BRUberichten nummer 59 juli 2009

BRUberichten

nummer

59 juli 2009

◆

Actieprogramma Woningbouw

◆

€ 96 miljoen van het rijk

◆

Vijf vragen aan….Hink Ketting (RHB)

◆

A12 SALTO

◆

Make-over voor bushaltes

pechhavens

BRU financiert aanleg pechhavens langs A2 en A27 Als er files staan op de A2 of de A27, mogen lijnbussen er sinds april 2008 langs rijden via de vluchtstrook. Dat is afgesproken in het kader van het project ‘Ruimte voor de bus’. Bestuur Regio Utrecht, één van de partners van Utrecht Bereikbaar, is erg blij met die regeling, want op beide snelwegen komen files regelmatig voor. Rijkswaterstaat stelde bij de toestemming om bussen over de vluchtstroken te laten rijden wel een voorwaarde: er moet een vijftal pechhavens aangelegd worden. Bestuur Regio Utrecht biedt daarvoor de benodigde financiële middelen. Drie pechhavens komen langs de A2 en twee stuks langs de A27, tussen de A12 en knooppunt Everdingen. Twee van de drie pechhavens langs de A2 zullen overigens in 2010 weer verdwijnen, in verband met de uitvoering van de wegverbreding. Op 22 juni is Rijkswaterstaat gestart met de daadwerkelijke aanleg van de pechhavens. Naar verwachting zijn de werkzaamheden gereed nog voor de bouwvakvakantie op 27 juli begint.

Meer informatie: Rob van de Veen, [email protected], 030-2862521

De kortste weg tussen papier en fietspad De fiets is belangrijk - niet voor niets is in de Pakketstudie Ring Utrecht bijna € 10 mln. opgenomen voor fietsbeleid. Bestuur Regio Utrecht spant zich momenteel in om dat beleid ook echt te verwezenlijken: daadwerkelijk aangelegde fietsroutes, extra leenfietsvoorzieningen en bijvoorbeeld meer stallingen. Het team Regie op Uitvoering van Bestuur Regio Utrecht heeft verschillende redenen om de fietsprojecten uit de Pakketstudie nu zelf actief op te pakken. Teammanager Peter Schouten: “Er ligt goed beleid klaar, bestuurlijk goedgekeurd en financieel gedekt. Dat moet worden vertaald in praktische en nuttige projecten. En die projecten moeten vervolgens ook snel tot uitvoering komen. Daar willen wij zelf ook meer ervaring in op doen: welke manieren zijn er om de stap van beleid naar uitvoering te stimuleren.” Zo resulteerde een inventariserende ronde langs de gemeenten, afgelopen winter, in goede voorstellen voor een aantal concrete routes en maatregelen die zonder meer mogelijk zijn. Die worden nu in projecten omgezet, die in principe volledig gesubsidieerd worden. Ook over bijvoorbeeld de verbetering van meer samenhangende fietsnetwerken wordt momenteel met de gemeenten gesproken. En dat de afstand tussen papieren beleid en daadwerkelijke aanleg inderdaad klein kan zijn, bewijst de Oude Mereveldseweg in Houten. Want de aanleg van een fietsroute over deze weg is dit voorjaar al gestart.

Meer informatie: Hans van Mook [email protected] 030-2862566

“De aanleg van een fietsroute over de Oude Mereveldseweg in Houten is dit voorjaar al gestart” 2

Nieuwe gezichten in het bestuur Het algemeen bestuur heeft op 24 juni ingestemd met de aantreding van Ingrid de Bondt en Harm Janssen in het dagelijks bestuur van Bestuur Regio Utrecht. Zij nemen de opengevallen plaatsen in die vrijkwamen na het vertrek van Tymon de Weger en Robert Giesberts.

€ 96 miljoen voor versnelde doorstroming OV en wegverkeer Je kunt wel nuttige plannen hebben, maar er moet ook geld zijn om ze uit te voeren. En omgekeerd: er kan wel onverwachts geld vrijkomen voor een zinvol doel, maar zonder een gefundeerd plan blijft dat onbenut in kas. Om dat dilemma te vermijden, zorgt Bestuur Regio Utrecht er voor steeds in beeld te houden welke belangrijke verkeersopgaven om een oplossing vragen. Ook als er nog geen zicht is op financiering. Toen staatssecretaris Huizinga van Verkeer en Vervoer onlangs fondsen beschikbaar stelde om versneld te investeren in regionale knelpunten, had Bestuur Regio Utrecht daarvoor al een aantal noodzakelijke projecten voor ogen. Dat resulteerde in een convenant voor uitvoering van Actieprogramma Regionaal Openbaar Vervoer, ter grootte van € 70 mln. In een ander convenant, gericht op doorstroming voor autoverkeer, stelde het rijk nog eens € 26 mln. beschikbaar. Dankzij de rijkssubsidies kan onder meer de doorstroming op twee grote busroutes in de Utrechtse stadsregio versneld worden versoepeld: al in de komende paar jaar. Dat zal gebeuren door op de ene plaats een busbaan aan te leggen en elders een kruising of een aansluiting aan te passen. Maar hoe het er precies uit gaat zien, dat wordt momenteel uitgewerkt, vertelt Peter Smit, teammanager Strategisch Beleid bij Bestuur Regio Utrecht. “Samen met de gemeente Utrecht gaan we nu een programma van eisen opstellen. Op basis daarvan gaat een gemeentelijke projectgroep concrete deelprojecten ontwerpen, uitwerkingen maken, uitvoering voorbereiden.” Want ook geld en plannen volstaan natuurlijk nog niet: het moet daadwerkelijk uitgevoerd worden. Zodat binnen een paar jaar de reizigers en de weggebruikers profijt hebben van de investeringen.

