Call “Gebiedsgerichte gezondheidsaanpakken – fase 1” voor Programma Gezonde Toekomst Dichterbij Aanleiding Fonds NutsOhra heeft met het programma ‘Gezonde Toekomst Dichterbij’ de ambitie om de gezondheidsachterstanden van mensen met een lage sociaaleconomische status en met name ‘kansarme gezinnen’ terug te dringen. Dit doet het fonds o.a. door 20 gebiedsgerichte gezondheidsaanpakken financieel te ondersteunen. Deze gezondheidsaanpakken zijn gericht op minimaal één gezinslid van het kansarme gezin. In deze subsidieronde (fase 1) wordt aan 20 gebieden geld gegeven voor het maken van een inventarisatie (‘startfoto’) en het komen tot een gedragen plan van aanpak voor de manier waarop de gezondheidsachterstanden in het betreffende gebied in de komende 5 jaar teruggedrongen kunnen worden. In fase 2 (2016-2019) ontvangen 20 gebieden projectsubsidie voor het uitvoeren van hun plan van aanpak. In principe zijn dit dezelfde gebieden die van Fonds NutsOhra ook al in fase 1 een projectsubsidie kregen.
Fase 1: 2015
Fase 2: 2016-2019
Subsidie voor ‘startfoto’ en opstellen plan van aanpak
Subsidie voor uitvoering van het plan van aanpak
Fonds NutsOhra stelt als belangrijke eis dat de lokale partijen in het gebied zorgdragen voor verduurzaming van de resultaten door aantoonbare borging ervan na afloop van fase 2. Lokale en regionale professionals gaan in fase 1 samen met inwoners aan de slag en leveren aan het eind van fase 1 van een bepaald gebied een ‘startfoto’ en een bijbehorend plan van aanpak op. Het doel van de ‘startfoto’ is om in kaart te brengen wat de lokale problematiek is rondom gezondheidsachterstanden onder mensen met een lage sociaaleconomische status. Met de subsidie van Fonds NutsOhra dient ook een plan van aanpak gemaakt te worden, waarin samen met de inwoners een voorstel wordt gedaan om de gezondheidsachterstanden in het gebied te verkleinen. De ‘startfoto’ en het plan van aanpak moeten gericht zijn op het terugdringen van roken, alcoholgebruik en/of overgewicht, in combinatie met het verbeteren van de ervaren gezondheid. Indien Fonds NutsOhra in een gebied investeert om de ‘startfoto’ en het plan van aanpak te formuleren (fase1), beoordeelt het fonds op basis van het eindresultaat van fase 1 of (het samenwerkingsverband van) de aanvrager vervolgens ook in fase 2 voor de uitvoering van het plan van aanpak voor projectsubsidie van het Fonds Nuts Ohra in aanmerking komt.
Problematiek van gezondheidsachterstanden Nog steeds blijken laagopgeleide Nederlanders een gezondheidsachterstand te hebben en gemiddeld zes jaar korter te leven. In aantallen jaren ervaren gezondheid is dit verschil nog groter: Pagina 1 van 5
laagopgeleiden leven gemiddeld 19 jaar minder in goed ervaren gezondheid dan hoogopgeleiden. De problematiek van de gezondheidsverschillen en de sociaaleconomische status is niet leeftijds- of generatiegebonden, maar intergenerationeel en wordt ook doorgegeven van generatie op generatie. Verbetering van gezondheidskansen voor laagopgeleiden is noodzakelijk over de gehele levensloop. Het 'kansarme gezin’ staat hierbij centraal. Soms kan de ouder, maar soms ook het kind of de puber de eerste ‘ingang’ zijn en een gezondere leefwijze overdragen op het andere gezinslid. Op basis van de Relative Index of Inequality (RII) wordt duidelijk, dat mensen met een lage sociaaleconomische status 5.32 keer meer kans hebben op een combinatie van roken, zwaar alcoholgebruik en overgewicht en 4.18 keer meer kans hebben om een als slecht ervaren gezondheid te hebben. Daarnaast blijkt onder allochtonen een slechter ervaren gezondheid vaker voor te komen dan onder autochtonen. Fonds NutsOhra ziet een ‘kansarm gezin’ als een huishouden, waar tenminste één ouder en één kind samenleven, dat meervoudige problematiek ervaart op het gebied van financiën, onderwijs, arbeid of welzijn en een gezondheidsachterstand heeft door onder andere roken, zwaar alcoholgebruik en overgewicht in combinatie met een minder goed ervaren gezondheid. “Ervaren gezondheid” omvat ook psychosociale problematiek.
Verklaring van gezondheidsachterstanden Sociaaleconomische gezondheidsverschillen (SEGV) kunnen niet door één specifieke factor verklaard worden, maar zijn afhankelijk van een samenspel van drie soorten factoren, te weten: fysieke en sociale omgevingsfactoren in combinatie met gedragsfactoren. De condities waarin mensen worden geboren, opgroeien, leven en werken zijn direct van invloed op iemands gezondheid, maar die invloed kan ook via gedragsfactoren verlopen. Met name interventies die gericht zijn op de eigen omgeving of wijk blijken bij te dragen aan een afname van de gezondheidsverschillen. Wil de interventie succesvol zijn dan lijkt een omgevingsgerichte aanpak in combinatie met ondersteuning op persoonlijk en sociaal gebied kans te maken.
