Achtergrond en doelstellingen van de nieuwe rijder In een marktsituatie van felle concurrentie, lage marges en stijgende prijzen helpt de nieuwe rijder transportbedrijven om op een effectieve en praktijkgerichte manier de rentabiliteit structureel te verbeteren. De aanpak richt zich daarbij op:
●
Verlaging van de voertuigkosten;
●
Verbetering van de veiligheid van het wegtransport;
●
Verbetering van de kwaliteit van de transportdiensten;
●
Vermindering van de uitstoot van schadelijke stoffen en CO2.
Deze vier zaken hangen sterk met elkaar samen en worden voor elk transportbedrijf in Nederland gezien de huidige marktomstandigheden steeds belangrijker. De nieuwe rijder heeft hiervoor vanuit de praktijk een compleet, samenhangend en continu managementprogramma opgesteld. Uniek binnen dit programma is, dat De nieuwe rijder zowel de opzet, de communicatie, de praktische uitvoering én de opvolging verzorgt. Hierdoor houdt het management van de deelnemende transportbedrijven de tijd en mankracht zoveel mogelijk vrij voor de dagelijkse operationele zaken. Het programma is ontwikkeld vanuit eigen ervaring, deskundigheid en inzicht zoals dat sinds de oprichting van de nieuwe rijder in het jaar 2000 bij diverse transportondernemingen is opgedaan. Daarnaast vormen de richtlijnen van de werkgroep CEFIC/ECTA een belangrijke basis voor de gekozen werkwijze. Deze werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van chemische concerns en de vervoerders van
[]
●
kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
hun producten, heeft een groot Europees onderzoek laten uitvoeren binnen de transportsector. Er werd gekeken naar de verschillende manieren waarop transportbedrijven omgingen met bovengenoemde vier punten. Daarbij hebben zij zogenaamde “beste praktijken” geïdentificeerd en op basis daarvan een richtlijn opgesteld. Het programma van de nieuwe rijder is geheel rondom deze richtlijn vormgegeven. Een exemplaar van deze richtlijn is op aanvraag verkrijgbaar.
De filosofie achter het managementprogramma van de nieuwe rijder In de praktijk is gebleken dat doelstellingen als structurele verlaging van de voertuigkosten, verbetering van veiligheid en kwaliteit en minder uitstoot van schadelijke stoffen niet van de ene op de andere dag behaald worden. Dit is een continu verbeteringsproces waarin vooral de menselijke factor een grote rol speelt. Alle moderne technische hulpmiddelen of opleidingen en cursussen die vandaag de dag beschikbaar zijn ten spijt, het staat of valt met de gezamenlijke, maar vooral blijvende inspanning die door alle betrokken medewerkers geleverd moet worden. Daarom is een samenwerking met de nieuwe rijder geen eenmalig evenement, maar een lange termijn samenwerkingsverband. Er wordt een continue verbeteringskringloop in gang gezet, die betrekking heeft op de gehele organisatie, van hoog tot laag. Deze verbeteringskringloop is gericht op bewustwording en mentaliteitsverandering, die moet leiden tot een positieve, structurele gedragsverandering. In de eerste plaats bij de chauffeurs, omdat zij met de manier waarop zij hun werk doen grote invloed uitoefenen op voertuigkosten, veiligheid, kwaliteit,
[]
imago en duurzaamheid. Maar zeker ook bij alle andere betrokken afdelingen en medewerkers. De snelheid waarmee vorderingen worden gemaakt en het uiteindelijke structurele resultaat hangt in sterke mate af van de onderlinge afstemming tussen alle betrokken partijen. De verbeteringskringloop is hieronder schematisch weergegeven. De doorlooptijd van de kringloop bedraagt in de regel 1 jaar.
Verbeteringskringloop Afdelingen Afdelingen
Management Evalueren en bijsturen
Meten en analyseren
Communiceren
Chauffeurs ‘Training on the Job’
Rapporteren De Verbeteringskringloop Doorlooptijd 1 jaar
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[]
●
kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
Communicatie De cyclus begint met de toezegging van de steun en het vertrouwen van het management en het beschikbaar maken van de financiële middelen. Ook worden een aantal prestatie-indicatoren (bijv. brandstofverbruik, schades en ongevallen, onderhoudskosten, verzekeringspremies) gedefinieerd om de voortgang en resultaten van het programma aan af te meten. Vervolgens worden de doelstelling en de inhoud van het programma naar de chauffeurs en alle andere betrokken medewerkers gecommuniceerd. Dit gebeurt door middel van een informatiebijeenkomst of een persoonlijke brief naar alle betrokkenen, soms gecombineerd met de publicatie van een artikel in het bedrijfsblad of infobulletin.
