Brandweer Gelderland-Midden
Maar t 2015
BR NDENDE KWESTIES
Natuurbrandbestrijding op alle fronten in ontwikkeling Iedere vraag die locatiegebonden is kun je met GIS analyseren AGS en GAGS adviseren over gevaarlijke stoffen Uitrukken in Elst, Harskamp, Zevenaar en Voorthuizen
2 | Brandende Kwesties | maart 2015
Vèul De voorjaarsvakantie en voor sommigen Carnaval hebben we net achter de rug. Als rechtgeaarde Limburger was Carnaval altijd een waar festijn. Naast de feestavonden vooraf, het leren van de plaatselijke liedjes was het gebruikelijk dat we in Maastricht of Venlo naar de optocht gingen kijken. Daar trok veel aan je voorbij. Regelmatig stokte de stoet en ging daarna weer verder. Ik denk dat een aantal mensen in onze organisatie dat gevoel ook begint te krijgen. Een hele stoet van veranderingen is in gang gezet en moet worden bekeken, becommentarieerd of worden ondergaan! Daar zijn vele positieve belevingen mee zoals de TS info live-up, hele spannende en bonte zoals DRO. Maar de lijst is langer. Veranderingen in de logistiek,
COLOFON Brandende Kwesties is een informatiemagazine van en voor alle brandweerlieden in de regio Gelderland-Midden. Het is een kwartaalblad dat wordt samengesteld door de redactie. Veel artikelen worden geleverd door medewerkers in de regio.
Redactie: Marieke Bik, Jos Meeuwsen, Marco Misset, Adrienne Spijker, Inge van Straten - Adres: Postbus 5364, 6800 AJ Arnhem - Telefoon: 088-355 50 40 Oplage: 2.000 exemplaren - Vormgeving: Adrian Sommeling Drukwerk: Drukkerij de Bink in Leiden - E-mail:
[email protected] De redactie behoudt zich het recht voor ingekomen stukken eventueel in te korten dan wel niet te plaatsen.
ademlucht, systemen, toegang tot de posten, vakbekwaamheid, de komst van de landelijke elektronische leeromgeving, harmonisatie van afspraken en ga zo maar door. Zolang deze stoet aan je voorbij trekt is het niet erg, maar veel onderwerpen raken de posten in werkwijze, organisatie en soms cultuur. We gaan proberen er beter zicht op te krijgen en goede informatie te geven over wat eraan komt en waar meepraten en bouwen noodzakelijk is. Misschien moeten we temporiseren maar ook dan blijft het de komende tijd: vèul.
Paul Joosten | Regionaal Commandant
INHOUD
04 06 07 08 09 10 11 12 13 14 15
Natuurbrandbestrijding in ontwikkeling Laatste cijfers TOOM Brandend zand AGS en GAGS en de samenwerking Bijzondere autobrand in Elst Veiligstellen ademlucht bij ongeval OC brandweer op volle sterkte Suzanne Roijakkers vertrekt GIS kan locatiegebonden vragen beantwoorden Siza traint op angst voor brandweer Ken je FRITS Tolhuizen?
Brandweer Gelderland-Midden
Foto: voorpagina: Brand in kippenschuur Voorthuizen (William Harthoorn)
maart 2015 | Brandende Kwesties | 3
Grote Brand voormalige kostschool Zevenaar Op dinsdagmorgen 17 februari om 06:13 uur werd de brandweer Zevenaar opgeroepen voor een woningbrand aan de Kostschoollaan te Zevenaar. Al snel werd opgeschaald naar zeer grote brand en GRIP 1 uitgeroepen. Op de plek aangekomen bleek het te gaan om een brand in een voormalige kostschool, waar nu 11 appartementen in gerealiseerd waren. Toen de eerste eenheden ter plaatse kwamen bleek dat iedereen buiten was. Eén bewoner is door de ambulance naar het ziekenhuis vervoerd met mogelijk inhalatietrauma en inademing van gevaarlijke rookgassen. Er is nog geprobeerd een binnenaanval te doen, maar door de hitte was dit niet meer mogelijk. Eenheden van Zevenaar, Duiven, Lobith, Pannerden, Arnhem en Didam hadden hun handen vol aan de bluswerkzaamheden met de vertrouwde logistieke ondersteuning vanuit Ede. Ondanks alle inzet was niet te voorkomen dat het vuur langzaam zijn weg vond naar de zolder en uiteindelijk uit het dak sloeg. Een deel van het pand is volledig uitgebrand, maar
Het brandende pand aan de Kostschoollaan
inzet van alle collega’s heeft er voor gezorgd dat 6 van de 11 appartementen en de naastgelegen woningen “slechts” rook- en waterschade hadden. Toen de brand uit was en de situatie veilig genoeg, is door twee collega’s van ploeg Zevenaar de kat van één van de bewoners levend uit het pand gehaald. Door de presentatrice van Hart van Nederland zijn deze twee uitgeroepen tot Helden van de Brandweer. (MM)
Binnen een week organiseerden de gemeente Zevenaar en de brandweer een voorlichtingsavond over brandveiligheid. Deze avond was een succes met een opkomst van ruim 50 omwonenden en gedupeerden. Ook het Team Brandonderzoek was aanwezig en kon na een paar dagen melden dat waarschijnlijk een technisch defect de oorzaak was van de grote brand.
24.000 kippen gedood bij grote brand Voorthuizen De korpsen Voorthuizen, Barneveld, Kootwijkerbroek en Garderen zijn zondag 8 februari uitgerukt om een grote brand in een kippenschuur aan de Lange Zuiderweg in Voorthuizen te blussen. Daarbij werden enkele honderden kippen gered, maar de meesten, ongeveer 24.000 kippen, kwamen om. Operationeel woordvoerder Rinse Westerduin vertelt wat de vier korpsen aantroffen. “Bij aankomst om half één was er rookontwikkeling. De rook was goed zichtbaar vanaf de A1”, verwijst Westerduin naar de rijksweg waar een snelheidsbeperking werd ingezet door Rijkswaterstaat. “Al snel werd duidelijk dat het ging om een geringe uitslaande brand. De branddampen kwamen door een aantal gaten in het dak naar buiten.” “In eerste instantie is geprobeerd om de brand van binnenuit te blussen, maar dat bleek niet mogelijk”, vervolgt Westerduin. “Daarop is besloten om de brand vanaf de voor- en zijkanten met water te blussen. Aan de achterzijde is een rooster vrijgemaakt waardoor een paar honderd kippen gered konden worden. Helaas zijn 24.000 kippen omgekomen.” Het sein brandmeester werd om 14.10 uur gegeven. Kraanwagens zijn ingezet voor sloopwerkzaamheden en de nablussing, die enkele uren duurde.
