WORKS OF ART
BERNARD DESCHEEMAEKER
WORKS OF ART
Nieuwsbrief Newsletter
11
Edito Subliem
Sublime
Het blijft een vast gegeven in de kunsthandel van de laatste jaren: ‘Zeer bijzondere’ objekten, of het nu op veilingen of in de reguliere handel is, halen topprijzen. Het eenvoudige goed, waarvan er dertien in een dozijn gaan, kan men daarentegen aan de straatstenen niet kwijt.
One aspect of the art trade has remained the same over the last few years : whether at auction or in the regular trade, top prices are still being paid for ‘very special’ objects. On the other hand, simple items, which are quite common, are simply not moving.
Deze vaststelling heeft ongetwijfeld meerdere oorzaken. Eerst en vooral moeten we constateren dat de meeste liefhebbers en verzamelaars kritischer worden en dat hun kennis, alsook hun koopkracht toeneemt. Daarnaast is er ongetwijfeld ook de invloed van de keuringscommissies op kunstbeurzen, welke de handelaren motiveren een sterker aanbod na te streven. Handelaar én particulier (en vanzelfsprekend ook de musea) gaan dus alle op zoek naar ‘zeer bijzondere’ kunstvoorwerpen, waardoor logischerwijs de prijzen ervan stijgen.Voor objekten uit het lagere marktsegment daarentegen, lijkt de belangstelling geleidelijk te tanen zodat veel antiek onverkocht blijft.
There are, without doubt, several reasons for this. First and foremost we have to acknowledge the fact that the majority of art lovers and collectors have become more critically minded and that there has been not only an increase in their knowledge but also in their purchasing power. In addition there is the indisputable influence exerted by vetting commissions at art fairs, which stimulates a dealer to aspire to an even stronger collection of items on offer. Dealers and individual collectors (not forgetting museums, of course) are all on the lookout for ‘very special’ works of art, and consequently, prices are pushed go up. Objects in the lower segment of the market, on the other hand, appear to be losing popularity, which means that a lot of antiques remain unsold.
‘Zeer bijzondere’ objekten zijn zeker niet uitsluitend voorwerpen van zeer goede kwaliteit en grote kunstzinnigheid; er zijn immers veel meer factoren die kunnen bijdragen tot het belang en dus ook tot het commercieel succes van een kunstwerk. In de eerste plaats denk ik daarbij aan de zeldzaamheid van een objekt, van het gebruikte materiaal of van de toegepaste techniek. Maar ook een aparte of unieke iconografie en een goede toestand dragen in ruime mate bij tot de importantie van een kunstwerk. Ook de ongewone afmetingen of de (vroege) datering van een stuk kunnen van groot belang zijn. De commerciële waarde ervan zal bovendien stijgen indien deze kunstvoorwerpen ook nog in de wetenschappelijke literatuur vermeld worden of eertijds op een tentoonstelling figureerden. Een mogelijke toeschrijving aan een bekend meester of atelier is, zeker voor de disciplines waarin ik actief ben, een grote zeldzaamheid en precies daarom een belangrijke bijkomende troef. In het verleden heb ik ook al herhaaldelijk gewezen op het groeiend aanzien van een goede provenance. Handelaren zijn bovendien voornamelijk geïnteresseerd in ‘nieuwe’, marktfrisse goederen, welke vaak decennialang niet meer te koop werden aangeboden. In deze Nieuwsbrief, alsook in de tentoonstelling met Beelden en Reliëfs uit het Noorden (29 september - 15 oktober 2006) bied ik u een zeer bijzondere collectie aan van marktfrisse kunstvoorwerpen uit de middeleeuwen en de renaissance. Ze zijn niet alleen van prachtige kwaliteit, maar ze zijn ook alle, - elk op zijn eigen wijze - subliem.
This Newsletter and my forthcoming exhibition Sculptures and Reliefs from the North (29th September - 15th October 2006) allow me to offer you a very special collection of works of art from the Middle Ages and the Renaissance that are fresh to the marketplace. Not only is each object of the highest quality, but, in its very own way, each object is, sublime indeed.
Bernard Descheemaeker
Bernard Descheemaeker
PLAKET
VAN EEN
RELIEKSCHRIJN
Rijn- of Maasland, ca.1200 veelkleurig email champlevé, op koper, verguld 1,3 X 19,7 cm
Herk.: verz. Robert von Hirsch, Basel, 1977; 22.06.1978, Londen,The Robert von Hirsch Collection, II, nr.221; part. verz., 2006 Lit.: Stratford, Medieval Enamels..., 1993, nrs.20-21, pp.103-104 Vgl.: Schnitzler-Bloch-Ratton, Email... Sammlung E. und M. Kofler-Truniger, II, 1965, nr.E 36, pp.19-20, pl.36
2
‘Very special’ objects are not necessarily items of very high quality and great artistic creativity; there are many more factors that may contribute to the importance and so to the commercial success of a work of art. What first comes to mind is the rarity of an object, the material used, or the technique applied. But other factors, such as an unusual or unique iconography and the condition of the object, also play a decisive part in determining the importance of a work of art. Unusual dimensions or the (early) dating of a piece can be of great significance, as well.What is more, the commercial value of an object will increase if the object has been mentioned in the scholarly literature or has in the past been featured in an exhibition. Certainly, in the disciplines in which I am active, the likelihood of attributing an object to a famous master or workshop is almost non-existent and, therefore, an important trump card. I have often mentioned in the past that ‘good’ provenance is becoming a necessity. Furthermore, art dealers are mainly interested in ‘new’ goods that are fresh to the marketplace, which are often goods that have not been offered for sale for decades.
