Alle Hens
Maandblad van de Koninklijke Marine juli/augustus 2009
De Zeeleeuw is los Futuristische mast
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 1
06-07-2009 13:01:42
Colofon: Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Hoofdredacteur: LTZSD 2OC KV V.J.G. Strijbosch Redacteurs: LTZSD 2 KV B. Wijnandts LTZ 2OC M. F. van der Maas
Alle Hens Cover Na een lange onderhoudsperiode was het eindelijk zover: Hr.Ms. Zeeleeuw verliet trots het Helderse zeegat. (Foto: Richard Frigge, AVDD)
4
Adreswijzigingen veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150
Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Het Nieuwe Diep 5 Het Paleis, kamer 213 MPC 10A / Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0223 657 620 / 657 660 DSN 209 57620 / 57660 E-mail:
[email protected] E-mail redactieraad:
[email protected] Internet: www.defensie.nl
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 2
10 Een nieuwe start
12 Voertuigendans
8
Hr.Ms. Rotterdam is een week lang door de Belgische krijgsmacht ingehuurd. Gedurende zeven dagen worden er volgens een strikt schema ongeveer vierhonderd voertuigen en duizend mensen aan boord geladen en gelost. Een uitdagende voertuigendans.
14 Spoorzoekertje Tijdens de ‘tracker course’ maken twaalf scherpschutters en verkenners van het Korps Mariniers kennis met oude en nieuwe spoorzoektechnieken. “Vaak moet je het doen met een steentje dat uit een rivierbedding is gewipt.”
12
24 Een helpende hand Tijdens een uitgebreide rampenbestrijdingsoefening op het oefenterrein Marnewaard, wordt de bemanning van Hr.Ms. Johan de Witt geconfronteerd met uitdagende calamiteiten. Zo goed als mogelijk bieden zij een helpende hand.
En verder:
Abonnementsprijs: ` 17,02 (buitenland ` 21,55 per jaar)
ISSN 0024-0389
Uitgerust met een ‘smile’, een ‘seastar’ en een ‘gatekeeper’, legde de C-ZSK de las van de mast van het eerste patrouilleschip van de marine, Hr.Ms. Holland. Deze futuristische mast is de eerste zonder ronddraaiende radar- en detectiesystemen.
Een jaar nadat bij KPLODOPS Jan Groen een hersentumor is ontdekt, staat hij in de commandocentrale van Hr.Ms. Zuiderkruis. “Ik kijk er naar uit om straks weer te gaan varen.”
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 10 augustus 2009.
Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding.
4 De Zeeleeuw gaat voor open zee
8 Geen gedraai
Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag
Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (S 0,10 per minuut) www.aboland.nl Opzegtermijn zes weken
Inhoud Na twee jaar komt er een einde aan een donker tijdvak voor de Onderzeedienst. Hr.Ms. Zeeleeuw komt uit onderhoud en met een kleine, maar kundige bemanning gaat zij weer naar zee. Dit keer niet voor een geheimzinnige missie, maar om op te leiden.
Aan dit nummer werkten verder mee: MAJMARNS C. Buter LTZA1 M.Reedijk LTZSD 2OC K.Gelijns LTZA 2OC M.Westendorp B. van Elk
Adreswijzigingen KM-personeel: Doorgeven aan Bureau Administratie of via DCHR Telnr.: 0800 225 57 33 DSN *06-733
Maandblad van de Koninklijke Marine
30 Sport 32 Logboek 39 Mensen & Mutaties
24
Gevoegd bij deze Alle Hens treft u de Militair-Historische Leeswijzer Caribisch gebied en Nederland van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie. Hierin zijn ruim zeventig recente boeken geselecteerd, onderverdeeld in zeven categorieën. Deze leeswijzer is bestemd voor militairen in de West, hun familieleden, overig defensiepersoneel, de eilandbevolking en alle anderen met belangstelling voor de (militaire) geschiedenis van de Nederlandse Antillen en Aruba.
06-07-2009 13:01:49
Eerbetoon Op 26 juni is de tweede Helderse Veteranendag gehouden en een dag later de vijfde Nederlandse Veteranendag. Beide dagen zijn bijzonder. Niet alleen zijn dit dagen voor herinnering, maar het zijn ook dagen waarop de rol die Nederland en onze krijgsmacht vandaag de dag innemen op internationaal gebied wordt onderstreept. Op 27 juni gaven we in heel Nederland uiting aan de verbondenheid die we voelen met onze veteranen, oud en jong. Dat het militaire beroep geen gewoon beroep is, weten we als militairen maar al te goed. Militairen worden vaak ver van huis en soms onder primitieve omstandigheden, ingezet in altijd min of meer risicovolle situaties. Die militairen doen dat ook nog eens ver buiten het dagelijks blikveld van de samenleving. Dat maakt waardering voor militairen en veteranen – u dus – en het thuisfront minder vanzelfsprekend. Misschien begrijpelijk, maar zeker niet terecht. Veteranendag is daarom een eerbetoon aan de tienduizenden militairen die sinds de Tweede Wereldoorlog zijn ingezet bij oorlogen, vredesmissies of hiermee vergelijkbare omstandigheden. Erkenning, waardering en zorg Een uitzending blijft het hele leven bij je. Voor velen als een herinnering aan een intensieve periode en een indrukwekkende ervaring. Sommigen krijgen echter ‘last’ van deze herinneringen. De Veteranendag is één van de manieren om een blijk van erkenning, waardering en zorg te geven. Die aandacht en erkenning is van groot belang om indrukwekkende ervaringen een goede plaats te geven. Een plaats met respect voor het moeilijke en veeleisende werk dat een militair veelal ver van huis heeft verricht in een verder of meer recent verleden. Respect ook voor het thuisfront dat op haar eigen wijze offers moet brengen en onze militairen door dik en dun steunt in hun werk voor vrede en veiligheid. De ontmoetingen en gesprekken met aanwezigen op beide dagen hebben mij gesterkt in de overtuiging dat dergelijke bijeenkomsten belangrijk zijn.Het delen van ervaringen tussen oude en jonge veteranen verbindt verleden, heden en toekomst, en sterkt daarmee ook onze collega’s (en hun thuisfront) die op dit moment wereldwijd hun leven inzetten voor vrede en veiligheid. Afgeschrikt Voor verschillende schepen en marinierseenheden geldt dat zij lang van huis zijn geweest of lang van huis zullen zijn. Ook deze collega’s – en hun thuisfront – verdienen onze erkenning en waardering. Hr.Ms. De Zeven Provinciën heeft op 28 juni haar deelname aan Operation Allied Protector beëindigd. Gedurende een periode van drie maanden heeft zij een belangrijke en gewaardeerde bijdrage geleverd aan de bestrijding van piraterij voor de kust van Somalië en in de Golf van Aden. Door actief optreden zijn piraten afgeschrikt, aanvallen afgeslagen of zijn hun activiteiten verstoord. Op 17 juli zal het schip volgens planning weer Den Helder binnenlopen en kan de bemanning met het thuisfront gaan genieten van een welverdiend verlof.
Afghanistan Een deel van de staf van Taskforce Uruzgan bestaande uit mariniers en vlootpersoneel is inmiddels begonnen aan hun missie in Afghanistan. Begin augustus volgt de versterkte marinierscompagnie. Zij zullen de komende maanden deelnemen aan ISAF en hun bijdrage leveren aan de veiligheid, stabiliteit en wederopbouw van Afghanistan. Een risicovolle missie maar de afgelopen periode hebben zij zich samen met hun CLAS-collega’s intensief voorbereid en zij zijn gereed en berekend voor hun taak. Recent is Hr. Ms. Makkum teruggekeerd in Den Helder na een intensieve periode met SNMCMG 1 in de Middellandse Zee. Ook Hr. Ms. Dolfijn is op 4 juli teruggekeerd van een langdurige deployment. Beide zijn ze zo’n vijf en halve maand op pad geweest. Verder is Hr.Ms. Amsterdam eind juni vertrokken voor haar West-term. En Hr.Ms. Evertsen, met aan boord COMNLMARFOR en zijn staf, vertrekt begin augustus voor Operatie Atalanta om daar leiding te geven aan antipiraterij operaties in EU-verband. Hiermee geeft de Koninklijke Marine concreet gestalte aan onze kernactiviteit, namelijk het met vloot en mariniers wereldwijd inzetten voor veiligheid op en vanuit zee. In ere hersteld Bij de oprichting van het CZSK in 2005 zijn de Onderzeedienst en Mijnendienst als zelfstandige organisatie-eenheden verdwenen en wordt er veelal gesproken over Groep Onderzeeboten en Groep Mijnenbestrijdingsvaartuigen. Terugkijkend kan worden geconstateerd dat traditionele en culturele argumenten daarmee geen recht wordt gedaan en dat de oude benamingen bijdragen aan het behouden van identiteit, saamhorigheid en traditie. Om die reden zijn de namen Onderzeedienst en Mijnendienst (en in het verlengde daarvan Groepsoudste Onderzeedienst en Groepsoudste Mijnendienst) middels een besluit in de 109e AR weer in ere hersteld. Het betreft hier overigens alleen de naamgeving; organisatorisch zal er niets veranderen. Ten slotte wens ik een ieder alvast een goed verlof toe en hoop daarna iedereen weer in goede gezondheid, vol goede moed en nieuwe energie te kunnen begroeten. N
De Commandant Zeestrijdkrachten R.L. Zuiderwijk, luitenant-generaal der mariniers
3
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 3
06-07-2009 13:01:53
De Zeeleeuw weer op zee
Na een lange onderhoudsperiode vaart Hr.Ms. Zeeleeuw de Helderse haven uit.
Na twee jaar met twee varende onderzeeboten, kwam er op 11 mei een einde aan een donker tijdvak voor de onderzeedienst. Een lange onderhoudsperiode en een ingenieus plan om met gereduceerde bemanning te varen, zorgden ervoor dat de derde onderzeeboot het zeegat bij Den Helder kon verlaten. Nog niet volledig operationeel inzetbaar, maar het komende jaar met een andere belangrijke missie: opleiden en zorgen voor continuïteit in het personeelsbestand van de groep onderzeeboten. Hr.Ms. Zeeleeuw vaart Tekst: Maartje van der Maas/Foto’s: KLTZ Jeroen van Zaalen, LTZ 1 Geordie Klein weer. “De sfeer aan boord is buitengewoon goed. Door de scepsis tegenover varen met een gereduceerde bemanning is er een chemie ontstaan die maakt dat de gehele bemanning vecht om de boot veilig naar en op zee te brengen. Er zijn van te voren heel duidelijke kaders gesteld aan varen op deze manier, waardoor iedereen ook goed weet wat hij kan verwachten. Juist hierdoor en dankzij de relatief grote ervaring die binnen het kleine team zit, heeft iedereen een goede tijd.” Dit mailde wachtsofficier luitenant-ter-zee 2OC Menno Mertens van onder water in de Oostzee. De boot voer daar als onderdeel van de adelborsten kruisreis Eager Archer ’09 en vulde daarmee haar nieuwe, maar tijdelijke hoofdtaak uit: toekomstige officieren van de wacht opleiden.
S
Tegen de kant Twee jaar met slechts twee operationele onderzeeboten en dat terwijl er van de vier boten eigenlijk drie continu moeten kunnen varen. Wat is de reden dat er al die tijd een onderzeeboot werkloos tegen de kant heeft gelegen? De groepsoudste onderzeedienst,
kapitein-ter-zee Peter de Harder: “Het onderhoud dat voor de boot gepland stond, liep uit en duurde ruim vier maanden langer dan verwacht. Er waren onverwachte herstelwerkzaamheden en er moesten nieuwe voorzieningen aangebracht worden. Een mooi voorbeeld hiervan zijn de reddingsvlotten die in de boot zijn geïnstalleerd. Hierdoor kan de bemanning in een noodgeval niet alleen in de overlevingspakken ontkomen, maar ook in een vlot. Daarbij kampt het Marinebedrijf, waar de boot in onderhoud was, met capaciteitsproblemen waardoor het onderhoud een uitloop kreeg.” Dit was echter niet de enige reden dat de derde onderzeeboot niet kon varen. De Harder vervolgt: “Het ontbrak ons aan personeel om de boot te kunnen bemannen. Pas dit jaar merken we, na intensieve samenwerking met de afdeling Personeelsvoorziening (PVKM), het Koninklijke Instituut voor de Marine (KIM) en de eerste maritieme militaire vorming (EMMV), dat de instroom begint aan te trekken. De afgelopen twee jaar moesten we het met tweeëneenhalf bemanningen doen en dat is niet genoeg voor drie boten.” 4
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 4
06-07-2009 13:01:56
Tijdens de adelborstenkruisreis gaat de Directed Continuation Training gewoon door.
“Er is een chemie ontstaan in de kleine bemanning”
In de haven van Oslo nam de Nederlandse onderzeeboot deel aan de viering van het honderdjarig bestaan van de Noorse onderzeedienst. 5
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 5
06-07-2009 13:02:05
Hr.Ms. Mercuur zorgt voor de veiligheid van de onderzeeboot tijdens haar trimduik.
De oplossing gevonden Ondanks dat de aanwas van het personeelsbestand van de Onderzeedienst slechts langzaam groeit, is het toch gelukt om Hr.Ms. Zeeleeuw naar zee te krijgen. De oplossing werd gevonden in varen met een gereduceerde bemanning, die in staat moet zijn om veilig met de boot onder en boven water te navigeren. Sommige mensen kregen er taken bij, voor anderen veranderde er niets. Terwijl de onderzeeboot in onderhoud lag, werd dit plan aan de tekentafel uitgewerkt. Toen de boot weer op haar plek aan steiger negentien kwam te liggen, begonnen de tests aan boord. “Tijdens het oefenen, werd het plan steeds een beetje bijgeschaafd”, vertelt De Harder. “Waar het vroeger bijvoorbeeld normaal was om een calamiteit voor de wachtsdivisie aan te vallen, neemt nu de andere divisie de bestrijding voor haar rekening. Zo kwamen we tot een personeelsreductie van twintig procent en konden we de boot vullen door mensen uit de walorganisatie vrij te maken.” Een spannende duikweek Zo vertrok de onderzeeboot voor een week naar het Skagerrak ten zuiden van Kristiansand in Noorwegen om de trimduik uit te voeren. Tijdens deze duik werd gekeken of de boot na onderhoud nog steeds wel volledig waterdicht is. Mertens legt uit: “Als een onderzeeboot in onderhoud is geweest, zijn er een hoop dingen uit elkaar gehaald, bij gelast of verwijderd. Afsluiters die water buiten moeten houden, zijn gedemonteerd en weer in elkaar
gezet. Om te kijken of dit allemaal goed is gegaan, is er een testprogramma opgesteld waarbij heel voorzichtig in kleine stapjes steeds dieper gedoken wordt, waarbij de druk oploopt.” Het is na het onderhoud moeilijk te zeggen wat de exacte waterverplaatsing van de boot is. De wachtsofficier vervolgt: “Omdat ze moet zweven onder water, is het belangrijk dat ze weer goed uitgetrimd wordt. Dat doen we door tijdens de duik water in en uit en van voor naar achter te pompen terwijl we steeds langzamer gaan varen. Zo krijgt ze haar optimale trim en weten we zeker dat ze niet zal gaan drijven of zinken.” Hr.Ms. Mercuur begeleidde de Zeeleeuw tijdens deze spannende duikweek. Ze zorgde ervoor dat scheepvaart in de buurt van de onderzeeboot werd ingelicht en uit het duikgebied werd geleid. Daarnaast hadden ze nog een belangrijke functie. “De trimduik was voor ons een kritieke beproeving”, vertelt Mertens. “De kans op ongevallen is groter dan normaal. De Mercuur bleef ter plaatse om ons te assisteren en een eventuele noodsituatie te coördineren.” Na de trimduik werd de gereduceerde bemanning onderworpen aan de Directed Continuation Training (DCT) onder toezicht van de opwerkstaf van SEATRAIN. Niet langer droogoefenen langs de steiger, maar ook onder water laten zien dat het concept van de gereduceerde bemanning werkte. De staf van SEATRAIN bevond de boot gereed om veilig te varen, waarop de beproevingen na onderhoud op open zee konden beginnen.
De Zeeleeuw vaart weer, daar moet op geproost worden!
