BOUWKUNDE-WINKEL EINDHOVEN
VOCHTPROBLEMEN IN WONINGEN TE EINDHOVEN
De Bouwkundewinkel is een van de acht Wetenschapswinkels aan de Technische Universiteit te Eindhoven. Dit onderzoek is gedaan in het kader van projektwerk bij de faculteit Bouwkunde. vakgroep FAGO.
De TUE aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade aan personen en zaken die voortvloeien uit de toepassing of het gebruik van resultaten van. het verrichte onderzoek, behoudens in geval van opzet. grove schuld of grove nalatigheid van de TUE of de onderzoekers.
2 SAMENVATTING Dit rapport is een weergave van een onderzook naar de aard van vochtproblemen in woningen in het Genderdal te Eindhoven. allen gebouwd volgens het Aireysysteem, met als doel het geven van enkele aanbevelingen ter vermindering of voorkoming van de vochtklachten. Bij het onderzoek zijn de luchtvochtigheid en de temperatuur gemeten. Na verwerking van de meetgegevens, de waarnemingen en de bouwtekeningen resulteerde dit in de constatering dat we te maken hebben met een vochtgevoolig bouwsysteem en met het feit dat de woningen een klein volume hebben ,gecombin~erd met een hoge vochtproduktie. Ter voorkoming c.q. vermindering van de vochtproblemen kunnen we ten aanzien van het bouwsysteem stellen dat toepassing van isolatie wordt afgeraden, ten aanzien van de verhouding vochtproduktie/volume. dat deze door betere ventilatievoorzieningen en. in de toekomst .eventueel minder bewoners. verkleind moot worden.
Met dit onderzook en middels dit rapport is getracht om met beperkte apparatuur de oorzaak c.q. oorzaken te vinden die tot de vochtproblemen in de woningen te Eindhoven leiden. Daar onze metingen verricht zijn in het voorjaar. nl van 27 maart 1987 tot 24 april 1987. zijn slechts een klein aantal waarden representatief voor die periode waarin vochtproblemen het grootst zijn. Toch menen wij dat dit rapport enige dUidelijkheid verschaft omtrent de aard van de vochtproblemen. R.Roelofs J.Seelen
Eindhoven, september 1987 .
3 INHOUD
Hoofdstuk
Titel
1.
Inleiding 4 Inleidende be~(ippen, vaktermen en symbolen 5 8 Verklaring van symbolen Verklaring van vaktermen 8 9. Toegepaste formules Probleemstelling 11 Methode van onderzoek 12 Bouwkundige situatie 12 Waarnemingen 13 Gebruikte apparatuur 16 Interpretaties van de uit het onderzoek voortvloeiende gegevens 17 Bou\Wocht 19 Optrekkend vocht 19 Condensatie vocht 19 Vochtproduktie door bewoning 23 Doorslaand vocht 26 Vochtige kruipruimte 26 Bouwfouten 26 Ventilatie 26 Conclusie 27 Aanbevelingen 28 Literatuurverwijzingen 29 Bijlagen
1.1. 1.2. 1.3. 2. 3. 4. 4.1. 4.2. 4.3. 5. 5.1 . 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8. 6. 7. 8.
biz.
INLEIDING In het kader van het projektwerk bij de faculteit Bouwkunde, vakgroep FAGO is een aanvraag betreffende vochtproblemen in een woonwijk te Eindhoven behandeld. De aanvrager de Heer Repping, Smetanalaan 19 te Eindhoven, vraagt namens de huurdersvereniging naar een gedegen onderzoek. De familie de Jong, Smetanalaan 53 te Eindhoven ondervindt de grootste hinder en klaagt over zieke kinderen, natte dekens en schimmelvorming op kozijnen en matrassen. Redenen voor de familie de Jong om te willen verhuizen. Allereerst wilde men instanties als de G.G.D. bewegen om een urgentieverklaring af te geven ,deze wilde echter niet komen kijken. Vervolgens heeft men Bureau Energiek,Gestelsestraat 16 te Waalre, ingeschakeld om een onderzoek te doen. Naar aanleiding van hun aanbevelingen is toen een houten Iijst met isolatiemateriaal op de koudebrug rondom het kozijn op de slaapkamer aan de voorzijde aangebracht.[ A] Ook de gemeente Eindhoven Dienst Bouwtoezicht en Milieuzaken heeft metingen verricht en enige aanbevelingen gedaan. De kosten hiervan .o.a. het plaatsen van een geiserafvoer en extra verwarmingselementen, kunnen echter, volgens de gemeente, niet aan de woningstichting worden opgelegd aangezien de woning voldoet aan de tijdens de bouw gestelde eisen van de Bouwverordening La.v. isolatie en ventilatie. I
[ B] Hierna is een aanvraag ingediend bij het Bureau Wetenschapswinkels aan de Technische Universiteit Eindhoven voor een nader onderzoek om mede op grond hiervan alsnog een urgentieverklaring te verkrijgen. [ C ] Deze urgentieverklaring is inmiddels afgegeven en vlak nadat de metingen waren verricht, is de familie de Jong een andere woning toegewezen. Echter ,aangezien meerdere (kop-)woningen problemen hadden is het onderzoek toch voortgezet. 20 hebben wij ook metingen verricht in de woning van de familie Schel, Chaussonstraat 2 in die zelfde wijk. Deze bewoners hebben klachten over schimmelvorming achter de bank en op de kozijnen en last van plassen water in de keuken. Onderzoek naar de aard van de vochtproblemen werd, naast visuele waarneming, verricht m.b.v. een thermohygrograaf en een multimeter in verschillende vertrekken van de woning.
5 1.
INLEIDENDE BEGRIPPEN. VAKTERMEN EN SYMBOLEN Daar van een deel van de doelgroep,waarvoor dit rapport is geschreven niet verwacht mag worden dat zij enige relevante kennis van de bij het probleem behorende bouwfysica bezit,worden enkele begrippen nader toegelicht. Woorden aangeduid met (.) worden, om de tekst duidelijk te houden. in 1.2 en 1.3 toegelicht. Waar twee LJ zjn opgenomen betreft het : -bij cijfers:een literatuurverwijzing opgenomen in hoofdstuk 8. -bij Romeinse cijfers:een tekening of grafiekverwijzing opgenomen in de bijlagen. -bij letters:correspondenties opgenomen in de bijlagen.
1.1
VOCHTPROBLEMEN Vochtproblemen kunnen door verschillende oorzaken ontstaan te weten: 1)Bouwvocht 2)Optrekkend vocht 3) Condensatievocht 4)Vochtproductie door bewoning 5}Doorslaand vocht 6)Vochtige kruipruimten 7) Bouwfouten 8He geringe ventilatie
1.1.1
Bouwvocht Daar het bouwen gepaard gaat met veel watergebruik ,bezit de woning de eerste twee jaar na de oplevering een verhoogde vochtconcentratie. Deze tijdelijke verhoogde vochtconcentratie kan aanleiding geven tot vochtprobl men in de constructie,die zich vaak uit aan de oppervlakken van de betreffende bouwdelen.
1.1.2
Optrekkend vocht Optrekkend vocht,is vocht dat door de constructie (meestal de fundering) opgenomen wordt als gevolg van aanraking met een vochtige of natte ondergrond en door capillaire werking van het materiaal naar boven wordt getransporteerd. Het optrekkend vocht uit zich vlak boven het vloerniveau aan de oppervlakken van de wanden.
1.1.3
Condensatlevocht Lucht bevat altijd een hoeveelheid vocht.des te hoger de temperatuur van de lucht des te meer vocht de lucht kan bevatten. Daar in het algemeen de lucht binnenshuis meer vocht bevat in absolute zin,dan de lucht buitenshuis zal er een vochttransport,als gevolg van dit dampdrukverschil,van binnen naar buiten plaatsvinden.
6 In de scheidende constructie zal,door het verschil van binnen- en buitentemperatuur een temperatuurgradient anwezig zijn. Nu bestaat de mogelijkheid dat de vochtstroom in de constructie ergens gaat condenseren doordat de vochtstroom een te lage temperatuur ontmoet. Condensatie treedt dus op wanneer de partiele dampdruk Pd C.) bij verlaging van de temperatuur de verzadigingsdruk Ps (.) bereikt. De temperatuur waarbij Pd =Ps noemt men het dauwpunt TO (.). Ligt dit dauwpunt aan de oppervlakte van een constructie Cbijvoorbeeld enkel glas) dan spreekt men van oppervlaktecondensatie. Oppervlaktecondensatie wordt dus bepaald door de oppervlaktetemperatuur van de constructie en door de dampdruk binnen. Ligt dit dauwpunt in de constructie dan spreekt men van inwendige condensatie. In de winter hebben we te maken met een condensatieperiode ,in de zomer met een drogingsperiode. Het totaal aantal kg/m 2 vocht wat, in de winter ontstaan, zich heeft opgehoopt in de constructie,zal in de zomer ook weer moeten verdwijnen door droging. Indien niet al het opgehoopte vocht verdwijnt,kan dit schade in de constructie aanrichten en heeft dit een verlaging van de warmteweerstand tot gevolg. 1.1.4
Vochtproductie door be'Noning Bewoners produceren. zowel indirect als direct vocht. Indirecte vochtbronnen:-ademen -transpireren Directe vochtbronnen :-koken -wassen -was drogen -afwassen -douchen en baden -planten -dweilen -geiser zonder afvoer
1.1.5
Doorslaand vocht Ooorslaand vocht ontstaat ten gevolge van regendoorslag.Oe spouw moet voorkomen dat het regenwater door horizontaal transport de binnenruimte kan bereiken.De spouw dient ervoor om het doorgeslagen vocht door middel van ventilatie (a1s waterdamp) en door middel van de open stootvoegen (als water> af te voeren. Open stootvoegen of ventilatieroosters die verstopt zijn met vuil en/of valspecie kunnen een slechte water-(damp-)afvoer tot gevolg hebben,waardoor er een transport naar de woning toe kan plaatsvinden. Verbindingen tussen het binnen en buitenspouwblad ten gevolge van verkeerd Ce) (uitgevoerde) details ,mortel of steenresten in de spouw kunnen een vochtbrug doen ontstaan,waardoor er ook een vochttransport naar de woning toe kan plaatsvinden.
7 1.1.6
Vochtige kruipruimten Kruipruimten die een min of meer vochtig aanvoelende bodem hebben of kruipruimten die vaak blank staan hebben een zeer hoge relatieve vochtigheid RV C.). Hierdoor ontstaat een dampdrukverschil tussen de kruipruimte en de woning.Bij een hogere dampdruk in de kruipruimte, kan door een open verbinding vocht de woning binnen dringen. Open verbindingen kunnen zijn: kruipruimteluiken ,meterkasten met leidingdoorvoeren en in mindere mate aansluitingen tussen vloeren en wanden.
1.1.7
Bouwfouten Verschillende vochtproblemen kunnen ontstaan door bouwfouten. Voorbeelden hiervan zijn: puin in de spouw ,open verbindingen met de kruipruimte en koude bruggen.(.)
1.1.8
Ventilatie Een verkeerde ventilatie door de bewoner of een bouwfout kan aanleiding geven tot vochtproblemen (bijvoorbeeld condensalie), doordat niet genoeg vocht afgevoerd kan worden. Verbeterde ventilatievoorzieningen. al of niet mechanisch, moeten dan tot een oplossing leiden,( C.q. correctie van de bouwfout).
8
1.2
VERKLARING V~ SYMBOLEN Pd = De partiele dampdruk.(jn Pa=N/m 2 ) De hoeveelheid vocht die de lucht (bij een bepaalde temperatuur ) bevat. Ps = De verzadigde dampdruk. (in Pa=N/m 2 ) De maximale hoeveelheid vocht die de lucht bij een b~paalde temperatuur kan bevatten. TD = Da uwpuntstemperatuur. (in °C of K) De dauwpuntstemperatuur is die temperatuur waarbij de partiele dampdruk van de in de lucht aanwezige waterdamp gelijk is aan de verzadigings1ampdruk behorende bij die temperatuur. RV = De relatieve vochtigheid Pd IPs .On %) De relatieve vochtigheid geeft geen indicatie van de hoeveelheid vocht in de lucht. ~ = Het diffusieweerstandsgetal. Dit geeft aan hoeveel "moeilijker" de waterdamp diffundeert door een bepaald materiaal,dan door een even dikke laag stilstaande lucht. (dimensieloos, altijd groter dan 1)
=
1.3
VERKLARING VAN DE VAKTERMEN koudebruggen Constructieonderdelen die van binnen uit gezien ten gevolge van een lagere warmteweerstand een lagere temperatuur hebben dan de omgevende constructie, waardoor gevaar voor condensatie kan optreden of vochtbruggen kunnen ontstaan (voorbeeld: volledig opgelegde vloeren en doorgaande lateien). "dauerl uftung " Dauerluftung is de merknaam voor de ventilatievoorziening zoals die bij deze woningen is aangebracht.ln het verslag zal deze merknaam gebruikt worden om de ventilatievoorziening aan te duiden.
