Cao 100 alcohol- en drugbeleid Leen De MEY preventiewerker CGG VAGGA/Verslavingspreventie
Marie-Claire LAMBRECHTS VAD/coördinator sector arbeid
Studienamiddag CPBW-leden Provinciehuis – Antwerpen, 10 november 10
Overzicht 1. 2. 3. 4.
Cao 100: wat moet en wat mag? Hoe? Wat is het probleem eigenlijk? Voorwaarden voor een succesvol alcohol- en drugbeleid. Informatie en hulpverlening.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
1
1. CAO 100 – preventief alcohol- en drugbeleid in de onderneming
Wat moet en wat mag: inhoud VERPLICHTE FASE (FASE 1) -
Bepalen van uitgangspunten en doelstellingen
-
Evt. op basis van analyse
-
Resulteert in beleidsverklaring die schriftelijk moet worden opgesteld door werkgever en gericht aan alle werknemers (art. 3 § 3 van de cao).
FACULTATIEVE FASE (FASE 2) “voor zover de realisatie van de 1e fase dit vereist:” (art. 3 § 4 van de cao). -
Regels inzake beschikbaarheid op het werk, het binnenbrengen van A&D, het werkgerelateerd gebruik
-
Procedures bij vaststelling disfunctioneren op het werk
-
Werkwijze/procedure die bij vaststelling werkonbekwaamheid moet gevolgd worden (evt. preventieve ademtesten & vervoer naar huis enz.).
1 april 2010 in AR
1. CAO 100 – preventief alcohol- en drugbeleid in de onderneming
Formele uitwerking (*) VERPLICHTE FASE (FASE 1) - Advies en informatie overlegorganen
FACULTATIEVE FASE (FASE 2) - Advies en informatie overlegorganen
-
Overleg met CPBW (consensus)
-
Geen overleg met CPBW
-
In samenspraak met welzijnsdiensten
-
In samenspraak met welzijnsdiensten
-
Opname in arbeidsreglement (zonder wijzigingsprocedure)
-
Opname in arbeidsreglement (met wijzigingsprocedure)
-
Vorming en voorlichting werknemers/leidinggevenden.
-
Vorming en voorlichting werknemers/leidinggevenden.
(*) Plets in Oriëntatie, maart 2009
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
2
Overzicht 1. 2. 3. 4.
Cao 100: wat moet en wat mag? Hoe? Wat is het probleem eigenlijk? Voorwaarden voor een succesvol alcohol- en drugbeleid. Informatie en hulpverlening.
2. Probleemdefiniëring: afstemming is nodig • •
Wanneer spreek je van een alcoholof drugprobleem? Wat is werkgerelateerd alcohol- en druggebruik?
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
3
Dé (probleem)gebruiker bestaat niet (Zinberg, 1984)
Middel
Mens
Milieu
WERK
(problematisch) gebruik: MMM-interactie
Middel
Mens persoonlijkheid,
aanbod, werking en invloed, hoeveelheid en wijze van gebruik
geslacht, leeftijd, actuele gemoedstoestand, kennis en opvattingen, waarden en normen, biochemische kenmerken, sociale vaardigheden
Milieu
context van gebruik, gezin, school, bedrijf, vrienden, belangrijke derden, subcultuur, uitgaanscultuur, media, socio-economische factoren, cultuur, wetgeving
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
4
Intermezzo productinformatie
Indeling drugs Verdovend
Opwekkend Hallucinogeen Verdovend en hallucinogeen
Alcohol Opiaten Benzo‟s GHB
Cafeïne Nicotine Cocaïne Speed
Cannabis Paddo‟s LSD
Opwekkend en hallucinogeen
Vluchtige XTC snuifmiddelen
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
5
Alcohol: „harde‟ drug? •
Lichamelijke afhankelijkheid - Het plotseling ontbreken of drastisch verminderen van de drug veroorzaakt ontwenningsverschijnselen. - Zeer duidelijk bij: alcohol, veel geneesmiddelen en opiaten. - Voorbeelden: slecht slapen, angsten, beven, zweten, prikkelbaarheid, epilepsie of delirium tremens.