Uitkijk houden op de brug tijdens de manoeuvreerrol. 6
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 6
06-07-2009 13:02:10
Kruisreis op een onderzeeboot Korporaal-adelborst voor de zeedienst Jelle van Netten deed veel moeite om de kruisreis aan boord van de Zeeleeuw door te mogen brengen. “Er is geen docent binnen de sectie navigatie op het KIM waar ik niet ben langs geweest om te vragen of ik met de onderzeeboot mee mocht.” Hij vertelt over zijn ervaringen: “Tijdens onze eerste wachten in het plot en op de brug werden we erg enthousiast en met aardig wat geduld ondersteund door de sergeanten operationele dienst operaties. Er ging voor ons ook echt een wereld open. In plaats van een verwarmde brug met allerlei gemakken zoals radar of Automatisch Identificatie Systeem (AIS), stonden we nu buiten in de regen en de kou te hoofdrekenen. Het visueel afstand schatten was ook compleet nieuw. Na een keer een visserboot op 18.000 yards geschat te hebben, terwijl het in werkelijkheid maar 6000 yards bij ons vandaan was, bleek dat ik op dat gebied nog wel wat bij te leren heb.” De adelborst beschrijft de passage van de Grote Belt bij Denemarken als hoogtepunt van de reis. “Dit was toch wel een vrij druk stuk vaarwater met niet veel ruimte om uit te wijken. Ook kwam de commandant met de verrassing dat we zonder GPS moesten varen en alleen maar visueel konden navigeren door de periscoop. Dat was wel spannend.”
Een alternatieve missie Een aantal weken na deze geslaagde testreis, voer de Zeeleeuw uit voor de adelborstenkruisreis Eager Archer ’09. Vijf weken varen op een heel andere manier dan dat een operationele onderzeebootbemanning gewend is met een totaal andere doelstelling. De commandant van Hr.Ms. Zeeleeuw, luitenant-ter-zee 1 Geordie Klein vertelt: “We voeren volgens een vaarprofiel van maximaal acht uur onder water per dag en ongeveer een week achter elkaar op zee. Dat was wel bijzonder, want soms blijven onderzeeboten wel zes weken onder water.” Mertens voegt hier aan toe: “De kruisreis bracht ons in een gebied waar Nederlandse onderzeeboten zelden komen vanwege de beperkte diepte. Dit was een mooie gelegenheid voor de bemanning om eens een andere kant van varen bij de marine te zien.” Havens als Oslo, Kiel, Aalborg en Stavanger werden aangedaan en dankzij het kleine bemanningsaantal kan de Zeeleeuw optimaal ingezet worden voor haar alternatieve missie. “We hebben de adelborsten een voorproefje gegeven van het leven aan boord van een onderzeeboot. Daarnaast biedt onze nieuwe bedrijfsvoering ook de gelegenheid om meerdere mensen mee te laten varen, zoals bijvoorbeeld uit de Eerste Vakopleiding Onderzeedienst of de Voortgezette Vakopleiding Technische Dienst.” De onderzeebootbemanning zelf zit ook niet stil. Tussen alle cursisten door gaan zij verder met hun opwerkprogramma.
Na het zomerverlof zal Hr.Ms. Zeeleeuw nogmaals uitvaren voor een opleidingsreis. De beproevingen na onderhoud voor het platform en de wapensystemen worden zo goed mogelijk uitgevoerd, zodat de boot in 2010 kan opwerken voor operationele inzetbaarheid. Omdat er meer continuïteit zit in het personeelsbestand van de onderzeedienst, kan de oude kringloop weer beginnen en zullen er steeds drie boten blijven varen. N
“Twee jaar moesten we het met tweeëneenhalf bemanningen doen”
De gehele bemanning aan dek (43 man plus 2 opstappers)
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 7
7
06-07-2009 13:02:16
Marinebedrijf start met de bouw van de mast
Een prestigieus project
In 2011 zal het eerste patrouilleschip uit een klasse van vier, toegevoegd worden aan de vloot.
Met het leggen van de eerste las, gaf de Commandant der Zeestrijdkrachten, luitenant-generaal der mariniers Rob Zuiderwijk, op 25 juni het startsein voor de bouw van de mast van de toekomstige Hr.Ms. Holland. Nadat op 8 december op ceremoniële wijze de kiellegging van het eerste patrouilleschip van de Koninklijke Marine was gevierd, was dit de tweede mijlpaal op weg naar de nieuwe Ocean Going Patrol Vessel-schepen van de Koninklijke Marine. De C-ZSK laste volgens een eeuwenoud ritueel een dukaat van het gewest Holland in de mast. Dit dukaat moet de Holland en haar opvolgers geluk brengen in de Tekst: Maartje van der Maas, Vanessa Strijbosch toekomst.
8
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 8
06-07-2009 13:02:18
Foto: Albert Vermeulen
C-ZSK LTGENMARNS Zuiderwijk laste volgens een eeuwenoud ritueel een dukaat van het gewest Holland in de mast dat het schip geluk moet brengen.
In 2011 zal het eerste patrouilleschip uit een klasse van vier, toegevoegd worden aan de vloot. Het schip wordt uitgerust met een uniek concept: een geïntegreerde mast module. In deze elf meter hoge mast zijn geen ronddraaiende radar- en detectiesystemen meer aanwezig. Onderin bevindt zich de ‘Smile’, ’s werelds eerste niet-roterende rondzoekradar voor de lange afstand. Het middenstuk biedt plaats aan de ‘Seastar’, die een iets kleiner bereik heeft en met zijn resolutie zelfs in de golven kan kijken. Bovenop zit het ‘Gatekeeper’-systeem, dat algoritmes loslaat op camera- en infraroodbeelden om de directe omgeving van het schip in de gaten te houden. Een groot voordeel van een geïntegreerde mast is het eenvoudige onderhoud. Dit prestigieuze en futuristische project wordt bij het Marinebedrijf in Den Helder gebouwd in samenwerking met Thales, de industrie, Damen Shipyards.
“Het Marinebedrijf heeft vakwerk afgeleverd met de testmodules van de mast”
Indruk maken De directeur van het Marinebedrijf, commandeur Arie Jan de Waard, benadrukte in zijn speech deze goede samenwerking, door een stuk uit een mail van Thales voor te lezen. “Het Marinebedrijf heeft vakwerk afgeleverd met de testmodules van deze mast. Dit heeft bij Thales Nederland veel indruk gemaakt en ik wil jullie daar van harte mee complimenteren.” Technisch ingewikkeld Complex, technisch ingewikkeld en ingenieus. De directeur van het Marinebedrijf draaide er niet omheen: “Dit is voor ons een zeer uitdagend project.” Hij blikte in zijn toespraak terug op de afgelopen periode. Al in oktober 2007 is gestart met de bouw van een Integrated Combined Antenna System, dat vijf graden gedraaid moest kunnen worden voor metingen. Een paar maanden later stond de module inclusief beweegbare onderzijde al bij de collimatietoren om daar getest te worden. Er waren ook technisch ingewikkelde ‘hickups’. Zo noemde De Waard de kaders van de mast die uiterst strak qua gewicht en indeling zijn. “Het te gebruiken staal varieert van twee tot vier millimeter. Dat vergt speciale las- en constructietechnieken. De constructie moet zodanig zijn dat de kasten en bekabeling erin kunnen. Ook moet de constructie voldoende stevig zijn om de systemen te dragen en het moet geconserveerd kunnen worden en onderhoudbaar zijn.” De directeur deed er nog een schepje bovenop door een paar opmerkelijke feiten te noemen: alleen het equipement deck bestaat al uit 1.500 losse onderdelen die in de werkplaats gemaakt worden en samengesteld moeten worden tot een geheel. De totale mast zal bestaan uit ongeveer vijfduizend onderdelen.” De mast zal in het voorjaar van 2011 aan boord worden geplaatst. Na aflevering van de eerste mast begint het Marinebedrijf met de productie van de overige drie masten. In totaal krijgt het CZSK er vier patrouilleschepen bij, waarvan de eerste in 2013 operationeel gereed zal zijn. N
9
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 9
06-07-2009 13:02:22
Korporaal Jan Harm Groen herstelde van een hersentumor
‘Over een jaar weer aan het werk’ Hij had net twee maanden een vriendin en enorm veel zin om vanaf Kreta naar huis te vliegen. In plaats van een commerciële vlucht met een warm onthaal op Schiphol, werd korporaal ODOPS Jan Harm Groen afgevoerd met een ambulancevlucht om hem naar het UMC te brengen. Zijn leven leek voorbij nadat bij hem een hersentumor werd gevonden, maar een jaar later is hij weer volledig aan de bak. Tekst en foto’s: Barry Wijnandts “Ik heb ontzettend veel geluk gehad”, zegt Groen, maar de boodschap dat kanker niet het einde van je leven hoeft te zijn, wil hij ook vertellen. Een jaar geleden werd bij hem een hersentumor gevonden en dacht hij de dood in ogen te kijken. Het begon op Kreta vanwaar hij terug zou vliegen naar huis. “Ik zat voor twee maanden geplaatst aan boord van Hr.Ms. Amsterdam, die toen voor de kust van Libanon voer”, begint hij zijn verhaal. “Ik had net een nieuwe vriendin en ontzettend veel zin om naar huis te gaan toen ik werd getroffen door drie of vier epileptische aanvallen.” Het laatste dat hij zich daarvan kon herinneren, was dat hij raar ging praten. Met de arts ging hij direct naar het ziekenhuis op het eiland, waar hem al werd verteld dat de oorzaak waarschijnlijk een hersenbloeding of een tumor zou zijn. “Ik ging meteen door naar het UMC.” Dapper meisje Al heel snel kwam het hoge woord eruit. “Ik dacht aan iets ter grootte van een poffertje, maar het bleek een kleine sinaasappel te zijn”, zegt Groen. “Ik heb er nooit iets van gevoeld. Die epileptische aanval was daarom mijn redding.” Gelukkig bleek de tumor goed te verwijderen te zijn. “Het was nog mooi ingekapseld. Er zaten geen tentakels aan.” De tumor zat bij Groen in zijn rechterhersenhelft waar ook het gedeelte voor taal en spraak ligt.
Tijdens zijn operatie moest hij daarom wakker worden gemaakt, zodat hij kon aangeven of de chirurg geen essentiële delen raakte. Een bizarre gewaarwording, waarbij hij veel steun had aan een tv-uitzending, waarin bij een meisje dezelfde operatie werd gedocumenteerd. “Eerst wist ik niet zeker of ik dat wel voor mijn operatie moest zien, maar ik moest deze operatie toch meemaken. Het was zo’n dapper meisje, dat ik bij mezelf dacht: ‘Nou moet jij dat ook kunnen’.” “Ik ging de operatie positief in. Ik ga het halen of ik ga strijdend ten onder”, zegt Groen, bewust van de risico’s die aan zo’n ingreep kleven. Niet alleen de mogelijkheid dat de operatie fataal zou zijn, ook kon zijn persoonlijkheid of motoriek aangetast worden. Tijdens de acht uur durende operatie was Groen in totaal een half uur wakker. Hij moest in die tijd een serie afbeeldingen benoemen. “Ik weet nog dat ik vroeg of ze geen andere plaatjes hadden, want deze had ik nou al vaak genoeg gezien.” Wat klinkt als een traumatiserende ervaring – Groen werd continu bijgestaan door een psycholoog – viel voor de korporaal uiteindelijk mee. De tumor kon in zijn geheel worden verwijderd en zo drastisch als zijn leven aanvankelijk afgelopen leek, zo snel keerden de kansen naar goed herstel. 10
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 10
06-07-2009 13:02:29
Bergopwaarts Na de operatie kon de korporaal weer snel naar huis. Voor de zekerheid werd hij nog wel een periode bestraald. “Dat gaf mij weer het gevoel dat ik door kon gaan”, zegt hij. Van de bestraling werd hij vooral erg moe en de tijd dat hij met een kale plek op het hoofd liep, veroorzaakt door de behandeling, maakte hem ook wat onzeker. “Ik had weinig zin om boodschappen te gaan doen, ik werd nagekeken op straat. Zijn ziekte betekende ook nog eens het einde van zijn relatie. “We hadden net vier maanden, waarvan ik er twee gevaren had. Mijn vriendin gaf aan dat ze het mogelijk slechte vooruitzicht niet aan kon. Dat was heel eerlijk en oprecht.” Groen weet er echter een positieve draai aan te geven: “Vanaf toen kon het eigenlijk alleen maar bergopwaarts.” Voor hem was het wel prettig om na een bestraling alleen thuis te zijn om even rustig aan te doen, om even met niemand rekening te hoeven houden. Levenslang patiënt Al snel wilde hij weer aan het werk en via SMD werd hij geplaatst op het evenementenbureau in Amsterdam. Reizen viel hem erg zwaar en al snel werd Groen overgeplaatst naar de kazerne in Hilversum, waar hij op de fiets naartoe kon. “Toen ging het heel snel beter. Ik kon daar archiveren, documenten digitaliseren. Als ik niet zelf gescand werd, dan was ik aan het scannen”, lacht hij. Bij het Kenniscentrum & Training Geneeskundige Dienst kon Groen zijn ei goed kwijt. Voor hem was erover praten de aangewezen manier om zijn ziekte te verwerken en waar kan dat beter dan bij een geneeskundige afdeling. “Misschien praatte ik er wel teveel over, maar ik merkte wel dat het goed voor mezelf was.”
“Als ik niet zelf gescand werd, dan was ik aan het scannen” Het voornemen van Groen kwam uit. Met een jaar was hij weer volledig inzetbaar. “Als ik een jaar geen epileptische aanvallen meer kreeg, kon ik gewoon weer autorijden en zou ik ook weer kunnen varen.” Hij moest het idee accepteren dat hij voor de rest van zijn leven een patiënt zou blijven, maar zijn positieve instelling dicteert hem: “Er is maar één manier om erachter te komen wat ik nog kan en dat is door het te doen.” Met medische begeleiding aan boord van de schepen, ziet hij de toekomst rooskleurig tegemoet. “Voor controles kunnen ze ook in Curaçao wel een MRI-scan maken.” Veel steun Groen zegt de periode vooral goed te zijn doorgekomen door de enorme steun die hij heeft gehad van familie, vrienden en niet in de laatste plaats collega’s. “Ik begrijp dat mensen niet veel kunnen doen. Interesse tonen, een knuffel en verder is er maar één persoon die weet waar ik aan toe was, en dat was ik zelf.” Ondanks de beperkte mogelijkheden deed die steun vanuit de marine hem erg veel goed. Of dat nu de begeleiding van de SMD-officier was of de collega’s die heel blij waren hem weer op het werk te zien verschijnen. Er waren ook collega’s die dat contact moeilijker vonden. “Ik kan me goed voorstellen dat het lastig is. Dat zou ik zelf misschien ook vinden.” Groen heeft voorlopig rustig de tijd om zijn werk weer op te pakken op zijn nieuwe plaatsing Hr.Ms. Zuiderkruis. Naast dat zijn geheugen weer op gang moet komen is hij er ook een jaar uit geweest. “Ik kom hier dingen tegen in de centrale, waar ik echt even in moet duiken. We gaan straks opwerken, krijgen een nieuwe bemanning en dan zien we wel hoe het wachtlopen en de brandoefeningen gaan. Ik ben 32 geworden met deze tumor, dus 64 moet ik ook halen.” N 11
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 11
06-07-2009 13:02:33
Hr.Ms. Johan de Witt schiet te hulp Tijdens expeditionaire missies of operaties in de nationale sector, werken marine, land- en luchtmacht en marechaussee veel samen. De commandovoering en beeldvorming worden echter nog teveel bij de eigen krijgsmachtdelen gehouden. Dat moet anders op weg naar één Defensie. De oefening Purple Nectar ’09 vormt de eerste aanzet tot die gezamenlijke commandopost. Hr.Ms. Johan de Witt was een belangrijke speler in het scenario en kreeg een breed spectrum aan operaties voor haar kiezen met als toetje een rampenbestrijdingsoefening op het trainingsterrein Marnewaard. Tekst: Martijn Reedijk/Foto’s : Martijn Reedijk, Nick Raar
Een EEe en la en llandrover an ndr nd drrove d ovve o ver m met et m et ma mat materiaal atteri errriiaal aaal al ro rrolt olt lt ove o over veer d de e brug brug ru ug ug
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 12
12 12
06-07-2009 13:02:37
Het scenario In Lauwersoog is een innovatieve, energie-opwekkende module aangekomen. Hoewel de lokale bevolking sterk voorstander is van deze ontwikkelingen, stuit het gebruik van deze nieuwe energieomzetters bij anderen op een hoop tegenstand. De aankomst van de omzetters wordt ontvangen door een betoging van radicale groepen, die behoorlijk uit de hand loopt. Het dorp is daarbij zwaar getroffen en een aantal bewoners is zelfs dakloos. De infrastructuur in de omgeving is erg beschadigd en de gewonden kunnen niet verzorgd worden in het ingestorte ziekenhuis. Er zijn ook problemen met schoon water en elektriciteit. Bovendien moeten de bewoners geëvacueerd worden om hen te beschermen tegen de nog steeds aanwezige dreiging. Er vindt diplomatiek overleg plaats hoe dit zou moeten gebeuren. Een deel van de bevolking wil niet weg omdat zij bang is voor verdere plundering.