PLAQUE FROM A RELIQUARY-SHRINE
Rhenish or Mosan, c.1200 polychrome champlevé enamel, on copper gilt 1,3 X 19,7 cm
Prov.: Robert von Hirsch-coll., Basel, 1977; 22.06.1978, London,The Robert von Hirsch Collection, II, no.221; priv. coll., 2006 Lit.: Stratford, Medieval Enamels…, 1993, nos.20-21, pp.103-104 Comp.: Schnitzler-Bloch-Ratton, Email... Sammlung E. und M. Kofler-Truniger, II, 1965, no.E 36, pp.19-20, pl.36
CORPUS
Limoges, ca.1230 veelkleurig email champlevé, op koper, verguld 22,6 X 17,4 cm
CHRIST
Limoges, c.1230 polychrome champlevé enamel, on copper gilt 22,6 X 17,4 cm
3
De zoon van een
apotheker
Bij de verkiezing van Grootste Belg moest hij het, met zijn zesde plaats, onder meer afleggen tegen een broeder picpus - Pater Damiaan -, een kannibaal - Eddy Merckx - en een Keltisch tiran - Ambiorix -, maar als wetenschapper vindt hij in de geschiedenis van de geneeskunde zijns gelijke niet. Andries van Wesel, beter bekend onder zijn Latijnse pseudoniem Andreas Vesalius (1514-1564), geldt immers als grondlegger van de studie van de menselijke anatomie en als één van de belangrijkste geneesheren aller tijden. Andreas Vesalius werd in 1514 te Brussel geboren als zoon van een arts en apotheker. Als kind van zijn tijd geniet hij een klassieke opleiding en studeert hij, naast Grieks en Latijn, ook wijsbegeerte en rechten in Leuven. In navolging van zijn vader, kiest hij vervolgens voor een opleiding geneeskunde aan de universiteit van Parijs,
welke hij later in Padua verderzet. In 1537 behaalt hij er zijn diploma van doctor in de medicijnen, waarna hij er benoemd wordt tot hoogleraar in de chirurgie. Gezien deze aanstelling ook de verplichting inhoudt onderricht in de anatomie te geven, gaat zijn onderzoek zich geleidelijk aan op dit vakterrein concentreren. Dat hij de controverse niet mijdt blijkt al uit zijn eerste wetenschappelijke geschriften, waarin hij het aandurft om Claudius Galenus te hekelen. 16de eeuwse humanisten beschouwen deze antiek GrieksRomeinse geneesheer (2de eeuw na Chr.) immers nog steeds als de grote autoriteit op het gebied van de ontleedkunde, maar zijn werkwijze om zich bij de studie van de menselijke anatomie uitsluitend te baseren op dissecties bij dieren vindt bij Vesalius evenwel geen genade. Omdat anatomische ontledingen van menselijke lichamen door de inquisitie nog steeds niet toegelaten zijn, moet Vesalius zijn onderzoek grotendeels in het
geheim voeren. Zijn proefpersonen zijn dikwijls veroordeelde misdadigers en zijn studieterrein situeert zich geregeld vlakbij een executieplaats, op een kerkhof of in de nabijheid van de galg. De resultaten van dit jarenlang onderzoek bundelt hij in 1543 in De humani corporis fabrica libri septem. Deze zonder meer revolutionaire publicatie geldt als het eerste standaardwerk over de structuur van het menselijk lichaam. Het bevat de meest nauwkeurige en meest volledige anatomische beschrijvingen tot dan toe. Bovendien is het geïllustreerd met meer dan 200 gedetailleerde gravures welke op Vesalius’ eigen schetsen en tekeningen gebaseerd zijn. Dat Vesalius met deze studie niet alleen naam maakt bij wetenschappers en geneesheren, blijkt wanneer hij kort na publikatie aangesteld wordt tot de persoonlijke lijfarts van Keizer Karel V. Na diens troonsafstand in 1555, wordt hij ook medicus familiaris ordinaries van zijn zoon
Filips II, koning van Spanje. Tijdens de terugkeer van een pelgrimstocht naar Jeruzalem lijdt hij schipbreuk en strandt hij op het Griekse eiland Zakynthos, waar hij op 15 oktober 1564 overlijdt. Geen dokter, noch medicijn kon hem nog redden.
