CIVIELE CASSATIE
Jaarverslag 2014 van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur
februari 2015
1. De civiele cassatiebalie Met ingang van 1 juli 2012 traden de artikelen 9j en 9k van de Advocatenwet in werking, alsmede de Verordening en het Reglement vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur (vcc). Daarmee kan worden teruggekeken op tweeënhalf jaar civiele cassatiebalie. In deze periode heeft de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur – hierna: de Commissie - met regelmaat, zeker in de beginfase, contact gehad met de Commissie toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur (t&a) om uitvoering aan de nieuwe regelgeving te kunnen geven. Daarnaast bestaan er goede inhoudelijke contacten met de griffier van de Hoge Raad en de Vereniging Civiele Cassatieadvocaten (VCCA) in Den Haag en niet in de laatste plaats met de (aspirant) advocaten cassatieadvocaten in burgerlijke zaken. In artikel 14 van de Verordening vcc is opgenomen dat de werking van de verordening, mede met het oog op regels voor het optreden bij de Hoge Raad in strafzaken en belastingzaken, plaats vindt uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van de verordening. Deze evaluatie zal naar alle waarschijnlijkheid in de eerste helft van 2015 plaatsvinden. Voorshands gaat de Commissie er vanuit te worden betrokken bij deze evaluatie. 2. Samenstelling van de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur De Commissie bestaat uit vijf leden, op aanbeveling van de Commissie t&a, benoemd door de algemene raad voor een periode van vier jaar met de mogelijkheid tot herbenoeming voor eenzelfde termijn. De Commissie is als volgt samengesteld: - prof. mr. H.A. Groen, voorzitter benoemd tot 1 februari 2016 - prof. mr. A.G. Castermans benoemd tot 1 februari 2016 - mr. P. Neleman benoemd tot 1 februari 2016 - prof. mr. C.J.J.C van Nispen benoemd tot 1 februari 2016 - mw. mr. H.M. Wattendorff benoemd tot 1 december 2017 De Commissie wordt bijgestaan door een secretaris in dienst van de Nederlandse orde van advocaten, mr. Marian E. Veenboer. 3. Overzicht werkzaamheden Vergaderingen Op 6 januari vond de jaarlijkse gezamenlijke vergadering plaats van de beide cassatiecommissies in aanwezigheid van mr. R.A. Fibbe, lid van de algemene raad. In deze vergadering zijn de jaarverslagen 2013 van deze commissies vastgesteld en via de algemene raad ter kennis gebracht van het college van afgevaardigden. Voorts is stilgestaan bij de te behalen opleidingspunten. Besloten is dat het schrijven van een blog geen cassatiepunten oplevert. Het moet uitdrukkelijk gaan om een verdieping van de kennis. Aan mr. Fibbe is kenbaar gemaakt dat, gelet op het geringe aantal civiele cassatieadvocaten, de beide commissies een 100% controle op de naleving van de bepaling inzake de permanente opleiding voorstaan in verband met de kwaliteit van de civiele cassatiebalie. Verder kregen de kwantitatieve eisen, de vlieguren, aandacht. Opgemerkt werd dat hoe meer civiele cassatieadvocaten er zullen komen, hoe moeilijker het zal zijn om aan de vliegurennorm te voldoen. Naar beneden bijstellen van de norm is echter geen optie in verband met de noodzakelijke kwaliteit van de cassatieadvocatuur. Ten slotte gaven de beide cassatiecommissies aan het onwenselijk te vinden dat in de nieuwe regelgeving de aan de Commissie opgedragen (administratieve) toets ten behoeve van de verlenging van de inschrijving als advocaat bij de Hoge Raad zou komen te vervallen. Met ingang van 1 januari 2015 wordt de controle op de naleving van de kwalitatieve en kwantitatieve vereisten door de civiele cassatieadvocaten meegenomen in de jaarlijkse baliebrede controle (CCV). Indien al in deze baliebrede controle tekortkomingen worden vastgesteld waar het betreft civiele cassatie, is het in verband met de rechtsgelijkheid van belang dat de raden van de orden dezelfde criteria hanteren ter zake van hun verzoek aan de bevoegde raad van discipline te beslissen dat de aantekening van hoedanigheid van advocaat van de Hoge Raad wordt doorgehaald (artikel 9k Advocatenwet). Op 2 juli vergaderde de Commissie. Naar aanleiding van een aantal praktijkgevallen zijn de volgende afspraken gemaakt:
2
-
-
-
Na afloop van een examen of proeve van bekwaamheid beslissen de examinatoren of de examinandus geslaagd of gezakt is. Zij beslissen aan de hand van een model vragenlijstje, opdat een zo objectief mogelijke beslissing kan worden genomen. De beslissing dat het examen wordt verlengd dan wel dat bij nader inzien het examen als een proefexamen wordt beschouwd, is niet (meer) toegestaan. Het besprokene tijdens het examen dan wel de proeve van bekwaamheid wordt op band opgenomen, opdat bij een negatief resultaat kan worden nagegaan welke de redenen tot afwijzing waren. Het bandje wordt bewaard tot de bezwaar(beroeps)termijn is verstreken. Op de website wordt een model opgenomen voor de opgave van opleidingspunten.
