JAARGANG 3, NR. 1
16 AUGUSTUS 2011 REF.NR.: 11.A0330
Carbon Footprint Analyse 2010, 1e helft Conform CO2-prestatieladder, handleiding 2.0, 23 juni 2011
Inhoudsopgave Directieverklaring Organisatie Rapporterende organisatie Verantwoordelijk persoon Organisatiegrenzen ISO 14064 verklaring Carbon Footprint Analyse Grondslag van de analyse Meetresultaten en toelichting Gerapporteerde periode Scope 1: Directe CO 2-emissie CO2-emissie van verbranding biomassa Verklaring van weggelaten CO 2-bronnen of putten Scope 2: Indirecte CO 2-emissie Indirecte CO2-emissie door aangekochte energie Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden Scope 3: Indirecte overige CO 2-emissie CO2-compensatie Voortgang ten opzichte van referentiejaar Historisch basisjaar Aanpassingen aan historisch jaar Normalisering meetresultaten Berekeningsmodellen Kwantificeringsmethodes Verklaring voor veranderingen in de kwantificeringsmethodes Reductiedoelstellingen Annex 1: CO2-emissie 2010, 1e helft, scope 1 en 2 Annex 2: CO2-emissie 2010, 1e helft, scope 3
Pagina 2
Carbon Footprint
Directieverklaring Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is iets waar Croon Elektrotechniek zich al langere tijd mee bezighoudt. Werd dit vroeger vooral gedreven vanuit efficiency en kostenbesparingen, heden wordt Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen gedreven vanuit houding en gedrag; vanuit een 'mindset' dus. Het is onze plicht, zowel naar de samenleving, als vanuit bedrijfseconomisch en milieutechnisch oogpunt hier beleid op te richten. We moeten verantwoord omgaan met onze wereld en techniek levert een steeds belangrijkere bijdrage aan een gezonde leef- en werkomgeving. Carbon Footprint sluit goed aan bij het thema duurzaamheid, waar Croon als organisatie al geruime tijd mee bezig is. Duurzaamheid is niet alleen zeggen, maar ook doen; er in geloven en er waarde aan hechten; er voor zorgen dat ons werk duurzaam is en blijft. Immers, zonder duurzame installaties, geen duurzame samenleving. Als technisch dienstverlener ontwerpt Croon bij klanten grote installaties voor een breed scala van toepassingen. Wanneer Croon de technische know-how bundelt, kan een wezenlijke bijdrage aan de CO2-reductie worden geleverd. Een Carbon Footprint analyse dwingt onze organisatie om zich te blijven ontwikkelen. Het is een andere manier van kijken naar de wereld om ons heen. Door het meten van de CO2-uitstoot volgens de CO 2-prestatieladder wordt het zichtbaar. Denk bijvoorbeeld aan het energieverbruik, wagenpark en de afvalstromen. Verandering begint tenslotte bij jezelf en dus binnen je eigen organisatie. Als Croon hier niet goed mee omgaat, wordt een grote, ook maatschappelijke, slag gemist. Met een Carbon Footprint analyse wil Croon als organisatie het nieuwe denken aangeven. Het is deze gedragsverandering die nieuwe mogelijkheden genereert. Een mindset en interactie tussen mensen en organisaties, waardoor nieuwe mogelijkheden worden ontwikkeld.
C. Smit Algemeen Directeur Croon Elektrotechniek
Pagina 3
Carbon Footprint
Organisatie Rapporterende Organisatie De rapporterende organisatie Croon Elektrotechniek B.V. is een werkmaatschappij van TBI Holdings B.V.. Voor deze rapportage is het in Nederland opererende deel van Croon Elektrotechniek B.V. in ogenschouw genomen, tezamen met de buitenlandse vestigingen van Croon Elektrotechniek B.V. waarbij de invloed van Croon Elektrotechniek B.V. als organisatie merkbaar aanwezig is. Croon Elektrotechniek B.V. is een van de oudste elektrotechnische bedrijven van Nederland en is actief in de installatiebranche. Sinds de oprichting in 1876 loopt het bedrijf voorop bij alle belangrijke technologische ontwikkelingen. In deze jaren heeft Croon Elektrotechniek B.V. een grote expertise opgebouwd op het gebied van elektrotechnische toepassingen in de marktsegmenten Infra, Marine & Offshore, Utiliteit en Industrie. Croon Elektrotechniek B.V. is een betrouwbare, solide technische dienstverlener die goede oplossingen biedt aan ambitieuze klanten binnen het bedrijfsleven en de non-profitsector. Croon Elektrotechniek B.V. voert zowel eenvoudige als gedurfde, toonaangevende projecten uit. Met de diensten draagt Croon Elektrotechniek B.V. bij aan het goed, duurzaam en kostenefficiënt functioneren van organisaties, gebouwen, schepen, infrastructurele en industriële installaties. Van ontwerp tot beheer en onderhoud.