G.A. Lindeboom, Andreas Vesalius. 1514-1564. Een schets van zijn leven en werken. Haarlem, 1964. C.D. O'Malley, Andreas Vesalius of Brussels 1514-1564, Berkeley-Los Angeles, 1964. R.Van Hee, Andreas Vesalius and his pupils : the break-through of anatomy, in: Emperor Charles V and medicine, Gent, 2000, pp. 37-62.
STROOPKAN MET MEDAILLON MET KRIJGER omgeving Guido Andries Antwerpen, ca.1540-1545 veelkleurig aardewerk h. 19,5 cm
Herk.: verz. Herrmani-Léturgie, Normandië, ca.1960-2006 Vgl.: tent. kat. : 1989, Antwerpen, Pharmaceutica, nr.38
VIJZEL
WET DRUG JAR WITH MEDAILLION WITH A SOLDIER
Vgl.:Ter Kuile, Rijksmuseum, 1986, nr.283
circle of Guido Andries Antwerp, c.1540-1545 polychrome earthenware h. 19,5 cm
Prov. : Herrmani-Léturgie-coll., Normandy, c.1960-2006 Comp. : exh. cat. : 1989, Antwerp, Pharmaceutica, no.38
4
Peter I van den Ghein (gesign.) Mechelen, 1552 (gedat.) brons h. 11,1 X diam. 15,2 cm
MORTAR
Peter I van den Ghein (signed) Malines, 1552 (dated) bronze h. 11,1 X diam. 15,2 cm Comp.:Ter Kuile, Rijksmuseum, 1986, no.283
5
The son of an
apothecary
The voting for the Greatest Belgian actually awarded him sixth place, beaten by such others as Father Damian, a brother picpus, Eddy Merckx, the cannibal, and even Ambiorix, a Celtic tyrant, but as a scientist, as far as the history of medicine is concerned, he is unparalleled. Andries van Wesel, better known as Andreas Vesalius (1514-1564), his Latin pseudonym, is still regarded as having laid the foundations for the study of human anatomy and as being one of the most important physicians of all times. Andreas Vesalius was born in Brussels in 1514, the son of a doctor and apothecary. As was the custom at that time, he received a classical education in Louvain, which, in addition to Greek and Latin, included philosophy and law. Following in his father’s footsteps he decided to train as doctor of medicine at the University of Paris,
and later furthered his studies in Padua. In 1537 he was awarded a diploma, conferring the title, doctor of medicines, after which he was appointed Professor of Surgery.The appointment also obliged him to give lessons in anatomy, and so after a while, that speciality became the focus of his studies.The fact that he did not eschew controversy is evidenced by his very first scientific writings, by means of which he was not afraid to attack the theories of Claudius Galenus.This Graeco-Roman physician of antiquity (2nd century AD) was still regarded by 16th-century humanists as being the greatest authority on anatomy, but his studies on human anatomy were based solely on the dissection of animals, a method that was challenged by Vesalius. Seeing that anatomical dissections of human corpses were still prohibited by the Inquisition,Vesalius was forced to continue his studies for the most part clandestinely. His experimental subjects were often convicted criminals and
his dissection work was often carried out close to a place of execution, a churchyard or in the vicinity of a gallows. His studies took many years to complete and its results were garnered and published in 1543 in his De humani corporis fabrica libri septem.That unquestionably revolutionary work became the first-ever standard text on the structure of the human body. Never before had there been a more accurate and comprehensive description of human anatomy. Not only that, it is illustrated with more than 200 detailed engravings, based on Vesalius’ own sketches and drawings. Vesalius’ study gained him a reputation that went beyond the world inhabited by scientists and doctors, a fact that is evidenced by his appointment as personal physician to Emperor Charles V shortly after the book’s publication.The Emperor abdicated in 1555, after which
Vesalius was also appointed medicus familiaris ordinaries to his son Philip II of Spain. However, while returning from a pilgrimage to Jerusalem his ship ran aground on the Greek island of Zakynthos where he died on 15 October 1564. No doctor or medicine was there to save him.
