ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
BROCHURE PROJECTINFORMATIE PROJECT ADRES
09 44 GPB Lange van Ruusbroecstraat Lange van Ruusbroecstraat 29 – Rolwagenstraat 90 2018 Antwerpen
A.
ALGEMEEN
A.1
ALGEMENE INFO
A.1.1 SEMI-CASCO De aangeboden woning en commerciële ruimte worden semi-casco afgeleverd: de koper dient zelf in te staan voor het plaatsen van de vloerafwerkingen, de keuken van de woning en een eventuele kitchenette in de commerciële ruimte. De koper kan zelf bepalen hoe en met wie hij de ruimtes verder afwerkt, daarbij waar nodig rekening houdende met de verdere bijzonderheden zoals eventueel vermeld in deze projectinformatiebrochure. Hij zal hiervoor best voorafgaand aan de verkoop raad inwinnen bij vakmannen zodat hij goed ingelicht zijn bod kan doen, rekening houdende met eventuele ontbrekende, plamuurwerken, egalisatiewerken, schilderwerken, en alle beperkingen van afwerking in het algemeen. De koper is ervan op de hoogte dat mogelijkerwijze niet alle afwerkingsmaterialen mogelijk zijn en dat er eventueel bijkomende werken of aanpassingen uitgevoerd moeten worden om de woning verder af te werken, bv. egaliseren vloer, opschuren wanden, verplaatsen aan- of afvoerleidingen AG VESPA kan niet aangesproken worden indien aan- en afvoerleidingen, buizen,… nog dienen aangepast te worden voor het plaatsen van toestellen (wc,kranen, douche, installaties,…) door de koper of indien de koper de aansluitingen dient te verplaatsen om welke reden ook. De toestand zoals de woning zich bij het plaatsbezoek voordoet is meteen ook de toestand waarin de woningen bij verkoop overgedragen worden. De koper is ertoe gehouden om vooraf de toestand goed in te schatten, zodat hij hiermee in zijn biedingsprijs rekening kan houden en biedt de prijs die de woning in deze toestand voor hem waard is. De koper dient zelf de voorziene ruimtes na te meten. AG VESPA garandeert niet dat de standaardmaten gehanteerd worden.
A.1.2 VOORLOPIGE EN DEFINITIEVE OPLEVERING De voorlopige oplevering vond plaats op 13 05 2016. De definitieve oplevering zal in principe plaatsvinden 1 jaar na de voorlopige oplevering.
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
1/1
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
A.1.3 POSTINTERVENTIEDOSSIER Het postinterventiedossier bevat nuttige technische informatie over het eigendom zoals verslagen, plannen, gebruiksaanwijzingen, … Je vindt hierin ook de gegevens van de architect, de eventuele studiebureaus en (onder)aannemer(s) terug. Het postinterventiedossier wordt samengesteld door de veiligheidscoördinator. Je krijgt het postinterventiedossier bij het verlijden van de authentieke akte. Het is de verantwoordelijkheid van de koper om het postinterventiedossier goed te bewaren en aan te vullen met nieuwe gegevens als er werkzaamheden plaatsvinden aan en in het gebouw Het postinterventiedossier is te beschouwen als een handleiding bij een gebouw, blijft ten allen tijde bij de woning en wordt bij elke verkoop doorgegeven aan de nieuwe eigenaar. Het postinterventiedossier bestaat uit 2 delen: Deel 1 bevat algemene informatie betreffende het project: projectgegevens, adviezen, verslagen, vergunningen en veiligheidsinformatie. Deel 2 bevat het as-built-dossier: plannen, details, foto’s en overige documenten die door de aannemer aangeleverd werden (attesten, waarborgen, gebruiksaanwijzingen, etc.). Hoe vul ik het postinterventiedossier aan? Als je zelf werken uitvoert aan een gebouw of werken laat uitvoeren, moet dit gedocumenteerd worden in het postinterventiedossier. Je moet er zelf voor zorgen dat het postinterventiedossier wordt aangevuld met alle relevante informatie die latere werkzaamheden veiliger zullen maken. Het betreft hier bijvoorbeeld technische fiches, onderhoudsinstructies, waarborgattesten, foto's van leidingen, … die de gebruiker van het gebouw voor gevaarlijke situaties kunnen behoeden.