Roel Tomassen | communicatiemedewerker
4 | Brandende Kwesties | maart 2015
Natuurbrandbestrijding op alle fronten in ontwikkeling Natuurbrandbestrijding is volop in ontwikkeling. Onze regio is met Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland en de natuurbeheerders de gebiedsgerichte aanpak aan het uitrollen. Daarnaast wordt een pilot gedaan op het gebied van voorbranden. Ook zijn er ontwikkelingen in het natuurbrandverspreidingsmodel. Begin vorig jaar zijn de veiligheidsregio’s Noorden Oost-Gelderland en Gelderland-Midden samen met natuurbeheerders op de Veluwe gestart met de gebiedsgerichte aanpak. Jan Slakhorst: “We zijn op zoek gegaan naar eenvoudig te realiseren preventieve maatregelen waarmee natuurbranden niet kunnen uitgroeien tot onbeheersbare branden. We zagen bij de grote natuurbrand op de Hoge Veluwe dat met het inzetten van nog meer TS’en een coördinatieprobleem ontstond. Het is beter om natuurbranden kleiner te houden door preventief te compartimenteren, net zoals we dat bij gebouwen doen.” Met de natuurbeheerders wordt bekeken waar op de Veluwe het natuurgebied gecompartimenteerd kan worden. “Er is een aantal gebieden op de Veluwe waar bijvoorbeeld bijzondere diersoorten of planten voorkomen. Die moeten we behouden en dus moeten we zorgen dat die gebieden goed gecompartimenteerd zijn. Daarnaast is de overgang van gras- of heidegebied naar bos een belangrijk punt. Voordat de brand het bos bereikt moet deze worden gestopt. Als de brand overslaat naar een bos, ontwikkelt het zoveel energie dat je het veel lastiger onder controle kunt krijgen. Dat moet je voorkomen”, aldus Jan Slakhorst. De brandweer kijkt met de natuurbeheerders waar ze het beste stoplijnen kunnen maken. Zo wordt gekeken naar heidegebied met paden en karresporen. Als deze verbreed worden creëer je een natuurlijke stoplijn. Slakhorst: “Zo hebben we de zuidoosthoek van de Veluwe inmiddels aangepakt. Voor dit gebied zijn twee kaarten ontwikkeld. Op onze kaart staan naast gegevens als berijdbare paden en waterwinning ook de belangen van de natuurbeheerders, zodat wij weten wat we wel en wat we niet kunnen doen.”
Natuurbeheerders De natuurbeheerders onderhouden de stoplijnen door bijvoorbeeld jaarlijks te maaien. Ze zijn onmisbaar bij het bestrijden van een natuurbrand. Natuurbeheerders kunnen ondersteunen door: • Kennis van verzorgingsgebied, gebiedgebonden inzet • Begidsing • Bereikbaarheid: rijroutes, van en naar de brand, waterwinning • Zwaartepunten bedreigd gebied (bewoning, recreatie, cultuur-historische waardevolle objecten) • Adviseur logistiek/inzetleider van de eenheden van de groene organisatie en evt. agrariërs/loonwerkers. • Inzet “groene” eenheden (zaagploegen, gidsen, watereenheden) • Inrichten verbindingen groene eenheden Pilot Voorbranden Brand bestrijden met vuur. Dat is waar de pilot Voorbranden over gaat. Na bezoeken aan de brandweer in onder meer Engeland en de eigen inzichten in mogelijkheden en onmogelijkheden om grote natuurbranden te beheersen wordt op dit moment een (landelijke) pilot Voorbranden uitgevoerd. Deelnemers aan de pilot zijn de brandweer van Gelderland-Midden, Noord en Oost-Gelderland, IJsselland, Twente, Drenthe, Defensie (ASK en
ISK) en het IFV. De pilot, die in het voorjaar wordt uitgevoerd, bestaat uit enkele theorielessen en een training in het veld. Vanuit ons korps nemen de bevelvoerders van de korpsen Scherpenzeel en Rheden deel. Het principe van voorbranden is het weghalen van de brandbare stof (heide of gras) door deze te verbranden. Vanuit een veilige positie (bv een breed zandpad) wordt een smalle strook heide of gras aangestoken. Dit vuur brandt enerzijds met de wind mee tot aan bijvoorbeeld het brede zandpad en brandt anderzijds langzaam tegen de wind in. Zo ontstaat een strook verbrande heide/gras, breed genoeg om het aanstormende vuurfront van de natuurbrand te stoppen. Bij de pilot wordt een relatie gelegd met de gebiedsgerichte aanpak. Bij de gebiedsgerichte aanpak worden alle grote heide/graslanden in beeld gebracht en wordt vooraf met de natuurbeheerder afgesproken waar en hoe wij het middel voorbranden kunnen inzetten. Verspreidingsmodel Ook wordt het natuurbrandverspreidingsmodel gebruikt. Dit model geeft inzicht in het te verwachten brandverloop en geeft daarmee ook inzicht welke (natuurlijke) stoplijn is te gebruiken bij voorbranden. Bij de gebiedsgerichte aanpak speelt dus ook het natuurbrandverspreidingsmodel een rol. Hierin kunnen meteorologische gegevens als
maart 2015 | Brandende Kwesties | 5
temperatuur, vochtigheid, windrichting en –snelheid worden toegevoegd. Op basis daarvan berekent het model hoe snel en in welke richting de natuurbrand zich uitbreidt. Uiteraard worden deze ontwikkelingen meegenomen in onze opleidingen en trainingen, zowel in theorie als in de praktijk. De manschappen en de flankcommandanten hebben weer een opfriscursus gekregen en kennisgenomen van de laatste ontwikkelingen. Dit alles is in de praktijk gebracht op 7 en 14 maart op het ISK in Harskamp.
Blijf tijdens een inzet op de wegen en paden en ‘wacht de brand daar op’. Als het echt niet anders kan en je moet toch van de verharde paden af, verzeker jezelf er dan van dat de ondergrond geschikt is om op te rijden. De informatie op de natuurbrandkaarten digitaal en op papier kunnen je helpen bij deze keuze.
Heeft je voertuig tijdens een inzet brandschade opgelopen? Gebruik hem dan niet meer. Je weet namelijk niet of het voertuig de klus technisch nog aan kan. Als bijvoorbeeld de remmen of de pomp van het voertuig (plotseling) niet meer goed functioneren levert dit een gevaarlijke situatie op voor jou en je collega’s.
Wees er zeker van dat er voor iedere persoon op een voertuig adembescherming beschikbaar is. Omstandigheden kunnen plotseling veranderen en voor je het weet, werk je minutenlang in de rook. Onderzoeken tonen aan dat het inademen van de fijne stofdeeltjes in de rook zeer schadelijk is voor je gezondheid. Daarbij is er benedenwinds kans op CO vergiftiging.
