Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Inhoudsopgave 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
3
2.1
Inleiding
3
2.2
Preventief hrm-beleid en bijbehorende instrumenten
3
2.3
De risico-inventarisatie en -evaluatie
9
2.4
Monitoring: is de organisatie in balans?
9
2.5
Voorlichting en advisering
10
2.6
Vragenlijsten voor signalering van werkdruk en werkstress
11
2.6.1
Algemene vragenlijsten
11
2.6.2
Vragenlijsten die psychosociale arbeidsbelasting en werkdruk meten
12
2.7
Werkdruk aanpakken met leidinggevenden en medewerkers
12
Bijlagen
Regelmogelijkheden en het WEBA-model
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
16
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
2
2.1
Inleiding
• de vragenlijsten die er zijn om werkdruk te meten;
Arbocoördinatoren, preventiemedewerkers en P&O-adviseurs hebben twee rollen bij de beheersing van werkdruk en werkstress: zij dienen zelf een
• de manier waarop u werkdruk kunt aanpakken met leidinggevenden en medewerkers.
hoge werkdruk en werkstress, en kunnen daarnaast
2.2
anderen adviseren en helpen bij de aanpak van
Een goed basis-hr-beleid draagt ontegenzeglijk
werkdruk en stressproblemen. In de volgende
bij aan de preventie van werkdruk- en werkstress-
paragrafen werken we deze twee rollen uit.
problemen. Als arbocoördinator, preventiemedewer-
bijdrage te leveren aan het voorkomen van een te
Preventief hr-beleid en bijbehorende instrumenten
ker of P&O-adviseur bent u verantwoordelijk voor en U vindt in dit webdocument informatie over:
draagt u bij aan het ontwikkelen en uitvoeren van een
• hr-beleid en instrumenten ter preventie van hoge
goed hr-beleid. Hierover zijn verschillende handboeken beschikbaar. Deze arbocatalogus gaat daar
werkdruk en werkstress; • werkdruk in de risico-inventarisatie en -evaluatie;
verder niet op in.
• de indicatoren waarmee u kunt beoordelen of de Hier geven wij aan, voor de in de figuur 1 genoemde
organisatie in balans is; • de manier waarop u invulling kunt geven aan
werkdruk- en stressbronnen, welk hr-beleid en hr-instrumenten een preventieve werking kunnen
voorlichting en advisering;
hebben.
de or et ing stong m leid r Ve ga en om ga’s lle o c
kte Beper ana loopb heden lijk moge
Disba arbeid lans -privé On vo k va en ldoe ar nis nd dig e e he n de n
n aa g ing dra ell ge tst st oo en Bl gew on
Ho en evee v lh in erst eid he ori we t w ng rk er en k
2
Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Stress
Figuur 1. Bronnen van werkdruk en werkstress
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
3
Stressbron 1: te grote hoeveelheid werk en
De lacunes maken duidelijk op welke gebieden
verstoringen in het werk
verdere ontwikkeling van leidinggevenden nodig is.
Werkdruk en -stress door de hoeveelheid werk of
P&O-adviseurs kunnen deze competentieprofielen
door verstoringen in het werk zijn te voorkomen door
opstellen en adviseren over training en opleiding.
goede bedrijfsvoering en goede aansturing. Dit is primair de verantwoordelijkheid van het management
3. Planmatig werken
en leidinggevenden. Als P&O-adviseur kunt u hen
Een goede werkplanning is noodzakelijk om inzicht
adviseren over het beheersbaar houden van de
te krijgen in de beschikbare tijd en de uit te voeren
hoeveelheid werk en verstoringen in het werk. U kunt
werkzaamheden. Bijna alle gemeenten gebruiken
ook stimuleren dat hiervoor aandacht is in manage-
jaarplannen, afdelings-, team- en individuele werk-
ment developmentprogramma’s.
plannen als hulpmiddel voor de planning. Deze plannen alleen zijn onvoldoende om te bewerkstelligen dat de
Concreet zijn er vier beleidsthema’s met een preven-
werklast goed verdeeld is over de beschikbare
tieve werking:
medewerkers. Hiervoor is nog nodig dat: -- plannen vertaald worden naar taken met
1. Balans regelmogelijkheden en taakeisen
benodigde uren per taak;
Werkdruk en/of -stress is te voorkomen als mede-
-- de doorlooptijd van taken wordt benoemd;
werkers voldoende regelmogelijkheden hebben om
-- het aantal beschikbare uren van medewerkers
de eisen die het werk stelt te kunnen realiseren. Regelmogelijkheden zijn mogelijkheden of, anders gezegd, bevoegdheden van medewerkers om zelfstandig problemen in het werk op te lossen (bijvoorbeeld de bevoegdheid om een deadline te verschui-
bekend is; -- de benodigde uren gelijkmatig worden verdeeld in de tijd over de beschikbare uren; -- een eenmaal opgestelde planning bijgesteld wordt als plannen veranderen.
ven), mogelijkheden om met collega’s werkproblemen op te lossen (bijvoorbeeld: een collega vragen bij te
4. Projectmatig werken
springen) en mogelijkheden om de leidinggevende of
Projectmatig werken is een werkwijze, met name
andere afdelingen te vragen problemen in het werk
voor beleidsmedewerkers, om grip te houden op de
op te lossen (bijvoorbeeld in het werkoverleg proble-
uitvoering van projecten. Bij projecten zijn meerdere
men bespreken). Het begrip ‘regelmogelijkheden’
partijen betrokken, waarbij het risico ontstaat dat een
wordt in de bijlage nader toegelicht.
project gaandeweg en ongemerkt groter wordt. Als zulke wijzigingen niet expliciet worden bijgehouden,
2. Competentiemanagement voor leidinggevenden
kan de werklast voor de beleidsmedewerker onge-
Ook een goede aansturing door de leidinggevende
merkt toenemen. De kern van projectmatig werken is:
draagt bij aan het beheersbaar houden van de hoeveel-
aan het begin van een project een projectplan te maken
heid werk en verstoringen in het werk. Veel gemeenten
waarin de taken, en de benodigde uren per taak en de
werken met competentiemanagement om de compe-
doorlooptijd staan beschreven. Wijzigingen worden
tenties van leidinggevenden op dit gebied, en op
bijgehouden in een logboek. Over bijkomende taken
andere gebieden, te verbeteren. Hierbij worden
volgt onderhandeling met de opdrachtgever. Zo houdt
competentieprofielen gedefinieerd voor de verschil-
de beleidsmedewerker steeds inzicht in de werklast
lende typen leidinggevende functies. Vervolgens
die voortvloeit uit projecten.
1
wordt elke leidinggevende beoordeeld op de mate waarin hij of zij de vereiste competenties beheerst.
