BRANDWEER Regio
Groningen
Afdeling Risicobeheersing BEZOEKADRES
.#ïb«^ provincie '■■'™~ groningen Provincie Groningen Milieuvergunningen De heer E.P. Pol Postbus 610 9700 A P G R O N I N G E N
Sontweg 10
WEBSITE
brandweer.groningen.nl
ing.d.d.:
2 3 DEC 2009 POSTADRES
Corrnr.; Afd,
Postbus 584
Zaaknr.:
MV
BUL
J N
9700 AN Groningen Telefoon (050) 367 47 77 Fax (050) 367 46 66
Telefoon ( 0 5 0 ) 3 6 7 46 51 Datum 11-12-2009
Bijlage(n) 1 O ns kenmerk H V 0 9 . 2 1 1 7 8 8 1 Uw brief van 13-11-2009
Uw kenmerk 2 0 0 9 - 6 6 8 9 6 i, M V
Onderwerp Advies Wm aanvraag elektriciteitscentrale Eemsmond Energie B.V. Behandeld door H.C. Bouius
E-mailadres
[email protected]
Geachte heer Pol, O p 16 november jl. heeft de heer Bouius van mijn dienst de vergunning' aanvragen ontvangen van Eemsmond Energie B.V. voor het realiseren van een elektriciteitscentrale in de Eemshaven. U verzoekt in u w begeleidende brief o m een advies. D e ontvangen stukken zijn: 1. vergunningaanvragen W m , W v o & W w h 'Aardgasgestookte elektriciteitscentrale E e m s m o n d Energie B V ' , opgesteld door Arcadis Nederland B.V., d.d. 9 november 2009; 2. vergunningaanvragen G W W , Wbr, lozingsvergunning(bouw) W v o en een keur ontheffing, 'Aardgasgestookte elektriciteitscentrale E e m s m o n d Energie B V ' , opgesteld door D H V B.V., d.d. 28 oktober 2009. Brandweer Stad & Regio Groningen is onderdeel van de Hulpverleningsdienst Groningen, samen met de vakdirectie GGD,
D e vergunningaanvraag Wet milieubeheer ( W m ) is inhoudelijk doorgenomen. D e andere vergunningaanvragen zijn voor keimisgeving aangenomen. Gelet op de ingediende vergunningaanvraag W m , zijn er enkele aspecten die ik nader wil toelichten.
De vakdirectie Brandweer treedt op als brandweer voor de stad Groningen en als regionale brandweer. De Brandweer voert de werkzaamheden uit van de gemeenschappelijke regeling Hulpverlening en Openbare Gezondheidszorg, een samenwerkingsverband van de Groningse gemeenten.
BBW.R.BRF.OOOl
B e s l u i t e x t e r n e veiligheid i n r i c h t i n g e n In het kader van de externe veiligheidsaspecten is als onderdeel van de aanvraag een Quantitative Risk Assessment (QRA) opgesteld. D e Q R A gaat in op de risico's van de opslag van ammonia. Uit deze berekening kan worden afgeleid dat de grenswaarde van het plaatsgebonden risico niet buiten het eigen terrein k o m t . Hieruit wordt geconcludeerd dat de inrichting niet onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) valt. Echter, ook de hoeveelheid gevaarlijke stoffen aanwezig in een opslagplaats of een insluitsysteem, zijn
(>^^ B R A N D W E E R Regio
Groningen
Advies Wm aanvraag elektriciteitscentrale Eemsmond Energie B.V.