Alle hulpmaterialen worden uit de truck geladen.
Een grote brand verspert de toegang tot het dorp. Deze moet eerst worden geblust.
Het slachtoffer zit bekneld in de auto en moet eruit worden geknipt. Dit kan pas nadat een brand in de nabijheid is geblust.
KPLLDGD Christa de Bruin en MATR Boyd Prins verzorgen een slachtoffer in het gewondenopvangstation.
13
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 13
06-07-2009 13:02:52
Mariniers ontwikkelen gevoel voor detail tijdens tracker course
Instructeur Mike demonstreert een manier om sporen uit te wissen. De cursus stond onder auspiciën van het KennisCentrum Militair Optreden onder eXtreme omstandigheden (KC MOX) in Doorn.
Spoorzoeken bij de Mexicaanse grens Probeerden de Talibs door de vrij toegankelijke rivierbedding weg te komen of gingen zij heuveltje op het steile zijterrein in? Sergeant Roel speurt naar aanwijzingen, maar ziet geen voetstap, geknakte takjes of platgelopen gras. Tijdens de ‘tracker course’ maken twaalf ‘snipers’ en verkenners van het Korps Mariniers kennis met oude en nieuwe spoorzoekertechnieken. “Vaak moet je het doen met een steentje dat uit Tekst: André Twigt/Foto’s: Sjoerd Hilckmann (AVDD) zijn bedding is gewipt.” De Britse Royal Marine Commandos bezochten eerder de particuliere ‘Tactical Tracking Operations School’ in Fort Huachuca (Arizona), tien kilometer van de Mexicaanse grens. Met de hier opgedane kennis en ervaring arresteerden ze in Afghanistan verscheidene terroristen. Met zo’n insteek zijn ook de zeesoldaten van de 22e en 23e Infanteriecompagnie naar het zuiden van de Verenigde Staten gekomen. Om straks in Uruzgan bommenleggers te traceren, krijgen ze van ervaren instructeurs allerlei methodes en technieken aangereikt. Zo leren ze voetafdrukken ‘lezen’ en hoe de degradatie van een achteloos weggegooid stukje brood, een afgekloven klokhuis of ontlasting verloopt. De toestand daarvan geeft namelijk een goede indruk van de voorsprong van een wegvluchtende tegenstander. Maar niet alleen het jagen op een verdachte, ook het uitwissen van je eigen sporen, een vorm van ‘anti tracking’ hoort erbij. Dat kan door met een plumeau of een bos takken je voetafdrukken te verdoezelen en alle afval op de man te houden. Ook van steen naar steen springen of langs rails lopen, werkt goed. Sommige oplossingen nemen de cursisten minder serieus. Net als Tarzan van boom naar boom zwieren, bijvoorbeeld. Goede ideeën zijn er te over. Zo helpen overschoe-
nen met zolen van schapenbont wel degelijk de indruk van een voetstap te reduceren. Wat instructeur Mike ook iedere leerling meegeeft, is dat hij een oog voor detail moet ontwikkelen. “Ooit
14
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 14
06-07-2009 13:02:55
Helpen mag, voorzeggen niet. Instructeur Mike geeft sectiecommandant sergeant Roel een aanwijzing. nwijzing.
verloor een terrorist enkele rode draadjes van zijn sok, waardoor hij onvermoed een spoorzoeker naar zijn schuilplaats leidde.” De pruimtabak kauwende, klein van stuk zijnde, ex-sniper en Irak-veteraan weet waarover hij praat. Moeiteloos ziet hij aan voetstappen of een persoon zijn tempo versnelt of juist vertraagt. Deze theorie krijgen de cursisten in alle vroegte bijgebracht. Daarna gaan ze de heuvels rondom Fort Huachuca in. Dit gebied leent zich om spoorzoekertechnieken te beoefenen. Geen oog Bij aanvang van de veertien dagen durende cursus zijn die nog gericht op het aanleren van technieken in teamverband. Later krijgt het managen van een tracker operatie de aandacht. Sergeant
Moeiteloos ziet hij aan voetstappen of een persoon zijn tempo versnelt of juist vertraagt
Het classificeren van een afdruk volgens de profielkaart in volle actie.
S
Roel blijkt daarin een kei. Tijdens het opsporen van Talibs die zogenaamd een aantal raketten afvuurden op een politiepost, heeft de sectiecommandant de leiding. Eerst neemt hij uitgebreid de aangetroffen voetstappen en het gevonden wapentuig onder de loep. Om het risico op verontreiniging te vermijden, mogen pas daarna teams twee en drie naar voren komen. “Het gaat om drie verdachten. Twee vluchtten in noordwestelijke richting, de ander in zuidwestelijke.” Met zijn eigen team één stort Roel zich op een afdruk ‘maat 12’ met zwaar profiel van ongeveer twee uur oud. Vanaf het initiële contact duikt het zes man sterke team meteen het slecht begaanbare zijterrein in. De twee flankbeveiligers zoeken mee naar aanwijzingen. Bij het afspeuren van zo’n groot oppervlak kan dat niet anders. Rob ziet hierin wel een zwakte. “Je kunt alleen verantwoord optreden met hulp van onder meer een ‘Quick Reaction Force’ pal achter je. Dan nog is het oppassen geblazen. Bij het Een duidelijke ‘Charlie One’. 15
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 15
06-07-2009 13:03:02
Team 1 loopt even in een afwijkende zoekformatie.
“Bij het afzoeken van het landschap heb je absoluut geen oog voor de vijand” afzoeken van het landschap heb je absoluut geen oog voor de vijand.” De ‘tracker course’ vormt volgens Roel een extra toevoeging aan de in Uruzgan aanwezige counter IED-organisatie. “Binnen het ‘Regional Command South’ werken we daarmee nauw samen.” Vervuild De sectiecommandant brengt het geleerde goed in praktijk. Zodra hij het spoor kwijt is, laat hij zijn mannen aan weerszijden in een wijde cirkel zoeken. Meestal pik je dan wel weer een aanwijzing op. Marinier 1 Jan Willem heeft snel beet. Op een smal pad ziet hij een duidelijke ‘Charlie One’. Op de profiellijst komt de laars onder die code voor. De zoektocht gaat weer
verder. Maar een paar honderd meter verder lijkt de verdachte weer van de aardbodem verdwenen. Een ‘360’ biedt dit keer geen soelaas, maar hulp van boven wel. Met zijn adelaarsblik spot een rondcirkelend onbemand verkenningsvliegtuig op anderhalve kilometer afstand vijf verdachten, van wie drie met geweren zijn bewapend. Ook hebben ze een mortier bij zich. Eenmaal ter plekke verandert de zoekoperatie op slag in een observatiemissie. Korporaal Dewey neemt de eerste shift voor zijn rekening. Hij is best tevreden over het verloop van de oefening. Ondanks dat de paden en het grasland zijn vervuild met sporen van illegaal de grens overgekomen Zuid-Amerikanen kon team één de vijand een eind volgen. Instructeur Mike deelt die mening. Na afloop prijst hij Roels analyse. Die was niet alleen gebaseerd op de aangetroffen voetafdrukken, maar ook op de afvuurrichting van de projectielen. Verder was het radioverkeer volgens het boekje en leverde het afwisselen van de spoorzoeker geen problemen op. “Van de honderd punten geven we er jullie 98. Dat komt niet vaak voor. Mijn complimenten.” N
Veel tracker-operaties monden uit in een observatiemissie. 16
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 16
06-07-2009 13:03:06
Gedragscode in beeld
Integriteitschendingen beperken tot minimum De Centrale Vertrouwenspersoon, luitenant-ter-zee 1 Frank Spruit over integriteit en respect: “De werkgever is verplicht conform de ARBO-wet te zorgen voor een veilige werk- en leefomgeving. Dat is de regel. Hoe die wordt toegepast, is een verantwoordelijkheid voor ieder individu. Waarden en normen worden op velerlei wijzen geïnterpreteerd. Ieder heeft zo zijn of haar eigen grenzen. Het zijn de ongeschreven regels. Waar ligt voor jou eigenlijk de grens als het gaat om ongewenst gedrag? Wat ik integer vindt, hoeft voor de ander juist niet zo te zijn. Het is niet zwart of wit, maar vaak een grijs gebied. De organisatie streeft integriteit na, maar dit kan nog wel eens door individuen en kleine groepen op de proef worden gesteld. Dan heb je – naast de regels – een duidelijke, gezamenlijk geaccepteerde norm nodig. Mijn missie is om integriteitsschendingen tot een minimum te beperken. Iedere werknemer moet zich bewust zijn of zijn of haar handelen of nalaten integer is. Op deze manier kunnen we een veiliger en prettige werk- en leefomgeving creeëren. Dat betekent niemand uitgezonderd en met respect voor elkaar.”
Ik ben integer en behandel iedereen met respect. Ik accepteer geen ongewenst gedrag zoals discriminatie, (seksuele) intimidatie en pesten, niet ten aanzien van mijzelf of anderen. Ik houd mij aan de geldende wetten en regels en misbruik mijn macht of positie niet. 17
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 17
06-07-2009 13:03:09
Collegiale praatpaal Even je ei kwijt bij je buddy, je kamergenoot of je collega op kantoor. Het gebeurt regelmatig, al is het maar om even lekker te roddelen of de dag door te nemen. Van oudsher zijn de zorg voor elkaar en de saamhorigheid belangrijke peilers in de marineorganisatie. Deze informele zorg is nu geformaliseerd. Het Korps Mariniers gaat starten met het Collegiaal Korps Netwerk: laagdrempelige zorg voor elkaar in de vorm van een collegiaal ondersteunend gesprek en collegiale eerste opvang na een ingrijpend incident. Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: archief Met de inzet van de mariniers begin jaren negentig in Noord-Irak en Cambodja, groeide binnen de Koninklijke Marine steeds meer het besef dat dergelijke missies hoge eisen stelden aan het personeel en ingrijpende ervaringen opleverde. De operationele personeelszorg kreeg meer aandacht en werd uiteindelijk vastgelegd in het Zorgbeleid CZSK. In de loop der jaren is dit beleid verder geprofessionaliseerd en uitgebreid. Gesteld kan worden dat momenteel de zorg, voorafgaand, tijdens en na een missie goed geborgd is binnen het CZSK. Toch is een aanpassing ervan noodzakelijk, vindt kapitein-luitenant-ter-zee Anniek Reiff-Kranenburg, coördinator personeelszorg CZSK. “Actualisering van ons zorgmodel is van groot belang. Operationele omstandigheden veranderen en ook zijn er continu ontwikkelingen op het gebied van traumazorg. Zolang de mariniers nog bij elkaar geplaatst zijn, kunnen ze bij elkaar terecht als daar behoefte aan is. Maar tegenwoordig zijn ze veelal buiten hun eenheden geplaatst. Weten ze elkaar dan wel te vinden?” Een Collegiaal Korps Netwerk (CKN) kan de uitkomst bieden. Een bijzondere vorm van personeelszorg waarin collega’s een laagdrempelig aanspreekpunt zijn voor collega’s die behoefte hebben aan een collegiaal ondersteunend gesprek. Dat kan over missieervaringen gaan, maar ook over taakgebonden incidenten en ervaringen. In geval van calamiteiten, bijvoorbeeld gevechtsacties en ernstige ongevallen, kunnen de netwerkers collegiale opvang verzorgen en een risico-inschatting maken van wat deze gebeurtenis voor effect heeft gehad op de marinier. Als er aanleiding toe is zal de netwerker vervolgens adviseren om contact op te nemen met de professionele hulpverlening. Risico-inschatting Reiff-Kranenburg raakte geïnspireerd door het zorgmodel van de Engelse Royal Marines: Trauma Risico Management (TRiM). Een gestructureerde vorm van collegiale zorg waarmee psycho-sociale gevolgen van traumatische aard na ingrijpende incidenten vroegtijdig worden gesignaleerd. Het opmerkelijke is dat dit per definitie door een directe collega gebeurt. “Je moet het zo zien dat de
netwerker met behulp van het TRiM-model als thermometer, de temperatuur opneemt van een marinier die een calamiteit heeft meegemaakt.” Is er sprake geweest van een levensbedreigende situatie, had betrokkene voldoende grip op de situatie, heeft hij eerder een traumatische gebeurtenis meegemaakt? Leiden deze ervaringen tot stressreacties? Het gesprek vindt 72 uur na de gebeurtenis plaats. De gespreksleider werkt een vragenlijst af en kan aan de hand van scores beoordelen of het van belang is om een vervolggesprek aan te gaan na 28 dagen. Reiff-Kranenburg: “Over het algemeen zijn mensen, en zeker professionals, in staat om de ervaringen goed te verwerken. Weliswaar met ups en downs, maar dat hoort bij een normaal verwerkingsproces.” Als in het gesprek na 28 dagen blijkt dat er nog steeds sprake is van aanzienlijke gevolgen dan zal de netwerker de desbetreffende collega adviseren om contact op te nemen met de professionele zorgverlening. “Kortom, in een vroegtijdig stadium kan eventueel stagnerende verwerking worden gesignaleerd”, vat de coördinator personeelszorg samen. “En voor Post Traumatisch Sress Syndroom geldt: je kunt het niet voorkomen, maar vroegtijdige zorg kan erger voorkomen en leiden tot sneller herstel.” Het model bleek erg succesvol bij de Royal Marines en recentelijk paste de Britse marine het ook toe bij de vloot. De Koninklijke Marechaussee is de pionier in Nederland en voerde het TRiM model enkele jaren geleden in onder de noemer Collegiale Opvang Groep (COG). Beter bereikbaar en beschikbaar Naast de ontwikkeling in de traumazorg, zijn er nog andere zaken die ertoe bijdragen om het zorgbeleid aan te passen. De ervaringen uit de recente missies, met name bij het Korps Mariniers, zijn dermate intens dat de kans op bijvoorbeeld Post Traumatisch Stress Syndroom (PTSS) kan toenemen. Een speciaal Sociaal Medisch Team houdt de vinger aan de pols in uitzendgebieden, maar adequate zorg kan nog beter bereikbaar en beschikbaar zijn, stelt Reiff-Kranenburg. “De zorg na ingrijpende incidenten is in beginsel geregeld en geborgd, maar de kwaliteit ervan hangt nauw samen met de leidinggevende en de mate waarin professio-
18
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 18
06-07-2009 13:03:13
“Zolang de marinier binnen een eenheid geplaatst is, is hij daarmee verzekerd van een ‘vangnet’.”
nele zorgverlening is toegevoegd aan de betreffende missie. De formele nazorg vindt plaats in de eerste vier maanden na terugkeer, daarna zijn er geen verplichte zorgmomenten meer.” Vangnet Reiff-Kranenburg schetst de mogelijke valkuil van het huidige zorgbeleid: “Zolang de marinier binnen zijn eenheid blijft, is hij daarmee verzekerd van een ‘vangnet’. Dit ‘vangnet’ valt echter weg op het moment dat hij verplaatst wordt.” De teruggekeerde marinier is dan aangewezen op zichzelf. “De macho cultuur maakt het herkennen en erkennen van de eigen zorgbehoefte niet altijd even makkelijk”, aldus de zorgcoördinator. In de afgelopen decennia zijn er verschillende voorbeelden geweest van (ex-)militairen die in ernstige problemen raakten en waarbij een PTSS niet werd uitgesloten. Vakbondsleider Jan Kleian liet zich hier begin dit jaar negatief over uit. “Defensie moet hier meer werk van maken”, was zijn kritiek in een televisieprogramma. Hij noemde het schrikbarende hoge aantal van een op de vijf militairen die PTSS-klachten heeft. Cijfers die echter niet statistisch bewezen zijn. Defensie was ‘not amused’ met de kritiek van Kleian en vond dat hij een stigma rondom PTSS en Defensie opriep. Mede vanwege deze dramatische gevallen blijft het zorgbeleid de aandacht houden. Met de invoering van het Collegiaal Korps Netwerk bij het Korps Mariniers hoopt het CZSK een belangrijke stap te maken in het voorkomen van uitval van mariniers als gevolg van traumatische ervaringen.
Grondlegger van het TRiM-model, majoor b.d. UKMC Cameron March, kwam op 8 juni naar de Frank van Bijnenkazerne in Apeldoorn en gaf een presentatie over het bijzondere zorgmodel. De gepensioneerde marinier kwam af en toe zeer treffend uit de hoek. “Als je iemand ziet verdrinken, ga je niet aan de kade staan kijken en roepen dat hij moet zwemmen. Je gooit een reddingsboei uit en helpt hem aan de kant.” De commandant van het Korps Mariniers is enthousiast over het nieuwe zorgmodel: “Dit is wat het korps nodig heeft”, was zijn positieve reactie. De eerste netwerkers worden momenteel opgeleid. N Indien leden van het Korps mariniers door dit artikel geïnteresseerd raken in deelname aan het CKN kunnen ze contact opnemen met de Coördinator Personeelszorg of de trainers van het CKN: ELNTMARNS W.P. de Lange en SMJRMARNS J. de Kroon.
