BUURTINFORMATIENETWERKEN EDEGEM
!
8 !
Omdat veiligheid iedereen aanbelangt
Beste buurtbewoners,
1. BIN-‐Edegem : verwachtingen ingevuld? Af en toe krijgen we reacties van jullie. Dat waarderen we ten zeerste. Via jullie aanmerkingen kunnen we eventueel onze visie bijstellen. Geregeld wordt ons de vraag gesteld om korter op de situaties in te spelen. Voorbeeld : 1. Er is deze nacht ingebroken bij de buren. Heb niets van het BIN gehoord? 2. Er is deze week een poging tot inbraak geweest. Ik heb nog geen BIN-‐bulletin ontvangen waarin daarvan melding wordt gemaakt. Je merkt hier onmiddellijk de gevoeligheden. Uiteraard is dit ook onze zorg. We zijn ook van mening dat jullie in reële tijd ingelicht worden van feiten die een invloed kunnen hebben op de alertheid. Er was een periode dat men ervan uit ging: Wat niet weet, wat niet deert. Dit was uiteraard een verkeerde stelling en gaf een vals veiligheidsgevoel. Toch wil ik graag enige nuance leggen. 1. Een inbraak (of poging daartoe) wordt niet altijd op het ogenblik van de feiten vastgesteld. Soms stelt men de inbraak pas enkele uren later vast. Ik dat geval zal de politie het BIN niet opstarten omdat er op dat ogenblik geen meerwaarde kan gegeven worden. Wat wel zou kunnen is dat de politie ons een melding geeft van de feiten die recent zijn gepleegd en die wij aan jullie overmaken. B.v. Deze nacht is er een inbraak gepleegd in de xxxx-‐straat. Dieven hebben er ……. Wij zouden dit dan onmiddellijk aan jullie kunnen overmaken. We hebben vastgesteld dat er in andere gemeenten/BIN’s wel een directere communicatie op dit vlak wordt gehanteerd. 2. We vragen ook een directere samenwerking met het winkelinformatienetwerk WIN-‐EZO ( is het een winkelinformatienetwerk voor zelfstandigen in Edegem). Dit zou deel moeten uitmaken van de koepel van BIN-‐Edegem. B.v. In het centrum van de gemeente Edegem wordt er overdag in een winkel een wisseltruc gepleegd. We mogen er van uit gaan dat de verdachte personen zijn in de buurt bevinden. Gezien het gemeenschappelijk belang, worden zowel WIN als BIN geactiveerd. We zouden nog een stap verder willen gaan. Hoeveel kans is er dat een BIN-‐lid, ongeacht de wijk waarin hij woont, zich opdat ogenblik in het centrum van de gemeente bevindt (bezoek aan marktdag, supermarkt, apotheker, bakker, gemeentedienst , terrasje doen enz…). Het kan dus nuttig zijn om alle BIN-‐leden met gsm registratie de dringende politieboodschap over te maken. Hierbij willen we wel stellen dat we dit enkel doen wanneer het BIN-‐lid zijn
toestemming heeft gegeven en enkel tijdens de tijdszone overdag. Dit kan een absolute meerwaarde geven. Tot op heden heeft het WIN-‐EZO niet op onze verzoeken tot samenwerken gereageerd (en dat kunnen we enkel betreuren). Tijdens het overleg met de politie hebben we dit aangekaart. De nieuwe korpschef was attent aanwezig. Hij vroeg ons om een behoefte-‐inventaris op te maken (wat we ondertussen aan het doen zijn). We hopen (en hebben er alle vertrouwen in) dat we met de korpsleiding tot een open samenwerking kunnen komen om aan de verzuchtingen die er bij de BIN-‐leden leven, op een adequate manier in te vullen. Hetzelfde gevoel hebben we naar de verantwoordelijken van WIN-‐EZO, die we nog meer moeten overtuigen van het belang van een samenwerking, zeker omdat we in hun problematiek een extra partner kunnen zijn. De burgemeester steunt ons in deze doelstelling en zal een bijdrage leveren om deze samenwerking vorm te geven. Het antwoord op de titelvraag is dus duidelijk. We moeten inderdaad korter op de bal kunnen spelen in onze informatie naar de BIN-‐leden. We hopen dit op vrij korte termijn te realiseren.
