BASISSCHOOL OOSTELIJKE EILANDEN. Kraijenhoffstraat RK Amsterdam

BASISSCHOOL OOSTELIJKE EILANDEN Kraijenhoffstraat 10 1018RK Amsterdam

TSO BELEIDSPLAN 2015-2016

Inhoudsopgave

Blz. 3

Inleiding Missie, visie en uitgangspunten

Blz. 4

Algemene informatie:

Blz. 4, 5, 6

Werkzaamheden: - TSO-coördinator - Vrijwilligers/overblijfmedewerkers

Blz. 7,8

Aansprakelijkheid Verantwoordelijkheden - Schooldirectie - TSO - Medezeggenschapraad

Blz. 8,9

Kwaliteitseisen

Blz. 9

Veiligheid

Blz. 10, 11

Overblijfregeling - Binnenregels - Buitenregels - Omgang met overschrijdend gedrag

Blz. 10

Betaling van de TSO schooljaar

Blz. 11

Communicatie en klachten

Blz. 12 t/m 17 Bijlagen protocollen, ontruimingsplan - 1. Schorsing en verwijdering leerling - 2. Weglopen

2

1. INLEIDING Per 1 augustus 2006 zijn de schoolbesturen verantwoordelijk voor de zorg en coördinatie van de tussenschoolse opvang (TSO) op een professionele wijze. Voor de Basisschool Oostelijke Eilanden is dat het bestuur van Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel. Voor het regelen van de dagelijkse gang van zaken is er een TSO-coördinator. De directeur van de school is eindverantwoordelijk. De TSO van de Basisschool Oostelijke Eilanden (BOE) vindt plaats in de school en werkt met vrijwilligers die zorg dragen voor de opvang van de kinderen. De vrijwilligers staan onder begeleiding van een professionele coördinator. Doelstelling, de TSO BOE wil zich inzetten voor een professionele TSO . Onder professionele TSO verstaan wij een gezellige, veilige en pedagogisch verantwoord opvang tijdens de middagpauze voor de kinderen. Dit wordt gerealiseerd middels afspraken en regels die gelijk structuur en houvast voor zowel de kinderen als de overblijfmedewerkers geven. 2. MISSIE, VISIE EN UITGANGSPUNTEN De missie en visie van het onderwijs op de BOE, zoals verwoord in de Schoolgids, vormen het uitgangspunt voor beleid en dagelijks handelen bij de TSO. De missie met betrekking tot de TSO is het aanbieden van kwalitatief goede opvang voor de kinderen van BOE. Kinderopvang (TSO) moet wat kenmerk en kwaliteit betreft in het verlengde liggen van het pedagogisch klimaat op school. De gedragsregels die in school gelden, zijn ook van toepassing tijdens de TSO. Dat betekent dat er met name aandacht is voor rust, orde, netheid en veiligheid. Juist vanuit onze levensbeschouwelijke identiteit dient TSO voor het kind een stimulans voor het kind te zijn voor een positieve ontwikkeling. De TSO is niet bedoeld als een neutrale, zakelijke oppasregeling, maar als een gelegenheid om het kind te stimuleren tot spel en sociaal gedrag. Daartoe worden zoveel mogelijk kansen benut en wordt een uitnodigende speelomgeving gecreëerd. Deze visie op TSO stelt hoge eisen aan de organisatie en de kwaliteiten van de overblijfmedewerkers. Onderstaand worden deze eisen nader uitgewerkt. Uitgangspunten hierbij zijn:  A. Verantwoorde kinderopvang tussen de middag kan alleen plaatsvinden als er sprake is van: - continuïteit in toezicht - gekwalificeerd toezicht - duidelijk beleid 

B. Een goede en gezonde ontwikkeling door: Regelmaat: duidelijke regels, zelfde als in de klas. Ontspanning en gezelligheid: een uitnodigende spelomgeving creëren door gebruikmaking van spelattributen en andere spelmogelijkheden.



C. Een veilige omgeving Veiligheid: naleven schoolprotocollen en aansluiting op regels over het pedagogisch klimaat op school. Een kind heeft recht op individuele aandacht en zorg, waarbij tevens rekening moet

