BIND middel Personeelsblad Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel
Jaargang 1 #3, oktober2013
Vergader tijger Overleg en samenwerking
www.ooada.nl
VERtekenen
VERleiden
Samenwerken = verder willen komen Bij ‘overleg & samenwerking’ denken we niet ‘ja dat moesten we BINDmiddel is het personeelsblad van Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel jaargang 1 #3, oktober 2013
ook maar eens doen dan’. Het is zo lachwekkend vanzelfsprekend
De redactie
ouders en met allerlei deskundigen en instanties. Bij die vorm van
dat je dat doet binnen het onderwijs. We zien dat we enorm veel samenwerken binnen de 21 scholen en tussen de scholen en met samenwerking komen mensen bijeen om acties uitgevoerd te
Inhoud
vergadertijgers
Maaike Sluijter Intern begeleider en lid van het managementteam van De Springstok
krijgen, het eens te worden, dingen erdoor krijgen, de lieve vrede
Ronald Blikman Schoolleider van de Merkelbachschool
besluitvormingsprocedures of om een zorgvuldig besluit nemen.
Annemarie Jongkoen Schoolleider van De Witte Olifant
Overleg en samenwerking
2 VERtekenen
3 VERleiden
4 VERgezicht
6 VERdiepen
Cartoon
Voorwoord
Inhoud
Colofon
‘Vergaderen is een nationale cultuur’ Interview met Wilbert van Vree
Samenwerken ligt toch voor de hand?
te bewaren, de neuzen dezelfde kant op te krijgen, dingen af te stemmen, een agenda te doorlopen, iedereen mee te nemen in
De vraag is dus niet of we genoeg samenwerken. Het gaat er meer om wat onze overtuiging zou moeten zijn die ligt onder de manier van samenwerken. Volgens ons is dat de overtuiging
Marianne Rozendaal Leerkracht en taalspecialist op De Kleine Reus
dat samenwerken gericht moet zijn op leren en van elkaar leren,
Tima Baar Personeelsadviseur OOadA
voedingsbodem voor meer dan goed onderwijs.
Taco Stroo Algemeen beleidsmedewerker OOadA
omdat het betekent dat je vooruit wilt komen. Die houding is de
Als leren echt de basis is voor samenwerking, gaan andere begrippen domineren: multidisciplinair advies, collegiale consultatie, co-teaching, oplossingsgerichte overleggen,
2
8 VERrassen
9 VERdelen
Ontwerp Lilian de Jong Toewan Grafische Communicatie
opleiden in de school, intervisie, ouders als educatieve partners,
Klasse
OOadA-netwerken met en van elkaar leren
Fotografie Rob Wolthuis Bovenschools ICT-coördinator OOadA
verbetertrajecten. Samenwerken is niet meer alleen gericht op het
12 VERbreden
14 VERspreken
Beginnen bij het waarom
Column Krijgen ze hun zin niet, dan wordt het oorlog
15 VERwerken
16 VERbeelden
16 VERvolg
Peter Bovelander Dam tot Damloop Eindejaarsgeschenk
14e Montessorischool De Jordaan
Thema volgende uitgave
Eindredactie
Taco Stroo
Druk
Raddraaier BV
lerende netwerken, gluren bij de buren, critical friends, audits, realiseren van doelen en het oplossen van problemen, maar ook op een duurzame uitbreiding van kennis en expertise. Tevreden zien we dat deze overtuiging binnen de stichting terrein wint. Het wordt er allemaal wat sprankelender van. Voor u ligt het derde nummer van Bindmiddel. In deze editie wordt de inspirerende kant van samenwerking en overleg belicht. Hopelijk versterkt het de
Bindmiddel is gedrukt op papier afkomstig uit verantwoord beheerde bossen
gedachte dat samenwerken
Houd jij van schrijven en wil je graag meewerken aan BINDMIDDEL, stuur dan een mail naar
[email protected] of bel: 020 5776044 / 0641487673
vooruit willen komen. Veel
Zie voor een digitale versie van het blad: www.openbaaronderwijsaandeamstel.nl
Marilene Streefland en
gaat om van elkaar leren en leesplezier. Het college van bestuur, Herbert de Bruijne 3
VERgezicht
Wat zijn valkuilen in vergaderingen? ‘Toen het vergaderen binnen werkverband ontstond, kende iedereen eigenlijk maar één model: zoals de politiek vergadert, op een democratische manier. Iedereen beslist mee. Maar deze vorm is niet geschikt voor organisaties, omdat er hiërarchie bestaat en gedeelde verantwoordelijkheden. Als je toch op democratische wijze probeert te vergaderen, ontstaat er snel frustratie. Andere valkuilen zijn een slechte voorbereiding en eindeloze rondvragen.’
