Tijdschrift Toelating gesloten verpakking 2099 Antwerpen X - n° BC 6379
Verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X
België-Belgique P.B. 2099 Antwerpen X PB 8/1779
Campuskrant erkenning: p303221
13 feb 2008 | nr 6 | 19de ja argang | w w w.kuleu ven.be/ck/
t ijdschr if t va n de k.u.leu v en
14
5
2
Leven na Leuven POLITOLOGE EN SP.A-VOORZITSTER CAROLINE GENNEZ
Filosofe en eredoctor MARTHA NUSSBAUM OP BEZOEK IN LEUVEN
Doctoraat HAANTJESGEDRAG ALS DRIJFVEER VAN DE ECONOMIE
Weer wat
wijzer
Opvallend veel activiteit en kleur in de Redingenstraat tijdens de krokusvakantie. In het kader van KRAAK!, een kunsteducatief project van de Stad Leuven en Artforum vzw, kregen dertig kinderen tussen negen en twaalf, samen met architecte Bianca Smet en kunstenaars Kris Van Dessel en Hans Geysels, de kans om het voormalige Instituut Aardwetenschappen onder handen te nemen met onder meer gips en verf. Deze week komt een groep andere kinderen het gekraakte pand bezoeken en becommentariëren, om nadien de geziene ideeën en inzichten toe te passen bij een doorlichting van hun eigen schoolgebouw. http://www.kraakkraak.be (© Rob Stevens)
Fabian Van Samang onderzoekt het discours van Hitler
“Aan de basis van de Shoah liggen doodgewone woorden”
N
“
u bood zich voor mij de gelegenheid aan voor een groter publiek te spreken. En wat ik vroeger altijd, zonder het te weten, puur op basis van mijn gevoel had aangenomen, werd nu duidelijk: ik kon spreken.” Dit schreef Adolf Hitler in Mein Kampf, naar aanleiding van de eerste toespraak die hij kort na WOI in het openbaar had gehouden. De dertiger Hitler had tot dusver niets dan mislukking gekend en was een vat vol frustraties. Op school, familiaal, in de liefde … overal liep hij tegen een muur aan, en daar bovenop kwam bovendien Wereldoorlog I. Tot hij eindelijk ontdekte dat hij iets kon: spreken, een publiek boeien. Als geen ander heeft Hitler geïllustreerd hoe de gave van het woord tot oorlog en vernietiging kan leiden. “Zijn steile opgang heeft hij inderdaad mede te danken aan zijn welbespraaktheid, en natuurlijk ook aan de anti-joodse thema’s die hij bespeelde”, zegt Fabian Van Samang, die niet alleen alle teksten die Hitler heeft nagelaten, maar ook zijn toespraken, vastgelegde gesprekken en tafelgesprekken, aantekeningen van anderen en zijn politieke testament semantisch onderzocht. Maar er is meer dan dat. Hitler verstond de kunst om wat Nietzsche ‘de tot waarheid omgelogen leugen’ genoemd had, te bespelen. “Het gaat daarbij om een ware/onware uitspraak die door de spreker niet meer als leugen wordt herkend of erkend”, aldus Van Samang. “In zekere zin creëert de spreker hierdoor Verschijningsdata Campuskrant 2008
Taal is een van de elementen — misschien wel het belangrijkste — die de nazistische moordmachine op gang gebracht én gelegitimeerd heeft. Tot die conclusie komt historicus Fabian Van Samang in zijn doctoraat ‘Doodgewone woorden. Nazi-taal en Shoah.’ Henk Van Nieuwenhove een toegenomen interpretatiemogelijkheid bij de toehoorder. De leugen wordt zodanig vermomd dat ze niet meer als leugen herkenbaar is. De fenomenologen noemen dit de organische leugen. Elke ideologie geeft plaats aan een dergelijke leugen. Hoe strakker de ideologie, hoe meer ruimte ze geeft; hoe vager het discours, hoe meer plaats er is voor de organische leugen.” Pestbuil uitbranden Fabian Van Samang onderzocht negenentwintig begrippen waarvan hij het gebruik en de betekenis nagaat van bij de opkomst van het nazisme tot het einde van WOII. Van ausrotten en ausschalten over Endziel, entfernen, erledigen, ermorden, erschiessen, evakuieren, liquidieren, vernichten en zerstören. ‘Die Endlösung der Judenfrage’ of ‘Vernichtung der europäischen Juden’ zijn voorbeelden van uitdrukkingen uit het discours van Hitler die tot velerlei interpretaties kunnen leiden. “Die verschillende interpretaties zijn ook oorzaak van een Shoah met verschillende snelheden”, zegt Fabian Van Samang. “Mensen met een uitgesproken antisemitische overtuiging konden hun handelingen rechtvaardigen door nr. Verschijningsdatum
7 12 maart
te verwijzen naar en het hanteren van dezelfde bewoordingen, maar door er een andere invulling aan te geven. Op die manier werd het mogelijk dat uiteenlopende initiatieven werden genomen aan de basis die elk op hun beurt werden gelegitimeerd door de uiteenlopende interpretatie van soortgelijke uitspraken. Meer dan eens werden persoonlijke initiatieven op lagere beleidsniveaus kracht bijgezet door te verwijzen naar uitspraken van hiërarchische oversten, die naar alle waarschijnlijkheid in oorsprong geen genocidale reikwijdte hadden. De Shoah ontstond vooral uit de interactie van een specifiek discours dat door de nationaal-socialistische beleidsmakers reeds lang voor de Tweede Wereldoorlog werd geconstrueerd — uitspraken als: ‘het einddoel moet in ieder geval zijn dat we deze pestbuil volledig uitbranden’ — en de wijze waarop het door anderen werd geïnterpreteerd, vormgegeven en tot in zijn meest extreme vormen werd doorgevoerd. Aan de basis liggen woorden, doodgewone woorden.” Van Samang rekent ook af met de idee dat Hitler en zijn geestesgenoten een codetaal hanteerden om hun anti-joodse 8 16 april
9 14 mei
beleid te voeren. “Hitlers discours was obsceen: zijn taal liet zo veel zien dat niets meer zichtbaar was van de essentie van het besprokene. Die obsceniteit functioneerde als een ‘ring van Gyges’ die de spreker de mogelijkheid bood onzichtbaar te worden en aan elk ethisch appèl te ontsnappen.” De onderzoeker rekent met nog meer slogans af, ‘Das haben wir nicht gewusst’ bijvoorbeeld. “Vervang dit door: ‘We hebben dit niet willen weten’. Hitler heeft de mensen door middel van taal de middelen aangereikt om de ogen te sluiten.” De meest relevante vraag die daarbij kan gesteld worden is of deze geschiedenis zich kan herhalen. “De conclusies van mijn onderzoek zijn ook van toepassing op de actualiteit”, zegt Fabian Van Samang. “Elk woord van een politicus kan anders geïnterpreteerd worden als het uit zijn context gelicht wordt. Vandaar het grote gevaar van oneliners. Er zijn partijen die daar op drijven. Het Vlaams Blok bijvoorbeeld slaakt een kreet over de hoofddoeken, wetende dat dit uit zijn context zal gerukt worden. Buiten beeld voegen ze daar verschillende uitspraken aan toe die een en ander kunnen relativeren. Welnu, dat is het soort uitspraken dat ik ook bij nazi-functionarissen zou verwachten. Niet alleen de politicus, ook de journalist heeft trouwens een grote verantwoordelijkheid. Op 30 januari 1939 heeft Hitler een toespraak gehouden waarin hij klaar en duidelijk aankondigt wat er met de joden zal gebeuren. Geen haan die ernaar kraaide.” 10 11 juni
1 (jg. 20) 24 september
2
Inhoud Mieren waarschuwen voor wanbetalers
4
Martha Nussbaum even terug in Leuven
5
nieuws
Haantjesgedrag is de drijfveer van de economie
6
Lezingen en workshops
7
“Scholen versterken ongelijkheid leerlingen” Boek en debat
8
Grondlegger lineaire algebra herdacht Gene Golub Commemoration
Verslag Patroonsfeest Alumnus keert terug in jazz-gedaante
9 10
UUR KULtUUR: Arne Van Coillie
De Collega’s: Mark Van Camp
11
Nieuw netwerk voor kwalitatief onderzoek
11
“Muzikaal gehoor is kwestie van training”
12
Nascholing ‘Keidoof’
VRG-Alumniprijs voor Philippe de Buck
13
In de ban van de kring: VRG-Alumni
13
Leven na Leuven: Caroline Gennez
14
Kamerbreed
15 16
Virtuositeit voor het goede doel
Benefiet borstkankeronderzoek
Leerstoel onderzoek glaucoom verlengd
16
Infodag voor allochtone jongeren
17
Hoe laat je een stage optimaal renderen?
18
Rechtgezet
19
Hebben goudvissen een belachelijk kort geheugen?
500 woorden Marc Waelkens
20
campuskrant
Doctoraatsthesis over sociale status
Interview met de filosofe en eredoctor
Op weg naar een onrechtvaardig Europa?
13.2.2008
Verkwisting zit (helaas) in de natuur van de mens. Als we een knalrode Ferrari kopen doen we dat in belangrijke mate om het vrouwtje te verleiden en respect af te dwingen bij toeschouwers. Wat dat betreft zijn we geen haar beter dan de mannetjespauw die zijn volslagen nutteloze, maar — toegegeven — prachtige staartveren ontvouwt. Deze stelling is niet nieuw. Wel nieuw is dat een equivalent van dit biologisch proces dat als een belangrijke economische wetmatigheid geldt nu in wiskundige modellen werd gegoten. Dat is het werk van econoom Tom Truyts, die niet toevallig in een vorig leven geschiedenis en filosofie studeerde. Henk Van Nieuwenhove
S
eks als leidraad om de economie te begrijpen? “Het is inderdaad grappig om vast te stellen dat deze biologische mechanismen op precies dezelfde wijze verlopen als de sociale en economische mechanismen die ik wil bestuderen”, zegt Tom Truyts. “Dankzij de speltheorie beschikken we sinds enkele decennia ook over wiskundige methoden die ons in staat stellen deze mechanismen in rigoureuze modellen te gieten.” Speltheorie is de wiskundige analyse van strategische conflicten, en vindt zijn oorsprong bij mensen als John Von Neumann, die later de atoombom hielp bouwen en model stond voor Kubricks Dr. Strangelove. “We kunnen deze wiskundige theorie ook gebruiken om de evolutie van betekenis en de strategische conflicten tussen consumenten op zoek naar status te begrijpen. De speltheorie heeft bijna oneindige mogelijkheden in de sociale wetenschappen, maar ook in de fysica en computerwetenschappen”, aldus Truyts. Ondergang Haantjesgedrag is dus een belangrijk motief voor onze economische en mercantiele activiteiten. Mannen en vrouwen ontvouwen hun pauwenveren om in de gunst te vallen van mogelijke partners — werkgevers, klanten, seksuele partners … — of om hun sociale status te verhogen. Indien we ech-
“Indien rozen voldoende worden belast, volstaat ook in een rijke samenleving één roos om zijn liefde te verklaren.” ter allemaal dezelfde inspanningen leveren om op de sociale ladder te stijgen, blijft iedereen ter plaatse trappelen. Daar zit namelijk de angel van het wiskundige model dat Truyts ons voorspiegelt. Als de één stijgt op de sociale ladder, moet een ander noodzakelijkerwijs ook dalen. De dynamiek van de pauwenveren (lees: Ferrari) leidt tot een collectieve verkwisting die ons tot de ondergang kan leiden. “Deze ‘seksuele’ dynamiek is een belangrijke drijfveer van onze consumptiemaatschappij. Dat lijkt een pessimistische visie en dat is ze ook. Ze verklaart waarom menselijke verlangens onbevredigbaar lijken, maar meer consumptie ons toch niet gelukkiger maakt, en mogelijk ook waarom we op een ecologische ramp afstevenen”, filosofeert Tom Truyts. Maar toch stemt hetzelfde verhaal ook hoopvol. “Dit mechanisme van vrije partnerkeuze is ook één van de belangrijkste kandidaten om altruïsme en sociaal gedrag te verklaren. Men kan dus de drang naar sociale status in principe ook ten goede aanwenden, voor sociale doeleinden of om de toekomst van de mensheid te vrijwaren.” Roos Helemaal origineel wordt het onderzoekswerk van Tom Truyts waar hij de sociale competitie gaat ombuigen van een probleem tot een kans voor be-
leidsmakers. Het verhaal van de roos illustreert dit het best: “Een man in een arme samenleving kan zijn vrouw tonen dat hij van haar houdt door haar één roos te schenken. In een rijke samenleving moet deze man minstens een dozijn rozen voor zijn vrouw kopen om dezelfde boodschap met kans op succes over te brengen. Maar indien rozen voldoende worden belast, volstaat ook in een rijke samenleving één roos om zijn liefde te verklaren. Zowel de man als de vrouw zijn na de invoering van de belasting op de roos even gelukkig als tevoren en de gewonnen belastingsinkomsten zijn pure winst.” Of hoe economie ook een romantisch tintje kan krijgen.
campuskrant
nieuws
13.2.2008
Doctoraat over sociale dimensie van Chinese restaurantbusiness
Lessen uit veertien levens “Mom, your daughter will come home soon”, schrijft Li-chuan Liuhuang in het dankwoord van haar doctoraatsthesis over ‘The Chinese Restaurant People in Belgium - Their Work, Family Life and Social Identity’. Voor ze de daad bij het woord voegt en terugkeert naar thuisland Taiwan, ontvangt Liuhuang ons tussen de kartonnen dozen in haar kantoor. Reiner Van Hove
N
a studies in Brussel en Louvain-la-Neuve startte Liuhuang in 1995 haar doctoraatsproject aan de Faculteit Sociale Wetenschappen. De eerste fase van haar onderzoek bestond uit een toepasselijke vorm van participatieve observatie: “Ik werkte parttime in een Chinese take-away in Brussel, en ondervond zo aan den lijve met welke dagelijkse problemen de werknemers geconfronteerd worden. Wat ik daaruit vooral onthouden heb, is dat hun werkschema een enorme impact heeft op hun maatschappelijk functioneren. Vaak begint hun vrije tijd pas om middernacht: de ontspanningsmogelijkheden zijn dan beperkt, en zo komen ze algauw in goktenten terecht. Hun werkuren maken het voor hen ook moeilijk om te participeren aan het sociale leven of de plaatselijke politiek. Daar komt stilaan wel verbetering in, omdat de tweede generatie vaker werk vindt buiten de cateringbusiness.” Een socioloog moet niet alleen kennis verwerven, vindt Liuhuang, maar die ook in daden omzetten: “In die beginjaren van mijn onderzoek heb ik met enkele van mijn informanten een vrijwilligersorganisatie opgestart: Chi-Hang Chinese Volunteers’ Organisation – Chi betekent ‘kennis’, Hang betekent ‘actie’. Het nadeel van mijn betrokkenheid was dat ik soms moeite had om als onderzoekster de nodige kritische afstand te bewaren: ik participeerde wel, maar vergat soms te observeren. Ik raakte mijn focus zelfs even helemaal kwijt, en keerde — ook om financiële redenen — in 1998 tijdelijk terug naar Taiwan. Gelukkig gaf mijn promotor me de toestemming om jaren later, in 2004, alsnog mijn doctoraat af te werken.” Broken biographies In haar doctoraatsthesis analyseert Liuhuang levensverhalen van veertien Chinese immigranten: “Ik wou aan exploratief onderzoek doen: mijn informanten niet vooraf in hokjes stoppen op basis van categorieën als leeftijd, gender en sociale klasse, maar hen vrijuit hun levensgeschiedenis laten vertellen. Van de 46 mensen die ik interviewde, selecteerde ik er veertien voor verdere analyse. Ik koos bewust voor mensen met een heel verschillende levensgeschiedenis, die telkens ook bepaalt hoe zij zelf hun identiteit zien. Chinese immigranten worden hier vaak als één homogene groep beschouwd, maar er zijn enorm veel verschillen onderling, alleen al op taalvlak. Daarom ook is het voor Chinese organisaties in België tot nu toe moeilijk gebleken om samen te werken en gezamenlijk de belangen van hun gemeenschap te verdedigen. Het integratiebeleid moet vertrekken van een multiculturele visie op de Chinese immigranten: dat is zeker een belangrijke boodschap van mijn doctoraat.” Om de vaak complexe achtergrond en identiteit van Chinese immigranten te illustreren, vertelt Liuhuang het verhaal van één van haar veertien interviewees, ‘Uncle Liang’: “Hij werkte in een groot restaurant in Shanghai, maar tijdens de
3
“ ” geciteerd Oesterrijk
Focus K nack, 16.1.2008 —
Zes vrijwilligers laten zich voor 48 uur in een aartsdonkere en doodstille bunker steken: het had een nieuw realityformat kunnen zijn. Gelukkig is het het uitgangspunt van het wetenschappelijke onderzoek Total Isolation. “Een interessant experiment,” oordeelt professor experimentele psychologie Johan Wagemans, “maar ik zou het niemand aanraden. (…) Bij sensoriële deprivatie neemt men alle zintuiglijke prikkels weg. Of toch bijna: de tastzin kan je niet uitschakelen. Zo beginnen de hersenen autonoom te werken en gaan die zelf prikkels aanmaken. Dat leidt dan weer tot hallucinaties.” (…) Eén van de deelnemers hallucineerde dat er een enorme berg oesters naast hem lag. Wagemans: “Hallucinaties zijn gebaseerd op de geometrie van de hersenen en kunnen erg uiteenlopende vormen aannemen. Iemand kan bewegende stipjes of fel licht zien, maar evengoed bepaalde gebeurtenissen herbeleven. De man in kwestie zal dus waarschijnlijk al veel oesters gegeten hebben.”
(H)ouden van dagen Het Bel ang van Limburg, 30.1.2008 —
Li-chuan Liuhuang
Chinese burgeroorlog vluchtte zijn baas naar Taiwan, en moest hij volgen. Zijn vrouw en zoon moesten in China blijven, en Liang mocht geen contact met hen hebben of hen geld toesturen. Omdat het voortzetten van de familienaam een sacred mission is in de traditionele Chinese maatschappij, en de uitkomst van de oorlog onzeker was, hertrouwde Liang in Taiwan. Hij bleef wel met schuldgevoelens tegenover zijn eerste gezin zitten. Na omwegen via Frankrijk en Duitsland vestigde Liang zich in België. Hier kon hij zijn schuld eindelijk inlossen: hij stuurde geld naar zijn gezin in China en liet een kleinzoon overkomen om te werken in België. Gezien de negatieve ervaringen in zijn moederland identificeert Liang zich niet als ‘Chinees’ maar als ‘Taiwanees Chinees’. Ook de andere biografieën in mijn thesis illustreren hoe identiteit gevormd en veranderd wordt door ervaringen in verschillende fases van het leven.” Uit andere verhalen in Liuhuangs thesis blijkt dat de familiale verhoudingen ook in het gastland vaak onder druk komen te staan: “In het traditionele Chinese autoritaire en patriarchale familiesysteem staat de as vader-zoon centraal. Dat systeem komt hier in conflict met een maatschappij waarin de gelijkwaardige man-vrouw-relatie centraal staat, en er meer belang gehecht wordt aan individuele rechten en onafhankelijkheid. Ik interviewde de dochter van een restauranthouder die wou dat zij terugkeerde naar haar geboortedorp om daar een huwelijkspartner te vinden. Zij kwam daartegen in opstand en ondernam zelfs een zelfmoordpoging. Vooral uit broken biographies als deze kunnen beleidsmakers en integratiediensten belangrijke lessen trekken: om dergelijke drama’s te vermijden, zou er bij de vorming van sociale werkers bijvoorbeeld meer aandacht moeten zijn voor de fragiele familiale verhoudingen.” Bruggenbouwers Op basis van de biografieën onderscheidde Liuhuang drie types van vestigingsstrategieën: “De immigranten van
(© Rob Stevens)
het eerste type — ingroup assimilation — blijven erg gehecht aan de overgeërfde cultuur en familietradities, en spiegelen zich aan de carrières van hun voorouders. De Chinese restaurantsector is voor hen de ideale niche om economisch onafhankelijk te worden zonder te moeten concurreren in de plaatselijke mainstream-arbeidsmarkt.” “Immigranten die de tweede strategie — enhanced individuality — gebruiken, hebben vaak negatieve herinneringen aan het verleden in hun thuisland en hechten minder belang aan familiewaarden. Zij proberen vooral individueel een succesvolle carrière uit te bouwen, en integreren zich daarvoor meer in de plaatselijke economie. De restaurantsector zien ze als een soort van incubator, een opstap naar een mogelijke carrière in een andere branche.” “Een combinatie van die twee strategieën vind je bij het derde type: multi-engagement. Zij willen zowel hun eigen cultuur en traditie als de mogelijkheden in het gastland aanspreken om een betere toekomst te verzekeren — voor zichzelf, maar ook voor de hele Chinese migrantengemeenschap. Daarom zijn zij de ideale bruggenbouwers tussen die gemeenschap en het gastland. Maar dan moeten ze, veel meer dan nu het geval is, uit hun eigen inner circles treden en contacten leggen met Belgische integratiediensten en andere organisaties. Ook de Chinese scholen zijn een potentiële interface: de immigranten sturen hun kinderen er naartoe, maar ook steeds meer Belgen willen Chinees leren. Die rol van interculturele ontmoetingsplaats zouden de scholen efficiënter moeten uitspelen.” Liuhuangs eigen betrokkenheid houdt overigens niet op nu haar doctoraat rond is: “Op mijn doctoraatsverdediging waren enkele van mijn interviewees aanwezig, en zij voelden zich aangemoedigd omdat hun verhalen zo ernstig geanalyseerd waren. Tijdens de receptie achteraf hebben we erover gesproken om onze organisatie Chi-Hang nieuw leven in te blazen. Daar wil ik vanuit Taiwan graag een rol in blijven spelen.”
