Boudewijnlaan 20-21 • B-1000 Brussel tel. 02-512 11 52 • fax 02-502 46 80 e-mail:
[email protected] www.vlaamseprovincies.be
Sectordossier GIS Onderdeel van het VVP-memorandum aan de volgende Vlaamse regering
Sectordossier GIS
1
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 1
GIS als applicatie van het ICT - gebeuren ........................................................................................ 5
2
De missie van de provincies inzake GIS ........................................................................................... 5 2.1
De implementatie, uitbouw en bedrijfsintegratie van het interne, provinciale GIS-systeem 5
2.2 De afstemming met gemeenten, provincies en de Vlaamse overheid in het samenwerkingsverband “GIS - Vlaanderen”. ...................................................................................... 6 2.3
De introductie en ondersteuning van GIS bij de gemeenten als externe klanten. ................. 7
3
De provincies vullen het GDI - decreet, basis voor samenwerking, verder aan.............................. 8
4
Het Geografische Data Infrastructuur - fonds ................................................................................. 8
5
Een GIS-samenwerkingsovereenkomst ........................................................................................... 9
Bijlagen .................................................................................................................................................. 10 Bijlage 1: Samenstelling beleidscommissie GIS ................................................................................. 10 Bijlage 2: Samenstelling van de ambtelijke adviescommissie GIS..................................................... 11 Bijlage 3: Contactpersoon VVP .......................................................................................................... 12
Sectordossier GIS
2
Voorwoord De uitdaging voor de nieuwe Vlaamse legislatuur Missie bestuursniveaus geeft inhoud en bestuurskracht Sinds Vlaanderen de politieke verantwoordelijkheid over het binnenlands bestuur heeft, is er heel wat ten gunste van de lokale besturen veranderd. Recent hoogtepunt is daarbij het decretaal kader voor de werking van de gedecentraliseerde besturen. Zonder enige twijfel vormen het Gemeente- en het Provinciedecreet belangrijke instrumenten voor een degelijk beleid ten bate van de (lokale) samenleving. Zowel in het Gemeente- als het Provinciedecreet wordt een duidelijke missie geformuleerd. Algemeen gesteld zijn de provinciebesturen verantwoordelijk voor het welzijn van de burgers van de provincie. Daarnaast wordt specifiek het bovenlokale beleid, de ondersteunende taakstelling voor de andere besturen en de gebiedsgerichte werking aangestipt. Door deze missiebepaling beschikken de provinciebesturen over een kompas om hun beleidsvoering richting te geven en wordt eveneens de onderlinge bestuurlijke verhouding t.o.v. de andere bestuursniveaus bepaald. Samengevat: de decretale missie geeft inhoud en bestuurskracht aan het provinciaal bestuursniveau.
Van bestuurlijke drukte naar bestuurlijke rust Attent en alert ingaan op nieuwe maatschappelijke evoluties in de verschillende beleidssectoren is belangrijk omdat die steeds complexer worden. Vaak is samenwerking tussen de bestuursniveaus noodzakelijk. Streven naar meer interbestuurlijke samenwerking was immers ook de boodschap van de provinciebesturen naar aanleiding van de Vlaamse parlementsverkiezingen in 2004. Daarbij werd aan de toenmalige nieuwe Vlaamse overheid concreet gevraagd, om de nodige juridische instrumenten voor interbestuurlijke samenwerking te voorzien. Tot op heden zijn deze instrumenten niet voorhanden. Dat heeft tijdens de afgelopen jaren geleid tot een ‘verrommeling’ van het intern bestuur van Vlaanderen. Heel wat ‘semi-bestuurlijke circuits’ zijn opgericht, waaraan allerhande taakstellingen werden toegekend. Een studie van het Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen telt er 372. Daarnaast treedt de Vlaamse overheid 34 maal gedeconcentreerd op in tal van beleidssectoren. Tijdens de laatste tien jaar werden nog eens een tiental decreten goedgekeurd waarin één of andere extra bestuursvorm het daglicht zag. Concreet betekent dit dat naast de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden nog een 592 bestuurlijke circuits operationeel zijn tussen het gemeentelijk, provinciaal en Vlaamse bestuursniveau. Op zich toont dit de dynamiek van bestuurlijk Vlaanderen aan. Maar anderzijds ondermijnt deze evolutie het besluitvormingsproces en de bestuurskracht van de verkozen bestuursniveaus. Meer en meer wordt ‘beslist’ buiten de verkozen raden. Naast deze institutionele ‘verrommeling’ doet zich evenzeer een inhoudelijke ‘verrommeling’ voor. De wetgeving is zeer complex en weinig gecoördineerd, waardoor ze weinig toegankelijk wordt. Beide evoluties tasten de efficiëntie en het bestuurlijk rendement aan. De huidige bestuurlijke drukte dient daarom herleid te worden tot bestuurlijke rust. Een bestuurlijke rust waar de drie verkozen bestuursniveaus aan dienen te werken.
