bernard descheemaeker works of art
nieuwsbrief newsletter
De verzelfstandiging zet zich gestaag
I am by now well on the road to independence. The first
voort. Eerst was er de oprichting van een
step was to set up my own business under my own
eigen zaak onder mijn eigen naam. Dan
name. Then came the publication of my own Newsletter
de publicatie van een eigen Nieuwsbrief
followed by my first art fair.
en vervolgens mijn eerste deelname aan
And on the first of July, the latest step on that road was
een beurs.
to take over the premises located at Everdijstraat 31,
En sinds aanvang juli is er nu ook de
Antwerp, even if it will only be for a short time.
overname van het pand aan de Everdijstraat 31 te Antwerpen. Zij het
editoriaal: 16 maanden
editorial: 16 months
slechts voor een beperkte tijd. Toen de eigenaar eind vorig jaar liet weten dat hij binnen afzienbare tijd ons pand wenste te renoveren, besloot Jan Dirven de huur van onze galerij niet meer te verlengen. Een zeer begrijpelijke keuze voor een handelaar die geleidelijk aan het afbouwen is. Een jonge ondernemer denkt echter veeleer in termen van groei, expansie en verzelfstandiging. Daarom vond ik het verstandig om de periode tussen het vervallen van het huurcontract van Jan Dirven -30 juni 2002- en de geplande aanvang van de renovatiewerkzaamheden -1 november 2003- zelf te overbruggen en gedurende die tijd de huur van het pand op mij te nemen. Aldus kan ik nu ook mijn kunstvoorwerpen in hetzelfde schitterende kader presenteren. Zestien maanden zijn natuurlijk maar een zeer korte tijd. Hopelijk toch lang genoeg om ook U ooit hier te mogen begroeten. Misschien bij een toevallige passage in Antwerpen of wellicht bij een bezoek aan één van de evenementen die ik hier de komende tijd wens te organiseren. Niettemin ben ik nu al nieuwsgierig naar mijn toekomstige galerij*. Het zal niet eenvoudig zijn om een onderkomen te vinden met eenzelfde uitstraling als het huidige 18de eeuwse herenhuis met zijn hoge plafonds en zijn sfeervolle binnenplaats. De queeste is alvast begonnen. Bernard Descheemaeker * Ik heb wel alvast reeds een nieuw telefoonnummer: + 32 / 3 / 225 15 56. Mijn huidig fax. nr. en mob. nr. zullen ook in de toekomst behouden blijven. Grote Handbel Vlaanderen, begin 16de eeuw brons h. 27 cm Herk.: part. verz., Friesland (Nederland) Large Handbell Flanders, early 16th century bronze h. 27 cm Prov.: priv. coll., Friesland (the Netherlands)
When at the end of last year the owner informed us that he was planning to renovate the premises within the foreseeable future, Jan Dirven decided against renewing the lease on our gallery. A perfectly understandable decision for a dealer to make when he is in the process of scaling down his business activities. A newly established entrepreneur, however, is thinking more in terms of building up and expanding his business. With that in mind, I decided that in order to bridge the gap between the expiry of Jan Dirven's lease on 30 June 2002 and the date set for starting the renovation work, namely 1st November 2003, the best thing for me to do was to rent the premises myself. And so, I am now able to continue showing my works of art in the same splendid surroundings. Sixteen months is, of course, not a very long period of time. I hope, however, that it will prove long enough for you to come and visit me. You might happen to be passing through Antwerp or decide to attend one of the forthcoming events I hope to organise here in the near future. I, at any rate, cannot help wondering what my future gallery will be like*. It will not be easy to find a property that has the same character as the present 18th-century town house with its high ceilings and pleasant courtyard. Needless to say, the quest has already begun. Bernard Descheemaeker * Please note that my new telephone number is: + 32 / 3 / 225.15.56. My fax and mobile numbers are unchanged.
Gotische ivoortjes die aan beide zijden met snijwerk
It is extremely rare to find gothic ivories that have
versierd zijn, zijn uiterst schaars. Dit geldt al evenzeer
carved decorations on both sides. The same is true of
voor middeleeuwse voorstellingen van profane aard.
medieval representations of a secular nature.
Het hier geïllustreerde, vooralsnog onbekende vroeg
But, without question, the early 14th-century reversible
14de eeuwse dubbelzijdige ivoren plaketje met een
ivory panel depicting a love scene, illustrated here,
liefdesscène is dan ook een absolute zeldzaamheid.
which was not known until now, certainly fits the description.
In het Musée Municipal van Chartres bevindt zich een bijna even groot ivoren plaketje met aan beide zijden identieke voorstellingen. Het is kwalitatief en stilistisch zo nauw verwant aan dit exemplaar dat beide in hetzelfde atelier en omstreeks dezelfde tijd moeten zijn vervaardigd (Parijs of Noord-Frankrijk, ca.1320). Van de originele polychromie zijn, voornamelijk bovenaan, de sporen nog duidelijk zichtbaar. Deze groenige kleur is ontstaan doordat de oorspronkelijk blauwe beschildering geleidelijk door het ivoor geabsorbeerd is. R. Koechlin, Les ivoires gothiques français, Parijs, 1924, nr.1222, pl.CC. C.T. Little, in: The Jack and Belle Linsky Collection in the Metropolitan Museum of Art, New York, 1984, nr.50, pp.132-134.