9
2.
2.1
TOEGEPASTE FORMULES G Ci - Ce = n-V
Ci :: Ce= G = V = n =
' waarin
waterdampconcentratie binnen (g/m 3 ) waterdampconcentratie buiten (91m3) vochtproduktie (g/uur) volume (m 3 ) ventilatievoud (per uur)
2.2 Cmax Ps Rd T
2 .3
RV C . ,. C = 100 • max, waarln C RV
2.4
= maximale waterdampconcentratie bij gegeven temperatuur (g/m 3 ) = verzadigde dampdruk (Pa. bij gegeven temperatuur ) = gasconstante :: 462 (J/kg.K ) :: absolute temperatuur (K ,bij gegeven temperatuur )
= waterdampconcentratie (g/m 3 ) = relatieve vochtigheid (%)
Ps = a(b + 160
o s:
T s: 30°C: a b n -20s:T s:OoC : a b n
2.5
Pd:: Ps •
r
,waarin
:: 288.68 Pa = 1.098 8.02 :: = 4.689 Pa :: 1.486 = 12.30
--fcm- ' waarin
Pd :: partiele dampdruk (Pa)
[ 1]
10 2.6
R = d/A , waarin R = warmteweerstand (m 2 KIW) d = dikte (m) ). = warmtegeleidingscoefficient (W/mK)
2.7
Tp - Te Ti - Te
=
AR Rtot
• waarin
= temperatuur op plaats p = buitentemperatuur (eC)
Tp Te Ti AR
(ec)
= binnentemperatuur (oC) = warmteweerstand van buiten tot en met p (m 2 KIW) Rtot totate weerstand lucht op lucht (zie NEN 1068)
=
g
= condensatie hoeveelheid
(kg/sm 2 )
= =
Ps maximale dampspanning op de plaats p (Pa) l.I. diffusieweerstandgetal t = de tijd dat er condensatie plaatsvindt. 5 maanden (s)
= laagdikte
d
n
(m)
= aantal
jaren vochtgehalte bij verzadiging (m 3/ m 3) ljJe= vochtgehatte bij % RV (m 3/m 3 )
4b=
d = dikte van bouwdeel (m) p = dichtheid van water = 1000 kg/m
11
3.
PROBLEEMSTELLING
De familie de Jong klaagt over vocht en schimmelplekken in hun woning. Schimmelplekken komen voor in de keuken,douche en op een van de kinderkamers tegen de kozijnen. Verder is op diezelfde kinderkamer de bedmatras dermate vochtig dat er verrotting optreea. De kinderen zijn vaak ziek en het ruikt muf in huis. Bij de familie Schel in dezelfde wijk heeft men dergelijke kl'achten ook. Vochten schimmelvlekken tegen kozijnen, op de douche en achter het bankstel in de woonkamer. Navraag bij buurtbewoners leerde dat er soortgelijke problemen waren indien het kopwoningen betrof waar meer dan twee personen woonachtig waren. Bovendien constateerden we dat de buitenkanten van gei soleerde woningen donkerder uitzagen dan de buitenkanten van niet geisoleerde woningen. Na de laatste renovatie (1985) sluit in de keuken het raam en de deur zo goed dat als lange tijd de geiser gebruikt wordt (bijvoorbeeld bij douchen) deze (wei eens ) dooft (zuurstof gebrek),tenzij de buitendeur op een kier gezet wordt. De huiseigenaar is goed op de hoogte maar doet niets. Een onderzoek door de gemeente levert, volgens deze, geen gebreken op waarop de huiseigenaar kan worden aangesproken. Voor de buurtvereniging waren de problemen toch aanleiding om een aanvraag bij de Bouwkundewinkel in te dienen om een nader onderzoek naar de oorzaken van de optredende problemen te laten verrichten.
12
4.
METHODE VAN
ONDERZOEK
In het onderzoek zijn. ten behoeve van een goede interpretatie • twee probleemwoningen betrokken te weten: -De woning van de f am. de Jong Smetanalaan 53 te Eindhoven. -De woning van de f am. Schel Chaussonstraat 2 te Eindhoven. Beiden woningen staan in het Genderdal. het zijn huurwoningen in eigendom van de woningstichting Hertog Hendrik van Lotharingen.opgeleverd in 1959 4.1
BOUWKUNDIGE SITUATIE Beide woningen zijn eengezins-kop-woningen.De woning is opgebouwd uit: (zie tekening I en II en III ) b4:!gane grond: -entree -toegang tot half verzonken kelder -toilet -keuken -woon-/eetkamer eerste verdieping: -overloop -douche -ouderslaapkamer -twee kinderslaapkamers Deze woningen zijn in 1959 opgeleverd.in 1983 kon men de woning naar wens laten isoleren .In 1985 zijn aile woningen gerenoveerd. De woningen zijn gebouwd volgens het Airey-bouwsysteem :. Dit is een uit Engeland afkomstig bouwsysteem dat sinds 1947 op grote schaal op vele plaatsen in Nederland voor de eenvoudige en "betere" woningbouw ,w.o. etagewoningen •werd toegepast, In de loop der jaren heeft dit systeem diverse geringe wijzigingen ondergaan. De constructiedetails van de tekeningen wijken enigszins af van de Airey-gegevens ontleend aan de encyclopedie voor de bouw". [ 1 ] Het is opgebouwd uit een betonnen regelwerk.met een stijlafstand van 0.625 m.De buitenwand is bekleed met grindbetonblokken van 0.37 m bij 0.625 m. de binnenbekleding van de buitenmuren alsmede de separatiewanden bestaan thans uit een gestucadoorde wand van Iichte betonstenen,terwijl de bouw of scheidingsmuren van blokvormige betonelementen zijn opgetrokken. Opbouw van de buitenmuur van bin nen naar buiten is vermoedelijk -10mm pleisterwerk - 75mm Iichtbetonsteen -140mm spouw,al dan niet gevuld met mineraal wol-vlokken. -40mm grindbetonelement [ VI , VII ]
13 De fundering is uitgevoerd in grindbeton.De vloeren zijn van hout [zie voor details tekening VI • VII]. Het dak is van oosterhoutse bouwplaat,waarop een mastiek bedekking met leislag (volgens de archieftekeningen). Met het renoveren van de woningen zijn er nieuwe kunststof kozijnen ingezet met dubbel glas en een zeer goede dichting bij de aansluiting met de gevel. Hier en daar is .. dauerluftung" aangebracht (zie de beschrijving van de vertrekken afzonderlijk en de tekeningen). De familie de Jong heeft wei isolatie laten aanbrengen ,de familie Schel niet. Geen van beiden heeft centrale verwarming.
4.2.
WAARNEMINGEN De waarnemingen zijn hieronder per familie en per vertrek beschreven; de metingen zijn verricht met een multimeter op 10 april,rond 1300 uur ,Te = 11°, RV =76%.
4.2.1 Familie de Jong. Gezlnssamenstelling:man ,werkt vrouw,de hele dag thuis twee kinderen,6 en 8 jaar ,schoolgaand een hondo K1achten:-matras is van onderen verrot -natte ramen op de slaapkamers s'morgens -de afgelopen twee jaar (na renovatie) meer gestookt dan voorheen Bultenkant van de waning: -voorgevel noord-west gericht -kopgevel zuid-west gericht -bij de woningen waar geisoleerd is,ziet de gevel donkerder van kleur dan bij woningen waarblj dit niet het geval is -de voegen van de kopgevel zljn opnieuw dichtgekit Entree: - je ruikt de vochtige lucht -de kruipruimte maakt geen vochlige indruk Tollet:-rooster naar de entree zorgt voor de venlilatie Woonkamer:-legen de wand van de kopgevel zijn steenstrips bevestigd -twee gevelkachels (zie tekening I en II) -dauerluftung aileen bij het raam aan de voorzijde (zie tekening lIIl -de houten omlijsting van het raam in de kopgevel voelt vochtlg -er staat een aquarium (~O.Sm2 oppJ -parketvloer ,we kunnen aldus nlet in de kruipruimte -meting: 18.~ e,S8.8 % RV
14 Keuken:-een ventilatiekanaal,waarvan de werking twijfelachtig is. moet zorg dragen voor de ventilatie ,er is geen wasemkap -dauerluftung aileen bij het raam,raam kon vroeger open,na de renovatie niet meer -de geiser zorgt voor al het warm water ,ook voor de douche,en heeft geen aparte rookgasafvoer; als er tijdens het douchen niet geventileerd wordt (d.w.z. deur open ) wil de geyser wei eens af slaan! -de wasmachine is hier geplaatst -meting :17.7°C ,59% RV ,na 5 min. douchen:~80% Trap:-gevelkachel onder het raam -er staat een electrisch verwarmingselement,naar men zegt wordt dit aileen bij ziekte gebruikt -op de voorgevelwand boven zitten bruine vlekken Kleine slaapkamer voorzijde:-hier zijn de problemen het grootst, de matras op het bed, tegen de kopgevel geplaatst, is aan de onderzijde nat, half verrot door het vocht -vroeger was er een frans balkon met naar binnen opengaande deuren ,dit is vervangen door een element, waarvan 2/3 dubbel glas,1I3 dicht gevelpaneel,1I3 kan nog maar open .-s morgens staat het water op de vensterbank -op aanraden van Bureau Energiek is er een extra houten lUst met isolatie materiaal rondom het kozijn bevestigd (om zodoende de koudebrug te isoleren) -overdag staat het raam "meestal" open -meting :17OC,67% RV Ouderslaapkamer: -dauerluftung boven de helft van het raam -overdag veel geventileerd -meting :17.6°C,62.3 % RV Kleine slaapkamer achter:-er staat een klein aquarium -duaerluftung boven de hefft van het raam -overdag staat het raam "meestal" open -meting: 17.6OC,63.3% RV Douche:-een ventilatiekanaal zou voor de afvoer van de vochtige lucht moeten zorgen, echter er wordt eerder lucht aangevoerd dan afgezogen. -onder in de deur is een ventilatiestrook aanwezig -meting :17.7°C ,65.7 % RV
15 4.2.2
Familie Schel. Deze woning is eenzelfde woning als die van de familie de Jong ,dauerluftung en gevelkachels zitten op dezelfde plaats. Deze woning heeft geen gevel isolatie. Gezinssamenstelling: man vrouw drie kinderen, schoolgaand Klachten: - in de hoek van de woonkamer (voorgevel/kopgeveJ) zijn de platen nat - schimmel op het bankstel en tegen de muur erachter (kopgevel) - schimmel op het kozijn op de ouderslaapkamer Buitenkant van de woning: - voorgevel zuid-west gericht - kopgevel zuid-oost gericht Entree: - kruipruimte maakt geen vochtige indruk Toilet: - rooster naar de keuken zorgt voor de ventilatie Woonkamer: - platen nat - veel planten - muur achter het bankstel is vochtig - grijze schimmel op de bank - vloerbedekking, hieronder zit het luik waardoor we in de kruipruimte kunnen kijken, de kruipruimte is droog. - meting :19.2°C ,62.5% RV Keuken: - de keuken staat in directe verbinding met de woonkamer - wasemkap met afvoer naar buiten - boven de keukenkastjes is een schot gemaakt,waardoor het oorspronkelijke afvoerkanaal niet te zien is, de geiser staat met deze ruimte in verbinding; hier waren geen problemen met douchen als bij de familie de Jong - de wasmachine is hier geplaatst, de was wordt elders (buitenshuis) gedroogd - er IIgt een plas water voor de keukendeur - meting op :16.8°C ,69.4 % RV Trap:- boven het bordes van de trap is een extra bed gebouwd ,de gevelkachel is daardoor meer naar links verplaatst Kleine slaapkamer voorzlJde: - het bed staat voor het raam - soms Iigt er een plas water onder het raam, onder de vloerbedekking - meting : 16.8 °c ,53 % RV Ouderslaapkamer:- raam staat "altijd" open - schimmel op de houten omlijsting van het kozijn - meting :16.1°C ,53 % RV Kleine slaapkamer achter: - raam staat open - meting :16.4OC,57% RV
16 Douche:- ventilatiekanaal voert lucht aan in plaats van at - doucheplafond zit vol zwarte schimmelvlekken - "wij douchen allemaal minstens een keer per dag" ~
onder in de deur is een ventilatiestrook aanwezig - meting :16. laC, 62 .2 % RV
4.3
GEBRUIKTE APPARATUUR Bij de meting is gebruik gemaakt van een tweetal apparat~n te weten: 1lThermohygrograaf 2)Multimeter met temperatuuropnemer ( Fluke)
4.3.1
Thermohygrograaf Dit is een zelfregistrerend apparaat, waarbij de luchtvochtigheid en de luchttemperatuur worden gemeten. De nauwkeurigheid van het apparaat is 1 a 2 °c , ~ 5% RV,afhankelijk van de afstelling en vervuiling. Door een veer op te winden wordt een cilinder langzaam in een draaiende beweging gebracht. Door op deze cilinder een hiervoor bestemd grafieken papier te bevestigen waarbij de tijdsindeling overeenkomt met de snelheid van de cilinder is het mogelijk om de luchttemperatuur en de luchtvochtigheid te meten. De temperatuur wordt door middel van een wijzer en een thermometer geregistreerd. de luchtvochtigheid door middel van een wizer die op bepaalde manier verbonden is aan een streng paardehaar.