Sectordossier GIS
3
Interne staatshervorming op basis van drie principes De provincies willen samen met de gemeenten en de Vlaamse overheid nagaan welke bestuurlijke input noodzakelijk is om de vooropgestelde beleidsdoelstellingen te bereiken. Drie basisprincipes stellen de provinciebesturen voorop: decentralisatie naar de verkozen bestuursniveaus vanuit het subsidiariteitsprincipe; respect voor de decretaal verankerde missies van de verkozen bestuursniveaus waardoor de bestuurskracht en de democratische legitimiteit van het overheidsoptreden gevrijwaard wordt; streven naar bestuurlijk partnerschap met de erkenning van ieders verantwoordelijkheid. In die zin is het noodzakelijk dat huidige en toekomstige decreten en besluiten in de verschillende beleidssectoren gescreend worden op basis van een bestuurlijke en financiële effectenrapportage. Oude en nieuwe taakstellingen moeten in eerste instantie aan de verkozen bestuursniveaus worden toevertrouwd en de huidige regeldrift in de verschillende beleidssectoren moet verminderen. Bovenvermelde visie is voor de provinciebesturen de uitdaging voor de nieuwe Vlaamse legislatuur in de verschillende beleidssectoren. Deze uitdaging aangaan, zal de bestuurscultuur in Vlaanderen ten goede komen, niet in het minst voor de burger zelf.
Raymond Van Loock Directeur
Jos Geuens Voorzitter
Sectordossier GIS
4
1 GIS als applicatie van het ICT - gebeuren Reeds vanaf de introductie in de provinciebesturen, is GIS (Geografisch Informatie Systeem) erkend als een belangrijke vorm van informatietechnologie. Het gaat hierbij niet zozeer om de krachtige technologie op zich, maar vooral om GIS als beleidsondersteuning en integratie-instrument voor allerlei ruimtelijk gebonden informatie. Geografische Informatie Systemen zijn databanken met gegevens die kunnen worden verbonden aan kaarten of elementen op die kaarten. Die geodatabanken kunnen op hun beurt gekoppeld worden aan andere, bedrijfsspecifieke databanken, zodat ook die informatie kan worden gevisualiseerd en geanalyseerd. Typische voorbeelden zijn gegevens over wegen, waterlopen, industrieterreinen, kadasterpercelen,… Eigenlijk kunnen alle soorten gegevens met een ruimtelijke component in een GIS worden opgeslagen. Uit het GIS kunnen dan gemakkelijk gegevens per onderwerp, per regio, gemeente of zelfs per straat of per woning worden opgevraagd. Het opstarten van een doordacht GIS-gebruik binnen de overheidsdiensten, met voldoende aandacht voor een horizontale en verticale coördinatie tussen de drie verkozen overheidsniveaus, levert niet alleen een aantal voordelen op zowel op het vlak van planning, inrichting als beheer. Het biedt tevens de mogelijkheid om verschillende informatiebronnen te combineren, tijd en kosten te besparen en een betere dienstverlening voor de burger te garanderen. GIS krijgt in de provincies bijgevolg een steeds belangrijkere plaats in de dagelijkse dossiervorming en beleidsvisie op middellange en op lange termijn.
