Toelichting over de behandeling van: Raadsvoorstel “Toezicht Openbaar Onderwijs” Van:
Het college van B&W van 11 december 2012
Doel:
Behandeladvies geven voor besluitronde
Toelichting:
Besluitvorming Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om het nieuwe toezichtkader openbaar onderwijs vast te stellen, waarbij de raad tweejaarlijks middels een brief wordt geïnformeerd over de stand van zaken in het openbaar onderwijs. Achtergrond Middels voorliggend voorstel informeert het college de raad over de huidige wijze van toezicht op het openbaar onderwijs in Nijmegen en stelt het een nieuwe werkwijze voor. De verantwoordelijkheid van het openbaar onderwijs in Nijmegen ligt bij stichting Conexus (primair onderwijs) en de Stichting Alliantie VO Nijmegen en omgeving (voortgezet onderwijs). De afgelopen jaren bestond het toezicht op het openbaar onderwijs uit het jaarlijkse overleg van de portefeuillehouder Onderwijs met de beide schoolbesturen op basis van de jaarverslagen inclusief de begroting en jaarrekening. In de statuten van Conexus en Alliantie is bepaald dat de besturen jaarlijks verslag uitbrengen aan de gemeenteraad en dat de besturen de begroting vaststellen nadat hieromtrent overleg is gevoerd met de gemeenteraad. Het toezicht over de afgelopen jaren geeft het college als volgt weer: De schoolbesturen Conexus en Alliantie houden zich aan de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. Financieel en personeel wordt er voldoende geanticipeerd op veranderende omstandigheden, bezuinigingen worden tijdig gesignaleerd en er worden tijdig adequate maatregelen getroffen. Het college stelt de raad voor een nieuw beleidskader vast te stellen. De portefeuillehouder overlegt jaarlijks met de besturen van het openbaar onderwijs Conexus en Alliantie over de stand van zaken van het openbaar onderwijs. Het overleg wordt schriftelijk bevestigd met een brief waarin het college de zienswijzen over de jaarstukken geeft. Het college informeert de raad iedere twee jaar schriftelijk over de stand van zaken van het openbaar onderwijs. Wanneer de indicatoren uit de jaarrekening aanleiding geven tot zorg, informeert het college de raad direct na ontvangst van het jaarverslag over de actuele financiële situatie. Themadossiers Indien u nadere informatie over het thema Onderwijs wilt, dan kunt u terecht bij de themadossiers, welke u vindt op de website van de gemeenteraad: http://www2.nijmegen.nl/gemeente/gemeenteraad/raadsinformatie/databank_raadsle den/beleidsdossiers_1/onderwijs De jaarverslagen zijn beschikbaar zijn via: http://www.conexus.nu en http://www.avonmw.nl
Naam steller: E-mail steller:
H. Peereboom
[email protected]
Bijlagen:
1. Raadsvoorstel “Toezicht Openbaar Onderwijs” met bijlage
Tel. steller:
024 – 329 92 16
Ter inzage via dropbox, internet, Raadsgriffie en Informatiebalie 1. Bijlage met bevindingen over de stand van zaken bij het openbaar onderwijs na overleg met de besturen van Conexus en Alliantie (2008 t/m 2011)
Voorstel aan de Raad
Openbare besluitenlijst 18 december 2007 Collegevergadering no 47
Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel
30 januari 2013
/ 10/2013
Fatale termijn: besluitvorming vóór: Aanwezig:
N.v.t. Voorzitter
Th. de Graaf P. Depla, H. van Hooft sr., L. Scholten, H. Kunst, P. Lucassen, J. van der Meer Toezicht Openbaar Onderwijs P. Eringa Gemeentesecretaris Programma / Programmanummer A. Kuil Communicatie Onderwijs / 1073 M. Sofovic Verslag Wethouders Onderwerp
Portefeuillehouder
H. Beerten Voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d.
18 december 2012 Samenvatting
Aldus vastgesteld in de vergadering van:
De gemeente heeft de zorg voor het openbaar onderwijs in Nijmegen overgedragen aan de stichting Conexus (primair onderwijs) en de stichting Alliantie VO Nijmegen en omgeving (voortgezet onderwijs). Beide besturen informeren ons met de jaarverslagen over hun financiële positie en over de stand van zaken in het openbaar onderwijs. In dit voorstel informeren wij u over de huidige wijze van toezicht op het openbaar onderwijs in Nijmegen en wij stellen u een nieuw toezichtkader voor. In de bijlage informeren wij u over de stand van zaken bij het openbaar De voorzitter, De secretaris, onderwijs op basis van de jaarverslagen van besturen van het openbaar onderwijs van de afgelopen 4 jaren.