Verantwoordelijk Persoon De statutair verantwoordelijk persoon voor de rapporterende organisatie is directeur de heer C. Smit.
Organisatiegrenzen De organisatiegrenzen van Croon Elektrotechniek B.V. zijn in het kader van CO 2 (kooldioxide)bewustzijn bepaald volgens het principe van de operationele invloedsfeer van het te certificeren bedrijf. Binnen het GHG protocol wordt dit omschreven als ‘operational boundary’. In de praktijk betekent dit dat waar activiteiten onder regie van Croon Elektrotechniek B.V. vallen, de verantwoording voor de CO2-productie wordt genomen: de sturing ligt duidelijk bij de eigen organisatie. De organisatiegrenzen voor deze inventarisatie bevat Croon Elektrotechniek B.V. met daarbij ingesloten de volgende dochterondernemingen: Electro-Croon Polska Sp.o.o.z., Krakow, Polen; Croon Industrial Systems B.V., Apeldoorn.
De betreffende activiteiten worden gevoerd vanuit de volgende vestigingen:
Alkmaar; Amsterdam; Apeldoorn; De Meern; Delft; Den Haag; Den Helder; Enschede; Groningen; Roosendaal; Rotterdam (hoofdkantoor); Krakow – Polen.
Pagina 4
Carbon Footprint
Organisatie Organisatiegrenzen (vervolg) Hierbij worden toegevoegd de deelname aan volgende bouwcombinaties:
Bouwcombinatie La Defence v.o.f., Enschede; C.C.B. v.o.f. Combinatie Croon Bakker, Rotterdam; Combinatie Croon, HVL v.o.f., Rotterdam; C.W.F. v.o.f. Croon, Wolter &Dros Facilities, Amersfoort; C.W.I. v.o.f. Croon, Wolter &Dros Infra, Rotterdam; C.W.V. v.o.f. Croon, Wolter &Dros Vastgoed, Amersfoort; D.U.C.S.v.o.f., Rotterdam; H.V.C.W. v.o.f., Haverkort Voormolen, Croon, Wolter & Dros; H.H.C. Contracting v.o.f., Zaandam; I.C.P. v.o.f., Installatiecombinatie Prinsenhof, Amersfoort; I.C.R. v.o.f., Installatiecombinatie Rabobank, Rotterdam; M.H.H.C. Contracting v.o.f., Zaandam; O.M.C. v.o.f., Nieuwe Pekela; Van Eesteren-TBI Techniek (Flevoziekenhuis), Amsterdam; Combinatie GMB-Bosman-Croon v.o.f., Ridderkerk; Installatie Combinatie Isala v.o.f., Bunnik; Combinatie Croon-Spie-Wolter&Dros V.O.F., Rotterdam.
Vanuit de A-C analyse zijn onderstaande concernaanbieders toegevoegd aan de boundary. Zij worden niet op het CO2-bewustzijn certificaat vermeld.
Ingenieursbureau Wolter & Dros B.V.; Acto Informatisering B.V.; Eekels Elektrotechniek B.V.; Baas B.V.; HVL B.V.; MDB B.V.; JP van Eesteren B.V.
Volgende bedrijven worden niet meegenomen in de boundary:
ISO 14064 Verklaring Hierbij verklaart Croon Elektrotechniek B.V. dat deze rapportage voor het CO2-bewustcertificaat is opgesteld in overeenstemming met de richtlijnen in NEN-ISO 14064, versie maart 2006.