Doorlichting regelgeving In dit verslagjaar is veel aandacht besteed – voor zover het civiele cassatieadvocatuur betreft - aan de (wijze waarop voorgenomen) wijzigingen van de Verordening vcc en het Reglement vcc die hun weerslag zouden krijgen in de nieuwe per 1 januari 2015 in werking tredende Verordening respectievelijk Regeling op de advocatuur. Omdat de Commissie niet formeel door de algemene raad is geconsulteerd, heeft de Commissie met het oog op de kwaliteit van de civiele cassatieadvocatuur tussentijds met enige regelmaat informeel gereageerd voor zover het betreft de regelgeving civiele cassatieadvocatuur. In een aan het projectteam doorlichting regelgeving gerichte notitie van 15 augustus 2014 is de Commissie, mede namens de Commissie van toezicht en advies civiele cassatieadvocatuur, uitvoerig ingegaan op de via internet in consultatie gegeven nieuwe regelgeving, zich daarbij wederom beperkend tot civiele cassatie. De beide cassatiecommissies lieten weten positief te staan tegenover het initiatief om de bestaande regelgeving tegen het licht te houden. Genoemde commissies hebben met name de aandacht gevestigd op de kwaliteit van de regelgeving en de voor de commissies principiële kwestie van het schrappen van de verlenging inschrijving op het tableau met de aantekening advocaat bij de Hoge Raad. Het college van afgevaardigden heeft op 4 december 2014 de nieuwe regelgeving vastgesteld en heeft ingestemd met het schrappen van genoemde verlenging van de inschrijving voor een periode van drie jaar. De motivering van de schrapping – vermindering van de administratieve lasten – kan de Commissie geenszins overtuigen, omdat de controle op de naleving van de kwalitatieve en kwantitatieve opleidingsvereisten nu elders wordt neergelegd en wel zo dat de Commissie ernstige twijfels heeft of de kwaliteit op die wijze – uniform - is geborgd. Het heeft de Commissie verwonderd dat tot deze wijzigingen is besloten nog voordat de evaluatie, bedoeld in artikel 14, derde lid, van de Verordening vcc, heeft plaatsgevonden. Met de inwerkingtreding van de nieuwe regelgeving zijn de Verordening vcc en het Reglement vcc ingetrokken. Nu de meeste bepalingen van het Reglement vcc zijn opgenomen in de nieuwe regelgeving bestaat er niet direct behoefte aan een nieuw reglement. De Commissie is evenwel van mening dat een aantal van de weggevallen bepalingen niet kan worden gemist. De Commissie heeft daarbij het oog op artikel 5, tweede, derde en vierde lid, van het Reglement vcc. De Commissie stelt zich voor dat deze bepalingen bij de eerstvolgende wijziging van de regelgeving alsnog in de Regeling op de advocatuur worden opgenomen. Een voorstel daartoe zal worden gericht aan de algemeen secretaris. In dat kader vraagt de Commissie dringend aandacht voor artikel 20, tweede lid, aanhef en onderdeel b, van de Regeling op de advocatuur, welke bepaling in de praktijk niet uitvoerbaar lijkt. Afnemen van examens en proeven van