Voorstel om te besluiten
1. Vast te stellen het nieuwe toezichtkader openbaar onderwijs, waarbij de raad tweejaarlijks middels een brief wordt geïnformeerd over de stand van zaken in het openbaar onderwijs.
1
Opgesteld door, telefoonnummer, e-mail
Henk Peereboom, 9216,
[email protected] Raadsvoorstel.doc
Voorstel aan de Raad
Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1
Inleiding
Na de verzelfstandiging van het openbaar onderwijs in Nijmegen is de verantwoordelijkheid voor het primair onderwijs opgedragen aan de stichting Conexus en voor openbaar voortgezet onderwijs aan de stichting Alliantie VO Nijmegen en omgeving. De afgelopen jaren bestond het toezicht op het openbaar onderwijs uit het jaarlijks overleg van de portefeuillehouder Onderwijs met de beide schoolbesturen op basis van de jaarverslagen inclusief de begroting en jaarrekening. Naast het jaarlijkse overleg met de schoolbesturen over het openbaar onderwijs hebben wij afzonderlijk overleg over de besteding van de middelen voor de onderwijshuisvesting. Wij hebben u in september jl. afzonderlijk geïnformeerd met de monitor Doordecentralisatie onderwijshuisvesting. In de door Uw raad goedgekeurd statuten is de rol van de gemeenteraad vastgelegd. In de statuten van Conexus en de Alliantie is bepaald dat de besturen jaarlijks verslag uitbrengen aan de gemeenteraad en dat de besturen de begroting vaststellen nadat hieromtrent overleg is gevoerd met de gemeenteraad. Beide besturen werken volgens het raad van toezicht-model, waarin het zwaartepunt van de bestuurlijke verantwoordelijkheid is neergelegd bij de colleges van bestuur. Om het verschil aan te geven tussen de verantwoordelijkheid van schoolbestuur (raad van toezicht) enerzijds en het toezicht door de gemeente anderzijds, wordt hierna toegelicht wat niet de rol van de gemeente niet is. Toezicht op het openbaar onderwijs: wat is het niet? Toezicht is niet het bestuur van het openbaar onderwijs; het bestuur is opgedragen aan de Colleges van Bestuur van Conexus en de Alliantie. Toezicht betreft niet het vaststellen of goedkeuring van de begroting en jaarrekening; dat is de bevoegdheid van de besturen respectievelijk de raden van toezicht. Het is geen toezicht op de kwaliteit van het onderwijs; dat is de wettelijke taak van de Inspectie voor het Onderwijs Het toezicht gaat niet over het al dan niet rechtmatig en doelmatig inzetten van de rijksmiddelen; dat is de rol van de accountant Wij informeren u met terugwerkende kracht over onze bevindingen in het kader van het toezicht op het openbaar onderwijs over de afgelopen jaren sinds 2008 en daarmee geven wij u het format waarmee wij u in de toekomst schriftelijke zullen informeren. De conclusie van het toezicht over de afgelopen jaren is als volgt: De schoolbesturen Alliantie en Conexus houden zich aan de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. Financieel en personeel wordt er voldoende geanticipeerd op veranderende omstandigheden. Bezuinigingen worden tijdig gesignaleerd en naar ons oordeel worden tijdig adequate maatregelen getroffen. Op basis van de ons beschikbaar gestelde jaarstukken zijn beide besturen financieel gezond te noemen. De kengetallen geven geen aanleiding tot opmerkingen. Wel houden we de vinger aan de pols omdat de schoolburen met extra lasten worden geconfronteerd en teruglopende
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
2
middelen. De kwaliteit van het onderwijs de openbare scholen is voldoende volgens de normen van de Inspectie voor het Onderwijs. De toegankelijkheid voor leerlingen is gewaarborgd. Wij concluderen op basis van de beschikbare informatie dat de financiële continuïteit van het openbaar onderwijs in Nijmegen geen gevaar loopt. 1.1 Wettelijk kader of beleidskader