4.3.2 Multimeter (met temperatuuropnemer , Fluke ) Een multimeter is een meter die voor verschillende meting kan worden gebruikt ,in ons geval voor temperatuurmeting en meting van de luchtYochtigheid ,lJitqedrukt in %RV. De nauwkeurigheid is ~ a.soc.
17
5.
INTERPRETATIES VAN DE GEGEVENS. DIE VOORTVLOEIEN UIT HET ONDERZOEK Omdat de metingen in een periode in het voorjaar verricht zijn, zijn niet aile meetgegevens representatief omdat de buitentemperatuur in het voorjaar hoger wordt en de eventuele problemen daardoor afnemen of verdwijnen. We beschouwen daarom hier aileen die periode, waarin de gemiddelde dagtemperatuur 'S ochtend niet hoger is dan 11°C ,dit is van 27 maart tot en met 3 april, zie fjguur 1.
[ 7 ] [ XII ] figuur 1. Gemiddelde dagtemperatuur buiten, bran KNMI
r ;
20
-
.U
c '-"
15
Z
W f-
:::>
CD
a.:
2: L1J
f-
j.
5
31 1
28
MAART
~
5
APRiL
10
15
20
- . rijo (in dagen)
18 Om een indruk te geven van de mate van vochtigheid van woningen wordt in een grafiek het verschil tussen de waterdampconcentratie binnen en buiten (Ci- Ce) als functie van de bultentemperatuur (Tbulten) uitgezet. [ X, XI • XII ] Dit is voor beide onderzochte woningen gedaan zie figuur 2. Het zijn de waarden gemeten in de eerste week van de meetperiode. Het gearceerde deel In de figuur geeft het gebied aan waarblnnen de waarden van "normale" (dus niet vochtige) woningen liggen. [ 2 ] Zowel enkele waarden van de familie de Jong als die van de familie Schel Iiggen boven dit gebied ,hetgeen dus op een vochtigere woning dan de doorsnee woning duidt. We zijn ons ervan bewust dat dit geen bewijs is omdat de metingen een zeer korte meettijd bestrijken. maar mede op grond van de waarnemingen kunnen we toch stellen dat beide woningen vochtiger zijn dan de doorsnee woning. I
figuur 2.
WATERDAM PCONCENTRAT IE VER9: HIL
TO.V. BUITENTEMPERATUUR • de Jong + Schel
+
3 + +
2
1
o
o
2
4
6
8
10
12
19 In hoofdtuk 1.1 gaven wij reeds aan welke oorzaken vochtproblemen tot gevolg kunnen hebben. Hieronder zullen wij nagaan met behulp van de meetgegevens en waarnemingen. van welke oorzaken bij de onderzochte woningen sprake is.
5.1
Bouwvocht Daar beide woningen in 1954 gebouwd zijn, is het zeer onwaarschijnlijk dat de woningen nog last hebben van bouwvocht. Bovendien gaven beide families te kennen dat de problemen pas na de renovatie ontstaan waren en daarna waren toegenomen.
5.2
Optrekkend vocht Omdat bij de familie Schel op de muur vlak boven het vloernivo tekenen van vocht waren. zou men hier optrekkend vocht kunnen vermoeden. Echter ,beschouwen we het bankstel als een isolatiepakket ,dan is de muur erachter ook een van de koudste plekken in de kamer. Condensatie vindt plaats op de koudste plekken, in dit geval dus op de ramen en achter de bank. Het vocht in de hoek van de kamer (kopgevel - voorgevel) kunnen we verklaren vanuit het feit dat zich hier waarschijnlijk een koudebrug (2) bevindt. Bovendien. gezien de fundering van beton gemaakt is. is het niet aannemelijk dat er hier sprake is van optrekkend vocht.
5.3
Condensatievocht. Met behulp van de methode van Glaser berekenen we het temperatuurverloop en het dampspanningsverloop van de buitenwand. Bij deze berekening zijn voor de materiaalwaarden van A en l..l. waarden ontleend aan de literatuurbronnen van nu. [ 2 ] Het is niet onmogelijk dat. gezien de kwaliteiten van de bouwstoffen op het ogenblik van bouwen, andere waarden (bijvoorbeeld lagere waarden) meer representatief zijn. De uitkomsten van de berekening kunnen daardoor enigszins vertekend zijn. de teneur van de uitkomsten is dit zeker niet. Voor de temperaturen binnen en buiten hebben we de standaardwaarden aangehouden zoals we die in de literatuur gevonden hebben. [ 4 ]
20 Tbinnen = 20 e • RV 50% • Pd = 1170 Pa. Tbuiten = 3°e. RV 85% • Pd = 644 Pa. (standaardcondities) Het diffusieweerstandsgetal d.d.) •van de gevelplaat ligt tussen 20 en 200. We hebben hier tJ. = 50 aangehouden. wat naar ons inzien een reeele aanname is. Lichtbeton: tJ. = 6.5 Isolatie \.I. 1.2 Voor de weerstanden: Rbinnen 0.129 (weerstand in m 2 K/W) Rbuiten = 0.043 Rgevelplaat ~~g4 = 0.02 (zie formule 2.6)
=
=
%?ll
Rlichtbeton Risolatie g~b\
=
= 0.24
= 3.5
Rspouw =0.172
Met de for mule 2.8 . Tp - Te = AR . is de temperatuur op 4 plaatsen TI - Te Rtot in de constructie berekend •zie tabel 1. en is het temperatuurverloop in de constructie getekend. [ VIII ] De verzadigde dampspanning. Ps. is gelezen uit de tabel 1. Het dampspanningsverloop is getekend in [VIII ] hetzelfde is gedaan voor de geisoleerde constructie. [ IX ] tabel 1. zonder isolatie plaats buiten
I temperatuur I
met isolatie
Ps
I temperatuur I
Ps
3.0
758
3.0
758
1
4.2
826
3.2
768
2
4.8
860
3.3
775
3
9.6
1195
18.4
2117
4
16.4
1866
19.4
20.0
2340
20.0
binnen
L
21 5.3.1
Condensatie/droging (zie tekening [VIII , IX ] In de constructie treedt condensatie op als de Pd-Iijn de Ps-lijn snijdt. In de winter ,gedurende 5 maanden, treedt condensatie op. Voor de ongeisoleerde costructie is de uiteindelijke hoeveelheid vocht berekent met de formule 2.8:
In de zomer droogt het vocht op, voor een gedeelte door diffusie naar buiten, gedurende 5 maanden. en voor een gedeelte naar binnen, gedurende 2 maanden: ( waarden per standaardjaar ) 0.24 - 044 kg/m2 d i -- 0.55 - . de
= ~:g = 0.30
kg/m2
0.74 kg/m 2
9 - d
= 0.34
kg/m 2 .jaar
We zien dat bij deze constructie. zonder isolatie, meer condensatie dan droging plaatsvindt. Er is dus een condensatieoverschot in de constructie aanwezig. Berekenen we 9 en d· voor de constructie met isolatie. dan wordt de hoeveelheid vocht die niet opdroogt groter:
9
_ ( (1170-777) Iso
d
(
-
1.150-
d e ,is5
= 1.15 kg/m 2
0.55+0.17)
0.24 0.55+0.17 0,/
= 0.33
= 0.30
kg/m 2
kg/m 2
9 - d = 052kg/m 2 .jaar
Ook bij de geisoleerde constructie vinden we een condensoverschot. Volgens DIN 4108 is vochtvestiging schadelijk indien de condenshoeveelheid in een winter meer dan 0.5 kg/m 2 bedraagt •soms (bij steenachtige materialen) meer: maximaal 1 kg/m2 . In beide geva::en wordt deze grens overschreden. Bovendien is er sprake van een jaarlijks vochtoverschot bij beide constructies; dit kan zich uiten in : - verhoogd vochtgehalte in houtconstructies aansluitend op de wandconstructies, zoals kozijnen •en daardoor uiteindelijk houtrot - Iichte algengroei op de betonwand.
22 Van gezichtspunten t.a.v. het vochtgedrag kunnen we stellen dat: - de wandconstructie dient niet geisoleerd te worden; de gemiddelde vochtsituatie van de wand (inwendig) zal toenemen! - een geringe hoeveelheid vocht kan gedurende zoonige winterdagen een bijdrage teveren aan de woonvochtigheid. Deze hoeveelheid is gering en heeft nauwelijks enige invloed op de wooovochtigheid . 5.3.2 Bepaling van de voortschrljdende vochtigheid van de betonplaat. Zoals we hierboven zagen, is het condensoverschot 0.5 kg/m 2 per standaardjaar. Het vochtgehalte van beton bij 100 % verzadiging ,lj.Io = 0.10 a 0.15 ; bij RV 65 % lj.Ie 0.03 a 0.04. Het condensoverschot wordt langzaam door de betonplaatjes ( gevelelementen) opgenomen tot dat deze een vochtigheid van lj.Io ~ 0.10 a 0.15 hebben bereikt.
=
In het gunstigste geval ,lj.Io
= 0.15
en lj.Ie
=
= 0.03
, zal dit proces ( formule 2.9 )
n = 4.8 jaar duren. In het ongunstigste geval ,lj.Io = 0.10 en lj.Ie = 0.04 , zal dit proces ( formule 2.9 ) n - 0.5 = (lj.Io - lj.Ie) - 0.04 - 1000 n 2.4 jaar duren. Met andere woorden, na een periode van ca. 2 .5 a 5 jaar, in standaardcondities, heeft het betonplaatje zoveel vocht opgenomen dat ze continu (c.q. nagenoeg continu) geheel met vocht verzadigd is ; er zal zich dan mos en a1gengroei voordoen. De verdamping aan de buitenzijde zal daardoor minder worden. Het tijdelijk optreden van zon op de kopgevel kan verdamping bevorderen, ook naar het interieur. Daardoor zou bij droge winterse perioden een hogere vochtigheid in de wooing kunnen optreden. Een aanwijzing daarvan is ( op basis van de beperkte meetgegevens ) thans niet te geven.
=
23
5.4.
Vochtproduktie door bewonlng Om nu de formule
Ci - Ce
=nar
toe te passen ,dienen we hetvolgende te weten:
1) Ci • de Ci wordt berekend uit de gemeten waarden Tbinnen en RV (binnenl. [X ,XIJ 2) Ce , de Ce wordt berekend uit de gemeten waarden Tbuiten en RV (buiten). [XI, XII] 3) V • het volume van de woning is opgemeten uit de tekeningen van de woningen, en bedraagt 176 m3 . 4) G , ten aanzien van de vochtproduktie hebben we de volgende aanames gedaan:
familie Schel gezin 5 personen geiser/ fornuis
familie de Jong gezin 4 personen geiser/fornuis was drogen
(waarde uit literatuur) 10 kg/dag (waarde zie u) 2 kg/dag 12 kg/dag -> 500 gram/uur
8 2 1 11
[ 5 ]
(waarde uit literatuur) [ 5 ] kg/dag (waarde zie u) kg/dag (waarde uit literatuur) [5 ] kg/dag kg/dag -> 458 gram/uur
.. Zowel de geiser a1s het fornuis heeft een vermogen van 13 kW,en dus een verbruik van 1,33 m 3 gas/uur .Aangenomen dat beiden per dag 1 uur in gebruik zijn. betekent dat 2,5 m 3 gas/dag; 1 m 3 gas verbranden betekent een vochtproduktie van 1400 gram. Geiser en Fornuis produceren dus samen per dag 3,5 kg water. Bij de familie Schel is een redelijke afzuiging aanwezig maar staat de keuken in een direkte verbinding met de woonkamer. Dit aandeel van de vochtproduktie reduceren we daarom tot 2 kg/dag. Bij de familie de Jong is geen goede afzuiging aanwezig (zie de klacht over de geiser tijdens het douchen) ,maar hier is geen direkte verbinding tussen de keuken en de woonkamer. Het aandeel wordt gereduceerd tot 2 kg/dag. 5) n , ten aanzien van het ventilatievoud bekijken we de grafieken van Pi en Pe. [ IV • V] Deze twee grafieken lopen min of meer parallel wat duidt op een vrij constant ventilatievoud.