1
Een voorbeeld van een algemeen competentieprofiel voor een leidinggevende is: - Kan verantwoordelijkheden verdelen onder teamleden en duidelijk maken wie wat moet doen, effectieve samenwerking binnen het team organiseren, besluitvorming organiseren zodanig dat iedereen zijn bijdrage levert en een goed draagvlak ontstaat; kan wrijving in het team tijdig en effectief neutraliseren; kan groepsleden individueel opbouwende feedback geven op het functioneren en de resultaten; ontwikkelingsruimte, leersituaties en uitdagingen. - Kan problemen, storingen of andere praktische vraagstukken oplossen door direct een analyse van mogelijke oorzaken te maken, mogelijke oplossingen aan te dragen en gekozen oplossingen daadwerkelijk uit te voeren.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
4
De hr-instrumenten die bij deze stressbron ingezet kunnen worden zijn: - management development - (her)structureren van bedrijfs- of werkproces - planmatig werken - projectmatig werken
Capaciteitsmanagement en werkdruk van beleidsmedewerkers Gemeenten moeten een goede astemming vinden tussen politiek-bestuurlijke ambities en personele capaciteit. Hierbij is goed capaciteitsmanagement nodig om een balans te vinden tussen enerzijds de vereiste slagvaardigheid en flexibiliteit van de organisatie en anderzijds het voorkomen van een te hoge werkdruk en uitval van beleidsmedewerkers. Om inzicht te krijgen in de wijze waarop gemeenten invulling geven aan capaciteitsmanagement en het effect hiervan op slagvaardigheid en werkdruk, heeft het A+O fonds een verkennend onderzoek hiernaar laten verrichten. De belangrijkste factor bij capaciteitsmanagement lijkt de wijze te zijn waarop wethouders en beleidsambtenaren (met elkaar) overleggen en plannen. De gehanteerde werkwijzen bevinden zich tussen twee uitersten: óf afstemming, overleg en planning vindt en centraal plaats via de gemeentesecretaris en het managementteam (afstemming via de lijn), óf afstemming, overleg en planning vindt en decentraal plaats, namelijk rechtstreeks tussen wethouder en beleidsmedewerker (afstemming via een-tweetjes). Voor gemeenten is er geen beste manier van organiseren, maar de wijze van afstemming lijkt vooral afhankelijk te zijn van politieke cultuur, turbulentie in de omgeving en de competenties van bestuurders, management en beleidsmedewerkers. Decentralisatie stelt hoge eisen aan de professionaliteit van beleidsmedewerkers (onder andere goed verwachtingen kunnen managen), maar biedt ook meer verantwoordelijkheden, regelruimte en leer- en ontwikkelingsmogelijkheden. Overige elementen van capaciteitsmanagement zijn: - het verduidelijken en vastleggen van verantwoordelijkheden bij (strategische keuzes voor) uit te voeren werk en planning; hierbij kan ook het opstellen van spelregels voor efficiency horen; - het hanteren van een planningssysteem voor het verdelen van de werklast over medewerkers in de tijd; - het ontwikkelen van competenties van beleidsmedewerkers; - het ontwikkelen van competenties van afdelingshoofden; - het maken van afspraken met de opdrachtgever over het leveren van werk (bijvoorbeeld omvangrijke beleidsnota’s of korte notities); - het flexibel maken van de organisatie; bijvoorbeeld door één pool van projectleiders in te stellen of projecten aan te passen, uit te besteden of er mensen voor in te huren. Meer informatie en voorbeelden van capaciteitsmanagement van gemeenten vindt u in het onderzoeksrapport ‘Capaciteitsmanagement en werkdruk van beleidsambtenaren’ op www.aeno.nl.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
5
Stressbron 2: onvoldoende kennis en vaardigheden
De hr-instrumenten die bij deze stressbron
van medewerkers
ingezet kunnen worden zijn:
Om het werk zonder stress en met de juiste kwaliteit
- competentiemanagement
op tijd af te krijgen, hebben medewerkers vakinhoude-
- opleiding en training
lijke kennis en vaardigheden nodig. In de eerste plaats
- persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
gaat het om kennis en vaardigheden om het werk met
- selectiegesprek
de juiste kwaliteit uit te voeren. Heeft bijvoorbeeld een administratief medewerker voldoende ervaring met
Stressbron 3: verstoorde omgang met collega’s en
een bepaald softwareprogramma? In de tweede plaats
leidinggevenden
zijn vaardigheden nodig om het werk te plannen en
Werkdruk en -stress door een verstoorde omgang
daarover te communiceren en te onderhandelen.
met collega’s en leidinggevenden vallen eveneens
Bijvoorbeeld; in overleg prioriteiten stellen, inschatten
primair onder de verantwoordelijkheid van het
of klussen voor de deadline klaar kunnen zijn en, niet
management en direct leidinggevenden. Als P&O-
onbelangrijk, ingrijpen door werk over te dragen of
adviseur kunt u stimuleren dat in management
tijdig collega’s en leiding te waarschuwen.
developmentprogramma’s leidinggevenden getraind worden in gespreksvoering met medewerkers over
Ten slotte, afhankelijk van de functie, is enige stress-
werkgerelateerde problemen. Specifieke competen-
bestendigheid nodig. De ene persoon is van nature
ties die nodig zijn voor gespreksvoering zijn: luiste-
stressbestendiger dan de andere. Eigenschappen die
ren, inlevingsvermogen en onderhandelen.
bijdragen aan gevoeligheid voor stress zijn: zich te veel verantwoordelijk voelen, niet assertief zijn (geen
De hr-instrumenten die bij deze stressbron
nee kunnen zeggen) of perfectionisme.
ingezet kunnen worden zijn: - management development
Om de competenties van medewerkers te verbeteren,
- training in conflicthantering
werken veel gemeenten met competentiemanagement. Hierbij worden competentieprofielen gedefini-
Stressbron 4: beperkte loopbaanmogelijkheden
eerd 2 voor de verschillende functiecategorieën.
Als competenties van medewerkers niet matchen
Vervolgens wordt elke medewerker beoordeeld op de
met de toekomstige benodigde competenties, kan
mate waarin hij of zij die competenties beheerst. De
dat een bron van werkdruk en spanning zijn. Bij een
lacunes maken duidelijk op welke gebieden verdere
preventieve aanpak is het daarom goed in te spelen op
ontwikkeling nodig is. P&O-adviseurs kunnen deze
veranderingen in de toekomst die van medewerkers
competentieprofielen opstellen en trainingen aanbie-
nieuwe competenties vragen en op eventuele toekom-
den of doorverwijzen naar specifieke opleidingen en
stige mismatches. Dit kan door het uitvoeren van:
trainingen. - Strategische personeelsplanning Ook kan P&O trainingen aanbieden gericht op het
Dit gaat over het inspelen op competenties die in
vergroten van de weerbaarheid van medewerkers
de toekomst nodig zijn. Hierin ontstaat inzicht door
(time-management, assertiviteit, stresshantering).
de competentieprofielen van huidige en toekomstige
Een goed moment voor het bespreken van keuzes
komst nodig zijn, kunnen verkregen worden door
over het volgen van trainingen en/of opleidingen is
medewerkers te trainen en te ontikkelen of nieuwe
het periodieke gesprek tussen leidinggevende en
medewerkers te werven. P&O-adviseurs kunnen het
medewerker over het persoonlijk ontwikkelingsplan
management ondersteunen door analyses te maken
(POP-gesprek). Competentie-profielen kunnen ook
van huidige en toekomstige profielen en op basis
gebruikt worden om bij selectiegesprekken te toetsen
daarvan te adviseren over training en werving.
functies te vergelijken. Competenties die in de toe-
of nieuwe medewerkers over de vereiste competenties voor een functie beschikken. 2
Een voorbeeld van benodigde algemene competenties voor een beleidsmedewerker: vermogen om werk te plannen en te organiseren om praktisch te werken, assertiviteit, druk- en stressbestendigheid, prestatiemotivatie, resultaatgerichtheid en zelfstandigheid.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
6
- Employabilitybeleid/werken aan het verbreden van inzetbaarheid
De hr-instrumenten die bij deze stressbron ingezet kunnen worden zijn:
Het doel van dit beleid is om bewust met medewer-
- strategische personeelsplanning
kers te spreken over hun inzetbaarheid. Bijvoorbeeld
- employabilitybeleid
tijdens het POP-gesprek. P&O-adviseurs kunnen
- persoonlijk ontwikkelingsplan
leidinggevenden via instructies of training ondersteu-
- loopbaanadvies
nen bij het voeren van een goed POP-gesprek.