2. BIN-‐sticker. Sinds enkele dagen hebben we via de federale overheid een aantal stickers bekomen die we aan onze leden willen bezorgen. Ze hebben een ronde vorm met een diagonaal van 10 cm en geven de afbeelding weer van het BIN logo. Je kan deze bijvoorbeeld aanbrengen op de voordeur van woning, brievenbus, je bekijkt dit zelf maar. We zijn nog aan het uitkijken hoe we de bedeling hiervan gaan doen.
3. Aandachtsvestiging Mogelijks nieuwe vorm van phising vanuit Nederland !!!!! De lokale politie Edegem, kreeg via de politiezone Noord (Kapellen -‐ Stabroek) de volgende waarschuwing, die we jullie graag overmaken.
“Ontving je ook een mail van het Centraal Justitieel Incassobureau met een aanmaning tot betaling? Ga hier NIET op in! Dit is een vorm van "phising", waarbij men probeert om persoonlijke gegevens te ontfutselen. Deze gegevens worden nadien gebruikt om geld van jouw bankrekening te stelen. “ Op de volgende pagina kan je dergelijk bericht zien. Heb je zo een bericht ontvangen, neem dan contact met www.ecops.be . eCops is een online Belgisch meldpunt waar je als internetgebruiker misdrijven in verband met België op of via het internet kan melden. Je hoeft je niet te bekommeren over “Wie is er nu juist bevoegd?”, eCops zorgt ervoor dat jouw melding door de bevoegde dienst wordt onderzocht. Kwam je terecht op een verwarrende site met misleidende informatie? Ontving je via e-‐mail ongewenste reclame of een frauduleus voorstel? Zag je kinderporno op een site? Meldt het aan eCops.
Wil je meer weten over Ukash – surf naar https://www.ukash.com/nl-‐be/
3. Noodoproepen -‐ Dringende politiehulp
Noodnummers in België.
In België zijn er twee belangrijke noodnummers voor dringende hulp: • 112 voor ambulance en brandweer • 101 voor politie 112 is bovendien het Europees noodnummer. Als je in Europa op reis bent, dan kan je 112 bellen voor zowel de brandweer, een medisch team als de politie. Vorm het nummer 112 voor de brandweer, een ambulance of de politie. In België vorm je het nummer 101 voor dringende politiehulp.
100-‐101-‐112: hoe zit dat nu echt ? Wie in België dringend medische hulp of brandweer nodig heeft, dient het nummer 100 te vormen. Wie in ons land dringende politiehulp wenst, dient het nummer 101 te vormen. Binnen de Europese Unie had elk land zijn eigen noodnummer. Dit stelde een probleem voor reizigers in problemen want men was niet op de hoogte van het noodnummer in het land waarin men zich bevond. Opdat iedereen in eender welke lidstaat van de Europese Unie onmiddellijk een beroep zou kunnen doen op noodhulp werd het noodnummer 112 in het leven geroepen. In vrijwel elke Europese lidstaat bereikt men door het nummer 112 te vormen de noodcentrale voor medische hulpverlening en brandweer. De operatoren worden verondersteld naast hun moedertaal een goede basiskennis te hebben van de Engelse taal. Wanneer blijkt dat men politiehulp nodig heeft, wordt men doorverbonden met de juiste centrale. Ook sommige landen buiten Europa werken inmiddels met het nummer 112. Zo zal u zelfs in de VS door het vormen van het nummer 112 worden verbonden met hun welbekende 911-‐centrale! Opgelet echter wanneer u naar Italië reist! Met het nummer 112 worden de Carabinieri bereikt. Het politienummer in Italië is 113, voor ziekenwagen of brandweer dient u het nummer 118 te vormen. In Nederland is het nummer 112 sinds 1997 het enige noodnummer. Alle hulpdiensten worden via één centrale bereikt. Ook in België is dat een streefdoel, doch om allerhande redenen lijkt dit dossier maar moeizaam te vorderen. Toch werd al jaren geleden besloten om het nummer 112 te promoten door alle overheidsdiensten om de overgang naar één centrale voor te bereiden. “Ja maar, het nummer 112 is toch speciaal voor gsm’s!” zegt u? Wel, dat is dus een wijdverspreide kwakkel. Toeval wil dat gsm-‐toestellen gemeengoed werden binnen dezelfde periode als die waarin het nummer 112 werd gelanceerd. Waardoor in de hoofden van de bevolking de link