2015 - 04 PRIVE-GEBRUIK INHOUD
Btw-correctie privé-gebruik auto houdt vooralsnog - stand ................................................................ 1 Vertrouwen ................................................................................ 3
BTW-CORRECTIE PRIVÉ-GEBRUIK AUTO HOUDT - VOORALSNOG STAND
Herziening wegens niet-betaling .................................. 4
Zoals u als RB-lid ongetwijfeld weet, woedt al
Huurovereenkomsten en doorbelasten
een aantal jaren een strijd over de btw-correctie
nutsvoorzieningen: aparte prestaties of niet? ...... 5
ter zake van het privégebruik van zakelijke
Onderwijsvrijstelling, de Horizon verruimd! ........... 7
auto’s. Sinds jaar en dag kenden we daarvoor
Wie stelt bewijst...................................................................... 8
een correctie die was gebaseerd op het Besluit Uitsluiting Aftrek (BUA). Maar in 2011 deed zich
Vrijstelling bij invoer van verhuisgoederen; de
de situatie voor, dat de rechter de toenmalige
normale verblijfplaats onder de zon ........................ 10
correctiewijze verwierp. Echter, de wetgever had
Doe nog maar een glas wijn ….................................. 11
al nieuwe wetgeving in stelling gebracht. Vanaf 1 juli 2011 is het privégebruik van de auto’s uit het BUA gehaald. Daarvoor in de plaats is een heffing gekomen over het privégebruik. Over die wijziging van de correctie in de heffing is weer volop geprocedeerd. Op 31 maart 2015, heeft Hof Arnhem-Leeuwarden vier uitspraken gedaan. De belangrijkste oordelen worden hieronder aangestipt.
2 Het afschaffen van de correctie per 1 juli
Opvallend is het oordeel van het hof op welke
betekent niet dat de correctie per einde van het
wijze men na 1 juli 2011 het privégebruik moet
jaar 2011 niet meer hoefde plaats te vinden.
vaststellen. Een belanghebbende die de
Men maakt, door de btw af te trekken en dan
werkelijke kilometers had herleid aan de hand
aan het einde van het jaar te corrigeren, immers
van brandstofkosten en zich subsidiair beriep op
gebruik van een goedkeuring. Indien daar geen
ervaringscijfers, kreeg het hof daarin niet mee.
gebruik van wordt gemaakt, was de btw op de
Zonder kilometeradministratie geen voldoende
kosten die zien op privégebruik in de eerste helft
concrete onderbouwing. Opvallend omdat de
van 2011 sowieso niet aftrekbaar geweest, dan
Hoge Raad in het verleden wel meeging in
wel direct weer verschuldigd geworden.
ervaringscijfers. Ook de Belastingdienst
Overigens oordeelt het hof in het kader van een
accepteerde dit in het verleden (zelfs nog in het
beroep van belanghebbende daarop, dat ook de
besluit waarin de wijziging per 1 juli 2011 werd
heffing voor ondernemers (het oude artikel 15
uitgewerkt!).
Uitvoeringsbeschikking) gewoon in stand blijft en dat ook zij over de eerste helft van 2011 op
Daarnaast zijn in de vier (proef)procedures nog
grond van die bepaling aan het einde van 2011
een aantal andere stellingen ingenomen,
btw over het privégebruik moesten betalen. Dit
variërend van de wens om de BPM ook buiten
ondanks het feit dat artikel 15
de maatstaf van heffing te laten bij toepassing
Uitvoeringsbeschikking aan het einde van 2011
van het forfait (Hof: het forfait is een
helemaal niet meer bestond.
goedkeuring waar je geen gebruik van hoeft te maken), tot schending van gelijkheids- en
De betaling van een eigen bijdrage door de
rechtszekerheidsbeginselen. Het Hof verwerpt
werknemer staat volgens het hof noch de
dit allemaal.
toepassing van het BUA, noch de heffing van na 1 juli 2011 in de weg. Die zijn volgens de btw-
Hoewel er echt wel iets op de uitspraken af valt
richtlijn toegestaan. De terugwerkende kracht
te dingen, is deze tweede slag ook voor de
van de regeling (de wetswijzing is per 1 januari
fiscus. De Hoge Raad zal uiteindelijk de
2012 van kracht geworden, maar was wel in juni
beslissing moeten nemen of het “three strikes;
2011 al aangekondigd) is voor het hof ook geen
you’re out” voor de procederende partijen wordt.
probleem. Gelet op de omstandigheden
Vooralsnog echter dus nog geen rust aan het
(mogelijk groot verlies van inkomsten voor de
auto-front!
staat), is dit unierechtelijk toegestaan.