2 De missie van de provincies inzake GIS De provinciale GIS-strategie steunt op twee basispijlers: (1) de implementatie, uitbouw en bedrijfsintegratie van het interne, provinciale GIS-systeem en (2) de afstemming met gemeenten, provincies en de Vlaamse overheid in het samenwerkingsverband “GIS-Vlaanderen”. Deze twee pijlers worden door de vijf provincies optioneel aangevuld met een derde gelijkwaardige pijler, namelijk de introductie en ondersteuning van GIS bij de gemeenten als externe klanten. De uitvoering van deze drie rollen binnen het GIS-gebeuren gaat gepaard met enkele moeilijkheden en knelpunten die de provincies graag willen aankaarten.
2.1 De implementatie, uitbouw en bedrijfsintegratie van het interne, provinciale GIS-systeem De belangrijkste doelstelling van het provinciale GIS is de integratie van de ruimtelijke component in de dagelijkse workflow van de diverse beleidsdomeinen en daarnaast het GIS ook bruikbaar maken als beleidsondersteunende of zelfs beleidsvormende technologie. Uiteraard veronderstelt dit het gebruik van kwaliteitsvol (nauwkeurig, volledig en actueel) vooral grootschalig refeerntiemateriaal. Twee belangrijke voorbeelden hiervan zijn perceelsgebonden (kadastrale) en adresgebonden informatie.
Sectordossier GIS
5
Deze twee voorbeelden zijn grootschalige toepassingen bij uitstek die van cruciaal belang zijn in de werking rond de dagelijkse dossiers. Precies die grootschalige informatie is momenteel onvoldoende beschikbaar in de datasets van GIS-Vlaanderen. De middenschalige geo-informatie die vaak wél voorhanden is, dient in deze dossiers enkel ter ondersteuning en oriëntatie. De adresinformatie zit dan wel in CRAB 1, maar deze AGIV- dataset (Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen) is niet actueel genoeg om als referentiebestand in de workflow dienst te doen. GRB2 en CADMAP3 bevatten de noodzakelijke perceelsinformatie, maar GRB zal ten vroegste vanaf 2015 gebiedsdekkend beschikbaar zijn. De door AGIV vrijgegeven subsets (meestal per gemeente) zijn eigenlijk al verouderd op het ogenblik van verdeling. Bovendien heeft de “administratieve percelering” tot nader order geen enkele juridische waarde. CADMAP is het digitale product van het kadastrale percelenplan van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie (A.A.P.D.), dat jaarlijks door de A.A.P.D. wordt bijgewerkt en verpreid aan de gemeenten. De provincies krijgen eveneens een gebruiksrecht op CADMAP, in ruil voor de terbeschikkingstelling van de middenschalige orthofoto’s. AGIV mag de CADMAP-gegevens verspreiden binnen de Vlaamse overheid. CADMAP is dan wel de meest actuele en volledig gebieddekkende informatiebron van kadastrale informatie, maar de bronhouder is een federale overheidsdienst die als zodanig geen deel uitmaakt van het samenwerkingsverband. Bilaterale overeenkomsten zijn mogelijk, maar er is geen garantie op continuïteit.
