APS bestaat 45 jaar. Een feestelijke gebeurtenis voor een organisatie die haar sporen verdiend heeft in de wereld van het onderwijs. Dat is een wereld die altijd in ontwikkeling is, en datzelfde geldt voor APS. Wij willen dit lustrum vieren samen met de scholen en het onderwijs. Laat deze publicatie een aanleiding zijn voor hernieuwde kennismaking. Deze speciale uitgave leidt u langs onze teams en hun belangrijkste thema’s die gaan over de onderwijsvragen van nu.
APS 45 jaar leren inspireren
2 | Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014
APS - 45 jaar leren en inspireren DOOR KEES HOOGLAND
Het is echt een feest om een lustrum te mogen vieren in zo een dynamische periode van onderwijs en onderwijsontwikkeling. Wij zien een hernieuwd elan voor onderwijsvernieuwing. De maatschappelijke focus ligt niet meer alleen op basisvaardigheden, taal en rekenen en de cognitieve kant van het onderwijs. Dit is te zien in een toenemend aantal experimentele onderwijsvormen binnen de wettelijk toegestane (en aangemoedigde) experimenteerruimte. Onderwijs in brede zin is opnieuw onderwerp van publiek debat geworden. Denk aan schaalverkleining in het onderwijs, een veranderende kijk op meten = weten en toenemend gebruik van ICT. Vooral dat laatste leidt tot nieuwe uitdagingen rond bijvoorbeeld gepersonaliseerd leren, sociaal leren en waarden-gedreven onderwijs met oog voor de onderlinge relatie tussen alle mensen betrokken bij het leerproces. De missie van APS is leraren, ondersteuners, schoolleiders en bestuurders te ondersteunen met interventies die leiden tot verbetering en innovatie van het primaire proces, waardoor alle leerlingen beter leren. De visie van APS is scholen te ondersteunen om alle kinderen en jongeren gelijke kansen te bieden in deze complexe, competitieve samenleving en hen toe te
Ook zijn er diverse initiatieven die vanuit scholen en leraren zelf komen. Denk aan LeerKRACHT, Het Alternatief, the Crowd. Het zijn initiatieven die modernisering en verbetering van het onderwijs tot doel hebben en een hoge mate van eigen kracht en regie stimuleren. Dat is een belangrijke ontwikkeling die ook APS inspireert en die APS wil stimuleren.
for-profit onderwijsinstituut. We richten ons op onderwijsverbetering en schoolontwikkeling waarbij we onze twee ‘sporen’ elkaar vruchtbaar laten beïnvloeden: enerzijds dienstverlening aan het onderwijs, anderzijds participatie in innovatieve onderzoeks- en ontwikkelprojecten in binnen- en buitenland. We doen dat vanuit een visie, namelijk dat onderwijs in ieder geval ook gaat om de persoonsvorming van de leerling en de sociale context waarin geleerd wordt en waarin een leerling zich moet leren bewegen. Wij werken vanuit: • sterk gevoel voor wat leeft bij scholen en leerkrachten. • sterke aanwijzingen waar scholen naartoe willen. • sterke verbondenheid met wat scholen en leerkrachten inspireert. • sterk gevoel voor zich ontwikkelende tendensen. Daarbij zijn wij ondersteunend en initiërend voor innovatie. Maak op de volgende pagina’s kennis met enkele belangrijke thema’s die onze teams ontwikkelen en aanbieden. Rest ons al onze relaties te bedanken voor het in ons gestelde vertrouwen gedurende zo vele jaren. Ook in dit jaar gaan we samen verder met leren en inspireren.
rusten zich te ontwikkelen tot autonome en integere mensen.
Juist in dit tijdsgewricht kan APS weer van grote toevoegende waarde zijn als een not-
Kees Hoogland,
[email protected] Nico van Tricht,
[email protected]
Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014 | 3
Team Schoolontwikkeling
Samen leren kun je organiseren Op weg naar een lerende organisatie DOOR GUIDO VAN HOEK
Scholen willen zich voortdurend ontwikkelen. Omdat ze zelf ambities hebben bijvoorbeeld op het gebied van ICT of 21st century skills of omdat ze het primaire proces willen verbeteren. Voor sommige scholen is ontwikkeling noodzaak, bijvoorbeeld vanwege een teruglopend aantal leerlingen of omdat er een kwaliteitsprobleem is geconstateerd.
In de rapportage Talis 2013 van OESO staat als uitdaging voor het Nederlands onderwijs: Het verbeteren van de kwaliteit van leraren is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van leraren en schoolleiders. Dat vraagt om een lerende cultuur waarin samen continu wordt gewerkt aan de verbetering van de onderwijskwaliteit (Talis, 2013).