3

worden gehouden met het belang van de groep als geheel. Het individu mag niet lijden onder de groep, maar de groep mag ook niet lijden onder het individu. Dit alles met als doel bij te dragen aan een goed en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige omgeving. 3. ALGEMENE INFORMATIE Op de BOE blijven elke dag (behalve woensdag) tegen de 300 kinderen over. De kinderen zijn verdeeld over 21 groepen. De ratio tussen vrijwilligers en kinderen: richtlijn 1:15, maximaal 1:20 Onderbouw = groep 1 en 2 Middenbouw = groep 3, 4 en 5 Bovenbouw = groep 6, 7 en 8 De onderbouw speelt buiten op het schoolplein. De middenbouw en groep 6 spelen buiten op het schoolplein. De groepen 7 en 8 spelen bij het voetbalveld op het Funen of in de Conradstraat. Afhankelijk van de klas wordt er in het eerste half uur geluncht en in het tweede half uur buiten gespeeld of andersom. Tussen de middag is er een uur pauze (11.45 – 12.45 uur). Voor de kinderen van de ouders die geen gebruik maken van de TSO wordt de regel gehanteerd dat het kind niet eerder dan 12.40 uur op school is. Overblijfmedewerkers komen om 11.30 uur binnen en om 11.45 uur nemen zij de klas over. Bij regen eten de kinderen zoals boven aangegeven, maar gaan ze i.p.v. naar buiten spelen in hun eigen lokaal spelen. Door gebruik te maken van de spelmaterialen van de TSO kan voorkomen worden dat lokalen aan het eind van de pauze allemaal opgeruimd moeten worden. De coördinator is in ieder geval van 11.30 – 13.00 uur aanwezig op school. De coördinator belt de medewerkers die niet zijn komen opdagen, vangt groepen op waar geen medewerker is, beslist of er buiten wordt gespeeld of niet wat betreft het weer.

4.WERKZAAMHEDEN TSO coördinator, vrijwilligers/overblijfmedewerkers TSO coördinator Er wordt een coördinator aangesteld. De aanstelling van deze functie vindt plaats door de directie en het bestuur. Het doel van deze functie: Verantwoordelijk voor de dagelijkse organisatie en uitvoering van de TSO.

1. Opstellen en uitvoeren van het beleidsplan TSO en beheer financiën  Draagt zorg voor het mede opstellen en uitvoeren van het beleidsplan TSO;  Signaleert ontwikkelingen en knelpunten in de uitvoering van het operationele gedeelte van de TSO en overlegt hierover met betrokkenen;  Presenteert, indien van toepassing, eenmaal per jaar het TSO-jaarverslag;

4

    

Legt, indien van toepassing, eenmaal per jaar het jaarverslag en de tarieven ter goedkeuring voor aan de directie van de school en/of het schoolbestuur; Levert jaarlijks een bijdrage aan het opstellen van de begroting; Draagt mede zorg voor de cliëntenadministratie (incasso ouderbijdrage); Draagt mede zorg voor de financiële administratie; Draagt zorg voor de aanbesteding van het activiteitenbudget voor de leerlingen.

2. Verzorgen van de dagelijkse leiding binnen de opvang  Zorgt voor de werving en selectie van TSO-vrijwilligers;  Zorgt voor de juiste bezetting, in omvang en kwaliteit, binnen het team van TSOvrijwilligers;  Stemt met de TSO-vrijwilligers de dagindeling, activiteiten en verdeling van de werkzaamheden af;  Coördineert en begeleidt de uitvoering van de werkzaamheden van de TSOvrijwilligers;  Begeleidt, instrueert, motiveert en corrigeert de TSO-vrijwilligers waar nodig;  Ziet er op toe dat de pedagogische en organisatorische afspraken door de TSOvrijwilligers worden nageleefd;  Houdt voortgangs- en evaluatiegesprekken met de TSO-vrijwilligers;  Zorgt voor training en bijscholing van TSO-vrijwilligers, o.m. door het organiseren van thema- en groepsbijeenkomsten;  Schept de condities voor een goede samenwerking tussen de TSO-vrijwilligers onderling en de samenwerking met leerkrachten en leerlingen. 3. Verzorging van leerlingbegeleiding  Draagt zorg voor de leerlingbegeleiding, zowel individueel als in groepsverband, door TSO-vrijwilligers;  Bemiddelt in probleemsituaties tussen TSO-vrijwilligers en leerlingen en tussen leerlingen onderling;  Fungeert als aanspreekpunt/vertrouwenspersoon voor leerlingen tijdens de TSO;  Voert gesprekken met leerlingen bij het niet functioneren tijdens de TSO;  Houdt zo nodig met de betrokken TSO-vrijwilligers de ontwikkelingen bij van de leerlingen en informeert hierover de leerkracht en/of de directie van de school. 4.       

Uitvoering administratieve werkzaamheden Draagt zorg voor de registratie van de persoonsgegevens van de TSO-vrijwilligers; Is verantwoordelijk voor het opstellen van de dienstroosters voor de TSO; Draagt zorg voor het bijhouden en verwerken van de aanwezigheidsadministratie van de TSO-vrijwilligers; Draagt zorg voor het maandelijkse betalingsoverzicht van de TSO-vrijwilligers; Bereidt en zit vergaderingen voor met betrekking tot de TSO en draagt zorg voor de verslaglegging; Draagt zorg voor het verspreiden en bijhouden van de TSO-aanmeldingsformulieren; Draagt zorg voor het verwerken van de presentielijsten van de leerlingen;

5

 

5.   