Vergaderdeskundige Wilbert van Vree
‘Vergaderen is een nationale cultuur’ Vergaderen is een belangrijk onderdeel in het onderwijs, maar ook in de gehele Nederlandse cultuur. Vergaderdeskundige Wilbert van Vree (61 jaar) vertelt. ‘Op veel scholen wordt nog overlegd zoals dat vroeger ging in de ‘algemene lerarenvergadering’, waarin iedereen meebeslist over alles.’
Hoe bent u vergaderdeskundige geworden? ‘In 1994 heb ik een proefschrift over vergaderen door de eeuwen heen geschreven. Veel mensen zitten een groot deel van de dag te vergaderen. Ik was benieuwd of dit altijd zo was geweest en waar vergaderen vandaan komt. Mijn proefschrift was eigenlijk het begin. Later ben ik me op praktisch niveau met vergaderen gaan bezig houden. Ik werd bijvoorbeeld door organisaties gevraagd om workshops te geven. Vergaderingen worden vaak saai gevonden, hoe is dat te verbeteren? Die vraag werd steeds vaker aan mij gesteld, daar ben ik mee aan de slag gegaan.’ Wat is de achtergrond van vergaderen? ‘Eigenlijk bestaan er twee soorten vergaderingen. Ten eerste de politieke vergadering, zoals die in het parlement of de gemeenteraad wordt gehouden. En ten tweede is er de vergadering in werkverband. Deze laatste soort is nog niet zo 4
Het poldermodel komt in de praktijk neer op vergaderen oud en bestaat pas sinds de jaren ’70. Voor die tijd vergaderden alleen de directies van bedrijven met elkaar, maar vanaf de jaren ’70 ontstonden de ondernemingsraden en kwam er op elke afdeling werkoverleg. Deze werkoverleggen voorzagen in een behoefte. Het werk was ingewikkelder geworden, er moest rekening met elkaar worden gehouden. Ook waren mensen steeds mondiger geworden. Ze wilden van zich laten horen tijdens vergaderingen.’
Spreek 5 vuistregels af
Hoe ziet dan een ideale vergadering eruit? ‘In een ideale vergadering zijn de verantwoordelijkheden verdeeld en heeft iedereen een taak. De voorzitter houdt tijdens het overleg vooral het vergaderproces en de participatie in de gaten. De inhoud heeft hij of zij zoveel mogelijk gedelegeerd. De deelnemers zijn dus de eigenaren van de agendapunten. Verder is de vergadering goed voorbereid. Dit betekent dat alle deelnemers van te voren weten wat hun taak is. Op de agenda staan niet alleen de onderwerpen, maar ook wat er verwacht wordt van de deelnemers en wat het doel van de onderwerpen is. Zo kan iedereen zich voorbereiden. Ten slotte is de tijd van belang. Blijf ‘to the point’ en zorg dat mensen betrokken zijn en zich serieus genomen voelen.’ Hoe kan een foute vergadercultuur doorbroken worden? ‘Dat is lastig. Een hele organisatie moet veranderen. De eerste stap om een vergadercultuur te doorbreken is door met elkaar spelregels af te spreken. Dat kunnen 5 vuistregels zijn, zoals ‘geen mobiele telefoons tijdens de vergadering’ of ‘de vergadering begint als de agenda verstuurd is’. Het is belangrijk om met elkaar stil te staan bij: hoe zouden we het willen? En elkaar erop aan te spreken als het niet goed gaat.’
Hoe kijkt u tegen de vergaderen in het onderwijs aan? ‘Op veel scholen wordt nog overlegd zoals het vroeger ging in de ‘algemene lerarenvergadering’, waarin iedereen meebeslist over alles. Taken en bevoegdheden verdelen wordt in het onderwijs moeilijk gevonden. Moeilijker dan in bijvoorbeeld de bouw, waar altijd al een sterkere hiërarchie heerste. Wat een voordeel is in het onderwijs: leerkrachten weten hoe ze een klas 50 minuten bezig kunnen houden, met verschillende werkvormen, het stellen van vragen en actieve deelname. Zo kun je natuurlijk ook een vergadering organiseren.’