Art historical literature on the subject of medieval ivories records no more than twenty plaques with carved decorations on both sides. Several such reversible ivory panels in a silver or silver-gilt frame were probably originally hung above the bed as an image de chevet. The two barely discernible grooves in one side of the present example indicate, however, that the plaque served as the front or back cover of a small book. All told, I know of only one extant example of an ivory book that has been preserved in its entirety (New York, The Metropolitan Museum of Art). The Musée Municipal of Chartres has such an ivory plaque of almost the same size, both sides of which have identical representations to the present example. Taking account of quality and style, the plaque is so closely related to the present example that both of them must have been made in the same workshop at approximately the same time (Paris or Northern France, c.1320). There are, mostly at the top of the object, still clearly visible traces of the original polychrome decoration. The present greenish colour is the result of the gradual absorption by the ivory of the original blue paint. R. Koechlin, Les ivoires gothiques français, Paris, 1924, no.1222, pl.CC. C.T. Little, in: The Jack and Belle Linsky Collection in the Metropolitan Museum of Art, New York, 1984, no.50, pp.132-134.
twice as nice
De kunsthistorische literatuur omtrent middeleeuwse ivoortjes vermeldt hooguit twintig plaketjes die aan beide zijden met snijwerk versierd zijn. Oorspronkelijk werden wellicht enkele van deze tweezijdige ivoren plaketjes in een (verguld) zilveren lijstje gezet en als image de chevet boven het bed opgehangen. De twee ragfijne groefjes in één van de zijkanten van dit exemplaar wijzen er echter op dat dit plaketje als voor- of achterzijde van een klein boekje bedoeld was. Van een dergelijk ivoren boekje dat compleet bewaard is gebleven is er mij welgeteld één exemplaar bekend (New York, The Metropolitan Museum of Art).
I have known of the existence of the small plaque - it barely measures 7.3 by 3.9 cm - for several years now. But the Belgian collector, who inherited the piece from his parents a long time ago, had not been willing to part with it before now. One side represents - true to tradition - The Virgin and Child, flanked by two candle-bearing angels. What makes the object remarkable is the depiction to the reverse of The Crowned Lover, a theme that is mostly known from ivory mirrors cases and writing tablets.
dubbel zo mooi
Het kleine plaketje -het is amper 7,3 bij 3,9 cm groot- is mij reeds enkele jaren bekend. Maar de Belgische verzamelaar, die het jaren geleden van zijn ouders erfde, wilde er pas nu afstand van doen. De ene zijde stelt -traditiegetrouw- Maria met Kind voor, geflankeerd door twee kandelaardragende engelen. Veel ongebruikelijker is De Kroning van de Geliefde op de keerzijde, een thema dat ons vooral bekend is van ivoren spiegeltjes en schrijftabletjes.
Dubbelzijdig Plaketje van een Boekje: Maria met Kind Geflankeerd door Twee Engelen / Kroning van de Geliefde Frankrijk (Parijs of NoordFrankrijk), ca.1320 ivoor, dubbelzijdig, met sporen van oorspr. polychromie 7,3 X 3,9 X 0,6 cm Herk.: part. verz., Veurne (België) Reversible Ivory Panel, Small Book Cover: The Virgin and Child Flanked by Two Angels / The Crowned Lover France (Paris or Northern France), c.1320 ivory, double-sided, with traces of the orig. polychromy 7,3 X 3,9 X 0,6 cm Prov.: priv. coll., Furnes (Belgium)
Exact 700 jaar geleden. We schrijven 11 juli 1302: een ongeregeld leger van Vlaamse boeren en opstandelingen verslaat nabij Kortrijk -mijn geboortestad- het kruim van de Franse ridders. Deze datum is in het collectieve geheugen gegrifd van
militaire geschiedenis zou een feodaal leger -het machtigste ooit- door een formatie van stadsmilities, boeren en vrijwilligers eerloos worden verslagen (de zgn. Slag der Gulden Sporen). De eerste ‘waanzinnige’ gebeurtenis van de ‘waanzinnige’ veertiende eeuw is hiermee een feit.
elke Vlaming. Maar was deze overwinning echt zo opzienbarend? En wat was er aan voorafgegaan en tot wat heeft het geleid?
