STICHTING BASISVOORZIENING PEUTERSPEELZAALWERK ERMELO
BELEIDSPLAN VEILIGHEID SBPE juli 2014
Inhoud VOORWOORD .......................................................................................................................................... 3 Binnenbergruimte ................................................................................................................................... 3 Buitenbergruimte .................................................................................................................................... 3 Buitenruimte ........................................................................................................................................... 3 Entree/gang ............................................................................................................................................. 5 Gymzaal ................................................................................................................................................... 5 Keuken ..................................................................................................................................................... 5 Leefruimte ............................................................................................................................................... 6 Sanitaire ruimte ....................................................................................................................................... 8 BIJLAGE I ONGEVALLEN REGISTRATIEFORMULIER .................................................................................. 9 BIJLAGE II HOE TE HANDELEN BIJ VERMISTE KINDEREN ....................................................................... 10
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 2
VOORWOORD In aansluiting op de gedane risico inventarisaties (RIE) per locaties, zijn er afspraken gemaakt hoe te handelen door medewerkers om de risico’s op ongevallen zo gering mogelijk te houden. Deze afspraken zijn per ruimte vermeld. Indien een ruimte niet aanwezig is op een betreffende locatie, gelden deze afspraken uiteraard niet. Indien voor een locatie afzonderlijke afspraken gelden, dan is dit expliciet vermeld. De jaarlijkse actualisatie van de RIE’s vindt plaats in het tweede kwartaal of eerder indien er tussentijdse wijzigingen plaatsvinden zoals de gebruikte ruimtes, het wettelijk kader en de daaraan gekoppelde werkwijze. Indien nodig worden de hieraan gekoppelde beleidsplannen Veiligheid en Hygiëne aangepast. Jaarlijks worden de beleidsplannen besproken in het werkoverleg evenals de ongevallenregistratie. Voor de uitvoering maakt de SBPE gebruik van de digitale werkwijze waarin de ‘RI&E Arbo Kinderopvang’ van FCB, ‘Veiligheidsmanagement’ van VeiligheidNL, en ‘Gezondheidsmanagement’ van LCHV digitaal zijn opgenomen. Hierin worden ook de ongevallen geregistreerd, volgens het formulier zoals in bijlage I is opgenomen. De rapportages van de GGD zijn in te zien voor ouders op de website, www.sbpe.nl onder het tab informatie en worden besproken met de Cliënten Medezeggenschaps Raad.
Binnenbergruimte Medewerkers sluiten de binnenbergruimte altijd af, indien aanwezig met een sleutel. Kinderen worden niet zonder toezicht toegelaten in de binnenbergruimte.
Buitenbergruimte Medewerkers sluiten de buitenbergruimte altijd af – indien aanwezig met sleutel. Kinderen worden niet zonder toezicht toegelaten in de buitenbergruimte.
Buitenruimte Medewerkers controleren de buitenruimte op oneffenheid en geven dit door aan de beheerder van de locatie. Deze melding wordt geregistreerd bij het ongevallenregister. Medewerkers controleren buitenruimte regelmatig op gladde plekken. Medewerkers verwijderen mos en bladeren. Bij ernstige gladheid wordt er niet buiten gespeeld. Op de paden wordt zout gestrooid. Medewerkers controleren de buitenruimte op gladheid en geven dit door aan de beheerder van de locatie. Medewerkers maken kinderen duidelijk waar wel en niet gespeeld mag worden – speelregels voor buiten. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 3
Medewerkers controleren maandelijks de aanwezige speeltoestellen visueel. Eventuele gebreken worden gemeld bij de beheerder. Medewerkers maken kinderen duidelijk op welk toestel wel en niet gespeeld mag worden – speelregels voor buiten. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers strikken losse veters of knopen lange loshangende koordjes aan kleding op, zodat kinderen niet achter een speeltoestel kunnen blijven hangen. Medewerkers maken kinderen duidelijk waar wel en niet gefietst mag worden. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers plaatsen eventueel losstaande grotere fietsen in de daarvoor bestemde rekken. Medewerkers maken kinderen duidelijk dat er niet gespeeld mag worden op / bij de fietsenrekken. Afspraak is dat kinderen niet van de buitenruimte mogen. Medewerkers sluiten hekwerk gedurende buitenspeeltijd. Indien blijkt dat een kind ondanks de voorzorgsmaatregelen toch ongezien van de buitenruimte afkomt, handelen de medewerkers zoals beschreven in bijlage II, Hoe te handelen bij vermiste kinderen. Medewerkers controleren buitenruimte regelmatig op kleine voorwerpen. Eventueel aanwezige kleine voorwerpen worden verwijderd. Medewerkers laten kinderen niet onbeschermd tegen de zon buiten spelen (parasol, petje, zonnebrand). Indien het niet mogelijk is beschermende maatregelen te nemen, blijven de kinderen binnen. Medewerkers smeren kinderen op verzoek van ouders in met eigen meegebrachte zonnebrand. Medewerkers halen druk en rustig spel uit elkaar zodat er geen onveilige situaties ontstaan. Medewerkers maken kinderen duidelijk waar druk en niet druk spel kan plaatsvinden. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers maken kinderen duidelijk hoe het drukke spel veilig moet verlopen. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers laten kinderen niet over het hek klimmen. Indien speelgoed aan de andere kant van het hek beland, wordt dit gemeld door het kind bij de medewerker. De medewerker pakt het speelgoed. Medewerkers controleren speelgoed regelmatig op defecten of scherpe randen. Indien het speelgoed kapot is, wordt het weggegooid. Medewerkers controleren straatmeubilair regelmatig op defecten. Eventuele gebreken worden gemeld bij de beheerder. Medewerkers controleren de buitenruimte dagelijks op afval. Eventueel aanwezig afval wordt direct verwijderd.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 4
Medewerkers zetten een deel van de buitenruimte af als blijkt dat de beheerder gebruik heeft gemaakt van gevaarlijke bestrijdingsmiddelen in het kader van onderhoud van de buitenruimte. Dit ter voorkoming dat de peuters in aanraking komen met bestrijdingsmiddelen.
Entree/gang Medewerkers laten peuters niet zonder toezicht in de entree/gang. Indien blijkt dat een kind ondanks de voorzorgsmaatregelen toch ongezien van de entree / gang afkomt, handelen de medewerkers zoals beschreven in bijlage II, Hoe te handelen bij vermiste kinderen. Medewerkers controleren regelmatig de entree/gang op voldoende loopruimte, aanwezigheid van splinters en afschermen van scherpe punten. Medewerkers verwijderen eventueel aanwezig afval op vloeren in speelzaal, entree/gang en andere ruimten direct. Medewerkers laten kinderen niet rennen in de entree/gang. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers maken zelf eventueel natte plekken in de entree/gang droog of melden dit bij de beheerder met het verzoek dit droog te maken.
Gymzaal Medewerkers houden in de gaten of kinderen een motorische of visuele beperking hebben. Indien nodig bieden medewerkers betreffend kind extra ondersteuning. Medewerkers controleren regelmatig de stopcontacten op aanwezigheid van stopcontactbeveiligers. Medewerkers zorgen voor voldoende loopruimte om meubilair. Medewerkers schermen scherpe hoeken van meubilair af. Medewerkers controleren meubilair regelmatig op splinters. Medewerkers verwijderen eventuele spijkers, schroeven en punaises waar niets aan hangt uit de muur tot een hoogte van 1.35 meter.
Keuken Medewerkers controleren regelmatig de aangebrachte veiligheidsstrip. Schoonmaakmiddelen worden door medewerkers op een voor kinderen onbereikbare plaats opgeborgen. Indien dit een kast is, is de kastdeur gesloten. Medewerkers maken niet schoon in aanwezigheid van de kinderen, behalve tafels afnemen met een vochtige doek. Medewerkers bergen medicijnen op een voor kinderen onbereikbare plaats op.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 5
Medewerkers die roken, ruimen sigaretten op een voor kinderen onbereikbare plaats op. Medewerkers laten kinderen niet in de keuken zonder toezicht. De deur naar de keuken wordt consequent gesloten met kindveilige deurklink. Medewerkers zorgen voor voldoende loopruimte om meubilair. Medewerkers schermen scherpe hoeken van meubilair af. Medewerkers controleren meubilair regelmatig op splinters. Medewerkers verwijderen eventuele spijkers, schroeven en punaises waar niets aan hangt uit de muur tot een hoogte van 1.35 meter. Medewerkers laten de warmwatervoorziening afstellen op maximaal 60°C. Warmwatervoorzieningen zijn afgeschermd voor de kinderen. Eventuele opstapjes worden door medewerkers verwijderd. Medewerkers maken thee niet klaar in nabijheid van kinderen. Medewerkers maken per keer 1 kopje thee klaar of doen de thee in een thermoskan. Medewerkers drinken geen thee als er een kind op schoot zit. Medewerkers gebruiken kopjes met goede oortjes. Kopjes gevuld met thee worden ver op het aanrecht buiten het bereik van de kinderen geplaatst. Medewerkers plaatsen de waterkoker inclusief het snoer buiten bereik van de kinderen. De waterkoker wordt alleen in bijzijn van een medewerker gebruikt / aangezet. Medewerkers verwijderen eventueel aanwezig afval direct. Medewerkers laten kinderen niet rennen in de keuken. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig.