werd gelegd tussen gsm en 112. Dus voor alle duidelijkheid: ook met een vast toestel kan het noodnummer 112 worden gevormd! En met een gsm-‐toestel kan u evengoed de noodnummers 100 en 101 vormen! Tot besluit nog een leuk weetje: wist u dat het concept van een noodhulpcentrale een Belgische uitvinding is? In 1958 werd dit bedacht door de toenmalige Minister van Openbare Werken, dhr. Paul Meyers, die na een nachtelijk ongeval geen hulp kon bereiken. Niet veel later waren de nummers 900 en 901 gemeengoed in België. Het gaf in dit pre-‐gsm-‐tijdperk een boost aan het uitbouwen van een netwerk van publieke telefoons, en later de implementatie van noodpalen langsheen onze snelwegen. Het concept van de noodhulpcentrale werd binnen de kortste tijd in zowat de gehele wereld overgenomen.
Wat doen de noodoproepcentrales?
Je kan 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 naar de noodoproepcentrales bellen voor hulp. De operatoren en calltakers staan altijd klaar om je te helpen als je in nood bent. Ze stellen je gerust, vertellen je wat je moet doen en ze verwittigen de nodige hulpdiensten. Er is een Hulpcentrale (HC) 112/100 én een Centrum voor Informatie en Communicatie (CIC 101) in elke provincie hoofdplaats. Er zijn in totaal 11 CIC's, één per provincie en één voor het administratief arrondissement Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Elk centrum is zó ingericht dat zij, in dezelfde ruimte, aan call-‐taking van de noodoproepen én aan de dispatching van de politiediensten doen. Voor de (digitale) communicatie wordt er gewerkt met het A.S.T.R.I.D.-‐netwerk. Het CIC verleent deze steun zowel aan de federale (spoorwegpolitie, wegpolitie, scheepvaartpolitie, enz) als aan de lokale politie(waaronder onze politiezone HEKLA). Zij is een provinciale schakel voor de Geïntegreerde Politie in België. Sommige politiezones (voornamelijk grote steden zoals Antwerpen, Mechelen, Turnhout en Geel in de provincie Antwerpen) verzorgen zelf de dispatching van hun lokale ploegen. In totaal werken er 700 operatoren en calltakers van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken in de noodoproepcentrales. Aan hun zijde werken medische directeurs en verpleegkundige regulatoren in de HC112/100 en politieagenten in de CIC 101 die instaan voor de dispatching van de politieploegen. De operatoren en calltakers in de noodoproepcentrales behandelen jaarlijks meer dan zes miljoen oproepen. De job van operator of calltaker is geen eenvoudige job. Zij zijn professionals die moeten kunnen omgaan met stressvolle omstandigheden, moeilijke incidenten moeten kunnen inschatten en communicatief vaardig moeten zijn. Na een basisopleiding van 3 à 4 maanden volgt nog een opleiding op de werkvloer die ook verschillende maanden duurt.
Hoe werkt 101 centrale? Een oproep van een burger in nood in de provincie Antwerpen naar de 101-‐centrale wordt eerst behandeld in een callcentrum. Diegene die de telefoon opneemt, bepaalt welke hulp de persoon nodig heeft, maakt een elektronische fiche en stuurt de informatie onmiddellijk door naar de dispatching van de hulpdiensten. In zeer dringende gevallen (bv gewapende overval) zal de calltaker een noodoproep naar de dispatcher lanceren, zodat deze tijdens het gesprek tussen de calltaker en de melder, de eerste interventie-‐eenheden naar de plaats met misdrijf kan aansturen. De dispatchingdienst van de meeste politiezones zit in dezelfde controlekamer als mensen van het callcentrum. Aan de hand van de informatie op de fiche stuurt de politie al dan niet de dichtstbijzijnde patrouille(s) ter plaatse. In België komt je oproep 112 voorlopig nog terecht bij een operator van het Hulpcentrum 100/112 van de provincie waar je je bevindt. Oproepen naar het nummer 112 voor dringende politiehulp worden door de operator doorgeschakeld naar het CIC 101. Hierdoor kan er kostbare tijd verloren gaan. We raden je daarom aan om voor dringende politiehulp rechtstreeks het noodnummer 101 te bellen.
