscentrum Geluid en Masterplan Luchtkwaliteit.
(24-uurs economie) en bundeling van goederen-
• Bijdragen aan het ontwikkelen van een integrale
stromen, bijvoorbeeld door het verhogen van de
visie op de externe veiligheid van de haven en
bezettingsgraad en invoering van road trains en
de hoofdtransportroutes in het kader van het
3-TEU truck.
uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid van
• Stimuleren van onderzoek naar nieuwe transportsystemen. • Stimuleren van collectief vervoer en vervoersmanagement bij bedrijven.
de provincie Zuid-Holland. • Onderzoeken in hoeverre ruimtelijk beleid kan bijdragen aan de verbetering van de situatie rond externe veiligheid van industrie en transport.
DE BELEI DSOP GAVEN
In het bijzonder:
DEEL 1
wegtransport naar vervoer via water, spoor en
HAVENPLAN 2020
• Bijdragen aan de ontwikkeling van 750 hectare Opgaven voor de snelle en veilige haven
11
• Bijdragen aan de ontwikkeling en implementatie van regelgeving voor het verbeteren van milieu en veiligheid, onder andere in het kader van de ‘Ketenstudies’ door het rijk. • Opstellen van een waterparagraaf voor nieuwe ruimtelijke plannen, onder meer voor Maasvlakte 2 en Stadshavens en bij actualisering van bestemmingsplannen. • Ontwikkelen van een visie op de beveiliging tegen overstromingsrisico’s in het havengebied. • Aanpak diffuse bronnen ten behoeve van de waterkwaliteit (onder meer in Project Onderzoek Rijn 2, rioleringsplannen en gemeentelijke werkgroep diffuse bronnen).
12
HAVENPLAN 2020 DEEL 1 DE BELEI DSOP GAVEN
5 KWALITEITSK A ART 2020 Realisering van de zes streefbeelden voor de
geschikt voor diverse nieuwe functies, zoals
Rotterdamse haven van 2020, betekent naast het
vernieuwende bedrijven en starters, kennisinstellin-
voeren van economisch beleid, ook opgaven voor
gen, woningbouw, recreatie en cultuur. Heijplaat
de ruimtelijke ordening. Op bijgaande ‘Kwaliteits-
komt meer aan de rivier te liggen en profiteert van
kaart Havenplan 2020’ zijn de belangrijkste ingetekend. De kaart vormt geen strak, ruimtelijk
deze ontwikkeling. • De Waalhaven is in 2020, na vertrek van de
plan dat zaken uitsluit, maar toont de gewenste
containers naar de Eemhaven (shortsea) en
ontwikkelingen waar het beleid van de gemeente
Maasvlakte 1/2 (deepsea), een gebied waar
Rotterdam zich op richt. De uitvoering ervan
stedelijke bedrijvigheid hand in hand gaat met
berust bij de gemeente, het Havenbedrijf
specifieke havenactiviteiten, bijvoorbeeld op het vlak
Rotterdam en de Ontwikkelingsmaatschappij
van maritieme industrie of traditioneel stukgoed.
Stadshavens.
Vernieuwing en herstructurering is ook voor deze activiteiten veelal aan de orde. Het
Bij wijze van toelichting op de Kwaliteitskaart 2020,
water kan voor een deel nog steeds worden benut
de inzet per gebied op een rij van oost naar west:
voor overslag op boeispannen en ligplaatsen. De Waalhaven is verder ingevuld met bedrijvigheid van
Maas- en Rijnhaven:
de stedelijke economie, al dan niet aan de haven
binnenvaart en waterrecreatie
gerelateerd. Veel bedrijven uit het midden- en
De Maashaven is in 2020 hét binnenvaartcentrum
kleinbedrijf hebben hier een plek. Al naar gelang de
van de haven. De Rijnhaven krijgt een meer
behoefte zal worden onderzocht in hoeverre meer
gemengd karakter, waarbij ook verdere verstedelij-
droge ruimte kan worden gecreëerd, bijvoorbeeld
king (Wilhelminapier, Katendrecht) het beeld
door innovaties op het gebied van meervoudig
bepaalt. Langs de kades van de Maas- en Rijnhaven
ruimtegebruik. Op termijn zijn er in de Waalhaven
zijn nog bedrijven uit de agro-industrie gevestigd,
geen 24-uurs geluidsintensieve activiteiten meer,
afgewisseld met stedelijke activiteiten op vrijko-
waardoor de leefkwaliteit in en rond het gebied ver-
mende plekken. Binnenvaartligplaatsen blijven
betert. Dit levert tevens kansen op voor woningbouw. • De ambitie voor de Eemhaven is de ontwikkeling tot een shortsea hub waar clustervoordelen (onder
Deze functies zijn geconcentreerd in de zuidelijke
andere met Rail Service Center en distripark
helft van de Rijnhaven. De noordelijke helft heeft
Eemhaven) optimaal benut worden en de 24 uurs-
een meer recreatief en toeristisch karakter met
economie goed kan functioneren. Hier zijn grote
ligplaatsen voor riviercruiseschepen, watertaxi en
inspanningen nodig, met name op het gebied van
dergelijke.
geluid, om de leefkwaliteit van de bestaande woonkernen te waarborgen en om de gewenste
stad en haven verweven In 2020 zijn de Stadshavens (Waalhaven, Eemhaven
toekomstige woningbouw in de Waalhaven mogelijk te maken. • Voor het Vierhavens-/Merwehavengebied is de
en het Vierhavens-/Merwehavengebied) een mix van
ambitie eveneens gericht op een mix van stedelijke
havenactiviteiten, stedelijke bedrijvigheid, wonen,
functies en havenfuncties. De investeringen in het
recreatie en andere voorzieningen. Op sommige
fruit- en foodcluster worden in de komende periode
plekken liggen voor deze transformatie op korte
zoveel mogelijk geëxploiteerd. Het sappencluster
termijn al kansen, maar de belangrijkste ontwikke-
(Vierhavens) wordt verder versterkt. Kansen worden
lingen zullen zich voordoen na realisatie van
aangegrepen voor activiteiten met meer toege-
Maasvlakte 2. Dan komt de verhuizing van deepsea
voegde waarde, zoals in de Vierhavenstrip en
containers uit de Waalhaven op gang. Mogelijk
Marconistrip. Het huidig aantal sporen wordt
verhuist op die termijn ook de fruitoverslag uit de
teruggebracht naar de werkelijke behoefte van de
Merwehaven.
bedrijven. Afhankelijk van de ontwikkelingen bij de containerisatie zal de fruitoverslag in de Merweha-
Ambities per deelgebied
ven zich na 2010-2015 verplaatsen naar andere
De verschillende streefbeelden leiden tot de
havengebieden (Maasvlakte of Eemhaven). Wellicht
volgende specifieke ambities voor het gebied:
volgen andere bedrijven in de sector. Ten zuiden van
• Het Rivierfront (Sluisjesdijk, RDM-terrein, Quarantaineterrein) van de Waalhaven is bij uitstek
de Nieuwe Waterweg zijn goede mogelijkheden voor koppeling met de shortsea ontwikkelingen in fruit en
KWA LITEITSKA ART 20 20
Stadshavens:
DEEL 1
direct gerelateerd zijn aan de overslagactiviteiten.
HAVENPLAN 2020
onderdeel van de Maas- en Rijnhaven, omdat ze
13
met de districentra in Barendrecht. Zulke ontwikke-
het gebied zal het proces geleidelijk zijn en een
lingen bieden kansen om van het Vierhavens-/
lange tijdspanne beslaan. De inzet is om in het jaar
Merwehavengebied ook een mix van stedelijke
2020 een groot deel van de plannen gerealiseerd
functies en specifieke havenfuncties te maken (zie
te hebben. Tijdens de ontwikkeling moet het gebied
kansenkaarten Stadshavens op pagina 15 en 16).
een aantrekkelijke vestigingsplaats blijven, bijvoorbeeld door braakliggende terreinen te gebruiken
Bereikbaarheid en veiligheid
voor manifestaties of culturele en sportieve
Voor alle genoemde gebieden is de ambitie om
evenementen.
de bereikbaarheid te verbeteren. Dit geldt voor wegverkeer, langzaam verkeer uit omliggende wijken
Deze ruimtelijke ambitie voor de Stadshavens is
en openbaar vervoer. Dit laatste is vooral voor de
de opgave van de gemeente Rotterdam aan de
Waalhaven en de ontwikkelingen rond Heijplaat een
Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens Rotterdam
aandachtspunt. Vervoer over water behoort tot de
N.V., waarin Havenbedrijf en gemeente samenwer-
mogelijkheden. Het streven is om de waterkanten
ken. Ontwikkeling van de Eemhaven is de verant-
toegankelijker en zichtbaarder te maken voor
woordelijkheid van het Havenbedrijf.
publiek. De doorgaande routes voor fietsverkeer in westelijke en zuidelijke richting langs de Stadshavens moeten worden verbeterd.
Havens rechter Maasoever De gemeenten op de rechter Maasoever (Schiedam, Vlaardingen, Maassluis, deelgemeente Hoek van
14
HAVENPLAN 2020
Bij het toelaten van gevoelige functies (woningbouw,
Holland) hebben eveneens plannen om de haven-
kantoren) naast havenbedrijvigheid, is externe
gebieden te transformeren tot een mix van haven
veiligheid een belangrijk aandachtspunt. Bij
en stedelijke functies, of geheel te transformeren
bebouwing langs de oever moet rekening worden
tot stedelijk gebied. Deze opgave is de verantwoor-
gehouden met het belang van het transport over
delijkheid van die gemeenten. Aangezien deze
de hoofdvaarweg. Ook zal bij de ontwikkeling van
transformatieopgave op de rechter Maasoever veel
nieuwe functies de aandacht moeten uitgaan naar
raakvlakken vertoont met de opgave voor Stadsha-
de toenemende kans op overstroming van het
vens, zal de gemeente Rotterdam zich inzetten voor
gebied (hoogteligging terreinen).
een goede samenwerking en bundeling van kennis op dit vlak.
Economisch en fysiek verbonden met de
DEEL 1
omgeving
Vondelingenplaat, Botlek, Europoort:
De Stadshavens en de omringende gebieden
chemie, energie en groene Landtong
KWA LITEITSKA ART 20 20
(Charlois, Rotterdam-West en Schiedam) zijn
De havengebieden Vondelingenplaat, Botlek en
in 2020 economisch en fysiek beter met elkaar
Europoort huisvesten (petro)chemie (met name
verbonden, wat het vestigingsklimaat in de wijken
Vondelingenplaat) en natte bulk, met enkele plekken
ten goede komt. Daarmee liggen ook in de om-
voor overige havenactiviteiten zoals roll on/roll off,
geving opgaven, zoals het ontwikkelen van locaties
distributie en droge bulk. In Botlek-Noord en
voor bedrijvigheid met een relatie met de Stads-
Europoort-West is ruimte voor nieuwe, duurzame
havens (bijvoorbeeld maritieme zakelijke dienst-
vormen van industrie. De interne reserves in dit
verlening). Uiteraard profiteren ook bestaande
gebied zullen in 2020 grotendeels gevuld zijn
bedrijven, zoals het aanwezige midden- en klein-
met deze functies. Botlek-West en -Noord bieden
bedrijf, van de herontwikkeling van de Stadshavens.
eventueel nog ruimte voor specifieke bedrijven uit de Stadshavens.
Ontwikkelingsmaatschappij stelt strategie op De Stadshavens vormen het studiegebied van de
Meer samenwerking in versterkte chemie-
Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens Rotterdam
clusters
N.V., die aan de hand van een nog op te stellen
In 2020 zijn voor de chemie meer terreinen waar
strategie de ontwikkelingen gaat regisseren. In welk
gelieerde bedrijven zijn gevestigd en er wordt meer
tempo welk onderdeel kan worden gerealiseerd is
gebruikgemaakt van gezamenlijke utilities (zoals
onder meer afhankelijk van de aanleg van Maas-
aardgas, water, energie en industriële gassen).
vlakte 2, ontwikkelingen bij bedrijven en bedrijfs-
De clusters zijn verder versterkt door uitbreiding van
takken, de mogelijkheden van wet- en regelgeving
het ‘MultiCore’ pijpleidingennetwerk vanaf de Botlek
en technologische innovaties. Door de omvang van
tot en met de Maasvlakte 2 en betere aansluitingen
KANSENKAART STADSHAVENS • POSITIE OMLIGGENDE WOONGEBIEDEN
LEGENDA
Bestaande woonkernen
Functiemenging stad/haven
Stedelijke parken
Openbare waterkanten
Strategische gebieden stad/water
Stedelijke centra
Functiemenging stad/haven
Belangrijke relaties tussen stad en haven
15
KANSENKAART STADSHAVENS • VERBINDINGEN HAVENPLAN 2020 DEEL 1 KWA LITEITSKA ART 20 20
LEGENDA
Potentiële oeververbinding
Route langs de Schie
Strategische verbindingen met buurt of station
Potentiële ‘interne’ verbindingen
Groene verbinding met Zuiderpark
Strategische gebieden stad/water functiemenging stad/haven
Route langs de Waterweg (rechter Maasoever) Parklane en Groene Kruisweg Zichtlijn
Functiemenging stad/haven Bestaande centra Verbinding met Centrum Rotterdam (via Maastunnel)
KANSENKAART STADSHAVENS • POSITIE EN BEREIKBAARHEID
LEGENDA 16
HAVENPLAN 2020 DEEL 1
Containercluster shortsea
Centrum Rotterdam
Fruitport sappencluster
Distripark
Overige havenfuncties
Lopende transformatieprojecten
Functiemenging stad/haven
Snelwegaansluitingen
Bestaande bedrijventerreinen
Vervoer over water
Strategische gebieden functiemenging stad/haven
Potentiële oeververbinding (locatie nader te bepalen)
Bestaande centra
700m, 1500m, 2000m, cirkel rond (metro)stations
KWA LITEITSKA ART 20 20
Parklane en Groene Kruisweg
van het ‘common-carriernet’ (beide zijn pijpleidingen
De huidige agrobulk is in 2020 in omvang afgeno-
die meerdere bedrijven kunnen gebruiken). De trend
men. Inzet is de huidige empty depots voor de
naar wijziging en diversificatie in energiedragers en
containeroverslag uit dit gebied te verplaatsen naar
grondstoffen, is omstreeks 2020 verder ingezet,
de containerclusters (Maasvlakte 1 of Eemhaven).
waardoor sommige terreinen en tanks, met name in
De vrijkomende ruimte kan verder worden benut
de Botlek en Europoort, een andere opslagfunctie
voor clustering van bedrijven met aanvullende
hebben. De raffinage is nog aanwezig en vanwege
activiteiten. De verwachting is dat de distributie van
de hoge toegevoegde waarde een belangrijke sector
verpakte chemicaliën en daarmee de containerisatie
voor het haven- en industriecomplex.
gegroeid is, waardoor er meer tankcontainers per binnenvaart getransporteerd worden. De aanwezige
Ontwikkelingen overige sectoren
droge bulk en recyclingindustrie zullen in 2020 ook
Terminals en opslagplants kennen een afgestemd
gegroeid zijn en een plek krijgen in Botlek-Noord en
gebruik: terminals en tanks voor grote productstro-
Europoort-West. Voor de voorspelde groei in de roll
men en terminals voor kleinere, specifieke stromen.
on/roll off sector is de spooraansluiting verbeterd.
Op een aantal terreinen in het gebied liggen
nieuwe clusters op Maasvlakte 2. Het container-
gebruiksbeperkingen vanwege de milieurandvoor-
cluster bestaat dan uit het Rail Service Centrum,
waarden. Via een actief vestigingsbeleid kunnen
eventueel een nieuw servicecentrum voor de
deze terreinen echter wel worden benut, met minder
binnenvaart, de douanefaciliteiten en meerdere
geluidsintensieve functies, zoals opslag. Dit kan de
containerterminals. Het (petro)chemisch cluster
gewenste clustering en ketenintegratie in de weg
bestaat uit de energiecentrale en de chemische
staan. Een alternatief is het nemen van extra
bedrijven, verbonden met een gemeenschappelijke
maatregelen om geluidsproductie aan de bron te
ringleiding voor utilities. Het distributiepark kent
beperken.
interne transportbanen en gemeenschappelijke voorzieningen, zoals de douane.
Landtong Rozenburg groen visitekaartje Een bijzonder element in dit gebied is de Landtong
De verdere ontwikkeling en de uitgifte, exploitatie
Rozenburg, die in 2020 het groene visitekaartje van
en het beheer van Maasvlakte 2 zullen volgens de
de haven is en als buffergebied functioneert tussen
principes van een duurzaam bedrijventerrein worden
het Europoortgebied en de rechter Maasoever. De
uitgevoerd, zoals ook vastgelegd in de PKB-plus
Landtong is in 2020 herbeplant en heeft rondom
Mainportontwikkeling Rotterdam. Dit betekent
routes voor fietsen en skaten. In het oosten komen
intensief ruimtegebruik, duurzaam bouwen, zoveel
een evenemententerrein bij het Educatief Informa-
mogelijk gebruik maken van vervoerswijzen die
tiecentrum en een ‘harbour technology center’
het milieu minder belasten, beperken van interne
(kantoorpaviljoens in een groene omgeving). Het
transportstromen over de weg, clustering, indu-
middengebied wordt ecologisch beheerd met behulp
striële ecologie, verantwoord waterbeheer, efficiënt
van begrazing. Aan de westelijke punt van de
omgaan met energie en het juiste bedrijf op de
Landtong ligt een groene parkheuvel met uitzicht op
juiste plek.
het havengebied. Verspreid over de Landtong zijn windturbines gerealiseerd.
Ontsluitingen via water, spoor, pijpleiding en weg De Maasvlakten zijn voor alle vervoerwijzen (water,
De Maasvlakten 1 en 2 zijn beide ingericht als
spoor, pijpleiding en weg) ontsloten. Maasvlakte 2
hoogwaardige haventerreinen met ruimte voor
krijgt een infrabundel waarin spoor, pijpleidingen en
grootschalige deepsea activiteiten in de chemie
weg samenvallen. Dit levert optimale verbindingen
en containers en daaraan gelieerde distributie.
met het overige havengebied en het achterland. Maasvlakte 2 krijgt een (zee)haventoegang via
in het bestaande gebied geen plaats voor is, en is
Maasvlakte 1. Punt van studie is of de voormalige
er ruimte voor reststoffenbewerking, opslag van
baggerspecieberging Papegaaiebek gedeeltelijk
baggerspecie, groen en recreatie. In de Planolo-
verwijderd moet worden, zodat in het Beerkanaal de
gische Kernbeslissing-plus Mainportontwikkeling
benodigde zwaai- en manoeuvreerruimte ontstaat.
Rotterdam, is opgenomen dat Maasvlakte 2
Het overige deel van de Papegaaiebek kan dan op
bestemd is voor containerop- en overslag, distributie
termijn worden uitgegeven. De mogelijkheid van een
en grootschalige chemie. Andere typen van
toegang voor de binnenvaart via Maasvlakte 1, door
bedrijvigheid, zoals hiervoor genoemd en die niet
doortrekking van het Hartelkanaal, blijft vooralsnog
onder deze definitie vallen, zullen eerst moeten
open. Deze reservering kan, in afwachting van
worden getoetst aan het afwegingskader uit de
definitieve besluitvorming, tijdelijk gebruikt worden
PKB-plus. Vestiging van dergelijke activiteiten kan
voor bijvoorbeeld distributieactiviteiten of recycling-
wenselijk zijn, omdat dit bijvoorbeeld een belangrijk,
activiteiten in de nabijheid van baggerspecieberging
duurzaam clustervoordeel oplevert.
de Slufter.
Clustering en duurzaam bedrijventerrein
Op Maasvlakte 2 is ruimte voor een binnenvaartcen-
Bij het verdere ontwerp en de uitgifte van Maas-
trum met lig- en wachtplaatsen. Doordat Maasvlakte
vlakte 2 staat de clustergedachte centraal: het
1 en 2 als geheel een schiereiland zijn, vormen
op Maasvlakte 1 aanwezige containercluster en
toegankelijkheid voor hulpdiensten en vluchtroutes
chemiecluster moeten verbonden worden met de
een aparte ontwerpopgave.
KWA LITEITSKA ART 20 20
opwekking en maritieme (offshore) industrie, waar
DEEL 1
Ook zijn er nieuwe vormen van industrie, energie-
HAVENPLAN 2020
Maasvlakte 1 en 2: deepsea, groen en recreatie
17
Kansen voor natuur en recreatie
Spoor
Maasvlakte 2 krijgt een zuidelijk georiënteerd
De Betuweroute is vol in gebruik en zorgt voor
strand. Hiermee wordt het strand gecompenseerd
een verdere verschuiving van vervoer over de weg
dat op Maasvlakte 1 verloren gaat. De ambitie is
naar spoor. De knelpunten met capaciteit en geluid
om tevens de zone zuidkant Maasvlakte 2, Slufter,
van de Calandbrug zijn opgelost. De inzet van
vogelvallei en Oostvoornse Meer, te ontwikkelen tot
Rotterdam is dat een goede noord-zuidaftakking
een integrale ecologische landschappelijke eenheid
bij Geldermalsen is gerealiseerd. De goederen-
en op de noordpunt uitzichtpunten met zicht op de
spoorverbinding Rotterdam-België (RoBel) is verder
haventoegang in te richten.
ontwikkeld en heeft een aansluiting op de Betuweroute.
De baggerspecieberging de Slufter zal rond 2020, zo is de verwachting, nog steeds in gebruik zijn
Water
om baggerslib te bergen, de maximale capaciteit is
Het Breeddiep is aangepast, waardoor de toeganke-
omstreeks 2025 in zicht. De Slufter zal zijn open,
lijkheid van Maasvlakte 1 en 2 voor de binnenvaart
groene karakter behouden.
veiliger is geworden. Het Beerkanaal is aangepast aan de eisen voor manoeuvreerruimte voor de
Het Krabbeterrein (ten westen van de Suurhoffbrug)
(groter wordende) zeescheepvaart. Waar nodig zijn
is bestemd voor ‘overige havenfuncties’. Bij de
brughoogtes aangepast (Botlekbrug en Hartelbrug-
ontwikkeling van de Papegaaiebek en het Krabbe-
gen).
terrein worden de mogelijkheden onderzocht om
18
de barrière van de Maasvlakte in de ecologisch
Pijpleidingen
waardevolle Hollandse duinenrij te verkleinen,
De aansluitingen op het internationale pijpleidingen-
bijvoorbeeld door middel van ecologische ‘stapste-
netwerk zijn verbeterd en het MultiCore pijpleidin-
nen’. Maasvlakte 2 biedt ook ruimte voor tijdelijke
gennetwerk binnen het havengebied is uitgebreid.
recreatie en natuur, mits voorzien van goede
HAVENPLAN 2020 DEEL 1
afspraken. Al deze kansen voor recreatie moeten
Weg
tevens passen binnen de randvoorwaarden die de
In 2020 zijn de A4-Noord, de tweede Botlektunnel
exploitatie van het bedrijventerrein met zich mee
en de capaciteitsvergroting van de A15 gereali-
brengt: veiligheid, bereikbaarheid en flexibiliteit van
seerd. De milieukwaliteit is verder geborgd door
uitgifte. Nader onderzoek moet de mogelijkheden
maatregelen aan de infrastructuur (te denken valt
verder in kaart brengen (zie kansenkaarten
aan geluidsarm asfalt, schermen, invoering van
Maasvlakte op pagina 19).
80 km-zones). In 2020 is de kwetsbaarheid op het gebied van capaciteit, veiligheid en leefkwaliteit
KWA LITEITSKA ART 20 20
Deze ruimtelijke ambitie voor de Maasvlakte 1 en 2
van met name de A15 opgelost. Welke nieuwe weg-
is de opgave van de gemeente Rotterdam aan
verbindingen daarbij op langere termijn nog nodig
het Havenbedrijf. Ontwerp, aanleg, ontwikkeling
zijn naast de hiervoor genoemde projecten, is
en exploitatie van de landaanwinning zijn een
onderwerp van nader onderzoek. De plankaart geeft
gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeente en
in ieder geval een ruimtelijke reservering voor de
rijk, de uitvoering ervan berust bij het Havenbedrijf.
Oranjetunnel, Blankenburgtunnel en A4-Zuid aan.
Het kader voor deze ontwikkeling zijn de Planologische Kernbeslissing-plus Mainportontwikkeling
Op de A15 en de ruit van Rotterdam zijn doelgroe-
Rotterdam en het convenant Visie en Durf dat de
penstroken en andere maatregelen gerealiseerd om
gemeente Rotterdam en natuur- en milieuorganisa-
de congestiekansen te verminderen en de milieu-
ties samen sloten.
kwaliteit te verbeteren. De N57 is opgewaardeerd en de verbinding tussen Voorne-Putten (lokale
Infrastructuur:
ontsluiting) en Rotterdam is verbeterd. In bijzondere
meer via water, spoor en pijpleiding
gevallen van calamiteiten op de A15 geldt deze
In 2020 zijn er veilige en betrouwbare verbindingen
route als alternatieve route. De A15-zone (bermen,
over water, spoor en pijpleiding gerealiseerd. Door
leidingenstroken) wordt zoveel mogelijk als groen
clusterbeleid en door het oplossen van knelpunten
gebied beheerd. Het fietsnetwerk in het havenge-
op de achterlandverbindingen, is een verschuiving
bied zelf is versterkt, vooral door verbeteringen
naar vervoer via water, spoor en pijpleiding verder
langs de Merwehaven en Waalhaven.
geoptimaliseerd.
KANSENKAART MAASVLAKTE • CLUSTERING LEGENDA Containers Chemie Energie Distripark Droge bulk Overige havenfuncties Uitgeefbaar terrein Maasvlakte 2 nader te bepalen Clustering Maasvlakte 1 en Maasvlakte 2 Nieuw havenbekken nader te bepalen.
KANSENKAART MAASVLAKTE • BEREIKBAARHEID LEGENDA Vlotte vaarroute diepstekende schepen Verbreding doorsteek Eventueel verkorten papegaaiebek Toekomstige infrabundel Maasvlakte 2
19
Rail Service Center (bestaand)
Huidige rand Maasvakte 1 Eventuele verlenging infrabundel fase 1 Maasvlakte 2
HAVENPLAN 2020
Infrabundel (bestaand)
DEEL 1
LEGENDA Zeereservaat Kustzone als Europese ecologische hoofdstructuur Recreatie Fietsroute Maasvlakte 2 Uitzichtpunt Bestaande woonkernen Kustversterking
KWA LITEITSKA ART 20 20
KANSENKAART MAASVLAKTE • CONTINUITEIT KUSTZONE EN RECREATIEF GEBRUIK
20
HAVENPLAN 2020
DEEL 1
6 K ANSEN OP SUCCES : DILEMMA’S EN HUN A ANPAK Het benutten van kansen voor kwaliteit ter
2 Op grond van de voorspelde groei van het goede-
versterking van haven, economie en leef-
ren- en personenvervoer in 2020 is geconstateerd
omgeving, is geen gelopen race. Op een aantal
dat de A15 op langere termijn, rond 2020, kwets-
punten betekent kwaliteit voor de één, mogelijk
baar is vanuit oogpunt van capaciteit, veiligheid
kwaliteitsverlies voor de ander. De kaart Wissel-
en milieukwaliteit. Dit ondanks de inspanningen op
werking Haven en omgeving (zie kaart aan de
het gebied van het stimuleren van transport met
binnenzijde) brengt de uiteenlopende wensen en
binnenvaart, spoor en pijpleiding, betere benutting,
mogelijke dilemma’s in beeld. De belangrijkste:
en de al geplande aanpassingen aan de haveninfra-
hoe combineer je toenemende transportstromen
structuur. De gemeente wil met zijn partners in de
met meer veiligheid en een betere milieukwaliteit
regio en bij het rijk een studie starten naar de
en hoe kunnen haven én stad zich verder ont-
kwetsbaarheid van de A15 op lange termijn en een
wikkelen zonder elkaar daarbij te hinderen?
integrale visie ontwikkelen op mogelijke oplossin-
In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe de
gen. Onder andere moet duidelijk worden welke
gemeente Rotterdam deze dilemma’s wil aan-
verdere maatregelen voor modal shift en betere
pakken.
benutting mogelijk zijn, en welke prioriteit en fasering aan een derde oeververbinding en A4-zuid,
Meer transport, minder veiligheidsrisico’s en
als uitbreiding van het netwerk, moeten worden
betere milieukwaliteit
gesteld. Specifieke onderwerpen zijn verder de
Meer havenactiviteiten in het bestaande gebied
calamiteitenafwikkeling bij incidenten in de A15/
en uitbreiding van de haven naar het westen,
havenspoorlijnzone, meervoudig ruimtegebruik,
betekenen in 2020 ook meer vervoer van goederen
effecten op de leefkwaliteit langs de infrastructuur
en personen over de A15 en de ruit van Rotterdam,
en alternatieve financieringsconstructies voor de
boven op de ‘autonome’ groei van verkeer op de
nieuwe infrastructuur.
ruit. Deze ontwikkeling staat op gespannen voet met Op dit moment verricht het Havenbedrijf samen met
te verbeteren, met name voor wat betreft externe
de Technische Universiteit Delft een verdere risico-
veiligheid, geluidhinder, kwaliteit van de lucht
analyse naar de kwetsbaarheid van de A15 op de
en congestie. Om die reden wil de gemeente
langere termijn, inclusief onderzoek naar mogelijke
Rotterdam in de komende periode versterkt inzetten
calamiteitenafwikkeling. Met de uitkomsten hiervan
op (zie ook Beleidsopgaven):
kan de studie naar de kwetsbaarheid van de A15 op
• meer goederenvervoer via water, spoor en pijp-
lange termijn verder worden afgebakend.
• meer collectief of openbaar personenvervoer;
Meer havenactiviteiten én stedelijke
• betere benutting van infrastructuur;
ontwikkeling in het bestaande havengebied Intensiveren van de havenactiviteiten verder westwaarts op de linker Maasoever lijkt niet eenvoudig
Voor de A15 geldt voor de komende planperiode de
te combineren met het verminderen van overlast
volgende, gefaseerde opgave:
en risico’s voor omwonenden van de haven en al helemaal niet met plannen van (deel)gemeenten
1 Voor de middellange termijn, tot 2015, worden reeds
op de rechter Maasoever (Hoek van Holland,
aanpassingen voorzien aan de A15. Rijkswaterstaat
Maassluis, Vlaardingen en Schiedam) om juist daar
werkt thans aan het project ‘MaVa’, waarbij de
nieuwe woonlocaties te ontwikkelen. Ook lijkt het op
gehele A15 van Maasvlakte tot Vaanplein wordt
gespannen voet met de ambitie om de woonkwaliteit
aangepakt. Een investeringspakket voor de infra-
in gebieden als Hoogvliet en Pernis te verbeteren.
structuur, inclusief milieumaatregelen, moet ervoor
Ook het uitbreiden en intensiveren van het shortsea
zorgen dat via de A15 de bereikbaarheid van het
cluster in de Eemhaven lijkt slecht te passen bij het
gebied wordt gegarandeerd. Rotterdam maakt zich
ontwikkelen van woningen en stedelijke bedrijvig-
met Rijkswaterstaat sterk om dit investeringspakket
heid in de Waalhaven. Toch zijn juist die combina-
veilig te stellen. Daarnaast maakt Rotterdam zich
ties de ambitie van Rotterdam en van de
sterk om in deze periode het knelpunt bij de
omringende gemeenten. Die is alleen te realiseren
Botlektunnel op te lossen.
door in de betreffende gebieden op maat te bekijken wat de mogelijkheden zijn, die te ontwikkelen en daarbij met bedrijven en bewoners goede afspraken
KA NSEN OP SUCCES: DILEMM A’S EN H UN A A NPAK
• milieumaatregelen.
DEEL 1
leidingen in plaats van de weg;
21
HAVENPLAN 2020
de ambitie om ook de kwaliteit van de leefomgeving
te maken over wat wel en niet kan en welke vormen
De uitwerking van de ambities voor de nieuwe
van hinder en risico nu eenmaal verbonden zijn aan
woongebieden valt buiten de werking van dit
wonen in of bij de haven.
Havenplan 2020. Belangrijke kaders daarvoor vormen het Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020,
Inzet voor de Stadshavens is bijvoorbeeld om daar
dat momenteel in ontwikkeling is, de ontwikkelings-
een experimenteergebied van te maken waarbij
visie Stadshavens en het ROM-Rijnmondproject
technologische innovaties en innovaties op het
Herstructurering rechter Maasoever.
gebied van bouwen in milieubelaste gebieden hand in hand gaan. Leidraad daarbij zijn de ontwikkelopgaven voor de Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens Rotterdam die in het vorige hoofdstuk zijn beschreven. Als uitgangspunt daarbij gelden de huidige afspraken over maximaal toelaatbare grenswaarden. Voor een maatwerkaanpak van de ontwikkeling van woningen in combinatie met groei van de haven, hanteert de gemeente Rotterdam de volgende uitgangspunten: • Veiligheid en gezondheid staan voorop. • Bij locatiekeuzes afstand behouden tot de invloedsfeer van de haven en bestaande zonering (de maximaal toelaatbare grenswaarden) respecteren. • Wanneer het vanuit economisch en maatschappelijk 22
belang toch wenselijk is te bouwen binnen deze zonering, per locatie maatwerk leveren. De kansen
HAVENPLAN 2020
verschillen van plek tot plek. • Afspraken maken met de betrokken partijen over de mogelijkheid om verantwoord te bouwen in milieubelaste gebieden en over de gewenste (basis) kwaliteit.
DEEL 1
• Toekomstige groeimogelijkheden van bedrijven binnen de MTG-contour en de uitgifte van haventerreinen mogen niet belemmerd worden.
KA NSEN OP SUCCES: DILEMM A’S EN H UN A A NPAK
• Met het oog op de toekomstige milieubelasting in die gebieden zorg besteden aan de integrale kwaliteit van de plannen, zoals de mogelijkheden om afschermende, minder gevoelige functies te plaatsen tussen woningen en de haven. • Met gevoelige functies zoveel mogelijk afstand houden van bronnen van hinder of risico en investeren in maatregelen aan de gebouwkant, zoals geluidwerende gevels. • Locatiegericht mogelijkheden onderzoeken om het effectgebied van hinder en risico te verkleinen door aanpak aan de bron en onderzoeken of dat gefinancierd kan worden uit de exploitatie van de gebieden (extra bronbeleid mag niet ten koste gaan van zittende bedrijven). • Richting bewoners duidelijk communiceren over de milieukwaliteit in het gebied.
7 UIT VOERING, PL ANNING EN ROLVERDELING De uitvoering van het Havenplan 2020 is in handen
ambitie van verdere clustering en co-siting.
van de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf
Opheffen van knelpunten in de infrastructuur, zal
Rotterdam en de Ontwikkelingsmaatschappij
op deze ontwikkelingen moeten worden afgestemd.
Stadshavens en is onderwerp van verschillende,
Voor een evenwichtige inzet op al deze fronten,
reeds lopende, projecten en programma’s. Het
staat de gemeente Rotterdam het volgende
Havenplan 2020 zelf kent geen specifiek uitvoe-
tijdsverloop voor ogen (zie ontwikkelingskaarten op
ringsprogramma.
pagina 25): • Tussen nu en 2010 wordt het proces van intensive-
Uitwerking en implementatie
ring en clustering in het bestaande havengebied
De verdere uitwerking en implementatie van het
gecontinueerd, voortbouwend op de ontwikkelingen
Havenplan 2020 zal langs de volgende lijnen
die sinds het Havenplan 2010 in gang zijn gezet.
plaatsvinden:
De resterende kavels (in totaal zo’n 250 hectare)
• De economische en ruimtelijke opgaven worden
worden nog uitgegeven, bedrijven benutten hun
onder meer uitgewerkt in het eerstkomende
interne reserves en de clusters raken verder
Bedrijfsplan van het Havenbedrijf Rotterdam en in
geïntegreerd. Er wordt in dit tijdvak een start
het Ruimtelijk plan regio Rotterdam (RR 2020), waar
gemaakt met een gefaseerde aanleg van Maas-
de provincie Zuid-Holland en de stadsregio verant-
vlakte 2. In het oosten (Stadshavens) kunnen in
woordelijk voor zijn.
deze periode de kansen worden aangegrepen om
• De verdere doorwerking van de ruimtelijke inrichting van het havengebied vindt plaats in de komende bestemmingsplannen van de haven. Hiervoor is de gemeente Rotterdam verantwoordelijk. • De belangrijkste ruimtelijke opgaven uit dit
de economische en fysieke relatie tussen haven en stad te verbeteren. Het shortsea cluster in de Eemhaven wordt verder ontwikkeld. • De realisatie van Maasvlakte 2 leidt in de periode 2010–2020 tot een grotere dynamiek in het havengebied, zowel in het westen als het oosten.
1 Aanleg van Maasvlakte 2
De gemeente gaat ervan uit dat omstreeks 2010
2 Ontwikkelen van de Stadshavens
terreinen op Maasvlakte 2 kunnen worden uitge-
3 Afstemmen van woningontwikkeling op de rechter
geven, waarna de ontwikkeling van de Stadshavens
Maasoever met havenontwikkeling op de linker Maasoever.
een verdere impuls krijgt. • Verdere intensivering van het industriegebied
4 Duurzaam beheren van het industriegebied.
Europoort-Botlek-Vondelingenplaat zal in deze
5 Verbeterde capaciteit, veiligheid en leefkwaliteit
periode alleen mogelijk zijn bij innovaties op het gebied van ruimteproductiviteit en bronbeleid. Nieuwe infrastructuur, in het bijzonder een nieuwe oeververbinding, zal waarschijnlijk rond 2020 nood-
uitgewerkt via de projectenlijn Maasvlakte 2, de
zakelijk worden, als Maasvlakte 2 vol in bedrijf is.
ontwikkelingsstrategie Stadshavens, de studie naar de A15-lange termijn en het ROM-Rijnmondproject
Samenwerking met andere partijen
Herstructurering rechter Maasoever.
Voor realisatie van de streefbeelden voor de
Aanspreekpunt voor de uitvoering van de beleids-
Rotterdamse haven is samenwerking met en inzet
voornemens uit dit Havenplan 2020 is het college
van andere partijen onmisbaar. Meer specifiek
van Burgemeester en Wethouders van de gemeente
vraagt de gemeente Rotterdam van haar belangrijk-
Rotterdam.
ste beleidspartners in de komende periode de volgende bijdragen:
Planning Realisatie van de verschillende economische en ruimtelijke opgaven voor de haven zijn sterk met elkaar verweven. Ontwikkelingen in de Stadshavens komen bijvoorbeeld pas goed op gang wanneer
Stadsregio en provincie • Verbeteren van het vestigingsklimaat in de regio, waaronder onderwijs, woningaanbod, voorzieningenniveau, bereikbaarheid, natuur en recreatie.
deepsea activiteiten uit de Waalhaven terecht
• Aandacht voor bereikbaarheid van de haven, in het
kunnen op Maasvlakte 2. Dan ontstaat ook de
bijzonder de kwetsbaarheid van de A15, en lokale
mogelijkheid om eventuele hindergevende bedrijven
infrastructurele knelpunten (N57 en ontsluiting
dichtbij (toekomstige) woonlocaties een alternatieve
Voorne-Puttten) in het ontwerp Ruimtelijk Plan regio
vestigingsplaats te bieden en vaart te maken met de
Rotterdam 2020.
UI TVOERING, P LANNING EN RO LVERDELING
Deze ‘majeure opgaven’ worden onder andere
DEEL 1
in de gehele A15-zone.
23
HAVENPLAN 2020
Havenplan zijn:
• Afweging van woningbouwlocaties volgens een
• Bijdragen aan een te starten studie naar de kwets-
gebiedsgerichte strategie en rekening houdend met
baarheid van de A15 op lange termijn en aan het
ontwikkeling van de haven.
ontwikkelen van een integrale visie op mogelijke
• Ontwikkeling van een groene buffer aan de zuidrand van het havengebied. • Realisatie van 750 hectare natuur- en recreatiege-
oplossingen in samenwerking met de stadsregio, de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf. • Opheffen van infrastructurele knelpunten voor
bied in de regio, in het kader van het Project
de binnenvaart:
Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR).
• Aanpassen van sluizen en brughoogtes.
• Ruimtelijke reservering voor de Oranjetunnel en Blankenburgtunnel. • Ruimte reserveren in de regio voor havenafgeleide bedrijvigheid: transport, logistiek en maritieme dienstverlening. • Completeren van de recreatieve route langs de rechter Maasoever.
• Ontwikkeling van inlandterminals voor de binnenvaart mogelijk maken. • Garanderen capaciteit van het spoor: • Noord-zuidverbinding bij Geldermalsen (ook vanwege veiligheidsknelpunten). • Verder ontwikkelingen van RoBeL (goederenspoor Rotterdam-België) en aansluiting van de Betuweroute op Duitsland.
Milieudienst Rijnmond DCMR • Verdere inzet op bronbeleid
• Ketenstudies externe veiligheid. • Invoering van de wetgeving Stad & Milieu.
(vergunningverlening en handhaving). • Opstellen Uitvoeringsprogamma Externe Veiligheid
Private partijen
Rijnmondgebied, onder meer in samenspraak met
Naast inzet van andere overheden is voor de
gemeenten, Rijkswaterstaat en het bedrijfsleven.
realisatie van het gemeentelijk havenbeleid ook de samenwerking met private partijen van groot
Samenwerkingsverband ROM-Rijnmond 24
• Opstellen van een energievisie (R3) voor het
belang. Dat geldt met name voor: • Het bedrijfsleven, dat als gebruiker van de haven
HAVENPLAN 2020
havengebied 2020, gericht op efficiënt en duurzaam
of huurder van haventerreinen sterk bepalend is
energiegebruik.
voor de richting waarin de haven van Rotterdam
• Onderzoek en uitvoering van het PMR-project Bestaand Rotterdams Gebied om bestaande ruimte intensiever te benutten en de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren. Belangrijke aandachts-
DEEL 1
punten vanuit dit Havenplan 2020 zijn daarbij: • Kenniscentrum Geluid: selectie, financiering en uitvoering van (bron)maatregelen;
UI TVOERING, P LANNING EN RO LVERDELING
• Masterplan Luchtkwaliteit. Rijk • Herijking van het rijksbeleid voor Nederlandse Zeehavens: opstellen van een Havenvisie. • Inzet van lobby voor gelijke uitgangsposities voor Europese havens (‘level playing field’). • Bijdragen aan de uitvoering van het Project Mainportontwikkeling Rotterdam: • De ontwikkeling van Maasvlakte 2, inclusief het zeereservaat als natuurcompensatie; • Projecten in het Bestaand Rotterdams Gebied (BRG); • De ontwikkeling van 750 ha natuur- en recreatiegebied. • Garanderen van de bereikbaarheid door een basissnelheid voor het wegverkeer op alle rijkswegen. • Realisatie van de A4-noord.
zich uiteindelijk zal ontwikkelen. • Onderwijsinstellingen, verantwoordelijk voor het juist opleiden van jongeren in de regio ten behoeve van de arbeidsmarkt. • Maatschappelijke organisaties, die gemeente en Havenbedrijf inzicht verschaffen in wensen en verlangens uit de samenleving en hoe deze vertaald kunnen worden in beleid en maatregelen. Niet alleen bij het opstellen van dit Havenplan 2020, maar ook bij de uitvoering, streeft de gemeente Rotterdam naar een constructieve dialoog met deze partijen.
O NT W I KK E LI N GE N 19 93 -20 03
(TRANSFORMATIEGEBIEDEN KOP VAN ZUID, KATENDRECHT, SCHIEHAVEN-MULLERPIER, VERANDA)
DISTRI
+ VE R
O
T
HR
ENSPOORLIJN
BR
ED
SC
HAV
O
RSC
IN
G
FRUI T
A1
5 RSC DISTRI
DISTRI BETUWEROUTE
UITGIFTE OPENSTAANDE KAVELS, ONTWIKKELING CLUSTERGEDACHTE
O NT W I KK E LI N GE N 20 03 -2010
AANLEG MAASVLAKTE 2
A4
OR - NO
D 25 “KANSEN GRIJPEN
VOORDELTA
STADSHAVENS” SHORTSEA
IN GEBRUIK INTENSIVERING EN CLUSTERING, INDUSTRIËLE ECOLOGIE (KETENINTEGRATIE)
UI TVOERING, P LANNING EN RO LVERDELING
O NT W I KK E LI N GE N 2010 -2020
DE
EP
SE
A
?