24 Met de bovenstaand genoemde waarden kunnen we nu de vochtbalans , Ci - Ce = n~V • opmaken. waarbij de n variabel genomen is en de G =500 g/uur voer de familie Schel,en G =458 g/uur voor de familie de Jong gesteld is. We zien dat we voor de n een gemiddelde waarde van ~ 1 vinden. hetgeen een redelijk ventilatievoud is.(zie tabel 2) (Dit geldt voor biede woonvamers en de slaapkamer boven bij de familie de Jong waar ook metingen verricht zijn, zie tabel 3)
tabel 2 de Jong Ci-Ce
Schel Ci-Ce
2.02 2.35 1.37 3.46 1.44 3.23 0.41 2.29 1.48 3.55 1.65 0.19 1.94 1.77 1.81
2.46 3.35 2.29 3.67 3.44 2.92 2.74 2.38 1.55
daggemiddelde n= nachtgemiddelde n=
de Jong G = 458 n = ? 1.3 1.1 1.9 0.8 1.8 0.8
Schel G = 500 n = ?
1.3 1.5 1
1.2 0.8 1.2 0.8 0.8 1 1 1.2 1
1 1.2
1 1
1.1 1.8 0.7 1.6
25 tabel 3 metingen fam. de Jong • slaapkamer
Cl-Ce n ::=.~.'
0.7 .:". .i. .:.::'
:L ii·
,'."",'
II
i,_.! /
8. 8 .. d r:
1
':S:~;'
;:;j:L ()
1
1 ..
:~
'-'.
.-=~
..,-;.
'_'~.
()" 8 1 :; ..;..
.;
..,.-."' :
.:.
.L
'
...
1:.:' ...)
•J
.'
~-
;
.:
..
"
.::~
.:.
1 :~
1.
:::: ..-.; .
()
II
e:;;
~)" ....
J "",:
~
..'", .,
, ' [",'
-,';'
:i. ,.;:;.
'_.
( )
./
.,::
.... ()C:'
.1. ......'
= =
daggemiddelde n 1.2 nachtgemiddelde n 0.8
.,.. .. "
;....
.'/
(J .. 6 ......
~::'
26 5.5
Doorslaand vocht Doorslaand vocht is niet geconstateerd. maar is niet geheel onwaarschijnlijk. De gevel is name/ijk opgebouwd uit delen. de voegen hiertussen zijn met kit gedicht. Het is niet onwaarschijnlijk dat op sommige plaatsen deze kit de voegen niet meer (geheel) afsluit.
5.6
Vochtige kruipruimten Van een vochtige kruipruimte is niets gebleken . Ais wij de gemeten Pi. Pe en Pkr in een grafiek tekenen dan zien we dat Pkr ruim beneden Pi. blijft .[ XIII ] Pkr blijft gewoonlijk echter wei ruim boven Pe .enige vochtproduktie in de kruipruimte is waarschijnlijk, maar van geringe invloed op de binnenvochtigheid . Vochtdoordringing vanuit de kruipruimte naar het inwendige van de gevelconstructie is waarschijnlijk;inspectie van de fundering-wand aansluiting [ VI] heeft niet plaats kunnen vinden, de ernst van deze vochtdoorgang is daarmee niet konstateerbaar.
5.7
Bouwfouten Het is niet mogelijk om nu nog te achterhalen of tijdens de bouw fouten gemaakt zijn. Wei kunnen we hier opmerken dat het Airey-bouwsysteem een "vocht-gevoelig" systeem is. doordat het vele koudebruggen bevat; betonnen stijlen in verbinding met zowel de buitenbekleding als binnenafwerking en de betonnen kozijnstijlen. Dit probleem uit zich vooral op de kleine slaapkamer aan de voorzijde. waar langs het kozijn schimmelvorming· en vochtvlekken voorkomen. Tevens willen we hier opmerken dat met de renovatie de natuurlijke ventilatie weggenomen is door de goed afsluitende nieuwe kozijnen. Dit is enigszins opgevangen door de dauerluftung die in sommige kozijnen is aangebracht.
5.8
Ventilatie Naar onze mening wordt door beide families voldoende geventileerd. (dit blijkt ook zie 5.4.2. punt 5) De Heer Schel zei ons:"Wij houden niet van dat benauwde. wij houden van frisse lucht." Echter de aangebrachte ventiiatievoorzieningen voldoen niet. Het afvoerkanaal op de douche werkt niet of maar half. Het afvoerkanaal in de keuken is onvoldoende. Kijken we naar de voorschriften voor aardgasinstallaties [ 6 ] dan zien we dat voor de geiser .opgesteld in de keuken niet voldoende ventilatievoorzieningen aanwezig zijn. De destijds geldende voorschriften verplichtten hiertoe ook niet Echter naar ons inziens is het niet onredelijk te stellen dat de renovatie. zoals hier uitgevoerd een dusdanige bouwtechnische ingreep is geweest dat nu ook een afzuiging (conform de huidige voorwaarden) verlangt mag worden.
27
6.
CONCLUSIES Naar aanleiding van de hier eerder beschreven bevindingen hebben we de volgende conclusies getrokken. 1. Het bouwsysteem is vochtgevoelig. Bij de ongeisoleerde constructie is er een jaarlijks condensoverschot van 0.34 kg/m 2 . 2 Deze vochtgevoeligheid neemt toe wanneer er isolatie wordt toegepast.Het . condensoverschot wordt dan 0.52 kg/m ~ 3.Het bouwsysteem bevat een groot aantal koudebruggen • daardoor is het effect van isolatie minder. 4.De woningen hebben een klein volume waardoor de kans op inwendige condensatie groot is aangezien er een hoge vochtproduktie in de woning is. 5.De geiser heeft geen direkte afvoer en is daardoor een grote vochtproduktiebron. 6.De aanwezige ventilatiemogelijkheden in de keuken voldoen niet . 7.Het ventilatiekanaal op de douche functioneert niet naar behoren • soms is er zelfs luchttoevoer i.p.v. afvoer. I
28 7.
AANBEVELINGEN Ter voorkoming c.q. vermindering van de vochtproblemen doen we de volgende aanbeveI ingen: l.De ventilatiemogelijkheden in de keuken zouden vergroot moeten worden. Een rookgasafvoer op de geiser in de keuken is noodzakelijk! Eventueel een extra strook ventilatie in de deur en een wasemkap met afvoer naar buiten. 2. Het wordt afgeraden om de nog niet geisoleerde woningen alsnog te isoleren ( d.w.z. mineraalwol in de spouw )aangezien dit de vochtproblernen aileen maar kan doen ontstaan of verergeren. 3.De woningstichting wordt aangeraden om • met name de kopwoningen , in de toekomst aan 1 a 2-persoonshuishoudens toe te wijzen. 4.Het installeren van een mechanische afzuiging op de douche zou het vochtgehalte in de douche en op de bovenverdieping verlagen. 5.0p de kleine slaapkamer aan de voorzijde zou nog "dauerluftung" aangebracht kunnen worden. zodat ook's nachts geventileerd kan worden.
29
8.
LITERATUURVERVVI~ZINGEN
1. Nederlandse bouwdocumentatie 1968 2. DIN 4108 .. deel 5 3. Prof. ir .W. ,! Lichtveld • Een realistische beoordeling van koudebruggen • Bouwwereld 82 , no.4 , 21 feb. 1986 4. Jellema • deel 7A 5. TNO • onderzoek voor de bouw , Vochtproblemen • een technisch mankement of bewonersgedrag? 8ouwworeld 81 , no.23 • 15 nov. 1985 6. Voorschriften veor aardgasinstallaties . (GAVO-1976) . NEN 1078 7. Kt\IMI-gegevens van station 370 Eindhoven (van 1 maart tot 30 april 1987)
tjIJLAljt:.
Huurdersvereniging Genderdal Tav de heer W. Repping Smetanalaan 19 5653 lIP EINDHOVEN
~ energlek ~
Cooperatleve Verenlglng u.a. K.Y.K. EinclllOY9n no. 51368 Geslelseslraal 18 5582 HH Waalre
Tel. 04904-18002 Poslbank girorek. 277.62.60 Rabobank reIL 15.57.28.288
Uw reI.: Onzerel.:
IllS
Datum:
4-2-87
Geachte heer Repping, In november 1986 hebt U ons benaderd om vochtproblemen te onderzoeken in de woning van familie de Jong Smetanalaan53 te Eindhoven.
)
Geconstateerd is door ons het volg~~de: -In de hele woning is het permanent zeer vochtig: zelfs bij ideale' weersomstandigheden (vorst) 60% relatieve vochtigheid in de woonkamer tot 90% op de bovenverdieping. . -Met name op de bovenverdieping uit'zich dit probleem: het water drupt van de vensters en kozijnen (dubbeiglas en geisoleerd kozijn). Het beddegoed is klam, het meubilair beschimmeld. -Vanaf de vliering is de spouw bereikbaar. Deze blijkt geheel gevuld met ,alth"1ns aan de bovendjde, d::ogc gla::;wGl. ,. ". -ECiln proef met een dampremmende folte'op de binnertkant van de buitenmuur in de kleine slaapkamer boven leverde geen condensatieverschijnsclen op; de luchtvochtigheid zakte e~ ook n~et m~etbaar door. Volgens de bewoners zijn de proble~eu h~t ernstigste tijdens regenachtig weer. In de Kerstperiode (zeer veel regen) lekte er water uit het bovenkozijn van het. zijraam in de woonkamer. Een vervolgonderzoek is uitgevoerd met medewerking van Bouw- en Woningtoezicht van de gemeente Eindhoven en Ingenieursburo Tema Eindhoven. Bouw- en Woningtoezicht zal u hiervan nog hun conclusies zenden. Onze conclusies zijn de volgende: -Bouwkundig:, De constructie (uit ±1960) is riskant mbt inwendige condensatie: klein woningvolume, eindgevel met beto~\platen aan buitenzijde, koud€bruggen (betonnen stijlen in spouw en ro~dom kozijnen). Tegenwoordig wordt er niet meer zo gebouwd. d9stijds was dit een Yeel voor~..)mende constructie. Regendoorslag door d·.: gevel is niet get:.:.ustateer'.1 maar kunnen we ook niet uitsluiten. - Bewonersgedrag: In een dergclijke woning bep.taat een groot geva~r voor inweuJ.ige condensatie dwz bet neerslaan van ir. huis geproduceert! ';ocht op ~~ koudste plekken, in dit geval de buiteneevel van de boven~~rdieping. Waar~chijnlijk is dit het geva1. Het wegventileren van woonvocht is in dezf; ~ning dus erg belangrijk. Mede omdat de klachten a1 jaren bestaan en adviezen over ventilatiegedrag door diverse instanties a1 eerder gegeven zijn, wordt hier door de bewoners veel aandacht aan besteed. Ze blijken ook goed op de hoogte van deze "voorschriften".
,.
Oplossingen: -Vol gens de bouwmethoden van 25 jaar geleden is de woning in orde (algezien van een mogelijke lekkage bij de kozijnen). De woningeigenaar kan niet verplicht worden om de constructie te wijzigen. De eigenaar is ook niet van plan om hier veel aan te doen. -Het bewonersgedrag verbeteren: er kunnen nog enige adviezen gegeven worden die de situatie iets kunnen verbeteren, maar gezien de ernst van de problemen verwachten we niet dat dit afdoende zal zijn. Deze adviezen zijn: Afvoer maken op keukengeiser. Tijdens koken deur dicht en raampje open. Slaapkamers en woonkamer: deuren zoveel mogelijk dicht houden, beter continu weinig ventileren dan een gedeelte van de dag het raam ver open. Het probleem zal dus niet minder vocht geproduceerd en de koude boeken van de De vraag is of we dat een
)
helemaal op te lossen zijn tenzij er aanzienlijk gaat worden (verhuren aan een alleenstaande) woning verwarmd gaanworden (cv aanleggen). oplossing mogen noemen.