2.2 De afstemming met gemeenten, provincies en de Vlaamse overheid in het samenwerkingsverband “GIS - Vlaanderen” De tweede rol van de provincies is afstemming vooral gebaseerd op overleg. Het gaat om overleg tussen provincies en gemeenten (provinciale stuur- en werkgroepen GIS), tussen provincies onderling (VVP werkgroep GIS), tussen gemeenten onderling (VVSG werkgroep GIS), tussen provincies en gemeenten (VVP-VVSG), tussen provincies en het AGIV, tussen provincies en de Vlaamse Overheid (sectoraal, specifieke administraties) en uiteraard tussen alle partners van GIS-Vlaanderen (stuurgroep). De provincies kunnen hierbij een belangrijke begeleidende en kanaliserende rol vervullen. De meeste bijwerkingen situeren zich immers op gemeentelijk niveau (initiator van adressen, kavels, straatnamen,…), terwijl de datasets Vlaams of federaal zijn. Het gebruik van de datasets is zowel gemeentelijk provinciaal, gewestelijk als federaal. Afstemming met de partners is dus heel belangrijk, maar het is een delicaat en moeizaam proces. Gemeenten hebben (voorlopig) niet de resources om al die zaken bij te houden (zelfs niet onder dwang van potentiële regelgeving). De datasets van de referentiebestanden moeten beantwoorden aan de reële behoeften van de gebruikers. Heel wat gemeenten beschikken over een adressenbestand: waarom kan dit niet als basis voor CRAB worden gebruikt? 1
Centraal Referentie Adressen Bestand Grootschalig Referentie Bestand 3 CADastral MAP van F.O.D. Financiën 2
Sectordossier GIS
6
2.3 De introductie en ondersteuning van GIS bij de gemeenten als externe klanten De laatste (en optionele) rol van de provincies is klantenbegeleiding. De gemeenten worden door de Vlaamse provincies als klanten van de provincie aanzien, maar de mate waarin verschilt van provincie tot provincie. Er zijn heel veel directe verbindingen en nauwe contacten, zowel bestuurlijk als sectoraal. GIS is daar een essentieel onderdeel van. Tot nu toe is dat vooral GIS-op-zich geweest, meer bepaald de technologie, de mogelijkheden en de geo-informatie. De provincies hebben zich, middels de bilaterale overeenkomsten, steeds tot doel gesteld om GIS kenbaar te maken aan de lokale besturen. Afhankelijk van de provincie gaat dat van introductie tot of kennismaking met GIS, over bilaterale uitwisseling van expertise en geodata, tot het implementeren van GIS in (een) dienst(en) van lokale besturen. Ook hier zijn er provincies die verregaande initiatieven hebben ontwikkeld, tot en met het genereren en bijwerken van geodatasets. Opnieuw worden die initiatieven niet of niet voldoende door GIS-Vlaanderen gevaloriseerd. De noden en de verwachtingen van de GIS-gebruikers zijn vaak erg verschillend. Partners moeten kunnen inspelen op hiaten in de voorradige geo-informatie door zelf initiatieven te nemen, die ook bruikbare informatie voor anderen kunnen opleveren. Lokale initiatieven dreigen immers verpletterd te worden onder de grootschalige mastodonten. Het noodzakelijke overleg hierbij vereist een belangrijke inzet van mensen, maar het is de enige manier om GIS werkbaar en bruikbaar te maken voor elk van de partners. Het is de enige weg naar interbestuurlijke dossiervorming en naar een gecoördineerd beleid, waarbij elk beleidsniveau minstens al dezelfde geo-informatie gebruikt. Correcte afspraken en gedegen bijwerkingsmechanismen zijn van cruciaal belang om GIS-integratie te bereiken. Gemeenten hebben nood aan een fulltime partner die hen ondersteuning biedt bij het implementeren en realiseren van de lokale geocomponent. Een aantal provincies nemen die taak nu al vrijwillig op. Toch is er nood aan een gestructureerde aanpak door de provincies, die door Vlaanderen wordt erkend en gesteund.
Sectordossier GIS
7
3 De provincies vullen het GDI - decreet, basis voor samenwerking, verder aan Op 11 februari 2009 keurde het Vlaams Parlement het GDI-decreet (Geografische Data Infrastructuur Vlaanderen) goed dat het GIS-decreet uit 2000 vervangt. Het GDI-decreet heeft GIS-Vlaanderen uitgebreid met alle mogelijke provinciale en gemeentelijke instellingen waardoor heel wat onduidelijkheden over rechten op overheidsdata werden opgelost. Toegang tot deze data is voortaan kosteloos voor alle deelnemers.