STADSHAVENS
MAASVLAKTE 1+2 DEEPSEACLUSTER CONTAINERS, CHEMIE EN NIEUWE INDUSTRIE
S H
SHORT SEA
STADSHAVENS
D OE L GR
NC G O ED E R E A
OE
P S T ROKEN
VERDERE KETENINTEGRATIE EN TRANSITIE NIEUWE ENERGIEDRAGERS EN BULKPRODUCTEN
IT R PA C OO SP
N 57
DEEL 1
BETUWEROUTE
HAVENPLAN 2020
ZEERESERVAAT
EI
T
BELGIË
26
HAVENPLAN 2020
DEEL 2
UI TVOERING, P LANNING EN RO LVERDELING
8 VERWACHTE ONT WIKKELINGEN EN OPTIES VOOR DE TOEKOMST Rotterdam dankt zijn positie als haven- en
lingen op internationaal terrein leiden bij bedrijven
industriecomplex aan veel kwaliteiten en aan
tot fusies en overnames, wat resulteert in schaal-
de aanwezigheid van succesvolle bedrijven.
vergroting, specialisatie in kernactiviteiten en het
Door zijn directe ligging aan zee, de ligging
meer klantgericht produceren. Bedrijven zijn een
in de delta en de kwaliteit van haar achterland-
schakel in een uitgebreid netwerk van toeleveran-
verbindingen (pijpleiding, binnenvaart, spoor
ciers en afnemers. Ze raken bovendien ‘footloose’,
en weg) is Rotterdam geworden tot wat zij is:
waardoor de concurrentie tussen havens toeneemt
de grootste haven ter wereld. Rotterdam herbergt
en de binding van de mondiale bedrijven met een
een veelzijdig logistiek cluster en één van
bepaalde regio minder wordt. De vervoerskosten
de grootste (petro)chemische complexen.
nemen af, de transportstromen over de hele wereld
De ruimteproductiviteit en ook de arbeidspro-
nemen toe, waarbij lucht- en zeehavens de knoop-
ductiviteit zijn vergeleken met andere havens
punten zijn in mondiale transportnetwerken. Dit
hoog. De nautische veiligheid en de kwaliteit
genereert een extra ruimtevraag in de mainports
van de dienstverlening zijn goed. De haven wordt
en op de corridors naar het buitenland. Met name
beschouwd als een van de best beveiligde
de groei van de Chinese economie leidt tot groei
havens ter wereld.
van ladingstromen, waar ook Rotterdam van kan
In dit hoofdstuk worden de verwachte ontwikke-
profiteren.
lingen voor de haven van Rotterdam en de opties om daarop in te spelen nader toegelicht.
Toenemende invloed vanuit Brussel Steeds meer wet- en regelgeving komt van de
Trends in het internationale speelveld
Europese Unie, ook voor de havens in Europa.
In de internationale en Europese markt van zee-
Dit moet leiden tot gelijke handhaving van subsidie-
havens zijn verschillende ontwikkelingen te signale-
regelingen en wet- en regelgeving op het gebied
ren, die van invloed zijn op de positie en toekomst
van economie en bescherming van natuur en milieu.
van de Rotterdamse haven. Deze worden hierna
De toenemende invloed vanuit Brussel heeft tot
behandeld.
gevolg dat nationale overheden minder autonoom om in te grijpen. Door het veranderende schaal-
De Rotterdamse haven opereert in een speelveld
niveau waarop beslissingen tot stand komen, wordt
met een groeiende concurrentie met en tussen
de afstand tussen politiek enerzijds en burgers en
de omliggende havens in Noordwest-Europa, de
bedrijven anderzijds groter. Economische groei in Oost-Europa
havens hun prijs-kwaliteitverhouding kunnen
Mede door de toetreding van nieuwe lidstaten, zal
verbeteren en hebben zij door investeringen in hun
het economisch zwaartepunt in Europa zich in de
terminals een deel van hun ‘natuurlijke’ achterland
komende decennia naar verwachting meer naar het
teruggewonnen van Rotterdam. Voor internationale
oosten en zuiden verplaatsen. De hoogste groei
reders wordt het bovendien voordeliger om meer-
wordt in de periode tot 2020 voorzien voor de regio
dere havens in Europa aan te lopen, in plaats van
Oost-Duitsland en Zuid-Duitsland, Oostenrijk en
een ‘mainport’ aan te doen van waaruit de verdere
mogelijk voor nieuwe toetreders tot de EU zoals
Europese distributie plaatsvindt. Dit ‘multiporting’-
Polen, Estland, Letland en ook Tsjechië en Slowakije.
effect speelt met name in de containerbranche.
Dit betekent voor Rotterdam (en andere havens) deels nieuwe afzetmarkten, die niet tot het natuur-
Globalisering en liberalisering
lijke achterland behoren.
Globalisering is het voortschrijdende integratieproces van de mondiale economie, waarbij
Duurzaamheid
economische en geografische grenzen steeds
Door het schaarser worden van ruimte en grond-
meer vervagen. De wereld wordt als één markt
stoffen ontstaat er meer oog voor duurzaamheid.
beschouwd. Inkoop van grondstoffen, inrichten van
Dit leidt bij bedrijven tot intensivering van ruimte,
productielocaties en afzet van eindproducten vindt
het ontwikkelen van alternatieve vormen van
daar plaats waar de hoogste voordelen (arbeids-
energie en het sluiten van ketens van energie en
kosten, locatievoordelen) en beste (bedrijfs)
grondstoffen. Op dit vlak werken bedrijven steeds
resultaten kunnen worden gegenereerd. Ontwikke-
meer samen, terwijl ze zich toeleggen op hun
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
jaren hebben de andere Noordwest-Europese
DEEL 2
zogenoemde Hamburg-Le Havre range. De laatste
HAVENPLAN 2020
te werk kunnen gaan en minder middelen hebben Groeiende concurrentie
27
specialisatie. Maatschappelijk verantwoord onder-
gemaakt in drie verschillende clusters in de haven:
nemen doet serieus opgang. Daarnaast is op het
het industriecomplex, de distributiecentra en het
vlak van wetgeving het nodige in voorbereiding
op- en overslagcluster.
(aanscherping van normen) waarop bedrijven moeten anticiperen. De voorwaarden waaronder
Industrie
klanten dit in Rotterdam kunnen vormgeven, maakt
Het Rotterdamse (petro)chemische complex is
een belangrijk deel uit van het vestigingsklimaat.
dermate grootschalig dat het op wereldschaal concurreert. Internationaal gezien zijn er soort-
Toenemende kennis- en kapitaalintensiteit
gelijke industriële clusters in Houston en Singapore.
Kennis wordt meer en meer een onderscheidende
Binnen Europa is alleen het industriële complex van
factor in de concurrentiestrijd tussen havens.
Antwerpen van vergelijkbaar niveau. Daarnaast zijn
Innovatiekracht en daarmee de groeipotentie van
er kleinschalige clusters in onder andere Oost-
bedrijven is gebaseerd op de mogelijkheden om
Duitsland, Spanje en Noord- en Zuid-Nederland.
kennis aan te trekken. De verdere ontwikkeling van ICT-toepassingen leidt tot grotere efficiency
Distributie
in logistieke en industriële processen. Kennis is
De concurrentie in de distributiesector komt met
onderdeel van het ‘human capital’ van een bedrijf.
name van distributieknooppunten die verder van
Omgevingsfactoren, zoals de beschikbaarheid van
de kust gelegen zijn, zoals Venlo en Tilburg.
een breed en hoogwaardig pakket aan diensten, het juiste arbeidsaanbod, vooraanstaande opleidingsin-
Op- en overslag
stituten en ondersteunende ICT, worden steeds
De concurrenten op gebied van op- en overslag-
belangrijker voor de keuze van een bedrijf zich
activiteiten zijn andere havens in Noordwest-
ergens te vestigen.
Europa. Over een lengte van ongeveer duizend kilometer liggen ruim negen andere havens, met
28
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
Veiligheid
name in de containeroverslag, de zogenoemde
Veiligheid staat in Rotterdam al jaren hoog op de
Hamburg-Le Havre range. De concurrentiepositie
agenda en die aandacht is sinds de aanslagen in
van de Rotterdamse overslag wordt doorgaans
de VS in september 2001 alleen maar gegroeid.
bepaald aan de hand van de positie en groeicijfers
Er zijn verschillende internationale initiatieven
die vergeleken worden met de havens in de
(zoals de Ship and Port Facility Security Code
Hamburg-Le Havre range. Al deze havens spannen
van de International Maritime Organisation en
zich in om ladingaanbod te verkrijgen. De voorkeur
de Amerikaanse Maritime Transportation Security
van de markt wordt daarbij veelal bepaald door de
Act van 2002), die grote gevolgen hebben voor het
verhouding tussen prijs en kwaliteit. Het geografi-
logistieke proces in de haven. Rotterdam ontwikkelt
sche voordeel van de kortste afstand naar de eind-
plannen en scenario’s om deze regelgeving te
bestemming legt nauwelijks gewicht in de schaal,
implementeren en zowel de veiligheid van het
het gaat meer om de betrouwbaarheid van de
gebied als de kwaliteit van het logistieke proces
achterlandverbindingen.
maximaal te garanderen. De port security is een blijvend thema, ook in de komende decennia.
In 2003 bedroeg de overslag van de Rotterdamse
Daarnaast is er groeiende aandacht voor de
haven 328 miljoen ton (inclusief ruim 4 miljoen ton
‘externe’ veiligheid, het voorkomen van calamiteiten
in de havens van Schiedam en Vlaardingen).
als gevolg van activiteiten met gevaarlijke stoffen
Het marktaandeel in de Hamburg-Le Havre range
(tijdens het productieproces of transport). Deze
bedroeg, evenals in het voorgaande jaar, 38,4%.
aandacht is na de vuurwerkramp in Enschede sterk
In 1992 bedroeg dat marktaandeel nog 44%. Vooral
toegenomen. Het rijk heeft daarvoor in 2002 de
de havens van Antwerpen en Hamburg hebben de
zogenaamde Ketenstudies gestart. Onder andere
laatste decennia een sterke groei doorgemaakt.
wordt ingezet op het terugdringen van transporten
Deze groei was sterker dan die van Rotterdam,
van gevaarlijke stoffen en de beheersing van
waardoor het Rotterdamse marktaandeel is gedaald.
calamiteiten in dicht bevolkte gebieden.
Met name Hamburg en Antwerpen concurreren sterk met Rotterdam op de lading uit China, dat een
De concurrentiepositie van Rotterdam
snel groeiende economie heeft. Rotterdam wil haar
Voor een beschouwing van de concurrentiepositie
concurrentiepositie versterken en dit marktaandeel
van de Rotterdamse haven, wordt een onderscheid
weer terugwinnen.
De Rotterdamse haven ligt daarvoor strategisch
nentaal) en shortsea (continentaal) vervoer, waarbij
goed ten opzichte van belangrijke (industriële)
de containers over zee worden aan- of afgevoerd
Europese centra zoals het Ruhrgebied, de economi-
via het achterland, groeien. Het afnemend markt-
sche centra langs de Rijn en de Baselregio. Door
aandeel van de containersector in Rotterdam is
de aansluiting met de Rijn beschikt de haven over
vooral te wijten aan een teruglopende doorvoer over
een goede toegang tot een groot, intensief bewoond
zee en het eerder genoemde ‘multiporting’ effect.
en producerend deel van het Europese achterland.
Verder is de prijs-kwaliteitverhouding van havens
Zo kan de haven relatief goedkoop vervoer aanbie-
zoals Antwerpen en Bremen de laatste jaren
den naar Midden- en Zuid-Duitsland, Zwitserland en
verbeterd en zijn er in verschillende Noord-
zelfs verder langs de Rijn tot Midden-Europa. In zijn
Europese havens nieuwe terminals beschikbaar
algemeenheid geldt voor de havens in Noordwest-
gekomen.
Europa dat ze een vrij klein natuurlijk achterland Rijksbeleid
hebben.
Het rijk is momenteel bezig met herziening van het havenbeleid. Het huidige beleidskader, de Tweede
Het marktaandeel verschilt per goederenstroom.
Voortgangsnota Zeehavenbeleid, uitgebracht in
Voor olie-, ertsen- en schrootoverslag is de haven
1999 met een looptijd van vijf jaar, is aan een
onbetwist marktleider in de Hamburg-Le Havre
herijking toe. Naast deze formele reden zijn de
range (bijna 46% in 2002), met name door de grote
ontwikkelingen in de markt, zoals hiervoor
diepgang van de haven. Voor ruwe olie levert de
geschetst, de behoefte aan meer speelruimte voor
Rotterdamse haven de laatste jaren marktaandeel
het bedrijfsleven en de ontwikkeling van Europese
in (van bijna 60% in 1990 tot ruim 55% in 2002),
regelgeving, aanleiding om het beleid te herformule-
maar de haven blijft marktleider. De daling is te
ren. De betekenis van Rotterdam en andere
verklaren uit de opkomst van Wilhelmshaven, als
Nederlandse zeehavens voor de nationale economie
dé haven voor Duitsland. De stukgoedsector omvat
zal hierbij nog eens nadrukkelijk aan de orde
de overslag van containers, roll on/roll off (roro)
komen. Doel van een nieuw zeehavenbeleid is
en conventioneel stukgoed. De laatste decennia is
heldere keuzes te maken op het gebied van de
de opmars van de containeroverslag ten koste
mainports, sturing (ondermeer taakverdeling
gegaan van het conventionele stukgoed. In de
overheid) en marktordening, ruimte, infrastructuur
containeroverslag heeft de Rotterdamse haven,
en investeringen.
ondanks het toenemende totaalvolume, de laatste Economische betekenis van de haven
van Rotterdam in containeroverslag in de HamburgHaven- en industriecomplex
het aandeel nog op 39%. Het deepsea (interconti-
De haven vervult de volgende economische functies: • De haven als op- en overslagpunt, als knooppunt
GOEDERENOVERSLAG
in het internationale netwerk voor goederenstromen
in de Hamburg - Le Havre range
en het efficiënt afhandelen daarvan. (38,4%)
Rotterdam (15,7%)
Antwerpen
(11,6%)
Hamburg
(8,4%)
ANZKG
(8,0%)
Le Havre Duinkerken Bremen
0
ANZKG
produceren. • De haven als economisch zakelijk cluster. Door het
(5,5%)
katalysator waaruit uitgebreide netwerken ontstaan
50
voor maritieme en logistieke dienstverlenende activiteiten.
100 150 200 250 300 350
Goederenoverslag in miljoenen tonnen (%)
heid van grote goederenvolumes efficiënt kunnen
benutten van schaalvoordelen werkt een haven als
(2,9%)
Gent
grootschalige industrie die vanwege de aanwezig-
(5,7%)
(3,9%)
Zeebr ugge
• De haven als vestigingsplaats voor clusters van
Marktaandeel in percentage s Amsterdam-Noordzeekanaalgebied
De haven wordt dan ook veelal aangeduid als het totaal van deze functies in de benaming Rotterdams haven- en industriecomplex (HIC).
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
Le Havre range lag in 2002 op 29%. In 1992 lag
DEEL 2
jaren aan marktaandeel verloren. Het marktaandeel
29
HAVENPLAN 2020
Marktaandelen naar goederenstroom
De concurrentiekracht van Nederland wordt voor
kostenverlaging en efficiencyverbetering van het
een belangrijk deel bepaald door de transport- en
vervoer. Het aandeel van het vervoer aan het bruto
distributiefunctie die ons land heeft. Daarin zijn de
binnenlands product daalde, omdat de prijsverlaging
luchthaven Schiphol en de haven van Rotterdam als
groter is geweest dan de volumegroei van het
mainports cruciaal. Zij hebben complementaire
transport en omdat door de enorme stijging van de
functies in de nationale economie. Schiphol vervult
arbeidsproductiviteit er minder productiefactoren
een belangrijke functie in het vervoer van reizigers
behoeven worden ingezet.
en hoogwaardige (tijdkritische) lading. Het havenen industriecomplex is de schakel voor de grote
Het overslagvolume gemeten in tonnen is in de
volumestromen van goederen en bulktransporten,
periode 1991-2000 met bijna 11% gestegen. De
en daaraan gekoppeld de (industriële) productie en
waarde van de overslag is in deze periode veel
distributie in Nederland en West-Europa.
sterker toegenomen: ruim 18%. De stijging van de
Het belang van de haven voor de Nederlandse
waarde van de goederen weerspiegelt de groei van
economie is onder andere af te meten aan de
Rotterdam als containerhaven. De industrie levert
omvang van de werkgelegenheid en de toege-
bijna 50% van de totale toegevoegde waarde van
voegde waarde (zie tabel).
het Rotterdamse haven- en industriecomplex.
Toegevoegde waarde
De verwachting is dat zowel de directe als indirecte
De economische invloed van de haven is sinds de
toegevoegde waarde met enkele procenten per jaar
jaren zeventig veranderd. Er heeft in die periode
zullen stijgen (tussen de 1,5 en 3,5%), onder andere
een transformatie plaatsgevonden van een arbeids-
als gevolg van groei in de distributie- en transport-
intensieve naar kapitaalintensieve haven. Vergelijk-
sector, de chemie en toeleverende bedrijven.
bare processen hebben zich bij vrijwel alle moderne
30
HAVENPLAN 2020
Europese havens voltrokken. Daarbij is het aandeel
Werkgelegenheid
van het haven- en industriecomplex in de nationale
In 2002 was de directe werkgelegenheid van het
economie gedaald. Werd in 1960 van elke Neder-
haven- en industriecomplex ruim 60.000 banen.
landse gulden ruim 4 cent in de haven verdiend, nu
Er is een sterke verwevenheid met de transport-,
is dat 2 cent. Dit is het gevolg van de enorme
logistieke- en industriesector in de regio. Hierdoor
ECO N OM ISC H E KE RNC I J FE RS HAVE N - E N I N DUSTRI ECOM PLE X VAN ROT TE RDA M
DEEL 2
Totale toegevoegde waarde in miljarden euro’s Bijdrage direct afkomstig uit de haven
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
Bijdrage indirect (havengerelateerd)
22,6 7,4 15,2
Bijdrage HIC aan Bruto Binnenlands Product
6,8%
Bijdrage HIC aan Bruto Regionaal Product Export buitenland in miljarden euro’s
25,0% 17,2
Werkgelegenheid van de Rotterdamse haven in Nederland in aantallen werknemers Directe werkgelegenheid
312.000 61.000
• logistiek
36.500
• industrie
17.100
• overig Indirecte werkgelegenheid
7.400 251.000
Bijdrage aan de nationale werkgelegenheid
5,4%
Werkgelegenheid van de Rotterdamse haven in de regio Bijdrage aan regionale werkgelegenheid
110.000 16,0%
zorgt het haven- en industriecomplex ook voor
arbeidsintensieve bedrijven zich hier gaan vestigen.
directe werkgelegenheid in de Drechtsteden en rest
De eerste onderzoeken tonen aan dat met ontwikke-
van Zuid-Holland Zuid.
ling van Stadshavens op termijn zo’n 10.000 extra arbeidsplaatsen kunnen worden gecreëerd.
Het grootste deel van de directe werkgelegenheid in de haven komt voor rekening van de logistieke
De nationale economie, en daarmee de werkgele-
sector, zo’n 36.500 mensen vinden daar werk. In
genheid, raakt meer georiënteerd op de dienstverle-
de industrie van de Rotterdamse haven werken ruim
ning. Daardoor zal het aandeel van de haven in de
17.000 mensen. Het grootste industriële cluster, de
totale werkgelegenheid van Nederland afnemen van
petrochemie, levert hiervan meer dan 12.000 banen.
5,4% nu tot 4.8% in 2020.
Daarnaast biedt de haven veel indirecte werk-
Regionale economische structuur
gelegenheid, bij toeleveranciers en afnemers.
De economische structuur van de regio Rotterdam
De haven van Rotterdam vormt, samen met de
wordt als onvoldoende sterk beschouwd. Van een
luchthaven Schiphol, een belangrijke vestigings-
evenwichtige economische structuur is sprake bij
factor voor andere bedrijven die profiteren van de
een goede mix van productie-, kennis- en diensten-
schaalgrootte en infrastructuur rondom de main-
sectoren en grote, middelgrote en kleine bedrijven.
ports. Dit effect op de werkgelegenheid is echter
Het aandeel diensten is gezien het grootstedelijk
minder goed in beeld gebracht.
karakter van Rotterdam laag, de regio heeft een laag aandeel hoog gekwalificeerde banen. De regio hoge werkeloosheid. De regio zou meer kunnen
de hiermee gepaard gaande stijging van de arbeids-
profiteren van de haven door het aantrekken van
productiviteit, is de werkgelegenheid in de haven
meer kennisintensieve activiteiten en dienstver-
laag vergeleken met andere sectoren. Met name
lening, die gelieerd zijn aan de haven (zoals de
de directe werkgelegenheid is de afgelopen jaren,
maritieme zakelijke dienstverlening). De grondslag
als gevolg van automatisering in de logistieke
van de concurrentiekracht van de haven ligt in de
sectoren gedaald. De komende jaren is de ver-
directe omgeving waarin de haven opereert. Dat
wachting dat in de industrie het aantal banen zal
betekent dat de regio om zich economisch goed te
afnemen. In de handel zal het aantal banen juist
kunnen ontwikkelen over een goed vestigingsklimaat
groeien. Dit resulteert per saldo in een lichte
moet beschikken en een aantrekkelijke regio moet
afname van de werkgelegenheid in de komende
zijn voor zowel bedrijven als (potentiële) werk-
jaren.
nemers. Aan de relevante vestigingsfactoren zal in dit Havenplan nader aandacht worden besteed.
transportsector een stijging van de werkgelegen-
Tegelijkertijd is de opgave voor de regio Rotterdam
heid verwacht door uitbreiding van de haven met
om zich verder te ontwikkelen in hoogwaardige
Maasvlakte 2. De belangrijkste toename wordt
segmenten. De regio zal zich ook op vele sectoren
echter verwacht in de indirecte werkgelegenheid
en grootstedelijke activiteiten moeten gaan richten
van de sectoren die diensten verlenen aan het
voor een robuuste en veelzijdige regionale
haven- en industriecomplex. Bedrijven richten
economie.
zich meer op hun kerntaken – en dit geldt ook voor bedrijven in het haven- en industriecomplex.
Van haven naar havennetwerk
Hierdoor neemt het aandeel uitbestedingen aan
De haven ontwikkelt zich steeds meer tot een
bijvoorbeeld toeleveranciers toe.
knooppunt in een maritiem en intermodaal netwerk. De hiervoor gesignaleerde globalisering van de
In Verkenningen 2020
1)
is de verwachting aange-
wereldeconomie stimuleert de verdere groei van
geven dat, volgens het meest waarschijnlijk geachte
transportstromen. De invloedssfeer van de main-
scenario, de totale werkgelegenheid van de haven
ports beperkt zich niet tot het knooppunt zelf
voor Nederland kan stijgen van 315.000 nu tot
maar strekt zich uit tot ver over de landsgrenzen.
375.000 werknemers in 2020. Door de ontwikkeling
Aan de verbindingen in deze mainportnetwerken
van het gebied Stadshavens kan de werkgelegen-
worden steeds hogere eisen gesteld. Kwalitatief
heid nog eens een extra impuls krijgen, doordat
hoogwaardige en betrouwbare goederenspoor-
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
Voor de toekomst wordt in de distributie- en
31
DEEL 2
kent, in vergelijking met andere regio’s een relatief
intensieve naar een kapitaalintensieve haven en
HAVENPLAN 2020
Als gevolg van de transformatie van een arbeids-
verbindingen, vaarwegen, overslagpunten en
schil, die globaal bestaat uit Midden-Europa,
achterlandverbindingen ondersteunen de verdere
Frankrijk, Italië, Zwitserland en Oostenrijk. In deze
ontwikkeling van het Europese netwerk. Als gevolg
regio’s is het marktaandeel van Rotterdam laag
van deze ontwikkelingen gaat het steeds meer om
vanwege de relatief ongunstige ligging van de
concurrentie tussen ketens in plaats van concur-
haven in vergelijking met de concurrerende havens.
rentie tussen havens. Dat vraagt om een actievere
Anderzijds liggen hier, onder andere door nieuwe
participatie van de haven van Rotterdam in het
toetredingen tot de EU, wel de groeimogelijkheden.
havennetwerk.
Door het ontwikkelen van nieuwe vervoersassen
De afgelopen jaren hebben het Havenbedrijf en de
tussen Rotterdam en deze regio’s kunnen de
gemeente Rotterdam hierin een aantal strategische
kansen hier worden benut. Een belangrijk punt
keuzes gemaakt. Deze worden hierna behandeld.
van aandacht is in hoeverre er kansen liggen om deze assen gezamenlijk met bijvoorbeeld Antwerpen
Achterlandstrategie
te ontwikkelen. Het Havenbedrijf heeft ook een
Om sterker te staan in de toenemende concurrentie,
initiërende rol op zich genomen om in samenwer-
met name in de containeroverslag, heeft het
king met marktpartijen nieuwe vervoersconcepten
Havenbedrijf Rotterdam recent een achterland-
te ontwikkelen.
strategie ontwikkeld. Het doel is de haven van Rotterdam optimaal te verbinden met de belang-
Ketenmanagement
rijkste economische centra in Europa door middel
Voordat een product bij de consument terechtkomt,
van logistieke concepten en vervoersdiensten die
heeft het een lange keten doorlopen waarbij vele
voldoen aan de wensen van de (potentiële) klanten.
partijen betrokken zijn. Deze keten – de ‘supply chain’ – loopt van toeleveranciers via producenten
32
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
In deze strategie is het achterland verdeeld in een
en de (detail)handel naar de eindgebruikers en
aantal schillen. De eerste schil wordt gevormd
omvat naast de fysieke goederenstromen ook de
door Nederland en Noord-België, het zogenaamde
daarbij behorende informatiestromen en diensten.
‘captive’ achterland waar Rotterdam een hoog
De haven van Rotterdam vormt een schakel in een
marktaandeel heeft. Het aandeel van het weg-
groot aantal goederenketens. In toenemende mate
vervoer is hier hoog, maar de binnenvaart neemt
proberen bedrijven de ‘supply chain’ op een inte-
sterk in belang toe door de ontwikkeling van binnen-
grale manier te ontwikkelen in plaats van zich te
vaartterminals. Het Havenbedrijf wil de samen-
concentreren op de ‘eigen’ schakel. Samenwerking
werking tussen inlandterminals stimuleren. Verdere
met andere partijen in de keten, zoals rederijen,
ontwikkeling van een zogeheten ‘hub- en spoke’
vervoerders, inlandterminals en distriparken in het
systeem verbindt deze terminals sterker met de
achterland, is hierbij noodzakelijk. De ontwikkeling
haven en verbetert tevens de afwikkeling in de
van deze integrale ketens wordt aangeduid met het
Rotterdamse haven.
begrip ‘supply chain management’ (SCM).
De tweede schil wordt gevormd door het Ruhr- en Rijngebied. Hier heeft de binnenvaart een sterke
Om de marktpositie van de Rotterdamse haven te
positie ten opzichte van het spoor en het wegver-
versterken is het van groot belang dat de ketens
keer. Het marktaandeel van de Rotterdamse haven
betrouwbaar, flexibel, snel en gedifferentieerd zijn,
voor lading naar deze regio bedraagt ongeveer 40%.
zodat optimaal op de specifieke behoefte van de
Met behulp van een regioanalyse is bepaald waar
klant kan worden ingespeeld. Het havenbedrijfs-
de grootste kansen voor Rotterdam liggen. Om die
leven moet daarom beschikken over gespeciali-
te realiseren, wordt gedacht aan een intensievere
seerde diensten zoals informatie-uitwisseling
samenwerking met inlandterminals en andere
over het logistieke proces van de hele keten. Het
partijen in deze regio en aan uitbreiding en intensi-
Havenbedrijf wil in dit proces een pro-actieve rol
vering van de inzet van Rotterdamse vertegenwoor-
spelen, door te organiseren en partijen bij elkaar
digers (‘representatives’).
te brengen om tot een havenoverkoepelend ICT-
De inzet op het natuurlijke achterland (eerste en
systeem te komen.
tweede schil) wordt dus geïntensiveerd. Door samen met logistieke partijen en klanten de ontwikkeling
Havenbedrijf Rotterdam N.V.
van vervoersverbindingen naar nieuwe markten
Het Havenbedrijf Rotterdam beheert en ontwikkelt
te stimuleren, zal daarnaast het achterland van
het haven- en industriecomplex. Zoals uit de vorige
Rotterdam worden uitgebreid. Dit betreft de derde
paragrafen blijkt, zijn de omstandigheden waarin
de haven zich bevindt behoorlijk in beweging. Er is
logistiek industrieel complex vormen. De Rijn-
meer concurrentie tussen havens, zowel individueel
Scheldedelta is een ingang tot een groot kennis-
als op netwerkniveau, dan in het verleden. Daar-
netwerk. Binnen het samenwerkingsverband worden
naast heeft het rijk een grote rol in het functioneren
nu de mogelijkheden onderzocht voor samen-
van de haven (investeringen in bijvoorbeeld achter-
werking tussen de havens, onder handhaving van
landverbindingen, regelgeving, belangenbehartiging bij de EU). De Europese Unie bepaalt een groot
de bestaande onderlinge concurrentie. • Incodelta, een samenwerkingsverband van de vier
deel van de regels in de haven. De focus van de
zuidelijke provincies (Zuid-Holland, Zeeland,
haven is meer en meer internationaal georiënteerd
Brabant en Limburg) op het vlak van bovenregionaal
en de economische betekenis voor de nationale
goederenvervoer, met als doelstelling een efficiënte
economie is groter dan voor de regionale.
en duurzame afhandeling van goederenstromen en het stimuleren van economische activiteiten.
Die ontwikkelingen vragen om een Havenbedrijf dat
Netwerkrelaties en logistieke knooppunten zullen
slagvaardiger, bedrijfsmatiger en professioneler kan
met de gezamenlijke projecten van het samen-
inspelen op ontwikkelingen in de markt en dat niet alleen door de gemeentepolitiek wordt aangestuurd.
werkingsverband worden versterkt. • Op regionaal niveau is het samenwerkingsverband
Een Havenbedrijf dat vanuit een zelfstandiger
ROM-Rijnmond van belang. Hierin participeren
positie werkt aan het versterken van de concur-
gemeenten uit de regio, de stadsregio, de provincie,
rentiepositie. Bijvoorbeeld in participaties buiten
de rijksoverheid en vertegenwoordigers van het
de regio Rotterdam, ter versteviging van de positie
bedrijfsleven. De samenwerking vindt plaats in tal
in het havennetwerk. Daarom heeft het gemeente-
van projecten die invulling moeten geven aan de
bestuur van Rotterdam besloten het Gemeentelijk
dubbele doelstelling: versterking van de mainport
Havenbedrijf Rotterdam (GHR) per 1 januari 2004
Rotterdam en verbetering van de kwaliteit van de
om te vormen tot een overheids-N.V. Het Haven-
leefomgeving in Rijnmond.
bedrijf Rotterdam blijft de centrale ingang voor alle klanten van de haven. De missie van het Haven-
Ruimte voor ontwikkeling Naast de internationale oriëntatie van de haven,
positie van het haven- en industriecomplex.
is de afgelopen jaren een aantal belangrijke keuzes gemaakt voor verdere ontwikkeling van de haven,
Om de haven beter te positioneren in het havennet-
hebben te maken met de ruimtebehoefte van de
werk en alle schakels in de logistieke ketens
haven en van de omliggende regio. Eén van de
optimaal te laten functioneren, worden allianties
basisfactoren voor een verdere ontwikkeling van
gezocht met andere havens en terminals in het
de haven en verbetering van het vestigingsklimaat
achterland. De vele overeenkomstige problemen
is het beschikbaar hebben van voldoende ruimte.
bij havens, bijvoorbeeld ten aanzien van ruimte,
Niet alleen om de groei van de markt aan te kunnen,
bereikbaarheid en milieu, vragen bovendien steeds
maar ook om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te
meer om overleg en een gezamenlijke aanpak.
maken die van belang zijn voor de kwaliteit van de
Rotterdam participeert op dit moment in de ont-
haven en zijn omgeving. Zo moet er ruimte zijn voor
wikkeling van de haven van Vlissingen. Maar ook
groei van de op- en overslag van goederenstromen,
met Antwerpen en Amsterdam zullen in de toekomst
met name in de containersector en chemie. Ook is
de banden worden aangehaald.
ruimte nodig voor nieuwe, duurzame vormen van industrie en voor bedrijven die door schaalvergroting
Voorbeelden van belangrijke samenwerkings-
op zoek moeten gaan naar een ruimere locatie,
verbanden voor Rotterdam zijn:
dieper vaarwater en grotere terreinen langs de
• De Rijn-Scheldedelta, een samenwerkingsorgani-
kades. Ook het continue proces van herstructurering
satie van Vlaamse en Nederlandse overheden, het
en modernisering van havengebieden vraagt ruimte.
bedrijfsleven en milieuorganisaties. Economisch
Voldoende (kwantitatief) en geschikte (kwalitatieve)
gezien zijn de logistieke en industriële activiteiten
ruimte voor de haven is een essentiële factor om
in dit gebied, waaronder de havens van Vlissingen,
de internationale concurrentie aan te kunnen en is
Moerdijk, Dordrecht, Terneuzen, Antwerpen en
tevens van belang voor de kwaliteit en leefbaarheid
Rotterdam vallen, van groot belang. In de toekomst
in het gebied.
zal dit gebied steeds meer een samenhangend
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
die hun weerslag hebben op de totale regio. Deze
DEEL 2
Allianties
HAVENPLAN 2020
bedrijf Rotterdam N.V. blijft het versterken van de
33
Het ruimtevraagstuk van de Rotterdamse haven is één van de belangrijkste thema’s voor de toekomst
VOORSPELDE VOLUMESTROMEN volgens het Global Competition-scenario in miljoenen tonnen 480
en dit werd al in het vorige Havenplan duidelijk op de kaart gezet. Een ‘gezonde’ druk op de ruimte in de vorm van een zekere schaarste is overigens niet verkeerd. Het heeft er de afgelopen jaren toe geleid dat bedrijven steeds efficiënter met hun ruimte
450 459
genomen. De ruimteproductiviteit van de haven is vergeleken met andere Europese havens hoog. De ruimteproductiviteit zal naar verwachting nog verder toenemen, met name in de grootste groei-
375
350
omgaan en dat het Havenbedrijf meer langdurende opties op braakliggende terreinen heeft terug-
393
400
315 300
0
2000
2010
2020
Oorspronkelijke raming Bijgestelde raming
sectoren voor de Rotterdamse haven (chemie, containers, nieuwe industrie).
concurrentie op de containermarkt, zijn de prognoses van de goederenstromen voor het GC-scenario
34
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
Groeiverwachtingen
in 2002 herijkt. Deze herijkte cijfers vormen het
Het Centraal Planbureau heeft in 1996 de
uitgangspunt van het Havenplan 2020. In de
‘Omgevingsscenario’s Lange Termijn Verkenning
herijking komt de groeiverwachting voor 2020 uit op
1995-2020’ opgesteld. Eén van deze langetermijn-
459 miljoen ton, 4,2% lager dan de oorspronkelijke
scenario’s is het Global Competition-scenario
raming (zie figuur). Deze bijstelling is geheel het
(GC-scenario). Dit scenario sluit thans het beste
gevolg van het dalend marktaandeel van de
aan bij de ontwikkelingen die zich voordoen binnen
stukgoedsector (containers en overig stukgoed).
Europa en op mondiale schaal. Het gaat uit van
De recente vertraging in economische groei in
de hoogste economische groei, met nadruk op
Nederland en op Europees niveau, gaat niet
een zeer dynamische technologische ontwikkeling,
gepaard met een daling van de goederenvolumes
sterke internationalisering en een grote rol voor het
in de haven van Rotterdam. Integendeel. In 2003
marktmechanisme. Op deze groei moet de haven
bedroeg het totale volume overgeslagen goederen
voorbereid zijn, al kan het zijn dat de jaarlijkse
in de Rotterdamse haven 328 miljoen ton, een
economische groeicijfers (tijdelijk) lager zijn dan
record. De overslag en productie van Rotterdam
waar in het GC-scenario gemiddeld vanuit wordt
steunt veel op de basis-industrie in binnen- en
gegaan. De groeiscenario’s voor de lange termijn
buitenland, die ook bij een matige economie redelijk
gaan uit van de gemiddelde groeiwaarden voor een
tot goed blijkt te draaien. Bovendien doet het
periode van 25 jaar, hierbinnen kunnen de jaarlijkse
verschijnsel zich bij economische terugval voor dat
groeicijfers aanzienlijke pieken en dalen vertonen.
bedrijven nog harder op zoek gaan naar besparingen in logistiek en productie. Onderdelen van het
Het Havenbedrijf heeft de aannames en veronder-
assemblage- of productieproces worden bijvoor-
stellingen ten aanzien van sociaal-economische
beeld verplaatst naar landen met lagere lonen.
ontwikkelingen van het Global Competition-scenario
Door de kostenreducties en schaalvergroting in
en het Divided Europe-scenario van het CPB
de scheepvaart wordt dit steeds aantrekkelijker.
gebruikt als input voor het ‘Goederenstroommodel
De transportstromen over de wereld en de overslag
7’. Het Goederenstroommodel is een door het
in Rotterdam nemen daardoor toe.
Havenbedrijf ontwikkeld model waarmee goederenstromen door de Rotterdamse haven worden
Voor dit Havenplan wordt als uitgangspunt het
geprognosticeerd. De resultaten van deze bereke-
Global Competition-scenario genomen, met de
ningen zijn te vinden in het rapport ‘Integrale
bijgestelde prognoses zoals hierboven aangegeven.
verkenningen voor haven en industrie 2020’ (1998).
Of de daarin voorspelde overslagvolumes ook daadwerkelijk in 2020 in Rotterdam worden
Zowel de aannames ten aanzien van de ontwikkelingen als de gerealiseerde overslagcijfers sluiten
gerealiseerd, hangt af van twee factoren: • Of er momenteel sprake is van een trendbreuk
het beste aan bij het Global Competition-scenario.
in de economische groei die toch een negatieve
Op basis van de recentelijk geconstateerde
impact gaat krijgen op de goederenvolumes op de
vertraging van de economische groei en fellere
langere termijn, of ‘slechts’ een tijdelijke recessie.
• De wijze waarop Rotterdam in staat is in te spelen
baarheidprojecten in het bestaande gebied en door
op de eerder genoemde trends en zijn concurrentie-
de aanleg van 750 hectare nieuw natuur- en
positie weet te versterken.
recreatiegebied in de regio. Deze 750 hectaren worden gelokaliseerd op het eiland IJsselmonde
Het Centraal Planbureau komt volgend jaar met
(600 hectare) en in de noordrand van Rotterdam
nieuwe macro-economische scenario’s. Het
(150 hectare).
Havenbedrijf Rotterdam treft voorbereidingen om op basis van deze nieuwe scenario’s een nieuw
De kabinetsbeslissing is gebaseerd op de dubbele
Goederenstroommodel (GSM-8) te ontwikkelen.
doelstelling: het versterken van mainport Rotterdam
Om voorbereid te zijn op de ontwikkelingen in
en het verbeteren van de kwaliteit van de leef-
omvang en samenstelling van goederenstromen
omgeving. De gemeente Rotterdam heeft, om hier
dienen de economische verwachtingen continu te
verder invulling aan te geven, een convenant
worden gevolgd.
gesloten met de gezamenlijke natuur- en milieuorganisaties (convenant Visie en Durf, 2000).
Project Mainportontwikkeling Rotterdam De verantwoordelijkheid van uitvoering van de
ruimtebehoefte van de haven worden ingeschat.
verschillende PMR-projecten is als volgt verdeeld.
Deze is voor 2020 berekend op bijna 2000 hectare
De leefbaarheids- en intensiveringsprojecten in
extra haventerrein. Deze ruimte kan ten dele in
Bestaand Rotterdams Gebied (BRG) vallen onder
het bestaande havengebied worden gevonden.
verantwoordelijkheid van de gemeente Rotterdam,
Anno 2003 is er 240 hectare uitgeefbaar terrein in
dat voor de uitvoering het programma ROM-
het gebied. Ook kunnen interne reserves worden
Rijnmond heeft ingeschakeld. De provincie Zuid-
gebruikt en opties van bedrijven worden benut.
Holland is verantwoordelijk voor de ontwikkeling
Daarnaast staat er een aantal intensiveringsprojec-
van 750 hectare natuur- en recreatiegebied. De
ten op stapel. Grote kavels in het bestaande gebied
gemeente Rotterdam en het rijk zijn verantwoor-
zijn echter nauwelijks nog beschikbaar. Rotterdam
delijk voor de aanleg van Maasvlakte 2. Het rijk is
scoort hier ten opzichte van haar concurrenten
verantwoordelijk voor de uitwerking van de natuur-
slecht.
compensatie die nodig is als gevolg van de landaanwinning. De verdere ontwikkeling van Maasvlakte 2 en de invulling van het bestaande
probleem geweest dat in de Planologische Kern-
havengebied, komt uitgebreid in dit Havenplan aan
beslissing-plus Mainportontwikkeling Rotterdam
de orde.
is uitgewerkt. Daarbij zijn de volgende beleidsbeslissingen vastgesteld:
Ontwikkeling Stadshavens Niet alleen de haven, maar ook de stad Rotterdam
tekort aan ruimte voor haven- en industriële
en de stadsregio hebben ruimte nodig. In de Vijfde
activiteiten op te lossen. Hiervoor zijn projecten
Nota Ruimtelijke Ordening en de Regiovisie van
opgesteld om intensiever gebruik te maken van
Rotterdam is duidelijk gemaakt dat in deze regio
de ruimte in het bestaande havengebied en is
in de periode van 2010-2030 nog grote behoefte
een landaanwinning (Maasvlakte 2) planologisch
zal bestaan aan woningen (ca. 60.000) en droge
mogelijk gemaakt. Maasvlakte 2, die 1000 hectare
bedrijventerreinen (1000 hectare). Het woning-
uitgeefbaar terrein zal omvatten, moet ruimte
aanbod zal bovendien gedifferentieerder moeten,
bieden aan deepsea activiteiten (containers,
een gevarieerd aanbod voor hoge, midden en lage
chemie). Ook andere functies, zoals nieuwe vormen
inkomens. Op dit moment onderzoekt de stadsregio
van industrie, zijn mogelijk indien zij niet elders
verschillende locaties op de mogelijkheid voor
kunnen worden gehuisvest. De voorwaarde is
woningbouw en bedrijventerreinen in het kader
gesteld dat Maasvlakte 2 zich tot een duurzaam
van het Ruimtelijk plan regio Rotterdam (RR 2020).
bedrijventerrein ontwikkelt. Het verlies aan natuur-
Bij voorkeur wordt deze ruimte in of nabij de
waarden in zee als gevolg van de landaanwinning
stedelijke gebieden gevonden, zodat het landelijke,
zal worden gecompenseerd in de Voordelta, bij de
open gebied kan worden gespaard en maximaal
Brouwersdam en de Hollandse duinenrij.
gebruik gemaakt kan worden van bestaande
• De kwaliteit van de leefomgeving dient tegelijkertijd te worden verbeterd. Dit gebeurt door tal van leef-
stedelijke voorzieningen en infrastructuur. Naast een grote uitleglocatie (Zuidplaspolder) en locaties
VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
• De mainport Rotterdam wordt versterkt door het
DEEL 2
Het ruimtetekort van de haven is het centrale
35
HAVENPLAN 2020
Op basis van de verwachte volumegroei kan de
langs de Nieuwe Waterweg (rechter Maasoever),
De kansen in het oostelijk havengebied moeten de
zijn herstructurering en geleidelijke transformatie
komende twintig jaar worden verzilverd. Hiertoe is
van de oostelijke havengebieden binnen de ruit van
door de gemeente Rotterdam de Ontwikkelings-
Rotterdam (Stadshavens) inzet van beleid.
maatschappij Stadshavens Rotterdam N.V. (OMSR) opgericht.
Met de realisatie van Maasvlakte 2 ontstaat een mogelijkheid voor ontwikkeling van hoogwaardige
STR ATEGI E E N STRE E FBE E LDE N
woon- en werklocaties in de oudere havengebieden.
In dit hoofdstuk zijn de verwachte ontwikkelingen
Met Maasvlakte 2 wordt immers het ‘vizier’ naar het
voor de haven van Rotterdam toegelicht en de
westen voor de haven én voor de stad opengezet.
opties die de gemeente Rotterdam ziet om daarop in
Uit het oostelijk havengebied, de Stadshavens
te spelen. Op basis van die ontwikkelingen en opties
(Waal-/Eemhaven en Merwehaven/Vierhavens),
kiest de gemeente voor een profilering op kwaliteit
zullen bedrijven op termijn de trek willen gaan
als antwoord op de kansen en bedreigingen voor
maken naar het westen als gevolg van groei,
haven, stad en regio. Voldoende ruimte, uitstekende
verdere schaalvergroting, grotere schepen,
voorzieningen en een veelzijdige samenstelling van
containerisatie van stukgoed en de milieudruk.
economische activiteiten zijn daarvoor de sleutels.
Deepsea activiteiten zullen steeds meer op
Deze strategische keuze is verder beschreven in
Maasvlakte 1 en 2 plaatsvinden. Zo ontstaat er in
deel 1 en uitgewerkt aan de hand van zes streef-
delen van deze oostelijke havengebieden fysieke
beelden, zes facetten van de Rotterdamse haven
ruimte en milieuruimte om te herontwikkelen,
van 2020. In de volgende hoofdstukken worden
nieuwe functies toe te voegen en een impuls te
deze streefbeelden nader toegelicht.
geven aan de economische en ruimtelijke ontwikke-
36
ling van de gebieden en omliggende wijken. Er ligt
Noten
hier een duidelijke win-win situatie. Gezien de
1)
Verkenningen 2020.
schaalgrootte en omvang van de genoemde
2)
Zo werkt Rotterdam, de economische relatie tussen
HAVENPLAN 2020
gebieden is de inzet om deze havens geleidelijk om
stad en haven. TNO-INRO i.o.v. Gemeentelijk
te vormen tot een dynamisch en levendig gebied
Havenbedrijf Rotterdam en Ontwikkelingsbedrijf
waar havenfuncties en stedelijke functies samen
Rotterdam, 2002.
kunnen gaan. In dit Havenplan 2020 zijn de ambities en mogelijkheden voor de toekomst van het gebied Stadshavens verder uitgewerkt.