RICK FRANKE
3 VERTROUWEN
vooraf op de hoogte gesteld van deze wijziging. De rest van Nederland hoorde deze plannen pas
In de afgelopen jaren is veelvuldig horizontaal
medio december 2014. Geeft deze handelwijze
toezicht (HT) in de fiscale literatuur aan de orde
ons vertrouwen in de overheid?
geweest. HT loopt echter niet zoals de Belastingdienst bij aanvang hoopte. Daar zijn natuurlijk meerdere redenen voor op te noemen: belastingadviseurs zien niet echt de voordelen van
· In 2014 is er duidelijkheid gekomen of zzp’ers in de zorg de medische vrijstelling kunnen toepassen als zij onder leiding en toezicht werken van anderen. De Belastingdienst was van mening
HT, het meedenken bij vooroverleg valt soms erg
dat zij btw-ondernemer zijn. Dit betekent dat zij
tegen, etc. Echter.. zou er -in de kern- wel vertrouwen
dan ook zelfstandig zijn. Dit is immers een
zijn in HT? Vertrouwen is het kernwoord van HT.
voorwaarde voor het btw-ondernemerschap.
Volgens de brochure van de Belastingdienst is
Echter de Belastingdienst was van mening dat de
immers de basis van HT wederzijds vertrouwen.
medische vrijstelling slechts van toepassing is,
Volgens Van Dale betekent ‘vertrouwen’: geloof in
indien je zelfstandig medische handelingen
iemands goede trouw en eerlijkheid. Hebben we
verricht. Volgens de Belastingdienst was bij
geloof in de goede trouw en eerlijkheid van de
zzp’ers hiervan geen sprake. Oftewel ondernemer
Belastingdienst, het Ministerie van Financiën en het parlement?
(dus zelfstandig) en belaste prestaties (immers niet-zelfstandig). Snapt u zo’n standpunt van de Belastingdienst?
Volgens de uitkomsten van een onderzoek van de Edelman Trust Barometer 2012 zegt minder dan de helft van het Nederlandse publiek (47%) de overheid te vertrouwen. Een ander onderzoek dan maar: ruim een derde van de Nederlanders heeft geen vertrouwen in de manier waarop de overheid met hun gegevens omgaat. Bijna de helft heeft geen fiducie in
· Met de reikwijdte van de medische vrijstelling zijn we al sinds 2005 aan het rommelen. De in 2013 ingevoerde wetgeving met bijbehorende standpunten zal ook niet de toets van het EU-Hof kunnen doorstaan. Ik verwijs hiervoor naar mijn bijdrage van BTW Update nummer 3. Geeft deze handelwijze ons vertrouwen in de overheid?
de veiligheid van ICT-systemen van de overheid. Dat blijkt uit een door 48.000 personen in 2013 ingevulde enquête van de Nationale ombudsman. Is het vertrouwen in de overheid in 2014-2015 toegenomen?
Als ik ook de andere belastingmiddelen erbij betrek (denk eens aan de crisisheffing), kan ik nog wel even doorgaan. Wil HT een succes worden, zal er niet alleen een mentaliteitsverandering dienen plaats te vinden bij de Belastingdienst (en bij ons), maar vooral
Kijkend naar het btw-jaaroverzicht 2014 noem ik zo maar een paar punten: · Met ingang van 1 januari 2015 wijzigen de btw-
bij het parlement en het Ministerie van Financiën. Ontwerp solide, heldere, duidelijke, eenvoudige en efficiënte wetgeving vanuit een visie en pak af en toe
regels voor eeuwigdurende zakelijke rechten,
je verlies! Dan zal HT pas een succes kunnen
zoals het recht van erfpacht, op onroerende
worden.
zaken. Slechts enkele (markt)partijen waren
4 Hierbij hebben we als RB baat bij een sterk Bureau
Artikel 29, eerste lid, onderdeel a van de Wet
Vaktechniek. Het is dan ook jammer dat Ruud
OB’68 geeft de leverancier de mogelijkheid om
Zuidgeest het RB verlaat. Voor de opzet en uitbouw
teruggaaf van afgedragen btw te verzoeken voor
van de btw-specialisten (o.a. landelijk overleg lavaco’s, BTW Update, proefprcedures) heeft hij een grote bijdrage gehad. We hebben er dan ook veel vertrouwen in dat hij in zijn nieuwe werkkring de fiscale aspecten die bij zijn nieuwe werkgever spelen, uitstekend zal gaan oplossen!
