Buxbaumiella
KNNV de
van
Werkgoep
Lichenolgische en
Bryolgische
Nummer 32
December
1993
Buxbaumiella 32 december
Uitgegeven door de Bryologische van
de
Koninklijke
1993
en
Lichenologische Werkgroep
Nederlandse Natuurhistorische
ISSN
Oplage
0166-4505
400
exemplaren
Vereniging
Bryologische
Lichenologische Werkgroep
en
Nederlandse
Koninklijke
Huub
Voorzitter
Natuurhistorische
3762 XK Soest.
lichenoloog
Bart
Tooren, Venuslaan 2,
van
3721 VG
Fred
Excursieregelaar
Bilthoven. Tel. 030-210613.
Bos, Bocholtsestraat 49,
7102 BT
Rudi
Archivaris
d. Veenstraat 107,
v.
Tel. 02155-27417.
tel. 02154-81224.
Werk:
Penningmeester
Winterswijk. Tel.
05430-15341.
Vastenlanden 66,
Zielman,
7542 LC Enschede. Tel.
053-771193.
Redacteur
Heinjo During, Vijverlaan 14,
Lindbergia
Driebergen-Rijsenburg.
Redacteur
Joop Kortselius,
Buxbaumiella
2343 BN
-
-
Gewoon
lidmaatschap,
Buxbaumiella (3
contributie
voor
Losse
nummers
van
Buxbaumia,
-
Losse
nummers
van
Buxbaumiella,
-
-
-
Index Index
Buxbaumiella
op
Lindbergia (6
Rode
Alle
Lijst
x
van
prijzen zijn
Schriftelijk
per
jaar.
voor
ƒ 3,=
leden
ƒ 5,
/ =
voor niet-leden
/
voor niet
ƒ
leden
10,=
ƒ 10,=
Buxbaumia 1-23, / 5,=
op
per
1-25, ƒ 10,=
jaar),
studentenabonnement -
Tel. 071-172966.
leden.
voor leden
-
3971 HK
Tel. 03438-20013.
Morsebellaan 88,
Oegstgeest.
ƒ 17,50
jaar), gratis
x per
Vereniging
Valkenswaard. Tel. 04902-12052.
André Aptroot, Gerrit
en
de
Melick, Merellaan 13,
van
5552 BZ
Secretaris
van
mossen
exclusief
of telefonisch
Contributies
en
alleen
abonnement
ƒ 35, en
voor leden
per
jaar ƒ 62,50
=
korstmossen, / 3,
=
portokosten te
bestellen
bij
de
abonnementsgelden over
Penningmeester Bryologische
en
penningmeester.
te maken
op
gironummer
Lichenologische Werkgroep,
te
2753451
Bilthoven.
t.n.v.
Buxbaumiella 32
3
(1993
Voorwoord
Deze
Buxbaumiella bevat
activiteiten: het
Zwitserland
hebben
Maas
verslagen 1988
in
botanicus die werd De
de
er
van
dat
bryologisch
werkgroepsin
we
1990 in
verslag
de
van
van
extra
een
van
besproken.
al
eens
lezingendagen
de in
Hortus
Limburg
lokaal actie-comité.
Kooijman
harte
in
korstmossenexcursie
een
Van
Bergsche
de
naar
studenten-excursie
een
Annemieke
van
het
en
van
verslagen
Zomerkamp
de mossenexcursies
van
1990, en
het
Noordoost-Twente.
op verzoek
ingelast
proefschriften
tijdens
zijn
en
in Leiden
worden kort
uitgebreide van
gehouden,
1992 in
najaarsexcursie Kortere
twee
lichenenverslag
en
hun
over
Han
van
gefeliciteerd!
Beiden
Dobben
van
hebben
ons
onderzoeken
lopende
verteld. André vertelt hoe
Hierbij baar
hij al winkelend
bedank ik
stellen
Albeda
het
nog
College
het onderhouden
Rotterdam
te
Huub
computerfaciliteiten.
van
tropische korstmossen doet.
aan
van
voor
Melick
het
beschik-
bedank
ik
voor
de contacten met de drukker.
van
Joop
Kortselius
Rectificatie In
het voorwoord
een
tekening
opgenomen.
Bryowijkia
van
Voorts
ambigua
hetzelfde
Buxbaumiella 31
is
er
nummer
van
ten onrechte
was
deze
Bryowijkia-soort;
sprake
waarmee
geciteerde
het door Dries In
van
de nieuwe
van
"false
artikel
"eigenaardige
anisospory" De
van
Buxbaumiella
sprake
van
werd
niet
anisosporie"
bij
tekening
werd bedoeld zoals in
Luna.
zijn enkele foutjes
geslopen
in
e
de
inleiding
op
Bryologisch groep
en
"Vergadering
maar
zijn
deze
Mossen, van
wel
niet de
samenvattingen
Lichenologisch
organiseerde
projectgroep
Voorts
de
die
dag
van
onderzoek niet
immers
in
samenvattingen
discussies
na
afloop,
van
Studiedag
in
Nederland.
samenwerking
werd
Nederlandse bryologen"
de
16
opgeheven, (zie
gewijd Onze
met
de
maar
aan
werk-
BION-
met
de
Buxbaumiella 28:4).
de voordrachten opgenomen,
zoals ten onrechte werd vermeld.
4
Buxbaumiella 32
in
mosvondsten
Opmerkelijke
het
(1993
hartje
van
Leiden
Dries
Touw Sandrina Pardoel & Jaco Kruizinga Botanicus, Leiden
Rijksherbarium/Hortus
An
examination
resulted
(on
in
the
old
an
twice and
a
before
Soms zou
die
patch
from
the
the
Dat
over
of
in
the in
locality in
botanic The
and
which
The
latter
less
rare
te vinden op
weer
werd
gegeven
algen,
aan
vijf
mossen
ze
ken
één
die groepen.
Wij van
mossen
op
vinden
in
stenen ca.
De betreffende
waren
3
dus
meter
Op het muurtje mossoorten, Een paar
bovenkant
hoeverre verschillen
begroeiing.
species
the
rock
reported only
occurs
on
Netherlands
walls
than
is
lage
van
tamelijk
in
men
in
de
stortvloed
een
verweerd.
Van
tot
naar
uiting
ongeveer 55 elk
niet
biologie. infor-
over
zich
kennisma-
het voorkomen
langs de
met de bedoeling
waren
ze
van
baksteenmuurtjes
beschutting
muurtjes
waar
Kryptogamen-cursus
in de laatste cursusweek
naast het kassencomplex,
plantenbedden
van
van
de
drieën keken die week in de Hortus Botanicus de
been
In
vaat-kryptogamen
en
konden
aan
interesting
trifarius.
The
University
Bryum donianum
floristically
studenten
weken
heen hadden gekregen, met onderzoek
in
Leiden
of
had
plaatsen
tijdens
eens
gedurende
schimmels,
Other
Didymodon
species
be
of
available.
mossen
Leiden
and
country.
may
garden
Netherlands
crevices).
the former of the
part
bleek
Nadat de deelnemers matie
rocks
growing
garden
information
in
and
second
found
western
zijn bijzondere
1993
a
mainly
was
the
verwachten. in
of
Brachythecium plumosum
throughout
suggested by
walls
wall,
included
small
rocks
brick
brick
observations
garden
of
discovery
om
uit te
kwamen
in de
jaar
oud
muurtje werd
en
een
de
stuk
grondig afgezocht.
aan
de hete zuidkant
van
die tezamen ongeveer 30%
gladde
matjes
vielen het meest op,
van
maar
de kassen vonden van
Rhynchostegium
we
maar
4
de bovenkant bedekten. murale
bij nadere beschouwing
was
en
R.confertum
Tortula muralis
Buxbaumiella 32
De
talrijker. op de den.
zoeken
Goed
soort
verslagen ven
te
beschutte
vinden
valt
wij
die
bv.
ze
Sollman
in
en
1984, vaak
en
regelmatig
zoden
bekend
in recente
op
inventarisatierapporten oude
en
1987
Melick
van
donker
helemaal niet op
Didymodon
in kleine
nog wat Didymodon
verweerd beton
waar
wellicht
trifarius heet
en
excursie-
van
kerkho-
Kruijsen
bijna
is
groei-
baksteentjes zijn
en
olijfgroene,
en
dan
duidelijker kussentjes
meer
Leiden nog niet
van
duikt
ze
werkgroep
kleine formaat
1992). kleur
zwarte
dan
algemener
ze
weten.
Didymodon
trifarius
bekeken
muurtjes
mosloze
plekken.
te
waar
tenslotte ook
maar
plaatsen
(zie
Door z'n
leverde
zijn,
de
van
andere
en
muurtjes,
uit de omgeving
was
zeldzaam te
vrij
vormden hier
Muurmos-plantjes
meer
op. Die
5
(1993
uit
zijn
die
algemeen
ouderdom
geleden den,
al
zal
we
Ze
daarvan
een
uitzondering
een
en
wijd verspreid de
van
niet
zou
heeft
ze
blad-
kunnen
te
diasporen zich
of
de
tijd
de
diasporen maar
zijn,
want
(gemmen)
ter
te
plaatse
stengelfragmenten, in
ze
de hortus met de
zich
soort
gehad
ons
er
blijkbaar goed
wellicht
samenhangen
Als
veel
door
voorbeeld,
regel
Dat
door tuinlieden
met
mee-liftend
de
gevestigd,
herkennen.
eeuwen).
(4
tuin
gevestigd,
is
sprekend op
de soort
protonema-,
van
diasporen
alle
op
koloniseren
hoeveelheden
vegetatieve
eenmaal
zich,
meteen als
heeft
of
zij
middel
door
en
vonden
de hortus.
plegen grote
zelden gevonden
en
niet
wij
lijkt
in
niet bekend. Toch weet
Europa
verspreiden uitbreiden
muralis is
trifarius
worden
kapsels
rotsblokken
Zulke pioniers
Tortula
vormen.
Didymodon
muralis
Tortula
en
en
hier
zich
om
verplaatste
uit
zo
grote
al
lang
te
brei-
planten
of
stenen.
Met
8
soorten
noordkant
muurtje de
van
was
de flora
was
de kassen
met
een
het
van
aanzienlijk
dikke laag
mos
muurtje rijker.
aan
de
Negentig
bedekt,
en
wel
sterk
beschutte
procent
van
voornamelijk
slaapmossen Rhynchostegium murale, Eurhynchium praelongum
E.hians
;
daartussen
zaten
Amblystegium serpens. ger
is
dan
op
de
Rhynchostegium
aangedrukt
Dat
hier het
zuidmuur
en
daar
draaddunne
microklimaat hier
was
ook
te
zien
voor
aan
de
stengeltjes mossen
groeide,
maar
hier
dikke,
ruwe
matten
en
van
gunsti-
groeiwijze
murale, die op de zuidmuur dicht tegen
het met
van
het substraat
met
afstaande
6
Buxbaumiella 32 (1993^
takken vormde;
slaapmossen thalli
schijnen
afgelopen
gezicht leek forse,
door
jonge,
wat minder
wordt
meeste
soorten
hier
milieu
minder
trifarius
voor
bekeken
of veertig
(10).
We
van
is
te
op
is
de
het eerste
Op
verdrongen
veel
waren
maar
op
Tortula muralis
en
zomerhalfjaar
en
droeg
door
dit
muurtje de doordat het
de hete zuidmuur, de
waar
een
toch bedekte
maar
laatste komt
dan op
dat
oostmuurtje,
een
groeien,
noordmuur
minder
voor
thalli.
slaapmossen,
ligt
het
aan, dat dit
dan op
plaats overlaten
in
het bovenvlak
gunstiger
mossen
We
doorgekomen.
geheel
muurtjes en
mos
nemen
de
maar
Barbula convoluta.
en
kaswand
niet veel
mosvriendelijk
nauwelijks
hier
Die
cruciata.
sterven,
goed
uitbreidende
zijwaarts
de
Er leek
te
broedlichamen ontstane
hiervoor
door
procent
een
af
blijkbaar
ze
topkapselmossen
sterk
Didymodon
grote Ginkgo. dat
winters
Over de
kapsels.
Lunularia
van
plekjes daartussen groeide nog vrij
de twee
beschut
uit
waren
daar stikvol
en
thalli
harde
tijdens
winter
het alsof
zich
kleine open
Tussen
bij
forse
groeiden
ons
zachte
ook
vonden
zaten hier
de planten
heen
maar
slaapmossen topkap-
concurrentiekrachtige
selmossen. Van de
drie soorten slaapmossen
murale
um
afstand tot
de
sprietjes
kwam
die soort massaal vonden
Lunularia
en
maar
Bryum toen
werd
we
buiten
haar
en
zijn,
meteen
met
de
tabel
een
in
het
ons
Rhynchostegi-
10%),
de
bleek met te
voor
een
bladmosflora
een
als
meer
hebben,
vorm
legden
paar
bedek-
dan
10%
gevolgd
Didymodon
wel
(Touw
in
van
B.capillare,
moest
die
veld-
namelijk meerlagig
Dikrandknikmos. en
buiten
Bryum.
microscoop
land gevonden,
rutabulum.
maar
(6)
de
en
in als
Barbula convoluta,
steriele
het
zowel
muurtje
mossen
grote
op
serpens
soortenaantal
trifarius
-
voor,
dit
De bladrand bleek
leidde tot B.donianum,
éénmaal eerder in
op in
alle
aangezien
onder
determinatie worden herzien. wat
van
veel minder
-
vinealis, Bryum argenteum Deze
we
zowel
waren
bedekkingsgraad
door Tortula muralis
de
(tegen
Amblystegium
van
de meerderheid. Didymodon
hoogste
oostmuur had
aangetroffen Brachythecium
hier
verbazing alleen
Topkapselmossen
in
king
op de
bedekkingsgraad
door wat
in de hortus
bedden. Van
thalli.
de
hoogste
gevolgd
onze
Elders
de
&
Rubers
Die
1971,
'op
soort
te
1989) is
pas
zilt kleihou-
Buxbaumiella 32 (1993]
dend zand Touw &
beschrijving
in
B.donianum
in
vertrouwden
(Reading) gaat
de
we
hem
in
de
Leidse
is
het
gebied
zuidelijk Engeland
ook
bij
blijkt
(Smith
1973). uit
In
de
op
als
doordat
uitsteken ernaast
de
groeiplaats Als
Ginkgo. we
zover
(wel
de
groeiende door
de Leidse
standplaats
of op min
goed gedraineerde met wat Franse
komen
van
een
Tegen
het
eind
inspectie
van
Nergens
in
en
meer
de
de
is
de
voegen tussen
Dat
aarde of
enigszins
25
boven
de
zullen worden
Ook
wordt
kroon
van
de een
de soort zullen
enigszins
vochtige,
komt aardig
planten
overeen
Ameland
van
standplaats.
week
bomen
groeit
is
en
laagje
voor
permanent
Engelse
hortus
in
geen recente
altijd
brede
flora's opgeven. De
de
Dat
topkapselmosjes
dun
krijgen.
de
en
kleur.
het mediter-
1950)
centimeter of
moeten zoeken.
door
in
stenen
plaatsen
van
vóór
een
karakteristiek
beschutte,
ongebruikelijker
de
er
andere
water
kaswand
gelige
verspreiding
mee-bevochtigd
tuinplanten de
cellen
Tenslotte hebben
Duitsland.
kussentjes
een
perioden
droge
zeshoekige
zijn
van
van
tussen
slechts
muurtjes in
en
is.
hyaliene,
grote,
de
met
viertal
zijn
tenminste
getand
het continent bereikt.
steeds op
stenen,
Waarschijnlijk
beschut
haar dus
de
van
groeiden
soort.
bekend
delen
B.donianum
die
genoemde
op
ons
Watson
het hier
voorkomt in
kaartje
een
aangrenzende
verweringsmateriaal.
vochtig,
het
uit
Voor
toefjes
Kleinere
de bovenkant
aarde
noordgrens
ook
België
Rienk-Jan
soort die vooral
vormde B.donianum kleine
hortus
bakstenen.
uit
kleine,
zeer
dat
milieu,
dat
van
de
in de
E.V.
duidelijk
tussen
deze
voor
door
haar
ons
karakter
vondsten bekend
de
de
en
karakteristiek
Dr.
zoom
zeer
met
zout
slotsom,
een
bladtop
(Bijlsma
opmerkte
een
kenmerken
en
verschil
grote
zuidelijke
een
soort niet bekend
de
aan
de
tot
die alle
in de bladbasis
blad
en
het
is
vroegen
en
kwam
bladpunt
bij
en
ook
planten
B.donianum is rane
stevige
daar
Bijlsma
gebonden
Hij
juveniele planten
langwerpige cellen hogerop
niet
controleren.
meerlagig
gedeeltelijk
Rienk-Jan
en
Ameland
op
overeenkwamen
planten
onze
determinatie niet
onze
korte,
een
Volgens
flora
Zuid-Engeland
tamelijk
om
bezitten:
Hoewel
1989).
haar te
strandvlakte'
afgesneden
een
op
Rubers
7
vonden en
we
nog
struiken
zoveel
mos
tijd
sterk
als
voor
een
beschutte
daar,
maar
snelle
rotstuin.
hier
komt
Buxbaumiella 32 (1993
8
momenteel
gemaakt
overdekt
geheel
den in de
zeldzame,
deze
plaats
zijn
eerste
met
zoals
de
de
bij
pluk B.plumosum.
zijn
standplaats Bergen),
ons
maar
(op
de
en
eerste Die
(Bergen
muurwerk
is
een
van
jaren
van
en
rotsen
van
die in
langs waterloop
een
andere
het Noord-Hollandse
bij
plaatsen
in
dat oude begraafplaatsen
en
van
het van
rotsblokken
de vondst
was
op beschoeiingen
Acht
bij
vondsten
deel
enkele
von-
we
zeldzame steenbewoner,
hebben.
mosflora
Hier
andere steen in oude,
en
zagen
West-Nederland
Het loont de
waar
men
het
op
moeite
om
dit
tuinen
soms
ook en
een
geldt
parken,
sterk verarmde Zuid-
zo
grondig niets
gebied
eerste
we
ruïnes
dat
beschutte
midden in de stad in het botanisch
ze
Holland liggen.
plaatsen,
bleek
soort
in dit
tientallen
complete verrassing
Dit
Veluwe,
twee
aangetoond,
belangwekkende
zelfs als
al
blokken
maar
Vogelenzang).
en
Al eerder is
voor
auteur
schoon-
en
meeste
rutabulum,
drie vondsten bekend
Hoge
maar
de
17 soorten, waaronder diverse
Nederland het meest wordt gevonden pen. Er
verplaatst
leken
Brachythecium
bedekken. Een
te
rotsen
gezicht
bekende B.populeum.
grotendeels flinke
doordat veel
het
Op
te
gauwigheid
land
een
in
verandering
worden.
te
zulke
zoeken op
bijzonders
zou
ver-
wachten!
Acknowledgement We
are
most
grateful
to
Dr.
E.V.
Watson
checked and confirmed the identification of
(Reading,
UK)
who
kindly
Bryum donianum.
Literatuur Kruijsen,
B.J.W.M.
Buxbaumiella
Melick,
H. van,
Natura
Smith,
De mosflora
van
1987.
De
mosflora
van
Ruïnekerk
kerkhoven
1973.
Verspreidingskaartje
Ph.
1984.
De
Lindbergia A.
de
te
Bergen (NH).
in
Zuidoost-Brabant.
84:195-199.
A.J.E.
Sollman,
Touw,
1992.
28:59-62.
&
mosflora
van
Bryum donianum. J.Bryol.
van kerkhoven
in
7:457.
Oost-Gelderland.
9:190-191.
W.V.Rubers.
Stichting Uitgeverij
1989
KNNV.
De Nederlandse
bladmossen.
Natuurhist.Bibl.KNNV
50
Buxbaumiella 32
Han van
Vegetation
Op
juni
2
Utrecht
1993
vegetatie
de effekten
van
natte
en
in
is
depositie
nenten als ammonium
het
voor
’zure
en
het bouwt voort op
bestaat
vooral uit
kwadraten
mingen Een dat
te
1)
met
van
de
droge
stikstofcompo-
in
in
licheenvegetaties
Jan Barkman
van
Nederland,
en
Nederland;
Toke de Wit,
en
het
permanente
aan
gekoppeld
onderzoek wordt
betrokken
bij
Cajo
zijn,
scheiden
van
hoogte die
Braak
ter
geavanceerde
redundancy analysis
aan
waarne-
die
door het feit
gevormd
niet
doorgaans
onafhan-
van
en
mogelijk andere.
is
Han dit
complex
correspondentie-analyse. om
proble-
van
multivariate statistische
de effekten
de
van
Verschillende datasets
metho-
Hiermee is
ene
variabele
werden
hier-
geëvalueerd:
een
gedeeltelijke
van
het onderzoek
ven
in 266 5x5
2)
en
uiteen in twee delen.
plaatsen
gegaan met
het tot zekere op
mee
name
stoffen)
elkaar variëren.
lijf
den zoals
dan met
herhaalde waarnemingen
bij zulk
variabelen
samenwerking
men
te
jarenlang
probleem
vele
van
het werk
diverse
en
de
van
relevante milieufactoren.
aan
groot er
kelijk In
op
proefschrift
tijd vervolgen (’monito-
langere
verzurende
deel behandelt epifytische
eerste
Het
nitraat.
Han’s proefschrift valt globaal Het
regen’,
(en
zuren
Braak.
van
was
soortensamenstelling
de
over
ter
acidity
de Universiteit
aan
titel; promotor
C.J.
dr.
hoeverre
van
van
Dobben
van
met bovenstaande
copromotor
vraag,
gebruiken
te
Han
verdedigde
Werger,
de
gepromoveerd
monitor for deposition of nitrogen and
a
zijn proefschrift
behandelt
ring’)
9
Dobben
as
M.J.A.
prof.
(1993'
een
±
verdeeld
km
herkartering
van
hokken,
verdeeld
jaarlijkse bemonstering over
omschreven
een
aantal
steekproef.
in
1988/89
Toke de Wit in
1970-1973,
over
waarnemingspunten met
1216
acht gebieden
in 1977-1990
transekten,
van
met
van
per
steekproe-
in Nederland.
149 5x5 km
hok
maar
hokken,
één,
nauw
Buxbaumiella 32 (19931
10
in
3) Een herkartering dat Han
lecties
in 1973
De gevonden o
uit
met
van
met
modelstudies
de bomen
van
De
S0 4
dataset 2
zwak
de
anderzijds
veroorzaakt
toe
ligheid
zuurgraad
wordt
het voor
2
optreedt
en
dat
concentratie aannamen
van
genomen van
gehalten
of
een
(op
aan
NH 4
,
stoffen
dat de toename van
NH
van
in
van
meer
toegenomen
is;
deze soorten.
geen nitrificatie
in
de
hoeverre
resultaat kan
zijn op het gevonden
dit
schrijft
veedichtheid)
gelijkgebleven
van
niet
weliswaar
;
grotere gevoe-
een
boomschors-milieu
het
eerdere
tot
de nitrofyten 3
immigratiesnelheid
grotere
2
Han
maar
te
N02 ),
(S0 ,
NH
van
ofwel
en
de totale
en
gecorreleerd
tegenstelling
In
schors.
aantal
een
neutraal tot
van
3
basis
invloed
van
toxische
dan andere soorten
effekt
van
vooral
bemestingseffekt
een
toe
1980
sinds
herstel
(soorten
blijken
aan
aanwijzingen
door
pH-verhogend S0
de
van
heeft aangenomen dat
Han
verspreiding
en
zijn
NO„,
en 2
individuele soorten
van
de concentraties
nitrofyten sterker
aan
pH
op
duidelijke
epifytenvegetatie
studies vindt Han geen
nemen
de
over
nitrofytische
Verspreiding
de
van
enerzijds
met
het
vooral zgn.
substraat).
soortenrijkdom zijn
data
ruimte
S0
aan
in 1990 schorsmonsters
zijn
documenteren
lichenen,
zuur
gehalten
van
geanalyseerd
en
in de
de patronen
en
herbariumcol-
eeuw.