Een wereldwijde studie bewijst het: het miserabelste levensjaar van een mens (m/v) valt op 44. Dan kennen geluk of tevredenheid een dip die jaren kan duren. (…) Een andere opmerkelijke vaststelling: mensen van zeventig die zich gezond en goed in hun vel voelen, zijn minstens zo gelukkig als jonge snaken van twintig. De Leuvense psychologieprofessor Hans De Witte, geheel niet verbaasd: “Geluk, tevredenheid en welzijn stijgen met de leeftijd. Bejaarden zijn volstrekt niet ongelukkiger. Zij en heel jonge mensen zijn gelukkiger dan mensen van middelbare leeftijd. Oudere mensen hebben namelijk een grotere zelfkennis, leven zonder overspannen verwachtingen en aanvaarden makkelijker hun levensomstandigheden. Mensen van middelbare leeftijd kijken achterom en vooruit. Zij maken de balans op van hun leven. Vaak staan ze tegelijk onder druk, op het werk, in hun gezin en in hun sociaal leven. Door dat bestendig afwegen scoren ze lager op de schaal van gelukkig zijn.”
Stemboom Het Bel ang van Limburg, 2.2.2008 —
Van de fantast en zijn anonieme telefoontjes is men in de zaak Annick dan wel niets wijzer geworden, maar hoe komt het dat bekenden van de man meteen die stem herkenden? (…) “Een stem kan je bij akoestische analyse uiteenhalen in parameters”, zegt professor Wivine De Coster van Experimentele Oto-rino-laryngologie, “zoals toonhoogte, luidheid of draagkracht. Maar die reeks cijfers leiden niet tot een totaalbeeld van de klank. Ons gehoor kan dat wel: onze hersenen hebben een auditief geheugen waarin heel specifieke stemtimbres als een beeld opgeslagen zitten. Net zoals we een boom herkennen zonder alle kenmerken ervan te ontleden.” Hoe komt het dat we (een opname van) onze eigen stem vaak niet herkennen? “Dat komt omdat onze stem voor onze oren versterkt of gefilterd wordt in ons lichaam. De klank die in ons strottenhoofd gevormd wordt, klinkt door onze botten en weefsels veelal ‘warmer’ in eigen oren. Lage frequenties planten zich gemakkelijker voort door de resonantieholte die ons lichaam is.”
4
nieuws
13.2.2008
Mieren waarschuwen voor wanbetalers
KORTNIEUWS Onderscheiding voor Pentalfa Pentalfa, het project voor interactief postgraduaat afstandsonderwijs voor afgestudeerde artsen, heeft eind vorig jaar een onderscheiding gekregen van de Europese Gemeenschap, in samenwerking met Deloitte. Pentalfa, onder voorzitterschap van professor Herijgers, kreeg de erkenning in het kader van ‘Good practice in eHealth’, dat op zoek gaat naar toegankelijke informatie over geneeskunde en gezondheid langs de digitale weg. Via Pentalfa kunnen artsen zo’n tien keer per semester samenkomen op vijf locaties in Vlaanderen om er sessies over gevarieerde en multidisciplinaire medische onderwerpen te volgen, vragen te stellen aan de sprekers en in discussie te treden, ook met de aanwezigen op andere locaties. http://med.kuleuven.be/pentalfa/
Oplossing voor bloedarmoede in de maak Veel patiënten met bloedarmoede — een tekort aan rode bloedcellen of hemoglobine — worden geholpen met EPO. EPO wordt in de nieren aangemaakt en stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen, die er via de hemoglobine voor zorgen dat er voldoende zuurstof in ons lichaam wordt vervoerd. Een tekort aan zuurstof in onze weefsels kan ertoe leiden dat mensen zich vaak moe en zwak voelen, en dat ze ernstige cardiovasculaire, neurologische en musculoskeletale abnormaliteiten ontwikkelen. Toch faalt EPO bij een aanzienlijk aantal patiënten als geneesmiddel. Diether Lambrechts, van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie verbonden aan de K.U.Leuven, en enkele collega’s onderzochten — onder leiding van Ed Conway en Peter Carmeliet en in samenwerking met buitenlandse experts — de rol van het eiwit Gas6 bij muizen. Wanneer muizen met bloedarmoede behandeld worden met Gas6, bereiken de rode bloedcellen na verloop van tijd opnieuw hun normale waarden in het bloed. In tegenstelling tot EPO resulteert het gebruik van Gas6 niet in een buitensporige productie van rode bloedcellen, die het risico op trombose verhoogt. Bovendien versterkt Gas6 het effect van EPO. De gunstige evaluatie van Gas6 bij muizen met bloedarmoede doet daarom de hoop rijzen op een efficiënter en veiliger geneesmiddel voor chronisch zieke patiënten die ten gevolge van hun ziekte of behandeling te kampen krijgen met bloedarmoede. Info:
[email protected]
campuskrant
Datamining is een manier om met softwareprogramma’s snel informatie te halen uit grote gegevensbanken. Banken gebruiken datamining onder meer om de kredietwaardigheid van nieuwe klanten te voorspellen. David Martens van de onderzoeksgroep Beleidsinformatica (Faculteit Economische en Bedrijfswetenschappen) heeft met AntMiner+ een programma ontwikkeld dat die voorspellingen nauwkeuriger en begrijpelijker maakt dan het merendeel van de bestaande programma’s.
U
it elektronische gegevensbanken kun je een schat aan informatie halen. Neem, bijvoorbeeld, het klantenbestand van een bank. Daarin zitten gegevens over alle klanten die een lening hebben: het bedrag en het doel van de lening, het in-
komen van de klant, de terugbetaling … Als je al die gegevens combineert, kun je daaruit afleiden welke klanten een bepaalde lening wel of niet kunnen terugbetalen. Zo kun je ook voorspellen of toekomstige klanten kredietwaardig zijn. De gegevensbanken zijn tegenwoordig zo groot dat je voor dat soort datamining speciale computerprogramma’s nodig hebt. Die gebruiken meer en meer het principe dat mieren toepassen om de kortste weg te vinden tussen hun nest en een voedselbron. In het begin zwermen alle mieren op goed geluk afzonderlijk uit. Ze markeren daarbij hun spoor met een geurstof. De beste paden worden gaandeweg door meer mieren gebruikt en dus sterker gemarkeerd, totdat er voor de hele kolonie een ideaal spoor ontstaat. Wanbetalers Dataminingprogramma’s gebruiken geregeld virtuele mieren, eenvoudige stukjes software die zich een weg banen door de gigantische hoop gegevens van een database. De paden die de virtuele mieren belopen, kun je laten overeenkomen met voorspellende regels. Een voorbeeld: ‘als het inkomen van de
Doorbraak in behandeling mentale handicap? Twee tot drie kinderen op honderd worden geboren met een verstandelijke handicap. De oorzaken daarvan zijn velerlei, maar onderzoekers van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) verbonden aan de K.U.Leuven hebben in samenwerking met een onderzoeksteam van de University of Adelaide (Australië) aangetoond dat bij een deel van de patiënten de mentale handicap wordt veroorzaakt door een tweevoudige productie van twee eiwitten. Dit is de allereerste keer dat men ziet dat een
dubbele dosis van een eiwit leidt tot een verminderde mentale ontwikkeling. Het gaat om de eiwitten HSD17B10 en HUWE1. De bevindingen van het team van Guy Froyen bieden in de zoektocht naar behandelingen veelbelovende perspectieven, aangezien het eenvoudiger is een te grote productie van een eiwit terug te schroeven dan een fout in een eiwit of de afwezigheid ervan te herstellen.
[email protected].
Behandeling auto-immuunziektes op nieuw spoor In de meeste gevallen is ons lichaam in staat om ons te beschermen tegen infecties en verwijdert het de ziekteverwekkers uit ons lichaam. Soms loopt er toch eens wat mis in de keten van reacties en kunnen er zelfs afweerreacties worden opgewekt tegen lichaamseigen stoffen. Dat kan dan leiden tot auto-immuunziektes zoals onder andere reuma en multiple sclerose, en in sommige gevallen zelfs tot kanker. Onderzoekers van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) verbonden aan de UGent en de K.U.Leuven, zijn erin geslaagd
aan te tonen dat het eiwit MALT1 ervoor zorgt dat het eiwit A20 ‘verknipt’ wordt, waardoor ontstekingsreacties vrij spel krijgen. Dat is een tweezijdige primeur, want enerzijds werd aangetoond dat MALT1 een protease is, wat wil zeggen dat het eiwitten kan afbreken, en anderzijds werd bewezen dat A20 het eiwit is dat wordt verknipt. Hun onderzoek werd gepubliceerd in het gezaghebbende tijdschrift Nature Immunology.
[email protected]
klant lager is dan 1.500 euro en het bedrag van de lening hoger dan 100.000 euro, krijg je een wanbetaler’. De mieren zullen na verloop van tijd de best voorspellende regels bewandelen. Een nadeel van de meeste bestaande classificatietechnieken was dat ze niet of matig bruikbaar waren in de praktijk. De meeste modellen waren immers te complex om toe te passen. De techniek van David Martens heeft dat nadeel niet. Uit experimenteel onderzoek is gebleken dat AntMiner+ heel betrouwbare voorspellingen maakt die absoluut de beste zijn in termen van begrijpbaarheid. Bovendien kan er domeinkennis worden ingebouwd, iets wat niet kan bij andere technieken. Zo zal een mier de regel ‘als het inkomen groter is dan 2.000 euro dan is de klant een wanbetaler’ niet voorspellen als de bank bij hogere inkomens net betere betalers verwacht. De techniek is niet alleen getest voor kredietwaardigheidvoorspelling maar ook voor het voorspellen van de ‘going concern’-opinie, de waardering van een bedrijf op basis van het opbrengstgenererende vermogen. Daaruit bleek dat AntMiner+ ook uitstekend te gebruiken is bij audits.
Griepvaccin na transplantaties Transplantatiepatiënten lopen een levenslang verhoogd risico op infecties, omdat hun immuunsysteem door de medicatie tegen afstoting wordt onderdrukt. Lang werd getwijfeld aan het nut en de veiligheid van een griepvaccin, omdat een vaccinatie het immuunstelsel van de transplantatiepatiënt zou kunnen activeren en daardoor een afstoting van het getransplanteerde orgaan zou kunnen uitlokken. Een studie van Leuvense onderzoekers toont nu aan dat deze vrees bij niertransplantatiepatiënten ongegrond is. Dankzij de medewerking van niertransplantatiepatiënten die in UZ Leuven behandeld worden, konden de onderzoekers de respons van 200 testpersonen op het griepvaccin onderzoeken. De resultaten tonen dat een griepvaccinatie bij niertransplantatiepatiënten zinvol en veilig is. Het vaccin heeft geen effect op de nierfunctie en leidt niet tot acute afstoting. Uit het onderzoek blijkt ook dat herhaald jaarlijks vaccineren zinvol is omdat er nog altijd ‘herinnering’ is aan de vaccinatie van het jaar voordien. Op die manier wordt het aantal patiënten met beschermende antistoffen nog groter. De onderzoekers gaan ervan uit dat de resultaten mogen worden geëxtrapoleerd naar alle transplantatiepatiënten.
Goedaardige DNA-kopieën? Tot voor kort ging men er van uit dat de menselijke uniciteit bepaald werd door de variaties van afzonderlijke bouwstenen in het DNA. Meer recent onderzoek heeft evenwel aan het licht gebracht dat ook grotere segmenten DNA een bron van genetische variatie kunnen bepalen. Van die grotere segmenten DNA kan de mens een verschillend aantal kopieën bezitten. Men veronder-
stelde dat deze ‘goedaardige variatie van aantal kopieën’ geen ziekten of aangeboren aandoeningen veroorzaakten, maar in het toonaangevende vaktijdschrift The American Journal of Human Genetics beschrijven onderzoekers van het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid (CME) van de UZ Leuven een nieuw erfelijk syndroom, met als symptomen te kleine oren en oogafwijkingen, dat
een gevolg is van de aanwezigheid van vijf kopieën van een DNA-fragment van 750.000 baseparen groot. Deze bevinding breekt met de traditionele visie dat ‘goedaardige’ kopievariaties niet verder moeten worden onderzocht, wat ertoe leidt dat onderzoekers bij genetische testen ook deze ‘goedaardige’ variaties in hun analysen zullen moeten opnemen.
campuskrant
nieuws
13.2.2008
5
Vooraanstaand filosofe en eredoctor Martha Nussbaum op bezoek in Leuven
Iedereen het recht op een rijk leven! Rechten, ethiek, theologie, klassieke talen, theaterwetenschappen, filosofie en vrouwenstudies, Martha Nussbaum (60) bestudeert of doceert het allemaal. Het bezoek van de veelzijdige Amerikaanse filosofe en hoogleraar, die in de jaren tachtig de invloedrijke ethische ‘bekwaamheidsbenadering’ ontwikkelde, is de kers op de verjaardagstaart van het Centrum voor Economie en Ethiek. Katrien Steyaert
O
p 13 maart is Martha Nussbaum de eregast op de conferentie ‘Justice and Capabilities’, ter gelegenheid van het twintigjarige bestaan van het Centrum voor Economie en Ethiek. Het is tien jaar geleden dat de Amerikaanse nog eens in Leuven was. In 1997 ontving ze een eredoctoraat van de universiteit, dat een plek kreeg in haar collectie van meer dan dertig academische onderscheidingen wereldwijd. “Ik kijk er erg naar uit om sinds lang terug in Leuven te zijn”, mailt Nussbaum vanuit Chicago, waar ze aan de University of Chicago Law School studenten wegwijs maakt in de ethiek, filosofie, rechten en haar steentje bijdraagt tot studies van de klassieken, mensenrechten, Zuid-Azië, theologie en politiek. Die geestelijke veelzijdigheid is voor haar maar één manier om het leven te bekijken. “Veel mensen leiden een goed leven; intellectuelen zijn maar één type persoon. Ik doe gewoon waar mijn interesse naar uitgaat en wat ik denk dat ik kan doen.” Aanvankelijk slorpt literatuur alle aandacht op van de dochter van een rijke advocaat en interieurontwerpster in New York. Martha studeert er eind jaren zestig theaterwetenschappen en klassieke talen, maar verbreedt haar blik met een diploma filosofie aan Harvard. In de tijd dat ze er haar doctoraat (PhD) in klassieke filosofie haalt, raakt ze geïntrigeerd door de Stoïcijnen. Sindsdien gebruikt ze hun werk als vertrekpunt om onze huidige cultuur onder de loep te nemen. “De Griekse en Romeinse cultuur blijft mijn uitvalsbasis. Vooral de Romeinse Stoïcijnen zijn van onschatbare waarde voor mij. Ze inspireren me nog altijd, bijvoorbeeld met hun aandacht voor emoties, maar ondertussen ben ik de waarheid het allerbelangrijkste gaan vinden.”
(© Johan Van Cutsem)
Barack Obama Nussbaum, vandaag een prille zestiger met een volwassen dochter, verkast in de jaren tachtig naar Brown University, waar ze naast filosofie en de klassieken ook vergelijkende literatuurwetenschap gaat doceren. Het is de tijd dat de wereld haar leert kennen als een invloedrijk
denker dankzij haar ‘bekwaamheidsbenadering’ (capabilities approach), die als haar belangrijkste bijdrage tot de geesteswetenschappen wordt beschouwd. De theorie, waarin de mogelijkheden van het individu centraal staan, ontwikkelde ze samen met econoom en Nobelprijswinnaar Amartya Sen. Twintig jaar later heeft Nussbaum een nieuwe inleiding bij het werk geschreven. Ze is meer geëngageerd geworden, zou sociale ongelijkheid feller aankaarten. “Mijn aanpak en die van Sen zijn compleet verschillend. Hij gebruikt bekwaamheden alleen om verschillende landen te vergelijken, terwijl ik een minimale theorie van rechtvaardigheid heb uitgewerkt. Ik beweer dat zonder dat die mogelijkheden voor iedereen worden gegarandeerd een land niet minimaal rechtvaardig is. Daarom stel ik een lijst van essentiële capabilities op, iets wat Sen niet doet. Onze Human Development and Capability Association telt ondertussen zevenhonderd mensen die onze aanpak en formuleringen voortdurend bijschaven. Ik wil problemen oplossen, mensen geven wat ze nodig hebben.”
(© The University of Chicago)
sen op constitutioneel recht.” In haar boek, en in het publieke debat, strijdt de liberale denker fel voor de rechten van mensen met een handicap, armen wereldwijd en dieren, want de sociale ethiek van vandaag zou niet volstaan. In Leuven komen verschillende economen mee discussiëren over de toepasbaarheid van haar aanpak en de vragen die erdoor worden opgeroepen.