Draagt zorg voor het opstellen van periodieke overzichten van de per incasso te innen ouderbetalingen; Legt contact met ouders in geval van wanbetaling en doet in overleg met de directie van de school voorstellen met betrekking tot betalingsregelingen. Draagt zorg voor de eigen professionalisering houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil; neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten; bestudeert relevante vakliteratuur.

6. Kader, bevoegdheden en verantwoordelijkheden  Beslist bij/over: het opstellen en uitvoeren van het beleidsplan TSO, het coördineren en begeleiden van de uitvoering van de werkzaamheden van de TSO-vrijwilligers, de zorg voor de leerlingbegeleiding, het opstellen van de dienstroosters voor de TSO en het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten.  Kader: werkafspraken, procedures, regels en voorschriften.  Verantwoording: aan de directie van de school over de kwaliteit van het opstellen en uitvoeren van het beleidsplan TSO en het beheer van de financiën, het verzorgen van de dagelijkse leiding binnen de opvang, het verzorgen van leerlingbegeleiding, de uitvoering van administratieve werkzaamheden en de eigen professionalisering. 7.     

Kennis en vaardigheden Algemene vaktechnische kennis en vaardigheden met betrekking tot TSO; Kennis van en inzicht in pedagogisch-didactische vaardigheden; Vaardig in het aansturen, begeleiden en motiveren van vrijwilligers; Sociale vaardigheden en invoelingsvermogen voor het motiveren, stimuleren en instrueren van kinderen; Vaardig is mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid.

8. Contacten  met de directie van de school over de uitvoering van het beleidsplan TSO, om af te stemmen;  met ouders/verzorgers en met leerlingen over de gang van zaken binnen te TSO, om te informeren;  met de Ouderraad en/of de Medezeggenschapsraad van de school, om te informeren;  met voor de TSO relevante externe instanties, om overleg te voeren, te informeren en af te stemmen. Vrijwilligers/overblijfmedewerkers Van de overblijfmedewerkers wordt verwacht dat ze kinderen observeren en daaruit conclusies kunnen trekken wat resulteert in adequaat handelen. Ook moeten ze spelactiviteiten kunnen aanbieden en begeleiden. Van een overblijfmedewerker wordt verwacht dat hij/zij bereid is een basiscursus TSO te volgen. Dit is een wettelijk vastgestelde regel.

6

Medewerkers dienen een verklaring omtrent gedrag te kunnen overleggen, deze wordt door de TSO bekostigd. Doel van de functie: verantwoordelijk voor de opvang van de leerlingen tijdens het brood eten en het buiten spelen. 1.         

Taken: Creëren van een huiselijke en gezellige sfeer tijdens het brood eten in de groepen. Begeleiden van kinderen tijdens het spelen. Bemiddelen bij onenigheid of ruzie tussen de kinderen. Ingrijpen in situaties die uit de hand dreigen te lopen. Houden van toezicht zowel tijdens het eten als tijdens het spelen binnen of buiten. Bieden van eerste hulp bij ongelukken of verwijzen naar de BHV-er. Overleg voeren met leerkrachten en/of de TSO-coördinator over actuele gebeurtenissen of gesignaleerde bijzonderheden. Zorg dragen voor pedagogisch klimaat dat aansluit bij de school. Het bijwonen van vergaderingen, werkbegeleiding en scholing.

2. Voorwaarden waaraan de overblijfmedewerker moet voldoen  Een overblijfmedewerker heeft een positieve houding naar kinderen en straalt dat ook uit.  Een overblijfmedewerker heeft een goede mondelinge beheersing van de Nederlandse taal.  Een overblijfmedewerker gaat discreet om met de informatie over kinderen, ouders en collega’s.

5. AANSPRAKELIJKHEID De school voorziet in de wettelijke aansprakelijkheid van de overblijfmedewerkers en coördinator. 6. VERANTWOORDELIJKHEDEN Hieronder volgt een omschrijving van de verschillende verantwoordelijkheden om inzicht te geven in wie waarvoor verantwoordelijk is. Verantwoordelijkheden van de schooldirectie Aan de uitvoering en vormgeving van de TSO kan naar eigen wens door de schooldirectie invulling worden gegeven. De TSO moet onder alle omstandigheden worden vormgeven conform het beleidsplan TSO zoals door de TSO in samenwerking met de school is opgesteld. Daarnaast heeft de directie van de school de volgende taken en verantwoordelijkheden.  Het beschikbaar stellen en het regelen van ruimten ten behoeve van de TSO .  Het uitwisselen van relevante informatie over leerlingen met de coördinator. Verantwoordelijkheden van de TSO Over alle hieronder genoemde punten legt de TSO verantwoording af aan de schooldirectie.