Een collegiaal gesprek is straks een fundamenteel onderdeel van het zorgbeleid.
“We kunnen ons afvragen of ons zorgmodel wel voldoende is”
19
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 19
06-07-2009 13:03:16
20
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 20
06-07-2009 13:03:25
Donderdagmorgen, 07.30 uur, de gevechtswacht komt op post. De laatste voorbereidingen worden getroffen voordat de oorlog begint. De seariders van de Flag Officer Sea Training (FOST) in Engeland zijn gesignaleerd. Hr.Ms. Tromp heeft het commando over een verband van zeven schepen. Dit verband moet het Engelse bevoorradingsschip RFA Orangeleaf tegen vijandelijke aanvallen beschermen. Onder Fast Incoming Attack Craft-dreiging vaart het schip de haven uit. De .50 en MAG-schutters staan op post, de spanning bouwt op. Er zijn inlichtingen binnengekomen dat de vijand aanvallen kan uitvoeren met kleine bootjes en met MIG21 gevechtsvliegtuigen bewapend met bommen. De situatie blijkt ernstiger dan gedacht: de oppervlakte- en onderzeebootdreiging is ook omhoog gegaan. Hr.Ms. Tromp krijgt het zwaar te verduren. De tijden dat de vliegtuigen boven het schip zullen vliegen, zijn nog maar net gebrieft of ze scheren al over. In
Wekelijkse
de commandocentrale worden peilingen geroepen
Oorlog
en Evolved Sea Sparrow raketten worden de eerste
en wordt er intens naar beeldschermen gestaard. Met inzet van de Goalkeeper, Standard Missile 2 aanvallen afgeslagen. Dan breekt er toch nog een MIG-21 vliegtuig door… “Dekken, dekken, dekken!”, klinkt het over de scheepsomroep vlak voordat het schip wordt getroffen. Diverse branden breken uit en scheuren worden ontdekt. De NBCD-organisatie reageert adequaat. De branden worden snel en kundig geblust en scheuren gestut. De hele dag weet het fregat alle aanvallen van zich af te slaan en levert de RFA Orangeleaf op zijn eindbestemming af. De bemanning heeft hard gewekt, maar tijd voor rust is er nog niet. Na de oefening briefen de seariders de puntjes van verbetering. Volgende week is het weer oorlog! Tekst: Marieke Westendorp/Foto’s: Ate Hiemstra, Stefan Vogelpoel, Andrew Rep
21
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 21
06-07-2009 13:03:31
Herinneringen aan het “Wat een details. Ik kan niets vinden dat ontbreekt.” Een Afghaans dorpje. Een tapijtenhandel, een pompoenenplantage, een biddende moslim in zijn quala [lemen hut, red.], een oranje klomp op een van de Landrovers. Het Korps Mariniers ontving op 4 juni een diorama ter ere van hun bijdrage aan de OperatioTekst en foto’s: Barry Wijnandts nal Mentor and Liaison Teams.
LKOLMARNS Briggen ontvangt het herinneringsboek OMLT van VLOP Van Bruggen.
“We zijn opgeleid voor vechten, niet voor het opleiden van Afghanen”, vertelt kapitein der mariniers Tim van Wijk over zijn ervaringen in Afghanistan. “Natuurlijk voelde je je bedreigd vanaf het moment dat je het kamp af ging, maar daar zijn we voor getraind. Die spanning was handelbaar.” Overbruggen van de enorme cultuurkloof tussen de Nederlandse mariniers en de Afghaanse militairen bleek een veel grotere uitdaging. “Je moest hun respect verdienen. Ze zochten voortdurend onze grenzen op”, zegt korporaal Mark van der Luit. “Alleen door een duidelijke lijn te trekken over de procedures en consequent te blijven, konden we hen erbij houden.” Beide geven toe dat ze in Afghanistan snel en goed hebben geleerd om met mensen om te gaan.
Voor het thuisfront is de situatie in die compleet andere wereld moeilijk te begrijpen. Dat vond ook Peter Kemper van de modelbouwvereniging Twenot. De verhalen van zijn zoon, die voor de landstrijdkrachten in een OMLT heeft gezeten, en de presentaties tijdens thuisfrontdagen inspireerden hem om een groep hobbyisten te verzamelen voor de bouw van een diorama. “De eendimensionale presentaties brengen Afghanistan minder goed tot leven dan zo’n diorama, zeker voor kinderen”, zegt hij. In drie maanden verrees op een oppervlak van een bij een halve meter een Afghaans landschap. Links een dorp, doorsneden door een rivier en rechts een lege ruige vlakte. “Als je vanaf linksvoor naar rechtsachter kijkt, dan heb je het beste perspectief”, legt hij uit. Door optische foefjes te gebruiken weet Kemper het perspectief te versterken, waardoor de indruk ontstaat van een groot gebied. Artilleriecodes “Meestal verbergen ze de wapens en lopen ze rustig weg”, is het commentaar op enkele wegvluchtende individuen in de achtergrond van eerste luitenant Jur Abma, die ook duidelijk onder de indruk is van het werk. Het geweldsaspect was niet de insteek van het diorama, maar om duidelijk te maken dat er een vijand was, moest Kemper de wegrennende mannetjes in de boomgaard zo weergeven, geeft de bouwer toe. Op de achtergrond, maar duidelijk te onderscheiden als vijand. Andere zaken zijn zeer natuurgetrouw weergegeven. De artilleriecodes op de quala’s, de bewapening van de voertuigen, de omtrekkende beweging rond een 22
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 22
06-07-2009 13:03:38
t OMLT
Op patrouille met de ANA. (Foto: archief AVDD)
tankwrak uit de Sovjetoorlog. “Dat ding trekt de aandacht, dus daar zal een militair niet in de buurt komen”, verklaart hij. Stammenstructuur De Nederlandse OMLT’ers coachten en begeleiden de Afghan National Army (ANA), zodat er een stabiele legermacht komt die de taken van de internationale Task Force Uruzgan op den duur kan overnemen. De vechtlust was er volgens de mariniers wel bij de Afghanen. Sergeant der mariniers Richard Harmelwaard: “De Afghanen hebben heel veel dingen meegemaakt en het is zeker niet de eerste keer dat ze gevochten hebben. Het was belangrijk om ze tactieken bij te brengen.” Leren patrouilleren, roadblocks bouwen en de conversie naar standaard NAVO kleinkaliber wapens. Dat proces was niet te vergelijken met de scholingsperiodes binnen de eigen gelederen. Taal, status en afkomst van de militairen maakten de begeleiding soms erg lastig. “De hiërarchie in het leger hangt samen met de status van de stammen”, ondervond Harmelwaard. Hoger opgeleide militairen die redelijk Engels verstonden hoefden dus niet per se in de hogere rangen gezocht te worden en andersom. Afghanen ontlenen ook status aan hun wapens, dus wilden ze liever vasthouden aan de zwaardere AK-47 dan het lichtere NAVO-kaliber overnemen. Maar leren wilden ze zeker: “Bij een IED-aanslag zag je heel snel dat de ANA exact reageert zoals we hen hebben geleerd. Daarna waren ze heel gemotiveerd om de daders te pakken.”
Gepokt en gemazeld De Afghanen hebben een bijzondere indruk gemaakt op de mariniers. “Ze zijn gepokt en gemazeld door eerdere oorlogen”, zegt Van Wijk. De OMLT’ers moesten de strijders eerder tegenhouden dan vooruitsturen in vuurgevechten. Alleen hun tactiek moest vooral worden aangescherpt. “Even kijken in een steegje voordat je er voorbijloopt. Niet voor de loop van je maat gaan staan als je iemand fouilleert”, noemt Harmelwaard. “Maar we leren ze ook dat ze contact moeten zoeken met de bevolking om hen een veiliger gevoel te geven.” Hij noemt het, net als de andere OMLT’ers, bijzonder dat je met een klein groepje (drie, vier man) toegevoegd bent aan een peloton van de ANA en verder zelfstandig opereert. “Ik voelde me bij hen veiliger dan in een eigen eenheid. Zij zien of iemand een Pakistani is of een Afghaan, wij niet.” Harmelwaard merkte dat een strijdend leven voor de Afghaan meer een roeping is dan een beroep. “Ze vonden het vreemd dat we tussentijds werden afgelost en dat we niet bleven tot het land vrij zal zijn.” Harmelwaard zag het land veranderen. “Ik merkte dat de mensen minder schuchter werden en dat de dorpen weer opleefden.” Hij zag dat aan de kinderen. “Eerst meden ze ons, nu blijven ze spelen als er een patrouille langskomt en dat maakt de mensen vrolijker.” Het nut van de OMLT is voor de sergeant wel bewezen. “Toen ik de tweede keer terugkwam was het welkom enorm. Ze waren zo blij dat we er weer waren en dat gaf mij het gevoel dat we zeker ergens goed voor zijn.” N
23
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 23
06-07-2009 13:03:44
Foto: SGTWDS Raymond Gielen
Quick Response in Zeebrugge
Een strikte stoelendans Op de kade in de haven van Antwerpen staat de transporteenheid van de Belgische Land Component Commander stipt op tijd klaar om Hr.Ms. Rotterdam te beladen. Het platform is voor een week ingehuurd als strategisch transportschip om Belgische eenheden, inclusief hun voertuigen te verplaatsen. Gedurende een week zullen er volgens een strak tijdschema ongeveer vierhonderd voertuigen en duizend mensen geladen en gelost worden. De oefening Quick Response is een strikt geregisseerde stoelendans. Tekstbewerking: Maartje van der Maas Op Tweede Pinksterdag vertrok Hr.Ms. Rotterdam naar Antwerpen om daar de eerste van drie beladingen aan boord te nemen: 137 voertuigen, 448 Embarked Military Forces (EMF) en een vijftien man sterke Belgische staf. Met dit vrachtje voer het schip naar Zeebrugge. Om meer uit de oefening te halen dan slechts een strategische verplaatsing, werd een beperkt maritiem en amfibisch oefenprogramma afgewerkt tijdens de transit naar de Belgische zeehaven. Het brugteam oefende met BNS Primula en Godetia en verzorgden diverse amfibische basislessen voor de
opstappers. Aangekomen bij Zeebrugge werd er contact gemaakt met de landingsvaartuigen die twee troepen Belgische mariniers aan de wal zetten om het bruggenhoofd te beveiligen. Nadat deze landingseenheid contact maakte met de Rotterdam en meldde dat de omliggende omgeving was veiliggesteld, kon het Landing Platform Dock (LPD) afmeren en ontladen.
De steile hellingshoek van het stalen strand vormde voor de meeste voertuigen geen probleem. (Foto: SGTWDS Raymond Gielen)
Als een LPD wordt ingezet voor strategisch transport kunnen ook het helikopterdek en de dokvloer worden vol gezet. (Foto: KPLODVB Niel Schenk)
Een lesje geleerd Na de eerste ontlading moest de Rotterdam meteen vertrekken
24
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 24
06-07-2009 13:03:52
om de twee volgende ladingen op te halen in Vlissingen. Een aanslag op het personeel van de Nautische Dienst, omdat tijdens aan- en afmeren de gehele dienst op post moest komen en aansluitend een van de twee divisies werd ingezet om het schip te beladen en te ontladen. Maar niet alleen de nauten hadden een uitdaging. Het aan- en afmeren van het schip bleek ook lastig door de hoogte van de reddingsvlotten en het grote getijdenverschil. Gelukkig hielp de aflandige wind een handje. Dit was zeker niet de enige les voor de bemanning van het LPD. De lift, waarmee grote legervoertuigen naar het helikopterdek worden verplaatst nadat ze via het voertuigendek zijn binnengekomen, bleek trager te werken dan verwacht. Daardoor duurde het ontladen langer dan gepland waardoor het moeilijk werd het strakke tijdschema aan te houden. Het beladen ging echter door de goede samenwerking tussen nautische dienst, Amfibische Beach Unit (ABU) en de Belgische ondersteunende eenheden veel sneller en daardoor werden alle geplande tijden relatief gemakkelijk gehaald. De tweede… en derde lading De tweede shift voertuigen en geëmbarkeerde militairen hadden pas net hun plek aan boord gevonden toen zij na een korte transittijd alweer van boord gezet werden in Zeebrugge. De Rotterdam keerde linea recta terug naar Vlissingen om de derde lading, bestaande uit 112 voertuigen en 218 militairen op te halen. De bemanning van het LPD werkte de hele nacht door, om vervolgens in de vroege ochtend in Zeebrugge te ontladen. De waardering voor dit harde werk werd echter niet onder stoelen of banken gestoken. Gedurende de oefening kreeg de Rotterdam bezoek van hoogwaardigheidsbekleders zoals de Belgische Chef Defensie Staf, de Provincie Commandant, de Land Component Commander en een geïnteresseerde Servische delegatie. Allen waren onder de indruk van de integratie, de onderlinge samenwerking en de capaciteiten van het amfibische transportschip. Dit werd een week na de oefening ook nog eens bevestigd door het bezoek van de Belgische minister van Defensie die via de commandant van de Rotterdam haar bemanning uitgebreid bedankte voor haar professionele inzet.
2400 militairen uit België, Luxemburg, Frankrijk en Nederland, het Very Shallow Water-team en een verkenningseenheid van het Commando Landstrijdkrachten deden mee aan de oefening. De laatste keer dat de Rotterdam op deze schaal mensen en voertuigen verplaatste, was tijdens de operatie Allied Harbour te Albanië in 1999. De bemanning slaakte een zucht van verlichting toen na een week Quick Response de laadklep voor de laatste maal dichtsloeg. N
Met dank aan MAJMARNS Clemens Buter
De grote lift van het voertuigendek bleek de ‘bottleneck’ voor het tijdschema Het personeel van de Tweede Bootcompagnie en de amfibische dienst verzorgden lessen tijdens de transits. (Foto: SMJRMARNVB Rob Nels)
Foto: KPLODVB Niel Schenk 25
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 25
06-07-2009 13:04:00
Samen met zijn collega’s korporaals der mariniers Rick Otten en Randy den Dulk vertrok marinier 1 Mark Goudzwaard in augustus 2008 naar Groot-Brittannië voor de mountain leader-opleiding. Tijdelijk bevorderd tot korporaal, had hij een grote uitdaging voor de boeg in een opleiding die te boek staat als een van de zwaarste bij het Korps Mariniers. Bijna een jaar later prijkt niet alleen de badge ‘Mountain Leader 2’ op zijn linkermouw, maar mag hij zich ook ‘best man’ van de opleiding noemen. Tekst: Maartje van der Maas/Foto’s: Ruud Mol (AVDD), Mark Goudzwaard
‘Best man’ van de ML Mark Goudzwaard is pas de derde Nederlandse naam die op de ‘best man-bokaal’ van de Britse cursus is bijgeschreven. Dat voor die naam de rang marinier 1 staat, maakt deze prestatie extra bijzonder. De opleiding staat in principe slechts open voor kaderleden, maar omdat Goudzwaard zich tijdens de pré-mountainleader-opleiding (pré-ML) erg goed profileerde, werd hij tijdelijk bevorderd en toegestaan naar Engeland te vertrekken. Een soort van respect “Uiteraard ben ik in Engeland niet meteen gaan rondbazuinen dat ik niet echt korporaal ben”, lacht Goudzwaard. “Dat hebben we mooi stil gehouden totdat die Engelsen genoeg vertrouwen in ons Nederlanders hadden.” De marinier heeft het niet als negatief ervaren dat hij geen korporaalsopleiding had gedaan voordat hij aan de opleiding begon. “Dankzij eerdere functies had ik aardig wat ervaring opgebouwd met leidinggeven in het veld. Tijdens de pré-ML heb ik mijn Engels kunnen bijschaven, leren lesgeven en technische kennis op niveau kunnen brengen. Hierdoor kwamen we alledrie behoorlijk op niveau in Groot-Brittannië aan.” Hij gaat verder: “Toen ik het ze uiteindelijk vertelde, hadden ze echt geen idee dat ik marinier 1 was, maar gelukkig oogstte het wel een soort van respect.” Mij kregen ze niet gek Zijn vermeende korporaalschap was niet het enige wat hem onderscheidde van de rest en er uiteindelijk voor zorgde dat hij ‘best man’ werd. In de toespraak bij de uitreiking van zijn oorkonde, klonken de woorden doorzettingsvermogen, professionaliteit en relativeringsvermogen. Zelf vertelt hij bescheiden: “Fysiek waren de drie Nederlanders zeker even sterk. Ik denk dat ik anders was dan de anderen omdat ik een bepaalde rust uitstraalde en stabiel bleef. We werden tijdens de opleiding zo hard aangepakt dat iedereen wel eens over de rooie ging en het niet meer trok met hardlopen of zijn geweer op de grond smeet. Ik heb dat
soort momenten niet gehad. Of we nou gingen hardlopen, met stretchers sjouwen of klimmen, ik presteerde altijd op hetzelfde niveau. Mij kregen ze niet gek.” Uiteraard is Goudzwaard trots op zijn titel. “Wat ik echt gaaf vind, is dat de verkiezing voor best man niet alleen door het opleidingskader, maar ook door de cursisten gebeurt!” Het is nog niet helemaal duidelijk of de marinier alsnog de gehele korporaalsopleiding moet doen voordat hij bij het Kenniscentrum Mountain and Arctic Warfare in Doorn terecht kan, maar voor de mountain leader-gemeenschap is het zeker dat ze er een goede aanwinst bij hebben. N
ML 3-opleiding In de laatste week van augustus, start de nieuwe ML 3-opleiding, die vanuit het Kenniscentrum Militair Optreden onder eXtreme (KMOX) omstandigheden in Nederland, België, Engeland en Zweden wordt gegeven. De ML 3 is een specialist in het optreden onder bergachtige en arctische omstandigheden. Hij is instructeur bij werkzaamheden op pelotonsniveau. Per peloton zal een ML 3 geplaatst worden en daar zelfstandig lessen geven en adviseren in het optreden onder extreme omstandigheden. De ML 3 maakt actief deel uit van de ML-gemeenschap en wordt begeleid door ML2’s en ML1’s. De opleiding, die veertien weken duurt, staat open voor mariniers, korporaals, sergeanten, eerste en tweede luitenanten en kapiteins van zowel het Korps Mariniers als de landmacht. Als ML 3 (instructeur) zet je de eerste stap in je carrière als mountain leader en kun je doorgroeien als ML 2 (teacher) en ML 1 (supervisor). Liefhebbers voor deze opleiding moeten beschikken over het kwaliteitsnummer 1068 of 1069, een flinke dosis doorzettingsvermogen, een goede basisconditie en talent voor KAKO. Aanmelden kan door een verzoek in te dienen bij de S1 of de P&O-functionaris van de eenheid. Voor vragen over de opleiding:
[email protected].