“Het antieke idee dat menselijk geluk afhangt van het oncontroleerbare toeval blijft gelden. Hoe goed je ook probeert, er is niet voor alles een oplossing. Maar iedereen moet op z’n minst eerlijke kansen krijgen.” Nussbaums sleutelwerk, The Fragility of Goodness (1986), is bij ons pas vorige lente vertaald als De breekbaarheid van het goede. Het antieke idee dat menselijk geluk afhangt van het oncontroleerbare toeval blijft gelden. Hoe goed je ook probeert, er is niet voor alles een oplossing. Maar iedereen moet op z’n minst eerlijke kansen krijgen, stelt de filosofe. Ook in haar recente werk, Frontiers of Justice (2007), pleit ze voor een waardig bestaan voor iedereen. Iedereen moet zich zo optimaal mogelijk kunnen ontplooien om een volwaardig leven te kunnen leiden. “In een van mijn twee lezingen in Leuven zal ik het hebben over de politieke theorie die ik in het werk ontwikkel en die toepas-
“Mijn sterk rechtvaardigheidsgevoel is ontsproten aan mijn kindertijd. In de jaren vijftig en zestig was racisme en ongelijkheid alomtegenwoordig in de stad.” Gelukkig ziet ze verbeteringen. “In de Verenigde Staten is de wet over de opvoeding van gehandicapten onlangs versterkt. Ouders krijgen nu het recht om hun eigen advocaten te zijn in rechtzaken die de plaatsing van hun kind betwisten. Ook op het gebied van dierenrechten zie ik positieve ontwikkelingen. Op heel wat universitaire campussen worden bijvoorbeeld scharreleieren gebruikt. Jammer genoeg boekt onze natie op zich heel weinig vooruitgang; sommige Europese landen hebben veel meer gedaan.” Op het moment van ons contact zijn alle ogen gericht op Super Tuesday, wanneer de presidentskandidaten een belangrijke horde naar het presidentschap nemen. “Barack Obama is een collega van me; hij heeft heel lang aan onze school lesgegeven. Ik ken hem en zijn vrouw persoonlijk en bewonder hen enorm. Heel wat mensen rondom me zijn betrokken bij zijn campagne en ik hoop echt dat hij wint.” Maar als hij het haalt, zal het niet eenvoudig zijn. “Onze maatschappij staat voor veel uitdagingen, zoals omgaan met de opwarming van de aarde en alle wereldburgers een degelijke set levenskansen bieden.” Runners’ high Nussbaum beschouwt het onderwijs als
een belangrijke poort naar een goed burgerleven vol mogelijkheden. “Ik geloof dat onderwijs, net als gezondheidszorg, politieke en eigendomsrechten, belangrijke instrumenten zijn voor een zinvol leven. Onderwijs is echt essentieel. Ik geef lezingen aan universiteiten maar hou er ook van tijd door te brengen in landelijke lagere scholen in India, waar de armen hun opvoeding krijgen. Ik schreef er trouwens over in mijn boek Women and Human Development uit 2000.” De moraalfilosofe heeft een sterke band met het Aziatische land, waar ze hechte vriendschappen sloot en uren luisterde naar vrouwen die strijden voor meer rechten. Maar haar hart klopt ook voor Finland, waar ze academisch werk verricht, en andere delen van de wereld die ze afreist. Het past in haar streven naar kosmopolitische burgers die niet alleen loyaal zijn aan hun eigen cultuur of land maar aan de algemene menselijkheid. In Leuven wordt ze ook een pleitbezorger van de religieuze tolerantie, het onderwerp van haar kersverse boek The Liberty of Conscience. Op de conferentie ‘Religion in Public Spaces’ zal ze pleiten voor een ver doorgedreven wettelijke vertaling van religieuze gewetensvrijheid en discussiëren over de moeilijkheden die dat met zich meebrengt. “Ik acht het erg belangrijk dat er gelijk respect is voor mensen van alle godsdiensten en voor niet-religieuzen.” Nussbaum laste in 2001 een sabbatjaar in maar blijft immer productief. Volgens haar heeft dat alles te maken met goed georganiseerde werkdagen, je tanden ergens inzetten en niet meer loslaten. “Om me te ontspannen ga ik heel geregeld hardlopen. Ook lezen en muziek luisteren hebben dat effect.” Aan pensioen denkt ze nog lang niet. “Ik wil nog heel wat werk verzetten. Maar mijn belangrijke ambitie voor de toekomst is mijn liefde betuigen aan de mensen waar ik om geef.” ‘Justice and Capabilities’, 13 maart; ‘Religion in public spaces’ 14 maart, info: http://www.politeia-conferentie.be Beide conferenties kaderen in de evenementenreeks Wetenschap en Ethiek. http://www.wetenschap-en-ethiek.be
In 1997 ontving Martha Nussbaum een eredoctoraat van de K.U.Leuven.
6
maatschappij
13.2.2008
campuskrant
SPES Academie organiseert lezingenreeks en workshops
Op zoek naar de ziel van Europa De SPES Academie — Spiritualiteit in Economie en Samenleving — organiseert tussen 14 februari en 17 april een lezingen- en workshopreeks over het verenigd Europa met zijn verschillende culturen. De reeks kadert in een internationaal project met de naam Imagine Europe en moet in november uitmonden in een Europese jongerenconferentie in Brussel. Luc Vander Elst
J
ochanan Eynikel, coördinator van de SPES Academie: “We willen in de eerste plaats met jongeren op zoek gaan naar de ziel van Europa. En dan vooral op ethisch vlak. De Europese eenmaking is ontstaan na de Tweede Wereldoorlog met als doel vrede te creëren. Er was uiteraard een belangrijk economisch aspect, maar dat was eerder een middel dan een doel: laat ons handeldrijven in plaats van oorlog te voeren. Die vredesmissie lijkt grotendeels gelukt: we hebben binnen Europa nu al meer dan vijf-
tig jaar geen oorlog meer gekend. Maar Europa kent nu nieuwe uitdagingen, zoals globalisering, milieuproblematiek en migratie. We moeten ons dan ook de vraag stellen hoe we Europa moeten zien binnen die huidige context. Hoe ziet de Europese identiteit er vandaag uit en welke missie heeft Europa in het licht van die nieuwe uitdagingen?” Imagine Europe belicht enkele heikele thema’s die worden ingeleid door eminente sprekers. Na elke lezing volgt een workshop. In Leuven zullen de sprekers
de relaties en verschillen met Centraalen Oost-Europa, ecologie en globalisering behandelen. “De lezingen zijn voor iedereen toegankelijk. Met de workshops mikken we op jongeren van 16 tot 29. Vorig jaar zijn we gestart met een proefproject in Vlaanderen en Polen. De reacties waren positief. Dit jaar werken we dat verder uit en het is de bedoeling dat we er nog enkele jaren mee kunnen doorgaan.” Leuven bijt de spits af met zijn lezingen- en workshopreeks, maar in het
Katlijn Malfliet over culturele identiteit in Centraal- en Oost-Europa
“We kunnen niet doorgaan met een Europa dat enkel denkt aan concurrentie” Professor Katlijn Malfliet van het Instituut voor Internationaal en Europees Beleid geeft de eerste lezing in het kader van ‘Imagine Europe’. Meteen een lezing waarrond de discussie al flink kan worden geprofileerd: ‘Politiek, cultuur en religie in Centraal- en Oost-Europa’. We polsten professor Malfliet omtrent haar visie.
I
“
k ga het hebben over hoe ‘Europa’ de postcommunistische landen al dan niet heeft beïnvloed. Met enig — oorspronkelijk — triomfalisme hebben we lang gedacht dat Europa eindelijk vrij was geworden, bevrijd van het communisme. Niets zou een verenigd Europa nog in de weg staan. We dachten dat de economische samenwerking — de toverformule die West-Europa had uitgevonden om tot vrede en integratie te komen — verder zou evolueren naar politieke samenwerking en eenheid in heel Europa. Die droom van een vrij en groot Europa is toch wel een beetje aan diggelen gevallen. Hij was immers gebaseerd op de vrij naïeve veronderstelling dat de liberale democratie, die uitstekend werkt in West-Europa, zonder meer zou kunnen worden getransplanteerd naar Centraal- en Oost-Europa. Dat is een misvatting gebleken.” “Wat er gebeurd is in Centraal- en Oost-Europa heeft aangetoond dat die liberale democratie naar westers model niet als een universele waarde kan worden voorgesteld, die alle particularismen van religieuze identiteit, etnische conflicten en imperialisme kan overwinnen. De Centraal- en Oost-Europese landen zijn op zoek naar een eigen identiteit, die het vroegere marxismeleninisme moet vervangen. Die identi-
teit wordt vaak gezocht in de culturele en religieuze eigenheid. De conflicten in de Balkan waren dikwijls religieus en etnisch getint en de kerken speelden daar niet altijd zo’n positieve rol. Integendeel, ze werkten vaak samen met nationalistische partijen en leiders en zwengelden het conflict eerder aan. De orthodoxe kerk, die meer neigt naar Byzantium, gaat daar ver in en verbindt culturele aan religieuze identiteit: wie Serviër is, is ook orthodox. Zo krijgt men een exclusief idee van wat de Servische nationaliteit moet zijn.” Rome vs. Byzantium “‘Rome en Byzantium’ blijven als grote indeling voor Europa heel belangrijk. In het Byzantijnse deel is het samenvloeien van kerk en staat duidelijk aanwezig. En het nationalisme kan er erg religieus gekleurd zijn: er is een heel sterke band tussen nationalisme en het orthodoxe geloof. Het gaat zelfs nog verder: de liberale democratie, dat mooie paradigma dat wij aanhouden, kan zelfs een probleem zijn bij het zoeken naar de identiteit van die landen. De kerk zal die identiteit en dat nationalisme vaak steunen tegen externe beïnvloeding van een Wereldbank, een Internationaal Monetair Fonds, een Europese Unie, die aan die landen hun eigen concept van liberale democratie
Campusbrede toegang tot Mediargus Sinds begin deze maand kunnen personeelsleden en studenten van overal op de campussen Leuven en Kortrijk aanloggen op Mediargus, de digitale persdatabank, die toegang verleent tot alle publicaties die sinds het midden van de jaren negentig verschenen zijn in Het Belang van Limburg, Gazet van Antwerpen, Het Laatste Nieuws, De Morgen, Het Nieuwsblad, De Standaard, De Tijd, Het Volk en in Knack, Le Vif/L’Express, Trends en Tendances. Mediargus was tot voor kort enkel beschikbaar via de pc’s en terminals van de Centrale Bibliotheek en in de bi-
bliotheken van Sociale Wetenschappen, Economie en Bedrijfswetenschappen en de Campus Kortrijk. Met de verbreding van de toegang kunnen naast de artikels — met een vertraging van twee dagen voor de kranten en zeven voor de tijdschriften — ook de nieuwsberichten van het persagentschap Belga nu overal op de campussen elektronisch worden geraadpleegd. Tegen maart zullen ook pdfversies van de kranten- en tijdschriftpagina’s deel uitmaken van het aanbod. Info:
[email protected].
proberen op te leggen. Het evolueert zelfs naar een nationale identiteit die het westen eerder op afstand houdt en zelfs leidt tot non-tolerantie tegenover het westers concept.” “Er is duidelijk een kloof — ook bij de bevolking — tussen: willen wij nu echt mee met dat paradigma van de liberale democratie of zoeken wij naar een eigen identiteit die eigenlijk eerder cultureel en religieus gekleurd is? Rusland bijvoorbeeld stelt ons concept van universele mensenrechten in vraag. Zo ontstaat er een spanning, die gevaarlijk is voor Europa, waar precies die waarden van mensenrechten, democratie en rechtsstaat de basis zijn, waar heel onze Europese identiteit op steunt. Als dat wordt ondergraven, dan loopt Europa gevaar.” “Dat we bij onze pogingen om ons paradigma naar Centraal- en Oost-Europa over te plaatsen veel te weinig rekening hebben gehouden met de algemene culturele identiteit van die landen, is allang bekend. Wat onderschat werd, is de rol van de elites in die landen. Bij hun interne strijd om de macht gebruiken die nu net dat pro of contra het westers concept van liberale democratie. Die interne strijd van de elite is sterk cultureel en religieus gekleurd. Dat heeft men onderschat, omdat religie bij ons geen ‘issue’ meer is. Bij ons haalt
voorjaar volgen nog gelijkaardige initiatieven in Polen, Turkije en Spanje. Eynikel: “Het moet eindigen met een Europese jongerenconferentie in Brussel van 12 tot 15 november, waar we naar een soort van Europese jongerengrondwet willen toewerken. Inmiddels werken we ook aan een online forum, zodat het project op internationaal niveau ook daarna kan worden voortgezet.” http://www.spes-forum.be http://www.imagine-europe.eu
laïciteit de bovenhand, maar we gaan er — geheel ten onrechte — van uit dat religie in Centraal- en Oost-Europa ook niet meer zo bepalend is. De religieuze factor speelt er samen met de etnische factor, met het heropleven van de nationale identiteit na die pletwals van het communisme.” Blind Europa “Het valt mij elke keer opnieuw op dat het oude Europa nog altijd stekeblind blijft. Het blijft nog altijd in die enorme functionalistische verleiding zitten om zijn succesformule gewoon te exporteren. Daar zit een geweldige minachting achter voor de culturele eigenheid en de politieke strijd in het voormalige Oostblok. Het is de fout die indertijd ook bij onze missionarissen weleens voorkwam. Of de fout die bij de kolonialisering is gemaakt. Die fout maken we nu opnieuw: we willen opnieuw ons model overbrengen. Het gevaar is dat dat kantelt naar een concept van: “Wij zijn de beschaafde wereld. Zij zijn de barbaren.” “Anderzijds zijn er ook mogelijkheden. Ik denk dat religieuze dialoog essentieel is om Europa opnieuw samen te brengen. De katholieke kerk, het protestantisme, de islam en de orthodoxe kerk moeten met elkaar in dialoog treden. Daarbij moeten ze eerder op zoek naar wat ze gemeenschappelijk hebben dan naar wat ons kan verdelen. Vooral dan op het niveau van de sociaal-economische rechten. Europa heeft nood aan een concept op dat vlak. Alle religies vragen zich af wat we kunnen doen voor de zwaksten in de samenleving. Laat de kerken hun sociale doctrines samenleggen en zien wat daar gemeenschappelijk in zit. Als ze elkaar daarin vinden, dan bewijzen ze Europa een grote dienst. We kunnen niet doorgaan met dat Europa dat eigenlijk alleen maar denkt aan concurrentie. Als wij gaan naar een verenigd Europa op basis van zo’n liberaal concept, dan krijgen we een zeer onrechtvaardig Europa. Als Europeanen hebben we de taak om daar een positieve oplossing voor te vinden.” (lve)
Sociale verkiezingen Op 6 mei krijgen de personeelsleden de kans om hun vertegenwoordigers aan te duiden in de wettelijk verplichte overlegorganen, met name de Ondernemingsraad en het Comité voor Bescherming en Preventie op het werk. De verkiezingen, die afzonderlijk gehouden worden in Leuven en in Kortrijk, worden georganiseerd door de Personeelsdienst en de voorwaarden voor deelname als kiezer of kandidaat zijn
streng beregeld. Alle werknemers die minstens drie maanden in dienst zijn, kunnen deelnemen aan de toekenning van in totaal 55 mandaten, verdeeld over bedienden, kaderleden en jeugdigen van zowel Leuven als Kortrijk. Bursalen, onbezoldigden en leidinggevenden zijn niet stemgerechtigd. https://www.kuleuven.be/personeel/intranet/ communicatie/socialeverkiezingen.html
campuskrant
publicatie
13.2.2008
7
Ontdek eenvoud, begin bij uw administratie www.kuleuven.be/kufka
Vlaanderen heeft meest liberale onderwijs ter wereld
Onderwijsongelijkheid begint in de kleuterklas De school versterkt de ongelijkheid tussen leerlingen, in plaats van ze weg te werken. Dat begint in de eerste kleuterklas en accumuleert doorheen de schoolcarrière. Opleidings- en beroepsniveau van de ouders, gezinsinkomen en etnische afkomst zijn bepalende factoren voor de schoolloopbaan van leerlingen. Jaak Poot
D
at stellen professor Ides Nicaise van het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA) en zijn co-auteurs in hun boek De School van de Ongelijkheid. Als remedies zien ze de invoering van écht comprehensief onderwijs en een beleid dat de polarisatie tussen scholen en elke discriminatie aan banden legt. Over hun analyses en conclusies gaan ze op 21 februari in debat in het MariaTheresiacollege. “Je kunt niet zeggen dat het Vlaamse onderwijs de voorbije eeuw grondig gedemocratiseerd werd”, zegt Nicaise. “Er deed zich wel een massificatie voor: meer jongeren lopen langer school. Opvallend is dat die evolutie verliep volgens het ‘kikkersprongfenomeen’: als de achterste kikker vooruitspringt, springen alle andere ook vooruit. De afstand tussen de kikkers blijft dus even groot.” Een hinderpaal voor echte democratisering is volgens de onderzoekers de onderliggende cultuur van de ‘meritocratie’. “Op zich is dat een nobel streven dat democratisering beoogt. Het vertrekt van het principe dat je posities verwerft op basis van talenten en inspanningen. In de praktijk ligt het echter aan de basis van het watervalsysteem in ons onderwijs. Wie niet meekan, zakt van aso naar tso en bso. Of in de basisschool van gewoon naar buitengewoon onderwijs.” Concurrentie “De meritocratie versterkt de ongelijkheid omdat ze de verschillende startposities alleen maar versterkt. Wie gaat niet naar de kleuterklas? In de eerste plaats kinderen van minder begoede en allochtone ouders. Die vertrekken dus al met een achterstand in het basisonderwijs. Terwijl ouders uit hogere klassen de schoolcultuur van bij de geboorte inlepelen en investeren in de talenten van hun kinderen. Er is natuurlijk een verschil in talenten tussen kinderen. Maar intelligentie is het product van intelligentie én stimulerende omgevingsfactoren. Je wordt pas intelligent als je je talenten leert ontwikkelen. Daarom moet het onderwijs meer investeren in ondersteuning van de sociaal zwakkeren en hun talenten koesteren, in plaats van hen te oriënteren naar zwakkere richtingen.” De onderzoekers pleiten voor de invoering van écht comprehensief onderwijs waarbij de studieoriëntering
tussen algemeen, technisch, kunst- en beroepsonderwijs zo lang mogelijk wordt uitgesteld, minstens tot 14 jaar. “Mooie voorbeelden daarvan vind je in de Scandinavische landen”, zegt Nicaise. “Je had er ook een aanzet toe in het vso van de jaren zeventig. Dat mislukte omdat de elite bleef denken dat ze baat had bij een selectief systeem en omdat men traditioneel onderwijs en vso in concurrentie naast elkaar liet bestaan. Maar een democratische samenleving die waarde hecht aan het fundamentele kinderrecht dat iedere jongere gelijke kansen garandeert, moet kiezen voor een comprehensieve aanpak. Dan kun je alle jongeren een degelijke opleiding en burgerschapsvorming geven. Nu studeren jongeren af uit het beroepsonderwijs zonder inzicht in staatshervorming of klimaatsproblemen. En aso-leerlingen zijn gehandicapt op praktisch vlak omdat ze geen handvaardigheden aanleerden.” Gettoscholen Nicaise vindt dat onderwijsminister
Frank Vandenbroucke een aantal goede maatregelen invoerde, zoals het inschrijvingsrecht, de versterking van tso en bso, en het strategisch plan voor het kleuteronderwijs. Maar hij wil meer: “De wortels van de ongelijkheid zijn nog niet aangepakt. Tot onze verrassing stelden wij in ons onderzoek vast dat Vlaanderen het meest liberale onderwijs ter wereld heeft: iedereen kan een school oprichten, er is pedagogische vrijheid en vrije schoolkeuze. Vlaanderen gaat bijvoorbeeld veel verder dan het Verenigd Koninkrijk, want daar heb je nog een nationaal curriculum en examensysteem.” “Die vrijheid is terug te voeren tot de schoolstrijd en het schoolpact. Maar zijn die maatregelen nu nog relevant? Het schoolpact zorgde voor vrede tussen de katholieke en de niet-confessionele zuil. Die is er nu, maar ze ligt aan de basis van een andere polarisatie: tussen eliteen gettoscholen. Elitescholen selecteren, halen daardoor betere resultaten, en selecteren op slag nog meer. Gettoscholen zakken verder weg. Misschien moet de
overheid het schoolpact actualiseren. Denk aan de marginalisering van de islam en de gevolgen daarvan voor migranten in het onderwijs. De concurrentieslag tussen scholen leidt tot discriminatie, zoals het verbieden van een hoofddoek of van het gebruik van andere talen op de speelplaats. Daar moet de overheid iets aan doen.” Een laatste aanbeveling van de onderzoekers? “Het onderwijs legt nu teveel nadruk op vaardigheidstraining en te weinig op theoretische kennis. Dat is een gemakkelijkheidsoplossing die jongeren in lagere sociale milieus geen dienst bewijst. De overheid kan daaraan verhelpen met duidelijke, uniforme, voorgestructureerde leerplannen.” Nico Hirtt, Ides Nicaise, Dirk de Zutter, ‘De School van de Ongelijkheid’, uitgeverij EPO, 2007. 21 februari, 20u: Debat met Ides Nicaise (HIVA), Mieke van Hecke (VSKO), Lut Stroobants (Go!) en Nico Hirtt (OVDS) in de Grote Aula van het Maria-Theresiacollege in Leuven.
