Stageverslag
Bibliotheek Rotterdam
Periode September 2009 – Januari 2010 Timo Hendriks 0754858
Bibliotheek Rotterdam Hoogstraat 110 3011 PV Rotterdam www.bibliotheek.rotterdam.nl
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Inhoudsopgave Inleiding ............................................................................................................................................... 3 Keuze Stageplaats ............................................................................................................................ 4 Oriëntatie ......................................................................................................................................... 4 Bedrijf top vijf ................................................................................................................................ 4 Uiteindelijke keuze ....................................................................................................................... 5 Doelstellingen ..................................................................................................................................... 6 Competenties CMD ....................................................................................................................... 6 Persoonlijke doelstellingen ........................................................................................................ 7 Stageovereenkomst ..................................................................................................................... 8 Bedrijf .................................................................................................................................................. 10 Geschiedenis van het bedrijf ...................................................................................................... 10 De “core-business” van het bedrijf ...................................................................................... 12 Bedrijfsdoelstellingen ................................................................................................................ 13 Bedrijfsstructuur ......................................................................................................................... 14 Bedrijfscultuur en werksfeer .................................................................................................. 15 Mijn rol binnen het bedrijf ....................................................................................................... 16 Opdrachten........................................................................................................................................ 17 Algemene taken .......................................................................................................................... 17 Sociale Media Strategie voor de Jongerenvloer .............................................................. 18 Educatieve Game: Monsterdam ............................................................................................ 25 Evaluatie............................................................................................................................................. 34 Begeleiding vanuit school ........................................................................................................ 34 Begeleiding vanuit het bedrijf ................................................................................................ 34 Samenwerking met collega’s ................................................................................................. 35 Realisatie leerdoelen ................................................................................................................. 36 Tevredenheid met verloop stage .......................................................................................... 37 Conclusie ............................................................................................................................................ 39 Colofon ................................................................................................................................................ 40
2
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Inleiding Mijn naam is Timo Hendriks. Ik ben derdejaars student Communicatie en Multimedia Design aan de Hoge School Rotterdam. Het afgelopen half jaar, van 1 September tot 29 Januari, heb ik stage gelopen bij Bibliotheek Rotterdam. Bibliotheek Rotterdam werd voorheen Gemeente Bibliotheek Rotterdam genoemd. Het is een organisatie die uit 27 filialen bestaat en die met jaarlijks 3,4 miljoen bezoekers de meest bezochte instelling van Rotterdam is. De vestiging waar ik werkzaam was, is de grootste van Rotterdam: de Centrale Bibliotheek op de Hoogstraat. Binnen de bibliotheek zijn vele kantoren en afdelingen. Ik heb gewerkt op de afdeling Digitale Bibliotheek, die tijdens mijn stage opging in de afdeling ICT. Ook heb ik veel samengewerkt met de Jongerenvloer en de afdeling Educatie. In dit document bespreek ik mijn stageperiode. Ik begin door te vertellen waarom ik de Bibliotheek Rotterdam heb gekozen als stageplaats. Vervolgens zal ik mijn doelstellingen beschrijven (de doelstellingen vanuit school, maar ook persoonlijke doelstellingen en die vanuit de bibliotheek). In de bedrijfsoriëntatie vertel ik over de Bibliotheek als bedrijf, waarbij ik me vooral op de afdeling Digitale Bibliotheek zal richten. Ik zal uitgebreid vertellen over mijn werkzaamheden en opdrachten. In de evaluatie zal ik het hebben over de begeleiding vanuit mijn opleiding en vanuit de bibliotheek, de samenwerking met collega’s en of mijn stage periode, wat mij betreft, geslaagd is. (Ik zal hier de doelstellingen weer bij halen.) Ik sluit af met een conclusie en een colofon.
3
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Keuze Stageplaats Oriëntatie Ik heb twee jaar gedaan over mijn tweede studiejaar. In eerste instantie had ik niet voldoende studiepunten. Dit betekende dat ik enkele vakken het jaar daarna opnieuw moest doen – en dat betekende dat ik meer tijd had om (onder andere) na te denken over wat ik nu precies wilde met mijn opleiding en over mijn stage in het derde jaar. In de opleiding CMD staan Techniek, Marketing en Design centraal. De opleiding is interessant omdat het de drie combineert, maar mijn voorkeur gaat uit naar Design. Ik heb een voorliefde voor computeranimatie en (hoewel het weinig met de opleiding te maken heeft) houd ik van het vertellen van verhalen. Dit laatste doe ik in allerlei vormen, in mijn vrije tijd schrijf ik verhalen, maak strips en animaties. Mijn Studieloopbaan Begeleider in het tweede jaar was Gerhard Rekvelt. Hij begeleidde mij de laatste periode van het tweede jaar met het zoeken naar geschikte stageplekken. Hoewel ik de opleiding CMD niet uit het oog moest verliezen, raadde hij mij vooral aan een stageplek te kiezen die ik zelf leuk vond. In mijn geval dus een plaats waar ik mijn creativiteit en de behoefte verhalen te vertellen kwijt kon. In eerste instantie dacht ik vooral aan animatiestudio’s en redacties van tijdschriften. Net als de andere tweedejaars heb ik me aangemeld bij de website crowfile en daar een profiel aangemaakt en aangegeven dat ik op zoek was naar een stageplaats. Online heb ik naar allerlei bedrijven gezocht en het CMD heeft ook een beurs gehouden waar bedrijven, op zoek naar stagiaires, werden vertegenwoordigd. Ik heb een lijst gemaakt met leerdoelen voor mijn stage en mijn competenties (alles wat ik al kon). Uiteindelijk heb ik een top vijf gemaakt van bedrijven waar ik stage zou willen lopen en met deze vijf bedrijven contact gezocht.
Bedrijf top vijf Drie bedrijven van mijn top 5 waren animatiestudio’s, namelijk RANJ, DPDK en Urrebuk. Dit zijn studio´s uit de omgeving Rotterdam, gespecialiseerd in het programma Flash, die spellen en animaties maken. RANJ en DPDK waren vertegenwoordigd op de stagebeurs, Urrebuk, een kleine animatiestudio, vond ik op het internet. Op de stagebeurs had ik met vertegenwoordigers van Bibliotheek Rotterdam staan praten. Vanaf dat moment nam ik een eventuele stageplaats daar ook in overweging. De laatste op de lijst was RTV Rijnmond. Zij waren in 2007 aanwezig op een stagebeurs en maakte toen een goede indruk. Bij RTV Rijnmond zouden mijn taken als stagiar, net als bij de bibliotheek, erg divers worden. Dit sprak mij erg aan. RTV Rijnmond maakt televisie programma´s, radioprogramma´s en heeft uiteraard een eigen website. Mijn Studieloopbaan Begeleider had er op gehamerd niet te snel te beslissen en allerlei opdrachten te doen en te maken voordat ik met het aanschrijven van bedrijven kon beginnen. Achteraf gezien heeft hij te lang gewacht met het geven van een startsein (of had ik niet moeten luisteren en toch eerder moeten beginnen). Toen ik begon met telefoneren en mailen hadden twee animatiestudio’s geen vacatures meer, de derde gaf aan een andere student te kiezen, aan de hand van de portfolio’s. RTV Rijnmond en Bibliotheek Rotterdam nodigden mij uit voor een sollicitatiegesprek. Rijnmond was echter wel aanzienlijk later met reageren. 4
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Uiteindelijke keuze De bibliotheek had tijdens de stagebeurs een goede indruk gemaakt. Ik had staan praten met Rivelino Marica, die later mijn stagebegeleider zou worden. Hij vertelde over de Jongerenvloer, een project waar ze op de bibliotheek binnenkort mee zouden starten. De Jongerenvloer werd een afdeling in de centrale bibliotheek, voor en door jongeren. Niet alleen zouden er boeken worden aangeboden, maar ook muziek, films en games. Er kwamen plekken om te studeren, te “hangen” en een podium om op te treden. Eén van de taken van de stagiair zou reclame maken voor de jongerenvloer worden. Omdat ik zelf van lezen, schrijven, films en muziek houd sprak het idee van de Jongerenvloer mij erg aan. Ik ben naar de officiële opening van de Jongerenvloer gegaan, in april. Enkele maanden later kwam ik er weer voor een sollicitatiegesprek. Eigenlijk was het niet één sollicitatiegesprek. Ik ben nadat ik telefonisch contact had gezocht, langs gekomen voor een oriënterend gesprek. Dit gesprek voerde ik met Rivelino en twee andere medewerkers van de bibliotheek (waaronder de coördinator van de Jongerenvloer) Omdat dit gesprek bevredigend verliep, ben ik daarna nog twee keer langs gekomen om voorwaarden en doelstellingen te bespreken. Rond augustus heb ik, na ook overleg te hebben gehad met de Stage coördinatrice van de opleiding (mevrouw Elly Rietveld), de contracten getekend. RTV Rijnmond had mij ook uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Dit was echter aanzienlijk later dan de reactie van de bibliotheek. Intussen was ik bij de bibliotheek al twee keer langs geweest en was ik al volop in bespreking betreffende het contract. Hoewel RTV Rijnmond mij ook aansprak als stageplaats, was ik intussen enthousiast over mijn stageplek bij de bibliotheek. Ik heb Rijnmond dus gebeld om te bedanken en heb geen sollicitatiegesprek meer gevoerd.
5
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Doelstellingen Competenties CMD De opleiding Communicatie en Multimedia Design werkt met een competentieprofiel. Dit is een boekje dat ze hebben uitgegeven waarin de competenties staan waar je als CMD’er aan moet werken. Het is bedoeling dat je aan het einde van de opleiding al deze competenties bezit. Uiteraard zal de nadruk bij de ene student op andere competenties liggen dan de andere student, naar gelang hun persoonlijke interesses. Toch is het logisch dat de leerdoelen van de stage (in ieder geval enigszins) aansluiten op de opleiding CMD en de competenties. Daarom zet ik deze competenties uit het boekje, die bestaan uit opleidingsspecifieke competenties en programmabrede competenties, hieronder nog even op een rijtje. Opleidingsspecifieke Competenties Product Developer “De product developer herkent in een vroegtijdig stadium trends en weet deze te vertalen naar de bedrijfsstrategie van de opdrachtgever. De student is in staat om de behoefte, wensen en doelstellingen van de gebruiker en opdrachtgever te inventariseren, verhelderen en te herdefiniëren enn kan op basis van deze analyse een vernieuwend en gebruiksvriendelijk product – merk of marketingsconcept ontwikkelen.” Usabilty Researcher “Je betrekt op gestructureerde wijze gebruikers bij het gehele ontwerpproces. Je zorgt ervoor dat zij op actieve en directe wijze een rol gaan spelen in het ontwerproces. Hiermee zorg je ervoor dat hun wensen en eisen van het begin af aanin dit proces zichtbaar worden gemaakt.” Interaction Designer “De interaction designer kan de structuur en het gedrag van een interactief product ontwerpen in een multidisciplinair team, zodanig dat dit product aansluit op de doelstellingen van opdrachtgevers en gebruikers. Hij vertegenwoordigt het perspectief van gebruikers in dit team en zorgt ervoor dat de beleving van het product door gebruikers centraal staat in het proces.” Visual Interface Designer “De Visual Interface Designer kan op basis van de wireframes, scenario’s en merkidentiteit de juiste look and feel meegeven aan een multimediaproduct, die de positionering van het merk en de informatie overdracht ondersteunt.” Interface Developer “De Interface Developer definieert de functionaliteit van het productconcept, realiseert het gedrag, implementeert de visuals en levert volgens de specificaties een werkend en technisch getest prototype op. Hierbij denkt hij verder dan alleen de interface en is hij zich bewust van de consequenties voor de technische implementatie.”
Programma brede Competenties
6
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Communiceren “De student is in staat om op een inspirerende en zakelijke wijze verbaal, non-verbaal en schriftelijk te communiceren.” Organiseren “De organisator is in staat om een ontwikkeling- en ontwerpproces – zowel individueel als met teamleden en stakeholders – zodanig te organiseren en te plannen dat het te ontwikkelen multimedia product(concept) binnen de deadline en binnen het beschikbare budget wordt opgeleverd en voldoet aan de kwaliteitseisen.” Samenwerken “De samenwerker herkent de kwaliteit van anderen en van zichzelf en weet deze effectief te benutten, hij is bereid zijn persoonlijke doelen of belangen opzij te zetten ten behoeve van de teambelangen/projectdoelstellingen.” Ondernemend “De ondernemer herkent kansen, heeft visie en kan zijn ideeën omzetten in daden, hij beschikt over een initiatiefrijke en pro-actieve houding.” Creatief probleemoplossen “De creatief probleemoplosser is in staat de eigen creatieve vermogens in te zetten om te komen tot oplossingen voor de vraagstukken die hij zich stelt. Hij verschaft zich toegang tot oplossingen voor de vraagstukken die hij zich stelt Hij verschaft zich toegang tot inspiratiebronnen en verzamelt alle mogelijke informatie Vaak komt hij tot zijn oplossing door het leggen van nieuwe verbanden tussen bestaande delen informatie.”