A.2 STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING A.2.1 Stedenbouwkundige vergunning en relevante regelgeving AG VESPA heeft voor de oprichting van het gebouw een stedenbouwkundige vergunning verkregen. De koper dient zich bij de inrichting en afwerking van de woning en de commerciële ruimte wel te houden aan de eventuele voorwaarden van de stedenbouwkundige vergunning en alle relevante regelgeving, zoals: stedenbouwkundige verordening van de stad Antwerpen (bouwcode) te raadplegen via : https://www.antwerpen.be/docs/Stad/Stadsvernieuwing/Bestemmingsplannen/SV O_11002_233_10007_00002/SVO_11002_233_10007_00002_Index_sv.html Decreten: de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening aangevuld met de verschillende uitvoeringsbesluiten en omzendbrieven, het decreet betreffende het grond- en pandenbeleid, het decreet houdende de oprichting van de strategische adviesraad Ruimtelijke Ordening - Onroerend Erfgoed, het decreet houdende de Vlaamse W ooncode Ruimtelijke plannen: het gewestplan, geldende RUP’s of BPA’s en verkavelingsplannen.
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
2/1
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
Wetboeken: het Burgerlijk Wetboek en het Veldwetboek Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen: de verordening hemelwaterputten, de verordening toegankelijkheid. Milieuwetgeving: VLAREM, Milieueffectrapportage (MER) Bouwnormen: basisnormen brandveiligheid, geluidsnormen, EPB-regelgeving Gemeentelijke regelgeving: Politiecodex, reglement inname openbare weg door verplaatsbare voorwerpen en andere gemeentelijke verordeningen.
Zo dient de koper bv. bij het plaatsen van een verlaagd plafond rekening te houden met de minimale hoogtes van lokalen opgelegd door de Antwerpse bouwcode; etc. Ook voor de functie of inrichting van de commerciële ruimte, of het aanbrengen van elementen betreffende publiciteit dient te koper zich te houden aan geldende regelgevingen. AG VESPA adviseert om geplande inrichtingen of werken voorafgaand te bespreken met de dienst vergunningen van de Stad Antwerpen (tel: 03 338 66 66).
A.2.2 Administratieve verplichtingen Vanuit de stedenbouwkundige vergunning worden aan de kopers een aantal administratieve formaliteiten opgelegd: Vergunning en het bouwplan op de bouwplaats bewaren. Men moet op de bouwplaats tijdens de duur van de werken een afschrift en een gewaarmerkt stel plans ter beschikking houden van de bevoegde toezichthoudende ambtenaren. Energieprestatieregelgeving naleven. De Vlaamse overheid legt aan nieuwbouwwoningen en gerenoveerde woningen een aantal eisen op om de energieprestatie van deze woningen te verbeteren. Deze eisen noemt men de EPB-eisen. Men is verplicht om deze eisen te volgen bij de bouw of renovatie van zijn woning.
A.3
PLANNEN
A.4
BRANDVEILIGHEID
Alle maten op de verkoopsplannen die weergegeven worden in de verkoopbundel zijn louter indicatief. Toestellen en meubilair aangeduid op het plan worden niet geplaatst, met uitzondering van toiletten en badkamer, en zijn louter ter illustratie. AG VESPA is niet verantwoordelijk indien de gesuggereerde plaats van de wanden, toestellen of meubilair op de plannen niet realiseerbaar is. De koper dient zelf de ruimte en voorzieningen op te meten in functie van de mogelijkheden. In het postinterventiedossier krijgt de koper asbuilt plannen van de woning en de commerciële ruimte mee. Deze plannen zijn gedetailleerder en geven o.a. ook de ligging en aansluitingen weer van de aan- en afvoerleidingen waarop de koper zijn toestellen dient aan te sluiten. AG VESPA wijst de koper er op dat de maatvoering op de asbuilt plannen nog licht kan afwijken van de werkelijkheid en dat voor de plaatsing van de keuken e.d. de maten zeker nog apart moeten opgenomen worden. AG VESPA kan niet aansprakelijk gesteld worden bij afwijkende plannen.
Bij de afwerking van het pand dient de koper de nodige voorzieningen te treffen om de brandveiligheidsnormen na te leven.
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
3/1
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
Bovendien kunnen in de stedenbouwkundige vergunning specifieke voorwaarden voor dit gebouw opgelegd zijn door de brandweer. De koper dient zich in voorkomend geval strikt aan deze voorschriften te houden. Door AG VESPA werden de noodzakelijke voorzieningen getroffen wat betreft brandveiligheid. Doordat de twee entiteiten, woning en commerciële ruimte, ook onder en boven mekaar zijn gebouwd, werd het gebouw onderverdeeld in verschillende brandcompartimenten. Concreet zorgen de woningscheidende wanden en de schachtwanden ervoor dat de entiteiten brandtechnisch van mekaar gescheiden zijn. Bij de afwerking van de woning en/of de commerciële ruimte en bij eventuele werkzaamheden in de toekomst, dient de koper de nodige voorzieningen te treffen om de brandveiligheidsnormen na te blijven leven. Rookmelders: In de woning en de commerciële ruimte werden rookdetectoren geplaatst volgens de geldende reglementeringen. Bij de verdere afwerking van het gebouw moeten de rookdetectoren beschermd worden tegen stof. Het stof kan voor blijvende schade zorgen aan de toestellen waardoor ze later niet meer werken.