•
Geestelijke afhankelijkheid - Persoonlijke binding t.a.v. bepaald middel, of een bepaalde activiteit. - Het enige zinvolle in het leven is op zoek gaan naar die „roes‟. - Onprettig gevoel zonder de drugs, craving, zucht. - Zeer belangrijk bij herval.
•
Tolerantie: steeds meer om eenzelfde effect te bekomen.
Verslavingspiramide
verslaving
Ik zit eraan vast, ik kan niet zonder. Als ik niet onder invloed ben, voel ik me slecht.
overmatig gebruik
Het hoort er altijd bij, het is een gewoonte.
sociaal gebruik
Af en toe gebruiken voor het effect, de sfeer. De voordelen zijn groter dan de nadelen.
experimenteel gebruik eerste kennismaking
Proberen, zonder dat er een belangrijke reden is. Ja of nee zeggen.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
6
1 glas bier = 1 glas cognac
Alcoholgebruik in België/Vlaanderen •
Elke Belg drinkt gemiddeld 8.1 liter pure alcohol - vooral bier (86 liter) (Belgische Brouwers, 2009) - 14de positie wereldranglijst (verkoopcijfers) (World Drink Trends, 2005).
•
Trend: lichte daling vooral door verminderd biergebruik (in 1980: 131 liter per capita (Belgische Brouwers, 2008). 81% dronk laatste jaar (ooit) alcohol – dagelijkse drinkers: 16% -9% (Vlaams Gewest, 2008).
• •
Problematisch gebruik (cf. WHO: +6 -+4 dag): 4.5% tot 6.75% EU: 5% (Anderson & Baumberg, 2006).
•
Binge drinken („heavy episodic drinking‟ of „comazuipen‟). Operationalisering niet altijd dezelfde.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
7
Problematisch gebruik: de 14/21-regel •
Mannen: • • •
Risico stijgt bij 21 glazen per week Niet meer dan 5 standaard glazen per keer Minstens 2 dagen per week geen alcohol 22 glazen/week of meer: 10% (HIS, 2008)
•
Vrouwen: • • •
Risico stijgt bij 14 glazen per week Niet meer dan 3 standaard glazen per keer Minstens 2 dagen per week geen alcohol 15 glazen/week of meer: 6% (HIS, 2008)
! Opgelet met specifieke situaties !
Functioneringsproblemen: enkel ten gevolge van alcoholgebruik
57 %
tgv gebruik alcohol en illegale drugs
10 %
tgv gebruik alcohol en psychofarmaca
9%
tgv alcohol, illegale drugs & psychofarmaca
8%
enkel ten gevolge van illegaal druggebruik
2%
enkel ten gevolge van gebruik psychofarmaca
1%
ik weet het niet
12 %
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
8
Online hulp (+18)
Cannabis: wetgeving • •
•
•
Cannabis invoeren, produceren, bezitten, gebruiken en verkopen is in België voor iedereen illegaal en dus strafbaar! +18: kleine hoeveelheid cannabis (3 gram of 1 plant) voor pers gebruik? politionele registratie, d.w.z. dat de politie geen PV opmaakt maar enkel plaats, datum en uur van de feiten, aard van het gebruik en omschrijving van de middelen registreert. Wel PV bij indicatie van problematisch gebruik, openbare overlast, verzwarende omstandigheden of specifieke uitzonderingen. Cannabis wordt wel gebruikt voor sommige medische doeleinden (MS, kanker) moet aangevraagd worden.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
9
Illegaal druggebruik in België/Vlaanderen • •
Ooit gebruik van cannabis: 14% - Laatstejaarsgebruik: 3% (HIS, 2008). Leerlingen secundair onderwijs cannabis is meest gebruikte product: 16% laatste jaar (syntheserapport VAD-leerlingenbevraging, 2008-2009).
12-14 jaar: 3% 15-16 jaar: 13% 17-18 jaar : 23% •
Experimenteel maar ook recent en actueel gebruik vooral bij jongeren (15-24jaar) en jongvolwassenen (25-34jaar).
•
XTC – speed: 1.7% ooit-gebruik EU (15-64): 3.1% LP (EMCDDA, 2006).
•
Cocaïne en XTC zijn de partydrugs van het moment.