DEEL 2 VERWA CHTE ONTWI KKELI NG EN EN OPTIES VOOR D E TOEKO MST
9 DE VEEL ZIJDIGE HAVEN De kracht van de haven van Rotterdam ligt in de
ROT TE RDA MS LOGISTI E K C LUSTE R
diversiteit van de activiteiten. Er is een veelzijdig en kwalitatief hoogwaardig logistiek cluster en
De mondiale en Europese trends van globalisering,
een breed industrieel cluster. Daarbij is het
liberalisering, meer aandacht voor duurzaamheid
niveau van de talrijke ondersteunende diensten
en de toenemende nadruk op kennis en kapitaal-
hoog. Rotterdam kiest er voor om deze diversiteit
intensieve productie, geven aan dat er op sommige
te behouden en te versterken. Een complete
fronten flink geïnvesteerd moet worden in de
haven draagt door zijn veelzijdigheid bij aan de
kwaliteit van de havens, om goederenstromen
nationale en regionale economische structuur
aan te trekken en de concurrentie aan te kunnen.
en is in staat schommelingen in de markt op te
Belangrijk hierin is verdere integratie van ketens
vangen. De kansen voor verdere integratie van
waarbij alle schakels in de aanvoer, doorvoer en
de logistieke ketens bieden grote voordelen voor
afvoer van goederen naadloos op elkaar moeten
zowel milieu als de logistieke kosten.
aansluiten.
De ambitie voor de veelzijdige haven in 2020 is
Het overslagcluster in Rotterdam beschikt over een
het logistieke en industriële cluster te versterken
goede maritieme toegang, goede aansluiting op
en te verbreden en er meer toegevoegde waarde
binnenvaart en spoor, en alle mogelijke (moderne)
aan te koppelen.
overslagfaciliteiten. De diversiteit en de kwaliteit van de maritieme zakelijke dienstverlening in de regio Rotterdam is goed. Er is echter ook een aantal bedreigingen. Deze bedreigingen, en de kansen
HUIDIG GEBRUIK HAVENGEBIED (2004) 37
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE VEELZIJ DIG E HAVEN
LEGENDA
Chemie en natte bulk
Droge bulk
Containers en empty depots
overige havenfuncties
Distributie
Energie Gereserveerd terrein
die er liggen, worden hierna voor de verschillende
Bulkchemie en overige natte bulkproducten
goederenstromen en logistieke activiteiten in de
De groeiverwachtingen voor beide stromen zijn
Rotterdamse haven besproken.
tot 2020 redelijk; enkele procenten groei per jaar. Zeker in de op- en overslag van chemische produc-
Natte bulk
ten heeft Rotterdam zeer goede voorzieningen voor
Bij de overslag van natte bulk nemen aardolie,
bulkchemie, de faciliteiten voor (de opkomst van)
olieproducten en bulkchemie een dominante positie
speciale chemicaliën kunnen beter. Met name in
in, onder andere vanwege de aanwezigheid van vier
de chemie is meer behoefte aan speciality tanks.
raffinaderijen, een uitgebreid pijpleidingennetwerk,
Op lange termijn kan door technologische ontwikke-
een sterk petrochemisch cluster en enorme
lingen en efficiency in het logistieke proces de
opslagcapaciteit. Bovendien kunnen de grootste
nadruk komen te liggen op de overslag van hoog-
bulkschepen de Rotterdamse haven aandoen. De
waardiger chemische producten.
totale overslag van natte bulk (chemische basisproducten en ruwe olie en aardolieolieproducten)
Nieuwe bulkproducten zoals methanol en waterstof
zal naar verwachting toenemen van 155 miljoen ton
kunnen flink in belang gaan toenemen ten opzichte
in 2002 tot 162 miljoen ton in het jaar 2020. Daarbij
van de meer traditionele bulk- chemieproducten.
wordt uitgegaan van een stabilisering van ruwe olie
Inzet van Rotterdam is om een sterke positie in
rond de 100 miljoen ton in 2020.
te nemen in de markt van deze nieuwe producten. Met name door de enorme hoeveelheden natte bulk
VERWACHTE ONTWIKKELING
die jaarlijks wordt overgeslagen, is Rotterdam in
VAN GOEDERENSTROMEN
staat geweest om zijn positie als industriehaven op te bouwen. De mogelijkheden voor op- en overslag van natte bulk zijn dus niet alleen interessant voor
2002
Rotterdam als doorvoerhaven, maar juist van
83
essentieel belang voor de toekomst van het
131
38
24
industriële complex.
66 10
HAVENPLAN 2020
7
Droge bulk 2010
Onder de noemer ‘droge bulk’ vallen: ertsen en 100
schroot, steenkool, agribulk (bijvoorbeeld granen,
126 22
tapioca), en overige droge bulk (zoals mineralen).
105 14
DEEL 2
Het grootste deel van de goederenstroom droge
8
bulk bestaat uit de ijzerertsen en steenkool. De concurrentiepositie van de Rotterdamse haven in
2020
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
103
deze stromen is zeer sterk, maar niet onbedreigd.
128 34 162 23 9
0
Met name in de dikke stromen heeft de Rotterdamse haven een aantal sterke, natuurlijke voordelen zoals de nautische toegankelijkheid voor de grootste
25
50
75
100
125
150
175
Goederenstromen in miljoenen tonnen droge bulk ruwe olie / aardolieproducten chemische basisproducten
containers roro overig stukgoed
bulkcarriers en de mogelijkheid van duwvaart over de Rijn. Bij specifiekere, dunnere stromen zijn andere zaken, zoals op- en overslagfaciliteiten, meer doorslaggevend en is er hevige concurrentie van omliggende zeehavens. De prognoses gaan uit van een lichte stijging van de droge bulkoverslag van 83 miljoen ton in 2002 tot rond de 100 miljoen
Aardolie en olieproducten
ton in 2020. Hierbinnen zijn per segment de
De tankopslag wordt op dit moment gekenmerkt
vooruitzichten gevarieerd.
door ‘overcapaciteit’ in de ruwe oliesector. Voor het uitoefenen van de handelsfunctie van bedrijven is
Agribulk
het aanhouden van een ruime tankcapaciteit een
De overslag van agribulk is in een periode van
voorwaarde. Rotterdam vervult deze functie voor
ruim tien jaar gehalveerd tot 9 miljoen ton in 2002.
olieproducten.
Verdere structurele daling wordt voorzien. Naar verwachting zal de aanvoer van voedergranen en
derivaten (zoals sojaschroot en tapioca) verder
auto’s als handelswaar, veelal intercontinentaal
afnemen en zal de aanvoer van oliezaden (vooral
transport met speciale autoschepen. In de
sojabonen) stabiliseren. Externe factoren spelen
Rotterdamse haven is hiervoor een carterminal
hier een belangrijke rol: de krimpende veestapel,
gevestigd van Broekman Motorships. Van grotere
de uitbreiding van de EU met nieuwe lidstaten en
omvang (meer dan 90% van de roro-overslag
het gebruik van Europees graan in mengvoeders.
in Rotterdam) is het vrachtvervoer dat van en aan boord gereden wordt van de veerboten die
Ertsen en schroot
verbindingen onderhouden tussen Rotterdam
De ertsen en schrootoverslag zal op termijn licht
en Hoek van Holland en het Verenigd Koninkrijk.
dalen door ontwikkelingen bij andere materialen
Dit betreft met name vervoer van industriële
(aluminium en plastics) en een toename van
goederen en landbouwproducten (uit het Westland).
zogeheten elektrostaalproductie op basis van
In Rotterdam zijn drie roro-terminals gevestigd.
schroot.
Marktleider is Zeebrugge, maar de concurrentie is beperkt vanwege de veelal regionale aard van de
Kolen
lading, zowel qua herkomst als bestemming. De
De Rotterdamse haven is één van de belangrijkste
roro-overslag zal naar verwachting flink profiteren
kolenhavens in West-Europa en de grootste in
van de verwachte groei in de handel tussen het
Nederland. De kolenoverslag is de laatste jaren
Verenigd Koninkrijk en het continent. Prognoses
gestegen en een verdere groei wordt voorzien.
voor deze sector gaan uit van een jaarlijkse groei
Belangrijkste factor is de afbouw van de kolen-
van 5% tot 2020, wat in dat jaar neerkomt op een
winning in Duitsland, die wordt opgevangen door
overslag van ongeveer 23 miljoen ton.
meer import. Een onzekere factor is de maatschapOverig stukgoed
van vervuilende fossiele brandstoffen als steenkool.
Het overig stukgoed vormde in zekere zin de
Daar staat weer tegenover dat in de geliberaliseerde
bakermat van de container- en roro-overslag.
energiemarkt stroomproductie-bedrijven kiezen voor
Het conventionele stukgoed (pallets, zakken, dozen,
goedkope brandstoffen, dus ook voor kolenimport.
vaten en dergelijke) heeft door de opkomst van de container en de homogenisering van stukgoedlading Rotterdam heeft zich tijdig in de containermarkt
markt. Mogelijkheden liggen in de zandwinning op
begeven en heeft marktaandeel verloren in die
de Noordzee en de grootschalige aanvoer van
onderdelen van het overig stukgoed waar nog wel
biomassa, voor de productie van biobrandstoffen
groei zit, de neobulk. Neobulk betreft vooral staal,
of als aanvulling op steenkool in elektriciteits-
non-ferro metalen, forest products en projectlading.
centrales.
Het is een interessante markt vanwege de relatief hoge werkgelegenheid en toegevoegde waarde.
De inzet is behoud van de positie in agribulk en
Hier liggen kansen omdat verladers veelal zowel
ijzererts en het uitbouwen van de positie van de
containers als neobulk in combinatie verschepen.
Rotterdamse haven in kolen en overige droge bulk.
Voor neobulkpakketten zoals staal, houtproducten,
Hierbij zijn speerpunten het uitbouwen van de hub-
papier en pulp neemt de behoefte aan gespeciali-
functie die de haven heeft dankzij haar schaal-
seerde ‘dedicated terminals’ toe, met name bij
voordelen. Er zullen, anticiperend op een toename
bedrijven die de terminals als geïntegreerd onder-
van ‘dunne stromen’ in de droge bulk, op- en
deel van de keten organiseren. Door het aanbieden
overslagfaciliteiten aangepast en uitgebreid dienen
van gespecialiseerde terminals kunnen lading-
te worden.
pakketten aangetrokken worden. Een voorbeeld hiervan is de All Weather Terminal van Gevelco.
Stukgoed Onder stukgoed wordt verstaan: roll on/rol off lading
Aparte vermelding verdient nog de agri-food-
(roro), overig stukgoed en de containersector.
overslag. Vlees, vis en zuivel zijn grotendeels gecontaineriseerd in koelcontainers. In de fruitover-
Roll on/roll off
slag wint ook de container terrein, maar er is nog
Een deel van de roll on/roll off (roro) overslag
een groot aandeel dat via speciale koelschepen
bestaat uit het vervoer van vracht- en personen-
wordt aangevoerd in pallets. De Rotterdamse haven
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
(neobulk) te kampen met een structurele daling.
Ook de overige droge bulk is een potentiële groei-
DEEL 2
Overige droge bulk
39
HAVENPLAN 2020
pelijke en politieke weerstand tegen het verbranden
heeft een sterke concurrentiepositie in deze markt.
problemen in rivierhavens zoals Antwerpen en
Het segment fruit, food en sappen, grotendeels
Hamburg. Voor Rotterdam is deze ontwikkeling een
geclusterd in Fruitport (Vierhavens-/Merwehaven-
belangrijk concurrentievoordeel. Door Rotterdam
gebied), laat behoorlijke groeicijfers zien. In
als eerste aanloophaven te benutten voor grote
hoeverre de containerisatie zich doorzet is nog
volbeladen deepsea schepen, liggen er mogelijk-
ongewis, maar het achterblijven van de bouw van
heden voor het versterken van de transhipment-
nieuwe koelschepen is een signaal dat de markt
functie van de haven (feederen op het Verenigd
zich steeds meer op de koelcontainers richt. Deze
Koninkrijk en de Baltische staten). Shortsea (intra-
koelcontainers kunnen met de normale container-
Europees vervoer) is een belangrijke groeisector
schepen worden meegevoerd.
voor de haven van Rotterdam. Juist omdat deze manier van transport direct moet concurreren
40
HAVENPLAN 2020
In het agro-foodsegment kan de logistiek nog verder
met het wegvervoer, is het van groot belang dat
worden verbeterd (onder andere shortsea en spoor)
aandacht uitgaat naar deur-tot-deur oplossingen.
en zullen de logistieke relaties verder versterkt
Processen binnen de haven, zoals overslag en
worden tussen Rotterdam (Fruitport), het Westland
douanecontroles, moeten betrouwbaar en efficiënt
en Barendrecht, waar veel distributiebedrijven in
plaatsvinden en daarmee hun invloed op het totale
dit segment zich bevinden. De ketens worden in
logistieke proces beperken. Door shortsea vervoer
toenemende mate geïntegreerd. In de markt is een
op te nemen in intermodale oplossingen kunnen
trend ingezet om opslag en distributieactiviteiten
kosten worden beperkt en kan de betrouwbaarheid
steeds meer gezamenlijk uit te voeren in groot-
worden vergroot. Daarbij levert shortsea een
schalige distributiecentra (Fresh Consolidation
bijdrage aan beperking van congestie op de weg
Centres). Nog meer toegevoegde waarde (handel,
en is het milieuvriendelijker dan het wegvervoer.
distributie, diensten) kan ten gunste komen aan
Door concentratie van vervoersstromen kunnen
de regionale en stedelijke economie. Het gebied
frequente diensten naar een groot aantal bestem-
Fruitport kampt met een ruimtetekort als gevolg van
mingen efficiënt worden onderhouden. Streven van
de verdere containerisatie bij de aan- en afvoer
Rotterdam is daarom om haar positie als shortsea
van fruit. Op langere termijn zal mogelijk uitgezien
hub te versterken en te verbreden. Hiertoe moet het
moeten worden naar een nieuwe locatie voor de
shortsea cluster in de Eemhaven worden uitgebreid
overslag in het havengebied ten zuiden van de
en moet sterk worden ingezet op verbetering van
Nieuwe Waterweg.
de ketenorganisatie door middel van elektronische datacommunicatie.
DEEL 2
Containers
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
De prognose voor containers is een overslag van
Ook de veranderende machtsverhoudingen in
15,9 miljoen TEU (twenty feet equivalent unit –
de containermarkt hebben hun invloed. Schaal-
rekeneenheid in de containersector) in 2020, dat
vergroting, concentratie en ketenintegratie leiden
is 1,7 miljoen TEU lager dan in de oorspronkelijke
tot de opkomst van grote internationale spelers bij
Verkenningen 2020. Deze neerwaartse bijstelling
rederijen, stuwadoors (global terminal operators)
heeft met name te maken met de hevige concurren-
en expediteurs (global forwarders), een beperkte
tie van andere Europese zeehavens in deze sector.
groep mondiale spelers die met eigen schepen
Vrijwel alle Europese havens hebben uitbreidings-
verbindingen onderhouden tussen eigen terminals.
plannen voor de containeroverslag. Het aanbod
Lokale stuwadoors worden filialen van internationale
van containeroverslagcapaciteit in de havens van
ondernemingen. Concurrentie zal steeds meer
Noordwest-Europa zal de komende periode tot 2010
plaatsvinden tussen de netwerken van deze global
naar het zich laat aanzien verdubbelen. Dit betekent
players. Rotterdam is slechts één van de mogelijke
een nog fellere concurrentie tussen havens en
schakels in deze netwerken. Concurrentie vindt
rederijen in de slag om de container.
plaats op kosten en kwaliteit. Door de lage marges in de containerscheepvaart ligt de focus bij rederijen
De groei in de containeroverslag leidt tot de inzet
sterk op kostenbeheersing. Verwacht wordt dat
van steeds grotere schepen op de belangrijkste
alleen de sterkste, de rederijen die extra kwaliteit
vaarroutes. Het huidige maximum van 8.000 TEU
bieden, winst kunnen blijven maken. Een strategi-
schepen zal naar verwachting binnen tien jaar
sche ligging en goede infrastructuur is niet langer
doorgroeien tot 10.000 à 12.000 TEU. De diepgang
voldoende. Naast het zorgdragen voor voldoende
van deze schepen leidt in toenemende mate tot
ruimte en capaciteit (Maasvlakte 2, Maasvlakte 1
en Eemhaven) zal de Rotterdamse haven een slag
druk op de efficiency van het logistieke proces.
moeten maken in kwaliteit, zoals die van de zachte
De afstemming tussen de verschillende inspectie-
infrastructuur (ICT-oplossingen als het port commu-
diensten en controle-instanties wordt verder
nity systeem Port infolink), organisatie van intern
verbeterd. Door een betere coördinatie van de
transport (een efficiënte aansluiting van alle
controlerende diensten kan verstoring van de
modaliteiten op de containerterminals), en kwaliteit
logistieke processen tot een minimum worden
en betrouwbaarheid van achterlandverbindingen.
beperkt.
Distributie
ROT TE RDA M I N DUSTRI E HAVE N
Activiteiten die waarde toevoegen aan goederenHet industriecomplex strekt zich uit over het gebied
logistiek gaat het bijvoorbeeld om assemblage,
Europoort-Botlek-Vondelingenplaat. Van de
verpakken, sorteren, kwaliteitscontrole of testen
industrie vormt het (petro)chemische cluster veruit
en land- of klantspecifieke aanpassingen aan een
het grootste segment. Dit cluster is ontstaan rond
product. Deze waardetoevoegende activiteiten
de aanwezige raffinaderijen in de haven. De
(Value Added Logistics (VAL) en Value Added
basischemicaliën vertegenwoordigen het overgrote
Services (VAS)) vinden onder andere plaats op de
deel van de chemische transportmarkt over zee.
distriparken. Met het concept van de zogenaamde
Het chemisch cluster in Rotterdam wordt geken-
distriparken biedt Rotterdam faciliteiten en service
merkt door grootschalige, ruimte-intensieve petro-
aan ondernemingen die zoeken naar locaties voor
chemische installaties en een sterke behoefte aan
hun distributieactiviteiten. Ongeveer 7% van de in
diverse soorten van dienstverlening. Naast de
Rotterdam overgeslagen beladen containers wordt
(petro)chemie herbergt de Rotterdamse haven nog
op de distriparken in Rotterdam behandeld. Het
tal van andere industriële activiteiten, zoals de
verloop van de containeroverslag is direct bepalend
maritieme industrie en recycling. Het zijn bedrijfs-
voor de distributiesector. Voor distributie wordt
takken met een grote diversiteit, zowel door de
uitgegaan van een groei van 280.000 TEU in 1995
grondstoffen als door de producten die worden
tot rond de 1 miljoen TEU in 2020.
geleverd. De industrie wordt gekenmerkt door een groot aantal ontwikkelingen. Toenemende consoligemiddelde economische levensduur van een
logistieke keten (‘postponed manufacturing’) en
product en een steeds verdergaande uitbesteding
besteden dit uit aan logistieke dienstverleners dicht
zorgen ervoor dat de concurrentie toeneemt.
bij het afzetgebied. Er treedt daardoor een verschui-
Internationalisatie van markten dwingt de industrie
ving op van complete producten op voorraad in
zich te positioneren op basis van zijn kerncompe-
distributiecentra naar basisproducten in specifieke
tenties. Een bedreiging voor de toekomst is dat ook
modules, die samengevoegd worden op basis van
de complexe productieprocessen worden uitbesteed
klantorders. Het is voor de haven interessant om
naar andere landen. Dan bestaat het gevaar van
op dit proces in te spelen. Het betekent binding van
een onomkeerbaar kennisverlies. De industrie in
ladingstromen en meer werkgelegenheid voor de
Rotterdam heeft bovendien te kampen met
regio. Naast ‘uitstellen’ van productiehandelingen,
schaarste aan personeel met een technische of
is de trend dat grote verladers kiezen voor regionale
een bèta-achtergrond.
distributiecentra in enkele regio’s in Europa. Dit betekent voor Rotterdam dat de distributieparken
De toekomstige ontwikkeling van de industrie in de
zich meer op de Nederlandse markt zullen richten,
haven wortelt zich in de hier aanwezige bedrijvig-
terwijl de Europese lading direct wordt doorgevoerd.
heid die Rotterdam tot een aantrekkelijke vestigings-
Het is de verwachting dat assemblagebedrijven voor
plaats voor vernieuwing maakt. De bestaande
de Europese markt meer naar lagelonenlanden
industriële clusters bieden aantrekkelijke aan-
(Oost-Europa) zullen trekken.
knopingspunten voor nieuwe bedrijvigheid en toepassing van nieuwe technologieën. Door gebruik
Coördinatie van inspecties en controles
te maken van aanwezige grondstofstromen, utilities
In de Rotterdamse haven zijn veel inspectiediensten
(industriële gassen, aardgas, elektriciteit, water etc.)
en controle-instanties actief, omdat Rotterdam een
en diensten zijn er lagere investeringskosten en
Europese buitengrens is. Deze partijen leggen een
kan eenvoudiger aan kwaliteitseisen, milieueisen
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
datie (fusies en overnames), afname van de
klantspecifiek aanpassen steeds verder in de
DEEL 2
Productiebedrijven verschuiven het land- en
41
HAVENPLAN 2020
stromen, zijn belangrijk voor de economie. In de
en veiligheidsnormen worden voldaan. Naast de
van kringlopen door het nuttig toepassen van rest-
aanwezigheid van industriële clusters en grondstof-
en bijproducten, restwarmte en dergelijke. In de
stromen vormt de logistieke veelzijdigheid een
toekomst is voor versterking van deze concepten
belangrijke vestigingsvoorwaarde. Het Havenbedrijf
een belangrijke rol weggelegd voor pijpleidingen.
spant zich niet alleen in voor de optimalisering van
Pijpleidingen maken het mogelijk integratie en
de regio als vestigingsplaats voor ondernemingen,
clustering te realiseren op afstand, wat voordelen
maar streeft ook een grotere dynamiek in het haven-
kan bieden bij het koppelen van bestaande locaties
gebied zelf na. Dit impliceert een zoektocht naar
of bij het starten van nieuw te ontwikkelen chemie-
vernieuwing die in grote lijnen drie sporen volgt:
sites (Maasvlakte 1 en 2), waar de kritische massa
• Het uitbouwen en versterken van bestaande
voor een echt cluster nog ontbreekt.
industriële clusters. • Het stimuleren van nieuwe impulsen voor bestaande bedrijven. • Het aantrekken van nieuwe kansrijke industriële vestigers.
Gunstige kosten en ruime beschikbaarheid van de belangrijke utilities dragen sterk bij aan de concurrentiepositie van de Rotterdamse (petro)chemie. De bestaande samenwerking in het Rotterdamse haven- en industriecomplex vormt bijvoorbeeld een
Chemie
42
goede basis voor de verdere ontwikkeling van een
HAVENPLAN 2020
De petrochemie staat de komende jaren voor aan-
concept als ‘total utility islands’, waarbij één partij
zienlijke kosten, onder andere als gevolg van milieu-
of consortium alle utilities aan een of meerdere
en veiligheidswetgeving. Tevens worden meer taken
klanten levert. Naast het verder versterken van de
uitbesteed die niet tot de kerncompetentie behoren,
bestaande cluster door het zoeken naar nieuwe
uiteenlopend van catering en beveiliging tot opslag,
inpasbare bedrijven zijn er ontwikkelingen die
transport, engineering, onderhoud en zelfs de
nadrukkelijk aandacht vragen. De groei en de
volledige bediening van de installaties. In het
marges in de fijnchemie en de speciality chemie
Rotterdamse chemiecluster is de trend naar uit-
zijn traditioneel hoger dan voor de basischemie
besteding (‘outsourcing’) goed zichtbaar, wat het
en kunststoffen. De nu zeer gefragmenteerde
belang van een sterke en professionele dienst-
fijnchemie zal naar verwachting de komende jaren
verlening rond de harde productiekern van het
veranderen in een bedrijfstak met ongeveer tien
chemisch cluster benadrukt.
grote spelers die zullen zoeken naar synergie door het samenbrengen van productie op één site. Voor
DEEL 2 DE VEELZIJ DIG E HAVEN
Logistieke dienstverleners aan de chemische
deze twee sectoren worden meer investeringen
industrie reageren op de voortgaande concentratie
verwacht dan voor de basischemie. De fijn- en
in hun klantenkring. Chemieconcerns zijn op zoek
speciality chemie zijn in Rotterdam nu slechts op
naar ‘one-stop-shopping’ voor hun wensen op
beperkte schaal vertegenwoordigd. Het aantrekken
het gebied van transport, opslag en distributie.
van deze, meer toegevoegde waarde leverende
Distributie speelt een steeds belangrijker rol bij de
sector, vormt de inzet voor het beleid van de
vraagstelling van de klanten. Wereldwijde spelers
komende jaren.
vragen om wereldwijde service: voorheen regionale spelers transformeren zich in bedrijven met een mondiale reikwijdte.
Raffinage In het Rotterdamse havengebied staan vier olie-raffinaderijen en een condensaatsplitter.
Concentratie en integratie van zoveel mogelijk
De raffinaderijen hebben voldoende schaalgrootte
productiefaciliteiten op één site (clustering) levert
en zijn onderdeel van grote oliemaatschappijen.
mogelijkheden voor hogere energie-efficiency en
De investeringen in de Rotterdamse raffinaderijen
meer flexibiliteit in de productie. In Rotterdam is
zijn met name gericht op upgrading van processen
de clustergedachte reeds sterk ontwikkeld. Met co-
om een efficiëntere doorzet en schonere eindpro-
siting wordt hieraan een extra dimensie toegevoegd:
ducten te krijgen. Alle vier raffinaderijen investeren
bedrijven stellen delen van hun terrein beschikbaar
om tegemoet te kunnen komen aan de verhoogde
aan derden op basis van een goede match met
eisen van de Europese richtlijn ‘Auto OIL II’ die in
bestaande stromen en processen. Hiermee wordt
2005 van kracht wordt. Vanwege de overcapaciteit
de totale efficiency van de locatie verhoogd.
in de raffinagesector wordt een uitbreiding van de
In toenemende mate wordt daarbij ingezet op
huidige Europese capaciteit zeker niet voorzien.
industriële ecologie, het zoveel mogelijk sluiten
De steeds zuinigere auto’s, de veranderende
bevolkingsopbouw en het terugdringen van mobili-
hoogwaardige markten en niches (bijvoorbeeld
teit zorgen voor een geringe groei van het verbruik
bagger, shortsea en megajachten). Dit leidt tot
van transportbrandstoffen. De verwachting is dan
innovatie en mogelijkheden voor scheepsnieuwbouw
ook, dat de overslag van ruwe olie in 2020 rond de
en -reparatie. Kansen worden gezien in de schaal-
100 miljoen ton blijft liggen.
vergroting in de binnenvaart met binnenvaart-
Raffinaderijen zoeken groeimogelijkheden en
lijndiensten die aansluiten op shortsea diensten.
realiseren zich in toenemende mate dat ze baat
Daarnaast kan er een economische spin off
hebben bij een goede integratie met chemische
ontstaan bij het binnenhalen van assemblage en
activiteiten. Op basis van deze nieuwe focus op
integratie van olieplatforms en FPSO’s (Floating,
de petrochemie kan gerichte acquisitie worden
Production, Storage en Offloading) eenheden. Het
gepleegd voor uitbreiding of nieuwbouw in de
toenemend aantal kleinere tankers dat Rotterdam
petrochemie. Uitbreiding van productiecapaciteit
bezoekt is een kans voor de Rotterdamse reparatie-
zal door efficiencyverbetering en upgrading vooral
werven.
bij bestaande installaties plaatsvinden. De ruimteproductiviteit zal daarmee toenemen. Nieuwe vormen van industrie
ROT TE RDA M E N E RGI E HAVE N
Grote voorraden olie, daarvan afgeleide producten,
De petrochemie is in Rotterdam de drijvende kracht
kolen en ertsen worden in Rotterdam opgeslagen en
van de industrie en zal dat nog lang blijven. Het is
doorgevoerd. De in het gebied aanwezige industrie
echter van belang om veelzijdigheid na te streven,
is grootverbruiker en leverancier van energie.
ter versterking van het chemisch cluster en om
Veranderingen in de energiemarkt zijn van recht-
een breder economisch draagvlak te creëren.
streekse invloed op de positie van Rotterdam als
De ontwikkeling van de haven wordt dan minder
handelshaven voor energie en als vestigingsplaats
afhankelijk van de cycli van één of twee sectoren.
voor de industrie.
Vernieuwing en verbreding zal nadrukkelijk gezocht toenemende mate tot flexibilisering aan de aanbod-
van toepassing van nieuwe technologie in
kant, waardoor op de langere termijn decentrale
bestaande clusters. Technologische vernieuwingen
opwekking verder toeneemt en energieopslag veel
zullen hierbij leiden tot het vervangen of aanvullen
belangrijker wordt. De spelers op de energiemarkt
van bestaande activiteiten of grondstofstromen.
gevestigd in het Rijnmondgebied, zijn sterk in
Veel van deze activiteiten houden in dat het complex
beweging: de echte grootverbruikers oriënteren zich
zich verder toelegt op verhoging van de efficiency
al op Europees niveau. De oude hoofdrolspelers
en het ‘duurzamer’ ontwikkelen, onder andere door
zoals Eneco en de Gasunie krijgen te maken met
efficiënter energiegebruik en vermindering of nuttig
concurrentie van buitenlandse marktpartijen.
gebruik van reststoffen. Deze focus op vernieuwing
Hierdoor zijn de inkoopmogelijkheden voor de
is ook terug te vinden in het streefbeeld van de
industrie toegenomen, individueel of via inkoop-
duurzame haven.
combinaties. Verder vereist de wereldpolitieke ontwikkeling aandacht voor leveringszekerheid en
Maritieme industrie In de Rotterdamse haven is een sterk cluster
ontvlechting van de eenzijdige afhankelijkheid van energiegrondstoffen uit minder stabiele regio’s.
van scheepsbouw, scheepsreparatie en offshore aanwezig. Rotterdam vormt hierbij een cluster met
Was de afgelopen decennia de groei van de
de bedrijvigheid in de Drechtsteden. Het sociaal-
energiemarkt het belangrijkste punt van aandacht,
economisch belang van het maritieme industriële
in de komende periode zal het eerder de verschei-
cluster is aanzienlijk. In 2000 bedroeg de werk-
denheid aan energiebronnen zijn die het energie-
gelegenheid hiervan in Zuid-Holland-Zuid
landschap gaat kenmerken en de richting voor de
(Rotterdam, Drechtsteden) ruim 10.000 personen.
Rotterdamse haven in toenemende mate gaat
In diverse segmenten wordt Nederland beconcur-
bepalen. Rotterdam kan zijn positie als energie-
reerd met lagere kosten en toenemende kwaliteit
haven uitbouwen tot die van Nederlandse en
in andere landen. Hierdoor heeft de scheepsbouw
Europese ‘energiehub’: het distributie- en handels-
en scheepsreparatie-industrie zich merendeels
centrum voor energie.
gespecialiseerd in een aantal technologisch
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
door een duurzamere prestatie en het bevorderen
43
DEEL 2
De liberalisering van de energiemarkt noodzaakt in
HAVENPLAN 2020
worden in industriële activiteiten die zich kenmerken
Aardolie is verreweg de belangrijkste energiedrager
(technische) groothandelsbedrijven zijn eveneens
die in de Rotterdamse haven behandeld wordt.
ruim vertegenwoordigd in dit gebied. Ook voor de
Naast de raffinage van aardolie (zie voorgaande
IT-sector is het haven- en industriecomplex belang-
paragraaf) speelt de Rotterdamse haven ook een rol
rijk als businessgenerator, transport en distributie
in de bevoorrading van andere raffinagecomplexen.
zijn belangrijke afnemers van IT-diensten.
De rol van Rotterdam als distributiecentrum voor olie en brandstoffen wordt steeds belangrijker.
RU IMTE BE HOE FTE VAN DE VE E L ZI J DI GE HAVE N
Hierbij speelt de tankopslag, die in ruime mate voorhanden is, een belangrijke rol.
Rotterdam zal de groei, zoals in de verschillende segmenten is voorzien, moeten gaan accommode-
Als gevolg van eisen zoals Auto Oil II kunnen er op
ren. Dit is reeds in het kader van de Planologische
termijn minder productielocaties in West-Europa
Kernbeslissing-plus Mainportontwikkeling Rotterdam
overblijven, met als mogelijk gevolg meer product-
vastgesteld. Een van de belangrijkste basisfactoren
stromen. Voor de tankopslag is bijvoorbeeld
voor verdere economische ontwikkeling is de
methanol interessant. Het is een steeds belang-
beschikbaarheid van voldoende bedrijventerrein.
rijkere grondstof voor chemie.
In Verkenningen 2020 zijn prognoses voor de ontwikkeling van de haven weergegeven. De
44
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE VEELZIJ DIG E HAVEN
In Rijnmond wordt elektriciteit opgewekt door
prognoses voor goederenstromen zijn recent
kolen- en gasgestookte centrales. De haven speelt
geactualiseerd. De daarbij verrichte actualisatie van
een belangrijke rol in planning, voorraadbeheer
de ruimtevraag geeft een overeenkomstig beeld met
en blenden van steenkool voor eindgebruikers
Verkenningen 2020. Van de ongeveer 2000 hectare
als elektriciteitscentrales. Daarnaast zal een
ruimtebehoefte kan nog ongeveer 1000 hectare in
toenemend aandeel duurzame energie steeds
het bestaande gebied worden voorzien. Deze ruimte
belangrijker worden. Omdat de aardgasvoorraad in
kan gevonden worden in vrije terreinen, invullen van
Nederland afneemt, wordt aanvoer uit het buitenland
opties, verschuivingen en invulling van interne
in de toekomst noodzakelijk. Een voorbeeld is het
reserves.
benutten van LNG, dat als bijproduct van aardolie-
Bij de invulling is rekening gehouden met de
winning in het buitenland aangeboden kan worden
geluidsbeperkingen in bepaalde gebieden en met
en kan worden toegepast als gas. Vervoer is
specifieke vestigingseisen van bedrijven. Er zijn
mogelijk met de huidige gasleidingen, maar er wordt
vooral in de nabijheid van woonkernen geluids-
ook onderzocht of de bouw van een LNG-terminal
beperkende maatregelen nodig. Daar die niet altijd
in het westelijk havengebied een optie is. Met de
voorhanden zijn, dan wel veel te kostbaar en
liberalisatie van de gasmarkt neemt de handel in
bedrijfseconomisch niet haalbaar, is er op veel
gas toe en ontstaan er ook op dat gebied mogelijk-
terreinen geen groei mogelijk, of er moet gestreefd
heden voor LNG.
worden naar een invulling met geluidsarme activiteiten (zoals opslag en distributie). Dit leidt echter tot
Het energiecluster vormt derhalve ook een steeds
een suboptimale invulling vanuit de clustergedachte.
veelzijdiger cluster. Rotterdam wil dan ook de positie
Hierbij is immers de wens om met name industriële
als het distributie- en handelscentrum voor vele
activiteiten zoveel mogelijk te koppelen (integreren
soorten energiedragers uitbouwen.
van ketens) en de clusters duurzaam te versterken. In het totaal komt het erop neer dat er voor bijna
M AR ITI EM E Z AKE LI J KE DI E NST VE RLE N I N G
700 hectare, verspreid over het havengebied, geen vrije invulling met (geluidsintensieve) activiteiten kan
Voor het haven- en industriecomplex is de maritieme
plaatsvinden.
zakelijke dienstverlening een belangrijke sector. De dienstverlening is meer verweven geraakt met de
In het ruimtelijk streefbeeld aan het slot van dit
industrie en logistiek en omvat onder andere keuring
hoofdstuk wordt aangegeven hoe deze behoefte
en controle, verzekeringen, maritiem onderzoek en
aan ruimte over het havengebied van Rotterdam,
consultancy, scheepsmakelaars, IT-service en non-
inclusief Maasvlakte 2, in de toekomst zal worden
profit diensten (brancheverenigingen, medische
verdeeld. De te verwachten (droge) ruimteclaims
diensten, scholing). Ongeveer eenderde van de
van havengerelateerde bedrijvigheid, die niet in
in Nederland opererende technische advies- en
de haven maar wel in de regio zou kunnen worden
ingenieursbureaus is gevestigd in de regio. De
gehuisvest, zijn niet exact inzichtelijk bij het
Havenbedrijf en bij de gemeente Rotterdam, maar worden nader onderzocht voor het Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020.
ondersteunende diensten. • Heeft de scheepsreparatie behouden, terwijl interessante deelmarkten van de maritieme industrie
RU IMTE VR A AG 20 02 -2020
zich verder hebben ontwikkeld, zoals assemblage,
in hectares
afbouw en conversie van complexe schepen en A
B
Natte bulk
145
103
42
Chemische industrie
270
97
173
C
Droge bulk
85
85
0
Containers
450
163
287
Distributie / empty depots
175
130
45
40
40
0
RoRo / overig stukgoed Nieuwe industrie / recycling
en het verlenen van maritieme zakelijke en andere
375
101
274
Maritieme industrie
14
14
0
Varia bedrijvigheid
115
115
0
Reserveringen
432
192
240
offshore units. RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD VE E L ZI J DI GE HAVE N
Vanuit de beschreven ontwikkelingen en de gewenste beleidsinzet is een vertaling gemaakt naar de ruimtelijke verdeling en clustering van bedrijfsactiviteiten in en rond de haven, zoals dat zich tussen nu en 2020 gaat ontwikkelen. Maasvlakte De huidige Maasvlakte wordt de komende jaren verder uitgegeven aan klanten in de container-
Totaal
2101
1040
1061
en chemiesector. Maasvlakte 2 is bestemd voor deepsea activiteiten (containers, bijbehorende
A: vraag (groeisectoren)
distributie en chemie) en nieuwe vormen van
B: waarvan te accommoderen in bestaand gebied
industrie. Ook mogelijke nieuwe vormen van
C: extra vraag op Maasvlakte 2
industrie en energie zullen, indien zij niet in het bestaande gebied kunnen worden geaccommodeerd, een plek kunnen krijgen op Maasvlakte 2.
DE VE E L ZI J DI GE HAVE N
Europoort, Botlek en Vondelingenplaat De gebieden Europoort, Botlek en Vondelingenplaat
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de veelzijdige haven
blijven voornamelijk bestemd voor de industriële
van 2020 er samengevat als volgt uit:
activiteiten, in hoofdzaak (petro)chemie en de De Beneluxhaven (Europoort-West) en Botlek-Noord
• Kan de verwachte groei van havenactiviteiten en de
zijn gebieden met een meer gemengd karakter (droge bulk, roro, overige recycling, nieuwe industrie
op Maasvlakte 2 en in het bestaande havengebied.
etc). De ruimte zal in deze gebieden op een aantal
• Biedt samen met andere logistieke knooppunten in
locaties intensiever kunnen worden benut en de nog
het achterland een geïntegreerde dienstverlening
open liggende kavels zullen uitgegeven worden aan
bij het afhandelen van goederen.
bedrijven of activiteiten die het industriële cluster
• Heeft het shortseacluster in de Eemhaven uit-
verder versterken. Voor de verdere invulling wordt
gebouwd tot een Europees knooppunt voor shortsea
met name gezocht naar verbreding van de chemie
vervoer. Op Maasvlakte 1 en 2 is het deepsea
(fijnchemie en specialities) en nieuwe industrie,
cluster versterkt en uitgebreid.
die met bestaande clusters worden geïntegreerd.
• Is een aantrekkelijke vestigingsplaats voor fijnchemie, speciality chemie en nieuwe industrieën. • Is hét handels- en distributiecentrum voor
De ruimte die door opslag van natte bulk wordt ingenomen zal vermoedelijk niet wijzigen, maar er zal wel verdere specialisatie plaatsvinden en
bestaande en nieuwe energiedragers zoals
er zal meer opslag plaatsvinden van nieuwe
methanol, waterstofgas, LNG en biomassa.
(basis)producten als methanol.
• Stimuleert en faciliteert de clustering en samenwerking van bedrijven die in dezelfde markt opereren. • Heeft aantrekkelijke vestigingscondities voor
Stadshavens Het streven is om in de Eemhaven het shortsea
bedrijfsactiviteiten die aan ladingstromen waarde
containercluster, inclusief het distripark Eemhaven,
toevoegen, zoals het uitvoeren van bewerkingen
verder te ontwikkelen tot de Europese shortsea hub.
DE VEELZIJ DIG E HAVEN
schaalvergroting in de scheepvaart accommoderen
DEEL 2
daaraan gekoppelde op- en overslag van natte bulk. De veelzijdige haven:
HAVENPLAN 2020
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD
45
Afhankelijk van de ontwikkelingen op het gebied van
Havens rechter Maasoever
de containeroverslag (schaalvergroting, diepgang),
De niet-Rotterdamse havens (Maassluis,
de overslag van fruit (containerisatie), en de
Vlaardingen, Schiedam) zullen eveneens in de
snelheid van aanleg van Maasvlakte 2, kunnen de
toekomst van bestemming wijzigen. In Vlaardingen
24-uurs overslagactiviteiten in de Stadshavens, met
zijn al plannen om oude havengebieden te her-
uitzondering van de Eemhaven, worden afgebouwd.
ontwikkelen tot woningbouwlocaties. Daarnaast
In dat gebied van de Stadshavens kunnen zich de
blijven de havens aan de noordoever een functie
andere ‘overige’ havensectoren blijven ontwikkelen,
vervullen binnen het haven- en industriecomplex,
zoals het overig stukgoed (waaronder het sappen-
onder andere op het gebied van chemie, maritieme
cluster in de Vierhavens), maritieme technologie
technologie en droge bulk.
en maritieme zakelijke dienstverlening. Tot slot is het zaak om de positie van de maritieme Bij de herontwikkeling van de Stadshavens wordt
zakelijke dienstverlening verder uit te bouwen en
gezocht naar mogelijkheden om hier ook stedelijke
deze (kantoorfuncties) te accommoderen in en rond
economische activiteiten te huisvesten. Op termijn
de stad, bijvoorbeeld in de gebieden met een sterke
zullen grote delen van de Stadshavens zich
(fysieke) relatie tot de haven.
ontwikkelen tot een veelzijdig gebied met een gemengd milieu van haven- en stedelijke (economi-
Zie het ruimtelijk streefbeeld aan de binnenkant van
sche) activiteiten. In de Rijn- en Maashaven vinden
de hoofdstukpagina.
nog overige havenactiviteiten plaats, met name op het gebied van agribulk en agri-industrie. Maar ook hier vindt een verschuiving plaats waarbij oude havencomplexen benut worden voor stedelijke activiteiten. 46
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE VEELZIJ DIG E HAVEN
10 DE DUUR ZAME HAVEN De gemeente Rotterdam wil de industriesectoren
ook kleinere stromen onderling uitwisselen. Zoals
in het haven- en industrieel complex versterken.
in voorgaand hoofdstuk is opgemerkt, is de
Essentieel daarbij zijn ontwikkelingen op het
bestaande samenwerking in het Rotterdamse
gebied van innovatieve, duurzame(re) energie-
haven- en industriecomplex tevens een goede basis
dragers en productieprocessen en de wijze
voor de verdere ontwikkeling van een concept als
waarop de industrie stofkringlopen probeert
‘total utility islands’, waarbij één partij of consortium
te sluiten.
alle benodigde utilities aan een of meerdere klanten
De gemeente Rotterdam heeft als doelstelling het
levert. Ook hierbij komen bedrijfsvoordelen samen
stimuleren van energiebesparing en het verhogen
met voordelen voor het milieu.
van het aandeel duurzaam opgewekte energie (windenergie, energie uit biomassa, restwarmte-
ONT WI KKE LI N GE N E N E RGI E
benutting, zonne-energie). Het Havenbedrijf werkt, onder andere binnen het samenwerkings-
Warmtekrachtkoppeling
verband ROM-Rijnmond, aan het realiseren van
Sinds begin jaren negentig is het opgestelde
deze doelstellingen. Belangrijke drijfveer daarbij
vermogen aan warmtekrachtkoppeling (WKK), een
is het reduceren van de CO 2-emissie in de regio,
gecombineerde productie van energie en warmte,
als bijdrage aan de Kyoto-doelstelling.
in Nederland verdubbeld tot bijna 8.000 megawatt. Scenarioberekeningen van het Energie Centrum
Stimuleren van een duurzame haven, impliceert een
Nederland (ECN) destijds voorspelden een verdere
zoektocht naar vernieuwing. Die zal nadrukkelijk
groei tot 15.000 megawatt in 2010. Op dit moment
gezocht worden in industriële activiteiten met een
staat ruim 1.500 megawatt in het haven- en
duurzamere prestatie en nieuwe technologie in
industriecomplex opgesteld. In het eerste convenant
bestaande clusters. Technologische vernieuwingen
van ROM-Rijnmond was als doelstelling 1.400
zullen hierbij leiden tot vervangen of aanvullen
megawatt opgenomen, te realiseren voor 2005.
van bestaande activiteiten en grondstofstromen.