De gemeente heeft op basis van artikel 23 Grondwet de zorgplicht om te voorzien in voldoende openbaar onderwijs Deze zorgplicht is de basis voor de invulling van het toezicht op de schoolbesturen. De grondslag voor het toezicht ligt vast in wetgeving en statuten en raadsbesluiten. De gemeente houdt op basis van artikel 42 Wet op het voortgezet onderwijs en art 46 en 48 Wet op het primair onderwijs toezicht op de financiële positie van de schoolbesturen en de naleving van de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs: Het openbaar onderwijs draagt bij aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis en de verscheidenheid van die waarden. Openbare scholen zijn toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van godsdienst of levensbeschouwing. Openbaar onderwijs wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. 1.2 Relatie met programma
Het toezicht op het openbaar onderwijs valt onder de verantwoordelijkheid van het programma Onderwijs. 2
Doelstelling
Doelstelling van het toezicht op het openbaar onderwijs is, dat de gemeente op basis van de jaarstukken ( begroting, jaarrekening en jaarverslag) invulling kan geven aan haar zorgplicht voor de instandhouding en financiële continuïteit van het openbaar onderwijs. Nieuw toezichtkader openbaar onderwijs Namens het college overlegt de portefeuillehouder Onderwijs jaarlijks met de besturen van het openbaar onderwijs Conexus en Alliantie over de stand van zaken in het openbaar onderwijs. Onderwerp van overleg zijn de begroting van het nieuwe boekjaar en jaarrekening van het afgelopen boekjaar, de financiële risico’s en het treasury-beleid. Het overleg wordt schriftelijk bevestigd met een brief waarin wij onze zienswijze geven over de jaarstukken. Het college informeert de raad ieder twee jaar schriftelijk over de financiële positie van de besturen en over de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. De raad wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze te geven over het openbaar onderwijs. Met een tweejaarlijkse schriftelijke informatievoorziening aan de raad sluiten wij aan bij informatiecyclus van de onderwijsmonitor en de monitor doordecentralisatie onderwijshuisvesting. Het college is de eerst verantwoordelijke om de vinger aan de pols te houden over de financiële risico’s bij het openbaar onderwijs. Wanneer de indicatoren uit de jaarrekening aanleiding geven tot zorg, informeert het college de raad direct na de ontvangst van het jaarverslag over de actuele financiële positie.
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
3
De raad kan overigens jaarlijks kennisnemen van de jaarverslagen, die beschikbaar zijn via de websites van Conexus en de Alliantie. 3 Argumenten Vaststelling Nieuw toezichtkader
In dit voorstel informeren wij u met terugwerkende kracht over de financiële positie van de besturen van het openbaar onderwijs en wij stellen als nieuw toezichtkader voor, dat wij uw Raad iedere twee jaar schriftelijk informeren over de stand van het openbaar onderwijs in Nijmegen. Hoewel de verantwoordelijkheid over het openbaar onderwijs is overgedragen, blijft de gemeente op grond van de wettelijke zorgplicht betrokken bij het openbaar onderwijs. Daarnaast is er een actuele aanleiding: recent zijn in de landelijke media berichten verschenen over ‘falend’ toezicht op het (openbaar) onderwijs en over de achteruitgang in de financiële positie van de schoolbesturen. Dit is voor ons aanleiding om in het nieuwe toezichtkader duidelijke afspraken te maken over de invulling van het toezicht, over de rolverdeling tussen college en raad en de informatievoorziening naar de raad. 4
Risico’s
Op basis van de zorgplicht blijft de gemeente uiteindelijk verantwoordelijk voor het openbaar onderwijs. Wanneer de financiële continuïteit van een openbaar schoolbestuur in gevaar komt, zal de gemeente haar verantwoordelijkheid moeten nemen voor de instandhouding van het openbaar onderwijs. De financiële positie van de beide schoolbesturen geeft geen aanleiding deze op dit moment als een risico als aan te merken. In de bijlage wordt een en ander per schoolbestuur uitgebreid toegelicht. 5