Waar is het ondergebracht? Het CIC-‐101 in de provincie Antwerpen, is ondergebracht in één van de gebouwen van het gekende ex-‐ rijkswacht complex aan de Boomsesteenweg 180 te Wilrijk
Wanneer noodnummer dringende politiehulp contacteren? Als elke seconde telt, twijfel je best niet. Denk niet dat een andere persoon wel zal gebeld hebben. In dreigende situaties zijn meerdere oproepen voor hetzelfde feit geen abnormaliteiten. Weet dat elke oproep opgenomen en geregistreerd wordt en later zijn nut kan hebben. Wanneer belt u het noodnummer 101? In volgende situaties kunt u terecht bij het noodnummer 101 indien u dringende politiehulp nodig heeft en u meteen een politiepatrouille ter plaatse wil. Dit is een niet limitatieve lijst ! • U bent slachtoffer of getuige van een inbraak of diefstal • U of iemand in uw omgeving wordt bedreigd • U merkt verdachte gedragingen van personen of voertuigen op • Wanneer je slachtoffer of getuige bent van een agressie, geweld ,zedendelict of ontvoering • Er is een ernstig verkeersongeval gebeurd • Er is een overval of steekpartij gebeurd. • Wanneer iemand een auto probeert te stelen of beschadigen. • Er ligt een hindernis op de weg of een loslopend dier zorgt voor verkeershinder. • Indien u een bommelding heeft ontvangen. • Indien u een springtuig heeft aangetroffen. • … In volgende gevallen doe je er best aan het noodnummer 100 te bellen. Zij gaan op hun beurt de politiediensten in kennis stellen : • Als een gebouw, bos of auto in brand staat of wanneer er rook uit een gebouw komt. • Mensen die vast of gekneld zitten en uit een vervallen gebouw of een auto geëvacueerd moeten worden. • In geval van een ernstig ongeval of incident met gewonden. • Wanneer je getuige bent van een zelfmoordpoging. • Als jij of iemand in jouw omgeving bewusteloos is, niet stopt met bloeden of aan het stikken is. • Om het even welke noodsituatie waarvan men getuige of slachtoffer is. • … De noodnummers 100 / 101 / 112 zijn altijd kosteloos bereikbaar. Wanneer mag je een noodnummer NIET bellen? • Om te kijken of 112 of 101 wel echt werkt of te weten hoe laat het is. • Om een grap uit te halen terwijl er niets aan de hand is. • Als je algemene informatie nodig hebt, zoals iemands telefoonnummer of adres. • Omdat je jezelf hebt buitengesloten en niet meer in je huis binnenkan. • Om een pizza of taxi te bestellen. Als je de hulpdiensten zonder geldige reden opbelt, kunnen de operatoren in de noodcentrales de oproepen van mensen die echt in nood zijn niet aannemen. Alle noodnummers zijn, onder meer omdat ze gratis zijn, regelmatig het doelwit van “grapjassen”. Deze personen stellen zich bloot aan gerechtelijke vervolging, wat kan leiden tot een strafrechtelijke veroordeling. Valse oproepen of "spookoproepen" worden gecatalogeerd als “oproep zonder antwoord/gesprek”. De CIC's ontvingen via het nummer 101 in 2012 2,12 % aan “stomme oproepen”.
Hoe bellen naar een noodnummer?
