bereiden van voedsel gereed is vlak voordat de kinderen aan tafel gaan

Gastouderbureau Arnhem

Voedselhygiene Document: PRO 04.06 Eigenaar: Remmerden van Mireille

1

Voedsel hygiëne 1.1             

1.2 

Werkwijze Houd schoon en vuil materiaal strikt gescheiden. Houd schone en ongewassen producten gescheiden. Houd rauw en bereid voedsel strikt gescheiden. Gebruik tijdens het koken altijd schoon materiaal. Materiaal dat in contact is geweest met rauwe producten, afwassen met heet sop, naspoelen met heet water en afdrogen met een schone, droge doek. Haal producten kort voor gebruik uit de koelkast. Zet ze na gebruik zo snel mogelijk afgedekt in de koelkast terug. Raak het eten zo min mogelijk met de handen aan. Houd het aanrecht schoon en droog. Spoel de vaatdoek na gebruik altijd uit met heet water en hang hem te drogen. Neem in elk geval iedere dag een schone vaatdoek. Zet geen producten op de grond. Ruim gemorst voedsel direct op en gooi het weg. Zodra er sprake is van ongedierte worden maatregelen genomen.

(Voor)bereiden broodmaaltijd Plan je tijd zodanig dat het klaarzetten of/bereiden van voedsel gereed is vlak voordat de kinderen aan tafel gaan.

Vleesbeleg/kaas/salades//koude snack  Zet het vleesbeleg en de kaas vlak voor de maaltijd op tafel.  Zet zoveel vleesbeleg en kaas op tafel als er gebruikt zal worden. Het kan beter een keer worden aangevuld, dan dat het erg lang op tafel staat.  Laat het hartige beleg niet langer dan een half uur op tafel staan.  Mocht er nog wat over zijn, dek het dan af, zet er een datum op en leg het voor in de koelkast, zodat dit beleg de volgende dag het eerste wordt opgemaakt.  Rauwkost of vleesbeleg dat 2 uur buiten de koeling is geweest, moet worden weggegooid. Warme snacks  Eet warme snacks (ten minste 60 graden) direct na de bereiding.  Als er diepgevroren snacks worden bereid, verhit deze dan tot ze gaar zijn. Groentehap  Na bereiding enige tijd af laten koelen.  Gooi wat over is weg. Melk en melkproducten  Een melk(product) dat buiten de koeling is geweest, van een datum voorzien en de volgende dag opmaken.  Zelf geklopte slagroom die 2 uur buiten de koeling is geweest weggooien.

Versie: 2

Pagina 1 van 6 Kopieën van dit document zijn onbeheerde kopieën. De actuele versie is gepubliceerd in het digitale kwaliteitshandboek.

www.Shapeconsult.nl



Brood    

Bij levering wordt al het brood voorzien van een datum. Het oudste brood uit het vriesvak het eerste opmaken, zie datum. (Gedateerd) bewaren in een broodtrommel en/of een goed gesloten plastic zak. Beschimmeld brood helemaal weggooien.

Zoet beleg  Bewaar zoet beleg in de keukenkast.  Lees op de verpakking of het product na openen koel bewaard moet worden.  Bij jam, honing, pasta e.d. een lepel of mes per pot gebruiken. Flessen/potten  Gebruik geen beschadigde flessen of potten.  Doe de dop op de fles of pot wanneer deze bewaard moet worden.  Kijk op de verpakking waar de geopende fles/pot bewaard moet worden.  Houd de flessen/potten goed schoon.

1.3       

Klaarmaken van babyvoeding (indien van toepassing) Was de handen van te voren goed met water en zeep, droog ze goed af. Lees gebruiksaanwijzing op de verpakking en volg deze zorgvuldig op. Maak de voeding klaar op een schoon werkvlak. Gebruik leidingwater dat koud uit de kraan komt, niet uit boiler of geiser. Het water kan dan meer metalen bevatten. Kook het water even door in de waterkoker. Voeding die bij het kind thuis is klaargemaakt mag ten hoogste 1 uur buiten de koeling blijven, inclusief het voeden. De voeding die op het kindercentrum is klaargemaakt, mag zolang buiten de koeling blijven als de fabrikant op de verpakking aangeeft.