A.5
VEILIGHEIDSCOORDINATIE
De koper is verantwoordelijk voor de veiligheidscoördinatie wat betreft de binnenafwerking van de woningen. Het KB van 25 01 2001 op de tijdelijke en mobiele bouwplaatsen en de aanvullende Koninklijke Besluiten geldt ook voor inrichtings- en afwerkingswerkzaamheden. Dit wil zeggen dat de koper verplicht is een veiligheidscoördinator aan te stellen, zowel voor ontwerp als voor uitvoering, als twee of meer aannemers tegelijkertijd of achtereenvolgens de werken uitvoeren. Onder aannemers worden in deze context niet alleen aannemers bedoeld zoals die in de courante omgangstaal bedoeld worden, maar ook alle natuurlijke of rechtspersonen die tijdens de verwezenlijking van het bouwwerk activiteiten verrichten, dus ook bijvoorbeeld nutsmaatschappijen of onderaannemers. Particuliere doe-het-zelvers worden evenwel niet als aannemer beschouwd. De koper ontvangt een postinterventiedossier bij het verlijden van de authentieke akte. Het is de verantwoordelijkheid van de koper dit postinterventiedossier te vervolledigen in functie van de verdere werkzaamheden. Het Postinterventiedossier is te beschouwen als een handleiding bij een gebouw, blijft ten allen tijde bij de woning en wordt bij elke verkoop doorgegeven aan de nieuwe eigenaar.
A.6
EPB-REGELGEVING
Vanuit de energieprestatieregelgeving worden er eisen opgelegd op het vlak van energieprestatie en binnenklimaat. De eisen hangen af van: wanneer de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning ingediend werd; bestemming van het gebouw (wonen, commercieel, kantoor,…) aard van het werk (nieuwbouw, verbouwing, functiewijziging,…) De energieprestatieregelgeving legt 6 verschillende types eisen op, gegroepeerd in drie categorieën: thermische isolatie (maximale K-waarde van een gebouw of maximale Uwaarden of minimale R-waarden voor verbouwde of nieuwe delen)
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
4/1
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
energieprestatie (maximaal E-peil en netto-energiebehoefte) binnenklimaat (minimale ventilatievoorzieningen en beperken van risico op oververhitting).
Een overzicht van de van toepassing zijnde eisen en de behaalde resultaten voor de woning in het kader van de energieprestatieregelgeving is terug te vinden in het verslag opgemaakt door de door AG VESPA aangestelde verslaggever.
A.7 A.7.1
AKOESTIEK AKOESTISCHE NORM
De kopers dienen bij de verdere afwerking van de woningen de nodige voorzieningen te treffen om de geluidsnormen na te leven. Voor woongebouwen is er een recente normering die als leidraad dient voor het vastleggen van het akoestisch comfort in woongebouwen, namelijk NBN S01-400-1: Akoestische criteria voor woongebouwen. Twee categorieën worden onderscheiden, namelijk normaal comfort en verhoogd comfort. De eisen bij normaal comfort zijn erop gericht om 70% tevredenheid te realiseren bij normale lucht- en contactgeluidisolatie. De kopers dienen een normaal akoestisch comfort te realiseren. De nadruk ligt op het beperken van de onderlinge geluidsoverdracht tussen woningen (lucht- en contactgeluid) en het beperken van overlast naar de buren van installatielawaai. De luchtgeluidsisolatie kenmerkt de overdracht van luchtgeluid (bvb. spraak, muziek,…) tussen twee ruimtes. De contactgeluidisolatie kenmerkt het geluid door impact (bvb. loopgeluid) tussen twee ruimtes. Het beperken van overlast naar de buren ten gevolge van technische installaties (verwarming, ventilatie, airconditioning, sanitair, leidingen,…) De koper verklaart te weten dat er desondanks de door de verkoper genomen maatregelen geluidsoverdracht kan zijn tussen de verdiepingen.
A.7.2
ZWEVENDE DEKVLOEREN
Om de overdracht van contactgeluid te beperken en de vloeren te isoleren werden de dekvloeren zwevend uitgevoerd. Dit wil zeggen dat onder de dekvloer tussen de woningen onderling een isolatie voorzien werd die zorgt voor een soepele oplegging van de dekvloer. Om een volledige ontkoppeling van de zwevende vloeren naar de aanpalende bouwdelen te realiseren, werd over de gehele omtrek van de dekvloer een randisolatie aangebracht tegen de muur; deze bestaat uit stroken polystyreen of minerale wol. Op plaatsen waar deze enkele cm boven de afgewerkte vloer uitsteekt wordt deze na voltooiing van de vloerwerken best gelijk met de bovenzijde van de vloerbedekking afgesneden.