bepalend of het Bevi van toepassing is. Er is niet aangegeven hoeveel kilogram gevaarlijke stoffen in een opslagplaats wordt opgeslagen. Ook is van een (zeer) vergiftige stof, hydrazine hydraat, niet aangegeven hoeveel aanwezig is. Gelet op hetgeen in de aanvraag Wm vergunning is aangegeven, adviseer ik u om het volgende in de te verlenen vergunning op te nemen: een binnen de inrichting gelegen opslagvoorziening bevat ten hoogste 10 ton aan gevaarlijke stoffen; een binnen de inrichting aanwezig insluitsysteem bevat ten hoogste 100 liter (zeer) vergiftige stoffen. Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 Van diverse stoffen zijn veiligheidsinformatiebladen (MSDS) aangeleverd. In het MSDS van ammonia is aangegeven dat ammonia met een 25% oplossing wordt gehanteerd. Dit is ook op de plattegrondtekening chemicaliënopslag (bijlage 1, deel 3 van de aanvraag) aangegeven. Op deze tekening is ook de opslag van hydrazine hydraat aangegeven. Gelet op bijlage 1, deel 2 kolom 2 van het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO 1999), geldt voor ammonia met 25% oplossing een drempelwaarde van 100 ton. Gelet op de in de aanvraag genoemde hoeveelheid ammonia met 25% oplossing, zal het BRZO 1999 op de inrichting van toepassing zijn. Van hydrazine hydraat is niet aangegeven hoeveel aanwezig is. Gelet op bijlage 1, deel 1 kolom 2 geldt voor hydrazine hydraat bij 5% gewichtsvolume (opgelost in water) een drempelwaarde van 0,5 ton. Vanwege de opslag van gevaarlijke stoffen, moet worden beoordeeld of het BRZO 1999 van toepassing is. Dit kan worden gedaan aan de hand van een drempelwaarde berekening, conform bijlage 1 van het BRZO 1999. In de aanvraag Wm vergunning is geen drempelwaarde berekening opgenomen. Gelet op de binnen de inrichting aanwezige stoffen, adviseer ik u de aanvrager een drempelwaarde berekening zoals bedoeld in bijlage 1 van het BRZO 1999 te laten opstellen. Opslag gevaarlijke stoffen Binnen de inrichting worden diverse gevaarlijke stoffen opgeslagen. Voor de opslag van gevaarlijke stoffen is aangegeven dat zal worden voldaan aan de van toepassing zijnde voorschriften van de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) 15. Voor de opslag van dieselolie is aangegeven dat zal worden voldaan aan de van toepassing zijnde voorschriften van PGS 30. Daarnaast kunt u, als bevoegd gezag, voor de opslag van diverse andere stoffen PGS 30 van toepassing verklaren. Gelet op de opslag van gevaarlijke stoffen, adviseer ik u om alle vloeibare brandstoffen, afgewerkte olie en stoffen van klasse 8 (conform ADR), welke in een bovengrondse stationaire opslagtank tot 150m^ zijn opgeslagen, te laten voldoen aan de van toepassing zijnde voorschriften van PGS 30.
BRW.R.VLG-OOOl
(^^ B R A N D W E E R Regio
Groningen
Advies Wm aanvraag elektriciteitscentrale Eemsmond Energie B.V.
Realisatie en ingebruikname Ten aanzien van de brandveihgheidsaspecten, acht ik het van belang om de samenhang tussen de benodigde brandveiligheidsvoorzieningen met betrekking tot de Wm vergunning, de realisatie en gebruiksfase te borgen. Hiervoor moet vóór de aanvraag van een bouv^rvergunning en vóór ingebruikname, afstemming plaatsvinden over de brandveiligheidseisen, tussen aanvrager en regionale en lokale brandweer (Brandweer Rayon Noord). Ik adviseer u om voor deze afstemming door de aanvrager een brandbeveiligingsplan te laten opstellen, waarin de brandbeveiligingsmaatregelen integraal zijn beschreven. Wat er in een brandbeveiligingsplan zoal moet worden opgenomen is in bijlage 1 weergegeven. Ik adviseer u om deze afstemming en het laten opstellen van een brandbeveiligingsplan vast te leggen in de Wm vergunning. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Indien u naar aanleiding van deze brief nog vragen heeft, kunt u contact opnemen met de heer Bouius. Met vrien
Tonmgen NB Deze brief is in afschrift verzonden aan de commandant van Brandweer Rayon Noord.