8
onderzoek
13.2.2008
campuskrant
Professor Bart De Moor over Gene H. Golub
Wereldwijde herdenking grondlegger lineaire algebra Op 16 november van vorig jaar overleed Gene H. Golub, een klinkende naam in de numerieke lineaire algebra en auteur van een klassieker binnen zijn vakgebied. Hij was vooral ook vriend en inspirator van velen. Zij zijn het die hem binnenkort herdenken met een wereldwijde Gene Golub Around the World Commemoration, die gelijktijdig gehouden wordt op vijfentwintig plaatsen verspreid over de continenten. Het evenement vindt plaats op 29 februari, de dag dat Gene Golub ‘negentien’ jaar zou geworden zijn. Organisator in Leuven is professor Bart De Moor van het Departement Elektrotechniek, ESAT, Afdeling SCD. Luk Vanrespaille (© Rob Stevens)
D
e Moor: “Het was schrikken voor iedereen die Golub kende en dat zijn er nogal wat. Hij reisde nog onvermoeibaar de wereld rond om overal zijn wetenschappelijke kinderen en kleinkinderen te bezoeken. Tussen twee reizen door is een acute vorm van leukemie bij hem vastgesteld, die hem geveld heeft nog voor met de chemotherapie kon gestart worden. Vrienden hebben niet eens de tijd gehad om de verwoede emailer die hij was in het ziekenhuis aan een connectie te helpen.” De mens Golub was ook academisch een grote mijnheer. Hij is geboren in Chicago in een joods gezin van LetsOekraïense migranten en studeerde er wiskunde aan de universiteit van Illinois. Zijn relaties — toen al — brachten hem later naar het zonniger Stanford, vlak bij wat nu bekend staat als Silicon Valley. En dat de Valley en de hele informatica en de wereld van de numerieke simulaties er zonder hem anders hadden uitgezien is geenszins overdreven. “Zijn grote verdienste ligt in de numerieke lineaire algebra. Dat is kort
gezegd een al wat oudere discipline met veel praktische toepassingen, de lineaire algebra, vertaald naar de wereld van het digitale. In wezen doen computers niets anders dan eindeloze reeksen van berekeningen maken, die vroeger trouwens gewoon door mensen, meestal vrouwen, verricht werden. De transistor begon net zijn intrede te doen, waardoor de fameuze wet van Moore in gang gezet werd, die stelt dat het aantal transistors op een computerchip om het anderhalf jaar zou verdub-
“Jammer genoeg worden algoritmen wettelijk gezien ontdekt en niet uitgevonden. Ze zijn dus helaas niet patenteerbaar, anders was Golub schatrijk geworden.” belen. Golub heeft dus ook het geluk gehad dat hij dan, net op tijd, op de proppen kon komen met robuuste algo-
ritmen. Daarmee wordt bedoeld dat de afrondingsfouten die ook een computer maakt, niet doorwegen op het resultaat van zijn berekeningen. Op zich zijn die fouten miniem maar als zo’n ding miljarden berekeningen maakt, kan ook een kleine afwijking het eindresultaat compleet compromitteren.” “Nu is het jammer genoeg zo dat algoritmen wettelijk gezien ontdekt worden en niet uitgevonden. Ze zijn dus helaas niet patenteerbaar, anders was hij schatrijk geworden. Hij was werkelijk één van de oude reuzen. Zijn technologie zit overal, maar onderliggend, als een hidden technology. Dat is de enige reden dat hij niet ook bij het grote publiek een klinkende naam is geworden.” Duif De Moor werkte als postdoc twee jaar in Golubs onderzoeksgroep en zijn vrouw deed het secretariaatswerk voor hem. Ze waren er kind aan huis en dat mag vrij letterlijk genomen worden. Op een kort huwelijk na, was Golub zijn hele leven vrijgezel en hij beschouwde zijn leerlingen en jongere collega’s als zijn
Beter opslaan met @mire Drie jonge alumni, twee ingenieurs en één informaticus, richtten in december 2006 de spin-off @mire nv op. Die biedt gespecialiseerde software en diensten aan, toegespitst op onderzoekers en hun instellingen. Zo maakt @mire het mogelijk digitale wetenschappelijke informatie langer te bewaren, beter te verspreiden en makkelijker toegankelijk te maken. Wim Troch
B
en Bosman en Lieven Droogmans onderzochten voor hun meesterproef digitale persistentie — het omgaan met oudere bestandsformaten op lange termijn. Vanuit die ervaringen begon Lieven in 2005 bij de Dienst Onderzoekscoördinatie aan een diepgaande analyse om de opslag, het beheer en de online beschikbaarheid van onderzoeksoutput te verbeteren. Ben Bosman en Bram Luyten kwamen na hun studie terecht bij de onderzoekseenheid Hypermedia en Gegevensbanken van professor Erik Duval. Bram Luyten (24) vertelt: “Na ongeveer een jaar hebben we @mire opgericht, met als achterliggend idee dat papers, reviews, presentaties en eigenlijk alle soorten digitaal materiaal, in plaats van in kleinere databases te worden bewaard, meer algemeen zouden moeten kunnen worden verspreid.” “De dienstverlening van @mire bestaat erin dat we voor organisaties zoals universiteiten software op maat aanpassen en integreren met de systemen die zij hanteren.” Maar @mire ontwikkelt ook zelf producten. “Onder andere voor het genereren van bibliografieën en statistieken of het naadloos omzetten van
het ene bestandsformaat naar het andere. Vaak gaat het om papers of congres proceedings, maar eigenlijk kan alles wat er gebeurt tijdens en na een onderzoek worden verwerkt. @mire sluit nauw aan bij de noden van de onderzoekswereld, in die zin dat we weten welke eigenschappen van een wetenschappelijke paper moeten worden opgeslagen om die te kunnen terugvinden. Daarnaast hebben onze mensen een unieke expertise wat betreft DSpace, de repository software die ook Cambridge en MIT gebruiken.” Van drie naar zes “Eén van onze nieuwste producten is Tog@ther, een online dienst waarmee onderzoekers een conferentie of een event kunnen organiseren of beheren. Het gaat dus verder dan het beheren van content. Met Tog@ther kun je deelnemers aan een event online laten registreren, abstractinzendingen aanvaarden, online betalingen regelen enzovoort binnen één en hetzelfde systeem.” Tog@ther richt zich door het aanbieden van een meertalige interface op onderzoekers in heel Europa. Volgens Luyten is de sterkste troef dat voor de ontwikkeling is vertrokken van repo-
sitorytechnologie voor het beheren van digitale bestanden: “Daardoor oogt Tog@ther als een handig beheersysteem, maar er zit een hele technologie achter om papers optimaal langdurig online beschikbaar te stellen. Zo is alle inhoud automatisch doorzoekbaar door Google, waardoor congresorganisatoren veel meer gebruikers kunnen aantrekken en onderzoek beter te raadplegen is.” Het gaat @mire voorlopig voor de wind. “We zijn een goed jaar geleden gestart met drie, maar ondertussen zijn we al met zes.” Hun eerste grote project, Lirias, aan de K.U.Leuven, is alvast een groot succes: “Sinds november 2006 werden meer dan honderdduizend papers ingevoerd en logden al meer dan drieduizend personeelsleden in. Daarnaast zijn ook onder meer het Instituut voor Tropische Geneeskunde, de HUBrussel en de Lessius Hogeschool klant.” @mire biedt tot eind februari Tog@ther gratis aan voor medewerkers van de K.U.Leuven, voor alle aan de K.U.Leuven gerelateerde conferenties of evenementen, zo lang die lopen. http://www.atmire.com http://www.togather.eu
immense kroost. Ettelijke keren logeerde het echtpaar De Moor bij Golub, toen hij weer eens op reis was en zijn huis dus leeg stond. “Hij vloog de wereld rond, inderdaad. Zijn naam zou overigens ‘duif’ betekenen, ‘columbus’ in het Latijn, dus. Hij verbleef ook geregeld voor langere perioden in Leuven en dan nam hij graag zijn intrek in het Begijnhof, waar hij naar eigen zeggen de laatste begijn nog zou gekend hebben. Maar wat ik daarvan moet geloven, weet ik niet zo goed. Hij maakte wel vaker grapjes.” “In 1992 heeft hij van onze universiteit een eredoctoraat gekregen. Het was het jaar dat hij zestig werd. Ik herinner me dat hij een feestje gaf rond de tijd dat de beslissing viel. Omdat mijn vrouw ging bevallen waren wij er niet bij. Maar één van de cadeaus die hij toen kreeg was zo’n mobiele telefoon van de eerste generatie. Vrienden hadden geregeld dat ik hem daarop zou bellen en live vanuit Leuven voor de hele zaal bekendmaken dat hij doctor honoris causa van de Leuvense universiteit zou worden. Op zijn auto prijkte de nummerplaat DR. SVD, een verwijzing naar de singular value decomposition, zowat zijn bekendste algoritme, om reusachtige matrices te ontbinden of althans te projecteren naar een lagere dimensionale ruimte. We hebben hem als eredoctor er dan de letters H en C van honoris causa bij gegeven. Van dat soort stunts en attenties hield hij wel. Daarom is het ook een mooi symbool dat we hem met die unieke Memorial kunnen herdenken. We proberen op 29 februari, via het web met webcams, een handshaking van de ene locatie naar de andere tot stand te brengen, de wereld rond.” “Golub heeft met zijn leven en werk duidelijk geïllustreerd hoezeer het sociale in vruchtbare wetenschapsbeoefening een rol kan en moet spelen. Ik heb het niet nagekeken maar hij zal weinig papers alleen geschreven hebben. Ook zijn boek Matrix Computations, een standaardwerk én een bestseller schreef hij met een coauteur. Niemand deed iets in de numerieke analyse of hij stond in Golubs adresboek en allemaal hadden ze, zoals hij graag zei, een second home in Stanford.” Alles samen nemen vijfentwintig universiteiten aan het global event deel. In Europa Leuven, Delft, Oxford, Porto, Pisa, Tripolis in Griekenland en het Zweedse Linköping, waar Lennart Ljung werkt, een andere Leuvense eredoctor waarvan De Moor de promotor was. Dan oostwaarts, Berlijn, Moskou, Tel Aviv, Hong Kong, Shangai, Tsukuba in Japan. Het Zuid-Afrikaanse Stellenbosch, Auckland, Adelaide en Canberra in Oceanië en dan komen we in Amerika met Rio de Janeiro, Mexico en een reeks van universiteiten in de States, waaronder zijn alma mater en de universiteit van Stanford, waar hij vijfenveertig jaar van zijn leven actief was. http://www.esat.kuleuven.be.scd/golub/
campuskrant
patroonsfeest
13.2.2008
9
Verslag Patroonsfeest 2008
Eredoctoraten uitgereikt aan drie ‘milieu’-deskundigen
O
p maandag 4 februari ging het jaarlijkse Patroonsfeest van de K.U.Leuven traditiegetrouw van start met een eucharistieviering in de Sint-Pieterskerk, voorgegaan door Kardinaal Danneels, Grootkanselier van de universiteit. Nadien trok de stoet van togati naar de Grote Aula van het Maria-Theresiacollege. In een tot de nok gevulde aula luisterde Yossif Ivanov, laureaat van de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool en momenteel ‘Musician in Residence’ aan de K.U.Leuven, de zitting op. In zijn openingswoord lichtte rector Vervenne de keuze van de eredoctores van 2008 — John Braithwaite, Bert Brunekreef en Daniel Pauly — kort toe: “De eredoctores van vandaag belichamen de waarden die onze universiteit voorstaat. Alledrie zijn actief op het terrein van het milieu, niet uitsluitend in de beperkte betekenis van ecologisch en economisch systeem, maar in de brede zin van de totale menselijke habitat. Alledrie combineren ze wetenschappelijk toponderzoek bovendien met het opnemen van hun verantwoordelijkheid in de samenleving.” Professor Stephan Parmentier sprak de laudatio uit voor professor John Braithwaite, “één van de meest invloedrijke criminologen van onze tijd.” In zijn dankwoord benadrukte Braithwaite nogmaals het belang van het herstelrecht, centraal in zijn werk: “Because crime hurts, justice should heal. In het herstelrecht tonen zowel dader als slachtoffer zich van hun beste kant.” In de laudatio voor professor Bert Brunekreef, specialist in de milieuepidemiologie, verwees professor Benoit Nemery naar diens werk op het bijzonder actuele domein van lucht-
vervuiling door fijn stof. Brunekreef zelf maakte in zijn dankwoord een cynische interpretatie van ‘Napels zien, en dan sterven’: de bergen brandend huisvuil tijdens de afvalcrisis in Napels tonen aan welke acute vormen vervuiling kan aannemen. Aan de hand van enkele recente voorbeelden wees Brunekreef op de gespannen relatie tussen mens en milieu, en de onmogelijkheid van een gemakkelijke oplossing: “Het is wel erg ironisch dat de suikerrietoogst in Brazilië, die bestemd is voor biobrandstof, gepaard gaat met de extreem vervuilende praktijk van het afbranden van akkerland.” De professoren Jos Snoeks en Filip Volckaert spraken in duo de laudatio uit voor visserijbioloog Daniel Pauly, die de gevolgen van overbevissing in kaart bracht. “Vele eeuwen geleden zei een wijs Chinees man: ‘Geef de mens een vis en je voedt hem een dag. Leer hem vissen en je voedt hem voor de rest van zijn leven’. Dat leven zou nu wel eens snel kunnen eindigen. Indien die Chinese man vandaag had geleefd, dan zou hij die wijsheid aanvullen met: ‘Volg het advies van Daniel Pauly en voed de mensheid voor altijd.’” Pauly zelf hield vervolgens een pleidooi voor ‘wetenschap in Tvorm’: “Wetenschap graaft vaak enkel verticaal, in de diepte, en als we eenmaal diep in ons hol zijn ingegraven, weet niemand daarbuiten nog waar we mee bezig zijn. De K.U.Leuven bewijst met haar eredoctoraten dat ze weet dat ook de horizontale lijn van de wetenschap van belang is.” Een uitspraak die rector Vervenne bij zijn afscheidswoord nogmaals bevestigde: “Wij leven niet meer in een ivoren toren. Het is de plicht van wetenschappers om luidop te spreken.” (wv)
Foto’s: Rob Stevens Meer foto’s en de teksten van de laudatio’s vindt u op http://www.kuleuven.be/ patroonsfeest/2008/ Bovenaan: Stoet van de togati, met vooraan rector Vervenne Onderaan links: Eredoctores John Braithwaite, Bert Brunekreef en Daniel Pauly Foto hierboven en onderaan rechts: sfeerbeelden van de ceremonie in de Grote Aula van het Maria-Theresiacollege
10
cultuur
13.2.2008
campuskrant
UUR KULtUUR: Jazz met het Arne Van Coillie Trio
“Zelfs de muziekleraar vond mij een beetje vreemd” Als er in Vlaanderen één iemand is die weet waar jazz om draait, dan is het wel Arne Van Coillie. Samen met zijn Trio — met Flor Van Leugenhaeghe aan de bas, Luc Vanden Bosch aan de drums en hemzelf aan de piano — is Arne op woensdag 20 februari te zien tijdens UUR KULtUUR in Alma 2. En hij brengt nog iemand mee: het Duitse toptalent Sabine Kühlich neemt de zang voor haar rekening. Wim Troch
A
(© Rob Stevens)
]
om tijdens een optreden te doen wat er in haar opkomt. Ze heeft ook de bagage om dat te doen. Dat houdt het ook fris voor de groep, want het is niet zo dat elk optreden op voorhand helemaal vastligt.” Voor dit project werd heel nauw samengewerkt. Arne: “Sabine heeft niet alleen maar enkele stukken uit haar kaft gekozen, ze wilde er een gezamenlijk project van maken, dus met
“Wat ik aan Sabine Kühlich bewonder is dat zij de vrijheid behoudt om tijdens een optreden te doen wat er in haar opkomt.”
[Cultuuragenda
rne Van Coillie (36) werd vroeg gebeten door muziek, vooral dan door de jazzmicrobe. “Eigenlijk belachelijk vroeg; ik was ongeveer dertien”, vertelt hij. “Dat viel ook helemaal uit de lucht, want het was niet zo dat er thuis veel naar jazz werd geluisterd. Ik heb het eerder toevallig ontdekt, op een Franstalige radiozender en ik wist meteen: ‘Dit is het!’” Als dertienjarige er voor uitkomen dat je jazzfanaat bent, is niet zo vanzelfsprekend. “Vooral klasgenoten keken raar op, maar zelfs de muziekleraar vond mij een beetje vreemd. Ik paste nu eenmaal niet in de toen gangbare tweedeling tussen aanhangers van The Cure en van Madonna.” Na zijn middelbare school koos Arne voor een opleiding Germaanse Talen aan de K.U.Leuven. “Verder gaan met jazz was op dat moment geen optie. Ik had enkel een opleiding klassieke piano. Er bestond op dat moment alleen de Jazzstudio in Berchem, maar
Gratis UUR KULtUUR Arne Van Coillie Trio & Sabine Kühlich Camerata Aetas Nova
Peter Verhelst Bart Meuleman Ruth Lasters
BeiaardfestiBAL
Kulturama
Kringtoneel
CampusToneel
Lenteconcerten
Swingen Arne speelt in enkele ensembles, met wisselende bezettingen: “Ik heb nood aan afwisseling en bovendien zijn er nu eenmaal veel mensen met wie ik graag samenspeel.” Voor UUR KULtUUR nodigde hij als gastsoliste de Duitse zangeres Sabine Kühlich uit. “Wij delen dezelfde visie op jazz. Wat ik aan haar bewonder is dat zij de vrijheid behoudt
nummers die ze niet met andere bands brengt. Het optreden zal in de lijn van de eerder klassieke beboptraditie liggen.” Vriendin Kim voegt toe: “Ze swingt keihard. Ze kan improviseren en scatten, wat tegenwoordig toch niet meer zo evident is.” “Zo’n soort zangeres hebben we in Vlaanderen niet,” vult Arne aan. “Met haar spelen is niet saai, omdat je nooit weet wat er gaat gebeuren, en dat is ook voor het publiek boeiend. De interactie en dialoog tussen Sabine, de instrumentalisten en het publiek maakt het zeer speciaal.” Arne hoopt dat jazz ooit meer bereikbaar wordt voor het brede publiek. “Ik ben er van overtuigd dat het potentiële publiek veel groter is dan dat wat we nu bereiken, maar ik ben dankbaar voor elke kans die ik krijg om jazz te brengen.” UUR KULtUUR, 20 februari, 21u, Alma 2, Van Evenstraat 2C. Elk UUR KULtUUR is gratis.
LOKO Cultuur
Harvie Krumpet in Blok UUR KULtUUR 2008 i.s.m. Internationaal Kortfilmfestival Leuven © www.selectedshorts.com
zo’n privéschool is duur en levert geen erkend diploma. Ik zou ook naar Amsterdam hebben kunnen gaan, maar daarvoor was ik op dat moment niet klaar: ik was te jong en te ‘Vlaamslandelijk’, denk ik. En omdat ik toch altijd al interesse voor taal had, werd het Germaanse.” Nadien volgde hij dan toch de toen pas opgerichte jazzopleiding aan het Lemmensinstituut. “Tijdens mijn opleiding daar heb ik ook contrabas, drums en vibrafoon moeten spelen, maar geen van die drie instrumenten sprak me echt aan — toch niet zoals piano.”