An-Elec SP.o.o.z., Gdyna, Polen; Croon Elektrotechniek Aruba N.V., Aruba; Croon Elektrotechniek Curaçao N.V., Willemstad, Curaçao; Croon Industrial Systems Inc., New Castle (USA); TBI Holdings B.V., Rotterdam; TBI Direct B.V., Amersfoort; Techno Fysica B.V., Rotterdam; Walco B.V., Spijkenisse; Stolk Elektrotechnisch Wikkelbedrijf B.V., Rotterdam.
JAARGANG 3, NR. 1
Carbon Footprint Analyse Grondslag van de analyse Op basis van de vastgestelde operationele grenzen zijn de CO 2-emissies en -absorpties door de activiteiten van de organisatie geïdentificeerd. Bij de identificatie van emissies wordt, conform het Greenhouse Gas (GHG) Protocol, onderscheid gemaakt tussen drie bronnen van emissie (bekend als scopes) in twee categorieën: directe emissies en indirecte emissies.
Scope 1 omvat de directe emissies die onder het beheer vallen en worden gecontroleerd door de organisatie. Voorbeelden hiervan zijn de verbranding van brandstoffen in vaste machines, het zakelijk vervoer in voertuigen die eigendom zijn van de rapporterende organisatie en de emissies van koelapparatuur en klimaatinstallaties;
Scope 2 omvat de indirecte emissies door opwekking van gekochte elektriciteit, stoom of warmte;
Scope 3 omvat de andere indirecte emissies van bronnen als woon-werkverkeer, productie van aangekochte materialen en uitbestede werkzaamheden zoals goederenvervoer.
Deze Carbon Footprint Analyse omvat de CO 2-uitstoot (één van de zes broeikasgassen) van Croon Elektrotechniek B.V., betreffende scope 1, 2 en 3, in de eerste helft van het kalenderjaar 2010. De CO2-uitstoot is geanalyseerd overeenkomstig de CO 2–prestatieladder, handboek 2.0.
Meetresultaten en Toelichting Gerapporteerde Periode De gerapporteerde periode is gelijk aan de eerste zes maanden van het boekjaar. Het boekjaar voor Croon Elektrotechniek B.V. loopt van 1 januari tot en met 31 december. De gerapporteerde periode is de eerste helft van het jaar 2010.
Pagina 5
Pagina 6
JAARGANG 3, NR. 1
Scope 1: Directe CO2-emissie DE DIRECTE EMISSIE VAN CO2 IS GEMETEN EN BEREKEND ALS 2.221 TON CO2
Brandstofgebruik van het eigen wagenpark Het overgrote deel van deze emissie, te weten 1.800,6 ton CO 2 (81%), is toe te wijzen aan het brandstofgebruik van het eigen wagenpark. Het wagenpark van Croon Elektrotechniek B.V. bestond in de eerste helft van 2010 gemiddeld uit 555 personenwagens en 131 bestelwagens. 20 van de personenwagens vallen in de categorie hybride middenklasse. In totaal is bij de leasemaatschappij 10.836.940 kilometer gerapporteerd door de werknemers middels invoer van de kilometerstand bij het tanken.
Stationaire verbrandingsapparatuur De overige 420,3 ton CO2 (19%) van de uitstoot wordt veroorzaakt door het gebruik van stationaire verbrandingsapparatuur. Hiervan is 419,7 ton CO 2 toe te schrijven aan verwarming van de bedrijfspanden van Croon Elektrotechniek B.V.
Lekkage van koelgassen In de eerste helft van 2010 hebben geen lekkages van de koelsystemen van Croon Elektrotechniek B.V. plaatsgevonden.
CO2-emissie van verbranding biomassa De verbranding van biomassa heeft binnen Croon Elektrotechniek B.V. niet plaatsgevonden.
Verklaring van weggelaten CO 2-bronnen of putten Alle geïdentificeerde bronnen en putten van CO 2 zijn verantwoord in de rapportage. Binding van CO2 vindt niet plaats, waardoor geen sprake is van putten.