schild en vriend
b
De Franse koning Filips IV de Schone (1285-1314) kan het niet langer meer tolereren. Het Vlaanderen van Graaf Gwijde van Dampierre (1278-1305) stelt zich te onafhankelijk op tegenover zijn leenheer. Meer nog: het dringt aan op een bondgenootschap met koning Eduard I van Engeland, Frankrijks erfvijand. De maat is vol. Filips beslist Vlaanderen kordaat tot de orde te roepen: Franse troepen trekken Vlaanderen binnen; Gwijde wordt krijgsgevangen gezet en vervangen door Jacques de Châtillon, een vazal van de Franse kroon. De plaatselijke bevolking laat echter niet betijen. Onder leiding van Pieter de Coninck en Jan Breydel wordt in de nacht van 7 op 8 mei 1302 een deel van de Franse bezettingsmacht vermoord. De overige troepen worden uit Brugge verjaagd (de zgn. Brugse Metten). Om dit oproer te bedwingen brengt Filips een indrukwekkend leger op de been. Het puik der Franse ridders staat onder bevel van Robert van Artois, broer van de koning. Op 11 juli staan beide partijen op de Kortrijkse Groeninghe-kouter tegenover elkaar. Voor het eerst in de
Reliëf: Ridder Engeland of Frankrijk, begin 14de eeuw brons, geoxydeerd 7,5 X 8 cm Relief: Knight England or France, early 14th century bronze, oxidized 7,5 X 8 cm
Het was inderdaad nooit gezien dat een ridderleger, en dan nog wel met een geweldige overmacht, door eenvoudig voetvolk verslagen werd. Eveneens van groot belang is dat Vlaanderen door deze overwinning een autonoom graafschap is gebleven, dat de hoeksteen zou worden van de in de 15de eeuw zo machtige Bourgondische Nederlanden. Maar ook voor de Europese geschiedenis is de Guldensporenslag van grote betekenis. Het stelt immers een einde aan een eeuw van Franse hegemonie die te Bouvines -ook op Vlaamse bodem- was begonnen : de Vlaamse désastre de Bouvines (1214) wordt gevolgd door de Franse désastre de Courtrai (1302). Tent. kat.: Age of Chivalry. Art in Plantagenet England. 1200-1400, Londen, 1987. Tent. kat.: L’Art au temps des rois maudits. Philippe le Bel et ses fils. 1285-1328, Parijs, 1998. 1302. Feiten en mythen van de Guldensporenslag, o.l.v. R.C. van Caenegem, Antwerpen, 2002.
cream of French knighthood was defeated by irregular troops comprising Flemish farmers and rebels. The date is stamped indelibly on the collective memory of each and every native of Flanders. But was it really such a tremendous victory? What were the events leading up to it and what was the outcome? Matters had come to a head. Philip IV, King of France, also known as Philip the Fair, (1285-1314) could no longer sit back and do nothing. Flanders under Count Gwijde van Dampierre (1278-1305) was becoming too independent, showing little regard for the wishes of its liege. And, as if that was not enough, it was also pressing for an alliance with Edward I, King of England, the arch-enemy of France. That did it. Philip decided to bring Flanders firmly to heel: French troops entered Flanders; Gwijde was taken prisoner and replaced by Jacques de Châtillon, a vassal of the French crown. But the local population did not take that lying down. On the 7th of May 1302 under cover of darkness, with Pieter de Coninck and Jan Breydel as their leaders, they carried out an attack, which led to the massacre of part of the French occupying force. The remainder was chased out of Bruges, the so-called Brugse Metten. In order to crush the uprising Philip mobilised an impressive army. The pick of French knighthood was placed under the command of Robert of Artois, the king's
brother. It was on 11 July in Courtrai at the spot known as Groeninghe-kouter that both parties came face to face. The ensuing battle, the Slag der Gulden Sporen, turned out to be the first in military history where a feudal army - the most powerful at the time - was beaten shamelessly by a piecemeal army composed of town militias, farmers and volunteers. It was that 'calamitous' event which heralded the start of the 'calamitous' fourteenth century. Never before had an army of knights of superior strength been defeated by a force of common foot soldiers. Another important fact is that as a result of that victory Flanders remained autonomous, and later became the corner stone of the Burgundian Netherlands, which rose to power in the 15th century. But the Slag der Gulden Sporen also had a big impact on the history of Europe. It signalled the end of a century of French hegemony, which had started with the désastre de Bouvines (1214), also on Flemish soil, and lasted until the French désastre de Courtrai (1302). Exh. cat.: Age of Chivalry. Art in Plantagenet England. 1200-1400, London, 1987. Exh. cat.: L’Art au temps des rois maudits. Philippe le Bel et ses fils. 1285-1328, Paris, 1998. 1302. Feiten en mythen van de Guldensporenslag, o.l.v. R.C. van Caenegem, Antwerp, 2002.
schild en vriend
It was precisely 700 years ago. The date: 11 July 1302. Just outside Courtrai - the town where I was born - the
Lavabo op Drie Pootjes de Nederlanden, ca.1300 brons, met bodempatina 16,4 X 32 X 22 cm Herk.: part. verz., Maaseik (België) Lavabo on Three Legs the Low Countries, c.1300 bronze, in excavated condition 16,4 X 32 X 22 cm Prov.: priv. coll., Maaseik (Belgium)
signed ian is getekend ian
Onlangs kwam als een volslagen verrassing een tot
The recent discovery of a hitherto unknown figure of
dusver onbekend Magdalenabeeldje aan het licht van de
Saint Mary Magdalene by the Maastricht woodcarver Jan
Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert (ca.1460-
van Steffeswert (c.1460-c.1530) came as a bolt from the
ca.1530).
blue.