- van-werk-naar-werk-beleid en re-integratieplan
Daarnaast kunnen P&O-adviseurs een brede inzetbaarheid ondersteunen door functieroulatie te
Onderbelasting
stimuleren. In de POP-gesprekken kunnen de
Structurele onderbelasting kan leiden tot stress,
wensen en mogelijkheden op dat gebied besproken
doordat mensen hun kwaliteiten niet kwijt
worden. In de CAR-UWO is opgenomen dat voor elke
kunnen, onvoldoende worden uitgedaagd of zich
ambtenaar ten minste eens per drie jaar een per-
niet kunnen ontwikkelen in hun werk (bore-out).
soonlijk ontwikkelingsplan wordt opgesteld.
Behalve tot stress kan onderbelasting ook leiden tot verveling, baldadigheid en onveilig gedrag.
- Loopbaanadvies In de CAO 2007-2009 hebben sociale partners
Oplossingen zijn:
afgesproken dat iedere gemeenteambtenaar na elke
- afwisseling met meer uitdagende,
vijf jaar recht heeft op een loopbaanadvies. In een
belastende taken
loopbaanadvies komen aan de orde: de competenties
- taakroulatie
van de medewerker, de wensen van de medewerker
- samenwerking in teamverband
binnen zijn loopbaan en doorstroommogelijkheden
- loopbaanontwikkeling
binnen en desgewenst buiten de organisatie. Stressbron 5: blootstelling aan ongewenst gedrag - Van-werk-naar-werk-beleid
Onder ongewenst gedrag valt: pesten, seksuele
In 2008 hebben sociale partners afspraken gemaakt
intimidatie, discriminatie, agressie en geweld. Een
over herziening van de bovenwettelijke werkloos-
juiste stijl van leidinggeven (aanspreken op onge-
heidsregeling (CAO 2007-2009). Om werkloosheid te
wenst gedrag) en voorlichting aan medewerkers en
voorkomen, moet een re-integratieplan worden
leidinggevenden kunnen helpen om ongewenst
opgesteld voor medewerkers die boventallig zijn
gedrag te voorkomen of te verminderen. Preventieve
geworden door reorganisatie en voor medewerkers
acties om agressie en geweld te voorkomen zijn
die niet geschikt of bekwaam zijn voor de eigen
onder andere het opstellen van een risicoprofiel, het
functie.
opstellen van huisregels voor burgers en het geven van voorlichting en training.
Meer informatie
Ongewenst gedrag valt ook onder het integriteitsbe-
- Opleiding en ontwikkeling, herziening bovenwet-
leid van gemeenten. In klachtenregelingen zijn hier
telijke werkloosheidsregeling www.vng.nl en
bepalingen over opgenomen.
www.car-uwo.nl.
Het College voor Arbeidszaken van VNG heeft in 2007
- Van werk naar werk, www.aeno.nl.
een landelijke Klachtencommissie ‘Ongewenst
- Op weg naar leeftijdsbewust personeelsbeleid.
Gedrag’ opgericht. Daarmee kunnen gemeenten bij
Routeplanner voor gemeenten. Met o.a. een Scan
een beperkt aantal incidenten toch beschikken over
duurzame inzetbaarheid. www.aeno.nl.
opgebouwde deskundigheid.
- A+O Ontwikkelscan op www.aeno.nl/inzetbaarheid/ activiteiten/ontwikkelscan.html. - Handreiking loopbaanadvies CAR-UWO op www.vng.nl/eCache/DEF/86/827.html. - Loopbaanspiegel op www.abvakabofnv.nl/advies/ loopbaanadvies/. - Strategische personeelsplanning, www.aeno.nl.
Meer informatie - Werkboek ‘Agressie en pesten op het werk’, www.aeno.nl. - Arbocatalogus ‘agressie en geweld’, www.aeno.nl. - Klachtenregeling ongewenst gedrag, www.vng.nl. - Landelijke Klachtencommissie ongewenst gedrag, www.vng.nl.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
7
In te zetten hr-instrumenten:
Een overzicht van de verschillende verlofregelingen
- voorlichting aan medewerkers en leiding-
is te vinden op www.car-uwo.nl.
gevenden (in management developmentprogramma opnemen) - beleid ongewenst gedrag
Meer informatie: - Verlofregelingen, www.car-uwo.nl.
- beleid agressie en geweld - management development
Dit overzicht met mogelijkheden voor preventief beleid en maatregelen per stressbron pretendeert
Stressbron 6: disbalans arbeid en privé
niet volledig te zijn. In het webdocument oplossingen-
P&O-adviseurs kunnen medewerkers informeren
boek zijn mogelijke maatregelen verder uitgewerkt.
over de verlofregelingen die zij kunnen gebruiken voor tijdelijke extra zorgverplichtingen.
In te zetten hr-instrument:
Dit helpt om werkdrukklachten te verminderen.
- voorlichting aan medewerkers over verlof regelingen
Algemene instrumenten voor alle zes bronnen van werkdruk en -stress Werkoverleg, functioneringsgesprekken en voortgangsgeprekken Werkoverleg, functioneringsgesprekken en voortgangsgesprekken zijn drie basisinstrumenten voor leidinggevenden en medewerkers om oorzaken van werkdruk en -stress op alle zes gebieden te bespreken en aan te pakken. Functioneringsgesprekken Functioneringsgesprekken zijn geformaliseerde contacten tussen leidinggevende en medewerker waarin bij uitstek ook aandachtspunten op het gebied van werkdruk en loopbaan aan de orde kunnen komen. Werkoverleg Het werkoverleg is een regelmatig terugkerend en gestructureerd overleg waarbij leidinggevenden en medewerkers informatie uitwisselen en besluiten kunnen nemen over het werk en de werksituatie. Bij een goed functionerend werkoverleg is het mogelijk om knelpunten op het gebied van werkdruk en/of werkstress in te brengen, de oorzaken ervan te bespreken en tot maatregelen te komen. Voortgangsgesprekken Een voortgangsgesprek is in de eerste plaats bedoeld om informatie uit te wisselen over de voortgang van het werk. Daarnaast kan het een moment zijn om werkdruk- of stresssignalen te bespreken. Afhankelijk van het werk en de taakvolwassenheid van de medewerker kunnen de frequentie en duur van voortgangsgesprekken verschillen. Bij beleidsmedewerkers kan het goed zijn om bijvoorbeeld eens in de zes weken de voortgang van projecten gedurende drie kwartier te bespreken. Bij uitvoerend medewerkers kan dit frequenter, korter en op het moment dat zich een knelpunt voordoet. P&O-adviseurs kunnen leidinggevenden via instructies of training ondersteunen bij het voeren van een goed functioneringsgesprek, het organiseren van goed werkoverleg en/of het voeren van voortgangsgesprekken. Werken in de e-gemeente en kwaliteit van de arbeid Om de dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren, digitaliseren gemeenten in hoge mate processen en diensten. Internet wordt in steeds grotere mate ingezet bij de interactie met de burger. Het is belangrijk dat de kwaliteit van de arbeid niet lijdt onder de samenloop van ICT-projecten en systemen. Met extra aandacht voor de ondersteuning van mensen in hun werk kunnen moderne ICT-systemen helpen functies aantrekkelijker en het werk uitdagender te maken en zo de medewerkers te motiveren. De deelarbocatalogus ‘Beeldschermwerk en werken in de e-gemeente’ gaat verder in op deze vraagstukken. Bij deze catalogus vindt u ook een Checklist Kwaliteit van de arbeid voor ICT-projecten. Zie verder www.aeno.nl.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
8
2.3
De risico-inventarisatie en -evaluatie
2.4
Monitoring: is de organisatie in balans?