Leefruimte Medewerkers houden in de gaten of kinderen een motorische of visuele beperking hebben. Indien nodig bieden medewerkers betreffend kind extra ondersteuning. Medewerkers laten kinderen niet rennen in de leefruimte, tenzij het een groepsspelmoment betreft. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers controleren regelmatig de aangebrachte veiligheidsstrip. Medewerkers hebben de deuren in de leefruimte altijd dicht. Indien blijkt dat een kind ondanks de voorzorgsmaatregelen toch ongezien van de leefruimte afkomt, handelen de medewerkers zoals beschreven in bijlage II, Hoe te handelen bij vermiste kinderen. Medewerkers controleren regelmatig de stopcontacten op aanwezigheid van stopcontactbeveiligers. Medewerkers plaatsen eventueel elektrische apparaten buiten bereik van de kinderen. Medewerkers bergen medicijnen op een voor kinderen onbereikbare plaats op, niet in de leefruimte.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 6
Medewerkers die roken, ruimen sigaretten op een voor kinderen onbereikbare plaats op, niet in de leefruimte. Medewerkers bergen eventueel aanwezige giftige stoffen hoog op. Indien een peuter toch giftige stoffen binnen krijgt, wordt er direct contact opgenomen met 112. Kinderen mogen niet aan de afvalbak komen, tenzij de afvalbak in de kring gebruikt wordt. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers houden toezicht op de koordjes van aanwezige raamdecoratie, zodat kinderen daar niet in verstrikt kunnen raken. Kinderen moeten uitkijken met spelen bij aanwezige ruiten. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. De ramen worden indien mogelijk door de medewerkers op de kierstand geplaatst zodat kinderen niet door het open raam kunnen vallen. Medewerkers zorgen voor voldoende loopruimte om meubilair. Medewerkers schermen scherpe hoeken van meubilair af. Medewerkers controleren meubilair regelmatig op splinters. Medewerkers laten kinderen niet zonder begeleiding / toezicht op de grote stoel klimmen en zitten. Medewerkers verwijderen eventuele spijkers, schroeven en punaises waar niets aan hangt uit de muur tot een hoogte van 1.35 meter. Medewerkers laten kinderen rustig eten, indien nodig aan tafel. Indien medewerker signaleert dat het meegebrachte eten niet passend is voor de leeftijd, zal het eten niet aan het betreffende kind worden gegeven. Medewerkers controleren speelgoed regelmatig op defecten of scherpe randen. Indien het speelgoed kapot is, wordt het weggegooid. Medewerkers ruimen klein speelgoed op in afgesloten dozen / kasten. Medewerkers laten kinderen alleen met klein speelgoed spelen onder toezicht. Medewerkers zorgen dat kinderen niet spelen met eventueel aanwezig spelmateriaal van een BSO. Medewerkers controleren of stiksels van speelgoedbeesten niet loslaten. Medewerkers laten speelgoed met koorden langer dan 22 cm alleen onder toezicht gebruiken door de kinderen, bijvoorbeeld kralen rijgen. Kinderen hebben in principe geen speen in op de speelzaal. Indien het kind getroost moet worden met de speen, gebeurt dit op schoot van de medewerker. Indien de medewerker signaleert dat de speen scheurtjes heeft, wordt dit gemeld bij de ouder/verzorger. Na gebruik van speelgoed wordt dit opgeruimd door de kinderen en de medewerkers. Medewerkers houden hier toezicht op en stimuleren indien nodig de kinderen.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 7
Bij gebruik van het poppenhuis, wordt deze op de grond gezet door de medewerkers of op een lage stabiele tafel. Medewerkers bergen kindveilige aanstekers of lucifers op een voor kinderen onbereikbare plaats op, niet in de leefruimte. Deze worden alleen gebruikt bij de viering van een verjaardag en direct na gebruik weer opgeruimd. Medewerkers maken thee niet klaar in nabijheid van kinderen. Medewerkers maken per keer 1 kopje thee klaar of doen de thee in een thermoskan. Medewerkers drinken geen thee als er een kind op schoot zit. Medewerkers gebruiken kopjes met goede oortjes. Kopjes gevuld met thee worden ver op de tafel buiten het bereik van de kinderen geplaatst. Kinderen mogen in de leefruimte niet gooien met speelgoed, tenzij het een groepsspelmoment betreft. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers verwijderen eventueel aanwezig afval direct.Medewerkers maken kinderen duidelijk hoe er met het aanwezige klimrek / glijbaan gespeeld mag worden. Medewerkers houden toezicht op het naleven van deze regels.