26
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 26
06-07-2009 13:04:07
Nog eenmaal treedt de 31e Infanteriecompagnie plechtig aan op het exercitieterrein van Marinebasis Parera. Begeleid door de vaandelwacht van het Korps Mariniers en voorgegaan door de Tamboers en Pijpers en het Fanfare Korps Natres. Als de laatste tonen van de parademars vervliegen, inspecteert de waarnemende Gouverneur van de Nederlandse Antillen, mevrouw Adèle van der Pluijm-Vrede, voor de laatste maal de gewapende wacht. Na tachtig jaar verlaten de mariniers Curaçao. Tekstbewerking: Maartje van der Maas/Foto’s: Karen Gelijns
Het Korps Mariniers verlaat Curaçao Na de overval van de Venezolaanse avonturier Rafael Simon Urbina op het Waterfort, besloot de Nederlandse regering permanent een compagnie mariniers op Curaçao te plaatsen. Sinds tachtig jaar is de 31e Infanteriecompagnie op het eiland gestationeerd en zijn zij verant- Met opgeheven hoofd nemen De afscheidsceremonie wordt woordelijk voor de territoriale verdediging van de mariniers afscheid van begeleid door de vaandelwacht de Nederlandse Antillen en Aruba. Maar dit Marinebasis Parera. van het Korps Mariniers. zijn niet de enige operationele taken die de compagnie voor haar rekening neemt. Indien nodig kan zij “Decennialang is de Infanteriecompagnie ingezet voor de hoofdmilitaire bijstand verlenen en zorgt zij voor de handhaving van de taken van Defensie. Wanneer het moest, trad de compagnie zelfinternationale rechtsorde. Ook is zij getraind in het verlenen bewust en voortvarend op. Zij vormde het baken waar altijd op van humanitaire bijstand bij natuurrampen. Naast operationele gerekend kon worden”, sprak Lenselink de genodigden toe. taken wordt de compagnie ook ingezet voor ceremoniële taken “Mariniers zijn uitstekende militaire professionals die waar ook zoals bij de Opening der Staten, Koninginnedag en dodenherdenter wereld, onder extreme omstandigheden, expeditionair kunnen king. worden ingezet. Vindingrijk, opgaan in de lokale cultuur en fysieke fitheid zijn kenmerken van de marinier. Met lede ogen zie Bezuinigingsmaatregelen ik de compagnie vertrekken. U heeft het geweldig gedaan.” In 2007 besloot Defensie tot enkele bezuinigingsmaatregelen om binnen de smalle financiële marges van het Defensiebudget Met opgeheven hoofd ruimte te scheppen voor investeringen. Eén van deze maatregelen Dan is het woord aan de scheidend compagniescommandant, betrof het opheffen van de 31e Infanteriecompagnie van het Korps majoor der mariniers Eric Piwek. Ook hij staat stil bij het unieke karakter van de compagnie, de ongekende oefenmogelijkheden Mariniers, onder gelijktijdige vervanging door een roulerende op Curaçao, de hoge mate van getraindheid en professionaliteit. compagnie van het Commando Landstrijdkrachten (CLAS). Zij Emotie klinkt in zijn stem, als hij nog eenmaal het woord richt tot zullen ondersteunen in de invulling van de hoofdtaken van zijn mannen. “Ik heb de afgelopen twee jaar het voorrecht en het Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied. genoegen gehad om uw commandant te mogen zijn. Zonder jullie inzet, enthousiasme en vooral flexibiliteit waren alle dingen Memorabele momenten die ons pad kruisten niet gerealiseerd” Tijdens een indrukwekkende afscheidsceremonie op 16 juni, liet CZMCARIB commandeur Peter Lenselink alle memorabele Om volwaardig afscheid te nemen, vraagt de majoor zijn manmomenten nog eens de revue passeren. Van de komst van het nen om, na het spelen van het Wilhelmus, nog eenmaal voor de Korps Mariniers op Curaçao in 1929, de inzet van zwaargenodigden te marcheren. “Met trots en opgeheven schouders, bewapende mariniers ter bewaking van de Koraalspechtgevangenis zullen wij het Caraïbisch Gebied, het prachtige eiland Curaçao en tot aan de beveiliging die de mariniers leverden tijdens de Ronde Marinebasis Parera vaarwel zeggen.” Tafel Conferentie op Marinebasis Parera op 16 december 2008. N 27
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 27
06-07-2009 13:04:22
Dienstplicht versus beroepsleger Moet de Nederlandse krijgsmacht verburgerlijken en van een beroepsleger veranderen in een leger waarin iedereen zijn dienstplicht vervult of moet het nu juist een gesloten organisatie zijn met strenge discipline waarin de militaire kwaliteiten het best tot hun recht komen? Daarover brak het Nederlandse officierskorps tientallen jaren lang het hoofd in de periode 1832-1914. De officieren dachten er verschillend over en uiteindelijk is het leger begin twintigste eeuw omgevormd tot een kader-militieleger. Dit onderwerp vormt het belangrijkste thema van het proefschrift van Ben Schoenmaker. De historicus, in het dagelijks leven hoofd van de afdeling Operationele Dienstverlening en Ondersteuning van het Nederlands Instituut voor MiliTekst: Bert van Elk taire Historie, promoveerde daarop begin juni aan de Universiteit van Leiden. ‘Burgerzin en soldatengeest. De relatie tussen volk, leger en vloot 1832-1914’ neemt vanuit het perspectief van het Nederlandse officierskorps van destijds de moeizame relatie tussen volk, leger en vloot onder de loep. De studie rekent af met het idee dat het officierskorps in de onderzochte periode een eensgezind conservatief bolwerk was. De belangrijkste bron voor de studie van Schoenmaker vormden de talloze brochures en de grote hoeveelheid publicaties van officieren in De Militaire Spectator. In 1832 gingen de officieren deelnemen aan de openbare discussie over het onderwerp. De militairen beheersten uiteraard het debat, maar er deden – zij het beperkt – ook burgers aan mee. Er waren bij de officieren ruwweg gezegd twee kampen. De conservatieven vonden dat de verdediging van het land niet aan burgers moest worden toevertrouwd en de meer liberale stroming dacht dat de desinteresse van de burgers voor de landsverdediging voortkwam uit de introverte houding van het leger. De liberale officieren zagen het als hun belangrijkste taak de burgers ervan te overtuigen dat, als de defensie op nationale leest was geschoeid, Nederland goed verdedigbaar was. Deze twee conflicterende visies bepaalden tot 1914 het debat over de relatie tussen maatschappij en leger. Waar de ene groep officieren de burgersamenleving met argwaan beloerde, wees de andere op de noodzaak en mogelijkheid van een op vertrouwen gebaseerde samenwerking tussen burger en militair. Achtergesteld ‘Burgerzin en soldatengeest’ besteedt tevens aandacht aan de marine en het debat bij dat krijgsmachtdeel. De visie van de zeeofficieren op de relatie tussen maatschappij en vloot kenmerkte zich door een grote mate van verongelijktheid. De marine was traditioneel bij de bevolking populairder dan het leger, maar dat was hoofdzakelijk te danken aan het grootse (zeventiende-eeuwse) verleden van de vloot. Er was onder de bevolking nauwelijks belangstelling voor het lot van de marine in de negentiende eeuw, stelt Schoenmaker in zijn proefschrift. De zeeofficieren vonden dat de marine was veroordeeld tot het uitvoeren van politietaken in de koloniën en tot het verdedigen
van de Nederlandse kust. Op één punt werd de marine volgens de zeeofficieren zelfs stelselmatig achtergesteld. De landmacht kreeg door de dienstplicht altijd voldoende mannen binnen. De marine daarentegen was van de arbeidsmarkt afhankelijk. De werving liep slecht en door het gebrek aan personeel wierf zij vooral jonge jongens die vervolgens werden geprest een langdurig contract af te sluiten. Deze praktijk van de kinderwerving bezorgde de marine een slechte naam. Bovendien was het regime aan boord van de marineschepen hardvochtig, volgens de promovendus. Volksleger Het grote verschil tussen de marine en het leger ten aanzien van de verhouding tot de maatschappij was dat het leger door de werking van de dienstplicht vooral na 1898 in sociaal opzicht een precieze afspiegeling van de maatschappij was geworden. Het begrip volksleger had algemeen ingang gevonden, terwijl niemand sprak van (de noodzaak van) een volksmarine. Het streven naar een stevig in de natie geworteld volksleger was de sterkste drijvende kracht achter het proces van verburgerlijking van het leger, dat na 1840 in gang was gezet. Het spanningsveld tussen de wens tot sociale integratie en de wens tot mentaal isolement zou ook in het vervolg van de twintigste eeuw het vraagstuk van de relatie tussen maatschappij en leger bepalen. N ‘Burgerzin en soldatengeest. De relatie tussen volk, leger en vloot 1832-1914’ telt 500 bladzijden en wordt uitgegeven door Boom in Amsterdam. ISBN: 9789085067085. Het boek kost 29,50 euro en verschijnt in augustus.
Vlak voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog leek de Nederlandse regering serieus van plan om vier grote slagschepen te laten bouwen. Om deze eventuele order in de wacht te slepen ontwierp de Duitse Friedrich Krupp-Germania Werft een 25.000 ton metend slagschip. Het bleef echter bij plannen.
Het sociaal-democratische blad De Notenkraker dreef in 1912 de spot met de wens van de marine om een aantal grote slagschepen (dreadnoughts) aan te schaffen.
De in 1906 opgerichte vereniging Onze Vloot voerde propaganda voor een versterking van de marine die met name voor de verdediging van NederlandsIndië zou moeten worden ingezet.
28
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 28
06-07-2009 13:04:27
Zeven keer Alpe d’Huez Op een dag zeven keer een 1860 meter hoge berg beklimmen en in totaal 185 kilometer fietsen lijkt voor de gemiddelde sporter al een buitengewone prestatie. Laat staan voor een kankerpatiënt die vier maanden daarvoor nog op de operatietafel lag. Oud-marinier Stijn van Eijk herstelde van zaadbalkanker en ging niet bij de pakken neerzitten. Voor het goede doel fietste hij zeven keer de Alphe d’Huez op en neer. “Stoppen na zeven klims was moeilijker dan nog een keer omhoog fietsen.” Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: Stijn van Eijk toch volgehouden. Dat heb ik wel bij de mariniers geleerd: koste wat het kost doelen stellen en ervoor blijven gaan.” Vijfentwintig kilo zwaarder en zo kaal als een biljartbal, begon hij meteen weer te werken aan zijn herstel. Anderhalve maand na de laatste kuur liep hij de halve marathon. “Ik heb nog nooit in twee uur tijd zo afgezien, maar ik was als een kind zo blij dat ik het nog kon. Mijn oncologe kon soms gillend gek worden van mijn gedrag.” De oud-marinier was nog niet helemaal kankervrij: er zat nog steeds een tumor die weggehaald moest worden. Tot ieders vreugde slaagde de tweede operatie, Stijn van Eijk was nu kankervrij en kon zijn leven weer gaan opbouwen.