Vertrouwende u met deze analyse van dienst te zijn geweest, met vriendelijke groeten,
~~.
«::;s
o:::::::3:s--..::3
lng Matje Steeghs.
)
u'./L..HVL
-
0
~ERZONOEN 1 3
• .!. ~~
,.!.
,,,,,.,.,:.1.'.,.1,',.: ..
~.:,! ,.~;,. :
,:" . . . . . . ,.: . :.. .. !.:.:I,....
:,'.,.:IWW
frederik van eedenpleln 1
dienst bouwtoezicht en milieuzaken
lilt:
m:w m:w iWii::ii:i:\1ilW
FEB. 1987
tel 10401389666
d'ensl bouwtoezicht en milieuzaken post bus 998. 5600 AZ eindhoven
Familie De Rooy Smetanalaan 53 5633 HR EINDHOVEN
doc. : hBJ8l4
typ/dict. : AK/HvS
toestel: 386370
onderwerp: vochtklacht betreffende pand Smetanalaan 53.
uw brief van:
datum: 11 februari 1987
uw kenmerk:
ons kenmerk: CB/87QOO2504
Geachte familie De Rooy, Naar aanleiding van een vochtklacht is door een ambtenaar van mijn dienst in uw woning een onderzoek ingesteld. Dit onderzoek bestond uit een meting met een thermohydrograaf, bestudering van de bouwtekeningen en de meetgegevens van het weerstation Welschap en visuele opname ter plekke. De klacht bestaat uit het erg vochtig zijn van voural de slaapkamers. Uit het hierboven bedoelde onderzoek is gebleken dat: 1. er een erg hoge vochtproductie is in de keuken, welke onvoldoende wordt afgevoerd; 2. de relatieve vochtigheid in de woonkamer aan de hoge kant is (vrij veel vochtproductie in een relatief kleine ruimte); 3. de slaapkamer erg langdurig wordt geventileerd waardoor de temperatuur in die kamer erg laag wordt; 4. de "dauwpuntstemperatuur" snel wordt bereikt; 5. de aanwezigheid van zogenaamde koudebruggen het vochtgehalte ook ongunstig be"invloedt. Het probleern kan mijns inziens worden opgelost door: 1. het tegengaan van de verhoogde vochtproductie in de keuken door middel van het plaatsen van een afvoer op de geiser; 2. het optirnaliseren van de ventilatiemogelijkheden in de keuken en woonkarnerj 3. het verbeteren van het ventilatievoud van de slaapkamers waarbij rekening dient te worden gehouden dat tijdens het ventileren het verstandig is de deuren dicht te houden in verband met de doorstroming van warme lucht vanaf de hal; 4. het verhogen van de temperatuur door middel van het plaatsen van verwarmingselementen in die ruirnten waar deze nag ontbrekenj S. het isoleren van de aanwezige koudebruggen.
•
BIJLAGE dienst bouwtoezicht en milieuzaken
... ..... .. ,
'"
B
frederik van eedenplein 1
tel (040) 389666
.
d,enst bouwtoezlcht en rntlleuzakcn postbus 998. 5600 AZ eindhoven
blad: 2.
Aangezien de woning voldoet aan de tijdens de bouw geldende eisen van de Bouwverordening ten aanzien van isolatie en ventilatie kunnen bovengenoemde oplossingen niet door mij aan de woningbouwvereniging worden opgelegd. Een en and~r zal dus in overleg tussen u en die instantie moeten worden opgelost.
,
.1
'd
•1 '
, I,
,.
'1.
.
I'
.1
'.
I
153
Bijlage
C
wewie
AanvraagformuIier
Wetenschapswinkels Eindhoven
in te vullen na bespreking binnen winkel. copie naar bureau code (thema-winkel-volgnummer) roepnaam (onderwerp/plaatsnaam) verantwoordelijke winkelier uitvoerende student of medewerker
fase: Julie Seelen en Ruud Roelofs
definitieve vraagstefling:
datum binnenkomst
15-12-'86
opgenomen door
o bureau I
~
. .Bert Slot .. wlnkel.
klantlaanvrager o actiegroep 0 buurtgroep 0 werknemer(s) 0 particulier 0 non-profit-instefling 0 kleinschalig bedrijf contactpersoon straat postcode/plaats telefoon/tijdstip
Wim Repping (Huurdersvereniging) Smetanalaan 19 Eindhoven U40-511911
Fam. de Jong Smetanalaan 53 Eindhoven 040-524220
~~~~M
Energiek, Isolatiebedrijf (Dhr. Steeghs) Waalre 04904-18002
probleemomschrijving: De woning van fam de Jong is zeer vochtig, aldus Dhr. Steeghs van Isolatiebedrijf Energiek. Dekens zijn nat enz. De kinderen zijn zeer ziek en het gezin wil verhuizen. Men krijgt echter geen urgentieverklaring. De G.G.D. wil niet komen kijken. Er zijn al metingen verricht en er is onderzoek gedaan naar bewonersgedrag. Men wil allereerst instanties als de G.G.D. bewegen om een urgentieverklaring af te geven. "Deskundigen" optrommelen om dit middels verklaring over slechte toestand gedaan te krijgen. Huiseigenaar is goed op de hoogte maar doet niks. Dhr. Steeghs zegt dat er waarschijnlijk bouwtechnische gebreken zijn.
termijn van uitvoering/motivatie
In vergadering bespreken of er iemand heen gaat.
met welke instanties is reeds overleg geweest. resultaten hoe bent u aan ons adres gekomen?
Bijlage
C
Dhr. Repping gebeld 5-1-'87 Gemeente doet vochtgehalte meting en vraagt weergegevens op. (Bouw en Woningtoezicht). Niet-geijkte meting wees op een vochtgehalte van 90%. Dhr. Repping vraagt namens huurdersvereniging naar oorzaken. Hij denkt dat een complex van factoren in het geding is. Inmiddels is ook andere beglazing aangebracht. Dhr. Repping denkt dat binnenkort wel meerdere woningen gebreken zullen vertonen,dat is hier en daar ook al het geval, en wil daarom een gedegen onderzoek. Toegezegd is een onderzoek binnen maximaal ongeveer een jaar. (er is een wachtlijst).
,..... ~.
~
.,..
I
~'
...
'"
,
r
-
~
~
~.
~
I
t1
t:1 rJ ~
•
I
I
I
I
C1
0
......
1
~
..... F
I I
-
I
..
"
-
I
I
I
I
"" .... l'"
~
"'I'
C1 C1
I
~
..L
I ,.
"""l"
~.L...J
L..
..,..-=.
I
I
IA i"
'r-
~
I
,
~
~
L.i
~
~ ~
...
~
[j
i...
)'
I
I
-
A
~ IA N
I I
I
-
"'II II-"
..... 'I""
. ~
4. t"
I
I
.oJ
J
~
""""""t'
I
BEGANE GROND
1-.iiliiiliiiiiiiii.--iJi1
-I
m A
m Z Z G>
H
VERDIEPING
I--
~
~
I- ~
-I--
--A·~~fUt:====::::::::::::::::::::::::=::::::::::::::::::::::::::jIlf--"'- A. zijGEVEL
OOORSNEDE
-I
m 7\ m z
z
G1 ~
e--
-
-
,--
,--
r--
-
-
'--
L-
-
~
=
I-
A 1\ I \
f-----
I
~
1-
'\ I, I I
I
I'
-
-
=
,~
-
=
f--
-
I '\
/I
1-
I ', 1 I ,1-
f--
1-- ~--1---
f--
~
1-
?--
D
I--
~D I--
/
•
, "
~
VOORGEVEl
Il-
'e--
~
/
/
~
[3
I-
I--
/ 1/
"
~
V ~
~ ~
" ",
~
~
'I /
~
/ /
r-
-
,--
-
,.-
r-
-
~
-
'--
~
l-
I-
1\
Ic::::::::I
L..-.I
/
-
1\
=
..::=
1\ V
V
-
r\ / V '\
I--
I-f--
\ V / \ -
J
-
-
ACHTERGEVEL
-
1\ V
V 1\
/ \
,....--
1-
1\
11==1
~
V
/
\
\V
/ 1\
-
-
IL.-I
\ /
=..:l
V
\ICI~V -f-f-f--
f--
/
-
\
-
I\.
\
'--
,--f--
,.
--f
V 1\
G)
1\
rn A rn Z
Z
:TIL
TEKENING
DAMPSPANNIN GSVERLOOP WONING FAM. de JON G
-
Pi dNTERiEUR)
--- ~
(EXT ERiEUR )
1300
.--1200
1100 I-
I i
'---
I
~
1000
I
lJl
I
a.
I I
~
c -..... &'
900
I --
I
I
,
I
800
I
1
I
I
I 1
_ __ _
J
1- - I
I
'
..J
-I I
500
---_.----I
~
I I
I
I
___ J I
I
I
I
I I I
I
I
r __ J
I
I
I
'- __ oJ
I I
,----'
___ oJI
I
t
28 qeo UUR
I I
- - --
I
I
I I I
700
I
1- --1
I
I
30
31
1
MAA:r
IAP~IL
2
3
TU 0 (in dagen)
4
TEKENING Y
DAMPS PANNI NGSYE RLOOP WONING FAM. SCHEL
1400
- ' Pi ciNTERiEUR) - - Pe (EXTERIEUR)
1300
.1200
1100 ,...,
~J ~
!
1000
1---' I I
900
I
I
,--- -,
I 1
1--- -
I
1
1
----)
I
&00
I
I
_I
I
I
I
I
I
I
I
I I
700
,
_
r-- J
1 1
I
I I
.J
1
L __ J
600
3
1
MlAR~ IAR~rL
2
'87
·3
T IJ D (in
4
dagen)
DETAILS
AIREY - BOUWSYSTEEM
- - . ......,.,-,--,-....,-
STALEN lYAND8AU<
~:
TEKENING
.. :.'
f'-. ('")
'~'.
.: :
.. ::~
STEENlDAAS DElNEL
-_.,..........,,...,....,.-
YLOERCONSTRUCTI E 81 TU ME: N
DEUVK VOC HT 000 RlDA N ~
KRUIPRUIMTE
n
TEKENING
:m
BOlJYJMUUR
L:C~-rr9ETON
LICHT BETON ISOLAT 1E PLMT
8U1TENMUURCONSTRUCTfE
TEMPERATUURVERLOOP (ONGE'iSOLEERD) - _ . - _ . .------
_. ---,---
20t
-16,4t
BUITEN
BINNEN
..
' •
o
'
42C, __
•
•
I
'
-4,8C
..
..
....
'"
--.'
~---L.L-
I~
I
140
I
I dlkte
85
In
mm.
DAMPSPANNINGSYERLOOP T.o.v. DE GEPASSEERDE DIFFUSIEWEERSTAND
·l
1- -
I
-
-
-2340
I
I
~1868
I
I I
I
/ I I
827
_____ _ J
761
...----t--_ _-LJ,U.,w.=04L-·1u.LO_9-----+1...>J..3"-..Ll1O"-9---t-
TEKENING YIII
z· in m/S
TEMPERATUURVERLOOP (GE ISOLEERO) ~
......
·
'
.' ",
..
\
-r-...~~
.
..
-
:
..
I
". ~
'
.....
.
. .. . . ... ... .
.....
\
.
.
..
".
· ....... ...
I' •
BUITEN
f
,.'
.' .
I....
--. .. ., .. '". ... ..
. .
'
\
..
I
. I
:
~
,'.'
~ ~
',:
.....
'
·
: '.
••
,
· t
•
•
..
"
", '.
,'.
,
..
.
""
'"
.'
. '
'
.
\
'..
:
. '.
~,
.....
BINNEN
......
....
'
.
· .
. .
',,,
,
'..
:
•
I
to ,
_...L-
I 40
I
140
I
1
85
dlkte in mm.
OAMPSPANNINGSVERLDOP T.0.v. DE GEPASSEEROE 01 ~FUSIEWEERSTANO -_.
----..--'
---,---
--
.- - - - 2340 N,f...12 , -2256 2116
,, I I I
I
, ,
I I I
777
761- - - - I7:b - - - 647-_._-.