Persoonlijke doelstellingen Tijdens de aanloop van mijn stage, heb ik persoonlijke leerdoelen voor mijn stage opgesteld, in de studieloopbaanbegeleiding lessen. Ik wilde mij tijdens mijn stage vooral gaan richten op het maken van (professionele) illustraties en animaties – en zo mogelijk het schrijven van teksten. Verder wilde ik mij richten op het samenwerken met collega’s. Ik heb natuurlijk op mijn opleiding vaak samengewerkt met medestudenten, maar dat ging niet altijd professioneel en de resultaten waren ook erg wisselend. Hieronder staan de doelstellingen die ik destijds heb opgeschreven: •
Ik wil aan het einde van mijn stageperiode kwalitatief goede (ondersteunende of losstaande) illustraties kunnen maken. (Dit kunnen ook bijvoorbeeld karaktermodellen voor personages in een animatie zijn.) Ik wil minimaal drie illustraties leveren, die een goede beoordeling krijgen van mijn stagebegeleider.
•
Ik wil aan het einde van mijn stageperiode een kwalitatief goede animatie kunnen maken, zowel qua design als qua techniek. Ik wil hierbij het programma Flash (CS4 of een nieuwere versie) gebruiken en werken met ActionScript 3.0. Ik wil minimaal één animatie leveren, die een goede beoordeling krijgt van mijn stagebegeleider.
•
Ik wil aan het einde van mijn stageperiode minstens vijf stukjes/stukken tekst hebben geschreven. Dit moeten professionele (uiteraard grammaticaal correcte) teksten zijn, 7
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
waarbij rekening wordt gehouden met de doelgroep – en die daadwerkelijk door het bedrijf gebruikt worden, bijvoorbeeld in een folder of een website. •
Ik wil in mijn stageperiode succesvol samenwerken in minmaal 2 groepsprojecten. Dit moet beoordeeld worden door mijn stagebegeleider en de medewerkers van het project.
Stageovereenkomst In Augustus 2009 heb ik op de bibliotheek de stagecontracten getekend en laten tekenen. Dit gebeurde nadat we uitgebreid besproken hadden, wat de verwachtingen waren van de bibliotheek en van mij. Op de eerste pagina van de contracten werden alle betrokken partijen genoemd. Dit was dus de bibliotheek, met Rivelino Marica als begeleider, ik als stagiair en de stagecoördinatrice Elly Rietveld en Luise Leenders als stagebegeleider vanuit mijn opleiding. In de artikelen hebben we aangegeven dat mijn stagestart op 1 september 2009 en eindigt op 30 januari. In die tijd moet ik 640 uur werken. Ik heb dit gerealiseerd met een vierdaagse werkweek (dagen van 9.00 uur ’s ochtends tot 17.00 uur ’s middags) en was op de vrijdagen vrij. Er is mij op de bibliotheek direct verteld dat ze nogal in een moeilijke periode zaten, financieel gezien. Voor mij betekende dit dat ze door de kostenbesparing niet konden beloven dat ik een stagevergoeding zou krijgen. In de contracten staat dus dat het niet zeker is dat ik een vergoeding krijg. (Hoewel ik het niet verwachtte heb ik uiteindelijk overigens toch een vergoeding gekregen.) Dit zijn de drie opdrachtomschrijvingen die in de contracten zijn opgenomen: • • •
Het maken en uitwerken van een sociale media strategie voor de Jongerenvloer. Het maken van een kinderjuryspel, waarbij het lezen van boeken centraal staat. Het begeleiden van vrijwilligers met betrekking tot de Jongerenvloer (en de online communities)
Nu kan ik direct melden dat het begeleiden van vrijwilligers niet gelukt is. We hebben deze opdracht al binnen een paar weken laten vallen, door gebrek aan vrijwilligers. Mijn leerdoelen, gekoppeld aan de bovenstaande opdrachten, die in het contract zijn opgenomen, zijn de volgende: •
Het schrijven van stukken tekst en eventueel het maken van illustraties, voor de sociale media van de Jongerenvloer
•
Het maken van Animaties, Interactie en Illustraties voor het kinderjuryspel
Terugkoppeling naar Competenties CMD Ik leg de genoemde leerdoelen nog even naast de CMD competenties, die eerder zijn genoemd. Eerst de programmabrede competenties. Omdat ik op de bibliotheek in een groot team ging werken, zouden de programmabrede competenties communiceren en samenwerken bijna van zelfsprekend aan bod komen. Het Kinderjuryspel zou mijn project worden, maar ik zou hulp krijgen van collega’s, wat mij de mogelijkheid gaf om ook aan organiseren te werken. Onderzoeken sluit mooi aan bij het 8
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
onderzoek naar sociale media . Creatief probleem oplossen, de laatste competentie, was ook mogelijk, want bij grote projecten loop je altijd wel tegen (kleine) problemen aan. Nu de opleidingsspecifieke competenties. De competentie Product Developer kwam uitgebreid aan bod, omdat ik twee grote producten; het spel en de community zou leveren. Bij het onderzoek naar de community voor de Jongerenvloer sluit de competentie Usability Researcher aan. Omdat ik het hele ontwerp, de tekeningen en de uitwerking van het spel zou gaan maken, zou ook Visual Interface Designer aan bod komen. Interaction Designer en Interface Designer hebben ook raakvlakken met het spel. Ik zou hierbij hulp krijgen van collega’s, wat mij de mogelijkheid zou geven een hoop te leren wat betreft deze competenties.
9
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Bedrijf Geschiedenis van het bedrijf In de eerste weken dat ik werkzaam was als stagiair, moest ik voor mijn opleiding een bedrijfsoriëntatie schrijven. Het eerste deel hiervan is de geschiedenis van het bedrijf. Nu heeft de bibliotheek een lange (en wat mij betreft interessante) geschiedenis. Ik had dus bijna twee pagina’s geschiedenis ingeleverd, beginnend in 1604, waar door mijn medestudenten nogal om gelachen werd. Voor iedereen die het interessant vind is hieronder de gehele geschiedenis te lezen, zo niet dan kan het volgende gedeelte overgeslagen worden en is hier de samenvatting: in 1604 werd de eerste Rotterdamse bibliotheek opgericht, sindsdien zijn er velen gekomen, gegaan en uiteindelijk samengevoegd, in 1940 bleef de bibliotheek ongedeerd in het bombardement en de huidige centrale bibliotheek is gebouwd in 1983. Geschiedenis van de Centrale Bibliotheek (de lange versie): In 1604 werd in Rotterdam de eerste bibliotheek ingericht in de Laurenskerk. Dit was zo’n vijftig jaar nadat het eerste boek van de drukpers rolde. Niet veel Rotterdammers konden op dat moment lezen. De Bibliotheca Laurentiana was dan ook niet voor hen bedoeld, maar voor de geleerden en bestuurders van de kerk en de stad. De bibliotheek fungeerde voor hun als leeszaal. De bibliotheek bevond zich boven de ingang van de consistorie (de vergaderruimte voor de dominee, ouderlingen en diaken), in de tweede noordkapel. Van de lokale overheid ontving de bibliotheek vierhonderd gulden per jaar. De boeken zaten vast aan koperen kettingen en lange stangen, zodat ze alleen op de lessenaar konden worden gelezen. Meer dan vijftig jaar bleef de overheid de bibliotheek financieel steunen. Na de scheiding van kerk en staat in 1798 was de bibliotheek niet langer de verantwoordelijkheid van de kerk. Toch bleven de boeken op plek. In 1810, toen de kerkgebouwen aan de kerkgenootschappen werden overgedragen, bleef de bibliotheek in de Laurenskerk. De collectie was uitgegroeid tot ruim driehonderd titels die inmiddels voor de duur van maximaal een jaar uitgeleend mochten worden aan predikanten. Rond 1700 was het stadsbestuur ook begonnen met aanleggen van een verzameling boeken over onder meer politiek, rechtwetenschappen en geschiedenis. De boeken werden bewaard in de kamers van de burgemeester en schepenen. Tegelijkertijd werd in het logement waar de afgevaardigden van Rotterdam naar de Staten van Holland logeerden als ze in Den Haag waren, een verzameling staatkundige boeken opgebouwd. De boeken verhuisden een aantal maal en kwamen uiteindelijk op een bovenverdieping in het raadshuis terecht. Deze twee boekencollecties zouden de basis van de gemeentebibliotheek gaan vormen – de huidige Centrale Bibliotheek. In 1858 maakte de archiefcommissie een catalogus van alle in het raadshuis beschikbare boeken. De collectie bevatte verrassend veel belangrijke werken en was het opzetten van een openbare bibliotheek zeker waard. In 1868 werd het gemeente archief met een deel van de boeken overgebracht naar het Schielansdhuis, waar ook Museum Boijmans was gevestigd. De complete collectie werd tentoon gesteld in twee lokalen op de bovenverdieping. De grote kerkenraad van de st. Laurenskerk besloot de Bibliotheca Laurenstiana ook over te dragen aan ‘de stad’. Met de kerkboeken erbij telde de bibliotheek inmiddels 30.000 boekdelen en brochures. In 1891 was voor het eerst de volledige collectie in kaart gebracht. Voortaan waren lezers welkom op dinsdag en zaterdag tussen 11 en 3 uur ‘s middags. ‘Een zekere categorie’ 10
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
bezoekers werden echter geweerd. Het was niet de bedoeling om voor je plezier een boek te lenen. In 1902 wilde de gemeenteraad een ander beleid. De bibliotheek was voortaan op dezelfde uren open als Museum Boijmans. In 1901 kwamen er slechts 842 bezoekers, maar in de laatste zeven maanden van 1902 waren het er ruim elfduizend. In 1906 werd de bibliotheek, hoewel betaald uit de gemeentekas, volledig zelfstandig en kon een onafhankelijk beleid worden gevoerd. In 1907 werd de ‘openbare leeszaal en bibliotheek der gemeente’ aan het Van Hogendorpsplein geopend, als zesde van Nederland. In 1912 was deze bibliotheek weer uit haar jas gegroeid, omdat Rotterdam massaal aan het lezen was geslagen In 1909 besloot de gemeente de Prinsenkerk aan te kopen om op het terrein te zijner tijd een nieuwe bibliotheek te bouwen. In 1923 was dit zover. In 1923 werden er zo’n 110.000 boeken geleend. Een jaar later waren dat er 180.000 en in 1932 257.000. Na de invoering van het leesgeld van fl 1,- per jaar daalde het aantal uitleningen in 1933 weer naar 160.000. Door de financiële crisis in die periode werden er op dat moment ook meer romans en kinderboeken versleten dan bijgekocht. Op 14 mei werd in een kwartier tijd een groot deel van Rotterdam verwoest, tijdens het bombardement uitgevoerd door de Duitsers. De bibliotheekgebouwen liepen wonderlijk genoeg haast geen schade op. Al in 1941 was het gebouw aan de nieuwe markt te klein. Bijbouwen was onmogelijk, dus nieuwbouw was de enige optie. In overleg met de dienst Stadsontwikkeling koos de in 1974 aangestelde bouwcommissie voor de Hoogstraat als locatie. (Hier bevind de centrale bibliotheek zich vandaag de dag nog steeds.) Het bijzondere is dat dit de oude locatie van het raadshuis is, waar de bibliotheek min of meer werd geboren. Dit raadhuis was vernietigd in het bombardement van 1940. In 1980 werd de eerste paal geslagen, de oplevering was op 2 mei 1983. Drie maanden nadat de verhuizing begon werd de bibliotheek met een feestelijke ‘open dag’ in gebruik genomen. De officiële opening was op 7 oktober, toen koningin Beatrix het lint doorknipte. Inmiddels is de Bibliotheek van Rotterdam, met ruim 3,4 miljoen bezoekers per jaar de meest bezochte instelling van Rotterdam. De collectie bevat meer dan een miljoen boeken, cdroms, dvd’s, video’s en e-books. Er zijn 60 abbonementen op papieren dagbladen, 1.400 abonnementen op tijdschriften, waaronder steeds meer digitale bladen en ruim 300.000 dvd’s, cd’s en lp’s. De laatste bevinden zich in de Centrale Discotheek (in hetzelfde gebouw). De Centrale bibliotheek beslaat 24.000 vierkante meter en was daarmee lange tijd de grootste bibliotheek van Nederland. Tegenwoordig is de Openbare Bibilotheek Amsterdam de grootste. Behalve de Centrale Bibliotheek heeft Bibliotheek Rotterdam nog 24 andere vestigingen in Rotterdamse wijken, waarvan de laatste in december 2008 geopend is in Nesselande. Geschiedenis van de Digitale Bibliotheek: De organisatie van Bibliotheek Rotterdam bestaat uit drie onderdelen. Namelijk Unit Dienstverlening, Unit Ontwikkeling & Advies en Unit Bedrijfsvoering. Binnen de Unit Ontwikkeling en Advies zit het team Digitale Bibliotheek, waar ik stage loop. (De structuur van de organisatie Bibliotheek Rotterdam wordt zo dadelijk besproken.) De Digitale Bibliotheek is gedefinieerd als de digitale verschijningsvorm van Bibliotheek Rotterdam en bevat alle digitale diensten en producten die de Bibliotheek Rotterdam het publiek aanbiedt, inclusief alle hulpmiddelen die nodig zijn om dit mogelijk te maken. In juli 2001 is het project Digitale Bibliotheek van start gegaan. Destijds werd de Digtale Bibliotheek nog aangeduid als Virtuele Bibliotheek. 11
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Doel van de Digitale Bibliotheek was (en is nog steeds) zeker te stellen dat Bibliotheek Rotterdam haar kerntaken conform de bedrijfsdoelstellingen kan blijven uitvoeren, ook in de zich veranderende digitale informatiewereld. Sinds 2005 (overeenkomstig de uitgangspunten in het Bedrijfsplan 2005-2008) richt de Bibliotheek zich op inwoners van (Groot-) Rotterdam. Men wilt een groter, het liefst mondiaal, bereik krijgen. In de meest recente meerjarenvisie van de Bibliotheek Rotterdam, uitgekomen in januari 2009, wordt aangegeven dat de ambitie is om één professionele Digitale Bibliotheek in te richten met een onderscheidend aanbod op het gebied van collectie en informatie. (Eén heldere internetpresentatie voor alle openbare bibliotheken – en dus een gezamenlijke ICTinfrastructuur.) Een tweede ambitie is dan ook een gezamenlijke brancheinformatiearchitectuur te realiseren, met als aandachtsgebieden: contentmanagement, relatiebeheer en zoeken en ontsluiten. Geschiedenis van de Jongerenvloer: Op 22 april 2009 is de Jongerenvloer geopend. De jongerenvloer bevind zich op de eerste verdieping van de Bibliotheek Rotterdam, aan de Hoogstraat. De vloer is bedoeld voor jongeren van 16 tot 20 jaar. Op de jongerenvloer kan je boeken lezen, muziek luisteren, kranten en tijdschriften lezen, overleggen met vrienden en klasgenoten, gamen en je eigen digitale beelden maken en presenteren. Bij de opening op 22 april was er een optreden van de band Winne en een gecombineerd optreden van dichter Daniel Dee en de band Terra. De officiële opening werd verricht door de Rotterdamse jongerenburgemeester Andrea Moreira Santos. De jongerenvloer is mede mogelijk gemaakt door YourWorld.