Oproep tot de Vlaamse overheid De provincies blijven evenwel ijveren voor een eenduidige en transparante financiering van de verschillende datasets die voor het goed functioneren van GDI-Vlaanderen noodzakelijk zijn. De invoering van authentieke geografische gegevensbronnen mag niet gehypothekeerd worden door discussies over de kosten. Het decreet voorziet ook expliciet in de opdracht van GDI-Vlaanderen tot begeleiden, coördineren en promoten van geografische gegevensbronnen en diensten. Het succes van GDI-Vlaanderen zal voor een belangrijk deel bepaald worden door het veralgemeend gebruik door alle deelnemers en in het bijzonder de gemeenten. Een efficiënte en kwaliteitsvolle implementatie van GIS door de verschillende overheden verhoogt de welvaart. De provincies zijn bereid om de belangrijke rol, die hen hierin wordt toebedeeld, op te nemen. Uiteraard verwachten zij wel de nodige ondersteuning zodat zij dit op een degelijke manier kunnen uitvoeren.
4 Het Geografische Data Infrastructuur - fonds
Oproep tot de Vlaamse overheid De provincies zijn voorstander van een GDI-fonds dat de werking van GDI-Vlaanderen zal ondersteunen. Geografische Data-Infrastructuur Vlaanderen (GDI) is in de eerste plaats de omzetting van de zogenaamde INSPIRE-richtlijn in Vlaamse regelgeving. De INSPIRE-richtlijn regelt onder meer de uitwisseling van geografische informatie tussen overheidsdiensten. Dat fonds zou de mogelijkheid bieden tot verschillende initiatieven binnen de werking van GDIVlaanderen zonder dat er pre-financierings projecten moeten opgestart worden. Deze pre financiering per project is steeds een vertragende factor omdat het AGIV eerst zorgt voor een "kostendekkend" plaatje vooraleer de effectieve aanmaak van de data start. De provincies zijn bereid om hiervoor jaarlijks een vaste som in dit GDI-fonds in te brengen om zo een snellere bijwerking van de referentielagen te bewerkstelligen.
Sectordossier GIS
8
De voorwaarden hieraan zijn wel dat minstens de huidige geografische datalagen i.c. een middenschalige referentiebestand wegen (MRB), luchtfoto's (elke 3 jaar), topografische kaarten (op verschillende schaalniveau's), ... binnen GDI-Vlaanderen vervat zitten en dat het luik van de verstrekkingskost vervalt. De huidige verstrekkingskost dient door overheden betaald te worden vooraleer de gevraagde referentielagen op CD of DVD worden gezet en is meer administratieve beslommering dan nuttig ondersteunend. Dit zal een solide basis bieden voor het optimaal gebruik van geld van de gemeenschap voor het upto-date houden van de verschillende geografische referentiebestanden.
5 Een GIS-samenwerkingsovereenkomst Op vraag van de provincies en de gemeenten, heeft de stuurgroep GIS-Vlaanderen de werkgroep "GIS-samenwerkingsovereenkomst" opgericht. Na intens overleg heeft deze werkgroep aan de stuurgroep een rapport voorgelegd waarin twee pistes worden voorgesteld: de VVP–VVSG - piste waarbij een structurele oplossing wordt geboden voor de ondersteuning van de gemeenten. Naar het voorbeeld van de milieuconvenanten, kunnen gemeenten zich inschrijven in de getrapte doelstellingen (van basis - GIS tot uitwisselings GIS) en daarvoor gebruik maken van gesubsidieerde menskracht. De "eindredactie" zit bij AGIV, de praktische sturing zit bij de provincies; de Vlaamse piste (beleidsdomeinen, Corve,…) ziet eerder een projectmatige benadering, waarbij partners middelen uit een fonds kunnen betrekken om projecten uit te werken. De stuurgroep heeft kennis genomen van het rapport. De werkgroep zou opnieuw worden geactiveerd om beide pistes verder te bekijken. Het voorstel van de gestructureerde, gesubsidieerde aanpak zou minder haalbaar zijn, omdat er vooral in menskracht moet worden geïnvesteerd.
