Ciudad Juarez, waar jonge arbeidsters aan de lopende band verdwijnen Danielle Hennaert Medewerker Amnesty International Vlaanderen 15 februari 2001. De 17-jarige Lilia Alejandra Garcia, een arbeidster in een assemblagefabriek, is op weg om de bus naar huis te nemen. Maar Lilia zal nooit thuiskomen. Enkele dagen later wordt ze immers vermoord teruggevonden. Haar lichaam werd gedumpt op een stort nabij haar werk en vertoont tekenen van fysiek en seksueel geweld. Van de dader ontbreekt ieder spoor. Lilia wordt daardoor één van de vele slachtoffers van de feminicide die sinds begin de jaren negentig de streek rond Ciudad Juarez in haar ban houdt.
Feminicide Ciudad Juarez, een stoffige woestijnstad aan de grens met de Verenigde Staten. Het is de dichtstbevolkte stad in de Mexicaanse staat Chihuahua. Dit is vooral het gevolg van de aanwezigheid van maquiladoras, grote assemblagefabrieken die NoordAmerikaanse multinationals er sinds de jaren ’70 vestigden. Zij werden voornamelijk aangetrokken door de vele voordelen die de streek te bieden had. Lage loonkosten, minimale belastingen en politiek patronage maakte immers dat Ciudad Juarez een investeringsparadijs was voor de doorsnee Noord- Amerikaanse multinational. De uitbouw van deze maquiladoras groeide nog verder vanaf 1994, toen de bepalingen van de North Americal Free Trade Agreement (NAFTA) in Mexico van kracht werden. Ook Mexicaanse arbeiders wilden een graantje mee pikken van deze economische bloei wat grote migratiestromen in de hand werkte. Ciudad Juarez groeide dan ook snel uit tot een melting pot waar mensen van allerlei slag op zoek gingen naar een betere toekomst. In 2000 sloeg echter de recessie bikkelhard toe en dit liet een enorme impact op de regio na. Buurten verpauperden en werden de heimat van zij die op zoek waren naar lucratieve dealtjes. Prostitutie teelt er welig in de talrijke louche bars. Het feit dat Ciudad Juarez een grensstad is, werkt ook de drugstrafiek in de hand. Door de hoge criminaliteit kreeg de stad dan ook snel de naam ‘sin cit y’ opgespeld. In zulke stad is natuurlijk niemand echt veilig, maar het zijn vooral vrouwen die de risicogroep vormen. Sinds 1993 wordt de regio immers geteisterd door vrouwenmoorden, en dit op grote schaal. De afgelopen 14 jaar zijn er in Ciudad Juarez meer dan 400 jonge vrouwen vermoord. Minstens één derde daarvan is ook seksueel misbruikt. Bovendien zijn er nog steeds honderden vrouwen vermist. Plaatselijke NGO’s spreken zelfs van duizenden vermiste vrouwen. En het moorden gaat nog steeds door… De meisjes verdwijnen niet ad random. Er is wel degelijk een terugkerend profiel te herkennen. De slachtoffers zijn meestal jonge vrouwen, tussen de 13 en de 22 jaar oud en hebben het doorgaans niet breed. Ze zoeken dan ook hun heil in de maquiladoras om wat bij te verdienen. Het merendeel probeert het werk te combineren met studeren. Anderen trekken naar de maquiladoras om hun gezin te ondersteunen. Ondanks hun jonge leeftijd hadden verschillende slachtoffers immers al kinderen en stonden ze, vaak zonder steun, aan het hoofd van een huishouden.