Zijn er verschillen per land wat betreft de vergadercultuur? ‘Ja, de verschillen per land zijn groot. Frankrijk bijvoorbeeld is hiërarchisch georganiseerd. De baas beslist daar in de vergadering. De Duitse vergadercultuur lijkt meer op de onze, alleen gaan vergaderingen daar formeler. Duitsers zijn ook minder direct dan Nederlanders. In ons land wordt bovendien meer vergaderd dan in andere landen. Het is een soort nationale cultuur. Het poldermodel komt in de praktijk neer op vergaderen.’ door Maaike Sluijter
Vergaderwijzer
Op de website www.vergaderwijzer.nl, is onder andere informatie te vinden over de workshops en coaching die Wilbert van Vree kan geven op het gebied van vergaderen. Ook is daar het boekje ‘Van Vree’s Vergaderwijzer’ te bestellen, met tips en oplossingen om een vergadering te verbeteren. Voor verdere vragen en informatie:
[email protected] of 020 – 412 04 77. 5
Samenwerken ligt toch voor de hand?
Samenwerken is samen leren en samen verder komen
VERdiepen
Samenwerken, dat doe je gewoon, daar is toch niets bijzonders aan? Dat ligt toch voor de hand? Niets is minder waar, in de organisatieadviesbranche verdienen ze een dik belegde boterham met het organiseren van teambuildingsdagen voor bedrijven om zo het gemeenschappelijk belang en uiteindelijk het bedrijfsbelang te behalen. Tevens is er een onuitputtelijk stroom van literatuur te vinden die allemaal het belang van samenwerken benadrukt en, jawel, weer een nieuwe route om daar te komen.
Maar hoe kijkt OOadA aan tegen samenwerking? In de strategische beleidsplannen staat de visie van OOadA op samenwerken beschreven. Het viel mij op dat deze visie zich met name richt op de externe samenwerkingspartners. Zo participeren wij als stichting in de Federatie Openbaar Primair Onderwijs Amsterdam. De leden van de federatie ontwikkelen op een aantal terreinen gezamenlijk beleid voor alle openbare basisscholen in Amsterdam. Enkele voorbeelden van deze samenwerking zijn de kweekvijvers voor nieuwe directeuren en IB’ers, een vervangingspool van Bureau Inzet en het gezamenlijke functiebouwwerk. In het op te stellen derde strategische beleidsplan (20152019) zal samenwerken binnen OOadA wat mij betreft als visie worden opgenomen en uitgewerkt. Hoewel er dus (nog) geen visie is neergelegd op onze interne samenwerking zijn we op alle fronten aan het samenwerken. Aan alles merk je dat OOadA waarde hecht aan een laagdrempelige organisatie die gericht is op samenwerken en samen leren, samen verder komen. Het IB-netwerk van OOadA is een mooi voorbeeld daarvan. Binnen OOadA is al snel na de oprichting besloten dat er een IB-netwerk moest komen. Het IB-netwerk wil vooral een lerend netwerk zijn gericht op uitwisseling, van elkaar leren en toewerken naar een eenduidige werkwijze. Daarnaast profileert het netwerk zich als klankbord voor het bestuur. In de praktijk blijkt
van doorvlooien van notulen ... 6
dat het IB-netwerk zijn vruchten afwerpt. De IB-ers zijn enthousiast over hun eigen platform en de mogelijkheden die het hen biedt om samen op te trekken, bij elkaar te rade kunnen gaan en om samen te werken aan de verdere professionalisering van de IB-werkzaamheden.
Ook in scholen is een verschuiving te zien van ouderwetse overleggen met het doorvlooien van notulen, een batterij mededelingen en wat zaken waarover besloten moet worden naar meer sprankelende bijeenkomsten met intervisie, collegiale consultatie en oplossingsgerichte werkvormen.
Dat wij geloven in samen leren blijkt niet alleen uit top down initiatieven; ook de mensen die zelf lesgeven en dat combineren met managementtaken roeren zich. Dit schooljaar zijn MT-ers begonnen met het bouwen van een eigen netwerk. Anderen kwamen met het idee van een ‘onderwijscafé’ waar in een relaxte omgeving over het werk gepraat kan worden met collega’s van andere scholen.
Samen leren betekent ook werken aan saamhorigheid. Steeds meer scholen organiseren een tweedaagse voor het schoolteam. Zo’n tweedaagse kun je een beetje vergelijken met een teambuildingsevent. Dit zijn de momenten waarin je de rust hebt de onderlinge band te versterken en met elkaar koers en doelen te bepalen. Directeuren hebben die luxe al langer. Zij hebben eenmaal per jaar een tweedaagse waarin behalve de directeuren ook de algemene directie, de beleidsmedewerkers en personeelsadviseur participeren. Naast de good practise voorbeelden kom ik in mijn dagelijkse praktijk als personeelsadviseur ook de keerzijde tegen, het onvermogen van een teamlid (of meerdere leden) om samen te werken. Dit onvermogen vertaalt zich vaak in een verstoorde relatie met andere teamleden, de directeur maar ook met ouders. Op zo’n moment probeer je door de inzet van diverse instrumenten - denk hierbij aan coaching, begeleiding of scholing - dit onvermogen om te buigen. Gelukkig werpt deze inzet over het algemeen zijn vruchten af. In een uitzonderlijk geval lukt dat niet, dan is het tijd om afscheid van elkaar te nemen. door Tima Baar
Voor meer inspiratie over samenwerken ga naar YouTube, typ ‘samenwerken pinquins’. Duurt hooguit 31 seconden.