De “core-business” van het bedrijf De core-business van Bibliotheek Rotterdam is meer dan het uitlenen van boeken. Bibliotheek Rotterdam ziet zichzelf volgens de meerjarenvisie als hèt kenniscentrum van stad en regio en een ontmoetingsplaats van mensen en culturen. Kenniscentrum: In een kenniscentrum komen informatie en educatie samen. “Kennis is te verkrijgen door informatie te zoeken, sorteren en te vinden en door educatieve diensten te verlenen. Informatie zoeken, sorteren en vinden is van oudsher de taak van de bibliotheek. Hiertoe stellen de medewerkers van de bibliotheek collecties digitaal en fysiek samen, ontsluiten zij deze en ondersteunen zij de klant om door middel van de collecties de gewenste informatie te verkrijgen. Binnen de bibliotheek wordt educatie gerealiseerd door leesbevordering (literatuureducatie), media-educatie en adviesverstrekking. Ook het beschikbaar stellen van educatieve collecties, alsmede ruimte en middelen, valt hieronder.” Ontmoetingsplaats: “In de bibliotheek als ontmoetingsplaats komen literair-culturele en ontspanningsaspect en de participatie tot uiting; functie en collectie van de bibliotheek zijn hier het uitgangspunt Mensen kunnen elkaar fysiek ontmoeten bij diverse activiteiten op literair-cultureel en informatief gebied, die binnen de bibliotheek plaatsvinden. Maar ook digitaal ontmoeten is in toenemende mate mogelijk. 12
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Juist het element van de ontmoetingsplaats maakt de bibliotheek tot bindende factor in de samenleving. Door het ontmoetingscomponent, indirect gevolg van het openbare karakter van de bibliotheek en mogelijk door het aanbieden van kunst- en (inter)culturele activiteiten, worden de verschillende bevolkingsgroepen met elkaar in contact gebracht, en komen inwoners in aanraking met allerlei vormen van cultuur. Hierdoor worden gemeenschapszin (ontwikkeling en onderhoud van) sociale netwerken bevorderd en draagt de bibliotheek indirect bij aan de versterking van de sociale cohesie en integratie van bevolkingsgroepen van diverse afkomst.” Digitale Bibliotheek: “Het doel van de afdeling Digitale Bibliotheek, waar ik stage loop, is het zeker stellen dat de Bibliotheek Rotterdam haar kerntaken conform de bedrijfsdoelstellingen kan blijven uitvoeren, ook in de zich veranderende digitale informatiewereld.” De Digitale Bibliotheek moet dus voorkomen dat de Bibliotheek Rotterdam haar maatschappelijke taken op termijn niet meer kan vervullen. Jongerenvloer: De jongerenvloer, die vanaf april 2009 geopend is, wil net zoals de Bibliotheek Rotterdam een kenniscentrum en ontmoetingsplaats zijn, alleen de jongerenvloer richt zich op jongeren van 16 tot 25 jaar.
Bedrijfsdoelstellingen Bibliotheek Rotterdam heeft in januari 2009 op vier programma’s ambities en doelstellingen geformuleerd. Deze meetbare doelstellingen moeten gerealiseerd zijn in 2012. Dit zijn doelstellingen voor de gehele Bibliotheek Rotterdam. De vier programma’s zijn: Collectie en Informatie, Lezen en Leren, Cultuur en Literatuur en Bibliotheek van de Roterdammers. Al deze doelstellingen zijn opgenomen in mijn bedrijfsoriëntatie. In dit verslag zal ik alleen de doelstellingen noemen die te maken hebben met de afdeling Digitale Bibliotheek of de Jongerenvloer. Doelstellingen Digitale Bibliotheek en Jongerenvloer: Doelstelling 3. (Digitale Bibliotheek) In samenwerking met de branche ontwikkelen van een landelijke, servicegerichte Digitale Bibliotheek. - Bibliotheek Rotterdam functioneert als één van de vijf op te richten landelijke innovatiecentra van de branche, gericht op digitale dienstverlening. En doelstelling 7 (Jongerenvloer): 7. Inrichten van ontwikkelingsplekken voor jongeren. - Het aantal activiteiten en het aantal bezoekers aan de jongerenplekken is verdubbeld (nulmeting eind 2009). - In 2012 is één experiment jongerenbibliotheek gestart. (Deze doelstelling sluit aan bij de gemeentelijke doelstellingen m.b.t. Jongerenhoofdstad voor het beleidsveld cultuur: Het duurzaam verankeren van de betrokkenheid van jongeren bij Kunst en Cultuur in Rotterdam en het beleidsveld jeugd: De positie en het imago van Rotterdam als stad die aantrekkelijk is voor jongeren op alle terreinen dient duurzaam versterkt te worden.)
13
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Bedrijfsstructuur De organisatie van de Bibliotheek Rotterdam bestaat uit drie onderdelen. Unit Dienstverlening: Hier vinden alle uitvoerende werkzaamheden ten aanzien van de directe dienstverlening plaats. ‘Hoogstraat 110’ (Centrale Bibliotheek), ‘Wijkbibliotheken Voorrang’ (wijkbibliotheken in voorrangswijken, bibliotheekbus en mobiele collecties, inclusief de dienstverlening aan de binnenvaart, zeevaart en expats) en ‘Wijkbibliotheken Regulier’ (wijkbibliotheken in de overige wijken) vormen de unit Dienstverlening. Unit Ontwikkeling & Advies: Deze unit richt zich op innovatie en efficiëntie; hier vindt dan ook de product- en methodiekontwikkeling plaats, alsmede het opzetten van projectmatig werken. De Unit vormt de backoffice voor de activiteiten die in de Unit Dienstverlening, de frontoffice, worden uitgevoerd. Tevens vind vanuit deze unit de uitvoering van een aantal backoffice werkzaamheden plaats op het gebied van informatiedienstverlening en collectioneren. De unit omvat de teams Educatie, Informatie & Collectie, Digitale Bibliotheek en Belevenis Bibliotheek. Unit Bedrijfsvoering: Hierin zijn de volgende ondersteunende afdeling ondergebracht: Financiële Administratie, Personeel & Organisatie, Informatietechnologie & Automatisering, Facilitaire Zaken en Community & Marketing. Ornigram:
14
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Bedrijfscultuur en werksfeer Bibliotheek Rotterdam is een groot bedrijf, met meer dan twintig filialen. De Centrale Bibliotheek, waar ik werkte is het grootste filiaal, een flink gebouw in de buurt van de Blaak. De bibliotheek heeft zes verdiepingen en er zijn, verspreid over het gebouw, vele kantoren, die de normale bezoeker nooit ziet. Ik heb met een aantal van de vele afdelingen samen gewerkt, maar met de bedrijfscultuur zal ik me beperken tot de afdeling Digitale Bibliotheek, waar ik zelf heb gewerkt. Digitale Bibliotheek was een afdeling met ongeveer tien medewerkers en een afdelingshoofd. Op kantoor wordt er over het algemeen gewerkt van maandag tot vrijdag. Niemand van mijn collega’s werkte echter alle dagen van de werkweek. Werknemers mogen ook dagen thuis werken. De begin- en eindtijden zijn normaal gesproken van 9.00 uur ’s ochtends tot 17.00 uur ’s avonds. Ook hier in is men redelijk flexibel. Daar komt bij dat niet iedereen fulltime werkt. De eerste weken dat ik als stagiair werkte, heb ik een aantal keer op dinsdag middag alleen op kantoor gezeten. Iedereen heeft recht op drie kwartier pauze, op het moment dat je zelf wilt. De Bibliotheek heeft echter al een tijd geen kantine meer. Dit is op zich jammer, want door een algemene kantine zou je wat meer contact met andere afdelingen hebben. Werknemers van de bibliotheek (en ik dus ook) hebben een pasje om op delen van de bibliotheek te komen, waar bezoekers niet mogen komen. Alle werknemers, ik als stagiair ook, heeft een groot bureau met computer. Er wordt gewerkt met flexibele werkplekken. In principe kun je achter iedere computer gaan zitten en inloggen om te werken. In de praktijk had iedereen eigenlijk gewoon zijn eigen computer. Voor de Bibliotheek Rotterdam gelopen jaar geen gunstige periode, met financiële tegenvallers. De toekomst van de afdeling Digitale Bibliotheek was, al tijdens het tekenen van mijn contracten, onzeker. De afdeling, die ongeveer een decennia heeft bestaan, schijnt een aantal keer verkeerde keuzes in het verleden te hebben gemaakt. Hoe dan ook; rond december was er een reorganisatie in de Centrale Bibliotheek. De afdeling Digitale Bibliotheek verdween, of ging eigenlijk op in een afdeling ICT. Het belangrijkste verschil was dat de focus veel minder zou komen te liggen bij het leveren van digitale content (websites, filmpjes en spellen), maar meer naar de technische kant en het programmeren. Voor mij, als stagiair had de reorganisatie, geen directe gevolgen. Mijn hoofdtaken stonden al op het contract, dus die veranderden niet. Voor mijn collega’s had de reorganisatie wel grote gevolgen. Ten eerste mocht niet iedereen blijven. Bij de overgang naar de andere afdeling, waren er zogenaamde “verdwijnfunctie”. Dit kwam er op neer dat werknemers minder gingen werken en in sommige gevallen gewoon weg moesten. Het afdelingshoofd raakte zijn functie ook kwijt en was de afgelopen maanden haast niet aanwezig, waardoor er weinig controle was op de werknemers die niet overstapten naar een andere afdeling, of zelfs bedrijf. Hoewel ik de sfeer nooit als onprettig heb ervaren, kunnen de reorganisatie en gedwongen verdwijnfuncties nooit goed zijn geweest voor de motivatie van de werknemers. Dan komt er bij dat we als afdeling in vijf maanden tweemaal verhuisd zijn. Eerst van de eerste verdieping naar de zesde, naast de stilte ruimte en een aantal weken later weer terug naar een ander gedeelte van de eerste verdieping. Uiteraard zorgde deze verhuizingen voor wat extra rommel. (Door de verhuizingen heb ik steeds met verschillende collega’s kamers gedeeld, wat op zich wel leuk was.)