Oproep tot de Vlaamse overheid Eerder dan her en der (makkelijk) financierbare projecten op te zetten, pleiten de provincies voor een gestructureerde aanpak met correcte inzet van mensen en middelen als de meest aangewezen weg om interbestuurlijk de geo-component te introduceren en te onderhouden. De provincies wensen hierin een belangrijke rol te spelen door de grote afstand tussen de hogere overheden en de lokale besturen te overbruggen. Dit veronderstelt een open dialoog waarbij wordt uitgegaan van wat bij de gemeenten en provincies leeft. Een aanpak gericht op efficiëntie en een kwaliteitsvolle output staan daarbij voorop.
Sectordossier GIS
9
Bijlagen Bijlage 1: Samenstelling beleidscommissie GIS Provincie Antwerpen De heer Marc WELLENS Gedeputeerde Provinciehuis Kon. Elisabethlei 22 2018 Antwerpen
Provincie Limburg De heer Gilbert VAN BAELEN Gedeputeerde Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt
Provincie Oost-Vlaanderen De heer Alexander VERCAMER Gedeputeerde Provinciehuis Gouvernementstraat 1 9000 Gent
Provincie Vlaams-Brabant Mevrouw Karin JIROFLEE Gedeputeerde Provinciehuis Provincieplein 1 3010 Leuven
Provincie West-Vlaanderen De heer Dirk DE FAUW Gedeputeerde Provinciehuis Boeverbos Kon. Leopold III-laan 41 8200 Sint-Andries
[email protected] T +32 3 240 52 48 (49) F +32 3 240 52 75
[email protected] T +32 11 23 70 56 F +32 11 23 70 59
[email protected] T +32 9 267 81 28 F +32 9 267 82 95
[email protected] T +32 16 26 70 29 F +32 16 26 70 28
[email protected] T +32 50 40 31 61 F +32 50 40 73 02
Sectordossier GIS
10
Bijlage 2: Samenstelling van de ambtelijke adviescommissie GIS Provincie Antwerpen De heer Michel VAN DEN BOSSCHE Diensthoofd Applicaties en GIS Provinciehuis Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen
[email protected] T +32 3 240 52 08 F +32 3 240 52 73
Mevrouw Melanie VEECK GIS-beleidsmedewerker Provinciehuis Koningin Elisabethlei 22 2810 Antwerpen
[email protected] T +32 3 240 52 67 F +32 3 240 52 73
Provincie Limburg De heer Jean-Pierre VANBRABANT Ingenieur-dienstchef informatica Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt
[email protected] T +32 11 23 77 20 F +32 11 23 77 10
De heer Johan ACKX GIS-coördinator Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt
[email protected] T +32 11 23 77 58 F +32 11 23 77 10
Provincie Oost-Vlaanderen De heer Hendrik CLAEYS Informaticus A - GIS-coördinator Provinciehuis Gouvernemenstraat 1 9000 Gent
[email protected] T +32 9 267 77 47 F +32 9 267 82 77
De heer Edwin VERSPURTEN GIS-coördinator Provinciaal Administratief Centrum ‘Het Zuid’ Woodrow Wilsonplein 2 9000 Gent
[email protected] T +32 9 267 77 48 F +32 9 267 83 78
Provincie Vlaams-Brabant Mevrouw Els DENS GIS-projectbegeleider Provinciehuis Provincieplein 1 3010 Leuven
[email protected] T +32 16 26 79 18 F +32 16 26 79 08
Sectordossier GIS
11
Mevrouw Ireen LIBRECHT GIS-projectbegeleider Provinciehuis Provincieplein 1 3010 Leuven
[email protected] T +32 16 26 79 34 F +32 16 26 79 08
Provincie West-Vlaanderen De heer Hans VAN DEN HEEDE GIS-coördinator Provinciehuis Abdijbeke Abdijbekestraat 9 8200 Sint-Andries
[email protected] T +32 50 40 34 84 F +32 50 40 71 00
Bijlage 3: Contactpersoon VVP De heer Peter GORLE Stafmedewerker GIS Vereniging van de Vlaamse Provincies Boudewijnlaan 20/21 1000 Brussel
[email protected] T +32 2 508 13 27 F +32 2 502 46 80
Sectordossier GIS
12