bekwaamheid In dit verslagjaar verliep de overgangsregeling, bedoeld in artikel IV van de Wet versterking cassatierechtspraak. Volgens die regeling konden advocaten die reeds vóór de inwerkingtreding per 1 juli 2012 van de artikelen 9j en 9k van de Advocatenwet en de Verordening respectievelijk het Reglement vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur bevoegd waren om in burgerlijke zaken bij de Hoge Raad op te treden met een vrijstelling van het examen volgens de nieuwe regelgeving de algemeen secretaris van de NOvA inschrijving op het tableau verzoeken met de voorlopige aantekening van advocaat bi de Hoge Raad. De Commissie stelt vast dat de expiratie van genoemde regelgeving van invloed is geweest op het rooster van de Commissie. In de verslagperiode zijn leden van de Commissie 18 keer bijeen geweest om examens en proeven van bekwaamheid af te nemen; 14 bijeenkomsten vonden plaats vóór 1 juli 2014. In het laatste kwartaal was er nog slechts één bijeenkomst. 3
Vrijstellingsverzoeken Als gevolg van de expiratie van de overgangsregeling per 1 juli 2014 was het aantal verzoeken tot vrijstelling groter dan in het vorige verslagjaar. De Commissie verleende 15 vrijstellingen ex artikel 13 van de Verordening vcc. Dat zijn er zes meer dan in het vorige verslagjaar. Examens In de verslagperiode zijn op twaalf verschillende data in totaal 22 (her)examens afgenomen, steeds door twee leden van de Commissie. In 2014 zakten vier kandidaten: drie voor het examen en één voor het herexamen. De Commissie nam vier herexamens af, waarvan drie met een positief resultaat zijn afgerond. Van de mogelijkheid tot het indienen van een bezwaarschrift tegen een beslissing van de Commissie is geen gebruik gemaakt. Diegenen die geslaagd zijn voor het examen, respectievelijk aan wie vrijstelling is verleend van de verplichting tot het afleggen van het examen, zijn desgevraagd voorlopig op het tableau ingeschreven als advocaat bij de Hoge Raad. Proeven van bekwaamheid In 2014 zijn 22 proeven van bekwaamheid afgelegd op veertien verschillende data. Eén proeve, waarvan de beslissing werd aangehouden, werd alsnog met een positief resultaat afgesloten. Eén kandidaat zakte. Na 1 juli 2014 werden nog slechts drie proeven afgelegd. Het grote aantal proeven dat vóór 1 juli 2014 is afgelegd, houdt verband met het feit dat de volgens de overgangsregeling verleende vrijstellingen voor het examen een geldigheidsduur van twee jaar hadden. Als gevolg daarvan moesten advocaten die direct na 1 juli 2012 een dergelijke vrijstelling vroegen, de proeve afleggen. Anderen legden ook zonder die noodzaak relatief snel daarna de proeve af. Daarmee is ook verklaard dat op één na alle kandidaten afkomstig waren uit de arrondissementen Den Haag en Amsterdam (de advocaten die vanuit Den Haag naar Amsterdam vertrokken). Contacten met de Hoge Raad Na de aanvankelijk halfjaarlijkse contacten met de Hoge Raad is dat aantal in 2013 tot de helft teruggebracht