7

        

Het bieden van begeleiding en verzorging aan de kinderen bij het gebruik van de lunch. Het begeleiden van activiteiten tijdens deTSO. Het toezicht houden op het schoolplein en de voetbalvelden . Het aanstellen en begeleiden van de overblijfmedewerkers van deTSO. Het verzorgen van de opleidingen van de overblijfmedewerkers van de TSO. De aanschaf van spelmateriaal. Het innen van de bijdrage voor de TSO en de verwerking hiervan. Het bijhouden van de financiële administratie. Controle van de financiële administratie vindt plaats door administratiekantoor van OoadA (OOG). Het verlenen van eerste hulp bij ongevallen aan kinderen en indien nodig inschakelen van medische hulp en eventueel begeleiding van het kind naar een huisarts of de eerste hulppost van het ziekenhuis .

Verantwoordelijkheden van de Medezeggenschapraad (MR)  Het bevorderen van de samenwerking en de communicatie tussen de TSO, de school en de ouders.  Het informeren van ouders over de organisatie en het gevoerde beleid tijdens de TSO.

7. KWALITEITSEISEN      

De TSO beschikt over minimaal 2 medewerkers met een EHBO diploma. De coördinator dient altijd over een EHBO diploma te beschikken. De TSO beschikt over een volledige en met regelmaat gecontroleerde EHBOtrommel. De TSO wordt meegenomen in het ontruimingsplan . De TSO beschikt over eigen speelmateriaal. De TSO beschikt per klas over een eigen kast om speelmaterialen in op te bergen. Voor de overblijfkrachten en coördinator is een verklaring Omtrent goed Gedrag verplicht.

8. VEILIGHEID Tijdens de middagpauze is er een overblijfregeling voor de kinderen. De overblijfouders weten vooraf welke kinderen overblijven. Er wordt een overzicht gemaakt van de aanwezige leerlingen. Alle kinderen moete aangemeld zijn bij de TSO. De TSO-coördinatoren zijn in het bezit van een EHBO en BHV diploma en brengen ook de overblijfouders op de hoogte van het calamiteitsplan van school. In ernstige situaties doet de TSO-coördinator een beroep op de BHV-er van school, of gaat naar de dokterspraktijk of belt zelf 112 wanneer elke seconde telt. Als er een ontruiming nodig is tijdens de middagpauze geldt de procedure van het calamiteitsplan van school.

8

De ontruimingscoördinator is de directeur of vervangend directeur. De TSO-coördinatoren houden een logboek bij met bijzonderheden. De gegevens die in dit logboek genoteerd worden zijn vertrouwelijk. Het logboek wordt op een niet-algemeen toegankelijke plaats opgeborgen. De TSO-coördinatoren moeten bekend zijn met voedselallergieën, medicijngebruik en bijzonderheden in het gedrag. Voor zover dit van belang kan zijn voor de TSO. De coördinatoren zijn niet verantwoordelijk voor het medicijngebruik van de kinderen. De laatste vijf minuten van de middagpauze vindt er een overdracht plaats tussen de coördinatoren en de overblijfmedewerkers. Als er sprake is van ongewenst gedrag dat nader besproken moet worden, bepaalt de leerkracht in overleg met de coördinatoren of er contact met ouders moet worden opgenomen en wie dat doet. Het is wettelijk verplicht dat de overblijfouders een zogenaamde ‘Verklaring Omtrent het Gedrag’ kunnen overleggen.

9. OVERBLIJFREGELING 9.1 BINNENREGELS  De overblijf start om 11.45 uur als de leerkracht de pauze aangeeft en de andere kinderen naar buiten brengt. De overblijf kinderen blijven zitten op hun stoel en de overblijfmedewerker kijkt eerst of iedereen aanwezig is.  Er wordt op gelet dat kinderen drinken en eten. Als een kind niet/te weinig eet of drinkt, wordt het gestimuleerd om in ieder geval een deel te drinken/eten.  Dwingen tot eten of drinken doen we niet.  Eten/drinken dat overblijft, gaat weer terug in de schooltas zodat ouders/verzorgers zien wat hun kind heeft gegeten/gedronken.  De overblijfmedewerker stelt de coördinator op de hoogte als een kind geregeld weinig eet. De coördinator neemt dan contact met de ouders.  De kinderen mogen niet rondrennen in de klas of veel lawaai maken. Ze mogen aan tafel natuurlijk wel met elkaar praten.  Kinderen mogen alleen met toestemming in de gang spelen.  Kinderen gaan als een groep naar buiten, onder begeleiding van de overblijfmedewerker.  Bij het naar benedenlopen wordt op trap rechts gehouden. Er wordt niet geduwd of andere “kunstjes” uitgevoerd op de trap.