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
5/1
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
A.7.3
WONINGSCHEIDENDE MUREN EN WANDEN
De wand tussen traphal woning en de commerciële ruimte, op de gelijkvloerse verdieping, werd door AG VESPA uitgevoerd als ankerloze spouwmuur: twee gemetste wanden met daartussen een spouw gevuld met isolatie in minerale wol. Deze wand mag niet doorboord of gewijzigd worden.
A.8
STABILITEIT
Het is de koper niet toegelaten wijzigingen aan te brengen aan de stabiliteit van het gebouw, tenzij hij hiervoor een stedenbouwkundige vergunning aanvraagt. De constructie van het gebouw is berekend voor lichte wanden. Eventuele bij te plaatsen invulwanden moeten in licht materiaal uitgevoerd worden. Er mag nergens in de betonnen wanden of vloeren of balken geslepen worden om leidingen in de muren in te bouwen! De stabiliteitsplannen zijn te raadplegen alvorens werken uit te voeren.
A.9
ARCHITECT
Indien er geen functiewijziging of constructieve wijzigingen worden doorgevoerd is er geen stedenbouwkundige vergunning nodig voor de inrichting van de woning en de medewerking van een architect is dus in dat geval wettelijk gezien niet verplicht. Voor de inrichting van de commerciële ruimte is hiervoor in principe eveneens geen verplichting, al is het steeds aangewezen de betrokken diensten van de stad Antwerpen te raadplegen.
A.10 AANNEMERS De koper kan voor de verdere afwerking en inrichting van zijn woning en/of commerciële ruimte beroep doen op de aannemer(s) van zijn keuze of zelf werken uitvoeren.
A.11 HINDER Indien beide entiteiten afzonderlijk worden verkocht zullen de nieuwe eigenaars elk afzonderlijk hun woning of commerciële ruimte inrichten. Deze werkzaamheden kunnen enige hinder met zich meebrengen. De koper aanvaardt uit hoofde van deze hinder geen aanspraken of vorderingen t.o.v. AG VESPA te zullen instellen.
A.12 WIJZIGINGEN De rechten en plichten van iedere eigenaar worden beschreven in de notariële akte. De wijzigingen die door de koper aan de binnenindeling zouden worden aangebracht, zullen enkel en alleen de indeling en de afwerking van zijn entiteit mogen betreffen. De koper alleen is verantwoordelijk voor de door hem aangebrachte veranderingen. De koper kan geen enkele wijziging aanbrengen aan de gemeenschappelijke delen of aan de delen waar erfdienstbaarheden op rusten, zelfs binnen hun privatieve ruimte, zonder het akkoord van de eigenaar van de andere entiteit in het project.
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
6/1
A.13 AANSPRAKELIJKHEID Deze brochure geeft de koper informatie (juridisch, bouwtechnische, administratief,…) zonder dat de onvolledigheid hiervan enige aansprakelijkheid in hoofde van AG VESPA kan doen ontstaan.
ESPA noom gemeentebedrijf eraal Lemanstraat 55 Antwerpen 3 259 28 10 03 259 28 11
agvespa.be @vespa.antwerpen.be
267 402 076 N BE37 0910 1270 6928
10 32 GPB Passiflora | semi-casco | informatie voor de koper
7/1
B.
TECHNISCHE BESCHRIJVING
B.1 RUWBOUW B.1.1 ONDERBOUW riolering In het postinterventiedossier zijn de technische fiches en een plan van de ligging van de leidingen opgenomen.
regenwaterafvoer Het regenwater van de woningen wordt rechtstreeks naar de straatriolering afgevoerd. Er is geen hemelwaterput aanwezig.
septische put De woning en commerciële ruimte hebben een gezamelijke septische put . De put dient zeker in de beginjaren jaarlijks gecontroleerd te worden op verstopping / vol zitten. In het begin vormen er zich immers niet voldoende (snel) bacteriën die zorgen voor de afbraak van inhoud. Snel ingrijpen bij slecht doorlopen van de leidingen is aan de orde. De septische put bevindt zich onder de commerciële ruimte. Er is een gas- en geurdicht in te tegelen deksel met rubberdichting geplaatst. Door het aanschroeven van het deksel met de aanwezige hefschroeven, zal de dichting bekomen worden. Bij een eerste ingebruikname is het aan te raden het dubbele deksel aan de randen in te vetten, zodat het deksel beter afsluit. Na openen dient het deksel opnieuw ingevet te worden om het geheel gas- en geurdicht af te sluiten.
kelderdichting De buitenwanden en de vloerplaat van de kelder zijn uitgevoerd in beton. In deze wanden en vloerplaat mogen geen gaten geboord worden, noch zaken aan bevestigd worden.