Ingrid de Bondt Harm Janssen

Meer informatie: Peter Smit [email protected] 030-2862541 3

Actieprogramma Woningbouw

‘Bouwtempo kan alleen omhoog door intensiever Om het regionale woningtekort terug te dringen, moet het bouwtempo fors opgevoerd worden. Een belangrijk speerpunt is het sociale segment. In de uitvoering lopen gemeenten echter tegen tal van moeilijkheden aan. Daarom klinkt steeds duidelijker de roep om een intensievere samenwerking. Bert Roolvink

Werner van Vossen

Bert Lubbinge

Gevraagd naar de stand van zaken in Maarssen laat wethouder Warner van Vossen weten niet ontevreden te zijn. Er worden momenteel verschillende interessante projecten ontwikkeld, waarbij 35 procent sociale woningbouw de insteek is. Evengoed loopt ook hij tegen problemen aan. “Zo is er een project waar de gemeente er niet in slaagt om met de ontwikkelaar een goede samenwerkingsovereenkomst op te stellen. Bij een ander project wil de betrokken corporatie ineens niet meer afnemen. Een probleem van een andere orde is dat Maarssen bijna door de bouwlocaties heen is. Daarom richten we ons op nieuwe invalshoeken zoals het transformeren van leegstaande kantoorpanden tot starterswoningen. Ook dat brengt weer een eigen complexiteit met zich mee.”

Nakomen Als portefeuillehouder RO bij Bestuur Regio Utrecht en wethouder in Nieuwegein kent Bert Lubbinge de complicerende factoren maar al te goed. “Het gaat om langdurige processen, met de nodige momenten voor beroep en bezwaar. De grondverwerving kan lastig zijn en vaak gaat het om dure

binnenstedelijke locaties die moeilijk te exploiteren zijn, zeker als er ook nog sociaal gebouwd moet worden. De crisis voegt daar nog een extra dimensie aan toe. Maar ondanks die moeilijkheden moeten we elkaar wel aan blijven spreken op het nakomen van afspraken.”

Persoonlijk Bert Roolvink, voorzitter van het Regioplatform Woningcorporaties Utrecht-midden (RWU) deelt deze opvatting. “Ik vind dat bestuurders bij gemeenten en corporaties dit tot een persoonlijk probleem moeten maken. Natuurlijk zijn er factoren aan te wijzen die het lastig maken. Maar we moeten niet vergeten dat we met elkaar een opgave hebben bepaald, die op zich helemaal niet onrealistisch is. Daarbij hebben we vanuit ons werk de nodige ervaring met deze factoren. Zaken oplossen is ons werk. Daar worden we tenslotte voor ingehuurd.”

Eindeloos interessant Lubbinge: “Voor wethouders RO moet dit een eindeloos interessante periode zijn. Juist nu wordt de eigen creativiteit aangesproken. Ik merk in mijn eigen organisatie dat veel mensen hier

ongelofelijk veel positieve energie uit halen. Kijk samen vooral naar wat er wel mogelijk is. Belangrijk daarbij is een constructieve houding en dat beide partijen open kaart spelen. Want als niet helder is wat de problemen zijn, dan kan je met elkaar ook geen oplossingen vinden.”