© RoSa, Uitgelezen, jg. 13, nr. 2, 2007
1
Het is vooral op weg van of naar het werk dat de meisjes risico lopen om ontvoerd te worden. De maquiladoras liggen immers erg afgelegen, te midden van stortplaatsen en woestijngebied. Straatverlichting is er quasi niet. De slachtoffers zijn dan ook een gemakkelijke prooi voor diegene die met slechte bedoelingen hun pad kruist. De lichamen van de vermoorde meisjes worden doorgaans in de nabije omgeving teruggevonden. Ze worden gedumpt in greppels, ravijnen of vuilnisbelten maar evengoed in de stad of de industriezone. Uit onderzoek blijkt dat de meisjes voor hun dood nog enkele dagen gevangen werden gehouden en onderworpen werden aan brutaal fysiek en/of seksueel geweld voor ze vermoord werden. De daders lijken genot te scheppen in het feit dat ze hun slachtoffers zowel fysiek als mentaal vernederen en domineren alvorens hen met messteken of door wurging om het leven te brengen. De aard van de verwondingen doet vermoeden dat de daders vanuit een extreme vrouwenhaat handelen. Tot op heden zijn de moorden nog steeds een groot mysterie. Van daders is er immers veeleer geen spoor. De afgelopen jaren zijn er slechts enkelen effectief voor deze feiten veroordeeld maar de moorden gaan nog steeds door. Ook rond de motieven doen de wildste verhalen de ronde. Organenhandel, drugstrafiek en prostitutie worden vaak naar voren geschoven als mogelijke motieven maar ook de overheid wordt van betrokkenheid beticht. Het falen van de overheid om effectief iets aan deze problematiek te doen werkt uiteraard verdere speculaties in de hand.
Een falende overheid Ondanks de omvang en de gruwelijke aard van de moorden sloot de Mexicaanse overheid tot 2003 vaak de ogen voor deze problematiek. De meisjes die vermoord worden, zijn doorgaans arm en hebben aldus geen zware maatschappelijke stem. De politieke kost van hun verdwijning was dan ook minimaal en noopte de politieke elite er niet toe om zware inspanningen te ondernemen. De zoektocht naar mogelijke daders werd vaak niet eens opgestart waardoor er de facto straffeloosheid heerst. Bovendien draaide het juridisch systeem vierkant waardoor de gerechtelijke procedures vaak in het honderd liepen. Deel van het probleem was ook dat het onderzoek onder de bevoegdheid van de lokale autoriteiten viel. Zij hadden noch de capaciteiten noch de infrastructuur om dit onderzoek tot een goed einde te brengen. De federale overheid bleef echter stilzwijgend toekijken en ondernam niets. In dit beginstadium weigerde de overheid zelfs een terugkerend patroon in de moorden te erkennen. Volgens voormalig president Vincente Foxe waren de moorden in Ciudad Juarez zelfs een geïsoleerd probleem en zeiden ze niets over het mensenrechtenbeleid van Mexico. Hiermee verhinderde de overheid dat er een doortastend onderzoek werd gevoerd en dat er een efficiënte juridische remedie zou gevonden worden. De overheid nam ook een sterk discriminerende houding ten opzichte van de slachtoffers en hun familie aan. Wanhopige ouders op zoek naar hun vermiste dochter werden meer dan eens wandelen gestuurd met de boodschap dat hun dochter wel zal ondergedoken zijn met haar vriendje. Slachtoffers werden er ook van beticht dat ze het zelf hadden gezocht door in bars rond te hangen of zich uitdagend te kleden. Onder het motto ‘It’s hard to get out on the street when it’s raining and not to get wet ” werd de verantwoordelijkheid dus volledig in de schoenen van de vermiste meisjes geschoven. Dit past uiteraard in het groter plaatje van de Mexicaanse machocultuur. Vrouwen die, ook al is het noodgedwongen, buitenshuis
© RoSa, Uitgelezen, jg. 13, nr. 2, 2007
2