Deze doelstelling is nu al ruimschoots gehaald.
Een grote impuls kan ervan uitgaan wanneer
schot aan productievermogen en vrije marktprijzen
faciliteiten en het haven- en industriecomplex
voor gas en elektriciteit, is het voordeel van WKK
zorgt voor ‘experimenteerruimte’. De Rotterdamse
ten opzichte van de conventionele, gescheiden
industrie kan hierdoor op internationaal niveau
opwekking afgenomen. Hierdoor is de bereidheid
mee blijven draaien en haar aantrekkelijkheid
om te investeren in WKK-projecten afgenomen.
voor investeerders vergroten. De ambitie voor de
WKK blijft voorlopig hooguit interessant voor grote
duurzame haven in 2020 is het innovatief klimaat
industriële installaties met hoge bedrijfstijden,
van het haven- en industriecomplex bevorderen
waarbij de elektriciteitsopwekking afgestemd is op
en het faciliteren van efficiënt en duurzaam gebruik
het eigen verbruik. Het ECN verwacht tegenwoordig
van energie, grondstoffen en ruimte.
dat de totale capaciteit van warmtekrachtkoppeling in 2010 niet hoger zal zijn dan in 1999.
O NT W I KK E LI N GE N PETROC H EM I E
Waste to energy De industrie in het haven- en industriecomplex
Particuliere afvalverwerkers ontplooien initiatieven
bestaat voor een belangrijk deel uit bulk- en
om energie uit afval op te wekken, dan wel afval
petrochemie. Versterking van de industrie wordt
voor te bewerken voor energieopwekking. Naast de
gezocht in verdergaande clustering en co-siting (zie
Afvalverwerking Rijnmond richten nieuwe spelers
ook Rotterdam industriehaven in het voorgaande
zich op het ontwikkelen en in bedrijf stellen van
hoofdstuk), wat zowel bedrijfs- als milieuvoordelen
relatief kleinschalige, maar hoogwaardige energie-
biedt. Bij versterking van deze concepten door de
centrales.
aanleg van pijpleidingen, speelt de verdere ontwikkeling van een MultiCore pijpleiding een belangrijke
Nieuwe energiedragers
rol: een bundel van meerdere kleine pijpleidingen,
De energiemarkt is volop in beweging en er wordt
die kortere of langere tijd worden verhuurd aan
veel onderzoek verricht naar nieuwe duurzame
bedrijven. Hierdoor kunnen verschillende partijen
energiedragers of mogelijkheden voor het opwekken
DE DUURZAME H AVEN
de grensoverschrijdende stroomhandel, een over-
instituten zorgen voor personeel en onderzoeks-
DEEL 2
Door buitenlandse toetreders tot de energiemarkt,
waarbij universiteiten en andere onderzoeks-
HAVENPLAN 2020
Rotterdam zich ontwikkelt tot een kenniscentrum
47
van energie. Voor de haven worden deze ontwikke-
Waterstof
lingen nauwlettend in de gaten gehouden.
In een toekomstige, duurzame energiehuishouding
Rotterdam wil de juiste kaarten in handen hebben
zal waterstof een belangrijke energiedrager zijn.
voor het naar zich toe trekken van nieuwe import-
De aantrekkelijkheid van waterstof ligt in de schone
stromen zoals biobrandstoffen, of voor de productie
eindconversie. Anders dan bij verbranding van
van nieuwe (duurzame) energie in het haven- en
fossiele brandstoffen wordt bij de verbranding van
industriecomplex, zoals zonne- en windenergie,
waterstof geen kooldioxide, zwaveldioxide of roet
waterstof en methanol.
gevormd, maar voornamelijk water. Waterstof is daarom bij uitstek geschikt om de schadelijke
48
Biobrandstoffen
emissies van talrijke diffuse bronnen in huishoudens
Volgens EU-beleid moet in 2005 minstens 2% van
(cv-ketels, gasfornuizen) en transportmiddelen
de fossiele transportbrandstoffen vervangen zijn
(verbrandingsmotoren) bijna volledig te elimineren.
door biobrandstoffen, zoals biodiesel. Rond 2020
Bij productie van waterstof uit aardgas moet daarbij
zou het percentage toe moeten nemen naar 20%.
wel aandacht zijn voor CO 2-emissie beperking.
Elders in Europa wordt momenteel biodiesel
In het kader van transities naar een duurzame
geproduceerd op basis van koolzaad. In Nederland
energiehuishouding zal de inzet van waterstof
werd in 2000 circa 1% aan duurzame energie
in eerste instantie gericht zijn op het terugdringen
opgewekt, voornamelijk op basis van biomassa
van het gebruik van fossiele brandstoffen (olie,
en afval. Het streven is, om in 2020 10% van de
gas, steenkool) en in tweede instantie op vervanging
Nederlandse elektriciteit duurzaam te produceren.
daarvan. Hoewel aardgas nu nog de basis is voor
Het aandeel biomassa zou daarin ruim de helft
commerciële waterstofproductie, zijn er in de
bedragen. Voor schone biomassa moet de regel-
toekomst mogelijkheden om deze grondstof door
geving, waaronder de invoerheffingen, worden
duurzame energiedragers te vervangen. Waterstof-
aangepast. Voor de overgang naar een duurzame
productie in de haven is een optie voor de toekomst.
energiehuishouding speelt biomassa de komende
HAVENPLAN 2020 DEEL 2
jaren een belangrijke rol. Grootschalige productie
Methanol
van vloeibare energiedragers en transportbrandstof-
Rotterdam is de Europese methanolhub. Voor de
fen op basis van biomassa is voor de middellange
Europese markt worden grote hoeveelheden op-
termijn. Het Havenbedrijf participeert in onderzoek
en overgeslagen. In 2002 is er 1,9 miljoen ton gelost
naar de logistieke aspecten van biomassa. Voor
en 0,4 miljoen ton geladen. Methanol wordt groten-
Rotterdam ontstaan er mogelijk kansen voor import
deels doorgevoerd en deels door de chemische
of productie van dergelijke biobrandstoffen. Mede
derivatenindustrie in Rotterdam verbruikt.
door de noodzakelijke aanvoer van grote volumes
DE DUURZAME H AVEN
biomassa zal deze industrie zich richten op
Windenergie
zeehavengebonden, geïndustrialiseerde locaties.
De provincie Zuid-Holland, elektriciteitsproducenten en het Havenbedrijf willen meer elektriciteit
Restwarmte
opwekken met windturbines om de doelstellingen
Bij de industriële processen in de haven komt
op het gebied van duurzame energie te realiseren.
restwarmte vrij, waarvoor nuttige toepassingen
Hiertoe is het convenant Windenergie afgesloten.
worden gezocht. Zo wordt gewerkt aan levering
Op dit moment staat in het havengebied 35 mega-
van restwarmte van Shell om een wijk van 6.000
watt opgesteld. Voor het plaatsen van windmolens
woningen in Hoogvliet te verwarmen. Over een
in het havengebied wordt de komende jaren vooral
mogelijke verlenging van de daarvoor benodigde
aandacht besteedt aan het oplossen van de
pijpleiding naar Rotterdam-Zuid en IJsselmonde
beperking die nu geldt in verband met de beschik-
wordt nagedacht. Ook is er veel aandacht voor
bare geluidsruimte.
het leveren van restwarmte aan de glastuinbouw. In het kader van het R3-project van ROM-Rijnmond
De doelstelling voor het havengebied is het
worden in een vervolgfase de mogelijkheden voor
vermogen dat wordt opgewekt door middel van
een restwarmtetransportnet in het havengebied
windenergie te vergroten. Daarbij gelden de
onderzocht, waarbij de overheid in samenwerking met het bedrijfsleven mogelijk de infrastructurele
volgende aandachtsgebieden: • Optimalisatie binnen de grenzen van het huidige
investeringen tegen nutscondities aan zou kunnen
beheergebied en het plaatsen van windturbines
bieden.
op bedrijventerreinen stimuleren.
• Optimaal betrekken en toepassen van windenergie
verwierf. Pilotprojecten kunnen daardoor onder
bij de ontwikkeling (voorbereiding en bouw) van de
omstandigheden worden uitgevoerd die afwijken
tweede Maasvlakte.
van de landelijke regelgeving.
• Door samenwerking met het bedrijfsleven mogelijk-
In het kader van R3 zal er een visie op energie-
heden uitwerken voor offshore windenergie in relatie
gebruik in het Rotterdamse haven- en industrie-
tot het aantrekken van nieuwe offshore industrie
complex worden opgesteld. De visie heeft 2020 als
voor het haven- en industriecomplex.
zichtjaar, met een doorkijk naar de ontwikkelingen op lange termijn. De visie zal aansluiten bij de
Zonne-energie
ontwikkelingen zoals geschetst in dit Havenplan
In het havengebied zijn op dit moment weinig
2020 en bij de Lange Termijn Visie Energie (LTVE)
voorbeelden van fotovoltaïsche energie (zonne-
van het ministerie van Economische Zaken. Uit deze
energie). Op dit moment is zonne-energie relatief
visie volgen concretere doelstellingen en strategieën
duur. In ROM-Rijnmondverband zijn vier locaties
waarin beschreven wordt hoe de gewenste visie
onderzocht voor het plaatsen van zonnepanelen
gerealiseerd kan worden.
in de omgeving van de haven. Als de verwachte marktdoorbraak over tien tot vijftien jaar plaatsvindt,
CO 2
heeft het havengebied veel potentie. Overschakelen
Bovenvermelde initiatieven, gericht op verbeteren
naar duurzame energie zal geleidelijk gebeuren
van de efficiency en het toepassen van duurzame
en daarvoor is nog veel onderzoek noodzakelijk.
energiedragers, leiden tot vermindering van de
Rotterdam kan hierin een prominente rol spelen
CO 2-uitstoot. De resterende uitstoot kan echter ook
vanwege zijn rol als energiehaven.
beter worden benut. Onderzoek vindt bijvoorbeeld plaats naar de ondergrondse opslag van CO 2, die
R3 : DU U R Z A A M ON DE RN EM E N I N H ET
later weer kan worden benut in productieprocessen.
ROT TE RDA MSE HAVE N - E N I N DUSTRI ECOM PLE X
Ook naar de toepassing van CO 2 uit het Europoortgebied in nabijgelegen kassengebieden wordt onderzoek verricht in het kader van het R3-
overheden en bedrijfsleven ROM-Rijnmond loopt
programma.
al enige jaren het programma Energie Rijnmond. Dit programma streeft naar een schone fossiele
ONT WI KKE LI N GE N I N DUSTRI E OP DE L AN GE
energiehuishouding in 2020 en een (zoveel als
TE R M I J N
mogelijk) duurzame energiehuishouding in 2050. combineert een grotere diversiteit van het indu-
van het ministerie van Economische Zaken en INES
striële complex en een verdere integratie van de
Mainport van ROM-Rijnmond, tot één programma
bestaande industriële clusters met een duurzamer
onder de naam ‘R3, duurzaam ondernemen in het
functioneren van het complex. Op de lange termijn
Rotterdamse haven- en industriecomplex’.
worden de volgende ontwikkelingen daarvoor als kansen voor Rotterdam beschouwd.
Tot 2003 is binnen de afzonderlijke programma’s een groot aantal thema’s aangepakt, onder andere
Ertsen en mineralen
op het gebied van industriële warmte, stoom,
Rotterdam is één van de grootste Europese op- en
reststoffen, koolstofmanagement, innovatief gebruik
overslaghavens van metaal, ertsen en mineralen.
van bedrijventerreinen (co-siting), zonne-energie
Tegelijkertijd is de chemiesector uitgebreid ver-
en waterstof. Resultaten zijn geboekt, zoals
tegenwoordigd. Het combineren van deze twee
bijvoorbeeld de realisatie van het project restwarmte
sectoren kan leiden tot het creëren van meer
Hoogvliet, waarbij een energiedistributiebedrijf,
toegevoegde waarde voor Rotterdam, waarbij
woningbouwcorporaties en de gemeente Rotterdam
nadrukkelijk gebruik wordt gemaakt van beschikbare
een intentieverklaring hebben getekend om 6.000
grondstofstromen. Een toenemende productie van
woningen in Hoogvliet te verwarmen met industrieel
mineralen kan worden toegepast in glas, plastics,
warm water van Shell Pernis. Het uitvoeren van
elektronica, verf en papier. Er vindt hierbij een
pilotprojecten in Rijnmond is extra interessant
verschuiving plaats in de productie van mineralen
sinds het gebied onder het programma Duurzaam
van ‘high volume - low value’ naar ‘low volume -
Rijnmond de status van experimenteergebied
high value’.
DE DUURZAME H AVEN
Het aantrekken van nieuwe vormen van industrie
gevoegd met het programma Duurzaam Rijnmond
DEEL 2
Vanaf 1 januari 2003 is Energie Rijnmond samen-
49
HAVENPLAN 2020
In het kader van het samenwerkingsverband van
Kansen liggen er verder in het vergroten van de
Ruimteproductiviteit
schrootoverslag in Rotterdam en de productie
Ingegeven door zowel economische als maatschap-
van schrootvervangers (Direct Reduced Iron) en
pelijke druk zullen in de komende decennia de
het op basis daarvan aantrekken van specifieke
verschillende sectoren in de Rotterdamse haven
staalindustrie. Ook een verwachte toename in de
doorgaan met optimalisering en verduurzaming
overslag van aluminiumschroot door een toene-
van logistieke processen en productieprocessen.
mende internationale vraag, schept mogelijkheden.
Ook de ruimteproductiviteit zal daardoor toenemen, met name in de groeisectoren chemie, containers
Recycling Grote internationaal opererende concerns krijgen
en distributie. ‘Verkenningen 2020’ meldt op dit punt de volgende ontwikkelingen:
meer invloed op de recyclingmarkt in Nederland en binnen Rotterdam. Door de ontwikkeling van
(Chemische) industrie en natte bulk
recyclingtechnieken kan steeds goedkoper en
• Groei opvangen door benutting van interne
efficiënter worden geproduceerd. Nationale en internationale wetgeving blijven van grote invloed op de haalbaarheid van recyclinginitiatieven. Mede door een voortschrijdende ontwikkeling van de wet- en regelgeving zal het aanbod van recyclebaar materiaal de komende jaren fors toenemen. Parallel hieraan zal de concurrentie op de afvalmarkt
reserves, onder andere door co-siting. • Gebruikmaken van gemeenschappelijke voorzieningen (utility-sharing). • Verhoging van de efficiency van productieprocessen, onder andere in de raffinage. • Herstructurering van de tankage; meer specialities en andere bulkproducten (methanol).
toenemen. Recycling en verwerkingstechnieken zullen zich verder ontwikkelen tot technologisch
Logistieke sector
hoogwaardige processen. Grootschalige recycling
• Meervoudig ruimtegebruik en dubbel grondge-
biedt de meeste voordelen voor de haven, onder 50
meer door het aantrekken van grote ladingstromen.
bruik, zoals ondergrondse opslag. • Efficiëntere benutting van tankopslagcapaciteit,
HAVENPLAN 2020
Tevens zorgt schaalgrootte voor een economisch
door ‘productpooling’ (waarbij dezelfde bulk-
gezonde voedingsbodem voor verdere ontwikkeling
producten, afkomstig van meerdere producenten
en innovatie. Hoewel grootschalige bedrijvigheid om
in één tank worden opgeslagen).
een aantal redenen de voorkeur geniet, zullen ook kleinschalige activiteiten zeer belangrijk zijn voor de verdere ontwikkeling van de branche.
Uitgiftebeleid Het Havenbedrijf is verantwoordelijk voor de uitgifte
DEEL 2
van de bedrijventerreinen in het haven- en industrieBiotechnologie
complex. De ruimteschaarste van de afgelopen
DE DUURZAME H AVEN
Intelligent gebruik van micro-organismen levert
jaren heeft geleid tot een stringenter uitgiftebeleid.
efficiëntere, kostenbesparende routes op voor de
Dit betekent dat er een actiever beleid wordt
productie van belangrijke chemicaliën. Dit biedt
gevoerd ter verhoging van de ruimteproductiviteit
kansen voor Rotterdam in het gebruik van hernieuw-
en gebruik van de interne reserves, terugname
bare grondstoffen en back-to-feedstock recycling
en sanering van in onbruik geraakte terreinen,
(omzetten van eindproducten naar de oorspronke-
aanscherping van de optieregeling en herstructure-
lijke grondstof voor hergebruik). Bovendien past
ring van deelgebieden. De ‘match’ van vraag en
deze ontwikkeling in het bredere kader van duur-
aanbod wordt door het Havenbedrijf als beheerder
zame ontwikkeling waaraan de chemische industrie
continu bijgehouden. Bij uitgifte spelen economi-
zich al enkele jaren duidelijk committeert.
sche, logistieke, ruimtelijke en milieuaspecten een rol. Het is daardoor altijd een complex afwegings-
DU U R Z A A M RU IMTEGE BRU I K
proces. Aan de verdere intensivering van het gebied zit bijvoorbeeld een milieuhygiënische bovengrens.
In de vorige hoofdstukken is het ruimteprobleem
Dit vormt ook een belangrijke opgave in dit haven-
van de Rotterdamse haven en regio reeds
plan.
geschetst. Dit noopt overheden en bedrijfsleven ertoe om duurzaam met de ruimte om te gaan.
Innovaties
Inzet is de ruimte in de haven zo efficiënt mogelijk
In het kader van het project Bestaand Rotterdams
te benutten. De komende jaren zijn daarbij de
Gebied (BRG), onderdeel van het Project Mainport-
volgende ontwikkelingen te verwachten.
ontwikkeling Rotterdam, wordt een extra pakket
(innovatieve) maatregelen onderzocht waarmee
• Benut de bestaande ruimte zo intensief mogelijk.
in het bestaande havengebied versneld ruimte beschikbaar komt. Het betreft onder andere
RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD DUU R Z A M E HAVE N
onderzoek naar de volgende mogelijkheden: • Versnelde beschikbaarheid van locaties waarvan de bodem verontreinigd is. • Optimalisatie ruimtegebruik vierde Petroleumhaven
Voor zover de ambities voor een duurzame haven een ruimtelijke component bevatten, zijn zij vertaald in een ruimtelijk streefbeeld voor 2020.
en omgeving. • Optimalisatie van de olieopslag.
Europoortgebied, Botlek en Vondelingenplaat
• Stimulering hogere productiviteit containersector.
Op verschillende plekken in het bestaande haven-
Daarnaast wordt geïnvesteerd in innovatieve
gebied, met name daar waar de industrie en natte
projecten met instituten en bedrijfsleven en worden
bulk zijn gevestigd (Europoortgebied, Botlek en
innovatieve concepten gestimuleerd, waaronder het
Vondelingenplaat), zijn mogelijkheden voor verdere
project Containerland.
intensivering, onder andere door middel van co-siting. Ook zijn in deze gebieden op een beperkt
Containerland
aantal plaatsen kansen voor nieuwe industriële
Het Havenbedrijf heeft in 1999 een prijsvraag
activiteiten en de productie van biobrandstoffen.
uitgeschreven voor de waterbouwsector om met
Efficiënt gebruik van tankopslag is mogelijk door
nieuwe ideeën op het vlak van waterbouw te
productpooling, waarbij het bulkproduct, afkomstig
komen. Hieruit werd het Containerlandconcept
van meerdere producenten, in één tank wordt
verkozen tot beste inzending. Dit werd gezamen-
opgeslagen in plaats van meerdere tanks per
lijk met het consortium uitgewerkt. Containerland
producent.
beantwoordt aan de vraag naar flexibele infraPijpleiding
worden gecreëerd en havenbekkens tijdelijk
Het streven is om de chemische clusters verder met
kunnen worden ‘gedempt’. De werkwijze is
elkaar te verbinden door de bestaande MultiCore
simpel en relatief goedkoop. In het concept
pijpleiding door te trekken naar Europoort en
worden 20 of 40 voets containers in pakketten
Maasvlakte 1 en 2. Veel bedrijven kunnen daarvan
gestapeld. Deze worden in het water geplaatst
gebruik maken en de uitwisseling van stromen wordt
en aan elkaar bevestigd. Aan de boven- en
geïntensiveerd. Dit kan veel lokale transporten over
onderkant bevinden zich betonplaten, die de
de weg overbodig maken.
leiden. Voor dit doel volstaan oude, ‘tweede-
Restwarmte en CO 2
hands’ containers of zelfs afgekeurde containers.
De nu lopende initiatieven met betrekking tot Westland en het stedelijk gebied zijn in 2020
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD DE DUU R Z A M E
gerealiseerd. Ook zijn kansen onderzocht om de
HAVE N
overtollige CO 2, die niet kan worden hergebruikt in het havengebied, aan het Westland te leveren,
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de duurzame haven van
of aan Voorne-Putten als in de toekomst verdere
2020 er samengevat als volgt uit:
concentratie van de kassen hier plaats zou kunnen vinden. Het bestaande windmolenpark is uitgebreid
De duurzame haven:
met de bestuurlijk overeengekomen locaties in het
• Stimuleert en faciliteert samenwerking tussen
havengebied conform het convenant Windenergie
bedrijven, zoals gebruikmaken van gezamenlijke
en mogelijk ook met locaties die nu nog in studie
voorzieningen en benutten van elkaars grondstoffen
zijn.
en restproducten. • Huisvest nieuwe, duurzame vormen van industrie
Maasvlakte 1 en 2
en de productie, op- en overslag van duurzame
Maasvlakte 2 wordt ingericht volgens de principes
energiedragers.
van een duurzaam bedrijventerrein. In ieder geval
• Ondersteunt onderzoek en pilots voor duurzame
zal in de lay-out gezocht worden naar de optimale
productietechnieken en het toepassen van duur-
clustering voor chemie en van containers.
zame energiedragers.
Het chemiecluster kan voorzien worden van een
DE DUURZAME H AVEN
restwarmteleveranties aan Hoogvliet, Voorne,
DEEL 2
belastingen naar hoek-punten van containers
51
HAVENPLAN 2020
structuur, waarmee (tijdelijke) terreinen kunnen
gemeenschappelijke utilities-ringleiding. Ook zal er gekeken worden naar de mogelijkheid van gemeenschappelijke voorzieningen als parkeren, beveiliging en brandweer (parkmanagement), die kunnen bijdragen aan efficiënt gebruik van ruimte en middelen. Maasvlakte 2 is bovendien een locatie met ruimte voor opslag van duurzame vormen van energie (biomassa) en nieuwe industriële activiteiten. Het gebruik van Maasvlakte 1 kan nog verder worden geïntensiveerd, onder andere door verlegging van de Yangtzehaven in zuidelijke richting. Daardoor komt er in het noorden meer ruimte voor uitbreiding van het containercluster. Zie het ruimtelijk streefbeeld aan de binnenkant van de hoofdstukpagina. Noten 1)
52
Verkenningen 2020
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE DUURZAME H AVEN
11 DE KENNISHAVEN De Nederlandse economie transformeert. Het karakter verschuift van een door industriële productie gedreven economie naar een meer kennisgedreven, diensteneconomie. Het aantrek-
• Ontwikkelen arbeidspotentieel door het versterken van het (beroeps-)onderwijs en onderzoek; • Vergroten van de aantrekkelijkheid van Rotterdam als woon- en werkstad.
ken van ‘kennis’ is hierin een sleutelfactor. Dit levert een breder scala aan (hoogwaardige)
De doelstelling van een bredere, kennisintensieve
banen en meer toegevoegde waarde op. Met
en dienstengeoriënteerde haven, wordt hierna
name voor de Rotterdamse economie geldt
verder uitgewerkt aan de hand van versterking
dat deze ombuiging extra inspanningen vergt,
van de economische structuur, arbeid en onderwijs,
de economie van de regio is te weinig kennis-
de kwaliteit van het algehele vestigingsklimaat van
intensief en te eenzijdig. Dit vormt een opgave
de regio en de ontwikkeling van gebieden op het
voor dit Havenplan 2020, maar is zeker ook een
fysieke grensvlak van stad en haven.
hoofdopgave voor de komende economische visie van de gemeente.
ECONOM ISC H E STRUCTUU RVE RSTE RKI N G
De ambitie voor de kennishaven in 2020 is een
Zakelijke dienstverlening
bredere, meer op kennis en diensten georiën-
De haven biedt mogelijkheden voor vestiging van
teerde economie en versterking van de econo-
afgeleide activiteiten in de stad. Zo kan de stad de
mische structuur.
haveneconomie ondersteunen. In de stad Rotterdam is de concentratie van aan de haven gerelateerde
Het creëren van een goed vestigingsklimaat,
kennis- en specialistische activiteiten zichtbaar,
aantrekken van meer kennis-intensieve activi-
weerspiegeld in de aanwezigheid van kantoren van
teiten op het grensvlak van stad en haven en
bedrijven op het gebied van verzekeringen, beurzen,
ontwikkelen van de stadshavens zijn hiervoor
administratieve ondersteuning en bemiddeling. Ook
de middelen.
zijn er hoofdvestigingen, gelieerd aan de maritieme functies en logistieke en industriële activiteiten van de haven.
digheid, wil Rotterdam profiteren van de voordelen
werkgelegenheid als wat betreft de bedrijvigheid.
en sterke kanten van de economie van zowel stad
Inmiddels is de bijdrage van de haven aan het bruto
en haven en de wederzijdse ruimtelijke mogelijk-
regionaal product van Rijnmond 25% en aan de
heden. Maritieme, logistieke en industriële bedrijvig-
werkgelegenheid 16%. Een belangrijke oorzaak
heid moeten in de haven gevestigd zijn. Voor
van dit teruglopende aandeel is de mechanisering
activiteiten met een dienstverleningskarakter
in de logistieke sectoren en het feit dat niet-haven-
gerelateerd aan de functies van de haven is het
gebonden activiteiten, zoals grootstedelijke
goed dat de stad deze behoudt dan wel aantrekt,
diensten, in de regio Rijnmond sterk zijn toegeno-
zoals ook is besproken bij het streefbeeld van de
men, zodanig zelfs dat er gesproken kan worden
veelzijdige haven. Meer ruimte-intensieve haven-
van een min of meer gescheiden haven- en stads-
gebonden bedrijvigheid, zoals de toe- en aanleve-
economie.
rende productie-, distributie- of transportbedrijven, moeten een plaats krijgen in de regio. Dit laatste
In een diensteneconomie is het kennisniveau van
vormt onder meer de opgave voor het Ruimtelijk
de vestigingsplaats de essentiële concurrentiebron.
plan regio Rotterdam 2020.
Stad, regio en haven hebben elkaar hiervoor nodig. De kwaliteit van het kennisniveau is een belangrijk
Het Havenbedrijf zet in op het versterken en
aandachtspunt voor de gemeente. In de Economi-
verbreden van de logistieke en industriële clusters
sche Visie 2020, die in 2004 wordt vastgesteld,
en samen met de gemeente wordt in het acquisitie-
wil de gemeente haar doel langs volgende lijnen
beleid speciaal aandacht besteed aan het aantrek-
bereiken:
ken van hoogwaardige, havengebonden dienst-
• Economische structuurversterking door het verster-
verleners en (hoofd)kantoren van rederijen in de
ken van de innovatiekracht van het Rotterdamse
stad. Op deze manier ontstaat er een mix van
bedrijfsleven;
logistieke bedrijven, productiebedrijven en bedrijven
DE KENNI SH AVEN
In de zoektocht naar meer diversiteit en hoogwaar-
de economie in de regio Rijnmond, zowel wat betreft
DEEL 2
Enkele decennia geleden domineerde de haven
HAVENPLAN 2020
R E L ATI E HAVE N, STAD E N REGIO
53
in de dienstverlening. Daarnaast vormt de haven
De gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf zetten
een aparte attractie. Haar invloed op de stad vormt
zich met andere overheden in de regio in voor een
een goede bron voor de verdere ontwikkeling van
netwerkstructuur (platforms, congressen, media)
culturele evenementen, toerisme en de hiermee
waarin kennisoverdracht kan plaatsvinden tussen
verbonden bedrijvigheid in de regio. Hoe de haven
onderwijsinstellingen, kennisinstituten, bedrijven en
daarin nog verder kan worden versterkt, is uitge-
overheden. Concrete initiatieven zijn het programma
werkt in het streefbeeld van de attractieve haven.
van de Stichting Kennisinfrastructuur Mainport Rotterdam (KMR), de bijdrage aan Kennnisalliantie
Om de economische structuur van de haven, stad
Zuid-Holland en de oprichting van innovatie
en regio te versterken zijn de hieronder genoemde
platforms. Ook worden praktijksituaties vanuit de
invalshoeken van belang. De keuze hiervoor is
haven in het onderwijs geïntegreerd door gebruik
bepaald aan de hand van het strategisch belang
te maken van kenniskringen en lectoraten op het
voor de haven en de mate waarin de regionale
gebied van ICT, logistiek, proceschemie en metaal-
overheid een helpende hand kan bieden. Daarbij
elector, en via leerstoelen zoals bij de universiteiten
krijgen de arbeidsmatch en het midden- en klein-
van Delft en Rotterdam. Deze universiteiten zijn
bedrijf bijzondere aandacht. Grotere bedrijven
belangrijke spelers op het gebied van interdiscipli-
worden zeker niet uit het oog verloren, hiervoor
nair (top-)onderzoek voor havengerelateerde
geldt echter veelal dat maatregelen ter versterking
vraagstukken. Deze activiteiten zijn nu gebundeld
van hun concurrentiepositie voor een groot deel
ondergebracht bij het Academic Centre of Trans-
betrekking hebben op het nationale of vaker nog het
PORT.
internationale niveau. Daarin zijn de speerpunten zoals beschreven in de veelzijdige haven, duurzame haven en snelle haven van betekenis.
Digital Port Stichting Digital Port Rotterdam is in 2003 opgericht door De Kamer van Koophandel
54
Economische activiteiten op het grensvlak
Rotterdam ter gelegenheid van het 200-jarig
haven-stad
bestaan en de Gemeente Rotterdam. Digital Port
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE KENNI SH AVEN
Het grensvlak tussen haven, stad en regio leent zich
wil de toepassing van ICT bij het MKB stimuleren
voor activiteiten die profiteren van de kracht van het
om zo het innovatief vermogen, de winstgevend-
sterke logistieke en industriële cluster van de haven
heid en de concurrentiekracht te bevorderen.
en de meer op diensten gerichte stadseconomie.
Digital Port ondersteunt organisaties bij de inzet
De gemeente onderzoekt en stimuleert in dit
van ICT onder andere door het bieden van
kader nieuwe vormen van bedrijvigheid binnen
gelegenheid aan ondernemers om visie en
de sectoren groothandel, agrofood (met name
vaardigheden te ontwikkelen op het gebied van
vers-logistiek), speciality en chemische producten,
ICT en de ICT markt voor hen transparant te
en maritieme zakelijke dienstverlening.
maken. Digital Port biedt hiertoe faciliteiten in een recent (april 2004) ontwikkeld innovatief
Innovatie en kennisnetwerken
zalencomplex waar op interactieve wijze gewerkt,
Innovatie is cruciaal om te groeien. Voor de haven
vergaderd, gebrainstormd kan worden. Digital
bieden projecten waarin sprake is van een wissel-
Port is gevestigd in het World Trade Center te
werking tussen traditionele clusters en nieuwe
Rotterdam.
doorbraaktechnologie (bijvoorbeeld nanotechnologie) kansen voor groei. Voorbeelden hiervan zijn innovaties in de petrochemische industrie. Contact
Ondersteuning midden- en kleinbedrijf
tussen grote en kleine bedrijven op het gebied
Het ontwikkelen van kleinschalige sectoren in de
van kennisuitwisseling kan het innovatieproces
regio Rotterdam draagt bij aan een evenwichtigere
in belangrijke mate versterken. Daarbij hebben
economie. Een reden hiervoor is dat innovaties
bedrijven in het haven- en industriecomplex het
veelal tot stand blijken te komen door het combine-
voordeel van elkaars fysieke nabijheid. Bij een
ren van de kennis uit verschillende sectoren en
toenemende inzet op hoogwaardige kennis, zeker
van grote en kleine spelers. Door kruisbestuiving
in creatieve, innovatieve en complexe bedrijfs-
ontstaan nieuwe combinaties die breder toepasbaar
processen zoals procesindustrie, zijn directe
zijn dan alleen binnen een bepaalde sector of voor
contacten belangrijk omdat de toepassing van
een bepaalde markt. Vanwege het arbeidsintensieve
kennis verbonden is aan personen.
karakter is het midden- en kleinbedrijf bovendien
een belangrijke werkgelegenheidsbron, die bij
VMBO en MBO, zijn lespakketten en materiaal
voorkeur dichtbij het stedelijk gebied moet worden
ontwikkeld voor werkstukken en praktijkprojecten.
gevestigd.
De gemeente en het Havenbedrijf vervullen een intermediaire functie in de contacten met opleidings-
Het belang van het midden- en kleinbedrijf (MKB)
instituten, scholen en partijen op de arbeidsmarkt
voor de haven- en stadseconomie wordt dan ook
die voor de haven relevant zijn. Onder andere
nadrukkelijk onderkend. Binnen het havengebied
worden instroom-projecten en havengerichte stages
behoort ruim 80% van de bedrijven tot het MKB.
en trainings-programma’s ondersteund. De inspan-
Havengerelateerde MKB-bedrijven zijn er met name
ningen zijn met name gericht op het midden- en
in de sectoren handel, dienstverlening, industrie
kleinbedrijf in de sectoren scheepvaart, transport
en bouw. Het Havenbedrijf ondersteunt het MKB
en logistiek, metaal en chemie. Voor de concrete
met initiatieven als een ondernemerswinkel en een
uitwerking is onder andere de stichting Kennisinfra-
MKB-desk. Ook kunnen ondernemers terecht met
structuur Mainport Rotterdam opgericht. Tevens
vragen bij het Cusomer Service Center.
participeert de gemeente in imagocampagnes om de (potentiële) beroepsbevolking te interesseren
AR BE I D E N ON DE RWI JS
voor banen in de haven en voor beroepsopleidingen die voor de haven van belang zijn.
Voor de gewenste economische ontwikkeling van de haven is een breed arbeidsaanbod van belang
VESTI GI N GSKLIM A AT REGIO
en vraag en aanbod dienen goed op elkaar aan Het vestigingsklimaat van de haven en regio is
hoogopgeleiden naar de stad te trekken. Daarnaast
afhankelijk van een groot aantal factoren, die
heeft Rotterdam een relatief jonge, laag opgeleide
vooral regionaal zijn bepaald. Hieronder worden
bevolking die ook aan de slag moet. De stad doet
die factoren belicht, waarvan partijen in en rond
dan ook terecht een beroep op de haven om een
de haven hebben aangegeven dat ze, naast het
deel van de werkloosheidsproblematiek ter hand te
arbeidsaanbod, in de komende jaren aandacht
nemen. Een substantieel deel van de toekomstige
moeten krijgen van gemeente en Havenbedrijf.
werknemers voor de haven moet uit het (V)MBO en MBO-onderwijs komen.
Veilige en schone haven, stad en regio Veiligheid is een onderdeel van het fundament voor agenda. De regio Rotterdam moet zowel op land
opleidingen en onbekendheid over de banen in het
als op water veilig zijn. Door de inzet van diverse
haven- en industriecomplex bij jongeren in de regio
instrumenten en veiligheidsprogramma’s wordt de
is een goed arbeidsaanbod niet gegarandeerd in
haven internationaal als één van de veiligste in de
de toekomst. In een aantal bedrijfstakken, zoals de
wereld beschouwd en dit heeft ook de komende
metaalelektro en de procesindustrie in het haven-
jaren de aandacht. Ook voor een schone omgeving
en industriecomplex, is een (dreigend) tekort aan
is steeds meer aandacht. De gemeente en andere
specifiek opgeleide werknemers. In de overslag-
partijen (ROM-Rijnmond) hebben concrete, ambi-
sector is op langere termijn mogelijk sprake van een
tieuze doelen gesteld voor zowel de stad als de
(te) hoge gemiddelde leeftijd van arbeidskrachten
haven. Hoe de haven, gegeven de autonome groei,
en blijft de instroom van jongeren achter. Dit kan
in 2020 omgaat met milieuaspecten zoals schade-
een negatief effect hebben op de concurrentie-
lijke emissies, geuroverlast en geluidshinder komt
kracht van de haven.
aan bod in het streefbeeld van de schone haven.
Vanwege de zorg dat er een tekort aan juist
Hoogwaardige woonlocaties en voorzieningen
geschoolde werknemers ontstaat en voor een juiste,
In 2020 zal het woningaanbod in Rotterdam een
positieve beeldvorming over banen in de haven,
evenwichtiger beeld laten zien, met een groter
wordt actie ondernomen richting het onderwijs.
aanbod van hoogwaardige woonlocaties. Een
De gemeente en het Havenbedrijf dragen bij aan
groter en breder woningaanbod zal een positieve
initiatieven die de keuze voor beta- en techniek-
uitwerking hebben op het sociale en economische
vakken bij jongeren promoten. Voor diverse
draagvlak van de stad en moet bijdragen aan
educatieve instellingen, en in het bijzonder het
een evenwichtigere bevolkingssamenstelling.
DE KENNI SH AVEN
groei en ontwikkeling en staat hoog op de politieke
pensionering, verminderde interesse in technische
DEEL 2
Door uitstroom van specialistische kennis door
55
HAVENPLAN 2020
te sluiten. Rotterdam moet in staat zijn om meer
De stadsregio werkt deze opgave uit in het Ruimte-
bij uitstek op een constructieve manier bij elkaar.
lijk plan regio Rotterdam 2020 (RR 2020). De rivier-
De geleidelijke omvorming van een gebied met
oeverlocaties, het transformatiegebied Stadshavens
(24-uurs) havenactiviteiten naar een gebied met
en delen van het groene Voorne-Putten vormen in
een gemengd haven- en stedelijk milieu, biedt
potentie locaties voor een divers woningaanbod,
straks een vestigingsklimaat voor meer dienst-
dichtbij de haven.
georiënteerde bedrijven, hoogwaardige woonmilieus aan het water (rivierfronten) en diverse voorzienin-
De aanwezigheid van recreatieve voorzieningen,
gen. Door de aanwezigheid van water en door de
natuur, sport en cultuur en de inrichting van de
omvang van het stadshavengebied kan bijvoorbeeld
openbare ruimte bepalen in hoge mate de aantrek-
ook ruimte worden geboden aan bijzondere
kelijkheid van een regio voor vestiging. De werk-
(tijdelijke) manifestaties op het gebied van kunst,
en verblijfsomgeving moeten van hoge kwaliteit zijn.
cultuur en sport. Maar ook de haven zelf is een
Om het juiste arbeidspotentieel naar de regio en
attractie en zal zichtbaar in deze gebieden aanwezig
de haven toe te trekken en te behouden ligt hier
kunnen blijven.
ook een opgave. Hier ligt een taak voor de stad Rotterdam, de stadsregio en de provincie Zuid-
De Stadshavens, in het bijzonder de Waalhaven,
Holland. In het kader van het RR 2020 zal deze
hebben al een functie van ‘kraamkamer’ voor de
opgave nader worden uitgewerkt.
haven en moeten deze kraamkamerfunctie behouden. Nieuw komende bedrijven en startende
Bereikbaarheid werknemers
56
bedrijven, bijvoorbeeld op het vlak van maritieme
HAVENPLAN 2020 DEEL 2
Goede bereikbaarheid van Rotterdam voor zowel
zakelijke dienstverlening en handel, en haven-
goederen als personen is zeer belangrijk voor
gerelateerde kenniscentra kunnen hier bij uitstek
haven, stad en regio. Vanwege de duidelijke relatie
een plek krijgen. In Waalhaven-Zuid is al een cluster
tussen haven en omringende woonkernen voor wat
van MKB-bedrijven.
betreft het arbeidsaanbod van de haven zijn goede
De Stadshavens zullen een extra bron van werk-
(openbaar)-vervoerverbindingen tussen de haven
gelegenheid zijn. Eerste onderzoeken wijzen uit
en de omliggende woongebieden van groot belang.
dat er tot 10.000 extra banen kunnen worden
De relatief geringe bereikbaarheid (beperkt
gerealiseerd. Ontwikkeling van de potentie van
openbaar vervoer en toenemende congestiekansen
de Stadshavens voor een economische structuur-
op de A15), is slecht voor het vestigingsklimaat
versterking van de stad is onderdeel van de agenda
van de haven. Door de trek van de haven naar
van de Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens
het westen (Maasvlakte 2) worden de vervoers-
Rotterdam N.V.
afstanden groter. Bedrijven in het westen hebben hierdoor problemen om met name lagergeschoolde
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD DE KE N N ISHAVE N
DE KENNI SH AVEN
werknemers aan te trekken. Van de werknemers in de haven
1)
(exclusief Maasvlakte I) komt rond
de ruim 60% uit de woonkernen rond de haven.
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de kennishaven van 2020 er samengevat als volgt uit:
Gezien het grote aandeel en de groeiverwachtingen van het personenvervoer op de A15, kan grote
De kennishaven:
winst behaald worden met goede openbaarvervoer-
• Ondersteunt bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en
verbindingen of collectief vervoer in het havengebied. Andere oplossingen voor de bereikbaarheid van de haven liggen in een mogelijke sturing door
arbeidsmarktpartijen bij het afstemmen van vraag en aanbod van kennis en opleidingsniveau. • Is zowel bij lager als hoger opgeleiden bekend als
prijsbeleid, het beter benutten van de bestaande
een interessante werkomgeving, en beschikt over
infrastructuur en eventueel nieuwe infrastructuur.
het juiste aanbod aan specifiek opgeleide jongeren
Bij het streefbeeld van de snelle en veilige haven wordt hier verder op ingegaan.
voor de verschillende havensectoren. • Bevindt zich in een regio met kennisintensieve bedrijvigheid en innovatiekracht, dankzij samenwer-
K ANSE N VOOR DE STADSHAVE NS
king tussen kennisinstituten, onderzoeksinstellingen, hogescholen en universiteiten.
Bij de voorgenomen transformatie van de Stadshavens, komen bovengenoemde factoren voor het vestigingsklimaat en de economische structuur
• Biedt, met name in de Stadshavens, een aantrekkelijke vestigingsplaats voor het (innoverende en arbeidsintensieve) midden- en kleinbedrijf en ondersteunt dit bedrijfsleven. • Is een aantrekkelijke werkgever die goed bereikbaar is voor zijn werknemers en heeft een omgeving waar mensen graag wonen. RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD KE N N ISHAVE N
De factoren die een rol spelen bij de economische structuurversterking en verbetering van het vestigingsklimaat zijn veelal niet concreet ruimtelijk te vertalen naar een kaartbeeld voor de haven. Kennisnetwerken, (arbeids)intensieve bedrijvigheid op het grensvlak van haven en stad, samenwerking met het onderwijscluster, ondersteuning van het MKB, en woningbouw en voorzieningen en bereikbaarheid zijn daarom vooral op symbolische wijze op het kaartbeeld aangegeven. Zie het ruimtelijk streefbeeld aan de binnenkant van de hoofdstukpagina. Noten 1)
Resultaat afkomstig van een enquête uit 2002 Botlek, Eemhaven, Vondelingenplaat, Pernis, Gadering en Halfweg.
HAVENPLAN 2020
onder werknemers bij bedrijven in Europoort,
57
DEEL 2 DE KENNI SH AVEN
58
HAVENPLAN 2020
DEEL 2
DE KENNI SH AVEN
12 DE SNELLE EN VEILIGE HAVEN Mondiale trends en ontwikkelingen leiden tot
leefomgeving, duurzaamheid in en om het haven-
een toename van het goederentransport en
gebied en het stimuleren van goede aansluitingen
het personenverkeer. Concurrentie tussen de
tussen verschillende vervoersvormen. Het transport
West-Europese havens speelt zich steeds meer
van gevaarlijke stoffen is in het beleid ook een
af op de achterlandverbindingen. Een goede
belangrijk aandachtspunt en er zijn diverse ontwik-
ontsluiting voor zeevaart alléén is onvoldoende
kelingen op het gebied van regelgeving. Momenteel
om de marktpositie te handhaven, laat staan te
wordt op landelijk niveau gekeken naar de hele
vergroten. Een onbelemmerde bereikbaarheid van
keten van aanvoer, productie, doorvoer en gebruik
het Rotterdamse haven- en industrieel complex
van LPG, chloor en ammoniak (de zogeheten
voor alle vormen van goederenvervoer is cruciaal
Ketenstudies), waarbij knelpunten en oplossingen
voor de concurrentiepositie van Rotterdam, waar-
voor de toekomst in kaart worden gebracht (zie ook
bij de verbindingen moeten voldoen aan de eisen
de schone haven).
van snelheid, betrouwbaarheid en veiligheid, en tegen zo laag mogelijke kosten kunnen worden
De stadsregio Rotterdam heeft in het Regionaal
aangeboden.