G.A. Lindeboom, Andreas Vesalius. 1514-1564. Een schets van zijn leven en werken. Haarlem, 1964. C.D. O'Malley, Andreas Vesalius of Brussels 1514-1564, Berkeley-Los Angeles, 1964. R.Van Hee, Andreas Vesalius and his pupils : the break-through of anatomy, in : Emperor Charles V and medicine, Ghent,
STROOPKAN
Antwerpen, 3de kwart 16de eeuw aardewerk, versierd in blauw ‘alla porcellana’, op witte grond h. 23,5 cm
VIJZEL
Peter II van den Ghein (gesign.) Mechelen, 1573 (gedat.) brons h. 10,7 X diam. 14,4 cm Vgl.:Ter Kuile, Rijksmuseum, 1986, nr.284
MORTAR
Peter II van den Ghein (signed) Malines, 1573 (dated) bronze h. 10,7 X diam. 14,4 cm Comp.:Ter Kuile, Rijksmuseum, 1986, no.284
6
Herk.: verz. Herrmani-Léturgie, Normandië, ca.1960-2006 Vgl.: Dumortier, Céramique de la renaissance, 2002, nr.89
WET DRUG JAR
Antwerp, 3rd quarter 16h c. earthenware, with blue decoration ‘alla porcellana’, on a white ground h. 23,5 cm Prov.: Herrmani-Léturgie-coll., Normandy, c.1960-2006 Comp.: Dumortier, Céramique de la renaissance, 2002, no.89
7
A la facon
de Glomy
Voor sommigen kan het nooit moeilijk genoeg zijn. In de sportwereld bijvoorbeeld zijn er atleten die minachtend neerkijken op een marathon en dan maar een ganse triathlon afwerken. Anderen beklimmen de Everest, bij voorkeur zonder zuurstofmasker, of zwemmen Het Kanaal over, heen én terug. Maar we kennen ook kunstenaars die niet om een extra inspanning verlegen zijn. Zo ligt Michelangelo vier jaar lang plat op zijn rug om de plafonds van de Sixtijnse Kapel met fresco’s te versieren. Vlaamse cleynstekers die in het begin van de 16de eeuw complexe, figurenrijke en uiterst gedetailleerde composities weten te snijden voor palmhouten tafereeltjes van amper enkele centimeters hoog verdienen hier eveneens vermeld te worden. Maar ook de achterglasschilders maken het zichzelf niet echt makkelijk. Zoals de term achterglasschilderkunst doet vermoeden wordt de achterzijde van een transparante glasplaat beschilderd. Omdat het resultaat vanaf de andere zijde van de drager zal worden aanschouwd, moet de kunstenaar omgekeerd te werk gaan. Hij begint dus niet met de achtergrond of de omtreklijnen, maar hij brengt eerst de vergulding aan die hij met een naald retoucheert.Vervolgens schildert hij de details, daarna de figuren en tenslotte ook het landschap en de achtergrond. Het weze duidelijk dat deze omgekeerde werkwijze veel bravoure vergt en een groot technisch meesterschap vereist. Terwijl men de vroegste voorbeelden van achterglasschilderkunst omstreeks 1250 dateert, wordt deze techniek pas echt succesvol vanaf het begin van de 14de eeuw en wel voornamelijk in Centraal- en Noord-Italië.Vooral kleine tabernakeltjes, reliekhouders, diptieken en Paxplaten worden met deze techniek versierd en dat blijft ook zo tot omstreeks 1600. Omwille van de technische virtuositeit blijft de productie evenwel zeer beperkt. Het aantal bewaard gebleven voorwerpen is dan ook uitermate gering, te meer gezien het zeer broze karakter van het gebruikte materiaal. De term verre églomisé komt pas vanaf de 19de eeuw in voege. Deze is afgeleid van Jean-Baptist Glomy, een 18de eeuwse Parijse kunstenaar (+1786), die van de achterglasschilderkunst zijn grote specialiteit maakt. Hoewel het een anachronisme betreft om deze term nu ook toe te passen op die objekten uit de middeleeuwen en de renaissance die met deze techniek zijn versierd, is de term verre églomisé toch algemeen verspreid. G. Swarzenski,The Location of Medieval Verre Eglomisé in the Walters Collection, in: Journal of the Walters Art Gallery, III, 1940, pp.54-68. F. Ryser,Verzauberte Bilder. Die Kunst der Malerei hinter Glas von der Antike bis zum 18. Jahrhundert, München, 1991.