het bedrag dat hij niet heeft en niet zal ontvangen. Op grond van artikel 29, tweede lid van de Wet OB’68 is de afnemer de door hem in aftrek gebrachte voorbelasting naar evenredigheid als belasting verschuldigd op het tijdstip waarop en voor zover redelijkerwijs moet worden aangenomen dat hij de vergoeding
LUCAS BLOM
waarop dat bedrag betrekking heeft, niet of niet ONINBARE DEBITEUREN
geheel zal betalen dan wel heeft terugontvangen. De belasting wordt in ieder
HERZIENING WEGENS NIETBETALING
geval verschuldigd twee jaren na de opeisbaarheid van de vergoeding, voor zover deze op dat tijdstip nog niet is betaald.
In Nederland is in een wettelijke herziening voorzien indien er sprake is van oninbare
Beide bepalingen kennen hun eigen interpretatie
vorderingen (art. 29 Wet OB’68). Deze
en worden tot op heden door de rechter niet als
herziening houdt verband met de
elkaars volledige tegenpolen beschouwd. Ik vind
verschuldigdheid van btw op grond van het
dat opzienbarend omdat ook binnen de werking
factuurstelsel. Ondernemers die prestaties
van deze herzieningsregeling ongerecht-
verrichten jegens andere ondernemers of
vaardigde verrijking niet aan de orde zou
lichamen die niet-ondernemers zijn, zijn verplicht
moeten zijn. Hoe dan ook, bij de toepassing van
om een factuur uit te reiken. De op deze factuur
het verzoek om teruggaaf in verband met
vermelde btw is de leverancier verschuldigd en
oninbare vorderingen zal de betreffende
hij dient deze btw op aangifte af te dragen. Ook
ondernemer moeten aantonen dat zijn vordering
indien de afnemer niet betaalt, dient de
niet is en niet zal worden betaald.
leverancier de verschuldigde btw wel af te dragen aan de Belastingdienst. Doorgaans heeft
Het Gerechtshof Den Bosch (27 maart 2015, nr.
de afnemer de aan hem in rekening gebrachte
14-00351) mocht onlangs beslissen over de
btw wel reeds als voorbelasting in aftrek
vraag of een schadevergoeding die een
gebracht.
ondernemer ontving na een compromis te hebben gesloten met de bank van een inmiddels
5 failliete gegane afnemer moest worden
boedeluitkering. Deze zaak laat zien dat
beschouwd als de ontvangst van een gedeelte
betalingen door een ander dan de afnemer,
van zijn vordering op die afnemer. De rechtbank
alleen in aanmerking worden genomen wanneer
had eerder beslist dat de schadevergoeding niet
die betalingen een rechtstreeks verband met de
moest worden beschouwd als de betaling van
openstaande vorderingen hebben.
een gedeelte van de vordering. De schadevergoeding bestond in wezen uit het
PAUL CRAMER
alsnog doorbetalen van een gedeelte van de verkoopopbrengsten die de curator realiseerde bij de verkoop van de boedel en volledig ten
VRIJSTELLING ONROEREND GOED
goede aan de bank kwam vanwege de preferente positie van de bank.
HUUROVEREENKOMSTEN EN
Op het hoger beroep van de belastinginspecteur
DOORBELASTEN
oordeelt het Gerechtshof dat de Hoge Raad
NUTSVOORZIENINGEN: APARTE
reeds heeft aangegeven dat hetgeen de ondernemer van de afnemer of een derde ontvangt alleen dan kan worden aangemerkt als de ontvangst van de vergoeding of een deel daarvan, indien dat dient ter delging van de schuld van de afnemer (HR 14 september 2012, 11/02494). Het Hof oordeelt dat de tussen de bank en de leverancier getroffen schikking betrekking heeft op meer geschilpunten dan uitsluitend de evenredige toerekening van de verkoopopbrengst van het bouwproject. Om die reden kan volgens het Hof niet worden geconcludeerd dat een rechtstreeks verband bestaat tussen het betaalde bedrag en de openstaande vordering.