Financiën
Het voorstel heeft geen financiële consequenties. 6
Communicatie
De beide schoolbesturen worden op de hoogte gesteld van het nieuwe toezichtkader openbaar onderwijs. 7
Uitvoering en evaluatie
Op basis van het nieuwe toezichtkader voert de portefeuillehouder jaarlijks overleg over de begroting en de jaarstukken met de beide besturen. Wij informeren uw raad iedere twee jaar over de stand van zaken bij het openbaar onderwijs, dit in dezelfde frequenties als de onderwijsmonitor en de monitor doordecentralisatie onderwijshuisvesting. Wanneer daarvoor aanleiding voor is wordt uw raad wordt onverwijld geïnformeerd wanneer de financiële positie van een van de besturen zich ongunstig ontwikkelt. College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
Bijlage(n):Bevindingen openbaar onderwijs Conexus en Alliantie VO
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
4
Bijlage met de bevindingen over het de stand van zaken bij het openbaar onderwijs na overleg met de besturen van Conexus en de Alliantie:
1. Primair Onderwijs 1.1 Getallen In Nijmegen hebben we zeven openbare basisscholen. Het openbaar in onderwijs is iets meer dan 20% van het totaal aantal leerlingen in het basisonderwijs in Nijmegen. Onderstaand een aantal kenmerken per school. 1.2 Aanbod en spreiding De Dukendonck, de Muze en de Nutsschool Lankforst zijn stabiel in hun leerlingaantal De Bloemberg en de Michiel de Ruyter zijn klein en zitten onder de opheffingsnorm van 180 leerlingen. Door dat het gemiddelde van het totaal aantal scholen van Conexus hoger is dan 180 kunnen deze locaties blijven voortbestaan. Zo realiseren we een goede dekking van het openbaar onderwijs in Nijmegen. De Buut zal op termijn zich gaan concentreren op één locatie in Oost. De Oversteek in Noord is een grote school en groeit nog steeds. In Nijmegen-Noord wordt een nieuwe openbare basisschool voorzien om de groei in Lent op te vangen. De verwachting is dat deze school doorgroeit naar structureel circa 400 leerlingen. Met zeven openbare basis scholen is er een redelijk goede spreiding van het openbaar onderwijs in Nijmegen. Door de gemiddelde schoolgrootte kan ook meerjarig zo blijven. 1.3 Financiën De jaarrekeningen van 2008 tot en met 2011 voldoen aan de wet- en regelgeving en zijn voorzien van goedkeurende controleverklaringen. De jaarrekeningen zijn voornamelijk beoordeeld op de ontwikkeling van de financiële positie, i.c. de ontwikkeling van het eigen vermogen. Aanvullend heeft onder meer een beoordeling van de solvabiliteit en de liquiditeit plaats gevonden. Deze kengetallen ontwikkelen zich gedurende de jaren 2008 - 2011 als volgt: Tabel 1 Financiën Conexus
Jaar 2008 2009 2010 2011
Eigen vermogen € 10.195.000 € 12.338.000 € 11.125.000 € 11.173.000
Balanstotaal
Resultaat
€ 34.164.000 € 34.811.000 € 32.420.000 € 32.754.000
€ 559.000 € 41.000 -/- € 1.214.000 € 48.000
Liquiditeit 2,44 1,98 1,76 1,83
Solvabiliteit 1* 30% 35% 34% 34%
Solvabiliteit 2** 42% 40% 38% 41%
De liquiditeit (quick ratio) geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen en komt tot stand door: vlottende activa / kortlopende schulden. De solvabiliteit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op langere termijn aan haar verplichtingen te voldoen. In bovenstaande tabel gaat solvabiliteit 1* over de verhouding van het eigen vermogen tot het balanstotaal en bij solvabiliteit 2** betreft de verhouding van het eigen plus vreemd vermogen tot het balanstotaal. De inspectie van het onderwijs heeft in 2010 een
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
5