Coördinatie Uit een inventarisatie blijkt dat er op het gebied van ondersteuning verschillende behoeftes zijn. De ene gemeente heeft bijvoorbeeld te kampen met een gebrek aan capaciteit, bij een andere gemeente ontbreken de financiële middelen. In Maarssen is vooral ondersteuning op het gebied van coördinatie gewenst. “Om tot snelle realisatie over te kunnen gaan, is het zaak dat je eventuele problemen van tevoren goed inschat. Dat lukt beter als je daar samen met partijen als Bestuur Regio Utrecht en het RWU naar kijkt. De samenballing van krachten maakt het mogelijk om sneller te opereren.” De vaart erin houden is volgens Roolvink van het grootste belang. “Omwille van de werkgelegenheid en het effect op de huizenprijzen. Zodra een en ander weer aantrekt,

Het Actieprogramma Woningbouw is gericht op het verhogen van de (sociale) woningproductie. Dat is nodig omdat er in de Utrechtse regio een groot woningtekort is en de wachtlijsten voor sociale huurwoningen erg lang zijn. In 2007 en 2008 is het Actieprogramma Woningbouw uitgevoerd, gericht op het verhogen van de productie vóór 2010. Nu wordt gewerkt aan een nieuw actieprogramma voor de periode 2010 – 2015. Daarin wordt vooral ingezet op het aanjagen van de sociale woningbouw. Niet alleen bestaan daarvoor momenteel betere kansen in het licht van de financiële crisis, ook zijn de BRU-gemeenten het er over eens dat aan dat onderdeel meer dan voorheen prioriteit moet worden gegeven. Daartoe wordt nadrukkelijk samen opgetrokken met het Regioplatform Woningcorporaties Utrecht-midden (RWU). Het plan van aanpak voor het nieuwe Actieprogramma Woningbouw is op 25 juni besproken in het overleg van de portefeuillehouders RO en komt op 6 juli in het dagelijks bestuur van Bestuur Regio Utrecht aan de orde.

4

zullen de prijzen als gevolg van het tekort in deze regio fors stijgen. Als de productiemotor stil valt, duurt het jaren voor deze weer warm is.”

Streep licht Een belangrijk instrument om het tempo op te voeren, zijn de aanjaagteams waarin Bestuur Regio Utrecht en het RWU nauw samenwerken. Lubbinge: “Vanuit die samenwerking beschikken we over een scherpe monitor, die inzichtelijk maakt welke projecten stokken en welke goed lopen. Zo kunnen we gericht analyseren hoe we stokkende projecten een extra duwtje kunnen geven.” Roolvink ziet de aanjaagteams als een eerste stap in de goede richting. “Maar een intensievere samenwerking is noodzakelijk. Tussen de voornemens van gemeentes en corporaties zit nog weleens een streep licht. Voor Bestuur Regio Utrecht en het RWU de schone taak om die ertussenuit te halen. Tegelijk moeten we onze eigen achterbannen prikkelen om afspraken na te komen.”

Spreiding Zowel Van Vossen, Lubbinge als Roolvink wijzen ten slotte op het belang van een regionale spreiding, waar het gaat om sociale bouw. Allereerst is de stad nu te zwaar belast. En volgens Roolvink moet je mensen die afhankelijk zijn van huur ook keuzes kunnen bieden. “Vergeet niet dat mensen met een middelbaar opleidingsniveau erg belangrijk zijn voor een lokale en regionale economie. Die moet je graag in je gemeente willen hebben.”

Tekst: Randy Jansink, Schrijfbedrijf Oost

samen te werken’

Bestuur Regio Utrecht zorgt voor actuele reisinformatie In de regio Utrecht en de provincie Utrecht wordt gewerkt aan de invoering van het nieuwe Dynamische Reis Informatie Systeem (DRIS). Bestuur Regio Utrecht en de provincie Utrecht werken hierin nauw samen. Onder andere op de buslijn van Utrecht CS naar De Uithof is het oude systeem vervangen. Het nieuwe systeem op deze lijn wordt momenteel getest. Hieruit moet duidelijk worden of de signalen van de bussen naar de centrale computer én van de centrale computer naar de informatiepanelen goed overkomen. Het nieuwe DRIS maakt voor de panelen gebruik van led-lampjes. Deze technologie is weinig storingsgevoelig, onderhoudsvriendelijk en bovendien is de informatie beter leesbaar. Betuur Regio Utrecht zorgt voor plaatsing op alle haltes op de HOV-banen en de belangrijkste haltes in het stadsregiogebied. De tests moeten in de tweede helft 2009 gereed zijn, de afronding van het totale project wordt verwacht voor eind 2010. Uiteindelijk worden in totaal zo’n 450 DRIS-panelen geplaatst. Uit onder andere de Klantenbarometer OV komt naar voren dat reizigers goede en actuele reisinformatie heel belangrijk vinden. Landelijk gezien, maar ook in de regio Utrecht, wordt dat onderdeel slecht gewaardeerd. Steden waar een vergelijkbaar DRIS is ingevoerd, zoals Den Haag, scoren daarentegen veel beter. Reiziger hebben het gevoel dat de wachttijd veel korter is als men actuele reisinformatie krijgt, zo blijkt uit het onderzoek. Bestuur Regio Utrecht heeft ervoor gekozen om een systeem te plaatsen waarbij één partij aanspreekbaar is voor de hele keten. Dat houdt in dat Bestuur Regio Utrecht zelf verantwoordelijk is voor zowel het centrale computersysteem als voor de informatiepanelen op straat. Hiermee wordt voorkomen dat iedere vervoerder zijn eigen DRIS-panelen plaatst, en dat dit materiaal bij het ingaan van een nieuwe concessieperiode opnieuw vervangen moet worden.