08
VOORJAAR SPRING
K.U.Leuven Cultuurcoördinatie www.kuleuven.be/cultuur
016 32 03 40
[email protected]
De nieuwe Cultuuragenda is uit. Je vindt hem op http://www.kuleuven.be/cultuur en kunt ook een exemplaar aanvragen via
[email protected]
campuskrant
personeel
13.2.2008
11
Wie is de man of vrouw
de Collega’s 37
achter die sympathieke stem die u zo vaak aan de lijn hebt?
Of wie schuilt er achter de persoon met wie u een intensieve mailrelatie onderhoudt?
In deze rubriek proberen we een gezicht te plakken op die collega met wie u zo goed samenwerkt, maar die u op straat straal voorbij zou lopen.
door Tim Willekens
In de vorige aflevering sloegen we op de Aankoopdienst een map van Jan Blanckaert open, waar we een bestelling vonden van Mark Van Camp (34) van Experimentele Geneeskunde en Endocrinologie. Op dus naar Gasthuisberg, vastberaden om daar met wat padvinderstechnieken zonder enig probleem de weg te vinden. Bordjes richting “Onderzoek en Navorsing I & II” volgen, de imposante ingang door, op een bord de juiste verdieping zoeken, daar aangekomen spontaan hulp krijgen van een Engelstalige onderzoeker, om dan aan te komen op het secretariaat waar men Mark Van Camp voor je opbelt. Net als je denkt dat je weg vinden in deze medische jungle niks voorstelt, loodst die je echter langs een indrukwekkend parcours van gangen mee naar een kamertje waar we rustig kunnen praten, op het gezoem van een machine na.
(© Rob Stevens)
Mark: “Dit toestel is een DNA-sequencer, die gebruikt wordt om de basevolgorde van DNA-fragmenten
te bepalen. Het is echter niet het apparaat dat je van de aankoopdienst hierheen heeft geleid. Dat was een
realtime PCR-toestel, dat we gebruiken om de expressieniveaus van bepaalde genen in cellen te kunnen vaststellen.” “Van opleiding ben ik industrieel ingenieur chemie. Ik volgde een specialisatie biotechnologie en kon voor mijn stage op Gasthuisberg terecht. Toen ik werk zocht, werd ik gevraagd om hier te beginnen. Omdat ik altijd al wetenschappelijk onderzoek wou doen, heb ik niet lang getwijfeld.” “Mijn taak is hier in de laboratoria technische ondersteuning te bieden aan het wetenschappelijk onderzoek. Ik probeer de onderzoekers met raad en daad bij te staan met labowerk op DNA-, RNA- en eiwitmateriaal. Soms doe ik ook wat opzoekingswerk, of probeer ik bepaalde processen te optimaliseren.” “Door mijn specifieke functie en door de DNA-sequencer, die door drie laboratoria wordt gebruikt, kom ik in contact met tal van mensen die hier met onderzoek bezig zijn. Die samenwerking is niet alleen aangenaam, ze levert ook positieve resultaten op. Doordat we ideeën kunnen uitwisselen, kunnen we steeds weer een stapje verder zetten in het onderzoek.” “We doen hier hoofdzakelijk aan fundamenteel onderzoek, onder leiding van twee professoren. Professor Geert Carmeliet is vooral bezig met botonderzoek. Een aantal jaar geleden hebben we een nieuw eiwit ontdekt, nu proberen we de precieze functie daarvan te achterhalen.
Binnen het onderzoek van professor Mieke Verstuyf bestuderen we de niet-klassieke mechanismen van vitamine D, die ervoor zorgen dat de groei van cellen wordt afgeremd. Aangezien vitamine D ook belangrijk is voor bot, vormt het als het ware een link tussen beide onderzoeksdomeinen.” “Omdat ik telkens twee uur nodig heb om tussen werk- en woonplaats te pendelen, heb ik eigenlijk niet zo heel veel vrije tijd. Twee jaar geleden heb ik immers in Willebroek een huis gekocht, waar ik me inmiddels dan ook heb gesetteld.” “Als ik er tijd voor heb, probeer ik te sporten. Zo trek ik elk jaar twee of drie keer met vrienden naar de Ardennen om aan hiking te doen. Dat is allesbehalve klassiek wandelen: hoe meer modder en hoe meer avontuur, hoe meer ik ervan geniet. In de winter neem ik ’s avonds graag een goed boek vast, en als het in de zomer langer licht is, ga ik fietsen of tuinier ik om me te ontspannen.” Na afloop van ons gesprekje leidt Mark de weg terug naar het herkenbare baken van het secretariaat. Op het bureau van medewerkster Hélène Collin vinden we daar een e-mail van Herlinde Leemans van de Dienst Onderzoekscoördinatie, met uitleg over Lirias, het nieuwe systeem om wetenschappelijke publicatielijsten te beheren. Benieuwd wat zij te vertellen heeft in ónze aprilpublicatie, als Collega 38.
Netwerk voor kwalitatief onderzoek van start Onderzoekers hoeven niet verbaasd te zijn wanneer ze binnenkort uitgenodigd worden om zich aan te sluiten bij het Network for Qualitative Research Leuven (NQRL). Coördinator en voorzitter van NQRL, respectievelijk Wim Vandewiele en professor Jeroen Maesschalck, benadrukken de noodzaak van een open uitwisseling van expertise om de kwaliteit van het kwalitatief onderzoek aan de universiteit te versterken. Joke Depuydt
Z
owel Vandewiele als Maesschalck weigeren echter om ‘kwalitatief onderzoek’ eenduidig te definiëren. Maesschalck: “Dat is een bewuste keuze. We willen net die verscheidenheid aan begripsinvullingen, methodologieën en achterliggende filosofieën benaderen vanuit haar rijkdom, en de mensen die ermee bezig zijn samenbrengen op een overkoepelend niveau om ervaringen uit te wisselen. Weten wie waar op welk moment met welk kwalitatief onderzoek bezig is, is al een eerste stap vooruit.” Vandewiele: “Die vraag leefde al een tijdje, zowel bij onderzoekers uit humane wetenschappen, als uit biomedische en positieve wetenschappen. Je moet weten dat kwalitatief onderzoek stilaan de waardering krijgt die het kwantitatief onderzoek al jaren geniet. NQRL is het antwoord van de universiteit op die groeiende waardering. Via een impuls van de Groep Humane Wetenschappen
kon de benodigde software voor de onderzoekers en studenten ter beschikking worden gesteld. Voorlopig willen we met NQRL een professionele en beheersbare aanzet geven om binnen de universiteit onderzoekers te ondersteunen via bijeenkomsten, seminaries en opleidingen. Neem nu bijvoorbeeld de reproduceerbaarheid van een onderzoek. Een ‘positieve wetenschapper’ associeert dat vaak met een labosetting waarbij een collega het onderzoek van a tot z kan overdoen. Een ‘humane wetenschapper’ zal reproduceerbaarheid bij een onderzoek naar, pakweg, de tijdgeest dan weer helemaal anders invullen. NQRL biedt de mogelijkheid om open en informeel van gedachten te wisselen. Dat informele vind je terug in de structuur van de seminaries: verschillende per semester, telkens op een andere locatie, waarbij onderzoekers als het ware tussen hun presentatie en hun boterhammen feedback krijgen van collega’s uit andere faculteiten.
Naast dit ‘work in progress’-seminarie is er het expertenseminarie. Dat komt pas volgend jaar aan bod en zal op een losse manier en in een kort tijdsbestek meer ervaren onderzoekers aan het woord laten.” Verhuisbaar Maesschalck: “Dezelfde openheid waarmee we NQRL als netwerk profileren, vertaalt zich ook in haar structuur zelf. Om de twee jaar worden de coördinator en de voorzitter vervangen, en de IT-infrastructuur is verhuisbaar, zodat alle faculteiten aan bod kunnen komen. Trouwens, het hele project is een realisatie van een volledig team. Op onze website vind je per faculteit één of meer contactpersonen die de instroom van het kwalitatief onderzoek actief opvolgen en de mensen zullen aanspreken. Daarnaast vind je er ook de lijst met professoren die samen de adviesraad van het netwerk vormen. Maar niets houdt je tegen om zelf contact op te ne-
men. Ook de e-maillijst wil een actief hulpmiddel zijn om al onze activiteiten bij het brede publiek te brengen.” “NQRL is zeker niet opgericht tégen kwantitatief onderzoek, maar wel als een essentiële aanvulling voor de al sterk uitgebouwde structuren rond kwantitatief onderzoek. Met NQRL hopen we de expertise rond kwalitatief onderzoek te versterken, zodat kwalitatieve onderzoekers als gelijkwaardige partners in dialoog kunnen treden met hun kwantitatieve collega’s. Mixed methods worden trouwens meer en meer als evident beschouwd en vele leden van het netwerk combineren zelf ook kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Die tendens beperkt zich uiteraard niet tot de universiteit. We hopen om in een latere fase ook andere instellingen van de Associatie K.U.Leuven aan te spreken, en ook andere netwerken in binnen- en buitenland.” http://www.law.kuleuven.be/nqrl/
12
bijlage voor oud-studenten
13.2.2008
campuskrant
–alumnikrant – Navorming voor leerkrachten over gehoorschade bij jongeren
Luisteren als een muziekexpert is een kwestie van training “Het gehoor is het gevoeligste orgaan van de mens. Helaas springt hij er vrij slordig mee om”, stelt professor Mark Reybrouck van de Onderzoekseenheid Musicologie. “Overprikkeling door te hoge geluidsintensiteit zorgt voor onherroepelijke beschadigingen. Maar dat merken we pas als het te laat is. Zoals de alcoholist pas merkt dat zijn lever stuk is als hij al in het ziekenhuis ligt.”
hij heeft zijn gehoor getraind. Zoals een oenoloog veel meer nuances ontdekt in een slok wijn dan de leek.” Nascholing ‘Keidoof’ aan het VlieberghSenciecentrum: http://www.kuleuven. be/vliebergh - rubriek ‘Algemeen’.
KORTALUMNI Alumnitrip naar Bilbao
Jaak Poot
H
et onderwijs heeft volgens Reybrouck de belangrijke taak om kinderen en jongeren gehoorshygiëne aan te leren. Daarom biedt het Vliebergh-Senciecentrum leerkrachten navorming aan over het vermijden van gehoorschade. Maar er is meer: “Gehoor kun je trainen door gericht te leren luisteren. Zo vergroot je de functionaliteit van de hersengebieden die geluid interpreteren. De wetenschappelijke inzichten daarrond zijn ronduit indrukwekkend. De overheid zou daarom moeten investeren in muzikale opvoeding door lesgevers met voldoende achtergrond en training.” Vroeger overheerste een talentgerichte visie op muzikaal gehoor, stelt Mark Reybrouck. “Die hield in dat de ene mens geboren was met het talent om verfijnde schakeringen in een muzikale uitvoering te horen en interpreteren, en de andere niet. Die opvatting hebben we verlaten. Lokalisatiestudies in de hersenen tonen aan dat de geluidsverwerking uitermate plastisch is: je kunt de hersenen vormen tot op hoge leeftijd. Onderzoekers stelden vast dat bij muzikanten bepaalde hersenzones groter zijn. Dat is niet omdat ze zo geboren worden, maar omdat ze die ontwikkelden. Het resultaat? Ze horen meer nuances.” Decibels De laatste jaren duiken geregeld waar-
schuwingen op in de media: jongeren beschadigen hun gehoor onherroepelijk door te luide muziek op fuiven en festivals, en een te hoog volume via de oortjes van iPods en mp3-spelers. “Als geluid langdurig boven 90 decibel piekt, beschadigt dat de haarcellen in het binnenoor en richt zo onomkeerbare schade aan. Want een kapotte haarcel komt nooit terug. De kleine oordopjes van een draagbare muziekspeler zijn vaak van mindere kwaliteit en zitten bovendien heel dicht bij het trommelvlies. Precies dat maakt ze zo gevaarlijk.” Mark Reybrouck ziet een dubbele weg naar verbetering. “Er is preventie nodig via duidelijke en afdwingbare wetgeving. Je moet de mensen tegen zichzelf beschermen door lawaai boven 90 decibel systematisch te verbieden. Maar je moet tegelijk aan positieve gehoorsopvoeding doen. Luisteren kun je leren. De ene mens loopt in het bos en hoort vogeltjes zingen. De ornitholoog hoort een roodborstje, een pimpelmees, een goudhaantje, ... Waarom? Omdat hij ze leerde onderscheiden.” Oren open “Een jong kind staat zeer open om bij te leren, het heeft volop ‘open-ear-edness’.
Pas in de puberteit zetten jongeren zich af en zien ze muziek als een facet van hun emancipatie en van groepssamenhorigheid. In de basisschool moet je kinderen daarom een zeer grote verscheidenheid van muziek aanbieden. Leer ze luisteren naar de stilte. Leer ze klanken en nuances onderscheiden”, gaat Mark Reybrouck verder. “Precies daar knelt het schoentje: in de kleuteren lagere school heb je geen geschoolde muziekleraren. Een maatschappij die vindt dat cultuur en kunst belangrijk zijn, moet investeren in gespecialiseerde opleiders. Het Europese rapport van Anne Bamfort over de Vlaamse achterstand in kunstonderwijs, toont aan dat we slecht presteren, omdat de overheid hier geen middelen voor vrij maakt.” “Vandaag is alle muziek beschikbaar voor iedereen. Maar de veelheid zinkt weg achter het modieuze aanbod van de commerciële media. En dat is heel smal: bijna uitsluitend recente westerse ontspanningsmuziek. Daar moet je als maatschappij pedagogisch iets tegenover stellen. Je moet gevoeligheid aanleren voor muziek die de jongere intenser prikkelt, uitdaagt. Een commentator bij de Koning Elizabethwedstrijd hoort veel meer dan de doorsnee-luisteraar. Heeft die betere oren? Neen, maar
cd-bon in ruil voor vijftien juiste adressen! Alumni Lovanienses kan prat gaan op een bestand met inmiddels meer dan 130.000 adressen van oud-studenten. Alumnileden kunnen het raadplegen via http://www.alum.kuleuven.be. Handig als je de gegevens van een vroegere jaargenoot wil opzoeken. Om de gegevens in het bestand zo upto-date mogelijk te houden, organiseren Campuskrant en Alumni Lovanienses een update-actie. Zoek je oude klasgenoten, je vroegere medestudenten, je buren, ooms en tantes, neven en
nichten, collega’s, vrienden en kennissen op in de databank, en check of hun adresgegevens nog kloppen. Vind je een verkeerd adres, en beschik jij over het juiste, meld dat dan aan Alumni Lovanienses. Met elke inzending maak je kans op een citytrip voor twee (trekking in juni). Wie vijftien adressen in één keer doorstuurt, ontvangt een cdbon van 20 euro. Stuur het juiste én het foutieve adres met vermelding ‘Campuskrant’ naar
[email protected],
of naar Alumni Lovanienses, Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven. Vergeet je eigen naam en adres niet te vermelden! Deze oud-studenten verzamelden tien juiste adressen. Zij krijgen Fnac-bon ter waarde van 20 euro gestuurd. - Lilly en Davy Mahieu-Borremans - Sara Van Loock Alumni Lovanienses dankt hen harte voor hun medewerking!
vijfeen toe-
van
Van 15 tot 19 mei organiseert Alumni Lovanienses een prachtige city-trip naar de Spaans-Baskische stad Bilbao en de Spaanse Costa Verde. Naast een bezoek aan het historisch centrum, het archeologisch museum, de Universiteit van Deusto, de Oude Wijk, het Guggenheim-museum, de Kathedraal en de Begoña Basílica van Bilbao omvat de reis ook een bezoek aan de Costa Verde, met plaatsen als Santander, de grotten van Altamira, Santillana del Mar, San Vicente de la Barquera, Oviedo, Picos de Europa, Covadonga, Mirador del Fito en Llanes. We overnachten in viersterrenhotels. De richtprijs bedraagt 1.580 euro per persoon bij minimum 25 personen. De prijs daalt naargelang het aantal deelnemers stijgt; maximum 30 deelnemers (supplement van 225 euro voor éénpersoonskamer). Begeleiding: Erik Gobin. Inschrijven via Avatours nv, Koning Albertstraat 86, 8500 Kortrijk, (t) 056 21 50 00, (f) 056 22 39 00,
[email protected] http://alum.kuleuven.be/ reizen-alumni/Bilbaoreis.htm
Alumnireis naar Tsjechië Van 18 tot 25 mei organiseert Alumni Lovanienses een achtdaagse reis naar Unescosteden van Tsjechië. Naast een bezoek aan Praag met veel aandacht voor de architectuur, gaan we naar een aantal prachtige steden in het Tsjechische binnenland waaronder Holasovice, Ceské Budejovice, Telc, Trebic, Zelená Hora en Brno. Daarnaast hebben we ook aandacht voor de Tsjechische geschiedenis met een bezoek aan het kasteel van Cesky Krumlov, de slagvelden van Austerlitz, de steden Kromeritz, Térézin (Theresienstadt) en Olomouc, de grootste geklasseerde stedelijke site na Praag, de kastelen van Lednice-Valtice, de middeleeuwse stad Kutná Hora en het kunst- en muziekkasteel van Litomysl. We overnachten in viersterrenhotels. De richtprijs bedraagt 1.795 euro per persoon bij 25 personen (supplement van 395 euro voor éénpersoonskamer). Begeleiding: Erik Gobin en Franstalige lokale Tsjechische gids. Inschrijven via Avatours nv, Koning Albertstraat 86, 8500 Kortrijk, (t) 056 21 50 00, (f) 056 22 39 00,
[email protected]. http://alum.kuleuven.be/reizen/ Tsjechie.html
campuskrant
–alumnikrant –
13.2.2008
13
Philippe de Buck, laureaat VRG-Alumniprijs 2008
G KRIN WS NIEU Alfagen Actuele medische praktijkvoering: Riziv en nomenclatuur – Associaties. 13 februari, 20-22u, O&N2, Herestraat 49, 3000 Leuven Actuele medische praktijkvoering: Vennootschappen – Sociale bescherming. 12 maart, 20-22u, O&N2, Herestraat 49, 3000 Leuven Ledendag: Statutaire vergadering. 24 mei, 8u45-10u, O&N2, Herestraat 49, 3000 Leuven Info:
[email protected]. be, (t) 016 33 74 76, (f) 016 33 74 36
VILv Forumavond ‘Auto en verkeer in de toekomst’. 19 februari, 19u30, Kasteelpark Arenberg 1, 3001 Heverlee, kasteel van Arenberg, Arenbergauditorium Forumavond ‘Interactieve Digitale TV’. 15 april, 19u30, Kasteelpark Arenberg 1, 3001 Heverlee, kasteel van Arenberg, Arenbergauditorium Info: Bart Van Buggenhout,
[email protected], (t) 016 32 13 94, (f) 016 32 19 82 http://www.kuleuven.be/vilv/
Nos Iungit Academia ‘De fijne venten’, een muzikaal en visueel spektakel. 22 februari, 20u30, Clublokaal Leuvense avond: ‘Leuven’ door Paul Reekmans. 14 maart, 20u30, Clublokaal Info: anne-marie.wollants@telenet. be, (t) 016 25 11 64, http://users.telenet.be/ws35381/NIA/nieuwsbrief.html
“De prijs komt onverwacht, want ik was nooit een modelstudent” De VRG-Alumniprijs 2008 gaat naar Philippe de Buck, secretaris-generaal van de Europese werkgeversorganisatie BusinessEurope, en voorheen gedelegeerd bestuurder van Agoria. Ann Fransen
D
e Buck noemt de bekroning door VRG Alumni met enige zin voor overdrijving ‘de verrassing van mijn leven’: “De erkenning door de faculteit doet me veel plezier. Maar ze kwam onverwacht, want ik was nooit een modelstudent.” Rechten gaan studeren was nochtans destijds voor de Buck een evidentie. Zowel zijn vader als zijn broer zijn doctor in de rechten en zelf werd hij aangetrokken door de vele mogelijkheden die de opleiding bood. Zijn kandidatuur volgde hij in Namen, in 1968 kwam hij naar Leuven: “Je moet weten dat ik Gentenaar ben. Maar ik wou graag verder van huis studeren.” “Ik was onmiddellijk zeer geboeid door het zakenrecht, het vennootschapsrecht, overeenkomsten en alles wat daarmee te maken heeft. Vooral professor Roger Blanpain heeft een grote invloed gehad op mijn verdere carrière. Hij doceerde arbeidsrecht en verwees regelmatig naar Agoria.” Na zijn studies ging de Buck aan de slag bij Agoria: “Daar heb ik uiteindelijk dertig jaar gewerkt. Op een bepaald moment kon ik deelnemen aan de sociale onderhandelingen met de vakbonden en dat betekende mijn grote doorbraak. Daarna werd ik secretaris-generaal van Agoria om dan in 1987 te worden aangesteld als gedelegeerd bestuurder. Veertien jaar lang heb ik die positie bekleed. Eigenlijk stond ik toen in het middelpunt van de sociale onderhandelingen. Er zijn in die periode heel wat
zware dossiers gepasseerd zoals de sluiting van Renault. In 2001 heb ik Agoria vaarwel gezegd en ben ik naar Unice, de huidige Europese Werkgeversorganisatie BusinessEurope, getrokken. Daar werk ik nu al zeven jaar als secretaris-generaal.” Ereteken “Ik ben eigenlijk heel verrast dat ik nu word bekroond omdat ik verre van een modelstudent was. Tijdens mijn studies ben ik altijd interesse blijven tonen voor andere zaken. Tijdens mijn studententijd vond het begin plaats van de regionalisering. Ik trok vaak met vrienden naar het parlement om
“Mijn grootvader zei ooit: een ereteken is iets waar je nooit om vraagt, wat je nooit weigert en wat je nooit draagt. Ik kan zijn mening alleen maar onderschrijven.” daar naar de debatten te luisteren. Daarnaast was ik lid van verscheidene verenigingen en ik durfde wel eens een les over te slaan. Ik was wel geïnteresseerd in mijn studies, maar er waren vele andere studenten die echt uitmuntend waren.” Dat neemt niet weg dat De Buck blij
(© Rob Stevens)
is met de prijs: “Enerzijds omdat ik altijd heel gelukkig ben geweest in Leuven. Een erkenning van de faculteit is een mooi gebaar. Anderzijds is de VRGAlumniprijs een beloning voor maatschappelijke inzet. Het is niet zo vanzelfsprekend dat hij gaat naar iemand die zich inzet voor bedrijven.” En wat gaat de Buck nu doen met dit ereteken? “Mijn grootvader zei ooit: een ereteken is iets waar je nooit om vraagt, wat je nooit weigert en wat je nooit draagt. Ik kan zijn mening alleen maar onderschrijven.”