B.1.2 BOVENBOUW Muren De gevels van de woningen zijn als klassieke geïsoleerde spouwmuren opgebouwd.
rook- en verluchtingskanalen
AG VESPA Autonoom gemeentebedrijf Generaal Lemanstraat 55 2018 Antwerpen tel: 03 259 28 10 fax: 03 259 28 11 www.agvespa.be
[email protected] BE 0267 402 076 IBAN BE37 0910 1270 6928
De aan- en afvoerkanalen van ventilatiesysteem D en de rookgasafvoeren van de gesloten cv-ketels met warmwaterproductie bevinden zich in leidingenschachten aan beide zijden van de centrale woningtrap en monden via de schouw uit op het hellende hoofddak.
draagvloeren De draagvloeren van de woningen zijn opgebouwd uit betonwelfsels met een druklaag, of uit betonplaten van het predal-principe boven de commerciële ruimte. De vloerplaat tussen compartimenten (woning / commerciële ruimte) is brandwerend .
B.1.3 DAKEN dakopbouw Het hellende hoofddak van de woning is als volgt opgebouwd van boven naar onder: Leien met dubbele dekking Panlat Tengellat Onderdak houtvezelplaat 6cm Isolatie cellulosevlokken binnen draagstructuur (hout) dak Dampscherm Gipskarton op keperwerk Gewapende betonplaat Het terrasdak van de woning, op het dak van de commerciële ruimte, is als volgt opgebouwd van boven naar onder:
Betontegels 50x50 op tegeldrager / cementzakjes Dakdichting in epdm Isolatieplaten PUR 13cm Dampscherm Hellingslaag Gewapende betonplaat (prédal-principemet druklaag)
dakwaterafvoer Alle regenafvoeren en spuwers dienen onderworpen te worden aan een jaarlijkse inspectie en regelmatig onderhouden te worden zodat ze niet verstoppen. Op het terras zijn de regenafvoeren bereikbaar via een wegneembare tegel.
B.1.4 GEVELSLUITING Buitenschrijnwerk Het buitenschrijnwerk is uitgevoerd in gebeitst hout. De beglazing is dubbel. De raamkaders zijn middels luchtdichtheidsfolies rondomrond geplaatst met de bedoeling het gebouw zo luchtdicht mogelijk uit te voeren. Deze folies mogen niet losgesneden worden.
Sleutels De sleutels van de woning en/of de commerciële ruimte worden u overhandigd bij het ondertekenen van de akte. Dit zowel van de inkomdeuren als de sas- en bergingdeuren. Deze sleutels zijn gebruikt tijdens de werken. We raden u aan om als nieuwe eigenaar uit veiligheidsoverwegingen zo snel mogelijk nieuwe cilindersloten te plaatsen met eigen sleutel.
9 / 15
B.2 AFWERKING Voorafgaand aan alle afwerkingen raden we aan met een vakman in zee te gaan. Hij kan u adviseren om de soms noodzakelijke voorbereidingen te treffen aan de ondergronden alvorens enige afwerking te plaatsen. Niet elke vloerafwerking kan zonder voorbereidende werkzaamheden geplaatst worden. Sommige vloeren hebben nood aan een egalisatie op de aanwezige dekvloeren. Sommige wanden hebben nood aan een extra schuurbeurt en primer alvorens te kunnen schilderen. Werken om muren en vloeren op elkaar te laten aansluiten kunnen nodig zijn. Deze voorbereidende werken kunnen niet op AG VESPA verhaald worden en blijven ten laste van de koper.
B.2.1 DEKVLOER In de (dek)vloer bevinden zich de leidingen van elektriciteit, aan – en afvoer van warm en koud water, en aan- en afvoer van radiatorleidingen. Deze leidingen zijn schematisch weergegeven op de as-built-plannen van de installateur. De ligging zoals aangeduid op de plannen van de installateur is schematisch en niet exact. Om schade aan leidingen te voorkomen mag er nooit in de dekvloer geboord, geslepen of geschroefd worden.