11,04 ·10C3
' - '
Q9·10CJ
· I
2,0
TEKENING IX
I
W7,
9 30.10 •
Z'III
Q,5S
td
I
I
nvs in m.
?
:3
(J i
,1
G
~ ")
7
j
/
I I i i
,,/
e
I
i"
I
!f."
:30
~H!
9
gil.
,I !
rl-j
I
I
!
I
j
I
'~J
i
A~"
!
I
r I
I:
I:
I
I
I
I·
I I
~:)n I
;-l.I , i
I ' I
i
"~} ,
...-------_~-...l..L.._
l~) \
\
\,
:'0..
.!p
,
\
'
\
\\
\ .
\"
---~
---'--I-
,,,»-
"
Ie.
':r'-,
,
. l' i
. I, \
.
:,i.J, '. .
,~
,
"
I
~
\ .
\ .
C/) (')
E).i ItI!
r;
I
I
,!
,Id
I
',\)
1'1
'n •
')" ~ L
I
,I' "
/
!
'
: ' I!
I
,i,/1I~
I'
I, ,~ -->'"t'"+ i ' I !
)
r
I
.lj L
"I I.l... , ,
Iii
I!
I
• I
~(;,
,
, \ \ I \
~
~
l
,
'1.... ~ I'
r:
/
"
f
;.
j' '/I ' I . . ~"'IO 'I' ;, !
I
.
I
I
.
I
, I
,!
,
~VTn
I
L
:£ /
: 'I' ./ ,',' ~ L;
')!J,
! / 'VI':" / ii.I
(,:"
I
::r:
2.dJ J
I
fi
(~.-:, -;~..
I
I
i~
! l,\ ) I I
::0
Ie
Ii)
1:0
,I'e 1-
13: 1-'-1
1 i
m
:)1
1
f)
3
. (f' .
I'
·1
,)
;:P
l
/
i
I
i
I
/ /.
Ie
,I
(
I
/
J
H:\ I JI', ('))
, :,>r)
.
r
\.ip,'
Ii}
2()
31
i I . , '
i
I
/
;)fj
i
~,.
,
4b I
'7'/
!
I
. I ;
1'/
.
I
j
'. ! . /.
'i
I
j .
i
I
:' ,.
.1(,
i,
.
\
\
r
.
"
»
. \
~\
\
,, .
"
k', t\' r \
\
\
~ I
I'
'
)iJ , " I,
j
\~, l
."/\
.......
,'
)"
HI
I
..'0""
:f:.)
Iq
21
i
I
I ~(3
')')
/. ',' / i. I , ,.I.
,: i
i
I
; I
, i
-
I
,,, r •
.~;!
'/1.1
I
/
I
:
I
'I
I
I
I
I
I'
-I
i
I
I
I
--~,
I
I
I
I I
i
.
10
'
I
I
;--
,
,
;
/ i
I
/
~'rU
'
I
"
I
I
,'YI II.
, Ab
i
:t\- -iT -nl -\'' -\---
-t-~L _·t-·,~ ~I \ \ I, \ \ .+-.L~_ 1 1
+--l .\--
\ \ \
....
'
\ \
\ \ \
,
~.
~,.
' L . . ·6\0·
-\-t-. I
"
. ,';1
,
I'
,".
!- r-f
I I
',I' ~. I
:)1;
I
'
I
". ,
// I
_/
! i ; I: I t I i i III +1'" -fl -!1 H, I . I I I Ii· t' i I ! i
\5""
i
')~)
!
,! ., :t. ·, I
I ;
I
24
!
i
,\ I ,
• 4-
... -
~.,.-
'1
I
~
.....
~
I
, '••
\
\
~-- -'~~ ~-- -~.+ \
I',
...-+.
,'
, Ii
, " ,
\
\
~.
..1.
"
1
if""-\' I
•
,
"~i
\
,
\ '
\.
-+-+
\
" ,\
\ 1
\ \
\ \
+-LL
-
\
0(\,'
\\ I\ \
\\
:1
'J
,
I
:;
11
I
6t}
.'
10
()
I
II
12
n
}
1:'
I
"-,' ./
i ,~ '.
','J
./, d
:;0
!" :
/
!
rjJ
(.f) I
I "-i( ,,{.
Ii,J,_ J
,f
!,1
}~h
I'"'
;
i
I
"
J '
I
,If· "
"t( i
I }
,":."
,
'.
f
, ,I ,
I
\ .
, \ \
,
\
\
tL,~
'
I
,
\
\
\, '~J'.
\
@7 ~F~·~t· / . . l d."" I' ,,/,1
I
I!
I
! .I
!
, .
':~o,'rl " !
I
I
I
I
. I.
\
.
,
\\
i',
\
,
,
.
I.'
"--
\
12 1" .:.,.1~.5
r·.
. (-,
i .' I
.I
1,1' tI. ! ~1
I
1(;
I
i
I I
, I'
1'(
. J('
.
i(' )'
i
z
o m
.
lU
f.\/
I
:I Iii
I
,:0
fA
»
!
I I
I
"'A'"
/
,I
.
Z G1
.~. I
,
.. l ,
'
o
\ \
~
m' ::v
:3
4
('>6 -/
~)
G
I
',',,'
I
. I I
hO ! f
I
' (;/), ' /'," :!. ':'/ ' : '
7
i,
i At>
, i
J
,
.-
'
I
.•. ,
f
l
1/
:,\ ,
, I, "
:()
I'i
, !
"
,
')' ) ~'
./
'-l~
"
.'.' ,_.1
,c,j)
:Ii)
/
'). " ,j I
?f>
XI
:,'~:
/
j
'.'(/ i,
~t
I
i
i-
ti
'
I : .' i
.. ' J •
! .
.{::;;U
i ,
,'~r'
1
i
• I
~\ 1\')
i I
\
\
'
,
\
,
\'
\
'.
\:
.
\
:
\ '
\ ~\): , :, 1\
\\" \
,'. .
\ ,
\
\
:!O',
,
I
,
\
I'
,
1(; I
\
1
\
~\
t
I
\
\
, . i
\
I
\
.
\
\ ~'~,~',. \" \'I \ : ' ," \ \
1
,
\
\
\
\
I
1
I
T \'
\..
\\
' '
\
,
I
\
\
r'")[\
I
",i
I
•I
I
.- I '
/ f :
!
!
Jl I
i
·4~;.
I
:~o
)
.' ,.: L--,.
!
/ :
j
~'l) ,,,jl'--, , 1 .'
I
:
I
!
/
,":"", ! ".~
,
, I ' . ,
-':1"t' "'( ,:
'/':
I
,
'
it ",';-
!
,:):}
"~I'1/,' '/;
,
:/'I ,
,,'
,J
lJ , 1',
t:l
I f'
i/
: : I:
I
!
12
10
I
.tp " , !_
" / ,',i
,
I
8! 9
I
I
I
I
i
?1
;
.
,!
/
?Ci :
,y,, ,
f'?t>
l
(,)' "
~·\9
....::;.::..
'.... ;t:
i·.. ·
v . . .,: ..
.L
:,
.. ..
: _.,. .:...,.
: '
~..:.
."
.;. .::::
", ... '......
'.,: ...
.,
.".'j
.i. .;.
.' '.'
t1
•••)
• ..::'
·c-'
6 " . ~~ i!
;':;;L.
1·:..',,, ......,;. I:.'.,.···
.
....•
I~
".~
"
.
..:~
.,
.:
'..J )' .:.1•.
.1.
.. ' : :
1 :~:"
_.' .....
'j
:
'.!
......
" .. ':.)
.
:!. (), 7'-1 ::::"
.. _' '.
.L :'::..i
,
.
.....'
' ;
.,
..:..
,. ;",.
. ' ;-.
.1.'
,....
..
.
1. () .~t7 ;
::.:.
. .':.;
... " .. :'
'-...'
'::.i ..
:'..
:
81
'
...... ,:.:'
.:' ';
"'j' ••• ~
;:
'- ..:
.."'"_ ......
.'••, .1:•• '... ' ,. . ::.~ /
,
..:".i. ! :".j!
.....
"',
...
....
11.~i·2
,,':'
i ...::.
"-;':-".
It
~,/:
.L .!.
<...::, ;:.:'
'··i ...:'
"
.::.. I
.... i.:: ~ ...I
.../
.•_'
.I:.
l"
.L J.
'.'. /.,.
'
~
...
:
.,;...,
, . '.-1
1.6" . . . ,,;"-!-
...; '. :' .. :"
..:.: .. "
.
(-;,: "
...
!;.-'
J. <::.'" ..._'
}
-':: . :.
..;.....
- ;._.;
.... ,+.,;. .... ,; ...
·...1
.l . / ...,::: ./
"':.""
.;,'::::.
'1
.. . .1." ,,;..
.....
~ ~:::~
.... '
:
i:::··'
('~
.L ·••• l
t;:
1.
II
i....:
••
J
1
"',;":::.""
.... ,:::"
...
~ ..., C.:
,I
J....
J
'i
:' l
-',::;:;
p
H
I I I
.
15.1::,
;:.-.'
1 C·l .....).,::.
... ,
~~, i,~.
8.48 ::
()
/ - , ;.: I
.•... .' .i
.!. . ~:-; ,:~
.l. . .:.!.
:L
::::.1;;
,~:, ~.~:.:
'.'
il")
:L :!.. '..:'.,::.
~::.'.
! ~....
,~::,
: ..,:.
. .,_.
J. ::........
1. .... ~
t:
.:. "".,.
i
'
. ::'
..=-t. __ .
....
:t ();f ' ' ;' n
..:.f. ':::.
.J• . i
'"
..::' /'
, .... .t-::'
'....'
....
'.,;
:L .,:.... ... '
'"
'.
, '; .. ,.- '~ ..
. ::
..... ' ...' '
....!..... ,
1::, "
"/::.:.' ,',
.....
!,.-..
.. ::
"
. ....,
.
_.
~
'
.l .i. •
" i.j. ,~~,
"
:L
'~'"
'":.',
...:.
,;
....,. :.', ~:.:, ,...
., .I:.....
<.-1
.
.
:L .::' ". '... '
:-.:
.L .;::." :::.'
.1. ~+"
:L::3
....'
:.:. ..., '
'1 .';.L ..:~. :.'. '
...,•..., ~.
. '.. J
,
;':~:
,._,,, '
..::= .....
;:::: ~.:.: .... ~. '-',f '-.::
,:.;.
..,."
.. ,,'
•L '
'!
- q.
l.!. ",'
1 ..::. C" .'
:. .:,:
...
,-
,""
L U. 1 .j.
.... ,..
.- ,,' ..
::.:..
i.i.,
! '1
...:::
':1'.";:.
...
..
L .::,,, .t. -.. :r
L1.4
,..:.".' .• "M, '''-;
.. ......
..:....
'
.
"
., ::"': ..
..., .... :.
-.
-
-, .....'
'
',..:'1.
:'
:.
'"
"',
:"~..::'
1.2
.':'1. ::.
. '-', j .'
.'()
. :.'.
::.~"I··:''''
J ':::. :..
:- _: "
... .(;. "
...
.. _,
-
12. Be' .I.
:.._., ..
'.:::'
______ __ r._ ~.
• ,-I •I
•
•I I
•I •\ I
.., I
I
• ~,
I
~
,.I
U~1t
1 2 J 4 5 6 1
19
2J
21
9, S
1,5 J,S - 4,S 5,J
- 0,'1
", 4,4
- 2,2 - ::1,7
1,2
l,a
J,2
- 0,2
2,1 0,5 I,D
],9 3,4 - ," , I\I
',0 ·- 1,2
~,4
9 10
3,4 ],5 1,4 2, I
DEC 11 12 13
•
14
IS 16
- a,s
P
--
),~
- ],4 - ],5 - J,2
J,.
