Bonnefanten Hedge House Foundation
25 04 2013 – 14 07 2013
Far from the Madding Crowd is een tentoonstelling over de paradoxale momenten van isolement en uitsluiting te midden van de menigte. Zo ver beelden verschillende kunstwerken in de tentoon stelling situaties van zelfgekozen of gedwongen afzondering van het individu ten opzichte van het collectief. Daarnaast zijn er werken die zich laten opvatten als middelen of mogelijkheden om die afzondering te bewerkstelligen, vehikels en strategieën om te ontsnappen aan de werkelijk heid. Teruggeworpen op zichzelf probeert de mens zijn positie te bepalen, vluchtend in een droom of in een fantasiewereld, in een virtuele realiteit, in een ander tijd-ruimte perspectief, of autistisch teruggetrokken in zijn eigen wereld. De toeschouwer ziet zichzelf daarbij het ene moment gemanoeuvreerd in de positie van voyeur, om er het volgende moment achter te komen dat hij of zij zelf onderdeel geworden is van het kunstwerk. Het Hedge House als buiten plaats, ver weg van de drukte van het dagelijks leven, wordt zo in het licht van het tentoonstel lingsconcept een metaforisch toevluchtsoord.
Marlene Dumas (Kaapstad, Zuid Afrika, 1953) Het werk van Marlene Dumas gaat over voyeu risme, over de interpretatie van beelden en over het verzet tegen passief wachten op de betekenis die men als een etiket op je plakt. In het schilderij Snowwhite in the wrong story (1988) is Sneeuwwitje geen onschuldig meisje. Ze is een naakte vrouw die opgebaard ligt. Alleen heeft ze haar gezicht naar de kijker gedraaid en kijkt ze je aan. Of kijkt ze naar de dwerg die naast haar staat en naar haar blote lichaam gluurt? In een documentaire zei Dumas over de dwergen dat ze metaforen zijn voor de kunstverzamelaars, museumdirecteuren en critici die zich haar werk toeëigenen. De mo dellen ontbloten zich voor de kunstenaar en de kunstenaar ontbloot zich weer voor het voyeu ristische publiek dat zich een beeld van zijn werk vormt.
Thierry De Cordier (Oudenaarde, België 1954) Het werk Black Walking Trapezium ontstond in 1984 en kwam niet lang daarna terecht in de collectie van de Belgische verzamelaars Wilfried & Yannicke Cooreman. De kunstenaar was echter nooit tevreden geweest met het resultaat en daarom vroeg hij in 2001 het werk terug in zijn atelier om het te kunnen aanpassen. Bij die gele genheid heeft hij de oude bedsponde die als basis van het werk dienst deed vervangen door een oud paar van zijn schoenen. De romantische outsider positie die De Cordier met zijn oeuvre inneemt wordt perfect geïllustreerd door de uitspraak ‘Je n’ai absolument rien à voir avec le xxe siècle’, die te vinden is op een van zijn sculpturen uit dezelfde periode.
3
Michel Huisman (Heerlen, Nederland, 1957) Michel Huisman is een beeldend kunstenaar, uitvinder en architect die zich zelf het liefst morpholoog noemt. Het werk dat hier getoond wordt is Object nummer 47 (Hoofd van een vogel) uit 1991. Deze vogelkop kan dienst doen als een masker waarmee men tijdelijk een andere, virtuele realiteit kan ervaren. Niet zichtbaar vanaf de buitenkant bevindt zich hierin een diorama dat zichtbaar wordt voor wie dit werk op zijn hoofd plaatst. Een driedimensionaal bosgezicht is geschil derd op elf achter elkaar geplaatste glazen platen en de lichtdoorlatende buitenwand. Vanuit een ingebouwde geluidsbron klinken vogelgeluiden. Dit ‘bos’ is hermetisch van de buitenwereld afge sloten. De adem van de toeschouwer wordt door een buizenstelsel afgevoerd. Het werk is uiterst fragiel en wij verzoeken u dan ook nadrukkelijk om het niet aan te raken.