De arbowetgeving verlangt dat u als gemeente inzicht
Er zijn verschillende indicatoren om te beoordelen of
hebt in de mogelijke werkdrukrisico’s binnen uw
de organisatie in balans is. Met andere woorden: is de
organisatie en de oorzaken daarvan. Deze werkdruk-
hoeveelheid werk in overeenstemming met het aantal
risico’s moeten met een risico-inventarisatie en
medewerkers? En hebben medewerkers voldoende
-evaluatie (RIE) in kaart worden gebracht. U kunt de
regelmogelijkheden om de aan hen gestelde eisen te
RIE uitbesteden of zelf uitvoeren. Dit laatste kunt u
realiseren? De RIE en andere onderzoeken, zoals een
doen met de digitale RIE Gemeenten (www.aeno.nl).
medewerkerstevredenheidsonderzoek, kunt u gebruiken om inzicht te krijgen in deze balans. U kunt ook
Module ‘Werkdruk’ in RIE Gemeenten
kijken naar andere informatiebronnen, zoals:
De module ‘Werkdruk’ uit de RIE Gemeenten bestaat uit twaalf vragen over de mate waarin werkdruk- en stressrisico’s zich voordoen op afdelingsniveau. De vragen beantwoordt u met ‘ja’ of ‘nee’, soms ook met ‘n.v.t.’ Op basis van het gegeven antwoord worden al dan niet een knelpunt en een risicocategorie (laag, gemiddeld, hoog) kenbaar. De digitale RIE vraagt bij knelpunten aan te geven welke maatregelen u neemt om
• Verzuimcijfers: de meldingsfrequentie van het verzuim is hoog en er is veel kortdurend verzuim. • Rapportage van de bedrijfsarts over uitval of dreigende uitval van medewerkers door een te hoge werkdruk. • Het verlooppercentage en informatie uit exitgesprekken. • Signalen over het functioneren van bedrijfsonder-
het knelpunt aan te pakken en doet enkele globale
delen:
suggesties voor maatregelen. Meer informatie
o Medewerkers melden geregeld dat ze het werk
over de RIE Gemeenten vindt u op www.aeno.nl.
niet afkrijgen. o Er wordt geregeld overgewerkt.
Wanneer de oorzaak van werkdruk- en/of
o Pauzes worden geregeld overgeslagen.
stressrisico’s niet duidelijk is, is een verdiepend
o Medewerkers maken vaker fouten.
onderzoek nodig. Dit kan door intervieuws af te
o Medewerkers hebben veel projecten en
nemen met medewerkers met werkdruk- of
werkzaamheden onder handen met steeds
stressklachten. In het interview vraagt u naar de
langere doorlooptijden.
oorzaak van de klachten. Naast de RIE Gemeenten kunt u vragenlijstonder-
o Deadlines bij dienstverlening of productie worden overschreden.
zoek uitvoeren met specifieke vragenlijsten
o Er zijn klachten over de dienstverlening.
gericht op werkdruk en werkstress. Zie verder
o Er zijn spanningen tussen medewerkers
paragraaf 5.6.
onderling, tussen medewerkers en management, tussen afdelingen of met opdrachtgevers (wethouder, raad).
Relatie RIE en PAGO Het PAGO (Periodiek Arbeids Gezondheidskundig Onderzoek) bewaakt en beschermt de gezondheid
Praktijkvoorbeeld medewerkerstevreden
van medewerkers door preventief symptomen van
heidsonderzoek gemeente Helmond
beroepsziekten of arbeidsgebonden aandoeningen op te sporen. Een PAGO gericht op werkdruk- en/of
De gemeente Helmond gebruikt de resultaten
stress brengt in kaart welke medewerkers dreigen
van het medewerkerstevredenheidsonder-
uit te vallen en probeert met gerichte individuele
zoek (MTO) om kneltpunten in de toekomst te
begeleiding uitval te voorkomen. Een PAGO wordt
voorkomen. Eens in de twee jaar worden alle
individueel afgenomen. Bij voldoende deelnemers
medewerkers van de gemeente Helmond uitge-
ontstaat een representatief beeld van de organisatie.
nodigd om de Internetspiegel voor gemeenten
In dat geval kan een PAGO fungeren als een risico-
in te vullen. Het gaat om de standaardmodules
inventarisatie voor de hele organisatie.
en enkele organisatiespecifieke vragen, in
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
9
totaal ongeveer honderd vragen. De afdeling
kosten en baten op te stellen. Kosten van werkdruk-
P&O analyseert de resultaten en splitst ze uit
en/of stressproblemen zijn bijvoorbeeld verzuimkos-
op teamniveau. De resultaten worden top-down
ten, kosten van tijdelijke vervangende krachten,
besproken, te beginnen bij het hogere manage-
foutkosten of capaciteitsverlies. Wanneer specifieke
ment. Knelpunten worden gericht besproken
werkdrukmaatregelen nodig zijn, kunt u helpen om
met de betrokken teams of leidinggevenden om
deze uit te voeren. Bijvoorbeeld door aan te geven of en
de achtergronden van de knelpunten goed in
hoe maatregelen passen in het basis-hr-beleid voor
beeld te krijgen. Een van deze analyses was aan-
het ontwikkelen van medewerkers en organisatie.
leiding voor een preventieve maatregel. Uit de resultaten van het MTO bleek dat medewerkers
Voorlichting aan leidinggevenden
die betrokken zijn bij de dienstverlening aan bur-
Leidinggevenden vervullen een sleutelrol bij ver-
gers hoog scoorden op de module ‘werkstress’.
zuimbeheersing en inzetbaarheid van medewerkers.
Uit interviews met medewerkers kwam naar
Neem in het opleidingsprogramma of een manage-
voren dat zij zich zeer betrokken voelen bij pro-
ment developmenttraject voor leidinggevenden of
blemen van mensen/burgers die ondersteuning
onderwerpen op over preventie van te hoge werkdruk
aanvragen, bijvoorbeeld op grond van de Wet
en werkstress. Een goede training maakt leidingge-
maatschappelijke ondersteuning en de Wet werk
venden bewust van werkdruk en werkstressproble-
en bijstand. De beleving van medewerkers is dat
men en van het belang om deze te bespreken, en
de regelgeving soms te beperkte mogelijkheden
geeft handvatten voor de manier waarop leidingge-
biedt om werkelijk iets voor de hulpvrager te
venden dit kunnen doen.
kunnen betekenen. Dat is voor medewerkers
Zorg dat hierover voorlichtingsmateriaal beschikbaar
onbevredigend en geeft spanning. De gemeente
is voor management en leidinggevenden, bijvoorbeeld
stelde daarop een training ‘effectief omgaan met
via het intranet van de gemeente. Een goede manier
de klant en met jezelf’ beschikbaar. De training
om bewustwording te creëren en de kennis te borgen
brengt medewerkers, onder andere, meer
is om terugkomsessies te organiseren voor deelne-
professionele distantie bij, zodat zij met derge-
mers die aan een training hebben deelgenomen.
lijke situaties kunnen omgaan zonder stress mee naar huis te nemen. Iedere medewerker die dat
Voorlichting aan medewerkers
wil, kan deze training volgen.