... naar sprankelende bijeenkomsten 7
VERrassen
OOadA-NETWERKEN met en van elkaar leren VERdelen
Ank Ninteman
IB-netwerk van OOadA
Wim van Beek
ICT-netwerkbijeenkomsten binnen OOadA
Sophie Hermanussen Thérèse Heine
Wijkgericht samenwerken Directie-netwerk binnen voor scholen binnen De Pijp OOadA
Overleggen, samenwerken en netwerken. Geen onbekende begrippen binnen OOadA. Hieronder vertellen vier medewerkers over hun ervaringen met netwerken binnen het bestuur. IB-netwerk van OOadA Ank Ninteman (57 jaar) is vijf dagen in de week intern begeleider op de Boekmanschool. Ze zit in het IB-netwerk van OOadA. Dit netwerk komt ongeveer zes keer per jaar bijeen op het bestuurskantoor. Ook worden er studiedagen georganiseerd voor de intern begeleiders.
ANK
‘Ik zit nu negen jaar in het IB-netwerk. Toen ik begon, was het netwerk nog veel kleinschaliger. Het bestuur was er nog niet en we waren met maar zeven scholen. Je kon toen praktisch aan de slag met elkaar. Dat is nu lastiger, omdat we met zoveel meer intern begeleiders zijn. En elke intern begeleider heeft eigen behoeftes. Het is moeilijk om daarop in te spelen, als je met zoveel mensen bent. Eigenlijk zou er een groepsplan moeten komen voor het IB-netwerk, waarin de behoeftes van de individuele intern begeleiders staan. Het is belangrijk dat er goed wordt geluisterd naar wat we willen binnen het netwerk. De huidige vorm van het IB-netwerk vind ik goed. We hebben een goede plek op het bestuurskantoor om samen te komen. Het is fijn dat het bestuur dit faciliteert.
KLASSE Kleuters Joris en Sybreg zijn in goed overleg over het logo en de naam van hun spelhoek in het kader van het thema dieren. Eerst bestuderen ze logo’s van bestaande dierenparken. Na een halve minuut is er een logo: ze zijn uitvergaderd en allebei tevreden. Het logo wordt een mix van wat zij beiden mooi vinden. Kwam iedereen maar zo snel tot een beslissing! Als ze klaar zijn, komt leerkracht Wesna er even bij. Zij zorgt voor verdieping en vraagt stevig door, maar laat het werk aan de kinderen zelf over. In de tweede minuut is de naam Klassendierenpark geboren. Joris wijst ons fijntjes op de dubbele betekenis van het woord klasse. door Marianne Rozendaal 8
‘De meerwaarde van een netwerk vind ik het halen van informatie’
De meerwaarde van een netwerk vind ik het halen van informatie. Zo hadden we vorig jaar een informatieve bijeenkomst over de nieuwe meldcode kindermishandeling, die erg interessant was. Ook vind ik het belangrijk om praktisch aan de slag te aan, bijvoorbeeld met ontwikkelingsperspectieven. Een groot voordeel van het netwerk is dat je elkaar ontmoet en dat je ook buiten het netwerk om elkaar weet te vinden. Wij waren op school bijvoorbeeld op zoek naar een nieuwe spellingdidactiek en ik wist vanuit het IB-netwerk dat een andere school hier ervaring mee had. Het contact is dan zo gelegd. In de toekomst zou ik in het netwerk graag praten over passend onderwijs en de veranderingen die dit met zich meebrengt. Ook zou het fijn zijn als de discussie van de grond komt wat interne begeleiding nu is, een functie of een taak? Er wordt daar op scholen nog verschillend over gedacht.’ 9
ICT-netwerkbijeenkomsten binnen OOadA Wim van Beek (62 jaar) werkt fulltime op de 3e Daltonschool. Hij is leerkracht van groep 7 en is op de dinsdag ambulant als ICT-coördinator. Vorig schooljaar is er binnen OOadA een aantal ICT-netwerkbijeenkomsten georganiseerd.