Verkeer- en Vervoersplan
1)
de ambitie geformuleerd
dat de regio Rotterdam de Europese mainportDe ambitie voor de haven in 2020 is een snelle,
positie wil behouden en waar mogelijk versterken.
efficiënte en veilige aan- en afvoer van goederen,
Een goede bereikbaarheid van de haven voor alle
waarbij het aandeel duurzaam transport wordt
modaliteiten is daarvoor essentieel, waarbij voor
verhoogd en de kwetsbaarheid van de infra-
wat betreft de afwikkeling van het achterlandvervoer
structuur wordt verminderd.
maximaal wordt ingezet op spoor, binnenvaart en pijpleiding. Het ‘resterende’ noodzakelijke vracht-
De veiligheid van gebieden langs transportassen,
vervoer over de weg wordt geaccommodeerd en als
met name met het oog op transport van gevaar-
doelgroep ‘met voorrang’ behandeld. Deze beleids-
lijke stoffen, komt aan de orde in het streefbeeld
lijn wordt in dit Havenplan 2020 gecontinueerd.
van de schone haven. De mobiliteit van goederen en personen neemt toe, O NT W I KK E LI N GE N I N VE RKE E R E N VE RVOE R
de invloed van ICT maakt dat de mobiliteit steeds efficiënter wordt. Goederenstromen worden beter
Beleid
gebundeld en de ketens worden meer geïntegreerd. de haven een ideale voedingsbodem voor ICT-
op het gebied van infrastructuur en transport.
initiatieven. Toepassingen van informatietechnologie
Prioriteiten van de Nederlandse inbreng in de
worden steeds meer de kernvaardigheid van
beleidsontwikkeling van de Europese Unie zijn:
bedrijven die actief zijn in het logistieke proces.
• Liberalisatie van het spoorvervoer en openstelling
De transparantie in de transportsector neemt toe
van markten voor openbaar vervoer. • Gelijke eisen op het gebied van emissies, veiligheid,
en het is de uitdaging voor alle betrokken partijen om de uitwisseling van informatie zo snel en
systemen en elektronische identificatie van
efficiënt mogelijk te laten plaatsvinden. Hierbij zijn
voertuigen.
synergievoordelen te behalen. Doelstelling voor
• Ontwikkeling van prijsbeleid (doorberekening van kosten van wegvervoer, heffingen).
Rotterdam is een algemeen systeem voor de haven (port community systeem) waar alle betrokken partijen (grote en kleine) elkaar moeiteloos kunnen
Mobiliteit van personen en goederen is een
bereiken en zodoende beter kunnen plannen en
belangrijke voorwaarde voor welvaart en welzijn
kostenefficiënter kunnen werken. Het systeem is
in Nederland. Vervoer moet doelmatig en veilig
toegankelijk voor de klanten in voor- en achterland.
plaatsvinden, waarbij negatieve gevolgen voor de
Om dit portcommunity systeem te verwezenlijken is
leefomgeving beperkt moeten worden. Investeren
Port infolink opgericht (zie kader).
in de mainportfunctie van Rotterdam is nationaal beleid. Dit impliceert het verbeteren van de bereikbaarheid, het versterken van de kennisinfrastructuur, het bevorderen van de kwaliteit van de
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
Als internationaal knooppunt en informatiehub is
toenemende mate de nationale wet- en regelgeving
DEEL 2
Europees beleid en Europese wetgeving bepalen in
HAVENPLAN 2020
Innovaties en ICT
59
Port infolink
gekomen. Kostenbesparingen en vermindering van
Port infolink is een havenbreed platform voor de
de milieudruk gaan bij deze initiatieven hand in
ontwikkeling van informatie- en communicatie-
hand.
diensten (Port Community Systeem), dat is opgericht door douane, Deltalinqs en het Haven-
‘Wegen naar de Toekomst’, het innovatieprogramma
bedrijf Rotterdam. Doel is om de processen in
van Rijkswaterstaat, richt zich vooral op het zoeken
de transportketens die via de Rotterdamse haven
naar slimme oplossingen voor mobiliteit en infra-
lopen, te optimaliseren. De bedoeling is om
structuur. In dit programma worden langetermijn-
on-line informatie- en communicatiediensten aan
perspectieven en concrete proefprojecten
te bieden, die leiden tot efficiëntieverhoging,
ontwikkeld, zoals bijvoorbeeld automatische
kostenbesparing, kwaliteitsverhoging en gebruiks-
voertuiggeleiding, dynamische rijstrookmarkering
gemak. Voor elke schakel in de keten ontwikkelt
en vervoer in de toekomst. Dynamisch verkeers-
Port infolink een eigen service package met
management (DVM) is een belangrijk instrument,
praktische functies en informatie-uitwisseling.
waarmee in de regio ervaring is opgedaan. Doel
Doelgroepen hierbij zijn onder andere overheids-
daarvan is het in goede banen leiden van de
diensten en douane, operators in de container-
verkeersstromen, het beperken van vertragingen en
binnenvaart, vervoerders, chemicaliënrederijen,
het voorkomen van verkeersoverlast. De ervaringen
containerrederijen, etc.
zijn positief, en de stadsregio en Rijkswaterstaat blijven deze initiatieven stimuleren.
60
HAVENPLAN 2020
Andere ontwikkelingen betreffen de capaciteits-
Ook wordt er gewerkt aan kennisontwikkeling voor
beheersing van de infrastructuur. Door voertuig-
een snelle en veilige haven door samenwerking met
geleiding en introductie van road trains of
universiteiten en kennisinstituten op het gebied van
3 TEU-trucks kan in de toekomst een betere
logistiek en transport (o.a. Trail en Connekt). Het
capaciteitsbenutting plaatsvinden. In samenspraak
Havenbedrijf Rotterdam heeft een langdurige
met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de
samenwerking met de Technische Universiteit Delft
wegvervoerders is een proef gestart met container-
op het gebied van innovatieve projecten. Ook steunt
vrachtwagencombinaties die langer en zwaarder zijn
het Havenbedrijf met financiële middelen de leer-
dan volgens de huidige Nederlandse wetgeving is
stoelen ‘Haveneconomie’ van de Erasmus Universi-
toegestaan, zoals de 3 TEU-truck. Andere initiatie-
teit Rotterdam en ‘Grootschalige Transportsystemen’
ven met langere voertuigen hebben betrekking op
aan de Technische Universiteit Delft.
DEEL 2
de zogenaamde ‘road trains’. Road trains zijn trucks met meer dan één oplegger, bijvoorbeeld vijf stuks
Modaliteiten en modal split 2 )
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
waardoor ze tien TEU tegelijkertijd kunnen vervoe-
De huidige innovaties zijn vooral gericht op verbete-
ren. Op de containerterminals worden ze al jaren
ringen in de prestatie van de huidige vervoerswijzen
toegepast als multi trailer system. De road trains
en efficiency van processen. Er is geen alternatieve
worden ontwikkeld voor de openbare weg.
modaliteit in het zicht, die concurrerend is met de bestaande vervoerswijzen. Kansen op het temperen
Initiatieven op het gebied van bundeling van
van de groei in het wegtransport liggen vooral in
goederenstromen (verhogen bezettingsgraad
het beter benutten van de bestaande andere, meer
transporten), coördinatie binnen de transportketens
duurzame modaliteiten. Rotterdam beschikt over
gericht op afstemming van vraag en aanbod
uitstekende verbindingen via water en pijpleiding.
(elektronisch voormelden, tracking & tracing,
Vanuit de Rotterdamse haven is een groot deel
ritplanning) en het vervoeren van meer lading per
van Europa via de Rijn, de Maas en de Schelde
chauffeur of voertuigcombinatie, dragen bij aan het
met binnenvaartschepen te bereiken. De minder
efficiënter en effectiever benutten van de bestaande
milieubelastende en relatief veilige binnenvaart
infrastructuur. Het project ‘Approach’, waarvan het
speelt een cruciale rol om de groei van het weg-
Havenbedrijf de penvoerder is, betreft bijvoorbeeld
transport te verminderen. Ook op het gebied van
de ontwikkeling van een systeem voor de container-
shortsea en pijpleiding is er nog veel te winnen.
binnenvaart dat planningsinformatie van de diverse
Met de aanleg van de Betuweroute beschikt
containerterminals in Rotterdam en de binnenvaart-
Rotterdam straks ook over een goede spoor-
schepen combineert. Zo kan tot een optimale
verbinding naar het oosten, naar de belangrijke
volgorde van afhandeling van lading worden
economische kerngebieden in Midden-Europa.
Rotterdam heeft door haar ligging en investeringen
sinaasappeltransport vanuit Cadiz (Spanje), dat
in binnenvaart, spoor en pijpleiding, vergeleken
sinds kort per schip naar Fruitport Rotterdam
met de andere Europese havens een zeer gunstige
wordt gevaren in plaats van het hele traject naar
modal split. Nergens is het aandeel binnenvaart zo
Nederland per truck af te leggen.
hoog als bij het achterlandvervoer van en naar de Rotterdamse haven en is het aandeel over de weg
De vele shortsea bestemmingen kunnen logistiek
zo laag. Hierna worden de voorziene ontwikkelingen
aan elkaar geknoopt worden, zodat connecties
voor de verschillende bestaande modaliteiten verder
ontstaan waarmee twee niet-Rotterdamse havens
besproken.
met elkaar verbonden worden. Rotterdam fungeert
MODAL SPLIT ACHTERLANDVERVOER IN 2001
zo als transshipment haven. Voorbeeld: lading van Zweden naar Spanje gaat nu veelal over de weg. Bij een Rotterdamse shortsea transshipment
HAMBURG BREMEN ROTTERDAM ANTWERPEN LE HAVRE HLH-RANGE
connectie kan deze lading in Zweden, met andere lading, op een schip worden gezet. In Rotterdam wordt voor het specifieke pakket de aansluiting naar Spanje gemaakt (ander schip), in Spanje wordt het schip gelost en er vindt een klein stuk lokaal natransport plaats. Ook het toetreden tot de Europese Unie van een aantal landen aan de Oostzee en de ontwikkelingen in de regio St. Petersburg, zullen extra goederenstromen tot gevolg hebben, waarbij kansen liggen voor shortsea
weg binnenvaart spoor
verbindingen met Rotterdam. Binnenvaart De binnenvaart is de troef voor de verbinding met het ‘natuurlijke’ achterland van Rotterdam (Rijn/ veilige vorm van transport. Geen haven is voor de
aandoet als de afmetingen van schepen. De stijging
binnenvaart zo goed ontsloten als de Rotterdamse,
van het aantal scheepsbezoeken komt vrijwel
de vervoerscapaciteit over het water kan en moet
volledig voor rekening van de containersector.
dan ook beter benut worden.
De verwachting is dat in de komende tien jaar de
De binnenvaart kent een vrije vervoersmarkt. Voor
maximale grootte van containerschepen zal door-
de binnenvaart zijn de consequenties van liberalise-
groeien tot ongeveer 12.000 TEU met een diepgang
ring dan ook minder ingrijpend dan voor de overige
van 16 à 18 meter. Deze schaalvergroting leidt tot
modaliteiten. Er wordt verwacht dat door verdere
een toename van de vereiste manoeuvreerruimte
schaalvergroting en technische verbeteringen, de
in het havengebied. Ook de organisatie van de
kosten zullen dalen. Het netwerk voor de binnen-
terminals moet worden aangepast. Het Havenbedrijf
vaart wordt door realisatie van inlandterminals
Rotterdam investeert mede om die reden in een
steeds fijnmaziger, deze trend zal de komende jaren
nieuwe generatie van het verkeersmanagement-
doorzetten. Dit alles werkt een verschuiving van de
systeem (zie ook pagina 64).
modaliteit ‘weg’ naar de ‘binnenvaart’ in de hand, ook omdat vervoer via de weg in het algemeen
Rotterdam is de grootste haven voor shortsea
duurder wordt.
(intra-Europees vervoer over zee) van NoordwestEuropa. Deze positie kan in de toekomst verder
Een groot aantal binnenvaartterminals veroorzaakt
uitgebouwd worden door van Rotterdam een ‘hub-
een groot aantal scheepsbewegingen met relatief
and-spoke’ haven te maken voor shortsea lading.
kleine pakketgroottes (calls), om een netwerk
Dit betekent een verdere uitbreiding van de huidige
tussen de verschillende terminals te kunnen
faciliteiten in de Eemhaven. Versterking van de
onderhouden. Hiertoe zullen kleinere schepen
shortsea verbindingen van en naar Rotterdam
worden ingezet.
ontlast het wegennet op het Europese continent.
De logistieke organisatie van de containerbinnen-
Een voorbeeld van een recente ontwikkeling is het
vaart moet meegroeien met de ontwikkelingen van
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
Maas-corridor) en is bovendien een duurzame en
het aantal schepen dat de Rotterdamse haven
DEEL 2
Ontwikkelingen in de scheepvaart betreffen zowel
HAVENPLAN 2020
Zeevaart (deepsea, feeders en shortsea)
61
BELANGRIJKSTE VERBINDINGEN TERMINALS BINNENVAART
NEDERLAND
Meppel IJssel
Almelo
Amsterdam ROTTERDAM
Nijmegen Oss Emmerich 's-Hertogenbosch Rhine
Duisburg Neuss Avelgem Lille
DUITSLAND
Düsseldorf
Born
Brussel
Köln BELGIE
Luik
Bonn
Koblenz Frankfurt/Main 62
Mainz
HAVENPLAN 2020
Gernsheim
LUXEMBURG
Ludwigshafen Paris
Mannheim
Germersheim
Luxemburg
Karlsruhe
Wörth
DEEL 2
Stuttgart
Strasbourg
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
FRANKRIJK
Kehl
Rhine
Ottmarsheim Weil am Rhein Basel
Birsfelden ZWITZERLAND
LEGENDA
Benedenrijn
Bovenrijn
Middenrijn gebied
Overige waterwegen
de schaalgrootte in Rotterdam. In de toekomst is het
paden of met ‘dedicated’ spoorlijnen. De Betuwe-
niet meer wenselijk of haalbaar om kleine partijen
route vormt zo’n ‘dedicated’ verbinding naar
containers aan een zeekade van een grote
Duitsland. De Betuweroute geeft het goederen-
containerterminal af te leveren vanwege de
vervoer de ruimte om te groeien en ontlast het
verstoringen die dit heeft op de deepsea en feeder-
bestaande, druk bezette spoorwegnet. Ook met het
behandeling. Om grotere pakketten lading voor
oog op externe veiligheid levert de Betuweroute een
binnenvaartschepen te realiseren kan een
sterke verbetering op ten opzichte van de huidige
‘verzamel’-terminal meer landinwaarts de rol van
routes.
‘hub-and-spoke’ terminal vervullen. Vanuit alle windstreken (de ‘spokes’) wordt lading verzameld
De logistieke prestaties van het spoorvervoer
op één inland-terminal (de ‘hub’), om vervolgens
moeten in de toekomst vergelijkbaar zijn met andere
van hieruit met een grote partij containers voor
modaliteiten. Hiervoor zal het goederenvervoer
één terminal naar Rotterdam af te varen. Naast een
per spoor met een vergelijkbare prioriteit als het
‘hub-and-spoke’ systeem in de binnenvaart is op het
personenvervoer van de spoorinfrastructuur gebruik
gebied van regie in de transportketen, elektronische
moeten kunnen maken. Ontwikkelingen voor de
data-uitwisseling en logistieke planning een forse
lange termijn omvatten goederentreinconcepten met
winst te behalen, zoals met het eerder genoemde
hogere snelheden en versnellingen die vergelijkbaar
project Approach.
worden met personentreinen. Daarnaast wordt gewerkt aan het verhogen van de gemiddelde
Ontwikkelingen in de binnenvaart betreffen verder
trajectsnelheid voor alle typen goederentreinen.
de scheepsafmetingen. Bij het tank- en containerlogistieke organisatie van containertransporten via
10.000 ton. Ook wordt een toename van het aantal
het spoor steeds efficiënter wordt. De ontwikkeling
duwbakken verwacht. Het vervoer van zogeheten
van een tweetal centrale Rail Service Centra
‘high-cube’ containers (= container van 2,90 meter
(RSC’s) voor containers, waar lading van meerdere
hoogte) in de containerbinnenvaart leidt bij
bedrijven op één trein wordt gezet, heeft hiertoe
stapeling van vierhoog tot een extra benodigde
bijgedragen. Op de twee Rail Chemie Centra’s in
doorvaarthoogte onder bruggen van 1,2 meter.
het Europoort-Botlekgebied zouden nog veel meer
Met het huidige Rijnvaartcriterium, waarop brug-
bedrijven per pijpleiding kunnen worden aangeslo-
hoogtes worden ontworpen, is geen rekening
ten. Er ontstaan steeds meer directe verbindingen
gehouden met deze ontwikkelingen. In internatio-
naar een groot aantal Europese achterlandbestem-
naal verband zullen dan ook de oude afspraken voor
mingen. Bij bedrijven blijft de vraag bestaan naar
de Rijnvaarthoogte ter discussie gesteld moeten
een eigen spoorterminal binnen het hek. Weg
Spoor
De transportbedrijven kunnen in de Europese Unie
Het spoor is voor Rotterdam dé modaliteit om het
vrij opereren. Dit verhoogt de beladingsgraad en de
‘droge’ achterland uit te breiden, als alternatief voor
efficiency. Transportondernemers zijn minder vaak
wegvervoer. In de organisatie van het spoortrans-
gedwongen om ‘leeg’ terug te rijden, omdat het in
port komt een scheiding tot stand tussen het beheer
Europa eenvoudiger is geworden om retourlading
van de spoorinfrastructuur, het rijden met treinen
te krijgen. Ondanks maatregelen om lading van de
en het verkopen van vervoersdiensten. Nieuwe
weg af te krijgen, blijft het vervoer per truck in
marktpartijen doen hun intrede. Door de grotere
absolute zin groeien, met name door het vervoer
concurrentie neemt de efficiency van het spoor-
over korte afstanden en het voor- en natransport
vervoer toe; de kwaliteit wordt hoger en de prijzen
van het groeiend aantal containers dat per binnen-
worden lager. Daarnaast kan de verwachte toename
vaart en spoor wordt vervoerd.
in goederenstromen leiden tot belangrijke schaalvoordelen. Spoor is aantrekkelijk voor vervoer
Ontwikkelingen in het wegvervoer betreffen zowel
van natte bulk, droge bulk en containers richting
ICT-aspecten als het vervoeren van meer lading per
Duitsland, België en Frankrijk. De betrouwbaarheid
chauffeur of voertuigcombinatie. Door ontwikkeling
dient op deze routes hoog te zijn, wat te realiseren
van ICT-concepten zal het plannen van ritten steeds
is door aanwijzing van kwalitatief hoogwaardige
efficiënter verlopen en wordt de transportefficiency
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
worden.
63
DEEL 2
De afgelopen jaren is een trend ingezet waarbij de
van 600 TEU of een laadvermogen van 6.000 tot
HAVENPLAN 2020
vervoer groeien schepen naar een capaciteit
vergroot (minder ‘leeg’ rijden). Ontwikkelingen als
Port security
road trains en 3 TEU-trucks (zie Innovaties op
De haven van Rotterdam wordt internationaal
pagina 59) behoeven geen aanpassingen aan de
gezien als een goed beveiligde haven. Rotterdam
infrastructuur en kunnen direct geoperationaliseerd
speelt een voortrekkersrol bij het interpreteren van
worden. Ook op het gebied van logistieke organisa-
plannen vanuit veiligheidsoogpunt en het nemen
tie worden al meerdere initiatieven genomen.
van securitymaatregelen in een daarvoor toegeruste organisatie. De haven bestaat uit meer dan losse
In het havengebied is naast vrachtvervoer ook
terminals en voor een goede beveiliging is het
personenverkeer. De automobiliteit van personen zal
belangrijk alle componenten in een risicoanalyse
verder toenemen, personenauto’s en vrachtvervoer
te betrekken, inclusief grote infrastructurele werken
concurreren om de wegcapaciteit. Bedrijven nemen
en industrieën gelegen op en in interactie met het
vaker zelf het vervoersmanagement ter hand,
haventerrein. Daarnaast speelt havenbeveiliging
vanwege het ontbreken van adequaat openbaar
een belangrijke rol bij de beveiliging van de gehele
vervoer naar de haven.
transportketen.
Pijpleidingen
De verschillende internationale initiatieven op
Pijpleidingen zijn voor de (petro)chemische industrie
het gebied van security stellen eisen aan de
van groot belang. Rotterdam heeft recent samen
organisatiegraad van de haven en dit dient minimale
met marktpartijen in de Botlek een MultiCore
gevolgen te hebben voor het logistieke proces in de
pijpleiding aangelegd. Zo kunnen relatief kleine
haven. Twee voorbeelden van dergelijke initiatieven
productstromen worden getransporteerd over
zijn de Ship and Port Facility Security Code van
kleine afstanden binnen het industrieel complex
de International Maritime Organisation, en de EU-
van Rotterdam, als alternatief voor wegtransport.
richtlijn voor een havenbrede beveiliging.
De bedoeling is dit netwerk de komende jaren uit te 64
HAVENPLAN 2020
breiden. Op het gebied van intensief ruimtegebruik
Uitdagingen voor de toekomst zijn onder andere
wordt nagedacht over de ontwikkeling van ‘leiding-
het tegengaan van tegenstrijdige eisen in wet- en
frames’, waarin leidingen in leidingrekken met
regelgeving, het implementeren van nieuwe security
meerdere niveaus worden gelegd in plaats van
wetgeving, en het garanderen van een gelijk speel-
naast elkaar. Toepassing vindt onder andere plaats
veld. De haven zal alleen goed kunnen functioneren
bij de leidingentunnel onder de Oude Maas.
wanneer het een degelijk beveiligde haven is en Rotterdam zal er veel aan doen haar verantwoorde-
DEEL 2
Multicore pijpleiding
lijkheden op dit gebied waar te maken.
Een voorbeeld van een in het oog springend infrastructuurproject is het MultiCore pijpleiding-
Nautische veiligheid en verkeersmanagement
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
systeem. Multicore® exploiteert een onder-
Een veilige en vlotte verkeersafwikkeling is een
gronds transport- en distributiesysteem voor
belangrijke voorwaarde voor het functioneren van
de chemische en gasindustrie, bestaande uit
de haven en voor de concurrentiepositie van de
een pijpleidingbundel tussen bedrijven in het
haven van Rotterdam. Een goed functionerende
havengebied. Bedrijven kunnen transport-
nautische dienstverlening is daarbij essentieel.
capaciteit verkrijgen door een pijpleiding van
Op dit terrein zijn de volgende ontwikkelingen van
Multicore® te leasen over de vereiste afstand, inclusief een aansluiting op hun eigen installaties.
belang: • Nieuwe regelgeving ter verbetering van de identifi-
Wanneer het leasecontract afloopt, koppelt de
catie en het monitoren van zeeschepen (in havens
klant van het systeem los en levert de pijpleiding
en langs de kust), ter verhoging van de veiligheid
schoon weer op, klaar voor gebruik door anderen.
van de scheepvaart in Europese wateren. Voor de
Multicore® biedt zo een kosteneffectief alternatief voor de truck of het binnenschip. Multicore® combineert de voordelen van het pijpleidingtransport (milieuvriendelijk, veilig, ononderbroken voorraad) met de flexibiliteit van leasing.
binnenvaart is die regelgeving in aantocht. • De vraag vanuit de markt naar meer differentiatie in de nautische dienstverlening. • De technische ontwikkelingen op het gebied van identificatie van schepen en presentatie van het verkeersbeeld, in combinatie met de vergaande elektronische gegevensuitwisseling tussen de betrokken partijen.
• Nauwere operationele samenwerking tussen de
in de uitwisseling van informatie, ter voorkoming van
dienstverleners, ter verhoging van de efficiëntie
incidenten, calamiteiten en milieuverontreiniging op
en effectiviteit van de inzet van de nautische dienst-
zee.
verlening. DE OPGAVE N VOOR 2020
De laatste tien jaar is hard gewerkt aan het verbeteren van de informatievoorziening voor de
Hieronder volgt de ontwikkeling van de vervoers-
verkeersprocessen, het technisch op orde houden
stromen in 2020 en de wijze waarop deze zich over
van verkeersbegeleiding- en monitoringsystemen en
de verschillende vervoerswijzen naar het achterland
aan systemen voor de uitwisseling van scheepvaart-
(‘modal split’) verdelen. Vervolgens is gekeken of
gerelateerde informatie.
de huidige en de geplande infrastructuur hiervoor
Bovendien is op een aantal van de hierboven
toereikend zijn. Daaruit volgen de knelpunten en
genoemde ontwikkelingen reeds ingespeeld.
dus de opgaven voor de bereikbaarheid van de
Zo wordt het huidige (wettelijk vastgelegde) loods-
haven en regio voor 2020.
plichtregime vervangen door een systeem waarbij de Rijkshavenmeester (de Havenmeester van Rotterdam) verantwoordelijk wordt voor de toedeling
VERWACHTE GROEI ACHTERLANDTRANSPORT Goederenstromen in miljoenen tonnen
van loodsdienstverlening. Bovendien kan hij die ‘Loodsplicht Nieuwe Stijl’ ook meer baseren op de
1995
toegevoegde waarde die de dienstverlening voor
128 10
een gegeven schip in de gegeven omstandigheden
71 58
biedt. Daardoor sluit het aanbod van deze dienst-
267
verlening beter aan bij de marktvraag naar meer differentiatie in de nautische dienstverlening.
2020 GC 197
65
36
VTM Future is een recente vernieuwing van het
160 66
ment’. VTM Future moet voor de komende tien jaar de veilige en vlotte verkeersafhandeling in het nautisch beheersgebied zeker stellen. Het moet onnodige operationele verstoringen in de afhandeefficiëntere verkeersbegeleiding en een betere
0
100
200
300
400
500
binnenvaart spoor weg pijpleiding
DEEL 2
ling van schepen voorkomen, en zorgen voor een
459
totaal
planning van de inzet van de nautische dienstVervoersaanbod Op basis van het Global Competition (GC) scenario De minister van Verkeer en Waterstaat heeft zijn
van het Centraal Planbureau en de daaruit
verantwoordelijkheid voor de nautische veiligheid
berekende goederenstromen, kan de groei van
op de Rijkswateren gedelegeerd aan de Rijkshaven-
het transport van en naar het achterland worden
meester in de regio en ondergebracht bij het
berekend (zie figuur). De zeescheepvaart, inclusief
Havenbedrijf. Vanuit die verantwoordelijkheid
het shortsea en feederverkeer, valt buiten de
worden via VTM Future nieuwe technieken geïntro-
bepaling van deze transportcijfers. In de vervoers-
duceerd om de vlotte en veilige afwikkeling van
scenario’s uit de Verkenningen 2020 zijn veel van
de grote geulgebonden schepen te waarborgen
de bovengenoemde trends en ontwikkelingen op het
en worden maatregelen genomen om het haven-
gebied van bijvoorbeeld ICT in de voorspellingen
en industriecomplex te beveiligen tegen onveilige
meegenomen, maar het blijft moeilijk in te schatten
situaties die door scheepsbezoeken zouden kunnen
wat de exacte winst is van innovaties en ICT-
ontstaan. Voor dit laatste werkt het Havenbedrijf
ontwikkelingen.
nauw samen met andere autoriteiten die belast zijn met de beveiliging van het haven- en industriecom-
Bij de verdeling van het transport over de verschil-
plex. Tenslotte staat de haven met VTM Future
lende vervoerswijzen (de modal split)
gesteld voor de nauwere Europese samenwerking
ontwikkeling per goederensoort als volgt:
3)
is de
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
verlening. Dit maakt coördinatie en uitwisseling van informatie tussen betrokken partijen noodzakelijk.
HAVENPLAN 2020
Havenbedrijf. VTM staat voor ‘vessel traffic manage-
Natte bulk
Droge bulk
Het vervoer per pijpleiding en per binnenvaart heeft
De afvoer van droge bulk verloopt in hoofdzaak via
een dominante positie in het achterlandvervoer van
het water, 85% van het volume vindt via de binnen-
natte bulk. Het weg- en spoorvervoer nemen een
vaart zijn eindbestemming. Het weg- en spoor-
bescheiden plaats in. Duitsland is het belangrijkste
vervoer neemt een bescheiden positie in. De
afzetgebied voor natte bulkproducten, België/
belangrijkste afnemers van droge bulkgoederen
Luxemburg en Nederland komen op een tweede
die via Rotterdam worden aangevoerd zijn Duitsland
en derde plaats.
en Nederland. Verwacht wordt dat de afzet richting Duitsland in de toekomst aanzienlijk zal groeien.
ONTWIKKELING MODAL SPLIT
België en Frankrijk nemen respectievelijk 8 en 6%
per goederensoor t
voor hun rekening. Een beperkte hoeveelheid wordt aan Oostenrijk (via spoor en binnenvaart) en het Verenigd Koninkrijk (via shortsea) geleverd.
NATTE BULK 1995
2020
Containers Verwacht wordt dat het aandeel van de binnenvaart in het containervervoer sterk zal toenemen, tot een verdrievoudiging in 2020. In het totale achterlandvervoer heeft de binnenvaart dan een aandeel van binnenvaart 35% spoor 1% weg 9% pijpleiding 55%
binnenvaart 39% spoor 4% weg 10% pijpleiding 47%
Duitsland voorzien wordt. Het containervervoer per spoor zal ook toenemen. De mate waarin het spoor met de binnenvaart en het wegvervoer kan concur-
DROGE BULK 1995
40%, waarbij de grootste stijging in Nederland en
2020
66
reren zal, naast de aanleg van spoorinfrastructuur, nauw samenhangen met het tempo waarin spoorliberalisering in Europa plaatsvindt. Met de opkomst
HAVENPLAN 2020
van de shuttletreinen is het vervoer van containers naar België en Duitsland in de jaren negentig sterk toegenomen. Ook naar Frankrijk en Oostenrijk is het binnenvaart 85% spoor 4% weg 11%
binnenvaart 84% spoor 5% weg 11%
vervoer van containers en wissellaadbakken over het spoor toegenomen. Richting Italië is het volume
DEEL 2
stabiel. Op korte afstanden is de weg de aangewezen modaliteit voor het vervoer van containers.
CONTAINERS
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
1995
2020
Een groot deel van de containers die in Rotterdam binnenkomen, heeft Nederland als eindbestemming. Bijna een kwart van al het goederenvervoer over de weg van en naar het Rotterdamse havengebied betreft containervervoer. Voor alle goederenstromen van en naar de haven
binnenvaart 31% spoor 14% weg 55%
binnenvaart 40% spoor 18% weg 42%
neemt het aandeel dat via de weg wordt getransporteerd procentueel gezien af in 2020, maar door de enorme stijging van de containerstroom (verdrievoudiging) neemt het absolute aantal tonnen lading
OVERIG STUKGOED / RORO 1995
2020
dat via de weg wordt vervoerd toe. De verwachting is dat het containervervoer over de weg in 2020 in absolute zin zal zijn verdubbeld ten opzichte van 1995. Overig stukgoed/roro
binnenvaart 8% spoor 3% weg 89%
binnenvaart 3% spoor 5% weg 92%
Binnen het stukgoedvervoer is het wegvervoer de belangrijkste modaliteit, vanwege de relatief korte vervoersafstanden. De belangrijkste afzet vindt dan ook plaats in de regio zelf of in Nederland.
De bestaande marktverhoudingen tussen ferry-
de ruggengraat van de gehele haven. De regio
vervoer vanuit Rotterdam op het Verenigd Koninkrijk
Rotterdam beschikt over een volledige ringstructuur
en de Kanaaltunnel zullen in de toekomst niet
rondom de binnenstad met twee oeververbindingen:
wezenlijk veranderen.
de Van Brienenoordbrug (A16) en de Beneluxtunnel (A4). Een indrukwekkend investeringspakket aan
Vervoersaanbod personenverkeer
infrastructuur op regionaal niveau, zoals de haven-
Het personenverkeer bestaat uit werknemers van
spoorlijn als onderdeel van de Betuweroute en
de bedrijven in de haven, maar ook recreanten en
aanpassingen aan de A15, leidt tot een verdere
inwoners van de dorpskernen in de haven en de
verbetering van het netwerk van achterlandverbin-
omgeving gebruiken dezelfde wegen; lokaal verkeer
dingen. Het volledig door particulieren geëxploi-
vermengt zich met regionaal en internationaal
teerde pijpleidingennetwerk is alleen al binnen het
verkeer. Op de ruit rond Rotterdam is het aandeel
gebied van het Rotterdamse haven- en industrie-
vrachtverkeer 10% van het totale verkeersaanbod,
complex zo’n 1.400 kilometer lang. Het betreft
ten westen van de Botlektunnel op de A15 is
doorgaande leidingen door de hele haven, leidingen
het aandeel vrachtverkeer nog ‘slechts’ 20%.
die twee gebieden met elkaar verbinden, bijvoor-
Oplossingen voor de congestieproblematiek op
beeld Botlek en Europoort, en leidingen die zich
het wegennet liggen dan ook vooral op het vlak
binnen een gebied bevinden. Veel bedrijven in het
van het personenvervoer. Het Regionaal Verkeer-
haven- en industriecomplex zijn met elkaar ver-
en Vervoersplan buigt zich met name over dit
bonden en sinds kort maken chemische bedrijven
personenverkeer.
gebruik van de MultiCore pijpleiding.
Een goede bereikbaarheid voor werknemers is
De huidige ontbrekende schakel van de haven, en
een belangrijke factor voor het vestigingsklimaat.
van de regio, vormt thans de A4-Noord, waarmee
Oplossingen daarvoor liggen onder meer in het
via de Beneluxtunnel een snelle directe verbinding
verbeteren van het openbaar vervoer en het verder
ontstaat vanuit het noorden met het havengebied.
stimuleren van bedrijfsvervoer.
Deze is echter al in het MIT opgenomen. De A15 rond 2020, ondanks de maatregelen die thans ter waterstaat in gang zijn gezet. Bij de Botlektunnel
in 2020 (inclusief de nog te realiseren projecten
ontstaan capaciteitsproblemen. Bovendien is er bij
volgens het Meerjarenprogramma Infrastructuur
congestie en calamiteiten geen alternatieve route
en Transport-MIT) nog toereikend is om de
naar het noorden of zuiden. Zoals eerder gemeld
bereikbaarheid en veiligheid van het vervoer
‘concurreert’ het vrachtverkeer met het personen-
te garanderen. Bij de confrontatie tussen vraag
verkeer op de A15. Aan de gewenste basiskwaliteit
(de verkeersprognoses) en het aanbod van de
van 60 km/uur kan dan op lange termijn niet meer
fysieke infrastructuur is rekening gehouden met
worden voldaan. Aangezien er ten westen van de
al geprojecteerde infrastructuur uit het MIT. In die
Botlektunnel geen adequate alternatieve routes
analyse
richting noorden of zuiden zijn en openbaar vervoer
4)
zijn de belangrijkste knelpunten aangege-
ven die moeten worden opgepakt, wil Rotterdam zijn
nagenoeg ontbreekt, zijn in en rond de spitstijden
concurrentiepositie in de toekomst verstevigen.
en bij calamiteiten de congestiekansen voor
Bij de beschouwing van knelpunten in het infra-
goederen en personen hoog. Dit kan sluipverkeer
structuurnetwerk voor de achterlandmodaliteiten
over Voorne-Putten in de hand werken. Ook zullen
in 2020 wordt onderscheid gemaakt naar de regio
er op de A15 capaciteitsknelpunten optreden voor
Rotterdam, Nederland en Europa.
het wegvervoer op het traject BarendrechtGorinchem. De natte infrastructuur in het haven-
De haven
gebied biedt ruimte aan een aantal belangrijke
De haven beschikt anno 2003 al over een zeer dicht
scheepvaartgebonden functies, zoals vaar- en
intermodaal infrastructuurnetwerk voor het vervoer
manoeuvreerruimte voor zee- en binnenvaart,
van goederen. De goede uitgangspositie voor de
afmeerplaatsen aan de kade, ligplaatsen aan
binnenvaart is al genoemd. Het Rotterdamse haven-
boeien en wachtplaatsen, en de offshore industrie.
en industriecomplex wordt door de N15/A15 op het
Daarnaast is de berging en afvoer van rivierwater
rijkswegennet aangesloten. Daarmee vormt de A15
een kernfunctie. Door groei van havenactiviteiten,
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
verbetering en uitbreiding van de A15 door Rijks-
goederenstromen het aanbod van infrastructuur
DEEL 2
De vraag doet zich voor of met de groei van de
HAVENPLAN 2020
komt uit de analyse naar voren als zeer kwetsbaar Bereikbaarheid in 2020
67
KNELPUNTEN ONTSLUITENDE INFRASTRUCTUUR VAN DE HAVEN
LEGENDA Spoor
Weg
68
Missing link A4 Noord
Willemspoortunnel (veiligheid)
A15 capaciteit voor 2015
Rotterdam Centraal Station - spoor (veiligheid)
A15 capaciteit en veiligheid na 2015
Spoortracé België - capaciteit en veiligheid na 2015
Binnenvaart
Calandbrug capaciteit en geluid na 2005
HAVENPLAN 2020
Botlekbrug - doorvaarhoogte en breedte Breeddiep - stroomsnelheid en breedte Hartelkanaal west - stroomsnelheid en breedte
DEEL 2 DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
schaalvergroting in de scheepvaart en andere
noodzakelijk blijft, vormt een nautisch knelpunt voor
claims (recreatie, verstedelijking, natuur), is er
de binnenvaart als gevolg van de beperkte door-
een toenemende druk op de natte ruimte in het
vaarthoogte en beperkte breedte van de vaarweg.
Rotterdamse havengebied. Belangrijk knelpunt
Daarnaast is de Calandbrug zowel qua capaciteit
is de capaciteit van een aantal plekken op de
als geluid een knelpunt voor het spoor-vervoer. Het
vaarwegen. Met name het Breeddiep en het
is wenselijk de mogelijkheid van goederenvervoer
Hartelkanaal zijn niet op de toekomst berekend.
richting het noorden over de Hoekse Lijn voor de toekomst open te houden. Het vervolgtransport van
De Willemsspoortunnel zal een knelpunt gaan
de roro die bij de Stena Line in Hoek van Holland
vormen op het gebied van de externe veiligheid
wordt overgeslagen, gaat naar verwachting in toe-
bij het vervoer van gevaarlijke stoffen over spoor.
nemende mate per spoor.
Daarbij is dit de enige aansluiting van de havenspoorlijn op het noorden, er zijn geen alternatieve
Bereikbaarheid van de regio
routes bij calamiteiten. Bij het Rotterdam Centraal
Voor het algemene vestigingsklimaat van de haven
Station zal eveneens een knelpunt op het gebied
is het niet alleen van belang om bereikbaar te zijn
van spoorcapaciteit en externe veiligheid ontstaan,
voor goederen, maar ook dienen haven en regio
zeker wanneer de programma’s voor herontwikkeling
bereikbaar te zijn voor het (zakelijk) personen-
nabij het station kwetsbare functies gaan veroorza-
verkeer. De ontwikkeling van de bereikbaarheid van
ken. De bestaande Botlekbrug, die voor lokaal
de totale regio van Rotterdam staat op de agenda
spoorverkeer en voor het vervoer van gevaarlijke
van het eerder genoemde Regionaal Verkeer- en
stoffen ook na aanleg van de tweede Botlektunnel
Vervoersplan. De knelpunten spelen zich vooral af
op de noordelijke ring (A20 en A13). Als oplossin-
KNELPUNTEN GOEDERENVERVOER
gen staan hiervoor op de politieke agenda de
IN NATIONALE INFRASTRUCTUUR
realisatie van de A4-Noord en de Rijksweg A16/13. Ook ontbreekt er vanuit de Beneluxtunnel een snelle doorgaande route naar het zuiden. De A4-Zuid staat hiervoor al een tijd in verschillende beleidsplannen
Groningen
Leeuwarden
als gewenst. Het eiland Voorne-Putten wordt alleen ontsloten via de A15, dan wel via de Groene
Assen
Kruisweg/N218, die dwars door dorpskernen voert. Dit is een weinig ideale situatie. Veelal lokaal verkeer mengt zich met het doorgaande verkeer
Lelystad
5
Amsterdam
op de A15, wat tot extra congestieproblemen leidt. Bovendien is er geen hoogwaardig openbaar
Utrecht
Den Haag
vervoer.
6
Rotterdam
Nationaal
8
4
Breda
2
3
van belang dat het netwerk inlandterminals in
Arnhem
Den Bosch
3
Voor de stimulering van de binnenvaart is het
Zwolle
Eindhoven
7
1
Nederland en het buitenland verder wordt uitgebreid. Door optimalisatie van de hele logistieke keten, zoals al eerder gemeld, kan de totale Maastricht
nationale infrastructuur beter worden benut. Daarnaast is er een aantal infrastructurele knel-
LEGENDA
punten die oplossing behoeven. Er zijn capaciteits1
Maasroute
5
Hanzespoorlijn
beperkte vaardieptes en (een veelheid aan)
2
Wilhelminakanaal
6
Snelweg A12
vertragende sluizen. In Nederland speelt dit onder
3
Sluizen Volkerak, Kreekrak
7
Snelweg A58
andere op de Maasroute (1), het Wilhelminakanaal
4
Spooraansluiting Geldermalsen
8
Snelweg A15
(2) en bij de Volkerak en Kreekraksluizen (3) (zie figuur). Naast het ‘conflict’ tussen goederentreinen moet Rotterdam verder uitbouwen. In Duitsland is
aansluiting bij Geldermalsen (4) van de Betuweroute
de Rijn als belangrijkste ader voor Rotterdam zeer
richting noord en zuid. Deze aansluiting zou
goed ontwikkeld, er zijn praktisch geen knelpunten.
bovendien een aantal regionale veiligheidsknel-
Wel doen zich op de zijtakken van de Rijn en de
punten (Willemspoortunnel, Centraal Station)
verbinding oost-west diverse knelpunten voor
kunnen oplossen. Verder is met het uitstel van de
(brughoogte, sluizen). België beschikt over een
Hanzespoorlijn vooralsnog een kans gemist op
relatief dicht vaarwegennet met talrijke knelpunten
uitbreiding van de kwaliteit van het spoor naar het
(bruggen, sluizen). Een directe verbinding met
noorden (5). Veel routes via de A12 (6) worden
Duitsland via België (Maas-Rijnkanaal) ontbreekt.
kritisch vanwege congestieproblemen (het niet
Er is onvoldoende capaciteit richting Frankrijk
behalen van de basiskwaliteit) en de veiligheid.
(Canal-du-Centre). In 2006 starten de werkzaam-
Ook zijn er capaciteitsproblemen op de wegen
heden voor het project Seine nord, waardoor de
rondom Eindhoven (A58) en Arnhem (ontbrekend
verbinding tussen Rotterdam en Parijs voor grotere
stuk A15). Binnen het netwerk aan pijpleidingen
schepen sterk wordt verbeterd (realisatie 2012).
worden geen majeure knelpunten op nationaal
Voor het transport van natte bulk vormt de pijp-
niveau gesignaleerd. Wel verdient het ontbreken
leiding een belangrijke vervoersdrager waarop
van alternatieve leidingroutes uit het oogpunt van
Rottterdam de aansluitingen met het verdere
kwetsbaarheid de aandacht.
internationale netwerk moet intensiveren. Rotterdam heeft verbindingen met belangrijke (petro)chemische
Internationaal
complexen in het Ruhrgebied, Zuid-Limburg,
Het Europees netwerk voor binnenvaart is relatief
Moerdijk, Terneuzen en Antwerpen. In een aantal
beperkt. Rotterdam ligt in vergelijking met andere
gevallen kunnen verschillende gebruikers en
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
havens zeer gunstig in dit netwerk. Deze kracht
nationaal niveau het ontbreken van een ‘volledige’
DEEL 2
en personentreinen, is een specifiek knelpunt op
69
HAVENPLAN 2020
beperkingen veroorzaakt door (te lage) bruggen,
aanbieders gebruikmaken van dezelfde buis
effect hebben op de tijden waarop gereden wordt
(common carrier pipeline). Het spoornet (infra-
(spreiding), op carpoolen (eventueel bedrijfsvervoer)
structuur, beveiliging en exploitatie) is per land
en op het gebruik van openbaar vervoer en fiets.
verschillend, de diverse nationale spoorwegmaat-
Met andere woorden: prijsbeleid kan, maar dan
schappijen bepalen dit. De samenwerking op het
moeten de alternatieven wel voorhanden zijn.
gebied van internationaal goederenvervoer per
Juist voor het woon-werkverkeer en zakelijk verkeer
spoor komt slechts moeizaam van de grond.
ontbreken die thans in de haven. Sluipverkeer
Hierdoor ontstaan diverse knelpunten. Onder
(bijvoorbeeld over Voorne-Putten) moet worden
andere moet worden gewerkt aan het veiligstellen
voorkomen.
van de capaciteit van Rotterdam naar België en uniformiteit van techniek en grensformaliteiten.