.
resultaten
epifytische
tijd
afgeleide
(NH 3 ). Bovendien
en
deze
van
's-Hertogenbosch met
vergeleken
en
meetgegevens
ammoniak
NOa
had
in de
rondom
gebied
een
begin
veranderingen
gecorreleerd
m.
en
uit het
Wakker
van
1988
geïnventariseerd
ik
niet
NH
-
3
deze
goed
beoordelen.
Op basis mate
de verzamelde
van
van
gevoeligheid
berekenen. De
indicator-schalen
Hawksworth &
Rose,
waarden schaal
van
hoog
is
N0 2
de
.
De
en
Wirth
&
Rose
verder
en
van
zijn
relatief
en
de
om
NH
2
te 3
van
Barkman,
met de
gevonden
schors-pH
zijn vervolgens
scoort
mogelijk
schors-pH, S0
verrassend het
nog
de lucht dat
ca.
laag;
best,
de
maar
tweemaal
zo
2
als de gemeten
verwachten
met
S0
overeenkomsten
gemiddeld S0 -gehalte
slechter ontwikkeld te
De Wit
Hawksworth
een
voor
voor
2
vergeleken.
voorspelt
het
gegevens is
de soorten
van
bij
ons
Misschien
de schaal
is.
van
is
dan op grond
Han
hoge heeft
waarde. Dit
suggereert
verschil
van
dat dit
concentraties
dit
betekent dat de
van
de
epifytenvegetatie
huidige S02 -concentraties
het
gevolg is
andere
echter ook te maken
Hawksworth & Rose
gebaseerd
is
van
toxische
op
interacties stoffen
als
met het feit dat
waarnemingen
in
Buxbaumiella 32
periode
een
(1993'
toenemende S0
van
dergelijk effekt
een
herkolonisatie op grond
beter
is
met
verder
dat
terwijl
waarden in de winter
samen
van
monitoring
Cajo
met
dat
ik
als
met al
heeft Han
epifytische
zijn
ter
worden
duurt
doordat de die
jaar
dan de 2-5
SO z
gecorreleerd
dan
zijn dat
met
juist
piek-
hebben op lichenen.
van
het proefschrift is
Braak ontwikkelde
leek
de
tenslotte nog
nieuwe methode
Hoewel de
analyseren.
vaak
verandering
en
aangenomen wordt
dit deel
toepassing
ins
presentatie niet
outs
en
in hoofdstuk 5 dat
ervan
met deze studie de
data
om
ervan
zo
kan
goed
de methode
in
zijn,
datasets
onderzoek
en
de
zijn,
hypothesen
in
veranderingen iedereen zal
inzichtelijke
geanalyseerd kan
de
van
Nederland. Niet
maar
bijdrage geleverd
belangrijke
een
achtergronden
eens
verzamelde verder
voor
van
licheenvegetaties
interpretaties
goed
gege-
biedt.
in
inzicht
ons
kunnen
verspreiding
van
statistische
de
blijkt uit
in
patronen
studies te
grote mogelijkheden
aan
Han's
terwijl
afnemende concentratie;
van
langer
het meeste effekt
een
Al
veel
doorgaans
belangrijk element
overzien,
soorten
zomerconcentraties
Een
is
veroorzaakt
bijv.
zou
periode
een
literatuur in het proefschrift is aangenomen.
winter-waarden,
bondig
in
zijn
veel
van
van
Opvallend
-concentraties,
2
vooral verzameld
vens
11
wijze
vormt
een
opleveren
het
waarop
zijn
basis
goede
die wel
de met
experi-
menteel getoetst kunnen worden.
Het in
tweede
de
door
ondergroei
aanpak wel kennis met
sche
aangepakte
onze
te
betreft
probleem
naaldbossen. Hier bleek
zijn; op
een
langdurige experimenten
een
verzuring de
ideale
stikstof
veranderingen
stikstofverbindingen vegetatie proeven,
van
een
alsmede
in
bossen
onze
zijn.
Samen
aantal grote van
een
en
experimentele
te
om
een
Gerard
complexe
dergelijke
proef
de
en
zo
bijv.
van
te toetsen
vermestingseffekt beschreef
Zweedse
bij
juist basi-
de effekten
Dirkse
hij
toediening
realiseerde zich
Hij
analyseren
vooral
met
van
verzurende of
en
bood
mogelijkheid de ondergroei
op
veranderingen
waarin effekten
hoeveelheden nutriënten
bijna
en
de een
studiereis door Zweden maakte
stoffen op naaldbomen onderzocht werden.
dat dit
of
mogelijk
realistische
van
Han van
hij
van
de
bosbemestings-
Harderwijk
van
meer
recente datum.
De
belangrijkste resultaten
ringen
in
de
ondergroei
van
van
deze studies
zijn,
dat
1) veel
naaldbossen inderdaad toe te
verande-
schrijven
12
Buxbaumiella 32
aan
zijn
hierbij
een
moedelijk
via
resultaten
kan
gevolge
in
rol;
een
versnelde
leiden
worden
door
in deze
Als
we
de
ondergroei
resultaten op
een
depositie
lichenen
vooral verzuring
ging
lijken
stoffen
van
belangrijk
van
zijn,
te
stikstofhoudende
worden.
De
invloed
op de concurrentie-balans tussen
Hiermee
is
mortaliteit ook
aangegeven: elkaar
met
zonder
een
ook
om
oecosysteem
organismen
groep
de
effekten
als
bos-ondergroei
verbindingen.
de van
vesti-
reageert
heeft
Bemesting
vooral
direkte effekten
soorten;
beperking
belangrijke
een
faktor als
goede kennis
een
Voor
processen
en
op
reageren
op
lijken veel minder belangrijk.
manieren
van
zijn
(bijv.
op
de processen
werkt
in
door
en
complex
hun onderlinge
verkregen
lichenen)
niet
door
zonder
onderdelen
op vele,
oecosysteem,
een
gegevens
andere
monitoring-studies
van
luchtverontreiniging
samenhangende
in het
hang
een
belang-
een
concentraties
en
vooral
waarbij
op
en
lijkt
stikstofverbindingen.
en
het substraat
vooral
vestiging
licht
verschillend
duidelijk
zuur
beïnvloed
mortaliteit
en
nutri-
toegevoegde
microbiële activiteit
rij zetten, blijkt dat epifytische lichenen
atmosferische
toxische
nutriënten of
stikstof ten
met
op nutriëntenar-
terwijl bekalking doordat de
ver-
vegetatie.
naaldbossen
van
is
verrijkt
speelt
kalk,
vergelijkbare
tot
bodem,
de verhoogde
om
verzuring
fosfaat of
van
de
de bodem al
depositie,
Ook concurrentie
spelen
alle
in
juist verrijking tegengaat,
de bodem. te
toevoeging
mineralisatie
wanneer
geconsumeerd
rijke rol
dat
2)
atmosferische
van
bodems
me
ënten
stikstof-beschikbaarheid;
verhoogde
nauwelijks
(1993
en
samen-
monitoring
meer
te
van
gebruiken
het oecosysteem
van
te
voorspellen. Met
dit
kracht
proefschrift heeft Han van
problemen
moderne te
aan
schrijvend/correlatief sche
de
biedt
veld en
van
van
onderzoek
experimenteel, vele
te toetsen,
om
en
Han,
van
harte
Heinjo During
gefeliciteerd!
tussen
specifieke
ik wil
de hoop dat dit ook op ruime schaal
in
gepaard
interacties
goede mogelijkheden
lab-experimenten
verwerkingsmethoden
die met
pakken als
ontrafeling
goede demonstratie gegeven
een
multivariate
veld, zowel
gaan. de
Deze
processen
hypothesen
eindigen
zal
het
met
gebeuren.
van
de
om
het
de
vele be-
statistiin
het
met veld-
uitspreken
Buxbaumiella 32 (1993
Annemieke
Met
oktober
proefschrift
bestaat,
hoofdstukken
gendagen
is
(Buxb.
16-19).
27:
ook
bedreigde
by
iets
in
in
zijn
voordracht
een
haar
van
meest
Nederland.
veranderingen
de
werk
vormen
Andere
vegetaties. zijn
o.a.
in diverse
soortenrijke
wellicht
Mossen,
de
zij
soortenrijk
kenmerkende
en
eveneens
de meest
gevolg
bekende
en
bestanddeel sterk
van
Schorpioenmos,
meest karakteristieke
en
levensge-
tot
als
waarbij
in
lezin-
Buxbaumiella
tevens
vooral
recent
onze
waardevolle
en
10
uit
interna-
verschijnen
van
in
samengevat
kenmerkend
een
conclusies,
tijdens één
Helaas behoren
waterkwaliteit.
scorpioides,
en
verschenen
de hoofdstukken zullen nog
van
de
Utrecht.
van
inleiding
van
aantal al
levensgemeenschappen,
Scorpidium
soorten
afgezien
Drie
behoren tot
meenschappen
is,
j.l.
Gebaseerd op
Lindbergia.
soort
controlled
as
promoveerde Annemieke
de Universiteit
aan
een
waarvan
tijdschriften.
Trilvenen
fens
rich
met bovenstaande titel
op 21
tionale
of
layer
bryophyte
and eutrophication
proefschrift
een
Kooijman
Het
Kooijman gepromoveerd
the
in
Changes acification
13
van
bedreigde
Calliergon giganteum, Campylium elodes
en
deze mos-
C.stella-
tum.
Het
doel
van
de
van
het onderzoek
veranderingen
mogelijke verklaringen
Het de
proefschrift Scorpidium-
in
voor
in
waarin de herintroductie beschreven. maar
na
moslaag
deze
documenteert soorten
Scorpidium
herintroduktie
handhaven. De povere
Annemieke
van
de
in
was
o.a.
de
dramatische
Opvallend
Scorpidium hier
bleek
en
het
zoeken
naar
veranderingen.
Nederland.
van
het in beeld brengen
was
trilvenen
de
verbreiding
door soort
via
in
een
is
veen
diverse zich
achteruitgang
in
Twente wordt
oorzaken uitstekend
diasporen
en/of
van
hoofdstuk
een
verdwenen te
een
kunnen
moeilijke
Buxbaumiella 32
14
vanuit
vestiging
uitbreiding Nederland
waarschijnlijk
trilvenen
de
sum
en
van
Annemieke
onderscheidt succesie
Langzame
Sphagnum subnitens relatief
arme,
de
maar
door
(gevolgd
den.
is
Hierbij
met
en
de diverse
van
bijv.
zeer
proefschrift. successie.
Scorpidium
Accumulatie
door
o.a.
de
cuspidata
hierbij
squarro-
plaats
van
omstandighe-
voedselrijke
beschikbaarheid
hogere
water is
waarbij Sphagnum
meer
in
regenwater
van
mineraalrijk
van
successie,
treedt op onder de
naar
S. squarro-
langzame
een
van
Calliergonella
en
in
S.contortum treedt op in voedsel-
trilvenen.
snelle
name
onderzoek
subnitens,
bespreking
vervanging
ook
S.fallax)
innemen,
Scorpidium
De
afnemende invloed
een
drijvende kracht. Een
sum
Sphagnum
snelle
een
we
plaatsen
Scorpidium scorpioides
vormt de hoofdmoot in dit
mineraalrijke
combinatie met
door
een
met
van
door experimenteel
cuspidata.
experimenten
dat
verklaring
geschikte
hoeven te verwachten.
achteruitgang
Scorpidium
Calliergonella
uiteenlopende
de
waarschijnlijke
ogenschijnlijk
vooral onderzocht
zijn
vervanging
in
nauwelijks
De mechanismen achter in
de
vormen
sporen
Scorpidium
van
(1993!
van
fosfaat
van
belang. Onder
deze snel
beide
S.fallax,
in
uiteindelijk
relatief
groeiende het
staat
Sphagnum- soorten, in
milieu
verzuurd
een
omstandigheden
voedselrijke
hoog
trilveen
Vooral de
geworden
vervanging
overblijft.
milieu
grote bedreiging
en
voor
vermoedelijk
De
Scorpidium
van
de
vervolgens
onze
beperkte
op
laten
waardoor
beide
van
veen-
huidige stikstofdepositie. door fosfaat
een
optredende
mogelijkheden vormen
rijke handicap bij de pogingen opnieuw
in
verzuren,
groei
vooral
en
voedselrijker
verzuring
vormt
een
resterende trilvenen.
maal verdwenen mossoorten
het
te
De
de
vervolgens
S.squarrosum
tempo
mossoorten wordt nog bevorderd door de
zijn
tot
treden
herstel
van
voor
hervestiging
volgens Annemieke van
van
een
een-
belang-
verzuurde trilvenen of
successie
na
het
uitgraven
bij
van
nieuwe petgaten. Dit
alles
door
vormt
het sombere beeld
Annemieke
digd.
Bart
van
Tooren
tijdens
de
van
een
uitstekend
promotieplechtigheid
proefschrift
prima
werd
dat
verde-
Buxbaumiella 32 (1993!
Lichenen
Pieter
An
Evolène
van
list
taxa
of 591
in
1990 in
the Val
presented.
Except
the
Meylania (v.d.Boom
of
and
lichens
d’Hérens and
paragraph al.
et
omgeving (Zwitserland)
en
Maarten Brand &
den Boom
van
annotated
meeting
15
1993)
’De
Sipman
lichenicolous
this
detailed
more
found
fungi
Canton
surroundings, excursies’,
where
Harrie
de
has
report
during
field
a
Valais, Switzerland
information
been
published
locations
on
can
is in be
found.
Inleiding Het
tweejaarlijkse zomerkamp der
Werkgroep
Het
viel
kamp
Nederlanders namen
deel
de
soortenlijst
uitzondering
artikel en
zijn
de
van
van
de
de
gehouden
juli
de zomerexcursie und
in
de
van
Lichenologie'.
interesse
speciale
in
Ze verzamelden
omgeving, welke
dit
zomerkamp
in de
Vijf
lichenen identifi-
en
bijgevoeg-
'De
namen
zeer
vereniging
(v.d.Boom In
excursies'.
voorzien
gedetailleerd
van
eerder
1993),
et al.
het
Meylania-
de auteursnamen
vermeld, zoals
Bryologie
voor
Evolène is
naar
tijdschrift Meylania
wetenschappelijke
Zwitserse
en
paragraaf
worden de vindplaatsen
met
met
Bryologie
met
Lichenologische
en
30
zijn gerangschikt.
verslag
in het Zwitserse
verschenen met
alfabetisch
lichenologisch
tot
in Val d'Hérens in het kanton
enkele excursies.
ceerden 591 taxa in Val d'Hérens
Een
20
van
samen
für
Zwitsers
of
alle
Bryologische
gelegen
dele
ten
drie
en
aan
1990
Evolène,
Vereinigung
'Schweizerischen
de
van
in
werd
in
namelijk
Zwitserland, Valais.
KNNV
ook
dat
Lichenologie
en
was
afgesproken.
Er van
is tot het
enkele
nu
toe
kanton
lijst
van
bekende werken ste
bronnen
slechts
een
opmerkelijk Valais
lichenen van
voor
zeer
en
weinig
met van
gepubliceerd
name
de
Gams (1927)
bezochte en
licheen-floristische
fragmentarische
van
Val
valleien
Buschardt
van
te
de
van
Er
lijkt
bestaan
(1979),
gegevens
impressie
de licheenflora
over
d'Hérens.
de
geen en
de
belangrijk-
Valais,
licheenflora
geven en
Val
16
Buxbaumiella 32 (1993|
d'Hérens
wordt
vermeld
(1989),
De
niet
noordelijk min
een
en
of
enkele km,
van
teau
zuiden 3000
ingesneden
m,
richting
Aan
lopen.
d'Hérens
Laundon
(1988),
(1992),
(1989), Lumbsch &
H.Mayrhofer
met
Val
en
hoogte
het
van
van
steile
ca.
Ten
hooggebergte.
rijzen
van
alpine
vormt
Poelt
de
liggen
valleien
Rhöne breedte
laaglandplaook
in
ten
tot 2000
a
noord-zuid Val
d'Hérémence,
het
tijdens
een
op
welke
Val
o.a.
die
de
maar
berghellingen
smalle valleien
zuidzijde
en
uiteen in
gescheiden
een
noorden,
door diverse
d'Anniviers,
km
160
500 m,
ca.
elkaar
vallei waardoor
lopende
lengte
een
valt
centrale Alpen. Het
berggebied,
oost-west
een
van
de
zuidelijk
een
deze vallei
van
in
gesitueerd
meer
op
midden
te
v.d.Boom
gebieden
Deze vallei,
stroomt.
M.Mayrhofer
(1987),
onderzochte
door
(1985),
vondsten
enkele
er
zoals
publikaties
(1983).
Het kanton Valais is een
worden
Wel
Hyvönen & Hyvönen
H.Mayrhofer Poelt
behandeld.
taxonomische
recente
(1990),
Breuss
(1979),
in
zomerkamp zijn
bezocht.
lende
Arolla
graniet de
het bezochte
kan
Geologisch
trajecten. Val
en
en
Deze gesteenten de minerale
ten,
In
zijn
sterk
is
een
we
metamorf en
door
voornamelijk die
bekend ten
en
van
laagste
gneissen, een
van
en
serie
een
in
van
de verander-
van
van
de
ze
vrij
vallei,
bij
rangschikking Gewoonlijk
deel
van
zijn
de
glimmerschisten groot
deel,
mesozoïsche
als "Bundnerschiefer".
gevolge
ontstaan.
het
voor
het centrale
aan
evenwijdige
schistositeit
gesteenten
In
aan.
Trias-herkomst
van
omgeving
grootste deel geëxponeerd
gesteente
men
richting,
noordelijke
metamorfe
treft
kalken
en
het
voor
kalkhoudende schalies
samenstelling
vinden
men
de
gedeelte,
zuidelijke
grondgebergte
Evolène,
nieuwe mineralen
Thyon,
het
verdeeld worden in drie verschil-
gebied
meest treft
van
van
kwartsieten
Jura-schalies
basisch.
het
Ferpècle,
gneiss
en
omgeving
herkomst:
In
deel ook
en
vrij
phylliebasisch
zijn. De
neerslag is sterk gerelateerd
neerslag Blanche,
minder dan 600 wordt
verdamping
meer
neemt toe
aan
de
hoogte.
mm/jaar. Hoog
dan met
3200 de
in de
mm/jaar
hoogte.
De
In
het Rhöne-dal
bergen,
gemeten.
zoals
bijv.
Echter,
microtopografie
is
de
Dent
ook
de
beïnvloedt
Buxbaumiella 32 (1993
het
microklimaat
gewoonlijk
veel koeler
in
warm
de
Picea
abies
tegen ten
treffen
18
de
bossen
cembra
ski-hellingen
In
van
decidua aan, De
Daarnaast
de en
ca.
terwijl
boomgrens
zijn
kunstmatige
en
een
decidua
hoogte
een
op
tot
met
dominant.
bos
voorkomt.
vaak verlaagd.
invloeden zoal
komen
d'Hérens,
met Larix
Larix
en
plaatselijk
mugo
Val
van
zone,
steile
terwijl
in het Rhöne-dal.
ook
sylvestris-
de
subalpine
Pinus
we
Pinus
zijn
m
zijn
hellingen
bergen,
belang-
er
meren.
excursies De
juli:
Evolène meest
Larix
excursie
begon
de
naar
de
bij
groeide.
cans
groeide
echte
bijzonderheden
macrocarpa
welke
clavus
Sarcogyne
en
arenaria werd
tijdens het kamp
hebben sporen
kenmerken
verzameld
naar
x
de
3-4ixm door
en
gletsjer
slechts
enkele
werden.
Porpidia
Caloplaca
verzameld; septum
een
en
de
bij
arenaria,
niet
ons
maar
ontdekten
bosgebieden
zodat
Caloplaca
verscheidene keren
10-13
van
refereren
zoals
Larix
en
nigri-
gneiss-wand, een
de
rijkelijk op
de epilitische
dichter
we
schaarser,
licheenvegetatie lichenen
Op
van
van
Phaeophyscia
boreale
van
Naarmate
berggebieden.
de
te vinden.
een
vulpina,
waren
beschaduwde
niet
zuidoosten
waar
Letharia
hellingen
bewoner
een
Ferpècle,
vertegenwoordigd.
er
ten
Ferpècle,
van
gebied,
loodrechte,
waren
epilitische
onopvallende
collecties
een
op
werd
kwamen
het
van
redelijk
vrangiana,
Bryoria
van
de geëxponeerde
Op
lichenen
midden-Europese
gletsjer
parkeerplaats
opvallende lichenen
terrestrische
we
het
de
omstandigheden
delen
lagere
begrazing
van
rijke menselijke
De
In
Pinus
boomgrens
gevolge
de is
in
hoog
vochtiger zijn,
1800
ca.
dominant.
1800-2200 m,
de
In
klimaat,
tot
zone
en
zuid-geëxponeerde
zelfs
klimatologische
en
vegetatie.
droog
en
montane
De
mate.
droog,
erg
geologische
uiting
is
sterke
in
dan ook
noordwandjes Deze
17
als
enkele <1JI
van
aparte
soort
onderscheiden C.rubroaurantiaca. Deze eerste excursie, later
bleek
zo
Dat deze route
weinige 30
juli.
en
het
lichenen
voor
meestal
Naast
door de eerste auteur met
ongeveer
minst een
opgeleverd
slechte
enkele Cladonia-,
het
keuze was,
onbeduidende vondsten
Umbilicaria-collecties,
gezin, heeft zoals
zijn
van
van
de
kamp. de
tweede auteur op
Lecidea-, Peltigera-,
Lecanora circumborealis
gehele
bleek ook uit
Rhizocarpon-
en
en
Pseudephebe
18
Buxbaumiella 32
leverde de excursie
pubescens dan
terrestrische
een
tijdens het zomerkamp stellen
het
ging
vanaf
substraat werd Bacidia
rig
is
te
zijn,
waren
de
niet
nadvornikiana
te
Caliciales
hier
die
in
De
vele
laatste
veronder-
gebied.
gepland
gearriveerd
mensen
en
de eerste auteur met
van
Van
richting.
noordwestelijke
cervina,
kalkrijk
Agonimia tristicula,
caeruleonigricans,
maar
nauwkeu-
erg
Bryoria's leken voornamelijk B.rufescens Larix met
van
Twee
zijn.
wandeling
deze
de convocatie
weinig
Acarospora
Toninia
en
collecties
een
een
camping
gezocht.
maar
om
in het
is
bijzonderheden
Omdat
aangetroffen,
volgens
maar
nog
verzameld
o.a
bagliettoana
er
excursiedag er
deze dag vooral
gezin
zijn
de eerste
juli,
23
voor
meer
op.
werd
meer
dat L.scrobiculata niet algemeen
we
juli: Omdat
19 was
niet
verder
niet
juli
30
van
scrobiculata
Lobaria
(1993!
de
van
vermoedelijk
werden
gevonden
lichtere tint, bleek
een
Calicium
zijn
Bryoria
algemene
meest
trabinellum
en
Chaenotheca trichialis.
Voor
juli:
20
bryologische Het
kamp, in
in
was
de
het
plaats
ander
een
in
namelijk omgeving
vond
eerst
excursie
zijdal
Thyon,
zoals in de aankondiging de moeite waard; zoeken
naar
soorten
in
de
was
het er
de eerste
gele een
speciaal
materiaal
met a, en
zodat
waren
soorten als
P.venosa,
de
ski-piste,
er
nog
aan
in
verder
gewijd de Val
de
des Dix
en
van
Op
de
spongiosa,
overhangende
C.cucullata althans
is
rotsen
was
onderzocht
Overigens
Val
Cetraria-
deze laatste
Lopadium pezizoides, Solorina
zijn
het zeker
was
komen,
nauwkeurig
worden.
gebied,
kunnen
diverse
naast
te
beschaduwde schuine
hypnorum,
epigaeum.
zal
bijv.
bleek
Het meest opvallende het materiaal later
mossen
Het
gunstig uit: tijdens het
we
voor
het basis-
van
Sion.
de lichenen
direkt
zagen
dat
van
voor
en
belangstellenden.