4
Jennifer Allora & Guillermo Calzadilla (Philadelphia, Verenigde Staten, 1974) & (Havana, Cuba, 1971) In de film Amphibious (Login-Logout) uit 2005 van het kunstenaarsduo Jennifer Allora en Guillermo Calzadilla bekijken we de wereld vanuit het per spectief van twee schildpadden die op een boom stam de rivier afdrijven ergens in de Pearl River Delta in het zuiden van China. Het landschap is daar onder invloed van de explosieve econo mische groei in de afgelopen decennia in hoog tempo veranderd. Het is fascinerend om te zien hoe de twee amfibieën hun nek uitrekken om alles te bekijken en het kost weinig moeite om je als toeschouwer te verplaatsen in de verbaasde blik waarmee ze het gestaag voorbijtrekkende land schap aanschouwen. En passant krijgen we vragen aangereikt over natuur en industrie, over ecologie, over (pre)historie en actualiteit.
Helen Verhoeven (Leiden, Nederland, 1974) Het monumentale schilderij Thingly Character viii (2012) is de apotheose van een reeks werken waaraan Helen Verhoeven in de periode 20102012 gewerkt heeft. De afgebeelde archi tectuurfragmenten lijken te zijn ontleend aan de wereld van de kerkgebouwen, regeringsgebouwen, ballrooms, theaters, catacomben en paleizen. Op een meer abstract niveau veroorzaken de zuilen, lichtsluizen en figuren die er te zien zijn een pulse rend ritme. Alles is zo georganiseerd dat het oog van de kijker voortdurend in beweging blijft, van boven naar onder, van links naar rechts, van voor naar achter. Vanwege het grote formaat van het doek moet de toeschouwer zich zelfs verplaatsen om het complete beeld te kunnen ervaren, waar door het werk een soort choreografie wordt. Het is alsof je naar een podium kijkt, misschien zelfs alsof je zelf op een podium staat en naar het publiek kijkt. Het doek wordt een andere realiteit waarin je als toeschouwer even kunt verdwijnen, een theater waarin alles wat je weet ten tonele gevoerd wordt, maar dan niet zoals in een toneel stuk – of in het echte leven – in een opeenvolging van gebeurtenissen, maar veeleer simultaan, als één grote, gelijktijdige samensmelting van ons gedrag, onze geschiedenis, onszelf.
Over de sculpturen De Thingly Character sculpturen zijn figuratieve sculpturen op sokkels die gebaseerd zijn op de personages uit het grote schilderij Thingly Character viii . Ze zijn niet exact identiek aan die in het schilderij, maar veeleer variaties op hetzelfde thema: alsof het stuk voor stuk versies zijn van bepaalde heiligenbeelden, waarvan nog talloze andere versies kunnen bestaan. Als sculptuur krijgen ze opeens de ‘lead’, worden ze ‘geëerd’, maar doordat ze uit de dramatische context van het geheel gehaald zijn, krijgen ze ook iets onhandigs, onnozels. De grove stijl waarin ze zijn vormgegeven is quasinaïef en bijna komisch. Ze zijn overduidelijk speels van vorm en hun lowtech materialiteit van gips en papier maché geeft de sculpturen een lichtvoetig karakter.
5
Rik Meijers (Rotterdam, Nederland, 1963) De tekeningen die hier getoond worden maken deel uit van een serie getiteld Van de plaats die de wereld is uit 2001. Zowel uit de keuze van zijn onderwerpen als uit zijn bijzondere materiaal gebruik en vormentaal blijkt Meijers’ diepgaande fascinatie voor outsider-fenomenen. De hier afgebeelde personages roepen associaties op met randfiguren en ‘verworpenen’; mensen die zich vrijwillig of gedwongen bewegen in de marges van de samenleving, zoals de vrouw in de video Far from the Madding Crowd van Dan Asher, die even verderop in de tentoonstelling te zien is. Wie echter langer kijkt naar de dronkaards, dak lozen, goeroe’s en mystieke figuren die Meijers’ kunstwerken bevolken, zal zich op enig moment realiseren dat hun positie ook een benijdens waardig niveau van vrijheid representeert.
6
Lucy Wood (Londen, Groot-Brittannië, 1983) Na ruim een jaar onderhandelen met de Italiaanse autoriteiten is Lucy Wood erin geslaagd een boot te bemachtigen die gebruikt werd voor de overtocht van Libiërs naar Italië tijdens de Libi sche revolutie van 2011. Het eiland Lampedusa was hierbij het toevluchtsoord voor de NoordAfrikaanse vluchtelingen, die Italië zagen als een poort naar het Europese continent. Om het debat aan te gaan over migratie en vluch telingen en de erbarmelijke omstandigheden van de vluchtelingen aan het licht te stellen, zal Wood in mei van dit jaar de negen meter lange boot alleen overzeilen van Lampedusa naar Londen met stoppen in Malta, Sicilië, Napels, Rome, Genua, Monaco, Marseille, Arles, Avignon, Parijs, Brussel en Amsterdam. Lokale culturele instituten en kun stenaars zijn door haar uitgenodigd deel te nemen aan gesprekken en events die zij organiseert op haar aanlegplaatsen. The Medusa Never Changes is een sculptuur die deze performance reflecteert. De schilderijtjes zijn van namen van boten waar vluchtelingen de overtocht mee gemaakt hebben.