15
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Samengevat was mijn stageperiode nogal een zware, bewogen tijd voor de medewerkers van de Digitale Bibliotheek. Toch heb ik de sfeer op de werkvloer als aangenaam beschouwd. Werknemers houden rekening met elkaar en zijn niet onaardig, ondanks dat sommigen concurrent zijn voor een functie na de reorganisatie. Koffie wordt om beurten door iedereen gehaald. Rivelino, mijn begeleider heeft altijd een pot gevuld met snoep staan. Bij verjaardagen en dergelijke wordt taart getrakteerd. Mensen van andere afdelingen komen regelmatig langs voor een praatje. We hebben twee bedrijfsuitjes gehad (naar een bouwplaats van de komende markthal en een fietstocht) en een aantal keer iets met elkaar gedronken of gegeten en dit was altijd gezellig. Mijn eerste week hebben we een vrijdagmiddag borrel gehouden, maar dit was geen vaste traditie, werd mij verteld. (Ik heb verder niet meer op vrijdagen gewerkt.) Een aantal werknemers, van Digitale Bibliotheek maar ook van andere afdelingen, spelen op woensdag volleybal met elkaar.
Mijn rol binnen het bedrijf Hoewel er op andere afdelingen van de Bibliotheek Rotterdam nog meer stagiairs werken, ben ik de enige stagiair op de afdeling Digitale Bibliotheek. Ik heb volgens mij van iedereen dezelfde behandeling gekregen als de gewone werknemers. Ik werd direct betrokken bij vergaderingen en uitstapjes. Mijn werkplaats was (na iedere verhuizing) even groot/goed als die van de anderen. Ik had mijn eigen pasje en kluisje en kreeg een tekentablet van de bibliotheek, om illustraties en animaties mee te maken. Aan het einde van de stageperiode maakte ik veel gebruik van een ruimte met een computer op de zesde verdieping, om tekst in te spreken voor een computerspel. Deze ruimte zou leeg worden gehaald om ergens anders voor te worden gebruikt, maar op mijn verzoek was men zelfs zo vriendelijk de ruimte met de computer tot eind januari te behouden. Er werd dus erg rekening gehouden met mij en mijn taken. In het begin werden er wel grapjes over gemaakt, maar ik kreeg niet steeds de vervelende klusjes zoals bijvoorbeeld iedere keer de telefoon opnemen of koffie halen (hoewel ik uiteraard weleens koffie voor mensen gehaald heb). Ik had een “eigen” computer, maar nam ook vaak mijn laptop mee, omdat daar al mijn designprogramma’s staan. Ik heb over het algemeen hard gewerkt aan de opdrachten die ik kreeg en dat werd gewaardeerd door mijn collega’s. In de eerste weken van mijn stage heb ik een paar keer, op verzoek, mensen uit andere teams geholpen, door een filmpje te monteren of een brainstorm bij te wonen. Op een gegeven moment werd dit minder, omdat ik het erg druk kreeg met mijn eigen (hoofd)taken. Rivelino was mijn begeleider. Op de eerste twee werkplaatsen zat hij bij mij in de buurt. Na de laatste verhuizing zat hij een kamer verderop. Ik kon altijd bij hem terecht als er problemen waren, maar over het algemeen kon ik redelijk zelf uit de voeten en er waren altijd wel collega’s waar ik terecht kon als er problemen waren. Wat werktijden betreft was iedereen vrij flexibel (misschien ook omdat het afdelingshoofd er niet veel was.) Ik heb wel altijd gezorgd dat ik rond negen uur binnen was. Meestal nam ik pas rond een uur of twee a drie pauze. Dan ging ik de stad in, maakte een ommetje of ging even op de Jongerenvloer kijken. In het volgende gedeelte ga ik het hebben over de taken en opdrachten, die ik op mijn stage uitvoerde.
16
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Opdrachten In het gedeelte Doelstellingen van dit verslag is al vermeld wat volgens mijn contract mijn twee hoofdtaken zouden worden, namelijk het maken en uitvoeren van een sociale media strategie voor de Jongerenvloer en het maken van een educatieve game voor de Kinderjury. Het werk aan deze hoofdtaken zal ik straks uitgebreid beschrijven, maar eerst bespreek ik mijn overige werkzaamheden en taken.
Algemene taken Naast mijn hoofdtaken en vanzelfsprekende taken, zoals het opnemen van de telefoon, ben ik ook betrokken geweest bij andere projecten en heb ik kleine andere taken gekregen. Naarmate de stage vorderde werd dit minder, omdat ik het druk genoeg kreeg met mijn hoofdtaken. De eerste maanden ben ik veel bezig geweest met filmen en videomontage. Dit was niet gepland en niet in de contracten opgenomen. Maar toen bleek dat ik redelijk met het bewerkingsprogramma Premiere overweg kon, werd er wel eens ergens om gevraagd – en ik vond het leuk om te doen. Ik heb samen met Rivelino een interview over Laaggeletterdheid gefilmd en gemonteerd, wat namens team Educatie werd ingestuurd om mee te dingen naar landelijke prijs. Hierna heb ik nog een aantal filmpjes gemaakt, een deel daarvan voor de Jongerenvloer en de bijbehorende communities, maar ik heb bijvoorbeeld ook een filmpje gemaakt dat een gedicht begeleide en werd vertoond tijdens het Lezersfeest. Ik werd betrokken bij de eerste fases van het Wepboek-project (animaties voor kleuters), hoewel ik niet heb geholpen met de uitwerkingen hiervan. Op het MontFort college, een middelbare school op Rotterdam Zuid heb ik samen met Rivelino namens de bibliotheek twee workshops gegeven over het maken van websites. Dit had weinig met de andere taken van de bibliotheek te maken, maar ik vond het een erg aangename afwisseling. En bovendien vond ik het erg leuk. Het viel me mee dat er goed geluisterd en meegedaan werd door de lage klassers en dat sommige echt enthousiast de workshops verlieten. Aan het einde van de stageperiode heb ik cameraman gespeeld bij TimeLines. Dit is een talkshow die wordt georganiseerd door de Jongerenvloer, waarbij drie bekende Rotterdammers vertellen over hun leven en de invloed van muziek en televisie. Ik heb een aantal keer vergaderingen van en over de Digitale Bibliotheek bijgewoond. Hoewel het niet altijd erg prettige aangelegenheden waren in verband met de reorganisatie, vond ik dit interessant om mee te maken en erg leerzaam.
17
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Sociale Media Strategie voor de Jongerenvloer De hoofdopdracht waar ik direct mee startte was de Sociale Media Strategie van de Jongerenvloer. Deze opdracht is in drieën te delen, het onderzoek (onderzoek doen naar communities), de uitvoering (het daadwerkelijk maken van de communities) en vervolgens de communies in de gaten blijven houden en participeren. Ik zal beginnen met uitleggen wat een Sociale Media Strategie is. De term “social media”, of Sociale Media, is een verzamelnaam voor alle internettoepassingen waarmee het mogelijk is om informatie met elkaar te delen. Deze informatie is niet alleen tekst, maar ook beeld- en geluidmateriaal. Een duidelijke definitie van sociale media is: media die zijn gebaseerd op conversaties tussen gebruikers. Social Media zijn zo populair dat ze zijn uitgegroeid tot een mediumtype waar men serieus rekening mee houdt. Social Media Marketing is een van de snelst groeiende specialisaties binnen het online marketing landschap. Veel bedrijven komen naast een pr-strategie, een digitale marketingstrategie en een mediastrategie nu ook met een Sociale Media strategie. Een Social Media Strategie is een plan van aanpak voor bedrijven die starten met Social Media Marketing. Onderzoek De eerste stap van het onderzoek was een verdieping in Sociale Media. Toen ik met de opdracht startte wist ik niet heel veel van sociale media en online communities. Ik heb niet onder een steen geleefd de afgelopen jaren, dus ik had wel van Hyves en dergelijke communities gehoord. Ik deed er echter niet aan mee. Nu ik met deze opdracht begon, was het eerste wat ik deed lid worden van alle belangrijke communities. Verder ben ik me gaan inlezen op het onderwerp. Ik heb vele internetsites en fora bezocht met feiten en meningen over online communities. Het was afgesproken dat ik een document zou leveren over de Sociale Media Strategie. In dit document heb ik uitgebreid uiteengezet wat sociale media, sociale media marketing en een sociale media strategie zijn. Vervolgens heb ik alle sociale media die er toe doen op een rijtje gezet. Hier de samenvatting. Facebook en MySpace zijn wereldwijd de grootste communities. Facebook heeft 350 miljoen gebruikers wereldwijd. Myspace was in 2006 nog het meest gebruikte sociale netwerk, maar is intussen ingehaald door Facebook. Toch heeft MySpace nog steeds 263 miljoen leden. In Nederland zijn Facebook en Myspace minder populair dan in de meeste andere landen, omdat in ons landje veel gebruik wordt gemaakt van (het door Nederlanders opgezette) Hyves. Hyves heeft meer dan 9 miljoen gebruikers. Hyves heeft een Engelse vertaling, maar de community is grotendeels onbekend buiten Nederland. Ook een goed lopende community wereldwijd is LinkedIn. Dit is een sociaal netwerk gericht op vakmensen, met wereldwijd 43 miljoen leden. Dan is er nog Ning. Ning is een online platform waarmee je je eigen sociale netwerken kunt maken. Via Ning kan je een eigen netwerk opzetten rond een bepaalde interesse, met een eigen design, eigen features en eigen ledendata. Inmiddels zijn er meer dan 1,8 miljoen Ning Networks gemaakt en zijn er meer dan 37 miljoen gerigistreerde gebruikers. Twitter is een op het moment erg populaire community, die 44,5 miljoen leden wereldwijd heeft. Twitter draait om “microbloggen”; het achterlaten van hele korte berichtjes. En dan zijn er nog Youtube, de community rond videofilmpjes, FlickR rond foto’s, Last.fm rond muziek –en nog vele, vele anderen. 18
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
De Jongerenvloer had overigens al verwijzingen naar sociale media op de website, voordat ik aan de opdracht begon. Vier van de vijf links verwezen naar pagina’s die weinig of helemaal niets met de Jongerenvloer te maken hadden. (Zoals de Youtubepagina van Bibliotheek Rotterdam of de MySpace pagina van een artiest die ooit eens had opgetreden.) De Jongerenvloer had wel al een eigen Hyvespagina met 44 leden. Veel van deze leden waren echter werknemers. En de website was geen publieke pagina, maar een persoonlijke (alsof de Jongerenvloer een persoon is). De volgende stap was te bedenken wat we met een Social Media Strategie wilden bereiken. Ik heb dit, na overleg met collega’s, op een rijtje gezet. Bereik en Acquisitie: Wij willen met behulp van Sociale Media meer jongeren gaan bereiken dan de jongeren die al op de vloer komen. De term Acquisitie gaat maar voor de helft op. Wij richten ons op een bepaalde doelgroep, namelijk jongeren. Het is niet de bedoeling dat we ook andere leeftijdscategorieën gaan aantrekken. Maar binnen de doelgroep jongeren zijn misschien segmenten die wij nu nog niet bereiken. Zo zullen er jongeren zijn die niet snel naar de bibliotheek zullen komen, maar als ze meer over ons te weten komen met behulp van Sociale Media, misschien toch geïnteresseerd in de Jongerenvloer raken. Engagement en Loyaliteit: Dankzij sociale media verkrijg je meer interactie met de jongeren. Jongeren kunnen door online communities direct met ons (en met elkaar) communiceren. Ze kunnen laten weten wat ze van de Jongerenvloer en de collectie vinden. Ze kunnen suggesties doen of vragen stellen. Dit zorgt dus voor nieuwe mogelijkheden voor de jongeren – en wij, als jongerenvloer, krijgen meer feedback. Loyaliteit gaat om het vormen van hechtere relaties met de Jongeren. Wij zetten de sociale media sites zelf op, maar het is de bedoeling dat de sites uiteindelijk een eigen leven gaat leiden. Wij zullen de sites beheren, maar de invulling willen we zoveel mogelijk aan de jongeren over laten. Het is tenslotte hun vloer. Wij hopen dat de Jongerenvloer een hechtere relatie met de vloer zullen krijgen als ze het gevoel hebben deel uit te maken van wat er op de vloer en de communities gebeurt. Innovatie en Reputatiemanagement: Innovatie en Reputatiemanagement vinden we wat minder belangrijk als de bovenstaande doeleinden, maar zijn toch ook wel interessant. Door te communiceren met de doelgroep verkrijg je meer feedback en ideeën voor de Jongerenvloer. Het is dus belangrijk goed op te letten en goed te luisteren, om te kunnen innoveren. Sociale Media kan je verder gebruiken om er achter te komen wat jongeren van je vinden en vervolgens zouden we de reputatie (als we dat nodig achten) kunnen proberen te beïnvloeden. Bij de keuze welke online communities we gingen inzetten heeft een onderzoek van Ruigrok Netpanel een grote rol gespeeld. Ruigrok Netpanel en The Next Web hebben namelijk in mei 2009 een onderzoek gedaan naar het gedrag van Nederlanders op het web en de gevolgen daarvan voor het dagelijks leven. De doelgroep van dit (jaarlijkse) onderzoek was Algemeen Nederlands publiek van 18 jaar en ouder. In totaal hebben 1.011 Nederlanders deelgenomen. Het onderzoek geeft heel duidelijk aan welke communities op het moment het belangrijkst zijn. 19
