Burgemeester en Wethouders Postadres Postbus 16200, 3500 CE Utrecht
Telefoon 030 - 286 10 00 Fax 030 - 286 12 24 www.utrecht.nl
Leden van de gemeenteraad
Behandeld door
Irene Willems, Berend Jan Brijder,
Datum
25 oktober 2011
E-mail
[email protected]
Onderwerp
Toezegging in verband met
Doorkiesnummer Bijlage(n)
60233 Geen
Ons kenmerk
11.084557
behandeling raadsvoorstel Bouwen aan de stad: Utrechtse
samenwerkingsafspraken corporaties 2011-2015 Uw kenmerk
Uw brief van
Verzonden
Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden
Geachte leden van de raad, Tijdens de commissievergadering van dinsdag 11 oktober is een aantal toezeggingen gedaan om u aanvullende informatie te geven in het kader van het raadsvoorstel over de nieuwe samenwerkingsafspraken met de woningcorporaties. In deze brief ontvangt u van ons per toezegging extra informatie ter voorbereiding op de raadsvergadering van 27 oktober aanstaande. 1. Hoogte van de huur ten opzichte van maximaal redelijk Woningcorporaties mogen jaarlijks de huren maar beperkt (inflatievolgend) laten stijgen. Bij een nieuwe verhuring heeft de corporatie echter de mogelijkheid om de huur op te trekken naar een meer kostendekkend niveau. Dit niveau ligt doorgaans onder de maximale huurprijs die een verhuurder voor de betreffende woning mag vragen op grond van de huurregelgeving (= maximaal redelijk). De verschillende corporaties voeren hierin elk hun eigen beleid. In de onderstaande tabel wordt aangegeven wat de huidige gemiddelde huurprijs van het bezit van de corporaties nu is en wat voor streefhuur ze hanteren. Tabel: Samenvatting huurbeleid bij mutatie Utrechtse woningcorporaties huidig huidige streefpercentage gemiddelde Extra percentage gemiddelde maximaal huurprijs huuropbrengst maximaal huurpijs redelijk bij per jaar redelijk bereiken streefhuur Mitros 70% € 400,90% € 480,€ 960,Portaal 70% € 445,80% € 508,€ 756,BoEx 74% € 429,85% € 493,€ 768,SSH 86% € 236,100% € 274,€ 456,GroenWest 68% € 447,71 % € 467,€ 120,Totaal € 410,€ 479,-* € 828,Bron: Stuw, Woningnet, CFV
totaal aantal mutaties per jaar (schatting) 850 650 400 60 120 2080
totale woning voorraad
23.778 12.540 8.162 2.461 2.225 49.166
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
De theoretische extra opbrengst die het optrekken van huren bij mutatie voor corporaties oplevert voor corporaties is heel moeilijk te berekenen. Dit is sterk afhankelijk van de mutatiegraad. In de bovenstaande tabel is een kolom opgenomen met een inschatting van het aantal mutaties in 2011. Hierbij zijn de eerste 3 kwartalen van 2011 geëxtrapoleerd op grond van de gegevens van Woningnet. Een deel van de mutaties heeft echter betrekking op woningen die nu al een bovengemiddelde huurprijs hebben. Deze mutaties leiden dus niet of slechts in beperkte mate tot extra huuropbrengsten bij mutatie. Portaal gaat er van uit dat zo'n 60% van de mutaties leidt tot een substantiële extra huuropbrengst. Dit betekent ongeveer 300.000 euro extra huuropbrengst als gevolg van de mutaties in 1 jaar. Mitros gaat er van uit dat 750 mutaties in 1 jaar zullen leiden tot 720.000 euro aan extra opbrengsten. Hierbij geldt tevens het mechanisme dat hoe lager de huidige huur van een woning is hoe minder mensen geneigd zullen zijn om te verhuizen. Volgens Bo-Ex zal de mutatiegraad dalen als gevolg van de