BASISBOEKHOUDEN VAN BEGIN- TOT EINDBALANS
Erik De Lembre Renate Caen Carine Coppens Carine Patfoort Sadi Podevijn
Tweede herziene editie
Antwerpen – Cambridge
Basisboekhouden. Van begin- tot eindbalans. Tweede herziene editie Erik De Lembre, Renate Caen, Carine Coppens, Carine Patfoort en Sadi Podevijn
© 2013 Intersentia Antwerpen – Cambridge www.intersentia.be
ISBN 978-94-000-0369-9 D/2013/7849/37 NUR 163
Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van de uitgever.
Woord vooraf
Het boek Basisboekhouden is bedoeld voor iedereen die de dagelijkse verwerking van verschillende ondernemingsgebeurtenissen in de dubbele boekhouding wil begrijpen en zelf kunnen uitvoeren. Zoals de subtitel aangeeft, legt het boek op een duidelijke en gestructureerde manier uit wat er tussen begin- en eindbalans gebeurt en hoe de jaarrekening op het einde van het boekjaar vorm krijgt. Tot de dagelijkse verrichtingen behoren de aan- en verkopen, de financiële verrichtingen, de verrichtingen inzake personeel, de investeringen in materiële vaste activa en de financiering van de onderneming. Aan de hand van praktische voorbeelden en duidelijke schema’s wordt de boekhoudpraktijk ervan uiteengezet. Tevens wordt aandacht besteed aan de basisprincipes van de btw en de verwerking ervan in de boekhouding. Om tot de balans en de resultatenrekening op het einde van het jaar te komen, moeten ook een aantal inventarisverrichtingen gebeuren. Het boek behandelt de inventarisverrichtingen inzake aanen verkopen, liquide middelen, de overlopende rekeningen, de controle op de waardering van vorderingen en schulden en de vaste activa. De resultaatbestemmingsverrichtingen en de boekingen betreffende de vennootschapsbelasting vormen het sluitstuk, waarna de jaarrekening wordt opgemaakt. Het boek Basisboekhouden vereist geen voorkennis op het vlak van boekhouden of jaarrekening. Het boek vertrekt van enkele erg eenvoudige principes over de werking van de balans en de resultatenrekening, om pas op het einde te komen tot het volledige officiële schema. Een uitgewerkt voorbeeld van de onderneming Sports loopt als een rode draad door het boek. Bij elk hoofdstuk wordt het voorbeeld verder aangevuld met nieuwe verrichtingen en worden een proef- en saldibalans en een voorlopige jaarrekening opgebouwd. Nadat in hoofdstuk 5 alle verrichtingen in de boekhouding van de onderneming Sports werden verwerkt, wordt het resultaat berekend en verdeeld, en wordt de definitieve jaarrekening opgemaakt. Achteraan in dit boek worden een rekeningenstelsel, een blanco journaalblad en een balans en een resultatenrekening volgens het volledige schema van de Balanscentrale opgenomen. Via www.intersentia.be kunt u het rekeningstelsel ook nog apart downloaden. Ga daarvoor naar de detailpagina van het boek Basisboekhouden, waar u onder het tabblad aanvullende informatie het rekeningstelsel zult vinden.