“Ik wilde mezelf door de kuren heen knokken” Twee tumoren in de testikel en een tumor van vijf centimeter onder het middenrif in de lymfeklier. Dat was de diagnose voor Stijn van Eijk nadat hij zich met hevige buikpijn in het ziekenhuis meldde. “Dan stort je wereld in”, aldus de oud-marinier die ruim een jaar daarvoor de dienst moest verlaten vanwege een langdurige rugblessure. “Er ging vanalles door mijn hoofd. Waarom ik? Ik leef gezond, sport veel, ben nog jong. Ik kon het niet geloven.” Veel tijd om te treuren had hij echter niet: drie uur na de diagnose moest hij onder het mes om een testikel te laten verwijderen. En ook stonden hem nog vier chemokuren te wachten die in totaal twaalf weken duurden. Maar al meteen komen zijn positieve instelling en doorzettingsvermogen boven drijven. “Ik mocht van mezelf heel even zielig zijn, maar heb snel de knop omgezet. Ik wilde mezelf door de kuren heen knokken.” Blijven volhouden Tot in het bizarre aan toe blijft de ex-marinier sporten. Zelf zegt hij dat het misschien door zijn verleden bij het korps komt. “Het hield mij vooral mentaal sterk. Ik zette de infuuspaal naast de loopband en zo bleef ik toch bezig. Mijn tong lag op mijn knieën na twintig minuten lopen. Al sportend zag ik mezelf aftakelen, maar ik heb
Zeven keer op en neer In plaats van rustig aan fit worden, pakte hij het radicaal aan. “Ik zag een poster hangen van het sportieve evenement ‘Alpe d’Huzes’, fietsen voor kanker. Op een dag zes keer de berg beklimmen. Ik heb een week daarna een fiets gekocht en ben begonnen met trainen. Sommige mensen verklaarden me voor gek.” Op 4 juni om kwart over vijf in de ochtend stond hij onderaan de Franse berg en klonk het startschot. “Ik voelde mij ijzersterk en kwam ruim binnen de tijd na zes keer boven. Ik ben nog een zevende keer gegaan. Lance Armstrong won immers ook zeven keer de Tour en hij is voor mij – als ex-kankerpatiënt – altijd een voorbeeld geweest tijdens mijn ziekte.” Het lukte Van Eijk een zevende keer en stiekem wilde hij nog voor een achtste beklimming gaan. “Voor mij was stoppen moeilijker dan doorgaan, maar goed is goed.” Stijn van Eijk wist uiteindelijk bijna vijfduizend euro bij elkaar te fietsen. Daarbij zaten ook veel donaties van oud-mariniers. “Het heeft mij gemotiveerd om hard te blijven trainen en door te zetten. Voor ieder die het aangaat: bedankt!” N
29
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 29
06-07-2009 13:04:33
Uitslagen
Sportkalender augustus/september 2009 26-27 aug OPEN Hondenbiatlon 28 aug NMK Wielrennen 2 sep OPEN Beachvolleybal (4:4) 8-9 sept NMK Tennis
KLu KL KLU/ KM KM
3 sep 11 sep
KM KL
16 sep 16 sep 25 sep 30 sep
MT Mariniersloop OPEN Klein terrein Veldvoetbal (D + V) NMK Survivalrun (ind/koppel) MK Veldvoetbal NMK 1/2 Marathon / P.T.P. loop OPEN Sportschieten (Cramer revolver)
KL KM KM Klu
VLB Woensdrecht Vlasakkers Amersfoort Scheveningse Strand Amstelpark Amsterdam VGKAZ Rotterdam LBO ’t Harde P.I. Bankenbosch Assen MKWD Den Helder MKWD Den Helder Heumensoord Nijmegen
Inschrijven NMK’s/MK’s/OMK’s via intranet: Inschrijvensport. intranet.mindef.nl [portaal > service > sport > inschrijfsysteem] Inschrijven MT’s via desbetreffende organisatie/sportbureau
NMK zwemmen 50 m rugslag heren 1 Jeroen Houtkooper 50 m vrije slag heren 2 SGTWDS Paul van Vegchelen 3 LTZ 3 Tom Bleeker 200 m wisselslag heren 2 Richard Huisman 50 m vlinderslag heren 2 SGTWDS Paul van Vegchelen 3 LTZ 3 Tom Bleeker 100 m rugslag heren 1 Jeroen Houtkooper 2 Marn 1 Patrick Dieteren 3 Richard Huisman 100 m vrije slag heren 3 LTZ 3 Tom Bleeker 4 x 50 m wisselslag heren 1 Team CLAS 1 2 Team CZSK 1 3 VLB LW 200 m vrije slag heren 2 Richard Huisman 4 x 50 m vrije slag heren 1 Team CLAS 1 2 Team CZSK 2 3 Team CZSK 1 8 x 25 m vrije slag mix 1 Team CZSK 1 2 Team CLAS 1 3 CLSK mix team 50 m schoolslag dames 3 SADBA Janita Borst 100 m vrije slag dames 1 SGTLDA Patricia Ladru-Bergsma 2 WMR Estelle de Jong 3 DADBT Geertje Oskam 50 m vlinderslag dames 1 Matr 2 Naomie Alphenaar
CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK CZSK
CZSK
CZSK
100 m rugslag dames 3 SADBA Janita Borst 100 m schoolslag dames 3 Janita Borst 50 m vrije slag dames 1 SGTLDA Patricia Ladru-Bergsma 2 KADBT Geertje Oskam 4 x 50 m wisselslag dames 1 Team CZSK 1 2 Team CLSK 3 Team CLAS 1 200 m vrije slag dames 1 WMR Estelle de Jong 2 SGTLDA Patricia Ladru-Bergsma 3 Matr LDA 1 Suzanne Helm 4 x 50 m wisselslag dames 1 Team CZSK 1 2 CLSK 3 Team CLAS 1 NMK triathlon 1/8 heren 1 Marn 1 M. Hof 1/8 veteranen 3 SMJRMARN A.H.M. Rooij
CZSK CZSK
CZSK CZSK
KMAR CZSK CZSK
CZSK CZSK
Aanmoediging sloepzeilen Startprijs: Boomstra; DSP 1 Rebel,Sewaco 1 2 Kooiker, Sewaco 3 3 Boomstra, DSP 4 Ehrencron, DVD 5 Zits, Sewaco 2 6 Wojtalik, KIM
CZSK KMAR NMK schieten CZSK Glock 4 SGTMARN Harman CZSK 7 ELNTMARNS Tuitman
CZSK CZSK
Tour de Lasalle Met een gemiddelde snelheid van 42 tot 45 kilometer per uur heeft de marine wielerploeg zich uitstekend geweerd in de Tour de Lasalle die van 15 tot en met 19 juni plaatsvond. Deze vijfdaagse etappewedstrijd in en om Den Helder kent zijn oorsprong bij de marine en werd voor het eerst in 1955 georganiseerd vanuit de Marinekazerne Erfprins. De wielerploeg wist in alle etappes op te vallen. Hun inspanningen resulteerden in een flink aantal top tien plaatsen, een podium plaats, tweede plaats in het witte trui klassement en een zesde plaats in het ploegenklassement.
Tweedaagse wandeltocht Als beloning voor het winnen van het vaantje tijdens de laatste Nijmeegse Vierdaagse mochten vier detachementen van de marine, de landmacht, de luchtmacht en de marechaussee deelnemen aan een internationale tweedaagse wandeltocht ‘The Waendelwalk’ in Wellingborough, Groot-Brittannië. Aan deze dertigste editie van de wandelmars deden ruim 6300 wandelaars mee. De totale afvaardiging vanuit Defensie bestond uit honderd personen. De deelname van Defensie bleef niet onopgemerkt, het team werd door de burgemeester van Wellingborough beloond met een attentie voor de grootste geüniformeerde groep. Tijdens de ceremoniële afsluiting van de wandeltocht kregen SMJRWDW Hans Franssen en AOOWDE Erik van Hout de gouden medaille voor het behalen van 21 gelopen IML-afstanden in verschillende landen. 30
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 30
06-07-2009 13:04:37
Nederlands kampioenschap speedmarsen Het zat adjudant der mariniers Ruud Zahradnik niet lekker dat er steeds minder mariniers meedoen aan de diverse militaire kampioenschappen. Dat gegeven motiveerde hem om op zoek te gaan naar een team mariniers om mee te doen aan het Nederlands kampioenschap speedmars op 19 juni. En hij kwam niet van een koude kermis thuis: de opkomst was groot. Vijf teams mariniers schreven zich in: twee van het Eerste Mariniersbataljon, twee van het Tweede Mariniersbataljon en een van het KIM. Al snel bleek dat het team van het KIM en het verkennersteam voor goud gingen. Het KIM-team klokte een indrukwekkende eerste tijd van 24 minuten en 7 seconden en de verkenners finishten op 24 minuten en 50 seconden. Ook de overige teams toonden een goede prestatie. Vier van de eerste vijf teams waren mariniers, waarvan drie onderdeel van een operationele eenheid. Zahradnik kon tevreden terugkijken op een succesvol kampioenschap.
Langste estafette ter wereld Voor de derde maal deed team 138 van Maritiem Vliegkamp De Kooy mee aan de RoPaRun, een sponsorloop voor het Kankerfonds. Deze langste estafette ter wereld werd gelopen van Parijs naar Rotterdam over een afstand van 530 kilometer. Om 21.12 uur ging het eerste team onder aanmoediging van Nelli Cooman van start. De lopers losten elkaar om de kilometer af en werden bijgestaan door twee fietsers voor de navigatie en veiligheid en een busje met chauffeur en kaartlezer die de andere drie lopers steeds vooruit bracht. Terwijl team A bezig was met de eerste vijftig kilometer, werden de overige lopers en teamleden met de touringcar naar een wisselpunt verderop gereden. Hier werd alles gereed gemaakt voor de wissel: eten klaargemaakt, massagetafels uitgeklapt en de volgende route werd doorgesproken. Met een gemiddelde snelheid van 12.5 kilometer per uur was er voor dit alles zo’n vier uur tijd. Rond één uur ‘s nachts was team A in zicht en stond team B te trappelen om de volgende vijftig kilometer op zich te nemen. Voor de lopers van team A was het nu tijd om gemasseerd te worden, een klein hapje te eten en proberen wat te slapen terwijl de touringcar zich naar het volgende wisselpunt begaf. Door een
goede samenwerking van het gehele team verliepen deze wissels zeer vlot waardoor iedereen rust kon pakken op het volgende wisselpunt. En zo liep, fietste en reed team 138 op zondagochtend Frankrijk uit en België in waar de route door het centrum van Antwerpen ging. Op Tweede Pinksterdag kwam de Coolsingel steeds dichterbij. De laatste 35 kilometer legden alle acht lopers en twee fietsers gezamenlijk af. Iets na 13.00 uur liep het hele team door een overvolle Coolsingel de finish over! Na ruim veertig uur en met een gemiddelde snelheid van 12 kilometer per uur eindigde het marineteam als 38e. Voor meer informatie: www.teammvkk.plutosoft.nl of www.roparun.nl
Havenloop 2009
Een aantrekkelijk en uitdagend parcours van 7,8 kilometer over de Nieuwe Haven stond de lopers van de Havenloop 2009 te wachten. Op dit jaarlijks terugkerend loopevenement op 10 juni, georganiseerd door bureau sport MKWD/ NH, werd gestreden in vier categorieën. Souschef Faciliteren FSP NH, KOLMARNS Carlo van den Berg, gaf het startschot. In de categorie heren open klasse kwam LTZE 2OC Axel Homborg als eerste over de finish, gevolgd door Ed Wisse en LTZ 2OC Wouter Smit. Bij de dames was Marieke Breuer in precies 36 minuten de snelste met LTZ2OC Linda Seeger in het kielzog. Winnaars categorie heren V-1: 1. Danny Hajos, 2. SMJRWDE Kees Bisdonck, 3. AOOWDE Edouard Ordelman. Winnaars categorie heren V-2: 1. LTZ2 Francois. Flisijn, 2. LTZE2 Humphrey Mijnals, 3. AOO Erik Leibbrand.
Sloepzeilen Het waren bijzonder goed verlopen sloepzeilwedstrijden waarbij het weer de zeilers niet in de steek liet. Tot de laatste wedstrijd was het spannend wie er met de eerste plaats vandoor zou gaan. Door een te vroege start in de laatste wedstrijd liep SGTTDE Arkadiusz Wojtalik van het KIM al direct achterstand op en is Geoffrey Ehrencron van de DVD zelfs niet eens gestart. Hierdoor zijn er nog verschuivingen in het eindklassement opgetreden. De uiteindelijke nummer één (Rebel, SEWACO) was gezien de uitslagenreeks een terechte winnaar. De prijzen zijn uitgereikt door Fred Hoff, vice-voorzitter van de Marine Watersport Vereniging.
31
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 31
06-07-2009 13:04:45
OEFENING KNRM MET DE KONINKLIJKE MARINE De reddingboot Annie Poulisse van KNRM-station Zandvoort heeft een medische evacuatie geoefend op Hr.Ms. Rotterdam. Op 8 juni werd de reddingsbrigade door het kustwachtcentrum in Den Helder opgeroepen voor een medische evacuatie vanaf de Rotterdam. Twintig minuten na de alarmering lag de reddingboot langszij en zijn drie medewerkers van de KNRM naar het slachtoffer begeleid. Geen overbodige luxe vanwege de enorme afmetingen van het elf
verdiepingen tellende schip. Nadat eerste hulp was geboden, is het slachtoffer per brancard op de Annie Poulisse gehesen. Dertig minuten later zette het schip koers naar het strand waar de ambulance gereed stond om het slachtoffer over te nemen. KNRM-station Zandvoort is een van de 42 reddingstations langs de Nederlandse kust en wordt bemand door vrijwilligers die 24 uur per dag kunnen worden ingezet door het kustwachtcentrum en de alarmcentrale van de brandweer.
GEZAMENLIJKE MAALTIJD TIJDENS RAMADAN De vierde editie van de Defensie Iftar vindt plaats op 10 september in het Officierscasino Soeterberg. De Iftar is de maaltijd na zonsondergang tijdens de Ramadan. Burgermedewerkers, militairen, moslims en niet-moslim collega’s kunnen tijdens de Iftar op informele manier met elkaars achtergrond kennis maken. Andere belangstellenden zijn van harte welkom. Het programma start om 18.00 uur en na zonsondergang, rond 20.00 uur wordt een halalmaaltijd aangeboden Deelname is gratis, het maximum aantal deelnemers is honderd. Voor 1 september, opgeven bij Melina Gemistaris, 070-3166790 of
[email protected].
INDIAAS BEZOEK IN ROTTERDAM
500e HIJSOPERATIE AAN BOORD VAN HR.MS. JOHAN DE WITT Een van de grote verschillen tussen de twee amfibische transportschepen van de Koninklijke Marine betreft de davits: een soort kraan, waarmee de Landing Craft Vehicle Personnels (LCVP) van het dok naar het voertuigendek verplaatst kunnen worden. In het afgelopen jaar is er veel geoefend en veel kennis en ervaring opgedaan in deze operatie, waardoor de bemanning van het schip samen met de bootcompagnie van het amfibische gevechtssteunbataljon in staat zijn om op open zee en gedurende duisternis landingsvaartuigen te embarkeren en te debarkeren. Gedurende de oefening Purple Nectar ’09 is de 500e hijsoperatie
met de davit uitgevoerd. Dit werd gevierd met een taart, gebakken door de scheepsbakker. De vier davitposities aan boord van Hr. Ms. Johan de Witt worden momenteel verbeterd. In twee stappen wordt er een modificatie uitgevoerd waarvan fase 1 nu al uitgevoerd is. Deze modificatie maakt het mogelijk om de hijsblokken onafhankelijk te bedienen, iets wat de veiligheid tijdens de davitoperatie aanzienlijk heeft verbeterd. De tweede modificatie staat later dit jaar gepland en behelst het verhogen van de hijssnelheid die van de huidige vijf meter per minuut naar twaalf meter per minuut.
Het Indiase geleidewapen fregat INS Beas heeft gedurende vier dagen een beleefdheidsbezoek aan de haven van Rotterdam gebracht. Commandant KPZ Soonil V Bhokare toonde zich zeer tevreden met de belangstelling voor zijn schip. “Wat mij betreft kunnen de banden tussen de Nederlandse en Indiase marine flink worden aangehaald”, stelde hij. Onder meer op het gebied van samenwerking en training wacht er volgens de commandant van de Beas een wereld vol mogelijkheden. Tijdens zijn bezoek aan Nederland gaf hij aan graag met de Koninklijke Marine te willen werken maar hij realiseert zich dat daarvoor genoeg voorbereidingstijd nodig is. Inmiddels heeft de Beas koers gezet naar Sint Petersburg. Daarna gaat de reis via Bremerhaven, Portsmouth, Brest, Lissabon naar thuishaven Mumbai. De Beas, behorend tot de Brahmaputra-klasse, is het nieuwste geleidewapenfregat van de westelijke Indiase vloot.
32
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 32
06-07-2009 13:04:50
PRINS VAN ORANJE AAN BOORD VAN HR.MS. EVERTSEN Z.K.H. Kroonprins Willem-Alexander heeft op 5 juni een werkbezoek gebracht aan het LCF Hr.Ms. Evertsen. De Prins van Oranje werd onder meer door de commandant van de maritiem-expeditionaire staf NLMARFOR, CDR Pieter Bindt, geïnformeerd over de komende rol van het fregat in de Europese operatie Atalanta, de eerste maritieme ‘out of area’ operatie van de Europese Unie. Atalanta richt zich tegen piraterij in de wateren rond Somalië en de Golf van Aden. Vanaf augustus zal de Koninklijke Marine vanaf de Evertsen voor een periode van vier maanden de leiding krijgen
over deze EU-operatie. Bindt zal met een deel van zijn maritieme staf het commando in die periode op zich nemen. Aan boord van het fregat kreeg de prins een uitgebreide rondleiding en sprak hij met bemanningsleden. Verder stonden enkele demonstraties op het programma. Zo was Prins Willem-Alexander getuige van een boarding-oefening en van een nagebootste ‘opposed entry’, waarbij een schip een haven binnenvaart terwijl een aanval met bijvoorbeeld kleine snelle bootjes of vliegtuigen dreigt of aan de gang is.
WEERZIEN MET WILLEM VAN DER ZAAN ‘Operationeel en zeer veranderlijk’ zijn twee termen waarmee de laatste anderhalf jaar van het M-fregat Hr.Ms. Willem van der Zaan volledig getypeerd worden. Maar liefst drie keer vertrok het schip naar de Middellandse Zee voor een SNMG en nog dubbel zo vaak werd het vaarprogramma gewijzigd. Op 11 juni, drie en een half jaar na de uitdienststelling, kwam de laatste longroom van het M-fregat samen voor een reünie op het ramschip Schorpioen om deze bewogen periode nog eens te memoreren. Oorspronkelijk had de commandant van de BNS Louise Marie (ex-Willem van der
Zaan) gastvrijheid aan boord aangeboden. Een verandering in het vaarprogramma maakte het noodzakelijk op het laatste moment uit te wijken naar een andere historische locatie: de Schorpioen. Bijzonder was de moeite die het Marinemuseum daarom had gedaan om de feestruimte aan te kleden in de stijl van de Willem van der Zaan. Zelfs het naambord, nog vers in de lak, stond klaar aan de valreep om de ex-longroomleden te verwelkomen. Met de belofte om over nog eens drie en een half jaar weer samen te komen, namen ze na een geslaagde avond afscheid van elkaar.