9.2 BUITENREGELS  In principe wordt er elke dag buiten gespeeld door de kinderen. Bij ernstige regengeval/onweer kan de coördinator besluiten dat de kinderen binnen blijven.  kinderen kunnen vrij spellen of meedoen aan verschillende sportactiviteiten.  Kinderen moeten helpen met het opruimen.  Er wordt bij het speeltoestel gelet op de veiligheid  Alle overblijfmedewerkers letten op alle kinderen, en corrigeren waar nodig.

9

 

Kinderen gaan als een groep naar binnen, onder begeleiding van de overblijfmedewerker. Als een overblijfmedewerker iets ziet rondom het schoolplein wat hij/zij niet vertrouwt, meldt hij/zij dit bij de coördinator.

Om 11.45 uur en 12.45 uur vindt er tussen de leerkracht en de overblijfmedewerker een overdracht moment plaats, indien nodig (bijv. bij ziektes, ongeval of ruzies). 9.3 OMGANG MET GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG 

Conflict kind – overblijfmedewerker. Als er tussen een kind en een overblijfmedewerker sprake is van onacceptabel gedrag, dan moet de overblijfmedewerker hier melding van maken aan de leerkracht en coördinator Afhankelijk van de ernst van het incident worden er vervolgstappen ondernomen. Dit is aan de coördinator en de leerkracht.



Conflicten tussen kinderen onderling. Als er conflicten zijn tussen leerlingen dan wordt er melding van gemaakt bij de leerkracht. Blijven de problemen zich voordoen dan treedt de coördinator op in overleg met de leerkracht/directie.



Straffen Bij problemen met of tussen de kind(eren) mag de overblijfmedewerker het kind even uit de groep plaatsen zodat hij/zij even kan nadenken over zijn/haar gedrag. Mocht dit niet helpen dan wordt de coördinator ingeschakeld. Indien nodig wordt de directie op de hoogte gebracht.



Procedure schorsing kind van de TSO Bij regelmatig terugkerende ernstige gedragsproblemen kan een kind van de TSO verwijderd worden. Dit gebeurt in samenspraak met de directie. Te denken valt aan fysiek geweld tegen andere kinderen. De volgende procedure wordt dan gevolgd;

A. Eerst wordt het kind aangesproken op zijn gedrag en ouders hierover geïnformeerd Leidt dit niet tot gedragsverandering dan kan er een officiële waarschuwing uitgaan. B. Eerste officiële waarschuwing en plaatsing voor bepaalde tijd (afhankelijk van de zwaarte van de overtreding) in een andere groep. Ouders worden opgeroepen voor een gesprek. Dit wordt schriftelijk bevestigd. C. Nadat het kind teruggeplaatst is in de eigen groep en er volgt een herhaling van negatief gedrag dan volgt er een tweede gesprek en laatste officiële waarschuwing en plaatsing in een andere groep (voor langere tijd). Ook hier worden de ouders schriftelijk van op de hoogte gebracht. D. Valt het kind wederom in herhaling dan wordt hij/zij voor een bepaalde tijd geschorst van de TSO. Ook hiervan worden de ouders na een gesprek schriftelijk op de hoogte gesteld. E. De directeur beslist over de duur van de schorsing en/of verwijdering.

10

10. BETALING VAN DE TSO SCHOOLJAAR 2015-2016 Om een duidelijk overzicht te hebben van de kinderen die overblijven en de betaling door de ouders vragen wij de medewerking van de ouders op de volgende punten. Registratie van deelname De kinderen die overblijven moeten aangemeld zijn. Wij verzoeken u een aanmeldingsformulier in te vullen en voor 1 september 2015 te retourneren. Mochten in het nieuw schooljaar wijzigingen optreden kunt u ze doorgeven via de wijzigingsformulier De formulieren kunt u vinden en retourneren bij de schooladministratie. De formulieren zijn ook op de website te vinden. www.boe-amsterdam.nl Betaling

Betalen van de overblijf kan op een aantal manieren: Voor losse dagen krijgen de ouders twee keer per jaar een factuur. Voor vaste dagen kunt u kiezen uit twee mogelijkheden. 1 termijn betaaldatum 1-09-2015 10 termijnen betaaldata 1-09, 1-10, 1-11, 1-12, 1-01, 1-02, 1-03, 1-04, 1-05, 1-06 x per week 4 dagen 3 dagen 2 dagen 1 dag