B.2.2 BINNENVLOERAFWERKING In dit gebouw werd geen definitieve vloerafwerking aangebracht, behalve in de sanitaire ruimtes. De chape zal mogelijk nog voorbereidend werk behoeven (bv. voorbereidende fixatie,egalisatie,…) in functie van de gekozen afwerking. Aan het schuifraam aan de achtergevel op niveau 0 (commerciële ruimte) en niveau 1 (woning) adviseren we om ter dikte van de bepleisterde achtermuur een afwerking te plaatsen op de huidige aanwezige houten binnendorpel, ter lengte van het schuifraam. Op beide niveaus zal een afgewerkte binnendorpel eventuele beschadigingen aan de bepleisterde muur bij het binnen- en buitenstappen voorkomen. Aan dorpels van buitendeuren dient de vloerafwerking even hoog te komen als de opstand van de dorpels, zo niet bestaat er risico tot waterinsijpeling. Onder de binnendeuren werden tussen deurdorpels geplaatst. Ook hier dient de vloerafwerking aan te sluiten op het niveau van de tussendeurdorpels. De randisolatie werd op een aantal plaatsen niet afgesneden om de koper toe te laten de isolatie pas af te snijden na het plaatsen van de vloerafwerking zodat die niet in contact staat met de muren. De isolatie dient best afgesneden te worden aan de bovenzijde van de vloerbekleding. AG VESPA heeft een vloermat aan de inkomdeur van de woning voorzien. Na het plaatsen van de vloerafwerking is het aangewezen voor de kopers om zelf deurstoppen te plaatsen, zowel aan de inkomdeuren als aan de binnendeuren, om beschadigingen aan wanden te voorkomen.
B.2.3 BINNENWANDEN Eventueel kan de commerciële ruimte nog verder ingedeeld worden. Om deze indeling te maken kunnen lichte gipskartonwanden geplaatst worden. AG VESPA adviseert het onderste profiel op de chape te verlijmen, om zo zeker geen leidingen te doorboren.
10 / 15
De wanden van de leidingenschachten zijn brandwerend en moeten te allen tijde brandwerend worden gehouden. Doorboringen doorheen deze wanden voor het plaatsen van nieuwe leidingen dienen steeds brandwerend te worden afgewerkt, leidingen te voorzien van brandwerende moffen of kleppen.
B.2.4 PLINTEN De koper zal zelf plinten voorzien ter afwerking van de te plaatsen vloerafwerkingen. De plinten dienen elastisch op de vloerafwerking opgekit te worden. Harde contacten (cement of tegelvoegsel) tussen plint en vloerafwerking moeten vermeden worden. Dit om het doorgeven van contactgeluiden zoveel mogelijk te vermijden.
B.2.5 BINNENDEUREN De deurbladen van de binnendeuren zijn bedoeld om te schilderen. De blokdeuren met kaders in multiplexafwerking kunnen naar keuze van de koper gevernist of geschilderd worden. Onder de binnendeuren moet een spleet van minimum 1 cm overblijven als doorstroomopening om de verluchting van de woning te garanderen. Ook indien nieuwe binnendeuren geplaatst worden, moet een spleet van 1 cm voorzien blijven.
B.2.6 RAAMOMLIJSTINGEN De ramen werden aan de binnenzijde afgewerkt met gipspleister. De bepleisterde dagkanten dekken folies af die geplaatst werden om de luchtdichte aansluiting van het buitenschrijnwerk met het pleisterwerk te garanderen. De dagkanten dienen dus intact te blijven om de luchtdichtheid van het gebouw te garanderen. In het gebouw werd gekozen om op de plaats van de venstertabletten bepleistering te voorzien. Hierdoor ontstaat een strakker uitzicht. Het is echter aan de koper om de keuze te maken om hier al dan niet bovenop venstertabletten op te plaatsen in materiaal naar keuze
B.2.7 BINNENMEUBILAIR De plaatsing van het keukenmeubilair is voor de koper. De nutsvoorzieningen en afvoerleidingen werden klaargelegd. Koken in de woning kan elektrisch of op gas, in de commerciële ruimte elektrisch (kitchenette). Er zijn geen voorzieningen aanwezig voor een stoomoven.
B.2.8 BINNENSCHILDERWERK De traptreden, bordessen en handgrepen zijn in zichtbeton, of in gebeitst hout uitgevoerd. We raden aan om de trappen af te dekken vooraleer de overige schilderwerken in het gebouw aan te vatten. Let wel : afkleven van trappen kan kleurverschillen door UV-stralen of achterblijvende lijmresten met zich meebrengen. Bij voorkeur dus doeken plaatsen over de ganse breedte van de traptreden. Alvorens de schilderwerken aan te vangen dient de pleister geschuurd, ontstoft, en bijgeplamuurd te worden. Tevens dient gecontroleerd te worden of de muren voldoende zijn uitgedroogd. We raden aan hierover uw vakman te raadplegen. Op het gipskarton en de pleister mag niet rechtstreeks behangen worden omdat bij het terug verwijderen van het behang de bepleistering mee loskomt. Een onderlaag in verf is dus steeds noodzakelijk.