Een school die een lerende organisatie is, blijft voortdurend in ontwikkeling. In zo’n organisatie vergroten mensen voortdurend hun capaciteiten om de resultaten te creëren die ze voor ogen hebben en zijn mensen voortdurend bezig om elke dag beter te worden. Verschillende landelijke projecten stimuleren scholen om lerende organisaties te worden. School aan Zet bouwt met scholen vanuit een ontwikkelmodel en leerKRACHT werkt met interventies, die eigenaarschap en creativiteit van leraren in de klas vergroten. APS participeert in deze landelijke projecten. Het WRR-rapport Naar een lerende economie (2013) noemt als stap om te komen tot onderwijs voor de toekomst het vergroten van het lerend vermogen van scholen. Om dit te bereiken is het nodig in de school een cultuur te laten ontstaan waarin ‘elke dag een beetje beter’ normaal is.
Onze ervaring bij het begeleiden van scholen in de richting van een lerende organisatie is dat de volgende kernpunten van een aanpak effectief zijn: • Binnen de school op alle lagen werken aan dezelfde koers en doelen. • Mobiliseren van talent van leraren in slagvaardige groepen die met elkaar werken aan kennisontwikkeling en creativiteit. • Elkaar structureel feedback geven gericht op groei en ontwikkeling. • Het werken vanuit de houding dat leraren veel talenten hebben die altijd nog verder te ontwikkelen zijn, waarbij het eigenaarschap van de ontwikkelingen in de school voor een groot deel bij de leraren wordt gelegd. • Initiatieven zijn er op gericht dat leerlingen in de klas beter leren.
Voor meer informatie over school ontwikkeling en lerende organisatie: www.aps.nl/schoolontwikkeling.
Rachel van Vugt
[email protected]
Evelien Janssens
[email protected]
Ad van Oort
[email protected]
Maurice van Werkhooven
[email protected]
Bronnen • Talis, 2013 Teaching and Learning International Survey Nederland, www. talis2013.nl/cms/userfiles/files/Talis2013_brochure.pdf • WRR, 2013 Naar_een_lerende_economie www.wrr.nl • Wierdsma, A. J Swieringa 2011. Lerend organiseren en veranderen.- Groningen: Noordhoff Uitgevers
4 | Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014
Team Omgaan met verschillen
Van omgaan met verschillen naar waarderen en leren van verschillen DOOR HANNA DE KONING
Voor meer informatie over omgaan met verschillen en superdiversiteit: www.aps.nl/omgaanmetverschillen
Sander Galjaard
[email protected]
Hanna de Koning
[email protected]
Sabine Severiens
[email protected]
Bronnen • Severiens, S. 2014. Professionele capaciteit in de superdiverse school. Oratie,
Het thema ‘Omgaan met verschillen’ staat volop in de belangstelling en kent verschillende benamingen zoals: ‘differentiëren in de klas’, passend onderwijs, onderwijs op maat, gepersonaliseerd leren. Veel scholen zien zich gesteld voor vragen als: • Hoe kunnen we het leerrendement verhogen in leerlinggroepen met grote onderlinge verschillen? • Hoe ondersteun ik docenten bij het omgaan met verschillen in de les? • Hoe organiseer ik het werken met combinatie groepen in de school met behoud van het specifieke opleidingsprofiel? • Hoe bied ik maatwerk aan excellente leerlingen of aan leerlingen met een leerachterstand? Scholen willen graag tegemoet komen aan de cognitieve verschillen tussen leerlingen. In onze ervaring biedt het volgende perspectief daarbij krachtige ondersteuning. Er zijn meer dan alleen cognitieve verschillen die van grote invloed zijn op de ontwikkeling van leerlingen. Denk aan: sekse, culturele achtergrond, moedertaal, sociaal-economische achtergrond, levenservaring, interesse, sociale status in de groep. Als je het zo bekijkt is elke groep per definitie superdivers. Of dit nu in de Amsterdam, Rotterdam is of in Alkmaar of Wolvega, alle scholen hebben hiermee te maken.
verkrijgbaar bij APS www.oratiereeks. nl/upload/pdf/PDF-2011weboratie_Severiens.pdf. • Tomlinson, C. (2014) The Differentiated Classroom: Responding to the Needs of All Learners, 2nd Edition, Alexandria, VA, ASCD • Cohen, E. G. & Lotan, R.A. (2004). Equity in heterogeneous classrooms. In Banks
Sabine Severiens, bijzonder hoogleraar aan de UvA, waar zij de APS-leerstoel ‘Onderwijs aan kwetsbare leerlingen’ bekleedt, ontwikkelde een model voor gedifferentieerde instructie in superdiverse klassen. In dit model is de theorie over differentiatie in de klas van Tomlinson (2014) aangevuld met de theorie van Cohen & Lotan (2004) over de invloed van sociale status op het leersucces.