8
dan
zuiden
Coelocaulon
Lobaria linita,
Psora
Thrombium
van
artikel
later ook
Interessant
ten
interessant
lichenen
vreemde
indruk.
merg,
zou
lichenologische
van
het Rhöne-dal
de eerste actie viel al
buurt een
groep
stond. Wat betreft
terrestrische
C.ericetorum
van
gezamenlijke
een
d'Hérémence,
Val
van
een
met
is
en
dat wel en
dergelijk
Moiry gevonden. en
steile
Peltigera Steinia werd
kantjes malace-
geophana
Leptogium
19
Buxbaumiella 32 (1993]
saturninum
klein
een
en
exemplaar
Acarospora
van
chlorophana
verzameld.
21
In
juli:
met Leo
Arolla
de
namiddag
waar
ging
die inmiddels
Spier
km
3
ca.
zijn bedekt
geheel
te
alleen
hier
enkele
Deze
zijn
het
naar
eerste
zuiden,
bleken
in
een
goed
zo
het
tijdens
als
zomerkamp
badiofusca
Acarospora
auteur
richting
rotsblokken
grote
granietrotsen
met lichenen. Soorten die
gevonden
waren
gearriveerd,
Arolla
voor
werden opgemerkt.
bergweide
tweemansexcursie, de
een
was
(op
een
Cornicularia vertikale rotswand van gneiss), normoeri-
geëxponeerde, ca,
op
Lecidea atroviridis, L.swartzioidea de loodrechte
een
werd
deze
belige
soort
hier
Rinodina welke
voordien
thallus
apotheciën ook
en
rots). R.gibbosa
plaatst, sa;
gibbosa
is
en
een
daar
en
C
+
in
Pertusaria
asperellum,
(beschaduwde
het
(beide
disjuncta
rotsblokken),
helling), Placynthium
confragosa
recent
zijkant
Rimularia
geslacht
van
is
ge-
genoemd Aspicilia gibbosa of Mossigia gibbote
gemakkelijk
dat
Melanelia
en
beschaduwde
van
(op Z-geëxponeerde
pseudocorallina Rimularia
wanden
rood
typisch
herkennen
reageert,
hij
hymenium
hyaline
de
delen;
het
aan
bezit
relatief
met
dikberande
dikke, zwarte,
zijn
sporen
rose-bruine knob-
bovendien
18
ca.
x
9
maar
pm
en
eencellig. Een
de
van
de
meest interessante vondsten wordt
literatuur
niet
aanvankelijk overeen
erg
de
met
delen welke
N
opgegeven wilde lukken.
van
+ rose
0.3-0.4
mm
verkleuren;
de sporen
de rotsen
Slechts
begroeid pigment
met was
open
Cyphelium te
grijs. Echter de waren
rijkelijk
vinden, in
verzameld die nog het meest is dun
en
epithecium
grijs,
de
zonder
een
lijkt
apotheciën epipsamma,
zijn
een
die in
determineren
tot
9-10
Larixwas
3 /£
pm.
bosje
met
x
voor
hier
het thallus
apotheciën
andere Larix
1
een
en
en
sporen 3.5-4.5
tot x
het mazaedium een
Lecanora het thallus
donkerbruin,
10-11
gele
onopvallend
op Lecanora hypoptoides:
zijn roodbruin
versprei-
groot deel
daar het
was
werd
donker
met blauwe
hymenium
slechts
van
verzonken
Van
atroviridis,
het
grijs-blauwe
een
één Larix
merendeel
het thallus
aanwezig.
was
tigillare waarbij
het
zodat
epilitische collectie komt goed
bezitten
bezocht,
plekken.
Lecidea
epruinose,
De tweede locatie die werd en
was
epifyt,
Onze
De
beschrijving.
blauwe apotheciën
als
pm.
convex,
Buxbaumiella 32
20
juli: Het Lac
22
Europa
(2365
loopt
meer
gras
pad
een
goed
Caloplaca
aan
de
hoog
0.5
cilindrische
en
in
elata
is
croceae
bekend
soort
een
voornamelijk
algemeen
(lijkt
de
maar
en
de
Bryonopapilla-
in
algemeen
het
ge-
herkennen
(te van
1
ca.
mm
één isidium per areole Lecanora margina-
Pannaria
octospora
Alpen
(Vanska
Alpen
er
met
o.a
Buellia
isidiën
is
van
verspreide
leverden
rood),
niet
rotswand),
circumpolaire
een
+
(met atranorine),
Solorina
van
(K
van
meer
westkant
enkele
De
knotsvormige
tot
Zwitserland door
van
met
in de
nivalis
beschaduwde
(op
eerder vermeld
apotheciën
argopholis
Protothelenella croceae,
is
de
waren
rotsformaties
in diameter, meestal is
mm
ontwikkeld), Lecanora
P.
de
Koerberiella wimmeriana
polycarpon,
typische
ta ssp.
pad
stuwmeren
enorme
Aan
beklimmen.
te
Cetraria
tetraspora,
Collema
bied),
Het
stuwdam.
schisteuze
castanea met norsticticzuur
ta,
gelegen
bezocht.
lichenen op: Agonimia tristicula met veel peritheciën,
volgende ra
keer
vanaf het
en
hellingen
beschaduwde
dagzomende
de hoogst
van
deze
indrukwekkende
een
begroeide
één
werd
m),
door
afgesloten het
des Dix,
(1993
leucophaea, rosulata.
Toninia
en
Fennoscandia
is
en
slechts
1x
H.Mayrhofer (1987). L.argopholis
en
1984).
continentale
Hierop
was
verspreiding
ook
de
is
en
licheenpara-
siet Rosellinula frustulosae aanwezig. De
hier
collecties
overige
collectie Schaereria tenebrosa
verzamelde
pigment welk
in K
van
die soort:
omslaat
naar
het
epithecium
bevat
groen
het medulla
blauwgroen,
af
wijkt
is C
de
van
en
+
violet
rood
en
de cortex C-. Van ra
beschaduwde kalkhoudende schist
verzameld
zichtbaar
aan
rond de
het
berijpt,
op
beekje
de
even
enkele
gestaan
en
dag
B.naegelii,
pm
is
is
op
ca.
dik de
ten zuiden
epifyten zou
3
in het
het meest op A.heppii deze
apotheciën,
hymenium
de basis
Later
die nog
aan
hoog,
de
auteur
in
een
Evolène verzeild
Sorbus,
kunnen hebben,
B.populorum
pm
0.5
ca.
een
Acarospo-
het thallus is
lijkt; mm
in diameter
parafysen
zijn
2
alleen en
pm
niet dik
het uiteinde.
eerste
van
een
80
zijn
bos werd
een
boom
met Arthonia
(syn. B.acclinis)
klein
geraakt die
radiata,
en
bosje en
ook
langs
een
vond daar nog in
Bacidia
Nederland
arnoldiana,
Chaenotheca furfuracea.
Buxbaumiella 32
Dit
juli:
23
opening
werd dan de eerste officiële lichenologische het
van
ten
en
gaan
lange
tijd
het
aan
omgeving
Lecidea in
dingsgebied
Placynthiella punctata
andere
een
nog
Op
het thallus is
hymenium is
ca.
deze
werd
deze
van
leverde op:
bosje
verzameld)
en
dag werd
de
zijn
die
de auteurs
van
behalve het
nog
7.5-8.5
Cetraria
tenuissimum
werd
Bacidia
Lecania
en
Buellia
meest
18-20
x
mi
Physcia
circumspecta,
op het
en
tenella (de
+
geel,
De
maar
Buellia aanwe-
enige keer dat
apotheciënrand
elders
werd
ook
P- reactie.
een
nog
P
reageert
(massaal
cyrtella
Pleurosticta acetabulum.
L.pulicaris
materiaal verzameld met Later op
begin-
versprei-
groot
door één
verzameld
de sporen
Candelariella reflexa,
collectie
volgende
in het
stomp),
een
Leptogium
boomstomp
een
Lecanora hagenii, L.pulicaris,
zig).
maar
dik.
45
interessant Salix-
zahlbruckneri,
de
o.a.
een
heeft
de vondsten
Buellia
K-,
(op
soort
Schotland),
en
grote groep
hielden de licheno-
parasiteert
soort
de
van
de
deze laatste werd niet in de direkte
(deze
getuige
oligotropha.
B.poeltii lijkt:
Een
Europa,
Zuid-ltalië
Lapland,
redelijk
een
resultaat
als
(deze
na
Arolla te
naar
Larix- bomen
De
bezig.
beckhausii
turgidula
met
Enkelen
langs het pad
met
maar
Bacidia
gevonden),
chlorophylla,
uit
werk
citrinella
Baeomyces rufus
op
gebied
een
excursie
besloten
bezoeken.
steilkantjes
collecties: Arthrorhaphis stadium
te
zaadplanten
met
We
tevoren.
dorp
biotopen
vooral de beschaduwde
logen
het
van
aan
vooral
zich
de avond
kamp
westen
verscheidenheid hielden
21
(1993
korte
een
excursie
Evolène
bij
gehouden
Biatorella door de eerste auteur en deze leverde vondsten op van
hemisphaerica van
24
humeus zand
op
van
Xanthoria sorediata op beton
juli: De groep werd al
gearriveerd. mee, het kend
was
2250m.
Lac
de
meesten
We
hadden
in Val
ons
intussen
en
d'Anniviers ligt
met koffie wel
aan
op
toe
aanvankelijk prachtig
was
ook Harrie
speciaal
gletsjer,
een
het
pad
en
schuurtje.
alpien gebied
was
langs
steilkantje
belangstellenden
echt
er
begon
van
groter,
maar
er
een
Moiry
De excursie
de
autorit.
immers
stuwmeer,
groot
sneeuw.
waar
Ook gingen
bij
een
een
er
was
op
na
hoogte
een
maar
indrukwek-
plekken
terras met
waren
weer,
een
Sipman
zaadplanten
een
ook
maar
een
voor
van
met
zo'n
fraai uitzicht,
tamelijk lange
rond
het
middag-
Buxbaumiella 32 (1993
22
het licht te regenen zodat het tweede deel
begon
uur
plaatsvond De
ten
noorden
hellingen
westgeëxponeerde
met de vele rotsen die
uitstekende
biotoop
hier
indruk diverse werd
duurde, dit
van
zowel
te
twee
dan
ook
gretig
de
van
mogen
de
de
excursie
placophyllus,
om
Phaeorrhiza
R.roscida, Stereocaulon
gebied;
bij
alle
collecties
(TLC)), S.rivulorum
groeide
de
op
werd
parasiet grijs
gezien op
thallus met
wordt
licheen door de
onbekend thallus, als
wij
we
Bryonora
Megaspora
R.olivaceobrun-
in het
met
onderzochte
atranorine
en
hookeri
Dacampia
meeste auteurs
als
beschouwen dit
wit
Van
soort.
aparte
een
die
lobaarzuur aangetoond
collectie
placodioid
peritheciën
Bellemerea
verzameld
een
kleine
soort
mniaraea,
en
op
daar
en
lichenen
vernalis,
wulfenii,
(algemeen
atranorine
één
het
deze
grond;
alpinum
werd
(slechts Ook
perlatolzuur(TLC)).
Rinodina
nimbosa,
juiste
een
schisten
Cladonia borealis,
Cetraria tilesii, Lecidella
er
Caloplaca cinnamo-
B.geophila, B.insignis,
cinereum,
Catapyrenium
Biatora
we
waren
dat deze eerste
zijn
kalkrijke
een
zagen
grond
uur
Terrestrische
gefotografeerd.
Baeomyces
waren
verrucosa.
tot
op
twee
ca.
2100m.
van
kwamen, vormden
als
dagen
Tussen
Coelocaulon aculeatum, C.muricatum,
een
locatie
oppervlakte
vinden. De
krijgen.
castanea, Buellia epigaea,
nea,
de excursie
van
hoogte
plaatsen Edelweiss, Leontopodium alpinum, gevonden
vonden
mea,
de eerste
de rotsen
op
zeker
had
gebied
de
aan
vele interessante lichenen te excursie
van
een
lichenen; nog niet eerder dit kamp
voor
rijke begroeiing,
zo'n
het stuwmeer op
van
alpina, B.cinereorufescens,
werd
rotsen
Caloplaca lactea,
Physconia muscigena, Polyblastia albida, P.dermatodes, Pseudephebe minuscula, caria
Thelidium pyrenophorum
Sporastatia testudinea, Echter
hyperborea.
deze
lijst
is
zeker
niet
en
Umbili-
representatief
voor
deze locatie. De
namiddag
werden enkele
langs
aan
de grond
voor
de weg
aan
een
geparkeerd
en
goed
ogende
behoudens
groepsleden bleef de excursie beperkt
veel rotsen op
werd besteed
de
Zwitserland
tegularis onder waarover
oppervlakte
onder
elders
is
een
een
schist
Lecania sterk
kwamen.
tot deze
Een
welke
is
ene
mogelijk
samen
beschaduwde overhangende
uitvoeriger
De
auto's
wandeling
helling
van
waar
Catapyrenium lachneum werd
verzameld.
suavis,
helling.
een
gepubliceerd
nieuwe
met rots
(v.d.Boom
soort
Caloplaca groeide
1992).
en
Overi-
Buxbaumiella 32
zullen
gens
zeker wel
er
vele opgaven
men
en
deel
van
kleine
naam
ritheciën
zijn
Thelidium waarover
het
een
Na
dorp
niet
op
cel
1
peritheciën
smal
beekjes
met
samen
een
kanton of ander
de
tot
de
van
overhangende
en
de rand
een
papillen;
blok
peuit
gneiss
een
rotsblokken, voor
waren
soort
een
van
het
in
een
recent
17-22
schijfje.
zijn
x
5.5-8
Van
meest
zijn
gracilenta,
de
een
lichenen,
afgescheiden
in de kleur
14-16
x
schijfje; pm
van
met
is
een
apotheciën
spleet
en
sporematen
is donkerder dan het
dan het
we
niet
rotswanden
kalkrijke
Cybebe
in
is
medulla l +blauw. De
rijk begroeid die
B.pruinosa
groter, namelijk
Het
voor.
langgesteelde
hier
een
carado-
voorkomende soort
met
boven
weidepaaltje vonden
boomgrens
die
kopje,
deze
we
helling
zure
mogelijkheden
zeldzame
hij verschilt
bleker
bleven
groeide Hypocenomyce
de
soort
de sporen
sporen
schist,
beschaduwde
blokstroom
de apotheciën
apotheciën
tot
de
pruinosa,
waarvan
apotheciumrand; van
Larix
midden-Europa
groeide.
B.castanea,
betreft
met
collecties
op
geëxponeerde
bovendien is
van
rots
de
paar
horizontaal
voldoende
komt
isidiën,
een
takjes
vorige dag
deze vooral steriel
bolvormig
van
PlacopyreHet
Thelomma ocellatum. Deze laatste
behorende
waaronder Bryonora
de
een
een
De rotsblokken
zijn
en
van
en
Caliciales
voorzien
bood
en
vondst
bijzondere
de
Cyphelium tigillare. Op
kleine donkere
de in noord-
van
het westen
op
Op
Alpen
een
sterk
lijkt
een
op
naast
rotswand.
met
kalksteen, kalkrijke
etc.
circumborealis
was
de
literatuur voorko-
een
cilindrische
materiaal
groeide
Larix-bosjes,
in
tanea
de
stroomde.
beekje
kenmerk
van
in
achterhalen omdat
groeide een
hyaline laag
hebben.
opvallende
van
in
voor
van
talrijke
Het
ongewoon
meest
oostzijde
dikke,
interessante licheenflora.
zeer
niet
Polyblastia
gevonden.
bij Evolène,
met
Lecanora
de
de vermoeiende tocht
weidepaaltje,
de
zelfs
Zwitserland
voor
dit te
verspreid
zeer
brengen
aeneovinosum
dicht
censis
vondsten
onmogelijk
bestaande uit
en
Nederland die wel
juli:
land
is
bestaat,
te
mos
collectie
13-15 pm brede
keer
het
het land.
nium tatrense op
25
dit
voor
nieuwe
meer
maar
geen checklist
er
Een nog niet op
een
23
lijst voorkomen,
onze
de
(1993
en
van
4.5-5.5
Atfn
bij B.casis
de
deze blokstroom
rand
zijn
24
Buxbaumiella 32 (1993
verder
vermeldenswaard Melanelia sorediosa
met M.disjuncta),
ren
Rinodina
en
saal
milvina.
De Cladonia met rode
werd aangetroffen bevat usnineDit
C.borealis.
tot
was
te
verwar-
Rimularia insularis
die hier
apotheciën
(TLC)
barbaatzuur
en
resultaat
bevredigend
een
(gemakkelijk
Miriquidica instrata,
M.stygia,
deze
van
mas-
behoort
en
eerste
excursie. Na
de lunch
Er
bezochten
hadden zich
zodat het
voegd, zijn
intussen
grote
een
deze excursie
van
begroeid Bacidia
globulosa,
Lecidea
pullata. Op
aangesloten.
kleine
zeer
ca.
reri
(gemakkelijk
Catillaria
Parmelina
cialiseerd mooie dan
is
in
dit
flaventior
juli:
geen gegevens
westen
excursie
van
en
Deze
sche lichenen
de
en
zijn
er
excursiedag de
een
Caloplaca
herbidella,
een
los
pericleum
lastig
erg
lichenologen,
een
gedurende het kamp van
en
materiaal
is
die gespe-
medulla,
er
zijn
duidelijk andere vertakkingen
die
U.scabrata,
werd
plicata-groep
bezit
U.plicata
Arbey,
noord-
Schismatomma
de Zwitserse
ook
naar
Op
Mycoblastus sanguinarius,
ciliata, Usnea
de
de
bij
collecties
van
ging
Evolène.
B.punctata),
met
Op hout
Physconia
van
en
epifytische Buellia schae-
medulla heeft. Interessante vondsten en
chlorella
lichenologen
met Picea-Larix- bossen
van
geslacht.
papillen
Melanelia exasperata.
27
ten
waarvan
bij de erop gelijkende
notarisii op hout
lia
zijn
Phaeophyscia
Usneas
duidelijke
compact
drie Zwitserse
echter
Lecanora allophana,
Philippe Clerc, één
volgens
de
internationale
eerste
verwarren
quercina,
diverse
en
te
goed
beckhausii,
tussen L.dispersa.
hellingen
nigroclavata,
stompen
Bacidia
Chaenotheca
soorten verzameld waaronder de
40
van
enkele
waren
vinosa,
trabinellum,
nederzetting
oost-geëxponeerde
Borgne.
loodrechte rotswand werd Lecanora crenulata
Van hen
Deze
doorgekregen. een
Arthonia
Inmiddels hadden zich
juli:
groep
zoals
La
de groep toege-
aan
geworden. Veel bijzonderheden
was
groep
Calicium een
aangetroffen, verspreid
26
deelnemers
niet te melden. Wel
lichenen
met
nog diverse
de rivier
langs
noordhellingen
we
ruw
waren
maar
oppervlak verder
en
een
Cyphelium
eenmaal verzamelde
schuurtje werden Flavopuncte-
grisea verzameld.
ging
het
alpenweide,
vooral
een
om
terrestrische
locatie niet
ver
van
de
en
epiliti-
plaats die
25
Buxbaumiella 32 (1993]
ai
we
eerder
lichenen
(behalve
Noorwegen), lechia
Kalkhoudend
Caloplaca
viridescens, scabra
biatora
de
van
Solorina
brunnea,
28
Forêt
juli:
boven
hoog drie
succesvol.
diverse
ook Er
Cetraria's
Peltigera' s
en
gevonden,
lichenen
Cladonia 's
vertegenwoordigd
dit bos werd
deze dag
verzameld.
werd
de
Ook
was
Naast
de
indrukwekken-
een
P.collina,
aphtosa,
P.malacea,
N.bellum,
met
van
maar
Peltigera
P.rufescens.
en
olivaceo-
noordhelling,
een
op
de noordrand
zoals
Sagio-
opvallend geel-
Rinodina
gehouden,
55
noord-
Toninia candida.
P.leucophlebia,
P.neckeri, P.praetextata goed
ca.
en
Lecidoma demissum,
terricola, en
Langs
excursie
een
zoals de
Picea-Larix- bos
Borgne.
P.horizontalis,
P.degenii,
bispora
een
werden
terrestrische
reeks
is
Taugé
de rivier La
eerder
dagen
meer
de
de
var.
Glypholecia
zuidwest-
Xanthoria sorediata. Vooral
geoica,
Protoblastenia
bispora
Aspicilia
op
dispersoareolata,
aandacht,
Gyalecta
bracteata,
lobulata,
Mycobilimbia
en
andere
geheel
o.a.
C.velana,
van
Lecanora
de terrestrische lichenen trokken de
gekleurde Fulgensia
bekend
glaucina
Verrucaria
leverde
biatora,
ssp.
prevostii,
werden echter
gesteente
ook
Alpen,
Hymenelia
protuberans,
Er
bezochten.
juli
23
op
gevonden.
P.membranacea,
Nephroma 's
N.laevigatum,
waren
N.parile
en
N.resupinatum. Het
was
voor
de Zwitserse
logisch weekend, de afsluiting daar
zijn
nog
naar
Dit geldt in
het
er
naar
Berlijn
lichenen
van
kamp
nog
de
en
voor
arriveerde.
de Nederlandse
den Boom Harrie
was
Hij
Brand,
bleef met en
leek
het
Sicilië
om
werkgroep
reeds
die door
zijn gezin
gedurende
de tweede auteur
De
meeste collecties de
hun licheno-
naar
de
volgende dag
andere deelnemers hebben
Maarten
in Evolène
excursies
van
van
Sipman ging
dit
vele lichenen verzameld die ook in dit
De
melijk
voor
nauwelijks
omgekeken.
evenwel niet
zomerkamp zijn
Pieter
zijn.
lichenologen de afsluiting
ook
vakantie voort te zetten,
terug
weer
te
maar
eenmalige
zijn
van
Val
zijn
vondsten behandelen.
autopech na
afloop
'verlengde'
eerst van
nu
het
zomerkamp
verslag zijn opgenomen.
een
d'Hérens
ook
verhaal
en
we
apart
zullen
geworden.
hier
voorna-
26
Buxbaumiella 32 (1993
29
Op
juli:
rotsblokken
grote
Acarospora
impressula
kalksteenwand werd Staurothele
30
juli:
20
lichenen verzameld
Wederom
excursie
een
zoals Alectoria
gevonden,
alpien;
deze soort komt
eerder
1x
vermeld
Schotland
tyla),
Polyblastia
(gemakkelijk algemene Het
te
lijkt
2920m
op
en
Hier werden
nog
ca.
niet eerder
Calopla-
(de
verspreiding
boven
de 2000
Lecidea leprosolimbata, welke
lijkt
m
gebieden Peltigera
jonge exemplaren
op
met
slechts
voor;
Collema
1990)),
(Breuss
arctische-alpine
van
verwarren
ceranis-
die
ook
in
lepidophora P.didac-
van
Stereocaulon tomentosum
en
welke
S.alpinum,
laatste
de
meest
gebied). bezochte
dus
des Dix.
de meeste
arctisch-
gelatinosa,
hoogstgelegen
steile
is
P.sendtneri
in het
groeiden
een
verzameld.