toen de nieuwe regelgeving was geïmplementeerd en enige ervaring daarmee was opgedaan. Maandelijks wordt de griffier van de Hoge Raad op de hoogte gesteld van wijzigingen in het aantal advocaten die bevoegd zijn cassaties te doen. Voor 2014 was een gesprek met de griffier van de Hoge Raad gepland, maar dat is geannuleerd omdat er geen bijzonderheden waren. Opleiding Inmiddels zijn er meer (PAO)opleidingen voor civiele cassatieadvocatuur in de markt gezet. Toch bereiken de Commissie nog regelmatig verzoeken in hoeverre opleidingen, lezingen en dergelijke puntwaardig zijn voor civiele cassatie. In dat kader heeft de Commissie besloten dat het volgen van een cassatiecorrespondentendag in beginsel – mede afhankelijk van het onderwerp – voor cassatieopleidingspunten in aanmerking komt als de betreffende advocaat een inleiding heeft gegeven. Waar de opgave van opleidingspunten en vlieguren leidt tot vragen wordt steeds contact opgenomen met de betrokken advocaat om een en ander te bespreken. Inventarisatie werklast Op basis van de ter beschikking staande gegevens kan een voorzichtige inschatting worden gemaakt van de belasting van de Commissie voor 2015. Per 1 januari 2015 staan er 93 advocaten op het tableau geregistreerd als advocaat bij de Hoge Raad. Voor 2015 zouden vier kandidaten (drie uit Amsterdam, één uit Den Haag) in aanmerking komen voor een verlenging van de inschrijving op het tableau als advocaat bij de Hoge Raad. Als gevolg van de nieuwe regelgeving vervalt voor de Commissie de opdracht om te bezien of deze advocaten voldoen aan het opleidingspunten- en vliegurenvereiste. Dertien advocaten met een voorlopige inschrijving komen in aanmerking voor het afleggen van de proeve van bekwaamheid. Inmiddels zijn er twee aanmeldingen voor het examen in 2015.
4
Daarmee is de werklast voor de Commissie in 2015 naar alle waarschijnlijkheid beperkt, in aanmerking nemende dat de aanvragen zoveel mogelijk worden gegroepeerd: twee proeven of drie examens per dagdeel. Voor 2016 worden 17 proeven van bekwaamheid voorzien. Voor 21 advocaten loopt in 2016 de drie jaar termijn af van hun (onvoorwaardelijke) inschrijving als advocaat bij de Hoge Raad. 4. Financiële gegevens civiele cassatieadvocatuur In het verslagjaar zijn de kosten van de Commissie gelijk gebleven ten opzichte van 2013. Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur Aan de NOvA zijn de volgende kosten in rekening gebracht: vacatiegeld en reiskosten
De NOvA heeft de volgende vergoedingen ontvangen: verlening vrijstelling ex artikel 13 Verordening vcc afnemen examen afnemen proeve van bekwaamheid verklaring ex artikel 3 Verordening vcc verklaring artikel 6, tweede lid, Verordening vcc
€ 35.996
€ 1.500 € 21.000 € 33.000 € 3.900 € 2.100 € 61.500
Commissie toezicht & advies civiele cassatieadvocatuur vacatiegeld en reiskosten
€
1.650
Conclusie: Het totaal resultaat voor de civiele cassatieadvocatuur komt uit op een batig saldo van € 23.854.