Nooit meer niet dan wel evenveel wel als niet meer wel dan niet Altijd
2003 23,1 30,8 19,5 12,7 14,0
2005 24,4 29,3 18,8 14,7 12,8
2007 21,7 32,5 20,9 11,3 13,6
Combinatie alcohol en illegale drugs (VAD-uitgaansonderzoek, 2008)
Gebruik van psychoactieve medicatie in BE/VL •
•
•
14% van de Vlamingen heeft de afgelopen twee weken psychoactieve geneesmiddelen gebruikt (Gezondheidsenquête, 2008). Ze gebruiken vooral slaapmiddelen (9%), maar ook kalmeringsmiddelen (5%) en antidepressiva (5%). Meer vrouwen (19%) dan mannen (9%) gebruiken psychoactieve medicatie. Het gebruik neemt toe met de leeftijd en dit zowel bij vrouwen als mannen. Tussen 2004 en 2008 lijkt het gebruik van psychoactieve geneesmiddelen te stabiliseren. België behoort tot de landen met het hoogste percentage jongeren dat ooit slaap- of kalmeringsmiddelen op voorschrift gebruikte (Hibell et al., 2004).
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
10
(problematisch) gebruik: MMM-interactie
Middel
Mens persoonlijkheid,
aanbod, werking en invloed, hoeveelheid en wijze van gebruik
geslacht, leeftijd, actuele gemoedstoestand, kennis en opvattingen, waarden en normen, biochemische kenmerken, sociale vaardigheden
Milieu
context van gebruik, gezin, school, bedrijf, vrienden, belangrijke derden, subcultuur, uitgaanscultuur, media, socio-economische factoren, cultuur, wetgeving
(niet-) problematisch gebruik (VAD, 2002) Meerderheid bevolking
Niet-problematisch gebruik
Minderheid bevolking
Problematisch gebruik
Sociaal gebruik Geïntegreerd gebruik
Situationeel
Chronisch gebruik
(veiligheid/gezondheid) Riskant
Proces naar afhankelijkheid
Occasioneel excessief gebruik
impact op omgeving)
(vooral gezondheid;
© VAD/sector arbeid/sessies VBO - mei 2009
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
11
Definiëring problematisch gebruik •
•
Problematisch gebruik kan - in het kader van welzijn en gezondheid - gedefinieerd worden: • als een proces: vooral een gezondheidsprobleem met ernstige gevolgen op andere terreinen • als een occasioneel feit: zowel een veiligheids- als gezondheidsprobleem; occasioneel problematisch gebruik kan een signaal zijn van chronisch problematisch gebruik Het problematisch karakter wordt bepaald door kenmerken van de gebruiker (mens), de drug zelf (middel) en de context van gebruik (milieu). © VAD/sector arbeid/sessies VBO - mei 2009
Definiëring werkgerelateerd A&D-gebruik •
Elk gebruik dat zich voordoet tijdens werkgerelateerde uren i.c. (onmiddellijk) voorafgaand aan het werk, tijdens de werktijd inclusief lunchpauzes, ‘specifieke aangelegenheden’, en de weg van en naar het werk.
© VAD/sector arbeid/sessies VBO - mei 2009
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
12
Hoe zichtbaar op het werk?
Alert zijn voor signalen •
Signalen die verwijzen naar effecten van gebruik (bv. dronkenschap) geven vooral informatie bij acuut gebruik.
•
Belang van objectieve informatie.
•
Belang van werkgebonden signalen.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
13
Werkgebonden signalen • • •
•
Meestal weinig alcohol- of drugspecifiek, vooral bij chronisch gebruik. Wijzen vooral op een verandering in gedrag - functioneren. Belangrijk om als organisatie alert te zijn voor werkgebonden signalen. Opvolging van arbeidsgedrag moet intensiever en frequenter. Signalen kunnen aangrijpingspunt zijn voor gesprek. Vaak zinvoller dan proberen druggebruik te detecteren. Zinvol : snelle reactie leidt tot vroegtijdige detectie en kansen op herstel zijn groter bij doorverwijzing.
