Bijlage ad 8 ALV 11 april 2008 Behandelkader CR definitief concept januari 2008
Behandelkader Cognitieve Revalidatie 1
Algemene inleiding behandelkader
1.1
Sinds 1999 ontwikkelt Revalidatie Nederland behandelkaders (voorheen kwaliteitsprofielen). De productdefiniëring revalidatiezorg en lokaal ontwikkelde behandelprogramma’s dienen als basis voor te ontwikkelen behandelkaders. De revalidatiesector gebruikt een behandelkader om de minimale eisen voor de behandeling van een specifieke doelgroep aan te geven. Een behandelkader wordt regelmatig geëvalueerd op basis van nieuwe inzichten. De functies van een behandelkader zijn: accreditatie van behandelprogramma’s door toetsing en borging; transparantie bieden en verantwoording afleggen aan derden over welke zorg voor een specifieke patiëntengroep te verwachten is. Specifiek om zorgverzekeraars te kunnen informeren over de aard en kwaliteit van – in dit geval – cognitieve revalidatie. een vergelijking kunnen maken van het behandelaanbod tussen instellingen onderling; een handvat voor de omschrijving van de meer specialistische revalidatie; een middel om revalidatiegeneeskunde te profileren.
Aanleiding en doel
Behandelkader Cognitieve Revalidatie In 1995 is gestart met een aantal expert meetings. De Werkgroep Cognitieve Revalidatie heeft in 1997/ 1998 /1999 in samenwerking met een groep revalidatiepsychologen van het Nederlands Instituut van Psychologen en revalidatieartsen het eerste Kwaliteitsprofiel Cognitieve Revalidatie opgesteld. Samenstelling werkgroep 1998 / 1999: E. van Balen, E. Groet, K.A. Beers, P.A. Koppe, M.C. Verhulsdonck, M. Vink, G.M. Ribbers en M. Blokhorst Samenstelling groep experts: Prof. dr. Deelman (voorzitter, NIP), H. Eilander (NIP), J. Pasma (sectie ouderen NIP), G.M. Ribbers (revalidatiearts) 1.2
Werkwijze ontwikkeling behandelkader
Het Kwaliteitsprofiel Cognitieve Revalidatie is in 1999 geaccordeerd door het Nederlands Instituut van Psychologen, Revalidatie Nederland (toen nog VRIN), Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en Zorgverzekeraars Nederland. Bij de accordering door Zorgverzekeraars Nederland speelde de discussie of men wel voor cognitieve revalidatie in aanmerking kan komen indien patiënten motorisch uitgerevalideerd zijn. De eerste indicatieformulering is van 1994, deze is in 1995 aangepast. Het eerste Kwaliteitsprofiel Cognitieve Revalidatie van 1999 is in 2001 / 2002 herzien. Bij de ontwikkeling van het Behandelkader Cognitieve Revalidatie is gebruik gemaakt van behandelprogramma’s die verschillen in de mate van behandelfrequentie. Tevens is bij de ontwikkeling gebruik gemaakt van zowel individuele als groepsgerichte behandelprogramma’s.
1.3
Implementatie
Na twee pilot projecten Cognitieve Revalidatie binnen vier revalidatiecentra (drie centra betrokken bij het lichte programma en een centrum bij het zware programma) zijn de zorgverzekeraars akkoord gegaan met vergoeding van de behandeling ook voor patiënten zonder (opvallende) motorische beperkingen, mits de behandeling voldoet aan kwaliteitseisen. Het behandelkader is geïmplementeerd en wordt door revalidatiecentra gebruikt. De Commissie Cognitieve Revalidatie van Revalidatie Nederland, de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en het Nederlands Instituut van Psychologen, secties Revalidatie en Neuropsychologie (sinds 2000 geïnstalleerd) werkt aan verbetering van de kwaliteit van cognitieve revalidatie. Dit geldt ook voor het Platform Cognitieve Revalidatie bestaande uit revalidatieartsen en psychologen van de revalidatiecentra.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie •
1.4
Algemene gegevens
• • •
2
2.1
Datering: In oktober 2005 is het Kwaliteitsprofiel Cognitieve Revalidatie (versie november 2004) aangepast aan de handleiding behandelkaders revalidatie (april 2005). Herziening: uiterlijk in 2010. Eigenaren: Revalidatie Nederland, Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en Nederlands Instituut van Psychologen, secties Revalidatie en Neuropsychologie. Beheerders: Revalidatie Nederland, Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en Nederlands Instituut van Psychologen, secties Revalidatie en Neuropsychologie.
Doelgroep en behandeldoelen Omschrijving doelgroep
Omschrijving 2.1.1 patiëntendoelgroep
Patiënten met cognitieve, gedragsmatige en/of emotionele beperkingen na niet-aangeboren hersenletsel en/of het systeem dat met die beperkingen problemen ervaart. Deze groep heeft geen dusdanige beperkingen van motorische aard dat hiervoor (nog) revalidatiebehandeling nodig is.