1 termijn 400 300 200 100

10 termijnen 40 30 20 10

 

Voor vaste termijnen sturen wij geen factuur Om de betaling van de overblijfkrachten te kunnen waarborgen dient vooraf betaald te worden op de eerste van de maand.  Betaling kan alleen via de bankrekening. Op deze manier is er geen contant geld op school en kunnen alle betalingen digitaal gecontroleerd worden. Rekeningnummer NL89 RABO 0143 9378 20 Ten name van Basisschool Oostelijke Eilanden onder vermelding van naam en groep van het kind en de termijn waarvoor betaald wordt. Let goed op voor hoeveel dagen u uw kind aanmeld. i.v.m. personeel inzet kunnen wij geen terugbetaling doen. Wij verzoeken ouders om geen eigen berekening te maken, bij twijfel neemt contact op met de TSO administratie/coördinator.

11. COMMUNICATIE EN KLACHTEN De ouders kunnen op maandag en dinsdagochtend tussen 8.30- 11.30 uur een afspraak maken met de coördinator. Ook op de website is diverse informatie op te vragen voor ouders. De coördinator informeren ouders van wie de kinderen voor het eerst op school komen zo spoedig mogelijk aangaande de TSO.

11

De klachtenregeling die voor De BOE gehanteerd wordt, is ook van toepassing op de TSO. Ouders kunnen schriftelijk klachten indienen bij de TSO-coördinator. Indien zij gezamenlijk niet tot overeenstemming komen voorziet de klachtenregeling in de mogelijkheid tot het laten behandelen van de klacht door de directie. De directie zal zich uitspreken over de klacht waarna de directie en de coördinator vervolgens in overleg gaan over de afhandeling van de klacht. TSO coördinator: [email protected] Directie : [email protected]

12

12.BIJLAGEN PROTOCOLLEN 1. Schorsing en verwijdering leerlingen In de WPO zijn expliciet bepalingen bij verwijdering opgenomen. Op basis van algemene rechtsregels kan in toepasselijke gevallen in plaats van verwijdering ook schorsing plaatsvinden (als minder ver gaande maatregel). Voor de gang van zaken wordt aangesloten bij de regeling die in de WVO en het Inrichtingsbesluit WVO is opgenomen. Het bestuur (of een daartoe gevolmachtigde persoon) van een school is verantwoordelijk voor de procedure bij schorsing en verwijdering. Ernstige incidenten kunnen aanleiding zijn tot een verregaande strafmaatregel: schorsing. Voor de veiligheid van medeleerlingen en/of personeel en voor een betere toekomst voor de leerling zelf kan het wenselijk zijn dat er een andere school wordt gezocht. De school past dan de procedure bij verwijdering toe. De procedure bij verwijdering kan plaatsvinden op grond van herhaalde en voortdurende gedragsproblemen waarbij gebleken is dat meerdere schorsingen bijvoorbeeld niet het beoogde effect hebben, of bij een zeer ernstige aangelegenheid, zoals geweld, ernstige ordeverstoringen en diefstal Schorsing De schorsing kan opgelegd worden als corrigerende strafmaatregel, die toegepast wordt nadat is gebleken dat andere maatregelen niet het beoogde effect sorteren, of als een onmiddellijke maatregel die wordt toegepast naar aanleiding van een ernstige aangelegenheid. Aanleidingen voor een schorsingsbesluit kunnen zijn: – bedreiging door ouder(s)/verzorger(s); – herhaalde les-/ordeverstoring; – wangedrag tegenover leerkrachten en/of medeleerlingen; – diefstal, beroving, afpersing; – bedreiging; – geweldpleging; – gebruik van alcohol of drugs tijdens schooltijden; – handel in drugs of in gestolen goederen; – bezit van wapens of vuurwerk. – De volgende regels moeten hierbij in acht worden genomen: – Het bestuur van een school kan een leerling voor een periode van ten hoogste één week (= vijf schooldagen) schorsen; – De schorsing wordt schriftelijk gemeld aan de ouder(s)/verzorger(s), de inspectie en de leerplichtambtenaar; – De ouder(s)/verzorger(s) worden opgeroepen voor een gesprek op school. – De leerling wordt tijdens de schorsingsperiode binnen of buiten de school aan het werk gezet; – Na de schorsingsperiode en het gesprek met de ouder(s)/verzorger(s)