DE HEILIGE FAMILIE MET EEN ENGEL EN HL. FRANCISCUS EN HL. HIERONYMUS
THE HOLY FAMILY WITH AN ANGEL AND SAINT FRANCIS AND SAINT JEROME
Herk.: part. verz., Frankrijk, 2006 Vgl.: Ryser,Verzauberte Bilder, 1991, afb.103
Prov.: priv. coll., France, 2006 Comp.: Ryser,Verzauberte Bilder, 1991, ill.103
Lombardije, 2de kwart 16de eeuw veelkleurige achterglasschildering, op facet geslepen glas, verguld 16,4 X 12,7 cm
8
Lombardy, 2nd quarter 16th c. polychrome reverse glass painting, on faceted glass gilt 16,4 X 12,7 cm
Some people are always searching for a greater challenge. In the world of sport, for instance, there are athletes who turn up their noses at a marathon, preferring to compete in a triathlon. Others climb Mount Everest, without an oxygen mask, if possible, or swim across the Channel - there and back! But there have also been artists who were not afraid of exerting themselves. After all, Michelangelo spent four years lying flat on his back, while decorating the ceilings of the Sistine Chapel with frescos. Flemish cleynstekers also deserve a mention here. It is they who at the beginning of the 16th century were skilled in carving complex, and extremely detailed compositions with many figures for boxwood scenes barely several centimetres high. But what about reverse glass painting - those artists were certainly up for a challenge, too. As the term reverse glass painting suggests, it is the back of a transparent glass plaque that is painted. As the result is viewed from the other side of the plaque, the artist had to work in reverse order.That meant that he started not by painting the background or the outlines, but by first applying the gold leaf which was then incised with a needle. Next he painted the details, followed by the figures and, last of all, filled in the landscape and background. It is obvious that working in reverse order requires a lot of virtuosity and great technical skill. While the earliest examples of reverse glass painting are dated to approximately 1250, the technique did not become successful until the beginning of the 14th century and then, predominantly in central and northern Italy. The application of the technique was particularly suited to the decoration of small tabernacles, reliquaries, diptychs and Pax-plaques and that remained the case until roundabout 1600. Production of such objects was greatly limited because of the technical virtuosity required. As a consequence, only a small number of objects has been preserved, and that number was aggravated by the very fragile nature of the material thus used. The term verre églomisé did not come into vogue until the 19th century. It derives from Jean-Baptist Glomy, an 18th-century artist from Paris (+1786), who specialized in reverse glass painting.While it is an anachronism to use the term verre églomisé in connection with objects from the Middle Ages and the Renaissance, decorated thus, even so this usage has gained widespread acceptance. G. Swarzenski,The Location of Medieval Verre Eglomisé in the Walters Collection, in: Journal of the Walters Art Gallery, III, 1940, pp.54-68. F. Ryser,Verzauberte Bilder. Die Kunst der Malerei hinter Glas von der Antike bis zum 18. Jahrhundert, Munich, 1991.
DE VERKONDIGING EN VIER OUDTESTAMENTISCHE KONINGEN
THE ANNUNCIATION AND FOUR KINGS FROM THE OLD TESTAMENT
Lombardije, midden 16de eeuw veelkleurige achterglasschildering, op glas, verguld 12,8 X 10,3 cm
Lombardy, mid 16th c. polychrome reverse glass painting, on glass gilt 12,8 X 10,3 cm
Herk.: part. verz., Duitsland, 2006 Vgl.: Ryser,Verzauberte Bilder, 1991, afbn.99-109
Prov.: priv. coll., Germany, 2006 Comp.: Ryser,Verzauberte Bilder, 1991, ills.99-109
10
S. Martialis Benit
S. Valeria
Zoals het opschrift onderaan vermeldt toont de hiernaast afgebeelde plaket in email de Hl. Martialis die de Hl. Valeria zegent. Noch voorstelling, noch objekt lijken buitengewoon interessant, ware het niet dat Martialis en Valeria als de twee belangrijkste Limogese heiligen bekend staan. De legende verhaalt dat Martialis door Petrus uitgezonden wordt om de Limousin te bekeren. In werkelijkheid trekt Martialis echter vanuit Galicië naar Limoges, waar hij omstreeks 250 tot eerste bisschop gewijd wordt. Pas omstreeks het jaar 800 wordt melding gemaakt van Valeria. Zij zou door Martialis bekeerd zijn en vervolgens door hem gedoopt worden. Omdat haar verloofde ongelovig is, weigert zij met hem te huwen, waarna hij haar onthoofdt. De voorstelling van Valeria die haar hoofd aan Martialis aanbiedt, komt wel vaker voor in de kunst van de
PAAR ZESKANTIGE ZOUTVATEN: ANTIEKE GODEN EN HELDEN CHRISTUS IN DE HOF VAN OLIJVEN
Henegouwen (Bergen ?), ca.1500-1515 kalksteen, met sporen van originele polychromie en vergulding 35,2 X 38 X 12,5 cm Herk.: part. verz., Duitsland, ca.1998; part. verz., Brugge, ca.1998-2002; part. verz., Antwerpen, 2002-2005
toegeschr. aan Colin Nouailher Limoges, ca.1545 veelkleurig geschilderd email, op koper, verguld 6,7 X 8,7 cm (elk)
THE AGONY IN THE GARDEN Hainaut (Mons ?), c.1500-1515 limestone, with traces of original polychromy and gilding 35,2 X 38 X 12,5 cm
Vgl.:Verdier-Focarino,The Frick Collection, 1977, pp.98-103
Prov.: priv. coll., Germany, c.1998; priv. coll., Bruges, c.1998-2002; priv. coll., Antwerp, 2002-2005
PAIR OF HEXAGONAL SALT CELLARS: ANCIENT GODS AND HEROES
attr. to Colin Nouailher Limoges, c.1545 painted polychrome enamel, on copper gilt 6,7 X 8,7 cm (each)
Comp.:Verdier-Focarino,The Frick Collection, 1977, pp.98-103
11
12
Limousin, maar deze plaket is het enige mij bekende objekt in geschilderd email met dit thema. Deze plaket is dan ook van uitzonderlijk belang voor de Limogese kunst en geschiedenis, want de twee belangrijkste plaatselijke heiligen worden hier verbeeld in email, de kunstvorm waarvoor Limoges zo vermaard is. Derhalve kunnen we vermoeden dat deze plaket, gemonogrammeerd door Jacques I Laudin -de belangrijkste Limogese emailleur uit de tweede helft van de 17de eeuw- voor een plaatselijke opdracht en met een heel concreet doel is vervaardigd. Spontaan denken we daarbij aan een opdracht voor de Kathedraal, de abdij Saint-Martial of één van de vele Limogese kerken.