De beroepsvaardigheidstrainingen Daarna gaan alle chauffeurs deelnemen aan de beroepsvaardigheidstrainingen. Dit is een “training on the job”. Een instructeur van de nieuwe rijder, die zelf een gedegen praktische achtergrond heeft in het transport, gaat een dag (in de vervolgcycli veelal een dagdeel) met de chauffeur mee, op zijn eigen auto en tijdens zijn eigen dagelijkse werkzaamheden. In de beroepsvaardigheidstraining komen alle aspecten van de hedendaagse chauffeurspraktijk aan de orde: Invloed van de chauffeur op de ritkosten en de veiligheid;
●
●
●
Voertuigbediening en –techniek ( getoetst aan de norm HNR);
Rijstijl ( getoetst aan de norm HNR, schadepreventie, imago);
[]
●
Bochtentechniek (schadepreventie en veiligheid);
●
Bijzondere verrichtingen en manoeuvreren (schadepreventie);
●
Lading (zekering, veiligheid, ladingschade, getoetst aan de norm HNR);
●
Beroepshouding (omgaan met stress, klanten, collega’s, materieel,
representatie);
●
Naleving procedures en richtlijnen (veiligheid, hygiëne, administratie);
●
Algehele beroepsniveau en deskundigheid van de deelnemer.
Een belangrijk uitgangspunt in de beroepsvaardigheidstraining is Het Nieuwe Rijden (HNR). HNR maakt het mogelijk om duurzamer, goedkoper en veiliger gebruik te maken van vrachtauto’s. Dit wordt bereikt door aanpassingen in rijstijl en werkwijze en door het op de juiste manier gebruiken van de moderne vrachtwagentechniek en hulpmiddelen. Werken volgens Het Nieuwe Rijden leidt tot aanzienlijke besparingen op voertuigkosten als brandstof, onderhoud, schades en verzekeringspremies. Gedurende de training worden de doelstelling en het belang van het programma nog eens besproken en observeert de instructeur tegelijkertijd de werkwijze en rijstijl van de chauffeur. Hij identificeert verbeterpunten, bespreekt deze op een positieve en opbouwende manier en oefent deze gelijk in de praktijk. Omgekeerd heeft de chauffeur ook de gelegenheid organisatorische verbeterpunten aan te geven. De insteek van de training is dus een positieve dialoog over hoe men individueel én gezamenlijk kan bijdragen aan het bereiken van de doelstellingen van het programma.
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[]
●
kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
Rapportage Aan het eind van de dag wordt de training met de chauffeur geëvalueerd. Vervolgens wordt er een rapport opgemaakt. Het rapport bevat de doelstellingen en inhoud van het programma, een beknopte samenvatting van de theorie omtrent Het Nieuwe Rijden en het beoordelingsformulier chauffeur, waarop de persoonlijke verbeterpunten zijn aangegeven. Ook legt de instructeur in de eerste training een persoonlijke brandstofdoelstelling vast. Deze doelstelling geeft een indicatie van de mogelijke brandstofbesparing die gehaald kan worden als de verbeterpunten consequent door de chauffeur worden toegepast. De chauffeur ontvangt een exemplaar als naslagwerk, tezamen met een certificaat van deelname. Het management ontvangt een exemplaar als verslag van de training.
Analyseren en bijsturen De rapporten worden door de nieuwe rijder opgeslagen in een centraal gegevensbestand. Periodiek levert het management gegevens aan van de prestatie-indicatoren. Deze gegevens worden dan vergeleken met de bevindingen uit de rapportages. De individuele brandstofdoelstellingen worden gebundeld. Na afronding van elke cyclus wordt dan een eindrapportage opgemaakt waarin de brandstofdoelstelling voor het gehele bedrijf wordt aangegeven, tezamen met de tot dan toe geboekte resultaten. Ook ontvangt iedere chauffeur jaarlijks een overzicht van diens persoonlijke resultaten en vorderingen. Ook worden de algemene bevindingen en adviezen gerapporteerd.
[]
Dan kan worden gestart met de vervolgcyclus en worden de tot dan toe behaalde resultaten en inzichten aan alle betrokkenen gecommuniceerd. Naast de jaarevaluatie wordt tussentijds elke 4 maanden de voortgang van het programma geëvalueerd.
De vervolgcyclus De intensiteit van de trainingen in de vervolgcycli hangt af van een twee factoren:
●
●
Het algehele functioneringsniveau van de chauffeur zoals dat is gebleken in de eerste training; De individuele jaarprestaties van de betreffende chauffeur.
Gemiddeld ontstaat hierbij in de meeste gevallen de volgende verdeling:
●
Voor 15% van de chauffeurs kan worden volstaan met een vervolgtraining van een halve dag 1 keer in de 3 jaar;
●
75% van de chauffeurs behoeft 1 keer per jaar een vervolgtraining van een halve dag;
●
10% van de chauffeurs dient 1 keer per jaar of vaker deel te nemen aan een volledige training van een gehele dag.
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[]
●
kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
Resultaten Met de hierboven beschreven werkwijze is een pilotproject uitgevoerd bij een Nederlands transportbedrijf. Dit leidde tot de volgende resultaten:
●
4 tot 8% minder brandstofverbruik;
●
40% afname van het aantal schades, ongevallen en incidenten;
Bron: CEFIC / ECTA
Maar ook:
●
Lagere onderhoudskosten en verzekeringspremies;
●
Minder uitstoot schadelijke stoffen en CO2;
●
Verbetering van de professionaliteit van de medewerkers;
●
Verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening naar de klanten.