onderzoek gedaan naar de vermogenspositie van schoolbesturen. Het onderzoek op basis van de jaarrekening 2009 was gericht op schoolbesturen met een relatief hoog eigen vermogen. Met betrekking tot Conexus is gesteld dat de het weerstandvermogen binnen de toegestane marges blijft en dat de financiële positie gezond, maar ook dat het schoolbestuur zelf de ontwikkeling van zijn financiële positie scherp in de gaten dient te houden. De kengetallen zijn getoetst aan de normensystematiek van de commissie Don, die het ministerie in samenwerking met de PO –raad en VO-raad heeft ontwikkeld. Deze commissie heeft afzonderlijk aandacht besteed aan de vermogenspositie van Conexus, omdat Conexus in afwijking tot de meeste PO-schoolbesturen ook speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs binnen één bestuur heeft. Daarnaast is Conexus bijzonder omdat de gemeente de verantwoordelijkheid voor de onderwijshuisvesting heeft overgedragen aan dit schoolbestuur. De voornoemde kengetallen geven blijk van een gezonde financiële positie. Er blijken geen zaken uit de jaarrekeningen die afbreuk doen aan de getrouwheid van deze kengetallen. Wel is er nog een aantal zaken dat onze aandacht heeft, met name gericht op de toekomstige ontwikkelingen. In het jaarverslag wordt op hoofdlijnen de geconsolideerde meerjarenbegroting 2011-2014 gepresenteerd waarbij van het volgende wordt gemeld: “Teruglopende middelen en oplopende kosten zullen leiden tot een druk op het exploitatieresultaat en een verslechterend financieel weerstandsvermogen van de organisatie. Dit zal onbetwist een forse weerslag vinden op de omvang van de werkgelegenheid binnen Conexus en op de organisatie van het onderwijs (grotere groepen leerlingen, meer combinatiegroepen, meer doelmatigheid in de onderwijsorganisatie en minder tijd beschikbaar voor ambulante taken). In 2011 zullen aanvullende plannen worden ontwikkeld om deze situatie het hoofd te bieden.” In dit perspectief is Conexus in 2011 een reorganisatie gestart. Daarbij wordt –onder meer door de afbouw van de ID-baansubsidie van de Gemeente Nijmegen- in 2013 het ontslag voorzien van onderwijs ondersteunend personeel en wellicht ook van onderwijzend personeel indien het natuurlijk verloop onvoldoende blijkt te zijn. Naast jaarrekeningen is het belangrijk wat het meerjarig financiële perspectief is. Het basisonderwijs heeft sinds 2010 te kampen met een opeenstapeling van bezuinigingen, toenemende lasten, achterblijvende compensatie van prijsstijgingen, ombuigingen en krimpende middelen als gevolg van afnemende leerlingenaantallen. Oplossingen worden ook door Conexus gevonden in het vergroten van de klassen en het reduceren van de ambulante tijd voor onderwijscoördinatie en –zorg. 2.3 Onderwijskwaliteit De zeven openbare basisscholen van Conexus in Nijmegen kennen momenteel allen het predicaat “voldoende onderwijskwaliteit” zoals dat wordt toegekend door de Inspectie van het Onderwijs. Conexus voert een gericht beleid op onderwijskwaliteit. 2.4 Good governance Per 1 augustus 2010 is de Wet ‘Goed onderwijs Goed onderwijsbestuur” in werking getreden. Deze wet draagt het bevoegd gezag van het primair en voortgezet onderwijs op om binnen de eigen organisatie tot een scheiding tussen de functies van bestuur en intern toezicht te komen. Concreet heeft het betrekking op goed bestuur gericht op (hogere) kwaliteit van het onderwijs. Bij Conexus is een duidelijke scheiding aanwezig is tussen bestuur en de Raad van Toezicht en
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
6
daarmee wordt voldaan aan een van de belangrijkste voorwaarden van good governance. Het aftreedschema voorziet in een adequate doorstroming van de leden van de raad van toezicht. Het inkomen van de bestuurders van Conexus voldoet aan de normering van nieuwe Wet normering topinkomens. Het salaris van beide bestuurders wordt transparant vermeld in de jaarrekening, die jaarlijks bij de gemeetne wordt ingediend.