Bewaren en verwarmen van afgekolfde moedermelk  Bewaar moedermelk in de koelkast bij ten hoogste 7 graden (bij voorkeur bewaren bij 4 graden) en niet langer dan 2 dagen.  Vooralsnog is de richtlijn om afgekolfde moedermelk niet in de magnetron warm te maken. In dat geval gaat een deel van de beschermende stoffen in de moedermelk verloren. Voor het verwarmen van moedermelk wordt een flessenwarmer gebruikt. Klaarmaken en bewaren van fruithapjes  Fruithapjes kunnen indien gewenst 1x per dag worden gemaakt.  Dek het schoongemaakte en eventueel gesneden of geprakte fruit goed af of bewaar het in een goed afsluitende koelkastdoos.  Haal er ongeveer 15 minuten voor gebruik zoveel uit als nodig is en bewaar de rest weer koel.  Bewaar het schoongemaakte en eventueel gesneden of geprakte fruit niet langer dan één dag.  Vermeng schoongemaakt fruit eventueel met een beetje citroensap tegen het verkleuren.  Elk kind krijgt een eigen bakje met fruit.

Versie: 2


www.Shapeconsult.nl



1.4 Bereiden van warme maaltijd Groenten  Was groenten zorgvuldig.  Haal reeds gewassen en gesneden groenten kort voor het koken uit de koelkast.  Zorg ervoor dat rauwkost altijd wordt klaargemaakt met schone materialen. Zet rauwkostsalades na het bereiden afgedekt terug in de koelkast tot het tijdstip van consumeren. Rauwkost dezelfde dag opmaken.

Eieren  Verhit eieren altijd door tot in de kern (hard gekookt/bij bakken gestolde dooier)  Bereid geen gerechten waarin eieren niet worden verhit. Resten  Resten kunnen snel bederven. Koel daarom snel af bijvoorbeeld in een bak met koud water en zet ze dan afgedekt, met een datum erop, in de koelkast.  Bewaar resten maximaal 1 dag. Resten worden nooit in het blik bewaard. Blikken  Open blikken voorzichtig en gebruik geen beschadigde, gedeukte of “bolle” blikken.  Als producten uit blik, bijvoorbeeld fruit, in koude gerechten gebruikt gaan worden, zet de blikken dan een dag tevoren in de koelkast.  Bewaar resten nooit in blik.

1.5 Afwassen Afwassen met de hand  Ontkliek de vaat.  Spoel alles voor met handwarm water.  Was de vaat met handwarm water met afwasmiddel.  Droog af met schone, droge theedoeken en doe deze na gebruik in de 60 graden was.  Houd de schone vaat gescheiden van de vuile vaat.  Ruim de schone vaat op.  Spoel de afwasborstels en sponsjes uit en hang ze te drogen. Gooi sponsjes na verloop van tijd weg, Was de afwasborstel regelmatig mee in de afwasmachine. Gebruik afwasmachine  Ontkliek de vaat.  Spoel alles (indien nodig) voor met handwarm water.  Plaats borden en bekers dusdanig in de afwasmachine dat er geen (vuil) water in kan blijven staan.  Wanneer de afwasmachine klaar is de vaat uit laten dampen. Daarna met schone handen leegruimen.