Tent. kat.: 1993, Parijs, Légende dorée du Limousin. Les saints de la HauteVienne, (Cahiers du patrimoine, 36), Limoges, 1993. Tent. kat.: 1999, Limoges,Valérie et Thomas Becket. De l’influence des princes Plantagenêt dans l’oeuvre de Limoges, Limoges, 1999.
The inscription at the bottom of the enamel plaque illustrated here states that it shows Saint Martial Blessing Saint Valeria. At first sight neither the representation nor the object appear to be of particular interest, were it not for the fact that Martial and Valeria are known to be the two most important saints of Limoges. The legend goes that Martial was sent by Saint-Peter to convert the population in the Limousin region to Christianity. In reality Martial travelled from Galicia to Limoges, where he was the first bishop to be enthroned in the year 250 or thereabouts. It was not until 800 that any mention was made of Valeria. She is said to have been converted and later baptized by Martial. Because her betrothed was an unbeliever, she refused to marry him, whereupon he cut off her head. While the representation of Valeria Offering Martial Her
Head in Blessing, does occur more often in Limousin art, the present object is the only painted enamel plaque with this theme that I know.The present plaque is therefore of immense importance to the art and history of Limoges, since it contains a depiction of the two most important local saints and that depiction is in enamel, the technique for which Limoges is so renowned. Bearing this in mind it can be surmised that the present plaque, monogrammed by Jacques I Laudin, the most important enameller of Limoges during the second half of the 17th century, was commissioned locally and for a particular purpose.The thought that then comes to mind is that it might have been a commission for the Cathedral, for the Monastery of Saint-Martial or for one of the numerous churches in Limoges. Exh. cat. : 1993, Paris, Légende dorée du Limousin. Les saints de la HauteVienne, (Cahiers du patrimoine, 36), Limoges, 1993. Exh. cat. : 1999, Limoges,Valérie et Thomas Becket. De l’influence des princes Plantagenêt dans l’oeuvre de Limoges, Limoges, 1999.
HL. MARTIALIS ZEGENT DE HL. VALERIA
Jacques I Laudin (IL gemonogr.) Limoges, 2de helft 17de eeuw geschilderd email in grisaille, op koper, verguld 14,6 X 11,4 cm Vgl.: tent. kat.: 1993, Parijs, Légende dorée, nrs.3-6
SAINT MARTIAL BLESSING SAINT VALERIA
Jacques I Laudin (IL monogr.) Limoges, 2nd half 17th c. painted enamel in grisaille, on copper, gilt 14,6 X 11,4 cm Comp.: exh. cat.: 1993, Paris, Légende dorée, nos.3-6
13
VERKOOPSTENTOONSTELLING
HL. ANNA-TE-DRIEËN
atelier van Jan van Steffeswert Maastricht, ca.1510-1520 eiken, met sporen van originele polychromie 64,5 X 43,2 X 20,8 cm Herk.: galerie Nagel, Stuttgart, 1948; part. verz., Wenen, 1948-2006 Vgl.: tent. kat.: 2000-2001, Maastricht, Jan van Steffeswert, nrs.49-50 en pp.73-76
SAINT-ANNE SELBDRITT
workshop of Jan van Steffeswert Maastricht, c.1510-1520 oak, with traces of original polychromy 64,5 X 43,2 X 20,8 cm Prov.: gallery Nagel, Stuttgart, 1948; priv. coll., Vienna, 1948-2006 Comp.: exh. cat.: 2000-2001, Maastricht, Jan van Steffeswert, nos.49-50 and pp.73-76
BOZZETTO: DRIE PUTTI TERUGKEREND VAN DE JACHT (DETAIL)
Over ymagiers, cleynstekers en bildesnyders Als handelaar in kunstvoorwerpen uit de middeleeuwen en de renaissance, behoorde de Europese beeldsnijkunst van aanvang aan tot één van de centrale aandachtspunten van mijn collectie. Na mijn expositie met Meesterwerken uit Limoges in oktober 2004, is mijn tweede grote verkoopstentoonstelling dan ook helemaal gewijd aan Beelden en Reliëfs uit het Noorden. Deze tentoonstelling geeft een ruim en zeer divers overzicht van de beeldhouwkunst in onze gewesten vanaf de 14de eeuw tot het begin van de 18de eeuw. Geen enkele discipline wordt over het hoofd gezien: middeleeuws ivoor uit de 14de eeuw; laatgotische sculptuur uit de 14de, 15de en 16de eeuw in hout en steen, een albasten reliëf uit de renaissance (ca.1610) en een barok bozzetto in terracotta, 1705 gedateerd. Bovendien komen de toonaangevende centra in het Noorden alle apart aan bod. Zo toont deze expositie reliëfs en retabelgroepen vervaardigd in Antwerpen, Brussel en Mechelen. Een kalkstenen Getsemane is dan weer uit Henegouwen afkomstig en ook Frankrijk is met vooraanstaande centra zoals Parijs, het Ile-deFrance en Picardië goed vertegenwoordigd. De twee meest aanzienlijke beelden komen evenwel uit het Rijn- en Maasland: Keulen met een eigenhandig werk