Meer informatie: Ralph Kohlmann [email protected] 030-2862557

Meer informatie: Jos Jongerius [email protected] 030-2862553 5

Met ondersteuning van Bestuur Regio Utrecht worden in de negen deelnemende gemeenten tal van projecten gerealiseerd. In deze rubriek vertellen twee gemeenten elk over een actueel project.

Project in beeld Gijs van der Zwaan, programmamanager namens de gemeente en de provincie vertelt over de reconstructie van de Gedekte Gemeenschapsweg in Houten. Met dit project wordt een belangrijk onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW) in ere hersteld en voor recreatief gebruik ontsloten.

Reconstructie Gedekte Gemeenschapsweg Houten ‘Vanaf het begin hebben we omwonenden nauw bij de reconstructie betrokken. Voor hun gevoel is het echt hun project geworden.’

Gijs van der Zwaan

Hoe draagt Houten met dit project bij aan de uitvoering van het Regionaal Structuur Plan (RSP)? “De Gedekte Gemeenschapsweg is rond 1870 aangelegd als weg met daarnaast een aarden wal waarin een aantal elementen als groepsschuilplaatsen en geschutsbanken is opgenomen. De wal maakte het mogelijk dat troepen zich ongezien door de vijand konden verplaatsen. Naast de versterking van cultuurhistorische waarden, zorgt de reconstructie voor een goede ontsluiting voor recreatieve doeleinden. Daarmee werken we aan een betere spreiding van de stedelijke uitloop, zodat de druk op andere plekken in de regio af kan nemen.” Hoe wordt dit project bekostigd? “Het project is opgedeeld in twee fasen. Tijdens de eerste fase is het aarden werk gerestaureerd. Daarbij hebben we in de wal een doorsnede gemaakt, zodat bezoekers kunnen zien hoe de

6

wal opgebouwd is. Verder is een trap aangelegd, waarmee twee parallelle wandelpaden met elkaar verbonden worden. Deze fase is eind februari opgeleverd en de kosten bedragen € 600.000. In fase twee herstellen we de groepschuilplaatsen en maken deze geschikt voor recreatief gebruik. Ook leggen we bij het Lunet aan de Snel een brug aan en realiseren we een tweede wandelroute. Hiervoor komen de kosten uit op € 300.000. Met betrekking tot de eerste fase hebben we geld van de provincie en het rijk ontvangen. Voor de tweede fase dragen provincie en Bestuur Regio Utrecht bij in de kosten.”

Even verderop ligt de rustige Molenbuurt. Door het gebied voor recreatie te ontsluiten, zal de toeloop naar het gebied groter worden. Om die reden hebben we de buurt uitgenodigd voor de ontwerpsessies. Ook hebben ze meegelopen in de complete onderzoeksfase. Voor de uitvoering van fase één hebben we de buurt eveneens opgezocht. Dat heeft er onder andere toe geleid dat voor de aanvoer van zand met vrachtwagens andere routes zijn gekozen. Op die manier is de buurt zeer betrokken geraakt bij het project. Voor hun gevoel is het echt hun project geworden.”

Wanneer zijn de eerste resultaten zichtbaar? En wanneer is het project voltooid? “De eerste fase is zoals gezegd opgeleverd. In fase twee beginnen we met de aanleg van een wandelpad en plaatsen we een bankje. Daarmee gaan we deze zomer van start. Voor de aanpak van de groepsschuilplaatsen en de bouw van de brug is een bouwvergunning nodig en ik schat dat we de klus in oktober kunnen aanbesteden. De verwachting is dat mei volgend jaar alles opgeleverd is.”

Zit er nog meer in het vat waarvoor bij Bestuur Regio Utrecht subsidie wordt/kan worden aangevraagd? Zo ja, welke projecten zijn dat? “Over enige tijd wordt het nabijgelegen Fort Honswijk door Defensie overgedragen aan de enveloppecommissie Linieland. Aan Bestuur Regio Utrecht vragen we een bijdrage in de restauratiekosten van het casco. Gezien de huidige staat wordt er momenteel noodherstel uitgevoerd. Voor we met het fort de markt op kunnen, op zoek naar een passende exploitatievorm, moet er fors geïnvesteerd worden. Verder vragen we aan Bestuur Regio Utrecht een cofinanciering voor de ontsluiting van het gebied Linieland door middel van wandel- en fietspaden.”