Intersentia
v
Woord vooraf
Bij het boek zijn elektronische oefeningen samen met de oplossingen apart verkrijgbaar. Een selectie van deze oefeningen is opgenomen achteraan in het boek. Docenten die het boek als verplicht studiemateriaal voorschrijven, kunnen gratis toegang krijgen tot de elektronische oefeningen. Raadpleeg hiervoor de website www.intersentia.be. Met deze praktische aanpak willen de auteurs een boek op de markt brengen dat goed afgestemd is op de eisen en wensen van de professionele bacheloropleidingen waar boekhouden in het programma is opgenomen. Voor die opleidingen of afstudeerrichtingen waar een grondige kennis van dubbel boekhouden noodzakelijk is, vormt dit boek een ideale basis. Als de studenten de basisprincipes door en door beheersen, kan in de opleiding voortgegaan worden met een grondige studie van de jaarrekening aan de hand van de uitgaven in de reeks Handboek Boekhouden. Door de didactisch goed overwogen opbouw leent het boek Basisboekhouden zich ook uitstekend tot zelfstudie. Erik De Lembre Renate Caen Carine Coppens Carine Patfoort Sadi Podevijn
vi
Intersentia
Over de auteurs
Em. prof. dr. Erik De Lembre is emeritus hoogleraar aan de Faculteit Economie en Bedrijfskunde, vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering; hij startte in 1977 de publicatie van het Handboek Boekhouden. Hij is erebedrijfsrevisor, ererevisor erkend door de Commissie van Bank-, Financie- en Assurantiewezen en erevoorzitter van Ernst & Young België. Als voorzitter van het Hoger Instituut voor Accountancy en Fiscaliteit (instituut voor permanente vorming binnen de associatie Universiteit Gent) gaat zijn bijzondere interesse nog steeds uit naar het vakgebied jaarrekeningen. Renate Caen is vakgroepvoorzitter Logistiek Management en trajectbeheerder voor de afstudeerrichtingen Accountancy-Fiscaliteit en Logistiek Management aan de Arteveldehogeschool in Gent. Zij doceert aan de professionele bachelors Bedrijfsmanagement, de opleidingsonderdelen Computerboekhouden en Btw-, douane- en accijnswetgeving. Carine Coppens is vakgroepvoorzitter Financieel Management aan de Hogeschool Gent, faculteit Bedrijf en Organisatie. Zij doceert in de professionele bachelor Bedrijfsmanagement o.a. de opleidingsonderdelen Financiële analyse, Consolidatie en Personenbelasting en doet aan onderzoek binnen het domein van accountancy en fiscaliteit. Carine Patfoort is lector aan de Arteveldehogeschool in Gent, opleiding Bedrijfsmanagement en Officemanagement. Zij doceert aan deze professionele bachelors o.a. de volgende opleidingsonderdelen: Algemeen, Vennootschaps- en Analytisch Boekhouden en Administratieve Organisatie. Zij is tevens auteur van Administratieve Organisatie toegepast, uitgegeven door Intersentia. Sadi Podevijn is secretaris-generaal bij de Commissie voor Boekhoudkundige Normen. Zij is tevens lid van de stuurgroep van het Hoger Instituut voor Accountancy en Fiscaliteit (instituut voor permanente vorming binnen de associatie Universiteit Gent).
Intersentia
vii
Inhoud
WOORD VOORAF ..................................................................................................................
v
OVER DE AUTEURS ...............................................................................................................
vii
HOOFDSTUK 1 BASISBEGINSELEN VAN HET DUBBEL BOEKHOUDEN
Intersentia
1
INLEIDING ......................................................................................................................
2
2 2.1 2.2 2.3
DE BALANS...................................................................................................................... Ondernemingsmiddelen of activa .................................................................................. Ondernemingsbronnen of passiva ................................................................................. Balansevenwicht................................................................................................................
3 4 4 5
3
DE RESULTATENREKENING EN DE RESULTAATBESTEMMING...................
6
4
DE TOELICHTING EN DE BIJLAGEN BIJ DE JAARREKENING .......................
8
5 5.1 5.2 5.3 5.3.1 5.3.2 5.3.3 5.3.4
BASISELEMENTEN VAN HET REGISTRATIEPROCES ........................................ Algemene principes .......................................................................................................... Illustratie van de werking van balans en resultatenrekening ...................................... De grootboekmethode ..................................................................................................... De grootboekrekeningen ................................................................................................. Het journaal ....................................................................................................................... Proef- en saldibalans en resultaatbepaling .................................................................... Samenvatting .....................................................................................................................
8 8 9 20 20 26 30 34
ix
Inhoud
HOOFDSTUK 2 REGISTRATIE VAN DE AAN- EN VERKOOPCYCLUS 1 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8
DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE ....................................... Begrip belastingplichtige en basisprincipes .................................................................. De belastbare activiteiten ................................................................................................. De levering van goederen ................................................................................................ Het verrichten van diensten ............................................................................................ De invoer ........................................................................................................................... De intracommunautaire verwerving van goederen ..................................................... De vrijstellingen van btw ................................................................................................. De maatstaf van heffing ................................................................................................... De btw-tarieven ................................................................................................................ De aftrek van de btw (of aftrek van voorbelasting) ...................................................... De indiening van btw-aangiften en de betaling van de belasting .............................. Facturering medecontractant ..........................................................................................