Scope 1, 1e helft 2010 Ton CO 2 2.000,0
1.800,6 1.800,0 1.600,0
1.400,0 1.200,0
1.000,0 800,0 600,0
420,3
400,0 200,0
-
Stationaire verbrandingsapparatuur
Airco en koelingapparatuur
Eigen wagenpark
JAARGANG 3, NR. 1
Pagina 7
Scope 2: Indirecte CO2-emissie DE INDIRECTE CO2-EMISSIE IS GEMETEN EN BEREKEND ALS 1.114 TON CO2
Elektriciteitsgebruik Het grootste aandeel (889 ton CO 2, 80%) kan worden toegeschreven aan ingekochte elektriciteit. De significante bijdrage van elektriciteit aan de emissie in scope 2 wordt mede veroorzaakt door het grijze label dat de ingekochte elektriciteit draagt.
Vliegreizen voor zakelijke doeleinden 152 ton CO2 (14%) komt voor rekening van vliegverkeer voor zakendoeleinden. De lange afstandsvluchten zijn grotendeels voor rekening van de Marine & Offshore-tak van Croon Elektrotechniek B.V., welke over de gehele wereld onderhoud aan schepen uitvoert.
Privé-auto’s voor zakelijk verkeer De overige 73 ton CO2 (7%) komt voor rekening van het gebruik van privé–auto’s voor zakelijk verkeer.
Scope 2, 1e helft 2010 Ton CO 2
900,0
800,0
888,6
700,0
600,0
500,0
400,0
300,0
200,0
152,2 73,2
100,0
-
Elektriciteitsgebruik
Privé auto's voor zakelijk verkeer
Zakelijk vliegen
JAARGANG 3, NR. 1
Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden binnen scope 1 en 2 Uit het voorgaande blijkt dat het overgrote deel van de CO 2-uitstoot wordt veroorzaakt door gebruik van het eigen wagenpark (1.800 ton CO 2) en elektriciteitsgebruik (889 ton CO 2). Het is dan ook van belang om deze uitstoot nauwkeurig vast te leggen. SCOPE 1:
De meetgegevens van het brandstofgebruik van het eigen wagenpark zijn aangeleverd door de leasemaatschappij. De gegevens zijn verkregen op basis van een brandstofpas die aan het betreffende voertuig is gekoppeld. De kilometerregistratie is minder nauwkeurig aangezien niet elke werknemer zorgvuldig de gereden kilometers bijhoudt middels invoer van de kilometerstand bij het tanken. Hierom is gekozen om op basis van de door de leasemaatschappij aangeleverde brandstofgegevens de CO 2-emissie te bepalen. De meetgegevens van het brandstofgebruik van stationaire verbrandingsapparatuur ten behoeve van verwarming komen van gasmeters van de leverancier. Deze worden voldoende betrouwbaar geacht. Wel ontstaat een onnauwkeurigheid aangezien slechts een deel van het gebruikte gas op de locatie Amsterdam wordt toegerekend aan Croon Elektrotechniek B.V. Op basis van het aandeel in vloeroppervlak is op de betreffende locaties een fractie van het totaalverbruik over het gehele jaar voor het betreffende pand genomen. Bij de fractie in tijdsaandeel zijn seizoensinvloeden van gasverbruik niet verdisconteerd. De betreffende gegevens voor deze locatie zijn aangeleverd door TBIzusterbedrijf Wolter & Dros. SCOPE 2:
De meetgegevens van het elektriciteitsverbruik zijn verzameld van facturen welke op basis van meterstanden van elektriciteitsmeters zijn samengesteld. Deze worden voldoende betrouwbaar geacht. Wel ontstaat een onnauwkeurigheid omdat slechts een deel van het elektriciteitsverbruik op de locatie Amsterdam wordt toegerekend aan Croon Elektrotechniek B.V. Net als bij het gasverbruik voor verwarming is op basis van het aandeel in vloeroppervlak en op basis van een tijdsaandeel op de betreffende locaties een fractie van het verbruik genomen. De meetgegevens van het brandstofgebruik van privévoertuigen zijn verzameld op basis van door werknemers gedeclareerde kilometers. De meetgegevens van het vliegverkeer zijn door het reisbureau aangeleverd. In deze gegevens zijn tussenstops van vluchten niet meegenomen. ALGEMEEN:
In algemene zin moet worden opgemerkt dat, wegens het op projectbasis doorgeven van werkzaamheden aan onderaannemers, mogelijk sprake is van overheveling van CO 2-emissie naar scope 3.