gaan werken worden financieel onafhankelijk en gaan emanciperen, vaak tot onvrede van een deel van de mannelijke bevolking. Door hun werk doorbreken de meisjes de stereotiepe rolverdelingen die leven in de Mexicaanse samenleving en lopen ze hierdoor een groter risico op gegendered geweld. Door toenemende nationale en internationale druk zag de Mexicaanse overheid in 2003 zich genoodzaakt om toch wat meer aandacht te besteden aan de moorden, al was het maar om de politieke schade zo veel mogelijk te beperken. Er werd al snel een 40 puntenplan ontwikkeld en in navolging hiervan werden er verschillende commissies opgericht. Deze nieuwe maatregelen moesten de problemen in de administratie, de justitie en de publieke veiligheid aanpakken. Maart al snel bleek dat deze maatregelen vaak louter schone schijn waren. Zo hadden de nieuwe commissies in realiteit maar weinig draagkracht. Hun aanbevelingen werden door de overheid meermaals naast zich neergelegd. Ook de kwaliteit en de methodes van onderzoek zijn nog steeds in vele gevallen bedenkelijk. Het forensisch onderzoek is vaak een lachertje en met bewijsmateriaal wordt er roekeloos omgesprongen. Bovendien zijn de politieagenten en ambtenaren die belast zijn met het onderzoek vaak nalatig en onverschillig. Verschillende onder hen zouden trouwens ook bij de moorden betrokken zijn. Zo bleek een onderprocureur die belast was met een groot aantal moordonderzoeken in zijn vrije uurtjes een notoire pooier die een groot prostitutienetwerk had uitgebouwd. Omdat de autoriteiten onder internationale politieke druk staan, nemen ze ook vaak een loopje met de mensenrechten om toch maar aan bekentenissen te komen. Verschillende verdachten beweren dat ze door foltering valse verklaringen hebben afgelegd. Sinds 2003 maken de autoriteiten wel een onderscheid tussen seriemoorden en situationele moorden, iets wat voorheen volledig ontbrak. De moorden in Ciudad Juarez vallen volgens de overheid echter meestal onder de noemer van situationele moorden. Door alle moorden op deze manier te classificeren is het onmogelijk geworden om de invloed van genderfactoren, zoals discriminatie en de ondergeschikte positie van vrouwen in Mexico, op die moorden in te schatten. Toch zijn er ondertussen ook initiatieven genomen die wel vruchten hebben afgeworpen. De FBI heeft voorgesteld om de databank met DNA materiaal te verbeteren en meer betrouwbaar en toegankelijk te maken. Er zouden kruisgegevens mogelijk zijn van de gegevens van elk dossier. Het is echter nog niet bekend welke resultaten geboekt zijn door deze databank. Ze bewijst echter wel dat er een technische expertise is opgebouwd die de voorbije jaren ontbrak. De verschillende maatregelen hebben de moorden dus niet doen ophouden. De straffeloosheid blijft aanhouden en de familieleden worden steeds meer ontredderd. Zij eisen gerechtigheid voor hun verdwenen dochters maar lopen vaak tegen een muur van onbegrip.
Gerechtigheid voor onze dochters Door de incompetentie van de overheid voelen heel wat familieleden zich genoodzaakt om zelf actie te ondernemen. Moeders van vermiste en/of vermoorde meisjes verenigen zich en patrouilleren moedig, zij aan zij, op zoek naar hun vermiste dochters. Hun acties hebben bovendien ook vaak een pro-actief karakter.
© RoSa, Uitgelezen, jg. 13, nr. 2, 2007
3
Ze hebben immers al enkele keren een ontvoering kunnen verhelpen. Maar ze verheffen ook hun stem tegen de falende overheid. Ze klagen de tekortkomingen in de onderzoeksprocedures aan en roepen de Mexicaanse autoriteiten op om hun verantwoordelijkheid eindelijk na te komen. Deze protestbeweging wordt met de dag groter. Dit valt uiteraard niet in goede aarde bij de lokale en federale autoriteiten. De protestbeweging is dan ook meermaals het slachtoffer geweest van intimidatie en tegenwerking. Er wordt de families regelmatig voorgehouden dat ze door hun kritische houding hun recht op schadevergoeding op het spel zetten. De Mexicaanse regering erkent dat zulke praktijken in het verleden hebben plaats gehad maar ontkent dat dit vandaag de dag nog gebeurt. De verhalen die we ontvangen van families en NGO’s ter plaatse doen echter het tegenovergestelde vermoeden.