2.1.2 Subgroepen
Zie bij inclusiecriteria.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie Naast de geldende indicatiecriteria voor cognitieve revalidatie uit de Nota Indicatiestelling (mei 2001) gelden de volgende aanvullende inclusiecriteria: bij een gespecialiseerd poliklinisch programma: • de patiënt en/of het systeem heeft baat bij een lage behandelingsintensiteit (zonodig verspreid over meerdere jaren met afnemende frequentie); • de patiënt heeft voldoende inzicht in de eigen beperkingen t.g.v. het hersenletsel om baat te hebben bij dit programma; • de patiënt en/of het systeem heeft voldoende probleemervaring met betrekking tot sociaal functioneren. Inclusiecriteria 2.1.3
bij een intensief (poli)klinisch revalidatieprogramma in een speciaal op de doelgroep afgestemde omgeving: • de patiënt heeft een intensieve, frequente en sterk confronterende behandeling nodig; • de patiënt heeft enig inzicht in de eigen beperkingen ten gevolge van het hersenletsel; • de patiënt heeft voldoende probleemervaring met betrekking tot sociaal functioneren; • de patiënt heeft voldoende mentale en fysieke vermogens om deel te nemen aan een intensief groepsprogramma; • de patiënt functioneert reeds enige tijd in de thuissituatie of heeft reeds enige tijd in de thuissituatie gefunctioneerd. Een intensief klinisch programma is voor patiënten voor wie het revalidatieprogramma poliklinisch niet haalbaar is. •
Exclusiecriteria
• •
Progressief neurologische aandoening, whiplashtrauma of acceleratie decelleratietrauma zonder aanwezigheid van een door een neuroloog vastgesteld traumatisch hersenletsel; Er is sprake van overte primair psychiatrische en / of primair psychologische problematiek; Patiënten bij wie op korte termijn evidente effecten van spontaan herstel van onderliggende stoornissen te verwachten zijn.
Minimum omvang groepen: • bij een gespecialiseerd poliklinisch programma: 35 patiënten per jaar; 2.1.4 Kwantitatieve gegevens • bij een intensief (poli)klinisch revalidatieprogramma in een speciaal op de doelgroep afgestemde omgeving: 15 patiënten per jaar.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie •
2.2
Hulpvraag
• • • • •
2.3
3
Behandeldoelen
Patiënt en/of zijn systeem hebben behoefte aan informatie over de oorzaken en gevolgen van de beperkingen op cognitief, emotioneel en/of gedragsmatig gebied. Patiënt en/of zijn systeem willen beter kunnen omgaan met bovengenoemde beperkingen. Patiënt en/of zijn systeem willen eventuele blijvende gevolgen van het niet-aangeboren hersenletsel kunnen verwerken. Patiënt en/of zijn systeem zoeken een manier waarop zij beter kunnen functioneren op sociaal maatschappelijk gebied. Patiënt en/of zijn systeem zoeken naar uitbreiding van vaardigheden en inzicht in mogelijkheden en/of hulp bij het zelfstandig wonen. Patiënt en/of zijn systeem willen hulp bij eventuele arbeidsreïntegratie- en/of dagbesteding.
De behandeldoelen worden op individueel niveau gedefinieerd in termen van vaardigheidswinst, informatiewinst en verbreding/verbetering van het gedragsrepertoire, opdat de patiënt en/of het systeem beter kan omgaan met de gevolgen van hersenletsel wat leidt tot een verbeterde participatie. Behandelaanbod Opbouw: Er vindt revalidatiegeneeskundig onderzoek en neuropsychologisch onderzoek plaats. Op basis van de resultaten van de onderzoeken volgt een gecombineerd advies. Dit kan zijn: • stoppen, er is geen vervolg nodig • informatieverstrekking tot feitelijke interventies Informatieverstrekking aan patiënt en zijn systeem Instellingen verstrekken patiënten en hun systeem mondelinge en schriftelijke informatie. De inhoud van de informatie is gericht op de aard, de duur en de intensiteit van het behandelprogramma. Beschikbare behandelmodules: • Algemeen: voorlichting, advisering en diagnostiek; • Psychologisch: strategietraining, (sociale) vaardigheidstraining, cognitieve herstructurering, reorganisatie copingstijl, gedragsmodificatie, relaxatietraining; • Medisch: farmacotherapie.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie Inschatting behandelduur en frequentie Dit wordt individueel bepaald en is afhankelijk van de vraagstelling en behandelmogelijkheden. De duur en frequentie kunnen verschillen van een maand tot enkele jaren en van meerdere dagen per week tot meerdere dagen per twee maanden. Het programma Cognitieve Revalidatie kent een lage behandelfrequentie gedurende twee jaar en het programma Intensieve Neurorevalidatie heeft een hoge behandelfrequentie gedurende zestien weken. In de loop der jaren zijn verschillende overgangsvormen ontstaan. Inschatting benodigde aantal behandeluren Bij een laag frequente poliklinische behandeling zal het gaan om gemiddeld 40 RBU’s. Bij een hoog frequentie poliklinische behandeling zal het gaan om gemiddeld 140 RBU’s. Bij een intensieve klinische behandeling zal het gaan om gemiddeld 400 RBU's. 4