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Uit dit onderzoek blijk dat 72% procent van de Nederlanders een profiel heeft op een online netwerk. 56% van de Nederlanders heeft een Hyvesaccount. 33% heeft een account op schoolbank (een Nederlandse community waar je oudklasgenoten op kunt opzoeken). Vrouwen zijn vaker lid van sociale netwerken (Hyves, schoolbank) en mannen meer van functionele netwerken (LinkedIn, Twitter). Hoger opgeleiden hebben vergeleken met middelbaar en lager opgeleiden relatief vaak een profiel op Facebook en LinkedIn. Hoger opgeleiden zijn bij Hyves in de minderheid (51% tegen 59%). Jongeren zijn vaker en meer op netwerken actief dan ouderen. Van de jongeren tot 35 jaar netwerkt 87% online, van de 36 tot 54 jarigen is dit 76% en van de 55-plussers netwerkt 55%.Voor de meeste netwerken geldt dat de jongeren tot 35 jaar domineren. (Alleen schoolbank is hier een uitzondering op.) Hyves is voor Nederlandse netwerkers het belangrijkst. 67 procent van de mensen met profielen op meerdere netwerken kiest Hyves als meest belangrijk netwerk. Meer dan de helft van de Nederlanders heeft een Hyvesprofiel. 55% van alle netwerkers geeft wel aan dat ze minder dan 2 uur per week besteden aan netwerken. Aan de hand van mijn onderzoek (en dat van Ruigrok) en na overleg met meerdere collega’s (veel medewerkers van de Digitale Bibliotheek weten veel van sociale media) hebben we besloten de communities Hyves, Facebook en Youtube in te zetten in onze Sociale Media Strategie. Hyves omdat dit met afstand de populairste community is bij Nederlanders. Facebook omdat dit een community is die ook erg goed loopt, de grootste wereldwijd is en nog in opkomst is in Nederland, denken we. Hier hebben we Youtube aan toegevoegd. Deze community die om filmpjes draait is erg populair en aangezien wij ook filmpjes over de Jongerenvloer willen maken leek dit een logische keuze. De volgende vraag was hoe we jongeren op onze online communities aantrekken en binden. (Potentiële leden melden zich niet zomaar uit zich zelf bij een online community aan. Ten eerste moeten ze weten dat de community bestaat, vervolgens moeten ze de online community interessant genoeg vinden om lid te worden.) De eerste online community (de eerste hyve) had 44 leden. De vraag was dus hoe we meer jongeren konden lokken en binden. Tweemaal hebben we over dit onderwerp een brainstorm gehouden. Aanwezig bij deze brainstorms waren Judith Pietersma (Belevenis Bibliotheek), Elma Plaisier (Educatie), Erik van Wesel (Digitale Bibliotheek), Peter Delsman (Digitale Bibliotheek) en Mischa van Vlaardingen (Team 123). En ook mijn stagebegeleider Rivelino Marica (Digitale Bibliotheek) en ikzelf (stagair Digitale Bibliotheek.) Het belangrijkste acpect van de communities is de Jongeren de mogelijkheid bieden om met elkaar in contact te komen, evenals met ons als bibliotheek in contact te komen. Wij zouden dus graag willen zien dat er op de Hyve boeken, cd’s, games en films worden besproken en dat er wordt gediscussieerd. Verder zouden jongeren aan ons suggesties over de collectie kunnen doen, of met andere vragen of tips komen. Wij willen dus proberen deze discussies op onze communities uit te lokken. Een andere manier waarmee we het lid worden aantrekkelijker wilden maken is de mogelijkheden een optreden op het podium van de Jongerenvloer aan te kunnen vragen via de communities. Hetzelfde geldt voor presentaties op de computers van de Jongerenvloer. Bij de brainstorm werd geopperd leden van de JongerenvloerHyve extra opties, privileges, te bieden. Bijvoorbeeld het langer mogen gebruiken van de computers op de Jongerenvloer. Maar we hebben besloten om zo ver niet te gaan, omdat je het de jongeren dan wel heel erg opdringt. 20
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Tijdens de brainstorms hebben we ook besproken hoe we reclames zouden maken voor de communities. De Jongeren moeten natuurlijk wel weten dat de communities bestaan, om lid te kunnen worden. We vonden dat op de Jongerenvloer zelf, op de eerste verdieping van de centrale Bibliotheek, duidelijk reclame moet worden gemaakt, zodat iedereen die Jongerenvloer bezoekt ziet dat we ook een Jongerenvloer-hyve hebben. Dit kan gedaan worden met het plaatsen van posters en/of flyers. Het leek ons ook een goed idee om een directe link op de computers van de Jongerenvloer naar onze Hyve-pagina te maken, of zelfs de JongerenvloerHyve als startpagina in te stellen. Om ook jongeren te bereiken die niet van het bestaan van de Jongerenvloer af weten (of er in ieder geval niet komen), willen we ook reclame maken op andere sociale media sites. Bij de brainstorm waren we het er over eens dat het organiseren van optredens en evenementen goede reclame is voor de Jongerenvloer – en misschien een extra stimulans om de Jongerenvloer-communities regelmatig de bezoeken, voor de agenda en ook voor foto’s en filmpjes van de evenementen. Er was geen budget beschikbaar gesteld voor de Sociale Media Strategie en de uitwerking hiervan. Er zijn geen kosten verbonden aan het gebruiken van Facebook, Hyves en Youtube. Ik, als stagiar, heb de pagina’s ontworpen (binnen de mogelijkheden die Hyves en Facebook bieden) en heb de pagina’s gevuld met de eerste content. De bibliotheek heeft zelf de mogelijkheid flyers en posters te laten drukken, dus daar werd ook geen geld aan besteed. Om online community goed te laten werken moeten er echter voldoende leden zijn. De eerste Jongerenvloer Hyves had 44 leden. Wij hebben als enige doelstelling gesteld dat we eind januari 2010 300 Hyves-leden willen hebben. Uitwerking De jongerenvloer had al een Hyvepagina met 44 vrienden. Deze pagina was, zoals eerder vermeld, een persoonlijke pagina. Hierdoor waren de mogelijkheden beperkt. We wilden dus een nieuwe Hyvespagina maken. Dit keer een groepspagina. Het addertje onder het gras was dat er een kans was dat niet iedereen die nu al vriend was de moeite zou doen om lid te worden van onze nieuwe Hyve. Bovendien was het adres jongerenvloer.hyves.nl al bezet. De nieuwe pagina moest dus noodgedwongen anders heten, we hebben hiervan jgrvlr.hyves.nl gemaakt. Door een nieuwe pagina aan te maken kregen we de optie van een agenda erbij. Hier kunnen we evenementen aangeven en bezoekers en leden kunnen aangeven of ze hier ook bij willen zijn. Verder is het grootste verschil dat een groepspagina een soort forum heeft, waar je berichten kunt achter laten en op elkaar kunt reageren. Dit was dus essentieel, omdat we discussies wilden uitlokken. Ik heb de pagina, zover Hyves het toeliet, ontworpen. We hebben ervoor gekozen om de frisse kleuren groen, wit en roze te gebruiken. (Groen en wit zijn de kleuren van Rotterdam.) De achtergrond van de pagina is wit en in roze zijn twee jongeren en meubelen van de Jongerenvloer te zien. De vlakken met content van de pagina zijn in het groen en vallen over deze afbeelding heen. Het is helaas niet mogelijk met de opmaak van de pagina (welk deel waar komt) te sleutelen. Linksboven wordt dus altijd informatie over de Jongerenvloer en de JongerenvloerHyves getoond en daarnaast de leden. Op de pagina is een ruimte om foto’s en een ruimte om video’s te laten zien. Er kunnen polls worden geplaatst. Er is een plaats waar bezoekers krabbeltjes kunnen achterlaten en er kunnen polls worden geplaatst. Op de volgende pagina is een afbeelding van de Jongerenvloer-Hyve te zien. 21
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
We hebben er voor gekozen om de meeste aandacht te besteden aan onze Hyve pagina. Toch hebben we ook een Facebook pagina gemaakt. Op deze pagina staan nieuwtjes en de komende evenementen, verder wordt er verwezen naar de Hyves-pagina. Bij Facebook zijn er veel minder opties om een pagina op te maken. De Layout wordt automatisch door Facebook gedaan en het enige waar je zelf invloed heb is de content. Teksten en foto’s en natuurlijk het plaatje/logo links bovenin. Op onze Hyvepagina staan filmpjes. Deze filmpjes zijn ook terug te vinden op de Youtube pagina die we hebben aangemaakt. Wat reclame betreft hebben wij ons volledig gericht op de Jongerenvloer-Hyves, omdat het ons vreemd en verwarrend leek om tegelijk voor verschillende communities reclame te maken. Op de Jongerenvloer liggen op verschillende plaatsen stapels flyers. Deze flyers zijn ook op andere afdelingen van de bibliotheek terug te vinden. (Zoals op de zesde verdieping, de stilte ruimte die veel door jongeren bezocht wordt.) Dezelfde afbeelding is ook als poster afgedrukt en hangt onder andere bij de ingang van de Jongerenvloer. Hoewel ik er meerdere malen om gevraagd heb, is er geen knop op de computers aangebracht die direct naar de Hyve-pagina linkt. De week nadat we de Hyvespagina hebben opgezet heb ik in mijn eigen Hyve-netwerk veel reclame gemaakt en rondgevraagd of mensen lid wilden worden. 22