Ten aanzien van vrachtverkeer zou de modal shift
Internationaal gezien vormen de belangrijkste
naar de modaliteiten ‘binnenvaart’ en ‘spoor’ met
aandachtspunten voor het spoor: de capaciteit
prijsbeleid bevorderd kunnen worden, maar daarbij
richting België en het verdere zuiden (thans
is het nog de vraag wat het effect hiervan is. De
onderwerp van de RoBel-studie) en de aansluiting
afgelopen jaren is er al een grote modal shift in het
van de Betuweroute op het Duitse net.
containervervoer bereikt met een verschuiving van weg naar binnenvaart en in mindere mate naar het
O PLOSSI N GSRIC HTI N GE N
spoor. Bovendien verlaat 40% van de containers die over de weg worden aan- en afgevoerd de Randstad
70
HAVENPLAN 2020
Voor de concurrentiepositie van Rotterdam is een
niet. De vervoerswijzen spoor en binnenvaart
vlotte, veilige en duurzame aan- en afvoer van
zijn daarvoor veelal geen volwaardig alternatief,
goederen en personen van belang. Daarbij zullen
alhoewel met name de binnenvaart door daling van
bovengenoemde knelpunten moeten worden
de kosten en meer inlandterminals voor de kortere
opgelost, anders kan er geen modal shift plaats-
afstanden steeds aantrekkelijker wordt. De invloed
vinden, wordt de haven minder bereikbaar en staat
van prijsbeleid op dit regionale vervoer zal dan ook
de veiligheid onder druk. De oplossingen liggen
nihil zijn. Voor het nationale en internationale
niet in één maatregel, maar in een totaalpakket
transport kan prijsbeleid zeker invloed hebben,
van maatregelen. Hieronder een beschouwing.
maar dan moeten er wel volwaardige alternatieven voorhanden zijn. Het is dan ook van belang om
Kennis en innovatie
tegelijkertijd te investeren in een fijnmaziger net
DEEL 2 DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
Voortzetting van de eerder beschreven initiatieven
van binnenvaartterminals in het achterland en
gericht op efficiency (onder andere door inzet van
de betrouwbaarheid en kwaliteit van spoorvervoer
ICT), en van de kennis- en innovatieprojecten
te verbeteren. Dit moet in internationaal verband
bijvoorbeeld op het vlak van capaciteit en efficiency
worden aangepakt. Voor de concurrentiepositie
zal sowieso plaatsvinden. Met name de implemen-
van Rotterdam zal enige vorm van prijsbeleid voor
tatie behoeft aandacht van Rotterdam, rijk en
goederenvervoer op Europees niveau moeten
andere partners. Dit vraagt draagvlak en veel
plaatsvinden en gebaseerd moeten zijn op gelijke
investeringen.
uitgangsposities (level playing field).
Prijsbeleid
Het is onduidelijk welke invloed diverse prijsmaat-
In het streven naar efficiënter gebruik van wegtrans-
regelen in kwantitatieve zin hebben op de verkeers-
port – en het stimuleren van duurzame vormen
stromen. Voor het Havenplan 2020 is vooralsnog
van transport kunnen ook andere maatregelen
uitgegaan van een beleidsarm scenario, wat
in ogenschouw worden genomen. Invoeren van
betekent dat in de volumeprognoses geen drasti-
prijsbeleid voor wegverkeer (tolwegen, belastingen,
sche ingrepen van overheidswege verwerkt zijn.
heffingen – eventueel voor geselecteerde groepen
Mochten deze ingrepen er voor 2020 wel komen,
verkeersdeelnemers) is een veel genoemde optie.
dan zal het effect voor Rotterdam eerst
Tot nu toe heeft de Nederlandse overheid zich niet
in kaart moeten worden gebracht, zowel in termen
gewaagd aan invoering van prijsbeleid, maar pleit
van goederenstromen, als concurrentiepositie.
er wel in Europees verband voor. In Duitsland, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk (Londen)
Locatiebeleid
zijn dergelijke maatregelen al wel ingevoerd. Voor
Het regionale en nationale vestigingsbeleid kan een
het personenverkeer zal de invoering van prijsbeleid
grote impact hebben op transporten. De Stadsregio
en het Havenbedrijf Rotterdam zetten zich in voor
2020 verricht, maar vormt een opgave voor het
het ontwikkelen van een locatiebeleid, dat bedoeld
vervolg dat door Rotterdam, samen met partners
is om het juiste bedrijf op de juiste plek te krijgen.
in de regio en het Rijk, in gang moet worden gezet.
Bij de ontwikkeling van nieuwe woningbouwlocaties
De uiteindelijke besluitvorming over nieuwe infra-
(Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020), wordt
structuur zal dan ook altijd in samenhang met
nadrukkelijk gekeken naar de aanwezigheid of
dergelijke maatregelen moeten worden beschouwd.
mogelijkheden van bijvoorbeeld openbaar vervoer.
Bij realisatie van nieuwe infrastructuur kan gezocht
In de haven is clustering en het stimuleren van
worden naar innovatieve vormen van financiering,
‘co-siting’ een voorbeeld van locatiebeleid waarbij
door het sluiten van allianties of partnerships.
bedrijven met een intensieve transportrelatie in elkaars nabijheid worden geplaatst, zodat onnodige
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD DE SN E LLE
transportkilometers vermeden worden. Ook zal door
E N VE I LI GE HAVE N
samenwerking met verladers en vervoerders het spoor- en binnenvaartvervoer naar inlandterminals
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de snelle en veilige
verder kunnen worden geoptimaliseerd.
haven van 2020 er samengevat als volgt uit:
Beter benutten infrastructuur Het is zaak om zo goed mogelijk gebruik te maken
De snelle en veilige haven: • Biedt voor de aan- en afvoer van goederen ver-
van de infrastructuur die er ligt. De komende jaren
beterde verbindingen via water, spoor, pijpleiding
is het de opgave om de Betuweroute bijvoorbeeld
en weg, en goede faciliteiten voor de overslag op
maximaal te benutten. Ook de natte capaciteit
en tussen deze vervoersvormen.
voor de binnenvaart kan verder worden benut met
• Stimuleert de aan- en afvoer van goederen via
een uitgekiend verkeersbegeleidingssysteem. Met
water, spoor en pijpleiding door samenwerking
dynamisch verkeersmanagement en de invoering
met inlandterminals voor binnenvaart en spoor,
van 3 TEU-trucks, kan ook de weg beter worden
een gericht vestigingsbeleid voor bedrijven met
benut. Voor de A15 en andere trajecten langs de ruit
intensieve goederenstromen en prijsbeleid ter vermindering van niet-noodzakelijk wegverkeer.
voor vrachtverkeer een middel om het goederen-
• Stimuleert innovaties op het gebied van logistieke
vervoer verder te stroomlijnen en de gewenste basissnelheid (60 km/uur) van het vervoer te
efficiency en ICT. • Is in staat de bestaande infrastructuur intensiever benuttingsmaatregelen op het wegennet, vervoers-
bovendien verlaagd. Een dergelijke maatregel
management bij bedrijven, beter openbaar vervoer,
draagt ook bij aan verbetering van de luchtkwaliteit,
spreiden van transporten, doelgroepstroken en
zoals is gebleken in Overschie.
lagere maximumsnelheden op de A15 en de ruit, bundelen van goederenstromen en betere samen-
Realisatie infrastructuur De inzet op modal shift en het waarborgen van
werking in productketens. • Is ondanks schaalvergroting van de scheepvaart
de bereikbaarheid en veiligheid, maakt op sommige
en toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen,
plekken aanpassingen aan de infrastructuur
een veilige haven dankzij een verder verfijnd
noodzakelijk. Ook nieuwe infrastructuur zal op
nautisch verkeersbegeleidingssysteem en andere
bepaalde locaties nodig zijn. Het ruimtelijk streef-
maatregelen op het gebied van transport om de
beeld in dit hoofdstuk geeft de voorgestelde oplossingen weer voor wat betreft de regio Rotterdam.
risico’s te verkleinen. • Is uitstekend beveiligd tegen terroristische en illegale activiteiten.
Nieuwe infrastructuur is zeer kostbaar. Zeker voor de droge infrastructuur geldt bovendien dat
RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD SN E LLE E N VE I LI GE
de ruimte in Nederland, en vooral in deze regio,
HAVE N
schaars is. Nut en noodzaak en daaruit volgend, prioritering van nieuwe infrastructuur, zal in
De aanpassingen aan de bestaande infrastructuur
samenhang met het effect van bovengenoemde
en realisatie van nieuwe infrastructuur in de regio
maatregelen moeten worden onderzocht. Deze
zijn op de kaart aangegeven als belangrijkste
analyse is nog niet in het kader van dit Havenplan
oplossingen voor de genoemde aandachtsgebieden
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
te benutten dankzij verkeersmanagement en andere
op sommige trajecten worden congestiekansen
DEEL 2
garanderen. Door verlaging van maximumsnelheden
HAVENPLAN 2020
is de verdere uitbreiding van doelgroepenstroken
71
72
HAVENPLAN 2020
en knelpunten. De uiteindelijke afweging van met
Weg
name te realiseren weginfrastructuur zal moeten
Verbeterde of nieuwe weginfrastructuur zal de
plaatsvinden in de context van een bredere
kwetsbaarheid (in capaciteit en veiligheid) van
(vervolg)studie naar de effecten op en invloed van
met name de A15 moeten opheffen. Om de basis-
een totaal pakket aan maatregelen. Ook op
kwaliteit van 60 km/uur in de regio te bereiken,
nationaal niveau liggen er vanuit het perspectief
is het nodig doelgroepstroken te realiseren op de
van dit Havenplan 2020 prioriteiten voor aanpassing
gehele ring, door het reserveren van een bestaande
of uitbreiding van infrastructuur. Deze worden hier-
rijstrook voor vrachtwagens. Overigens zal een
onder in de tekst vermeld. Op de kaart is aan-
directe verbinding tussen de A13 en A16, waarvan
gegeven dat niet alle wensen voor de regionale
de mogelijke aanleg in het Regionaal Verkeer- en
infrastructuur tegelijkertijd gerealiseerd moeten
Vervoersplan (RVVP) is aangegeven, de verkeers-
worden. De jaartallen die worden genoemd zijn
belasting op de A20 doen afnemen. Hiermee komt
indicatief. Op basis van deze indicatie kan een
de noodzaak van doelgroepstroken op de A20 te
beleidsagenda worden opgesteld voor de komende
vervallen. Voor de A15 blijven ze echter wel van
jaren.
belang.
Binnenvaart
Het Rijk werkt thans aan een capaciteitsverbetering
Het opheffen van de huidige beperkingen voor
van het A15-traject tussen Maasvlakte en Vaan-
binnenvaart in het Breeddiep (vaarbreedte en hoge
plein. Voor de kortere termijn wordt ook een extra
stroomsnelheden) zal tot gevolg hebben dat de
verbinding over de Oude Maas (Botlektunnel/-brug)
Nieuwe Waterweg een goede alternatieve route
van belang geacht. Door groei van het wegverkeer
wordt richting Maasvlakte 1 en 2. Ook de problemen
(goederen en personen) zal de A15 ook op langere
met doorvaarthoogten van bruggen (Botlekbrug,
termijn kwetsbaar blijven. Dit ondanks inspanningen
Hartelbrug en Willemsbrug) zullen op termijn
aan de aanbodzijde (modal shift, clustering) en
moeten worden opgelost. Belangrijke opgave ligt
benuttingsmaatregelen. Realisatie van een derde
er bij het ontwerp van de toekomstige Maasvlakte 2,
oeververbinding ten westen van de Beneluxtunnel
zowel de ontsluiting van de zeevaart (alle typen,
is dan ook op de langere termijn (na 2015) zeer
tot 12.000 TEU), als de intermodale aansluiting op
gewenst. Deze noord-zuidas dient ter ontlasting
het achterland.
van de N15/A15, waar immers al bij de Botlektunnel knelpunten gaan ontstaan. Met de realisatie van
DEEL 2 DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
Spoor
de zogenoemde Oranjetunnel in het oosten wordt
De kansen voor spoorverkeer worden met de aanleg
een nieuw deel van de regio beter ontsloten. De
van de Betuweroute aanzienlijk verbeterd, maar
Oranjetunnel kan aansluiten op de A4, via het door
een volledige aftakking naar het noorden en zuiden
de provincie te realiseren ‘veilingtracé’ (N213).
(knooppunt Geldermalsen) zal de concurrentie-
Met name de Maasvlakte en het Europoortgebied
positie van spoor verder versterken. Bovendien
liggen dankzij deze tunnel dan dichtbij de regio
wordt daarmee het veiligheidsknooppunt rondom
Den Haag/Westland. Een alternatief tracé voor
de Willemspoortunnel opgelost. Door een relatief
een tunnel is het Blankenburgtracé ten oosten van
kleinschalige aanpassing aan het knooppunt bij
Rozenburg, maar dit lijkt vanuit het oogpunt van
Geldermalsen kunnen treinen die vanuit westelijke
completeren van het netwerk en veiligheid (aftak-
richting komen aantakken op de bestaande lijnen
king in het westen bij calamiteiten) minder gunstig.
naar Noord- en Zuid-Nederland. Daarnaast is
De aftakking van de A15 naar het zuiden en de
verdere inzet op de lijn Rotterdam-België (RoBel-
ontsluiting van Voorne-Putten kan verder worden
studie) voor de toekomst van spoor van belang.
verbeterd door de opwaardering van de N57. De A4Zuid kan mogelijk deels het capaciteitsprobleem op
Pijpleidingen
de A15 oplossen. Een deel van het lokale verkeer
Voor pijpleidingen is de ambitie gericht op uitbrei-
van Voorne-Putten en Spijkenisse zal deze A4-Zuid
ding van het internationale netwerk en de verdere
in plaats van de A15 kunnen gebruiken. Daarbij
ontwikkeling van het MultiCore-pijpleidingennetwerk
is het wenselijk ook de inpassing van de lokale
in de haven. Lokaal zijn de oeverkruisingen punten
ontsluiting van Voorne-Putten te verbeteren,
van aandacht.
waarmee de A15 wordt ontlast van het lokale verkeer. Bovendien kunnen deze routes in enkele gevallen als ‘vluchtroutes’ dienen, mochten er
calamiteiten zijn die langdurig de A15 afsluiten.
Noten
Beide maatregelen zijn ook in het RVVP reeds
1)
genoemd.
stadsregio Rotterdam, nov/dec. 2002. 2)
Welke nieuwe hoofdverbinding (Oranjetunnel,
Modal split is de verdeling van goederentransporten over de modaliteiten binnenvaart, spoor, pijpleiding
Blankenburgtunnel of A4-Zuid) op de langere termijn prioriteit moet krijgen is onderwerp van
Concept Regionaal Verkeer- en Vervoersplan,
en weg. 3)
nadere studie.
De lokale verkeersbewegingen binnen het havengebied en binnen de regio zelf zijn niet in de modal split opgenomen, maar wel betrokken bij het
Voor het gebied Stadshavens (Vierhavens/
bepalen van de absolute verkeersbelasting op de
Merwehavengebied en Waal-/Eemhavengebied)
infrastructuur. Het betreft bijvoorbeeld transporten
moet onderzocht worden of bij een verdere
van lege containers tussen empty depots en distri-
ontwikkeling van shortsea terminals en fruitport
park en terminals, of containers die ergens vanuit
en een geleidelijke transformatie naar een gemengd
de haven naar een Rail Service Centrum worden
gebied, de bestaande infrastructuur voldoende is, of dat er verbeteringen en nieuwe infrastructuur
gereden. 4)
Bij de confrontatie zijn de volgende criteria betrok-
noodzakelijk zijn. Met name de bereikbaarheid van
ken: capaciteit, basiskwaliteit (minimale door-
de (shortsea) terminals op de Eemhaven dreigt op
stroomsnelheid), milieu en veiligheidsknelpunten,
korte termijn al een knelpunt te worden.
concurrentie met personenverkeer, mogelijkheid van alternatieve routes bij calamiteiten en de
Maasvlakte 2 wordt multimodaal ontsloten. Van
aanwezigheid van alternatieve modaliteiten.
belang bij de ontwikkeling van dit gebied is verder de bereikbaarheid bij calamiteiten (toegang hulpdiensten en vluchtroutes) Ter verbetering van de bereikbaarheid van de haven Benelux metrolijn (halte Pernis), die voor de haven beter moet worden benut (voor- en natransport regelen). Ook moet het personenvervoer over water verder worden gestimuleerd.
de hoofdstukpagina.
DEEL 2
Zie het ruimtelijk streefbeeld aan de binnenkant van
HAVENPLAN 2020
voor personen (OV) staat op de kaart de nieuwe
73
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
74
HAVENPLAN 2020
DEEL 2
DE SNELLE EN VEILI GE H AVEN
13 DE AT TR ACTIEVE HAVEN De haven draagt bij aan de identiteit van de
zijds de verloren gaande natuurwaarden moeten
regio Rijnmond. Niet alleen vanuit economisch
compenseren en anderzijds de natuur-waarden in
perspectief, maar ook als bijzonder en dynamisch
de regio moeten versterken. De compensatie betreft
(haven)landschap met specifieke voorzieningen.
de ontwikkeling van een zeereservaat en de
Zo trekt de haven veel bezoekers en wordt
ontwikkeling van natuur rond de Brouwersdam
er veel gerecreëerd in en rond de haven. De
en de Hollandse duinen ter hoogte van Delfland.
activiteiten van scheepvaart en industrie zijn
Daarnaast wordt er in het kader van PMR 750
daarbij een extra attractie. Het havengebied
hectare natuur- en recreatiegebied aangelegd in
zelf kent vele plekken met belangrijke waarden
de omgeving van de haven (IJsselmonde en de
voor natuur en recreatie. Op deze plekken
noordrand van Rotterdam). Onder het PMR-
is sprake van gevarieerd recreatief gebruik.
deelproject Bestaand Rotterdams Gebied (BRG)
Op nog braakliggende terreinen is dat van
vallen kwaliteitsverbeteringen van de leefomgeving,
tijdelijke aard is. Naast de ecologische en
zoals een groene inrichting van de Landtong
recreatieve kwaliteiten vormt het aanzicht van
Rozenburg, het realiseren van een aantal rivier-
het havengebied, de representatie, ook een
parken in de omgeving (zie kader) van de haven
visitekaartje voor bedrijven. Een aantrekkelijke
en een ecologische kwaliteitsimpuls voor het
werkomgeving is een belangrijk onderdeel van
Oostvoornse Meer door het inlaten van zout water.
het vestigingsklimaat. Natuur, recreatie en
Deze projecten, waarvan de plannen deels nog
representatie zorgen voor een attractieve haven
moeten worden uitgewerkt en ook de financiering
die bijdraagt aan een positief imago en aan het
nog moet worden geregeld, dragen voor een
internationale vestigingsklimaat.
belangrijk deel bij aan de versterking van de regionale groenstructuur en de recreatieve
De ambitie voor de attractieve haven is de kwali-
kwaliteiten.
teiten op het gebied van natuur, recreatie en representatie in de haven verder te verhogen en
Rivierparken Doel van het project Rivierparken is de kwaliteit
haven te versterken.
verbeteren van de buitenruimte in stadswijken die aan de haven en de rivier grenzen. In totaal
O NT W I KK E LI N GE N E N K ANSE N VOOR ECOLOGI E
elf parken moeten voorzien in een openbaar recreatief aanbod en bijdragen aan de kwaliteit
Kwaliteiten
van de woon- en leefomgeving in de deelgemeenHoek van Holland en de gemeenten Schiedam,
van Rijn en Maas en de Hollandse duinenrij. Deze
Vlaardingen en Maassluis. De planfase is in de
gebieden zijn van internationaal belang voor zowel
eerste helft van 2003 afgerond. Na financierings-
flora als fauna. Door de ligging kent ook het haven-
afspraken tussen de projectdeelnemers kan de
gebied zelf, hoewel niet specifiek gepland, interes-
uitvoering van start.
sante natuurwaarden die zich manifesteren op oevers, bermstroken, de pijpleidingenzones en braakliggende terreinen. Een bijzondere, wel
Ontwikkeling regelgeving
geplande voorziening is de vogelvallei op de
Op Europees en nationaal niveau worden bestaande
Maasvlakte.
doelstellingen voor behoud van het natuurlijk systeem omgezet in steeds concretere wet- en
Grenzend aan het havengebied ligt een aantal
regelgeving. Niet alleen voor de ‘droge’ maar ook
beschermde natuurgebieden zoals de Voordelta,
voor de ‘natte’ natuur. Kenmerkend voor de toe-
Voornes Duin en de duinen van Hoek van Holland.
komstige regelgeving is de verschuiving van taken
De oeverlanden langs de Oude Maas en recreatie-
en verantwoordelijkheden naar regionaal en lokaal
gebieden zoals de Brielse Maas en de Bernisse
niveau.
vormen aan de zuidzijde van het havengebied een groengebied van regionaal belang.
De nieuwe Kaderrichtlijn water vereist beheerplannen voor ecologisch herstel van het stroom-
In het kader van het Project Mainportontwikkeling
gebied van Maas en Rijn, waaronder het estuarium,
Rotterdam (PMR) zijn projecten gestart die ener-
de havens en binnenwateren vallen. In dit verband
DE ATTRA CTIEVE H AVEN
ten Charlois, Feijenoord, Delfshaven, Pernis,
sche structuren van Europese allure: het estuarium
DEEL 2
De haven ligt langs het snijpunt van twee ecologi-
75
HAVENPLAN 2020
het ecologisch en recreatieve netwerk rond de
worden in het Rotterdams havengebied locaties
verlengde van de zone Oostvoornse Meer-Brielse
onderzocht naar ruimte voor natuurvriendelijke
Meer, natuurwaarden verder te ontwikkelen. Hier-
oevers. De regelgeving voor beschermde plant-
bij speelt ook de inrichting van de Slufter en directe
en diersoorten is vastgesteld in de Europese
omgeving (bijvoorbeeld de vogelvallei) een rol.
Vogel- en Habitatrichtlijn en de Flora- en Faunawet. Dit betekent dat bij ruimtelijke ingrepen nadrukkelijk
ONT WI KKE LI N GE N E N K ANSE N VOOR REC REATI E
moet worden gekeken naar het effect van de ingreep op aanwezige beschermde soorten en
Kwaliteiten
naar maatregelen om negatieve effecten zoveel
De haven heeft een grote aantrekkingskracht op
mogelijk te voorkomen en desnoods te compense-
recreanten en toeristen. De onwerkelijke schaal,
ren. Voor een beperkt aantal soorten geldt volgens
de grootsheid en veelheid aan industrie trekken
de Habitat-richtlijn een zwaar beschermingsregime,
mensen naar het gebied. Het gebied is niet specifiek
waarbij de instandhouding van de soort moet
ontworpen voor recreatief gebruik, maar er zijn
worden gewaarborgd door compenserende maat-
in de loop der jaren her en der wel voorzieningen
regelen.
gerealiseerd (havenroute, fietspaden, informatieborden en uitzichtpunten). Diverse plekken hebben
76
HAVENPLAN 2020
Haven en natuur kunnen samengaan, maar daar
een spectaculair uitzicht zoals bij de Ringweg
is wel gericht beleid voor nodig. Er wordt daarom
Slufter, de noordrand van de huidige Maasvlakte
gezocht naar een praktische manier om de nieuwe
(aan de poort van de grootste haven ter wereld) en
natuurwetgeving te implementeren zonder dat dit
op de punt van Landtong Rozenburg. De Maasvlakte
leidt tot belemmeringen voor de economische
biedt verder het Slufterstrand. De aanvankelijk lege
ontwikkeling van de haven. Op dit moment werkt
ruimte bood ook veel plek aan bijzondere recreatie
het Havenbedrijf aan een Havennatuurbeleidsplan,
(hindersporten, deltavliegen). Door de verdere
waarbij gegeven de ontwikkelingen in regelgeving,
uitgifte van terreinen moet voor deze specifieke
de strategie wordt uitgestippeld om enerzijds de
sporten naar andere locaties worden uitgeweken.
ambities van ontwikkeling van natuur in en rond de
Daarnaast is er een vorm van (georganiseerd)
haven waar te maken en anderzijds beperkingen bij
toerisme: vaartochten vanuit de stad naar de haven
uitgifte en beheer van bedrijventerreinen zoveel
en tijdens de Wereldhavendagen worden diverse
mogelijk te voorkomen.
excursies naar gebieden en bedrijven georganiseerd.
Kansen
DEEL 2 DE ATTRA CTIEVE H AVEN
Naast de al in gang gezette projecten in het kader
De meest in het oog springende ontwikkelingen
van PMR, liggen er kansen voor versterking van de
vinden plaats in het oosten en westen van het
natuurwaarden in het havengebied zelf, met name in
havengebied. De kustlijn verplaatst zich door
een kwalitatieve verbetering van aanleg en beheer
uitbreiding van de haven met Maasvlakte 2 verder
van de infrastructuur (bermen, leidingenstroken,
in zee, en in het oosten rukt de stad op en komen
oevers). Voor de droge infrastructuur is een
oudere havengebieden vrij voor stedelijke ontwikke-
integrale benadering van de gehele infrastructuur-
ling. De ontwikkeling van de Stadshavens is ook
bundel (A15-zone) van belang. In het kader van
vanuit recreatief perspectief een zeer interessante
het Ontwerp-Tracébesluit A15 is onder andere de
opgave, omdat daar recreatieve voorzieningen
uitvoering van het beheer van deze ecologisch
kunnen worden gecreëerd en de haven fysiek met
belangrijke schakel al geregeld.
de stad wordt verbonden.
Voor de natte infrastructuur zijn er, in samen-
Kansen
werking met Rijkswaterstaat, onderzoeken gaande
Maasvlakte 2 biedt vergelijkbare recreatieve
naar mogelijkheden voor realisatie en ecologisch
mogelijkheden als de huidige Maasvlakte, zoals
herstel en beheer van de gehele getijdenzone.
vormen van kust- en strandrecreatie die in andere
Maasvlakte 1 vormt een barrière in de ecologisch
delen van de kust niet mogelijk zijn. Hierbij kunnen
waardevolle Hollandse duinenrij. Bij verdere
extra voorzieningen worden gerealiseerd, waardoor
ontwikkeling van Maasvlakte 1 en 2 kunnen de
de recreatieve betekenis wordt versterkt. In het
mogelijkheden voor doorbreken van deze barrière
ontwerp voor het zuid-westelijk georiënteerde strand
worden onderzocht. Ook biedt de zuidrand van
van Maasvlakte 2 kan aansluiting worden gezocht
Maasvlakte 1 en 2 nog potenties om, in het
bij de kwaliteiten van de zuidrand van de huidige
Maasvlakte en het Oostvoornse Meer.
ONT WI KKE LI N GE N E N K ANSE N
Bij het aanleggen van de Slufter in 1987 ging men
VOOR RE PRESE NTATI E
er vanuit dat deze in 2005 vol zou zijn met verontreinigde baggerspecie. De Slufter zou vervolgens
Kwaliteiten
worden afgewerkt en een groene en recreatieve
De manier waarop de haven zich fysiek presenteert
functie krijgen. Door het gevoerde bronbeleid is er
aan (potentiële) klanten, bezoekers, werknemers,
minder aanvoer van verontreinigde baggerspecie en
recreanten en omwonenden is mede bepalend voor
zijn er nieuwe mogelijkheden voor hergebruik van
het imago van de haven. Voor het bedrijfsleven is
de specie. De huidige prognoses wijzen uit dat de
een goed vestigingsklimaat van belang en daarbij
Slufter pas in 2025 vol is. Daarna biedt het gebied
speelt de inrichtingskwaliteit en een verzorgde
alsnog mogelijkheden voor een groene en recrea-
groene buitenruimte een grote rol.
tieve ontwikkeling, gecombineerd met activiteiten op het gebied van reststoffenverwerking. In de directe
In het havengebied zijn verschillende deelgebieden
omgeving van de haven, aan de waterkanten,
met elk hun eigen karakteristiek en aanzicht.
vinden allerlei interessante ontwikkelingen plaats,
Er is een duidelijk verloop van oost naar west
zoals de stedelijke fronten in Hoek van Holland
in (haven)activiteiten, tijdsbeeld, schaalgrootte,
en Vlaardingen, en de ontwikkeling van de Stads-
vorm etc. De diverse karakters van de verschillende
havens. Deze locaties zijn van belang omdat van
gebieden leveren een kernmerkend beeld per
hieruit zicht op de haven is en de haven kan worden
deelgebied (oudere havens, industrie en chemisch
‘beleefd’. Ook de ontwikkeling van de rivierparken
gebied, grootschalige uitgestrekte Maasvlakte).
en de Landtong Rozenburg draagt hieraan bij. De verschillende karakters en aanzichten maken
De uitbreiding of ontwikkeling van toegankelijke
te benadrukken en hier beeldregie op toe te passen.
oevers met een variëteit aan kwaliteiten (groene
In het Regieboek Buitenruimte van het Haven-
of stedelijke oevers of havenkades) zijn daarbij
bedrijf is deze inzet uitgewerkt, bijvoorbeeld voor de
interessant. Een punt van aandacht is de
vormgeving van gebouwen, inrichting van bedrijven-
incompleetheid van het netwerk voor personen-
terreinen, openbare plekken en oevers. Drie
vervoer over water. De linker en de rechter Maas-
gebieden, drie karakters. De havengebieden
oever zijn slechts op enkele punten met elkaar
(de Stadshavens, Botlek/Europoort, Maasvlakte 1
verbonden door een veerpont. De toegankelijkheid
en 2) onderscheiden zich qua aanzicht door de
van de haven en haar omgeving is hierdoor op vele
activiteiten die er plaatsvinden, de schaalgrootte
plekken slecht. Ook is de (fiets)route van Hoek van
en de maaswijdte van de infrastructuur. De drie
Holland naar Rotterdam op de rechter Maasoever
karakters: respectievelijk het stedelijk havenland-
op een aantal plekken onderbroken. Op de fiets-
schap, industrieel havenlandschap en rationeel
routes ontbreekt het bovendien aan rustpunten met
havenlandschap, vertellen voor ieder gebied een
voorzieningen en aan logische verbindingen met
apart verhaal over de havenactiviteiten die er
bijzondere locaties.
plaatsvinden en het tijdsbeeld waarin ze zijn ontstaan. Dit vertaalt zich in de inrichting van
De dynamiek van de haven, de ontwikkeling en
de terreinen, de oevers en de toegankelijkheid
herstructurering van havengebieden, heeft tijdelijk
van de verschillende gebieden.
veel ‘ongebruikte’ plekken tot gevolg die later weer worden uitgegeven. Er ontstaan altijd weer nieuwe
Stadshavens
mogelijkheden om op dergelijke plekken, in afwach-
Het Vierhavens/Merwehavengebied en de Waal-
ting van een definitieve uitgifte, tijdelijk recreatieve
haven hebben het meest directe contact met de
functies toe te staan. Hier moeten dan wel goede
stad. Het zijn de oudste havens die het begin
afspraken over gemaakt worden.
vormen van de grote haven van nu. De gemengde bedrijfsvormen, de relatieve fijnmazigheid, de architectuur uit verschillende tijden en een relatieve kleinschaligheid zorgen voor een gevarieerd beeld. Fascinerend is het zicht op grote havenbekkens en de plekken aan het water zoals de RDM en het
77
DE ATTRA CTIEVE H AVEN
om bij nieuwe ontwikkelingen deze karakteristieken
DEEL 2
de haven tot een spannend geheel. Het is gewenst
is essentieel voor de kwaliteit van de recreatie.
HAVENPLAN 2020
De benutting van de waterstructuur en oevers
quarantaine terrein. Naar het westen toe ligt de
vriendelijke) oevers ontstaan, zoals langs de
Eemhaven, die met het grote containercluster al
Landtong Rozenburg en de rivierparken (zie vorige
meer een grootschalig karakter heeft.
paragraaf). Op deze aantrekkelijke, contrastrijke groene plekken kan de gebruiker de haven beleven.
Vondelingenplaat/Botlek/Europoort Vondelingenplaat/Botlek/Europoort vormen de meer
Stedelijke oevers presenteren de stad aan het water.
industriële havens. Eén van de meest in het oog
Dit zijn plekken waar het contact van de stad met de
springende kenmerken is de dominante aanwezig-
haven het sterkst is. Hoek van Holland en Maassluis
heid van de petrochemische industrie en de opslag-
maar in de toekomst ook delen van de Stadshavens
tanks. De complexe aanblik en de bijzondere
zijn hier voorbeelden van.
architectuur van dit industrieel landschap zijn indrukwekkend. De eisen, onder meer voor veilig-
Plekken, parels in de haven
heid, die aan de bedrijfsvoering worden gesteld,
In en aan de rand van het havengebied zijn bij-
maken dit deel van de haven een relatief ontoe-
zondere plekken en elementen te vinden die
gankelijk gebied voor publiek. Een bijzonderheid
oriëntatie en herkenning geven aan het haven-
in dit gebied zijn de enclaves Rozenburg en Pernis.
gebied: ‘landmarks’, zoals de Slufter of het wind-
Ze zijn omsloten door groen, waarbij Pernis een
scherm aan het Calandkanaal tegenover Rozenburg,
sterkere (visuele) relatie heeft met de haven en
en bijzondere bouwwerken, zoals de hoge pijpen bij
Rozenburg wat meer in zichzelf gekeerd is.
Pernis of de hoofdkantoren van de petrochemische
Daarnaast vormt de zuidelijke rand een bijzondere
industrie. Daarnaast zijn er vele plekken die nu nog
afscheiding met de A15, het Hartelkanaal en het
niet veel waarde lijken te hebben maar mogelijk in
Brielse Meer in oostelijke en westelijke richting.
de toekomst de pareltjes voor het gebied kunnen vormen. Bijzonder zijn eveneens de distriparken.
78
HAVENPLAN 2020 DEEL 2
Maasvlakte
Dit zijn gebieden met een distributiefunctie langs
De huidige Maasvlakte en de toekomstige Maas-
de drukke snelweg waar de bedrijven zich presen-
vlakte 2 worden gekarakteriseerd als rationele
teren middels hun logo of gebouw. Het zijn herken-
haven. De Maasvlakte is de meest recente haven;
bare plekken die een beeld geven van wie er, naast
een bijzondere vorm van landaanwinning. Het
de bekende containerterminals en raffinaderijen,
onderscheidt zich door een enorme afmeting en
actief zijn. De distriparken zijn al grotendeels
een zeer rationele ruimtelijke en functionele opzet,
gerealiseerd. Alleen het distripark Maasvlakte zal,
beheerst door containerterminals, olietanks en
met de uitbreiding van de Maasvlakte, verder
droge bulk. De indrukwekkende schaal van de
worden ontwikkeld.
havenindustrie en de omringende leegte leveren
DE ATTRA CTIEVE H AVEN
een spannend en contrastrijk havenlandschap op,
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD DE AT TR ACTI E VE
dat tot de verbeelding spreekt.
HAVE N
A15, ruggengraat van de haven De A15-bundel is de essentiële drager van het
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de attractieve haven van 2020 er samengevat als volgt uit:
havengebied. De ruggengraat voor transport via weg en spoor, waarover alle goederen van en naar
De attractieve haven:
het land dan wel Europa vervoerd worden. Naast
• Biedt ecologische verbindingen tussen de duinen
deze belangrijke ‘bedrijfsmatige’ functie is het
aan de noord- en de zuidkant en een fijnmazig
eveneens de ader waarlangs men de haven beleeft
ecologisch netwerk van natuurvriendelijke oevers,
en waarlangs men moet bewegen om de haven in
bermen en andere groene verbindingen.
en uit te kunnen, zowel voor werken als recreëren.
• Heeft een groen ingerichte Landtong Rozenburg en
In het kader van het Regieboek Buitenruimte wordt
750 hectare nieuwe natuur op Midden-IJsselmonde
nu de beeldregie voor de A15 verder opgepakt.
en ten noorden van Rotterdam. • Heeft nieuwe natuur, waaronder een zeereservaat
De oevers, bijzondere waterkanten Een belangrijk onderdeel van de representatie van de haven zijn de openbare oevers. Het zijn de plekken waar het contact met de haven het sterkst is. In de toekomst zullen meer groene (natuur-
in de Voordelta, die eventuele natuurschade van een havenuitbreiding in zee compenseert.
• Biedt recreatiemogelijkheden op Maasvlakte 1 en 2,
beheer. Ter ondersteuning van genoemde verbete-
bij uitzichtpunten verspreid over het havengebied en
ringen is beter inzicht nodig in de ecologische
aan de zuidkant, waar de groene buffer is versterkt.
processen, te verkrijgen door middel van onderzoek
• Heeft ecologisch beheer, een betere beeldkwaliteit
en monitoring.
en aantrekkelijke vergezichten op en langs de infrabundel havenspoorlijn/A15. • Heeft goed bereikbare en aantrekkelijke Stads-
In 2020 fungeert de infrastructuurbundel als een ecologische verbindingszone (bermen en leiding-
havens met voorzieningen op het gebied van
straten). Zoals gemeld is in het Ontwerp-Tracébeluit
recreatie en leasure.
A15 onder andere de uitvoering van het beheer van
• Heeft een compleet recreatief fietsroutenetwerk
deze ecologisch belangrijke schakel al geregeld.
en een uitgebreider vervoernetwerk over water voor (recreatief/toeristisch) personenvervoer.
In dit streefbeeld wordt recreatie op Maasvlakte 2 mogelijk gemaakt, waarbij de unieke kwaliteiten van
RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD AT TR ACTI E VE HAVE N
het gebied worden benut (o.a. zuidwestelijk gelegen strand) en aangesloten wordt op de zone Brielse
Integratie van de ambities voor ecologie, recreatie
Gat-Oostvoornse meer. Vanwege de nabijheid van
en representatie levert voor 2020 het volgende
het zeereservaat is gemotoriseerde waterrecreatie
kaartbeeld op.
hier niet gewenst. Uitzichtpunten in het noorden completeren het geheel.
Havengebied is de ontwikkeling van de Stadshavens. Dit biedt
en het brakker worden van het Oostvoornse Meer
kansen voor het recreatieve netwerk en voor de
worden regionale ecologische structuren door de
representatie van de haven. Hier komen stad en
Duinenrij en het estuarium van de Nieuwe Maas
haven bijeen en hebben Rotterdammers zicht op
versterkt. Ten zuidwesten zal het gebied van de
de havenactiviteiten. Door goede routes (voor
Westplaat, het Oostvoornse Meer en Brielse Meer
langzaam verkeer) vanuit de stad naar de haven-
tot aan de Oude Maas tot een integrale ecologische
bekkens, fietsroutes langs deze gebieden en het
en landschappelijke eenheid ontwikkeld worden
openhouden van zicht op de havenbekkens en het
waarin de zuidoever van het Hartelkanaal een
toegankelijk maken van de kades, wordt de relatie
natuurlijke overgang vormt. Deze groene zone van
haven-stad versterkt. Tijdens de aanleg van
het Oostvoornse Meer tot aan de Biesbosch biedt
Maasvlakte 2 en de ontwikkeling van de Stads-
mogelijkheden voor recreatieve verbindingen.
havens is het interessant om tijdelijke voorzieningen voor recreatie op braakliggende terreinen mogelijk te maken.
op Maasvlakte 1, kan de barrièrewerking van het havengebied, dat de Hollandse duinenrij doorsnijdt,
Bij de verdere ontwikkeling van de haven (uit-
worden verkleind. Allerlei soorten planten en dieren
breiding, herstructurering, transformatie) wordt,
die gebonden zijn aan droge duinen en natte
conform het Regieboek Buitenruimte, gestreefd
duinvalleien, gebruiken zo’n stapsteen als tijdelijk
naar versterking van de te onderscheiden gebieden,
leefgebied, waardoor de afstand tussen de duinen
een herkenbare infrastructuur, het zichtbaar houden
van Voorne en Hoek van Holland overbrugbaar
van de haven vanaf de A15 en de verdere ontwikke-
wordt. Onderzoek naar dergelijke stapstenen moet
ling van representatieve distriparken. Het versterkt
uitwijzen of deze gecombineerd dan wel ingepast
het karakter van de haven als dynamisch landschap
kunnen worden in bedrijventerreinen of ander
in de regio.
economisch gebruik van de haven. Ten noorden fungeert de Landtong Rozenburg als een groen
Het recreatieve netwerk in het havengebied wordt
‘podium’ voor het havengebied met voldoende
verbeterd door de uitbreiding van het vervoernet-
ruimte voor natuur en recreatie. De noordoever zal
werk over water. Te denken valt aan nieuwe
verder uitgebreid worden met groengebieden, zoals
uitzichtpunten of nieuwe voorzieningen in de
de Oranjebuitenpolder. Verder zal er in 2020 sprake
Waalhaven of op de Maasvlakte en bij Hoek van
zijn van een versterking van de ecologische
Holland.
kwaliteiten in de gehele getijdenzone, door slim
DE ATTRA CTIEVE H AVEN
Door het realiseren van ecologische stapstenen
79
DEEL 2
Een andere grote opgave voor het havengebied
reservaat, compensatie in de Hollandse duinenrij
HAVENPLAN 2020
Met de projecten als de ontwikkeling van het zee-
Het recreatieve netwerk kan op de rechter Maasoever versterkt worden door de ontwikkeling van ‘een boulevard’ van Rotterdam tot aan Hoek van Holland. Een aantrekkelijke recreatieve route langs de rivier met een afwisseling van groene, stedelijke en industriële gebieden. In het streefbeeld snelle en veilige haven is al aangegeven dat een noordzuidverbinding vanaf de A20 naar de A15 door de Europoort wenselijk is (ter hoogte van de Waterkering). Als hier een oeververbinding wordt gerealiseerd zou het goed zijn als deze representatief van aard is. De keuze voor een brug in plaats van een tunnel heeft een grote wervende invloed als beeldmerk op zowel de haven als het gehele mondingsgebied van de belangrijkste rivier van West-Europa. Zie het ruimtelijk streefbeeld aan de binnenkant van de hoofdstukpagina.
80
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE ATTRA CTIEVE H AVEN
14 DE SCHONE HAVEN De haven is voor de omgeving een bron van werk
ONTWIKKELING MILIEUDRUK GROTE BEDRIJVEN
en welvaart en is tevens onderdeel van de leef-
INDEX
omgeving van een groot aantal mensen. De haven draagt bij aan de economische potentie en de identiteit van Rotterdam en het gebied heeft waarde voor recreatie en natuur. Aan de andere kant veroorzaakt de haven hinder in
800
600
400
de vorm van lawaai, stof en stank en zijn er
200
veiligheidsrisico’s. Om economisch te kunnen
100
functioneren heeft de haven een bepaalde
1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002
milieuruimte nodig, waarmee in de omgeving rekening moet worden gehouden. Andersom dient de haven rekening te houden met haar omgeving. De ambitie voor de schone haven
DOEL 2010
0
ONTWIKKELING MILIEUDRUK WEGVERKEER INDEX
in 2020 is de leefkwaliteit te verbeteren en de
600
verdere havenontwikkeling in balans te houden
500
met haar omgeving.
400 300
In het beleid voor de haven en haar omgeving
200
staat de dubbele doelstelling centraal: de
100
economische ontwikkeling van de haven moet gepaard gaan met een verhoging van de
DOEL 2010
0
1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001
kwaliteit van de leefomgeving in Rijnmond. In het convenant ‘Visie en durf’ hebben de gemeente mobiliteit van personen en goederen. Ondanks de
zich gezamenlijk voor deze dubbele doelstelling
gunstige ontwikkeling, met name bij bedrijven, is
in te zetten. Een goede leefomgeving is boven-
de milieukwaliteit in het Rijnmond-gebied nog niet
dien van belang voor het vestigingsklimaat in
optimaal. De haven, inclusief alle transportstromen
de haven.
van en naar het achterland, draagt bij aan hinder in de regio door uitstoot van geluid, stof, luchtverontreiniging, geur en risico’s op het gebied van
uitbreiden. In de omgeving worden nieuwe woning-
externe veiligheid. Hieronder volgt een analyse van
bouwlocaties gerealiseerd, bijvoorbeeld in de
de te verwachten verbeteringen en knelpunten.
Stadshavens, langs de rechter Maasoever en bij Geluid
Door de combinatie van deze twee ontwikkelingen
Volgens onderzoek dat is uitgevoerd voor het
dreigen er meer knelpunten op het gebied van
milieueffectrapport van het Project Mainport-
milieuhinder te ontstaan. Dit moet worden opgelost
ontwikkeling Rotterdam (PMR) hebben veel
door het treffen van bronmaatregelen bij industrie
woningen (47.500 op de linker Maasoever en
en transport en door een goede ruimtelijke afstem-
9.500 op de rechter Maasoever) een gecumuleerde
ming tussen haven en omgeving.
geluidsbelasting van een matige tot slechte kwaliteit. De belangrijkste bronnen zijn industrie-
H U I DI GE M I LI EUSITUATI E E N ONT WI KKE LI N G
lawaai en verkeerslawaai. Vooral in de buurt van infrastructuurbundels komen hoge geluidsbelastin-
Uit de jaarlijkse Milieumonitor Stadsregio Rotterdam
gen voor door de cumulatie van verschillende
blijkt dat er de afgelopen jaren vooruitgang is
geluidsbronnen.
geboekt op het gebied van milieu. Met name de milieudruk door grote bedrijven is aanzienlijk
Industrielawaai
verminderd. De emissies naar lucht, bodem en
De belasting door industrielawaai uit de haven is
water zijn drastisch afgenomen. Bij het wegverkeer
vaak minder hoog dan verkeersgeluid, maar heeft
neemt de milieudruk volgens de Milieumonitor,
wel een grotere reikwijdte. Er zijn afspraken
ondanks alle technologische vernieuwingen,
gemaakt over de maximale geluidsbelasting
nauwelijks af. Oorzaak daarvan is de groeiende
(Maximaal Toelaatbare Grenswaarden = MTG)
DE SCH ONE HAVEN
stedelijke knooppunten aan de transportassen.