Versie: 2


www.Shapeconsult.nl



1.6 Boodschappen doen /inkoop/ontvangst Vestigingen die zelf hun boodschappen kopen  Beoordeel of de winkel schoon en netjes is.  Kijk altijd goed naar de houdbaarheidsdatum op de verpakking T.H.T (Tenminste Houdbaar Tot) of T.G.T (Te Gebruiken Tot)  Koop producten waarvan de T.H.T en de T.G.T datum zo ver mogelijk weg liggen  Let op gave en schone verpakking  Blikken mogen niet gedeukt en bol staan.  Vacuümverpakkingen moeten ook vacuüm zijn  Koop niet te grote hoeveelheden in, zodat de producten op zijn voordat de houdbaarheidstermijn is verstreken.  Dagverse producten zoals groente, fruit, vlees en vis moeten er bij aankoop fris uitzien.  Koop boodschappen die koel en/of diepgevroren moeten worden altijd het laatst.  Gebruik bij het boodschappen doen een diepvriesbewaartas of koeltas voor de gekoelde en diepgevroren producten. Onderbreek de koelketen zo kort mogelijk. Ga snel naar de vestiging en berg de verse en diepvriesproducten zo snel mogelijk op in koelkast of diepvriezer. Ontvangst bij bezorging van voedingsmiddelen  Controleer minimaal één keer per maand steekproefsgewijs de temperatuur (Zie instructie WI 4.16 ) van de gekoelde producten. Noteer de gemeten temperatuur op formulier F 4.16-1. Indien de temperatuur hoger dan 7°C wordt dit aan de leidinggevende gemeld.  De bezorgde boodschappen dienen direct te worden opgeruimd.  Plaats op de pakbon je handtekening voor ontvangst. Deze leveringsbonnen gaan uiteindelijk naar het CB. Wanneer de levering niet in orde is wordt dit genoteerd op de pakbon.

1.7 Bewaren in de diepvries De diepvries opslag, temperatuur –18 °C  Registreer op formulier F4.16-1 minimaal éénmaal per week de temperatuur van de diepvries.  Als de temperatuur warmer dan –15 °C is, ga dan als volgt te werk:  Meld dit bij het unithoofd.  Stel de vriezer kouder af. De thermostaatknop op een hoger cijfer zetten.Meet met de voedselthermometer de temperatuur van enkele producten aan de buitenkant. Als de temperatuur warmer is dan –15 °C , moeten de producten als gekoelde producten behandeld worden. Deze zijn in dat geval nog 3 dagen in de koelkast houdbaar.  Het meten van de producten aan de buitenkant kan, door de naald van de voedselthermometer tussen enkele producten te leggen. Wijze van bewaren  Verpakkingen moeten goed gesloten zijn.  Kant-en-klare producten bewaren tot de aangegeven T.H.T.-datum, daarna weggooien.  Bewaar zelf ingevroren producten maximaal 3 maanden (voorzien van datum invriezen).  Berg nieuwe producten achteraan of onderaan op.  Hanteer het FIFO- principe (First In First Out), dus gebruik datgene wat er het langst ligt.

1.8 Bewaren in de koelkast

Versie: 2


www.Shapeconsult.nl



Gekoelde opslag, temperatuur 4 –7°C  Registreer op formulier F4.16-1 een maal per week de temperatuur van de koelkast.  Als de koelkasttemperatuur boven de 7°C is ga dan als volgt te werk:  Stel de koelkast kouder af door de thermostaatknop op een hoger cijfer zetten.  Indien de temperatuur boven de 7°C is, meld dit dan bij het unithoofd. Wijze van bewaren  Dek of sluit alle producten goed af.  Houd rauwe en bereide producten gescheiden (goed afdekken, rauw onderaan)  Zet de producten met de kortste houdbaarheidstermijn vooraan (FIFO).  Gooi producten die de T.H.T datum hebben overschreden weg.  Zet nooit dampende gerechten in de koelkast, koel deze eerst af.  Bewaar de volgende producten altijd koel: Boter/margarine/halvarine/eieren. Groente en fruit, indien mogelijk in de groentenla (gekookt fruit zoals appelmoes 3 dagen) Kaas, goed afgesloten in koelkastdoos of huishoudfolie. Gooi beschimmelde kaas weg. Melk (producten): sluit de verpakking na gebruik. Een uur buiten de koelkast bewaren verkort de houdbaarheid met 1 dag. Gesteriliseerde melk na openen in de koelkast bewaren en na twee dagen weggooien. Alle vleeswaren, ook vacuümverpakte, moeten in de koelkast bewaard worden, tenzij anders aangegeven door de fabrikant. Bewaar gesneden vleeswaren niet langer dan 2 dagen.