Zodoende heeft de leverancier recht op teruggaaf van btw over het volledige bedrag van de openstaande vordering na aftrek van de
PRESTATIES OF NIET? Verhuurders verhuren niet alleen onroerend goed, maar zorgen er ook voor, dat er gas, water en elektriciteit is. De vraag is dan of het doorberekenen van deze servicekosten opgaat in de verhuurdienst. Het Europese Hof van Justitie heeft hier een uitspraak over gedaan op 16 april 2015 in de zaak Wosjkowa Agencja Mieszkaniowa w Warszawie, nr. C-42/14. In deze zaak verhuurde een publiekrechtelijk agentschap onroerende goederen van de staat. Het agentschap had contracten afgesloten voor levering van nutsvoorzieningen (te weten elektriciteit, verwarming en water) en het ophalen van afval. De kosten hiervan werden doorberekend aan de huurders. De eerste vraag was of de levering van de nutsvoorzieningen en de dienst bestaande uit het ophalen van afval
6 eerst plaatsvonden aan de verhuurder en
kiezen en/of zelf kan bepalen hoe hij de
vervolgens door de verhuurder werden
betrokken goederen of diensten gebruikt. Hierbij
doorbelast aan de huurders. Het Hof oordeelde,
speelt een rol of er sprake is van individuele
dat daarvan sprake was.
meters of het werkelijke verbruik wordt gefactureerd en of de servicekosten apart op de
De volgende vraag was of deze doorberekening
factuur worden vermeld.
van kosten opging in de verhuurdienst. Het Europese Hof oordeelde, dat de verhuur van
Er is echter sprake van één prestatie, indien de
een onroerend goed en de in het kader daarvan
levering van de nutsvoorzieningen en het
verrichte levering van water, elektriciteit en
ophalen van het afval objectief gezien één
verwarming en het ophalen van afval in beginsel
geheel vormen met de verhuur. Hiervan is met
moeten worden beschouwd als verschillende
name sprake bij de verhuur van sleutelklare
prestaties voor de btw. Dit is anders, indien de
kantoren. Ook indien de verhuurder niet zelf de
onderdelen van de handeling zo nauw met
leveranciers of dienstverrichters kan uitkiezen,
elkaar verbonden zijn dat zij objectief gezien één
zal er sprake zijn van één verhuurprestatie.
enkele ondeelbare economische prestatie vormen, waarvan splitsing kunstmatig zou zijn.
In het Besluit van 19 september 2013, nr. BLKB
Er is ook sprake van één prestatie, indien één of
2013/1686M heeft de staatssecretaris
meer prestaties de hoofdprestatie vormen, terwijl
aangegeven, dat de servicekosten in de
één of meer andere prestaties ondergeschikte
zakelijke vastgoedbranche (dat wil zeggen
prestaties zijn die het fiscale lot van de
kantoren, winkels, e.d.) en bij de commerciële
hoofdprestatie delen. Een prestatie is met name
verhuuractiviteiten van woningbouwcoöperaties
ondergeschikt aan een hoofdprestatie wanneer
(niet zijnde de verhuur van woningen) veelal
zij voor de klant geen doel op zich is, maar een
betrekking hebben aparte prestaties. Deze
middel om optimaal gebruik te kunnen maken
servicekosten moet men voor de btw-heffing
van de hoofdprestatie van de dienstverrichter.
apart beoordelen en deze zullen daarom veelal
De nationale rechter dient dit alles te
belast zijn met btw.
beoordelen. Hierbij moet hij met name letten op de inhoud van de huurovereenkomst.
Servicekosten die aan huurders van woningen in rekening worden gebracht, hebben meestal
De levering van nutsvoorzieningen en het
betrekking op handelingen/voorzieningen die
ophalen van afval kunnen als aparte prestaties
opgaan in de verhuurdienst. Een uitzondering
worden gezien, indien de huurder de
vormen de servicekosten voor het zogenoemde
leveranciers en/of de dienstverrichter zelf kan
huurdersonderhoud, het kleine onderhoud aan
7 de gehuurde onroerende zaak dat volgens de
voorziet voor de deelnemende instellingen onder
huurovereenkomst en Boek 7 van het Burgerlijk
andere in de verplichte Commissie voor
Wetboek voor rekening en risico van de huurder
Indicatiestelling (CvI), en het Steunpunt Autisme.
komt (zoals onderhoud aan de deurbel, de
Het Steunpunt Autisme verzorgt de
brievenbus, deurkrukken, en dergelijke). Over
crisisinterventie op scholen voor regulier
deze servicekosten is btw verschuldigd.