Den Haag, 6 februari 2015 Namens de Commissie vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur
H.A. Groen voorzitter
M.E. Veenboer secretaris
5
BIJLAGE
Examen, geslaagd 1. Amsterdam 2. Den Haag 3. Den Haag 4. Rotterdam 5. Rotterdam 6. Den Haag 7. Den Haag 8. Den Haag 9. Den Haag 10. Gelderland 11. Den Haag 12. Amsterdam 13. Den Haag 14. Den Haag 15. Midden-Nederland
Examen, gezakt 1. Den Haag 2. Noord-Nederland 3. Midden-Nederland
Herexamen, geslaagd 1. Overijssel 2. Den Haag 3. Noord-Nederland
Herexamen, gezakt 1. Den Haag
€ € € € € € € € € € € € € € € €
1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 15.000
€ € € €
1.000 1.000 1.000 3.000
examen 24/02/14: gezakt examen 06/06/14: gezakt examen 05/11/14: gezakt
€ € € €
1.000 1.000 0 2.000
herexamen 09/01/14: geslaagd herexamen 13/06/14: geslaagd herexamen 24/09/14: geslaagd
€ €
1.000 1.000
herexamen 31/03/14: gezakt
examen 09/01/14: geslaagd examen 09/01/14: geslaagd examen 09/01/14: geslaagd examen 18/02/14: geslaagd examen 18/02/14: geslaagd examen 24/02/14: geslaagd examen 22/04/14: geslaagd examen 22/04/14: geslaagd examen 13/06/14: geslaagd examen 13/06/14: geslaagd examen 13/06/14: geslaagd examen 12/08/14: geslaagd examen 27/08/14: geslaagd examen 27/08/14: geslaagd examen 05/11/14: geslaagd
6
Proeve van bekwaamheid, geslaagd 1. Amsterdam € 1.500 2. Amsterdam € 1.500 3. Amsterdam € 1.500 4. Amsterdam € 1.500 5. Amsterdam € 1.500 6. Den Haag € 1.500 7. Den Haag € 1.500 8. Den Haag € 1.500 9. Den Haag € 1.500 10. Den Haag € 1.500 11. Den Haag € 1.500 12. Amsterdam € 1.500 13. Amsterdam € 1.500 14. Den Haag € 1.500 15. Amsterdam € 1.500 16. Amsterdam € 1.500 17. Amsterdam € 1.500 18. Den Haag € 1.500 19. Den Haag € 1.500 20. Oost-Brabant € 1.500 € 30.000
proeve 09/01/14: geslaagd proeve 17/01/14: geslaagd proeve 18/02/14: geslaagd proeve 03/03/14: geslaagd proeve 03/03/14: geslaagd proeve 17/03/14: geslaagd proeve 17/03/14: geslaagd proeve 24/03/14: geslaagd proeve 24/03/14: geslaagd proeve 31/03/14: geslaagd proeve 31/03/14: geslaagd proeve 01/05/14: geslaagd proeve 01/05/14: geslaagd proeve 06/06/14: geslaagd proeve 13/06/14: geslaagd proeve 26/06/14: geslaagd proeve 26/06/14: geslaagd proeve 12/08/14: geslaagd proeve 24/09/14: geslaagd proeve 24/09/14: geslaagd
Proeve van bekwaamheid, gezakt/aangehouden 1. Den Haag € 1.500 proeve 17/01/14: beslissing aangehouden 2. Den Haag € 1.500 proeve 24/02/14: gezakt € 3.000
Vrijstelling ex artikel 13 1. Den Haag 2. Den Haag 3. Den Haag 4. Den Haag 5. Den Haag 6. Den Haag 7. Den Haag 8. Wassenaar 9. Den Haag 10. Den Haag 11. Den Haag 12. Den Haag 13. Den Haag 14. Den Haag 15. Den Haag
€ € € € € € € € € € € € € € € €
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 1.500
vrijstelling ex art. 13: 16/01/14 vrijstelling ex art. 13: 20/01/14 vrijstelling ex art. 13: 29/01/14 vrijstelling ex art. 13: 10/02/14 vrijstelling ex art. 13: 27/02/14 vrijstelling ex art. 13: 25/04/14 vrijstelling ex art. 13: 09/05/14 vrijstelling ex art. 13: 14/05/14 vrijstelling ex art. 13: 22/05/14 vrijstelling ex art. 13: 20/06/14 vrijstelling ex art.13: 20/06/14 vrijstelling ex art. 13: 25/06/14 vrijstelling ex art. 13: 27/06/14 vrijstelling ex art. 13: 27/06/14 vrijstelling ex art. 13: 30/06/14
7
Vrijstelling ex artikel 13, niet in behandeling genomen 1. Den Haag vrijstelling ex art. 13: verzoek niet in behandeling genomen 04/07/14
Verklaring ex artikel 3 1. Amsterdam 2. Amsterdam 3. Den Haag 4. Overijssel 5. Den Haag 6. Amsterdam 7. Amsterdam 8. Rotterdam 9. Rotterdam 10. Den Haag 11. Amsterdam 12. Amsterdam 13. Den Haag 14. Den Haag 15. Den Haag 16. Den Haag 17. Den Haag 18. Den Haag 19. Den Haag 20. Den Haag 21. Den Haag 22. Amsterdam 23. Amsterdam 24. Den Haag 25. Gelderland 26. Den Haag 27. Den Haag 28. Den Haag 29. Amsterdam 30. Den Haag 31. Amsterdam 32. Amsterdam 33. Den Haag 34. Amsterdam 35. Den Haag 36. Den Haag 37. Oost-Brabant 38. Noord-Nederland 39. Midden-Nederland