13

wordt de leerling weer tot de lessen toegelaten; – Een schorsing kan meerdere malen voor dezelfde leerling worden toegepast indien er sprake is van een nieuw incident. - Procedure schorsing in stappen 1 De beslissing tot schorsing moet schriftelijk en met opgave van redenen aan de ouder(s)/verzorger(s) en indien van toepassing tevens aan de gezinsvoogd worden meegedeeld. 2 Bij schorsing voor langer dan een dag moet de directeur van de school de leerplichtambtenaar en de inspectie schriftelijk en met opgave van redenen van dit feit in kennis stellen. 3 De ouder(s)/verzorger(s) hebben de mogelijkheid tegen een schorsing schriftelijk bezwaar te maken bij de directie van de school. De directeur beslist zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen vijf dagen na ontvangst van het bezwaarschrift. Gedurende de behandeling van het bezwaar kan de leerling de toegang tot de lessen worden ontzegd voor de maximale tijd van de schorsingsduur. 4 De leerling en zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) worden in de gelegenheid gesteld te worden gehoord. Verwijdering Nadat is gebleken dat meerdere schorsingsmaatregelen niet het beoogde effect sorteren, kan verwijdering als corrigerende strafmaatregel worden toegepast. Verwijdering kan ook worden toegepast als onmiddellijke maatregel naar aanleiding van een ernstige aangelegenheid. Voor verwijdering van een leerling moet een procedure worden gevolgd waarbij de leerling, de ouder(s)/verzorger(s), indien van toepassing de gezinsvoogd, de leerplichtambtenaar, de directie, het bestuur van de school en de inspectie betrokken zijn. - Procedure verwijdering in stappen 1 Het bestuur van de school is als enige bevoegd te besluiten tot definitieve verwijdering van een leerling. Voordat de beslissing daarover genomen wordt, moet het bestuur van de school de groepsleerkracht horen (WPO, art. 40 lid 5 en art. 63 lid 2) en de ouder(s)/verzorger(s) in de gelegenheid stellen om gehoord te worden. 2 Een voorgenomen besluit tot verwijdering. De dagtekening van dit besluit markeert tevens bet begin van de periode van acht weken, niet inhoudende de zomervakantie, waarin het bestuur van de school (aantoonbaar) een andere school/instelling voor de leerling zoekt (WPO, art. 40 lid 5). Een kopie van dit besluit moet direct aan de leerplichtambtenaar van het schoolstadsdeel of de woongemeente van de leerling worden gezonden (LPW, art. 18 lid 3). 3 De definitieve verwijdering van een leerplichtige leerling kan pas plaatsvinden wanneer een andere school bereid is gebleken de leerling in te schrijven en na de periode van acht weken – of korter indien de ouder(s)/verzorger(s) inschrijving weigeren bij de school die bereid gevonden is de leerling te plaatsen.

14

Hangende de procedure tot verwijdering kan de leerling uit de klas worden geplaatst. De leerling mag in beginsel niet naar huis worden gestuurd. De school meldt de procedure tot verwijdering direct bij de leerplichtambtenaar. 4 Het bestuur van de school deelt de inspectie het definitieve besluit tot verwijdering schriftelijk en met opgave van redenen mee. In die brief geeft het bestuur van de school ook aan naar welke school de leerling kan worden overgeplaatst. In de brief aan de ouder(s)/verzorger(s) over het definitieve besluit tot verwijdering van hun kind moet gewezen worden op de mogelijkheid om binnen zes weken na dagtekening een bezwaarschrift bij het bestuur van de school in te dienen (AWB, art. 6:7; WPO, art. 63 lid 3). 5 Het bestuur van de school neemt zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen vier weken na ontvangst van een ingediend bezwaarschrift (WPO, art. 40 lid 5 en art. 63 lid 3), desgewenst na overleg met de inspectie en deskundigen, een besluit. Voordat een dergelijk besluit genomen wordt, moeten de ouder(s)/verzorger(s) in de gelegenheid worden gesteld te worden gehoord en moeten zij kennis hebben kunnen nemen van de op het besluit betrekking hebbende adviezen of rapporten. 6 Tot het moment van definitieve verwijdering volgt de leerling een onderwijsprogramma op school. In extreme gevallen kan een leerling, in overleg met de ouder(s)/verzorger(s) en indien van toepassing met de gezinsvoogd, enkele dagen buiten de school geplaatst worden. 7 Indien een leerling na de verwijderingsprocedure thuis komt te zitten, omdat: a de ouders en de school geen andere school bereid hebben gevonden de leerling te plaatsen, of omdat b de leerling op een wachtlijst staat, wordt de leerling via de leerplichtambtenaar bij het verantwoordelijke hoofd van de leerplichtambtenaar van het stadsdeel waar de leerling schoolgaand is gemeld en meldt de school dit bij het schoolbestuur.

