CaravanCultuurCourant - 6 Een greep uit de bezienswaardigheden die we onderweg verzamelden Druk op Ctrl-L, doorbladeren met pijltjestoets en eruit met Esc
Erik Fraikin & Rian van der Sluis
Vijfstuks stuks Vijf
Descartes Op onze zoektochten komen we fraaie, lelijke, grote, kleine en onopvallende monumenten tegen. Heel soms -zoals hier vlak buiten Descartes- treffen we er eentje in de categorie ‘opmerkelijk’. Een openstaande slagboom met een tekst op een gedenkmuur is bepaald niet een indrukwekkend monument te noemen waarvan je in diepe vervoering zal raken, maar even stoppen doe je wel. Staat zo’n exemplaar op de grens van België en Nederland of op die van twee andere landen die het Schengen-verdrag van 1990 hebben ondertekend, dan denk je nog “Oh ja, hier was 25 jaar geleden nog een grenspost en dat vindt men een tastbare herinnering waard.” Vreemd wordt het pas wanneer je, zoals hier, midden in Frankrijk rondrijdt en op een dergelijk gedenkteken stuit. Om de behoefte van deze gemeente aan een monument als dit te begrijpen moeten we terug naar de Duitse bezetting van Frankrijk tijdens de Tweede Wereldoorlog. Toen de Fransen op 22 juni 1940 capituleerden, werd afgesproken dat een gebied zo groot als het lichte deel op dit kaartje door de Fransen bestuurd mocht worden. Uiteraard wel met een collaborerende nazi-gezinde regering. De stad Vichy werd regeringszetel. In goed eenzijdig overleg werd over de landkaart een lijn getrokken en werden serieuze grensposten ingericht. De vernedering moet groot zijn geweest voor de Franse burgers toen zij in hun eigen land aan Duitse douanebeambten toestemming moesten vragen om hun familie te bezoeken of hun land te bewerken. In november 1942 was het al afgelopen met dit ‘vrije Frankrijk’. Descartes -je raadt het al- is ruim twee jaar zo’n ergerniswekkende grensplaats geweest.
Oisterwijk Niet heel erg bekend is het feit dat de Fransen -toen zij in de winter van 1794-1795 Nederland binnentrokken- als bevrijders werden onthaald. Wat een paar jaar eerder niet lukte, het Oranjehuis en zijn regenten de laan uitsturen, lukte de Franse revolutionaire legers nu wel. Overal in Nederland verrezen vrijheidsbomen waar gebroederlijk omheen werd gedanst door Fransen en Nederlanders. Oude tekeningen van de feesten zoals die gevierd werden in Delft en Amsterdam laten dat zien. De koninklijke familie vluchtte naar Engeland en de idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap deden in Nederland hun intrede. De vrijheidsboom is een bedenksel van de revolutionaire bestuurders uit Parijs, waarmee niet te spotten viel. Robespierre vaardigde op 23 januari 1794 zelfs een decreet uit die elke gemeente verplichtte een levensvatbare boom te planten met diep ingegraven wortels. Leiders sterven, revoluties gaan voorbij maar een boom zal lente na lente zijn verse bladeren laten zien, was de gedachte. De kiem van de vrijheid zit in de geest van de mensen geworteld en zal altijd weer ontspruiten. Vanuit die filosofie verrezen deze bomen en ook in ons land. Het zou bijna twintig jaar duren voordat de Fransen ons land weer uit zouden worden gejaagd. De zoon van de verdreven stadhouder kwam als koning Willem I aan het roer en beval dat alle vrijheidsbomen in zijn koninkrijk moesten worden gekapt. Voor het oude gemeentehuis in Oisterwijk staat, voor zover bekend, de enige vrijheidsboom in Nederland die aan het bevel van de koning is ontkomen. De ruim 200 jaar oude boom is vandaag de dag ziek en zieltogend maar toont iedere lente nog immer haar bladeren.