and Banks (Eds) Handbook of Research on Multicultural Education, pp. 736-753. San Francisco: Jossey-Bass,
Verschillen zijn soms lastig, maar ook leuk en belangrijk. We kunnen die verschillen benutten en
van elkaar leren. De school kan verschillen tussen leerlingen benutten door ieder inhoudelijk thema samen met de leerlinggroep te organiseren: wie kan wat bijdragen, uitdiepen, presenteren zodat ieders talent zich kan ontwikkelen en ieders leerdoel aan bod komt. Leerlingen leren elkaar waarderen en leren van elkaar datgene waar ze zelf minder goed in zijn. De school kan ook tegemoet komen aan verschillen tussen leerlingen door hun een traject op maat aan te bieden, dus een individuele leerlijn te laten volgen, passend bij hun talenten en ambities. Staatssecretaris Dekker heeft al voorzichtig geopperd dat het aloude ‘leerstofjaarklassensysteem’ als norm mogelijk eindig is en dat leerlingen de mogelijkheid geboden zou kunnen worden op meerdere niveaus examen te doen. Het thema ‘Superdiversiteit’ brengt een nieuwe dimensie aan in het gesprek over differentiatie. Werk met professionele leergemeenschappen in een school en ontwikkel samen aanpakken die ervoor zorgen dat al die talentvolle en bijzondere, authentieke leerlingen kunnen leren en ontwikkelen op een manier die bij hen past.
Model voor gedifferentieerde instructie in een superdiverse klas Superdiverse achtergronden Sociale systeem: Academische status Peer status
Individuele factoren: Voorkennis Interesse Leerprofiel bepalen:
Differentiëren in: Inhoud
Proces
Product
Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014 | 5
Team Opbrengstgericht werken
OBIT, een krachtig model om determinatie vorm te geven DOOR LAMBRECHT SPIJKERBOER
Opbrengstgericht werken is voor scholen een belangrijk actueel thema. Wij hebben ervaren dat scholen veel effect kunnen bereiken als ze hun opbrengstgerichte aanpak vanuit verschillende gezichtspunten benaderen: • leren met diepgang met het OBIT-model; • opbrengstgericht werken voor leiding, docenten en leerlingen; • organiseren van examentraining; • werken met data-analyse; • ontwikkelen van toets- en determinatiebeleid. Veel scholen zoeken naar manieren om de determinatie beter te organiseren, bijvoorbeeld omdat het beeld van de doorstroom (afstroom of veel doublures) daartoe aanleiding geeft. Hoe verkrijg je relevante informatie om een onderbouwde beslissing (met de leerling) te nemen over het vervolg? Er zijn verschillende aanpakken mogelijk: • verbeteren van de voorspellende waarde van cijfers; • inzetten van meer differentiatie in de les, met uitdaging ook op een hoger niveau; • werken met leerlingprofielen; • effectiever maken van leerlingbesprekingen; • veranderen van de overgangscriteria op basis van data-analyse.
HOE VERKRIJG JE RELEVANTE INFORMATIE OM EEN ONDERBOUWDE BESLISSING (MET DE LEERLING) TE NEMEN OVER HET VERVOLG? Een manier om zicht te krijgen op het onderwijs is een systematische analyse van de toetsen en opdrachten. Wat wordt van een leerling precies gevraagd in een toets of opdracht? Het OBIT-model - Onthouden, Begrijpen, Integreren en Toepassen - is een in de praktijk ontstaan model dat krachtig blijkt te zijn in het analyseren zowel lessituaties als toetsen (Ebbens, 2007). De ervaring leert dat toetsen die voornamelijk zijn gebaseerd op onthouden en begrijpen (reproductie) een minder goede
determinatiewaarde hebben dan toetsen die breed zijn samengesteld. Het loont dus om je af te vragen: • Wat is de OBIT-verhouding van leeractiviteiten in de toets? • Zijn de toetsvragen valide en betrouwbaar? • Worden de vragen in de toetsen en opdrachten op het gewenste niveau gesteld (vmbo/ havo/vwo)? • Welke verschillen in de OBIT-verhouding tussen onder- en bovenbouw zijn acceptabel binnen het vak? • Welke verschillen tussen vakken in één leerjaar zijn nog acceptabel?