Lac
waltheri
voornamelijk
soort
Op
nigricans, Bellemerea subcandida,
soort
voorkomt),
onopvallende
(een
Evolène
bij
scopularia.
waren
Zwitserland
van
zeldzame
(een
cum
het
naar
stillicidiorum, Catapyrenium
ca
Borgne
bacilligera
daarvan
en
La
langs
Lichenothelia
en
punten
hoog
even
als
was
de op
Col 6
de
Riedmatten,
gelegen
bezochte Col
augustus
de
Psorinia Torrent. De beste vondsten de Col de Riedmatten waren:
bij
atrata
Tremolechia
conglomerata,
en
Umbilicaria
microphylla
(een
alpine soort).
31
juli: Leo Spier maakte
die
op
2870m
stevige
een
wandeling
werden
Verzameld
ligt.
o.a.
de Col
naar
du Tsaté
candida
Aspicilia
en
de
licheenparasiet Carbonea vitellinaria op Candelariella vitellina. Maarten Brand bezocht door
hem
deel
van
werd de
voorkomen,
Alpen
blijkt
verscheidene
van
sten
van
een
voornamelijk
cea,
ook
uit
het
en
ligt
werk
bij Sion.
op
soorten
dergelijke
deze locatie
Endocarpon
Europese
Tourbillon
bezocht
met
van
Het
hoogte
een
een
het
pallidum
tot mediterrane
verspreiding,
en
Toninia
verspreiding
terwijl
de
en
in
dit
enkele
vond-
Thyrea girardii
Chrysopsora
cinereovirens
hebben.
Dat
verspreiding
daarin worden
(1979);
behandeld. Van
hebben Anema nummularium
mediterrane
laagste punt dat 600m.
van
mediterrane
Buschardt
soorten
is
een
testa-
midden-
27
Buxbaumiella 32 (1993]
1
t/m
8
Val
augustus:
vondsten heeft
een
maar
is
werd
Micarea
verspreidingsgebied
mogelijk
verscheidene
d'Hérens leverde nog
Artsinol
Bij
op.
niet
nog
lutulata
verzameld;
Noorwegen
van
eerder
soort
midden-Europa,
tot
Zwitserland.
voor
opgegeven
eenmalige deze
Bij
Vouasson (Les Placynthium Arpilles) zijn Bellemerea sanguinea en verzameld.
pluriseptatum Meina
omgeving
een
rots
aan
polydactyla
cf
viridireagens, Leproplaca
Strigula stigmatella.
en
Ferpècle groeiden Polyblastia
Verder
Op
Lecanora valesiaca, Lecidea antiloga Lecania
vondst
donker
de
waarvan
een
donker
is gevonden
Lecanora
in de buurt
een
droge dalen
schardt opgegeven
voor
Micaria melanobola
was
type-locatie Frankrijk
door
Lecania
dun
een
Evolène,
enkele maar
Op
Caloplaca 6
zijn
Spitsbergen Pertusaria
een
zwarte
excipulum de
bezitten;
apotheciën;
deze van
placodioid in de
Alpen
witberijpt
met
licheen
tot de Rivièra
het Rhöne-dal tussen 350
lange tijd alleen
(Vivant
en
en
thallus,
950
m.
met zekerheid bekend
1983),
maar
1988). Weddelomyces
is
wordt door Bu-
van
de
wordt recent ook
uit
epicallopisma
werd
groeit gewoonlijk
flavescens. werd de hooggelegen
augustus
speciaal
polycycla,
is ook bekend
gevonden op Xanthoria elegans; deze licheenparasiet op
Borgne
thallus,
en
celwanden
met slechts van
La
Verrucaria anziana.
en
parafyse-toppen
in zuid-Finland (Coppins
gemeld
de beek
(type-locatie).
valesiaca,
van
de
Micaria melanobola.
gepigmenteerde
kleine collectie
het kanton Genève
bekend
gepigmenteerde
hyfen
betrof
Lecania
de la
In
Peltigera
xantholyta,
in
decipiens,
en
gekarakteriseerd
is
polycycla
apotheciën,
stenen
melanospora
vermeldenswaard: Anema
zijn
de Col
meertje bij
een
Nephroma expallidum.
en
Evolène werden nog verzameld: Chaenotheca brunneo-
van
la, Chaenothecopsis
de
Op
groeiden Melanelia substygia
te tot
vermelden de
Dactylina
Apennijnen),
flavicans, Rinodina
Col de Torrent bezocht.
madreporiformis
Lecidea ultima,
cinnamomea,
Hiervan
(verspreid
Melanolechia
Squamarina
van
jurana,
gypsacea
en
Verrucaria hiascens. Tenslotte willen zo'n tien maar
Italië,
we
nog
jaar geleden
recent
is
mogelijk
vermelden dat Lecidea
alleen bekend
opgegeven een
voor
eerste vondst
was
van
Schotland, voor
antiloga,
Frankrijk
Finland,
Zwitserland is.
een
soort die
(de Provence)
Zweden
en
Zuid-
28
Buxbaumiella 32
(1993'
Dankwoord We danken de van
volgende specialisten
sommige
Dr.P.CIerc
collecties:
(Genève)
Dr.P.Diederich
Dr.L.Tibell
(een deel
(Luxemburg)
(Protothelenella
(Uppsala)
hun
hulp bij
(Wenen)
identificeren
het
(Placopyrenium),
de Usnea- collecties),
van
(licheenparasieten), Dr.W.Obermayer
Rinodina),
en
voor
Dr.O.Breuss
Mayrhofer (Graz)
Dr.H.
(Graz) (Arthrorhaphis),
(Caliciales).
Literatuur Boom, The
P.P.G. van
den
1992.
The saxicolous and
Netherlands, Belgium
Boom, P.P.G.
van
den,
A.M.
Brand
&
H.J.M.
surroundings (Switzerland). Meylania A.
Buschardt, O.
Breuss,
1979.
1990.
Zur Rechtenflora
Die
Nova
Hedwigia
genus
1993. Lichens
Sipman
Lecania
in
54:229-254. from
Evolène
and
3:12-26
der
inneralpinen
Trockentaler.
Bibl.Lichenol.10.
RechtengattungCatapyrenium (Verrucariaceae)
in
Europa.
23.
Stapfia
Coppins, B.J.
1983.
A taxonomie
study
Buil.Brit.Mus.(Nat.Hist.),Bot.Ser. Gams,
of the lichen
species
Luxemburg.
H.
1927.
Von
den
of the lichen
genus
Micarea
in
Europe.
11:17-214.
Follatères
zur
Dent
de Morcles.
Beitr.geobot.Landesaufnahme 15. Laundon, group.
J.R. The
1989.
The
species
Lichenologist
of
Lepnoloma-the
name for the
Lepraria
membranacea
21:1-22.
H.J. 1989. Die holarktischen Vertreter der Rechtengattung Lumbsch, Diploschistes
(Thelotremataceae). Journ.Hattori Mayrhofer, Europa. Mayrhofer,
H.
H.
Poelt,
H.
1987.
1979.
Die
Bot.Lab.
saxicolen
66:133-196. Arten
der
Rechtengattung
Rinodina
in
12.
Erganzende
Studiën
zur Taxonomie
der
Gattung Protothelenella.
7:313-342. 1984.
The
Ann.Bot.Fennici
Vivant,
J.
Bibl.Lichenol.
Herzogia Vanska,
&
J. 1988.
Documents
identity
of the lichens Lecanora
frustulosa
and
L.argopholis.
21:391-402.
Les
Lichens
des
Pyrénées
d'Ecologie Pyrénéenne
occidentales
V:3-119.
Francaises
et
Espagnoles.
29
Buxbaumiella 32 (1993]
Figuur
1. De
ligging
van
de bezochte
gebieden.
30
Buxbaumiella 32
Addenda De
excursies De
(Fig.1). haakjes
plaats Brand
(MB), (PK).
van
initialen Harrie
is
soortenlijst de
in
gehouden bevat
lijst
Val
de
van
alfabetische
bezochte
locaties.
Leo
de
Pieter Han
Spier (LS),
over
De
en
van
Boom
(PB),
(HD)
verwijzen
nummers
soort
d'Anniviers
hoogte
den
van
Val
en
tussen
vindplaatsen,
van Dobben
bepaalde
een
de
over
coördinaten
t.w.
gerangschikt.
Indien
d'Hérémence
informatie
waarnemer(s),
Sipman (HS),
Val
d'Hérens,
beknopte
achtereenvolgens toegevoegd:
de
en
Knaap De
bij de soortenlijst werden
volgende
zijn
(1993
het
naar
vind-
Maarten
Pim
en
aanvullende
de
der
van
overzicht
zijn
gegevens *
in
opgenomen Materiaal
het
soorten
alle
van
behalve
de collecties
Aptroot,
door
wie
1.
6-8.
2.
2380m
(607,2/108,7
c.2920m
PB
PB);
Barati,
4.
1-8.
de
Arpilles,
of meer
oever
5.
3-8. meer van
6.
7-8.
met
Larix-Picea- bos
(603,2/107,3
in
weide
van
2200m
HD
kalkschist
2370m
7.
8-8.
Evolène, ZW-helling
8.
23-7.
Evolène, O-helling,
Picea
van
1520m
wand
in
kalkschist-rotsblok
in
PB);
N-
op
erratisch rotsblok
van
Vemec,
en
N-
(603,3/107,2
en
O-hellingen
(601,9/107,0
1850m
O-helling
1780m
PB) tussen
Arbey
en
(602,7/106,9
MB);
de
oever
(603,9/106,9
beek
Meina,
en
en
kalkschist
rotswanden
kalkschist
Glacé, N-helling
van
La
1340m
grasland (c.605,2/106
loodrechte
schisteuze
MB).
1770m
P/cea-stam
MB); bij Grotte
c.1575m
in
de la
MB); Col
rottende
schuren
met
MB).
bosrand
in
geëxponeerde O-helling
W-geëxponeerde afgeronde gneiss-
2380m
1740m
met
in
NO-helling, weide
grote
in
met
Borgne, juist
N
MB).
1450m
(604,2/106,5 langs pad
MB). 1400m
en
PB);
kalkschist-
PB).
Evolène, graniet-rotsblok op
vogelroestplaats kalkschist-rotsen
met
Larix-Picea- bos
2640m
aan
schist
met beschaduwde
(603,9/106,3
met
Artsinol,
LS);
met kalkschist
29-7.
31-7
van André
LS).
Larix- bos,
rand
weide
ZW-helling,
(601,8/107,7
Vouasson,
(c.602,8/107,2
rotsblokken
brug, grote
10
verzamelaars,
kalkschist-rotsblokken
en
wei
(600,4/105,8
voet van
NO-helling,
Larix- bos
in
PK HS
MB);
beschut
van
Larix-Picea-bos
op
1540m
stukje
en
meertje (599,3/105,8
Arbey,
Evolène,
rotsen
de
van
het herbarium
alpengrasland
kapvlakten
en
1400m
droge beekbedding (c.603,6/106,7
9.
Torrent,
idem
(600,4/106,1
min
en
in
MB).
2180m
Picea-Larix- bos
rotsen,
Larix- bos
herbaria
(asterix).
een
gedetermineerd.
met kalkschist-rotsblokken
(601,1/107,7
aan
de
Béplan, alpengrasland
Lana,
gneiss
rots
in
opgenomen
MB);
(c.603,5/106,5
Les
zijn
met
aangegeven
Col
NO-helling LS);
Arbey,
26-7.
Evolène
is
die
lijst
kalkschist-rotsblok
groot
kalkschist-rotsblokken
met
ook
de
MB);
(605,5/107,4
Lana,
19-7.
1500m
3.
Torrent,
(606,6/107,6
zure schist
PK,
in
vinden
te
terug and
dat
omgeving Evolène
de
Col
is
HD
van
dit materiaal
Val d’Hérens,
is
excursieverslag,
open
dal
(604,3/106,4
kalksteen-rotsen
(603,4/106,6
W-geëxponeerde beschaduwde
1470m
1350m
(603,9/105,8
MB);
vertikale
1620m
MB).
kalksteen-rots
(604,8/106,4
1400m
N-
MB); groot
MB).
Buxbaumiella 32 (1993
11.
Larix- bos
2-8.
(c.603,9/106
met vertikale
NO-helling
op
wand
Picea-Larix- bos
MB);
c.1560m
(c.603/108
ken
31
20-7.
Evolène, Alnus-bosje langs
rivier
La
13.
22-7.
La
langs
beek
14.
25-7.
het
Tour,Alnus-Sorbus-bos
La
dorp
stroom
HS);
31-7.
(606,4/105,2
16.
25-7.
Col
goedbelichte
28-7.
18.
(608,6/100,5
21.
3-8.
Forêt
tunnel 22.
8-8.
(606,1/103,2
23.
21-7.
in
1700m
PB);
open
in
2150m
met
bij
de
PB);
HS);
HD
PK
PB HD
HS); PK
en
Acer
NO-helling,
HS).
N-helling
op
met
weide
(c.605, 5/103
ZW-helling
rotsblokken
beekje
hooiland
in
smalle
graniet-rotsblokken
met
Larix- bos
(608,5/101,4
1860m
rotsen
en
bij parkeer-
MB).
landschap (608,8/100,1
open
(605,1/105,1
1460m
droge beekbedding
vallei
met
O-helling
op
gletsjer, overhangende
PB).
1850m
grote
in
rots
zure
2050m
PK
LS);
PB
HD
PB
open
HD
MB);
(604,3/103,1
rotsen
1780m
(604/102,1
groot gneiss-rotsblok
aan
1950m
Larix- bos
MB);
1800m
beek
MB). op
O-
bij
MB).
(604,2/101,3
zure
rotsblokken
in
Larix
rotsblokken,
weide en
(603,9/99,9
steile
1820m
rotswanden.
PB
LS);
(603,7/98,7
en
beschaduwde
PK);
heuvelig
steile
Pinus-Larix-bos
terrein
met
en
rotswanden
langs pad bij
Salix-bosje
(603,1/96,8
kalkschist
en
beek
graniet bij
hotel
2050m
(603/96,5
PK).
met
d'Arolla,
pad
naar
Pas
kalkschist-rotsblokken
de
op
Chèvres,
ZO-helling
Z-kant
van
(c. 602/97
Plan
Tsardon,
2300-2500m
HD
LS).
26.
24-7.
Z-helling (599,7/96,2
27.
30-7.
Col
MB).
in
Pinus-Larix- bos
Montagne
HS
met
heide
Arolla, O-geëxponeerde steile
O-helling,
alpenweiden PK
PB
1540m
Picea-Larix- bos
PB
LS).
(603,2/97,3
27-7.
N-helling:
Picea-Larix-bos
terrein
open
Gouille, ZO-helling,
Arolla,
HD
naar
weg
Haudères,
1850m PB
PB
boven
blokken-
MB).
La
2100m
Acer
schisteuze
Pramousse,
23-7.
(606,1/105,3
beschaduwde
en
1500m
1540m
(606,3/103
Taugé,
de
schist-stenen
Haudères,
Les
Ferpècle,
(605,9/103,2
kalk-rotsen
en
gletsjerdal,
stuwmeer
met
weide.
LS).
1950m
Ferpècle,
helling
25.
de
rotswanden
Ferpècle, ZW-helling
Les
PB).
kalkrotswanden
vertikale
Larix-bos
LS);
LS).
(608,5/101,3
2-8.
HS
in
PB).
1350m
1410m
kalkschist-rotsen
en
2870m
plaats bij
20.
(605,3/105,5
Borgne
(609,4/99,4
31-7.
24.
La
graniet-rotsblokken
19.
kalkschist-rotsblok-
HS).
schist-rotsen
HD PK HS
Ferpècle,
18-7.
langs
Sorbus
Haudères,
Les
c.1650m
PB
Borgne (604,6/105,8
beschaduwde
en
PB
(609,4/105,4
vertikale
Larix-Picea-bos, 17.
1800m
1840m
Haudères,
beschaduwde en
met
omgeving Arolla
du Tsaté
Les
hekpalen
Picea-Larix- bos
(606,3/105,3
Val d’Hérens, 15.
W-helling,
Sage, PB
m
kalkschist-rotsblok
van
NO-helling
MB).
1350m
12.
1720
op
de
2700m
G.Harmsen).
Riedmatten, Z-geëxponeerde
zure
schisteuze
rots
(599,5/96,2
2920m
32
28.
8-8.
Arolla, O-helling
Pinus-bos 29.
(1993]
Buxbaumiella 32
met
Arolla, W-helling
4-8.
MB);
op kiezelstenen
met
in
Larix-Pinus-bos
open
(c.601,2/97,4
c.2200m
MB),
open
(601/96,7 2070m MB).
met Vaccinium
tot
steile
beek
overhangende
langs pad
naar
Bertol
rots
zure
(604,7/93,8
(604,4/94,5 2380m
2280m
MB).
Val d’Hérémence 30.
20-7.
La
Thyon,
Combière, bij
langs pad
kanten
langs pad
kanten
(594,3/113,8
meertje(593,8/112,5 211 Om 31.
22-7. zure
2110m
Lac
des
33.
open
heide
en
vertikale vertikale
met
rotsen
met
O-helling
beschaduwde beschaduwde
en
O-helling
graniet-rotsblokken bij
langs
(593,8/112,8
pad
langs
beek
langs
(596,9/105,3
kalkhoudende
de
PB);
schist-rotsen
vochtige, beschaduwde,
en
weg
1700m
Lac
des
boven
Dix, O-helling
stuwmeer
met
(596,8/103,2
PB).
La
Barma,
kalkschist
Val
PB);
Dix, Mayentset, O-helling
rotsblokken
2420m 30-7.
PB);
2100m
heide
open
PB);
2090m
PB).
geëxponeerde enigszins
32.
kabelbaan,
(594,3/114,3
O-helling
(c.595,6/101,1
(595,3/101,2
2500m
2560m
LS);
La
Barma, alpenweide
met
MB).
d’Anniviers 24-7.
Lac
de
geëxponeerde (610,9/106,2
Moiry,
Fêta
graniet-
2360m
en
HD
PB
subalpiene dwergstruiken
(609,8/111
2100m
d'Aoüt-de
en
Chëteaupré,
kalkschist-rotsblokken PK
HS
LS);
beschaduwde
PB HD PK HS
Lac
de
in
alpenweide,
W-helling
gletsjerafzettingen
Moiry,
Moretta,
kalkschist-rotsen
en
in
O-helling
met
dal met
gneiss-rotsblokken
LS).
Rhône-dal 34.
31-7.
Sion,
heuveltop
Tourbillon,
met broos
steile
Z-geëxponeerde
gneiss (c.594,4/120,4
600m
rotswand
MB).
Substraatafkortingen: Ac
Acp Al
=
Acer
=
Acer
pseudoplatanus
Alnus
c
=
e
=
basische
rotsen
epilitisch hout
w
=
La
=
Larix
m
=
mos
Pic
=
Picea
p
=
boomstomp
Pin
=
Pinus
s
=
zure
Po
=
Populus
t
=
terrestrisch
Rh
=
Sa
=
Salix
So
=
Sorbus
=
Rhododendron
rotsen
met
schist
en
droge
Buxbaumiella 32
De
(1993
33
soortenlijst
Acarospora
badiofusca
*23
Bacidia
beckhausii
Acarospora
bullata
29s
Bacidia
circumspecta
Acarospora
cervina
2c 31c
Bacidia
globulosa
*30s
Bacidia
herbarum
8t,m
33s
Bacidia
naegelii
13So
8c
Bacidia
populorum
13So
*8
Baeomyces placophyllus
33t
9s
Baeomyces
roseus
25t
34e
Baeomyces
rufus
33s
Bellemerea
alpina
Acarospora chlorophana Acarospora
fuscata
14s
23s
Acarospora glaucocarpa Acarospora
cf.
heppii
Acarospora impressula
Acarospora laqueata Acarospora
cf.
umbilicata
Acarospora
veronensis
Alectoria
2t,m
Bellemerea
cinereorufescens
Bellemerea
sangulnea
32
Bellemerea
subcandida
26t
Biatora
epizanthoidlza
12AI
Biatora
vernalis
Alectoria ochroleuca ciliaris
Anema
decipiens
21s
Biatorella
Anema
nummularium
34e
Biatoropsis
Arthonia
exilis
Arthonia
intexta
op
28
Lecidella
4
carpathica
Arthonia
punctiformis
Arthonia
radiata
Arthonia
vinosa
21 Ac 3
13So 17So 16p 28
Arthopyrenia lapponina Arthopyrenia punctiformis Arthrorhaphis teste
op
Aspicilia
caesiocinerea
Aspicilia
calcarea
Aspicilia
candida
Aspicilia
cinerea
Aspicilia
contorta
teste
P.Diederich
atrofusca
Brodoa
intestiniformis
14s23s
castanea
s.l.
Bryoria
17t 23t
16 30Pin 29
fuscescens
16s
23s
Bryoria implexa
14s
31 s
Bryoria
10c
Bryoria vrangiana
15s
Buellia
chlorophaea
23s
Buellia
epigaea
14s
33c
Buellia
geophila
4c
Buellia
griseovirens
mastrucata
29s
Buellia
insignis
Aspicilia
rolleana
31s
Buellia cf.
radiosa
14c 21e 33c
Aspicilia supertegens viridescens
Bacidia
arnoldiana
Bacidia
bagliettoana
Buellia
1m
2m
14La
17Pic
11 La
28La 2La *18La 16s 33 33t
2p 24p 14t 23t
3lt
*24
poeltii
punctata
3 8w 23La
Buellia schaereri
33 4s
leptocline
25c 13So
30Pin
papillata
Buellia cf. Buellia
5Pic
23t
nadvornikiana
3s
6s
33t
bicolor
Bryoria chalybeiformis
4s
14s
*14t,m
Bryorla caplllaris
Aspicilia
Aspicilia melanaspis
2s
*31t
Bryonora pruinosa
33m
Aspicilia grisea
Aspicilia
8t 24La
usnearum
Usnea,
Bryoria
32c
30Pic
W.Obermayer
Aspicilia alphoplaca
Aspicilia
4s
1c
hemlsphaerica
Brodoa
Bryonora
17s33s
32t 33t
16Ac
*24t
citrinella
30t 4s 33s
16s
nigricans
Anaptychia
24Sa
2p 16p
31t,m
2s 9s
Agonimia tristicula
16w 24w
2p
3La
14 23t
24La
2Pic
24
16Ac 17La
34
Buxbaumiella 32 (1993'
Buellia
subdisciformis
31s
Candelariella
aurelia
Buellia
uberior
29s
Candelariella
reflexa
Buellia
zahlbruckneri
24Sa
Candelariella
vitellina
23La
Candelariella
Calicium
adspersum
Calicium
subquercinum
Calicium
trabinellum
Calicium
viride
Caloplaca
23La
Carbonea
atronivea
16
Carbonea
vitellinaria
16p
alociza
Caloplaca
aractina
Caloplaca
arenaria
*18s
(incl. C.rubroaurantiaca) Caloplaca ssp.
cinereum lachneum
25t
Catapyrenium
waltheri
biatorina
cerina
var.
muscorum
Caloplaca
cinnamomea
Caloplaca
cirrochroa
Caloplaca Caloplaca
chalybeia
16s
Catillaria
contristans
Catillaria
lenticularis
Catillaria
nigroclavata
Catinaria
atropurpurea
25c 6
31s
Cetraria
hepatizon
Cetraria
islandica
Cetraria
nivalis
cf. conversa
24c
Cetraria
pinastri
crenularia
23s
Cetraria
tilesii
Caloplaca
exsecuta
Caloplaca
flavescens
Caloplaca
flavovirescens
Caloplaca
herbidella
31s
8c
16
Caloplaca
lactea
Caloplaca
leucoraea
Caloplaca
obliterans
Caloplaca
pyracea
Caloplaca
saxicola
Caloplaca
stillicidiorum
Caloplaca
subathallina
Caloplaca
variabilis
Caloplaca
velana
14s
3
10
11
concolor
22
16SO
furfuracea
Chaenothecopsis
det.