Wat vindt u in de Houtense aanpak de moeite waard om te delen met lezers uit andere BRU-gemeenten? “Vanaf het begin hebben we omwonenden nauw bij de reconstructie betrokken.

dleeb ni tcejorP Een nieuwe tijdelijke fietsenstalling op het Smakkelaarsveld biedt de komende vijf jaar ruimte aan 2.500 fietsen. Daarmee stimuleert de gemeente Utrecht het gebruik van de fiets als aanvullend vervoermiddel op het openbaar vervoer. Zo houden we het veranderende Stationsgebied goed bereikbaar, aldus projectleider Estéban van Zeijl.

Tijdelijke fietsenstalling Smakkelaarsveld Utrecht ‘De aandacht voor de tijdelijke situaties is enorm belangrijk.’

Hoe draagt de gemeente Utrecht met dit project bij aan de uitvoering van het Regionaal Verkeers- en Vervoerplan (RVVP)? “Met name door de mogelijkheid om de fiets tijdens de bouwwerkzaamheden te gebruiken als aanvulling op het openbaar vervoer, goed te faciliteren. In de afgelopen jaren is de capaciteit aan stallingsplaatsen fors uitgebreid, maar er is nog steeds sprake van een tekort. Tijdens de realisatie van het vernieuwde Stationsgebied zullen er nog bestaande plekken verdwijnen die weer gecompenseerd moeten worden. Uiteindelijk moeten er in de OV-terminal inpandig 22.000 gratis en betaalde stallingsplaatsen opgeleverd worden. Tot die tijd voorziet de tijdelijke voorziening op het Smakkelaarsveld met 2.500 plaatsen in een grote behoefte.” Hoe wordt het project bekostigd? “Het officiële budget bedraagt ruim € 3 miljoen, waaraan alle betrokken partijen bijdragen. Naast Bestuur Regio Utrecht zijn dat de Projectorganisatie Stationsgebied (POS), ProRail en de afdeling Parkeren van de gemeente Utrecht.” Wanneer zijn de eerste resultaten zichtbaar? En wanneer is het project voltooid? “Het eerste deel van de stalling, goed voor 1.250 plaatsen, is op 7 april geopend. Deze plaatsen worden

continu gebruikt en van de gebruikers krijgen we terug dat ze er zeer tevreden over zijn. Voor het realiseren van het tweede deel moeten we nog even wachten op de werkzaamheden waarbij kabels en leidingen verlegd worden. Die zijn nu vrijwel afgerond en de bedoeling is dat de complete stalling eind juli gereed is.” Wat vindt u in de Utrechtse aanpak de moeite waard om te delen met lezers uit andere BRU-gemeenten? “De Utrechtse situatie is natuurlijk uniek. We hebben te maken met een compacte binnenstad, waar in vergelijking tot andere grote steden voorzieningen zoals een metro ontbreken. Daardoor is Utrecht de meest fietsdichte plek van Nederland, en dan met name het stationsgebied. Bij de aanpak van dit gebied zijn veel publieke en private partijen betrokken. Dat zorgt voor een breed draagvlak, essentieel bij een project van deze omvang. Het is duidelijk dat de werkzaamheden voor de nodige overlast zullen zorgen. Daarom spannen alle partners zich tot het uiterste in om dit te beperken en het gebied goed bereikbaar te houden. De aandacht voor de tijdelijke situaties is enorm belangrijk.”

Estéban van Zeijl

Zit er nog meer in het vat waarvoor bij Bestuur Regio Utrecht subsidie wordt/ kan worden aangevraagd? Zo ja, welke projecten zijn dat? “Het realiseren van 22.000 stallingsplaatsen is een enorme opgave. Daarvoor zullen vijf (mega)grote stallingen worden gebouwd, waaraan hoge kwaliteitseisen worden gesteld. Bezoekers moeten deze voorzieningen vooral als prettig en veilig ervaren, anders worden ze niet gebruikt. Voor die kwaliteit moeten aanvullende budgetten beschikbaar komen. Verder verwacht ik dat er, naast de Smakkelaarsveldstalling, elders in het gebied ook nog tijdelijk stallingscapaciteit nodig zal zijn. Bijvoorbeeld als de parkeergarage onder het Jaarbeursplein aangelegd wordt. Voor dergelijke projecten kloppen we te zijner tijd ook bij Bestuur Regio Utrecht aan.” Tekst: Randy Jansink, Schrijfbedrijf Oost