WIM
21 scholen kan bijvoorbeeld centrale inkoop zijn waarbij hogere kortingen kunnen worden bedongen. De aanschaf van de digitale schoolborden was hier een voorbeeld van. Een meerwaarde van het ICT-netwerk kan ook zijn dat mensen elkaar kunnen wijzen op leuke aanbiedingen bij de aanschaf van computers waar je op in kunt stappen. Zo is er momenteel een flink aantal computers van het Grafisch Lyceum onderweg waar wij ook op ingetekend hebben. We begonnen hier op de 3e Dalton ooit met één á twee computers en hebben er ondertussen honderd. Maar uitbreiding blijft zeker nog interessant.’
‘samenwerking kan bijvoorbeeld centrale inkoop zijn met hoger BEDONGEN kortingen’
‘De studiedag was gericht op passend onderwijs en dan met name op leerlingen met speciale onderwijsbehoeftes. Eén van de doelen was dat we van elkaar te weten zouden komen welke expertise de verschillende scholen op dit gebied al hebben. Elke leerkracht mocht bijvoorbeeld een situatie benoemen waar hij of zij moeite mee had. De anderen konden dan adviezen geven. Ook hebben we gesprekken geoefend door middel van rollenspellen, zowel met leerlingen als met ouders.
SOPHIE
‘Ik ben vorig schooljaar twee keer op een ICTnetwerkbijeenkomst geweest. Niet vaker want deze bijeenkomsten worden op woensdagmiddag gehouden en dat tijdstip komt in mijn combi-baan als groepsleerkracht niet goed uit. Op een Daltonschool sluit je op woensdag de ene weektaak af en start je met de volgende. Dit betekent dat ik op woensdag altijd nog lang op school bezig ben. Voor OOadA ontstond, maakten wij onderdeel uit van het openbaar onderwijs Oud Zuid, bestaande uit acht scholen. In die periode was er één keer per vijf weken een ICT-coördinatorenbijeenkomst op de dinsdagmiddag. Het ging dan voornamelijk om technische zaken: hoe leg je het ICT-netwerk aan op school en hoe hou je het draaiende? Daarnaast werden ook ervaringen uitgewisseld over onderwijsinhoudelijke programma’s. Ik heb deze bijeenkomsten altijd als zeer nuttig ervaren. Binnen een ICT-netwerk zou het mooi zijn als je gebruik kunt maken van elkaars expertise. De verschillen tussen scholen zijn nog groot. Ervaren collega’s kunnen daarom andere voorlichten over allerlei zaken. Het voordeel van samenwerking tussen 10
‘Het is fijn om je te realiseren dat je niet de enige bent die tegen een situatie aanloopt’ Ik vond de studiedag leerzaam en leuk. We kregen een overvloed aan informatie, maar ik kon er toch dingen
Het is fijn om je te realiseren dat je niet de enige bent die tegen een situatie aanloopt. Collega’s van andere scholen komen dezelfde dingen tegen en je kunt elkaar daarin steunen. Wat ik ook handig vond, is dat we meteen succeservaringen konden uitwisselen. Je hoeft dan niet meer zelf het wiel uit te vinden. Tijdens de studiedag was er een leerkracht van een andere school die een goede weekplanner had gemaakt. Deze hebben we achteraf via de e-mail uitgewisseld. Het contact is nu ook makkelijker gelegd. Je weet waar de expertise ligt van de verschillende scholen en kunt bij elkaar om advies vragen. In de toekomst zou een vervolg binnen het wijkgericht werken fijn zijn en niet alleen op theoretisch, maar ook op praktisch niveau. Het lijkt me leuk om een bezoek aan elkaar te brengen, zodat je niet alleen elkaar, maar ook de dagelijkse praktijk op de scholen beter leert kennen.’
Directie-netwerk binnen OOadA Thérèse Heine (55 jaar) is directeur van de 12e Montessorischool De Stern. Het directie-netwerk wordt binnen OOadA in verschillende varianten vormgegeven. Ongeveer zeven keer per jaar zijn er directievergaderingen, er zijn studiedagen en er bestaan diverse werk- en intervisiegroepen. ‘Ik ben ruim zeven jaar directeur van De Stern. Zeven jaar geleden behoorde De Stern bij het openbaar onderwijs ZuiderAmstel, dat uit zeven scholen bestond. Momenteel tellen we 21 scholen, dus is het directienetwerk enorm uitgebreid. Toch is de samenwerking tussen directeuren hiermee niet onpersoonlijker geworden. Dat is bijzonder en komt mede door de aansturing van de algemene directie die zorgdraagt voor een bepaalde continuïteit in sfeer en inhoud. Op directievergaderingen bepaalt met name de algemene directie welke onderwerpen aan bod komen. Het is wel mogelijk zelf een punt te agenderen, maar ik heb daar eigenlijk nog nooit gebruik van gemaakt. Op directievergaderingen komt een aantal vaste dingen langs als financiën en het jaarverslag. Daarnaast zijn er ook gewoon organisatorische punten als bijvoorbeeld de plannen met huisvesting. Ik hecht groot belang aan de directiebijeenkomsten. Ik vind het belangrijk om elkaar weer te zien en wordt door de bijeenkomsten op de hoogte gehouden van wat er speelt en wat op dat moment belangrijk is. Nadeel is dat deze vergaderingen vrij lang duren - van 9 tot 12 uur - en ik daarna vaak nog een werkgroepoverleg heb waardoor ik wel heel erg lang van school weg ben. Dat vind ik soms vervelend.