Waaraan moet de aanvraag voldoen? In deze eerste fase van het programma krijgen 20 gebieden de mogelijkheid tot financiële ondersteuning bij het tot stand brengen van een ‘startfoto’ en een plan van aanpak voor fase 2 om kansarme gezinnen in hun gebied (door middel van een integrale aanpak) meer kansen op gezondheid te geven.
Wie kan indienen? Elke geografische eenheid van circa 10.000 - 15.000 inwoners, die kan aangeven waarom het een ‘gebied’ vormt, kan als een gebied in aanmerking komen voor projectsubsidie. Het kan dus gaan om een deel van een stadswijk, of om een buurt, maar ook om twee kleine dorpen die een samenhang kennen. Fonds NutsOhra stelt geen eisen aan het percentage kansarme gezinnen, omdat we er van uit gaan dat juist gebieden met een relatief hoog percentage kansarmen ons aanbod interessant zullen vinden. Om in aanmerking te komen voor financiering moet de aanvraag ingediend worden door een samenwerkingsverband van partijen waaronder in elk geval de doelgroep of een organisatie die kan aantonen hun vertegenwoordiger te zijn. De overige partijen zijn zo gekozen dat aannemelijk is, dat Pagina 2 van 5
de data die nodig zijn voor het komen tot een werkbare ‘startfoto’ adequaat ontsloten en geanalyseerd kunnen worden (bijvoorbeeld door deelname van gemeente, GGD en / of zorgverzekeraar) en dat de relevante professionals aangehaakt zijn (bijvoorbeeld door deelname van een gezondheidscentrum of een school). Hierbij is het hanteren van een integrale benadering een voorwaarde, omdat Fonds NutsOhra van mening is, dat de combinatie van onderwijs, arbeid, zorg en welzijn ervoor kan zorgen dat er structureel iets verbetert aan de gezondheid van kansarme gezinnen. Om die reden ziet Fonds NutsOhra op projectniveau ook private en publieke partijen graag samenwerken, zodat zij samen een toekomstbestendig plan kunnen opstellen, waarbij de private en publieke sector elkaar versterken in het terugdringen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Het betrekken van lokale private partijen vormt dus een pre, als aannemelijk is dat dit de borging ten goede komt. Een voorwaarde voor deelname is, dat tussen minstens twee van de aanvragende partijen al een aantoonbaar productieve vorm van samenwerking bestaat.
Overige voorwaarden De uitdaging ligt in het betrekken van de doelgroep bij het maken van de ‘startfoto’ door met hen in kaart te brengen welke behoeften zij hebben. En vervolgens met hen een plan van aanpak op te stellen waarmee de gezondheidsverschillen verkleind kunnen worden. Fonds NutsOhra hecht grote waarde aan deze betrokkenheid, omdat zij van mening is dat dit een voorwaarde voor duurzame verandering vormt. De manier waarop de doelgroep betrokken wordt, kan variëren. Aanvragers moeten in ieder geval hard kunnen maken, dat hun plan gebaseerd is op behoeften van burgers en door hen gedragen wordt. Dit moet verder gaan dan sec ‘consultatie’ van de doelgroep, maar de ‘doelgroep’ moet zichtbaar een significante bijdrage leveren aan de ‘startfoto’ en het ontwikkelen van het uiteindelijke plan van aanpak voor het terugdringen van de gezondheidsachterstanden in het specifieke gebied. In onze ervaring is de bemensing van het project van grote invloed op het succes ervan. Voor het in aanmerking komen voor projectsubsidie voor de realisatie van de ‘startfoto’ en het plan van aanpak dient de aanvrager te onderbouwen waarom de gekozen projectleider en overige bemensing de juiste personen op de juiste plek zijn, waarbij de hoofdaanvrager minimaal 5 jaar werkervaring dient te hebben in het desbetreffende gebied. Als voor het project al andere financiering of steun in natura is aangevraagd en/ontvangen verwachten wij dit helder in de projectaanvraag terug te zien. Ook verwachten we dan een duidelijke link tussen de op verschillende wijze gefinancierde activiteiten en een heldere onderbouwing waar de aangevraagde projectsubsidie dan toe gaat leiden.
Waaraan moet het resultaat van het project in fase 1 straks voldoen? Een ‘startfoto’ bevat straks minimaal gegevens over roken, overgewicht en overmatig alcoholgebruik naast de ervaren gezondheid in het betreffende gebied. Daarnaast omvat het resultaten gericht op de behoeften, noden, wensen en mogelijkheden van de kansarme gezinnen.
Pagina 3 van 5
Het plan van aanpak beschrijft de plannen voor fase 2 (2016-2019) voor het implementeren en borgen van minstens één bewezen effectieve interventie en/of het uitproberen en toetsen van een interventie in het betreffende gebied.