DEEL 2
De haven zal de komende jaren intensiveren en
81
HAVENPLAN 2020
Rotterdam en milieuorganisaties afgesproken
op de omgeving. Op sommige plaatsen biedt de
niet altijd aan bij de beleving van hinder door
afgesproken contour nog ruimte voor toename
omwonenden. Dat heeft te maken met moeilijk
van geluidsproductie bij bedrijven in de haven.
meetbare subjectieve verschillen, bijvoorbeeld het
Op andere plaatsen is de contour opgevuld en is
feit dat scheepvaartlawaai minder hinderlijk wordt
intensivering van het ruimtegebruik alleen mogelijk
gevonden dan verkeerslawaai. Maar ook maakt het
met aanvullende maatregelen bij de bedrijven.
uit of de hinder door de haven groot is ten opzichte
Omdat dat niet altijd realistisch of financieel haal-
van hinder uit de wijk zelf of dat er andere
baar is, geldt voor veel terreinen in de haven (700
problemen met de leefkwaliteit zijn. Zo wordt
hectare) een gebruiksbeperking. In de omgeving
industrielawaai in het Voornes Duin als hinderlijk
kunnen verschillende locaties, met name langs de
ervaren, waar het in het centrum van Hoogvliet
rivier, niet worden ontwikkeld voor woningbouw
wegvalt tegen het geluid uit de wijk. Ook wordt
vanwege de te hoge geluidsbelasting.
onderzoek gedaan naar woningtypes die minder
Voor het gebied Waal-Eemhaven is de verwachting
gevoelig zijn voor geluidsbelasting. Naar verwach-
dat de geluidsbelasting (binnen de afgesproken
ting worden de mogelijkheden voor gebiedsgerichte
contouren) tot 2010 zal toenemen. Daarna kan
differentiatie de komende jaren vergroot, onder
door technologische vernieuwing en duurzaam
andere in de interimwet Stad & Milieu die in 2004
vestigingsbeleid een reductie worden bereikt, die
van kracht wordt. Dit biedt kansen voor gemeenten
ten goede kan komen aan de omgeving. Dit is vast-
om tot een betere afstemming tussen haven en
gelegd in de vorm van een overeenkomst. Voor
omgeving te komen door het leveren van maatwerk
Rijnmond-West (Maasvlakte-Europoort-Botlek) is
per gebied. Een gebiedsgericht geluidsbeleid
eveneens een geluidsconvenant van kracht. Hierin
is noodzakelijk voor het realiseren van nieuwe
is een MTG-contour voor 2000 vastgelegd en is een
woningbouw in de invloedssfeer van de haven.
krappere eindcontour bepaald die door technologische vernieuwing rond 2025 zou moeten worden 82
bereikt.
Aandachtspunten geluid in 2020 • De gecumuleerde belasting door verkeers- en industrielawaai langs de transportassen (Hoogvliet,
HAVENPLAN 2020
Verkeerslawaai De belasting door verkeerslawaai is geconcentreerd
Ridderkerk, Charlois). • De wens om woningen te bouwen op de rechter
langs de transportassen. Naast havengebonden
Maasoever en rivierfronten tot ontwikkeling te
verkeer (met name goederenvervoer), veroorzaakt
brengen, binnen de bestaande maximaal toelaat-
ook lokaal verkeer een deel van de hinder. Vooral
DEEL 2
in Hoogvliet en Barendrecht (A15) en in Charlois
bare grenswaarden. • In relatie tot het voorgaande: de geleidelijke
DE SCH ONE HAVEN
(Pleinweg) hebben veel woningen een hoge
verplaatsing van de grens haven-stad in westelijke
geluidsbelasting door wegverkeer. Daarnaast zorgen
richting, waardoor de belasting op bestaande
spoorweg- en scheepvaartlawaai op een beperkt
woongebieden in het oosten afneemt. De geluids-
aantal plaatsen voor hinder. Voor het wegverkeer
belasting zal door intensivering van activiteiten in
komt er naar verwachting in de toekomst beleid dat
het westen wel toenemen, maar zal binnen de
verdere toename van de hinder tegengaat door
maximaal toelaatbare grenswaarden (moeten)
het treffen van afdoende maatregelen verplicht te
blijven. Per saldo zal door dit schuifproces naar
stellen. Nu al worden in het kader van de aanleg
verwachting een vermindering van het aantal
van de havenspoorlijn en de reconstructie van de
geluidsgehinderden optreden.
A15 maatregelen uitgevoerd die de geluidsbelasting reduceren.
Lucht In 2001 is het nieuwe Besluit Luchtkwaliteit in
Nieuw geluidsbeleid
Nederland van kracht geworden. De nieuwe
Op dit moment worden de verschillende geluids-
normen moeten met ingang van 2010 zijn gehaald.
bronnen in wet- en regelgeving apart beschouwd.
De luchtkwaliteit zal de komende jaren verbeteren,
Onder invloed van Europees beleid zal in de
maar naar verwachting wordt in 2020 de grens-
toekomst gekeken worden naar de gecumuleerde
waarde voor fijn stof (PM10) in een groot deel van
geluidsbelasting, waartoe de diverse bronnen bij
Rijnmond nog steeds overschreden. De grens-
elkaar moeten worden opgeteld. Een andere trend
waarde voor stikstofdioxide (NO 2) op diverse
in het geluidsbeleid is het streven naar gebieds-
plaatsen langs de ruit en in het centrum van
gericht beleid. De huidige milieunormen sluiten
Rotterdam.
Stikstofdioxide
Fijn stof
De voorkomende concentratie NO 2 in het Rijnmond-
De EU-richtlijn voor fijn stof wordt op dit moment
gebied is opgebouwd uit verschillende bijdragen.
geëvalueerd. De huidige norm wordt in een groot
Een belangrijke bijdrage is de achtergrondconcen-
deel van Nederland overschreden, maar er is wel
tratie. Deze concentratie is afkomstig van bronnen
een afname in de concentratie te zien. Deze afname
op grotere afstand in binnen- en buitenland. Bij deze
is echter onvoldoende om in 2005 aan de grens-
achtergrondconcentratie komen de bijdragen van
waarde te kunnen voldoen. In opdracht van de
industrie en verkeer (scheepvaart, weg, spoor).
ministeries van VROM, Verkeer & Waterstaat en
Voor de achtergrondconcentratie in het gebied wordt
Economische Zaken wordt onderzoek verricht naar
in de periode tot 2010 een afname voorzien door
de bron-effectketen van zwevende deeltjes, wat
maatregelen bij de industrie in het gebied zelf en
moet leiden tot een landelijke aanpak. Tot die tijd
in binnen- en buitenland.
wordt van gemeenten en provincies geen actieve
Voor het Rotterdams havengebied wordt voor de
aanpak verwacht.
periode 1988 tot 2010 een afname van circa 42% van de luchtvervuiling door industrie verwacht. In
In het Rijnmondgebied bevindt zich een groot aantal
de periode van 2010 tot 2020 wordt een stijging van
bronnen van fijn stof. Emissies van fijn stof worden
enkele procenten verwacht, omdat in die periode de
veroorzaakt door onder andere verbranding, bij
toename door industriële groei groter zal zijn dan
industriële processen, mechanische slijtage
de afname door nieuwe technologie. De bijdrage
(bijvoorbeeld van autobanden) en bij overslag van
van de industrie neemt af op grotere afstand van
droge bulk zoals granen, derivaten, ertsen en kolen.
de bron. Zo blijkt uit onderzoek in het kader van
De aanwezigheid van strand en de zogenaamde
PMR dat de bijdrage van de toekomstige industrie
saltspray (zoute nevel) van zee dragen ook bij aan
op Maasvlakte 2 aan de luchtkwaliteit in bijvoor-
de lokale concentratie.
beeld Hoek van Holland en Brielle gering is. Bij Om de emissie bij overslag van droge bulk tegen
Hoogvliet en Pernis, is de bijdrage van industrie aan
te gaan, zijn in het havengebied de afgelopen jaren
de lokale luchtkwaliteit groter.
verschillende maatregelen genomen, zoals afdekken van transportbanden, bevochtigen van ertsen- en
De afgelopen jaren zijn personenauto’s steeds
kolenopslag en een verbod op bepaalde werkzaam-
schoner geworden en door vervanging van het oude
heden bij hoge windsnelheden. Met behulp van
wagenpark zal dit tot 2010 leiden tot steeds minder
meetapparatuur worden de emissies bewaakt. In de meest recente onderzoeken wordt de bijdrage
technologie. Door de langere levensduur van vracht-
aan de emissie van de scheepvaart in het Rijn-
wagens leidt dit tot een geleidelijke verbetering op
mondgebied op 12% geschat. In deze scheepvaart-
de middellange termijn. Doordat de hoeveelheid
emissie wordt naast de emissie van de schepen zelf
vrachtverkeer echter toeneemt, zal het aandeel van
ook de emissie van overslagactiviteiten gerekend.
het vrachtverkeer aan de totale verkeersbijdrage
In internationaal verband worden maatregelen
aan de luchtverontreiniging toenemen tot ongeveer
afgesproken die op langere termijn tot beperking
80%. Vooral langs de ruit zal op verschillende
van de emissies zullen leiden.
plaatsen een overschrijding van de normen blijven plaatsvinden.
Aandachtspunten luchtkwaliteit in 2020 • In Hoogvliet en Pernis wordt op een brede strook
Voor schepen geldt dat er door de nog langere
woningbouw langs de infrastructuur de grens-
afschrijvingsperiode op termijn veel winst valt
waarde voor stikstofdioxide als gevolg van verkeer
te behalen door toepassen van schonere technologie. In Europees verband worden hiervoor maatregelen voorbereid.
en industrie overschreden. • Langs de A16 en bij Ridderkerk wordt op veel plaatsen de grenswaarde voor stikstofdioxide overschreden, vooral door de hoge verkeersdruk.
Op regionaal niveau wordt in het kader van ROM-
• In het centrum van Rotterdam en in Rotterdam-
Rijnmond gewerkt aan een Masterplan Lucht-
Noord wordt op veel plaatsen de grenswaarde van
kwaliteit, gericht op een integrale aanpak van de
stikstofdioxide overschreden, vooral door de
luchtverontreiniging.
verkeersdruk en uitstoot door stedelijke activiteiten.
DE SCH ONE HAVEN
pas later begonnen met het invoeren van schonere
DEEL 2
uitstoot van stikstofdioxide. Bij vrachtwagens is
83
HAVENPLAN 2020
gebieden die meteen naast de haven liggen, zoals
Externe veiligheid
wat de saneringsopgave is, indien de harde normen
om de burger te beschermen tegen de risico’s van
voor plaatsgebonden risico en groepsrisico worden
activiteiten met gevaarlijke stoffen. Bevolkings-
gehanteerd, en wat de belangrijkste veroorzakers
concentraties nabij risicobronnen kunnen leiden tot
van risico’s zijn. Chloor, LPG en ammoniak zijn
calamiteiten met veel slachtoffers. In de vergunning-
daarvoor gekozen als representatieve stoffen.
procedure voor bedrijven en bij het nemen van
Geconfronteerd met een ongewenste sanerings-
beslissingen over ruimtelijke ordening moeten
opgave wordt door VROM gezocht naar alternatieve
daarom de gevolgen voor de externe veiligheid
oplossingen, zoals kans- en effectreducerende
worden onderzocht.
maatregelen. In dit interdepartementaal project,
In deze beoordeling wordt twee basisbegrippen
de Ketenstudies, worden de gehele ketens
gehanteerd:
van productie, transport en gebruik van chloor,
• Het plaatsgebonden risico (PR - kans op overlijden
ammoniak en LPG onderzocht. Door clustering
op een bepaalde locatie als rechtstreeks gevolg van
van de chloorproductie in de Botlek is het probleem
een ongeval met gevaarlijke stoffen), waaraan een
van chloortransport opgelost. Voor LPG en ammo-
wettelijke grenswaarde van 10 -6 (jaarlijkse kans van
niak wordt onder andere gekeken naar alternatieve
één op de miljoen) wordt verbonden. Dit leidt tot een
stoffen, andere routes en veiliger transportmetho-
veiligheidszone rond risicovolle locaties en trans-
den, en een andere ruimtelijke invulling langs de
portassen, wat consequenties heeft voor het ruimte-
transportassen. Om tot werkbare oplossingen te
gebruik.
komen, zijn diverse partijen bij de Ketenstudies
• Het groepsrisico (GR - kans op overlijden van een
84
Het ministerie van VROM heeft laten onderzoeken
Het beleid voor ‘externe veiligheid’ is erop gericht
betrokken, waaronder de Rotterdamse haven.
HAVENPLAN 2020 DEEL 2
groep personen door een ongeval bij een risicovolle
De studies moeten leiden tot beleidsvoorstellen
activiteit), wat ontstaat als woningbouw en bedrijven
aan het kabinet. Het rijk heeft daarnaast financiele
of transport van gevaarlijke stoffen te dicht in
middelen aan provincies ter beschikking gesteld
elkaars nabijheid plaatsvinden. Voor het groeps-
voor verbetering van de uitvoering van het externe
risico geldt een oriënterende waarde, het bevoegde
veiligheidsbeleid. In het kader van het Uitvoerings-
gezag mag van deze waarde afwijken. Het risico
programma Externe Veiligheid van de provincie
moet dan worden afgewogen tegen maatschappe-
Zuid-Holland zal voor de regio Rijnmond een
lijke kosten en baten. Het bevoegd gezag moet de
programma worden opgesteld door DCMR en
afweging en de gemaakte keuze verantwoorden. De
de Regionale Hulpdiensten Rotterdam Rijnmond.
oriënterende waarde is dus geen absolute contour,
Andere partijen zoals het Havenbedrijf zullen hier
maar de signalering van een mogelijk knelpunt.
hun bijdrage aan leveren. Onderdelen van dit programma zijn visievorming, informatievoorziening
In het havengebied is een aantal risicobronnen
en handhaving.
DE SCH ONE HAVEN
aanwezig. Het gaat daarbij om bedrijven die werken met gevaarlijke stoffen en om transport van
Bedrijven
gevaarlijke stoffen via weg, spoor en water.
Externe veiligheid maakt verplicht onderdeel uit van
Gevaarlijke stoffen worden vaker per container
de vergunningprocedure voor bedrijven. Bedrijven
vervoerd. Het vervoer van en naar de haven neemt
zijn volgens de regelgeving verplicht om in 2020
tot 2020 sterk toe, met een groeiend aandeel via
te voldoen aan de norm voor het plaatsgebonden
pijpleiding en binnenvaart. Hierdoor kan enerzijds
risico. In het havengebied voldoen alle bedrijven
het risico van transport van gevaarlijke stoffen
al aan de norm voor het plaatsgebonden risico in
afnemen, dit zijn immers minder risicovolle ver-
2010. Voor het groepsrisico geldt in ieder geval de
voerswijzen. Maar door de absolute groei van het
plicht voor het bevoegd gezag om een overschrij-
transport zullen in te toekomst de knelpunten voor
ding van het groepsrisico te verantwoorden. In 2020
externe veiligheid toenemen als er geen maat-
worden geen onhoudbare situaties aangaande risico
regelen worden genomen. Maatregelen aan
van bedrijfsvestigingen verwacht.
transportmiddelen zoals dubbelwandige tankers kunnen alleen in internationaal verband worden
Wegtransport
afgedwongen. Ook hier geldt dat externe veiligheid
Veel gevaarlijke stoffen worden over de weg ver-
randvoorwaarden stelt aan plekken waar men de
voerd. Voor een strook van circa 50-170 meter
ruimte intensiever wil benutten, zoals infrastructuur-
vanuit het hart van de weg leidt dat tot belemmerin-
knooppunten en stationslocaties.
gen van de ruimtelijke ordening. Op verschillende
plaatsen langs de A15, A20 en A16 worden de
Pijpleidingen
normen voor plaatsgebonden risico overschreden:
Het transport van gevaarlijke stoffen per pijpleiding
Rozenburg, Hoogvliet, Barendrecht, Feyenoord,
vindt veelal plaats in speciaal daarvoor aangelegde
Kralingse Zoom, Kralingen en Alexander. Op
leidingenstroken en -straten. Door de zonerings-
plaatsen waar intensieve stedelijke functies in
regels die rond veel pijpleidingen (gasleidingen en
de buurt van de snelweg liggen, kan overschrijding
brandstofleidingen) gelden, is er vrijwel geen sprake
van het groepsrisico plaatsvinden (Kralingse Zoom,
van knelpunten. Een mogelijk knelpunt bestaat voor
Alexander, Ceintuurbaan). Bij nieuwe programma’s
het plaatsgebonden risico en het groepsrisico rond
langs de infrastructuur dreigen deze risico’s toe te
de transportleiding voor chloor ter hoogte van
nemen.
Hoogvliet.
Spoortransport
Aandachtspunten voor externe veiligheid
Het plaatsgebonden risico bij het vervoer van
in 2020
gevaarlijke stoffen per spoor is zeer beperkt.
Vooral bij stedelijke knooppunten waar uitbreiding
Bepalend voor de contour is het transport van
van stedelijke activiteiten op het programma staat
brandbare vloeistoffen. De bepalende risico-contour
(Alexander, Kralingse zoom, Parkstad, Lombardijen,
(10 -6) reikt tot maximaal 30 meter van het hart van
Rotterdam-Centraal), dreigt de streefwaarde voor
de spoordijk (havenspoorlijn, traject Rotterdam-
het groepsrisico voor de externe veiligheid te
Gouda en traject Rotterdam-Dordrecht). Deze
worden overschreden. Bij verdere bebouwing op
contouren leveren in het algemeen geen directe
de oever van de Maas en in havengebieden die
belemmeringen op voor de ruimtelijke ordening.
getransformeerd worden (Hoek van Holland,
Voor het groepsrisico is er wel sprake van knel-
Vlaardingen, Stadshavens) kunnen knelpunten op
punten. Deze treden op bij Rotterdam-Alexander,
het gebied van externe veiligheid ontstaan, doordat
Rotterdam-Zuid, Barendrecht, Capelle a/d IJssel,
sprake kan zijn van een verhoogd groepsrisico.
Zwijndrecht, Rotterdam-Centraal en DordrechtCentrum. Voor Rotterdam-Centraal blijkt het
Stank en grof stof Voor stank zijn geen duidelijke normen, maar is er
overschreden, maar bij het toevoegen van nieuwe,
wel sprake van veel klachten. Stank is een hinder-
intensieve functies in de buurt van het spoor kunnen
type dat moeilijk in kaart te brengen is, omdat het
overschrijdingen optreden.
veelal incidenteel voorkomt. Rapportage over stank vindt vooral plaats in de vorm van klachtenvan stankklachten zich vooral rond Hoek van
Waterweg, Nieuwe Maas, Oude Maas en de Noord
Holland en Vlaardingen voordoen. De reden
reikt de 10 -6 contour voor het plaatsgebonden risico
daarvoor is de aanwezigheid van chemische
tot aan de oever. Er is in die zin geen sprake van
industrie aan de overkant, in combinatie met een
ruimtelijke belemmeringen. Bij de ontwikkeling van
dominante windrichting vanuit het zuidwesten.
gevoelige functies langs de waterwegen kan het
Evenals stank is ook stof een hindertype dat
groepsrisico echter een probleem gaan vormen.
incidenteel voorkomt en moeilijk in kaart is te
Rivierfrontontwikkelingen zullen dan ook altijd aan
brengen. De grootste concentratie van hinder
het (toekomstig) groepsrisico moeten worden
bevindt zich bij Hoek van Holland.
getoetst. De provincie Zuid-Holland heeft langs de Nieuwe Maas en Nieuwe Waterweg een zone
Aandachtspunten stank en grof stof in 2020
voorgesteld waar bebouwing op de oever slechts
Met name bij Hoek van Holland en Vlaardingen
in beperkte mate is toegestaan. De veiligheidszone
blijven stank en stof een aandachtspunt.
is 40 meter op plaatsen waar zeeschepen aanwezig zijn (met of zonder binnenvaart) en 25 meter op plaatsen met alleen binnenvaartschepen. De zone is gebaseerd op een calamiteit die kan optreden bij het meest riskante transport op deze vaarweg: het vervoer van brandbare vloeistoffen. De zone moet tevens de bereikbaarheid van de oever garanderen in het geval van een calamiteit.
DE SCH ONE HAVEN
registratie. Hieruit blijkt dat de grote concentraties
Op geen van de belangrijke waterwegen Nieuwe
DEEL 2
Watertransport
HAVENPLAN 2020
groepsrisico in de huidige situatie niet te worden
85
ANALYSE H I N DE R N U E N I N 2020
normen, maar kan de hinder ook door bronmaatregelen worden verminderd. Het daadwerkelijk
In de voorgaande paragraaf is voor de verschillende
realiseren van deze verbeteringen bij de bron vergt
milieuthema’s aangegeven welke aandachtspunten
de komende jaren veel aandacht, bijvoorbeeld
of knelpunten te verwachten zijn in 2020. Er is
via lopende ROM-Rijnmondprojecten, zoals het
daarbij verschil tussen knelpunten waarbij harde
Kenniscentrum Geluid en het Masterplan Lucht-
milieunormen worden overschreden, waarbij
kwaliteit.
gemaakte afspraken niet kunnen worden nagekomen of waarbij het aantal klachten zal toenemen.
Onder andere op de rechter Maasoever bestaan
Voor de aandachtspunten in 2020 is het niet zeker
plannen voor het toevoegen van nieuwe woning-
of ze daadwerkelijk knelpunten zullen zijn, omdat
bouwlocaties binnen de invloedssfeer van de haven.
de maatregelen in dit streefbeeld erop zijn gericht
Deze woningen worden blootgesteld aan hoge
om knelpunten op te heffen en te voorkomen.
geluidsbelastingen. Vanuit de haven gezien heeft
Bijgaande kaart geeft een overzicht van de knel-
het de voorkeur om bij nieuwe woonlocaties
punten die met betrekking tot hinder nu al optreden
voldoende afstand te houden, zodat er geen nieuwe
of die dreigen op te treden en waarvoor in dit
knelpunten optreden. Vanuit de regio zijn er echter
Havenplan aandacht nodig is. In 2020 dreigt het
goede redenen om op deze locaties toch woningen
aantal knelpunten toe te nemen. Dit is enerzijds
te ontwikkelen, onder andere vanwege de goede
het gevolg van de havenontwikkeling (intensivering)
ontsluiting door de Hoekse lijn en het fraaie uitzicht
en bijbehorende vervoersstromen en anderzijds
op de haven.
het gevolg van de nieuwe woningbouwlocaties, met
86
HAVENPLAN 2020
name op de rechter Maasoever (Hoek van Holland,
In het kader van het Havenplan is onderzocht of er
Vlaardingen, Schiedam) en in de Waalhaven, en
kansen zijn voor een betere ruimtelijke afstemming,
van ruimtelijke ontwikkelingen bij knooppunten
waardoor op de ene plaats meer milieuruimte
(Kralingse Zoom, Alexander). Hieronder volgt een
ontstaat voor de industrie en op de andere plaats
andere analyse van de plaatsen waar dit spannings-
meer ruimte voor de omgeving om woningbouw
veld zich voordoet.
te plegen. Daarbij is, op basis van de voorspelde ruimtebehoefte van de verschillende sectoren,
Industrie en leefomgeving
gekeken of het mogelijk is om de bestaande MTG-
DEEL 2 DE SCH ONE HAVEN
Een groep knelpunten wordt veroorzaakt door
contour op plaatsen te verleggen. Uit deze exercitie
directe hinder van de industrie voor woonlocaties
blijkt dat de mogelijkheden hiervoor erg beperkt
in de omgeving. Dit speelt met name op de rechter
zijn en geen beoogde ‘win-win’ situatie opleveren.
Maasoever, bij de woonkernen in het havengebied
Daarom is er geen reden om de bestaande
en in de Stadshavens. Het gaat daarbij vooral om
afspraken over MTG’s ter discussie te stellen.
industrielawaai, stof en stank. Over industrielawaai
Alleen voor het Waalhavengebied blijken er kansen,
zijn afspraken gemaakt (MTG’s), die door de
op het moment dat de containers verhuizen naar
industrie niet zullen worden overschreden. Door
westelijker gelegen gebieden. Bestuurlijk is reeds
de bouw van nieuwe woningen in de invloedssfeer
afgesproken om na 2010 een nieuwe contour voor
van de haven en intensivering van de industrie in
het gebied vast te stellen die de huidige T + contour
het havengebied, dreigen hier knelpunten op te
moet vervangen. Voor Maasvlakte 2 moet nog een
treden. Er zijn voor industrielawaai afspraken over
MTG bestuurlijk worden vastgesteld.
maximaal toelaatbare waarden (MTG’s) die duidelijkheid bieden aan bedrijven en omwonenden.
Transport en leefomgeving
De komende jaren zal door intensivering van de
Een andere groep knelpunten wordt veroorzaakt
industrie in de haven de geluidsbelasting op een
door de hinder die samenhangt met de vervoers-
aantal plaatsen – binnen de afspraken – nog
stromen van en naar de haven via binnenvaart,
toenemen. Om binnen de afspraken te blijven, geldt
wegtransport, spoorwegen en pijpleidingen. Dit
voor zo’n 700 hectare industrieterrein een geluids-
speelt vooral langs de A15-bundel maar ook op
beperking, waardoor het terrein economisch niet
de ruit en bij stedelijke knooppunten in het centrum
optimaal kan worden benut. Op de lange termijn
van Rotterdam. Hier spelen vooral knelpunten op
(2025) is de afspraak dat door betere technieken de
het gebied van externe veiligheid, luchtkwaliteit en
geluidsbelasting overal zal afnemen tot een kleinere
verkeerslawaai. Knelpunten dreigen te ontstaan
eindcontour. Voor stof en stank gelden geen strikte
door toename van de vervoersstromen, strengere
Ext. veiligheid.-PR+GR Luchtkwaliteit
Ext. veiligheid.-PR+GR Luchtkwaliteit R G Ext. veiligh.-
R G Ext. veiligh.-
Ext. veiligheid.- GR
Ext. veiligheid.- GR Luchtkwaliteit Geluid Ext. veiligheid.- PR
Geluid
Geluid
Ext. veiligheid.- GR Luchtkwaliteit
Stank/Geluid Ext. veiligheid.- PR
Geluid
Geluid Stank Ext. veiligheid.- GR Geluid Ext. veiligheideid.- PR + GR
Geluid Ext. veiligheid.- PR
Geluid
Geluid
Geluid Grof stof Stank
AANDACHTSPUNTEN MILIEU
LEGENDA Soorten aandachtsgebieden
Overige
Milieuhinder vanuit industrie
87
Huidige knelpunten milieuhinder
Woningbouwlocaties gepland
Geluid
Toekomstige aandachtsgebieden milieuhinder
Studielocaties woningbouw (verkenningen RR 2020)
PR /PR
Persoonsgebonden risico
Studielocaties woningbouw zeer lage dichtheid (verkenningen RR 2020)
GR / GR
Groepsrisico Aandachtgebieden bestaande kernen Aandachtsgebieden langs infrastructuur Spoorlijn met gevaarlijke transporten Knooppunten: dichte stedelijke ontwikkelingen
milieunormen en meer woningbouw langs de ruit
WATE R
en bij stedelijke knooppunten. Nieuw beleid Industrie én transport
Waterkwaliteit en kwantiteit hangen nauw samen.
Op een aantal plaatsen in het havengebied is er
De manier waarop in een gebied water wordt
sprake van cumulatie van verschillende vormen
geborgen na overstromingen of zware regenval,
van hinder van zowel industrie als transport
kan invloed hebben op de waterkwaliteit. In de
(externe veiligheid, luchtkwaliteit, verkeerslawaai,
Rotterdamse haven is altijd al aandacht geweest
industrielawaai). Dit is onder andere het geval in
voor het waterbeleid. Immers, schoon water is een
Rozenburg, Pernis en Hoogvliet.
voorwaarde voor schone baggerspecie. Daarnaast
DE SCH ONE HAVEN
Sudielocaties mix van haven en stedelijke functies
DEEL 2
Geluid
HAVENPLAN 2020
Maximaal toelaatbare grenswaarde industriegeluid (MTG - contour)
Milieuhinder vanuit transport
is schoon water van belang voor een aantrekkelijke
bijna de helft gedaald dankzij preventieve maat-
woon- en werkomgeving, voor het veiligstellen van
regelen en strengere controles. Dankzij de ver-
zoetwaterinname van bedrijven en voor natuur-
beterde techniek van ruimingsmiddelen (ruimings-
ontwikkeling.
vaartuigen en oliekerende schermen) worden de morsingen in de haven snel ingedamd en
Er zijn op nationaal en internationaal niveau
opgeruimd. Ook zijn grote delen van het haven-
verschillende ontwikkelingen gaande op het gebied
gebied gerioleerd.
van water, milieu en ruimte, die ook voor het Rotterdamse haven- en industriecomplex gevolgen
Nu zijn het vooral de vele ‘diffuse’ bronnen die
hebben. Op 22 december 2000 werd de Europese
invloed hebben op de waterkwaliteit, zoals morsin-
Kaderrichtlijn Water (EKW) gepubliceerd. Deze
gen, afspoeling van schadelijke stoffen vanaf
richtlijn verplicht Nederland tot het realiseren van
het land, atmosferische depositie en toenemende
een goede waterkwaliteit in 2015. Er kunnen
verzilting. Het gaat om stoffen als koper, lood, zink,
scherpere normen worden verwacht voor bekende
PAK’s, minerale olie en bestrijdingsmiddelen. Om
stoffen en nieuwe normen voor verdachte en
deze problematiek aan te pakken heeft de gemeente
‘vergeten’ stoffen of voor het tegengaan van
Rotterdam in samenwerking met andere water-
schadelijke effecten van cocktails van stoffen in
kwaliteitsbeheerders in haar gebied de Werkgroep
het water. Deze normen zullen doorwerken in het
Diffuse Bronnen opgestart.
emissie- en vergunningenbeleid voor bedrijven. Bij het intensieve scheepvaartverkeer, hecht
88
HAVENPLAN 2020 DEEL 2 DE SCH ONE HAVEN
Op nationaal niveau hebben daarnaast nieuwe
Rotterdam aan zijn reputatie van schone en veilige
beleidsnota’s als ‘Anders omgaan met water’
haven en wil die verder verstevigen. Daarvoor zijn
en ‘Waterbeleid 21e eeuw’ geresulteerd in een
nog verdere verbeteringen mogelijk. Met name
Nationaal Bestuursakkoord Water (juli 2003).
de te geringe bereidheid om scheepsafval bij de
Daarin hebben het rijk, provincies, waterschappen
havenontvangstinstallaties af te geven, het ontsmet-
en gemeenten met elkaar afgesproken hoe zij het
ten van scheepslading met gassen, de uitstoot van
watersysteem op orde willen krijgen. Doelstellingen
stikstofoxide en zwaveloxide en het verspreiden van
zijn meer ruimte voor water, meer natuurlijk water
organismen via het ballastwater zijn om die reden
en het verbeteren van de waterkwaliteit conform
belangrijke punten van aandacht voor het Haven-
de kwaliteitseisen van de EKW. Belangrijke instru-
bedrijf. Het Havenbedrijf richt zich in zijn vestigings-
menten daarvoor zijn deelstroomgebiedsvisies, die
beleid op het zo duurzaam mogelijk inrichten van
door waterbeheerders worden opgesteld, stedelijke
het gebied, met vermindering van de kans op
waterplannen en toepassing van de watertoets in
afspoeling en vervuilende stoffen. In het kader van
ruimtelijke plannen. Bij nieuwe ruimtelijke plannen
het zogenoemde ketenbeheer wordt gekeken naar
in het havengebied zal dan ook sprake zijn van een
duurzaam omgaan met grondstoffen, zoals gebruik
waterparagraaf.
van restwarmte van koelwater (zie Duurzame Haven).
Voor het kustwater en de buitendijkse gebieden in de benedenrivieren zal het rijk nog beleid ontwikke-
De zoutindringing via de monding van de Nieuwe
len. Het Rotterdams havengebied ligt grotendeels
Waterweg en de Hollandse IJssel zorgt voor een
buitendijks. Dat wil zeggen dat er geen primaire
verslechtering van de waterkwaliteit. In tijden van
waterkeringen liggen, die bescherming bieden tegen
droogte is er onvoldoende zoet water ten behoeve
overstromingen.
van de landbouw en de watervoorraden voor de consument. Door het getrapte verloop van de
Waterkwaliteit
bodem in de Nieuwe Waterweg en de Nieuwe Maas
De waterkwaliteit wordt gedomineerd door de
wordt weerstand geboden aan de zouttong die
kwaliteit van het Rijnwater. In de aanpak van
zich over de bodem verplaatst richting binnenland,
lozingen op oppervlaktewater is de laatste decennia
vooral ten tijde van droogte wanneer het zoete
veel bereikt met het vergunningenbeleid bij
water minder tegendruk kan geven. De diepte ter
bedrijven in de haven en trajecten als het Project
hoogte van de Waalhaven en het splitsingspunt
Onderzoek Rijn, waarbij in internationaal verband
Westgeul is tijdelijk vergroot om toegang te verlenen
de lozingen op de Rijn worden aangepakt. Het
aan de grote zeeschepen, waardoor er meer
aantal morsingen door schepen is sinds 1998 met
zoutindringing plaatsvindt.
BODEMLIGGING 2000/2001
BODEMLIGGING IN METERS TEN OPZICHTE VAN N.A.P ,
gegevens ontleend aan: Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN)
Hoger dan 5,75 m
4,25 - 5,00 m
2,75 - 3,50 m
5,00 - 5,75 m
3,50 - 4,25 m
2,00 - 2,75 m
lager dan 2,00 m
Bron: Ministerie van Verkeer en Waterstaa t, Directoraal-Generaal Rijkswaterstaa t en Directie Zuid-Holland
De gebieden achter de stormvloedkering zijn beschermd tegen stormvloeden, maar kunnen
beschermd door de Europoortkering. De Europoort-
overstromen bij combinaties van hoge zeewater-
kering bestaat uit de Maeslantkering in de Nieuwe
standen en hoge rivierafvoeren. Met name het
Waterweg en de Hartelkering, verbonden door de
havengebied van Pernis en de Botlek liggen laag
dijk die over de landtong Rozenburg loopt en langs
en kunnen in de toekomst overstromen (inunderen).
de A15.
Door de lage ligging en de toenemende verharding
Onder invloed van veranderingen in het klimaat
stroken last van te veel water (plasvorming).
neemt het gemiddelde zeeniveau (NAP) de komende
Het westelijk deel van het havengebied (Maasvlakte,
100 jaar met ongeveer 0,60 meter toe. Naast de
Europoort) wordt niet beschermd door de water-
zeespiegelstijging wordt gerekend op een toename
keringen en is veilig tegen overstromingen door
van de afvoer van de grote rivieren, waarvan een
de hoogteligging van het terrein en keerwanden,
deel via de Nieuwe Maas en de Nieuwe Waterweg
waarbij rekening is gehouden met de zeespiegel-
in de Noordzee uitkomt. De hoge waterstanden op
stijging. Dit gebied ligt op zodanige hoogte
zee in combinatie met hoge rivierafvoeren zullen
(5,50 NAP) dat er sprake is van een geaccepteerd
volgens Rijkswaterstaat er toe kunnen leiden dat
overstromingsrisico van 1 op de 10.000 jaar.
de stormvloedkeringen vaker gesloten moeten gaan worden. Dat is nu eens per zeven jaar, in 2050
Aandachtspunten water in 2020
kan dat oplopen tot één à twee keer per jaar.
• Aanpak diffuse bronnen in het havengebied.
Dit betekent hinder voor het scheepvaartverkeer.
• Overstromingsrisico en wateroverlast binnendijkse
Ook is het in de strijd tegen verhoogde rivierafvoer
gebieden, met name Pernis/Botlek en Stadshavens.
en overstromingen van belang dat het bergend
In relatie hiermee het waterbergend vermogen van
vermogen van de rivieren behouden blijft of wordt
de Nieuwe Waterweg en de havenbekkens.
vergroot. Dempingen zullen dus in dit verband moeten worden beoordeeld.
• Consequenties van verhoging van de sluitingsfrequentie van de waterkering voor het scheepvaartverkeer.
DE SCH ONE HAVEN
hebben deze gebieden met name rond de leidingen-
DEEL 2
Het oostelijk havengebied en het achterland zijn
HAVENPLAN 2020
Overstromingsrisico
89
Bodem
meegenomen in de implementatie van de Europese
De bodem in het havengebied is op veel plaatsen
Kaderrichtlijn Water en het daaruit voortkomend
verontreinigd door bedrijfsactiviteiten en ophogingen
stroomgebiedbeheersplan voor de Rijn.
met baggerspecie in het verleden. De doelstelling is om in 2005 de verontreinigingen volledig in beeld te
Op een aantal plekken in de Rotterdamse haven
hebben en in 2023 de verontreinigingen te beheer-
is sprake van oude stortputten onder water. Bij
sen. Dat wil zeggen dat er dan geen actuele risico’s
herontwikkeling moet rekening worden gehouden
aanwezig zijn als gevolg van de verontreinigingen
met deze putten.
en dat geen verdere verspreiding optreedt. Deze doelen zijn gesteld in het Nationaal Milieubeleids-
Pas rond 2025 zal de maximale vulling van de
plan 4 en het Rotterdams Milieu Perspectief.
baggerspecieberging de Slufter zijn bereikt,
Het Havenbedrijf Rotterdam heeft in zijn bodem-
afhankelijk van het schoner worden van bagger-
beleidsnota ‘De bodem onder onze bedrijvigheid’
specie waardoor op zee meer bagger gestort
(2001) de aanpak van de bodemverontreiniging in
kan worden. Een mogelijkheid tot het bergen of
het havengebied beschreven. Door slim te saneren
verwerken van beperkte stromen verontreinigde
worden de kosten beperkt. Toch gaan er grote
baggerspecie zal blijven bestaan. Het toekomst-
bedragen in om. Bij transformatie van oude havens
beeld voor het Slufterterrein is een gebied met een
naar woningbouw zijn de eisen aan de bodem-
positieve uitstraling. Positief in de zin van beperkte
kwaliteit strenger en zal een uitgebreide sanering
en verantwoorde baggerspecieberging en -verwer-
noodzakelijk zijn.
king, maar ook met natuur, mogelijkheden voor recreatie en met ruimte voor passende vormen van
90
HAVENPLAN 2020
Aandachtspunt bodemkwaliteit in 2020
duurzame energie-opwekking (zon, wind, biomassa)
Bij geleidelijke transformatie van oude havens tot
en baggergerelateerde milieutechnologie. De Slufter
woongebied zoals in Stadshavens zal een forse
zal, zeker in het licht van de aanleg van Maasvlakte
(kostbare) sanering van de bodem moeten plaats-
2, haar open karakter moeten behouden. Het is een
vinden. Door verder bronbeleid worden geen nieuwe
gebied met optimale kansen als het gaat om duur-
saneringssituaties voor de toekomst verwacht.
zaam ruimtegebruik in combinatie met het verantwoord omgaan met afvalstoffen.
Waterbodemkwaliteit
DEEL 2
Voor een duurzame ontwikkeling van de Rotter-
Aandachtspunt waterbodemkwaliteit in 2020
damse haven is het streven dat alle baggerspecie
Bij herontwikkeling van Stadshavens kan het nood-
in 2020 zo schoon is dat het naar zee kan worden
zakelijk zijn dat de waterbodem (voormalige stort-
afgevoerd of kan worden hergebruikt. Deze
plaatsen) moet worden gesaneerd, in geval van
doelstelling wordt bereikt door reductie van de
dempingen.
DE SCH ONE HAVEN
baggerspecieverontreiniging bij de bron. Rotterdam heeft hiervoor het projecten POR (Project Onder-
SA M E NVAT TI N G STRE E FBE E LD DE SC HON E HAVE N
zoek schone Rijn) opgezet om met de betrokken (internationale) partijen langs de Rijn tot reductie
Zoals in deel 1 gemeld, ziet de schone haven van
van vervuilende lozingen te komen. Het POR is daar
2020 er samengevat als volgt uit:
zeer succesvol in gebleken, wat ertoe heeft geleid dat de baggerspecieberging in de Slufter aanzienlijk
De schone haven:
langer kan worden gebruikt dan aanvankelijk
• Combineert meer havenactiviteiten met een afname
gedacht. Belangrijk hierbij is ook de voorbeeld-
van de hinder van stof en geluid, een verbetering
functie van Rotterdam, waarbij de verontreiniging
van de waterkwaliteit en een vermindering van de
uit de eigen haven de aandacht krijgt.
risico’s rond gevaarlijke stoffen. • Stimuleert betere milieuprestaties van het bedrijfs-
Essentieel voor het bereiken van de doelstelling is harmonisatie van het Rijn- en Noordzeebeleid. Kwaliteitscriteria voor sediment in het Rijnstroom-
leven door een gericht vestigingsbeleid, vergunningverlening en ondersteuning van bronbeleid. • Veroorzaakt minder geluidhinder van spoor en weg
gebied moeten synchroon lopen met die van het
dankzij maatregelen als geluidsschermen en stille
ontvangend kustsysteem. Sedimentmanagement
wegdekken.
in stroomgebieden moet daarvoor beter op de Europese agenda worden geplaatst en worden
• Is minder belastend voor de luchtkwaliteit in de
transport scheepvaart, Masterplan Luchtkwaliteit,
omgeving, dankzij maatregelen als het voorkomen
Project Onderzoek Rijn II). Om wateroverlast
van onnodig wegtransport en het stimuleren van
(plasvorming) in het havengebied (met name Botlek/
schone vormen van vervoer.
Pernis) te voorkomen wordt naar een natuurlijke
• Heeft creatieve oplossingen gevonden voor het
oplossing gezocht.
samengaan van industrie, vervoer, wonen en recreëren op en rond de rechter Maasoever, de
Bronmaatregelen zijn nodig om te kunnen voldoen
Stadshavens en de A15-bundel en hanteert hierbij
aan de gemaakte afspraken en intensivering van
een ‘gebiedsgericht milieubeleid’: onder handhaving
het ruimtegebruik mogelijk te maken. Dit geldt voor
van bestaande afspraken over maximaal toelaatbare
de hele haven. Daarbij worden de bestaande MTG-
grenswaarden, per locatie mogelijkheden benutten
contouren voor geluid gehandhaafd.
voor groei van stad én havenactiviteiten.
De havenactiviteiten zullen worden geïntensiveerd.
• Hanteert een milieuregelgeving en handhaving
Op de circa 700 hectare waar vanuit geluid beper-
gebaseerd op Europese afspraken die gelijke
kingen liggen, zal een gericht vestigingsbeleid nodig
uitgangsposities voor alle Europese havens bieden.
zijn om deze terreinen toch optimaal te kunnen
• Heeft schoner water door verdere aanpak van
benutten. In sommige gevallen is maatwerk gewenst
diffuse bronnen en aandacht voor water in ruimtelijk
om goed af te stemmen met de omgeving. Hierna
beleid.
wordt dat voor een aantal aandachtsgebieden
• Biedt ook in de toekomst voldoende bescherming
verder uitgewerkt.
tegen wateroverlast. Rechter Maasoever RU IMTE LI J K STRE E FBE E LD SC HON E HAVE N
In verband met risico’s van externe veiligheid als gevolg van vervoer van gevaarlijke stoffen (vooral oever een veiligheidszone van 40 meter voorgesteld
bij de bron en een goede ruimtelijke afstemming
waarbinnen niet gebouwd mag worden. Met name
te bereiken tussen haven en omgeving. Hierdoor
bij Vlaardingen en Hoek van Holland is een deel
moet de dubbele doelstelling worden gerealiseerd:
van de woningbouwlocaties gepland binnen de
economische groei van de haven gecombineerd
afgesproken geluidscontouren. Deze locaties zullen
met een betere leefomgeving. Op het gebied van
dus te maken krijgen met hoge belastingen door
veiligheid en gezondheid gelden harde milieu-
industrielawaai. Er kan dan ook niet zomaar
normen, waaraan overal moet worden voldaan
worden gebouwd. Een goede ruimtelijke zonering
(‘basiskwaliteit’). Van belang in dat geval is dat er
(bijvoorbeeld afscherming met niet-gevoelige
een helder ruimtelijk beleid wordt gevoerd, waarbij
functies), keuze van een geschikt woonmilieu
duidelijk is waar welke functie voorrang krijgt
en een woningtype dat past bij een hoge geluids-
(bedrijven, wonen). Soms is er meer sprake van
belasting (bijvoorbeeld gemengd wonen/werken,
hinder, waarbij geen harde normen gelden, maar wel
woningen met extra isolatie en een rustige binnen-
afspraken kunnen worden gemaakt over de hoogte
ruimte) en mogelijk compensatie met andere
van de belasting op een bepaalde plek. De strategie
kwaliteiten (bijvoorbeeld uitzicht of voorzieningen)
om deze doelen te bereiken en wonen en bedrijvig-
zijn nodig om een acceptabele woonkwaliteit te
heid samen te laten gaan, verschilt van gebied tot
bereiken. Ook moeten de bewoners goed worden
gebied. De bijgevoegde kaart is dan ook meer een
geïnformeerd over de te verwachten hoge geluid-
strategische kaart dan een concrete ruimtelijke
belasting. Bij bouwen binnen de geluidscontour
invulling.
moet ook worden gekeken naar de milieuruimte van bedrijven. Bouwen vindt plaats zonder effecten
Havengebieden
op de bestaande milieuvergunning van bedrijven
Belangrijke winst kan worden geboekt door het
in de haven. Ook moeten toekomstige uitbreidings-
toepassen van schonere en veiliger technologie.
mogelijkheden van bedrijven niet in gevaar komen.