Regio’s gaan meer samenwerken bij natuurbrandbestrijding Mede naar aanleiding van de evaluatie van de natuurbrand in april vorig jaar in Park de Hoge Veluwe zijn Brandweer Gelderland-Midden en Brandweer Noord- en Oost-Gelderland in gesprek ter voorbereiding op mogelijke natuurbranden op de Veluwe. Zo worden de werkwijzen en procedures van beide regio’s naast elkaar gelegd en bekeken waar de overeenkomsten en de verschillen zitten. Daar waar de verschillen effect kunnen hebben op de bestrijding van het incident worden deze besproken en wordt samen een keus gemaakt welke werkwijze beide regio’s gaan hanteren. De resultaten van deze gesprekken moeten ervoor zorgen dat voor het volgende natuurbrandseizoen (2016) de regio’s op dezelfde wijze opereren. Uiteraard hebben we ook voor het komende natuurbrandseizoen lessen getrokken uit de evaluatie, maar de harmonisatie tussen twee regio’s vraagt meer tijd.
Allard Schimmel |
communicatieadviseur
6 | Brandende Kwesties | maart 2015
TOOM 2014: regio volgt landelijke lijn Zowel landelijk als regionaal zijn we bij de brandweer druk met het terugdringen van onechte en ongewenste meldingen van automatische brandmeldinstallaties (TOOM). We laten zien hoe we het regionaal doen.
mooie duikvlucht naar beneden maakt.
Eind vorig jaar kwam het CBS met de Brandweerstatistiek over 2013. Opvallend was de scherpe daling van de loze brandmeldingen van brandmeldinstallaties. Het aantal keren dat loos alarm werd geslagen was 22 procent lager dan in 2011. Dit zie je terug in tabel A waar de paarse lijn een
In totaal hadden we 2.291 meldingen van het OMS (Openbaar meldsysteem, dat brandmeldinstallaties rechtstreeks aansluit op onze regionale alarmcentrale), hiervan betrof het ‘slechts’ in 88 gevallen echte brand. Daarnaast hadden we nog 138 meldingen van particuliere alarmcentrales (PAC), hiervan betrof het ‘slechts’ in 7 gevallen echte brand. Dus slechts 4,5% van de meldingen van automatische brandmeldinstallaties is echt. Vergeleken met 2013 was het beter: toen hadden we nog 2.583 meldingen. Dus ook onze regio maakt deel uit van de landelijke trend.
Tabel A
Regionale cijfers Dat is dus een landelijk beeld over 2013. Maar hoe zit dat nu in Gelderland-Midden? Gelukkig, kunnen wij onze cijfers iets sneller opleveren dan het CBS. Hieronder een aantal ‘facts and figures’ over de loze meldingen in onze regio over 2014.
Gelukkig hebben we een verificatieprocedure bij de meldkamer brandweer die ervoor zorgt dat niet elke van de 2.334 loze meldingen leidt tot een nodeloze uitruk: de meldkamer neemt na melding contact op met het meldadres om na te gaan of daadwerkelijk sprake is van brand. Afgelopen jaar ving de meldkamer daarmee 892 meldingen af en zijn niet onnodig brandweereenheden gealarmeerd. Wat goed helpt bij het terugdringen van de loze brandmeldingen
Tabel B
is het beëindigen van aansluitingen die niet langer wettelijk vereist zijn; mogelijk gemaakt door een wijziging in het Bouwbesluit medio 2012. De brandmeldinstallatie blijft wel gehandhaafd, zodat mensen tijdig het gebouw kunnen ontvluchten bij een brand, maar de brandweer wordt niet meer rechtstreeks vanuit de brandmeldinstallatie gealarmeerd. Op 1 januari 2013 hadden we nog 949 aansluitingen op het OMS, terwijl we per 1 januari 2015 nog 760 aansluitingen hadden. TOOM Award En de TOOM Award 2014 gaat dit jaar naar Penitentiaire Inrichting De Berg in Arnhem. Door gesprekken met de brandweer heeft de PI haar eigen verantwoordelijkheid genomen op het gebied van brandveiligheid en is een daling van onechte meldingen ingezet. Afgelopen jaar had ze nog maar 6 onechte meldingen. De brandmeldinstallatie is aangepast en organisatorisch zijn veranderingen doorgevoerd. Vanuit de brandveiligheidsmethode Geen Nood Bij Brand! is structureel overleg met hoofd beveiliging en hoofden BHV. Hier wordt standaard het aantal onterechte en onechte meldingen besproken. Ook is gebleken dat de BHV-organisatie meer inzicht heeft gekregen in de gevolgen van een onterechte melding, zowel in- als extern. Mede door deze werkwijze zijn de automatische brandmeldingen drastisch geslonken. Andere organisaties die afgelopen jaar hun verantwoordelijkheid namen en druk bezig waren met het reduceren van loze meldingen zijn de volgende TOOM Talenten: Rijnstate (locaties Kliniek, Velp & Ziekenhuis, Zevenaar), Attent (regio breed), Liemerij (locatie Meridiaan, Westervoort), Parkeergarage Het Mauritsveld (Doesburg), Kliniek Rozendaal (Rozendaal), Vilente (locaties De Klinkenberg & De Pleinen, Ede) en Opella, (locatie De Breukelderhof, Bennekom). En alle andere OMS-abonnees die met hun meldingen onder de norm van toegestane loze meldingen zijn gebleven, bedanken we met een ‘pluimkaart!
Henk Jongen | sr. beleidsmedewerker
Risicobeheersing
maart 2015 | Brandende Kwesties | 7
Bezoek jij wel eens intranet? Onze ICT afdeling wordt nogal eens bekritiseerd; te langzaam; geen verbinding mogelijk; e-learning wil niet lukken… kortom altijd is er wel commentaar op de ICT. Wellicht is het je ontgaan, maar zo zijn er ook ontwikkelingen die positief zijn en nog maar eens onder de aandacht moeten worden gebracht. De pilot met de snelle verbindingen in onder meer Zevenaar is succesvol en wordt nu verder uitgebreid naar de 41 posten.