De vereiste voorlichting aan medewerkers kan worden ingevuld door:
2.5
Voorlichting en advisering
De P&O-adviseur, arbocoördinator of preventiemedewerker is verantwoordelijk voor het voorlichten en adviseren van management, leidinggevenden, OR en
- de medewerker bij indiensttreding of bij de start van een nieuwe functie te informeren over de arbeidsrisico’s, waaronder werkdruk; - het beschikbaar stellen van voorlichtingsmateriaal via het intranet van de gemeente;
medewerkers over werkdruk- en werkstressproblemen
- het gericht informeren van medewerkers bij
en de aanpak ervan. Er zijn de volgende mogelijkheden:
(dreigende) uitval door te hoge werkdruk, werkstress en psychische klachten;
Stuurinformatie aanbieden U kunt resultaten van onderzoek naar werkdruk- en
- het beschikbaar stellen van het arbeidsgezondheidskundig spreekuur van de bedrijfsarts.
werkstress, genoemd in paragraaf 5.6, (laten) uitsplitsen op afdelings- of teamniveau en deze informatie
Zie verder webdocument 6 ‘Voorlichting manage-
terugkoppelen naar management, leidinggevenden en
ment, leidinggevenden en medewerkers’, en webdo-
de OR. Maak afspraken met het management en de
cument 7 ‘Omgaan met gezondheidsklachten’.
OR over de inhoud en frequentie van het aanbieden van stuurinformatie. Deze kan worden gekoppeld aan
Advisering van management en leidinggevenden
de managementinformatie over verzuim.
Voor advisering over het aanpakken van werkdrukproblemen: zie paragraaf 5.7 en het ‘Oplossingenboek
Opstellen van een kosten-batenvergelijking
werkdruk’.
U kunt de noodzaak en voordelen van een preventieve aanpak duidelijk maken door een vergelijking van
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
10
Werkdruk en werkstress op de agenda krijgen Binnen een organisatie is niet altijd meteen bereidheid om hoge werkdruk aan te pakken. U kunt het management ervan overtuigen dat werkdruk moet worden aangepakt wanneer zij de volgende drie vragen met ‘ja’ kunnen beantwoorden: - Herkennen wij werkdruk en werkstress als een knelpunt? - Vinden wij het knelpunt ernstig? - Geven wij de preventie en aanpak van werkdruk en werkstress prioriteit? Voor de eerste vraag geldt dat concrete situaties moeten worden benoemd waarin duidelijk wordt waarom en hoe werkdruk ontstaat. Die situaties kan men verzamelen door in groepsgesprekken of interviews met medewerkers of de leidinggevende te vragen naar concrete werkdrukknelpunten. De tweede vraag creëert een ‘sense of urgency’. Dat doet u door het probleem te vertalen in woorden die een teamleider, afdelingshoofd, sectordirecteur of gemeentesecretaris verstaat. Bijvoorbeeld door een werkdrukprobleem te benoemen in termen van kwaliteitsvermindering of toename van kosten. Bij kosten kunt u denken aan de kosten van ziekteverzuim door werkdruk, de kosten voor het inhuren van vervangende krachten bij uitval van een medewerker, de kosten die ontstaan door vertraging van projecten, de kosten voor opvolgen van klachten bij bijvoorbeeld het overschrijden van termijnen. U kunt ook wijzen op de gevolgen van een werkdrukknelpunt voor de kwaliteit van de dienstverlening. Bijvoorbeeld een toename van het aantal bezwaarschriften, doordat door werkdruk vergunningen niet correct zijn verleend. Andere termen die op aandacht kunnen rekenen zijn: doelmatigheid, doorlooptijd (worden de termijnen gehaald of niet), klantgerichtheid en betrokkenheid van medewerkers bij het werk. De derde en laatste vraag, de prioriteitsvraag, gaat over de ernst van het probleem vergeleken met andere problemen die in de organisatie spelen. Als bijvoorbeeld een reorganisatie alle aandacht opeist, is er wellicht te weinig tijd of geld voor het aanpakken van werkdruk en werkstressproblemen. Vaak is het dan wel mogelijk om twee vliegen in één klap te slaan: neem maatregelen die zowel bijdragen aan de reorganisatie als werkdruk/werkstress te lijf gaan. Er kan bijvoorbeeld bij het herverdelen van taken extra aandacht worden besteed aan het voorkomen van werkdruk of werkstress door een goede balans te zoeken tussen de werklast en de capaciteit.
2.6
Vragenlijsten voor signalering van werkdruk en werkstress
beeld op van uw situatie. Als u een specifieker beeld wilt van wat er binnen uw situatie speelt, kunt u de
Voor het meten van werkdruk en/of werkstress
resultaten van een vragenlijstonderzoek bespreken
bestaan verschillende vragenlijsten. Als u een
met medewerkers.
werkdrukonderzoek wilt houden, is het belangrijk om te weten welk doel u voor ogen hebt. Wilt u
2.6.1
Algemene vragenlijsten
weten of uw organisatie hoger op werkdruk scoort
We geven eerst een aantal voorbeelden van vragen-
dan andere organisaties? Of wilt u checken of de
lijsten die gebruikt kunnen worden bij periodiek
gezondheidsklachten die uw bedrijfarts geconsta-
medewerkersonderzoek waarvan het onderwerp
teerd heeft, veroorzaakt worden door werkstress?
werkdruk en werkstress een onderdeel kan zijn.
Misschien hebt u al werkdrukgegevens uit ander periodiek medewerkersonderzoek en wilt u meer
Arbomonitor Gemeenten
inzicht krijgen in de oorzaken van de werkdruk.
De arbomonitor is een onderzoeksinstrument voor
Belangrijk is om voor een gevalideerde en betrouw-
gemeenten dat de volgende modules meet: werkdruk
bare vragenlijst te kiezen, zodat u een goede weer-
en werkstress, bewegingsapparaat, fysieke belas-
gave krijgt van de werkdruk binnen uw organisatie.
ting, beeldschermwerk, agressie en pesten op het
Hieronder geven we u een aantal voorbeelden van
werk. U kunt de vragenlijst inzetten als onderdeel
bekende vragenlijsten die in Nederland gebruikt
van een RIE, maar ook gebruiken om specifiek
worden. Een vragenlijst levert meestal een algemeen
onderzoek te doen naar werkdruk. Het is mogelijk om
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
11
de vragenlijsten zowel schriftelijk als online in te
intimidatie en ongewenst gedrag. De VBBA kan
zetten. U kunt de modules laten inpassen in ander
worden aangevraagd bij SKB Vragenlijst Services.
onderzoek dat u verricht. Zie voor meer informatie www.aeno.nl.