Werkgebonden signalen (2) •
Verzuim -
•
hoger ziekteverzuim, vooral kortdurend verzuim frequent op maandagmorgen vaak te laten komen, 's ochtends en na de lunch vroeg(er) van het werk vertrekken vaak zonder toestemming afwezig zijn vreemde en ongeloofwaardige excuses voor afwezigheid gebruiken ongewoon vaak griep, verkoudheid, maagklachten hebben
Afwezigheid op de werkplek -
herhaalde afwezigheid van de werkplek, meer dan nodig extra lange koffie- en theepauzes veelvuldig toiletbezoek
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
14
Werkgebonden signalen (3) •
Concentratieverlies -
•
Ongevallen -
•
het werk kost meer tijd en moeite dan voordien problemen met het onthouden van aanwijzingen, details, e.d. problemen met het uitvoeren van ingewikkelde handelingen het wel fysiek aanwezig zijn, maar er niet met zijn hoofd bij zijn vaker dan anderen betrokken zijn bij bedrijfsongevallen, (bijna-) ongevallen zonder aanwijsbare verklaring geen rekening houden met de veiligheid van anderen
Onregelmatig werkpatroon -
afwisselende periodes van hoge en lage productiviteit toenemende onbetrouwbaarheid en onvoorspelbaarheid afnemend doorzettingsvermogen
Werkgebonden signalen (4) •
Afgenomen efficiëntie -
•
steeds vaker overschrijden van deadlines vergissingen door slecht opletten of verkeerd inschatten materiaal verspillen klachten van derden slechte beslissingen nemen ongeloofwaardige excuses voor verminderde werkprestaties
Slechte verhouding met collega's -
heftig reageren op echte of ingebeelde kritiek / lichtgeraakt zijn vaak slecht gehumeurd zijn en achterdochtigheid stemmingsveranderingen na de middagpauze ontlopen van chef of controle klachten of commentaar uit directe omgeving agressief gedrag (bv. kenmerkend voor amfetaminegebruikers)
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
15
Overzicht Cao 100: wat moet en wat mag? Hoe? Wat is het probleem eigenlijk? Voorwaarden voor een succesvol A&D-beleid
1. 2. 3. a) b) c) d)
4.
Alert zijn voor signalen A&D-beleid is deel van een groter geheel Focus op functioneren Uitwerken pijlers en bijhorende rollen diverse actoren
Informatie en hulpverlening.
3b. A&D-beleid is deel van een groter geheel
gezondheidsbeleid
veiligheidsbeleid
globaal personeelsbeleid
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
16
3c. Focus op functioneren, niet op A&D •
Arbeidsgedrag is aanspreekpunt -
meer correct als interventie – objectiveerbaar meer efficiënt in termen van hulpverlening: ontkenning motivatie
AANDACHTSPUNT: omschrijving „goed functioneren‟
3d. Uitwerken pijlers van een A&D-beleid
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
17
functioneringsopvolging
behandeling geïndiceerde
advies probleembesef
selectieve preventie
universele preventie
informatie-vorming
© ILO, 2002
Regelgeving •
Bepaal regels inzake beschikbaarheid A&D: –
Wat mag en wat mag niet
–
Onderscheid alcohol en illegale drugs
•
Bepaal regels inzake het binnenbrengen A&D
•
Omschrijf A&D-gebruik tijdens werkgerelateerde uren i.c. (onmiddellijk) voorafgaand aan het werk, tijdens de werktijd inclusief lunchpauzes, ‘specifieke aangelegenheden’, en de weg van en naar het werk.
© VAD/sector arbeid/sessies VBO - mei 2009
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
18
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
19
Procedures bij disfunctioneren •
Advies: “stof even functioneringssysteem en personeelsbeleid in de organisatie af” –
•
Wat is goed functioneren voor werkprofielen in uw organisatie?
Maak een onderscheid tussen procedures bij acuut occasioneel gebruik (meestal dronkenschap) en procedures bij chronisch misbruik (langere periode – vaak enkel vermoeden van problematiek).
•
Gebruik linken met reeds bestaand veiligheids- en gezondheidsbeleid.