SPEER OPERATIONEEL GELANCEERD Het SAP-informatiesysteem is voor het eerst binnen het materieellogistieke domein van defensie operationeel. Op het Multipurpose-fregat Hr.Ms. Van Speijk zijn op 8 juni de eerste transacties met SAP uitgevoerd door de supervisor van het SPEER-programma, viceadmiraal Jan van der Burg. De nieuwe software moet een betere ondersteuning van de operationele bedrijfsvoering bieden door defensiebreed inzicht in de logistieke ketens en de bijbehorende financiële processen te geven. De huidige materieellogistieke ondersteuning van de verschillende krijgsmachtdelen was volgens het ministerie niet langer toereikend voor de eisen die aan modern operationeel optreden worden gesteld. Er bleek behoefte aan een defensiebrede bedrijfsvoering voor de steeds verder integrerende krijgsmachtdelen. Defensie wil ook haar kosten kunnen verantwoorden. In 2006 werd daartoe het programma SPEER opgericht. De bedrijfsvoering op de Van Speijk schetst nu de eerste contouren in de nieuwe materieellogistiek van de krijgsmacht, die in 2014 uitgerold moet zijn over de hele organisatie. Voor de invoering van SAP moest alle benodigde informatie uit verschillende datasystemen worden gehaald. Dat maakte het lastig om een betrouwbaar overzicht te krijgen van de verschillende configuraties, storingen, voorraden en kosten. Met SAP zal alle informatie in één database in digitale vorm en ‘real time’ beschikbaar zijn. Bij de marine zal dit onder andere leiden tot aanzienlijke kostenbesparingen in het onderhoudsproces en tot duidelijkheid over de beschikbaarheid van materiaallogistieke voorraden. Uiteindelijk gaan vier krijgsmachtdelen met elk hun eigen databases naar één database voor heel defensie.
DE DEADLINE VOOR HET AANLEVEREN VAN ARTIKELEN VOOR HET SEPTEMBERNUMMER VAN ALLE HENS IS MAANDAG 10 AUGUSTUS 2009
33
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 33
06-07-2009 13:05:00
BESTE MIJNENRUIMERS STAAN AAN WAL De MCM-staf van NLMARFOR leidde een mijnenbestrijdingsoefening vanuit een mobiel containerdorp op de wal tijdens Joint Warrior 2009 in Schotland. De staf stuurde een taskunit aan die de zee- en kustgebieden nabij Loch Ewe en Loch Eriboll in het noordwesten van Schotland mijnenvrij moest maken. De taskunit bestond uit de Franse mijnenjager FS Cassiopee, de Duitse mijnenveger FGS Hameln en het Engelse hydrografische vaartuig HMS Enterprise. De normaal uit vier personen bestaande staf was voor deze oefening uitgebreid om een 24-uurs bezetting mogelijk te maken. De staf opereerde vanuit het Mobile Forward Support Facility (MFSF) van NLMARFOR. De MFSF bestaat uit negen containers die logistieke ondersteuning kunnen leveren aan mijnenbestrijdingseenheden van het CZSK buiten het logistieke bereik van een thuisbasis. Voor Joint Warrior was alleen het commandodeel van het MFSF ingezet. In totaal zijn vijf containers gebruikt om de staf van communicatiemiddelen en werkruimte te voorzien tijdens de oefening. De Enterprise heeft met haar sloep
hydrografisch onderzoek gedaan in Loch Ewe dichtbij de olielaadsteiger terwijl Cassiopee in de aanloop van Loch Ewe op zoek was naar mijnen. Hameln heeft met haar mechanische veegtuig de route over Shiant Bank in de Minches geveegd op zoek naar verankerde mijnen. Cassiopee heeft in deze periode vijf oefenmijnen gevonden in Loch Ewe. Het tweede deel van de oefening werd de vond plaats in het noordelijk deel van Schotland in de buurt van Loch Eriboll. Er waren aanwijzingen dat hier mogelijk mijnen waren gelegd. Dit bleek te kloppen toen na onderzoek Cassiopee een oefenmijn vond. Later in de oefening heeft Cassiopee in de Minches nog een verankerde mijn gedetecteerd die door Hameln is geveegd. De uitgebreide NLMCMFOR NLMARFOR-staf heeft tijdens de hele oefening vanuit het MFSF de mijnenbestrijding kunnen leiden. De benodigde informatie-uitwisseling werd vergemakkelijkt door de aansluiting op NSWAN. Het opwerken van de eigen staf en inzetten en evalueren van het MFSF is dan ook geslaagd.
MILITAIR CEREMONIEEL GELOOFSBRIEVEN Twee pelotons van Hr.Ms. Van Speijk waren uitverkoren om met de Marinierskapel opluistering te geven aan het militair ceremonieel voor het aanbieden van geloofsbrieven aan Hare Majesteit de Koningin op paleis Noordeinde. Het aanbieden van geloofsbrieven is de eerste officiële handeling van een ambassadeur voordat zijn of haar ambt begint. Ditmaal overhandigden de ambassadeurs van Zuid-Afrika en India hun brieven. Het eredetachement vertrok onder begeleiding van de Koninklijke Marechaussee richting de Koninklijke stallen. Korte tijd later werd de begeleiding muzikaal overgenomen door de Marinierskapel en vertrok het eredetachement naar paleis Noordeinde. De gedegen voorbereiding, enthousiaste instelling en vlotte samenwerking met bureau Ceremonieel van RMC West, resulteerden in een ceremonie die naar ieders tevredenheid werd uitgevoerd. Dit leverde de bemanning van de Van Speijk de complimenten op van de Koningin, overgebracht via haar stafadjudant.
GEEN ALLEDAAGS BEZOEK
DE RENÉ OLTHUIS SCRIPTIEPRIJS Een van de doelstellingen van de Vereniging Informatici Defensie (VID) is het bevorderen van de uitbreiding van de deskundigheid op het gebied van informatica. Om deze doelstelling te realiseren kent de VID jaarlijks de ‘René Olthuis Scriptieprijs’ toe. Deze prijs is bedoeld als aanmoediging voor een scriptie, publicatie of artikel over een, bij voorkeur, actueel (Defensie-) probleem binnen het vakgebied IV of ICT en mag als uitzonderlijke prestatie beoordeeld worden. De prijs bestaat uit een geldbedrag van ` 250,- en een bijbehorende tastbare herinnering. In 2008 werd de René Olthuisprijs toege-
kend aan Majoor Herman Rump, werkzaam bij 11 Lucht Mobiele Brigade, die een prikkelend artikel schreef over de relatie tussen ambities, beleid en uitvoering, bezien vanuit een praktische operationele insteek. Naast het geldbedrag en het sculptuur, ontving Rump een ticket voor een bezoek aan de grootste IT-expo van Europa in Hannover. De VID nodigt u uit uw scriptie, artikel of publicatie bij de Commissie Toekenning René Olthuis VID Scriptieprijs aan te bieden voor mededinging naar de prijs van 2009. Het reglement met de voorwaarden waaraan de scriptie moet voldoen en de wijze waarop de inzending kan worden ingediend, is te vinden op http://intranet. mindef.nl/portaal/service/verenigingen/ vid/index.aspx of op te vragen via
[email protected]. De sluitingsdatum voor aanlevering is 1 oktober 2009.
Met het brengen van een bezoek aan een Nederlandse onderzeeboot op donderdag 4 juni ging een lang gekoesterde wens van de Russische Defensieattache Colonel Sivov in vervulling. Tijdens zijn afscheidsronde bij C-ZSK waarbij hij ondermeer met P-CZSK terugkeek op een succesvolle en vruchtbare periode van samenwerking met de Russische Federatie werd hij ook in de gelegenheid gesteld om samen met zijn aflosser Colonel Adoniev een bezoek te brengen aan Hr.Ms. Zeeleeuw. De commandant LTZ 1 Geordie Klein had de eer om dit niet alledaagse gezelschap aan boord van een onderzeeboot rond te leiden.
34
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 34
06-07-2009 13:05:04
NAUTISCH HOOGSTANDJE VOLVO OCEAN RACE
MARINE VOERT MEDISCHE EVACUATIE UIT De Lynxhelikopter van Hr.Ms. Van Amstel heeft op 11 juni een medische evacuatie uitgevoerd. Het betrof een patiënt die van het Oduber Ziekenhuis op Aruba liggend naar Curaçao vervoerd moest worden. In het Rescue and Coordination Centre (RCC) van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba kwam het verzoek om
In de ochtend van 9 juni legden zeven deelnemende zeilschepen (70’s) aan de Volvo Ocean Race (VOR) een zogenaamde “gate race” af voor de kust van Hoek van Holland. Tijdens deze tussensprint om twee boeien diende Hr. Ms. Rotterdam als markeerschip. De weersomstandigheden maakte het spannend en de 70’s konden vanaf het LPD van zeer nabij gade geslagen worden. Tegelijkertijd werd op de brug van Hr.Ms. Rotterdam, als eerbetoon aan deze helden, eveneens een nautisch hoogstandje afgeleverd. Het LPD moest namelijk in zeer slechte omstandigheden op exact dezelfde positie blijven manoeuvreren en daarmee de race voor iedere deelnemer eerlijk laten verlopen. Niemand is bevoordeeld en de Ericsson 3 legde als officiële winnaar de afstand van 3,6 mijl af in een tijd van 12 minuten en 40 seconden.
NAAR EER EN GEWETEN Op 29 mei ontving kapitein Marco Kroon de Militaire Willemsoorde voor moed, beleid en trouw. Een van zijn meest spraakmakende voorgangers was Bert Schüssler. In het aangrijpende boek Naar eer en geweten beschrijft hij onverbloemd zijn spectaculaire militaire loopbaan met onverhulde kritiek op de Nederlandse krijgsmacht. Voor zijn acties in ‘de Oost’ werd hij al op 24-jarige leeftijd voorgedragen voor de hoogste dapperheidonderscheiding die Nederland kent: de Militaire Willemsoorde. Het voorwoord van Prins Bernard geeft deze boeiende biografie over een bewogen militair leven nog iets extra’s mee. Bert Schüssler overleed in 2001, vlak na de publicatie van zijn biografie. Het boek is nog in beperkte oplage op bestelling verkrijgbaar via www.editorialprojects.nl en kan besteld worden. De prijs bedraagt `10 plus `2,40 verzendkosten, over te maken op bankrekening 330259407 tnv Stichting 2000 Foundation in Diemen, ovv ‘Naar eer en geweten’ en naam en adresgegevens.
assistentie binnen, om een patiënt met hartklachten liggend van Aruba naar Curaçao over te brengen. Hierop werd besloten de Lynxhelikopter van Hr.Ms. Van Amstel in te zetten. Twee uur nadat de melding binnenkwam, kon de patiënt op HATO worden overgedragen voor verder vervoer naar Nederland.
UITDAGEND EN GRENSVERLEGGEND Ruim honderd mariniers – onder wie 73 novices – van de 32e Infanteriecompagnie uit Aruba en de 31e Infanteriecompagnie uit Curaçao bekwaamden zich de afgelopen maand in de Verenigde Staten in het verplaatsen en vechten in bergachtig gebied. Voor het eerste namen ook negen cursisten van de Antilliaanse en Arubaanse Militie deel aan deze uitdagende opleiding. Medio mei vertrok de 32e Infanteriecompagnie uit Aruba en een peloton van de 31e Infanteriecompagnie uit Curaçao naar het Californische hooggebergte nabij Reno, waar een permanent trainingscentrum van de Amerikaanse mariniers is gevestigd. Daar werden de mariniers opgeleid in het operationeel opereren in bergachtig terrein. Tijdens de eerste fase – de zogenoemde ‘Mountain Movement and Survival Course’ – lag de nadruk op het zich verplaatsen, navigeren, bivakkeren en overleven in bergachtig gebied. Ook specifieke oefeningen, als klim- en afdaaltechnieken, kwamen aan bod. Vervolgens mochten de mari-
niers deze vaardigheden in de praktijk brengen tijdens de ‘Mountain Warfare Course’. In diverse gevechtscenario’s – van het leggen van hinderlagen tot het uitvoeren van gevechtspatrouilles – leerden de mannen tactisch opereren in de bergen. Voor het eerst namen ook negen cursisten uit de Voortgezette Vakopleiding (VVO) van de Antilliaanse en Arubaanse Militie deel aan de bergtraining. Waar de mariniers streefden naar het behalen van hun kwaliteitsnummer ‘berggetraind’, lag de nadruk voor de cursisten op fysieke en mentale ontwikkeling. Zo trainden ze de skills en drills voor bergachtig terrein, mars- en navigatiedisciplines. Tijdens de training bleek de kou en de hoogte de grootste vijand. Ook het werken met onbekend materiaal – zoals ‘extreme cold weather’ tenten, speciale Goretex gaitors en Arctische rantsoenen – leverde de nodige uitdagingen. Uitdagingen die bijdroegen aan de vorming van deze toekomstige kaderleden.
35
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 35
06-07-2009 13:05:09
OVERLEVEN OP ZEE De vliegende bemanningsleden van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba beoefenden op 4 juni het overleven op open zee. Onder realistische omstandigheden maakten de drenkelingen gebruik van het reddingsvlot en diverse overlevingsmiddelen, tijdens de zogenoemde ‘Dinghy Drill’. Alle vliegende bemanningsleden van de kustwacht en marine moeten in staat zijn om, met de beschikbare reddingsmiddelen, te overleven op open zee. Om ze hierin te bekwamen, vond deze week voor het eerst een redding- en overlevingsoefening plaats op de Caraïbische Zee. “Een nuttige oefening, met veel leermomenten”, vertelt sergeant-majoor Andy van Os, sensoroperator op de DASH-8. Direct als de bemanning te water gaat, begint de strijd om te overleven. Zo blijkt het openen van het reddingsvlot al een flinke uitdaging op open zee. “Niet te vergelijken met de oefeningen in het zwembad”, geeft Van Os grif toe. Ook eenmaal in het reddingsvlot, spelen de elementen hun parten met als grootste vijand: zeeziekte. De eerste tien minuten zijn dan ook cruciaal. Direct verdelen de bemanningsleden de taken. Seinmiddelen worden aan het vlot bevestigd, het water eruit geschept en de ‘reverse osmose’ pomp bediend om drinkwater te maken. Van Os: “Intensief werk, maar zeker in een tropische omgeving van levensbelang.” Dan begint het wachten op de redding. Als na twee uur eindelijk de AS-355 kustwachthelikopter als een reddende engel aan de horizon verschijnt, weerklinkt een gejuich uit het vlot. Snel wordt de locatie doorgegeven aan de kustwachtcutter Jaguar en worden de drenkelingen uit hun hachelijke situatie gered.
TIEN NIEUWE VLOOTOPERATORS Na bijna een jaar hard werken, zijn op 12 juni tien deelnemers geslaagd voor de Initiële Kustwachtopleiding. Zij werden beëdigd door Advocaat Generaal mr. A.C. van der Schans. De Kustwacht heeft er nu tien nieuwe vlootoperators bij met de rang van volmatroos. In het bijzijn van vele familieleden en vrienden vond de diplomauitreiking plaats in de longroomtuin van Marinebasis Parera. De directeur van de Kustwacht, commandeur Peter Lenselink, is bijzonder trots op de prestaties van de nieuwe operators. “Als kustwachters draagt u een grote verantwoordelijkheid en houdt u toezicht op de naleving van de wetten.
Maak uzelf en uw samenleving trots”, aldus de commandeur. Minister van Justitie, David Dick sprak de nieuwe volmatrozen ook toe: “De taak van een kustwachter is een taak die niet voor iedereen bestemd is, maar voor een geselecteerde groep. En dat zijn jullie”. De nieuwe volmatrozen leerden onder andere EHBO, zeevaartkunde, kaartpassen, radiotelefonie, boardingprocedures, militaire zelfverdediging, schieten, optreden in het openbaar en diverse studierichtingen die nodig zijn voor de beëdiging als Buitengewoon Agent van Politie (BAVPOL). Nu de initiele opleiding is afgerond, volgt een stageperiode van elf maanden.
HOLLANDERS EN VENEZOLANEN HOUDEN OGEN GEOPEND Eenheden van de Koninklijke Marine en de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba hebben tijdens de bilaterale oefening ‘VenHol’ en de kustwachtoefening ‘Open Eyes’ samengewerkt met Venezolaanse eenheden. Tijdens ‘VenHol’ lag de nadruk op maritieme oefeningen. Zo beoefenden het stationsschip Hr.Ms. Van Amstel en het Venezolaanse fregat General Soublette hun competenties op
het gebied van manoeuvreren, helikopteroperaties en luchtverdediging. Om de samenwerking soepel te laten verlopen, wisselden de schepen liaisonofficieren uit. Gelijktijdig trainden verschillende varende en vliegende eenheden van de kustwacht, waaronder de cutter Jaguar en de Venezolaanse patrouilleboten Libertad en Tripulacion, diverse scenario’s. De nadruk lag hierbij op ‘Search and Rescue’.