• • -
22 1,4
- ],S 3,J ),2
-
- 0,6
- 1,1
--
il,4 OS,S I,, ),4 l,Z
- 2,5 2,9 I,S 6,5 1, J 1,3 1,0
- Z,6
9,4
1,1 - 1,1 - 5,1 --- 5,' 4,6 - 5,7 1,4 --- ,11,3,,1, --• 1,7 ',4
),4 2,1 - 1,9 J,2 3,J 1,5 ~,' ),2 1,4 1,4
O,J
-
24
GE'iJ
I), ]
~,~ S,~
B
J,6 - 0,4 ~,4
-
- :!,'I
5,0 - 2,3 3,2 2,1 t,S 7,0
------
',6 S,4 oS,S t, 1 1,9 ',2 I,:J
- 4,S - 4,2 - 2,1 0,0
-"°
],6 3,7
- 0,2 0,2 1,4
- 1,3
0,4
1, , J,' - 1,5 - 4,iJ 2,1 ',0 7,2 ,),4 ,,1 'J,i
1, a
- 0,'
- 1,1 - 0,4 1J,1 1,7 ",6 5,1 1,5 1,7
DEC
1,1
1, ]
C,7
],4
J,3
'),1
1,3
21
3,4 5,1 9,. I J, 6 H,D
3,4 ",1 1,. 'O,l ~" 1,7
3,1 4,1 9,9 H,2 8,2 9,3 9,'
2,1 4,",
2,1 4,7 1,5 9,7 1,' 9,J
3, il 4,7
4,2 J,9
2,5 5,6 1,5 ''),0 1,9 '1,1 11,6 J,6 0,5
~,4
3,2
~,
" H
~,6
i
11,0 ',1
'l
~
19 20
Z7
!
E
2,2 1,8 6,4 1,4 1, OJ 0,1
26
\;)
9,4 5,a 3,9 0,9 '),6 1,13 0,4 0,4 0,6
,.I U
T
OAG
22
\)
__ ~O-,OEC'OE-~UR-,~ __ NO-UUR-
~Jl-,O_~-,OEC'O~-,~
H"OIl1 :HJ I;I-.OIlHn II!'
I
:
nH
~"Ilf
23 24 2'j
2~
",J
5,J
-
-
~,5
1), I
~,6
9,9 10, ) 5,2
13,9 J,6 5,4 'j,S 1,1 ',1
----- ',2 -
',0 ',6
- 3,'
- " S - 2,'1 2,2 1, " 7,7 'J,6 J,1
IJ,4 1, ~
- 2,", - Z,2
-
1, i .3, , 3,7 2,3 z,oS S,4
~E~.UGELl
- I ,1 - 3,1
DE TlJOIIUI(EN J\lltl/AIC lZ-B 1 IJ-24 lUll
4,2 2,9 2,' J,1 J,5 ",2 5,4 6,3 l,3 4,0
-
2,6 6,0 0, J 11,1 ',4
2,7 4, J ',6 5,2 3,9 7, J
--
Z,9
JICS IllUI'iJ)" 6,6 5,0 4,6 ·5,6 4,2 4,'1 6,3 6,1 S, • 5, 'I
GEIll.UGELlJKS
J,.
::I,~
10,0 4, " J,6 1,7 0,0 ,,1 1l,7 0,9 ',8
6,~ 7,~
3,4 2,1 1,8 1,3 1,2 2,1 7,2 1,7 5,5 2, '1
IllHI~\l!'l
9,4
',3 '1,1 9,5
11, ~
",~
4,3 6,0 10,0 10, 1 12,1 10,5 11 ,2 5,0 ',2 4,7 7,2
16 4 t4 16 14
15 1S 14 1'j 1'j
~ I 1111''- IN DE fllDVAICKEN UURVAIC 6-12 1Z-U IS-24 111111 0-6
6,S 1,7 S,9
--- ',a 1I,~
- 4,] 3,4 3,0 - 2,9
--
4,1 15 IS
'5
15
I'
13 24
3 10; 14
13
-
--
9,S 3, !I - 1,1 - 2,S - U,1 , ,1
-
0,9 1,8 2,9
• -
a,s
-
9,4 3,6 6,0 6,5 1,1 1,9 1,5 1,1 0,6 0,1
GE".OAGELIJkS ''11111 "U" 3,0 - 3,0 - 3,11 . 3,9
• -
6,9 6,') s,S 0,5 0,1 2,9 - 'J,8 - 2,2
- 6,S - 4,0 3,0 - 0,1 I,ll 1,1 0,4 0,1
-
3,4 2,1 0,5 0,9 2,9 0,9 5,3 1,6 3,3 2,5
- 1,3 • 3,9
- 2,5 - 4,0 1,9 - 0,3 6,0 0,1 - 1,1 - 0,2
Ge".OAGElIJKS 'UNt"U"
'j,7
16 20 15 15 IS 15
2,'j
-
1,1 1,3 5, S 7, a 11,0 4,0 ',4 3,3 2,9 2,7
- 0,3 0,1 4,3 9, , 9,1 1,4 8,4 6,1 1,S 1,iI 1,5
- :l,1 2,0 5,S 9,1
4,1 6,0 8,8
10,3 11,9 9,It 10,0
2,1 4,' 9,3 9,5 7,4
3 24 2J S 6
6 6 7 6 7 • 3,4 6 7 6 S
3 20 Z 2J
24 3 - 2,S S 2 2 8
3,.5
3,4
2,5 2,5
4,~
~,J
5,S
5,'
6, is
GE",.DA5HIJl(S
~UI"\J'"
10,1
liE ... UGELIUS IIIlNl"U"
3,1
I
1,"
1,5
2,9
GE".O_GELI Jl($
'U II ('lIJ"
6,!
liE". DAGELI US 'UIlI .. U"
• 0,9
31
4,4 5,'
4,4 4,J
DEC
7,2
~,6
6, J
.... 0
J,4
?,7
2,4
~,
lE T"JU .. :u,q O'HHEE
n ~-12
J,4
1,1 3, S 4,4
~1"DEIl
'1,0
~'H'"
]-6
(GIt.CELSUS)
J,5
~,9
!,5
• QL'Il1CO
-
U U • - DROGE JOL
.,' J,J
~,J
_ ~'~J
',!
D, 'j
1,4 1,9
-
T
6E6UENS VU DE
10,3 11, J !,3 ~, 6 6,1
J,2
2' 50
-
It
6-U~lILtJKSE
e~
7•
~,O
'I,,,
5,J 1,3 2,6
U,1 11, .$
. rr~6· 9,9 ",7 5,9 6,~
H,6 11 ,1 12, , 10,1 ",5 5,7
'o,,
13
,Z
1 H
.
10,0 1,4 It,D 1,1 1,6 0,6 1,6
',II
5,9 4,2 6,2
Z4
9,0
6
8,2 3,2 0,4 Z,O
10 24 24 2 6
I,'
'--~.
\-.
T[JOEIl1·
(II
U.T.C.
r
1> (j)
COlt
m
I
~
• ·l
·
\
~
-
- --
. .
1H1
~Ullf
STATIO .. HJ
97
,.
'H
~1 ~5
!Il
t[J
1S 15
DEC
"
97
)
It)
4 5 6 7
•9
12
n
14 H U 17
R
!I
11 11
91 91 56
11
H
16
~6
~)
U
55
"
7J
H
n
~O
!U
H
U
55 H 16
U U
iJ5
117
41
11 55
71 61
11
U
75
11
"2 66 7.
.u
15
16
75
.2
is
U
.2
'" ., .,
61
H
71
1)
15
76
70
7J
" l' ... " 'H
.2
91 78
qs 1~
S6
,.
94
H III H 94 'H
H
n
6)
n
70;
n
71 11 78
91 i2
U
~5
~4
11
1.. 44 '8
H
"2
H H U H
H H H
19
74
10
66
11 112
15 iO
70 15
6J
II!
10
9Z
n H
H
~7
U
"
H
U
~l
~J
~5
6J
"" "
96
•
•
29
73
'0
6~
7t
95
H
'5
~.
16 '5
55 11 '6 '5
Dec:
93
H
'3
~"D
B
H
H
l.
3')
n
~.
IJ 1!
"H
H
17 ~6
1~
)~
15
9S
H 'I
9. 9t
911
il
11
9J
11
'It
H
lit
'16
n
..
"
'9 18
U
12 H
U
51 U 63
46 45
44
1t6
84
43 91
41 4Z 96
H
6. )6
"0
96
97
'Il 'H H
55 97
91
54
56
50
S1
61
64
H
16
n
51 U
62
SII 10 72
51
1J
U
62
"
67
79 65
67
7S 1Z 61
60 69 6Z
50 60
n
57
n
66
69
41
S5
61
64
69 10 72 H
62
66
611
72
13
15
77
71
7Z
44
U
55
46 62
U
55
64 56 61
69 U
U 15
12
6' 9'
6Z 67
70 11II U U 91
69 14 77
7J
74
!II
89
n
U
116 91
90 51 96
611 9J
15
91
9Z
"
91
110 96 U
iJD 'III
94 19
9S
16
sa
60 B
67
"
97 U U
'"
H
H
H
77
H
.9
!IS
7~
67
II)
.~
70
63
64
75 71
76 69
!IS
16
12
66
66
6l
H
61
12
14
111
II!
U
87
III
80
S1 SJ
13
H
65
.."
9J 6t
97 75
U
9~
96 71. 96
97 15 96
75 J6
91 7' 97
911
10 95
'9 H
91
70 95 90 !1 60
70 61
U
7~
U 96
81 10 9&
B 9l U
U
U
96
6Z
.6 72 6S
95 70
14 90
In
14 10 67
96 III 70 61
90 14 7Z
n
55 95
H 11
9J
6Z
n
9S 7! U 9J
9Z
9S 54
~.
"
1)1 11
H
H lIS
77
74
65
S5 96
61
6l.
!12
74
1J
65 11
!11 7lJ 71
65 60
91
93 91
"
9!
U 911
61 6Z 92 80
6J
H 56
i6
54
!4
111
15
76
75
III
1'1
16
72
6lJ
67
6S
"W H
6J
13 61 60
H
" 67
99
97 96
75 74
61 11
n
.23
50 91 61 91 94 80 11
97 95 " ,. 96 " 5.
,. ., 'I'
7~
H 74
" '"n )6
~5
97 97 97 9J 61
'6
49
55
49
90
l'16
46
55 89
95
~!
U
6~
itt
H
54
41
16
!l9
U
45 54 41
IIJ
H U H
51
40
69
H U
91
~5
46 51
U
74
96
56
42
'0 12
67
17 67 74 69 12 15 67
H
9J
H
U
94
ZZ
SF
54
U 11
21
U
51
" "
20
44
56 60 55
U"
1'1
U
6J 64 61
24
1&
51
~9
(PltOCENfEJU
"
67 64
59
U 11
0
5~
62
)11
I
61
64
69
E
';6
45
71
'H H 9!
H
If
VU O£
9) 57 H
H
46
H
9S
U
55 41
IZ 'It
n
7)
52 61 46 56
81
~s
~6
U
53
97
"
"
511
9t 97
H
51 OJ.
H
H H 16
U
60 64
6~
68 S2
7S
q1 9' '5
95 H H 9t
58
69 58
54 12 U
57 49
H
~o
'3
67
9t
9lJ
H
~4
7' 70
n
~~
Q3
9)
"54
B 45
.9
H H
H
H
11 96
5l
,S
~z
15
55
IJ~
21
14
69 51 61
DEC
'I)
G
13
71) 56
H
f
12
H
74 )9
M
~A4~D·UUR~EGEVe~S
11
10 12 60 12
H
C
[)
)
10
'0 16
n
a '6
V
H
n
9~
V £
E
IU
~5
26 Z7
•
64 It::! 92
H 51
,
1
2!J
25
, ,
H H
H H
f
H
n
,
!It
H
H H
4
~
~
4
L
U
l4
,
"0
n n
)
E
H 94 H H
n
•
2 91
... e.
VII
UG
1 2
--
UU,-,D4~-,)£C4D!·,~A_~~-,~eC4De-UU.·
!1"D'40V;;~
uu."u
.
_
_.
~
... . -
U
7O
Jl.
?6 6J
n
611
U
96
n
97
96
65 '7 "94 94
n
U 95
10 91 96 75
115 94
SZ
85
U 59 lIS
96 95
97
80
94 96
72 96 12
72 10
95 72 . 65
96
96
14
76
95
97
69
Ill.
H
"
91 U
lIS
U
SF
74
16
110
111
U
n
91
'J
97
n
89
94
It
98
9J 94 91
55
17
9Z
16
lJII
87
119
as
52
III
lIS
79
9Z
at
9J
~.
•
'---
-
'1L'''CO
~I~D~'
~ETRJU~~A'lt
0" ''JItEE
flJDU I" !J.T.C.
l>
G)
rn
~
cr
.
!U1JP
,
., , ,,
1; ,
4
'. , 1
~
".., Q
H
DEC
J' t>.-r' \'
,
I
,·,, .. ,
t
~,~
p,c;, h ,"
l' c , " 1. ,(
1l ,l
',2
T,L
;,1
~,y
1
',2
I , ..
t,S 4,S
~, , 1 4,1.
t,'>
1[ ,
l
~
c;, ,
~
•
•, •
,l
11, •
,P,l,.