Afgelopen 23 mei toog Bernard Descheemaeker met het fraaie kleinood richting Bonnefantenmuseum. Heel benieuwd was hij of het beeldje -waarop de naam IAN voorkomt- inderdaad van de hand van de bekende beeldsnijder Jan van Steffeswert zou kunnen zijn. Het feit dat Descheemaeker zich naar Maastricht begaf, is geen toeval. Bijna twee jaar geleden vond in het Bonnefantenmuseum na jarenlang onderzoek rond het werk van Van Steffeswert een grote overzichtstentoonstelling plaats. Nagenoeg zeventig beelden werden samengebracht. Het hoge esthetische niveau van een aantal werken maakte internationaal grote indruk op zowel specialist als liefhebber van middeleeuwse kunst. Door deze tentoonstelling neemt Jan van Steffeswert voorgoed een belangrijke plaats in binnen de kunstgeschiedenis van de Lage Landen. Wat deze beeldsnijder evenwel uitzonderlijk maakt is het feit dat hij regelmatig zijn werk signeerde. Samen met het nieuw ontdekte Magdalenabeeldje bedraagt het aantal bekende gesigneerde werken tegenwoordig veertien. Zo'n groot aantal van één en dezelfde beeldsnijder is een ongekend fenomeen in de overwegend anonieme wereld van de middeleeuwse beeldhouwkunst. Van Steffeswert was zijn tijd vooruit. Hij was kennelijk zo overtuigd van zijn individuele kwaliteiten dat hij zelfbewust zijn naam op zijn creaties aanbracht.
Last May, on the 23rd to be exact, Bernard Descheemaeker was on his way to the Bonnefantenmuseum with a very precious object. He could hardly contain his curiosity about the figure bearing the name IAN, wondering if indeed it could be attributed to the well-known woodcarver by the name of Jan van Steffeswert. It was no coincidence that Descheemaeker was on his way to Maastricht. Almost two years ago, following an extensive research program, the Bonnefantenmuseum had organised a major exhibition on the work of Van Steffeswert. Close to seventy sculptures were on display. The high aesthetic quality of a number of works did not fail to impress specialists and lovers of medieval art all over the world. The exhibition served to accord Jan van Steffeswert the recognition that is his due within the context of Netherlandish art history. However, what, contributes to making this artist so special is the fact that he was in the habit of signing his work. The recently discovered figure of Mary Magdalene brings the number of known signed works to a total of fourteen. Such a large number by one and the same woodcarver was a hitherto unknown phenomenon in the predominantly anonymous world of medieval sculpture. Van Steffeswert was ahead of his time. He was evidently so convinced of the quality of his work that he could with confidence sign his name on his artistic creations.
Zoals eerder is gezegd deed hij dit ook bij het Magdalenabeeldje, en terecht! De hoge kwaliteit die het oeuvre van Van Steffeswert kenmerkt, is eveneens in dit werk terug te vinden. Zo is de figuur van Magdalena opvallend aangrijpend vormgegeven. De vrouw, die duidelijk door droefheid is overmand, heeft haar hoofd opgericht naar de (thans ontbrekende) stervende Christusfiguur. De heilige houdt haar handen pathetisch voor haar borst. Het dramatische effect wordt nog versterkt door de ketting met reukbol die van haar gordel is gevallen en op de grond voor haar ligt. De twee lange vlechten die sierlijk van de rijk gedecoreerde hoofdtooi afhangen benadrukken de lijn van de licht gedraaide houding van Magdalena's gestalte, wat de pathos van de scène aanzienlijk vergroot. In een afgevlakt deel aan de bovenzijde van de rotspartij links van Magdalena bevinden zich de signatuur IAN en het meesterteken.
As already mentioned, he had also put his signature on the figure of Mary Magdalene and with good reason! The high quality that characterises Van Steffeswert's oeuvre is equally represented in that piece. Mary Magdalene has been portrayed in a remarkably poignant manner. The saintly woman, clearly overwhelmed by grief, has turned her head towards the dying figure of Christ, which is now missing. She is holding her hands in front of her chest, a pose that evokes pathos. The dramatic effect is heightened by the fact that the perfume censer suspended from a chain around her waist is lying before her feet. The two long braids of her hair, gracefully tumbling down from the richly decorated head-dress, follow her slightly inclining body, considerably enhancing the pathos of the scene. The signature IAN and the master mark are both on the flat area at the top of the rocks to the left of Mary Magdalene.
Tent. kat.: P. te Poel, e.a., Op de drempel van een nieuwe tijd : de Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert (voor 1470-na 1525), Maastricht, 2000-2001.
Drs. Peter te Poel Curator Oude Kunst Bonnefantenmuseum Maastricht Exh. cat.: P. te Poel, a.o., Op de drempel van een nieuwe tijd : de Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert (voor 1470-na 1525), Maastricht, 2000-2001.
signed ian
Drs. Peter te Poel Conservator Oude Kunst Bonnefantenmuseum Maastricht
The present figure is the fourteenth signed work that is hitherto known and it is the second one belonging to the Bonnefantenmuseum's collection. The other signed work in our collection is a Seated Bishop. The Bonnefantenmuseum's collection, including the figure of Mary Magdalene, contains a total of eight sculptures executed by Van Steffeswert and his workshop, a very unique ensemble indeed! There are about ten additional works of Jan van Steffeswert scattered among the churches of Maastricht. It certainly fires the imagination to know that Mary Magdalene has returned to her 'birthplace', Maastricht, after all this time and that she can henceforth be admired in the midst of her 'relatives', now doesn't it?
is getekend ian
Het beeldje is het veertiende gesigneerde werk dat tot dusver bekend is en het tweede in de collectie van het Bonnefantenmuseum. Het andere gesigneerde werk in onze verzameling is een beeld van een Zittende Bisschop. Het aantal beelden van Van Steffeswert en zijn atelier in het Bonnefantenmuseum komt met het Magdalenabeeldje in totaal op acht, een uniek ensemble. Daarnaast zijn er in de kerken van Maastricht nog een tiental werken van Jan van Steffeswert te vinden. Spreekt het niet tot de verbeelding dat nu ook het beeldje van Maria Magdalena na lange tijd weer terugkeert naar haar bakermat Maastricht en temidden van haar verwanten hier in het vervolg te bewonderen zal zijn?