36
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 36
06-07-2009 13:05:17
AFGEROND! Na een loodzware eindbivak sloten 65 dienstplichtigen van de Antilliaanse Militie op vrijdag 19 juni de Elementaire Vakopleiding af. Tientallen familieleden, vrienden en marinecollega’s stonden klappend en juichend bij de poort van Marinekazerne Suffisant, om de vermoeide, maar trotse miliciens te verwelkomen. Begin dit jaar begonnen 75 Antilliaanse jongeren op Marinekazerne Suffisant aan hun dienstplicht van een jaar. In de huidige opzet begint deze met zes maanden van militaire training, de zogenoemde Elementaire Vakopleiding. Tijdens deze karaktervormende periode wordt de milicien normen en waarden, discipline, verantwoordelijkheidsgevoel en zelfvertrouwen bijgebracht. Na deze fase volgt de Civiele Vakopleiding, waarin de dienstplichtigen een beroep leren. De Elementaire Vakopleiding wordt traditioneel afgesloten met het grensverleggende eindbivak ‘Deadpoint Boemerang’. In deze uitdagende en zware week passeren alle geleerde lessen nog eenmaal de revue. Van speedmarsen tot kaart en kompasoefeningen. Ook verleggen de miliciens in deze week fysiek en psychisch hun grenzen. Zo dalen ze af van de Tafelberg, maken ze een wateroversteek met drijfpakketten bij de Drie Gebroeders en besluiten ze het bivak met een nachtmars van vijfentwintig kilometer. Een belangrijke mijlpaal, want alleen na het succesvol afronden van de Elementaire Vakopleiding, mogen de miliciens de begeerde baret met het embleem van de Antilliaanse Militie dragen. “Jullie hebben deze pittige fase tot een goed einde gebracht en getoond wat jullie waard zijn”, sprak de commandant van Marinekazerne Suffisant, majoor der mariniers Enrique Sanchez, de miliciens toe. “Daar mogen jullie trots op zijn!”
* SMJR WDE Hans De Jonge heeft een zilveren medaille ontvangen aan boord van Hr.Ms. Amsterdam. Deze medaille wordt uitgereikt aan werknemers van de Koninklijke Marine die 24 jaar in dienst zijn. De Jonge heeft in Joegoslavië en Albanië gediend. Sinds 2007 is hij chef Wapentechnische Dienst op Hr.Ms. Amsterdam.
* SGTLDA Patricia Bergsma-Ladru mocht een gouden medaille in ontvangst nemen omdat zij maar liefst zeven keer aan het militair wereldkampioenschap zwemmen heeft meegedaan op het nummer 100 meter vrije slag. Dit jaar staat ze op de nominatie voor het wereldkampioenschap in Canada. Na kwalificatie zal ze voor de achtste keer in actie komen voor defensie. * Op woensdag 24 juni ging voor SGTLDV Susan Meijers haar 24e dienstjaar in. Uit handen van KTZ Oscar van Lent kreeg de medewerker integriteitszaken haar zilveren medaille en bijbehorende beloning uitgereikt.
* De oud-projectleiders Afstoting Zee, KTZT bd ir. Jan Vos en KTZ Rini Verschelling, en de Projectmanager Afstoting M-Fregatten, KLTZE Rob Meijs zijn onderscheiden met de ‘Order of Naval Merit’ in de rang Caballero (Ridder). Deze onderscheiding werd aan de drie officieren toegekend in verband met hun uitstekende functioneren bij de verkoop en overdracht van twee L-fregatten en twee M-fregatten aan Chili.
* Op 17 juni hebben de SMJR’s Boersma, Dudink, Jongejan en Van der Wereld de opleiding tot systeemchef LCF met succes afgerond. De afronding vond plaats op de KMTO met een presentatie van hun eindopdracht, een technisch-operationele case. De geslaagden worden geplaatst op LC-fregatten.
* Op vrijdag 26 juni heeft KLTZ J. de Bruijn het commando van 860 Squadron op Martiem Vliegkamp De Kooy overgenomen van KLTZ H.Tolsma. In zijn afscheidsrede noemde Tolsma de overgang op 4 juli 2008 naar het Defensie Helikopter Commando. Hierdoor was hij de laatste commandant van het Vliegtuig Squadron 860 (VGSQ 860) en tevens de eerste commandant van het 860 Squadron (860SQ). Tolsma is overgeplaatst naar de MIVD waar hij het bureau Midden Oosten en Afrika zal gaan leiden.
37
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 37
06-07-2009 13:05:26
Reünies * Geïnteresseerde opvarenden van ex-Hr. Ms. Tjerk Hiddes in de periode ’96-’97 kunnen zich opgeven op sabrina_reijs@ msn.com of via 06 49 03 98 77. * 28 oktober: Bekleders-parachutepakkers. Locatie: de Kumpulan van het militair tehuis Bronbeek. Aanmelden door ` 15,- over te maken op 1330422 ten name van N.J. Arentsen in Doetinchem. * 25 september: Radioradarmonteur. Locatie: De Kumpulan van het militair tehuis Bronbeek. Voor meer informatie, e-mail:
[email protected] of
[email protected]. Schriftelijk: Stg. Reünie radarmonteurs, Mr.J.Henderikxstraat 47, 1788 AX Den Helder. Aanmelden door ` 18,50,- over te maken op 7642722 ten name van Stg. Reünie Radioradarmonteurs, Hardenberg. MLD boek in de maak De ruime geschiedenis van de Marine Luchtvaartdienst (MLD) moet bewaard blijven, vindt Peter Korbee. Hij wil een boek uitbrengen over de negentigjarige MLD-geschiedenis. Om dat te kunnen zoekt hij contact met (oud-)marinemensen, ex-MLD’ers, ex-LSK’ers en burgers die betrokken waren bij de MLD. Korbee is op zoek naar foto- en diamateriaal en documentatie en verhalen van bijzondere gebeurtenissen zoals: personen, vliegtuigen, werkplekken, Hr.Ms. Karel Door-
man en MLD-materialen. Het (beeld)materiaal wordt retour gezonden en onkosten worden vergoed. Peter Korbee, Camphuysenstraat 13, 2231 TA Rijnsburg, telnr.: 071 402 3920 of 06 226 594 90, e-mailadres:
[email protected]. Dodenherdenking gevallenen Oost-Azië Bij het Indië- en Nieuw Guinea-monument 1941-1962 in Park Eekhout te Zwolle zal op zaterdagavond 15 augustus a.s. een herdenking worden gehouden ter nagedachtenis van alle Nederlandse onderdanen die zijn omgekomen in het voormalig NederlandsIndië en -Nieuw Guinea en de rest van Oost-Azië als gevolg van oorlog, onderdrukking en terreur, tijdens de Tweede Wereldoorlog, de Indonesische revolutie 1945-1949 en de periode 1949-1962, de kwestie Nieuw Guinea. De herdenking wordt gehouden van 19.00 tot 20.00 uur. De plechtigheid zal worden afgesloten met de kranslegging door de Commissaris van de Koningin in Overijssel en de burgemeester van Zwolle, veteranenorganisaties en verenigingen van oorlogsgetroffenen. Na de kranslegging kunnen de aanwezigen deelnemen aan een defilé langs het monument.
Festival Classique De Marinierskapel der Koninklijke Marine heeft zondag 14 juni opgetreden op het Festival Classique in Den Haag. Een programma gewijd aan het thema 400 jaar Nederland-Amerika. Van dit concert is door de AVRO een webcast gemaakt, waardoor het gehele programma via internet nog eens na te zien is op http://cultuurgids.avro.nl/ front/indexklassiek.html. Kies vervolgens voor webcasts FC HollandAmerika.
Muzikale omlijsting op Veteranendag Voorafgaand aan de manifestatie op het Malieveld heeft het Koperkwintet van de Marinierskapel op Veteranendag de bijeenkomst in de Ridderzaal muzikaal omlijst. In aanwezigheid van Z.K.H. Prins van
Afscheid nemen is loslaten en achterlaten. Maar niet vergeten. Zoveel Zoveel Zoveel Zoveel na het
Oranje voerden premier Balkenende en twee veteranen het woord voeren. De gehele plechtigheid was voor iedereen te volgen op een groot scherm. De Tamboers & Pijpers en de Marinierskapel van de Koninklijke Marine namen deel aan het defilé door de stad. De Steelband van het Korps Mariniers sloot de dag feestelijk af.
kaarten medeleven warmte mensen die aan ons gedacht hebben overlijden van onze lieve zoon, broer en oom,
Alexander Nijboer Wij willen defensie dank zeggen voor wat zij voor ons gedaan hebben en nog doen. Het is een hele steun geweest om de begrafenis van Alexander met ons te regelen en ook dat zijn maten een herdenking hebben gehouden. Om niet een naam te vergeten doen wij het op deze manier. Hartelijk dank daarvoor. Juni 2009 De familie van Alexander Nijboer.
Alle Hens is benieuwd naar de mening van haar lezers. Daarom wil de redactie u graag de ruimte geven om te reageren op de artikelen in Alle Hens. De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken te selecteren, te redigeren en in te korten voor publicatie. Reacties op Alle Hens kunt u sturen naar:
[email protected], of per post: Alle Hens, Het Paleis, postbus 10.000, 1780 CA Den Helder (MPC10 A).
38
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 38
06-07-2009 13:05:31
OFFICIEREN
SMJRLDGB G. Wijker SMJRLDV H. Wissink
MANSCHAPPEN
MARN 3 ALG F.K. Pons MARN 3 ALG S. van Reenen
Bevorderingen
SMJRWDW C.S.G. de Wit
Bevorderingen
MARN 3 ALG E. Reitsema
KTZ F. Foreman
SGTMARNALG A.S.R. Bechoe
MATR 1 LDGB M.B. van Ekelen
MARN 3 ALG J. Ritterbecks
KLTZ E.C.F. Vonk
SGTODOPS M.A. Berentsen
MATR 1 OD J. Engelgeer
MARN 3 ALG J.S.L. van Saase
KLTZ VLAM Drs. J. Wolters
SGTTDW O.R. Bijl
MATR 1 OD W. Hage
MARN 3 ALG Y.N. Schurer
LTZT 1 H.W.M. Olbers
SGTMARNALG J.M. Blom
MATR 1 LDGB R.R. Manck
MARN 3 ALG C.S. Selk
LTZA 1 A.P. Drs. Paap
SGTMARNALG R.J. van Buuren
MATR 1 OD M.M.J. Nijland
MARN 3 ALG A.C.B. Spuij
LTZ 2 OC P.H. Hazeu
SGTMARNALG J. Demmers
MATR 1 LDV B.J. Prins
MARN 3 ALG L.S. Tibboel
LTZ 2 OC B.C. Willekes Macdonald
SGTMARNALG H.J. van Dijk
MATR 1 OD R.M.J. Straathof
MARN 3 ALG W. Vermeer
LTZA 2 R.A. Adelaar
SGTTDE G.F. Hart
MATR 1 LDV G. Verweij
MARN 3 ALG D. Visser
LTZT 2 J. Boschman
SGTTDW G. van Kampen
ELNTMARNS C.A. van Dun
SGTLDV A.E. Lassche
Dienstverlaters
MARN 3 ALG K.C. de Widt
LTZ 2 A.J. Kerpershoek
SGTMARNALG F. van Lin
MARN 1 ALG H.J. Andrea
MATR 3 WDS M.A. Witte
LTZE 2 G.C. Mars
SGTLDA B.I. van der Meer
MARN 1 ALG K. Boet
MARN 3 ALG M. van Wort
LTZA 2 G.J.J. Meijer
SGTLDV J. Oosten
MARN 1 ALG D.S.J. de Jong
MARN 3 ALG R. Wulfsen
LTZ 2 R. Steenhoek
SGTMARNALG P. Oppelaar
MARN 1 ALG A.J. de Keizer
MATR 3 OD R. Zwemstra
LTZ 2 D. van Wissen
SGTTDW M. van Schoonhoven
MARN 1 ALG D. Kooij
SGTTDW P.P.A.M. Spee
MARN 1 ALG C.A.J. van der Meer
Dienstverlaters
SGTMARNALG M. Stroomer
MARN 1 ALG V.A.H. Vergeer
LTKOLMARNS R. van Duinen
SGTMARNALG A.H. Tafronti
MATR 1 TDE M. Versteeg
LTKOLMARNS Ing. L. Nijssen
SGTWDS W. Veldthuis
MATR 1 LDGD M.P. van Wuijkhuis
Bevorderingen
LTZSD 2 OC C.M.P. Kipp-Broekman
SGTLDA B.A. Versluis
MATR 2 OD S. Bons
J.C. Noordeloos,
KAPTMARNS J.A. de Laat
SGTLDV M.M.E. Visser
MATR 2 TD S. Sijbrandij
G.A. Poolen, 6
KAPTMARNS A.E. Stap
SGTTDW R. Vos
MARN 3 ALG N. Aandeweg, N
G.J. Spigt-Tellegen, 6
LTZT 2 J.H.C. de Haas
KPLMARNALG M. Blokker
MARN 3 ALG J. Albertsma
C.P. de Lange, 5
KPLMARNALG R. Hoogveld
MARN 3 ALG P.D. Andeweg
B.M. Schuurhannes, 5
KPLMARNALG E. de Ruiter
MARN 3 ALG D.H.L. van den Bogert
S.C.I. de Looze, 4
KPLMARNALG G. de Wolf
MARN 3 ALG I.E. van den Born
ONDEROFFICIEREN
MARN 3 ALG J. de Vries
BURGERS
MARN 3 ALG D.S. Bouwman
Dienstverlaters
Bevorderingen
Dienstverlaters
MARN 3 ALG B. Elbers
P.C.W. Oldenzeel, 10
AOOODOPS M. Bonte
AOOTDW E. Brinks
MARN 3 ALG Y. Elferink
Ing. Q.L. Doeswijk, 9
AOOMARNALG M.J. Hardeman
AOOODOPS H.H. Kosse
MARN 3 ALG R.J. Groenendijk
M.J. Dijkman, 5
AOOODVB E.E. van Kesteren
AOOLDA C.T. van den Nieuwendijk
MARN 3 ALG F. Harthoorn
A.J. van Schijndel, 5
AOOMARNALG R.W.B. Mijnders
AOOLDV M.J.A. Poortvliet
MARN 3 ALG M.J. Kalisz
J.F.D. Boon, 3
AOOMARNALG J.J. Stelten
SMJRODND E.G. de Boer
MARN 3 ALG N. Koppers
B. Messemaker, 3
AOOWDE H. de Wit
SMJRODVB C.J. Fesevur
MARN 3 ALG M. Koree
SMJRMARNALG R.J.P. Bergwerff
SMJRLDGB J.T. van Heusden
MARN 3 ALG P. Kuperus
SMJRTDW E. Blokker
SMJRWDW J.P.O. Sneeboer
MARN 3 ALG J.B. van Lambalgen
SMJRODVB L.J.C. Gaillard
SMJRODVB O.G. Verver
MARN 3 ALG R.J. Lefevere
SMJRMARNALG W.V. Hanst
SMJRLDV M.A. Weenink
MARN 3 ALG D.J. Manuputty
SMJRLDV A.H. Hilberts
SGTLDA V.C.M. Blei
MARN 3 ALG B. Moermans
SMJRODVB J. Laan
SGTMARNALG C.J.M. de Kock
MARN 3 ALG D.J. Mollema
SMJRODVB W.H.G. Laumen
SGTLDV G.H. Leenders
MATR 3 TD M.C. Nijenkamp
SMJRMARNALG R.A. Mom
KPLMARNALG R.L. Apperloo
MARN 3 ALG S. Nikkels
SMJRMARNALG R. Poesiat
KPLAOMARNS M. Berendse
MARN 3 ALG J. van den Nouweland
SMJRWDS J.C. Schaap
KPLTDE J. Deijen
MARN 3 ALG A.J.W. ‘t Oever
SMJRTDW H.T.T. Schoonenberg
KPLLDGD J. Klem-Salomé
MATR 3 BDWSR H.M. Panneman
SMJRLDGB H.H.J. Thewissen
KPLAOVLGR P.J.J. Simons
MARN 3 ALG C.D. Piek
Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en beschikbaar gesteld door Bureau Rapportages DC HR Enschede. Indien de getoonde informatie onjuist is, dient u contact op te nemen met DC HR: *06 733-3/ 0800 2255733 of P&O van uw defensieonderdeel.
39
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 39
06-07-2009 13:05:33
STRAAT VAN GIBRALTAR, 03 MEI
De Middellandse Zee zal ik niet snel vergeten! Vandaag heb ik meegedaan aan een NAVO oefening. Met het heli team ging ik op verkenning. Heel anders dan mijn dagelijkse werk aan boord, kan ik je vertellen. En mooi dat wij als eerste de vijand gespot hebben! Echt een kick, als je met z’n allen zo’n oefening tot een goed eind brengt! Terug aan boord stond ons een heerlijke BBQ te wachten... en mijn eigen bedje. Kijk wat jij allemaal bij ons kunt op werkenbijdemarine.nl
DE MARINE VERGROOT JE WERELD
92165_K79_AlleHens_juli_aug_10.indd 40
06-07-2009 13:05:35