WEB-model Het WEB-model, het Werkstressoren
InternetSpiegel
Energiebronnen Burn-out Model, brengt de belang-
De InternetSpiegel is een programma van ICTU dat
rijkste oorzaken van werkstress (werkstressoren) en
veel wordt gebruikt door overheidsinstanties. Het is
arbeidsplezier (energiebronnen) in kaart. Hierdoor
een online meetinstrument waarmee u medewerkers-
kunnen organisaties gericht actie ondernemen om de
tevredenheid, integriteit en arbeidsomstandigheden,
motivatie van werknemers te verhogen en verzuim te
waaronder werkdruk, kunt meten. De InternetSpiegel
verminderen. Het WEB-model meet naast risico’s op
kan grotendeels zelf worden ingericht via de internet- werkdruk en werkstress ook de positieve aspecten site. Ook is een benchmark beschikbaar. Meer
van het werk. Er zijn twee instrumenten, gebaseerd
informatie vindt u op www.internetspiegel.nl.
op het WEB-model: - De Medewerker Monitor van het Instituut Werk en
WorkAbility Index (WAI)
Stress (IWS). De monitor brengt werkdruk in kaart,
Met de WorkAbility Index kan het werkvermogen van
maar relateert dit ook aan energiebronnen en
medewerkers (zowel individueel als op groepsniveau)
stressoren binnen een organisatie. Ook gevolgen,
in kaart worden gebracht. Het werkvermogen is de
zoals ziekteverzuim en tevredenheid, worden in
mate waarin een werknemer lichamelijk en geestelijk in staat is zijn of haar werk uit te voeren. Het model
kaart gebracht. - De Webmonitor is ontwikkeld door Bakker en meet
gaat ervan uit dat er een goede balans moet zijn
alle elementen van het WEB-model. Kijk voor een
tussen de capaciteiten en kenmerken van een
demo van deze monitor op http://survey.testmoni-
werknemer enerzijds en de kenmerken van het werk
tor.com/?c=900000-19.
anderzijds. Als dat niet het geval is, is er sprake van een verminderd werkvermogen, waardoor een
QuickScan Werkdruk
medewerker minder inzetbaar wordt en kan uitvallen
Het instrument QuickScan Werkdruk brengt werk-
(bijvoorbeeld door stress). Het instrument kan niet
druk goed in kaart en maakt het mogelijk om indivi-
alleen worden ingezet om de psychische eisen van
duele resultaten met normgroepen te vergeljjken.
het werk in kaart te brengen, maar ook de lichame-
De vragenlijst is via internet beschikbaar en laat
lijke eisen, de werkomstandigheden en de sociale
na het invullen direct resultaten zien. Zie voor meer
werkomgeving. Het instrument is wetenschappelijk
informatie www.werkdruk.com.
onderbouwd en met de resultaten van een analyse kan langdurig verzuim voorspeld worden. Voor meer informatie kunt u terecht bij www.blikopwerk.nl/wai.
2.7
Werkdruk aanpakken met leidinggevenden en medewerkers
In deze paragraaf beschrijven wij hoe u na signalen 2.6.2
Vragenlijsten die psychosociale
met een stappenplan werkdrukproblemen met
arbeidsbelasting en werkdruk meten
leidinggevenden en medewerkers kunt aanpakken.
De hieronder genoemde vragenlijsten meten specifiek psychosociale arbeidsbelasting en werkdruk, u kunt ze inzetten als er duidelijke aanwijzingen zijn dat
Vaststellen van signalen van werkdruk of werkstress [1]
er binnen de organisatie problemen zijn met werkdruk en werkstress. VBBA De ‘Vragenlijst Beleving en Beoordeling van de
Evalueren van de maatregelen en bijstellen plan van aanpak [5]
Analyseren van risicofactoren en risicogroepen [2]
Arbeid’ (VBBA) wordt veel gebruikt door arbodiensten. Zij meet, naast werkdruk, een groot aantal andere onderwerpen die relevant zijn voor de werkbeleving, zoals agressie en geweld, seksuele
Invoeren van beoogde oplossingen [4]
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Bedenken/ontwerpen van plan van aanpak [3]
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
12
Stap 1: Vaststellen van signalen van werkdruk en
Stap 3: Bedenken en ontwerpen van een plan
werkstress (vaststellen dat er een probleem is)
van aanpak (oplossingen bedenken waarmee
Gebruik de informatiebronnen genoemd in paragraaf
de specifieke problemen worden aangepakt)
5.4 om samen met het management, de leiding-
In deze fase moet het volgende gebeuren:
gevende(n) en medewerkers een beeld te vormen van
• Beslis met welke acties en oplossingen de
de mate waarin de organisatie of het bedrijfsonderdeel uit balans is.
werkdruk-stressknelpunten aangepakt worden. • Begin met vaststellen wat er allemaal goed gaat. Het is belangrijk het goede te behouden. Kijk ook
Stap 2: Analyseren van risicofactoren en risico
naar andere terreinen waarop het goed gaat. Is er
groepen (weten wat het probleem is, hoe erg het
iets te leren van het succes van deze terreinen?
is en waar het zich precies voordoet)
-- Veel ‘werkdrukprojecten’ maken gebruik van
Bij signalen van te hoge werkdruk en werkstress is
een zogeheten ‘participatieve aanpak’ om te
het vaak nog onvoldoende duidelijk wat het probleem
komen tot een plan van aanpak. Groepen
precies is, hoe erg het is en waar het probleem het
medewerkers en de leidinggevende bespreken
meest voorkomt. Nader onderzoek is noodzakelijk.
(vaak onder begeleiding van een P&O-adviseur,
Er is een groot aantal instrumenten om problemen
arbocoördinator, preventiemedewerker of
nader te onderzoeken (zie paragraaf 5.6). Om de
extern adviseur) de gesignaleerde risico’s en
risico’s te meten, kunnen medewerkers vragenlijsten
komen met elkaar tot ideeën om deze risico’s
invullen. De antwoorden kunt u analyseren en soms
te verminderen. Dit kan op verschillende
vergelijken met een referentiebestand. Als u vol-
manieren:
doende hebt aan een globaal beeld van risicofactoren
- brainstormen met medewerkers;
en risicogroepen, kunt u deze ook nader onderzoeken
- suggesties voor oplossingen in het webdocu-
door een quickscan uit te zetten. Sommige quickscans zijn te downloaden van internet.
ment ‘Oplossingenboek’ nagaan en bespreken met medewerkers; - een expert vragen om suggesties voor
Alleen een (vragenlijst)onderzoek zal werkdruk niet verminderen. De resultaten van zo’n onder-
oplossingen te doen. -- De opbrengst is een lijst van mogelijke
zoek geven de richting aan voor oplossingen.
oplossingen. Deze oplossingen worden geprio-
Met het team en de leidinggevenden kunnen de
riteerd: met welke oplossing gaan we begin-
oorzaken van werkdruk verder worden geïnventa-
nen? Als criteria worden dan vaak gebruikt:
riseerd en geanalyseerd. Met deze participatieve
- Hoe snel kan deze oplossing ingevoerd
aanpak kan vervolgens direct een stap verder
worden?
worden gezet om met de leidinggevende en het
- Hoe haalbaar is deze oplossing?
team mogelijke maatregelen te inventariseren.