Deze resultaten zijn in lijn met de eigen bevindingen die de nieuwe rijder sinds 2000 bij diverse transportbedrijven heeft opgedaan.
Winsten van “Het Nieuwe Rijden” / BBS Ongevallen
Incidenten
Verbruik brandstof
Onderhoudskosten
Verzekeringspremies en Boetes
[]
Factoren voor een optimaal en blijvend resultaat Gaandeweg kunnen er tijdens het traject zaken aan het licht komen die een goed resultaat in de weg staan. Deze zaken dienen dan actief door het management te worden opgepakt om zo snel mogelijk tot het gewenste resultaat te kunnen komen. Daarnaast heeft de nieuwe rijder nog een aantal aanvullende diensten in het programma opgenomen die aan een optimaal en blijvend resultaat kunnen bijdragen:
●
Uitvoeren van rijproeven met sollicitanten;
●
Opleiding en introductie van nieuw materieel;
●
Aankoopadviezen nieuw materieel;
●
(Groeps-)thematrainingen theorie en praktijk.
Kosten Omdat de trainingen plaatsvinden tijdens de reguliere werkzaamheden, wordt er door dit programma geen productiviteitsverlies geleden. Daar komt bij dat bedrijven die bijdragen aan het scholingsfonds van de SOOB een aanzienlijke subsidie ontvangen voor dit programma. In de praktijk blijkt dat in het eerste jaar budgetneutraal gewerkt kan worden bij een brandstofbesparing van gemiddeld 1,75 – 2%. In de vervolgjaren ligt het break-even punt bij gemiddeld 0,85 – 1% brandstofbesparing. Dit besparingspotentieel is zonder meer bij elk transportbedrijf aanwezig. Daarom is het investeringsrisico dat gepaard gaat met dit programma zeer laag.
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[]
●
kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
De personen achter de nieuwe rijder De nieuwe rijder is in het jaar 2000 opgericht door Evert Rook. Hij kan bogen op meer dan 30 jaar praktijkervaring in de transportwereld met diverse vormen van wegtransport. Enerzijds als beroepschauffeur binnen- en buitenland, anderzijds als docent voortgezette rijopleidingen en beroepsvaardigheidstrainingen. Binnen de nieuwe rijder vervult Evert Rook de rol van directeur en hoofdinstructeur. Hij houdt zich bezig met de werving, selectie en begeleiding van instructeurs en ziet er op toe dat ze bij de opdrachtgevers nauwgezet volgens de werkwijze van de nieuwe rijder handelen. Daarnaast is hij zelf nog bij enkele opdrachtgevers als instructeur werkzaam. De gecertificeerde instructeurs waar de nieuwe rijder mee werkt kenmerken zich door een positieve, interactieve manier van instructie geven. Door een gedegen praktische achtergrond in de transportwereld spreken zij de taal van chauffeurs en kunnen zij zich identificeren met de knelpunten waarmee chauffeurs te maken hebben in hun dagelijks werk. Zij werken allen nauwgezet volgens het concept van de nieuwe rijder zoals dat in deze brochure is beschreven.
[ 10 ]
Contact Indien u vragen of opmerkingen heeft aan de hand van deze documentatie, kunt u te allen tijde contact met ons opnemen. Voor nadere uitleg of toelichting komen wij graag naar uw bedrijf om geheel vrijblijvend door middel van een presentatie het geheel nader toe te lichten en een berekening maken wat dit programma voor uw bedrijf kan betekenen. De nieuwe rijder Dhr. E. Rook, Balkerweg 70 7738 PB Witharen [t] 0523 – 67 61 35 [f] 0523 – 67 72 22 [m] 06 – 51598105 [e]
[email protected] [i] www.denieuwerijder.nl
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[ 11 ]
Bij de nieuwe rijder heeft u de keuze uit een breed scala aan opleidingen zoals: ✔
Het nieuwe rijden met
Vrachtauto
Autobus
Bestelauto
Personenauto
✔
Veiligheids- en anti-sliptraining met
Vrachtauto
Autobus
Bestelauto
Personenauto
✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔
BBS (Behaviour Based Safety) Veilig rijden met (tank-) oplegger Schadepreventie / defensief rijden Rijtesten voor o.a. nieuwe chauffeurs Opleiding tot Mentorchauffeur Cursus houden van functionerings- en beoordelingsgesprekken
Wanneer uw bedrijf is aangesloten bij de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg (S.O.O.B), dan kunt u aanspraak maken op subsidie ter tegemoetkoming in de opleidingskosten. Kijk voor het actuele opleidingsaanbod op onze website: www.denieuwerijder.nl
de nieuwe rijder ● kostenverlaging, veiligheid en kwaliteit door gedragsverandering
[ 12 ]