hogere huren die door dit beleid ontstaan. Volgens Portaal zal het zo'n 15-20 jaar duren voordat de gemiddelde huur op het niveau ligt van de streefhuren. GroenWest gaat uit van een periode van 25 jaar, bij een mutatiegraad van 3,8%. De andere corporaties kunnen hiervan geen schatting geven omdat er zo veel variabelen aan het werk zijn. 2. "25 punten van Donner" Zoals in de commissievergadering aangegeven maken de corporaties op dit moment nog geen gebruik van de mogelijkheid om met 25 extra punten uit het woningwaarderingsstelsel de huren te verhogen. Reden hiervoor is dat er op dit moment nog voldoende ruimte is voor de corporaties om de huren te verhogen omdat zij zoals hierboven aangegeven nog niet volledig gebruik maken van de mogelijkheid om de maximaal redelijke huur te vragen. Dit blijft een bespreekpunt met de woningcorporaties. Mochten de corporaties ons aangeven hier in de toekomst wel gebruik van te gaan maken, dan zal daar eerst met ons over gesproken worden en zal ook de commissie Stad en Ruimte daar bij betrokken worden 3. Scheefwonen In de commissie is toegezegd om ook nog eens de lokale mogelijkheden te bekijken om scheefwonen aan te pakken. Dit in combinatie met de inzet op rijksniveau Het hanteren van de Europese regels ( 90% beneden 33.000,- en max.10% tot 45.000,-) vormt overigens een belangrijk middel bij het beperken van de scheve instroom. 4. Aanpak energiebesparing De corporaties bouwen de komende jaren in de plaats van te slopen woningen 2.800 nieuwbouwwoningen, renoveren 6.300 woningen en van 550 woningen staat nog niet vast of ze gesloopt of gerenoveerd gaan worden. De nieuwbouwwoningen voldoen aan het A-label voor wat betreft duurzaamheid, de gerenoveerde woningen aan gemiddeld C. De corporatiewoningen variëren voor wat betreft de energie-labelling, gemiddeld zijn ze voorzien van een E-label. Na aanpak maakt de woningvoorraad van de corporaties dus een aanzienlijke sprong. Maatregelen die worden getroffen variëren van isolerende beglazing, dak- en vloerisolatie tot vervanging van CV-ketels door HR++ketels en zonnepanelen. Ook bij planmatig onderhoud worden daar waar mogelijk isolatie-maatregelen toegepast (bv. gekoppeld aan bouwkundige ingrepen of op verzoek van huurders). 5. Monitoring Jaarlijks zullen wij u een voortgangsrapportage aanbieden over het totaal aan samenwerkingsafspraken met de woningcorporaties. Deze rapportage zal enerzijds ingaan op de beleidsmatige afspraken zoals verkoop, veiligheid en duurzaamheid. Wat betreft duurzaamheid zal in de rapportage in ieder geval het volgende aangegeven worden: hoeveel woningen zijn er aangepakt om een 'groener' energielabel te krijgen door middel van planmatig onderhoud en renovatie; 2/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
hoeveel woningen zijn er vervangen door nieuwbouw en hebben daardoor een groener energielabel gekregen; hoeveel labelstappen zijn er gemiddeld per woning gemaakt (als een woning van label E naar label C gaat, zijn er twee labelstappen gemaakt); hoeveel labelstappen zijn er in totaal in dit jaar gemaakt; hoeveel woningen zijn er in de gebiedsaanpakken (in het programma Utrechtse Energie zijn dat Kanaleneiland Zuid en de wijk West) energiezuinig gemaakt; aantallen en type andere maatregelen op gebied van duurzaamheid/energiebesparing/ reductie CO2-uitstoot.