De eisen aan de ‘startfoto’ zijn:
De ‘startfoto’ geeft een reëel en gedragen beeld van de behoeften, noden, wensen en mogelijkheden van de kansarme gezinnen. De ‘startfoto’ bevat gegevens over roken, overgewicht en overmatig alcoholgebruik naast de ervaren gezondheid in het betreffende gebied. Hiervoor is gebruik gemaakt van verschillende, concreet beschreven bronnen en is aangegeven hoe deze zijn verwerkt tot de ‘startfoto’. Bij het tot stand komen van de ‘startfoto’ is sprake van een rol voor de doelgroep en de professionals, waarbij duidelijk is dat de doelgroep een significante bijdrage heeft geleverd aan de ‘startfoto’ zelf en het ontwikkelen van het uiteindelijke plan van aanpak voor fase 2.
De eisen aan het te ontwikkelen plan van aanpak zijn:
Het plan van aanpak sluit aan op de in kaart gebrachte behoeften, noden, wensen en mogelijkheden van de kansarme gezinnen uit de ‘startfoto’. Het plan van aanpak is gericht op kansarme gezinnen met een lage sociaaleconomische status en is gericht op een impact op fysieke factoren (zoals een gezonde leefomgeving), sociale factoren (zoals steun uit de omgeving) en intrapersoonlijke factoren (zoals gezondheidsvaardigheden). Het plan van aanpak heeft de potentie om de intergenerationele cirkel te doorbreken. Het kan dus gericht zijn op het kind, de ouder of op beiden. Het plan van aanpak is gericht op vermindering van roken, overgewicht en / of overmatig alcoholgebruik, in combinatie met het verbeteren van de ervaren gezondheid. Het plan van aanpak bevat het de plannen voor fase 2 voor het implementeren en borgen van minstens één bewezen effectieve interventie en / of het uitproberen en toetsen van een interventie (o.a. gebaseerd op de nog door Fonds NutsOhra beschikbaar te stellen resultaten van een in het voorjaar van 2015 lopende inventarisatie van internationale literatuur en andere data1) .
Wat is het eindresultaat aan het einde van de subsidieperiode van fase 1? De eindrapportage dient uit drie delen te bestaan. A. Een ‘startfoto’ met daarin een overzicht van de gezondheidsrisico’s van kansarme gezinnen (gericht op roken, alcoholgebruik en overgewicht naast ervaren gezondheid) in combinatie met de mogelijkheden, wensen en behoeften om daar iets aan te verbeteren zowel van de doelgroep als van de professionals in het desbetreffende gebied. B. Een plan van aanpak voor fase 2 (2016-2019) gericht op het terugdringen van de gezondheidsachterstanden onder kansarme gezinnen in het gebied. C. Een procesrapportage waarin de methodiek, georganiseerde bijeenkomsten en gerealiseerde stappen betreffende de realisatie van de ‘startfoto’ en de ontwikkeling van het plan van aanpak in samenwerking met de professionals en de doelgroep in kaart zijn gebracht.
1
Deze resultaten zijn per 1 mei 2015 beschikbaar.
Pagina 4 van 5
Budget & planning Het beschikbare budget voor de realisatie van de ‘startfoto’ en de ontwikkeling van het plan van aanpak is maximaal € 50.000,- (inclusief btw indien van toepassing) en het eindproduct moet 1 februari 2016 worden opgeleverd. De ‘startfoto’ en het plan van aanpak van elk van de 20 gebieden wordt vervolgens beoordeeld door de programmacommissie. Uiterlijk medio 2016 krijgen de gebieden bericht over het al dan niet kunnen doorstromen naar fase 2 (2016-2019). Voor fase 2 stelt Fonds NutsOhra per gebied maximaal € 375.000,- (inclusief btw indien van toepassing) beschikbaar voor 3 jaar. Fase 2 omvat het implementeren en borgen van minstens één bewezen effectieve interventie en/of het uitproberen en toetsen van een interventie. Maximaal 50% van het budget kan ingezet worden voor onderzoek (effectevaluatie/ procesevaluatie/actiebegeleidend onderzoek).
Beoordelingscriteria Projectaanvragen voor fase 1 worden beoordeeld op de volgende elementen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Doeltreffendheid Doelgroep Consortium (coalitie), projectleider en team Projectplan en -begroting Borging en duurzaamheid Mate waarin wordt voldaan aan de voorwaarden zoals hierboven beschreven
Procedure De aanvraag dient voor 1 mei 2015 12.00 uur via www.fondsnutsohra.nl ingediend te zijn bij Fonds NutsOhra. Aanvragers ontvangen uiterlijk 1 juli 2015 bericht over het al dan niet toegekend worden van een projectsubsidie. Uiteindelijk worden maximaal 20 aanvragen gehonoreerd.
Meer informatie Voor inhoudelijke en procedurele vragen kunt u zich richten tot Maaike van Apeldoorn, programmasecretaris (telefoonnummer 020 - 59 44 139 of e-mail:
[email protected]).
Pagina 5 van 5