Meer informatie? www.aps.nl/opbrengstgericht-werken
Lambrecht Spijkerboer
[email protected]
Jannet Maréchal
[email protected]
Mehmet Okuducu
[email protected]
Het expliciet benoemen van de doelen in de vakken – op alle OBIT-leeractiviteiten – en dat in de toets laten terugkeren, levert toetsresultaten die een goede voorspellende waarde hebben.
Bronnen: • Ebbens, S., 2007. Actief leren, Gronin-
Met andere woorden, het construeren van goede toetsen en het analyseren van toetsen en data is een van de manieren om het onderwijs te blijven verbeteren.
gen: Noordhoff. • Hoek, G. van (red) 2012. Opbrengstgericht werken door docenten én leerlingen. Utrecht: APS
6 | Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014
Team Taal en talen
Collega’s betrekken bij taalbeleid DOOR GEPPIE BOOTSMA EN MASJA MESIE Voor meer informatie over talen, taalbeleid en ICT bij talenonderwijs www.aps.nl/taal-en-talen.
Geppie Bootsma
[email protected]
Masja Mesie
[email protected]
De meeste scholen hebben inmiddels een taalbeleidsplan en meestal staat vermeld dat de vakcollega’s in hun lessen aandacht besteden aan taal. Maar taalcoördinatoren en taalwerkgroepen ondervinden dat dat niet zomaar gerealiseerd is in de praktijk. Taalbeleid zichtbaar maken in de klas verloopt vaak in fasen. Fase 1: Weten De vakdocenten beginnen pas aan deze verandering, als ze weten wat ‘taal in de les’ inhoudt, wat het resultaat ervan is voor hun vak. Fase 2: Willen Wil ik als vakdocent eigenlijk wel aandacht besteden aan taal? Zie ik daar het nut en het belang van in?
Fase 3: Kunnen Hoe doe ik dat dan in mijn les zonder dat het me veel extra tijd kost in de voorbereiding en in de les? Fase 4: Doen Taalbeleid is pas echt geïmplementeerd als het zichtbaar is in de les. Docenten moeten het daadwerkelijk gaan uitvoeren en de schoolleiding moet erop blijven letten dat het gebeurt. Praten over taal in de les tijdens lesbezoeken en in de gesprekscyclus verhoogt het belang ervan voor de vakdocenten. Pas als vakdocenten zelf belang hechten aan taalbeleid in hun eigen praktijk zien we ook resultaten.
ICT biedt kansen voor het talenonderwijs!
Bronnen: • www.beleidtaalenrekenen.nl (2013). Utrecht, APS
Steeds meer scholen kiezen ervoor om hun leerlingen met een laptop of tablet te laten werken. Het is natuurlijk altijd belangrijk om te blijven kijken naar de meerwaarde van het gebruik van ICT: als papier of een gesprekje sneller werkt om je leerdoelen te behalen … waarom dan een tablet inzetten? Maar voor talendocenten bieden deze devices vele kansen om hun onderwijs (nog) aantrekkelijker te maken en de lestijd optimaal te gebruiken. De mogelijkheden zijn namelijk eindeloos: van een interactieve quiz om te checken of de leerlingen hun woordjes hebben geleerd tot een samenwerkingsopdracht waarbij leerlingen via een digitaal prikbord een flyer in de doeltaal maken. Ook bij spreek-, luister- en leesvaardigheid kunnen leerlingen en docenten gebruik maken van een groeiend aantal praktische webtools en apps.
Er is wel een verschil tussen ICT-gebruik door docenten thuis en in de les. Oorzaken van weerstand tegen ICT-gebruik in de klas kunnen zijn: • technisch: bijvoorbeeld geen (goede) wifi-verbinding; • motivationeel: leraren denken dat leerlingen andere dingen gaan doen; • repertoire: leraren kennen onvoldoende de mogelijkheden. We hebben ervaren dat de volgende aanpak effectief is om stappen te gaan zetten. In een werkplaats ontwikkelen van en oefenen met een repertoire aan praktische webtools en apps, zodat docenten niet alleen over een goed gevulde digitale gereedschapskist beschikken, maar ook - zoals een docent het mooi zei - over ‘een flinke dosis lef om met digitaal taalonderwijs te starten!’.