- Hoe groot is de groep die bij deze oplossing baat heeft? - Hoe groot is de kans dat deze oplossing tot
In sommige gevallen is het niet nodig, of niet zinvol,
succes leidt?
om een vragenlijst uit te zetten. Bijvoorbeeld als al duidelijk is dat er een probleem is, of als het pro-
Prioriteit hebben dan de meest haalbare oplos-
bleem vooral voorkomt op een bepaalde afdeling en
singen die de grootste groep bereiken. Het is
bij bepaalde functiegroepen. In dat geval is het zinvol-
raadzaam om in ieder geval ook te beginnen met
ler om met (afgevaardigden van) medewerkers van de
een aantal ‘quick wins’: oplossingen die relatief
betreffende afdeling te gaan praten om erachter te
eenvoudig in te voeren zijn en die snel tot resul-
komen wat er precies aan de hand is.
taat leiden. Vervolgens moet de geformuleerde oplossing
Soms is de te onderzoeken groep te klein voor een
uitgewerkt worden in een stappenplan waarin is
vragenlijstonderzoek. Voor een zinvolle analyse
vastgelegd: wie doet wat wanneer en
moeten minstens tien personen een vragenlijst
hoe en wanneer wordt daarover teruggerappor-
invullen. Anders is de kans groot dat individuele
teerd?
oordelen de uitkomsten te veel beïnvloeden.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
13
• Beslis, in overleg met de betrokken medewerkers
Stap 5: Evalueren van de interventies (onderzoek
en leidinggevenden, welke acties en oplossingen
of de uitgevoerde oplossingen tot het gewenste
genomen moeten worden om de werkdruk-
resultaat hebben geleid; Als dat niet het geval is;
stressknelpunten aan te pakken. Maak hierbij
stuur dan bij)
onderscheid tussen acties die de leidinggevenden zonder nadere besluitvorming van het hogere
Evaluatie is essentieel om verbeteringen te garande-
management binnen hun eigen team of afdeling
ren U moet het volgende afvragen:
kunnen uitvoeren en acties waarvoor goedkeuring
• Zijn beoogde doelen bereikt?
van het management nodig is. • De acties waarvoor goedkeuring van het manage-
Hiervoor is het nodig dat de beoogde doelen ook vooraf scherp geformuleerd zijn. In sommige
ment nodig is, moeten ter besluitvorming aan het
situaties is het handig om na een paar jaar nog
management worden voorgelegd. U kunt bijvoor-
eens te meten of de risico’s verminderd zijn.
beeld in een presentatie, samen met leiding-
• Hebben de actieplannen onverwachte gevolgen
gevenden, de werkdruksignalen en de knelpunten
gekregen?
uiteenzetten en de ontwikkelde oplossingen en
Sommige actieplannen hebben gevolgen die men
acties voorleggen.
niet had verwacht en ook niet wenst. Het verminderen van werkdruk voor de ene groep kan
Stap 4: Implementatie van het actieplan (voer de
bijvoorbeeld leiden tot het vergroten van werk-
oplossingen uit)
druk voor een andere groep.
In deze fase wordt het actieplan uitgevoerd. Omdat u
• Wat zijn de kosten en opbrengsten van het plan
als P&O-adviseur of preventiemedewerker niet alle
van aanpak en de maatregelen geweest?
verbeteracties zelf kunt uitvoeren, is het goed om een
Maatregelen kosten op de korte termijn vaak geld,
projectgroep in te stellen met in ieder geval de
terwijl de opbrengsten pas op langere termijn
leidinggevenden van de betrokken teams of afdelingen.
zichtbaar worden. Het is daarom goed om zowel
Een aantal zaken zijn hierbij heel belangrijk:
de kosten als de opbrengsten goed in kaart te
• De projectgroep bespreekt het actieplan met iedereen die ermee te maken gaat krijgen.
brengen. • Zijn de betrokkenen tevreden met de nieuwe
Zorg voor betrokkenheid van het management,
manier van werken of andere gevolgen van de
maar ook van de medewerkers. Als een actieplan
maatregelen?
samen met medewerkers is ontwikkeld, is dat laatste meestal al bereikt. • Betrokkenheid van het management komt ook tot uiting in het krijgen van voldoende budget en tijd
Een evaluatie kan het best op twee momenten plaatsvinden: 1. Kort nadat de maatregelen zijn ingevoerd (bij-
om de acties uit te voeren. Dit zou idealiter al bij
voorbeeld na een maand of drie),
stap 1 geregeld moeten zijn.
om vast te stellen of het implementatietraject
• Zorg dat binnen de projectgroep duidelijke afspraken gemaakt worden over wie voor welk actiepunt verantwoordelijk is en wanneer wat
goed is verlopen en of er al kortetermijneffecten zichtbaar zijn. 2. Na een langere periode (een jaar of twee) om
wordt opgeleverd. Kom er ook op terug, anders
vast te stellen of de geformuleerde doelen zijn
verwatert de opvolging van acties.
behaald, of de kosten zijn gereduceerd en de
• Haak zo veel mogelijk aan bij al lopende programma’s in de organisatie. Een werkdrukproject
opbrengsten zijn toegenomen door de interventies.
kan bijvoorbeeld heel goed passen bij een project
Als de doelen niet zijn bereikt, of er als onverwachte
dat gericht is op kwaliteitsverbetering of verbete-
en ongewenste gevolgen zijn opgetreden, dan zal
ring van de dienstverlening.
moeten worden bijgestuurd. In feite gaat u dan weer
• Vier successen en positieve uitkomsten, hoe klein
terug naar stap 3: er worden nieuwe acties (of
ook. Communiceer daar uitgebreid over in de
aangescherpte acties) ontwikkeld om het doel te
organisatie. Laat dan ook goed zien dat het
bereiken.
succes bereikt is dankzij de ondernomen acties. Dit verhoogt de betrokkenheid en de bereidheid om verdere acties uit te voeren.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
14
Relevante links www.arboportaal.nl van SZW; met informatie over wetgeving en beleid, informatie over het thema werkdruk (beleid en aanpak) en goede praktijkvoorbeelden www.nuevenniet.nl: met veel praktische informatie voor de werknemer om stressklachten te voorkomen www.kroonophetwerk.nl: met veel goede praktijkvoorbeelden www.werkenstress.nl: van het Instituut voor Werk en Stress; met praktische instrumenten www.abvakabofnv.nl: met informatie over werkdruk en een werkdrukspel
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
15
Bijlage
1
Regelmogelijkheden en het WEBA-model
Het begrip regelmogelijkheden of regelruimte is afkomstig van Karaseks theorie over het ontstaan van werkstress. Het model van Karasek omvat meerdere dimensies. Twee factoren zijn cruciaal in het ontstaan van werkstress, namelijk werklast en regelruimte. Later is een derde dimensie aan het model toegevoegd: sociale ondersteuning die als ‘buffer’ kan dienen om de schadelijke gevolgen van werkstress te verminderen. De belangrijkste veronderstelling van het model is dat stressreacties vooral optreden wanneer het werk niet alleen hoge eisen stelt, maar tegelijkertijd weinig ruimte geeft aan de werknemer om het werk zelf in te delen of besluiten te nemen. De nadelige effecten worden nog versterkt wanneer de werknemer weinig sociale ondersteuning ontvangt. 3 Het begrip regelmogelijkheden komt terug in het WEBA-model 4 . Met dit model is een beoordeling van de volledigheid van functies mogelijk. Het model onderscheidt de volgende dimensies: 1. de functiesamenstelling: -- Biedt de functie een logisch samenhangend geheel van voorbereidende, ondersteunende en uitvoerende taken? Belangrijk is dat er sprake is van terugkoppeling van de resultaten van een taak of ‘feedback’ op een taak. -- Is er een balans tussen makkelijke en moeilijke taken? 2. de balans tussen regelmogelijkheden en regelproblemen Bij de balansgedachte wordt stress als volgt benaderd: “Het zijn niet de problemen die stress veroorzaken, maar een gebrek aan regelmogelijkheden om ze op te lossen” (De Sitter, 1981). Dat betekent dat de balans tussen de regelmogelijkheden en de regelproblemen bepaalt of er stressrisico’s in de functie aanwezig zijn. De vraag daarbij is of de problemen worden opgelost en zo ja, met behulp van welke regelmogelijkheid. -- Regelmogelijkheden: heeft de medewerker voldoende autonomie, contactmogelijkheden, ondersteuning van de leidinggevende of van medewerkers uit ondersteunende diensten en organiserende taken? -- Regelproblemen: zijn er storingen, afwijkingen of onverwachte gebeurtenissen die een (regel) ingreep vereisen? Een belangrijk stressrisico is dat men het werk niet op tijd af kan krijgen bij de gestelde kwaliteitseisen. Dat stressrisico staat bekend als ‘werkdruk’. Werkdruk kan veroorzaakt worden doordat de normen eenvoudig te hoog zijn voor de beschikbare capaciteit. Maar het kan ook zijn dat er oponthoud is doordat één of meer andere regelproblemen niet tijdig of afdoende worden opgelost, met als gevolg dat de normen niet gehaald worden. Dan vormt zo’n resterend regelprobleem een bron voor werkdruk. De ‘informatievoorziening’ neemt in de WEBA-model een aparte plaats in. Onvoldoende informatie over het doel van het werk, over de werkopdracht of over het resultaat van het werk veroorzaakt problemen die om regelen vragen. In het WEBA-model worden regelproblemen (waaronder die informatieproblemen) geïnventariseerd, maar bij de beoordeling van de condities wordt alleen bekeken of de regelmogelijkheden voldoende zijn om de geïnventariseerde problemen op te lossen. Immers: niet het hebben van problemen, maar het niet
3
Karasek en Theorell, 1990.