In het kader van het Programma Utrechtse Energie wordt de corporaties gevraagd om 2 maal per jaar overzichten te geven. Een maal per jaar valt dit samen met de rapportage van de Utrechtse Samenwerkingsafspraken. Daarnaast wordt in de rapportage ook een analyse weergegeven van het productieprogramma en de eventuele knelpunten in de uitvoering en afzetbaarheid van het programma. De analyse is de basis voor een jaarlijkse actualisering van het productieprogramma. De projecten uit de productieprogramma's worden jaarlijks aangeboden aan de Raad door middel van het Uitvoeringsprogramma Stadsontwikkeling (het vierkante boek met alle projecten). 6. Wachtlijsten/woningtoewijzing Wij zullen de wachtlijsten analyseren om zo doende een scherper beeld te kunnen geven van de daadwerkelijke behoefte aan woningen en de werkelijke wachttijd van met name actief woningzoekenden. We zullen ook onderzoek doen naar de andere vormen van woningtoewijzing die elders in Nederland worden uitgeprobeerd en de toepasbaarheid ervan in Utrecht. Wij zullen daarover rapporteren in het eerste kwartaal van 2012. 7. Halfweg evaluatie In 2013 zal de hierboven genoemde rapportage een uitvoeriger karakter krijgen, ook omdat de afspraken met de corporaties op het gebied van investeringen in de Krachtwijken zich vooralsnog richten op de programmajaren 2012 en 2013. Op basis van de halfweg rapportage zullen eventueel voorstellen worden gedaan om de afspraken te actualiseren. 8. Leegstand bij verkoopprogramma Indien een te koop staande corporatiewoning bij mutatie niet gelijk verkocht wordt spannen de corporaties zich in om de periode van leegstand zo kort mogelijk te laten duren. De corporaties hebben hierbij een ietwat andere aanpak gehanteerd: Mitros: Bij Mitros staat een woning nooit onnodig lang leeg. Soms kan een woning vanwege renovatiewerkzaamheden tijdelijk niet bewoond worden. Als de werkzaamheden zijn afgrond dan wordt de woning in de verkoop gezet en tijdelijk verhuurd, meestal aan studenten of starters. Mitros kiest er soms voor om een deel van een straat voor verkoop te labellen en een ander deel niet. Appartementengebouwen worden echter wel altijd als geheel gelabeld. Omdat leegstand Mitros veel geld kost en omdat het volkshuisvestelijk gezien ongewenst is wil Mitros leegstand tot een minimum beperken. Dit kan er ook toe leiden dat een woning weer in de verhuur wordt genomen. Hier is echter tot op heden nog geen sprake van. Met het oog op de leefbaarheid worden met tijdelijke bewoners afspraken gemaakt over woongedrag. Overlast wordt niet getolereerd.
3/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
Het niet bewoond zijn van woningen in de Engelen van Pijlsweertstraat heeft te maken met het voorbereiden van splitsingswerkzaamheden in deze woningen. Mitros zal deze situatie nauwgezet volgen en zonodig maatregelen nemen Portaal Portaal merkt dat te koop staande woningen in de afgelopen maanden langer leegstaan. Het beleid van Portaal is dat in situaties waarin de woningen langer leegstaan besloten kan worden om de woning weer in de verhuur te nemen. Portaal labelt complete huizenblokken vanuit het oogpunt van toekomstig beheer. Leefbaarheid blijft ook bij verkooplabeling gewaarborgd. Beheerders blijven voorlopig ook in de verkoopcomplexen actief. Deze activiteit kan in de toekomst, wanneer meer woningen zijn verkocht, wel afnemen. Bo-Ex: Bo-Ex heeft geen beleid geformuleerd over welke groepen zij in aanmerking willen laten komen voor tijdelijke bewoning van te koop staande woningen. In een aaneengesloten blok wordt door Bo-Ex 100% gelabeld. Bo-Ex zet niet te veel van hetzelfde type woning in de verkoop. Hiermee wil men voorkomen dat er te veel woningen leegstaan. De leefbaarheid in een complex wordt door Bo-Ex bewaard door de leegstaande woningen aan te kleden inclusief verlichting met tijdschakelaar. 9. Aantallen woningen gelabeld voor verkoop De Stuw corporaties hebben een aantal woningen bestemd voor verkoop. Deze woningen worden bij mutatie te koop aangeboden. De verschillende corporaties hebben de volgende aantallen woningen verkoopgelabeld: Verkoopgelabeld SSH Mitros Portaal Bo-Ex Totaal
469 5.669 2.100 495 8.733
Verwacht te verkopen 0 283 (per jaar) 450 150 1732
Omdat de verkoopgelabelde woningen een nogal dynamische portefeuille vormen is door de corporaties niet nader aan te geven waar de woningen staan of om welk type woning het gaat. Portaal geeft wel aan een deel van Sterrenwijk te willen verkopen om iets meer differentiatie in deze buurt te krijgen. 10. Kadastraal splitsen verbreden naar particuliere sector De versoepeling van de regeling rondom kadastraal splitsen heeft tot doel het verkopen van woningen te versnellen. Hierdoor worden investeringen mogelijk. Ook voor particuliere verhuurders zal bekeken worden of eveneens tot een versoepeling van de regelgeving kan worden overgegaan. 11. Omvang sociale huurwoningvoorraad en kernvoorraad Tijdens de commissievergadering is gevraagd hoe studentenwoningen in de totale omvang van de sociale huurwoningvoorraad zijn meegenomen. In het aantal van 44.200 huishoudens zijn alleen de zelfstandig wonende studenten meegenomen. De onzelfstandig wonende studenten hebben weliswaar veelal een inkomen onder de 33.614 euro maar komen niet terug in dit aantal. Voor wat betreft het aantal woningen zijn telkens ook alleen de zelfstandige studentenwoningen meegeteld. (Studentenwoonmonitor 2011). Daarnaast is gevraagd hoe de omvang van de 44.000 zich verhoudt tot de oude afspraken over de kernvoorraad.