Wilfredo Prieto (Sancti Spiritus, Cuba, 1978) Prieto maakt ingrepen in de openbare ruimte met een sterk efemeer karakter. Hij snijdt grote sociaal-politieke onderwerpen aan, maar doet dat op een indirecte, poëtische manier. Biblioteca Blanca is een complete bibliotheek bestaande uit 6.000 boeken gestript van hun inhoud. Lege pagina’s lege kaften. Maar ieder boek heeft een eigen identiteit doordat het anders van formaat is, een andere binding heeft of zelfs een andere papiersoort. Zijn werken zijn een commentaar op de globalisering en de daardoor toenemende culturele uniformiteit.
Dan Asher (Ohio, Verenigde Staten, 1947 – New York, Verenigde Staten, 2010) Ashers werk is zeer veelzijdig: schilderijen, tekeningen, sculpturen, fotografie of video. Zijn oeuvre wordt gekenmerkt door een eigenzinnige manier van kijken. Far from the Madding Crowd is een video die inzoomt op een vrouw die midden in de drukte van de stad totaal opgaat in het bestuderen van de rekbaarheid en textuur van een plastic tasje. Als kijker ga je mee in haar sculpturaal onderzoek. Tevens laat de video twee werelden zien in de stad die tegelijkertijd plaats vinden maar zowel in tijd als ruimte volledig van elkaar afgesneden zijn.
7
Sidi El Karchi (Sittard, Nederland, 1975) Individualisation (2011) is een gemengde techniek van potlood en verf op papier. Hoewel het hier op het eerste gezicht lijkt te gaan om een realistisch portret van een jonge vader met zijn zoon, heeft de kunstenaar hier allesbehalve een realistische voorstelling neergezet. Op basis van een heden daagse foto en een foto uit zijn kindertijd creëerde El Karchi een dubbel zelfportret, van zichzelf als jongetje van vier die door zijn volwassen zesen dertigjarige ‘ik’ bij de hand genomen wordt. Zo zijn we getuige van een duizelingwekkende tijdruimte omkering die alleen in de kunst mogelijk lijkt te zijn. De verbeelding van het opgroeien in de zin van ‘individualisatie’ komt onder meer tot uitdrukking in de wijze waarop de ruitjes-shirts van het kind en de jongeman slechts gedeeltelijk zijn ‘ingevuld’.
8
Barry McGee (San Francisco, Verenigde Staten, 1966) Barry McGee is een beeldend kunstenaar die zich behalve als insider in het officiële museumcircuit, ook als outsider c.q. graffiti-kunstenaar manifes teert op straat. Daarbij bedient hij zich graag van allerlei pseudoniemen, waaronder Ray Fong, Lydia Fong, Bernon Vernon, P.Kin, Ray Virgil en Twist. De balpentekeningen uit 2005 lijken hun oorsprong te vinden in typische doodles, de krabbels die men wel eens achteloos maakt tijdens een vergadering of telefoongesprek. Tesamen vormen zij een clus ter van portretjes van mannen met baarden die ons verdwaasd aanstaren. De desolate blikken en de wallen rond de ogen triggeren associaties met outsiders en randfiguren in de marge van de samenleving. De dakpansgewijze montage aan de wand versterkt het gevoel dat deze personages in een heel eigen wereld vertoeven.
Johan Tahon (Menen, België, 1965) In de verstilde, ingetogen kunstwerken van Johan Tahon is de mens een onvolmaakt wezen, zoekend naar een zelf en plaats om te kunnen ‘zijn’. Tahons figuren zijn alles behalve onge schonden. Door onnatuurlijke verlengingen, uitstulpingen en zwellingen, door lichaamsdelen weg te laten of toe te voegen of door vreemde elementen met het lichaam te versmelten doet hij de menselijke anatomie geweld aan. De ver vormde figuren bezitten een sterke expressie en extreme kwetsbaarheid. Zijn werken borduren voort op eeuwenoude tradities en lijken soms dicht bij de totems van ‘primitieve’ culturen te staan. De hier geëxposeerde geglazuurde kera mische portretkop lijkt de mens te verbeelden in een toestand van verstilde introspectie: het kunstwerk als representatie van een existentiële ervaring.