36 36 37 37 37 37 37 38 38 39 39 40 40
2
BOEKINGEN IN VERBAND MET AANKOPEN VAN GOEDEREN EN DIENSTEN........................................................................................................................ Inleiding ............................................................................................................................. Administratieve organisatie van de aankopen .............................................................. In grotere ondernemingen............................................................................................... In kleinere ondernemingen ............................................................................................. De boekhoudkundige verwerking van de aankopen ................................................... Inleiding ............................................................................................................................. De onderneming als tussenpersoon.................................................................................. Opname van de aankopen in het aankoopboek.............................................................. Individuele leverancierskaarten ....................................................................................... Boekhoudkundige analyse van de aankopen ................................................................ Inkomende factuur ............................................................................................................ Inkomende creditnota ....................................................................................................... Bijzondere gevallen ............................................................................................................ Berekening factuurbedrag ................................................................................................. Afloop van de aankoopverrichting: betaling van de aankoopfactuur ....................... Betalingen via overschrijving............................................................................................ Betalingen via kas .............................................................................................................. Te betalen wisselbrieven .................................................................................................... Betalingen langs een andere weg ...................................................................................... Bijzondere gevallen........................................................................................................... Aankopen gefactureerd in vreemde valuta ...................................................................... Aankopen van diensten en diverse goederen ...................................................................
41 41 43 43 44 45 45 45 45 46 49 49 52 54 66 66 67 69 71 72 72 72 76
BOEKINGEN IN VERBAND MET VERKOPEN VAN GOEDEREN EN DIENSTEN........................................................................................................................ Inleiding .............................................................................................................................
80 80
2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.3.1 2.3.1.1 2.3.1.2 2.3.1.3 2.3.2 2.3.2.1 2.3.2.2 2.3.2.3 2.3.2.4 2.3.3 2.3.3.1 2.3.3.2 2.3.3.3 2.3.3.4 2.3.4 2.3.4.1 2.3.4.2 3 3.1
x
Intersentia
Inhoud
3.2 3.2.1 3.2.2 3.3 3.3.1 3.3.1.1 3.3.1.2 3.3.1.3 3.3.2 3.3.2.1 3.3.2.2 3.3.2.3 3.3.2.4 3.3.3 3.3.3.1 3.3.3.2 3.3.3.3 3.3.4 3.3.4.1 3.3.4.2
Administratieve organisatie van de verkopen............................................................... In grotere ondernemingen............................................................................................... In kleine ondernemingen ................................................................................................ De boekhoudkundige verwerking van de verkopen .................................................... Inleiding ............................................................................................................................. Verkopen waarbij een factuur wordt uitgereikt aan de klant ........................................ Verkopen waarbij geen factuur wordt uitgereikt aan de klant ...................................... Onderverdeling van de opbrengstenrekening .................................................................. Boekhoudkundige analyse............................................................................................... Uitgaande factuur .............................................................................................................. Uitgaande creditnota ......................................................................................................... Bijzondere gevallen ............................................................................................................ Berekening factuurbedrag ................................................................................................. Afloop van de verkoopverrichting: ontvangst bedrag verkoopfactuur ..................... Ontvangsten via overschrijvingen .................................................................................... Ontvangsten in kas ............................................................................................................ Te innen wisselbrieven....................................................................................................... Bijzondere gevallen........................................................................................................... Verkopen gefactureerd in vreemde valuta ....................................................................... Andere bedrijfsopbrengsten ..............................................................................................
81 81 81 81 81 81 83 83 84 84 86 88 97 97 98 99 100 102 102 105
4 4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.2 4.3 4.3.1 4.3.2
BOEKINGEN IN VERBAND MET FINANCIËLE VERRICHTINGEN ............... Overdrachten van contanten – Afhalen van contanten ............................................... Overdracht van kas naar bank ........................................................................................ Overdracht van bank naar kas ........................................................................................ Verrichtingen tussen financiële instellingen onderling ............................................... Betaalkaarten (Bancontact, Mister Cash, …) ............................................................... Kredietkaarten (Mastercard, Diners, American Express, Visa, …) ........................... Bij de kaarthouder ............................................................................................................ Bij de begunstigde .............................................................................................................