Pagina 8
JAARGANG 3, NR. 1
Pagina 9
Scope 3: Indirecte overige CO2-emissie Een volledige emissie-inventaris van scope 3 valt momenteel nog buiten de prestatieladder. Naar verwachting komt hier de komende tijd verandering in. Vooruitlopend hierop heeft Croon Elektrotechniek B.V., op basis van de huidige inzichten, een scope 3-inventaris gemaakt. De betreffende gegevens zijn opgenomen. Uit deze inventarisatie komt naar voren dat met name het woon-werkverkeer door medewerkers tot veel CO2 uitstoot leidt (458,7 ton CO2). Na de auto (2.031.698 km) worden de meeste woonwerkkilometers met de trein gemaakt (118.197 km). Croon Elektrotechniek B.V. veroorzaakt in totaal 4.518.054 kg afval. De afvalstromen worden zoveel mogelijk gescheiden verzameld en opgehaald. Het afval bestaat bijna geheel uit verpakkingsmaterialen van papier, karton en plastic (98%). 52.005 kilogram wordt opgehaald als ongesorteerd bedrijfsafval. De bijdrage aan de CO 2-uitstoot wordt momenteel niet meegenomen, omdat emissiefactoren nog niet eenduidig zijn vastgesteld. Scope 3, 1e helft 2010 Ton CO 2 500,0
458,7 450,0
400,0
350,0
300,0
250,0
200,0
150,0
100,0
52,1 50,0
Openbaar vervoer voor zakelijk verkeer
Woon-werkverkeer met nietbedrijfsvoertuigen
Afvalverwerking
Papier
Elektriciteit gerelateerde activiteiten
Emissies door uitbestede diensten
CO2-compensatie Er vindt geen compensatie plaats van CO 2-emissies. Beschikbare middelen worden aangewend om verbetering te bewerkstelligen binnen het eigen machinepark om hiermee de bedrijfsmiddelen optimaal te laten presteren in het kader van de CO 2-emissie.
JAARGANG 3, NR. 1
Pagina 10
Voortgang ten opzichte van het referentiejaar Historisch basisjaar Deze meting is de vierde meting in het kader van de ISO 14064-norm. Het kalenderjaar 2008 is het referentiejaar voor deze en toekomstige metingen.
Aanpassingen aan historisch jaar Er is geen sprake van aanpassingen aan het historisch jaar.
Normalisering meetresultaten De omvang van de CO2-emissie heeft een duidelijke correlatie met de omvang van de activiteiten welke door Croon Elektrotechniek B.V. zijn ontplooid. Ten behoeve van vergelijking van de emissie in het referentiejaar en die tijdens de gerapporteerde periode, is daarom een maatstaf bepaald op basis waarvan de meetresultaten kunnen worden genormaliseerd. Voor Croon Elektrotechniek B.V. is de omvang van bedrijfsactiviteiten te meten aan de hand van de gerealiseerde projecturen. Op basis van de projecturen zijn de gerapporteerde meetresultaten genormaliseerd. In de eerste helft van 2010 zijn door Croon Elektrotechniek B.V. 1.138.403 projecturen gerealiseerd. In scope 1 is de kg CO2-uitstoot per projectuur in de eerste helft van 2010 (1,95) beduidend lager dan in dezelfde periode van 2009 (2,42). Dit komt door een stijging van het aantal projecturen en gelijktijdig een afname van de CO 2-uitstoot. De afname van de CO2-uitstoot is toe te wijzen aan een lager aantal getankte liters brandstof voor het eigen wagenpark. Scope 1 Factor
Projecturen Kg CO2 Scope 1 Kg CO2 uitstoot per projectuur
2008
2009 -H1
2009-H2
2010-H1
1.999.035 4.035.478
1.004.852 2.429.771
951.936 2.366.290
1.138.403 2.220.830
2,02
2,42
2,49
1,95
In scope 2 is de kg CO2-uitstoot per projectuur in de eerste helft van 2010 (0,98) ook lager dan in dezelfde periode van 2009 (1,04). Hier is de afname minder dan in scope 1 omdat de stijging van het aantal projecturen gepaard is gegaan met een stijging van de CO 2-uitstoot in scope 2. Deze stijging is veroorzaakt doordat het aantal reizigerskilometers door lange afstandsvluchten in de eerste helft van 2010 bijna 30% hoger ligt dan in de eerste helft van 2009. Ook het elektriciteitsverbruik is toegenomen. Daartegenover staat dat het aantal zakelijke kilometers met privé auto’s beduidend lager ligt. Scope 2 Factor
Projecturen Kg CO2 Scope 2 Kg CO2 uitstoot per projectuur