17
3
13p
cf. debilis
6La
2p 30p
L.Tibell
Chaenothecopsis Chrysopsora Chrysothrix
cf.
viridireagens
34c
candelaris
2Pic 24Pic
arbuscula mitis
18t 33 30t 18t 33t
Cladina rangiferina Cladina
11w
testacea
Cladina
21
2Pic 3
2p
Chaenothecopsis pusilla
Cladina
34e
17
teste L.Tibell
311
14c 25
3 2t 13So
Chaenotheca phaeocephala
33s
2m 33m
2c
Chaenotheca
xyloxena
Caloplaca tetraspora tiroliensis
Chaenotheca chrysocephala
Chaenotheca
Caloplaca tegularis
Caloplaca
2p 16p
18s 33s
8c 4e
11w
teste L.Tibell
trichialis
25
32
33t
Chaenotheca
11c
18t 24t 4t 31t
chlorella
16c
30s
14La24w30Pic
Chaenotheca
33 25
23s
17t
11c
9c
Caloplaca isidiigera
30t 14s
1s
1
irrubescens
16 17 23La 24La
brunneola
3
Caloplaca holocarpa
8c 3Po
Chaenotheca
16c
11c 33c
14c
4e
*32t 6e
23t 30t
ericetorum
33t
33t
*33
cucullata
Cetraria
14c
8c
25t
Cetraria chlorophylla Cetraria
31 Ai
Caloplaca decipiens
Candelaria
Catillaria
cerina
var.
Caloplaca
14S
3s 9s 4s
2p 1c
Catapyrenium
biatorina
31s,m
*15s
Catapyrenium
Caloplaca bryochrysion
Caloplaca
16So
6La
33s
33e
24Sa
1c 7c
Caloplaca amniospila
25e
xanthostigma
11w,Pic 2p 23p
1c
stellaris
Cladonia
boreaiis
Cladonia
cariosa
28t
*14m
17m
30t 33c 28t
Buxbaumiella 32
Cladonia
cenotea
Cladonia
cervicornis
(1993
35
2p
chlorophaea
Cladonia
coniocraea
Cladonia
deformis
Cladonia
digitata
Cladonia
Cladonia
furcata
Cladonia
gracilis
var.
17 24 17 33
17 15 32 8t
14
14m
30t 33
grayi
Cladonia
humilis
macroceras
Cladonia
macrophylla
Cladonia
macrophyllodes
Cladonia
merochlorophaea
merochlorophaea
var.
novochlorophaea
4
25
23s
Det.
14c
L.Tibell 14La
Cyphelium inquinans notarisii
3w
Cyphelium tigillare
*23La 24p
Cyphelium
ebeneus
Cystocoleus
30s 2
Dacampia engeliana op
Solorina
saccata
*33
hookeri
1
Dactylina madreporiformis saxatilis
23s
Dactylospora
4t
Dermatocarpon
intestiniforme
17 33
Dermatocarpon
cf. luridum
2 4
Dermatocarpon
miniatum
32 33
Pertusaria
Dimelaena
31 s
24c
25e
4s
gypsaceus
19 28 29
Diploschistes
muscorum
19 28 29
Diploschistes ochrophanes
33s
34c 2m
34m 17
Cladonia
phyllophora
Cladonia
pleurota
14t
Diplotommaambiguum
16s
Cladonia
pocillum
33t
Diplotomma epipolium
14c
Cladonia
pyxidata
29t
Endocarpon pallidum
Cladonia
rangiformis
Cladonia
subulata
Cladonia
symphycarpa
Cladonia
uncialis
Ciauzadea
monticola
Cliostomum
corrugatum
Coelocaulon
aculeatum
Coelocaulon
muricatum
4t 24t
33t
24s
4
23e
oreina
Diploschistes
14t 19t 24t
11c 29c
normoerica
Cybebe gracilenta
op
Cladonia
1c
undulatum
19
bourgeanica
var.
Collema
Dacampia 30t
gracilis
Cladonia
var.
24t 30t
ecmocyna
Cladonia fimbriata
17
Cornicularia
ssp. cervicornis Cladonia
6La
15t 2t 17t 29t
33t 4t
22e
33e
sp.
scruposus
Ephebe
1c 2c
op
33c
scabrosus
Baeomyces divaricata
mesomorpha
Evernia
prunastri
Ravopunctelia
2Pic
*30t
Fulgensia
bracteata
31s
Fulgensia
cf.
14La
Fulgensia
schistidii
Collema
callopismum
Collema
ceraniscum
Collema
crispum
Collema
cristatum
8e,m
Gyalecta jenensis
Collema
flaccidum
16 33
Hymenelia prevostii
Collema
fuscovirens
1c
Hypocenomyce
caradocensis
Collema polycarpon
31c
Hypocenomyce
scalaris
17
*3 25t
fulgens
auriforme
16
14La
8w
flaventior
Collema
Glypholecia
24t
rufus
Evernia
16
34e
lanata
Epilichen
Evernia
*32
17e 23s
Endocarpon pusillum
2p
14t 23t 33t
4s
Endocarpon pulvinatum
17t 33t
17t 32t
cf. Coelocaulon
Diploschistes
33t
7
34 10
*25e
scabra
25t
Gyalecta geoica
17e
25
*14La 14
18p
36
Buxbaumiella 32
Hypogymnia
austerodes
Hypogymnia
bitteri
3
Hypogymnia
farinacea
Hypogymnia physodes Hypogymnia
tubulosa
Hypogymnia
vittata
Icmadophila lllosporium Imshaugia Karschia
Lecanora
muralis
17
Lecanora
piniperda
14La
Lecanora
polytropa
Lecanora
pulicaris
23s
14
17m
ericetorum
17
23La
17
aleurites
cyrtella
Lecania
polycycla
Lecania
suavis
Lecanora
allophana
Lecanora
argentata
Lecanora
argopholis
Lecanora
bicincta
Lecanora
cadubriae
13So
Lecanora
campestris
Lecanora
carpinea
Lecanora
cenisia
var.
cenisia
var.
melacarpa
Lecanora
3
chlarotera
chloropolia circumborealis
crenulata
Lecanora
dispersa
marginata
ssp. elata
mughicola
9La
28 28
12AI
symmicta
7s
varia
Lecidea
antiloga atrobrunnea
Lecidea
atroviridis
25
Lecidea
auriculata
2w 30Pin
Lecidea
confluens
2w
17 23La
3w
28
*6La 1s 25s
32s 23s
18s
24s
14
31s
33s
17 23s
30s
Lecidea
helvola
Lecidea
lactea
14s 4s
Lecidea
lapicida
14s
Lecidea
leprosolimbata
3 21 Ac
Lecidea
lithophila
25s
16So
3
23s
garovaglii
Lecanora
8w
33s
33Rh
12AI16w21Ac
Lecanora
intumescens
24Rh
haerjedalica
fuscescens
intricata
31s
Lecidea
Lecanora
Lecanora
24s
22s
expaltens
hypoptoides
14s 23s 23s
Lecanora valesiaca Lecanora
28
33s
Lecanora
Lecanora
16 24Pin
diducens
dispersoareolata
hagenii
17
33c
Lecidea
epibryon
cf.
3
29s
6La
Lecanora
Lecanora
25s
3La
Lecanora
Lecanora
Lecanora
Lecidea
19Rh Lecanora
14s
Lecanora subintricata
22s
16La
12AI
Lecanora
16Ac
31s 4s
30s
Lecanora
subplanata
saligna
*6e
23La
rupicola
ssp.
Lecanora
24Sa
12AI
ssp.
17 4
34e
5Pic
rupicola
salicicola
*33e
*31s
Lecanora
Lecanora
*31s
wimmeriana
26c
*24Sa
14La
talcophila
Lecania
1s 3c
16
carneum
Koerberiella
Lecanora
24Sa
(1993]
33
29 17 19s
29s
31s 14s 32
Lecidea
luteoatra
29s
14w
Lecidea
paratropoides
29s
5Pic
Lecidea
promiscua
16c
var.
cervinicola
16c 25
var.
promiscens
Lecidea
pullata
Lecidea
rufofusca
16Acp
Lecidea
swartzioidea
30Pin
Lecidea tessellata
25c
1c
25t
1
34s 7s 2AI
29s
24Sa
1c
23La 23s
Lecidea
turgidula
Lecidea
ultima
1 19 32 16w23La24w 4e 23 1e
*24La 1c
Lecidella
carpathica
3
Lecidella
elaeochroma
14
1e
16Acp
Lecidella
euphorea
31 s
Lecidella
inamoena
3w
Lecidella
stigmatea
27s
17
23s
30s
33s
30Pin 16Ac 24Sa 1c
11c
16c 25
10c 22c 31c
31s
Buxbaumiella 32 (1993
Lecidella
subincongrua
Lecidella
wulfenii
Lecidoma
37
1t
30s
Microcalicium
31t,m
33t
Miriquidica garovaglii
4t
25t
Miriquidica instrata
demissum
Lempholemma myriococcum Lepraria
6e
9
3Pic
incana
Lepraria neglecta
Leproloma
14t
s.l.
2s 24m 33m 33
membranaceum
33c
Leproplaca chrysodeta
17e
11
Leproplaca xantholyta Leptogium gelatinosum
Mycobilimbia
3 30s
Leptogium
tenuissimum
8c 24t 18La
28Pin
maureri
4
scrobiculata
disjuncta exasperata
Melanelia
exasperatula
Melanelia
glabratula
16 13AI
Mycopyrenula coryli
28
Mycoporum hippocastani Neofuscelia
delisei
Neofuscelia
1s
23s
loxodes
33s
bellum
2p
17
4
26t 30t
Nephroma laevigatum
17
*19t 30t 1t 32t
verrucosa
Melanelia
33t
14 25
Nephroma expallidum
Lopadium pezizoideum
Melanelia
16t 24t
33p
9s
scopularia
Lobaria
8t
Mycocalicium parietinum
Nephroma
Usnea
linita
fusca
Mycobilimbia hypnorum
16c
schraderi
Lobaria
25
pygmaea
Caloplaca
3La
saturninum
33t
*23s
24s
Nephroma parile
17 23c
30c 17
Nephroma resupinatum Nigropuncta rugulosa det.
33s
P.Diederich
3
Ochrolechia
alboflavescens
5Pic 24Sa
Ochrolechia
androgyna
Ochrolechia
inaequatula
12AI
Ochrolechia
microstictoides
33s
Ochrolechia
subviridis
glabratula
ssp.
op
sabuletorum
Leptogium
Megaspora
Muellerella
Mycoblastus sanguinarius
Leptogium
Lichenothelia
4s
29s
Miriquidica nigroleprosa
Mycobilimbia
2t 8t
op
14s
intrudens
Miriquidica
33t
lichenoides
Lichenostigma
29s
lobulata
minutissimum
14La
27s
Mycobilimbia
Leptogium
vulpina
23s
2s,m 31c,m
Leptogium
Letharia
16
subpedicellatum
3
14 30Pic
23t,m 1
32
23La 23c t m
Melanelia
panniformis
Melanelia
sorediosa
14s
Ochrolechia turneri
Melanelia
stygia
14s
Opegrapha
gyrocarpa
17e
Melanelia
subargentifera
16Ac
Opegrapha
zonata
16s
Melanelia
substygia
12AJ
dissipabilis
Melanolecia
cf.
Melanolecia
jurana
Micarea
denigrata
Micarea
lignaria
var.
3Ac
1
lutulata
Micarea
melaena
Micarea
melanobola
Micarea
misella
Micarea
prasina
Ophioparma
21
Pannaria
leucophaea
1c
Pannaria
pezizoides
6w
Pannaria
praetermissa
Parmelia
omphalodes
19
lignaria
Micarea
4s
*4s 16p
*6 14La
16p
18p 17
ventosum
Parmelia saxatilis Parmelia sulcata Parmelina Parmeliella
14La
quercina triptophylla
Parmeliopsis ambigua Parmeliopsis hyperopta
2s 2t
17 30s
31t 2t
2s
30s
31
s
33s 33s
17 30t 3 3 33s
18p 17 24w
38
Buxbaumiella 32
Peccania
coralloides
7
Peltigera aphtosa Peltigera
canina
Peltigera
collina
2t
17
11t
34
19 30t 16t 21t 17
Peltigera degenii
17t
Peltigera didactyla
18t 20t
Peltigera
elisabethae
Peltigera
horizontalis
11t
16t 32t 1117
Peltigera lepidophora Peltigera leucophlebia
Peltigera
malacea
Peltigera
membranacea
Peltigera
neckeri
*32t
1t 4
17
17
19
8t 16t
17
4
10
amara
coccodes
Pertusaria
corallina
Pertusaria
flavicans
Pertusaria
lactea
Pertusaria
pseudocorallina
3Pic
tatrense
O.Breuss
Placynthiella oligotropha
47
23s
Placynthium garovaglii
7
8c 33t
Placynthium pluriseptatum
17
Pleurosticta
17
Polyblastia
4e 7e 6c
21c 17
glauca acetabulum
24Sa
albida
24c 1e 9e
Polyblastia cupularis
33c
11e 21e 23s
Polyblastia
Polyblastia gelatinosa
17e 23s
Polyblastia pallescens
1
Polyblastia
sendtneri
17e
Polyblastia
verrucosa
23s
Polyblastia
sp.
Polychidium
32e
11e 33c
dermatodes
Polyblastia melaspora
8Pic
11c
9c
Placynthium nigrum
10
16s
32t 20e 22e
29e 32 18s 33m
muscicola
33m 33s
Polysporina simplex compressulum
17AI
Porpidia
cinereoatra
33s
3
Porpidia
crustulata
28e
macrocarpa
ciliata
Phaeophyscia constipata endococcina
23s
24s
Phaeophyscia endophoenicea
Phaeophyscia
orbicularis
Phaeophyscia
sciastra
caesia
Physcia
dubia
Physcia
stellaris
Porpidia speirea
siebenhaariana
Protoblastenia
terricola
1t 33t
Protoparmelia
badia
16
Protothelenella
3
14La 24s
4
18s 24s 2AI
8c
rupestris
22e 24s
11c 33c
21 25
14s 24s
32
25s
33t 33s 31t
croceae
H.Mayrhofer
Pseudephebe
27
minuscula
2s
Pseudephebe pubescens
33s 12AI
18s
9e 1s
Protoblastenia
det.
16s
4e
3
concentricum
Physcia aipolia Physcia
21
11s
33s
Phaeospora parasitica Rhizocarpon
Porpidia
Porpidia nigrocruenta
Protoblastenia
16s
nimbosa
m
28
18s
Phaeophyscia nigricans
24t
Placynthium asperellum
Platismatia
Bryoria
Phaeocalicium
op
33s
teste
14La
huuskonenii
Phaeorrhiza
Placopyrenium
11
3La
Pertusaria
Phaeophyscia
16e
30t
albescens
34
Physconia perisidiosa
tantaleum
venosa
Phaeophyscia
2c 33c
Physconia muscigena
Placynthium
8t 11
Pertusaria
op
3
*3w
Physconia grisea
17t 23t
24t 30t
Phacopsis
24Sa
distorta
cf. subradiatum
rufescens
Pertusaria
Physconia
Placynthium
Peltigera praetextata
Peltigera
tenella
Physcia
9t11t16t
Peltigera polydactyla
Peltigera
19 30t
(1993
23s Pseudevernia
furfuracea
33s
14
30s 1114
19
33s 17
Buxbaumiella 32 (1993'
Psora
decipiens
Psora
lurida
Psoroma Psorinia
39
33t 21
hypnorum
24t
Rhizoplaca melanophtalma
29t 30t
Rimularia
conglomerata
Psorotichia
27
Pycnothelia papillaria
Racodium Ramalina
obtusata
pollinaria
Ramalina
polymorpha
12s
14La
17
insularis
Rinodina
bischoffii
14c
14c
29
Rinodina
calcarea
Rinodina
cinnamomea
17
Rinodina
confragosa
17Pic
Rinodina
conradi
33t
Rinodina
exigua
2AI8p24S31Rh
3
23s
Rinodina
milvina
det.
4
Rinodina
mniaraea
14s
Rinodina
obnascens
Rhizocarpon
concentricum
16s
op
14s
geographicum
olivaceobrunnea roscida
1s 2s 4s 22s
24s
Sagiolechia protuberans
Rosellinula
hochstetteri
19s
Rhizocarpon
lavatum
Rhizocarpon
macrosporum
4
Sarcogyne pusilla
22s
27s
Sarcogyne regularis
29
33c
Sarea
18s 1c
25 3
tenebrosa
14s
33c
16Pic
19s
*31s
Schismatomma
pericleum
3
33s
Scoliciosporum
chlorococcum
5Pic
30s
Scoliciosporum
umbrinum
18s 24Rh
19s
25c
27s 29s
11
var.
corticola
33s
var.
umbrinum
Rhizocarpon pulverulentum 4s
*31s
difformis
Schaereria
33t
33m
clavus
19s
obscuratum
Rhizocarpon riparium
33t
25 1m
frustulosae
4s
1s 4s 22s 24s
Rhizocarpon polycarpum
Sarcogyne
27
30t 32t
30
Rinodina
1
33s
Aspicilia
Rinodina
34
Rhizocarpon
Rhizocarpon
24c
33s
23s
Rhizocarpon geographicum
ssp.
14t
31 s
Rhizocarpon disporum
14s 25
H.Mayrhofer
badioatrum
frigidum
1
*23
33s
Rhizocarpon
16
28
30s
Rhizocarpon alpicola
ssp.
2p
33s
17
ssp. diabasicum
14s 5
25t
Ramalina thrausta
Rhizocarpon geminatum
33s
*23s
gibbosa
archaea
farinacea
Ramalina
23s
Rinodina
1
sp.
rupestre
Ramalina
Rimularia
14s 29s
7
sp.
Pyrenopsis
4s
Rhizoplaca chrysoleuca
31t 33t
22s
17
16So 28 18s
Rhizocarpon
sublucidum
4s 29s
Rhizocarpon
superficiale
27
29s
Rhizocarpon
umbilicatum
9e
16e
Solorina
crocea
30t
33e
Solorina
octospora
31t
17e 25e
de
Bij
resultaten
R.macrosporum: en
27 bevatten
R.riparium: en
22
loc.29
een
var.
onderzocht
bispora
welke
1
substanties
deze
25 33t
bevatten.
De
zijn:
collectie
van
loc.4
van
cf.bourgeaanzuur;
collecties
bevatten
R.sublucidum: van
werd
Rhizocarpon-collecties
belangrijkste
Solorina bispora
loc.4
bevat
zonder
en
22
gyrophoorzuur;
substanties
bevatten
zijn
collecties
collecties
barbaatzuur;
van
collecties
van
loc.1,
loc.4, van
4,
22 en
loc.1,
4,
22 29. 19
psoromiczuur. collecties
bevat
geen
van
loc.4
substanties.
en
29
bevatten
gyrophoorzuur;
een
andere
collectie
40
Buxbaumiella 32
Solorina
saccata
2t 9
Solorina spongiosa
Sporastatia
testudinea
Squamarina cartilaginea Squamarina
cf. arctica
Staurothele
areolata
Staurothele
4c
Staurothele
rufa
Staurothele
succedens
alpinum
Stereocaulon
tomentosum
Stereocaulon
rivulorum
Thamnolia Thelidium
9c 6e
10c 29s 1c 6
decipiens
Thelidium
papulare
Thelidium
pyrenophorum ocellatum
29s 27s
Umbilicaria polyphylla Umbilicaria
14e
vellea
18S 23s
hirta
32
Usnea
lapponica
*33t
Usnea
plicata
30La
Usnea
scabrata
17 2Pic 3 3 5Pic
4t
2Pic
3
33t
Verrucaria
glaucina
Verrucaria
glaucovirens
Verrucaria
hiascens
Verrucaria
lecideoides
33c
Verrucaria Verrucaria
nigrescens
34
Verrucaria
tristis
14La
candida
3 8m 25 34
24s
25
1 1 6 7
11 21 1
Weddelomyces epicallopisma Xanthoparmelia conspersa
Xanthoria
fallax
Xanthoria
sorediata
31c
Xylographa parallela
28s
Xylographa vitiligo
23t
24La
14c
Xanthoria elegans
Toninia
18La
20
Xanthoparmelia somloensis
34
12AI
17 24Pin
24c
10
2c
11 La
23p
10 21
aromatica
*3
11 La
margacea
14w
28t 30t
17
6La
rhodocarpa
dolosa
7
7
substerilis
Verrucaria
1c
1
Usnea
Varicellaria
33
6c
17
12AI 14
14La
anziana
*33
14La
*3
Verrucaria
29s
8w
33s
Usnea
29
caeruleonigricans
Trapeliopsis granulosa
laevis
Umbilicaria microphylla
17
7
3w
33s
19S 33s
filipendula
33
1c 4c 21c
33s
31 s
Usnea
*33t
Toninia
coarctata
19s 30s 23s
17
Toninia
Trapelia
27s
Umbilicaria hyperborea Umbilicaria
29s
decussata
11
Thrombium epigaeum
cinereovirens
Umbilicaria
diplotypus
Thyrea pulvinata
rosulata
19S 23s
cavernosa
Thyrea girardii
Toninia
4s
Usrtea
1
vermicularis
Toninia
18s 23s
Usnea
30t 18t 23t 24t
aeneovinosum
Thelidium
Thelomma
29
1s 2s
27s
deusta
Synalissa symphorea
atra
cylindrica
hirsuta
Tephromela aglaea
Tephromela
Umbilicaria
Umbilicaria
Strigula stigmatella
armeniaca
33t
Umbilicaria
moriformis
Tephromela
crustulosa
31s
glareosum
Strangospora
Umbilicaria
24c
29c
25 Stereocaulon
33s
18c 21c
Steinia geophana Stereocaulon
27
cinereorufescens
25c
Staurothele catalepta fissa
atrata
Umbilicaria
21
bacilligera
Staurothela
Tremolechia
30t
1
gypsacea
Staurothele
14
(1993
1
2La
*4 1s 4s
23s
23s
34s
23s
24c
14c
4
8s
12AI 3 6
6w
16
32
18p
21 Ac 8s 25
22
23p 28
Buxbaumiella 32 (1993
De
The
Eddy Weeda
field
autumn
cisci
and
were
The
observations
concerned
alternifolium.
A habitat
excellent
Netherlands
Twente.
east
grass
appeared
musci
outside
appeared
In
moist
their
heathland
a
suitable
a
once
for
species Scorpidium lycopodioides
Scorpidium lycopodioides
could
project by
Trematodon
before,
over
and
fran-
removal
ambiguus,
130
years
of the this
a
in
Archidium
a
heathland
been
location
found
where
used
Drepanocladus sendtneri
remarkable
and
had
for and
gracilifolius
Other
top layer
moss
At
ago.
substrate
Fissidens
area;
sandstone.
Racomitrium aciculare, Bartramia pomiformis
conditions
several
arnoldii, F.gracilifolius
usual
on
be
to
Fissidens
growing
were
reconstruction
only
Bos
as
fluviatile
Rhynchostegiella curviseta
Noordoost-Twente
Cephaloziella elachista, Cladopodiella
such
Calypogeia arguta. Decaying
Rhynchostegiella curviseta
The
north
observed,
Leptodontium flexifolium.
offered
& Fred
visited
meeting
decreasing hepatics
in
1992
najaarsexcursie
Rudi Zielman
and
41
to
the
in
rare
only
occur,
be recovered.