Maria Magdalena Jan van Steffeswert (IAN gesign. + meesterteken) Maastricht, ca.1525 noten, met deels oude polychromie en vergulding 28,5 X 26 X 12,1 cm Herk. : verz. Maria Baer, Londen Mary Magdalene Jan van Steffeswert (signed IAN + his mark) Maastricht, c.1525 walnut, with some orig. polychromy and gilding 28,5 X 26 X 12,1 cm Prov.: Maria Baer-coll., London
Guido di Savino -genaamd Guido Andries- uit Casteldurante is reeds omstreeks 1508 als majolicabakker in Antwerpen werkzaam. Een archiefstuk, daterend uit 1512, vermeldt dat hij zijn leerjongens naar Italiaanse wijze potten leerde draaien, beschilderen en bakken. “Naar Spaanse of zelfs Moorse wijze”, ware correcter
vanuit majorca en faenza
from majorca and faenza
geweest.
Albarello Jan Emens (I E gemonogr.) Raeren, 1590 (gedat.) steengoed h. 19,5 cm Herk.: verz. Joan Dirven sr., Eindhoven, voor 1964 Albarello Jan Emens (I E monogr.) Raeren, 1590 (dated) stoneware h. 19,5 cm Prov.: Joan Dirven sr.-coll., Eindhoven, before 1964
Het keramische produkt aardewerk is vervaardigd uit klei dat op een temperatuur van ca. 800 à 900 °C. gebakken wordt. Omdat het poreus is en derhalve vloeistoffen doorlaat wordt het veelal met een dunne impermeabele glazuurlaag bedekt. Toch komt ook onverglaasd aardewerk voor -we spreken dan van terracotta-, en wel als materiaal dat onder meer voor ontwerpen van beelden gebruikt wordt. Het oudste in Europa toegepaste glazuur is het goudbruine, doorschijnende loodglazuur dat we vooral van eenvoudige gebruiksvoorwerpen uit de volkscultuur kennen. Het tinglazuur, dat wit en ondoorschijnend is, ontstaat in het Midden-Oosten in een poging het Chinese porselein te imiteren. Via de Arabische wereld wordt het in Spanje geïntroduceerd, waar het gebruik ervan vooral in de 14de en 15de eeuw een groot succes kent. Uit die tijd stamt de term majolica, genoemd naar het eiland Mallorca, van waaruit het Hispano-Moreske tinverglaasde aardewerk naar Italië en het Noorden wordt verscheept.
Reeds vanaf de 14de eeuw trachten Florentijnse keramiekhandelaren het geïmporteerde en derhalve kostbare majolica na te bootsen. Het zal echter tot de tweede helft van de 15de eeuw duren vooraleer pottenbakkers uit Faenza het produkt perfekt weten te kopiëren. Ze kunnen het zelfs verfijnen door het tinverglaasde objekt nog met coperta te overtrekken en te branden. Dit bijkomende dunne laagje doorschijnend loodglazuur zorgt voor het heldere uitzicht en de diepe glans van de beschildering. Omwille van zijn herkomst zal dit moderne Italiaanse aardewerk, over gans Europa als faience bekend raken. Waarschijnlijk nog in de 15de eeuw vestigen de eerste Italiaanse faiencebewerkers zich in Antwerpen. Uiteindelijk zal de Scheldestad in de 16de eeuw uitgroeien tot het belangrijkste centrum van het gleiswerk in de Nederlanden. De diverse ateliers -in de tweede helft van de 16de eeuw zijn er reeds een vijftal bedrijven actiefvervaardigen er voornamelijk veelkleurige schotels, bestemd voor de luxueuse tafels van zeer gegoede patriciërs. Daarnaast kent de Antwerpse majolica-productie ook zalfpotten (albarelli), stroopkannen, kruiken, papkommen, vloer- en wandtegels. Omwille van de economische laagconjunctuur, ten gevolge van de godsdienstoorlogen en de afsluiting van de Schelde, emigreren vanaf 1585 vele intellectuelen, geschoolde ambachtslui, kunstenaars en kooplieden naar het veilige en veelbelovende Noorden. Zo wijken ook meerdere majolicabakkers uit. Zij zullen er de eerste generatie vormen van de zo succesvolle 17de eeuwse Hollandse plateelbakkers.