VRG 15de VRG-Alumnidag, met onder meer infosessie over Belgische juridische databanken, 25 voordrachten over recente ontwikkelingen, Alumniprijsuitreiking aan Philippe de Buck en laudatio van Tony Vandeputte. 7 maart, 11u30, Tiensestraat 41, 3000 Leuven Info:
[email protected], (t) 016 49 94 97, (f) 016 48 09 21
LUTV Apolloniabanket: viering voor alumni, gepromoveerd tot licentiaat tandheelkunde in een jaar ‘8’ (1948, 1958, 1968, 1978, 1988, 1998). 8 maart, 19u30, Hogeschoolplein, 3000 Leuven, Salon Georges Info:
[email protected], (t) 016 33 24 72, (f) 016 33 24 40
Domus Lovaniensis Brugensis Lenteconcert voor alumni uit het noorden van West-Vlaanderen. 11 april, 20u, Grote Markt, Brugge, Provinciaal Hof Info: Ann.Nollet@kuleuven-kortrijk. be, (t) 056 24 61 31, (f) 056 24 69 95
Farmaleuven en Alfagen Postuniversitaire Farmacologische Dag ‘Prestatiebevorderende middelen in de sport: (on-)verantwoord?’ 15 maart, 13u30-18u, O&N 1, Auditorium GA2, Herestraat 49, 3000 Leuven. Inschrijven via Farmaleuven@pharm. kuleuven.be of via het secretariaat Deelnamekosten: 15 euro voor leden, 20 euro voor niet-leden, studenten gratis; Info:
[email protected], (t) 016 32 34 56, (f) 016 32 34 54 of Alfagen (t) 016 33 74 76
(12)
I N DE BA N VA N DE K R I NG
VRG-Alumni Dynamisch. Dat is VRG-Alumni, de vereniging van de oud-studenten rechten van de K.U.Leuven ongetwijfeld. En dat is, zo blijkt tijdens ons gesprek, ook nog altijd haar voorzitter, professor emeritus Roger Blanpain.
B
lanpain: “Op dit ogenblik telt onze vereniging ongeveer 2.400 betalende leden. Tegen het jaareinde zal dat naar verwachting oplopen tot 3.200. En nog later mikken we op 5.000. Immers, zestig procent van de pas afgestudeerden wordt lid.” Paradepaardje van de vereniging is het jaarlijkse VRG-Alumniboek: “Dat is inmiddels al aan zijn tiende editie toe en vermeldt circa 13.500 alumni. Het biedt onze leden een ideaal platform om te netwerken. Daarnaast is er ook het VRG-Alumni Magazine, dat alle leden tweemaal per jaar ontvangen. En elke maand versturen we een elektronische nieuwsbrief naar ongeveer 6.500 leden. Daarin worden vacatures aangekondigd, en studiedagen waarop leden van VRG-Alumni korting genieten.” “Orgelpunt van onze werking is de jaarlijkse VRG-Alumnidag. Bij die gelegenheid vinden er een dertigtal voordrachten plaats over uiteenlopende onderwerpen. De teksten daarvan worden gebundeld in een verslagboek. De 15de VRG-Alumnidag vindt plaats op 7 maart en heeft als thema ‘Recht in beweging’. Op het programma staan
een infosessie over Belgische juridische databanken en 25 voordrachten over recente ontwikkelingen in bijna evenveel rechtstakken.” Mecenaat “Tijdens de academische zitting aan het eind van de middag wordt traditioneel de VRG-Alumniprijs uitgereikt aan een oud-student die zich tijdens het afgelopen jaar maatschappelijk bijzonder verdienstelijk maakte. Laureaat dit jaar is Philippe de Buck van Overstraeten (zie interview elders op deze pagina — red.).” Voor de financiering van haar werking steunt VRG-Alumni niet alleen op de lidgelden: er zijn inmiddels ook al zeven ondernemingen die de vereniging sponsoren: “We nemen bedrijfslogo’s op in onze nieuwsbrief, met daaraan gekoppeld een hyperlink naar het gewenste webadres. Het bedrijf betaalt daarvoor 75 euro per logo. Wie intekent voor een volledige jaargang oftewel 11 nieuwsbrieven, betaalt 750 euro.” Een en ander legt de vereniging geen windeieren: “Zodra het ledental de kaap van de tweeduizend overschrijdt, is VRG-Alumni zelfbedruipend en kan
Professor emeritus Roger Blanpain, voorzitter van VRG-Alumni. (© Rob Stevens)
het aan mecenaat gaan doen. Zo schonk de vereniging het afgelopen jaar zo’n 40.000 euro aan de faculteit. Dat geld gaat vooral naar de rechtsbibliotheken van de K.U.Leuven en KULAK, en naar studenten die deelnemen aan internationale pleitwedstrijden.” http://www.vrgalumni.be
[email protected] Oud-studenten die een reünie willen organiseren, kunnen terecht bij VRG-Alumni voor praktische ondersteuning en contactgegevens.
14
interview
13.2.2008
Leven na Leuven
campuskrant
Caroline Gennez, politologe en sp.a-voorzitster
“Ik wil blussen waar het brandt” Toen ze nog een jong tennistalent was, vloekte en schopte ze iedereen van de baan maar nu ze voorzitster is van een nationale partij in ademnood lijkt Caroline Gennez (32), voorheen ‘Baby McEnroe’ en ‘de kleine Tobback’, de rust zelve. “Ik neem mijn engagement heel serieus maar passie ontspoort zonder een dosis nuchterheid.” Interview Katrien Steyaert (© Rob Stevens)
Caroline Gennez ziet er goed uit. Haar blik is scherp, haar kleedje elegant en haar lach borrelend als vanouds. Als kersvers sp.a-voorzitster wordt haar nochtans weinig rust gegund. “Als hoofd van een partij is de voorzitter de ultieme scheidsrechter. Ik word dan ook soms uit mijn bed gebeld door een fractielid met nood aan advies.” Een wereld van verschil met ruim tien jaar geleden, toen de studente politieke en sociale wetenschappen een gat in de dag sliep na avonden van toogdebatten. “Ik hield van de rust van café Libertad of Oase, waar ik onlangs nog ben langsgegaan. Ik filosofeerde liever tussen pot en pint dan dat ik uit de bol ging. Studenteninitiatieven als de betoging tegen de prijsstijgingen in de Alma gingen aan mij voorbij. Ik keek er niet op neer maar dacht: ‘Hebben we niets zinnigers te doen?’” Voor idyllische verhalen uit de oude doos ben ik bij de Truiense aan het verkeerde adres. “Ik vond mijn studententijd in Leuven niet uitdagend genoeg: alleen lang slapen, op café gaan en droge theorie instuderen.” Ze aarzelt even. “Politieke en sociale wetenschappen is in mijn ogen een onvolkomen studierichting; je pikt van alles wat op maar diept niets grondig uit.” Laat dat nu net de kritiek zijn die de jonge politica zelf moet slikken; ze zou verstandig zijn maar in geen enkel domein uitblinken. “Het klopt, ik ben een echte generalist. Pol & soc lag me goed maar daagde me te weinig uit om ervoor te gaan. Gelukkig zorgden mijn nevenactiviteiten ervoor dat ik me toch waardevol voelde. Ik deed onder meer vrijwilligerswerk bij vluchtelingen en mishandelde vrouwen.” Balgevoel Als kind gedraagt Gennez zich al als een kleine Moeder Theresa. “In de lagere school leerde ik tijdens de speeltijd Nederlands aan de allochtone kinderen in de klas of ik nam het op voor gepeste klasgenootjes. Tja, het engagement is sterker dan mezelf. Toch kon ik ook helemaal opgaan in mezelf, bijvoorbeeld
als ik tenniste.” Het balgevoel van de Limburgse zit zo goed dat ze tussen haar vijfde en veertiende een aardig palmares bij elkaar mept. “Ik kon het spelletje niet relativeren, tot een hernia me dwong te stoppen.” Gelukkig belet die haar niet om nog altijd haar hart uit te schreeuwen op de tribunes van voetbalclub STVV, die ze al trouw is sinds de tijd dat ze met haar vader meeging, liever dan met haar moeder te gaan winkelen. Maar geen excitatie zonder contemplatie. “Op mijn vijftiende wilde ik begrijpen waarom de wereld is zoals hij is. Het werk van Kant en Nietzsche hielp me daarbij. Filosofie werd bijna mijn studierichting; vandaag vind ik ze nog inspirerend. Misschien had ik economie moeten studeren om een echte analyse te kunnen maken van onze maatschappij waarin het kapitalisme zo dominant is.” Maar spijt ligt niet in de aard van de goedgeluimde politologe. Vooral haar verhandeling vond ze erg boeiend, zo erg dat die de verlammende verveling doorbrak. “Toen ik met mijn ouders op vakantie was in Jeruzalem voelde ik hoe de stad het knooppunt vormt van historische en hedendaagse conflicten. Ik beet me vast in de Israëlisch-Palestijnse kwestie: ik trok met de rugzak door de gebieden, volgde vakken over het jodendom en de arabistiek en stouwde mijn kast vol met werken van zionisten, Arabische denkers, de Bijbel en de Koran. Ik was zelfs geabonneerd op The Jerusalem Post!” (lacht) “Toen ik later een halfjaar op Erasmus ging naar Galway ontdekte ik de boeiende parallellen tussen het Noord-Ierse en Israëlisch-Palestijnse conflict en werd het nog interessanter!” “Ook vandaag volg ik de buitenlandse politiek op de voet. Het leert me waarom het socialisme de wereld kan veranderen. Ik put kracht uit mezelf en niet uit helden, maar de Australische premier Kevin Rudd, de Amerikaan Barack Obama en de Spanjaard José Zapatero zijn mannen die me inspireren. Ze hebben de gave de sociaal-democraten te verenigen in plaats van te verdelen, en
dat is de toekomst.” Zelf maakt Gennez naam als veelbelovende socialist (en optimist) wanneer ze in haar eerste licentiejaar voorzitster wordt van de JongSocialisten. “Ik ben er vijf jaar gebleven en ben vooral trots op de omvorming naar Animo, een dynamische jongerenclub die de zieltogende politieke organisatie verving. Ik vind het erg belangrijk dat mensen daar de politieke stiel leren en ben nieuwsgierig naar de nieuwe generatie. Maar ik wil geen schoonmoeder zijn; ik hou afstand.” Heeft ze nog geen ‘kleine Gennez’ zien opstaan? Ze schatert. “Nee, en misschien is dat maar goed
“Ik ben geen twijfelaar. Als ik mezelf elke ochtend recht in de ogen kan kijken en doe waarin ik geloof, ben ik niet snel van mijn stuk te brengen.” ook. Mijn bijnaam ‘de kleine Tobback’ kreeg ik omdat ik dezelfde retoriek als mijn voorzitter gebruikte. Louis is een toffe mens maar zijn stad is zo clean geworden. Misschien helpt het dat mijn vriend uit de streek komt maar ik vrees dat ik aan Leuven nooit echt mijn hart zal verliezen.” De prille dertiger gedijt, naar eigen zeggen, het best in de anonimiteit van Brussel of de knusse multiculturaliteit van Mechelen, waarnaar ze in 2003 verhuist op vraag van Vlaams vice-premier Steve Stevaert, die het gretige talent in zijn rangen opneemt. “Hij plukte me van de schoolbanken toen ik aan de ULB een master in internationale politiek volgde. Ik verkaste snel naar het kabinet van minister Vande Lanotte, waar ik het hele opvangbeleid voor asielzoekers op poten gezet heb. Het ene moment stonden honderden mensen in de modder aan te schuiven bij de
dienst vreemdelingenzaken, het andere werden ze allemaal opgevangen. Ik ben blij dat ik als groentje een menselijker beleid heb kunnen uitstippelen, maar ik zei de job vier jaar later zonder spijt vaarwel. De confrontatie tussen mijn individuele engagement en het beleid heeft me soms tranen ontlokt.” Babette en Louise We schrijven 2003 als Gennez helemaal besmet raakt met de politieke microbe en als gecoöpteerd senator en ondervoorzitster van sp.a de hoogste politieke arena betreedt. Ook lokaal is ze niet meer weg te denken. “Ik was al schepen in het rode Sint-Truiden maar ik wil blussen waar het brandt: in mijn geval in Mechelen. Het is een plek op mensenmaat met alle uitdagingen van een grootstad.” Ze is zichtbaar trots dat ze — als eerste Schepen bevoegd voor werkgelegenheid, sociale economie, jeugd, onderwijs en middenstand — de werkloosheid bij jonge kansarmen met de helft heeft doen dalen. Voor haar plek in de gemeenteraad heeft ze even hard geknokt, maar zonder uitdagingen vervalt Gennez in een staat van lethargie. “Ik zoek niet bewust naar moeilijkheden maar iemand moet ze oplossen. Ik ben geen twijfelaar. Als ik mezelf elke ochtend recht in de ogen kan kijken en doe waarin ik geloof, ben ik niet snel van mijn stuk te brengen. Lukt het, dan heb ik geluk gehad; lukt het niet, dan heb ik het aan mezelf te wijten. En dan is er nog geen man overboord.” Naast haar no-nonsensestijl, politieke intuïtie en verstaanbare taal is het misschien wel de grootste sterkte van de eerste vrouwelijke en allerjongste opvolger van Stevaert, Tobback en kornuiten: dat ze zich niets aantrekt van doemdenkers en criticasters die haar bijvoorbeeld wijzen op de schier onmogelijke taak om het zwijmelende sp.a weer op koers te krijgen, om na haar ontslag als fractieleidster greep te krijgen op haar partij of om een goede leider te worden na de bikkelharde voorzittersverkiezingen. pagina 15
campuskrant
kamerbreed
13.2.2008
pagina 14
nisters zonder programma installeren, dat is toch de wereld op zijn kop?! En
“Ik schep een kader waarin iedereen zich kan ontplooien en voer democratische discussies. Als er eenmaal beslist is, kom ik er niet meer op terug. De minderheid mag de meerderheid niet gijzelen; sp.a is geen Mexicaans leger of een kleuterklas. Wie niet mee wil, zet zichzelf buitenspel. Het is raar maar ik kan mijn politieke engagement goed relativeren. Ik werk graag en hard maar wil me niet zoals mijn voorgangers laten opvreten door de politiek. Trouwens, passie ontspoort zonder een dosis nuchterheid. Dan krijg je irrationele politiek, zoals onze ersatzregering ze nu voert.” “Het was rond Kerstmis hoog tijd om de teller te stoppen maar een hoop mi-
DE
KAMER
Adres: Vital Decosterstraat 27 Ligging: Kamer 23, tussen verdieping 1 en 2 aan het terras Grootte: 20 m2 Huurprijs: ongeveer 230 euro per maand Aantal studenten: 19 meisjes Inboedel: Zetel, boekenrek, twee tafels, computer, bureaustoel, twee andere stoelen, twee boekenrekjes tegen de muur, lavabo, bed, extra matras, nachttafeltje, kleerkast, relaxstoel, mobiel van bananenbladeren
“Het is raar maar ik kan mijn politieke engagement goed relativeren. Ik werk graag en hard maar wil me niet zoals mijn voorgangers laten opvreten door de politiek.” wie is het slachtoffer? De bevolking. In plaats van haar vooruit te helpen, kij-
DE
BEWONER
Naam: Sofie Willebrords Leeftijd: 21 Studierichting: tweede bachelor criminologie Woonplaats: Meer Lief: een half jaar samen met Sven Geslaagd?/!: Na de middelbare school wou ik eigenlijk geneeskunde gaan studeren. Omdat ik besefte dat die richting waarschijnlijk toch wat te hoog gegrepen zou zijn, en omdat ik graag iets in de sociale sector wou gaan doen, ben ik toen begonnen met politieke en sociale wetenschappen. Halfweg het tweede jaar ben ik daarmee gestopt, omdat het toch niet was wat ik ervan verwacht had. Toen ben ik begonnen aan criminologie, de vakken van het eerste semester heb ik in tweede zit afgelegd. Gelukkig werd ik goed opgevangen door mijn nieuwe medestudenten. De studie is best zwaar, maar wel interessant. Later zou ik graag als bemiddelaar werken, die ingeschakeld wordt wanneer een minderjarige is opgepakt. Hobby’s: Ik heb vroeger altijd gevoetbald, en na er een tijdlang tussenuit geweest te zijn, ben ik een aantal jaren geleden weer begonnen als keeper bij Hoogstraatse Provinciale Dames C. Vroeger was ik ook lid
KAMER
BREED Om de vier weken belt onze man in de straat aan bij een willekeurig Leuvens — of Kortrijks — studentenkot, en onderwerpt een kamer én haar bewoner aan een grondig onderzoek. Deze keer hielden we halt in de Vital Decosterstraat, maar wees op je hoede, want onze reporter verlegt voortdurend zijn terrein. Volgende keer belt hij misschien wel bij jou aan! (© Rob Stevens)
ken de conservatieve partijen naar het verleden. Hoe zij de voorbije maanden het wantrouwen geïnstitutionaliseerd hebben… dat speelt alleen in de kaart van het populisme en extreemrechts.” Vergis u niet: Caroline is een gelukkig mens. “Ik kom uit een liefdevol gezin dat me steunt en heb veel vrienden met wie ik een pint ga pakken of lekker ga eten. Ik geniet ook van inspirerend theater als Missie met Bruno Vanden Broecke en Mefisto for ever van Het Toneelhuis. In muziek en voetbal kan ik me dan weer helemaal verliezen. En hoewel ik er te weinig tijd voor maak, ben ik dol op mijn twee schatten van metekindjes Babette en Louise.” Mag haar eigen biologische klok al tikken? “Ja hoor, maar ik hoor nog niets.” Doet hun agenda drukbezette
en begeleidster bij de jeugdbeweging KSJ Minderhout, en heb ik nog aan judo gedaan. Natuurlijk besteed ik nu graag wat meer tijd aan mijn vriend! Hoezo dit kot?: Ik ben hier terecht gekomen via een vriendin die hier op kot zit. Het kot waar ik vorig jaar zat, in de Schapenstraat, was allesbehalve ideaal. Niemand at er in de keuken omdat daar muizen zaten, en mede daardoor was er maar weinig contact tussen de kotgenoten. Ik heb me dan ook al in oktober vorig jaar ingeschreven op de wachtlijst voor dit kot. Ik ben er erg tevreden mee. Doordat mijn twee kamertjes uitgeven op het terras, kan ik voor de deur zelfs nog wat voetballen. Kotleven: De sfeer zit hier, in tegenstelling tot mijn vorige kot, wél goed. We eten vaak samen, en meestal wordt er ook één keer per week samen gekookt. En op sinterklaasavond moest iedereen proberen snoep te leggen voor de deur van alle kotgenoten, zonder betrapt te worden. Jammer genoeg was ik toen ziek en kon ik niet meedoen, maar voor mijn deur lag natuurlijk wel een flinke hoeveelheid snoep. Ook de blokperiode schijnt hier tamelijk draaglijk te zijn, al heb ikzelf vorige maand thuis gestudeerd. Verder is het hier natuurlijk een typisch meisjeskot: als iemand nieuwe schoenen heeft, is iedereen
15
politica’s niet noodgedwongen het moederschap uitstellen? “Nee, kassiersters of ploegenarbeiders hebben het veel moeilijker dan wij om een kind op regelmatige basis op te voeden. Ik ben zowat de baas van mijn eigen agenda, al moet je als politicus erg beschikbaar zijn. Op kantoor of op café, je kan altijd aan het werk raken. Maar het stoort me zelden. Mijn motto is: ‘God schiep de dag en ik loop erdoor’. Ik wil gewoon gelukkig zijn en dingen kunnen realiseren waar anderen iets aan hebben. Dat gevoel zal ik altijd hebben: dat ik niet alleen voor mezelf kan leven.”