BBW.R.VLG.OOOl
Bijlage 1 Inhoud van een brandveiligheidsplan voor de bouw van een elektriciteitscentrale Bouwfase Voorafgaand aan indiening van een aanvraag voor bouwvergunning, dient er een brandveiligheidsplan te worden overlegd aan de lokale brandweer (Brandweer Rayon Noord). Dit brandveiligheidsplan moet op hoofdlijnen akkoord worden bevonden alvorens de aanvraag bouwvergunning wordt ingediend. Voor de aanvraag bouwvergurming moeten ten minste de volgende brandbeheersmaatregelen worden uitgewerkt: Milieutechnische beheersmaatregelen - aanduiding opslag van ADR geclassificeerde (gevaarlijke) stoffen en hoeveelheden; - mate van ventilatie van opslagvoorzieningen; uitvoering bodembeschermende maatregelen; - uitvoering opslagtanks ADR geclassificeerde (gevaarlijke) stoffen; zonering op basis van de ATEX richtlijnen, voor explosieve atmosferen van gasconcentraties en stofconcentraties. Bouwkundige beheersmaatregelen brandcompartimentering; rookcompartimentering; - sterkte van de hoofddraagconstructie, brandwerende constructie en rookvrije vluchtroutes; opgave van het materiaal gebruik (brandklasse en rookgetal) en bijbehorende certificaten; (rookvrije) vluchtroutes; toepassing en onderbouwing van gelijkwaardige oplossingen, zoals 'Beheersbaarheid van Brand', 'Veilig vluchten uit grote brandcompartimenten' etc; eventuele maatwerkoplossingen. Installatie technische beheersmaatregelen - brandmeldinstallatie; ontruimingsalarminstallatie; noodstroomvoorziening; - brandslanghaspels; rook- en warmte afvoerinstallatie; brandblusinstallatie (sprinkler, schuimblusinstallatie, CO2, etc); broei detectie en/of temperatuurmeting. Bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen - Voor de bereikbaarheid van de inrichting geldt dat deze 'bovenwinds' benaderbaar is. Hiervoor zullen meerdere wegen moeten worden aangelegd. De bluswatervoorzieningen moeten zodanig zijn gepositioneerd dat de opstelplaats van een tankautospuit binnen een straal van 4 0 - 5 0 meter van een toegang van een bouwwerk of een object met een bijzonder brandrisico is gelegen. Voor de bereikbaarheid en bluswatervoorziening moet aanvullend worden voldaan aan de overige eisen uit de handleiding 'Bereikbaarheid en bluswatervoorziening' regio Groningen. Deze is op te vragen bij de Regionale Brandweer Groningen.
Gebruiksfase Minimaal 3 maand voorafgaand aan de ingebruikname van de inrichting, dient er een brandveiligheidsplan te worden overlegd aan de lokale brandweer (Brandweer Rayon Noord). Dit brandveiligheidsplan moet volledig akkoord worden bevonden alvorens de inrichting in gebruik wordt genomen. Voor de ingebruikname moeten de bij de bouwfase genoemde onderwerpen worden aangevuld met ten minste de volgende brandbeheersmaatregelen: Milieutechnische beheersmaatregelen gedetailleerd overzicht van de in opslag aanwezige stoffen, zoals in emballage, opslagvoorziening, opslagtank, insluitsysteem, proces etc. Installatie technische beheersmaatregelen vluchtroute aanduiding; kleine blusmiddelen; - certificering van alle toegepaste installatietechnische maatregelen. Organisatorische maatregelen een brandpreventieplan en een tekening met renvooi waarop alle brandbestrijdingsvoorzieningen, brandkranen en brandalarmeringen zijn aangegeven; een brandbestrijdingsplan en een bedrijfsnoodplan; beschrijving van de te volgen procedures, opleiding van de werknemers; - periodieke temperatuurmetingen; actueel journaal van opslag van gevaarlijke stoffen; een aanvalsplan en bereikbaarheidskaart; controle en onderhoud van de blusmiddelen. Er wordt aanbevolen om het niveau van de brandveiligheid te laten samenvallen met NFPA 850 'Fire Protection for Electric Generating Plants and High Voltage Direct Current Converter Stations'.