Ook heeft ICT een hele slag geslagen als het gaat om interne communicatie. Intranet is het digitale communicatiemiddel waarmee we veel intern communiceren en het is voor iedereen waar dan ook bereikbaar. In principe is het heel simpel om op intranet te komen: - Ga achter een computer zitten met internetverbinding - Ga via een webbrowser (bv Internet Explorer of Firefox) naar intranet.vggm.nl (LET OP: geen www. ervoor!) - Gebruikersnaam en wachtwoord van het groepsaccount op de post (te krijgen bij de postcommandant) of je eigen gebruikersnaam/wachtwoord voor diegene die ook kunnen inloggen op het netwerk van VGGM En je bent op de site voor de laatste wetenswaardigheden van de hele organisatie. Kijk maar eens of je iets van je gading vindt. Een voorbeeld: de verslagen van OC brandweer of doe je mee aan de Tour de VGGM of de Roparun? (JM)
Brandend zand in Elst Op 16 januari werden de korpsen Elst en Arnhem gealarmeerd voor een gaslekkage op de Aamsestraat in Elst.Tijdens werkzaamheden waren met een graafmachine een lage druk gasleidingen een hoogspanningskabel kapot getrokken. Het weglekkende gas was ontbrand. In een poging het vuur te doven heeft de kraanmachinist zand op de vlammen gegooid. Dit had echter een ander effect dan hij verwachtte. Toen de eerste tankauto ter plaatse was kwamen de vlammen uit de grond. Gelukkig ontstond geen gevaarlijke situatie, omdat al het gas was verbrand. Het risico was vele malen groter geweest als de vlammen door het zand gedoofd waren. Er kan dan een gevaarlijke concentratie van gas ontstaan. Door de brandweer zijn metingen verricht en in afwachting van de netbeheerder Liander is de directe omgeving afgezet. Het vuur ging uiteindelijk vanzelf uit toen Liander de gasleiding had afgesloten. (MM)
Brandveiligheid en gezondheid begint bij jezelf Het team communicatie van VGGM schrijft een serie over risico’s op het gebied van zowel brandveiligheid als gezondheid voor huis-aan-huisbladen en websites van gemeenten in de regio. Voorgaande jaren verscheen de krant Veilig gevoel met veel wetenswaardigheden uit onze hele organisatie. Dit jaar is niet gekozen voor een krant, maar kwam de vraag van onder anderen Ronald Gordijn in Wageningen en Klaas Schaap van de gemeente Rozendaal of we materiaal kunnen leveren over risico’s, zodat zij hun inwoners kunnen informeren. Een goede vraag waar onze organisatie mee aan de slag is gegaan. De artikelenreeks loopt uiteen van op kamers
wonen en brandveiligheid in huis tot het gevaar van kwik en van Blijf uit de rook tot Wees wijs ga beschermd op reis. Met bijgevoegd logo kun je dus allerlei artikelen tegenkomen die af-
komstig zijn van onze organisatie. Heb je een onderwerp dat ook van belang is voor de inwoners van onze regio, schroom niet en mail
[email protected] (JM)
8 | Brandende Kwesties | maart 2015
Grote brand bij Promens in Zevenaar waar AGS en GAGS samenwerkten (foto: Ronald Heitink)
De AGS en de GAGS adviseren over gevaarlijke stoffen Eén van de kerntaken van de brandweer is het bestrijden van ongevallen met gevaarlijke stoffen (OGS). Landelijk is het zo dat een Adviseur Gevaarlijke Stoffen (AGS) ter plaatse komt om de OVD-B te voorzien van informatie. Bij Brandweer Gelderland-Midden is het de Regionaal Officier Gevaarlijke Stoffen (ROGS) die op pad gaat. De AGS vervult de rol van Meetplanleider en vraagbaak voor de ROGS in het veld. De ROGS-en zijn de oren en ogen van de AGS. Zodra sprake is van een effectgebied en gezondheidsklachten kan een beroep worden gedaan op een Gezondheidskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen (GAGS). De AGS en de GAGS, wie doet wat? In een gesprek met de AGS-en Jessica de Olde en Richard Smit blijkt dat de AGS jaarlijks ongeveer 50 keer gealarmeerd wordt voor uiteenlopende zaken, zoals incidenten met gevaarlijke stoffen, grote branden, vreemde luchtjes en branden waarbij asbest vrijkomt. Het langzaam stijgen van de alarmeringen komt vooral omdat de inzet van de AGS meer is ingebed in alle procedures en de bevelvoerders en OVD’s hun weg vinden naar de AGS.
sprek met beide artsen, Peter van den Hazel en Rik van de Weerdt, horen we dat zij vorig jaar 52 keer zijn gealarmeerd, waarvan 47 echte inzetten. Bij de helft van de inzetten was daadwerkelijk sprake van één of meer slachtoffers. Van de 47 meldingen zijn er 17 vanuit Gelderland-Midden gedaan. In de gevallen zonder slachtoffers bleef het beperkt tot het geven van adviezen aan de eenheden bij het incident, gemeenten, huisartsen en/of ziekenhuizen.
Gezondheidsklachten Beide AGS-en geven aan dat hun werk vooral van belang is in de acute situatie, tijdens de incidentbestrijding in het brongebied waarbij er effecten zijn te verwachten op de omgeving. De GAGS komt in beeld als het echt om gezondheidsklachten gaat. Deze contacten gaan meestal via de OVD-G, maar kunnen ook rechtstreeks gelegd worden. Bij VGGM werken twee GAGS-functionarissen die piketdienst voor vijf veiligheidsregio´s in Gelderland en Overijssel draaien. In een ge-
Ondanks dat beiden arts zijn zullen ze geen slachtoffers onderzoeken, maar maken ze gebruik van de ogen en oren van de ambulanceteams en OvD-G om zich een beeld te vormen. Op basis van de klachten van een patiënt kan soms al duidelijk zijn om welke stof het gaat. Zo kan de AGS met de gegevens van zijn collega GAGS in sommige gevallen gerichter metingen laten uitvoeren. Andersom geldt natuurlijk hetzelfde, bij allerlei vage klachten kan de GAGS niet altijd bepalen om welke stof het gaat en kunnen metingen hier helderheid in geven.
Handelingsperspectief Voor beide functies geldt dat het bieden van handelingsperspectief aan de mensen in de omgeving van een incident prioriteit heeft. Bij het vrijkomen van gevaarlijke stoffen is het vaak voldoende om te ‘schuilen’ en uit de rook of stank te blijven. In extreme gevallen kunnen beiden gebruik maken van NL-Alert en de sirenes om burgers te alarmeren, te informeren en eventueel een gebied te ontruimen. Na de acute fase wordt de ‘zorg’ voor de omgeving overgedragen aan de gemeente, hierbij speelt de GGD een belangrijke rol samen met de GAGS. Enkele voorbeelden van grote incidenten waarbij goed is samengewerkt zijn de grote branden bij Promens in Zevenaar (zie foto) en Gazelle in Dieren. Ook is samengewerkt bij incidenten zonder brand, zoals de lekkage van een ketelwagon op het spoor bij Arnhem in 2004 en met kerst 2013 de vervuiling van de haven in Arnhem. (MM)
maart 2015 | Brandende Kwesties | 9
Cluster Midden oefent onder hoogspanning Op een deel van het voormalige KEMA-terrein in Arnhem worden 24/7 hoogspanningsproeven uitgevoerd in grote loodsen en buiten op het terrein. We praten over testen met miljoenen Volts. Onder leiding van Derk van de Born, Sjoerd Smeenk en René Rietbergen van DNV-GL (voormalig KEMA) worden de ploegen van Cluster Midden, die rondom dit terrein de eerste uitruk kunnen verzorgen, rondgeleid op het Power TIC terrein en wordt kennis uitgewisseld op het gebied van hoogspanning. Tot op heden was de bedrijfsbrandweer de eerst aankomende bij incidenten. Dit gaat veranderen in een First Responder Team (BHV+), niet te verwarren met de FRB teams die wij bij Gelderland-Midden kennen. Ook de regionale brandweer zal gealarmeerd worden bij incidenten op dit terrein. Daarom is het belangrijk dat we goed op de hoogte zijn van wat we wel en niet kunnen op het TIC terrein.