7

OV weer grote post in verkeersbegroting Voor de jaren 2009 en 2010 reserveert Bestuur Regio Utrecht in totaal ruim € 276 mln. voor projecten en exploitatie op het gebied van verkeer en vervoer in de regio. Zoals gebruikelijk wordt een aanzienlijk deel daarvan aangewend voor de exploitatie van het OV. Ongeveer € 115 mln. is voor bus- en tramconcessies en Regiotaxi Utrecht, € 36 mln. voor onderhoud en beheer van infrastructuur en materieel dat Bestuur Regio Utrecht in eigen beheer heeft, zoals de trams en het Dynamische Reis Informatie Systeem. Zo’n € 125 mln. is bestemd voor verkeer- en vervoersprojecten, verkeersveiligheid en mobiliteitsmanagement. Op 24 juni heeft het algemeen bestuur van Bestuur Regio Utrecht de begroting 2010 vastgesteld en die voor 2009 gewijzigd. Al eerder dit jaar had het dagelijks bestuur het Regionale Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2009 geactualiseerd; met de begrotingswijziging is dat nu gedekt. Omdat het uitvoeringsprogramma voortaan opgenomen is in de jaarlijkse begrotingscyclus, is het programma voor 2010 nu tegelijkertijd met dat van 2009 vastgesteld.

Meer informatie: Johan Lips, [email protected], 030-2862519

Aanbesteding OV: één concessie voor acht jaar Het openbaar vervoer in de stadsregio wordt in 2010 door middel van één concessie aanbesteed voor de wettelijk maximale periode van acht jaar. In deze nieuwe opzet zijn de huidige drie concessies, te weten: regiovervoer (bus en tram), stadsvervoer Utrecht en de spitslijnen, samengebracht. Met dit besluit wil het dagelijks bestuur van Bestuur Regio Utrecht zowel de beheersing als de kwaliteit van het openbaar vervoer verbeteren. Gezien de omzet die met deze aanbesteding gemoeid is, rekent Bestuur Regio Utrecht op maximale biedingen vanuit de vervoerswereld. Momenteel wordt door een bestuurlijke stuurgroep en een ambtelijke werkgroep hard gewerkt aan een bestek en een Programma van Eisen.

Tijdpad Na de voorbereidingen wordt de aanbesteding in juni 2010 binnen de Europese Unie gepubliceerd. De bedoeling is dan dat de opdracht in december 2010 verleend wordt. Na een implementatieperiode van ongeveer een jaar gaat de partij die de aanbesteding gewonnen heeft op 11 december 2011 daadwerkelijk met het vervoer van start. 8

Meer informatie: Jan van Riel [email protected] 030-2862506

Voorbereiding aanleg busbaan A28 stopgezet De voorbereiding voor de aanleg van een busbaan aan de zuidzijde van de A28, tussen De Uithof en Utrechtseweg/Zeist is stopgezet, nu er geen spitsstroken worden aangelegd. Dat hebben de

De Staart, nu nog de enige verbinding van Houten met de snelweg

deelnemende projectpartijen afgesproken.

Door de gewijzigde uitgangssituatie zou het project namelijk vijf maal duurder uitvallen dan oorspronkelijk begroot. Het project is daarom als gewenste voorziening voor het busverkeer tussen Zeist en Utrecht geschrapt. Eind 2007 is aan Grontmij opdracht gegeven om een ontwerp en kostenraming te maken voor een busbaan op de vluchtstrook. Uitgangspunt was hierbij dat op de A28 spitsstroken zouden worden aangelegd. De kosten voor uitvoering van deze voorziening werden geraamd op € 4,3 mln. In 2008 is het idee van de aanleg van spitsstroken echter verlaten en vervangen door een verbreding van de A28 met extra rijstroken. Voor de busbaan bleek dan een aparte rijbaan nodig, omdat er geen gebruik gemaakt kan worden van de vluchtstrook. De hiermee gemoeide investering zou € 22 mln. bedragen, met als grootste kostenpost de aanleg van een nieuw viaduct over de Biltse Grift (€ 14 mln.).

Akkoord over - onder meer aansluiting Houten op A12 De oplossing voor de verkeersproblemen in het Kromme Rijngebied is een flinke stap dichterbij gekomen. Op 5 juni ondertekende Ineke van der Hee, hoofdingenieur-directeur Rijkswaterstaat Utrecht, als eerste van de tien deelnemende partijen de bestuursovereenkomst voor het project A12 SALTO.

In die overeenkomst staan de afspraken over de uitvoering van de tweede aansluiting van Houten op het rijkswegennet, via het zogeheten Rijsbruggerwegtracé. Ook zijn afspraken gemaakt over het tegengaan van doorgaand verkeer in het buitengebied tussen Bunnik en Houten en over de oplossing van de verkeersproblemen in de gemeente Bunnik. Gecoördineerd door Bestuur Regio Utrecht werken rijk, provincie Utrecht en zeven gemeenten samen aan korte- en langetermijnoplossingen voor het verkeer in het Kromme Rijngebied. Zo heeft de gemeente Houten al lang een tweede aansluiting op het rijkswegennet nodig. De colleges van de deelnemende partijen en het rijk zijn nu overeengekomen dat het Rijsbruggerwegtracé daarvoor de gewenste verbinding is; dat tracé loopt deels over het grondgebied van Bunnik. Inmiddels wordt een voorontwerp-bestemmingsplan voorbereid. Het bestemmingsplan moet worden vastgesteld door de gemeenteraden van Bunnik en Houten. In de bestuursovereenkomst is gelijktijdig vastgelegd dat ook andere verkeersproblemen in het gebied worden opgelost.