15

1.Weglopen Inleiding: In de afgelopen jaren is het een enkele keer gebeurd dat een kind van een school is weggelopen. Hoewel men op de meeste scholen zeker alert is, is het belangrijk hierover in het kader van het veiligheidsbeleid binnen de school heldere afspraken te maken. Nadat het doel is beschreven wordt in dit protocol ingegaan op preventie en de wijze van handelen in geval een kind is weggelopen. Doel - medewerkers weten hoe te handelen om te voorkomen dat een kind wegloopt; - medewerkers weten hoe te handelen als een kind wegloopt. Verantwoordelijkheid De eindverantwoordelijkheid voor het onderwijs en de veiligheid van de kinderen tijdens schooltijd berust te allen tijde bij de directie van de school. Dit geldt ook voor de door de school georganiseerde activiteiten die geheel of gedeeltelijk buiten de reguliere schooltijden plaatsvinden. Preventief Ter voorkoming dat een kind wegloopt: 1. Indien sprake is van een conflict: blijf in gesprek met het kind of draag het kind aan een andere medewerker over; 2. Indien bekend is dat kind in geval van probleemsituatie op school geneigd is weg te lopen, maak afspraken het kind extra in de gaten te houden en stel een vertrouwenspersoon aan, waar het kind in zo’n situatie naar toe kan. Hij/zij zorgt voor opvang. Curatief Indien een kind is weggelopen, dan dienen de als volgt te handelen: 1. Ga niet zelf achter het kind aan. Meld de directie (of vervanger van) zo spoedig mogelijk om welk(e) kind(eren) het gaat. 2. Blijf bij je eigen groep of draag toezicht over aan een beschikbare collega. Ofwel: laat nooit je groep alleen. 3. De directie (of vervanger van) brengt ouders/verzorgers op de hoogte. 4. De directie (of vervanger van) overlegt met de ouders of de politie moet worden geïnformeerd. 5. Na overleg met de directie (of vervanger van) wordt bepaald wie er eventueel achter de wegloper(s) aan gaat. Afhankelijk van de situatie bepaalt de directeur van de school of buiten de ouders ook andere instanties in kennis moeten worden gesteld: politie, buurtregisseur of in absolute riscogevallen 112. Als kind terug is : 6 Na overleg met de directie (of vervanger van) en ouders/verzorger neemtleerkracht beslissing over eventuele vervolgmaatregelen. 7 Leerkracht maakt een verslag voor het digitale leerling dossier ParnasSys. Tevens wordt een melding gemaakt in het incidentenregister ( veiligheidsprotocol).

16

Ontruimingsplan Blijf kalm! Meld het alarm door:  Het inslaan van de dichtstbijzijnde brandalarm.  Bel 112. Voorkom bij brand uitbreiding door:  Indien mogelijk, zelf te blussen. Als de brand door elektriciteit is veroorzaakt: eerst stroom(schakelaar) uit!  Het blussen door BHV'er of andere capabel persoon te laten doen. Als blussen niet (meer) mogelijk is:  Zorgen dat er alarm geslagen wordt.  Met alle aanwezigen het lokaal uit en via de afgesproken nooduitgang het gebouw verlaten (zie vluchtroute per lokaal). Wanneer het brandalarm afgaat:  Je laat alle aanwezigen het lokaal verlaten volgens plan van de leerkracht. De leerkracht is verantwoordelijk voor de route om het schoolgebouw te verlaten.  Je controleert of iedereen het lokaal verlaten heeft.  Sluit ramen en deuren om de brand zoveel mogelijk te beperken!  Is je groep niet compleet, waarschuw een BHV'er en vertel wie er ontbreekt.  Je neemt je klassenmap mee.  Zorg bij rook- of hitteontwikkeling dat jij en degenen voor wie je verantwoordelijk bent (ook ouders!) zo laag mogelijk met het hoofd bij de grond blijven.  Jassen en tassen niet meenemen. Op de verzamelplek  De kinderen staan in een rij achter het hek in het Funenpark.  De eerste groep die buiten is, loopt door naar achter. Vervolgens sluiten de groepen daar op aan.  Je controleert of alle kinderen van je groep aanwezig zijn door het oplezen of noemen van de namen.  Zodra je compleet op de plek staat, steek je je hand omhoog.  Ontbreekt er iemand, dan wordt dit door de directeur of vervangend directeur aan de brandweer doorgegeven.  Je blijft met je groep op de verzamelplek, totdat de brandweer of de directeur het sein geeft dat je terug kunt keren. Het is van het grootste belang dat tijdens het alarm niemand de verzamelplek verlaat, voordat het sein veilig is gegeven! Let goed op dat evt. paniekerige ouders niet ongezien hun kind meenemen of dat kinderen zich van je groep afzonderen! Ontruimingscoördinator is de directeur of vervangend directeur. Bij afwezigheid van de

17

kerngroep is dit een van de BHV-ers. BHV-ers Karin Kroon Marjolijn Jean Petra Leontien

18

19