€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 3.900
verklaring ex art. 3: 09/01/14 verklaring ex art. 3: 09/01/14 verklaring ex art. 3: 09/01/14 verklaring ex art. 3: 09/01/14 verklaring ex art. 3: 09/01/14 verklaring ex art. 3: 17/01/14 verklaring ex art. 3: 18/02/14 verklaring ex art. 3: 18/02/14 verklaring ex art. 3: 18/02/14 verklaring ex art. 3: 24/02/14 verklaring ex art. 3: 03/03/14 verklaring ex art. 3: 03/03/14 verklaring ex art. 3: 03/03/14 verklaring ex art. 3: 17/03/14 verklaring ex art. 3: 17/03/14 verklaring ex art. 3: 24/03/14 verklaring ex art. 3: 24/03/14 verklaring ex art. 3: 31/03/14 verklaring ex art. 3: 31/03/14 verklaring ex art. 3: 22/04/14 verklaring ex art. 3: 22/04/14 verklaring ex art. 3: 01/05/14 verklaring ex art. 3: 01/05/14 verklaring ex art. 3: 02/06/14 verklaring ex art. 3: 02/06/14 verklaring ex art. 3: 02/06/14 verklaring ex art. 3: 06/06/14 verklaring ex art. 3: 06/06/14 verklaring ex art. 3: 13/06/14 verklaring ex art. 3: 13/06/14 verklaring ex art. 3: 16/06/14 verklaring ex art. 3: 26/06/14 verklaring ex art. 3: 12/08/14 verklaring ex art. 3: 12/08/14 verklaring ex art. 3: 27/08/14 verklaring ex art. 3: 24/09/14 verklaring ex art. 3: 24/09/14 verklaring ex art. 3: 24/09/14 verklaring ex art. 3: 05/11/14
8
Verklaring ex artikel 6 lid 2 1. Amsterdam 2. Amsterdam 3. Amsterdam 4. Amsterdam 5. Amsterdam 6. Den Haag 7. Den Haag 8. Den Haag 9. Den Haag 10. Den Haag 11. Den Haag 12. Den Haag 13. Amsterdam 14. Amsterdam 15. Den Haag 16. Amsterdam 17. Amsterdam 18. Amsterdam 19. Den Haag 20. Den Haag 21. Oost-Brabant
€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 2.100
verklaring ex art. 6 lid 2: 09/01/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 17/01/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 18/02/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 03/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 03/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 03/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 17/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 17/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 24/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 24/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 31/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 31/03/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 01/05/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 01/05/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 06/06/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 13/06/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 16/06/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 26/06/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 12/08/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 24/09/14 verklaring ex art. 6 lid 2: 24/09/14
Totaal baten 2014 examen geslaagd examen gezakt herexamen geslaagd herexamen gezakt proeve geslaagd proeve gezakt
€ € € € € €
15.000 3.000 2.000 1.000 30.000 3.000
vrijstelling artikel 13 Verordening vcc verklaring artikel 3 Verordening vcc verklaring artikel 6 Verordening vcc totaal 2014
€ € € €
1.500 3.900 2.100 61.500
Kosten Commissie vakbekwaamheidseisen 2014 vacatiegelden forfaitair bedrag proeven van bekwaamheid reiskosten
€ € €
24.500,00 11.250,00 245,63
totaal 2014
€
35.995,63
Kosten Commissie toezicht & advies 2014 vacatiegelden reiskosten
€ €
1.500,00 150,52
totaal 2014
€
1.650,52
totaal kosten 2014
€
37.646,15
9