106 106 106 107 108 109 110 110 111
5
UITGEWERKT VOORBEELD: DE ONDERNEMING SPORTS ........................... 113
HOOFDSTUK 3 REGISTRATIE VAN DE ANDERE ELEMENTEN VAN DE ONDERNEMINGSCYCLUS 1 1.1 1.1.1 1.1.2 1.2 1.2.1 1.2.2 1.3 Intersentia
DE PERSONEELSCYCLUS ............................................................................................ Lonen en wedden.............................................................................................................. Algemene begrippen ........................................................................................................ Boekhoudkundige verwerking........................................................................................ Vakantiegeld ...................................................................................................................... Begrip ................................................................................................................................. Boekhoudkundige verwerking........................................................................................ Bestuurders, zaakvoerders en werkende vennoten ......................................................
124 124 124 125 127 127 128 132 xi
Inhoud
1.4 1.5 1.6 1.7
Eigenaar-handelaar ........................................................................................................... Beslaglegging ..................................................................................................................... Voorschotten ..................................................................................................................... Personeelsadministratie met een erkend sociaal secretariaat .....................................
133 134 135 137
2 2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.4 2.4.1 2.4.2
INVESTERINGEN IN MATERIËLE VASTE ACTIVA ............................................. Begrip ................................................................................................................................. Verwerving ........................................................................................................................ Afschrijvingen en waardeverminderingen .................................................................... Afschrijvingen ................................................................................................................... Waardeverminderingen ................................................................................................... Realisatie van vaste activa ................................................................................................ Realisatie met verlies ........................................................................................................ Realisatie met winst ..........................................................................................................
142 142 142 143 143 147 148 148 149
3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.2 3.3 3.3.1
FINANCIERINGSSTROMEN ....................................................................................... Eigen vermogen ................................................................................................................ Eigen vermogen door storting in contanten ................................................................. Eigen vermogen door inbreng in natura ....................................................................... Schulden op meer dan één jaar ....................................................................................... Schulden op ten hoogste één jaar ................................................................................... Voorschotten in R/C of kaskrediet .................................................................................
151 151 151 152 153 160 160
4 4.1 4.2
DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE ....................................... 163 Btw-verwerking in de dubbele boekhouding................................................................ 163 Verrekening met de btw-administratie via de btw-aangifte........................................ 170
5 5.1 5.2
UITGEWERKT VOORBEELD: DE ONDERNEMING SPORTS ........................... 176 Personeelsverrichtingen ................................................................................................... 177 Investeringen en financiering.......................................................................................... 181
HOOFDSTUK 4 AFSLUITVERRICHTINGEN (INVENTARIS) – RESULTAATBEPALING – OPSTELLEN VAN DE JAARREKENING 1
INLEIDING ...................................................................................................................... 198
2 2.1 2.1.1
SPECIFIEKE INVENTARISVERRICHTINGEN ....................................................... Inventarisverrichtingen m.b.t. aankopen en verkopen ................................................ Ontvangen goederen of diensten waarvoor de onderneming nog geen factuur heeft ontvangen: ‘te ontvangen facturen’ ....................................................................... Nog te ontvangen creditnota’s ......................................................................................... Verkochte goederen waarvoor nog geen factuur is opgemaakt: ‘Te innen opbrengsten’....................................................................................................................... Nog op te maken creditnota’s ..........................................................................................