Inleiding De
najaarsexcursie
groep het
noordoosten
kamp,
opkomst diverse nen
telijk
met
veel
van
Er is
een
is
grove
met
een
Mosbeek bezocht
en
geen
Papillon,
het
mochten
gedaan een
droogteperiode kamp
een
en
werkvoor voor
grote
groep gasten
een
we
op
kleine
dat de
De omstandigheden
lange
tijdens
keer
uit
verwelkomen. Dege-
het
goed
geoutilleerde
drie kilometer noordoos-
enkeling pendelde per fiets of
auto.
terreinen
indeling
in
Boerskotten.
het
aspect
worden
zijn
Een
er
beetje
van
Agelerbroek,
Daarna
in de soorten-
terreintypen gemaakt die ook
Allereerst
overwegend
is.
dagen
hebben dat
een
aangegeven. en
goed;
Noord-Duitsland
Denekamp;
Hakenberg
waren
recreatiepark
De bezochte
Twente bezocht.
deskundige deelnemers. Ook
in
overnachtten,
van
alweer de derde
was
verregende
geen
plaatsen
die
terrein
lijst
van
geslaagde excursie
een
het
1992
van
apart
Zwarte
hoewel
de
bosgebieden
Els:
daarbij
terreinen
met
als
gehouden het
ook een
Singraven, zijn
beekbos een
bossen van
de
schraallandje
oven/vegend
hei-
42
Buxbaumiella 32
behandeld
karakter
de-achtig
plagplekken,
tot
en
slot
de
door
waarbij sommige terreinen
(1993
schraalgraslanden
houtopstanden
met
omsloten
zijn.
De
’bosgebieden’
Allereerst
Singraven,
zaterdag
heen
Stoltenkamp. enkele
vond
Bijlsma
waar
Wiel
onder
er
gezamenlijke
een
in
Vedermosje
lagen.
Het kreeg
de
grote
thuis
rivieren. Een
van
de
kale
wist
en
De
andere
weiderandjes, wijzen.
te
aan
de
van
uitspanning
Rudi
Na
de
bij
schraapten
arnoldii
Fissidens
beperkt
zeer
aantal
meegenomen
riparioides
Rhynchostegium
striatum.
enkele
Rienk-Jan
naam
slaapmos
introducé
een
een
de Bentheimer zandstenen die daar
van
een
op
Hans
Denekamp
met
om
cylindricum
Dinkel in.
al snel
nog toe alleen bekend
in
uit
bezoeken. Met Rienk-Jan
Eurhynchium meer
op het terras
kapsels
met
vergunning
meer
Ditrichum
de
men
lid
ons
loofhout te
onder
koffie
kop
watermolen dook
klein
keken
Heesch
van
oud
zwaar
excursiedeelnemers
door
speciale
een
met
hij
gegidst
werd
had
Hij
percelen
uitgestrekt landgoed. De excursie die hier
een
toog,
te
zijn.
van
de
Op
toebedeeld;
tot
groeiplaatsen
langs
dezelfde plek
bleek
van
muren
stuw
en
watermolen
werden verder Didymodon vinealis en Conocephalum
conicum aangetroffen. Het
Boerskotten
boscomplex
grond (Pohlia dit
oude
seligeri lijk
kapsels
een
van
Jurgen
Dat
behoeft
Fissidens
de
pusillus
Doorslaggevend
in zo'n
niet
van
een
veel
verbazing
en
de
maar
werd
rust
in
Herzogiella
meer
gebruike-
te
wekken,
maar
wat
te
Jurgen Nieuwkoop vond dit mosje
droog
derhalve
Frankrijk, de
meer
aangetast
op open lemige
staphylinum), hout
groot
een
is
snelweg-insnijding
soorten
liggend
om
recent
Duitsland. De op
beekje.
Gezien dit substraat niet
('Kalksteen-vedermos')
collectie uit
was
dat
vochtig lemig bos Fissidens taxifolius
gracilifolius?
gracilifolius
heeft
Fissidens
Op
hier
gaat
leem,
Anisothecium
verstoord.
zandsteenblok in
Fissidens
naar
vondsten
Het
gevonden; tegenwoordig
situaties.
gevonden,
denken op
met
de snelweg
wel
is
preglaciale
aardige
lescuriana,
bos
in zulke
werd
van
enige
bezocht.
zondag
gestuwde
op
door de aanleg leverde wel
werd
maar
vergeleken F.pusillus
is
met
materiaal
dan toch
lengte/breedte-verhouding
der
was
waarschijnlijk. van
wat forser.
perichaetium-
Buxbaumiella 32 (1993
F.gracilifolius.
bij
ook
vond Jurgen
kelijk het
nog
zandstenen
Op
de
in
het
even
opmer-
dit mos,
van
als
lang
zo
Boerskotten
het
wat al
curviseta,
rondom
en
dat in
sporadisch
IJsselmeer
bos
bij
poeltje
Racomitrium
werd Riccia
excursie
een
niet
zijn
vondsten
de
een
basis
aciculare
canaliculata
Plagiothecium latebricola
hiervan genoeg is geen
Opmerkelijke
vormden
Ze
op
de excursie werd verder nog Blasia
Tijdens
een
vanouds
vormen
landschap.
vondst:
spectaculaire
werden op
Jammer
Bentheim
graafschap
september bezocht
19
terrein.
Rijn
vanaf 7x
de determinatie
het Twentse
van
aangetroffen, het
nomen.
de
in het bos!
stenen tafel
in
en
uit
volgende
een
pusilla
Op
en
zandsteen
Rhynchostegiella
van
element
indigeen
een
dezelfde
wordt.
gevonden
voor
lang als breed,
zo
Henk Siebel bevestigde
was.
stroomgebied
De
tot 6x
bij F.pusillus
blaadjes: breed
43
gevonden
kapsels
waarge-
plukje verzameld. de Grevenmaat,
gedaan
en
is
er
een
loofbos-
weinig
verza-
meld.
Het
terrein
Natuurmonumenten de Hakenberg
van
die eerst in
middag bezocht door de excursie Een
neusd had.
Op
zocht.
klein
klein
een
werd
gesignaleerd.
Joop
arm
aan
Kortselius
om
Oldenzaal
bekijken. een
fraaie soort,
Intussen een
plek
Melick met
was
met
die
een
de
bol
In
het
de
meer
steile klein
van
kant
werd
rondge-
'berg' werd onderIn
het
Het
bij
Bosereprijs de
door bos
voor
de
donkere bos
meer
was
ingang
aan
met
deze wal
en
de weg
aan,
te
altijd
kapsels. het bos
was.
Het
uitgekomen op was
op
werden verder
heteromallum
verder
(locatie 8)
Plagiothecium undulatum
de excursie
meeste
Henk Greven
Larixperceel
een
die wat lemig
Op
kapseltje! Ditrichum
10) bekeken,
Agelerbroek
werd
reden
naar
gaan daar
zondag-
plukje Bartramia pomiformis
laatste ook met
Agelerbroek
land (loc.
om
Sphagnum fimbriatum
een
phyllum albicans, gevonden,
onder
hoofdgroep
een
daar
mooi
en
te
terug
Denekamp
de beek
soorten,
op
de
bekeken.
gymnandrus
even
er
in
werd
onder
waarlangs
steen
opmerkelijke
naar
Ze troffen
een
van
Dicranum tauricum.
gevolgd,
Op
Fissidens
deelnemers
van
beekje
de voet
aan
boom groeide
een
werd
betrekkelijk
perceel
het
en
Huub
vond,
van
zelfs
nog Diplo-
Pogonatum
aloides
kapsels.
de
ingang
waarin naast
een
klein
perceel
schraalgras-
Sphagnum denticulatum, S.palus-
44
Buxbaumiella 32 (1993
tre
S.recurvum
en
cladus
aduncus in
bossen
waarom
Elzenbos bleek
het
En
met
Brachythecium
te
en
wordt, een
zo
mag
een
de
snel
zijn
te
Op
zijn.
Het met
epifyten
naar
te
kapseldragende
gevonden
door onder
uncinatus werd op de bomen
Drepanocladus
'Klein Zwitserland' genoemd
een
misschien 'Kleine Biesbosch' heten: wat
Agelerbroek
Orthotrichaceae! Gevonden werden Orthotrichum affine, O.anomaUlota
O.diaphanum, O.lyellii, O.pulchellum, lum, meeste
de
natte
afgewisseld
werden
pallescens
enkel terrein wel
bekend
enthousiast
om
Drepano-
en
echter de
men
wordt
en
boomvoeten
Hypnum
cordifolium
trok
Voltherbroek
en
Volop aanleiding
reflexum
Zoals
Al
ontwikkeld
resultaat!
andere Henk Siebel. Ook
gevonden.
Calliergon
groeien.
Agelerbroek
fraai
zeer
stukken Wilgenbroek. zoeken.
brevifolium,
var.
bleken
soorten
Radula complanata
Ook
kapsels.
furcata
Metzgeria
tegen:
met
werd
met
gezien
en
bruchii
levermossen
op
de
U.crispa,
en
viel
terugweg
het
niet
werd
nog
gevonden! 1
Het bezoek
Hezingen,
aan
Hoewel Dicranum
mos,
tauricum werd
werden
cupressiforme Elzenbos
Wel
laag.
Platygyrium
Mosbeek
De
heideterreinen
Manderheide is vanouds in
beri
was
is
er
de
kapsels
score
in
aanwezigheid
een
terrein dat 'trekt'.
het Jeneverbesstruweel tussen
soortenlijst veld:
bleef de
verwachting
en
begonnen. op Hypnum donkere
dit
Kwastjes-
van
repens.
De
gekeken
gevonden
gesignaleerd,
opmerkelijk
vol
was
typisch
voor
Hypnum jutlandicum, met "een paar mooie
een
niet al
te
Campylopus-
Er werd
de Cirkels nat,
wat
soorten
van
met
name
Jannink. De
verouderend heide-
en
Pleurozium schre-
plekken Dicranum polysetum”.
Levermossen
werden helemaal niet aangetroffen. Deze excursie
redelijk als
deed ook
succes
een
hoogtepunten
Hoewel het
ligt
excursieverslag
echter
Mander
dorp een
een
op de
maakt gewag
eindje oostelijk
aan
en
tamelijk complete
Tortula calcicolens
'Het excursieverslag deze
het
muurtje:
en
bekeek
T.intermedia.
streeplijst gewag maakt
van
van
daar met
muurflora bevatte
"bron
van
"één
Mosbeek";
het bezochte
terreingedeelte.
R.Z.
Buxbaumiella 32
45
(1993
groot Deschampsia-ve ld Juniperus- struik” terreinen
rond
hoogtepunt
dag.
Drepanocladus
opmerkelijk
rijk
loziella elachista
francisci
Cladopodiella excursie
het
op
sieerden
materiaal
mee
tegen!
heideveldjes, Cephalozia
een
Dophei-delen
Thuidium
weitje de
met
zoom
een
De
excursie
planten. maken
cotyle
terrein
tum
De
zijn.
toch
ook
Cepha-
van
heide
zelfs
stuitte
de
Enkelen discus-
Kronkelsteeltjes
gevonden
Henk Greven
werd
was
Kortselius
Joop
en
concluderen dat
het
een
complex
het bos
Langs
aan
een
overwegend
mossen,
de
van
drinkpoel
een
Bijlsma op
een
en
licht
in
de nattere
en
Lophozia
'aandachtssoor-
in
een
verruigend nitidum. In
bekeek iedereen Pseudephemerum
Rienk-Jan
nattere
en
denticulatum
aangetroffen
Sphagna in
drogere
Sphagnum
met
niet erg rijk
diverse
Rooderveld tussen
omgeven door
rand,
was
het van
wilg Leskea polycarpa,
dat in Twente verder alleen
bekend is
van
de Boekelerbeek. het Oortven die
lijsten
vulgaris
maar
aanmerkelijk met
was
Gerard
vooral
Dirkse
en
aardig
vanwege
Klaas
Dort
Juncus bulbosus, Eleocharis
van
dortmanna
begroeid en
en
de
flexifolium.
enige
(bad-)ven de
slaapmosje
naar
gewag
Lobelia
was
vond
opmerkelijk
Dinkel-armen
in
tamariscinum.
wilgenzoom
zelf
gras
zaterdagmiddag
Zielman vond
ventricosa. Rudi ten':
dat
Het is
droge hei
werden
hier
terrein
Jurgen Nieuwkoop in
In
beekje werd
betrof.
gegraven
bicuspidata
Dennenbos. De
kwam
dood
moesten thuis
maar
Denekamp.
en
versmaden.
de vondst
was
Leptodontium
Een andere excursie bezocht Oldenzaal
leuk
erg
Op
konden
Campylopus pyriformis
vermelde
verslag
niet te
Het
de
naar
bryologische
het
het
in
zijn
gevonden.
uitwerken
mogelijkheid
Campylopus brevipilus namen
het
Rietdakmos,
de
over
die
Sphagnum- soorten aangetroffen;
van
bij
de
wel
het daarvandaan stromende
en
exannulatus
en
ook
Duivelsnaaigaren
levermossen;
aan
toch
enkele
een
en
de excursie
voor
ging
Trouwens,
en
rond de bron
assortiment
heel
een
de
daar wat Calluna
en
Mander
en
clavatum
het Ericetum
ook
Vasse
van
Lycopodium
hier
met
het Vassergrafveld
was
ook
en
van
Littorella
uniflora! Het
Op
gevonden.
hogere
inzonden, en
Hydro-
Drosera intermedia,
mossengebied
natste deel
Sphagnum cuspidatum,
Fossombronia foveolata
multicaulis
elodes,
Hypericum
minder bedeeld.
van
de
van
de
was
het
venoever
verder werden S.denticula-
46
Buxbaumiella 32 (1993'
De
schraalgraslanden
Iets
oostelijk
heischrale
graslandjes
soorten
bonjeanii
zijn
De Duivelshof
er
vochtige
en
Dit terrein
de Hengelerheurne. 8
plagterreinen
en
boerderij
van
gevonden,
vermeldenswaard.
ligt
is topscorer
verder Er
een
bij
is
de
bij de
van
Beenbreekveldjes:
Sphagna:
veel
liefst
maar
bladmossen
opvallend
konden
terrein
langgerekt
heide met fraaie
Dicranum
levermossen
Calypogeia genoteerd worden. Heel opmerkelijk was de vondst van arguta had,
De
in de natte hei.
derhalve
Erg
aardig
dat Kurzia
was
perianthen
pauciflora
zekere determinatie.
plagterreinenexcursie
Op
blauwgrasland,
Stroothuizen Het eerste over
ling
en
en
een
van
van
vennen
de
die binnenkort als
Medede-
Wetenschappelijke
jaar
tevoren
temidden
herbergde
bundel artikelen
een
(km-blok 29.11.55) werd allereerst
Veld
bekeken die ongeveer vier
soorten,
Veld,
1993).
(Weeda
verschijnt
Brecklenkampsche
oever
heideterreinen
Brecklenkampsche
derde terrein worden beschreven in
de KNNV
gevallen
drietal
een
groepen
plagstroken:
en
Punthuizen.
blauwgraslanden,
het
poel
bezocht
zaterdag
met
In
een
van
was.
gegraven
Juncus-
De
een
droog-
Rhynchospora-
en
Agrostis canina, Hydrocotyle, Ranunculus flammula, Potentilla
onder meer Polytrierecta, Drosera intermedia en Cirsium arvense chum
juniperinum
stramineum.
Calliergon bracht dan
gelijk de jaar
130
Nederland
van
de
(atlasblok een
vondst
geleden
Een
de
bleek
voor
hier
vorige
Gelderse 32.38,
kaartblad te
in
Vallei
afgeplagd
de
eerste
werd de
op
eeuw
foveolata,
stukje
het weekend:
van
aangetroffen,
Langhalsmos vondst uit
Fossombronia
en
door
bij
en
tot
Henk
de
gedaan
op
buurtschap
de Bladmosflora
hoog ingetekend).
van
talrijk,
heide
even
alsmede
verderop
Trematodon ambiguus,
plagplekken
werd
beide
dusver
Siebel
bepaald
enige
niet
Essen,
schaars. aan
gem.
Rubers
de
in
Het
ontmaskerd.
heidegrond
Touw &
meer
maal
De
rand
Barneveld
abusievelijk
Buxbaumiella 32 (1993
De volgende
Opname 19
geeft
opname
met
47
een
1992. Henk Siebel &
september
Vochtige heide, omstreeks niet hellend
beeld
1990 1
grootte
Eddy
afgeplagd,
x
1
m
sp
3.4
sp
1.2
Aulacomnium palustre Atrichum tenellum
Calliergon Juncus
bulbosus
Agrostis canina
.2 .2
vg vg
r.1
vg
2a.2
fr
2a. 2
fr
fr
1.2
Nardus stricta
+
.2
fl
Carex oederi oederi
+
.2
vg
Erica tetralix
+
.2
Drosera intermedia
+.1
Lycopodium
+.1
een
dus
inundatum
van
van
lemig hoekje
was
hier
en
alle
van
vg fr
vg
Eddy
die
door
en
Nardo-Galion
Nanocyperion-soorten.
kanten
een
door
Amblystegiaceae
fl
Lycopodio-Rhynchosporetum
paarLittorellion-
Nadat Trematodon
1990
+
sp
Potentilla erecta
Een mengsel
een
.2
2a. 2
Juncus squarrosus
als geheel
vg
+
+
stramineum
maar
5%.
Dicranella cerviculata
Polytrichum
naar
hobbelig
4.4
commune
Veld
(EW92056)
.
Trematodon ambiguus
Fossombronia foveolata
met
Brecklenkampsche
Weeda
15%, kale plekken
Moslaag 85%, kruidlaag
vegetatie:
uit het
2
gedeelte;
de
van
Trematodon ambiguus
bekeken was,
werd
blauwgraslandachtig
Weeda Wim
materiaal
Rubers
doorgestoken
verzameld
waren
In
terreingedeelte. van
enige
geïdentificeerd
als
Campylium polygamum, Scorpidium lycopodioides
en Drepanocladus
exannulatus;
klein
een
Drepanocladus
plukje bleek
sendtneri!
Zowel
nocladus sendtneri bleek in het 1905 door D.Lako te
zondering, voor
min of
met
zijn
kapsels).
meer
te
behoren tot de uiterst zeldzame
Scorpidium lycopodioides Brecklenkampsche
verzameld (toen Alle
basenrijke
vier
Veld
zelfs, bij wijze
Amblystegiaceae
moerassen
(de categorie
als
ook van
zijn van
Drepa-
reeds in
grote uit-
kenmerkend trilvenen
en
48
Buxbaumiella 32
Een
duinvalleien). 1990 we
epifytisch
Campylium bleken
dien staan,
soorten
de
na
blauwgrasland
en
Riccardia
weer
was
mossen
cinerea
polygamum
er
ook al
derde Drepanocladus- soort,
op Salix
Scorpidium
multifida van
warme
basenrijk
in
vonden
pseudotriquetrum De conditie
moeras.
niet
zomer
werd
lycopodioides terug, bovenBryum
en
al
te
deze base-indicatoren
waar
D.uncinatus,
Tijdens de excursie
gevonden.
(1993
Het
best.
bijeen
lemige
staan,
te
deze
van
stukje
onderscheidt
zich andere terreindelen door het voorkomen van van Triglochin verder
palustris; panicea
staan
Salix cinerea
Op een
in het
Twentse
voor
onder
er
Valeriana dioica
meer
veel
en
Carex
C.oederi ssp. oederi.
en
struweel
begrippen
het
dat
welige
blauwgrasland
epifytengroei
is
omzoomt,
vinden.
te
Vermel-
denswaard bruchii, Orthotrichum affine, Brachythecium zijn Ulota salebrosum In
Climacium dendroides.
en
Stroothuizen
uitgeschraapte had.
De
zeldzame
Eysink
excursiedeelnemers onder
planten
over
een
eerste
gericht
kans
een
dit
ó
maakt.
kennismaking.
Cicendia
zijn
te en
filiformis
de
voor
Verder
Veronica
'feeling'
kwetsbare
zo
betekenden
een
op
genesteld
bijzondere
een
waar
Juncus tenageia
Apium inundatum,
meer
de aandacht
Cicendietum-vegetatie
blijkt
plantengemeenschapje
de Twentse specialiteit
en
een
daar te plaggen
precies
om
werd
29.32.24)
waarin zich
beheerder Fons
beschikken
te
(km-blok
slenk
mees-
aan
scutellata,
vaat-
Lythrum
portula, Hypericum Scirpus setaceus, Poa palustris, Stellaria palustris,
quadrangulum
gische die
H.elodes vermeldenswaard. De
en
vormde de hier
verrassing
vooral
op
het
zwak
met Riccia
samen
hellende talud
bifurca
troffen, is geen alledaagse Punthuizen ste
schampsia
sen
(km-blok
Nederlandse
articulatus van
zoveel
setacea
en
van
bieden
deelnemers
te
smolt
het
is
van
de
en
greppeltje nogal
voorkwam
veel
Scirpus
die in het Cicendietum werd aange-
onder de
en
maar
weg
toen
beroemd als
meer
uiterst
zeldzaam
als
een
van
de
De-
rijkste groeiplaat-
Op mossengebied
een
voornaam-
geworden
heel zeldzame Juncus alpino-
eveneens
binnenland.
hebben, snel
een
R.canaliculata
subsp. alpinoarticulatus in
van
bryolo-
carolinianus,
verschijning.
29.32.55)
groeiplaats
Parnassia
te
en
Ook Atrichum tenellum,
setaceus.
voornaamste
vrij talrijke Phaeoceros
zekere
een
leek
het
excursiemoeheid
ogenschijnlijk
bij
niet de
nietszeggend,
Buxbaumiella 32 (1993
vegetatief onder
Zijn
compaan
nog
ontdekt
vindbare
Zoals
mosjes
proberen
de
van
te
(Bremer
al.
et
met
De
ligt tamelijk
en
bosgebieden en
respectievelijk
de
zijn.
Zo
is
In
westeen
onze
in
de
de
Losser
van
loop
bekendheid
probleem
dan
van
Greven-
en
Hengelerheur-
en
Een
40
jaar nogal het
het
bij
bezocht
eens
met
tot
bezochte
ons
Boerskotten
meer
van
ruwweg
is
bijge-
verschijnsel
ruimer.
met alle
vergelijking
soorten die in
terrein
&
Overijssel
van
Van de door
oostflank.
en
vergelij-
totaallijst
een
loopt
westelijk
en
de
van
een
Agsteribbe
er
PPD
de
stuwwal
Hakenberg,
enkel
tegenwoordig
hkp-mosje aanmerkelijk
door
centraal.
dat de taxonomische inzichten
steld
dus
de heideterreinen Roodeveld
dat slechts
is,
excursie
eerdere verslagen:
Oldenzaal
De
op
derde
de
Oldenzaalse
Glanerbrug.
ne
dit
opgesteld
langs
vergelijken
is
twee
oostelijk
de
plagstroken.
op de
partij
Denekamp
maat op de stuwwal
moeilijk
samenvatting
stuwwal
1990).
terreinen liggen
ook
zowaar
Beide
1992).
Brand & Loode 1979. Verder is
en
Lutte
werd
serratum
var.
Schaminée
Noordoost-Twente. We kunnen
in
Oldenzaalse
&
vermeldde,
maken
1952
Groenhuijzen
de
van
en
al
inleiding
serratum
stond,
plagstrook
een
alternifolium te behoren!
niet eerder in Twente waargenomen. Fossom-
ook
vergelijking de
van
tot Archidium
Horsthuis
waren
was
de rand
aan
kwam
Ephemerum
werkgroep geweest king
talrijk
(vergelijk
foveolata
Korte
vrij
verdenking
zware
bronia
dat
mos
49
drie
eerder
vermelde
soortenlijst opvallend
bronnen
zijn
ontbreken: in de
er
enkele
brongebie-
Philonoden zijn niet (meer) gevonden Cirriphyllum, Chiloscyphus en Daarnaast ontbreken
tis.
excursie
slechts
eerder
vrij vaak gemeld
aantal
terreinen
genoemde
Een andere
in
1992
lijkt dit
soorten
constatering
waargenomen,
Isothecium
werd.
bezochten
bezochte terreinen, hier
nu
eenmaal Climacium
in
Aangezien
die
een
tegenwoordig
1992
een
reden
veel
om
1972 ontbrak
en
de
tijdens
aan
minder
te
meeste
met
nemen
talrijk
eerder dat
1992,
terreinen de
de
voorkomen.