2. Voortgezet Onderwijs 2.1 Scholen en leerlingen Binnen de Alliantie zijn 3 openbare VO-scholen: het Stedelijk Gymnasium, een categoriaal gymnasium met bijna 1300 leerlingen, de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSGN) voor Vmbo-t, Havo en Vwo met ruim 1300 leerlingen en het Mondial College op 3 locaties met een compleet aanbod Vmbo, Havo en Vwo met totaal 1615 leerlingen. De komende 4 jaar blijven de aantallen stabiel, na 2017 zal de krimp ook zichtbaar worden in het VO. Het openbaar onderwijs bereikt ruim 25% van de VO-leerlingen in Nijmegen. Gemiddeld 50% van de leerlingen in VO komt uit de regiogemeenten. 2.2. Financiën De jaarrekeningen van 2008 tot en met 2011 voldoen aan de wet- en regelgeving en zijn voorzien van goedkeurende controleverklaringen van de accountant. Sinds 2008 bankiert de Alliantie via het Ministerie van Financiën, het zogenaamde ‘schatkistbankieren De Alliantie voldoet in zijn jaarverslagen aan de wettelijke verplichting ( art 42a lid 5 Wet op het voortgezet onderwijs) en rapporteert over de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. Naast de informatie op bestuursniveau wordt in de jaarverslagen gedetailleerde informatie verschaft per school over de financiën, herkomst en prestaties van de leerlingen. Wij hebben de jaarrekening van op bestuursniveau van de Alliantie beoordeeld en de ontwikkeling van de 3 VO-scholen in het bijzonder. De financiële situatie van de Alliantie als geheel kan als gezond worden beoordeeld op basis van de volgende kengetallen. Tabel 2 Financiën Alliantie
Jaar 2008 2009 2010 2011
Eigen vermogen € 20.130.694 € 20.901.858 € 19.557.766 € 19.636.738
Balanstotaal
Resultaat
€ 62.315.173 € 65.559.463 € 61.351.851 € 70.648.312
€ 141.276 € 771.164 -/- € 2.903.634 € 78.972
Liquiditeit 1,88 1,47 1,17 1,77
Solvabiliteit 1 32,3% 31,9% 31,9% 27,8%
Solvabiliteit 2 47,9% 48,2% 46,7% 41,0%
De financiële situatie per school geeft een ander beeld. De drie openbare VO-scholen hebben de laatste twee jaren negatieve exploitatiesaldo’s. Deze tekorten kunnen worden opgevangen binnen het eigen vermogen van ieder school afzonderlijk. De scholen hebben maatregelen genomen om de exploitatietekorten weg te werken. In een begroting met ruim 75% personeelslasten gaat het om bezuinigingen in de personele sfeer. Bij het Mondial College wordt de exploitatie nadelig beïnvloed door het uitstel van de nieuwbouw van de Vmbo-vestiging in Lindenholt-Noord. Daardoor is de school geconfronteerd met extra relatief hoge huurlasten van
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
7
het schoolgebouw aan de Energieweg. Bij het Stedelijk Gymnasium wordt het nadelig saldo voornamelijk veroorzaakt door de relatief hoge personeelslasten met gemiddeld ouder personeel in de hoogste schalen. Voor deze school zijn maatregelen genomen om het aandeel personeelslasten in verhouding te brengen tot de beschikbare middelen. In de begroting van de Alliantie wordt toegelicht welke keuzes het bestuur maakt om de uitgaven in overeenstemming te brengen met de inkomsten uit de lumpsum-financiering van het Rijk. Over de exploitatie van de onderwijshuisvesting legt de Alliantie afzonderlijk verantwoording af in de jaarrekening. 2.3 Kwaliteit van het onderwijs Alle VO-scholen in Nijmegen hebben het predicaat ‘voldoende onderwijskwaliteit’ op basis van het toezicht van de Inspectie van het Onderwijs, dus ook de openbare scholen. De Alliantie werkt volgens de uitgangspunten van haar meerjarenbeleidsplan Toekomst voor Scholen, waarin het beleid voor de jaren 2008 -2013 over het onderwijs, leerlingenzorg, personeelsbeleid, financiën en de kwaliteitszorg is vastgelegd. 2.4 Good Governance De Alliantie heeft de governance-code van de VO-raad toegepast op de bestuurder. De stichting kent een Raad van Toezicht en een eenhoofdig college van bestuur. De Raad van Toezicht keurt de begroting en jaarrekening goed en selecteert de accountant. Op basis van een aftreedschema is de doorstroming in de Raad van Toezicht geregeld. Het inkomen van de bestuurder valt binnen de norm van nieuwe Wet Nomering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semi-publieke sector.
Raadsvoorstel OpenbaarOnderwijs18-12-12def.doc