onderwijs (feitelijk voor kinderen die wachten op de indicatiestelling van CvI). Het REC verricht
DICK ROEMELING
uitsluitend diensten aan haar leden, en heeft zelf geen eigen personeel in dienst. VRIJSTELLING ONDERWIJS
ONDERWIJSVRIJSTELLING, DE
Belanghebbende detacheert een tweetal personeelsleden naar het REC, één van de twee als ambtelijk secretaris, de ander voor het
HORIZON VERRUIMD!
uitvoeren van crisisinterventies. Deze laatste
Wij kennen al de ruime uitleg van de
heeft een achtergrond als leerkracht speciaal
onderwijsvrijstelling uit het arrest Horizon
onderwijs en beschikt over de deskundigheid
College. In die situatie oordeelde de Hoge Raad
voor deze functie. Belanghebbende bracht btw
dat het ter beschikking stellen van leerkrachten
in rekening aan REC maar maakte vervolgens
door Horizon College aan een andere
bezwaar tegen de afdracht van deze btw.
onderwijsinstelling onder de btw-vrijstelling viel omdat het betrof “nauw met onderwijs
De rechtbank oordeelde in eerste instantie dat
samenhangende diensten”. Het Gerechtshof
geen sprake was van het “verrichten van
Den Bosch (20 maart 2015, nr. 13-01100) heeft
diensten” omdat de betreffende prestaties
nu in een andere casus dezelfde vrijstelling ook
verricht werden in een besloten kring. Het hof
van toepassing geacht. De casus is de
verwerpt dit standpunt van de rechtbank en stelt
volgende:
vast dat REC een zelfstandige rechtspersoon is en dat er derhalve wel sprake is van prestaties
Belanghebbende, een groep (fiscale eenheid)
in het economische verkeer. De vrijstelling voor
onderwijsinstellingen, is deelnemer in een
samenwerkingsverbanden (artikel 11 -1-u Wet
samenwerkingsverband (Regionaal Expertise
OB) biedt geen uitkomst omdat die vrijstelling
Centrum (REC). De in dit samenwerkings-
uitsluitend ziet op diensten door het
verband samenwerkende onderwijsinstellingen
samenwerkingsverband aan de leden en niet
zijn scholen voor speciaal onderwijs, met name
andersom. Een beroep van belanghebbende op
gericht op kinderen met autisme. Het REC
een brief van 23 juli 2003 en het besluit van 14
8 maart 2007 (CPP2007/347M) slaagt daarom
kon worden beperkt tot de vraag over de
niet.
onontbeerlijkheid van de betreffende werkzaamheden. Het Hof oordeelde dat deze
De enige vraag die vervolgens nog resteert is of
werkzaamheden onontbeerlijk zijn.
de betreffende detacheringen kunnen worden vrijgesteld als “nauw met onderwijs
Met deze uitspraak heeft het Hof de toepassing
samenhangende diensten”. Met betrekking tot
van de onderwijsvrijstelling, zoals door het
de detachering van de ambtelijk secretaris is niet
arrest-Horizon College al was uitgebreid, nog
aannemelijk gemaakt dat deze “onontbeerlijk” is
verder verruimd.
voor het te geven onderwijs. Dit ligt anders met betrekking tot de detachering van een leerkracht
HARRY HENDRIKS
ten behoeve van het Steunpunt Autisme. Hiervan is aannemelijk gemaakt dat hierbij wel sprake is van een dienstverlening die
INTRACOMMUNAUTAIRE LEVERING
“onontbeerlijk is” voor het te verzorgen onderwijs, het hof verwijst hierbij naar
WIE STELT BEWIJST
overwegingen 38 tot en met 40 van het arrest
Dat het adagium “wie stelt, die bewijst” nog recht
Horizon College.
overeind staat blijkt wel weer na het lezen van de verwijzingsuitspraak van Den Bosch,
Bij het arrest-Horizon College werd de ruimere
zaaknummer 08-00377, van 12 december 2014,
toepassing van de vrijstelling van toepassing
inzake Twoh International B.V. Een
verklaard ten aanzien van het uitlenen van
ogenschijnlijk simpele zaak met betrekking tot
leerkrachten door de ene onderwijsinstelling aan
de bewijslast van het nultarief voor
de andere. In de onderhavige casus betreft het
intracommunautaire leveringen. Toch heeft het
een detachering door een onderwijsinstelling
(eind)oordeel ruim dertien jaar na indienen van
aan een samenwerkingsverband dat zelf geen
het eerste bezwaarschrift op zich laten wachten.