Campylopus
C.brevipilus nog op
de
terwijl die
redelijk groot
overeenkomen
drie soorten, evenals in voor
is
gevonden,
is dat in 1952 geen enkele
1972 echter
die in
in
we
aard
goede
Campylopus introflexus
wordt, terwijl
in
ook
Ptilidium;
en
dendroides
werd
maar
dat
vermeld
lijst prijkte.
50
Buxbaumiella 32
Dit
verslag
als
zou
excursie in
een
gezien
de vele
in de serie
aflevering
het
waarnemingen
bijzondere
vondsten'
'Merkwaardige deel
pleistocene
van
in
land is
ons
(1993
niet misstaan Voor
Lindbergia.
de
epifytenrijkdom
(Fissidens, opmerkelijk, evenals het aandeel van de 'fluviatiele' soorten De
Leskea). menigeen Twente
heideplagterreinen lang
nog
oude
en
Eens
bijblijven.
te
zullen
loofboscomplexen
blijkt
meer
een
excursie
in
de moeite waard!
zeer
Dankzegging Heel
plezierig
de
was
de excursies.
tijdens
aanwezigheid
terreindelen loodsen
te
toelichtingen den
lijsten
van
waren
B
ons
het
en
Klaas
van
gehouden"
zijn erg belangrijk
soort
doen
van
niet zekere waarnemingen.
Arno
van
der
kritisch
riparioides Tot
Pluijm
te van
slot willen
sels
Ad
Bouman
waren
zo
Singraven
en
de
voor
ingezon-
soortenlijst
en
te ont-
enkele collec-
vriendelijk
spp.
Rhynchostegium
Eurhynchium hians).
Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer
bedanken
uitgebreide
hun
bij
"soort A is in het veld
de
om
(resp. Orthotrichum
de watermolen
we
Landschap
en
bekijken
als
de
Ook
Kortselius
Joop
Opmerkingen
nut.
van
en
Eysink
de meest interessan-
naar
beheer toelichten.
Dort
voor
ties
SBB-beheerder Fons
van
Hij kon de deelnemers
verstrekte
en
Overijs-
het
vergunningen.
Literatuur Agsteribbe,
E.
Buxbaumia
Brand,
M.
P..
1979.
Buxbaumiella
De
1952.
De
voorjaarsexcursie
stuwwal.
M.A.P. &
&
Basisrapport.
J.H.J.Schaminêe,
J.Brouwer, Provincie 1992.
Eendagsmos (Ephemerum serratum) Weeda, houd.
É.J.
najaarsexcursie
naar
Ootmarsum
1951
(red.)
1993.
naar
Twente
en
het
gebied rond
8:4-19.
M.A.Heinen, A.J.Dijkstra
Oldenzaalse Horsthuis,
S.Groenhuizen,
& W.Loode,
Bentheim.
Bremer,
&
6:15-22.
op
Oermos
het
Blauwgraslanden
1990. Flora
Overijssel,
in
KNNV-Wetenschappelijke Mededeling
fauna
van
de
(Archidium alternifolium)
ijsbaantje Twente:
209.
en
Zwolle.
van
Haarle.
schatkamers
(ter perse)
en
Stratiotes van
het
4:15-25 natuurbe-
Buxbaumietla 32 (1993
Deelnemers: Dirkse,
Han
Pluijm,
De per
nr
der
Aafke
Teensma,
Weeda
Huub
van
soortenlijst
is
de
van
Rienk-Jan
tabellarisch
Gerard
Rudi
datum
en
Dirkse,
de
Arno
van
van
snel
om
een
overzicht
496
sep
19
Mander
264
488
sep
19
Singraven
3
263
488
sep
19
Singraven, Dinkel,
4
262
480
sep
5
262
479
sep
20
Boerskotten
6
263
480
sep
20
Grevenmaat
7
263
484
sep
20
Hakenberg
8
262
485
sep
20
Hakenberg,
9
259
489
sep
20
Agelerbroek (wilgenbroek)
10
258
489
sep
20
Agelerbroek (bruggetje)
11
255.2
496.7
12
252.9
497.9
13
254.6
493.2
14
261
15
268
16
20
van
molen
Boerskotten
larixbos
19
Hezingen,
19
Manderheide,
sep
19
Vassergrafveld
486
sep
19
Rooderveld
488
sep
19
Oortven
265
479
sep
20
Hengelerheurne
17
265
478
sep
20
Hengelerheurne
18
269
485
sep
19
Punthuizen
19
264
495
sep
19
Brecklenkampsche
20
268
488
sep
19
Stroothuizen
bron
Mosbeek
cirkels
van
Veld
veldwaarneming
v
=
m
=
opgave
van
een
h
=
opgave
van
geherbariseerd
!
=
microscopische
waargenomen
ook Henk
Pluijm,
gebiedsnaam
252
fertiel
der
Dort,
zijn:
1
sep
der
Melick,
van
Arno
van
Valk,
der
Hans
Spier,
Leo
van
streeplijsten
Klaas
2
sep
Huub
Siebel,
Henny
Michael
Jurgen
opgavenlijsten Greven,
Henk
Joop
Siebel,
Rob
Zielman.
opgezet
De locaties
coördinaten
Rob
naast
soortenlijst zijn
Melick, Jurgen Nieuwkoop, en
Henk
Gerard
Bos,
Greven,
Pinxteren-Solleveld,
Schmidt,
Torenbeek,
Henk
Kortselius,
Joop
van
Fred
Bijlsma,
Gelder,
van
Zielman.
Bijlsma,
Weeda
te bieden.
Hermi
Karsten
Bertus
Rudi
en
Floor
Heesch,
van
Rekers,
Valk, Eddy
terrein
Els
Marcel
van:
Kortselius,
en
Prins,
het samenstellen
verwerkt
Wiel
Rienk-Jan
Bakker,
Dort,
van
Nieuwkoop,
Wachter, Eddy
van
Hartel,
Simon
Jurgen
Stoltenkamp,
Bij
Klaas
Mey,
de Els
Aptroot,
Dobben,
Ina
Grundmann, Thomas
André
van
51
determinatie
materiaal
Jannink
de
gevonden
soorten
Buxbaumiella 32 (1993
52
20
Schral nd"
V
19
.
v
V h
18
.
17
li
V
16
h
.
m
cf V h
h
h!
m
m
h!
h
V
h!
;
m
V
v
.
y
h
v
.
h
li
v
.
.
!
ii
!
h h
.
.
.
.
.
.
h
h!
rf
15 v
S
E 1
'Heide'
14
;
13
li
.
.
h! h
V
h
v
li
m
v
h! h v!
.
T
12
;
A C
. .
.
.
11
0 L
.
(El*)
.
.
7
4
h
:v :h
8
5
.
.
:9 :
"Bos"
.
v!
10
h
6
.
lil
V
.
!
v
li
.
.
v
.
3
v
;
v
h
v!
;
h
2
V
v
1
Rode
3
lijst cat
So rtenlijst
2
2
3 3
32
4
elachista hampean francisci conicum albicans foveolat inflata bidenta het rophyla polymorpha sphagni carolina us d i v a r i c a t m a c r o s t a c h y m u e l r i a n b i c u s p i d a t c o n i v e n s arguta ventricosa furcata cilare complan t multifda canlicuat ir igua pauciflora reptans bifurca pusil a epi hyla Hepaticae Blasia Calypogeia CalypogeiaCalypogeia Cephalozia Cephalozia Cephalozia Cephaloziela Cephaloziela Cephaloziea CladopdielaConcephalum Diplohylum Fos mbronia Gymnoclea Kurzia Lepidozia Lophcolea Lophoc lea Lophozia Marchntia Metzgeria Odontschima Pallia Phaeocrs Ptildium Radula Ricardia Ric ia Ric ia Scapania fissa
53
Buxbaumiella 32 (19931
20
h
.
19
m
18 17
.
m
v
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
m
.
h!
.
.
v
.
.
v
m
v
.
h
v
v
v
v
h
.
v
.
v
.
m h
V
.
v
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
V
m
.
.
.
h
m
m
m
V
m
h
v
v
m
h
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
m
.
.
.
.
.
.
.
.
v
v
v
v
m
m
v
V
v
m
m
v
v
.
hh
.
.
16
15
.
.
.
14 13
.
.
vv
.
h
.
v
V
12
.
11 10
.
.
.
.
V
.
h! h!
9
8
V
.
7
.
6
.
v!
E
.
v
5
4
>
.
3
2
v
>
V
>
.
V
.
V
.
v
v
v
v
.
.
.
.
.
.
.
.
.
v
;
*.
v
v
.
!
.
.
!
v
v
.
h
h!
v!
.
v
.
m
v
v!
.
v
.
m
.
.
.
.
.
m h
.
h!
.
v
.
.
v
.
.
.
.
m
.
v
.
.
v
.
.
.
v.»!
.
.
v
v
v
.
v!
v
.
v h
V
V
V
V
V
v
h
.
.
.
h
.
v
v
v
.
v
v
.
v
h h
v
v
v!
h
v
v
.
.
.
.
h
v
.
.
.
v
.
v
.
h
v
<
<
<
.
.
v
. .
v
v!
.
V V.
. .
V
v
.
.
.
.
.
.
.
.
V
.
v v.
m
.
.
.
.
.
1
.
.
v
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
v
v
v!
.
h
v
V
1
4
riparium serpens varium Musci
schrebianum staphylinumalternifolum androgynum palustre ten lum und latum
convoluta unguic lat pomiformis
3
albicans oedipo um po uleum refl xum rutabul m
salebrosum velutinum argent um barnesi bicolor capilare
pseudotriq um
rubens
tenuisetum
2
cordiflum stramineum cuspidat polygamu stelatum flexuosu introflexus pyriformis pur eus
Amblystegium Amblystegium A blystegium Anisothecium Anisothecium Archidum Atrichum Atrichum Aulacomniu Aulacomniu Barbula Barbula Bart mia Brachytecium Brachytecium Brachytecium Brachytecium Brachytecium Brachytecium Brachytecium Bryum Bryum Bryum Bryum Bryum Bryum Bryum Caliergon Caliergon Caliergonela Campylium Campylium Campylous Campylous Campylous Ceratodn
54
20 19
18 17 16
Buxbaumiella 32 (1993
v
v
v
v
h! m! m!
h!
.
.
.
.
14
h!
13
v! v!
11
10 9
. .
;
v
v!
h
v
V
.
.
v!
V
.
6
<
<
V
V
<
.
h
h
!
v! v!
.
.
!
8
7
h!
5
<
<
ID
4
<
<
V
3
<
<
2
<
.
>
v
>
h
>
V
.
.
.
v
.
h
v
!
v
v
V V.
h
v!
. h
V
.m .
.
v
!
h
!
.
.
h h
!
h
.
.
.
.
V
V
.
.
v
. .
v
V
.
.
h
.
V
h! h!
V
h
.
.
.
h!
.
h
.
m
.
h!
.
m! h!
!
.
.
.
.
v
.
v
v
.
h
.
v!
V
.
.
;
.
.
v h
v!
.
.
.
v
.
.
.
.
.
v
.
V
•
v
v
.
•
•
.
h
.
.
V
.
.
!
h
vv
. .
.
>
V
v
m!
m
.
15
12
VV
.
v
.
v
.
.
.
v
v
v
v
v!
v
v!
h!
v! v!
.
.
v!
.
.
h!
.
.
v
.
.
h
.
.
v
.
.
.
h!
V
.
.
.
v
>
>
.
v
>
>
.
.
.
v
1
3
3
4
aduncus exan ul t s fluitans unci atus seratum
4
4
praelongum striatum
sericeum
splendens elegans s e l i g e r i g y m n a d r u s g r a c i l f o i u s t a x i f o l u s arnoldi hygrometricapulvinat cupresitorme jutlandicupmalescns seratum Climacium Dicranela Dicranela Oicranoweisa Dicranum Dicranum Dicranum Dicranum Dicranum Didymod n Ditrchum Ditrchum Drepanocldus Drepanocldus Drepanocldus Drepanocldus Ephem rum Eurhynchium Eurhynchium Eurhynchium Fis dens Ftsidens Rs idens Fis dens Funaria Grim ia Herzogiela Homalthecium Hyloc miu Hypnum Hypnum Hypnum Isopterygium
denroides cerviculat hetromal bonjeani montaum polysetum scoparium tauricum vinealis cylindricum hetromalu cir ata
bians
var
Buxbaumiella 32
m
;
h
.
.
V
V
V
V
.
.
!
.
.
.
h!
.
55
(1993
.
.
v
m
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
!
.
.
.
.
.
.
.
.
v
V
m
v
.
V
v
.
h
V
v
!
v
! .
.
h
.
.
.
.
h
.
•
h
.
.
V V.
v
:
.
v
v
hi:
v! v!
.
v
.
v!
h
.
.
.
!
;
v
v
v
v!
v
v
v
v!
.
v
h!
:
m! v! h!
.
.
.
.
.
.
h
.
.
.
.
.
.
v
v
V
V
.
.
.
v
.
.
V
.
.
v!
.
v
.
v
.
h!
V
.
.
.
V
V
V
V
v
v
.
h!
<
.
.
.
.
<
.
.
.
V
.
!
;
h!
V
.
v
v
.
v v.
v
.
h
<
.
.
m h
.
.
.
.
.
.
v
.
v
.
.
m!
.
v
V
.
.
. .
.
<
v
. .
m
!
V
v
.
.
.
v!
v
.
.
.
h
v
.
v
.
v
V V.
.
v h h
h!
v
.
h
.
.
v
.
h
.
v
.
v
v
.
h!
!
!
!
ii
!
.
m
.
.
v
v
.
v!
v
.
v
V
V
.
.
.
h!
.
V
.
m
v
v!
!
V
.
.
m
v
.
.
.
.
v
!
v
.
.
.
v
.
.
.
v!
3
pyriforme flexifolum glaucum lineare affine anomalum diaphanumlyalli pulchelum affine elipticum und latum curvifolum denticula m laetum latebricola nemorale und latum repens schreb ri aloides com une formosum juniperinumlongisetum pilferum f o n t a n a d e n t i c u l a m und latum polycarpa hornum bulbifera lescurian nutans Leptobryum Leptodnium leskea Lsucobryum Mnium Orthodntium Othorichum Othorichum Othoricum Othorichum Othoricum Philontis Ptagiomnium Plagiomnium Plagiomnium Plagiothecium Plagiothecium Plagiothecium Plagiothecium Plagiothecium Plagiothecium Platyg rium Pleurozium Pog natum Pohlia Pohlia Pohlia Polytrichum Polytrichum Polytrichum Polytrichum Polytrichum var. var.
56
20
Buxbaumiella 32
m
19 18
.
14 13 12
.
ii
.
.
10
.
.
.V .
6
5
4
.
.
h
.
.
h
.
v
V
h!
v
.
.
.
.
m
V
•
.
h
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
v!
m
.
v h
.
.
h
h
.
v
h
v
m
.
.
m
.
h
v
v
.
h
.
.
.
h
.
v
v
.
m
v!
.
.
.
.
!
.
!
.
:
h
.
h
.
.
.
v h
.
v
.
.
;
.
1
nitdum
purum
Pseudphmr Pseudoclrpium
!
.
!
!
.
V
.
v
.
.
.
|
.
!
.
!
.
v!
3
.
v
.
.
.
h! h!
v
!
!
v! v!
.
li
v
.
.
V h
1
.
v!
m
!
.
h
!
v!
1
!
h
•
.
hi h!
!
.
.
!
!
v
h!
;
.
h
v
.
.
h
h
.
hh
.
.
ii h
.
.
:
,
V
h
:
v
h
.
h
h
.
h
;
!
.
.
.
.
.
.
.
.
.
!
.
.
.
.
v!
•
.
.
2
;
v
.
3
•
h
.
7
h
!
v
8
h
!
V
11
v
.
.
v
.
9
!
h
.
v h
v
h h
.
.
v!
.
!
.
.
.
.
.
.
16
;
V
h!
17
15
V
(1993'
2
3
curviseta confertum murale ripariodes squarosu
.
.
3 0 3 2
ambigu s apocarpum lycop dio escapilfoium compactum cuspidatum danticula m fimbriatum molla palustre pa ilosum recurvm squarosum subnitens ten lum tamriscnum bravifolum pelucida calioens intermadi muralis papilosa bruchi crispa Racomitru Rhizomniu Rhyncostegial Rhyncostagium Rhyncostagium Rhyncostagium Rhytidaelphus Schistdum Scorpidum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Sphagnum Tetraphis Thuidum Tortula Tortula Tortula Tortula Trematodn Ulota Ulota aci ulare punctaum
var.
Buxbaumiella 32 (1993'
Korstmossen
rond
André Aptroot Pieter
Het
in
te verlenen
de omgeving
Op verzoek
van
voorgenomen
het
plaatsing
kader
de
ook
totaal
19
heeft.
liggen
voor
een
zijn
60
baksteen,
cement
soorten
inheemse
licheenflora.
algemeen
of
arm.
De
van
deze
de extra
de
de
belasting
hun
soortensa-
over
het gebied
lichenen werden op
onderzocht.
De
een
op
de ter
zich
toevoegen.
verspreid
een
paar
verzamelde
herbezoek
van
zijn. hiervan
aangetroffen,
beton
zijn
31
soorten
10
ruim
aangetroffen
industriële
over
augustus
aanwezige
vormen
van
zou
nog
betrekking
vertegenwoordigen De
is
17
op
waarin
licht
meer
soorten
lichenen
soorten
gebied
een
op
onderzocht op
epifytische
deel
ver-
groot is.
bezorgd
wij
beeld te mate
Dit in het
min of
een
werkgroepsexcursie².
de
en
Spier
om
is
zeer
onderzocht
een
was
monsterpunten
Behalve
gevonden
het
extra
een
in 1973 eerder onderzocht
Op
armoede,
Melick
en
steenbewonende
hebben
gegevens
epifyt.
Dit
die
hebben
verbrandingsinstallatie
totaal
Thorn tot Melick.
punten die In
voornemen
Midden-Limburg.
luchtvervuiling
menstelling. Deze punten
plaatsen
van
ontwikkeld
van
werden in
Thorn
& Leo
vuilverbrandingsinstallatie
een
installatie,
het onderzoek
heersende
die de bouw
van
heeft het van
(Limburg)
Herk
van
de actiegroep
van
de
van
tussen
van
afgelopen jaren
Er
enkele leden
in het
bedoeling
plekke
bouw
Maasbracht,
van
gebied
korstmossen, De
de
Kok
Boom
Limburg
van
voor
Melick
en
bekend is dat de luchtverontreiniging reeds
waarvan
1993
Thorn
den
van
bestuur
provinciaal
gunning
57
%
van
is
licheenflora
waren
daarmee
34
De
de thans
hoofdoorzaak
vervuiling,
er
gevonden.
nog over
van
de
is sterk merkbaar in het hele gebied.
2
Inmiddels kranten
is
besproken.
uitgezonden.
Deze
is
een
Ook
rapportje uitgebracht,
heeft de
regionale
eendagsexcursie
biomonitoring-studies
aan
lichenen
heeft
en
op
dus
dat in
omroep weer
het werk
veel
een
de
van
plaatselijke
interview
aandacht onze
met André
gevestigd
werkgroep.
op de
Red.
58
In
Buxbaumiella 32 (1993
het westen
Aan
de
is
conizaeoides, deze
van
Thorn) is
(bij
armoede.
zijn
In
(bij
het oosten
hier
zijn
soorten
hoort ook
dit
duidelijk
vergelijkbaar
De
Alleen
invloed
derij
Thorn)
van
dit
dersteld
sindsdien
met
geen
gevoelige veer
gelijk
tot de armste
kom
Matig S0 -gevoelige
kernen
streken
De
gebied. de
van
revoluta.
vervuilde
in
het
dan alleen
als
oosten
gevolg (bij
in
vooruitgang
die op
grond
soort.
1973
heeft
Nederland. In
Op
gebleven
P.tiliacea weliswaar
gebieden
is
T. de
in
de
is
de
in
het
westen
(bij
de totale zuurbelasting
van
zwaveldioxide
één
licht
Wit
geval
waren
gevoeligere soorten,
zelfs
was
Daarbij
zoals
teruggevonden werden,
in
veron-
1976.
Epiphytic
lichens
Lichenologica
5.
and
air
pollution
in
aan
dat
tegenstelling
ook
een
de situatie
moet
zeer
onge-
aangetekend
Parmelia acetabulum
maar
er
tot
alle 7 soorten die
waaronder
monsterpunten
verslechterd.
toont
1976)
plaatsgevonden,
verdwenen,
waren
de andere of
(de
weinig
Literatuur
Bibliotheca
is
vervuiling
intensieve veehou-
van
Melick);
het oosten
de gegevens uit
worden dat de wat
Wit,
be-
lichenologisch
van
industriegebieden
grote deze
is
graad
Toch
Nederland. Ter
van
Eindhoven
van
in
minder. In
aangetroffen
1973
beter.
Parmelia
en
ongunstiger.
hoger
studies elders in
is
voor
kunnen worden.
zou
Vergelijking
de oorzaak
2
ammoniakvervuiling
duidelijk
duidelijk
dus
Lecanora
door
matige gevoeligheid
een
de situatie iets
fastigiata
situatie
de
extreme armoede.
een
dat zwaveldioxide
met
onderhavige
merkbaar
goed is
in
van
gedomineerd
gevonden.
is
duidelijk
de
met
lezen
te
bebouwde
dan het
nog iets
is
hier niet
Melick)
sprake
vaak
soorten
Ramalina
de
rijker
Randstad.
Ook
gebied
vergelijking:
af
duidelijk
zwaveldioxide
situatie
zelfs
er
soortensamenstelling,
the Netherlands
vitaal
en
waren.
Buxbaumiella 32 (1993!
59
Inventarisatiegegevens 1
=
Z van
Roermond, Melick, groepje Km-blok:
dakpannen (beton). 2
=
Z
4
=
=
Z
van
=
coörd.:
Z van
Roermond,
van
=
Z
7
=
ZW
=
ZW
=
ZW en
10
=
=
ZW
=
ZW
=
=
ZW van
WZW
=
WZW
16
=
17
=
WZW
18
=
=
ZW
B
Q T c
=
Ftoermond,
Betula
van
Km-blok:
ten
km
van
bomen
langs
coörd.:
198,0-352,8.
Linne,
km
1
V4
V4
2
van
coörd.:
Linne,
58-53-35;
zuidwesten
bij
van
snelweg,
ten
oosten
tOv
km
(5x
ten
zeer
coörd.:
zeer
dikke bomen
dikke Tilia
in
het veld
194,8-352,4
Linne, wegbomen
langs
Tilia)
ten
2
60-14-12;
Ittervoort,
de
(Quercus).
Km-blok:
Maas.
Km-blok:
bij
viadukt.
Km-blok:
noordwesten
(ruwe berk)
C
=
58-52-22;
kapel,
zeer
dikke
van
coörd.:
en
groepje
186,0-353,8.
Thorn, wegbomen (Betula,
van
coörd.:
zuidwesten
Lotero
wegbomen (Quercus)
Km-blok:
186,2-353,2. Linne
.wegbomen
(jonge Quer-
192,6-350,5.
km
ten
coörd.: oude
zuidwesten
van
Linne, wegbomen (jonge
196,0-349,9
bakstenen
muur
189,5-352,1.
Carpinus (haagbeuk)
=
Fraxinus
(es)
P
=
Populus (populier)
=
Quercus
(zomereik)
R
=
Robinia
=
Tilia
b
=
baksteen
=
cement
h
=
hout
of beton
Km-blok:
186,3-353,4.