Danielle Aalders | medewerker IB Cluster Midden Oefenen op het TIC-terrein
TBO ingezet bij bijzondere autobrand in Elst onderworpen aan een vluchtig onderzoek en al gauw bleek dat deze had gebrand op een plaats die ik in mijn redelijk lange brandweercarrière nog niet eerder had gezien. Het dak aan de zijde van de bijrijder had vanaf de binnenverlichtingsunit tot halverwege in brandgestaan. Aangezien het voertuig pas vier jaar oud was, vond ik dat toch wel erg vreemd, vervolgens even ruggenspraak gehouden met mijn collega bevelvoerder Dennis Roos, die ook in ons voertuig zat en die gaf aan dat dit wellicht een klusje zou kunnen zijn voor het Team Brand Onderzoek (TBO). Via RAC het TBO laten informeren en verzocht om contact op te nemen. Vervolgens reageerde Joost Ebus en ik heb hem in grote lijnen aangegeven wat ik had aangetroffen en of het TBO hier wat mee kon.
Verbrande dak van de auto Op zaterdagmorgen 17 januari werd de post Elst gealarmeerd voor prio2 brand nacontrole. Nadat ik contact had gehad met de RAC bleek het om een personenauto te gaan die ondertussen door een passerende brandweercollega was geblust, maar onze komst was nog wel gewenst. Eenmaal ter plaatse hebben we het voertuig
Het personenvoertuig is hierna door de berger versleept naar een officiële Forddealer voor nader onderzoek door de verzekeringsexpert en het TBO. Onderzoek door TBO wees uit dat een vermoedelijk brand is ontstaan door het niet goed vastzetten van de massa-aansluiting van de voorruitverwarming. De vraag blijft of dit misschien een productiefout is van Ford, of dat daarna nog een reparatie heeft plaatsgevonden. Tenslotte zal het niet de eerste keer zijn dat voertuigen worden teruggeroepen door de fabrikant voor ontdekte mankementen in een
later stadium. In ieder geval een leuke wisselwerking tussen repressie en het TBO en zeker voor herhaling vatbaar om lering te trekken uit incidenten.
Jeroen Arentsen | bevelvoerder post Elst Cluster Zuid
Wist je dat … Een CO-melder in sommige gevallen kan afgaan door een afstandsbediening van de TV? In Amsterdam rukte een ploeg uit voor een CO-meting. Er bleek in de woning geen koolmonoxide aanwezig te zijn. Toch was de CO-melder afgegaan – en niet voor niets. De melder reageerde op de afstandsbediening van de televisie. Dit was niet per ongeluk, maar is een bijzondere optie die First Alert heeft ingebouwd in sommige typen CO-meters, zodat je deze op afstand kunt testen. Handig om te weten! Voor de gebruiksaanwijzing, zie http://www.firstalert.eu/files/c0410ce.pdf
10 | Brandende Kwesties | maart 2015
Jeugdbrandweer Scherpenzeel geeft voertuig aan Wens op Wielen Het oude vertrouwde brandweervoertuig (1932 opa-1) is woensdag 17 september door de jeugdbrandweer Scherpenzeel overgedragen aan de Stichting Wens op Wielen. Het voertuig schrijft geschiedenis en komt van de bedrijfsbrandweer van het blindeninstituut Bartiméushage in Doorn. Het instituut schonk de auto aan de jeugdbrandweer van Amerongen. Deze schonk de wagen later aan de jeugdbrandweer ScherpenWoude, waar hij vanaf 2009 dienst deed. In 2011 had de Johan en Ed met de jeugdbrandweer Scherpenzeel jeugdbrandweer Scherpenzeel het op en om het oude voertuig voertuig. De ploeg raakte erg gehecht aan het voertuig en daarom wilde de jeugd ervoor zorgen dat de wagen een goed onderkomen kreeg. De Stichting Wens op Wielen wilde hem graag hebben. De stichting zet zich in voor langdurig ernstig zieke kinderen door hen een mooie dag te geven en zo hun ziekte even kunnen vergeten. Een dag die hun kinderhart sneller laat kloppen. Tijdens de overdracht kwam ineens een brandmelding op de Glashorst en dus rukte de jeugdbrandweer met hun nieuwe voertuig uit. Nauwelijks ter plaatse klonk achter de brandweergarage een luide knal en stond een personenauto in brand. De jeugdbrandweer moest dus, na de loze melding op de Glashorst, terug naar de kazerne om daar de autobrand te blussen. De jeugd kwam met het oude voertuig de autobrand blussen. Nadat alles weer was ingepakt volgde de officiële overdracht en was het Ed Postma die met een trots gezicht de sleutels van de brandweerwagen in ontvangst nam, uit handen van Johan Methorst.
Uitslaande brand vrijstaande woning Harskamp
Bij een poging zelf een beginnende brand te blussen in Harskamp op maandag 29 december hebben drie personen veel rook binnengekregen. Medewerkers van de ambulance hebben het drietal onderzocht. Niemand hoefde naar het ziekenhuis. Wel ontwikkelde het beginnende brandje zich tot een uitslaande brand en is de volledige bovenverdieping van de vrijstaande woning aan de Kostverlorensteeg verwoest. Rond kwart voor drie brak de brand uit en bij aankomst van de Harskampse brandweer sloegen de vlammen al uit het dak. Het korps van Otterlo verleende assistentie. Een naast gelegen schuur kon door snel optreden worden behouden. De hoogwerker uit Ede is nog ter plaatse gekomen, maar hoefde niet te worden ingezet.
Johan Methorst | Post Scherpenzeel
Onderzoek veiligstellen ademlucht na een (bijna) ongeval in veel gevallen letterlijk het verschil tussen leven en dood. Soms lijkt er toch iets mis te zijn met onze ademluchtapparatuur, waardoor een ongeval of bijna-ongeval kan ontstaan. In onze regio zijn dit jaar zeven bijna-ongevallen geregistreerd.