onderwijsinstelling is. Het samenwerkings-
Ik ga niet de hele rechtsgang bespreken, maar
verband is echter wel nauw betrokken bij, en
wat in ieder geval interessant aan deze casus is,
onontbeerlijk voor, haar leden en het door deze
is de rechtsvraag hoe zwaar weegt de bewijslast
leden verzorgde onderwijs. De toepassing van
ten aanzien van het nultarief bij
de onderwijsvrijstelling door/via het
intracommunautaire leveringen? De
samenwerkingsverband is geen onderwerp van
verwijzingsuitspraak van Hof Den Bosch, daarbij
discussie geweest voor het Hof doordat de
geholpen door de Hoge Raad (HR 16 mei 2008,
inspecteur bevestigde dat de vraag voor het Hof
nr. 40.036), zet de randvoorwaarden zoals deze
9 zijn op te maken uit de Europese jurisprudentie
Twoh International B.V. af? Goed.
nog een keer op rij. De basis in deze is artikel 12
Gebruikmakend van de vrije bewijslast zijn nog
Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968. De
een groot aantal bescheiden tijdens de
toepassing van het nultarief moet uit boeken en
procedure aangeleverd. Niet terzake van alle
bescheiden blijken. Hierbij kun je jezelf afvragen:
onderzochte leveringen kon in voldoende mate
hoe ver gaat het woordje ‘blijken’? Is blijken in
het bewijs voor het nultarief worden geleverd,
dit kader gelijk te schakelen met overtuigend
maar de Belastingdienst heeft nagelaten om ter
aantonen of is aannemelijk maken toereikend?
zake van alle transacties het geboden bewijs te
Artikel 12 Uitvoeringsbesluit moet worden
beoordelen. Hof Den Bosch vindt het enkel
gelezen in het licht van de btw-richtlijn. Dit
betwisten van het geboden bewijs, zonder dit
betekent dat degene die aanspraak maakt op
bewijs te beoordelen, te mager. De betwisting
toepassing van het nultarief moet aantonen dat
van het bewijs is daarmee niet onderbouwd of
hij aan de voorwaarden voor toepassing van het
gemotiveerd. En, zo stelt het Hof Den Bosch
nultarief voldoet. Eén van de voorwaarden, en
vast, het is niet aan het Hof om de niet
daar draait het in casus om, betreft het verlaten
beoordeelde bewijsstukken te toetsen op de
van de geleverde goederen van het grondgebied
vraag of belastingplichtige daarmee het bewijs
van de lidstaat van de leverancier. Uit welke
heeft geleverd dat de goederen daadwerkelijk
boeken en bescheiden het bewijs moet blijken,
het grondgebied van de lidstaat van levering
of aan welke eisen het bewijs moet voldoen
hebben verlaten. De naheffingsaanslag dient
wordt noch in de btw-richtlijn, noch in artikel 12
daarom te worden verminderd van fl. 1.466.629
Uitvoeringsbesluit voorgeschreven. Het bewijs
(met nog eens 100% boete!) naar fl. 145.108
dat met boeken en bescheiden moet worden
aan belasting zonder verhoging. Dus naar “wie
geleverd is daarmee vormvrij. Zie hiervoor ook
stelt, die bewijst” geldt in casus ook “de
de uitspraak van de Hoge Raad op 18 april
aanhouder wint”.
2003, nr. 37790. Wel mogen de belastingautoriteiten onderzoeken of de in de overlegde bescheiden voorkomende gegevens naar hun aard geschikt zijn om het vervoer naar een andere lidstaat aan te tonen. Indien de documenten voldoende gegevens bevatten en geen gebreken vertonen, kan het vereiste bewijs worden geleverd. De zwaarte van de bewijslast ligt hiermee dichter bij aannemelijk maken dan bij overtuigend aantonen. En hoe liep het met
AD FRUIJTIER
10 INVOER
·
de persoon heeft ten minste twaalf
VRIJSTELLING BIJ INVOER VAN
aaneengesloten maanden buiten de EU
VERHUISGOEDEREN; DE
gewoond;
NORMALE VERBLIJFPLAATS
·
overbrenging, de goederen ten minste
ONDER DE ZON Nu de wereld steeds kleiner lijkt en beter te
zes maanden in bezit en gebruik; ·
bereizen is, wordt het steeds minder ongewoon
langere periode. Als ze eenmaal verkassen, gaan vaak de spullen mee. Lang niet altijd doen ze dit zelf; hun werkgever verzorgt en vergoedt
de invoer van de goederen vindt plaats binnen twaalf maanden na overbrenging
dat mensen voor hun werk verhuizen. Vaak is dit voor kortere tijd, maar soms ook voor een
de persoon heeft, voorafgaande aan de
van de normale verblijfplaats; en ·
het uitlenen, verpanden, verhuren of overdragen van de goederen binnen twaalf maanden na de datum van invoer is niet toegestaan.
de verhuizing. Naast verhuisgoederen kunnen ook in het buitenland gekregen huwelijkscadeaus, goederen in de erfboedel en studiegoederen voor buitenlandse studenten vrij van belastingen (douanerechten en btw) worden ingevoerd.