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Ook heb ik op veel andere communities reclame gemaakt. Op allerlei sites heb ik een reclameboodschap (inclusief plaatje) achtergelaten. Bij communities over boeken was dit gerelateerd aan boeken, bij communities over muziek ging dit vooral over muziek, enzovoort. Ik heb alle eerste content geplaatst. Dit waren foto’s van de Jongerenvloer en de opening. Ik heb filmpjes geplaatst van optredens en ik heb een “Jongerenvloer-tour” gemaakt, met beelden van wat er allemaal te doen is op de Jongerenvloer. De agenda moest worden bijgehouden. Ik heb de eerste berichten geplaatst, hopend dat er op zou worden gereageerd en discussies worden gestart. Ik heb aangegeven waar leden hun klachten, vragen, tips en collecties kwijt konden en waar ze moesten zijn voor het reserveren van het podium of de presentatiecomputers, En ik heb direct een blog geplaatst (en later nog een paar keer). Resultaat en toekomst Eind september 2009 hebben we de Facebook- en Hyve-pagina voor de Jongerenvloer opgericht. We hadden besloten alleen reclame te maken voor de Hyve-pagina, om verwarring te voorkomen. Het verschil is duidelijk te zien. De Facebook pagina heeft na een aantal maanden slechts 6 leden. De Hyvespagina, waar onze focus lag, had er eind januari 2010 187. Bij de Hyvespagina steeg het aantal leden in het begin vrij langzaam. Na twee weken hadden we ongeveer 50 leden – en dat was vergelijkbaar met onze oude Hyve. Onder de leden waren veel mensen die voor de bilbiotheek werkten en/of lid waren geweest van de oude Hyve. Het werd wel duidelijk dat de mogelijke leden, ondanks de flyers en dergelijke, niet snel uit zich zelf zouden komen. Begin oktober heb ik twee dagen besteed aan netwerken en reclame maken voor de Hyve-pagina. Ik heb persoonlijke uitnodigingen gestuurd naar vrienden en bekenden en heb veel reclame gemaakt op andere online netwerken. Hierna steeg het ledental flink. Met het nadeel dat veel van de leden bekenden van mij zijn, die lid zijn geworden om mij een plezier te doen en die niets met de Jongerenvloer hebben en dus ook niet veel zullen bijdragen.Het ledental is daarna langzaam blijven groeien, tot eind december. Sindsdien schommelt het ledental rond de 185 á 190 leden. Er komen sporadisch nog nieuwe leden bij, maar er vallen ook nog wel eens leden af. De doelstelling 300 leden is dus niet behaald. Niet alle ideeën om leden te trekken zijn uitgevoerd. Ik vind het erg jammer dat er nooit een directe link op de computers van de Jongerenvloer naar onze Hyve-pagina is geplaatst. Ik vind dit een gemiste kans. De computer bevatte namelijk al directe knoppen naar andere websites. En ik denk nog steeds dat dit ons een hoop leden had opgeleverd, aangezien Hyves (algemeen) volgens mij veel bezocht wordt door de internetters. Ik heb ook aangegeven dat we de boeken top 5 op onze Hyve moesten gebruiken. Op de Jongerenvloer worden regelmatig vijf boeken gepromoot – en daar worden dan stapels van uitgeleend. We zouden hier informatie over kunnen geven op de Jongerenvloer-Hyve en lezers de mogelijkheid geven iets over de gelezen boeken kwijt te kunnen. …Maar we zullen niet weten of dit verschil had gemaakt. Het aantal leden waar we naar streefden hebben we dus niet bereikt. Maar wat ik vooral jammer vind is dat de pagina nooit zo is gaan leven als de bedoeling was. Alle eerste content was van mij. In een aantal maanden zijn er maar een aantal krabbeltjes en andere berichten van geplaatst. Het was dus weinig werk om de pagina bij te houden en te reageren op vragen. Zelf heb ik een aantal keer een blog geplaatst over een boek of film. 23
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Naast mij waren er nog een aantal beheerders (onder andere baliemedewerkers), die dingen namens de Bibliotheek en de Jongerenvloer op de site konden plaatsen. Dit gebeurde helaas zeer weinig. We hadden gehoopt dat wij de pagina zouden opzetten en dat het dan op een gegeven moment een eigen leven zou gaan leiden. Dat wij de site zouden beheren, maar dat we de invulling zo veel mogelijk aan jongeren over zouden laten. Dit viel (tot nu toe) nogal tegen. Aan de andere kant hebben we Sinds september 2009 veel meer Hyves-leden (het oude aantal is meer dan verviervoudigd) en hebben we online meer aan onze leden en bezoekers te bieden. We hebben dus zeker wel progressie gemaakt. Ik denk dat we met onze Jongerenvloer-Hyvepagina een leuke basis hebben opgezet. Er gebeurt echter te weinig, er worden haast geen berichten achtergelaten. Het is de vraag of jongeren zitten de wachten op een Jongerenvloer-Hyve, maar ik denk dat het ook komt door te weinig inzet vanuit de bibliotheek. Als de medewerkers van de Jongerenvloer, evenals verwante afdelingen, vaker kleine berichtjes achterlaten is er meer te beleven op de Hyve-pagina. Ik denk dat je een groep Hyve-pagina kunt vergelijken met een café. Mensen bezoeken liever een vol, gezellig café, dan één waar bijna niemand anders zit. Als medewerkers meer posten, zullen we, denk ik, ook sneller bezoekers en leden trekken. Ik hoop dat er collega’s zijn, die nu mijn stage er op zit, doorgaan met het trekken en betrekken van mensen via sociale media. En dat men doorgaat met de Jongerenvloer-Hyve. Als collega’s, baliemedewerkers en/of vrijwilligers zich wat meer inzetten en als er nog een aantal ideeën, zoals de online boekentop 5, worden doorgevoerd, zou ons ledental verder kunnen stijgen en kan de pagina wat meer gaan leven.
24
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Educatieve Game: Monsterdam De opdracht waar ik verreweg de meeste tijd aan heb besteed is de Educatieve Game. Dit was de tweede hoofdopdracht uit mijn contract. Ik begon hier pas na ongeveer anderhalve maand aan, toen de communities van de social media strategie al online stonden. De opdracht De opdracht kwam vanuit de afdeling Educatie. De opdrachtgeefster was Gerdine Brans, die voor de Bibliotheek en afdeling Educatie werkt. In eerste instantie was de opdracht bedoeld om aan te sluiten op de Kinderjury. De Kinderjury is een jaarlijks terugkerend, landelijk gebeuren, waarbij basisschoolkinderen een aantal boeken lezen en deze beoordelen, zodat er een paar schrijvers en boeken als winnaar uit komen. Redelijk snel nadat ik met de opdracht begonnen ben hebben we echter besloten om het niet voor de kinderjury te ontwikkelen. Omdat we het spel dan waarschijnlijk te veel zouden moeten aanpassen, om rekening te houden met alle scholen. (Het draait om monsters en griezels en Gerdine dacht, door eerdere ervaring, dat dit gevoelig ligt bij bijvoorbeeld zeer christelijke scholen.) We besloten het spel daarna te maken voor de Brede School. De brede School is een samenwerkingsverband tussen partijen die zich bezighouden met opgroeiende kinderen. Basisscholen kunnen nu zelf bepalen of ze het spel gebruiken of niet. Bovendien zetten we het spel online, waardoor kinderen of andere geïnteresseerden het ook buiten scholen om kunnen spelen. De doelgroep voor het spel zijn basisschoolkinderen, in groep zeven en acht. Dit zijn dus kinderen, uit het de laatste jaren van de basisschool met een leeftijd rond de twaalf. Het was de bedoeling dat het een griezelthema kreeg, omdat ze vanuit de afdeling Educatie dachten dat dit zowel voor jongens als meisjes geschikt is. Het moest een educatieve game worden. De kinderen moesten er dus iets van opsteken. Bovendien wilden we vanuit de bibliotheek aansluiten op het thema Mediawijsheid, waar de bibliotheek veel mee bezig is. Idee ontwikkeling Samen met Rivelino en Erik van Wesel (een collega die erg handig is met het programma Flash, waarin het spel gemaakt zou gaan worden) hebben we een brainstorm gehouden over het spel. De bibliotheek heeft een paar keer eerder spellen gemaakt of laten maken. Ik wilde natuurlijk iets compleet nieuws maken, maar heb ook gekeken wat voor spellen er tot nu toe door de bibliotheek gemaakt waren. Het grootste, ambitieuste spel was “Moordspel”, waarbij door spelers in een aantal stappen een moord moest worden opgelost en waarbij de Bibliotheek had samengewerkt met een professionele schrijver. Dit keer was het de bedoeling dat ik het spel zelf zou bedenken en uitwerken, maar dat ik hulp zou krijgen van mijn collega’s. Het belangrijkste van deze hulp was Erik, die zou helpen met het realiseren van het spel. De techniek en het werkelijk in elkaar zetten, waar ik zelf minder goed in ben. (Maar wel een hoop van wilde leren.) Bij het bedenken van het spel moest dus rekening worden gehouden of Erik dacht dat dingen realiseerbaar waren of niet. Bij de eerste brainstorm dachten we aan taalspelletjes en rebussen. Een van de ideeën was een grote rebus te maken, waarbij delen van de rebus pas zichtbaar werden als andere puzzels werden opgelost. 25
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Omdat het de bedoeling was om het lezen en media (internet) gebruik te stimuleren, dachten we ook aan een speurtocht. Spelers zouden informatie moeten opzoeken om verder met het spel te komen. Hierbij zouden we spelers kunnen stimuleren naar de bibliotheek te komen. Ik opperde om een soort “Wie is het?” (het bordspel) te maken, alleen dan met monsters. Waarbij je wint door het juiste monster aan te wijzen, waarvoor je eerst allerlei vragen moest beantwoorden. Na de brainstorm heb ik een week een beetje met een idee rondgelopen, dat (terwijl ik met andere dingen bezig was) langzaam vorm kreeg. Dit idee heb ik later aan Gerdine Brans gepresenteerd. Het basisidee Mijn basisidee ging over een dorp, waar alleen maar monsters wonen. Dit dorp heet Monsterdam. Het spel begint als het broertje van de speler ontvoerd wordt en de speler op zoek gaat naar Monsterdam, om hem te redden. Het is echter niet duidelijk welk monster de schuldige is. Het verhaal wordt onderverdeeld in hoofdstukken. Ieder hoofdstuk staat er één monster centraal. (Bijvoorbeeld de vampier, of de weerwolf). In de hoofdstukken worden de monsters geïntroduceerd in een filmpje (een verhaal, dat de rode draad van het spel is). Vervolgens krijgt de speler in ieder hoofdstuk vragen over het bijbehorende monster. Bij ieder hoofdstuk horen drie vragen. De vragen vallen onder de categorieën Algemeen, Boek en Media. De vragen worden ondersteund met filmpjes. Als je alle vragen juist beantwoord dan krijg je een aanwijzing van het bijbehorende monster en dan mag je verder met het spel. Door alle vragen te beantwoorden en alle hoofdstukken te voltooien kun jij, als speler, je broertje redden. Het bovenstaande idee heb ik aan Gerdine gepresenteerd, ondersteund met een aantal tekeningen en schetsen. Gerdine was enthousiast en gaf groen licht, dus ik kon dit idee gaan uitwerken. De taken Na het gesprek met Gerdine ben ik opnieuw met Rivelino en Erik rond de tafel gaan zitten, om te bespreken wat er allemaal geleverd moest worden om het project te realiseren. We hebben besloten om zeven hoofdstukken te maken. De rode draad van het verhaal wilde ik vertellen met animatiefilmpjes. Dat betekende dat ik negen animatiefilmpjes moest leveren (een begin een einde en zeven hoofdstukken.) Naast deze filmpjes, moest er een interactief gedeelte komen waar de vragen worden gepresenteerd en waar de antwoorden moeten worden ingevuld. Het leek mij leuk dat het thema monster hierbij aanwezig is en opmerkingen maakt over de antwoorden, terwijl de speler bezig is. Ieder hoofdstuk zouden drie vragen moeten worden beantwoord. Het leek mij direct erg belangrijk dat dit geschikte vragen zouden zijn. De doelgroep zijn basisschool kinderen, dus de vragen moesten niet eng zijn. Bovendien waren we bang dat kinderen zouden afhaken als de vragen te moeilijk of te makkelijk zouden zijn. Erik en Rivelino bedachten dat we een inlogscherm konden maken. Op die manier is het mogelijk, als iedere speler een naam en wachtwoord invult, om het spel te starten waar je als speler het laatst geweest was. Achteraf gezien was dit essentieel, omdat het de bedoeling is dat je als speler voortdurend op zoek moet naar een antwoord en dus het spel tijdelijk verlaat. Om de spelers-namen, wachtwoorden en huidige hoofdstukken bij te houden, maar ook om de vragen en juiste antwoorden te beheren moest er een database gemaakt worden. Dit zou Rivelino gaan doen. 26