1~.7
1"1.9
"~
1~ , •
14, ~ ll,t 7, I. 11
~,,,
":
~
1 : ,1
12,! ',1
~,
11, .)
'I,'
., ,
1~ ,
1~,1o
12 , ,
2~
1 t , «-
,.. ..", ,..
14,1
, 11,1
,~,~
, 7,
tt, S 14"
1L
Z7
15, (
' ,. 14 ,1
2J4 29
1", .. 1;, "
1 f. , t, 1, , ,
25
~
1
• ~
~
\
,
~
I ' ,~
Oft
1 ~, .,
, 4,4
1!,L
"~D
1?, ,
1• ,1
1l ,
~
, t. , 0
t
, 1
7,4
!,
~
~,
7,1
.,
c
'
1 1,9 1 ! ,.. ,
,., .,
. ~
~,'
,1 ,,.' ~ ~
~
h " 1
, .:l
,,
.
,. ,,, ,', ,
o,~
7,4
4
7, '"
fi,l
H,1 1, , 7 1 Z. to
,e
1I , 1 7,1
lC. , ,
1 C ,1
15
,~
D,P
13, ~
11,l
"
11,b
9,t
1!,~
1t, I ~ ~,t
,L
11, t;
"'.'I'U"
11,2
H,,1
11,1
It ,9
",1
t
I!,4
n,t'
14,~
1~,6
\7 , t
21, ,
1....' Z!,4 17,1
1.5,1 Y,!'
lr,~
H,~
11 , I.
1•, ?
,1
~,,~
1 !, 2 1 ~, 7 11,1 0,7 1 S, 7 12,9
8,t
~,.
B·'4
11, ..
7,0
9,j
I' CL
1 !, 4 1 Z, 1 ",7 17, «;
H,'S
n,ll
a,9 1,t 9,6
H.,a
n,3
14,[ 14,8 16,6
'3,' &,1
Gflll.D'(·iL1H !> "'.111\1-
~,4
7,~
12,~
1~,4
11,l
1',l
1 ~,r
H,S
I~,(
~
lw,~
·",1,
1~,4
14,4 B,4
1~,,,
,,~
1,1
1t,e
'
,,
1l , ~ , 1, P
~
4,0 ,~, 1 7,9 t,7
, •
\ 14
1I ,
..
t.-UURLIHSf 6E6fVENS
lIJO\o"(I(E~
G( II.IlAronl JKS
4," 1l ,1
"
:' C I
'...," ",
1 ~, ~
11
~
i·"
~
, 4,
(
I"
I! ,
P"
1 .. ,e
n,9
.. S, 1
21,6
17, tl H,5 2l , ..
11 ,1.
''',8 H,3
Z1, S 1 7,6 t6,4 16,5
21,9 B,6 ,~, 5
t~,Z
v.~
,
DE
(U.CHSlUF)
10 Ui I'" U Df TlJDVAkKEh 6-12 12-1P. U-24 L-6
UU 11/ AI(
'Ill• 14 14 14
15 H
16 15 15 12 15 14,2
14 13 15 H
15 14 1S 14
15 15
'4,7
-
t,l l,9
( ,4 !,1
8,1 H,3
~,u
",0
1L, !
7, !
H,~
4,l\
11,1 13,4 14,1 12,9 11,[ 9,1
~,1
4,5 4,5 5,5
t,1t
7, a
6,7,
b,O
8,11
9,e 6,7
1,5
"111
4,9 6,6 11,1 5,5
6 6 6 24 6 1
6,t
1,5 7,5 ',3 4,2 2,3
6
4 24
22 4,1
Gfl'l.DAGELUkS ....I1 ..U.. !,~
4,e 5,3 7,1. 5,1
5,6 4,4
7,5 5,'
4,2
9,6 It,(;
7,4 6,7
!,ll
9,3
5,1 6,6 7,t> 11,4
8,0 1,9 9,9 9,5
4,1 3,6 7,5 6,5 1,7 1,9
13,1 13,9 14,1 16,6 13,(,
1 Z3
6 Z4
1
1,5
11,[
2,4
14,7
15 15
~,1
4,8 !,4 lC,1 11,0 11,0
7,3
a,l
15 14
11,4 4,9
2D,7
16
6,~
ZC.,II 14,9
14
16,9 21,4 17,6
s
1c,a
7,0
20
5,7
16,4 16,5 '9,9 20,. , 4, 4
4,2 9,4 9,4 14,4 13,4 8,.
24 S
4 5 S 24 5
1! , •
1
!, :
1 • , .,
11,1
14,3
Gf".OHELlJtS ''lAlll-U-
2t,!
Gf". DAGELJJKS
"Itt I
IIIU"
6,9
~,
",~
GE".CAHLlJw!'
""1l1101II'
16,'
GEIt!.O~GELJJkS
"UUlUIII
5,6
~
1! , I ~
a. ,.
t
~
t
, 4 ~
, ?
,, ,
1• , 4 ~
.
~,G
1~"
~
B, ..
15,5
n ...
2l,7
1l
TI JOE"
• J ,. ~ ": t( li~lC:Guw~AU (_trw'roil
1(:',1 11,1
fI,e
lu,O
1Z, 8 U,5
• \
,
, ~
~
,
4 4
1«l,Z
bEIl.DAliELUU .. IIIIII'UIII ~,9
I
24
It,ll
1,'
16 16 110
lJU'V'K
14,4 , 3,1 1 S, 4 17, '> 15,4
11 ,
,-
,
l"oJ
.
4, /
, '1
1 ~ ,.'
4,;
!,t
,,
1 i' ,;
-i
• ,t
.;,~
14, " 1 t.
9,4
7,~
~
1 ~ , ""
"
1,,-
,
,: , 1 1 ., L
, i-
13, L,
I
1\ ,?
11, e
7,1
'lo" . 1 ~ ,4
: , iJ
~
· ~
..
, ,0
, 4, e
,.. "
·.
, 1,
1,9
, , , 4
',.
,
~
~,7
~
~,
1,l 1 1, ..
{
t ,7 11 , ~ to, L 7,1
11 , 1
J,,~
7,! C:,1
,." 1: , ~
~
~(
ElA'C(
1I,
7, ,
-;,'
, ,c
11, !
·, .
"
.. , .
, I ,1 ',? t · , <-
t
I
t,!
I
7, "
.~
-
I • t'f ,,- I Z 1
"4\ ) \" • ,,'
~ ,
,· ,.
~
lJ
CF"
, 1, ,
c', ,
~" 1\. , ~
"
H, , 1 !, ~
.
,
7,2
411
,•·. ," -
·,<, ,.
11 , ~ 1! •r 1?, ~ 1 .. ,4
U
,1
~
I
,
.;; ,
"
~ ,
, t
,~
... ,!
.. ,i' H ,4
~.t
~
",• ," 1
t,T
",0:
,1
. . ',I.
,, ", , .
~
, , 1
;,; 1c
;
t , (
~
\ I , 'I
~,'
ltJ
,
t,~
t, , ..
2.
i,
1,1
.. ,4
Dre
, ,,, •
~,'
(
, I
·, ., ~
I,
B 1l 17 1 .. 1Y 'l
,
~,~
! , ~
12 ~
.,
• ,4 , , , Q ",l
~~t-,"'''H)-,Of(Allr _I"!'··,.&~~"-UU"-
..
11,'
~
,.,!. r
v"
; 1
,I
,.1
~
'
,
~
II '.'" -, ( • ~
.
Il'~
Uv'
,
',2
4
U,5 '2,3 12,9
S 3
III O.T.C.
t I
r I r i • \
•I
T
•I
•, •
"
III -
- --
~
-
- ...
a: c
r
» rr
G:
~
n
c I I
/,
,
~'.
~t
-;
1~
19
,""
'1 :.1
t • • >
"1.. 1
01
...
(
l'
,,
7,
~4
'2
~ f·
~1
Q'
?<
ca
97
9"
99
r
·7
.
,. ·.
,
·
.
5~ ~4
t to
{
~
75
3
51
ee
59 62 I" 11 76
t 1 f 9 fS
.
." ,. 0" ~ C ;
~
14 1~
6C .,/'
r; ..
"j .. ~
91
q
19
ifJ
-.
,.
orr
~
91
Q
" 1
•
,,
...
·..
.7
..
'
~
U
;:
: 1
27 2~
?<:
,,',
'L
,,
F•
OfC IH
Wl,ftf~
'c
1 I
·
,
~
t. 4
17
111 91 1)
(
6t
~4
52 .. 4 t5
13
04
7~
75
6~
74 61
71
H
64
63
H 61
!S5
7L 116
42
69
5f
73
7t
tC 69 78
6S 1!7 B1
6t 57 ~(.
t1
H til 71
~5
f6
92 6. !IJ
511
57
61
t1
f1
62
9(.
2l
H 83 b?
6~
·8!>
64 '>1
~;
5~
4t
1.7
H 40 '9 1,8 Itt(-,/,
H 11. 63
43 65 62
43 12 7C
49 59 1t 1/7
1e
6t·
14
1"5
1t
64
e9
6~
n
59 92 73
"7 75 93
91
9C
19 94
98
liP
7[
9/ 75
83 86 98
9U
87
86
6L
70
n
!Ie
81
64
6( 92
85 93
86
95
14 93
7~
94 75
97
71 88 64 68 68
e6
6t 95 91
71
"
9l
94
n
95 !5 1'4
e1
97
91
93
93 I" 91
79
lit
87
74 47
"51
82
74 84
86
8Il
79
9[
90
92
81
116
93
97
54
55
61
65
67 68
45 85
41 87 79 43 51 73
98 66 76 54 86
· 7-
.
~!
H
41
4t
I.(
U
'.t·
"t
44
I.,!
41
4· 61
1.5 H
41 4(
46 H
46
7'
6!l
7l
"F
'il
75
41 3"
lot
!t-
19 4L
~
3~
35 !5
75 76 311 3l'
4~
63 95
69 95
96
, 91l
59
63
67
69
7C
75
78
Be
'.. ~
,"
t 5
r '.
f· ~
~
,.
,,~
43
51 4i
'c;
tC
tl
H
~9
59
61
~
110
~~
51
tI
7!l
B
. ,r
~
..
t
2 'I
t
57
.. 4/1
41 56
t 7
59
64
83
82 76
82
5447
71
79
87 95
Sf 'iL
7!
8e
76
94
5~ 51
H 43
93 81 87 80
99
77
41
97 95
<3
t~
97
97 8!
t 2
45
76
93
7;'
54 45
96
97
87
1
95 96
83 97
i•
1]
74
94
~l
14 69
82
9(,;
76 70
e4
88 81
ee
77
69 67
94 76 96 89 81 98 116
79 95
73 97 87
24
71
II
·t
I.'
'.
n
~
b~
,
': 1
21
22 23 24 2<
.I.
/'" . 9~
71 1\ 1 tv 7f
III
91
H 17 1 1l
A PLH
!>4
•
(PIOCl"T£")
U
I
t
t
;
1
1 , I ~
~
7(
liP
1;
I 1 , ,
I
·,.
.I
11 1?
,
.
.
·.
D
M
~tl
42 46 71
51 86 72 53
61 77 95
81 53 60 84
i
I
I
I
I
I
I
15 65
61 55 69 72 6t1
52
93
65 81
73
75
66
81
83
74
prl~OU~H"~
C~lPrrvl
a
r'):
I
'"
c r
I~
0..
TEKENI NG
:xnr
DAM PSPANNINGSYERLOOP FAM1LiE SCHEL
WONING
1400
1300
1200
1100
P.
I
I---P (EXTERiEUR)
e
, I
_ _ _ ..J
k
I I I
I
I
I
I
r---
I I
700
L __ J
r-- J
I
:
L __ -,
600
1
1
MAAf>T.-bL 'B7
2
3
Tij 0
(in dagenJ
4
..
(KRU!PRU~MTE)
I.
/"
T1
[ * "
i
1 ( :' 'I (. ~
'j
1
,
( "
... ( J
"
"
"
:'
i.i
1:::, ,L::,
.;.
i, )
'. 1( j 11 " "
1.
:1.
,"
..::.
1. /
-_.,
'::"
J.
I... ' ..
--j:-il
1. .. ~,
997
l1Z;: ':/d4
1 J. 1 ...;:.
.~.
!"..' .i.
l
~.
"74
1 ,). 6':5
j