2008
2009 -H1
2009-H2
2010-H1
1.999.035 2.188.357
1.004.852 1.044.127
951.936 1.026.869
1.138.403 1.114.063
1,09
1,04
1,08
0,98
In scope 3 is de kg CO2-uitstoot per projectuur in de eerste helft van 2010 (0,45) lager dan in de eerste helft van 2009. Dit wordt veroorzaakt door een afname in de woon-werkkilometers met niet -bedrijfsvoertuigen en een stijging in het aantal reizigerskilometers met trein, tram en bus. Dit leidt tot een lagere CO2-uitstoot. Scope 3 Factor
Projecturen Kg CO2 Scope 3 Kg CO2 uitstoot per projectuur
2008
2009 -H1
2009-H2
2010-H1
1.999.035 1.219.333
1.004.852 575.508
951.936 595.919
1.138.403 510.749
0,61
0,57
0,63
0,45
JAARGANG 3, NR. 1
Berekeningsmodellen Kwantificeringsmethodes De kwantificering van grondstoffen naar CO 2-emissiewaarden is telkens gedaan door geregistreerde volume-eenheden van de gebruikte brandstoffen te benutten. De omrekening van volume naar emissiewaarden is eenduidig en geeft de meest betrouwbare vergelijking. In die situaties waar geen volume-eenheden van brandstof beschikbaar waren, is gebruikgemaakt van de meest betrouwbare informatie die beschikbaar was. In het geval van voertuigkilometers is gebruik gemaakt van kilometers of tonkilometers in de betreffende gewichtklasse van de voertuigen. Elektriciteitsgebruik is genomen aan de hand van geijkte meters en/of aan de hand van de facturen van het energiebedrijf. Vanwege de geldende wetgeving is dit de meest betrouwbare informatiebron die beschikbaar is.
Verklaring voor veranderingen in de kwantificeringsmethodes Ten opzichte van het historisch jaar 2008 heeft er in de kwantificeringsmethode een wijziging plaats gevonden, en wel in het gebruik van de conversiefactor voor reizigerskilometers met openbaar vervoer. In het referentiejaar is dezelfde gemiddelde factor gebruikt voor zowel het reizen per bus, tram als metro. Dit omdat verbijzondering van de reizen naar type openbaar vervoer niet mogelijk was. In de Carbon Footprint Analyse van de eerste helft van 2010 is dit onderscheid wel gemaakt. Ten opzichte van de eerder geverifieerde en gepubliceerde Carbon Footprint Analyse 2010 eerste helft van maart 2011 (Ref.nr. 10.A0555), wijkt deze versie af in het gebruik van de emissiewaarden. Deze herberekening is uitgevoerd op grond van de publicatie van de CO 2-Prestatieladder, Handboek 2.0 bijlage C Conversiefactoren van 23 juni 2011 .
Pagina 11
JAARGANG 3, NR. 1
Pagina 12
Reductiedoelstelling Croon heeft als doelstelling om in 2015 haar uitstoot van CO 2 met 15% te reduceren ten opzichte van het referentiejaar 2008 Als maatstaf is het aantal projecturen genomen. De reden hiervoor is dat Croon een projectenorganisatie is die zijn activiteiten via projectmatige werkzaamheden verricht. Vastgesteld is dat het aantal projecturen sterk bepalend is voor de hoeveelheid CO 2-uitstoot. In het referentiejaar was de CO2-uitstoot in totaal en per projectuur als hieronder weergegeven. Het aantal projecturen voor 2008 is vastgesteld op 1.999.035. De reductiedoelstelling is uitgesplitst in percentage per scope zoals in de CO 2-prestatieladder is
weergegeven. herziening december 2010, versie 2.0: Periode CO2-uitstoot 2008 (ton)
CO2-uitstoot 2008 (kg per projectuur)
Reductiedoel CO2-uitstoot 2015 (kg per stelling 2015 projectuur)
Scope I Scope II Scope III Scope III papier en afval in kg
4.036 2.693 1.219 662.362
2,02 1,09 0,61 0,33
4% 25% 28% 3%
1,94 0,82 0,44 0,32
Totaal Totaal papier en afval in kg
7.945
3,72 0,33
15% 3%
3,16 0,32
Voor de hoeveelheid papier en afval is geen CO 2-equivalent opgenomen. Deze is door de CO 2prestatieladder niet vastgesteld en is (nog) niet eenduidig uit externe bronnen te halen. Hier geldt voor de totale scope III dat zowel voor de hoeveelheid gerekend in kilogram afval als in de hoeveelheid gerekend in ton CO2 hetzelfde reductiepercentage wordt genomen.