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Erik dacht dat dit alles haalbaar was en zou uiteindelijk (als bij het project het einde naderde) alle losse delen in elkaar gaan zetten,om er een speelbaar geheel van te maken. Gerdine had beloofd dat de afdeling Educatie aan de slag zou gaan om geschikte vragen te zoeken. Ik zou aan de slag gaan met de animatiefilmpjes en afbeeldingen maken voor de interactieve gedeelten waar de vragen werden gepresenteerd, Uitwerking Het was erg veel werk om de filmpjes te maken. Bij de bibliotheek lieten ze mij gelukkig vrij om mijn tijd zelf in te delen. Ik had redelijk snel door dat het maken van de filmpjes erg veel werk zou worden, maar ik mocht er toch mee doorgaan, mede omdat het er erg leuk uit ging zien. Rivelino gaf wel aan, terecht denk ik, dat niet ieder bedrijf mij zou vrij zou hebben gelaten mijn eigen ding te doen. Ik denk dat ik ongeveer gemiddeld een week deed over een filmpje. Dit hield in dat ik ook wel andere opdrachten en dingetjes deed, maar het grootste deel van mijn uren met het spel en de filmpjes bezig was. De eerste stap van ieder filmpje was het bedenken van het verhaal. Bij de eerste filmpjes had ik een storyboard gemaakt, om aan Gerdine en andere betrokkenen te laten zien hoe het er uit zou gaan zien. Op een gegeven moment heb ik dit los gelaten omdat het te veel werk werd en omdat Gerdine er toch wel vertrouwen in had. Ik heb alle filmpjes in het programma Flash CS4 gemaakt. Alle tekeningen heb ik echter met de hand, met potlood en papier gemaakt. Na het tekenen scande ik de tekeningen en kleurde ik ze met behulp van de computer in. Met behulp van het programma Flash heb ik de animaties gemaakt. Dit ging dus vaak digitaal, maar er waren ook animaties die ik op papier heb uitgetekend. Deze animaties kostten ver weg het meeste tijd. Een voorbeeld hiervan is een scene waarin het hoofdpersonage wordt aangevallen door een vampier en op de grond wordt gegooid. Deze beweging, die ongeveer twee seconden duurt, bestond uit zo’n zeventien tekeningen. Ik heb twee uitpuilende mappen met schetsen en tekeningen aan het project overgehouden. Het verhaal vormde zich langzaam terwijl ik bezig was. Ik had er voor gekozen dat het hoofdpersonage een meisje zou worden. Het is een stoer blond meisje geworden, met een bril. In het introductie filmpje wandelt ze door een donker bos, onderweg naar Monsterdam . In een flashback krijgen we te zien hoe ze ’s nachts gewekt wordt door een kreet. Ze ziet dat de kamer van haar broertje leeg is. Haar ouders weten niet wat ze moeten doen. Kim wel. In het filmpje dat bij het eerste hoofdstuk hoort klopt ze op de poort van Monsterdam. Er wordt open gedaan door een cycloop (een reus met een oog). De cycloop heeft medelijden met haar en geeft Kim een lijst. Op deze lijst staan alle monsters die de afgelopen week het stadje hebben verlaten. Voortaan kan Kim, na ieder hoofdstuk, een naam wegstrepen, totdat er één monster overblijft en dat dus de dader moet zijn. In het tweede hoofdstuk ontdekt Kim dat Monsterdam een bar heeft. De eigenaar is Willem, een weerwolf. Die op het moment echter menselijk – en vriendelijk – is. Het derde hoofdstuk draait om de zombie, die in het café aanwezig is en een oog verliest terwijl hij met Kim praat. In hoofdstuk vier wordt Kim aangevallen door een vrouwelijke vampier, die gelukkig voor Kim op dieet blijkt te zijn. In hoofdstuk vijf ontmoet Kim de heks Hedwig, die een toverdrank aan het maken is die in tomatensoep veranderd. In het zevende en laatste hoofdstuk ontmoet Kim Geraldus een geest, die nogal langdradig is. In het laatste filmpje vind Kim de dader en bevrijd, met wat hulp van de cyloop, haar broertje en een aantal andere kinderen. En iedereen leeft nog lang en gelukkig. 27
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
28
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
29
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
30
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
31
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Op de afgelopen pagina’s heb ik screenshots van het spel geplaatst. Ik had in eerste instantie ieder “shot” in een ander Flashbestand gemaakt. Toen alles klaar was moest ik alle shots nog bij elkaar voegen, zodat het volledige filmpjes werden. In eerste instantie wilde Erik de flash filmpjes (swf’jes) overzetten tot avi film bestandjes, maar daar hebben we uiteindelijk van afgezien. Nadat alle filmpjes compleet waren, moest het geluid nog worden toegevoegd, wat ook een enorme klus was. De geluiden en achtergrondgeluiden heb ik grotendeels gedownload via de website Freesound.org. De stemmen moesten worden ingesproken. Een van mijn collega’s, die eerder audio had opgenomen, heeft laten zien hoe ik het opnemen het best kon aanpakken. En ik mocht zijn microfoon gebruiken. Op de zesde verdieping van de bibliotheek, naast de stilte ruimte, was een ruimte met een computer, die voor mij werd vrij gehouden om te gebruiken. Ik heb alle teksten die moesten worden ingesproken, uit getypt, zodat de mensen die kwamen inspreken een script hadden. Naast de teksten uit de filmpjes hebben we ook audio opgenomen voor de interactieve gedeelten. De monsters geven in dat deel namelijk het advies het internet of een boek te gebruiken, ze geven commentaar op goede of foute antwoorden en ze geven een aanwijzing. Bij het zoeken naar geschikte personages voor de stemmen van het spel, heb ik zowel gebruik gemaakt van collega’s als mensen uit mijn eigen kennissenkring. Een aantal vrienden hadden al eerder meegewerkt met spelletjes die ik maakte (minder grote en minder professionele spelletjes) en vonden het leuk om mee te doen. Ik heb Elma, een collega die werkzaam is bij afdeling Educatie, gevraagd de stem van Kim in te spreken. Ze deed dit erg goed en heeft volgens mij een erg geschikte en aangename stem. Verder kwamen mijn broer, mijn neef en twee vrienden (afzonderlijk van elkaar) langs om stemmen op te nemen. Nog vier andere stemmen zijn ingesproken door collega’s. Nadat alle audio was opgenomen, moest alles van elkaar los worden geknipt en omgezet naar mp3. Zodat iedere losse zin een mp3 bestand werd. De mp3 bestanden moesten worden geïmporteerd in Flash. Bij een hoop filmpjes en bij alle interactieve gedeelten moest ik de monden synchroon laten lopen met de audio. (Bij iedere klank had de mond een andere stand.) Hier ben ik toch zeker ook ruim een week mee bezig geweest. Bij het laatste filmpje heb ik een aftiteling toegevoegd. Hierin wordt eerst mijn eigen naam vermeld en vervolgens komt iedereen voorbij die heeft meegewerkt of een stem heeft ingesproken. Voor het interactieve gedeelte moest er een afbeelding gemaakt worden die als achtergrond dient. Ik heb gekozen voor een skyline van Monsterdam. Rechtsonder in de hoek is het monster te zien. In Flash heb ik animaties gemaakt van het monster. Per hoofdstuk is dit een ander monster. Alle monsters geven advies, geven op drie verschillende manieren aan of een antwoord goed is, op drie manieren of het fout is en ze geven een aanwijzing. (Hier had ik dus ook audio voor ogenomen.) Bij dit alles lopen de mondjes synchroon met de audio, wat ook een enorme klus is geweest. Verder moest worden bedacht hoe deze gedeelten werden vormgegeven, wat voor lettertypes en hoe de interaction design er uit zou gaan zien (hoe je je als speler door deze 32
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
gedeelten heen beweegt, door te klikken.) Mijn collega Marieke van Santen heeft me bij deze laatste dingen geholpen. Marjolein Kettelerij is namens de afdeling Educatie bezig geweest met het maken van vragen voor het spel. Ik heb vanaf het begin gedacht dat dit erg belangrijk is voor het slagen van het spel. Ik heb dus veel contact met Marjolein gehad om vragen te bespreken. En ik heb me zelf ook flink in de verschillende monsters verdiept, om leuke en interessante vragen te verzinnen. Hoewel het niet altijd makkelijk was (zo zijn vragen over geesten al snel eng – en zijn films over bijvoorbeeld zombies voor alle leeftijden schaars). Ondanks dit alles denk ik dat we uiteindelijk leuke vragen hebben geleverd. Toekomst en resultaat Tijdens het werk zijn we een aantal keer samengekomen, om werk te laten zien, vorderingen te bespreken en nieuwe afspraken te maken. Meestal heb ik deze vergaderingen zelf aangevraagd. We zagen al aankomen dat het moeilijk werd om het spel af te ronden binnen mijn stage periode. Dit kwam deels door de rommel van de reorganisatie en omdat het gewoon veel werk was. Ik probeerde in ieder geval te zorgen dat alles wat ik zou leveren, binnen de tijd klaar was. En dat is wel gelukt. Nu mijn stage periode officieel afgelopen is, is Erik (die mijn laatste week op vakantie was) nog bezig een geheel van het spel te maken. Ik blijf er voorlopig bij betrokken en hoop dat het binnenkort afgerond is. De reacties van mensen binnen de bibliotheek zijn voorlopig lovend. Ik hoop dat de scholen en kinderen ook enthousiast zullen zijn. De bibliotheek heeft het internetadres www.monsterdam.nl geclaimd. Binnenkort is, als het goed is, het spel daar speelbaar.
33
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Evaluatie Begeleiding vanuit school Bij de aanloop van de stage ben ik begeleid door Gerhard Rekvelt. Hij was mijn Studie Loopbaan Begeleider van mijn tweede schooljaar en in zijn lessen heb ik gezocht naar mogelijke stageplaatsen en heb ik onder andere leerdoelen en competenties opgesteld. Mijn stagecoördinatrice was Elly Rietveld. Haar heb ik tweemaal gesproken. De tweede keer heeft zij mijn stagecontracten namens school getekend, nadat deze contracten al door mij en de bibliotheek ingevuld waren. De eerste week dat ik mijn stage begon werd door mevrouw Rietveld een stagebegeleider vanuit de opleiding aangewezen. Mijn stagebegeleider was Louise Leenders. In de vijf maanden dat ik stage heb gelopen heb ik vijf “stageterugkomdagen” gehad. Dit zijn dagen waarbij ik samen met een aantal andere studenten die ook stage liepen en Louise Leenders, de stagebegeleider, bijeenkwam, om het verloop van de stage te bespreken. Op de eerste bijeenkomst gaf iedereen een korte presentatie over het bedrijf waar je stage liep. Bij iedere bijeenkomst werd er gepraat over problemen waar we als stagiaires tegen aan liepen. We moesten meestal met cases komen; voorvallen op de stage, die we dan met elkaar bespraken. Er waren meestal niet bijster veel cases te bespreken. Bij mijn stage op de bibliotheek ben ik nooit tegen hele grote problemen aangelopen. Bij de andere studenten ging ook alles vrij voorspoedig. Nu weet ik dat er vijf stageterugkomdagen waren omdat verleden jaar de studenten van mening waren dat er te weinig stageterugkomdagen waren. Maar wat mij betreft waren vijf stageterugkomdagen nogal veel. Ik wil echter niet zeggen dat de terugkomdagen overbodig waren. Ik vond het interessant om te horen hoe bij andere studenten de stage verliep, wat voor taken zij uitvoerden en tegen welke problemen zij aanliepen. We moesten een weblog bijhouden waar we wekelijks nieuwe dingen op moesten plaatsen, zodat onze begeleider een beetje bij kon houden waar wij op onze stage mee bezig hielden. Ik heb een stage-webblog bijgehouden, waar ik wekelijks op schreef waar ik in de bibliotheek aan werkte. Iedere keer dat ik een post deed op mijn blog, kregen mijn collega’s een melding (omdat de naam Bibliotheek Rotterdam in de naam voorkwam), dus ik moest er rekening mee houden dat mijn collega’s meelazen. Binnen een aantal weken moesten we een bedrijfsoriëntatie inleveren. (Deze is opgenomen in dit verslag.) De stage begeleider vanuit school is, zoals gebruikelijk één keer langsgekomen om mijn stageplaats te bekijken en ze heeft daarbij een gesprek met mij Rivelino, de stagebegeleider vanuit de bibliotheek gehad. Ik heb niets te klagen over de begeleiding vanuit school. Ik vind het wel een beetje vreemd dat de uiteindelijke beoordeling en het cijfer worden bepaald vanuit de school, terwijl ik veel meer contact heb gehad met de begeleider vanuit het bedrijf. Wat mij betreft mag de komende jaren (bij de beoordeling van andere studenten) het bedrijf en de bedrijfsbegeleider een grotere rol in de eindbeoordeling hebben.