Naast het tin- en loodglazuur kent men ook het zoutglazuur. Het is in West-Europa vooral bekend dankzij het Duitse steengoed (Steinzeug), een keramisch produkt dat op ca. 1150 tot 1350 °C gebakken wordt. Daar het enerzijds een zeer hard materiaal betreft met een dichte structuur, maar anderzijds niet doorschijnend en zelden wit is, vormt het de overgang tussen aardewerk en porselein. In China is het reeds meer dan 3000 jaar bekend. Het wordt pas in de 11de eeuw in Europa geïntroduceerd wanneer in het Rijnland de geschikte klei gevonden wordt. De Duitse steengoedproduktie bereikt evenwel zijn hoogtepunt op het einde van de 16de eeuw. Uit die tijd stamt ook de apothekerspot, gedateerd 1590, die hier afgebeeld is. In vergelijking met baardmannen, pullen of Schnellen (i.e. hoge, slanke, cilindervormige kruiken) zijn albarelli van steengoed erg zeldzaam. Men vermoedt dat dit van oorsprong Italiaans gebruiksgoed pas laat in het Rijnland is geïntroduceeerd en wel door Jan Emens, de Raerense vernieuwer van vormen en decoraties. Ook dit exemplaar, dat bovenaan op de cartouche I E gemonogrammeerd is, moet in zijn werkplaats zijn ontstaan. Bovendien betreft het een zeer vroeg exemplaar, daar de oudste ons bekende albarello van zijn hand het jaartal 1589 draagt. De grijze kleur, die rijkelijk van blauw saffer voorzien is, wijst reeds vooruit naar de productie van de 17de eeuwse pottenbakkers in het Westerwald.
Guido di Savino of Casteldurante - going by the name of Guido Andries - was active as a maker of maiolica in Antwerp in 1508 or thereabouts. A document dating from 1512 mentions that he taught his apprentices the art of shaping jars, and of painting and firing them in the Italian manner. It would be more accurate to say ‘in the Spanish or even in the Moorish manner’.
E. Klinge, Duits steengoed. Rijksmuseum Amsterdam, Zwolle, 1996, nr.29. P. Biesboer, Nederlandse majolica. 1550-1650, Amsterdam, 1997.
Florentine merchants in ceramics were already attempting to imitate the imported and therefore expensive maiolica
The ceramic product called earthenware is manufactured from clay that is fired at a temperature of c. 800 - 900°C. In view of the fact that it is porous and thus allows liquids to pass through, a thin impervious layer of glaze is usually applied. Earthenware can also made without glazing which is then called terracotta - and that is used inter alia to make a model of a sculpture. The first glaze used in Europe was a golden-brown, transparent lead glaze that was mostly applied to utensils for everyday use. Tin glaze, which is white and opaque, originated in the Middle East in an effort to imitate Chinese porcelain. It was then introduced into Spain via the Islamic world, where it became very popular especially in the 14th and 15th centuries. The term maiolica first appeared at that time, taking its name from the island of Majorca, from where the Hispaño-Moresque tin-glazed earthenware was shipped to Italy and the North.
E. Klinge, Duits steengoed. Rijksmuseum Amsterdam, Zwolle, 1996, no.29. P. Biesboer, Nederlandse majolica. 1550-1650, Amsterdam, 1997.
from majorca and faenza
It is likely that the first Italian faience workers had already settled in Antwerp in the 15th century, which led to the town developing into the most important 16th-century centre of gleiswerk, glazing, in the Netherlands. The various workshops - five of them were in operation by the second half of the 16th century - were making predominately polychrome dishes destined for the luxury tables of the well-to-do. Other maiolica products made in Antwerp at the time included jars, drug jars (albarelli), wet drug jars, porridge bowls and wall and floor tiles. Then circumstances changed: the economy slumped, the wars of religion were fought and the river Scheldt was closed, all of which from 1585 onwards prompted the wholesale emigration of intellectuals, skilled artisans, artists and merchants. They were seeking peace and new opportunities in the North. Many maiolica makers were among those who left. They laid the foundations for later generations of Dutch potters who were to become so successful in the 17th-century.
There is another glazing technique in addition to tin and lead, namely that of salt-glazing. Salt-glazing is mainly known in Western Europe through German stoneware (Steinzeug), a ceramic product that is fired at temperatures ranging from c.1150 to 1350°C. Stoneware is made of an extremely hard material. While it has a greater density than earthenware on the one hand, it is neither translucent nor white like porcelain on the other hand; it occupies a intermediate position between the two. Stoneware has been made in China for more than 3000 years. However, it was not until the 11th century that the discovery of suitable clay in the Rhineland paved the way for its introduction into Europe. The German production of stoneware had reached its peak by the end of the 16th century. The apothecary's jar bearing the date 1590, illustrated here, was also made in that period. Compared with bellarmines, tankards or Schnellen (tall, tapering jars), stoneware albarelli are extremely rare. Albarelli, which originated in Italy, were not introduced to the Rhineland until much later, probably by a potter from Raeren by the name of Jan Emens, an innovator of both design and decoration. It must have been his workshop that produced the present example with at the top of the cartouche the monogram IE. Also, the present object must be a very early example in view of the fact that the oldest albarello attributed to him carries the date 1589. The blue glaze covering the grey body, indicating a generous use of smalt, is a predecessor to the 17th-century wares produced by potters in Westerwald.
vanuit majorca en faenza
in the 14th century. It was not until the second half of the 15th century, however, that the potters of Faenza were able to perfect their production techniques. They even managed to improve the technique by adding coperta to tin-glazed objects before firing. The resulting thin layer of transparent lead glaze added lustre to the surface and enhanced the brilliance of the decoration. The origins of these modern Italian ceramics came to be reflected in its name. Throughout Europe it was known as faience.