1.9 

Bewaren houdbaar Lees op de verpakking bij welke temperatuur het product moet worden opgeslagen en of het na openen gekoeld dient te worden bewaard.

Ongekoelde opslag  Bewaar lang houdbare producten droog, donker en op een niet te warme plaats (ongeveer 20 graden)  Bewaar granen, noten en specerijen droog en niet te warm ca. 20 graden, ter voorkoming van schimmelgroei  Zet de producten met de kortste houdbaarheidstermijn vooraan, zodat ze het eerst worden gebruikt (FIFO).  Zorg ervoor dat de voorraad niet te groot is.  Gooi producten die de T.H.T. datum hebben overschreden weg.  Sluit geopende verpakkingen goed af.

1.10 Niet gekoeld bewaren en presenteren van koude levensmiddelen  Gekoelde levensmiddelen die niet worden verhit, mogen tijdens bewerken niet langer dan 30 minuten buiten de koeling blijven.  Geborgde levensmiddelen worden onmiddellijk verwijderd en vernietigd zodra tijdens de ongekoelde presentatie blijkt dat deze ongeschikt zijn geworden voor consumptie of de periode van twee uur is verstreken.  Hoe langer het duurt voor het product bij de consument is, hoe minder tijd de consument heeft om het gerecht nog even te bewaren alvorens het te consumeren. Houd de tijdsduur van het

Versie: 2


www.Shapeconsult.nl



ongekoelde traject tot het moment waarop het maaltijdcomponent aan de consument wordt geboden daarom zo kort mogelijk!

1.11 Het maandelijks controleren op hygiëne  Periodiek controleert en registreert een medewerk(st)er verschillende hygiënische aspecten. De bevindingen worden genoteerd op het formulier “Hygiëneregistratieformulier F 4.16-1”. De ingevulde lijst wordt opgeborgen in de map met kwaliteitsregistraties. Het meten van de temperatuur  Desinfecteer de voeler van de thermometer met alcohol 70% (uit een flesje of met behulp van een doekje)  Plaats de voeler in, of tussen het te meten product (maak geen contact met metalen bak e.d.).  Noteer de temperatuur als deze is gestabiliseerd.  Wijkt de temperatuur af van de norm, herhaal de meting dan nogmaals en noteer: -Nogmaals de afwijkende temperatuur -De acties die je onderneemt -Waarschuw het unithoofd van de locatie  Reinig na gebruik de voeler van de thermometer en desinfecteer vervolgens de voeler met alcohol. Meten van diepgevroren producten  Leg de voeler tussen twee te meten producten of plaats de voeler in de kern van het te meten product. Meten van verpakte producten  Open de verpakking van het product en plaats de voeler in de kern van het product (maak geen contact met metalen bak e.d.).  Bij grote verpakkingen zoals bijvoorbeeld een pak melk, kan één pak worden geopend en de naald er van bovenaf worden ingestoken. Maak een dergelijk product binnen 2 dagen op.

Geconstateerde afwijkingen: Indien de temperatuur afwijkt moet er overlegd worden met het unithoofd van de locatie. Aan het eind van iedere maand gaat dit formulier naar het unithoofd.

Te gebruiken formulier(en) F 4.16-1 Hygiëneregistratieformulier

Versie: 2


www.Shapeconsult.nl

bereiden van voedsel gereed is vlak voordat de kinderen aan tafel gaan

Recommend Documents