Elke directeur zit in één of meerdere werkgroepen. Zelf zit ik in de werkgroep ‘kwaliteit’ en was aspirant-lid van de werkgroep ‘ICT’. Daarnaast bestaan er bijvoorbeeld werkgroepen op het gebied van personeel, passend onderwijs en financiën.
Thérèse
‘Het is in een netwerk belangrijk wie dit ‘aanzwengelt’, wie het bij elkaar houdt’
VERvolg VERdelen
Wijkgericht samenwerken voor scholen binnen De Pijp Sophie Hermanussen (25 jaar) is fulltime leerkracht van groep 8 op De Springstok. Ze heeft vorig schooljaar deelgenomen aan het wijkgericht samenwerken voor scholen binnen De Pijp. Er is drie keer een studiedag georganiseerd waarbij verschillende leerkrachten van de scholen in De Pijp bij elkaar kwamen.
uitpikken die ik meteen kon toepassen, zoals moeilijke gesprekken voeren met ouders.
Jaarlijks hebben we een directie-studietweedaagse. Ook is er standaard een studiedag aan het einde van het schooljaar. Daarnaast is er soms nog iets extra’s, dat hangt af van welke onderwerpen we ‘aan de kop hebben’. Bij de invoering van de kwaliteitsmeter WMK-PO wilden wij bijvoorbeeld aanvullende informatie en werd er een extra studieochtend georganiseerd waarin een externe specialist ons nader kwam voorlichten. Buiten de officiële overleggen is er ook geregeld contact tussen directeuren. De drempel om elkaar even te bellen of te mailen over welk onderwerp dan ook, is erg laag binnen OOadA. Er is altijd wel iemand die reageert en je voorziet van de benodigde informatie. Binnen OOadA is er mijns inziens voldoende ruimte voor netwerken. Het is in een netwerk echter ontzettend belangrijk wie dit ‘aanzwengelt’, wie het netwerk toch een beetje bij elkaar houdt. Er moet op een bepaalde manier, gezien of ongezien, iemand of een aantal mensen zijn die het warm houden, zo’n netwerk. Want als dit niet gebeurt, kan het als los zand uit elkaar vallen.’
door Maaike Sluijter en Ronald Blikman 11
Beginnen bij het waarom
VERbreden
Martin Luther King had het over ‘I have a dream’ en niet over ‘I have a plan’
Waarom leidt het ene overleg tot een succes en het andere niet? Volgens Simon Sinek, spreker op TED TALKS, gaan mensen ergens voor als je begint bij een overtuiging, als zij weten waarom er iets zou moeten gebeuren, als zij zich diep van binnen verbonden voelen met de overtuiging die leidt tot acties en plannen. Gouden Cirkel Model Het eenvoudige model dat Simon Sinek gebruikt, heet het Gouden Cirkel Model. In de binnenste cirkel van het model staat ‘waarom’, in de schil er omheen staat ‘hoe’ en in de buitenste schil staat VAN BUITEN NAAR BINNEN - Gangbaar
WAT HOE
WAAROM
‘wat’. Veel mensen weten wat ze doen, wat minder weten ook nog hoe ze het doen en slechts een minderheid weet waarom zij iets doen. Gangbaar, maar volgens Sinek minder succesvol is de benadering om in het Gouden Cirkel Model van buiten naar binnen te werken. Falende computerbedrijven bijvoorbeeld vertellen de klant wat zij verkopen en dat de apparaten makkelijk in het gebruik zijn en bijzonder vormgegeven zijn. Helaas
12
gaan mensen hiervoor niet in slaapzakken voor de deur liggen als een nieuw model uitkomt. Dan Apple. Apple werkt van binnen naar buiten. Apple heeft de overtuiging dat je continu het gangbare moet uitdagen, dat je anders VAN BINNEN NAAR BUITEN - Opmerkelijk
moet denken. Vanuit die overtuiging vindt Apple dat hun apparaten simpeler en gebruiksvriendelijker moeten kunnen zijn dan wat er op de markt is en dat de apparaten anders dan anders moeten zijn vormgegeven. Ze hebben verschillende apparaten ontwikkeld die hieraan voldoen. Gevolg: iPhones en Ipads zijn niet aan te slepen. Sinek ziet het bewijs voor zijn model ook terug in de opbouw van onze hersens. Het binnenste deel, de limbische hersens, gaat over gevoelens, overtuigingen en gedrag. Hier worden de beslissingen genomen. Het rationaliseren en verbaliseren van gedachtes en besluiten gebeurt niet in dit deel maar in de neocortex, de buitenste laag. Die laag gaat over wat en hoe. We kunnen mensen overladen met rationele informatie op wat en hoe-niveau, maar daarmee bereiken we minder goed het deel van de hersens waar de besluiten vallen. We kunnen beter direct het limbische deel aanspreken om echt iets te weeg te brengen.