Bij vestigingsbeleid, vergunningverlening en
Daarom moet zorgvuldig met dit aspect worden
vervangingsinvesteringen moet steeds worden
omgegaan en moet duidelijkheid worden geboden
uitgegaan van de nieuwste technische mogelijkhe-
aan de bedrijven. Wanneer voor een goed woon-
den. Er lopen diverse projecten om hinder bij de
milieu extra investeringen nodig zijn in bronmaat-
bron aan te pakken (Kenniscentrum Geluid, Risico’s
regelen in de haven, moet financiering hiervan in
91
DE SCH ONE HAVEN
knelpunten te voorkomen door hinder aan te pakken
DEEL 2
ammoniak) over water, is voor de rechter Maas-
HAVENPLAN 2020
De inzet van het streefbeeld schone haven is om
de grondexploitatie worden gezocht. Om te komen
Om attractieve Stadshavens te ontwikkelen, waar op
tot een goede afweging van belangen moet dus
termijn ook kan worden gewoond en gerecreëerd,
maatwerk per locatie worden geleverd. Om te
is het zaak de algehele waterkwaliteit te verbeteren.
kunnen bouwen binnen de geluidscontour is een
Als op termijn de deepsea-activiteiten uit de Waal-
ontheffing nodig op basis van de zeehavennorm van
haven weg zijn, is het niet noodzakelijk om de
de wet geluidshinder. In gevallen waarbij dat niet
huidige diepgang te handhaven. Het natuurlijk laten
gaat, kan gebruik worden gemaakt van de in
verontdiepen van de Waalhaven zorgt voor het
ontwikkeling zijnde interimwet Stad & Milieu, die
tegengaan van het verziltingsproces bovenstrooms.
naar verwachting in 2004 voor heel Nederland van
Bij de ontwikkeling van Stadshavens en eventuele
kracht wordt. In beide gevallen moet per locatie een
demping van een deel van de Waalhaven moet
stappenplan worden doorlopen, waarbij zowel bij
rekening worden gehouden met de vervuilde
de bron als bij de ontvanger wordt gezocht naar
baggerspecie in oude stortputten.
maatregelen om de overlast te beperken en zo te
92
HAVENPLAN 2020
komen tot een aanvaardbare situatie. Dit is een
Noordrand van Voorne
zware procedure, waarvoor het nodige onderzoek
De noordrand van Voorne is een groen en rustig
en overleg zal moeten plaatsvinden.
gebied. De overlast van haven en A15-bundel is
In het Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020 zal een
daardoor relatief hinderlijker dan in drukke stads-
definitieve keuze worden gemaakt voor woning-
wijken. Ook hier gelden afspraken over MTG’s die
bouwlocaties op de rechter Maasoever. Vanuit de
uitgangspunt zijn bij de verdere ontwikkeling van
haven gezien moeten deze locaties bij voorkeur
haven en omgeving. Daarnaast wordt in overleg
buiten de geluidscontour worden geprojecteerd.
met Westvoorne gewerkt aan een convenant om
Voor een aantal locaties (Hoek van Holland,
de aanwezige hinder waar mogelijk te beperken.
Vlaardingen) wordt gestreefd naar maatwerk,
Vanuit de haven gezien is het ongewenst om nieuwe
waardoor woningbouw binnen de geluidscontour
woningbouwlocaties binnen de MTG te realiseren.
mogelijk wordt gemaakt, maar wel gebonden aan
Waar op de rechter Maasoever goede redenen zijn
voldoende zekerheden voor zowel de toekomstige
om toch woningen te willen realiseren (rivieroever-
bewoners als voor bedrijven in het havengebied.
locatie, ontsluiting door Hoekse lijn, centrumligging), lijken dergelijke redenen hier niet aanwezig en
Stadshavens
wordt voorgesteld om in het Ruimtelijk plan regio
Door de geleidelijke transformatie van de Stads-
Rotterdam 2020 geen nieuwe woningbouwlocaties
havens naar een gemengd haven- en stedelijk
binnen de geluidscontour toe te voegen.
DEEL 2
gebied, waarbij op sommige plaatsen geen 24-uurs bedrijfstijden meer zullen zijn toegestaan, zal de
Transportassen en stedelijke knopen
DE SCH ONE HAVEN
hinder in sommige wijken flink afnemen. Omdat niet
Het transport van en naar de haven over de A15-
alle bedrijvigheid in een keer verdwijnt, kan echter
zone (weg, spoor, pijpleiding) en over de Nieuwe
de belasting op gewenste nieuwbouwlocaties nog
Maas (binnenvaart) zal de komende jaren fors
relatief hoog zijn. Een langdurige periode van braak
toenemen. Ook het regionale verkeer neemt nog
liggen is economisch en maatschappelijk zeer
toe. Daardoor wordt het steeds drukker op de
ongewenst. Om de transformatie niet te laten
transportassen. Op stedelijke knooppunten langs
stagneren, is een slimme aanpak van deze proble-
spoor en weg worden intensieve ruimtelijke
matiek nodig. Hierbij kan mogelijk gebruik worden
programma’s met woon- en werkfuncties gepland.
gemaakt van de interimwet Stad & Milieu. De
Door deze ontwikkelingen dreigt niet alleen stag-
huidige afspraken over industrielawaai (MTG)
natie van de verkeersstromen, maar ook hinder
worden in 2010 herzien. Naar verwachting is er dan
voor de zones langs de transportassen en bij de
een nieuwe set afspraken nodig om de transformatie
stedelijke knopen. Met name op het gebied van
mogelijk te maken.
externe veiligheid, luchtkwaliteit en verkeers-
Voor nieuwe bedrijventerreinen (Maasvlakte 2) en
lawaai dreigen harde milieunormen te worden
herstructureringsgebieden (Stadshavens) is het van
overschreden. Er is een grote inspanning nodig
belang terreinen op voldoende hoogte aan te leggen
om deze knelpunten op te lossen.
en te behouden. Dempingen in Stadshavens zullen moeten worden beoordeeld op het waterbergend
Vooral maatregelen gericht op het bereiken van
vermogen.
modal shift kunnen de hinder beperken. Ook afscherming en verkeersmaatregelen gericht op een
betere benutting, zoals 80-km zones, rekeningrijden
De bestaande knelpunten moeten zo goed mogelijk
en doelgroepstroken hebben effect. Verder is veel
worden opgelost door bronbeleid binnen de huidige
winst te boeken door schonere en veiliger transport-
afspraken. Voor de vitaliteit van deze gebieden
middelen. Een aanpak van de gehele infrabundel
is het soms gewenst om nieuwe woningen toe
is gewenst (A15), waarbij bereikbaarheid en hinder
te voegen. Hierbij moet er voor worden gewaakt
integraal worden aangepakt en maatregelen ook
dat het knelpunt wordt vergroot. In goed overleg
hun weerslag kunnen hebben op de hele ruit.
zal hiervoor maatwerk moeten worden ontwikkeld.
Knelpunten op het gebied van externe veiligheid en luchtkwaliteit kunnen maar ten dele lokaal
Zie voor toelichting het ruimtelijk streefbeeld aan
worden opgelost. Voor externe veiligheid moet
de binnenkant van de hoofdstukpagina.
worden gekeken naar de gehele keten van productie tot gebruik van gevaarlijke stoffen, het onderwerp van de genoemde Ketenstudies. De uitkomsten van die studies kunnen van invloed zijn op productie en transport van gevaarlijke stoffen in de haven. Om transport van gevaarlijke stoffen te verminderen zijn het clusteren van import, opslag, verwerking en export op één plaats, op afstand van bewoond gebied, effectieve oplossingen. Rotterdam biedt, onder andere met de eerste en tweede Maasvlakte, goede mogelijkheden voor dergelijke clusters. In het vestigingsbeleid zal hier rekening mee kunnen worden gehouden. Voor luchtkwaliteit is verkeer de belangrijkste hinderbron, maar er zijn ook andere bronnen. De plek tot plek. Om te komen tot een efficiënte aanpak van het probleem wordt momenteel een Masterplan Luchtkwaliteit opgesteld, waarin maatregelen worden afgesproken om knelpunten op te lossen. maatregelen dit zijn, maar naar verwachting kunnen ze wel invloed hebben op industrie en transport in Omdat langs de ruit en bij de knopen ook op de lange termijn de milieudruk hoog zal zijn, moet hier bij de ruimtelijke ontwikkeling rekening mee worden gehouden. Door een goede zonering en afscherming met niet gevoelige functies kunnen knelpunten worden verkleind. Aandachtsgebieden cumulatie Een aantal bestaande woongebieden op de grens haven-stad (Rozenburg, Pernis, Heijplaat, Hoogvliet) vraagt extra aandacht vanwege de cumulatie van verschillende vormen van hinder. Hier speelt zowel hinder van industrie als hinder van transport en dreigen op het gebied van externe veiligheid en gezondheid normen te worden overschreden.
DE SCH ONE HAVEN
de haven.
DEEL 2
Het is op dit moment nog niet duidelijk welke
HAVENPLAN 2020
bijdrage van de verschillende bronnen verschilt van
93
94
HAVENPLAN 2020
DEEL 2
DE SCH ONE HAVEN
15 ONDER PROFESSOREN Bouwstenen voor het denken over de toekomst van het Rotterdamse havenen industrieel complex In de interviews met de professoren hebben we ons geconcentreerd op het kennisveld van de betreffende professor. Dat heeft geresulteerd in inzichten uit verschillende hoeken. Deze inzichten zijn ons inziens relevant voor de toekomst van het haven- en industriecomplex. Niet alle inzichten die in de interviews naar voren zijn gekomen worden in deze samenvatting behandeld. Gekozen is voor een selectie van inzichten die, naar onze mening, direct van belang zijn voor het denken over de toekomst van het haven- en industriecomplex en ook door de professoren zelf als ‘kernpunt’ beschouwd worden. De verschillende inzichten van de professoren zijn redelijk coherent, onderling strijdige opvattingen zijn zeldzaam. Uit de gesprekken is een vrij samenhangend beeld af te leiden over veranderingen van het Rotterdamse haven- en industriecomplex. Vrijwel alle experts geven aan dat het ‘voorspellen’ van de toekomst, zeker op lange termijn, onmogelijk is. Er zullen per definitie veranderingen optreden die nu nog niet te voorzien zijn. De professoren volgen over het algemeen de methode ‘don’t look ahead, look around’. Ontwikkelingen die zich nu al aftekenen en die de komende periode aan belang zullen winnen staan centraal. Deze aanpak sluit aan bij de observatie van meerdere professoren dat veel transitieprocessen eigenlijk behoorlijk langzaam gaan. Dany Jacobs merkt in dit verband op: ‘De afgelopen decennia zou er zo veel veranderd zijn, nou ik ben niet buiten adem’. Anderen geven aan dat de ‘incubatieperiode’ van relatief bewezen technologieën gemakkelijk twintig jaar kan zijn. De scepsis van de professoren over het voorspellen van de toekomst betekent niet dat denken over de toekomst zinloos wordt, maar dat dit denken een hogere ‘productiviteit’ kent naarmate het meer gebaseerd is op al zichtbare trends. Van deze trends mag verwacht worden dat ze op lange termijn dominanter worden.
Het enige thema waarover de meningen van de professoren sterk uiteenlopen, is de ontwikkeling van de transportvolumes. De volgende argumenten worden gegeven voor een blijvende groei van de goederenstromen: nationale handel en transport zal nog wel decennia aanhouden. • Door de verdergaande integratie ontstaat een mondiale markt voor producten. Hierdoor wordt in de productie dat ze maar op één plaats in de wereld gemaakt worden. Dat leidt tot veel transport. • Platformontwikkeling. Door toenemend gebruik van platforms worden productiefaciliteiten flexibeler. Dit betekent dat van tevoren niet vaststaat voor welke regio producten bestemd zijn. Hierdoor worden platforms op logistieke A-locaties, zoals zeehavens, gevestigd. Vanuit zeehavens worden verschillende markten, waaronder overzeese bediend. Als argumenten voor een afname van (de groei van) intercontinentale goederenstromen worden genoemd: • Er zal sprake zijn van een verlegging van de handelsstromen van onder andere het Ruhrgebied naar (in de terminologie van Van Tulder) de nieuwe ‘annexregio’s’ van Europa, namelijk de Oost-Europese landen. Hierdoor verliest Rotterdam lading aan andere havens. • Economische groei wordt steeds meer losgekoppeld van fysieke productie: er is sprake van ‘dematerialisatie’, met name de dienstensector (toerisme, gezondheid, verzorging, vrije tijd) groeit sterk. Deze groei leidt niet tot stijgende intercontinentale transportstromen. • De productie-economie wordt meer lokaal ingericht, in plaats van mondiaal. Omdat maatwerk steeds belangrijker wordt, wordt productie in de buurt van klanten aantrekkelijker dan productie in lage-lonenlanden.
ONDER PROFESSOREN
het mogelijk een nieuwe generatie producten te ontwikkelen, met zoveel schaalvoordelen
DEEL 3
• De internationalisering van productie is nog verre van voltooid, dus de toename van inter-
HAVENPLAN 2020
Verschillende meningen: ontwikkeling van de overslagvolumes
1
De professoren zijn het er over eens dat het huidige groeitempo op de echt lange termijn geen stand kan houden, maar ze zijn het niet eens over de vraag hoe snel het omslagmoment komt en de groei sterk zal afnemen. De transportketen ‘veranonimiseert’ Aan een vervoersbehoefte wordt voldaan, tegen lage kosten en hoge betrouwbaarheid. Dat wordt steeds meer een gegeven. Verladers nemen aan dat in hun transportbehoefte wordt voorzien en zijn niet geïnteresseerd in de vraag hoe er aan hun transportbehoefte wordt voldaan. De precieze inrichting van transportketens, bijvoorbeeld route en aanloophaven, is niet van belang. Transport is een eenvoudige commodity, makkelijk en snel in te kopen. De transport- en logistieke systemen zullen voortdurend verbeterd worden, zodat de kosten verder dalen en de betrouwbaarheid en flexibiliteit worden vergroot. De container zal dominant blijven en meer ketens zullen ‘gecontaineriseerd’ worden. Sommige verbeteringen zullen vanuit het perspectief van de transportwereld behoorlijk radicaal zijn. Voorbeelden van mogelijke verbeteringen zijn andere laad- en lostechnieken, innovatieve scheepsontwerpen, zoals een fastship en de ontwikkeling van ‘offshore hubs’, speciaal ingericht voor zee-zee overslag. Deze verbeteringen van de transportdienst zijn voor de afnemers ervan, de verladers enontvangers, niet zo radicaal. Het gaat nog steeds om vervoer van A naar B. De centrale uitdaging voor overheden is daarom het creëren van randvoorwaarden waarbinnen transport goedkoop en zonder overlast kan plaatsvinden. Teisman noemt dat ‘transporteren zonder dat het pijn doet’. Hierbij valt te denken aan de kwaliteit van de infrastructuur, 2
ruimtelijke ordening en beprijzing van vervoer. De omvang van de vervoersstromen door de Rotterdamse haven kan gunstige effecten
HAVENPLAN 2020
hebben: de schaal schept kansen om innovatieve projecten tot stand te brengen. Rotterdam is een logische plaats om hoogwaardige goederentransportsystemen te ontwikkelen en te introduceren. Dat is een paradoxaal gegeven: juist door de grote volumes kan een vervoerssysteem ‘dat geen pijn doet’ ontwikkeld worden. Veel vervoersvolume hoeft dus niet problematisch te zijn.
DEEL 3
Productie op platforms Door de voortschrijdende technologische ontwikkeling ontstaan steeds nieuwe mogelijkheden
ONDER PROFESSOREN
om productieprocessen beter aan te sturen. De omsteltijd en de omstelkosten kunnen steeds verder gereduceerd worden. Productiefaciliteiten worden zodanig ontworpen dat verschillende producten naast en door elkaar kunnen worden geproduceerd. Zulke faciliteiten worden platforms genoemd. Door gebruik te maken van platforms worden de voordelen van produceren op grote schaal gecombineerd met de behoefte aan klantspecifieke productie. In de auto-industrie is de platformontwikkeling al ver doorgevoerd. Ook in andere industrieën zal de platformsgewijze productie toenemen. In de bulkchemie, bijvoorbeeld, zijn de meeste processen nog continuprocessen, maar hier zal een verschuiving optreden naar wat Weijnen de ‘batch proces industrie’ noemt. Dit betekent dat er in ‘batches’ (productieseries) steeds (iets) andere producten worden geproduceerd. Dit biedt aanknopingspunten voor een verdere vervlechting van bulkchemie en fijnchemie, omdat bulkprocessen steeds kleiner en flexibeler vormgegeven worden en de bulkchemie dus steeds beter kan inspelen op specifieke klantenwensen in de fijnchemie. Deze transitie, die in Rijnmond nog grotendeels moet plaatsvinden, betekent dat bedrijven niet langer uitsluitend de nadruk kunnen leggen op lage kosten en grote volumes. Kwaliteit en flexibiliteit worden eveneens belangrijk. Ook de aanbieders van ‘utilities’ zoals water, energie, lucht en warmte, kunnen hun aanbod meer differentiëren. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan water van verschillende kwaliteitsniveaus en verschillende temperaturen. Dat kan
leiden tot de behoefte aan een hoogwaardiger infrastructuur voor het transport van deze utilities. Integratie van logistiek en productie Het toenemende gebruik van platforms zorgt voor een verdere integratie van logistiek en productie. Logistieke ketens veranderen voortdurend, een goede aansturing van deze ketens wordt steeds belangrijker. Productie vindt plaats op verschillende momenten en locaties in de logistieke keten. De keuze van de productielocatie wordt een onderdeel van de keuze voor de inrichting van de logistieke keten. Door de platformontwikkeling ontstaan er kansen voor actoren die snel kunnen inspelen op veranderingen in de markt. Zulke partijen, kunnen in de woorden van Van Nunen ‘bieden op productiecapaciteit’ van de platforms. Veel investeringen in platforms Er zijn veel investeringen in productiefaciliteiten te verwachten. Er zullen nieuwe productieprocessen en producten ontwikkeld worden. Bovendien zal het grondstofgebruik sterk veranderen: enerzijds zal gebruik gemaakt worden van grondstoffen, die voortkomen uit de (hoogwaardige) recyclingindustrie. Daarnaast zal er in sommige processen op nieuwe grondstoffen worden overgeschakeld. Dit alles leidt tot nieuwe investeringen, met name in productiefaciliteiten met een ‘platformkarakter’. De integratie van productie en logistiek in steeds veranderende productie- en logistieke ketens heeft als gevolg dat er een duidelijker splitsing komt tussen bedrijven met als kernvaardigheden productontwikkeling en dienstverlening aan klanten (de bedrijven met de meest hoogwaardige functie), bedrijven met als kernvaardigheden effectieve aansturing van logistieke en productieketens (de ketenregisseurs) en bedrijven met als kernvaardigheid het kosteneffectief uitvoeren van bepaalde onderdelen van die ketens (zoals transport, maar met de trend tot uitbesteding en concentratie op kernactiviteiten. Een voorbeeld van deze ontwikkeling is Mercedes, dat opschuift van autoproducent naar productontwikkelaar en mobiliteitsaanbieder. Het eigendom van en beheer over productiefaciliteiten wordt voor Mercedes steeds minder belangrijk. Dit leidt tot het ontstaan van productieplatforms, al
Platforms vestigen zich op logistieke A-locaties de ‘logistieke kwaliteit’. Vanuit logistieke A-locaties kunnen verschillende klanten en geografische markten kosteneffectief bediend worden. Een indicator voor de logistieke kwaliteit is de warehouseprijs (per vierkante meter). Hogere prijzen betekenen een hogere logistieke kwaliteit. Luchthavens blijken duidelijk logistieke A-locaties te zijn. Zeehavens kunnen zich ontwikkelen tot logistieke A-locaties, maar zijn dat vaak nog niet, met name omdat het ‘achterlandvervoer’ onvoldoende hoogwaardig is. De ontwikkeling van hoogwaardige transportsystemen is voor havens dus van groot belang. Bovendien vergroot de combinatie van een zeehaven en een (vracht)luchthaven de logistieke kwaliteit van een locatie sterk. Nieuwe standaarden in de industriële ecologie In de chemie is ruimtelijke clustervorming ontstaan, van bedrijven die door onderlinge leveringen aan elkaar verbonden zijn. Door het uitbesteden van delen van het productieproces neemt de clustervorming verder toe. Het ideaalbeeld op het gebied van clustering wordt ‘industriële ecologie’ genoemd. In dit geval vindt er door de hechte onderlinge leveringen vrijwel geen uitstoot van stoffen meer plaats: elk restproduct van één bedrijf kan door een ander bedrijf weer gebruikt worden. Ook warmte en energie gaan maar beperkt ‘verloren’. In het Rotterdamse (petro)chemische cluster wordt dit ideaalbeeld steeds verder benaderd.
ONDER PROFESSOREN
Door deze ontwikkelingen wordt de locatie van ‘productieplatforms’ steeds meer bepaald door
DEEL 3
of niet in eigendom met andere partners, die meerdere klanten bedienen.
HAVENPLAN 2020
evengoed productie op platforms). De integratie van logistiek en distributie gaat dus samen
3
Een dergelijk complex is zowel uit economisch als uit duurzaamheidperspectief gunstig. Het geeft een locatie een nauwelijks te kopiëren concurrentievoordeel, immers zoveel ‘massa’ aan chemische activiteiten kan nauwelijks meer elders opnieuw opgebouwd worden. De sterkte van Rotterdam op dit gebied kan worden uitgebouwd: er worden in de industriële ecologie steeds nieuwe standaarden gedefinieerd, waardoor het ideaalbeeld beter benaderd wordt. Het hergebruik van reststoffen zal al in de ontwerpfase – en in wetenschappelijk onderzoek – meer centraal gesteld worden. Dit leidt tot nieuwe clustervoordelen. Bedrijven in de cluster moeten om nieuwe standaarden te halen meer in netwerkverband opereren, bijvoorbeeld om goede voorwaarden te creëren om nog ontbrekende schakels aan het complex te binden. Nieuwe kwaliteitsniveaus op het gebied van veiligheid, duurzaamheid en hinder Door de technologische vooruitgang worden kwaliteitsniveaus, op milieu en veiligheidsgebied steeds hoger. In de petrochemie zijn de kwaliteitsniveaus in de afgelopen decennia fors verhoogd. De beeldvorming van de chemie (onveilig en milieu-onvriendelijk) loopt achter op bij de realiteit. Het proces van kwaliteitsverhoging zal zich in de chemie doorzetten, standaarden zullen verder worden verhoogd. Het realiseren van aanvaardbare niveaus van veiligheid en duurzaamheid levert, volgens alle ter zake kundige professoren, voor de chemische industrie geen onoverkomelijke problemen op. De overheid kan door relatief strenge regulering het kwaliteitsniveau beïnvloeden. Rotterdam loopt op dit gebied voor op andere chemische complexen. Ook voor de toekomst is het van belang om, in de woorden van Hafkamp, ‘de oren niet teveel te laten hangen naar de achterblijvers’. Door de hogere kwaliteitsniveaus wordt het chemische complex een duidelijke asset voor de regio Rotterdam: de productiviteit 4
in de sector is bovengemiddeld hoog, het werk relatief hooggeschoold en de industrie geeft een belangrijke innovatieprikkel aan de toeleverende industrie.
HAVENPLAN 2020
Ook in de transportsector worden de kwaliteitsniveaus ten aanzien van veiligheid, duurzaamheid en hinder steeds verbeterd. In tegenstelling tot de chemie, waar het bedrijfsleven zelf zorgt voor hogere kwaliteitsniveaus (gegeven goede regulering), heeft de overheid een grote directe invloed op de kwaliteitsniveaus van het transportsysteem. De overheid zal zelf sterk
DEEL 3
moeten inzetten op het realiseren van een vervoerssysteem ‘dat geen pijn doet’. Procesintensificatie in de chemie
ONDER PROFESSOREN
In de chemie is er een duidelijke trend naar ‘proces-intensificatie’, het (veel) compacter worden van chemische installaties. Dat komt omdat er steeds meer inzicht komt in het verloop van chemische processen. Er zijn minder buffers nodig en dus kan dezelfde output in steeds kleinere facilities gerealiseerd worden. Door proces-intensificatie kan de ‘ruimteefficiency’ in de chemie sterk toenemen. Nieuwe fabrieken vragen minder ruimte dan de oude faciliteiten waar ze voor in de plaats komen. Dat biedt kansen voor ‘verdichting’ in de chemische clusters. Vergroten van de ruimte-efficiency in de chemie en opslag In Rotterdam is de ruimte schaars, er is maar een beperkte hoeveelheid land beschikbaar, waarop bovendien verschillende functies gevestigd kunnen worden. Deze ruimteschaarste is een aanleiding om relatief hoge grondprijzen te vragen. Hoge grondprijzen zijn, net als hoge warehouseprijzen, een signaal van de vitaliteit van het haven- en industriecomplex. Bovendien hebben hoge grondprijzen op lange termijn positieve ‘dynamische effecten’. Hoge grondprijzen geven een prikkel voor ruimtebesparende innovaties. Dergelijke kansen zijn met name aanwezig in de grootschalige opslag van olie. Daarnaast zullen sommige ‘laagwaardige activiteiten’ zich niet in het haven- en industriecomplex vestigen, omdat de grondprijs te hoog is. Beide effecten leiden tot meer toegevoegde waarde per ruimte-eenheid. Dat is goed voor de concurrentiekracht van het haven- en industriecomplex.
De wenselijke dynamische effecten die uitgaan van relatief hoge grondprijzen zouden deels ook kunnen gelden voor hoge zeehavengelden. Door hoge zeehavengelden zullen alleen transportketens waarin de haven onderscheidend vermogen heeft – bijvoorbeeld de bulk door de diepgang en containers vanwege gunstige ligging voor het achterlandvervoer – via Rotterdam verlopen, terwijl goederen die verwisselbaar zijn tussen havens in dat geval ook via andere havens kunnen lopen. Deze overwegingen rechtvaardigen een marktpositie met een relatief hoog kostenniveau op voorwaarde dat hier gecompenseerd wordt door het bieden van meer kwaliteit. Groeikansen voor het haven- en industriecomplex: hoogwaardigere chemie, recycling en platforms De transportfunctie van de haven biedt, afgezien van de distributie en logistieke functie, relatief weinig ontwikkelingskansen, zelfs als volumes zullen toenemen. Het aantrekken van hoogwaardige industriële activiteiten is wel een kansrijke ontwikkelingsrichting. Het bestaande chemische complex geeft Rotterdam een goede uitgangspositie om hoogwaardige industriële activiteiten aan te trekken. In de woorden van Moulijn: ‘Er is geen enkele reden waarom Rotterdam geen fijnchemie zou kunnen aantrekken’. Ook voor recycling liggen er duidelijk kansen. Rotterdam heeft, gegeven de ligging nabij grote stedelijke regio’s (het Ruhrgebied en de Randstad) en de hoge logistieke kwaliteit van het gebied, een goede uitgangspositie om recyclingactiviteiten aan te trekken. Deze activiteiten worden steeds hoogwaardiger: naarmate de technologie voortschrijdt en producten ontworpen worden met aandacht voor hergebruik worden meer onderdelen en grondstoffen hergebruikt. Ook voor productiefaciliteiten met een ‘platformkarakter’ kan het haven- en industriecomplex een aantrekkelijke vestigingsplaats zijn.
Een tweede groeikans voor het haven- en industriecomplex is het aantrekken van (meer) kennisactiviteiten. Een ‘science parc’ op het gebied van chemie is een haalbare ambitie. De omvang van het haven- en industriecomplex en de kwaliteit van de opleidingsinfrastructuur (de TU Delft is een internationaal erkend kennisinstituut in de chemie) maken de regio het haven- en industriecomplex zijn de ‘quality of life’ van de regio en de interactie tussen kennisinstellingen en de bedrijven in de cluster.
Ook een ‘belevenispark’ in het havengebied is een kansrijke optie voor de toekomst. Het haven- en industriecomplex is een aantrekkelijke omgeving voor een belevenispark. ‘Tegen het decor’ van de Nieuwe Waterweg, de havenindustrie en/of oude havengebouwen krijgen entertainmentactiviteiten zoals fietsen, skaten, wateramusement, muziek en theater extra waarde. Van het ‘decor’ wordt al gebruikgemaakt, maar nog niet op grote schaal. Een belevenispark moet wel ‘duurzaam’ zijn, in de zin dat het zichzelf kan vernieuwen, zodat het niet omvalt als de nieuwigheid eraf is. Deze duurzaamheid ontstaat vooral als er voldoende ‘lokale massa’ is aan gebruikers. Functiemenging in het haven- en industriecomplex Door de steeds hogere kwaliteitsniveaus, in de chemie en andere sectoren, wordt het mogelijk om verschillende functies zoals industrie, wonen, ‘kennisbedrijvigheid’, natuur en leisure/entertainment allemaal een plaats te geven in het havengebied. Deze functiemenging bestaat al in het haven- en industriecomplex, maar wordt veelal als problematisch gezien, in plaats van als een sterkte van het gebied. Strakke regelgeving maakt functiemenging problematisch. Daarom is enige ‘administratieve soepelheid’ noodzakelijk. Deze soepelheid kan best samengaan met hogere kwaliteitsniveaus op het gebied van veiligheid en milieu-
ONDER PROFESSOREN
Een belevenispark
DEEL 3
interessant als vestigingsplaats voor kennisbedrijven in de chemie. Verbeterpunten voor
HAVENPLAN 2020
Een science parc
5
hinder voor ‘bewoners’ en bezoekers van het haven- en industriecomplex. De nabijheid van chemische industrie en grootschalige overslag hoeft geen nadelige effecten te hebben op de aantrekkelijkheid van het gebied voor wonen en ‘leisure’-activiteiten. Het is denkbaar dat de aanwezigheid van deze activiteiten bijdraagt aan de aantrekkelijkheid van het gebied, omdat het de visuele en beleveniskwaliteit verhoogt. Dat zal niet voor iedereen gelden, maar dat is ook niet noodzakelijk: het haven- en industriecomplex mag best een afwijkend profiel hebben van andere gebieden in Nederland, als het maar bepaalde groepen bewoners en bezoekers aantrekt. Het gebied kan zich bijvoorbeeld onderscheiden door ‘wild wonen’ en ‘wild recreëren’. Van een conservatief naar een progressief havenregime De uitgangspositie van het Rotterdamse haven- en industriecomplex, om de bovenbestaande ambities te realiseren is gunstiger dan die van vergelijkbare (haven)regio’s: de aanwezige kennisinstellingen zijn relatief hoogwaardig en Rotterdam loopt op een aantal punten (industriële ecologie, milieustandaarden) voor. Bovendien is in Nederland samenwerking om op kansen in te spelen goed ontwikkeld. Echter, in het Rotterdamse belemmert een ‘conservatief havenregime’ de (snelheid van de) transitie van het economisch complex. Dit regime houdt vast aan een groeistrategie die in het verleden succesvol was (inzetten op volume en massa). Deze strategie is nog wel gunstig voor de bestaande bedrijven in het haven- en industriecomplex, maar voor een blijvende economische vitaliteit is het aantrekken van nieuwe activiteiten noodzakelijk, en de traditionele groeistrategie draagt daar niet aan bij. Het belang van een overkoepelende visie Een analyse van de transformatie die het havencomplex de komende decennia zal door6
maken is van groot belang om te ontstijgen aan een ontwikkeling van het gebied van project naar project, zonder samenhangende visie. Het redeneren vanuit zo’n visie heeft implicaties
HAVENPLAN 2020
voor de manier waarop je afzonderlijke projecten vormgeeft. Het kan zelfs zo zijn dat de ontwikkeling van een afzonderlijk project de wenselijke transformatie van het gehele gebied frustreert. Een ‘overkoepelende visie’ moet natuurlijk geen blauwdruk zijn: een stad ontwikkelt zich niet in een paar jaar, maar ontwikkelt zich in de loop van de tijd. Er moet flexibiliteit ingebouwd worden om onvoorziene functies te kunnen accommoderen en vernieuwing
DEEL 3
letterlijk de ruimte te geven. Het gaat dus om het creëren van de juiste condities voor ruimtelijke ontwikkeling en een ‘breed gedefinieerd beeld’ in plaats van een integraal uitgewerkt plan. Essentieel is dat er voor de lange termijn een sterk ruimtelijk raamwerk
ONDER PROFESSOREN
voor dat stedelijk landschap wordt ontworpen, waarin landschap, infrastructuur, water, grootschalige kunstwerken als dijken, kaden, windschermen goed op elkaar zijn afgestemd. Dit raamwerk moet kunnen functioneren als een conditie voor verschillende soorten gebruik, die in de loop der tijd kunnen veranderen. Functioneren in netwerken De inbedding in netwerken wordt voor bedrijven steeds belangrijker voor hun performance. In sommige gevallen gaat het om puur zakelijke netwerken, in andere gevallen om publiekprivate netwerken. Het opereren in netwerken is een speciale vaardigheid. In de woorden van Teisman: ‘Als partijen in een netwerk geen ‘verbinding’ weten te vinden tussen eigen belang en een breder belang worden hun interventies in het netwerk onbegrijpelijk, of onaantrekkelijk, of zelfs bedreigend.’ In geen van de gevallen is het resultaat bevredigend. Het opereren in netwerken vereist het aanvaarden van de invloed en inbreng van anderen in het netwerk. Bovendien vereist het ‘empathisch vermogen’: het vermogen anderen iets te gunnen. Molenaar geeft aan dat netwerken met name van belang zijn voor het tot stand brengen van vernieuwing in het haven- en industriecomplex: ‘Vernieuwing is alleen mogelijk als het bestaande corporatisme vervangen wordt door verpersoonlijkte netwerken’.
Het organiseren van het toeval Ook de overheid moet zich voegen naar de netwerkrealiteit. De overheid kan niet ‘boven de partijen’ staan, maar moet als partner optreden om haar ambities te realiseren. Zonder partners krijgt de overheid niet veel voor elkaar. In welk netwerk de overheid haar doelstellingen kan realiseren is van tevoren onzeker. Sommige netwerken zullen voldoende energie kunnen genereren om iets tot stand te brengen, terwijl in andere gevallen de gezamenlijke doelstellingen onhaalbaar blijken. Daarom is het voor de overheid zaak om in verschillende netwerken actief te zijn. Zo wordt de kans dat de overheid in staat is om doelstellingen te realiseren zo groot mogelijk. Deze opstelling betekent wel het accepteren van de rol van toeval: de overheid kiest niet wat tot stand komt en wat niet, maar dat wordt (mede) bepaald door de energie van netwerkpartners. Een hoogwaardige systeemomgeving als vestigingsfactor Het belang van een hoogwaardige ‘systeemomgeving’ zal fors toenemen. Een economische activiteit moet passen in de systeemomgeving, anders is de locatie niet aantrekkelijk. Dit geldt bijvoorbeeld voor de clusteromgeving en de kwaliteit van de ‘utility-infrastructuur’. Ook de ICT-omgeving is van groot belang. Op het gebied van veiligheid en milieu is de aanwezigheid van goede systeemomgeving eveneens van belang. Hier valt de denken aan de één-loketgedachte voor vergunningen, soepelheid van procedures en goede veiligheidsprocedures. De ‘systeemomgeving’ is hoofdzakelijk lokaal van aard, maar moet goed aansluiten bij de interne systemen van de ‘global players’ met vestigingen in het haven- en industriecomplex. De deltametropool Rotterdam is de zuidelijke toegangspoort tot de deltametropool, een verstedelijkt gebied dat qua structuur te vergelijken is met Los Angeles. In deze deltametropool heeft elke kern zijn stedelijke gebieden is de kwaliteit van de deltametropool als geheel doorslaggevend. Dat betekent bijvoorbeeld dat het in het Rotterdamse belang is dat de Amsterdamse zuidas zich ontwikkelt tot een hoogwaardig kantorengebied. Het gezamenlijk streven naar een hoogwaardige invulling van het totale gebied zal in de toekomst verder vorm krijgen. Rotterdam moet een belangrijke component.
De Rijn-Scheldedelta is een relatief open verbindingsgebied tussen twee grote stedelijke centra, de deltametropool en de Vlaamse stedenruit. Economisch gezien zijn logistiekindustriële activiteiten in dit gebied van groot belang. Het logistiek-industrieel complex zal steeds meer onderlinge samenhang krijgen. Ook hier is het streven naar een hoog kwaliteitsniveau van het gehele complex een gezamenlijk belang. Het combineren van de schaal van Rotterdam, Vlissingen en Antwerpen geeft kansen om transportstromen efficiënter en duurzamer af te wikkelen. Verwacht mag worden dat dit gezamenlijke belang zal leiden tot meer gezamenlijke besluitvorming en het nastreven van gezamenlijke belangen, met name op het gebied van hoogwaardige infrastructuur. Voor een succesvolle samenwerking tussen stedelijke regio’s komt veel kijken. Bestuurlijk gezien is de vorming van stedenallianties nog geen hoofdthema, maar dat zal in de komende jaren veranderen, omdat het belang van netwerken voor de concurrentiekracht steeds duidelijker wordt. Dat vereist met name bestuurlijke aanpassingen, om te kunnen functioneren in netwerkverband. In feite is het bestuur bij het ontstaan van stedennetwerken in de regel eerder volgend dan leidend: eerst wordt de economische en sociale interactie hechter en pas daarna worden bestuurlijke relaties geïntensiveerd.
ONDER PROFESSOREN
De Rijn-Scheldedelta
DEEL 3
streven naar een voldoende dynamisch eigen profiel. In dit profiel is hoogwaardige industrie
HAVENPLAN 2020
eigen specialisatie en zijn deze kernen complementair. In de concurrentiestrijd met andere
7
Een goed ‘kennisregime’ is van groot belang voor de concurrentiekracht van het haven- en industriecomplex Om in de toekomst een aantrekkelijke vestigingsplaats te blijven voor nieuwe activiteiten is een goed ‘kennisregime’ van groot belang. Het gaat enerzijds om de aanwezigheid van goede kenniscentra en anderzijds om goede relaties tussen de kenniscentra en het bedrijfsleven. Hierbij geldt de volgende aantekening van Dany Jacobs: ‘Er zijn geen traditionele sectoren, alleen traditionele bedrijven. In elke sector is er ruimte voor innovatie’. Gegeven de Rotterdamse uitgangspositie is concurrentie op kosten slechts gedeeltelijk een reële optie. In de woorden van professor Van den Berg: ‘Simpele productieactiviteiten zullen de neiging hebben uit de regio verdwijnen’. Inzetten op kwaliteit is daarom noodzakelijk. Om dat doel te bereiken is innovatie van groot belang. De basisingrediënten voor een goed kennisregime zijn voorhanden; zowel de Erasmus Universiteit Rotterdam als de TU Delft beschikken over hoogwaardige kennis en het bedrijfsleven is van voldoende kwaliteit om van die kennis te profiteren. Toch is er onvoldoende interactie. In de woorden van professor Van den Berg: ‘In Rotterdam bestaat er nog steeds een soort eilandjescultuur’. Er is te weinig sprake van ‘exploratieve samenwerking’. Het aantrekken van de creative class Een aansprekend vestigingsklimaat voor kennisintensieve activiteiten vereist een woon- en werkomgeving die aantrekkelijk is voor de ‘creative class’. Dit zijn kenniswerkers die speciale eisen stellen aan hun woon-, leef-, en werkomgeving. Het gaat daarbij om zaken als: een bedrijfscultuur die individuele groei bevordert, ruimte voor flexibiliteit en eigen ondernemer8
schap, goede culturele voorzieningen, en een grootstedelijke cultuur.
HAVENPLAN 2020
Experimenteren Het doen van experimenten is van groot belang voor de toekomst van het haven- en industriecomplex. Alleen door voldoende te experimenteren blijft het haven- en industriecomplex dynamisch. Van Nunen gebruikt de term ‘proefboringen’: er is geen zekerheid op resultaat, maar er is wel duidelijk potentie. Alleen door voldoende experimenten ontstaat er voldoende
DEEL 3
economische dynamiek. Dit betekent ook dat het nodig kan zijn een ‘tijdelijke regelvrijheid’ (Hafkamp) in te stellen wanneer regels experimenten belemmeren. Molenaar geeft aan dat het experimenteren in het haven- en industriecomplex niet zal gaan om volledig nieuwe
ONDER PROFESSOREN
productontwikkeling, maar om het stadium tussen het prototype op laboratoriumschaal en full scale industriële of logistieke productie.
Geïnterviewde professoren Prof. dr. L. van den Berg Prof. dr. J. F. Francois Prof. ir. J. Grievink Prof. dr. W.A. Hafkamp Prof. dr. M.J. van Hoven Prof. dr. D. Jacobs Prof. dr. ir. L Jansen en ir. J.H. van der Veen Prof. dr. ir. T. de Jonge Prof. dr. A. Klamer Prof. dr. P.T. van Laar Prof. dr. ir. V.J. Meyer Prof. ir. H. Molenaar Prof. dr. ir. J.A. Moulijn Prof. dr. ir. J. A.E.E. van Nunen Prof. dr. H.B. Roos Prof. dr. L. Soete Prof. dr. G.R. Teisman Prof. dr. R.J.M. van Tulder Prof. dr. ir. M.P.C. Weijnen Prof. dr. A.C. Zijderveld
9
HAVENPLAN 2020 DEEL 3 ONDER PROFESSOREN
COLOFON ONTWERP HAVENPLAN 2020
1
Achtergrond en opzet van het Havenplan 2020
2
Doelstellingen, ontwikkelingen en strategie
Dit Havenplan 2020 is tot stand gekomen door bijdragen van de volgende gemeentelijke diensten: dienst Stedenbouw + Volkshuisvesting, Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam, Gemeentewerken Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond, Bestuursdienst Rotterdam en het Havenbedrijf Rotterdam N.V. Deel 3 is een bijdrage van de Erasmus Universiteit Rotterdam.
3
Rotterdam Kwaliteitshaven: zes streefbeelden
PROJECTGROEP
4
De beleidsopgaven
Maurits Bongers, Arie Jan Bos, Dion Cools, Natalie Cornelissen, Alber t Doe, Jan Ensing,
5
Kwaliteitskaart 2020
Jan Freie, Marion Goes (projectsecretaris), Annemarie Houtman, Gerard Peters,
6
Kansen op succes: dilemma’s en hun aanpak
Isabelle Vries (projectleider)
7
Uitvoering, planning en rolverdeling
Sander Klaassen, Peter de Langen, Hugo du Mez, Menno Mooij, Nadine Pieterse,
8
Verwachte ontwikkelingen en opties voor de toekomst
Maurits van Schuylenburg, Raymond van Seignette, Marc Soeterbroek, Bram van der Staaij,
9
De veelzijdige haven
Willemien Stijlen, Jan Willem Verkiel, Jaap van der Want, Harr y Welters, Pim de Wit
10
De duurzame haven
11
De kennishaven
12
De snelle en veilige haven
13
De attractieve haven
14
De schone haven
15
Onder professoren
TEKSTBIJDRAGEN Cees Deelen, Resianne Dekker, Anne van Delft, Alan Dirks, Maar tje van de Hulsbeek,
Frank van den Beuken, Hans van der Boor, Alexandra Misch SAMENSTELLING EN REDACTIE Natalie Cornelissen, Alber t Doe, Marion Goes, Bar t Jacobs, Eileen Niks, Isabelle Vries EINDREDACTIE Jos Lammers, Delft
Freek van Arkel, Rotterdam
ONTWERP EN OPMAAK Ontwerpbureau Smidswater, Den Haag
Rotterdam, 2004
RUIMTE VOOR KWALTEIT
FOTOGRAFIE
HAVENPLAN 2020
KAARTEN
INFORMATIE Het Havenplan 2020 is een beleidsnota van de gemeente Rotterdam. Het plan is bestemd voor iedereen die betrokken is bij of geïnteresseerd is in de ontwikkeling van de haven. Voor meer informatie, raadpleeg de website www.havenplan2020.nl Projectorganisatie Havenplan 2020, Postbus 6622, 3002 AP Rotterdam Customer Service Center: 010 252 11 11,
[email protected], www.havenplan2020.nl
2004
RUIMTE VOOR KWALITEIT