Ittervoort,
58-52-22;
coörd.:
Roermond,
van
coörd.:
maisveld.
km
Roermond, Wessem,
(linde)
wei
195,1-352,6.
wegbomen (4x Populus).
bomen
58-52-22;
km
58-53-53;
Km-blok:
coörd.:
in
192,1-350,8.
Km-blok:
Ftobinia).
van
sloot
wegbomen (Quercus).
Linne, groepje
58-54-31;
noordoosten
(Populus) langs
Roermond,
zuiden
van
2
Km-blok:
Roermond,
52-35;
F
noordoosten
Km-blok:
ten
coörd.:
ZW van
Ten
58-54-34;
Melick, wegbomen (5x Tilia).
van
ten noordoosten
km
Roermond,
Km-blok:
(Tilia).
195,5-352,7.
wei.
en
1
en
Quercus). 19
ten
km
2 km
Quercus
cus).
bomen
189,9-352,6.
(8x Tilia).
van
58-
190,1-352,7.
coörd.:
bomen
drie
van
Ftoermond, Wessem(west) wegbomen (Carpinus)
van
dikke
Km-blok:
189,8-353,0.
coörd.:
van
bomen 15
2
Roermond, Wessem(west)
van
groep
Melick,
van
Km-blok:
ten westen
coörd.:
weg
coörd.:
58-52-35; 14
Quercus).
Roermond, Wessem,
van
Melick,
van
noordwesten
ten
1V6 km
58-53-53;
58-53-31; 13
58-54-34;
197,3-351,8.
Roermond,
van
58-53-53; 12
km
Roermond,
van
ZW
Km-blok:
198,4-353,0.
wegbomen (jonge Quercus).
Km-blok: 11
1
58-54-31;
(Quercus) langs 9
kerk,
(Tilia) bij
Melick, wegbomen (Tilia).
van
noorden
ten
4x dikke
Roermond,
van
oosten
ten
coörd.:
Roermond,
van
Km-blok: 8
en
coörd.:
58-54-43;
km
V4 km
Roermond,
Roermond,
van
en
199,8-352,5.
58-54-24;
(6x Populus 6
1
Ftoermond,
54-35;
Z
woonwijk
198,7-352,4.
198,8-352,3.
Km-blok: 5
in
plantsoen (Fraxinus)
in
coörd.:
bomen
Roermond, Melick, vrijstaande
van
coörd.; 3
bomen
58-54-34;
(witte acacia)
langs
RK-kerk.
Km-blok:
58-
60
Buxbaumiella 32
(1993
Soortenlijst
Aspicilia
contorta
1c
Lecidella
scabra
14T
Lecidella
stlgmatea
5h
Lepraria
incana
7Q
Lepraria
loblflcans
14T
Parmelia
acetabulum
18Q
Parmelia
revoluta
1c
Parmelia
subaurifera
Caloplaca decipiens
19c
Parmelia
subrudecta
Caloplaca
flavescens
19c
Parmelia
sulcata
Caloplaca
flavocitrina
19c
Caloplaca
ruderum
19
Parmelia tiliacea
9T
Caloplaca
saxicola
1c
Phaeophyscia nigricans
2T
Bacidia
arnoldiana
Bacidia
chloroticula
Buellia
5P
2T 3T 4T
punctata
8Q 9Q
10Q
5P,Q 12T
15P.Q 16B,R Caloplaca
6T
13C 17Q
citrina
19c
Caloplaca teicholyta Candelarlella
aurelia
Candelariella
reflexa
Candelariella
vitellina
Catlllaria Evernia
erysibe
Lecania
rabenhorstii
1c
Physcia
caesia dubia
19b
Physcia
stellaris
1F 2T 5P 9Q
Physcia
tenella
18Q
Placynthiella Porpidia Ramalina
Lecanora
campestrls
19c
Ramalina
Lecanora
chlarotera
Lecanora
conizaeoides
Lecanora
dispersa
Lecanora
expallens
Lecanora
hageni
6T 7Q
10Q
Lecanora
muralis
Lecanora
polytropa
Lecanora
saligna
Lecanora
symmicta
Lecidea
2T 3T 4T
fuscoatra
1c
12T
11P
15Q
16R
17Q
1c
2T 13C
1F 2T 3T
16B.Q
19c
1F 3T 5P
11P
elegans
Xanthoria
parietina
19c
Xanthoria
polycarpa 10Q
17Q 19b
muralis
Xanthoria
18Q 18Q
16B
19c
19c
16R
coarctata
17Q
19c
17Q
fastigiata
candelaria
19c
18Q
19c 11P
exigua
Xanthoria
6T11P
5P,Q
16B
farinacea
Verrucaria
11P
10Q 11P
icmalea
11P
16R
9Q
18Q
Strangospora pinicola
19b
10Q
17Q 18Q
3T
3T
5P,Q
16R
3T 5P
1R
Rinodina
Trapelia
18Q
13C 16B.Q 17Q 18Q
9T
15Q 16B.R 17Q 1c 3T 5P
17Q
soredizodes
19c 19c
5P.Q9Q
2T 6T
1F2T3T5P.Q9Q
12T 13C
19c
albescens
4T
4T 9T
6T 7Q 9Q
Lecanora
14T
19c
11P 17Q
1F 2T
14T
adscendens
Physcia
2T 17Q
19c
12T
orbicularis
Physcia
10Q
Lecania
Phaeophyscia
9T
2T
12T
5P 16R
chalybela
Hypogymnia physodes
11P
4T 5Q 6T
19c
3T
prunastri
10Q
19b 1c
19c
5P,Q
17Q 1c
1c 5P
18Q
6T 11P
16B
19b
7Q 9Q
17Q
18Q
61
Buxbaumiella 32 {1993'
in
Tropische korstmossen
André
Aptroot
lichens
Tropical
Netherlands.
were
Nine all
species level,
found
species
Op
zoek
1993
in
aanslag
naar
een
plantenzaak
van
tropische
they
voor
were
shop
a
stem,
one
weeds.
bleken
er
Dracaena
Arthonia cinnabarina
identifiable
were
have
were
been
still in
zag
Soest,
The to
imported
good
health.
ik in oktober
met de onmiskenbare
exemplaar werd gekocht
verschillende,
Hiervan
groeien.
in
Apparently they
liefst 9
maar
te
op
which
growing. They
een
plants 7
selling
of
mede-lichenoloog
een
in Soest
heid te herkennen. De soorten
waren
levende,
nog
er
6
met
zeker-
waren:
(DC.) Wallr.
goebelii (Zenker)
Bulbothrix
on
korstmossen erop. Het
korstmossen
tropische
in
bought)
found
on which
plant
een
thuisgekomen
en
(and
were
concerning pantropical
stems of the Dracaena
on
Nederland
Hale
Glyphis cicatricosa Ach. Graphis lineola Ach. Graphis
sp.
Lecanora
Opegrapha
nog
in
wel
soorten,
eens
gevonden
vergaan
Hoewel
Het hier
dat
meer
tropische
zeer
konden ze
schors
aan
en
de
maar
te determineren
in
waren
ze
al
dood
en
in leven
mijn huiskamer.
en
al
zo
schimmels
worden gevonden,
veel
dat
werden
waren.
korstmossen
tropische
de vraag hoelang
gekoesterd
die
paddestoelen
mossen,
ze
keer
hardhout
tropisch
ingevoerd
van
Lek),
groeien zouden
de eerste
Tropische korstmossen
bij bloemisterijen
dat adventieve
is uiteraard
pig worden
de
op
niet
in kassen
keer
goed
ze
betekent het
eerste,
aangetroffen.
bij Krimpen
allerlei
regelmatig eerste
behalve de
Nederland worden
(bijvoorbeeld ver
(Vainio) Lynge
steriele korst
een
Voor alle ze
sp.
sorediosa
Physcia en
Fée
leprosa
meer
worden zullen
is
dit
de
gevonden.
blijven; als
ze
voorkomen. Voorlo-
62
Buxbaumiella 32
Voorzover die
soorten
alle
herkomst is niet
gekocht
en
konden
gedetermineerd
ze
in
tropische
bekend: de
misschien
niet al
te
officieel
zonder
de
en
het
tropische
alleen op niet uit
de
Europa
en
Als
te
'schimmels'
het
ik Het
om
dat de bomen met
hebben
is
we
blijkt
maken. in de
maar
een
het is
een
materiaal
komt in Europa
gedetermineerde
ze
eens
op
gelegenheid
het bovenstaande in in
Dat
leven te
de
Om
korstmossen
soorten
zijn
lijstje
houden,
is
botanische tuinen
dit
kas er
zelfs de hulp ingeroepen
in een
van
de New
beetje een
wat
nog
het en
echt
uitbreiden.
misschien
zelfs
dierentuinen wat
blijkt
York
in plantenza-
lichenen te zien
exotische
daaraan behoefte is
Aziatische
korstmossen.
ze
leuke
een
de kassen
levensechter te
zijn
overige
had
opgemerkt.
bezien of het Europese
zijn. Glyphis cicatricosa
alle
iedereen vragen
kunnen
mogelijk
denkbaar
voor;
te
De
veiling
bekend.
letten.
misschien
valt
hetzelfde
Azoren
Tenslotte wil ken
wel
het
en
op de
anders
ingevoerd,
meer
allemaal
voorkomen.
Arthonia cinnabarina kwam vroeger in Nederland voor, variabele soort/groep
het
zijn
plant is door de bloemisterij
dienst
plantenziektekundige
worden
(pantropisch)
gebieden
(1993
wel
uit
het
feit
Zoo beschilderd
uit
lichenoloog
te ter
laten
zien
plaatse.
Buxbaumiella 32 (1993'
De
eendagsexcursies
in
1988 en
Arno
der
van
februari 1988 treft in beide
deze
aan
de
gedaan
op 6 oktober
en
terreinen
gevallen
de
langs
de excursies
van
1990
op
Heusden. Het
naar
27
be-
Maas.
Bergsche
1988
werd door
terreinen rond
aan
hierbij verslag
Hank
naar
dag
Maas
Bergsche
Pluijm
27 februari
Hank,
de
naar
1990
verlaat wordt
Enigszins
Op
63
een
klein aantal
de voormalige
noordoever
aangrenzende
mensen
de
van
bezoek
een
gebracht
de 'Kurenpolder'
zandwinningsput
Maas
Bergsche
en
Kei-
nabij
zersveer.
Als eerste werd
de 'kassa'
bij
van
de
Kurenpolder
schraal hooiland
een
Cratoneuron bekeken. Soorten als onder meer Carex flacca) (met filicinum
en
weg
Maas
droogstaande door
het
pinguis duidden hier op
Aneura
de
naar
werden
bemoste
onderzocht. Vooral
greppel
voorkomen
een
van
fraai
de
ontwikkelde
bodem.
kalkrijke
een
asfaltweg
en
greppel
interessant
was
Didymodon
Op
diepe,
een
fallax
en
Bryo-
erythrophyllum. Langs
de Bergsche
oude,
vervallen
beton-
wind
en
was
Maas bevindt zich tussen de palen 248
basaltbeschoeiing.
zandcementblokken. Door
de waterstand
mosbegroeiing
op
maar
en
voorzien
crassipes,
Rhynchostegium fontanum is vinden.
dag
Op de
riparioides
en
langs
worden bekeken.
Op
rivulare,
present. Fontinalis antipyretica
Op
wat
hoger
gelegen
de
Bergsche
Maas
geheel
zijn
riparius
oosten-
uitbundige het
wel
ook
Brachythecium spp.;
ook
is hier klein
groeit
O.cupulatum. te
vaak
is
een
basalt 10
cm
aanwezig,
groeit verder veel Leskea,
blokken en
en
planten
Amblystegium
capillare, Orthotrichum diaphanum hier
de
natte stenen
Schistidium
249
liggen puin-,
kon
Cinclidotus
kapsels.
en
aanhoudend sterke
laag
erg
goed
op de kant
hoger
een
fontinaloides. De
is veel zeldzamer.
Fissidens
te
van
deze
stenen
de
domineert Cinclidotus
lang
Wat
ontbreken.
en
vaak
rutabulum, Octodiceras maar
weinig
veel
Bryum
Tortula latifolia
Op enkele
lijkt
stenen
64
Buxbaumiella 32
(1993
als werden bijzonderheden Brachythecium Cirriphyllum plumosum,
crassinervium, troffen. vaak
Op
eind
van
groeiden
tot
'zand'-planten, allerlei
leuke
(onder
spp.
riscinum.
is
volgezet
golfterrein. Ook het
rijk
konden
grote
bemoste
veel
was
was
in
wordt
de
dit
plas
je
nu
de plas
is
nu
De
door
en
mosrijke toekomst
nabije
dijkverzwaring.
afgebroken werden
muren
en
er
zodat
Er
werd
van
de
alleen de
op
Ook koers
hogere
een
de
verder te
gemmen
alleen
geheel opnieuw gemetseld. plek
terrein
gezet
en
ook
rond de de
naar
zones
goed
liggen
in
konden
een
rijke mosbegroeiing
elders
van
was
Oude,
dag
leverde
Bergsche
deze dag
vrij
worden bekeken.
keurig,
met
de
Daarbij
deze
jachthaven
oever
een
in het
alledaagse
restaureren.
jachthaven. De rivierstand
De basaltkeien bleken hier nog te sloten verband. Van
waarvan
groeiden
deze
het
doorgang
Een leuke vondst op
waterkering
en
westelijke
de
bij
bryologiseren.
de
bezig
aangetroffen.
op
met
getoond.
er
delen
Maas ten westen
hoog,
beleven.
de
vind
het uiterste
tot
te
meer
Bryum radiculosum,
worden
Men
helaas niet niet
niets
tama-
Van
van
Op het strandje van
Op
Sphagnum
spp.,
westkant
De oostkant
Maas
een
incurva.
paddestoelen.
gehele
door Heusden werd
begonnen
bakstenen wand
werden
met
de 'groenmanie'
men
door
korte wandeling
in de stadswal,
soorten.
Coniferen.
Bergsche
bedreigd
De
over.
planten
van
vol
Ook
Riccardia
Aneura,
6 oktober 1990
Heusden,
veld
meer
en
zoals
plekje zelfs ook Thuidium
er
een
bijzondere
maculata.
groeiden Polytrichum
het
om
'duinvallei-
'klei'-streek)
Fossombronia
en
over
In dit
Dactylorhiza
vakantiehuisjes.
met
drijft
de
van
waarschijnlijk
een
hier
gebied
noordoever
Na
najaar
deze
en
op één
en
stond
Afrikaantjes
gazons met
op
capitata
tijd
door de auteur.
vinden
te
er
weinig
De meeste gegevens hiervan
(voor
setaceus
waren
Lophozia
het
aange-
vele Didymodon- soorten
maar
nog
allerlei
Scirpus
wilgestruiken)
In
inmiddels
valt
kort
is helaas niet veel
terreintje
er
bezoeken.
te
'zuurdere' plekken
humusrijkere,
de
zijn
eerdere bezoeken
mosjes
chamaedrifolia,
was
plas
voor
o.a.
luridum
Hygrohypnum
en
beton
houden.
de
langs
zijn afkomstig
gracilifolius
gelegen
de dag
van
zandstrandje
tje'
hoger
uit elkaar te
lastig het
Aan
Fissidens
het
veel
strak aaneengeCinclidotus
was
Buxbaumiella 32 (1993'
Desondanks konden de
hierdoor geen sprake. verwachten
toch
soorten
Orthotrichum
65
cupulatum
wel
latifolia
Via
aangetroffen. de
aan
nog
de
van
Er
ingang
Baksteentjes onder het basalt leverden
de
hierna het bekeken.
jachthaven
hier enkele
Tortula
en
de stadswal werd van
veel
enkele
Op
populeum.
te
biotoop stond
Brachythecium plumosum
tocht langs
een
oostzijde
in dit
meeste
opgespoord.
Brachythecium
en
drogere keien werd zelfs ook
basalt
worden
nieuwe
interessante,
Thuis bleken Fissidens gracilifolius soorten op. en Rhynchostegiella tenella te
zijn verzameld.
Enkelen keerden hierna huiswaarts. nog
de
industriehaven
Een klein
noordoosten
ten
struweel beschaduwde sintels langs waaronder
T.intermedia
de
Heusden.
groeide
oever
T.calcicolens.
en
deze plek dit keer Rhynchostegiella
groepje bezocht tenslotte
van
Op
curviseta
veel
boven
door
Tortula,
werd
baksteentjes
naar
de
Op
o.a.
op
gehaald.
Locaties: Excursie 1
27 februari
Km-blok
deel
zuidwestelijk 2
Km-blok schraal
3
1988:
44-24-55, Hank, van
zandwinput Kurenpolder, halfbegroeid zandstrandje langs
plas.
44-25-51, Hank,
Km-blok
Hank,
44-35-11,
Excursie 6
oktober
Km-blok
extensief bereden
noordoever beton
basaltglooiing, baksteentjes,
4
andere
zandwinput Kurenpolder;
grasland nabij ingang,
en
rondom
biotopen
plas:
asfaltweg, zandpaden, greppels.
Bergsche
Maas;
knotwilgen
en
dood
hout,
zandcementblokken.
1990:
44-28-43,
Heusden:
stadswal,
omgeving
zuidoever
jachthaven,
Bergsche
Maas. 5
Km-blok
44-28-44,
Heusden:
omgeving
industriehaven,
sintels
langs
oever.
Deelnemers: 27-02-1988: 06-10-1990:
Jan
(P).
verslag.
van
Arno
Meurs,
determinaties
Door
verzameld van Met dank
Bakker,
Boesveld,
René
van
Snepvangers, Agnes Tito, Eddy
Microscopische Pluijm
Greven, Jurgen Nieuwkoop,
Simon Marleen
Kortselius,
Pluijm,
Henk
aan
de auteur
de locaties
zijn 1
van
t/m
van
Leo
de
Moorsel, Weeda
J.Kortselius
aanvullende 3 in
Jurgen Nieuwkoop
Arno
de
voor
en
Wiel
Leo
Coosje
Spier.
Heesch,
van
Joop
Arno
van
der
A.
van
der
Zomer.
J.Nieuwkoop
(N)
en
gegevens
periode
zijn
Pluijm
Jurgen Nieuwkoop,
en
(K),
der
Borst,
1983-1988.
commentaar
bij
een
eerdere
versie
van
het
Buxbaumiella 32 (1993)
66
Soortenlijst Bladmossen: Alolna
aloides
44-35-11, pad langs plas,
Amblystegium
fluviatile
Amblystegium riparium
Amblystegium
3N
serpens
Anisothecium
schreberianum
Anisotheclum
varium
Atrichum
!P
3NP 4!K
5
4N
5
5
1P 2N
undulatum
1P
Barbula
convoluta
2IN
4N
Barbula
hornschuchlana
2N
4K
Barbula
unguiculata
2INP
4N
1
albicans
Brachythecium
5
2NP
Brachythecium plumosum
3INP
4N
Brachythecium populeum
3N
4NP
5N
3NP
4NP
5
3N
4
5
rutabulum
Brachythecium
Bryoerthrythrophyllum
recurvirostre
Bryum argenteum Bryum
barnesii
Bryum
bicolor
2NP 2INP 1
2N 2N
1P
Bryum capillare
2N
3N
2N
3N
4
3P
4
Bryum gemmiferum Bryum klinggraeffii Bryum
radiculosum
Bryum
rubens
4
introflexus
1
1NP 1NP
purpureus
2N
2N
Cinclidotus
fontinaloides
3INP
Cinclidotus
riparius
3NP
Cirriphyllum
crassinervium
Cratoneuron
filicinum
scoparium fallax
4
5
4!
5
4KN
5
1!P
Ceratodon
Dicranum
3NP 2NP 1 2NP 3NP
Didymodon rigidulus Didymodon
sinuosus
3N
4NP
Didymodon
trifarius
3NP
4KN
Didymodon
vinealis
3P
Eurhynchium
hians
Eurhynchium praelongum Fissidens crassipes Fissidens gracilifolius Fontinalis Funaria
antipyretica
2N 2N
4
3INP 3!P
Hygrohypnum
sericeum
luridum
5INP
4!
pulvinata
Homalothecium
4!K
3P
hygrometrica
Grimmia
5
1P
Campylopus pyriformis
Didymodon
4
1
Calliergonella cuspidata Campylopus
4K
3P 3P
4!
5
4
5
Buxbaumiella 32 (1993
67
Hypnum cupressiforme
3
Leptobryum pyriforme Leskea
3NP
polycarpa
Octodiceras
fontanum
Orthotrichum
4
5
4
4N
5
4!
5!
3NP
anomalum
Orthotrichum cupulatum
3!NP
4!N
Orthotrichum
3N
4!
Phascum
diaphanum
4!KN
cuspidatum
Physcomitrella patens
44-35-11,
oever
Plagiomnium ellipticum Plagiothecium Pohlia
denticulatum
plas, 3N
1P
melanodon
Pohlia
!P
4
nutans
1N
Polytrichum
commune
Polytrichum
formosum
1P 1P
Polytrichum juniperinum
1P
Polytrichum piliferum
1P
Pottia
44-35-11, pad langs plas,
davalliana
Pottia truncata
!P
4!N
Pseudoscleropodium
purum
Rhynchostegiella
curviseta
Rhynchostegiella
tenella
Rhynchostegium
confertum
3N
4!
Rhynchostegium
murale
3NP
4
5N
3!NP
4!P
4P
Rhynchostegium riparioides Schistidium
4!K
apocarpum
Schistidium
rivulare
3!P
Sphagnum
fimbriatum
1P
Sphagnum
squarrosum
1P
Sphagnum
subnitens
Thuidium
tamariscinum
Tortula
calcicolens
Tortula
intermedia
Tortula
latifolia
Tortula
muralis
4N
Lophocolea
5P
3
indet. incurva
bidentata
1!P
1!P 1 1
Lophozia capitata
1 NP
cruciata
Marchantia Pellia
polymorpha
endiviifolia
Riccardia
2!N
1P
Lophocolea heterophylla
Lunularia
5KNP
4
pinguis
Fossombronia
5
4!KN
1P
Levermossen:
Cephaloziella
5
1P
Tortula ruralis
Aneura
5
1P
chamaedrifolia
3 1 1 1 NP
2
4IKN
5
4K
5
Buxbaumiella 32
68
enkele
Aangeboden doorvallend
licht)
enkele in staat
interessante binoculaire
van
van
goede
nieuw.
kwaliteit
Prijzen ƒ1000
microscopen
(Swift, -
a
(stereo
Zeiss.Pleuger)
ƒ2000.-.
(1993
en
waarvan
Inl. 073-410634.
NJN-Korstmossenstreeplijst Ter kennisname ontvangt die is
streeplijst
bij Buxbaumiella
u
32
door Jorrit Linnert,
ontwikkeld
een
NJN-Korstmossen-
NJN-er
en
lid
van
onze
werkgroep.
Inhoud
3
Voorwoord
Opmerkelijke mosvondsten
Han
van
Dobben
Annemieke
Lichenen
Pieter
De
van
hartje
van
4
Leiden
Jaco Kruizinga
9
gepromoveerd
13
Kooijman gepromoveerd
van
Evolène
omgeving
en
najaarsexcursie Eddy
Korstmossen
15
(Zwitserland)
den Boom, Maarten Brand & Harrie
Rudi Zielman,
Sipman
41
1992 in Noordoost-Twente
Weeda & Fred
rond Thorn
André Aptroot, Pieter
Tropische
in het
Pardoel &
Touw, Sandrina
Dries
en
van
Melick
den
korstmossen in
Bos
57
(Limburg)
Boom,
Kok
van
Herk & Leo Spier
61
Nederland
André Aptroot
De
eendagsexcursies
Arno
van
der
Pluijm
naar
de
Bergsche Maas in
1988
en
1990
63