Paar Wandtegels Voorstellende een Draak en een Arend Centraal-Italië (Rome?), ca.1600 veelkleurig aardewerk, geglazuurd 22,4 X 22,4 X 3,2 cm (elk) Herk.: Palazzo Borghese, Rome (?) Pair of Wall-tiles Representing a Dragon and an Eagle Central-Italy (Rome?), c.1600 polychrome earthenware, glazed 22,4 X 22,4 X 3,2 cm (each) Prov.: Palazzo Borghese, Rome (?)
Het dateren van kunstvoorwerpen is voor de gewone
Dating works of art usually is a very complex business
liefhebber meestal een zeer complexe zaak. Toch kan
for most art lovers. Even so a fairly simple rule of thumb
een eenvoudig vuistregeltje vaak enig soelaas brengen.
can often bring solace.
Een voorbeeld.
Let me give you an example.
De geschiedenis van het Limogees email champlevé strekt zich grosso modo uit van het tweede kwart van de 12de eeuw tot het begin van de 14de eeuw. Het is vanzelfsprekend dat de emailkunst, binnen een dermate lange periode, een grondige stilistische evolutie ondergaat. Toch is het voor de modale liefhebber niet steeds eenvoudig enig verschil of een zekere ontwikkeling op te merken. Twee opvallende veranderingen die beide omstreeks 1195 plaatshebben kunnen U echter al een aardig stukje op weg helpen.
Limoges champlevé enamel was produced roughly speaking between the second quarter of the 12th century and the beginning of the 14th. It goes without saying that as the production continued for such a long time, the style of the enamelling underwent a radical transformation. Even so, it is still not that simple for the average enthusiast to notice any such development or difference in style. Two remarkable changes, both occurring around 1195 might be able to put you on the right track,
berbardus achterna een geheugensteuntje
a reminder
however.
Medaillon: Engel met een Rood Aureool Limoges, ca.1190 veelkleurig email champlevé op koper, verguld diam. 4,5 cm Herk.: verz. Visser, Schiedam (Nederland) Pyxis Limoges, midden 13de eeuw veelkleurig email champlevé op koper, verguld h. 9,8 X diam. 6,5 cm
Roundel: Angel with a Red Halo Limoges, c.1190 polychrome champlevé enamel on copper gilt diam. 4,5 cm Prov.: Visser-coll., Schiedam (the Netherlands) Pyx Limoges, mid 13th century polychrome champlevé enamel on copper gilt h. 9,8 X diam. 6,5 cm
In de eerste plaats onderscheiden geëmailleerde voorwerpen uit de 12de eeuw zich veelal van latere stukken door het gebruik van un fond vermiculé. Deze term wijst op de aanwezigheid van sierlijk graveerwerk in de vorm van ranken en bladeren. Het wordt aangebracht op die delen van de koperplaat welke niet geëmailleerd zijn. Dit brengt ons tot wat wellicht het meest in het oog springende kenmerk is van het 12de eeuws email. Het valt immers op dat de figuratieve gedeeltes (zoals heiligen, engelen, dieren of het architecturaal decorum) tot omstreeks 1190 in principe veelkleurig geëmailleerd zijn, terwijl de achtergrond enkel verguld wordt. Dit (vrij zeldzame) emailtype, waartoe bijvoorbeeld het hier afgebeelde medaillon behoort, wordt in de 13de en 14de eeuw -enkele uitzonderingen buiten beschouwing gelaten- omgekeerd. Zoals de pyxis laat zien wordt nu de achtergrond polychroom versierd, terwijl de figuratieve delen -in onderhavig voorbeeld de engeltjes- enkel verguld zijn. Tent. kat.: L’Oeuvre de Limoges. Emaux limousins du Moyen Age, ParijsNew York, 1995-1996.
First of all, enamelled objects dating from the 12th century can often be distinguished from later pieces by the use of un fond vermiculé, which term indicates intricate decorations in the form of leaves and tendrils engraved in those parts of the copper plate which are not enamelled. And that takes us to what probably is the most eyecatching feature of 12th century enamels. In principle until roundabout 1190 it was the figurative elements (such as saints, angels, animals or architectural decoration) that were executed in polychrome and the background that was gilded. The roundel illustrated here is an example of that type of enamelling, which is quite rare. In the 13th and 14th centuries save a few exceptions that do not concern us here - the enamelling was reversed. As the illustration of the pyx shows, it is the background that is executed in polychrome instead of the figurative elements, the angels in the present example, which are gilded. Exh. cat.: L’Oeuvre de Limoges. Emaux limousins du Moyen Age, Paris-New York, 1995-1996.
Zegenend Christuskindje Spanje, 1ste kwart 17de eeuw grenen, met oorspr. polychromie en vergulding h. 46 cm The Blessing Christ Spain, 1st quarter 17th century deal, with the orig. polychromy and gilding h. 46 cm
You have by now become quite familiar with my
ivoren, hoofse kunstvoorwerpen en laatmiddeleeuwse
collection of 13th and 16th century enamels, gothic
beelden en retabelgroepjes is U inmiddels genoegzaam
ivories, courtly works of art and late medieval sculpture
bekend. Toch is het beeld van de artistieke productie van
and altar pieces. Even so your picture of artistic
de Haute Epoque onvolledig zonder de aanwezigheid
production during the Haute Epoque would be
van middeleeuwse handschriften en boekverluchtingen
incomplete without the inclusions of medieval
enerzijds en monumentale steensculptuur anderzijds.
manuscripts and illuminated books on the one hand and
Een verkoopsexpositie in samenwerking met de
of monumental stone sculpture on the other.