Meer informatie: Meer informatie: Rob van de Veen [email protected] 030-2862521

Rob van de Veen [email protected] 030-2862521

9

Nog even geduld gevraagd voor Weense trams Regelmatig heeft Bestuur Regio Utrecht gemeld dat de Weense trams er aan komen. Ze gaan rijden als extra spitstrams op de tramlijn tussen Utrecht CS en Nieuwegein Zuid. Dat zal inderdaad gebeuren, maar het duurt langer dan mocht worden voorzien.

De trams zelf zijn inmiddels aangepast, ze kregen onder meer net als de huidige trams de nieuwste boordcomputers. Bij de uitgebreide proefritten zijn de tramstellen zelf in orde bevonden. Maar de inpassing van de trams in de dagelijkse dienstuitvoering kost meer tijd. Zo bleek in de praktijk dat de onderhoudstoestand van de wissels nadere aanpassingen nodig maakte. De wissels worden daarom deze zomer gereviseerd. Die vernieuwing scheelt later in het onderhoud aan de wissels, maar voor de Weense tram betekent het opnieuw vertraging. “Het is natuurlijk jammer dat zo’n project langer duurt dan je tevoren kan inschatten,” zegt Pepijn Steenbergen, teammanager OV Infrastructuur. “Je hebt als OV-autoriteit ook niet alles zelf in de hand, we zijn veelal afhankelijk van andere partijen. Maar het blijft een mooi project waar spitsreizigers echt wat aan zullen hebben. Daarom wordt er hard aan gewerkt om alles voor elkaar te krijgen. Maar voortaan melden we de startdatum pas, als die echt vast ligt!”

Meer informatie: Pepijn Steenbergen, [email protected], 030-2862551

Akkoord over uitgebreid maatregelenpakket VERDER De samenwerkende partners in VERDER, mobiliteit in Midden-Nederland, zijn het erover eens: alleen een integraal pakket van maatregelen voor de mobiliteitsproblematiek in onze regio heeft een kans van slagen. Op 6 juli hebben zij afgesproken dit voorstel voor te leggen aan de raden en staten.

Het VERDER-pakket is opgebouwd uit de volgende onderdelen: ◆ No Regrets en basismaatregelen

Relatief kleine maatregelen die automobilisten een zo goed mogelijk alternatief bieden voor het autorijden in de spits, zoals fietsroutes en fietsbruggen, extra buslijnen en vrije infrastructuur voor bussen. ◆ Aanvullende maatregelen De grotere maatregelen op het onderliggende wegennet en voor het openbaar vervoer waartoe alleen besloten kan worden in samenhang met de ingrepen op het hoofdwegennet. Voorbeelden zijn de aanleg van nieuwe HOV-lijnen, tunnels voor bussen en fietsers en de aanleg van een tram tussen De Uithof en Utrecht CS. ◆ Planstudies Maatregelen voor het hoofdwegennet die voortkomen uit de planstudies. Hoewel voor de planstudies nog een langer studietraject nodig is, kan inmiddels wel een doorkijk gemaakt worden richting voorkeursalternatieven voor het hoofdwegennet. Het aanvullende pakket aan maatregelen hangt samen met die voorkeursalternatieven.

Meer informatie: Bastian Jansen, [email protected], 030-2862580 10

Vijf vragen aan . . .

Hink Ketting, voorzitter van het Regionaal Huurdersberaad

Op wat voor manieren heeft het Regionaal Huurdersberaad (RHB) met Bestuur Regio Utrecht te maken en wat vindt u van die samenwerking? “Het RHB vertegenwoordigt huurders in de werkgroep huisvesting van Bestuur Regio Utrecht, ofwel de ambtelijke groep. Daar praten we mee en verder zijn we als toehoorder aanwezig bij het bestuurlijk overleg. De samenwerking is goed. We zijn een volwaardige partner met een volwaardige inbreng.”