Corneille van Cleve (gesign.) Parijs, 1705 (gedat.) terracotta 34,3 X 17,5 cm
BOZZETTO: THREE PUTTI RETURNING FROM THE HUNT (DETAIL)
Corneille van Cleve (signed) Paris, 1705 (dated) terracotta 34,3 X 17,5 cm
van Tilman Heysacker, genaamd Krayndunck - die zentrale Figur der kölnischen Skulptur des späten 15. Jahrhunderts und frühen 16. Jahrhunderts - enerzijds en Maastricht met een schitterende en vooralsnog onbekende Anna-te-Drieën van Jan van Steffeswert - de best gedocumenteerde laatgotische beeldsnijder in de Nederlanden - anderzijds. De verkoopstentoonstelling Over ymagiers, cleynstekers en bildesnyders. Beelden en Reliëfs uit het Noorden heeft plaats in mijn galerie aan de Helenalei 7, 2018 Antwerpen en wel op vrijdag 29 en zaterdag 30 september én op zondag 1 en maandag 2 oktober 2006, telkens van 11.00. tot 19.00 uur. Na afspraak, blijft deze expositie nog toegankelijk tot en met zondag 15 oktober 2006. Hierbij nodig ik u dan ook van harte uit om een bezoek te brengen aan deze schitterende tentoonstelling.
Aansluitend bij deze expositie verschijnt een aparte catalogus waarin alle tentoongestelde beelden en reliëfs beschreven en geïllustreerd worden. Deze catalogus kan als pdf-file geconsulteerd worden via mijn website www.worksofart.be. Anderzijds kan u deze ook bestellen via
[email protected] of telefonisch op +32/3/225.15.56.
HL. VERONICA (DETAIL)
toegeschr. aan de Meester van het retabel van Maignelay Antwerpen, ca.1510-1515 eiken, met originele vergulding en polychromie 37,6 X 27,4 cm
SAINT VERONICA (DETAIL)
attr. to the Master of the Altar of Maignelay Antwerp, c.1510-1515 oak, with original polychromy and gilding 37,6 X 27,4 cm
14
15
EXHIBITION SALE
About ymagiers, cleynstekers and bildesnyders
HL. ANNA (DETAIL)
Tilman Heysacker, genaamd Krayndunck Keulen, ca.1490-1495 eiken, met sporen van originele polychromie 108 X 39 X 27,5 cm
SAINT-ANNE (DETAIL)
Tilman Heysacker, named Krayndunck Cologne, c.1490-1495 oak, with traces of original polychromy 108 X 39 X 27,5 cm
As a dealer in works of art from the Middle Ages and Renaissance, European sculpture has from the very beginning always had a special place in my collection. Following my previous exhibition entitled Masterpieces from Limoges, staged in October 2004, my next important gallery sale exhibition is devoted to Sculptures and Reliefs from the North. This exhibition offers a wide and diverse overview of sculpture in northern Europe from the 14th to the beginning of the 18th century. Not one discipline has been excluded : 14th-century medieval ivories; late Gothic wood and stone sculpture from the 14th, 15th and 16th centuries; an alabaster relief from the Renaissance (c.1610) and a baroque bozzetto in terracotta, dated 1705. In addition, the prominent centres of the North have all been paid separate attention.The present exhibition comprises reliefs and altar-groups from Antwerp, Brussels and Malines. And so there is a limestone Getsemane with its origins in Hainaut and the prominent centres of France, such as Paris, the Ile-de-France and Picardy, are also well represented.The two most important sculptures featured are from the Rhine and Mosan regions : from Cologne, on the one hand, an
VAN
autograph work by Tilman Heysacker, named Krayndunck - die zentrale Figur der kölnischen Skulptur des späten 15. Jahrhunderts und frühen 16. Jahrhunderts - and from Maastricht, on the other, a superb and a hitherto unknown Saint-Anne Selbdritt by Jan van Steffeswert the best-documented, late Gothic sculptor in the Netherlands. The exhibition About ymagiers, cleynstekers and bildesnyders. Sculptures and Reliefs from the North will be held at our gallery on the Helenalei 7, 2018 Antwerp (Belgium), on Friday 29th and Saturday 30th of September and Sunday 1st and Monday 2nd of October 2006, from 11 a.m. to 7 p.m..The exhibition will remain on display until Sunday 15 October 2006 by appointment only. It is my pleasure to invite you to this superb exhibition.