2.1.2 2.1.3 2.1.4
xii
200 200 200 202 203 205
Intersentia
Inhoud
2.2 2.2.1
Intersentia
Inventarisbewerkingen i.v.m. voorraden ....................................................................... Voorraadwijzigingen handelsgoederen (idem grondstoffen, hulpstoffen, onderaannemingen) ......................................................................................................... 2.2.2 Voorraadwijzigingen gereed product (idem goederen in bewerking, bestellingen in uitvoering)......................................................................................................... 2.2.3 Waardeverminderingen ................................................................................................... 2.3 Inventarisverrichtingen i.v.m. liquide middelen .......................................................... 2.3.1 Kasverschillen ................................................................................................................... 2.3.2 Negatief saldo bankrekening ........................................................................................... 2.4 Uitstel- en anticipatieposten: overlopende rekeningen ............................................... 2.4.1 Over te dragen kosten (rekening 49000) ....................................................................... 2.4.2 Over te dragen opbrengsten (rekening 49300) ............................................................. 2.4.3 Toe te rekenen kosten (rekening 49200) ........................................................................ 2.4.4 Verkregen opbrengsten (rekening 49100) ..................................................................... 2.4.5 Besluit overlopende rekeningen...................................................................................... 2.5 Controle op de waardering van vorderingen en schulden .......................................... 2.5.1 Omrekeningsverschillen bij vreemde valuta ................................................................. 2.5.2 Twijfelachtige vorderingen en waardeverminderingen ............................................... 2.5.2.1 Dubieuze vorderingen ....................................................................................................... 2.5.2.2 Afwikkeling......................................................................................................................... 2.5.3 Schulden............................................................................................................................. 2.6 Inventarisverrichtingen m.b.t. vaste activa.................................................................... 2.6.1 Afschrijvingen ................................................................................................................... 2.6.2 Waardeverminderingen ................................................................................................... 2.6.3 Voorzieningen voor herstellingen en onderhoud.........................................................
206
209 211 213 213 213 214 215 217 219 220 222 223 223 228 228 231 237 238 238 239 240
3 3.1 3.2 3.2.1 3.2.1.1 3.2.1.2 3.2.2 3.2.2.1 3.2.2.2 3.2.2.3 3.2.2.4 3.2.2.5 3.2.2.6 3.3
RESULTAATBEPALING EN -BESTEMMING .......................................................... De vennootschapsbelastingen ......................................................................................... De resultaatbestemming .................................................................................................. De rekeningengroep ‘14 Overgedragen winst (verlies)’ heeft geen beginsaldo........ Er is een verlies van het boekjaar ..................................................................................... Er is een winst van het boekjaar....................................................................................... De rekeningengroep ‘14 Overgedragen winst (verlies)’ heeft een beginsaldo.......... Er is een ‘overgedragen verlies’ groter dan de ‘winst van het boekjaar’......................... Er is een ‘overgedragen verlies’ en een ‘verlies van het boekjaar’ ................................... Er is een ‘overgedragen verlies’ kleiner dan de ‘winst van het boekjaar’ ....................... Er is een ‘overgedragen winst’ en ‘een winst van het boekjaar’ ...................................... Er is een ‘overgedragen winst’ groter dan het ‘verlies van het boekjaar’ ....................... Er is een ‘overgedragen winst’ kleiner dan ‘het verlies van het boekjaar’...................... Resultaatverwerking van alle uitgewerkte voorbeelden ..............................................
244 246 251 252 252 254 256 257 259 262 264 266 269 271
4
OPMAKEN VAN DE JAARREKENING ..................................................................... 272
5
UITGEWERKT VOORBEELD: DE ONDERNEMING SPORTS ........................... 273
206
xiii
Inhoud
HOOFDSTUK 5 HET WETTELIJK SCHEMA VAN DE BALANS EN DE RESULTATENREKENING 1
INLEIDING ...................................................................................................................... 298
2 2.1 2.1.1 2.1.1.1 2.1.1.2 2.1.1.3 2.1.1.4 2.1.2 2.1.2.1 2.1.2.2 2.1.2.3 2.1.2.4 2.1.2.5 2.1.2.6 2.2 2.2.1 2.2.1.1 2.2.1.2 2.2.1.3 2.2.1.4 2.2.1.5 2.2.1.6 2.2.1.7 2.2.2 2.2.2.1 2.2.2.2 2.2.2.3 2.2.2.4 2.2.3
DE BALANS...................................................................................................................... Bespreking van de activa.................................................................................................. Vaste activa ........................................................................................................................ Oprichtingskosten .............................................................................................................. Immateriële vaste activa ................................................................................................... Materiële vaste activa ........................................................................................................ Financiële vaste activa ...................................................................................................... Vlottende activa ................................................................................................................ Vorderingen op meer dan één jaar ................................................................................... Voorraden en bestellingen in uitvoering .......................................................................... Vorderingen op ten hoogste één jaar ................................................................................ Geldbeleggingen ................................................................................................................. Liquide middelen ............................................................................................................... Overlopende rekeningen.................................................................................................... Bespreking van de passiva ............................................................................................... Het eigen vermogen ......................................................................................................... Kapitaal .............................................................................................................................. Uitgiftepremies ................................................................................................................... Herwaarderingsmeerwaarden .......................................................................................... Reserves .............................................................................................................................. Overgedragen winst (verlies) (+)/(–) ............................................................................... Kapitaalsubsidies ............................................................................................................... Voorschot aan de vennoten op de verdeling van het nettoactief.................................... Het vreemd vermogen...................................................................................................... Voorzieningen en uitgestelde belastingen ........................................................................ Schulden op meer dan één jaar ........................................................................................ Schulden op ten hoogste één jaar ..................................................................................... Overlopende rekeningen.................................................................................................... Samenvatting .....................................................................................................................