Suchan Kinoshita (Tokio, Japan, 1960) Voor de Japans-Duitse Suchan Kinoshita vormt het publiek een wezenlijk onderdeel van haar installaties. Vaak verlangt zij actieve deelname van de beschouwer. Dit geldt ook voor Hok 1 (1996). Het is de bedoeling dat men zich even terugtrekt in deze ‘tijdcapsule’ en de deur sluit. Er bestaat niet één standaardtijd in dit huisje. De hand geblazen, glazen zandlopers zijn elk met een andere substantie gevuld (o.a. honing, inkt en shampoo), waardoor ze verschillende doorloopsnelheden hebben. Door de jaren heen zijn al enkele exem plaren gesneuveld, want men dient de zandlopers om te draaien. Soms moeten de vloeistoffen eerst even opgewarmd worden met de handen voordat ze gaan stromen. Kinoshita, die behalve de Jan van Eyck Academie in Maastricht ook een muziek- en theateropleiding in Keulen volgde, beweegt zich graag op het snijvlak van theater en beeldende kunst. Vrijwel al haar werken spelen zich af in zowel de ruimte als de tijd, omdat zij veel gebruik maakt van beweging en (veranderings) processen.
9
Job Koelewijn (Spakenburg, Nederland, 1962) Het oeuvre van Koelewijn is gebaseerd op de totale vrijheid en onbegrensdheid van ideeën. Als kunstenaar wil hij iets zeggen over de men selijke positie. In een interview voor Kunstbeeld zei hij eens: ‘Als ik overmoedig ben, kijk ik naar Charlie Chaplin en Buster Keaton. Wat zij doen is de werkelijkheid écht begrijpen. Ze maken er melodrama en komedie van en door onder andere humor te gebruiken transformeren ze de werkelijkheid. Die lichtheid is belangrijk in mijn werk, anders zou je nooit zware, serieuze onder werpen kunnen begrijpen. Ik ben zo ambitieus, ik wil de werkelijkheid transcenderen. Dat woord lijkt helemaal geen rol te spelen in de samenleving. Ik heb dus nog veel werk te doen.’
Erwin Wurm (Bruck an der Mur, Oostenrijk, 1954) Maatschappelijke thema’s en existentiële vraag stukken hoeven wat Erwin Wurm betreft in de kunst niet altijd bloedserieus behandeld te worden. Ironie en humor kunnen juist helpen om de complexiteit van het bestaan met een wat lichtere mindset tegemoet te treden. In een lange reeks van ‘one minute sculptures’ onderzoekt Wurm sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw op humoristische wijze de mogelijkheden om alledaagse situaties en voorwerpen te mobiliseren voor artistieke interventies. De registratie van zo’n interventie is Outdoor sculpture Taipei uit 2002/2003, waarop we twee meiden in een drukke straat een kunstje zien uithalen met een aantal sinaasappelen. Gepositioneerd op de wand recht tegenover Dan Ashers video vormt dit werk een hoopgevend beeldend contrapunt als het gaat over de condition humaine.
Bonnefanten Hedge House Far from the Madding Crowd Curators Stijn Huijts & Zsa-Zsa Eyck Tekst Stijn Huijts & Zsa-Zsa Eyck Foto Peter Cox, Gert-Jan van Rooij, Museum Het Domein Vormgeving Buro Marcel van der Heyden Het Bonnefantenmuseum ontvangt structurele subsidie van de Provincie Limburg en structurele projectgebonden subsidie van de Gemeente Maastricht Sponsor: dsm Het Bonnefantenmuseum is beneficiant van de BankGiro Loterij
Praktische informatie Adres Kasteel Wijlreweg 1 nl-6321 pp Wijlre ingang aan de zijkant t +31 43 450 26 16
[email protected] www.hedgehouse.eu Openingstijden do t/m zo 11-17 uur (en op afspraak) Toegang: ™ 9,50 Studenten : ™ 5,00 Kinderen tot 12 jaar: gratis www.bonnefanten.nl
10