Indicatoren en meetmethode Indicatoren Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een minimale set van prestatie-indicatoren. Daar is nog geen overeenstemming over bereikt. Meetmethode* * Te zijner tijd in te vullen na eerste evaluatie toepassing meetinstrumenten. Systematische effectevaluatie* • ……% van de patiënten is verbeterd op sociaal gebied; • meer dan ……% van de patiënten heeft voldoende informatie gekregen op psychologisch cognitief gebied; • ….. % van de patiënten heeft informatie gekregen; • ….. % van de patiënten heeft begrepen waar de beperkingen vandaan komen; • ….. % van de patiënten is in staat beter met de beperkingen om te gaan. * Deze percentages moeten nog worden geformuleerd.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie 5
5.1
Randvoorwaarden Deskundigheid
Algemeen Helder en herkenbaar voor interne en externe relaties (in behandelprogramma's, ook wat betreft ruimtelijke voorziening) en geïntegreerd in de eigen organisatie. In verband met de continuïteit: aanwezigheid tweede aandachtsfunctionaris (arts/psycholoog). Beschikbare disciplines: • Bij een gespecialiseerd poliklinisch programma: revalidatiearts, gezondheidszorgpsycholoog, overige disciplines (bijv. cognitief trainer, psychodiagnostisch medewerker); • Bij een intensief (poli)klinisch revalidatieprogramma in een op de doelgroep afgestemde omgeving: revalidatiearts, gezondheidszorgpsycholoog, consulent psychiater, overige disciplines (bijv. maatschappelijk werk, arbeidsrevalidatietherapeut, cognitief trainer, psychodiagnostisch medewerker, verpleegkundigen/verzorgenden). Revalidatiearts: • twee jaar functionerend als revalidatiearts; • in de twee jaar voorafgaand aan cognitieve revalidatie tenminste vier dagdelen per week betrokken bij de revalidatie van patiënten met hersenbeschadiging; • lid van het Platform Cognitieve Revalidatie en lid van de Werkgroep CVA Nederland of van de Werkgroep Traumatisch Hersenletsel van de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen; • deskundigheid verworven en onderhouden via cursussen / congressen en relevante na- en bijscholing; • inzicht in psychodiagnostiek; • kennis van neuro-farmacologische middelen; • kennis en deskundigheid met betrekking tot recente evidence-based richtlijnen cognitieve revalidatie. Gezondheidszorgpsycholoog: • scholing in de neuropsychologie op academisch niveau en scholing in de (cognitieve) gedragstherapie; • in geval van groepsbehandeling: tevens groepsdynamisch geschoold; • aantoonbare en substantiële ervaring (circa 5 jaar) met diagnostiek en behandeling van cognitieve, gedragsmatige en emotionele problemen van mensen met hersenletsel in een revalidatie- en/of medische setting (in het bijzonder ervaring met strategietraining, vaardigheidstraining, gedragsmodificatie en cognitieve herstructurering); • lid van het Platform Cognitieve Revalidatie, lid van de sectie Neuropsychologie en/of sectie Revalidatie van het NIP; • deskundigheid verworven en onderhouden via cursussen/congressen; • kennis en deskundigheid met betrekking tot recente evidence-based richtlijnen cognitieve revalidatie.
Behandelkader Cognitieve Revalidatie definitief concept 31 januari 2008
Behandelkader Cognitieve Revalidatie 5.2
Faciliteiten
Bouwkundige voorzieningen • herkenbaar en voldoende afgeschermd binnen de organisatie; • groepsruimte, qua grootte afgestemd op aard en intensiteit van de behandeling; • rustige goed geoutilleerde omgeving; • individuele gespreksruimte; • rustruimte; • testkamers. Hulpmiddelen • computerfaciliteiten; • testapparatuur; • audiovisuele apparatuur.
5.3
Netwerk
• •
•
6
Verplichte deelname aan het Platform Cognitieve Revalidatie van Revalidatie Nederland, de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en het Nederlands Instituut Psychologen, sectie revalidatie en sectie neuropsychologie. Extern netwerk, zowel landelijk als regionaal, in het kader van de zorgketen. Regionaal is sprake van een functionele afstemming, waaronder heldere afspraken t.b.v. doorstroming na de revalidatieperiode, met gespecificeerde hulpverleners en organisaties t.b.v. nazorg en in het bijzonder met de geestelijke gezondheidszorg. Geëxpliciteerde samenwerking met academisch ziekenhuis, een ziekenhuis van vergelijkbaar academisch niveau en/of universiteit op terrein van neurorevalidatie.
Documentatie ter toetsing • • • • • •
Modulaire protocollen; Behandelprogramma’s; Voorlichtingsmateriaal over cognitieve revalidatie; Schriftelijke samenwerkingsafspraken; Behandelprogramma Cognitieve Revalidatie volgens Handleiding Behandelprogramma’s VRIN 2001; Resultaten effectevaluatie.