4/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
In de huidige Prestatieafspraken Utrecht 2007-2010 is de kernvoorraad gedefinieerd als alle sociale huurwoningen met een huurprijs onder de €518,- (2011: €554,76). De kernvoorraad is dus een deel van de sociale huurwoningvoorraad. Voor wat betreft de kernvoorraad is destijds afgesproken dat deze niet onder de 38.000 woningen mag zakken. In de periode 2007-2010 is aan de afspraak voldaan. In 2010 bestond de kernvoorraad uit 42.182 woningen. De "oude" kernvoorraad is gekoppeld aan de maximale inkomensgrenzen voor de huurtoeslagdoelgroep. Deze grenzen zijn: Doelgroep: Jonger dan 65 en alleenstaand Jonger dan 65 en een meerpersoonshuishouden Ouder dan 65 en alleenstaand Ouder dan 65 en een meerpersoonshuishouden
Maximum inkomen 2011 21.625 euro 29.350 euro 20.325 euro 27.750 euro
De omvang van deze doelgroep is op dit moment 33.922 huishoudens (WoON 2009) Omvang doelgroep
33.922 Bron: WoON2009, Stuw
Huidig aantal woningen passend bij die doelgroep (tot maximaal € 554,76) 42.182
Oude afspraak over minimum omvang voorraad woningen tot maximaal € 554,76 38.000
Voor wat betreft deze kernvoorraad is afgesproken de omvang te blijven monitoren en daarbij ook steeds de relatie te leggen met de omvang van de huurtoeslagdoelgroep. Mocht er aanleiding toe bestaan dan zullen corporatie en gemeenten hierover met elkaar in overleg gaan. 12. Sociale huurwoningen in Binnenstad en Oost In de onderstaande tabellen zijn nadere gegevens opgenomen wat betreft de aantallen en percentages voor sociale huurwoningen in Binnenstad en Oost.
Utrecht-oost Binnenstad Totaal
% koop 52% 47% 50%
% particuliere huur 13% 28% 19%
Aantallen particuliere Aantallen koop huur Utrecht-oost 6632 1639 Binnenstad 3875 2281 Totaal 10507 3920 Bron: Vastgoedbestand gemeente Utrecht (WistUdata)
% huur sociale huur 35% 25% 31%
totaal aantal woningen 12.705 8.176 20.881
Aantallen sociale huur 4434 2019 6454
totaal aantal woningen 12.705 8.176 20.881
Van de sociale huurwoningen in Binnenstad en Oost betreft het 1.050 zelfstandige studenteneenheden. Geen van deze woningen is verkoopgelabeld. 5/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
Waarvan te Totaal bezit in verkopen Binnenstad en Oost SSH 4985 0 Mitros 1487 58 Portaal 813 45 Bo-Ex 1874 0 Totaal 9159 103 Bron: Vastgoedbestand gemeente Utrecht, Stuw 13. Beslispunt 7 over verkoop Binnenstad en Oost Het raadsvoorstel is op dit punt aangepast om duidelijk te maken dat het nu concreet gaat om een afspraak met Mitros en Portaal 14. Financiële aspecten samenwerkingsafspraken In de Utrechtse samenwerkingsafspraken is een aantal financiële afspraken gemaakt tussen gemeente en corporaties: a) Krachtwijken: De gemeente investeert voor de periode 2012 tot en met 2015 € 4 miljoen per jaar voor de aanpak in de Krachtwijken. De corporaties investeren in 2012 en 2013 6,1 miljoen aan sociale investeringen en 8,9 miljoen aan fysieke investeringen. Dit geld wordt ingezet voor de uitvoering van de wijkactieprogramma's in de Krachtwijken Zuilen-Oost, Ondiep, Overvecht en Kanaleneiland. Het opstellen, uitvoeren en financieren van de wijkactieprogramma's is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeente en woningcorporaties. Het programma Krachtwijken heeft een looptijd van tien jaar: 2008 t/m 2017. Dekking: Het bedrag dat de gemeente investeert is vastgelegd in de meerjarenbegroting. b) Gebouwde parkeervoorzieningen De gemeente levert een bijdrage aan een gebouwde parkeervoorziening als die gekoppeld is aan de realisatie van een sociale huurwoning waarbij de gemeente een gebouwde parkeervoorziening eist. In de Utrechtse samenwerkingsafspraken is aangegeven dat in deze situatie de gemeente 75% van de onrendabele stichtingskosten vergoedt. In de Utrechtse samenwerkingsafspraken is aangegeven dat gemeente en woningcorporaties met elkaar nadere afspraken maken met als doel om te komen tot vaste bijdragen voor respectievelijk een gebouwde parkeervoorziening op maaiveld, een halfverdiepte gebouwde parkeervoorziening en een volledig ondergrondse gebouwde parkeervoorziening. Met vaste bijdragen wordt discussie over de berekening van onrendabele stichtingskosten een keer gevoerd en vervolgens per project voorkomen. Dat is inmiddels gebeurd. Gemeente en woningcorporaties zijn de volgende bijdragen overeen gekomen: Gebouwd op maaiveld: € 9.000 Halfverdiept: € 16.000 Volledig ondergronds: € 25.000 (prijspeil 1-7-2011) Daarbij is afgesproken dat gezien de financiële consequenties voor beide partijen de gebouwde parkeervoorzieningen voor sociale huur beperkt geëist zal worden.
6/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
Bij verkoop van een woning en de daaraan gekoppelde parkeervoorziening zal van de verkoopopbrengst de door de gemeente verstrekte bijdrage voor gebouwd parkeren (vermeerderd met CBS-index) worden afgetrokken en terugvloeien naar de gemeente. Dekking: De bijdrage voor gebouwd parkeren worden gedekt uit ISV 3. Op dit moment is nog niet exact aan te geven welk bedrag hier in de periode tot en met 2015 mee gemoeid zal zijn. Op dit moment is namelijk nog niet vastgelegd waar gemeente een gebouwde parkeervoorziening zal eisen en in welke vorm. In ISV 3 is rekening gehouden met gebouwde parkeervoorzieningen conform het Raadsbesluit daarover van eind 2009. Rapportage over ISV 3 plus invulling van de programmering volgt eind dit jaar. c) Hoofdinfrastructuur In de samenwerkingsafspraken is vastgelegd dat de herinrichting van toekomstige openbaar gebied binnen de plangrenzen (uitgangspunt is 10 meter rondom de buitengrenzen van de bebouwing) door en voor rekening van de corporaties uitgevoerd wordt met uitzondering van hoofdinfrastructuur. Onder hoofdinfrastructuur worden de openbare voorzieningen verstaan die voor tweederde of meer ook bedoeld zijn voor andere woningen dan de woningen in de woonstraat. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om het aanleggen van een park, plantsoen of hoofdontsluitingsweg. Dekking: De bijdrage voor hoofdinfrastructuur/aanleg openbare ruimte worden gedekt uit ISV 3. Op dit moment is nog niet exact aan te geven welk bedrag hier in de periode tot en met 2015 mee gemoeid zal zijn. Op dit moment zijn namelijk nog niet alle SPvE's vastgesteld. In ISV 3 is rekening gehouden met de aanleg van openbare ruimte binnen het gebiedsplan Spoorzone en De Gagel (Overvecht), Kanaleneiland Noord, Kanaleneiland Zuid en Ondiep. Een nadere programmering van ISV3 met € 25 miljoen voor Utrecht Vernieuwt en transformaties zal eind dit jaar worden aangeboden aan de Raad. d) Plankosten In de samenwerkingsafspraken is vastgelegd dat voor de berekening van plankosten gebruik zal worden gemaakt van de plankostenscan die landelijk ontwikkeld is in het kader van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening. De plankostenscan berekent de maximaal te verhalen kosten. Hiervan worden bij elk project de kosten van het maken van het startdocument, het stedenbouwkundig programma van eisen (SPvE) en de communicatie daarover, het projectmanagement tot en met de SPvE-fase en de bestuurlijke vaststelling van het SPvE en de kosten in verband met het beoordelen en/of goedkeuren van bestekken voor de inrichting van de openbare ruimte afgetrokken. Deze posten komen voor rekening van de gemeente. Deze kosten worden gemaakt bij de projecten van integrale herontwikkeling (sloop gevolgd door nieuwbouw). Er is geen vast bedrag per project te noemen omdat de ervaring leert dat de plankosten voor de verschillende sloop-nieuwbouwprojecten onderling sterk verschillen. Ook het invullen van de plankostenscan wisselt sterk per project. De plankostenscan kan pas worden ingevuld als het SPvE is vastgesteld. Om u een indicatie te geven hebben wij de gemeentelijke plankosten tot en met besluitvorming over het SPvE van een aantal recente sloop-nieuwbouwprojecten op een rij gezet. Dit betreft kosten verspreid over meerdere jaren. Geuzenveste fase 2: € 20.000 Queeckhovenplein: € 65.000 Camera Obscuradreef: € 90.000 Reitdiepstraat fase 2: € 80.000 7/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
Dekking: Er is een plankosten-budget beschikbaar (vanuit Algemene Dienst–middelen) specifiek voor de Utrecht Vernieuwt projecten van € 900.000 per jaar. Ook voor dit budget geldt de algemene lijn van besparing in de plankosten. e) grondprijzen. Voor sociale huurwoningen tot € 554,76 is een grondprijs afgesproken van € 17.273 Voor sociale huurwoningen tot € 652,52 is een grondprijs afgesproken van € 25.849 Dekking: Het betreft hier inkomsten voor de gemeente. Hiervoor is nog geen bedrag te noemen, omdat op dit moment onbekend is om hoeveel nieuwe uitgiftes het zal gaan in de komende periode. Dat is afhankelijk van de planontwikkeling. f) erfpachtsconversies Bestaande erfpachtrechten moeten in het geval van verkoop of sloop van de woning (of aan het einde van contractstermijn of vijftigjarige erfpachttijdvak) worden geconverteerd naar de Algemene Voorwaarden voor de uitgifte van gronden in erfpacht van de gemeente Utrecht (AV 1989). In de Utrechtse samenwerkingsafspraken is vastgelegd dat de afkoopsom van het erfpachtrecht, na aftrek van de restant boekwaarde tweederde zal toekomen aan de woningcorporatie en eenderde toekomt aan de gemeente. Dekking: Het betreft hier inkomsten voor de gemeente. Hiervoor is nog geen bedrag te noemen, omdat op dit moment onbekend is hoeveel woningen er zullen worden verkocht en gesloopt en of de woningcorporaties alle erfpachtrechten tegelijk willen converteren of per project. g) meerwaardeafdracht Bij verkoop zal het verschil in grondwaarde van de oude bestemming (sociale huurwoning) en de nieuwe bestemming (koopwoning) zal voor tweederde toekomen aan de woningcorporatie en voor eenderde aan de gemeente. Bij integrale herontwikkeling (sloop-nieuwbouw) geldt dat geen economische meerwaarde van de grond hoeft te worden afgedragen. Dekking: Het betreft hier inkomsten voor de gemeente. Hiervoor is nog geen bedrag te noemen, omdat op dit moment onbekend is hoeveel woningen er worden verkocht en tegen welke waarde dat dan zal zijn. Verschillen ten opzichte van huidige afspraken Voor wat betreft de afspraak over Krachtwijken geldt dat er in voorgaande jaren door corporaties meer geïnvesteerd is in de Krachtwijken (in totaal 21,5 miljoen). Deze vermindering heeft te maken met het wegvallen van de projectsteun van 30% uit de zogenoemde Vogelaarheffing. De afspraken over gebouwd parkeren en hoofdinfrastructuur zijn ook opgenomen in de Raamovereenkomst DUO of het mantelcontract 2 tot uitwerking van de DUO Overeenkomst. Zonder het vaststellen van deze afspraken loopt de Raamovereenkomst DUO door tot en met 1 juli 2016. Voor gebouwd parkeren geldt dat wel hetzelfde uitgangspunt (75% van de onrendabele stichtingskosten) is opgenomen in DUO maar niet de vaste bijdragen die gemeente en corporaties recent zijn overeengekomen ter versnelling van de besluitvormingsprocessen hierover. Voor wat betreft plankosten zijn in DUO vergelijkbare afspraken gemaakt met de huidige afspraken. Het verschil is dat de wijze van berekening nu aansluit bij de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening en de daarvoor ontwikkelde plankostenscan. Ook onder DUO betaalde de gemeente de kosten tot en met het maken van een Stedenbouwkundig Programma van Eisen en kon voor de planbegeleiding 8/9
Burgemeester en Wethouders
Datum 25 oktober 2011
Ons kenmerk 11.084557
daarna de corporatie iemand inhuren bij de gemeente. Ook de kosten voor het maken van een bestemmingsplan en voor de bouwaanvraag waren ook onder het DUO-regime al voor de corporatie. Een verschil is dat het maken van anterieure en andersoortige overeenkomsten nu wel verhaald kunnen worden op de corporatie. Voor wat betreft grondprijzen is er een verschil met de Raamovereenkomst DUO. In de Raamovereenkomst waren grondprijzen afgesproken voor woningen met een huur tot € 477,-. (H1) en voor woningen tot € 554,76 (H2). De grondprijs voor een H1 woning bedraagt volgens de DUO overeenkomst € 15.336 en voor een H2 woning € 17.273. In de nieuwe samenwerkingsafspraken is afgesproken om te focussen op de realisatie van H3 woningen en hiervoor ook een vaste grondprijs af te spreken en de H1 en H2 categorie samen te voegen tot een categorie. Voor H2 woningen geldt de oude H2 grondprijs uit DUO (geïndexeerd): € 17.273, voor H3 woningen geldt de nieuw overeengekomen grondprijs van € 25.849 . De afspraken op het gebied van erfpachtsconversies en meerwaardeafdracht zijn ten opzichte van DUO niet veranderd. Over deze afspraken (die voordelen voor de corporaties inhouden) is in de nieuwe samenwerkingsafspraken wel een bestedingsdoel vastgelegd. Er is afgesproken dat de voordelen worden ingezet voor de realisatie van sociale woningbouw uit het overeengekomen productieprogramma. 15. Huuroptrekking bij verhuizing Zoals bij de beantwoording van toezegging 1 is aangegeven wordt bij mutatie door de corporatie de huur veelal naar boven toe bijgesteld. Dit heeft tot gevolg dat binnen een complex er verschillen kunnen bestaan in huurprijs terwijl het identieke woningen betreft. Ook als mensen binnen een complex doorschuiven naar een andere, vergelijkbare, woning kan het zijn dat voor de nieuwe woning een hogere huur moet worden betaald dan voor de oude woning. Door de beperkte huurstijgingen in de afgelopen jaren hebben huishoudens die lang in dezelfde huurwoning zijn blijven wonen een voordeel ten opzichte van huishoudens die recent verhuisd zijn. De nieuwe hogere huren zijn echter noodzakelijk voor corporaties om hun werk nu en in de toekomst te kunnen blijven doen. Voor de laagste inkomens wordt een groot deel van het verschil in huurprijs gecompenseerd door een hogere huurtoeslag. Via de samenwerkingsafspraken houdt de gemeente een vinger aan de pols wat betreft de verhouding tussen de huurtoeslagdoelgroep en de huurwoningvoorraad onder €554,76. Mocht de voorraad woningen met een huurprijs onder de €554,76 te laag worden ten opzichte van de huurtoeslagdoelgroep dan zullen er aanvullende afspraken worden gemaakt tussen gemeente en corporaties. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Utrecht, De secretaris,
De burgemeester,
9/9