Londense handelaar Marc Antoine du Ry wil in deze
That omission can be easily rectified by visiting the
leemte voorzien.
gallery sale I am organising in collaboration with the
my guest in antwerp: marc antoine du ry
Mijn aanbod van 13de en 16de eeuws email, gotische
London dealer, Marc Antoine du Ry.
Marc du Ry (° 1958), Nederlander van geboorte maar reeds geruime tijd woonachtig in Londen, is een jonge, gerespecteerde kunsthandelaar. Na een samenwerking met Sam Fogg, één van de toonaangevende specialisten op het gebied van zeldzame boeken, handschriften en miniaturen, heeft hij in 1995 zijn eigen zaak opgestart. Intussen heeft hij een bijzondere collectie opgebouwd van kwalitatief hoogstaande middeleeuwse handschiften en boekverluchtingen. Maar ook vroege steensculptuur, gotisch beeldhouwwerk en 13de, 14de en 15de eeuwse kunstvoorwerpen behoren tot zijn aanbod. Hierbij nodig ik U gaarne uit mijn huidige verzameling en een keur uit de collectie van Marc du Ry te komen bekijken tijdens mijn feestelijke Opendeurdagen. Het zal voor ons beiden een groot genoegen zijn om U, bij een versnapering en een drankje, te verwelkomen in het prachtige kader van mijn 18de eeuws pand, gelegen aan de Everdijstraat 31 te Antwerpen. Deze Open Dagen vinden plaats op vrijdag 11, zaterdag 12 en zondag 13 oktober 2002, telkens van 11.00 tot 19.00 uur.
The exhibition I organised last year with Jan Dirven was for both a successful event. What undoubtedly contributed to that success was the opportunity of combining the visit with an individually guided tour of the Mayer van den Bergh Museum. As an incentive for you to come to my Open Days again this year, I have invited my friend and fellow dealer, Marc du Ry, as guest exhibitor. Marc du Ry (1958), a Dutchman who has settled in London many years ago, is a young and respected art dealer. Having worked together with Sam Fogg, one of the leading specialists in the field of rare books and manuscripts, he set up his own business in 1995. Since then he has built up an impressive collection of high-quality medieval manuscripts and illuminations. But not only that, his collection includes early stone sculptures, gothic sculpture as well as 13th, 14th and 15th-century works of art.
in antwerpen te gast: marc antoine du ry
berbardus achterna
De tentoonstelling die ik vorig jaar samen met Jan Dirven organiseerde was voor beide partijen een groot succes. Dit was ongetwijfeld mede te danken aan het feit dat hieraan een individueel begeleid bezoek gekoppeld was aan het Museum Mayer van den Bergh. Om U ook dit jaar weer helemaal te motiveren om mijn Opendeurdagen te bezoeken, heb ik mijn vriend en collega Marc du Ry als gast-exposant uitgenodigd.
I would like to invite you to take a look at my present collection together with a fine selection from that of Marc du Ry during the special Open Days. We shall both be delighted to welcome you with light refreshments within the walls of my magnificent 18th-century premises, situated in the Everdijstraat 31, Antwerp. This year the Open Days will be on Friday 11, Saturday 12 and Sunday 13 October 2002 from 11 a.m. to 7 p.m.
Twee Profielportretten Neder-Rijn, ca.1530 eiken 18,2 x 14,4 cm en 18 x 13,5 cm Two Portraits in Profile Lower-Rhine, c.1530 oak 18,2 x 14,4 cm and 18 x 13,5 cm
bernard descheemaeker works of art
Everdijstraat 31 2000 Antwerpen Belgium tel. nieuw/new +32 (0)3 225 15 56 fax. +32 (0)3 281 05 57 mob. +32 (0)476 32 55 77 e-mail:
[email protected]
colophon
openingsuren: enkel op afspraak hours of opening: by appointment only
De Aanbidding van de Koningen Mechelen, ca.1570 (TSINN gemonogr.) albast, met oorspr. vergulding en sporen van oorspr. polychromie 25,4 X 20 cm The Adoration of the Magi Malines, c.1570 (TSINN monogr.) alabaster, with the orig. gilding and traces of the orig. polychromy 25,4 X 20 cm
coverfoto Stroopkan Antwerpen, ca.1580 aardewerk, versierd in blauw met Nederlands ‘a foglie’-decor h. 22,5 cm Herk.: part. verz., Zwitserland cover photograph Wet Drug Jar Antwerp, c.1580 earthenware, with blue decoration with Netherlandish ‘a foglie’-decoration h. 22,5 cm Prov.: priv. coll., Switzerland
Teksten Texts Peter te Poel, Maastricht; Bernard Descheemaeker, Antwerpen Engelse Vertaling English Translation Marilyn S. Zwaaf-Glazer, Amsterdam Lay-out & Druk Lay-out & Printing Bema-Graphics, Schilde Foto’s Photographs Stephan Leemans, Arco, Berchem; Bonnefantenmuseum, Maastricht ® Bernard Descheemaeker, Antwerpen September 2002
Alle prijzen op aanvraag All prices on request Op Uw verzoek stuur ik U graag bijkomende exemplaren toe van deze of één van de voorgaande nieuwsbrieven. I will be pleased to send you additional copies of the present or one of the previous newsletter(s) upon request.