Foto: Hesli de Laat Tijdens het optreden bij branden, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) en in het water willen we kunnen vertrouwen op onze persoonlijke beschermingsmiddelen zoals het ademluchttoestel met ademautomaat en gelaatstuk. Goed functioneren van deze apparatuur betekent
De ademluchtwerkplaats in jouw cluster wil de apparatuur die bij een (bijna)ongeval betrokken was graag onderzoeken. Als het mogelijk is wordt de oorzaak achterhaald en kunnen, als het nodig is, acties uitgezet worden om herhaling te voorkomen. De plaatselijke ademluchtwerkplaats werkt voor de rapportage samen met een adviseur van Arbo Brandweer. Help ons een onderzoek mogelijk te maken door onderstaande stappen te volgen: • Stel betrokken apparatuur veilig, o knoop een ademluchttoestel met de draagbanden aan elkaar
o knoop een gelaatstuk met de draagband aan het toestel o schrijf wat er gebeurd is op een briefje en voeg deze bij de veilig te stellen apparatuur o op sommige posten zijn speciale kratten of zakken aanwezig voor het veiligstellen van ademluchtapparatuur, gebruik deze • Mail de coördinator beheer&logistiek van jouw cluster en geef aan dat veiligge stelde ademluchtapparatuur opgehaald moet worden. • Vul een formulier voor (bijna)ongevallen in en stuur dit aan Arbo Brandweer (arbo
[email protected]). Je ploegcommandant of dagcoördinator (bij realistisch oefenen) kan je hierbij helpen.
Hesli de Laat | Arbo Brandweer
maart 2015 | Brandende Kwesties | 11
Veilgheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden
OC Brandweer verwelkomt twee nieuwe leden Vanaf 1 januari 2014 is de regionalisering een feit en zijn ook alle nog lokaal opererende brandweer korpsen tot VGGM toegetreden. Om de medezeggenschap voor deze (grote) groep mensen goed te kunnen regelen is een Onderdeel Commissie Brandweer opgericht. Tot voor kort waren er nog twee vacatures, maar die zijn nu ingevuld door Wijert Waayenberg en Evert den Hartog. We zijn compleet met 14 leden. Wij zijn jullie collega’s! De OC opereert als onderdeel van de ondernemingsraad en is gemandateerd om zelf besluiten te nemen. Maar alleen op brandweergebied! En omdat wij het belangrijk vinden om mee te praten en denken met de organisatie, hebben wij ons opgegeven. Na de verkiezingen van maart 2014 zijn wij benoemd om met de bestuurder (Paul Joosten) mee te denken en praten. De afgelopen weken hebben zich nóg meer collega’s aangemeld, omdat we twee vacatures hadden. Inmiddels zijn alle vacatures vervuld. Cluster Noord: Cluster West: Cluster Midden: Cluster Oost: Cluster zuid: Vakbekwaamheid:
Evert den Hartog (Post Barneveld), Arend Versteeg (Post Garderen). Henk Jansen (Post Bennekom), Hasco Lenderink (Post Otterlo), Wijert Waayenberg (Post Harskamp) Ron Daniëls, John Renes, André Huiberts, Franck de Hoogh, Moniek Bartholomew-Laurentzen en Ronald van den Borden (allen Post Arnhem) Janine de Reus (Post Zevenaar) Marinus Bunt (Post Zetten-Andelst) Ellen Buskens (Arnhem)
Het dagelijks bestuur wordt gevormd door Marinus, Ron, Ellen en Henk. De afgelopen maanden zijn wij al druk bezig geweest met dienstroosters, DRO, MOB, FRB en samenwerking met politie, maar ook met kerstcadeaus en recepties. Als ons vragen, eigenaardigheden, ontevredenheid of misschien zelfs misstanden ter ore komen gaan we deze inventariseren. Daarna bespreken we deze en als het nodig is, leggen we zaken voor aan Paul Joosten. Hij kan daarop actie ondernemen. We zijn een korte lijn tussen onze directeur en jullie! Zo ziet Paul dit ook en hij is nieuwsgierig naar wat er precies leeft op de werkvloer. En een duidelijke kanttekening is dat wij geen ombudsman of vakbond zijn. Individuele gevallen behandelen we daarom niet, of het moet meer collega’s aangaan. De OC heeft wettelijke rechten en plichten. Maar dat kunnen wij niet zonder jullie. Want om vragen te stellen aan de directeur willen wij graag informatie hebben. In het algemeen proberen wij het proces te bewaken: hoe verlopen projecten? Is een rooster met instemming samengesteld en voldoet het aan de wet? Krijgen alle collega’s wel een jaarlijks of tweejaarlijks een functioneringsgesprek met hun leidinggevenden of ploegcommandant. Mochten jullie opmerkingen, aanbevelingen of andere vragen hebben leg ze aan ons voor. Wij blijven graag op de hoogte. Via de leden van de OC en via
[email protected].
Reden van sollicitatie: zocht prettiger werksfeer In zijn sollicitatiebrief in 1976 aan het hoofd Bescherming Bevolking in Arnhem schreef hij de reden van solliciteren: zocht prettiger werksfeer. Dat die sfeer prettiger zou zijn, blijkt uit het feit dat Johan van de Kamp (71) na al die tijd nu pas op 1 april afscheid van onze organisatie. Met Johan aan de koffie of gewoon achter z’n computer valt veel te verhalen. Hoe wars hij nu soms is van de Ipad, zo vooruitstrevend was hij in 1988 bij de brandweer in Arnhem toen hij als eerste en enige achter een computer zat! Menigeen was jaloers op hem. Zo werkte hij twee weken aan een scriptie van een dochter (of zoon?) van een leidinggevende. Iets wat anderen natuurlijk niet mochten weten. Hij kon met zijn Tulip goed uit de voeten. Hij was ook niet te beroerd om 14 nachten te werken toen het water hoog was in 1995 en
iedereen angst had voor een dijkdoorbraak of een overstroming. De toenmalige burgemeester van Arnhem vond het geen probleem dat er ’s nachts op de kazerne film werd gekeken. “Laat maar aanstaan” zei hij bij het zien van veel menselijk schoon. Hij weet ook veel van de belevenissen van de verschillend ondernemingsraden, maar dat is teveel om hier te beschrijven. De eerste keer dat ik Johan zag was in de oude kazerne aan de Rietgrachtstraat. In een kantoorruimte boven zat een, in mijn ogen oude man en hij keek norsig op. Wie is die man? Niet echt vriendelijk, dacht ik. Nu ken ik hem een jaar! Johan heeft humor, hij lacht veel; lacht om alle veranderingen die hij meemaakte in de organisatie. Lacht ook omdat hij altijd met plezier werkte, hoewel hij natuurlijk al 6 jaar geleden met pensioen kon gaan. Hij is scherp, heeft een ijzeren geheugen en is