Als je een noodnummer moet bellen, bevind je je meestal in een stressvolle situatie. Toch is het belangrijk dat je precieze en juiste informatie kunt meedelen aan de operator en dat je zijn vragen kunt beantwoorden. Probeer voor je de noodcentrale belt het volgende te weten te komen: de juiste locatie, het soort noodgeval en of er gewonden zijn.
Hoe moet u bellen in een noodsituatie? • Vorm het nummer 101 / 100 / 112. • Wacht rustig op antwoord -‐ Haak niet in, want daardoor kom je opnieuw aan het begin van de wachtlijst te staan. • Beschrijf wat er is gebeurd: brand, ongeval, inbraak, agressie,… • Geef aan of er slachtoffers zijn en hoeveel. • Geef het juiste adres waarnaar de politie zich moet begeven : stad, straat, nummer, kruispunt, speciale toegang, praatpaal, enz.) en eventueel wat de gemakkelijkste manier is om er te geraken. Als je niet belt vanaf de plaats van het incident, vertel dit dan ook aan de operator. • Haak niet in vooraleer de telefonist zegt dat u mag inhaken. Belangrijk : • U melding wordt tijdens het gesprek aangemaakt en elektronisch doorgestuurd naar de dispatching. • Politiehulp is dus vrij snel onderweg. • Hou ook je telefoonlijn vrij zodat de operator/dispatcher je kan terugbellen als hij/zij meer informatie nodig heeft. • Als de situatie zou verergeren of verbeteren, bel dan terug naar de noodcentrale om dit mee te delen. Opgelet : Bij grootschalige rampen bellen verschillende mensen naar de noodcentrales. In dat geval, zal een operator je enkel vragen om bijkomende bruikbare informatie. Als je niet meer informatie hebt, mag je inhaken als de operator je zegt dat je mag inhaken. Zo zijn de telefoonlijnen in de noodcentrales sneller terug vrij om andere noodoproepen aan te nemen. Uw melding wordt geregistreerd. Als je per ongeluk een noodnummer hebt gebeld, hang dan niet op, maar zeg de operator dat alles in orde is. Op die manier is de operator er zeker van dat er geen sprake is van een noodgeval. Doe je dit niet zal de operator dit als een noodgeval aanzien.
Wat is het verschil tussen een dringende en een niet-‐dringende oproep? Enkele voorbeelden. Je mag naar 112 of 101 bellen als je dringend de brandweer, een medisch team of de politie nodig hebt. Als het niet dringend is, bel je beter de lokale brandweer, je huisarts (buiten de uren de wachtdienst van huisartsen) of de lokale politie ( 03/444.00.00 ). Er zijn ook nog andere noodnummers voor specifieke problemen, zoals de zelfmoordlijn of het antigifcentrum. Andere noodnummers • Permanentiedienst apothekers www.apotheek.be 0900 10 500 • Antigifcentrum www.antigifcentrum.be 070 245 245 • Child Focus www.childfocus.be 116 000 • Kinder en jongerentelefoon www.awel.be 102 • Tele-‐onthaal (Praten is de eerste stap) www.tele-‐onthaal.be/nl/welkom/106 • Zelfmoordlijn (gratis, 24 u/24, anoniem) www.zelfmoord1813.be 1813 • Meldpunt geweld, misbruik en kindermishandeling www.1712.be 1712 • DOC STOP (gratis) – centrale dienst om 24u/24 een identiteitskaart of Belgisch paspoort te blokkeren na een diefstal of een verlies. www.docstop.be 00800 2123 2123 CARD STOP – centrale dienst voor het blokkeren van bank-‐en kredietkaarten (24u/24) www.cardstop.be en www.mijnkaart.be 070 344 344 Wordt mijn oproep naar het noodnummer 100/112 in België opgenomen of bewaard? Noodoproepen naar de noodnummers 100/112/101 worden opgenomen opdat verantwoordelijken van de noodcentrales de oproepen kunnen herbeluisteren. Zo kunnen ze mensen die in nood zijn nog beter helpen. Om die reden kunnen opgenomen telefonische oproepen bovendien gedurende een jaar bewaard worden. Dit is vastgelegd in artikel 125, § 1, 3° en artikel 128 van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie.