Burgemeester en Wethouders Postadres Postbus 16200, 3500 CE Utrecht Telefoon 030 - 286 10 00 www.utrecht.nl
De (plaatsvervangend) leden van Commissie Stad en Ruimte
Behandeld door Doorkiesnummer E-mail Bijlage(n) Uw kenmerk Uw brief van
E.W. Rebergen 030 - 28 64332
[email protected] 2
Datum Ons kenmerk Onderwerp
25 januari 2016 16.500626 Toezegging aanpak wateroverlast Lombok en Zeeheldenbuurt
Verzonden Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden
Geachte dames en heren, Inleiding Bij de behandeling van het Plan Gemeentelijke Watertaken 2016-2019 op 25 juni jl. heeft wethouder Geldof u toegezegd in het najaar 2015 met een aanpak te komen voor de wateroverlast bij de souterrainwoningen in Lombok en de Zeeheldenbuurt. Zoals bekend ervaren circa 200 eigenaren en bewoners van souterrainwoningen in Lombok en Zeeheldenbuurt wateroverlast tijdens extreem hevige neerslag. Naar aanleiding van de hevige buien van 28 juli 2014 en 2 augustus 2014 hebben de bewoners via petities, brieven en meldingen de gemeente gevraagd om zorg te dragen voor een oplossing, omdat zij verwachten dat door de klimaatverandering de problematiek nog groter en frequenter zal worden en zij hun souterrainwoning niet meer kunnen verzekeren tegen waterschade. In deze brief informeren wij u over de aard en omvang van de problematiek en de verantwoordelijkheden van gemeente en eigenaren om tot een oplossing te komen. Vervolgens geven wij de voorgenomen aanpak in de komende periode aan. Gedane onderzoeken Om een beter zicht te krijgen op de aard en omvang van de problematiek zijn er op 7 en 22 januari 2015 bewonersavonden gehouden. Tevens heeft een bezoek van de raad op 24 juni 2015 aan de wijk Noordoost in het teken gestaan van de wateroverlastproblematiek in de Zeeheldenbuurt. Aanvullend is in de periode mei-juni 2015 door bureau Wareco een internet enquête uitgevoerd om de omvang en soort overlast verder in kaart te brengen. Aansluitend op de enquête heeft bureau Wareco in september en oktober 2015 bij meer dan 30 percelen vloerpeilen, straat- en tuinniveaus ingemeten en de bodemopbouw van de tuinen bepaald. In januari levert Wareco haar definitieve rapportage op, met daarin de resultaten van de enquête, metingen en bodemonderzoek en een advies met betrekking tot noodzakelijke maatregelen. Voor deze brief is gebruik gemaakt van de reeds beschikbare concept rapportage met de enquêteresultaten. Daarnaast hebben Colibri Advies en Sterk Consulting een extern juridisch onderzoek uitgevoerd om nog meer duidelijkheid te krijgen over de verantwoordelijkheid tussen gemeente en perceeleigenaar bij wateroverlast door terugstuwing vanuit de riolering. Dit laatste onderzoek is als bijlage bij deze brief gevoegd, evenals een eerder in 2011 uitgevoerd juridisch onderzoek naar aanleiding van wateroverlast op 10 juli 2010.
Burgemeester en Wethouders Datum
25 januari 2016
De problematiek
Bewoners van souterrainwoningen kunnen in hoofdlijnen op vier manieren wateroverlast ondervinden bij hevige neerslag. Deze typen zijn (zie ook de pijltjes in bovenstaande figuur): 1. 2.
3. 4.
Door afstromend hemelwater over maaiveld vanuit de openbare ruimte dat via ramen, deuren, ventilatieopeningen etc. de woning in loopt. Door terugstuwing uit de openbare riolering doordat het waterniveau in het openbaar riool bij hevige neerslag hoger komt dan het niveau van de lozingstoestellen (toiletten, wasbakken, douches etc.) in het souterrain. Door hemelwater van de achterzijde van de woning en de tuin dat niet ter plaatse verwerkt kan worden of kan worden afgevoerd naar het openbaar riool. Door stijgend grondwater en/of infiltrerend hemelwater dat via lekkende vloeren en muren het souterrain in loopt.
208 souterrainwoningen hebben deelgenomen aan de eerder genoemde enquête van bureau Wareco. Dit is ruim 50% van de totaal 406 souterrainwoningen in Lombok en de Zeeheldenbuurt. Van de 208 souterrainwoningen geeft circa 75% aan bij hevige neerslag enige vorm van wateroverlast te ondervinden. De meest voorkomende vorm van overlast is overlast door intredend grond- en hemelwater (type 4), gevolgd door overlast vanuit de tuin (type 3) en via terugstuwing uit de riolering (type 2). Bij Lombok zijn procentueel meer percelen met overlast door terugstuwing dan bij de Zeeheldenbuurt (30% versus 12%). Bij de Zeeheldenbuurt overheerst de problematiek door indringend hemel- en grondwater via muren en vloeren. Overlast door afstromend hemelwater via het maaiveld vanuit de openbare ruimte (type 1) komt tot op heden op beide locaties nagenoeg niet voor. Een compleet overzicht van de enquêteresultaten is te vinden op www.watervragenutrecht.nl. Onderzoeksbureau Wareco levert in januari 2016 haar definitieve rapportage op, waarin de resultaten van de enquête, metingen en bodemonderzoek zijn verwerkt en voorzien van een advies met betrekking tot noodzakelijke maatregelen.
2/7
Burgemeester en Wethouders Datum
25 januari 2016
Onderzoeksgebied Lombok (links) en Zeeheldenbuurt (rechts) Juridische verantwoordelijkheid De juridische verantwoordelijkheid bij wateroverlast is beschreven in het externe onderzoek van Colibri Advies en Sterk Consulting. Uit het onderzoek komt naar voren dat de verantwoordelijkheid afhangt van het type wateroverlast. De typen 2 t/m 4 zijn gerelateerd aan de situatie op het perceel waar de souterrainwoning is gelegen. De bouwregelgeving is hier maatgevend. In artikel 1a van de Woningwet is een zorgplicht opgenomen die bepaalt dat de eigenaar van een bouwwerk, open erf of terrein ervoor moet zorgen dat als gevolg van de staat van die objecten er geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid ontstaat. Deze zorgplicht is een vangnet voor situaties die niet door specifieke voorschriften in de bouwregelgeving worden afgedekt. Dit hoofdprincipe geldt ook voor de juridische verantwoordelijkheid bij wateroverlast. De eisen aan de gebouwriolering (wateroverlast type 2) zijn geregeld in het Bouwbesluit. Uitgangspunt is dat nieuwe en bestaande bouwwerken een zodanige voorziening voor de afvoer van huishoudelijk afvalwater en hemelwater moeten hebben dat dit water zonder nadelige gevolgen voor de gezondheid is af te voeren. De eisen voor laag gelegen lozingen zoals bij souterrains zijn uitgewerkt in de NEN 3215. De NEN 3215 schrijft voor dat bij lozingstoestellen, die lager zijn gelegen dan 150 mm boven straatpeil, het huishoudelijk afvalwater in principe door een rioolwaterpomp op de buitenriolering of perceelaansluitleiding moet worden geloosd. Deze eis geldt voor nieuwe bouwwerken en is sinds de jaren negentig van de vorige eeuw van kracht. Voor bestaande bouwwerken van voor deze datum is deze eis niet van toepassing. Bij wateroverlast uit de tuin (wateroverlast type 3) gelden geen specifieke eisen. In dat geval geldt de algemene zorgplicht uit de Woningwet. Alleen als de wateroverlast ontstaat via een afvoerputje in de tuin en dit putje is aangesloten op de gebouwriolering, dan gelden de eisen die aan de gebouwriolering worden gesteld. Bij wateroverlast bij stijgend grondwater- en/of infiltrerend hemelwater (type 4) gelden de voorschriften in het Bouwbesluit rond de vochtdichtheid van verblijfsruimten. De bouwregelgeving verplicht niet tot het waterdicht maken van ruimten beneden de begane grondvloer, tenzij deze ruimten als verblijfsgebied worden gebruikt, ofwel een ruimte waar mensen regelmatig verblijven. De wetgeving legt de verantwoordelijkheid voor de benodigde maatregelen om een gebouw waterdicht te maken expliciet bij de perceeleigenaar. Voor wateroverlast die optreedt door afstroming over het maaiveld vanuit een ander perceel regelt de bouwregelgeving niets. In dat geval geldt het beleid zoals de gemeente dat heeft vastgelegd in haar Gemeentelijk Rioleringsplan ofwel het Plan Gemeentelijke Watertaken 2016-2019. Daarnaast geldt het 3/7
Burgemeester en Wethouders Datum
25 januari 2016
privaatrecht, waar in artikel 5.39 van het Burgerlijk Wetboek is vastgelegd dat de eigenaar van een erf niet op onrechtmatige wijze hinder mag toebrengen aan de eigenaar van een ander erf door wijziging te brengen in de loop, de hoeveelheid of hoedanigheid van over zijn erf stromend water. Deze situatie is niet aan de orde bij de souterrainwoningen, maar bijvoorbeeld wel bij de – sinds de raadsinformatieavond van 2 december 2014 bij u bekende - wateroverlastsituatie bij de Schoolstraat 10/10A in Vleuten. Hier heeft de gemeente bij een nieuwbouwproject circa 10 jaar geleden het straatprofiel aangepast. Recent uitgevoerd onafhankelijk deskundigenonderzoek en eigen onderzoek hebben duidelijk gemaakt dat het aangepaste straatprofiel te weinig bergingscapaciteit heeft, waardoor het risico groot is dat bij hevige neerslag regenwater de aangrenzende panden in loopt. Nu duidelijk is dat wij hier verantwoordelijk voor zijn, hebben we direct maatregelen genomen om deze wateroverlast te voorkomen. De bergingscapaciteit in de riolering en in de openbare ruimte in de directe omgeving zijn in oktober 2015 vergroot. Het juridisch onderzoek en de resultaten vanuit de enquête in Lombok en de Zeeheldenbuurt maken duidelijk dat de percelen die overlast ondervinden niet voldoen aan de actuele bouwregelgeving. Formeel hoeft dit ook niet omdat deze woningen al ouder zijn dan dat de relevante bouwregelgeving met betrekking tot de gebouwriolering van kracht is. Wel is duidelijk dat zonder aanpassingen aan de gebouwriolering, wateroverlast door terugstuwing vanuit het riool niet wordt voorkomen. Maatregelen om deze wateroverlast te voorkomen moeten in principe door de huiseigenaren zelf genomen worden. Verder blijkt uit het juridisch onderzoek dat de eisen die de gemeente Utrecht hanteert voor de bepaling van de afvoercapaciteit van het gemeentelijke rioolstelsel, overeen stemmen met de eisen die daaraan redelijkerwijs gesteld mogen worden. Het gemeentelijk riool voldoet in beide buurten momenteel aan de gestelde doelstellingen in het Plan Gemeentelijke Watertaken (Gemeentelijk Rioleringsplan). Verder maakt het juridisch onderzoek duidelijk dat de gemeente bij het ontwerp van het gemeentelijke rioolstelsel mag uitgaan van het straatpeil (in de openbare ruimte) en geen rekening hoeft te houden met het maaiveld in tuinen of met lager gelegen particuliere bebouwing en de zich hierin bevindende lozingstoestellen. Specifieke situatie Lombok In Lombok geldt een bijzondere situatie. In de periode 2002-2004 heeft er in Lombok een grootschalige woningbouwrenovatie plaatsgevonden, waarmee woningen gingen voldoen aan het in 2002 geldende bouwbesluit. Bij de renovatie werkzaamheden heeft de gemeente bij diverse souterrainwoningen geadviseerd om afvoerputjes in de tuin te plaatsen, zonder dat daarbij een terugstuwbeveiliging is voorgeschreven. Ondanks dat dit de gemeente nu niet juridisch verplicht om maatregelen te nemen, betekent dit wel dat de gemeente hierdoor enige verantwoordelijkheid heeft voor de ontstane situatie. Zie voor de verdere juridische analyse en conclusies de bijgevoegde rapportages van Colibri Advies en Sterk Consulting. Benodigde maatregelen om de wateroverlast op te lossen Om de wateroverlast op particulier terrein op te lossen en de woningen te laten voldoen aan de geldende bouwregelgeving is een combinatie van de volgende maatregelen nodig (de combinatie verschilt per woning): 1.