Johan van de Kamp kritisch op onze directie. Meestal opbouwend kritisch naar iedereen; hij doorgrondt en wil het beste voor de hele organisatie met aandacht voor de man en vrouw op de ‘werkvloer’. Natuurlijk ken ik hem pas 1 jaar van de 71. Maar ik zal hem missen als steun en toeverlaat in de OR. (JM)
12 | Brandende Kwesties | maart 2015
Roparun: sportieve prestatie voor het goede doel Team 327 is bijna compleet: we zoeken nog een paar mensen voor de verzorging en een fietser. Ook zijn de voorbereidingen voor de loop van Hamburg naar Rotterdam in volle gang. De eerste oefenloop was op 7 maart en naast dat we druk zijn met de organisatie van de loop, zijn we ook bezig met het ophalen van zoveel mogelijk geld voor de zorg voor mensen met kanker: het doel waarvoor de Roparun is opgericht. Om geld voor de Roparun bij elkaar te sparen wordt een aantal acties ondernomen: - Er worden loten verkocht door collega’s uit het team; - Op 25 april wordt een actiedag in Ede georganiseerd door drie verschillende Roparunteams. Een van de onderdelen is een rommelmarkt waarvoor we nog een heleboel
spullen kunnen gebruiken. - Paasbrodenactie. Let op de aankondigingen in de verschillende gebouwen. Naast team 327 vervult VGGM de rol van pleisterplaats en controlepost tijdens de run. In de nacht van 24 op 25 mei doen alle teams uit Hamburg post Ede aan. Ook de posten Otterlo en Wageningen maken deel uit van deze Oase. Dit is een ware belevenis waarvoor een heleboel vrijwilligers nodig zijn. Organisatie van de Oase is in handen van Co Vink en Adri Koedam. Hierbij doen we dus een oproep aan alle collega’s binnen VGGM om loten te kopen, spullen aan te leveren voor de rommelmarkt, hand- en spandiensten te verrichten rondom 25 april of in het Pinksterweekend. Schroom niet en meld je aan bij
[email protected]. (MB)
Suzanne Roijakkers vertrekt naar Brandweer Nederland Na ruim 6,5 jaar bij de Brandweer in Gelderland-Midden, vertrekt Hoofd Stafbureau Suzanne Roijakkers per 1 april voor twee jaar naar Brandweer Nederland waar ze programmacoördinator Mens en Bedrijfsvoering wordt. Op de valreep willen wij nog wel iets van haar weten. Hoe kom je zo terecht bij Brandweer Nederland? Na de regionalisering ben ik wat zoekend geweest over de invulling van mijn nieuwe functie. De grote klus, de regionalisering, heeft mij veel voldoening gegeven en die was klaar. Vorig jaar ben ik benaderd vanuit Brandweer Nederland om voor hen te komen werken. Met de ervaring vanuit 2 brandweerregio’s (naast Gelderland-Midden ook Gelderland Zuid) lijkt het mij leuk om een functie op landelijk niveau te gaan vervullen waarbij ik veel collega’s in ander verband weer zal tegenkomen. Wat verder van de dagelijkse praktijk, maar juist daarvoor hoop ik nog steeds relevante dingen te blijven doen.
Foto: Suzanne Roijakkers
Wat heb jij met brandweer? Gevoelsmatig heb ik een klik met de brandweer: de passie van brandweermensen voor het vak, de mentaliteit van aanpakken en het ervoor gaan. Ook spreekt de maatschappelijke meerwaarde me aan, het is echt werk dat er toe doet. Daarbij heb ik niet de behoefte om zelf een operationele functie uit te voeren, ik denk dat daar mijn kracht niet ligt. Daarnaast heb ik mijn liefde bij de brandweer (Gelderland Zuid) gevonden. Dus de brandweer verbindt, op vele vlakken! Waar ben je trots op? Het meest trots ben ik op het resultaat dat we met zijn allen met het project regionalisering behaald hebben. Een enorme klus om te organiseren en super dat we dit binnen de tijd met zoveel mensen gerealiseerd hebben. Ik heb gemerkt dat ik dat eigenlijk het leukste vind om te doen: met een heleboel mensen een grote klus klaren waarbij ik de rol vervul van regisseur. Door het met zijn allen te doen krijg je ook draagvlak voor het resultaat en daar doe je het voor. (MB)
maart 2015 | Brandende Kwesties | 13
Risicoanalist Niels Bultman:
”Iedere vraag die locatiegebonden is kun je met GIS analyseren of oplossen” Niels Bultman is risicoanalist bij de afdeling Risicobeheersing. Hij is dagelijks bezig met data, voor BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen), spoorwegen, snelwegen en gevaarlijke stoffen en brengt deze gegevens in kaart. Hij voert achter de beeldschermen in de Beekstraat in Arnhem analyses uit en trekt conclusies. Niels: “Door het combineren van diverse kaartlagen ontstaat nieuwe informatie die kan leiden tot nieuwe inzichten of tot antwoorden op vragen, die anders niet of moeilijk te beantwoorden zijn. Deze informatie is uiteindelijk ondersteunend aan het besluitvormingsproces.” De toepassing van een Geografisch Informatie Systeem (GIS) is breed, van operationeel tot strategisch. Maar ook toepasbaar bij verschillende onderdelen in de organisatie, zoals Externe Veiligheid, Brandveilig Leven, Doorontwikkeling Repressieve Organisatie (DRO), Geen nood bij brand! en het Regionaal Risicoprofiel. Dekkingsplan Niels is bij DRO betrokken om mede het dekkingsplan uit te werken; waar vinden incidenten plaats op/bij het spoor, op de snelwegen, op een industrieterrein waar bedrijven met gevaarlijke stoffen werken. Op basis van de diverse scenario’s wordt met het computerprogramma Care
Niels Bultman
Dit is een deel van een kaart met bluswatervoorziening. In deze pilot is vorig jaar gekeken of GIS een afdoende hulpmiddel is voor het bepalen van het al dan niet saneren van brandkranen. Door een GIS analyse kan dit nu geautomatiseerd in één keer voor de gehele regio berekend worden. de dekking van brandweerwagens berekend. Niels: “Je hebt overal normtijden voor en als je de normtijden over het dekkingsplan legt, kun je zien waar je op tijd bent en waar je te laat komt. De vraag is dan, is dat erg als je op een plek te laat bent?” Voor DRO heeft Niels de informatie voor het management en het bestuur helemaal uitgewerkt en er analyses op losgelaten. Dit is input voor de discussie of in plaats X wel een HV komt te staan en in plaats Y niet, gezien het risico en het aantal inzetten. Niels is een rustige analist die veelal achter zijn beeldschermen te vinden is. Maar over zijn vak is hij duidelijk en bevlogen, vooral als hij kan uitleggen wat hij allemaal in kaart kan brengen. Hij geeft aan dat je met geo-informatie antwoord kunt geven op vragen als: • Waar vinden de meeste branden plaats en waarom juist hier? • Brandt het bij bepaalde bevolkings groepen vaker dan gemiddeld en waarom?