4
Zie bijvoorbeeld het WEBA-model van TNO Kwaliteit van Leven: S. Vaas, S. Dhondt, M.H.H. Peeters, J. Middendorp. ‘De WEBA-methode, deel 1’: WEBA-Analysehandleiding’. Samson BedrijfsInformatie, Alphen aan den Rijn/Zaventem 1995.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
16
kunnen oplossen ervan veroorzaakt stressrisico’s; en niet van het hebben van problemen, maar van het oplossen ervan leert men. Daarom moeten maatregelen vooral de verbetering van de regelmogelijkheden inhouden. Voor ‘informatievoorziening’ (in de WEBA naar voren komend als regelprobleem) wordt op deze regel een uitzondering gemaakt. Het verbeteren van de informatievoorziening over en tijdens het werk neemt immers niet alleen een probleem weg, maar is vaak een voorwaarde voor autonoom of in overleg regelen. Een goede informatievoorziening is dus een noodzakelijke voorwaarde voor élke regelmogelijkheid. Theoretische bronnen van het WEBA-model5 Drie theorieën over de relatie tussen arbeidsdeling, stress en leren hebben de basis gevormd van het WEBA-model. Dat zijn het ‘Job demands job control’-model van Karasek (1979; Karasek en Theorell 1990; zie ook hierboven), de theorie over volledige arbeidstaken van Hacker (Hacker et al., 1983 en 1989) en de moderne sociotechniek (De Sitter, 1981; Groep Sociotechniek, 1986). 1. Het ‘Job demands-job control’-model Karasek ontwikkelde een model waarin hij een relatie legt tussen kenmerken van de functie enerzijds en stress en leren anderzijds. Hij onderscheidt drie variabelen, die elk de kans op stress en leren beïnvloeden. Het zijn ‘vakmanschap’ (mogelijkheden om te beslissen op basis van vakkennis), ‘autonomie’ en ‘taakeisen’. Hoewel deze variabelen elk afzonderlijk stress en leren beïnvloeden, is het vooral de combinatie van de drie die van belang is. Karasek voegt in zijn model ‘vakmanschap’ en ‘autonomie’ samen tot één regelmogelijk heden-dimensie: ‘beslisruimte’. Zo houdt hij twee dimensies over: ‘beslisruimte’ en ‘taakeisen’. De combinatie van de twee dimensies levert het model op dat in onderstaande figuur weergegeven is. Kansen op leren, motivatie om nieuwe gedragspatronen te ontwikkelen
Taakeisen laag
hoog
Gemakkelijke functies
Uitdagende functies
hoog
Beslisruimte Saaie functies
Overbelaste functies
laag
Volgens dit model kan men vier soorten functies onderscheiden: - gemakkelijke functies (lage taakeisen, veel beslisruimte); - uitdagende en dynamische functies (hoge taakeisen, veel beslisruimte); - saaie functies (lage taakeisen, weinig beslisruimte); - overbelaste functies (hoge taakeisen, weinig beslisruimte). Volgens Karasek zijn er stressrisico’s als men in een functie werkt met hoge taakeisen waarin weinig ruimte bestaat om regelend op te treden of beslissingen te nemen. Het model geeft ook aan dat leermogelijkheden klein zijn als de taakeisen laag zijn en beslisruimte ontbreekt. Het komt er bij het ontwerpen van functies dus op aan om ‘uitdagende functies’ te creëren: functies met voldoende beslisruimte en hoge taakeisen.
5
Het WEBA-model van TNO Kwaliteit van Leven: Vaas S., Dhondt S., Peeters M.H.H., Middendorp, J. De Weba-methode, deel 1 Weba Analyse Handleiding. Samson BedrijfsInformatie, Alphen aan den Rijn/Zaventem 1995.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
17
2. De moderne sociotechniek In de moderne sociotechniek wordt stress — eveneens geïnspireerd door het model van Karasek — als volgt benaderd: “Het zijn niet de problemen die stress veroorzaken, maar een gebrek aan regelmogelijkheden om ze op te lossen” (De Sitter, 1981). Dat betekent dat de balans tussen de regelmogelijkheden en de regelproblemen bepaalt of er stressrisico’s in de functie aanwezig zijn. Bovendien leert de functievervuller door te regelen: hij of zij ontwikkelt zich in het vak of ontwikkelt organisatorische kwalificaties. Stressrisico’s kunnen dus vermeden worden doordat de regelmogelijkheden worden vergroot. En leermogelijkheden kunnen vergroot worden door — vooropgesteld dat er voldoende regelmogelijkheden zijn — de complexiteit in de functie te vergroten of de taken te integreren, waardoor de functievervuller meer te regelen heeft. 3. Theorie over volledige arbeidstaken In tegenstelling tot Karasek verklaart Hacker stress en leren niet uit de combinatie van twee dimensies van de arbeidssituatie, maar uit de wijze waarop deeltaken in een taak samenhangen. Hacker ziet twee manieren waarop taken in een arbeidssituatie met elkaar kunnen samenhangen: — Een taak kan bestaan uit een samenhangend geheel van voorbereiden, organiseren, controleren, corrigeren en communiceren. Belangrijk is dat er sprake is van terugkoppeling van de resultaten of feedback. In Hackers terminologie is een taak dan ‘sequentieel’ volledig. — In een taak kan een afwisselend beroep worden gedaan op cognitieve of mentale inspanningen van verschillend niveau (denken voor de uitvoering, denken tijdens de uitvoering, routinematige handelingen). Deze volledigheid noemt Hacker ‘hiërarchisch’. Er is pas sprake van volledige taken als beide typen samenhangend in een taak aanwezig zijn. Onvolledige taken gaan — zo blijkt uit onderzoek — gepaard met beperkt welbevinden, slechte psychische gezondheid en lage arbeidstevredenheid en — motivatie. Dat zijn effecten van stressrisico’s en van onvoldoende leermogelijkheden. Het komt er bij het herontwerpen volgens dit model op aan functies in de door Hacker bedoelde opzichten volledig te maken.
Webdocument 2 Kennis en instrumenten voor arbocoördinator, preventiemedewerker en P&O-adviseur
Arbocatalogus Werkdruk en werkstress Sector Gemeenten
18