Sanitaire ruimte Medewerkers controleren regelmatig de aangebrachte veiligheidsstrip. Eventueel aanwezige ladekasten zijn voor zien van kantelbeveiliging. Medewerker blijft bij het kind op moment dat het verschoont wordt. De benodigdheden worden vooraf klaargelegd. Medewerkers verwijderen eventueel aanwezig afval direct. Medewerkers laten kinderen niet rennen in het toilet. Medewerkers houden hier toezicht op en corrigeren indien nodig. Medewerkers verwijderen de eventueel aanwezige toiletblokjes.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 8
BIJLAGE I ONGEVALLEN REGISTRATIEFORMULIER
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 9
BIJLAGE II HOE TE HANDELEN BIJ VERMISTE KINDEREN Wanneer je ontdekt dat je een kind mist kan je een aantal dingen doen die helpen het vermiste kind op te sporen. Dit betreft niet alleen het zelf zoeken naar het vermiste kind, maar ook het verzamelen van informatie over het kind en over de omstandigheden van de vermissing. Onderneem de volgende stappen: Meld bij je naaste collega van de groep dat je een kind mist. Controleer de agenda. Wellicht staat hierin informatie met betrekking tot de afwezigheid van een kind. Draag de zorg van de andere kinderen over aan je collega, zodat je je kunt richten op het vermiste kind. Blijf kalm, denk helder na. Wanneer heb je het kind voor het laatst gezien? Wat was het kind aan het doen? Waar zou het mis kunnen zijn gegaan? Vraag na bij andere kinderen of zij het kind hebben gezien. Vraag bij andere personen in het gebouw of zij het kind hebben gezien. Bekijk eerst goed alle groepen, gangen en ruimtes van het kindercentrum / basisschool / wijkgebouw waar de speelzaal is gevestigd. Roep ondertussen het kind. Kijk ook op plaatsen waar kinderen zich kunnen verbergen. Het kan voorkomen dat een kind zich verstopt en dan in slaap valt. Schakel meerdere collega’s in om te helpen zoeken. Vraag een collega die niet aan het zoeken is de leidinggevende op de hoogte te brengen. Deze neemt contact op met de ouders en licht het bestuur in, indien het kind niet binnen 30 minuten wordt gevonden. Als het kind niet in het gebouw te vinden is, ga dan buiten zoeken. Neem als het kan een foto van het kind mee. Neem een mobiel mee, zodat je bereikbaar bent mocht een collega het kind vinden. Zoek buiten eerst op de plekken waar het kind gevaar zou kunnen oplopen (water, putten, verkeerswegen, parkeerplaatsen etc.). Volg de meest logische route naar het huis van het kind. Vraag aan voorbijgangers of zij een kind hebben gezien. Na 1 uur zoeken bel je de politie: 0900 – 8844. Noteer de naam van de politiefunctionaris die je geholpen heeft aan de telefoon en, zodra dat bekend is, de naam van de politiefunctionaris die als je contactpersoon aangewezen is. Als het vermiste kind terecht is: Informeer je de politie als deze ingeschakeld is. Informeer je vervolgens alle andere betrokkenen die weten dat het kind vermist is. Is het belangrijk om na te gaan wat de reden voor de vermissing was, zodat een herhaling voorkomen kan worden.
Beleidsplan veiligheid SBPE
Pagina| 10