De houding van de bedrijven Daar een groot deel van de vermoorde meisjes werkzaam waren in een maquiladora zou men kunnen verwachten dat de bedrijven een steentje bijdragen om de veiligheid van hun arbeidsters te verhogen. Jammer genoeg moeten we vaststellen dat het merendeel van de bedrijven zich in deze problematiek afzijdig houdt. Er zijn wel enkele gevallen bekend van bedrijven die actie ondernamen om de veiligheid van hun werknemers te verbeteren. Ze maken onder meer beeldmateriaal van de onmiddellijke omgeving van de maquiladora of voorzien in busdiensten van en naar de werkplaats. Toch is ook deze hulp niet overwegend positief. Veel van de ondernomen acties zijn immers seksistisch van aard. Ze zijn erop gericht om vrouwenrechten zoveel mogelijk kort te wieken. De bewegingsvrijheid van de arbeidsters wordt bijvoorbeeld door de bedrijfsmaatregelen immers sterk beperkt en er worden strikte kledingvoorschriften gehanteerd. Regelmatig zijn het ook enkel de vrouwen die belast worden met de verantwoordelijkheid, maar vaak zonder middelen, om de misdaden te voorkomen en worden ze op die manier nogmaals aan hun lot overgelaten. Naar onze mening hebben de bedrijven alleszins de morele vera ntwoordelijkheid om de veiligheid van hun werkvolk zo veel mogelijk te garanderen. Maar ook deze morele verantwoordelijkheid wordt door vele bedrijven langs zich neergelegd. De rol van Amnesty International Amnesty International kon als mensenrechtenorganisatie niet langer langs de kant toezien. In het kader van haar globale STOP Geweld Tegen Vrouwen- campagne die in 2004 werd gelanceerd, nam ze het schrijnende verhaal van de vrouwen in Ciudad Juarez dan ook op. In 2003 werd het rapport ‘Mexico intolerable killings 10 years of abductions and murder of women in Ciudad Juarez and Chihuahua’ uitgebracht. De Mexicaanse autoriteiten zijn wettelijk verplicht onder internationaal humanitair recht om effectieve en efficiënte maatregelen te treffen om het geweld tegen vrouwen te doen stoppen. Het verhaal van Ciudad Juarez laat duidelijk merken dat de Mexicaanse overheid haar verplichtingen niet nakomt. Amnesty International stelt in haar rapport dat de overheid voornamelijk op vier vlakken heeft gefaald. Het onderzoek van de misdaden verloopt nog steeds niet efficiënt en er heerst nog altijd een enorme straffeloosheid aangaande het geweld op vrouwen. Slachtoffers en hun familie worden nog altijd niet op een adequate manier vergoed en de overheid onderneemt nog steeds geen preventieve maatregelen om de moorden te doen stoppen. Amnesty International lanceert in haar rapport dan ook heel wat
© RoSa, Uitgelezen, jg. 13, nr. 2, 2007
4
aanbevelingen en maant de Mexicaanse autoriteiten aan om deze aanbevelingen op te volgen. Regelmatig publiceert Amnesty ook een update van het rapport om recente ontwikkelingen te rapporteren. In juni 2006 kwam de laatste update uit. De conclusies blijven jammer genoeg nog steeds dezelfde als de voorbije jaren. De Mexicaanse overheid heeft wel stappen ondernomen maar deze zijn te ondermaats om werkelijke veranderingen ter kunnen bewerkstelligen. Amnesty International blijft dan ook verder strijden opdat deze mensenrechtenschending niet in de vergetelheid zou geraken. Op 8 maart 2007, Internationale Vrouwendag, nodigde Amnesty Vlaanderen Marisela Rivera uit, een medestichtster van de organisatie Nuestras Hijas de Regreso a Casa die gerechtigheid eist voor de vermoorde vrouwen van Ciudad Juarez. Vanwege haar onafgebroken strijd voor gerechtigheid werd ze zelf al meermaals het slachtoffer van bedreigingen vanwege de lokale autoriteiten. Samen met Amnesty trok ze naar de Mexicaanse ambassade en de Europese Commissie om haar stem te laten horen. Haar verhaal werd positief ontvangen en de autoriteiten beloofden om de situatie op te volgen. Amnesty Vlaanderen lanceerde ook een postkaartenactie voor haar achterban. Met deze kaartjes wilden we de Mexicaanse regering en het Europees Parlement oproepen om zich in te zetten voor de vrouwen in Ciudad Juarez opdat het moorden eindelijk zou stoppe n, opdat Lilia Alejandra Garcia, en de vele anderen, niet voor niets zijn gestorven.
Voor meer info: www.amnesty.be www.amnesty.org www.mujeresdejuarez.org
© RoSa, Uitgelezen, jg. 13, nr. 2, 2007
5