2.
Terugslagklep: De percelen met een lozingstoestel lager dan 150 mm boven straatniveau dienen conform de huidige bouwregelgeving in de leiding voor de afvoer van afvalwater een terugslagklep of een pomp aan te brengen, zodat bij hevige neerslag geen terugstuwing meer mogelijk is uit het openbaar riool. Toepassing van een terugslagklep heeft alleen maar zin als het hemelwater van de achterzijde van het perceel en tuin in de tuin verwerkt kan worden zonder overlast te veroorzaken of via een andere afvoerleiding wordt aangesloten op het openbaar riool (zie ook 2). Alleen bij toepassing van een pomp kan voor de afvoer van afvalen hemelwater gebruik gemaakt worden van de huidige gecombineerde afvoerleiding. Pomp: Bij overlast van hemelwater vanuit de tuin of achterzijde van het dak moeten de bewoners ervoor zorgen dat het hemelwater van de achterzijde van het dak en in de tuin 4/7
Burgemeester en Wethouders Datum
3.
25 januari 2016
volledig in hun tuin verwerkt kan worden. Als dit niet haalbaar is kunnen ze het hemelwater via een aparte hemelwaterleiding onder of door het souterrain afvoeren naar de gemeentelijke riolering. Daar waar de tuin lager ligt dan de kruin van de weg is hiervoor conform de bouwregelgeving een pomp nodig om in alle gevallen hemelwater te kunnen afvoeren naar het openbaar riool. Waterdicht souterrain: Bij wateroverlast via muren en vloeren moeten de muren en vloeren van ruimtes die gebruikt worden als verblijfsruimte waterdicht gemaakt worden. Dit kan door het impregneren van de muren (tijdelijk effect) of het aanbrengen van een waterdichte betonnen bak aan de binnenzijde van het souterrain (permanent effect).
De kosten voor de maatregelen 1 en 2 bedragen naar verwachting tussen de € 10.000,- en € 30.000,per woning. De kosten voor het waterdicht maken van vloeren en muren (maatregel 3) liggen naar verwachting tussen de € 5.000,- en € 20.000,- per woning. De kosten variëren sterk per gekozen oplossing en hangen daarnaast sterk af van de inrichting van het souterrain, de bodemopbouw in de tuin en de reeds genomen maatregelen. Effect mogelijke maatregelen gemeente in de openbare ruimte In de bewonerspetities en vanuit diverse raadsfracties is de vraag gesteld of de gemeente de wateroverlast kan verminderen door maatregelen in de openbare ruimte. De conclusie van het uitgevoerde onderzoek is dat de gemeente wel maatregelen in de openbare ruimte kan nemen die bijdragen aan het verminderen van de overlast, maar dat de overlast alleen kan worden opgelost door maatregelen op het perceel zelf. Zo kan de gemeente de kans op wateroverlast verminderen door een groter of een extra riool aan te leggen. In dat geval stijgt het waterniveau in het riool bij een extreme bui minder hoog en wordt de kans op terugstuwing uit de openbare riolering kleiner. De frequentie waarmee wateroverlast zal optreden gaat daarmee omlaag. Deze maatregelen zorgen voor een verbetering, maar geven nadrukkelijk geen volledige garantie tegen wateroverlast, zolang de percelen niet beschikken over een terugstuwbeveiliging of een pomp. De openbare riolering in het betreffende deel van Lombok en de Zeeheldenbuurt is nu gemiddeld 40 jaar oud. Uitgaande van een