298 300 300 300 300 300 301 301 301 301 302 302 302 302 302 302 302 302 303 303 303 303 303 304 304 304 305 305 305
3 3.1 3.1.1 3.1.2
DE RESULTATENREKENING ..................................................................................... Bedrijfsopbrengsten ......................................................................................................... Omzet ................................................................................................................................. Wijzigingen in voorraad goederen in bewerking en bestellingen in uitvoering (toename +, afname –) ..................................................................................................... Geproduceerde vaste activa ............................................................................................. Andere bedrijfsopbrengsten ............................................................................................ Bedrijfskosten.................................................................................................................... Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen ...................................................................... Diensten en diverse goederen .........................................................................................
306 308 308
3.1.3 3.1.4 3.2 3.2.1 3.2.2
xiv
308 308 308 308 308 308
Intersentia
Inhoud
3.2.3 3.2.4
3.2.6 3.2.7 3.2.8 3.3 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3 3.5 3.5.1 3.5.2 3.5.3 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 3.10.1 3.10.2 3.11 3.12 3.13 3.13.1 3.13.2
Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen ................................................................ Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, immateriële en materiële vaste activa........................................................................................................ Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in uitvoering en handelsvorderingen ............................................................................................................................. Voorzieningen voor risico’s en kosten............................................................................ Andere bedrijfskosten ...................................................................................................... Als herstructureringskosten geactiveerde bedrijfskosten............................................ Bedrijfswinst of bedrijfsverlies ........................................................................................ Financiële opbrengsten .................................................................................................... Opbrengsten uit financiële vaste activa ......................................................................... Opbrengsten uit vlottende activa.................................................................................... Andere financiële opbrengsten ....................................................................................... Financiële kosten .............................................................................................................. Kosten van schulden......................................................................................................... Waardeverminderingen op vlottende activa ................................................................. Andere financiële kosten ................................................................................................. Winst (verlies) uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belastingen ......................... Uitzonderlijke opbrengsten ............................................................................................. Uitzonderlijke kosten ....................................................................................................... Winst (verlies) van het boekjaar vóór belastingen ....................................................... Belastingen op het resultaat............................................................................................. Onttrekking aan/overboeking naar de uitgestelde belastingen .................................. Belastingen......................................................................................................................... Samenvatting ..................................................................................................................... De resultaatverwerking .................................................................................................... Verkorte schema’s van de balans en de resultatenrekening ......................................... Balans volgens het verkorte schema ............................................................................... Resultatenrekening en resultaatbestemming volgens het verkorte schema ..............
4
UITGEWERKT VOORBEELD: DE ONDERNEMING SPORTS ........................... 316
5
BIJLAGE: BTW-AANGIFTEFORMULIER ................................................................ 321
3.2.5
OEFENINGEN Oefeningen bij hoofdstuk 1. Basisbeginselen van het dubbel boekhouden ............................. Oefeningen bij hoofdstuk 2. Registratie van de aan- en verkoopcyclus ................................... Oefeningen bij hoofdstuk 3. Registratie van de andere elementen van de ondernemingscyclus ........................................................................................................................ Oefeningen bij hoofdstuk 4. Afsluitverrichtingen (inventaris) – Resultaatbepaling – Opstellen van de jaarrekening .....................................................................................................
309 309 309 309 309 309 310 310 310 310 310 310 310 310 310 311 311 311 311 312 312 312 312 313 313 314 315
325 329 333 337
BIJLAGEN Bijlage 1. Rekeningenstelsel ........................................................................................................... 345 Bijlage 2. Journaalblad .................................................................................................................... 361 Bijlage 3. Balans en resultatenrekening ........................................................................................ 363
Intersentia
xv