11 / 15
Overschilderbare kitwerken (bvb. aan aansluitingen met de binnenzijde van ramen, raamen deurkaders, tegels, hoeken tussen muren en plafond) dienen nog aangebracht te worden door de koper, na het aanbrengen van de grondlaag. Er wordt afgeraden om de kelderwanden te schilderen. Indien de koper ondanks dit advies deze wanden toch wenst te schilderen, dient hij ermee rekening te houden dat dit grondkerende muren zijn en dat in dat geval een vooraf geattesteerd en geschikte extreem dampopen verfsysteem moet toegepast worden om blaarvorming te voorkomen.
B.2.9 PLAFONDS De plafonds zijn rechtstreeks bepleisterd op betonnen vloerplaten, of uitgevoerd in gipskarton (hellende dak). Ingeval er een verlaagd plafond geplaatst wordt, dient rekening gehouden te worden met de voorschriften van de bouwcode.
B.3 NUTSVOORZIENINGEN Er werden nieuwe aansluitingen voor water, gas en elektriciteit geplaatst. De tellers ervan bevinden zich in de kelder. De nutsaansluiting van het water is slechts tijdelijk, met een tijdelijke keuring, en moet op initiatief en op kosten van de koper, definitief gekeurd worden na plaatsing van de keuken. De leveringscontracten – bij Electrabel, Water-link en Eni op naam van AG VESPA – worden bij het ondertekenen van de akte overgedragen naar de koper. Nadien kan de koper eventueel een andere leverancier kiezen. Ean-codes en meternummers: Huisnummer
meter
EAN code
woning
Gas Elektriciteit Drinkwater
31031413 541448860012180724 289165
Comm ruimte
Gas Elektriciteit Drinkwater
31008684 541448860013180557 289172
12 / 15
B.4 TECHNIEKEN / FLUIDA B.4.1 BADKAMER/WC De installatie van de sanitaire toestellen in de sanitaire lokalen is reeds gebeurd. Om de sifons onder de baden bereikbaar te houden werden enkele tegels elastisch opgekit. In geval inspectie nodig zou zijn, dient de kit losgesneden te worden en is de sifon bereik. Na de herstelling kunnen de tegels herplaatst en opnieuw opgekit worden.
B.4.2 VERWARMINGSINSTALLATIE De gebruiksaanwijzingen van de cv-condensatieketels en de thermostaten zijn te vinden in het postinterventiedossier. Voor het goed functioneren van de verwarming is het belangrijk de druk op de Cv-ketel regelmatig te controleren. Wanneer de druk te laag is, zal de centrale verwarming minder goed functioneren, is die druk echt te laag dan kan het zijn dat het systeem helemaal niet meer werkt. In principe is een controle voor elk stookseizoen aangeraden. De zone tussen onder- en overdruk waartussen de drukmeter moet staan, is meestal aangeduid op de drukmeter en is ook terug te vinden in de gebruiksaanwijzing. Er werd een buitenvoeler geplaatst die de temperatuur van het ketelwater regelt i.f.v. de buitentemperatuur. Dusdanig zal deze buitenvoeler steeds het ideale stookregime en dus minimale verbruik berekenen. De lokalen worden verwarmd d.m.v. radiatoren. Digitale klokthermostaten zijn voorzien in de commerciële ruimte en de eetruimte van de woning. Deze regelen de aansturing van de cv-ketel. In de overige ruimtes zijn thermostatische radiatorkranen voorzien.