•
Bepaal de rol van diverse betrokkenen. © VAD/sector arbeid/sessies VBO - mei 2009
Procedures bij disfunctioneren: rolbepaling FUNCTIONERINGSPROBLEEM
ALCOHOL OF DRUGPROBLEEM
collega‟s hiërarchische lijn:
vraag naar feedback
interne/externe HV:
vertrouwelijkheid gegevens & beroepsgeheim
ondersteunende diensten / personen
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
20
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
Rol van de collega •
Alert zijn voor het gedrag van de drinkende of drugs gebruikende collega.
•
Persoon eerlijk over zijn gedrag aanspreken.
•
Signaleren van een potentieel gevaarlijke situatie/gedrag aan de leidinggevende of andere instanties ≠ verklikken.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
21
Rol van de leidinggevende •
Alert zijn voor mogelijke (vermoeden van) drank- en drugproblemen en optreden als het werk en gedrag dat nodig maken: – Zorgvuldig opvolgen van het functioneren (verzamelen van concrete feiten) ≠spion. – Gesprek voeren (over arbeidsprestaties, functioneren van de betrokkene). – Chef dient niet te oordelen of er sprake is van problematisch drinken.
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
22
Bedrijfshulpverlening •
•
Bedrijfshulpverlener (preventieadviseur-arts / PA – PA / maatschappelijk werker / vertrouwensfiguren: –
Onderliggend alcohol- of drugprobleem
–
Doorverwijzing externe hulpverlening (evt. alcohol- of drugspecifiek)
–
Beroepsgeheim en vertrouwelijkheid gegevens
Optreden bedrijfshulpverlener meer effectief indien ook hiërarchische lijn rol opneemt –
Opvolging functioneren parallel / complementair laten verlopen met aanpak binnen bedrijfshulpverlening.
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
23
Bron: VAD/Q-ADO 2nov10
confrontatie met feiten over werkgedrag doet betrokkene nadenken © Figuur gebaseerd op Prochaska en DiClemente, 1988,1992 (VAD, 2001)
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
24
Belang van informatie en vorming
noodzakelijk voor toepassing beleid
Overzicht 1. 2. 3. 4.
Cao 100: wat moet en wat mag? Hoe? Wat is het probleem eigenlijk? Voorwaarden voor een succesvol alcohol- en drugbeleid. Informatie en hulpverlening.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
25
4. CGG VAGGA Verslavingspreventie VAGGA (Vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen) is een centrum voor GGZ erkend en gesubsidieerd door de Vlaamse overheid. • VAGGA biedt gespecialiseerde, ambulante behandeling aan kinderen, volwassenen en ouderen met ernstige psychische problemen of stoornissen en aan hun omgeving. • VAGGA heeft tevens een gespecialiseerde werking voor verslavingszorg en verslavingspreventie, en voor personen die door justitie verwezen werden voor behandeling (forensische zorg). • Het team verslavingspreventie werkt met intermediairs in diverse sectoren (onderwijs, overheden, arbeid, gezondheid, vrije tijd en cultuur, welzijn en politie en justitie). •
4. VAD vzw • • • • • • •
Vlaamse koepelorganisatie van instellingen voor preventie, hulpverlening en onderzoek (65 leden). Mandaat Vlaamse overheid om de implementatie van een Vlaams preventiebeleid te coördineren („convenant‟). Alcohol, illegale drugs, psychoactieve medicatie en gokken (tabak VIGEZ vzw). Perspectief werking: gezondheidspromotie en welzijn. Onderzoek – professionalisering hulpverlening – preventie diverse sectoren en DrugLijn. Staf: 45-tal medewerkers + vrijwilligers. Sector arbeid: ism regionale preventiewerkers CGG.
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
26
Dank u! Meer info? VAD vzw
CGG VAGGA
Vereniging voor Alcohol- en andere
Verslavingspreventie
Drugproblemen Vanderlindenstraat 15 - 1030 Brussel
Boomgaardstraat 7 - 2018 Antwerpen
www.vad.be
www.vagga.be
Marie-Claire Lambrechts
Team verslavingspreventie
T - 02/423.03.51
T - 03 285 95 66
E
[email protected]
E
[email protected]
www.qado.be © VAD/sector arbeid/sessies VBO mei 2009
© sector arbeid/Studienamiddag_CPBW-leden_ProvinciehuisAntwerpen_10nov10
27