Pagina 13
Annex 1: CO2-emissie 2010, 1e helft, scope 1 en 2 CO2-emissie factor1 Hoeveelheid Eenheid
Hoeveelheid
2010 - H1 Eenheid CO2-emissie [ton]
Scope 1: Directe emissie
2.220,8
Stationaire verbrandingsapparatuur
420,3
- Aardgas
1.825
g CO2 / Nm3
- Diesel
3.135
g CO2 / liter
3 229.982 Nm
419,7
179 liter
0,6
Airco en koelingapparatuur
-
Gebruik eigen wagenpark
-
592.105 liter
1.800,6
- Benzine
2.780
g CO2 / liter
141.710 liter
394,0
- Diesel
3.135
g CO2 / liter
446.167 liter
1.398,7
- LPG
1.860
g CO2 / liter
4.228 liter
7,9
Kilometers eigen wagenpark2
10.836.940 km
- Benzine-auto, klasse <1,4 liter
349.286 km
- Benzine-auto, klasse 1,4 - 2,0 liter
1.065.214 km
- Benzine-auto, klasse >2,0 liter
189.066 km
- Benzine-auto, klasse onbekend
84.046 km
- Diesel-auto, klasse <1,7 liter
68.419 km
- Diesel-auto, klasse 1,7 - 2,0 liter
6.945.963 km
- Diesel-auto, klasse >2,0 liter
1.568.124 km
- Diesel-auto, klasse onbekend
172.758 km
- LPG-auto
54.766 km
- Minibus, diesel
9.684 km
- Hybride auto, middenklasse
315.193 km
- Personenauto, brandstoftype niet bekend
14.420 km CO2-emissie factor1 Hoeveelheid Eenheid
Hoeveelheid
2010 - H1 Eenheid CO2-emissie [ton]
Scope 2: Indirecte emissie
1.114,1
Elektriciteitsgebruik
888,6 455
g CO2 / kWh
- Benzine-auto, klasse <1,4 liter
185
g CO2 / voertuigkm
69.136 km
12,8
- Benzine-auto, klasse 1,4 - 2,0 liter
220
g CO2 / voertuigkm
147.768 km
32,5
- Benzine-auto, klasse >2,0 liter
305
g CO2 / voertuigkm
15.895 km
4,8
- Benzine-auto, klasse onbekend
215
g CO2 / voertuigkm
1.428 km
0,3
- Diesel-auto, klasse <1,7 liter
155
g CO2 / voertuigkm
182 km
0,0
- Diesel-auto, klasse 1,7 - 2,0 liter
195
g CO2 / voertuigkm
70.591 km
13,8
- Diesel-auto, klasse >2,0 liter
265
g CO2 / voertuigkm
11.479 km
3,0
- LPG-auto
175
g CO2 / voertuigkm
32.361 km
5,7
- Hybride auto, middenklasse
125
g CO2 / voertuigkm
442 km
0,1
- Hybride auto, hogere klasse
225
g CO2 / voertuigkm
753 km
- Grijze stroom: 2010 en later
1.953.069 kWh
Privé auto's voor zakelijk verkeer
888,6 73,2
Zakelijk vliegen
0,2 152,2
- Afstand < 700 km
270 g CO2 / reizigerskm
72.207 reizigerskm
- Afstand 700 - 2.500 km
200 g CO2 / reizigerskm
121.902 reizigerskm
24,4
- Afstand > 2.500 km
135 g CO2 / reizigerskm
802.685 reizigerskm
108,4
1: Bron: CO2-Prestatieladder, Handboek 2.0 bijlage C Conversiefactoren, geldig m.i.v. 1 juli 2011; 2: De bijdrage aan de CO2-uitstoot van het eigen wagenpark wordt bepaald aan de hand van de brandstof opgave. De opgave van gereden kilometers worden derhalve niet gebruik voor berekening van de CO2; 3: Bijdrage aan CO2-emissie wordt momenteel niet meegenomen, omdat emissiefactoren nog niet zijn vastgesteld; 4: Bron: 2009 Guidelines to Defra / DECC's GHG Conversion Factors for Company Reporting.