Binnen de Europese Unie circuleren de goederen in het vrije verkeer (een van de vrijheden van de interne markt in de EU); het heffen van douanerechten vanwege invoer is dan ook niet aan de orde. Niet alle goederen vallen onder deze vrijheid: zo zijn
Dergelijke goederen die van buiten de Europese Unie in een EU-lidstaat aankomen, zijn in principe vrijgesteld van belastingen bij invoer. Sinds 1 januari 2015 is deze invoervrijstelling verder vereenvoudigd. Voor die tijd moest een aparte ‘Vergunning vrijstelling van belastingen bij invoer’ worden aangevraagd en toegekend. Met ingang van dit kalenderjaar is een dergelijke vergunning niet meer van toepassing en geeft het verhuisbedrijf de specifieke vrijstellingscode door in de aangifte ten invoer. Wel geldt hiervoor een aantal voorwaarden, zoals: ·
de normale verblijfplaats wordt overgebracht van buiten de EU naar binnen de EU;
accijnsgoederen en auto’s uitgesloten. In het arrest Hoge Raad van 16 januari 2015, nr. 14/00968 staat de weigering van de fiscus om de vrijstelling voor bpm toe te passen, centraal. Een man brengt een in Frankrijk gekochte personenauto over naar Nederland. Deze auto is op 8 april 2011 gekocht en op 14 juni 2011 in Frankrijk geregistreerd. Sinds 2000 heeft hij met vrouw en dochter zijn normale verblijfplaats in Frankrijk. Vrouw en dochter verhuizen op 15 augustus 2011 naar een in Nederland gehuurde woning en laten zich bijschrijven in de gemeentelijke basisadministratie. Tot eind oktober 2011 houdt de man een woonruimte aan
11 in Frankrijk en schrijft zich vanaf begin
SAMENSTEL VAN PRESTATIES
november 2011 in op het Nederlandse adres
DOE NOG MAAR EEN GLAS WIJN!
waar vrouw en dochter verblijven. Voor het
De dienst bestaande uit het verstrekken van
Gerechtshof Amsterdam is in geschil of de man
voedingsmiddelen voor gebruik ter plaatse
zijn normale verblijfplaats naar Nederland heeft
in een hotel-, café-, restaurant-, pension- en
overgebracht toen zijn echtgenote en dochter
aanverwant bedrijf is onderworpen aan het
naar Nederland verhuisden. Dit houdt verband
verlaagde btw tarief van thans 6%. Wel is in
met de eerdergenoemde termijn van zes maanden dat de man in zijn normale verblijfplaats de auto in bezit had voordat men vertrekt naar een ander EU-land.
de post b12 van Tabel I behorende bij de Wet op de omzetbelasting 1968 nog expliciet opgenomen dat het moet gaan om voedingswaren als bedoeld in post a1 van
De Hoge Raad volgt het hof in zijn oordeel dat
dezelfde Tabel I. En laat bier en wijn nu
de fysieke aanwezigheid van de man in Frankrijk
eens niet hieronder te vangen zijn. Dit
niet doorslaggevend is om dat land tevens als
betekent dat het drankje bij het nuttigen van
normale verblijfplaats aan te wijzen. Bovendien
de maaltijd, voor zover het een
kan de man geen beroep doen op de richtlijn
alcoholhoudend drankje betreft niet kan
waarin de belastingvrijstellingen zijn opgenomen
delen in het verlaagde tarief. Althans? De
bij definitieve invoer uit een lidstaat van
meningen hierover zijn verdeeld. Daarom
persoonlijke goederen door particulieren: de bpm is geen belasting waarop die vrijstellingen zien. Kortom: met de verhuizing van zijn vrouw en dochter van Frankrijk naar Nederland wordt binnen de gegeven omstandigheden van het
ook dat er in groten getale bezwaar wordt gemaakt tegen de eigen btw-aangiften door horecaondernemers. Bepleit wordt dat er sprake is van één dienst, namelijk het
geval tevens de normale verblijfplaats van de
nuttigen van een maaltijd. Hierbij gaat het
man overgebracht, ook als hij nog enige tijd in
verstrekken van het glas wijn/bier op in de
Frankrijk verblijft. Maar het blijft een plek onder
hoofdprestatie, zijnde een restaurantdienst.
de zon!