dolenthousiast! Uitgaansleven: Dat staat dit jaar op een laag pitje. Ik heb het al erg druk gehad, ondermeer omdat ik nog twee vakken uit de eerste bachelor moest afleggen. Bovendien hebben we vaak vroeg les, wat ook al niet bevorderlijk is voor het uitgaansleven. Tijdens mijn eerste jaar in Leuven had ik veel meer tijd, toen tapte ik vrijwel elke week in de fakbar van Politika. Nu zou ik niet eens weten welke onze fakbar is! Daar hoop ik volgend semester dan ook verandering in te kunnen brengen. Mobiel van bananenbladeren: Dat is een souvenir uit Oeganda, waar ik in de zomer van 2004 een tweetal weken ben geweest voor een project rond kindsoldaten. Ik heb toen op een marktje twee van deze prachtstukjes gekocht, één voor mij en één voor een vriendin. (tw)
16
universiteitsfonds
13.2.2008
campuskrant
Tweede benefietconcert voor borstkankeronderzoek
“We hopen het succes van vorig jaar te overstijgen” “Zelfs los van mijn onderzoek zou ik deze avond niet willen missen!” Professor Caroline Weltens kijkt enthousiast uit naar het tweede benefietconcert van het Fonds Myny-Vanderpoorten ten voordele van haar onderzoek naar de bestrijding van borstkanker met radiotherapie. We kunnen haar begrijpen: op 29 februari staat Liebrecht Vanbeckevoort op het programma, de pianist die vorig jaar de finale van de Koningin Elisabethwedstrijd haalde. Ines Minten
H
et fonds Myny-Vanderpoorten werd opgericht door een vroegere patiënte van Caroline Weltens. Het begon met een feest voor de 25ste huwelijksverjaardag van Jos Myny en Annick Vanderpoorten. Ze wilden geen geschenken, maar spoorden hun gasten aan om in de plaats iets te storten voor een goed doel. Dat goede doel werd het onderzoek van radiotherapeut-oncoloog Caroline Weltens naar een nog doeltreffendere bestraling bij borstkanker. Het werd een succes en het koppel wilde een stap verder. Zo kwam het idee voor het eerste benefietconcert vorig jaar. Dat werd een groot succes en bracht maar liefst 50.000 euro op. “Deze keer hopen meneer en mevrouw Myny dat bedrag te overschrijden”, vertelt Weltens. Te veel mensen denken nog altijd dat een universiteit bulkt van het geld. “Dat klopt helaas niet”, zegt Weltens. “Onderzoekers zijn continu op zoek naar nieuwe middelen. Vandaar dat we zo dankbaar zijn voor fondsen zoals dit. Van het opgehaalde geld betaal ik jonge artsen die onderzoek doen naar een effectievere behandeling van borstkanker met radiotherapie. De technische mogelijkheden zijn de afgelopen jaren enorm vooruitge-
Liebrecht Vanbeckevoort musiceert ten voordele van borstkankeronderzoek. (© ingezonden)
“Bestralen gebeurt nu veel preciezer dan vroeger. Nu leggen we er ons op toe om de gezonde omliggende organen zoveel mogelijk te sparen.” gaan. Bestralen gebeurt nu veel preciezer dan vroeger. Nu leggen we er
ons op toe om de gezonde omliggende organen zoveel mogelijk te sparen.”
Dat gebeurt onder meer door rekening te houden met het ritme van de ademhaling. Bovendien wil het onderzoek iets doen aan de hartschade die patiënten door de behandeling met radiotherapie kunnen oplopen, maar die doorgaans pas na lange tijd tot uiting komt. “Door ons toe te leggen op preventie kunnen we op lange termijn nevenwerkingen van de therapie voorkomen.” Op 29 februari begint het concert om 20 uur stipt in de Pieter de Somer-aula. Op het programma staat het strijkensemble ‘Camerata con cor(d)e’ onder leiding van Alain Roelant, met pianist Liebrecht Vanbeckevoort als solist. In 2007 was hij één van de laureaten in de Koningin Elisabethwedstrijd voor piano. Na het concert is er nog een wandelbuffet in de Jubileumzaal van de Universiteitshal. Caroline Weltens: “Vorig jaar begaven we ons met het eerste concert op onbekend terrein. Niemand wist precies wat we ervan konden verwachten. Het werd echter een glorieuze avond, waarvan ikzelf dacht, en zelfs helemaal los van mijn onderzoek: hier moet ik volgend jaar zeker opnieuw bij zijn!”
http://www.mynyvanderpoorten.be
Leerstoel voor onderzoek en onderwijs in glaucoom verlengd
Meer wapens in strijd tegen oogziekte Zo’n drie procent van de bevolking lijdt aan glaucoom, een oogaandoening die het gezichtsvermogen kan aantasten. Farmagigant Pfizer steunt al drie jaar een leerstoel voor onderzoek en onderwijs in glaucoom. Die wordt nu met nog eens drie jaar verlengd. “Hoe beter de onderzoekers zicht krijgen op de ziekte, hoe beter ons aanbod aan medicatie kan worden en hoe beter de patiënt geholpen wordt. Alle partijen varen er dus wel bij”, zegt Daniel Van Bellinghen, Director Communications bij Pfizer. Ines Minten
P
rofessor Thierry Zeyen is glaucoomspecialist op de Afdeling Oogziekten en titularis van de leerstoel: “Glaucoom is een chronische aandoening aan de oogzenuw en komt voor bij drie procent van de bevolking. Hoe hoger de leeftijd, hoe groter het risico. Vaak is er een erfelijke factor. De meeste mensen die glaucoom ontwikkelen hebben een te hoge oogdruk, waardoor de typische schade aan het oog ontstaat. Glaucoom kan evenwel ook voorkomen met normale oogdruk.” “Hoe sneller men de ziekte opspoort, hoe groter de kans op genezing. Helaas komen de symptomen pas tot uiting in een vrij gevorderd stadium van de ziekte. Daarom is preventief onderzoek zo belangrijk. Oogartsen voeren dat automatisch uit bij patiënten tussen 40 en 45 jaar die hen raadplegen voor hun eerste leesbril. Kenmerken van glaucoom zijn vlekken voor de ogen, een inkrimping van het gezichtsveld, mistig zicht en uiteindelijk een daling van de
gezichtsscherpte.” Dankzij de leerstoel kan Zeyen meer onderzoek opzetten en extra opleiding organiseren voor artsen en patiënten: “Met de extra budgetten betaal ik bijvoorbeeld een assistent die ingescha-
“We werken aan een elektronisch geheugensteuntje dat de patiënt eraan herinnert om zijn druppels te gebruiken.” keld wordt in het onderzoek naar glaucoom. Verder hebben we er een aantal vooruitstrevende toestellen mee kunnen aanschaffen. En we hebben een interactieve internetcursus ontwikkeld voor oogartsen. Die bestaat uit een test waarmee ze hun kennis over glaucoom kunnen toetsen. Na de test krijgen ze een bijscholing en vervol-
gens doen ze de test opnieuw, zodat ze kunnen vergelijken wat ze hebben bijgeleerd.” Zeyen geeft nog een concreet voorbeeld van een project dat mede dankzij de leerstoel tot stand is gekomen: “Oogdruppels zijn de belangrijkste behandelingsmethode voor patiënten met glaucoom. Maar alles staat of valt natuurlijk met de therapietrouw, die vaak veel minder is dan de patiënten zelf rapporteren. Daarom voeren wij experimenten uit met een elektronische monitor op de flesjes die nauwkeurig meet hoe regelmatig de medicatie werd gebruikt. Een volgende stap zal de ontwikkeling zijn van een elektronisch geheugensteuntje dat de patiënt eraan herinnert om zijn druppels te gebruiken.” Patiënten bij wie de oogdruppels niet werken of die ze niet verdragen, krijgen een laserbehandeling. Wie daarmee niet geholpen kan worden, moet een heelkundige ingreep ondergaan. Zeyen: “Ook die techniek hebben we
dankzij de leerstoel kunnen verfijnen. We hebben uiteraard alle vrijheid om ons te concentreren op het onderzoek dat we zelf het nuttigst vinden. We blijven daarin volslagen onafhankelijk.” Leerstoel loont Pfizer is met zijn steun aan deze leerstoel de grootste privéschenker in dergelijk onderzoek. Daniel Van Bellinghen legt uit waarom de leerstoel voor zijn bedrijf de moeite loont: “Glaucoom is een van de domeinen waarop Pfizer actief is. En geneesmiddelen kunnen altijd verbeterd worden. Dat kan het best door inzicht te hebben in wat de ziekte in kwestie precies doet. Vandaar dat wij wereldwijd fundamenteel onderzoek aan universiteiten willen steunen. Op lange termijn hebben heel veel mensen er iets aan: de onderzoekers van de K.U.Leuven en wijzelf in de eerste plaats, maar via publicaties bereikt de verkregen kennis uiteindelijk een veelheid aan artsen en hun patiënten.”
campuskrant
diversiteit
13.2.2008
17
DIVeRS ITeIT Allochtone studenten over het leven in Leuven
“Oei, ik draag een hoofddoek” Turks of Marokkaans, met of zonder hoofddoek, studenten Tuba en Ihsane voelen zich meer dan thuis in de Leuvense aula’s. “Ik drink geen alcohol, neen. Zo is er toch nog één iemand nuchter als de fakbar sluit.” Lien Lammar
I
“
k geef bijles Nederlands. Als mensen horen dat er een germanist gaat komen en ik sta daar plots, zijn ze soms wat verbaasd. Een Marokkaanse die Nederlands geeft, dat verwachten ze niet (lacht). Maar negatieve reacties heb ik nog nooit gekregen.” Ihsane Chioua Lekhli (22) studeerde vorig jaar af als germaniste. Dit jaar zit ze nog steeds in Leuven voor haar lerarenopleiding. “We zijn met zeven kinderen thuis, ik ben één van de jongste. Iedereen voor mij was al gaan studeren, dus voor mij was de weg al vrijgemaakt. Verder studeren was voor mijn ouders en dus ook voor ons vanzelfsprekend.” Tuba Cakti zit in het vierde jaar rechten. Ze is lid van de Turkse Studentenvereniging Leuven (TSL) en studentenvertegenwoordiger voor diversiteit bij LOKO. “De drempel naar de K.U.Leuven is nog steeds groot voor allochtonen”, zegt ze. “Ouders zijn veel sneller geneigd om hun zoon of dochter naar Antwerpen of Brussel te sturen omdat de kinderen van familie of vrienden daar ook studeren. Veel ouders denken dat Leuven te duur, te moeilijk of zelfs allochtoononvriendelijk is. Dat is helemaal niet waar, maar ze weten gewoon niet beter. Mijn moeder had nog nooit gehoord van de K.U.Leuven. Ik heb zelf informatie opgezocht en haar meegenomen naar een infodag. Toen ze zag wat de universiteit hier allemaal te bieden heeft, zoals gesubsidieerde residenties, was ze snel overtuigd.” Troeven De eerste dag in Leuven herinnert Tuba zich nog goed. “Ik dacht: oei, ik ben hier nieuw, ik ken niemand én ik draag een hoofddoek. Ik was daar toch wel wat bang voor. Nu, vier jaar later, heb ik nog altijd niets negatiefs meegemaakt. Mijn hoofddoek of afkomst hebben hier nog nooit voor problemen gezorgd, niet met professoren en niet met medestudenten. Leuven is de beste universiteit die ik me kan voorstellen.” De K.U.Leuven zou haar troeven meer moeten uitspelen, vindt Ihsane. “Er is bijvoorbeeld een studentenmoskee, maar wie weet dat? Ik heb het pas na maanden ontdekt, terwijl ik er vlak naast op kot zat.” Als moslima het Leuvense studentenleven in duiken, het is soms toch nog een tikje anders. “Ik drink geen alcohol
en doe mee aan de ramadan. Het gebeurt dat daar examens in vallen”, vertelt Ihsane. “Dat vraagt dan soms wat zelfdiscipline, ja, maar dat lukt wel. En zo is er toch nog één iemand nuchter als de fakbar sluit. (lacht)”
“Er is een studentenmoskee, maar wie weet dat? Ik heb het pas na maanden ontdekt, terwijl ik er vlak naast op kot zat.” Zelf zat ze vorig jaar in het presidium, maar allochtone studenten staan volgens Ihsane nog vaak buiten het kringgebeuren. “Als allochtoon actief zijn in een presidium is eerder uitzonderlijk. Niet dat studentenverenigingen er niet voor openstaan. Het is gewoon moeilijk om iedereen erbij te betrekken. Hetzelfde geldt voor gehandicapte studenten: niet elke fakbar is rolstoelvriendelijk. Er is nog werk aan de winkel rond diversiteit in het algemeen, maar het gaat de goede richting uit. Het moet van bei-
Tuba Cakti en Ihsane Chioua Lekhli (© Rob Stevens)
de kanten komen natuurlijk.” Tuba zette haar schouders mee onder de Turkse Studentenvereniging, die toekomstige Turkse studenten volgens haar zeker zullen waarderen. “Toen ik in Leuven begon, bestond zo’n groep
nog niet. Ik maakte veel plezier met mijn Vlaamse vrienden, maar af en toe had ik er nood aan om eens Turks te spreken of met andere Turkse meisjes contact te hebben. Het is goed dat TSL er nu wél is.”
Infodag voor allochtone jongeren moet instroom bevorderen Op 16 februari zet de K.U.Leuven haar deuren open voor toekomstige allochtone studenten tijdens een speciale welkomstdag. Specialisten van de Huisvestingsdienst, Studieadvies en de Sociale Dienst zullen jongeren en hun ouders wegwijs maken binnen de universiteit. “Leuven heeft ten onrechte de naam elitair, duur en erg katholiek te zijn”, zegt Jan De Vriendt, directeur Studentenvoorzieningen. “Wij zijn een open universiteit waar iedereen zich thuis kan voelen, en dat willen we laten zien. Andere universiteiten hebben op dat gebied misschien een beter imago omdat daar meer allochtonen studeren, terwijl Leuven zoveel troeven in huis heeft, bijvoorbeeld op
Ontdek jezelf.
www.kuleuven.be/infodag
het vlak van financiële ondersteuning. Die willen we beter bekend maken bij toekomstige allochtone studenten.” “We willen ook de ouders aanspreken”, zegt Saloua Belahrir, kersvers stafmedewerker allochtone studenten. “Jongeren kunnen nog zo gemotiveerd zijn om verder te studeren, als ze geen steun krijgen van hun ouders — zowel financieel als emotioneel — raken ze nog geen stap verder.” Op de welkomstdag zullen de bezoekers niet alleen uitleg krijgen, maar ook een praatje kunnen maken met allochtone studenten, iets wat studente Tuba alleen maar kan toejuichen. “Er moet iemand zijn die zegt: je hoeft niet bang te zijn om naar Leuven te ko-
men. Dat kan jongeren en hun ouders geruststellen en de stap doen zetten.” (ll) Infomoment ‘Wat na het secundair onderwijs?’, 16 februari, 14u, Van Dalecollege, Naamsestraat 80. http://www.kuleuven.be/toekomstigestudenten/bachelors/alstudenten.html Meer informatie over de initiatieven van de K.U.Leuven voor allochtone studenten: http://www.kuleuven.be/diversiteit/allochtonen/ Ook LOKO besteedt aandacht aan diversiteit: http://www.loko.be
Kom naar de infodagen op 23 februari, 1 maart en 15 maart 2008.
18
onderwijs
13.2.2008
campuskrant
Stage als sluitstuk van de opleiding In een aantal academische opleidingen vormt een langlopende werk- en ervaringsstage een belangrijk onderdeel van de vorming. Tijdens een stage komen studenten in contact met het concrete werkveld en confronteren ze de verworven kennis met de praktijk. Zo doen ze werkervaring op en ontwikkelen ze optimaal de vaardigheden en attitudes die belangrijk zijn. Faculteiten besteden steeds meer aandacht aan de vraag hoe ze die stage optimaal kunnen laten renderen in het voordeel van de student en als kwaliteitsvolle peiler van de opleiding. Jaak Poot
Faculteit stuurt stagemeesters
B
ij de opleiding van apothekers is er geen gebrek aan kandidaatstagemeesters voor de studenten van het tweede masterjaar. De faculteit heeft er ook steeds meer nodig, omdat de studentenaantallen stijgen. Ze kan selecteren en zo de kwaliteit van de opleiding in goede banen leiden. “We investeren steeds meer in de vorming van onze stagemeesters”, vertelt stagecoördinator Ann Verstraeten. “We werken daarvoor met Onderwijsinnovatieprojecten (OI). Dit jaar loopt ons derde OI-project. Dat focust op de vorming van de stagemeesters en kwaliteitsvol ondersteunend materiaal.” Apothekers zien stagiairs van het tweede masterjaar graag komen volgens Verstraeten: “Zo blijven ze gemakkelijk op de hoogte van nieuwe trends. Bovendien is er een tekort aan openbare apothekers en een goede stagiair kan best in aanmerking komen voor aanwerving.”