U bent betrokken geweest bij het opstellen van de Regionale Woonvisie 2030. Wat is uw invloed geweest en wat vindt u van het eindresultaat? “Het RHB heeft vooraf meegedaan aan één van de vier sessies, waarin alle stakeholders vanuit hun eigen specifieke achtergrond mee gepraat hebben. Vanuit de huurders hebben we aangegeven dat vooral gelet moet worden op de doorstroming, op een goede verdeling huur/koop. Ik moet bekennen dat we ons vooraf wel zorgen maakten over de mate van concreetheid van de visie. Dat het vooral insteekt op ‘we streven naar…’ Maar in het eindresultaat zitten voldoende concrete handvatten voor actie. Natuurlijk had het naar onze smaak nog concreter gemogen, maar ik vind dat er een goede visie ligt. Uiteraard blijft onze inzet niet beperkt tot deelname aan een sessie. We geven gevraagd en ongevraagd advies. Daarom maken we eind dit jaar een rondje langs alle BRU-gemeenten met een moderne presentatie waarin we onze uitgangspunten nog eens haarfijn uit de doeken doen.

Het RHB is een koepelorganisatie van huurdersverenigingen. Dat lijkt betrekkelijk ver weg van de huurders zelf. Hoe houden jullie voeling met de achterban? “Iedereen die in de koepelorganisatie zit, is bestuurder bij een huurdersvereniging. Zo hebben we een directe lijn met de achterban en weten we er wat er leeft. Zelf ben ik voorzitter van de Stichting Hart voor Huurders, waarin de huurdersverenigingen van Vleuten-De Meern en Harmelen zijn samengegaan. Maandelijks komt het bestuur bij elkaar voor overleg. Het RHB komt eens in de zeven tot acht weken bij elkaar om voornamelijk regio-overstijgende projecten te bespreken.”

Hoe raakt de economische teruggang de huurders in de Utrechtse regio – of is het in bepaalde opzichten zelfs gunstig? “Echt gunstig is het niet. De bouw in zowel de koop- als de huursector stagneert om tal van redenen. De crisis drukt daar nog eens extra zwaar op. Corporaties willen meer garanties voor ze hun geld uitgeven. Dit alles heeft ook zijn effect op de doorstroom van mensen uit een huurwoning naar een goedkope koopwoning. Kortom, voor de mensen die aangewezen zijn op de beschikbaarheid van een huurwoning is dat allemaal niet gunstig.”

Wat zou u graag over vijf jaar gerealiseerd willen zien en hoe kan de stadsregio daarbij helpen? “Uiteraard zou ik graag zien dat de woningnood in de regio teruggedrongen is. Of, dat deze in ieder geval niet opgelopen is door de crisis. Om binnen tien jaar op nul procent uit te komen lijkt me een utopie. We doen het goed als we het tekort binnen drie tot vijf terugbrengen naar 2,5 procent en vervolgens via een dalende lijn op die nul procent uitkomen.”

Tekst: Randy Jansink, Schrijfbedrijf Oost

11

Make-over voor bushaltes Sinds december 2005 is Bestuur Regio Utrecht actief bezig met het opwaarderen van de haltes in de regio. Samen met de negen samenwerkende gemeenten heeft Bestuur Regio Utrecht in het kader van het ‘kwaliteitsprogramma bushaltes’ een visie en stappenplan opgesteld. Daarnaast zijn ook belangenorganisatie en reizigersverenigingen betrokken bij de keuze van het nieuwe ontwerp. De haltes worden dusdanig aangepast dat deze op het gebied van duurzaamheid, uniformiteit, sociale veiligheid en toegankelijkheid voldoen aan de hoogste standaarden. Concreet betekent dit bijvoorbeeld het gebruik van duurzame materialen, een identieke uitstraling, goede zichtlijnen en verhoogde perrons. De haltes worden daarmee voor alle reizigers, die zelfstandig kunnen reizen, toegankelijk. Bestuur Regio Utrecht gaat in haar ambitie veel verder dan de landelijke eis, omdat de bushalte gezien wordt als het visitekaartje van het OV. Op dit moment zijn in alle gemeenten de voorbereidingen gaande voor de aanpassing van de haltes. Bestuur Regio Utrecht heeft daarbij een regisserende en faciliterende rol. De verwachting is dat begin 2010 al ruim 200 haltes zijn aangepast. De planning is dat voor 2015 ongeveer 750 haltes zijn aangepast aan de normen en wensen van de negen gemeenten van Bestuur Regio Utrecht.

Meer informatie:

Colofon

Pascal van der Velden, [email protected], 030-2862570

Postadres Postbus 14107 3508 SE Utrecht

Uitgave en eindredactie Bestuur Regio Utrecht

Tel 030 - 2862525 Fax 030 - 2862500

Tekst Bestuur Regio Utrecht Randy Jansink, Schrijfbedrijf Oost

www.regioutrecht.nl [email protected]

Grafisch ontwerp Ellen Bakker, Utrecht

Beeld Bestuur Regio Utrecht Erik van ’t Woud, Photosteron Gemeente Utrecht Berry Geerligs Nationale Beeldbank VNVF

Druk Kerckebosch, Zeist Uitgave Bestuur Regio Utrecht Juli 2009