19,5
Pagina 14
Annex 2: CO2-emissie 2010, 1e helft, scope 3 CO2-emissie factor1 Hoeveelheid Eenheid
2010 - H1 Eenheid CO2-emissie [ton]
Hoeveelheid
Scope 3: Overige indirecte emissie
510,7
Openbaar vervoer voor zakelijk verkeer
52,1
- Stadsbus
120 g CO2 / reizigerskm
133.282 reizigerskm
16,0
- Metro/tram
100 g CO2 / reizigerskm
198.363 reizigerskm
19,8
65 g CO2 / reizigerskm
250.279 reizigerskm
- Stoptrein + Intercity Woon-werkverkeer met niet-bedrijfsvoertuigen
16,3 458,7
Woon-werk verk eer met privé -auto's
435,4
- Benzine-auto, klasse <1.4 liter
185
g CO2 / voertuigkm
405.466 km
75,0
- Benzine-auto, klasse 1.4 - 2.0 liter
220
g CO2 / voertuigkm
845.460 km
186,0
- Benzine-auto, klasse >2.0 liter
305
g CO2 / voertuigkm
93.218 km
28,4
- Benzine-auto, klasse onbekend
215
g CO2 / voertuigkm
8.377 km
1,8
- Diesel-auto, klasse <1.7 liter
155
g CO2 / voertuigkm
1.066 km
0,2
- Diesel-auto, klasse 1.7- 2.0 liter
195
g CO2 / voertuigkm
413.995 km
80,7
- Diesel-auto, klasse >2.0 liter
265
g CO2 / voertuigkm
67.324 km
17,8
- LPG-auto
175
g CO2 / voertuigkm
189.786 km
33,2
- Hybride auto, middenklasse
125
g CO2 / voertuigkm
2.589 km
0,3
- Hybride auto, hogere klasse
225
g CO2 / voertuigkm
4.417 km
1,0
- Motor4
116
g CO2 / km
70.592 km
8,2
84
g CO2 / km
32.596 km
- Bromfiets 4 Woon-werk verk eer met openbaar vervoer
2,7 23,2
- Streekbus
95 g CO2 / reizigerskm
58.263 reizigerskm
5,5
- Metro/tram
100 g CO2 / reizigerskm
99.914 reizigerskm
10,0
65 g CO2 / reizigerskm
118.197 reizigerskm
- Stoptrein + Intercity Afstand afgelegd per fiets of te voet - Fiets, lopend
7,7 0,0
0
g CO2 / km
203.607 km
- Papier en karton
g CO2 / kg
45.620 kg
- Glas
g CO2 / kg
6 kg
- Plastic
g CO2 / kg
2.601 kg
- Hout
g CO2 / kg
29.741 kg
- Metaal
g CO2 / kg
1.623 kg
- Elektrisch en elektronisch gereedschap
g CO2 / kg
50 kg
- Ongesorteerd afval
g CO2 / kg
52.005 kg
0,0
Afvalverwerking3
Papier3 g CO2 / kg
-
kg
g CO2 / kWh
-
kWh
Elektriciteit gerelateerde activiteiten
-
Emissies door uitbestede diensten
-
-
1: Bron: CO2-Prestatieladder, Handboek 2.0 bijlage C Conversiefactoren, geldig m.i.v. 1 juli 2011; 2: De bijdrage aan de CO2-uitstoot van het eigen wagenpark wordt bepaald aan de hand van de brandstof opgave. De opgave van gereden kilometers worden derhalve niet gebruik voor berekening van de CO2; 3: Bijdrage aan CO2-emissie wordt momenteel niet meegenomen, omdat emissiefactoren nog niet zijn vastgesteld; 4: Bron: 2009 Guidelines to Defra / DECC's GHG Conversion Factors for Company Reporting.
-