L’ Escala Ze moesten er een paar stevige veldslagen voor leveren, maar uiteindelijk hadden de Romeinen de Spaanse oostkust veroverd op de Arabieren van Hannibal. Dat is die kerel die op een goede dag de Romeinen ging opzoeken in hun eigen stad en met zijn olifanten de Alpen over trok, die Hannibal. Tijden daarvoor hadden de Grieken aan de noordkant van de Spaanse oostkust al een nederzetting gesticht. Ze veroverden verder geen land, maar dreven handel met de locale bevolking. Nu kwam deze handelspost in handen van de Romeinen. Die sloegen er meteen aan het bouwen. Naast land veroveren waren ze daar namelijk ook goed in. Er kwamen nieuwe woonwijken, een amfitheater en natuurlijk een forum: het centrale plein met overheidsgebouwen, tempel en winkels, daar waar de noord-zuid en de oost-west hoofdweg elkaar kruisen. Om het uitgebreide complex kwam een stevige muur. Halfhoge muurtjes, dat is eigenlijk alles wat er nu nog over is van de gebouwen van weleer. Dat ze niet alleen Romeins zijn, maar ook Grieks zie je maar zelden. Daarom zijn de muurtjes van deze opgraving extra bezienswaardig voor de geïnteresseerde leek die de hete Spaanse zon trotseert.
Authuille Nadat de Eerste Wereldoorlog was afgelopen, werden de dode soldaten op erevelden begraven. In een brede strook die de voormalige frontlijn volgt, zijn vele honderden van die erevelden ingericht. Die van de Britten zijn vooral in het westen van Frankrijk te vinden. Daar moest ik dan ook zijn voor het vinden van die ene grafsteen, die van Willy McBride. Ondanks de altijd aanwezige registers is het ondoenlijk om tussen het ontelbare aantal zerken de juiste te vinden. Met de hulp van internet wordt een dergelijke zoektocht veel gemakkelijker. Op pad dus! Maar….waarom deze zoektocht? Op het moment dat ik bij mijn muziekluistergroep kennismaakte met de fantastische ballade getiteld Green Fields of France, wist ik het. De plek waar de vermoeide wandelaar uit het lied even neerzit om te rusten, wil ik vinden. En op diezelfde plek wil ik dan, net als hij, mijn gedachten even uit laten gaan naar die zomer van het jaar 1916. Tijdens een doldriest offensief stierf een half miljoen Britse jongens een zekere dood in de vuurlinie van de Duitse mitrailleurs. Al op de eerste dag sneuvelden er bijna 60.000. Ergens in deze hel werd het leven van William McBride vermalen. De steen waarover wordt gezongen bestaat niet echt maar in Authuille staat degene die het best bij het lied past.
Nordhorn Hieronder zie je een weinig spectaculaire foto van een winkelstraat in het Duitse Nordhorn. Bedenk echter wel: overal kunnen ze zitten, ook hier op dit soort dertien-in-een-dozijn plekken! In de straten bij onopvallende huizen, voor winkels en op pleinen. Ook genietend van een kopje koffie op een terras kan je er een tegenkomen. Twintig jaar geleden bestonden ze nog niet. Duitsland heeft het initiatief genomen en na enkele jaren breidde het zich tot ver over zijn grenzen uit. Borne is de eerste Nederlandse gemeente die er in mee ging. Inmiddels hebben Weesp, Hilversum, Almelo en vele steden in Frankrijk en België ze ook: de Stolpersteinen! Je loopt ongemerkt over ze heen, maar als je ervan weet, zie je ze soms. Het idee achter de zogenoemde struikelsteen is om woningen historisch te markeren. Ieder huis dat tijdens het Hitler-regime onvrijwillig door Joden leeg is achtergelaten, kan op verzoek aangeduid worden met een struikelsteen. Als de deportatie van de oorspronkelijke bewoners uit de woning officieel is aan te tonen, kan de stoep voor het huis een koperkleurig tegeltje in gemetseld krijgen waarop vermeld staat wie er woonden, wanneer ze uit het huis zijn gehaald en waar ze zijn gebleven of in welk kamp ze zijn vermoord. Een opmerkelijk initiatief dat dus enorme navolging vindt. En misschien -nu je weet dat ze er zijnkom je ze ook wel eens tegen.
Tot slot Dank voor de belangstelling voor deze editie van onze krant. Deze CaravanCultuurCourant is niet bedoeld als reclamefolder maar … mochten de verhaaltjes en de foto’s je aanspreken, kijk dan ook eens op de website van onze reisgidsen:
Een aantal van de behandelde locaties komt daar namelijk in voor. Trouwens, ken je iemand die interesse heeft in de toezending van deze Courant, geef ons gerust het emailadres door.