Als eerste vliegen Het goed voorbeeld van het Gouden Cirkel Model is het eerste vliegtuig. Samuel P. Langley wilde als eerste vliegen en had alle voordelen om daarin te slagen: Veel geld, toegang tot een breed netwerk van experts en alle faciliteiten. Toch waren het de gebroeders Wright, arme fietsenmakers, die als eerste vlogen in Dayton Ohio. Langley werd gedreven door het wat: als eerste vliegen en rijk worden. De gebroeders Wright geloofden dat zij het verschil zouden maken voor de maatschappij. Zij werden geholpen door mensen die in hetzelfde geloofden en bereid waren zich daarom voor weinig geld in het zweet te werken. Langley werkte met mensen die voor het geld voor hem werkten en een drive misten.
niet om te luisteren naar iemand die hen zou vertellen wat er moest gebeuren en hoe. Zij kwamen voor iemand die vertelde waar hij in geloofde, waar hij van droomde. Hij had het over ‘I have a dream’ en niet over ‘I have a plan’. In onze onderwijspraktijk herkennen we wel de overleggen die vooral gaan over wat er moet gebeuren en hoe. Er moet een nieuwe leesmethode komen, want de huidige is verouderd. Er wordt gesproken over de voor- en nadelen van de methode, we kiezen er een en spreken af hoe we die nieuwe methode gaan invoeren. Dit soort overleggen zijn niet altijd even inspirerend en niet altijd wordt de nieuwe methode een succes. Volgens Sinek zouden deze overleggen moeten beginnen met de vraag waarom wij een bepaald soort leesonderwijs willen verzorgen. Welke overtuigingen delen we? Hoe willen wij die overtuigingen waarmaken? En ten slotte: welke methode past daarbij? Onze overleggen zullen inspirerender en succesvoller zijn als we beginnen bij het waarom. Probeer het eens uit. door Ronald Blikman De lezing van Simon Sinek vind je op youtube onder ‘How great leaders inspire action’.
I have a dream Een ander voorbeeld is Martin Luther King. Martin Luther King had geen social media om een grote menigte op de been te brengen voor zijn befaamde ‘I have a dream- speech’. En toch kwamen er 250.000 mensen van heinde en ver om naar hem luisteren. Deze mensen kwamen 13
Column
Peter Bovelander met pensioen
Voor het eindejaarsgeschenk 2013 zijn we op zoek naar:
Ik ben ouder. Mijn soortgenoten gedragen zich vaak geweldig. Onvermoeibaar worden luizen met chemische bestrijdingsmiddelen en fijne kammen bestreden. Ouders rennen de benen uit het lijf voor een spetterende intocht van Sinterklaas, compleet met parachutelanding en een heuse schimmel. Ik zie mails van de klassenouders dat het thema ‘ziekenhuis’ begint en of we onze oude spuiten willen inleveren om alles lekker betekenisvol te maken. Ouders kruipen tegen elkaar in de medezeggenschapsraden om heftig met de school mee te denken over onderwerpen als passend onderwijs en het feit dat ze de architect van het gebouw moeten opknopen. Ze leggen uit hoe spijkerpoepen gaat op de sportdag. Ze begeleiden een zwerm kleuters naar Artis en weer terug. Ze slikken hun tranen weg en gaan akkoord met een onderzoek van hun kind. Kortom, waar zouden we zijn zonder die betrokken handjes van mijn soortgenoten en hun begrip voor de school? Ik schaam me alleen de laatste tijd wel vaker voor enkele soortgenoten die zich gedragen alsof ze hormonaal in de war zijn, lijden aan een ernstige persoonlijkheidsstoornis, verschrikkelijk verwend zijn of op een andere manier mijlen ver van hun pad zijn geraakt. Dan kijk ik vol meelij naar de school die altijd maar professioneel moet blijven, terwijl ze het liefst deze gasten aan hun haren door het gebouw zouden willen sleuren om ze vervolgens het gebouw uit te trappen. Ik kijk ook vol meelij naar hun kinderen. Je zou maar zulke ouders hebben. Je herkent ze zo. Ze mopperen voortdurend op de school, ze vinden dat ze het veel beter weten dan de school en als ze hun zin niet krijgen dan vinden ze dat hun kind een groot onrecht wordt aangedaan. Ze zeggen met de school te willen samenwerken, maar het zijn gewoon de hoogopgeleide typetjes uit Koefnoen: ‘Ik eis dat de school doet wat ik wil’. Krijgen ze hun zin niet, dan wordt het oorlog. Helaas biedt ons polderland voor deze megalomane aandachttrekkers een ruim aanbod aan belangenorganisaties, colleges, geschillencommissies en andere loketten voor mensen die niet zonder strijd kunnen leven.