technische levensduur van 70 jaar betekent dit dat als het riool nu vervangen wordt, de vervangingsinvestering gemiddeld 30 jaar naar voren wordt gehaald. Hiermee doen we aan een kapitaalvernietiging van 1,1 tot 2,2 miljoen euro (30/70 van de vervangingswaarde van 2,5 tot 5 miljoen euro), zonder het probleem echt op te lossen. Om de wateroverlast via muren en vloeren te verminderen dient de grondwaterstand permanent verlaagd te worden tot onder het niveau van het souterrain. De gemeente kan hier een bijdrage aan leveren door het aanbrengen van drainage in de openbare weg. Gezien de bodemopbouw (veel klei) heeft dit naar verwachting onvoldoende effect op de grondwaterstand op de percelen om de overlast op te lossen. Naar verwachting kan de grondwaterstand alleen voldoende verlaagd worden door het grondwater actief te gaan afpompen (bemalen drainage). Om door bemalen drainage in de openbare ruimte voldoende effect te krijgen op de percelen moet fors bemalen worden. Dit zorgt echter ook voor risico’s op zettingen en droogvallende (paal)funderingen en is daarmee een ongewenste oplossingsrichting. De conclusie is dat de gemeente wel maatregelen in de openbare ruimte kan nemen die bijdragen aan het verminderen van de overlast, maar dat de overlast alleen kan worden opgelost door maatregelen op het perceel zelf. Afweging Uit het voorgaande blijkt dat de wateroverlastproblematiek alleen effectief bestreden kan worden als in de souterrains zelf bouwkundige maatregelen worden genomen. Het initiatief en de verantwoordelijkheid ligt in dat geval bij de bij de perceeleigenaren. De vraag in deze is dan wat dan nog de verantwoordelijkheid van de gemeente is. 5/7
Burgemeester en Wethouders Datum
25 januari 2016
In de Memorie van Toelichting bij de Wet gemeentelijke watertaken wordt aangegeven dat bij het bepalen van de reikwijdte van de taak van gemeenten rekening gehouden moet worden met:
"de mate van kwetsbaarheid van een gebied voor wateroverlast door grond- of hemelwater, het aantal panden en de spreiding daarvan over de gemeente waarvan zij weet of behoort te weten dan zij bijzonder kwetsbaar zijn voor schommelingen in het grondwaterpeil en het voorkomen van afvloeiend hemelwater, de financiële en andere middelen die de gemeente ter beschikking heeft staan bij de uitvoering van zijn taak, eventuele medeveroorzaking van de schade door degene die de schade heeft geleden, de mogelijkheid om schadebeperkende maatregelen te nemen, de mogelijkheid om eigenaren te waarschuwen opdat zij zelf schadebeperkende maatregelen kunnen treffen of de adequate reactie op klachten van particulieren." Op basis van bovenstaande afweging voor de reikwijdte van de taak van gemeenten zijn wij van mening dat de omvang van de problematiek zowel financieel als qua aantal dusdanig is, dat de gemeente in deze ook een taak heeft. Aanpak De taak van de gemeente resulteert in de volgende aanpak: 1.
De gemeente voorziet de bewoners van advies, zodat zij op perceelniveau duidelijk krijgen welke maatregelen ze moeten nemen. De gemeente voert de regie over het benodigde onderzoek en helpt bewoners zich zo te organiseren dat zij waar mogelijk gezamenlijk de maatregelen kunnen uitvoeren.
2.