Begeleiding vanuit het bedrijf Zoals eerder genoemd was Rivelino Marica mijn stagebegeleider. Rivelino is één van de medewerkers van de Digitale Bibliotheek. Met de afdelingsleider van team Digitale Bibliotheek heb ik niet veel contact gehad. Ik heb hem wel een paar keer gesproken, maar hij heeft zich niet heel veel met de stage bemoeit. 34
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Met de begeleiding van Rivelino ben ik erg tevreden. Rivelino werkte drie van de vier dagen, dat ik ook werkte. We zijn twee keer verhuisd in mijn stageperiode. Bij de eerste twee werkplaatsen zat hij bij mij in de buurt, tegenover mij. Bij de laatste werkplaats zat hij een kamer verderop. Als ik vragen of opmerkingen had of tegen problemen aanliep kon ik altijd bij hem terecht. (Bij mijn andere collega’s geldt dit ook trouwens.) Als ik iets aankaartte was hij altijd erg behulpzaam. Rivelino is prettig in de omgang en enthousiast. In de eerste maand hebben we een paar keer een heftige discussie gehad over de Jongerenvloer en de sociale media strategie. Volgens mij kunnen we allebei nogal koppig zijn. Rivelino gaf later aan dat het ook wel weer goed is dat ik voor mijn mening op kom. Tijdens mijn stageperiode zijn we een aantal keer ergens gaan zitten om te bespreken hoe we de stage vonden gaan. Soms op mijn verzoek en soms op dat van Rivelino. We bespraken dan taken en opdrachten en maakte soms al planningen. Rivelino gaf al redelijk vroeg aan dat hij de stage goed vond gaan. Ik had altijd weinig te klagen. En dat heb ik nog steeds niet.
Samenwerking met collega’s Mijn rol binnen het bedrijf is al besproken in dit document, op pagina 18. Mijn eerste stagedag heeft Rivelino me uitgebreid rondgeleid door de bibliotheek en zijn we langs de meeste afdelingen gegaan. De bibliotheek heeft veel afdelingen (educatie, financiën, communicatie en nog veel meer) en met niet alle afdelingen heb ik evenveel te maken gehad. Ik zelf werkte zoals gezegd bij team Digitale Bibliotheek, dat aan het einde overging in ICT. Verder heb ik veel te maken gehad met de mensen van de Jongerenvloer en medewerkers van team Educatie. Team Digitale Bibliotheek is tweemaal verhuisd. Hierdoor zat ik driemaal met verschillende collega’s in een kamer. Ik kreeg vanaf het begin het idee, dat ik bij het team hoorde. In de eerste week van mijn stage mocht ik al een vergadering bijwonen over de toekomst van het team Digitale Bibliotheek. Mijn collega’s waren aardig en behulpzaam. De taken van mijn collega’s van team DB zijn erg verschillend. Er zijn medewerkers die aan de catalogus werken, anderen werken bijvoorbeeld aan de website. De één is meer een programmeur, terwijl de ander meer een designer is. In mijn eerste hoofdtaak (social media strategie) heb ik, naast de begeleiding van Rivelino en adviezen van collega’s die veel van het onderwerp afwisten, samengewerkt met het team van de Jongerenvloer. Ik heb ook een paar keer een klusje of opdracht gedaan voor mensen uit andere teams, vooral voor team Educatie. Met mijn tweede hoofdtaak, de game, heb ik het meeste samen gewerkt met collega’s. Monsterdam was min of meer mijn eigen project. Ik had het verzonnen en mocht het zelf uitwerken. Het was echter erg veel werk en ik kreeg hulp uit verschillende hoeken. Rivelino begeleidde me. Erik zou helpen met de techniek. Marieke hielp met de design van het interactieve gedeelte. Marjolein hielp met het leveren van goede vragen. Gerdine, de opdrachtgeefster, bleef betrokken bij het hele project. En er zijn ook nog een aantal collega’s die geholpen hebben met het opnemen van de audio voor het spel. Voor mijn opleiding heb ik vaker samengewerkt met medestudenten. Hier was de inzet van iedereen groter en werd er professioneler gewerkt. Ik was meestal degene die iedereen bij elkaar riep en coördineerde de opdracht. Ik plande dus bijeenkomsten en zag erop toe dat afspraken werden nagekomen. Bij een van de besprekingen met Rivelino complimenteerde hij me dat ik alles uit me zelf organiseerde. 35
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Op mijn opleiding heb ik de rol van groepsleider nooit echt op me genomen, dus het was leuk om te zien dat ik dit wel kan.
Realisatie leerdoelen CMD competenties Bij het gedeelte Leerdoelen in dit verslag heb ik al een inschatting gegeven, aan de hand van de opdrachten in het stagecontract, aan welke competenties ik zou gaan werken. Eigenlijk zijn bijna alle competenties aan bod gekomen. Ik heb de Hyves-pagina gemaakt, evenals een geheel educatief spel. (Product Developer). Ik heb onderzoek moeten doen naar de mogelijkheden voor de Jongerenvloer-Hyve (UsabilityResearcher). Ik heb het gehele ontwerp, de tekeningen en de uitwerking verzorgd van de educatieve game (Visual Interface Designer). Interaction Design kwam ook aan bof bij het spel (bij de gedeelten tussen de filmpjes in.) Ik heb hier samen met een collega aan gewerkt. Interface Designer is de competentie waar ik het minst mee bezig ben geweest. We hadden afgesproken dat ik hulp zou krijgen, wat betreft de technische realisatie van de educatieve game. Dit is ook wel gebeurd, maar ik heb minder van dit proces gezien dan ik van te voren gehoopt had. Een paar keer heeft Erik, mijn collega, laten zien hoe iets werkt of mij iets anders geleerd. Met de echte realisatie werd echter pas vrij laat gestart en toen had ik het druk met andere dingen. Ik heb veel geleerd wat betreft programmabrede competenties, door samen te werken in een groot team. Ik ben logischer wijs voortdurend bezig geweest met communiceren en samenwerken. Ik heb laten zien dat ik ondernemend ben en heb grotendeels de organisatie rondom de educatieve game op mij genomen. Persoonlijke doelstellingen Mijn persoonlijke doelstellingen staan op pagina 7 en 8 van dit document. Ik wilde kwalitatief goede illustraties maken en er minstens drie leveren die een positieve beoordeling kregen van mijn stagebegeleider. Nu moet ik toegeven dat ik geen illustraties heb gemaakt voor in tijdschriftjes van de bibliotheek, of tekeningen die op de Hyve kwamen. Binnen mijn contractuele opdrachten heb ik wel illustraties gemaakt. Ik heb de background van de Hyve gemaakt, evenals illustraties die ik heb gebruikt om reclame te maken voor de Hyve. Bij de game heb ik alle animaties gemaakt. Dit komt er dus op neer dat ik tientallen (misschien wel honderden) illustraties heb gemaakt, die later werden verwerkt in de animaties. Ik wilde een kwalitatief goede animatie maken, qua design en techniek. In het programma Flash CS4. Ik heb op dit gebied veel meer gedaan dan ik gedacht of gehoopt had. Ik heb negen animatiefilmpjes gemaakt (die allemaal minstens een minuut duren), waar ik erg tevreden en trots op ben en die goed zijn ontvangen door de medewerkers op de bibliotheek. Ik wilde minstens vijf stukken tekst schrijven. Dit moesten vijf professionele stukken tekst zijn en ze moesten daadwerkelijk gebruikt worden, bijvoorbeeld in een folder of een website. We hebben namens de Jongerenvloer nooit folders uitgegeven. Wel flyers, maar die bevatten weinig tekst. 36
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Op de Hyve heb ik wel regelmatig tekst geplaatst, in de vorm van berichten, maar ook blogs, die op de community waren te lezen en gingen over boeken en films. Verder heb ik het gehele verhaal rondom de eduactieve game bedacht. Ik heb hiervoor het script geschreven en alle tekst van de game (in de filmpjes en in de interactieve gedeelten) zijn van mij afkomstig. Met de vragen die bij de game horen heb ik ook geholpen. Als laatste leerdoel had ik aangegeven dat ik in succesvol wilde samenwerken in minimaal twee groepsprojecten. Ik heb een aantal kleine projecten in groepsverband uitgevoerd, rond de Jongerenvloer en afdeling Educatie. Zo heb ik meegedaan aan de eerste fase van Wepboek (animaties voor kleuters). En dan was er dus nog het grote Monsterdam project, waarbij de samnewerking volgens mij erg goed verliep. Stage overeenkomst De opdrachtomschrijvingen die in mijn contract werden opgenomen waren: • • •
Het maken en uitwerken van een sociale media strategie voor de Jongerenvloer. Het maken van een kinderjuryspel, waarbij het lezen van boeken centraal staat. Het begeleiden van vrijwilligers met betrekking tot de Jongerenvloer (en de online communities)
De derde opdracht verviel als snel door gebrek aan vrijwilligers. Rivelino, mijn stagebegeleider heeft aangegeven dat hij tevreden was over de uitvoering van beide opdrachten. Vooral over de educatieve game is hij (en ook ik en andere collega’s) enthousiast. Er wordt nog hard aan de game gewerkt, maar ik heb al beloofd het geheel te presenteren (in ieder geval aan de afdeling Eduactie) wanneer de game spelbaar is. En de bedoeling is dat we vanuit de bibliotheek reclame gaan maken voor de game.
Tevredenheid met verloop stage Dit was mijn eerste stage, dus ik heb geen vergelijkingsmateriaal, maar ik heb de stage als erg prettig ervaren. Het was een aangename afwisseling met school. Je speelt een heel andere rol als stagiair, dan als student. Het is minder opletten en luisteren en veel meer doen. De maanden dat ik stage op de bibliotheek liep zijn gevoelsmatig erg snel voorbij gegaan. De Digitale Bibliotheek is/was een leuk team, waar ik gevoelsmatig direct in werd opgenomen. Het was soms nogal rommelig, door de reorganisatie en de verhuizingen. En het was vervelend om te zien dat collega’s “verdwijnfuncties” kregen en ander werk moesten gaan zoeken. Mijn hoofdtaken vond ik allebei erg leuk om te doen. En dat heeft er voor gezorgd dat ik er hard en enthousiast mee bezig ben geweest. Ik denk dat deze opdrachten goed aansloten bij de opleiding Communicatie en MultiMedia Design. Ze hebben allebei te maken met communicatie (vooral de Hyve) en het waren allebei multimedia producten. Ik ben heel veel bezig geweest met animatie. Ik denk dat ik hier beter en handiger mee ben geworden. Ook wat betreft de competentie samenwerken ben ik een stuk verder dan voor mijn stage. Achteraf vind ik het wel jammer dat ik met de animatie heel zelfstandig bezig ben geweest. Ik heb een hoop geleerd door te oefenen en te doen, maar het was jammer dat er geen medewerkers waren die zich professioneel met animatie bezig houden (zoals bij echte animatiestudio’s als RANJ), om van te leren. Dit wist ik echter al toen ik met deze stage startte. 37
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Hoewel ik het erg naar mijn zin heb gehad, weet ik niet of ik later echt bij de bibliotheek zou willen werken. Na de reorganisatie is de nadruk op de techniek komen te liggen en niet op het leveren van producten zoals websites of spellen. Ik weet nog niet exact welke richting ik op wil in het laatste anderhalf jaar van mijn studie en mijn loopbaan daarna. Ik heb met veel plezier gewerkt de Educatieve Game en zou me graag verder ontwikkelen in educatie gekoppeld aan games of andere multimedia.
38
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Conclusie Ik ben erg tevreden over mijn stageperiode. Ik ben goed begeleid en behandeld en had het erg naar mijn zin. De samenwerking met mijn collega’s verliep prima. Mijn doelstellingen zijn behaald en ik heb aan veel competenties van het CMD gewerkt. De opdrachten waar ik aan heb gewerkt sloten goed aan op de opleiding en waren vooral erg leuk om te doen. De Jongerenvloer Hyve wordt nog steeds gebruikt. En als het goed is komt de Monsterdam game binnenkort online te staan en wordt er vanuit de bibliotheek reclame voor gemaakt. Ik heb veel positieve reacties gehad over de game en ik hoop van harte dat het een succes gaat worden. Bij de verschillende vakken binnen de opleiding werken we meestal niet lang genoeg aan opdrachten om een volledig werkend eindproduct (dat ook nog echt gebruikt wordt) te leveren, dus het was prettig dat ik op mijn stage wel deze mogelijkheid kreeg. Kortom, mijn stage bij Bibliotheek Rotterdam was voor mij een leerzame en prettige ervaring.
39
Stageverslag Bibliotheek Rotterdam
Timo Hendriks
Colofon Bibliotheek Rotterdam Centrale Bibliotheek Hoogstraat 110 3011 PV Rotterdam www.bibliotheek.rotterdam.nl Begeleider vanuit de bibliotheek Rivelino Marica
[email protected] Student Timo Hendriks (0754858)
[email protected] http://stud.cmd.hro.nl/0754858 Communicatie en Multimedia Design Minor Games & Simulations Stageperiode van 1 september 2009 tot 1 februari 2010 van Heukelomstraat 42 3067PJ Rotterdam Nederland
40