De studenten van het tweede masterjaar ‘farmaceutische zorg en geneesmiddelenontwikkeling: apotheek’ lopen conform de Europese richtlijnen zes maanden stage in een openbare apotheek. “We werken nu ons derde OI-project uit. Het eerste gebruikten we om een gedetailleerd stageplan op te stellen: een graduele opbouw, met als afsluiter een maand lang functioneren als volwaardig apotheker. In het tweede focusten we op de uitbouw van de regionale werking. Het derde richt zich volledig op de stagemeester. We willen op termijn komen tot een vast bestand stagemeesters voor de honderd studenten die we elk jaar uitsturen. We onderzoeken wat een ‘goede’ stageplaats is, organiseren vormingssessies en werken een bruikbaar instrumentarium uit.” Correcte evaluatie “Apothekers kloppen lange dagen. Toch
Reflectie als rode draad
L
ieve van Lier zag de voorbije twaalf jaar het aantal studenten in het tweede masterjaar klinische psychologie, met specialisatie kinderen en adolescenten, verdriedubbelen tot 105. Die lopen ieder 31 weken lang stage om veldervaring op te doen. “Dan moet je de begeleiding structureren. De voorbereiding begint in het eerste masterjaar en eindigt met de eindevaluatie waar student, stageleider en coördinator samen terugblikken.” De rode draad? Reflectie. De student analyseert zijn leerproces. De begeleiders kijken waar en hoe ze hem nog efficiënter kunnen ondersteunen. “Al in het eerste masterjaar bereiden we de stage voor met een algemene infosessie”, vertelt praktijkassistent Lieve van Lier, die samen met collega Sus Weytens en onder de eindverantwoordelijkheid van professor Gaston Cluckers, de studenten begeleidt. “We geven informatie en aandachtspunten voor een gemotiveerde keuze: zelfreflectie als beginpunt. Iedere student bezoekt de stageplaatsen van zijn interesse en
geeft drie voorkeuren. “In het beste geval is het meteen raak bij de toewijzing. Anders zoeken we samen verder. Na de toewijzing spreekt de student met de stageleider af om concrete afspraken te maken. En om te weten of het klikt: een stage in klinische psychologie is niet gewoon een deel van de scholing, maar een heel intens persoonlijk leerproces.” De studenten starten hun stage in augustus of september. Bij de start van het academiejaar brengt de faculteit ze nog eens allemaal samen. De praktische afspraken worden op punt gezet en het specifieke van het leerproces toegelicht. Een student die pas zijn stagejaar afrondde, getuigt over zijn ervaringen. “Daar pikken de studenten altijd heel veel van op. Het is een praktijkverhaal dat heel dicht staat bij hun ervaring op dat ogenblik.” Terugkomsessies “In november, januari en april organiseren we terugkomsessies in kleine groepen. Centraal staat dan de reflec-
Open lesdagen 2008
vragen we van onze stagemeesters een bijkomend engagement op het vlak van vorming. Op 15 september organiseerden we een symposium voor alle stagemeesters en stagiairs. Er was een plenair deel met algemene informatie, gevolgd door aparte workshops voor stagiairs en stagemeesters. Nu zijn we volop bezig met focusgesprekken. Onze projectmedewerker houdt drie keer een gestructureerd gesprek met een tiental stagemeesters. Die gegevens worden wetenschappelijk verwerkt en zullen straks leiden tot een identificatie van de noden. Die vertalen we dan in concrete aanpassingen.” De OI-projectmedewerker schreef
samen met de stagecoördinatoren een onthaalbrochure voor de student. Ze ontwikkelden een website met informatie voor huidige en toekomstige stagemeesters. Stagiairs krijgen hun informatie via TOLEDO. “Wij bezoeken alle stageplaatsen. We bespreken dan ook de instrumenten die we aanreiken voor een goede evaluatie. Want dat blijft een moeilijk punt. Apotheker en stagiair staan meestal in een heel persoonlijke relatie waarbij de stagemeester dan nog tegelijk opleider en evaluator is. Wij moeten er mee over waken dat de student over al die individuele verschillen heen een vergelijkbare eindevaluatie krijgt.”
tie over het eigen functioneren. Sinds een aantal jaren laten we die sessies voorbereiden op het elektronische leerplatform Toledo. Op het discussieforum plaatsen we een stelling en we nodigen de studenten uit om daarop, en op elkaars interventies te reageren. De ervaring leert dat ze enorm veel oppikken uit de gelijkenissen en verschillen tussen wat ze op de werkvloer meemaken. Vooral in periodes waar ze worden geconfronteerd met onzekerheid of moeilijke cliënten. Het gesprek in de groep gaat daarna veel dieper dan zonder voorbereiding.” “Die zelfreflectie trekken we door tot en met het evaluatiegesprek. Want dat vertrekt van de analyse die de student zelf maakt van zijn persoonlijk functioneren met cliënten en hun ouders, en als lid van het team. Aan het einde van dat gesprek bepalen wij samen met de stageleider de eindscore.” “Ook voor ons is reflectie de rode draad. Wij hebben immers een dubbele rol: tijdens de stage zijn we begeleider, aan het einde van de rit evaluator. Dan moet je dus ook jezelf bevragen. We reflecteren ook over het takenpakket en de begeleiding op de stageplaats. Ons
doel is een kwaliteitsvolle opleiding en dus moeten we er goed over waken dat het stageleerproces voldoende begeleid, gestoffeerd en gevarieerd is.” Meer info: https://www.kuleuven.be/ duo-icto/steekkaarten Voor concrete vragen: hilde.creten@duo. kuleuven.be, (t) 016 32 65 43
Onderwijsinnovatieprojecten Dit jaar organiseert de K.U.Leuven voor de elfde keer een OI-ronde. OI-projecten geven docenten en didactische teams concrete kansen om hun onderwijs naar vorm en inhoud te vernieuwen en onderwijskundige expertise op te bouwen. Projectaanvragen moeten uiterlijk 26 februari worden ingediend. Info: katrien.persoons@dowb. kuleuven.be, (t) 016 32 41 52. https://www.kuleuven.be/onderwijs/ innovatie/oi/basisdocumentatie.html
Ontdek de K.U.Leuven. Begin in de aula. Campus Leuven : woensdag 20 februari - woensdag 5 maart 2008 Campus Kortrijk : woensdag 9 april - woensdag 16 april 2008 www.kuleuven.be/openlesweek
valvas
13.2.2008
Doctoraten Rechtsgeleerdheid 6 februari, Eric Maes, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf. Onderzoek naar de ontwikkeling van en de samenhang tussen penitentiaire regelgeving (inzake het regime van gedetineerden) en penologische visies of andere normeringsrationaliteiten
Water Systems: An Experimental and Theoretical Study 8 februari, Tim Vandersmissen, Neuropeptiderge regulatie van ecdysteroidogenese bij zwermsprinkhanen
Economie en Bedrijfswetenschappen 17 januari, Johan Van Kerckhoven, Predictive modelling: variable selection and classification efficiencies 12 februari, Pavel Ciaian, Land, EU accession and market imperfections Sociale Wetenschappen 28 januari, Li-chuan Liuhuang, The Chinese Restaurant People in Belgium — Their Work, Family life and Social Identity Letteren 9 januari, Fabian Van Samang, Doodgewone woorden. Nazitaal en Shoah 1 februari, Leen Van Campe, Proclus’ interpretatie van de eerste hypothese in Plato’s Parmenides. Een kritische editie van Proclus’ Commentaar op de Parmenides VI en VII Wetenschappen 18 januari, Simone Napolitano, Deviations from bulk behavior in ultrathin polymer films 24 januari, Vung Xuan Bui, Kinetic and Product Distribution Study of the Tropospheric Reaction of OH Radicals with Acetic Acid over an Extended Temperature Range 25 januari, Katleen Vandersmissen, Advanced Oxidation Processes in Ozonated
Ingenieurswetenschappen 18 januari, Lodewijk Carnel, Thin-Film Polycrystalline Silicon Solar Cells with Passivated Grain Boundaries and with a High Absorbance 22 januari, Anneleen Van Assche, Improving the Applicability of Ensemble Methods in Data Mining 24 januari, Stijn Poortmans, From Microstructure Towards Mechanical Behaviour of Ultrafine Grained Aluminium Alloys 28 januari, Peter Antal, Integrative Analysis of Data, Literature and Expert Knowledge by Bayesian Networks 30 januari, Stefan Raeymaekers, Information Extraction from Web Pages based on Tree Automata Induction 5 februari, Jehad Najjar, Learning Object Metadata: An Empirical Investigation and Lessons Learned 7 februari, Katrien Verbert, An Architecture and Framework for Flexible Reuse of Learning Object Components Bio-ingenieurswetenschappen 25 januari, Stefaan Lhermitte, Vegetation regrowth monitoring after wildfires based on satellite time series similarity 5 februari, Geofrey Arinaitwe, Genetic transformation of banana (Musa spp.) with specific emphasis to applications to East African highland bananas 12 februari, Kazuaki Hayasaka, Shape Selective Conversion
of Long Chain n-Alkanes on Bifunctional Zeolite Catalyst with Compositional Gradients Geneeskunde 23 januari, Julie Decock, Clinical relevance of (circulating) proteases in breast cancer: matrix metalloproteinases and cathepsins 30 januari, Ghada Al Saadi, The impact of systemic and local factors on the incidence of oral implant failures 11 februari, Luk Vandenberghe, The Structural basis of AAV as a Gene therapeutic
REC HT
campuskrant
19
gezet door Reiner Van Hove
Farmaceutische Wetenschappen 17 januari, Marie Van de Putte, Tumoritropic characteristics of hypericin: mechanisms and possibilities
Benoemd of onderscheiden Het Werkgelegenheidsagentschap Vlaams-Brabant heeft de HRM-prijs 2007 (Human Resource Management) toegekend aan de UZ Leuven. Vlaams minister van Ondernemen Patricia Ceysens (Open VLD) en gedeputeerde Jean-Pol Olbrechts (CD&V) reikten dit erediploma uit aan Marianne Vael, verantwoordelijk voor het personeelsbeleid van de Universitaire Ziekenhuizen. De UZ Leuven tellen 8.500 werknemers.
In Memoriam De universitaire gemeenschap neemt afscheid van Professor Joost van Hamel docent aan het Departement Wiskunde geboren op 4 augustus 1969 en overleden op 12 januari 2008
– advertentie –
GEZOCHT Gezonde mannelijke vrijwilligers (niet-rokers tussen 18 en 45 j) voor deelname aan klinische studies met nieuwe geneesmiddelen. Een billijke vergoeding is voorzien. Voor meer informatie en opname in ons gegevensbestand: http://www.ckf.be CENTRUM KLINISCHE FARMACOLOGIE U.Z. GASTHUISBERG Herestraat 49 B-3000 LEUVEN
Hebben goudvissen een geheugen van slechts drie seconden?
O
pschudding in de Nederlandse Tweede Kamer onlangs, toen de Partij voor de Dieren een motie indiende om de verkoop van vissenkommen te verbieden. De partij gelooft duidelijk niet in het alibi van de aquariumhouder: goudvissen zouden een belachelijk kort geheugen hebben, en daardoor geen besef van hun enge behuizing. “Een vis blijft rondjes zwemmen omdat hij zijn omgeving telkens opnieuw ontdekt? Onzin!” zegt professor Rudi D’Hooge van het Laboratorium voor Biologische Psychologie. “Het rondzwemmen in stereotiepe patronen wijst erop dat de vis niet genoeg stimuli krijgt in zijn habitat. Hij reageert dus op zijn verarmde omgeving en dat is net een blijk van gesofisticeerd gedrag. Je kunt het vergelijken met dieren in de zoo die gaan ijsberen omdat ze in een te kleine kooi zitten.” Dat vissen wel degelijk kunnen onthouden, stelde D’Hooge zelf al proefondervindelijk vast: “Toen ik nog in een labo in Leiden werkte, heb ik stekelbaarzen aangeleerd om door een ringetje te zwemmen. Maar ook mensen die thuis een aquarium hebben, kunnen het constateren: als je de vis telkens in dezelfde hoek eten geeft, zal hij leren om naar die hoek te zwemmen als je op de kom afstapt. Ook dat is conditionering.” “Trouwens, de biochemische processen die aan de basis liggen van het geheugen zijn bij vissen al bestudeerd, en die zijn even langdurig als bij de mens of andere zoogdieren: ook een vis kan een geheugen vormen dat zijn hele leven aanhoudt. Natuurlijk is er wel een verschil wat betreft de moeilijkheidsgraad van de taken die je kunt aanleren: je kan een vis geen boek leren lezen (lacht). Dat heeft te maken met de complexiteit van het zenuwstelsel.” “In de natuur zorgt een geheugen ervoor dat dezelfde fouten niet opnieuw gemaakt worden: niet op de verkeerde plaatsen voedsel gaan zoeken, gebieden vermijden waar natuurlijke vijanden zitten… Onthouden is met andere woorden nodig om te overleven. Daarom vind je ook bij relatief eenvoudige levensvormen een geheugen. Eric Kandel, een geheugenwetenschapper die in 2000 de Nobelprijs voor Geneeskunde kreeg, werkte voor het grootste deel van zijn onderzoek met naaktslakken: zelfs ongewervelden kunnen dus een geheugen ontwikkelen.”
[conclusie]
Het alibi van de aquariumhouder is lek!
20
de buitenkant
13.2.2008
campuskrant
500 woorden
in BEELD
Archeoloog Marc Waelkens (59), opgravingsdirecteur van Sagalassos
“Het oplossen van de puzzel, daar gaat het mij om”
(© Rob Stevens)
Brok STUK Een bizar tafereel op het binnenplein van het STUK: van 12 tot 17 februari vindt er de ‘langste’ autocrash plaats die je ooit te zien zal krijgen. Wat normaal in een fractie van een seconde gebeurt, duurt nu dagenlang: twee auto’s botsen er tergend traag tegen elkaar. The Slow Inevitable Death Of American Muscle is een concept van de Amerikaanse kunstenaar Jonathan Schipper en maakt deel uit van Artefact 2008, het jaarlijkse festival voor mediakunst georganiseerd door het STUK. Het project kon rekenen op steun en know-how van LMS International, een spin-off die zelf actief is in de automobielsector met toepassingen voor het virtueel simuleren en testen van comfort, geluidskwaliteit, prestatievermogen, duurzaamheid en veiligheid. De foto hieronder toont de installatie van het werk, de foto helemaal onderaan de oorspronkelijke maquette waarop het werk gebaseerd is.
“Ik was zes toen ik besloot om archeoloog te worden. Niet zomaar archeoloog, nee, het moest in Turkije zijn. Daar zaten de avonturen van Robbedoes in Anatolië voor iets tussen, de strip over de ontdekking van Troje. Ik heb mijn leven helemaal georiënteerd met dat doel voor ogen. Ik ben in Gent gaan studeren omdat ze daar een opgraving hadden in Turkije. Van in de eerste licentie ging ik elk jaar mee op expeditie. Ik was een aantal jaren aan de UGent verbonden maar in ‘86 ben ik naar Leuven gekomen omdat ik hier meer kansen kreeg. In ’90 kreeg ik Sagalassos toegewezen als opgravingsproject (de antieke stad in het zuidwesten van Turkije, één van de grootste opgravingsprojecten ter wereld – red.)” “Elke zomer breng ik acht weken door op de site. Natuurlijk heb ik weleens zin in iets anders, maar de Turkse wet bepaalt dat de opgravingsdirecteur steeds aanwezig moet zijn. Vakantie nemen doe ik daarom met Pasen. Ik heb ondertussen heel Turkije afgereisd, tot in de verste uithoeken. Maar als tijdens het weekend de deelnemers aan de campagne op uitstap gaan, blijf ik liever alleen achter in het opgravingshuis. Dat is een verademing. Meestal ga ik dan munten dateren of zo.” “Bijzonder ontroerend vond ik het toen we een beeld van Dionysos terugvonden, de eerste grote sculptuur die we blootlegden. Temidden van honderden fragmenten draaide ik een stuk om en staarde in een volledig intact gezicht. Maar evengoed word ik geraakt door de bevindingen van DNA-specialisten. Het oplossen van de puzzel, daar gaat het mij om. Ik ken inmiddels de stambomen en de familiegeschiedenissen op mijn duimpje en als ik dan door de brokstukken loop, denk ik : dat is de fontein gefinancierd door de oom van die, en daar bouwde die een eremonument voor die keizer en die is weer familie van die…” “Vorige zomer heb ik voor de allereerste keer verstek laten gaan. Niet alleen had ik te veel problemen met mijn gezondheid, maar ook mijn hoogbejaarde huisgenoot vraagt sinds een val voortdurende palliatieve zorg. We delen al 27 jaar dezelfde woonst, die ik van hem kon kopen op voorwaarde dat hij erin kon blijven wonen, en ondertussen is hij als een tweede vader voor mij. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om hem te laten opnemen in een verzorgingstehuis. Maar palliatieve zorg is erg zwaar. Niet in het minst het verlies van privacy: er zijn altijd mensen in huis, we verdelen de zorg over zo’n 25 man. En stilaan voel ik me toch wat geïsoleerd raken. Veel mensen weten niet om te gaan met een dergelijke situatie, ze mijden me. Al moet ik er meteen bij zeggen dat een vijftal vrienden van vroeger mee deelt in de zorg.”
(© ingezonden)
“Ik heb groene vingers maar in de tuin werken schiet er nu zo’n beetje bij in. Veel vrije tijd neem ik niet. Ik werk tot ’s avonds laat, al probeer ik sinds kort om gezondheidsredenen toch om één uur te gaan slapen. Ik ben lang van plan geweest om op mijn zestigste te stoppen, om wel nog wetenschappelijk actief te blijven, maar verder wat tijd voor mezelf te maken. Maar intussen heb ik een Methusalemproject verworven en wil ik dat natuurlijk tot een goed einde brengen. Ik beschouw het ook als mijn taak om zoveel mogelijk van mijn medewerkers aan een vaste baan te helpen.” “Een aantal zaken op de site zou ik nog graag volledig opgegraven zien, zoals de thermen. En de reusachtige villa die we aan het blootleggen zijn. We hebben al zestig kamers ontdekt, en het einde lijkt nog niet in zicht. Dat einde zal ik ook niet meer meemaken denk ik.” Professor Waelkens geeft lezingen over de opgravingen in Sagalassos op 19 en 26 februari om 20u in Aula Pieter De Somer, de Bériotstraat 24, Leuven en op 21 februari om 20u in het Stadhuis (feestzaal), Tongeren. Toegang gratis, inschrijven aanbevolen. Info: http://www.sagalassos.be/nieuwsbrief/ Zo pas verscheen het fotoboek ‘(In)site Sagalassos’. Info: http://www.arts.kuleuven.be/fotolab/insite
(© Jonathan Schipper)
colofon campuskrant C a mpusk r a nt Maandelijks tijdschrift van de K.U.Leuven R edactie Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Reiner Van Hove, Wouter Verbeylen, Sofie Bas (stagiair), Wim Troch (stagiair) Redactieadres Oude Markt 13 - bus 5005, 3000 Leuven (t) 016 32 40 18 (f) 016 32 40 14
[email protected]
Adreswijzigingen (personeel en externen) Campuskrant, (t) 016 32 40 18
[email protected] Adreswijzigingen (oud-studenten) Erik Gobin, (t) 016 32 40 02
[email protected] Losse medewerkers Kristel De Beuckeleer, Joke Depuydt, Ann Fransen, Lien Lammar, Ines Minten, Jaak Poot, Katrien Steyaert, Henk Van Nieuwenhove, Luc Vander Elst, Luk Van Respaille, Tim Willekens
Vormgeving Catapult Lay-out en zetwerk Wouter Verbeylen Fotografie Rob Stevens Cartoons Joris Snaet Reclameregie Wouter Verbeylen, (t) 016 32 41 46
[email protected] Oplage 34.500 ex.
Drukwerk Verheyen Graphics, Deurne Verantwoordelijke uitgever Ronny Vandenbroele, Oude Markt 13 bus 5005, 3000 Leuven Copyright artikels Artikels kunnen overgenomen worden mits toestemming van de redactie. Het volgende nummer verschijnt op 12 maart. Suggesties voor artikels zijn welkom op het redactieadres. Campuskrant op Internet: www.kuleuven.be/ck/
(© Rob Stevens)
Interview Ine Van Houdenhove