De gemeente onderzoekt in hoeverre aanpassingen aan de gebouwriolering consequenties hebben voor het functioneren van de openbare riolering in de aangrenzende straat. Hierbij gaat het met name over de vraag of het openbare riool en de straat na aanpassing van de gebouwriolering het extra regenwater aankunnen dat nu bij hevige neerslag via de perceelaansluitleiding het souterrain in loopt. Mocht uit het onderzoek blijken dat het risico sterk toeneemt dat het extra regenwater vervolgens via straat en stoep de souterrains in loopt, dan neemt de gemeente maatregelen in de openbare ruimte om dit te voorkomen.
3.
De gemeente legt in de toekomst naast het riool voor afvalwater een apart hemelwaterriool aan op het moment dat er riolen om technische redenen vervangen dienen te worden. Hiermee wordt afvalwater en hemelwater gescheiden ingezameld en kan de riolering in de toekomst nog meer hemelwater verwerken. Gezien de grote variatie in leeftijd van de riolering in zowel Lombok als de Zeeheldenbuurt, heeft het volledig uitvoeren van dit traject een looptijd van 50 jaar. Wel verwachten we dat de komende jaren al op een beperkt aantal locaties een hemelwaterriool kan worden aangelegd omdat de riolering aan vervanging toe is. Mocht blijken dat bij aanpassingen aan de perceelriolering het verstandig en doelmatig is om ook enige aanpassingen aan de openbare riolering of het straatprofiel door te voeren, dan zal de gemeente dat niet nalaten. Het nu vervangen en vergroten van de gehele openbare riolering in Lombok en de Zeeheldenbuurt achten wij echter niet doelmatig en lost zoals eerder gezegd het echte probleem niet op.
Specifiek voor de souterrainwoningen in Lombok die onderdeel uitmaakten van de grootschalige renovatiewerkzaamheden in de periode 2002-2004 geldt, naast bovengenoemde maatregelen, het volgende: Gelet op het juridisch onderzoek van Colibri Advies en Sterk Consulting en de rol van de gemeente bij de grootschalige renovatie werkzaamheden in de periode 2002-2004, is de gemeente voornemens om voor die woningen een financiële tegemoetkomingsregeling in te stellen. Doel van de regeling is maatregelen te financieren die ervoor zorgen dat terugstuwing vanuit de riolering in de toekomst wordt voorkomen (het betreft dus geen maatregelen ten behoeve van het waterdicht maken van souterrains). Ook bewoners die na de renovatie zelf al maatregelen hebben genomen, komen voor deze regeling in aanmerking. Deze regeling krijgt een looptijd van 4 jaar, waarbij een deel van de 6/7
Burgemeester en Wethouders Datum
25 januari 2016
daadwerkelijk gemaakte kosten wordt vergoed. De kosten voor deze financiële tegemoetkomingsregeling zijn nog niet van dekking voorzien. Dekking van de kosten uit de rioolheffing is niet mogelijk omdat deze juridisch alleen de kosten van de openbare riolering mag dekken. Daadwerkelijke besluitvorming over het instellen van een financiële tegemoetkomingsregeling vindt daarom pas plaats bij de voorjaarsnota 2016 als wij de raad hierover een voorstel inclusief dekking doen. Vervolgtraject Via wijkberichten en in later stadium bewonersavonden zullen wij de bewoners de komende maanden informeren over de onderzoeksresultaten, de gekozen aanpak en het vervolgtraject. Deze periode wordt ook benut om de financiële tegemoetkomingsregeling uit te werken, de onderzoeksresultaten verder te analyseren en de benodigde projectorganisatie op te zetten. Na het informeren van bewoners zal samen met vertegenwoordigers van bewoners gewerkt worden aan het uitwerken van maatregelen op perceelniveau. De daadwerkelijke keuze om de benodigde maatregelen ook uit te voeren blijft echter aan de eigenaren. Gezien de aanzienlijke bedragen die gemoeid zijn met de maatregelen dient elke eigenaar hierin zijn eigen afweging te maken. Met de voorgestelde aanpak verwachten wij zoveel mogelijk eigenaren te overtuigen van de noodzaak de maatregelen ook daadwerkelijk te nemen en te voorzien in een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Utrecht,
de secretaris,
de burgemeester,
7/7