■
■
Vrijdag 27 september nam Peter Bovelander afscheid als algemeen directeur. Hij gaat met pensioen. Daarmee neemt OOadA afscheid van een zeer ervaren en bevlogen algemeen directeur. Peter Bovelander hield het graag simpel en zinvol. Hij wist als geen ander de kern van de zaak in elke bespreking eruit te halen en de lijn vast te houden. Onnavolgbaar waren ook zijn vergelijkingen om ingewikkelde zaken eenvoudig te kunnen uitleggen. Hij zal als voorzitter van het nieuwe samenwerkingsverband Amsterdam- Diemen zeker een belangrijke rol spelen bij uitwerking van de nieuwe wet op Passend Onderwijs in onze stad.
■
leuke quotes uit je eigen onderwijspraktijk (neutraal, positief en negatief) of Loesjeachtige spreuken tekeningetjes/krabbels of stripjes die jij gemaakt hebt en die met onderwijs te maken hebben tekeningen van kinderen (geen specifiek thema)
Kenmerkend voor zijn stijl van leidinggeven is zijn uitspraak: “Mensen vertellen hoe ze het moeten doen, is niet mijn stijl. Ik geef ze liever de ruimte om het op hun eigen manier aan te pakken.”
© Loesje
VERspreken
door Geert Jan de Breij, columnist
Wij danken Peter voor de manier waarop hij zijn rol als algemeen directeur invulde en wensen hem al het goeds voor de volgende fase in zijn leven. Het college van bestuur, Marilene Streefland en Herbert de Bruijne
Dam tot Dam loop 2013
Wij plaatsen zoveel mogelijk van jullie inzendingen in een verrassend eindejaarsgeschenk. Dit gaat anoniem. Tekeningen worden niet teruggestuurd. Hoe meer OOadA scholen en OOadA medewerkers een bijdrage leveren, hoe fraaier wij jouw eindejaarsgeschenk kunnen maken.
Wat een tijd gaat er in zitten. Ze zuigen het allemaal weg van de school. En mijn kind dan? Ik wil dat mijn kind naar een goede school gaat en voldoende aandacht krijgt. Maar van mensen in het onderwijs begrijp ik dat de school langzamerhand verandert in een soort servicebalie voor klachtenafhandeling. Ik raad de scholen als ouder dringend aan om deze types onmiddellijk voor de rechtbank te slepen met het verwijt dat ‘zij een onevenredig beslag leggen op tijd en overheidsgeld bestemd voor onderwijs en dat zij daarmee het recht van kinderen op goed onderwijs met voeten treden’. Op een dag weet je het, je wordt advocaat!
Dus doe mee! Mail je inzendingen vóór 5 november 2013 aan:
School verandert in een servicebalie voor klachtenafhandeling
[email protected] ovv eindejaarsgeschenk
Ook een team OOadA rende mee op zondag 22 september. Een succes, vonden de deelnemers van verschillende scholen en het bestuurskantoor. De snelste kievit was Adri Tap, alias de roadrunner. Verder hebben alle OOadA-ers ‘m uitgelopen en werd er links en rechts een persoonlijk record verbroken. Volgend jaar weer! 14
Samenwerken aan jouw eigen eindejaarsgeschenk
VERwerken
Krijgen ze hun zin niet, dan wordt het oorlog
of stuur tekeningen op naar: OOadA tav Taco Stroo Postbus 51356 1007 EJ Amsterdam
We zijn benieuwd! 15
14 e Montessorischool De Jordaan www.14e-montessori.nl
en VERder ... Thema volgende uitgave: Passend onderwijs
Verschijning: januari 2014 Kopij vòòr 15 december 2013 naar
[email protected]
Fotografie door Rob Wolthuis, OOadA
VERbeelden