• Is er voldoende bluswatervoorziening op de juiste plaatsen? • Op welke weggedeelten van de autosnel wegen in de regio vinden de meeste ongevallen plaats en is de HV daar wel op tijd? • Welke vitale infrastructuur ligt in het effectgebied van natuurbrand? • Wat zijn de effecten van toename van transport gevaarlijke stoffen op een bepaald spoorweggedeelte? • Hoeveel mensen zijn binnen het effect gebied als een toxisch gas vrijkomt na een ongeval? “Dit is uiteraard slechts een greep uit de talloze vragen waar met behulp van GIS een antwoord op gegeven kan worden”, aldus Niels. Om de nodige gegevens boven water te krijgen gebruikt hij onder meer Safety Portal. Deze informatieopslag is volgens Niels niet helemaal toereikend maar wel een heel belangrijke bron van incidentmeldingen. Ook is het belangrijk dat de aanvullende gegevens goed worden ingevuld, zoals de mogelijke oorzaken van een brand of het adres. Niels: “Zo kan je bijvoorbeeld zien dat in verhouding veel schoorsteenbranden in het buitengebied voorkomen. Hierop kan dan actie worden ondernomen in het kader van preventie.” Ook wordt landelijk gewerkt aan geo-informatie in het project Geo4OOV. Dat is een basisvoorziening met data uit verschillende bronnen van en voor alle veiligheidsregio’s. Elke regio kan hier informatie halen die voor de eigen regio van belang is en informatie uitwisselen met andere regio’s. Niels: “Dit is een belangrijke ontwikkeling, dan hoef je in de toekomst minder te zoeken naar geschikte data.” Hij heeft trouwens weinig collega’s in de andere veiligheidsregio’s. Niels tot slot met enige trots: “Ik heb de indruk dat VGGM behoorlijk voorop loopt op dit gebied.”(JM)
14 | Brandende Kwesties | maart 2015
Bewoners van ’s Koonings Jaght komen in brandweerpakken uit de tent
Brandweerpakken overgedragen aan Siza In het kader van de methode Geen nood bij Brand! (GNBB) heeft ziekenhuis Rijnstate maandagmiddag 9 februari ongeveer 20 brandweerpakken overgedragen aan ‘s Koonings Jaght, waar 230 mensen met een beperking verblijven. De overdracht gebeurde door Brandweer Gelderland-Midden op ludieke wijze bij de Arnhemse Siza-instelling. Zeven bewoners van de zorginstelling werden in brandweerpakken gehesen en kwamen enthousiast tevoorschijn uit een tent vol met rook. Siza en de brandweer hebben als doel de bewoners van de zorginstelling kennis te laten maken met de brandweer. Anti-schriktrainin-
gen moeten voorkomen dat brandweermensen worden gezien als ‘buitenaardse wezens’. Afdelingshoofd Risicobeheersing Robert Polman stipte in zijn speech het belang aan van het verbeteren van de zelfredzaamheid en brandveiligheidsbewustzijn bij instellingen zoals Siza. “Het is heel goed dat Siza met antischriktrainingen de bewoners bewust maakt dat de brandweer een vriend is die hen helpt.” Siza’s regiomanager Renate Jacobs zei dat de bewoners van de zorginstelling hadden uitgekeken naar de ludieke overdracht. “Vol verwachting hebben ze er naar toegeleefd. Voor hen is brandweerman of -vrouw zijn de ultieme
jongensdroom”, vertelde Jacobs. “We gaan één keer per jaar een ontruimingsoefening doen. We willen het handelen van de brandweer voorspelbaar maken en daarmee schrikreacties bij onze bewoners voorkomen.” Luc Beije, hoofd opleidingen bij Rijnstate, sprak van een ‘mooi Arnhems onderonsje’. “Zowel Siza als Rijnstate hebben een link met GNBB. Door tussenkomst van Brandweer Gelderland-Midden krijgen de brandweerpakken een nuttige bestemming.”
Roel Tomassen | medewerker communicatie
maart 2015 | Brandende Kwesties | 15
Beroep Centralist Meldkamer Brandweer & Vrijwillig Manschap post Rheden Burgelijke Stand: Nog ongehuwd, maar een hele leuke vriendin
Ken je hem?
Naam Frits Tolhuisen
Leeftijd 25 jaar Heb je kinderen/huisdieren Nee Woonplaats Rheden
Hoe ben je bij de brandweer gekomen: Ik denk dat de liefde voor de Brandweer begint als klein jongentje die altijd gaat kijken. Met als gevolg dat ik vanuit de vrijwilligers heb gesolliciteerd op de functie centralist meldkamer. Kun je iets vertellen over jouw verschillende functies: Vooral de afwisseling maakt het erg leuk. Op de meldkamer maak ik een hoop incidenten mee, waar ik in het veld veel aan heb. Omgekeerd geldt dit natuurlijk ook. Het is fijn om te weten wat er in het veld ervaren wordt op het moment dat ik een eenheid de weg op stuur. En dat we het samen met zoveel verschillende mensen moeten doen, maakt het ook leuk want geen een dag is hetzelfde. Van wie heb je het meeste geleerd: Mijn Opa Waarover kun jij je druk maken: Mensen die zeuren en moeilijk denken. Wat is jouw beste eigenschap: Doorzetter
… en jouw slechtste: Flauwe grappen maken Wat is jouw grootste angst: Ben ik nog niet achter Wat is jouw favoriete stad: Rome Hoe ziet jouw favoriete vakantie eruit: Veel zon en niks hoeven doen Waarvoor mogen ze je ’s nachts wakker maken: Sushi en een goede brand Wat is jouw favoriete eten: Sushi Wil je verder nog iets kwijt: Ja, ik ben blij dat ik onderdeel uit maak van deze organisatie, ruim1.000 verschillende mensen en karakters met samen toch 1 doel. En dat is hulpverlening. Dat moeten we niet vergeten.
Na de brand in Zevenaar Coördinerend medewerker Risicobeheersing Steven van Rijn wil met ons delen wat hij leerde en ondervond tijden de voorlichtingsavond in Zevenaar na de grote brand op 17 februari: De opkomst was goed, 50 mensen, de sfeer absoluut anders dan een normale voorlichting. De eerste verontwaardiging ontstond al toen de wethouder meldde dat de burgemeester 6 weken met vakantie was, duidelijk te horen en te zien! Ik heb me niet oncomfortabel gevoeld, maar verbale en non-verbale tekenen waren wel hoor- en zichtbaar. Je moet je woordkeuze veel meer wegen! De druk van aanwezigen om hun zegje te willen doen is te groot om te negeren. En deze mag je ook gewoon niet negeren, men is emotioneel. Vandaar dat mijn rol ook veranderde van voorlichter naar gespreksleider. Dat is toch een iets andere rol. Ik heb gekozen om in te zetten op eigen verantwoordelijk voor je eigen (brand)veiligheid. Dat is pittig als je net alles bent kwijt geraakt. De winst voor mij was dat één van de getroffenen met flink wat tegengas, toch nog even langs kwam om aan te geven “dat ie wel begreep wat ik bedoelde en dat ik ook wel gelijk had, maar dat het gewoon confronterend is”.