De Belastingdienst ontvangt echter veel GIJS OTTEN
ongemotiveerde bezwaren waarin verzocht wordt de behandeling aan te houden totdat er in een proefprocedure uitspraak is gedaan. Nu is er feitelijk geen proefprocedure en bestaan er ook geen
12 plannen tot een dergelijke proefprocedure.
welke voedingsmiddelen (eten en drinken) in
Dit omdat er zich in de horeca verschillende
welk kader genuttigd zijn. De omzet zal dus
situaties voordoen, ieder met een eigen
moeten worden uitgesplitst in eten, drinken
feitencomplex. En het ontberen van een
(alcohol en niet alcohol), eventueel snacks
eensluidend feitencomplex is an sich al
en eventuele overige omzet (zaalhuur en
reden af te zien van een proefprocedure.
entertainment).
Ook is de Belastingdienst de mening toegedaan dat het Hof van Justitie in
Al met al dus een flinke klus om te klaren.
verschillende arresten zich al heeft
Probeer daarom met uw inspecteur een
uitgesproken over de vraag of er al dan niet
afspraak te maken over de toekomstige
sprake is van één (restaurant)dienst.
tijdvakken. Dit om te voorkomen dat u ieder tijdvak deze exercitie moet maken. Denk
Dit betekent dat de Belastingdienst de
hierbij bijvoorbeeld aan de afspraak dat de
bezwaren in behandeling neemt en per
inspecteur met betrekking tot toekomstige
belastingplichtige een gemotiveerd
tijdvakken ambtshalve aan de bezwaren
bezwaarschrift moet worden ingediend. Een
tegemoet komt, indien te zijner tijd uit
groot aantal rappels is inmiddels verzonden
rechtspraak blijkt dat er sprake is van één
vanuit de Belastingdienst waarin aan de
restaurantdienst, belastbaar tegen het
belastingplichtige (of haar adviseur)
verlaagde btw-tarief. En leg deze afspraak
verzocht wordt het bezwaarschrift nader te
schriftelijk vast.
motiveren. Naast de eisen die Algemene wet bestuursrecht en Algemene wet inzake
AD FRUIJTIER
rijksbelastingen aan het bezwaarschrift stellen wordt in de rappels verzocht om nadere gegevens. Naast het bedrag dat in
COLOFON REDACTIE: MR. LUCAS BLOM AA RB
geding is, de motivering en een beschrijving
(HOOFDREDACTEUR) ¢ PAUL CRAMER RB ¢
van de bedrijfsactiviteiten wordt er vooral
MR. RICK FRANKE LL.M. RB ¢ MR. AD FRUIJTIER
verzocht om cijfermateriaal. Eén en ander
RB ¢ HARRY HENDRIKS RB ¢ MR. GIJS OTTEN
dient inzichtelijk gemaakt te worden op basis van gegevens uit de administratie en terug te herleiden zijn tot de werkelijke transacties. Ten minste moet duidelijk zijn
RB ¢ MR. DICK ROEMELING RB Btw Update is een uitgave van het RB btwspecialistennetwerk voor het Register Belastingadviseurs en verschijnt 10x per jaar op het RB Ledennet. Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen met het RB via
[email protected].
13 De informatie in Btw Update heeft een signalerend karakter, is niet bedoeld als advies en de ontvanger/gebruiker kan hieraan geen rechten ontlenen. Ondanks de zorgvuldige samenstelling van de inhoud van Btw Update kan het RB en de betrokken btw-specialisten geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor schade, direct dan wel indirect, tengevolge van eventuele fouten, vergissingen of onvolledigheden van de aangeboden informatie.
Btw Update kan verwijzen naar andere websites of andere bronnen. Het RB heeft geen controle of zeggenschap over zulke andere websites en bronnen en is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de beschikbaarheid, de inhoud en de veiligheid daarvan, noch voor eventuele inbreuken op auteursrechten of andere intellectuele eigendomsrechten via zulke websites of bronnen. Het is de ontvanger/gebruiker van Btw Update niet toegestaan deze te vermenigvuldigen, te distribueren, te verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, zonder uitdrukkelijke, schriftelijke toestemming van het RB