Speciale uitgave APS – Van Twaalf tot Achttien – oktober 2014 | 7
Team Rekenen en exact
Leren denken en denken leren DOOR AD BIJLARD
Onderwijs gaat over meer dan alleen het aanleren van gegeven procedures, kennis en basisvaardigheden. Die bredere kijk op onderwijs zie je ook terug in de aandacht voor 21st century skills. Het denken, het analyseren van de probleemsituatie, het kiezen van een passende probleemaanpak, zijn minstens zo belangrijk. Dit zijn vaardigheden die een leerling niet vanzelf ontwikkelt. Ze moeten dat leren. Veel scholen ervaren dat dat niet eenvoudig is en zoeken naar vormen om leerlingen te leren denken. Dat kan door middel van onderwijs dat gericht is op het ontwikkelen van denkvaardigheden. Actief leren denken (Shayer, 1999) is een voorbeeld van een aanpak waarbij leerlingen in de context van exacte vakken denkvaardigheden ontwikkelen. Zo’n aanpak start vaak met de vraag is ‘Wat is hier eigenlijk aan de hand?’ Leerlingen leren (systematisch) om eerst in kaart te brengen wat de situatie is, dan een geschikte aanpak te kiezen, en daarna pas aan het rekenwerk te gaan. Het schema probleem oplossen uit het PISA onderzoek kent een vergelijkbare aanpak (Stacey, PISA, 2012).
Probleem in dagelijksleven
Rekenkundig probleem
Mathematiseren
Uitrekenen Op waarde schatten
Oplossing van probleem
Uitkomst bewerking(en)
Interpreteren
Onze ervaring is dat de volgende aanpak effectief is: • Ruimte laten voor verschillende strategieën en denkwijzen. • De ander (actief) leren denken. • Goede vragen stellen en oefenen met ‘geen’ antwoorden geven, en niét (direct) gaan uitleggen.
Voor meer informatie over rekenen en exact:
Bovenstaande blijkt niet alleen met leerlingen in de les te werken om ze tot zelf denken aan te zetten. Het werkt ook in scholing en begeleiding van docenten: Wat gebeurt er? Wat is er aan de hand? Wat zijn de kwesties? Wat kun je doen? Wat is het doel van de les? Wat vind je dat goed gaat, en wat niet? Wat zeggen leerlingen daarover? Dan helpt het om bestaande kennis (zoals theorie, modellen, strategieën) en ervaring tot je beschikking te hebben. Een goede denker en probleemoplosser kan deze bestaande kennis en ervaring combineren, keuzes maken en komen tot creatieve oplossingen.
www.aps.nl/rekenen-en-exact
Madeleine Vliegenthart
[email protected]
Ad Bijlard
[email protected]
Peter van Wijk
[email protected]
Martin van Reeuwijk
[email protected]
Bronnen • Shayer, M. (1999). Cognitive acceleration through science education II: its effects and scope. International Journal of Science Education, 21, (8), 883-902 • Stacey, K. (2012). The International Assessment of Mathematical Literacy. Popartic / Shutterstock.com
ICME, Seoul
Stichting APS is een not-for-profit onderwijsinstituut op het gebied van leren, onderwijsvormgeving, schoolontwikkeling en leiderschap. Via advies, training, coaching, projectleiding, onderzoek en ontwikkeling, werken wij met docenten, leidinggevenden en bestuurders aan duurzame vernieuwing. Onze aanpak is geënt op wetenschappelijke inzichten, deelname aan innovatieprojecten en ervaring in de praktijk van alledag. Het resultaat? Kinderen en jongeren leren hun talenten ten volle te ontwikkelen. Dat is leren inspireren volgens APS.
Een greep uit de agenda: Teamleider, afdelingsleider, een vak dat je kunt leren! 6 en 7 november Spelling en grammatica 11 november Basiscursus voor de toa 12 november Anti-pestcoördinator in het onderwijs 13 november Leren met iPad/tablet en laptop 8 december Basisopleiding vertrouwenspersoon nieuwe stijl 14 januari Actief taal leren met nieuwe media 4 februari De leerling aan zet 23 maart De praktijk van dyslexie in de klas 16 april
Deze special is geschreven en samengesteld door APS, en tot stand gekomen in samenwerking met Van 12 tot 18, vakblad voor het voortgezet onderwijs. Tekst: Ad Bijlard, Geppie Bootsma, Guido van Hoek, Kees Hoogland, Hanna de Koning, Masja Mesie, Martin van Reeuwijk, Lambrecht Spijkerboer, Nico van Tricht. Eindredactie: Kees Hoogland (APS), Martin van Reeuwijk (APS), Renske Valk (VTTA). Vormgeving: FIZZ marketing en communicatie, Meppel Druk: Drukkerij Ten Brink, Meppel Beeld: Shutterstock, APS
Bezoekadres: Zwarte Woud 2 3508 AL Utrecht
Postadres: Postbus 85475, 3508 AL Utrecht
030 - 28 56 600 www.aps.nl