B.4.3 VENTILATIE EN KLIMATISATIE Ventilatie In dit gebouw werd geopteerd om de woning te voorzien van een individueel ventilatiesysteem type D. Bij een ventilatiesysteem van het type D wordt via elektrisch aangedreven ventilatoren verse buitenlucht aangevoerd in de droge ruimtes. De interne luchtstroom van de droge naar de natte ruimtes gebeurt via bewust gelaten spleten onder de deuren. De afvoer van de vervuilde lucht in de natte ruimtes (keuken, badkamer, wc, wasberging) gebeurt ook door ventilatoren. De gecontroleerde aan- en afvoer van lucht laat toe beide perfect op elkaar af te stemmen. Het systeem is voorzien van warmterecuperatie. Het basisidee is dat de afgevoerde binnenlucht op een temperatuur is die meestal dichter bij de gewenste binnentemperatuur ligt dan de inkomende buitenlucht. Door het voorzien van een warmte-uitwisseling, zonder de luchtstromen te mengen, kan de buitenlucht in de zomer voorgekoeld en in de winter voorverwarmd worden zonder comfortverlies en met energiewinst. Daartoe moeten alle stromen ergens gecentraliseerd worden en is er dus een centrale aanvoer en een centrale afvoer. De commerciële ruimte is voorzien van een ventilatiesysteem type C+. De aanzuig van verse lucht gebeurt bij dit systeem via roosters in de ramen. De afvoer van gebruikte lucht van het ventilatiesysteem gebeurt via het schouwkanaal tot bovendaks. De ventilatie-unit van de woning bevindt zich in de kelder, de unit van de commerciële ruimte hangt in de commerciële ruimte zelf. Aangezien de ruimtes zo luchtdicht mogelijk
13 / 15
werden gemaakt dient de ventilatie steeds aan te staan. Uitschakelen is niet toegelaten omdat op dat ogenblik ook geen verse lucht het gebouw kan instromen. Om die reden heeft de standenschakelaar dan ook geen “uit-stand”. Het ventilatiesysteem werd ingeregeld. Dit wil zeggen dat voor het systeem D (woning) het debiet van de aan- en afgevoerde lucht per ventilatiemond werd geregeld in functie van de ventilatiebehoefte per ruimte. Er mag niet aan de ventilatieventielen gedraaid worden of diafragma-ventielen mogen niet van lokaal verwisseld worden. De filters in de unit van systeem D moeten regelmatig vervangen worden. De aan- en afvoerbuizen moeten regelmatig proper gemaakt en onderhouden worden. Dit laatste gebeurt best door een gespecialiseerde firma. Het is aan te raden na het afwerken (vloerbekleding, schilderwerken,…) de filters van de ventilator een eerste keer te vervangen. Dit omdat de filters vervuild worden door het stof van de werken, en zo de luchtkwaliteit kunnen beïnvloeden of de werking van de motor kunnen bemoeilijken.
Dampkap
Er werd geen afvoer naar buiten voorzien voor de dampkap. In combinatie met een luchtdicht gebouwde woning en ventilatiesysteem D wordt geadviseerd een dampkap met recirculatie te installeren.
Droogkast
Er is geen luchtafvoer voorzien voor de droogkast. In combinatie met een luchtdicht gebouwde woning is een opening in de muur uitgesloten. Er dient een condensdroogkast voorzien te worden. Luchtafvoeren van droogkasten mogen nooit op de aan- of afvoermonden van de ruimteventilatie aangesloten worden.
Zonwering
Er werden geen zonweringen geïnstalleerd. Wel werd aan de inkom van de commerciële ruimte bovenaan een voedingskabel geplaatst die indien gewenst door een vakman kan doorgetrokken worden tot de buitenzijde (of de binnenzijde indien gewenst) van de ramen om aldaar een screen te installeren. De voeding kan de motoren van de screens voeden. De bediening dient met een afstandsbediening te gebeuren.
14 / 15
B.5 TECHNIEKEN / ELEKTRO B.5.1 LICHTARMATUREN Op het terras en de koer werden verlichtingsarmaturen geplaatst. U vindt de technische fiche in het postinterventiedossier. De overige verlichtingsarmaturen dient de koper zelf te plaatsen. Het plafond in de douche is voorzien om een spot te plaatsen . Deze dient verplicht op 12 V te werken en voorzien te worden van een, vanuit de douche, onbereikbare transfo.
B.5.2 TELECOM: AANSLUITINGEN TELEVISIE, INTERNET EN TELEFONIE AG VESPA heeft in de woning en de commerciële ruimte op verschillende plaatsen stopcontacten voorzien voor telefoon, internet en televisie. Op de plannen werd aangeduid waar zich deze stopcontacten bevinden. Alle kabels komen samen in de respectievelijke kelders. De aansluitingen op het net werden niet voorzien. Deze dienen door de koper te gebeuren met de maatschappij van zijn keuze.
B.5.3 BRANDDETECTIE EN ALARMSYSTEEM In de woning en commerciële ruimte werden rookdetectoren geplaatst. Tijdens de verdere afwerking van de woning en commerciële ruimte moeten de rookdetectoren beschermd worden tegen stof. Het stof kan voor blijvende schade zorgen aan de toestellen waardoor ze later niet meer werken. De detectoren beschikken over een testknop.
B.6 OMGEVINGSWERKEN B.6.1 GROENAANLEG EN ONDERHOUD Op de koer van de commerciële ruimte werd geen aanleg voorzien. De aanleg met verharding en/of groen is voor rekening van de koper, rekening houdende met de aanwezige beperking van rechtstreeks zonlicht.
15 / 15