The exhibition will be accompanied by a catalogue, comprising entries on and illustrations of all the sculptures and reliefs on display. The catalogue in pdf-format can be accessed for online viewing via my website: www.worksofart.be. You can also order a copy by e-mail at:
[email protected] or by telephone : +32/3/225.15.56.
DE BEWENING CHRISTUS (DETAIL)
Beauvais (Picardië), ca.1500-1510 eiken 62,5 X 29 cm
THE LAMENTATION OF CHRIST (DETAIL)
Beauvais (Picardy), c.1500-1510 oak 62,5 X 29 cm
HL. ELISABETH (UIT EEN VISITATIE-GROEP)
Brabant (Antwerpen (gemerkt) of Brussel), ca.1490-1500 eiken, met originele polychromie en vergulding 28,9 X 11,2 X 5,7 cm
Herk.: kunsthandel Peters’ Oude Kunst, Tilburg, ca.1975; verz. H.O. Goldschmidt, Eindhoven, ca.1975-2006 Tent.: 1998, Aken, In gotischer Gesellschaft, nr.18, pl.IV Lit.: Oellers, in: tent. kat.: 1998, Aken, pp.58-59
SAINT ELIZABETH (FROM A VISITATION)
Brabant (Antwerp (marked) or Brussels), c.1490-1500 oak, with original polychromy and gilding 28,9 X 11,2 X 5,7 cm Prov.: gallery Peters’ Oude Kunst,Tilburg, c.1975; H.O. Goldschmidt-coll., Eindhoven, c.1975-2006 Exh.: 1998, Aachen, In gotischer Gesellschaft, no.18, pl.IV Lit.: Oellers, in: exh. cat.: 1998, Aachen, pp.58-59
16
17
BERNARD DESCHEEMAEKER
WORKS OF ART Helenalei 7 2018 Antwerpen Belgium tel. + 32 / 3 / 225.15.56. fax. + 32 / 3 / 281.05.57. mob. + 32 / 476 / 32.55.77.
[email protected] www.worksofart.be openingsuren : enkel op afspraak hours of opening : by appointment only
Alle prijzen op aanvraag All prices available on request Op Uw verzoek stuur ik U graag bijkomende exemplaren toe van deze of één van de voorgaande nieuwsbrieven. I will be pleased to send you additional copies of the present or of any previous newsletter(s) upon request.
(COVER) GROEPJE UIT DE HOLLIJST VAN EEN RETABEL: JEZUS ONDER DE SCHRIFTGELEERDEN
Antwerpen (gemerkt), ca.1525-1535 eiken, met originele polychromie en vergulding 34,6 X 11 X 6,7 cm
RELIEF FROM THE TRACERY DECORATION OF AN ALTAR: JESUS AMONG THE SCRIBES
Antwerp (marked), c.1525-1535 oak, with original polychromy and gilding 34,6 X 11 X 6,7 cm
Voor het verwerven van belangrijke nieuwe stukken ben ik steeds bereid mij - ook naar het buitenland - te verplaatsen. For the acquisition of important new objects, I am more than willing to travel to your home, whether here in Belgium or abroad.
Colophon Teksten/Texts : Bernard Descheemaeker, Antwerpen Engelse Vertaling/English Translation : Marilyn S. Zwaaf-Glazer, Amsterdam Foto’s/Photographs : Luc Roymans, Antwerpen Lay-out :Watch It Productions, Gent Druk /Printing : Bema Graphics, Schilde © Bernard Descheemaeker, Antwerpen, September 2006
DIPTIEK: MADONNA MET EN DE KRUISIGING
KIND
Parijs, ca.1330 - 1340 ivoor, met sporen van originele polychromie 12 X 13,2 X 2,9 cm
Herk.: verz. Dmitri Schevitch, Madrid, 1906; 04-07.04.1906, Parijs, Galerie Georges Petit, nr.147; verz.William Waldorf,The Lord Astor of Hever, Hever Castle, 1983; 06.05.1983, Londen, Sotheby’s,The Hever Castle Collection, II, nr.241; kunsthandel Bernard Blondeel, Antwerpen, 1983-ca.1990; part. verz., Frankrijk, ca.1990-2006 Lit.: Koechlin, Les ivoires gothiques, 1924, I, p.203, voetn.1 en II, nr.389, p.166
DIPTYCH: THE VIRGIN AND CHILD AND THE CRUCIFIXION
Paris, c.1330-1340 ivory, with traces of original polychromy 12 X 13,2 X 2,9 cm Prov.: Dmitri Schevitch-coll., Madrid, 1906; 0407.04.1906, Paris, Galerie Georges Petit, no.147;William Waldorf-coll.,The Lord Astor of Hever, Hever Castle, 1983; 06.05.1983, London, Sotheby’s,The Hever Castle Collection, II, no.241; gallery Bernard Blondeel, Antwerp, 1983-c.1990; priv. coll., France, c.1990-2006 Lit.: Koechlin, Les ivoires gothiques, 1924, I, p.203, note 1 and II, no.389, p.166