Dit werkboek kunt u gebruiken als handleiding bij: • het observeren van de vier soorten relaties in uw klas; • het bepalen of uw klas een veilige sfeer biedt; • het motiveren van uw leerlingen, zonder straffen of belonen; • het herkennen van uitdagend gedrag, pesten en achterblijvende leerprestaties als symptomen met een diepere oorzaak; • het communiceren vol vertrouwen, zonder angst; • het benutten van de aangeboren leergierigheid van uw leerlingen. Gebruik de oefeningen en spellen uit het werkboek om uw leerlingen te ondersteunen: • hoe ze conflicten kunnen oplossen; • samen te werken met wederzijds respect en begrip voor elkaar; • en hoe ze zelf verantwoordelijkheid kunnen nemen voor wat ze leren.
ISBN 9789081674515
Het eerste deel van het boek laat zien hoe relaties invloed hebben op het lesgeven en leren en vestigt de aandacht op vier vitale relaties in de klas: de relatie van de leerkracht met zichzelf, de relatie tussen leerkracht en leerling, het contact tussen leerlingen onderling en de relatie van de leerling met het leerproces. Als u deze relaties herkent en voedt met wederzijds respect, bevordert u de groei van medeleven en betrokkenheid. Het tweede deel biedt u een praktische handleiding voor het creëren van De Veilige Klas. Vier voorbeelddialogen laten de kracht van Geweldloze Communicatie zien bij gesprekken in de klas of op school. Een - door leerkrachten - ontworpen grote variëteit aan oefeningen en spellen bieden hulp om vaardigheden te stimuleren deze taal te leren spreken. U vindt in de handleiding suggesties hoe de voorbeelden en oefeningen in dit boek makkelijk te combineren zijn bij het samenstellen van een lesrooster.
‘Met de informatie en de oefeningen uit dit boek creëert u een veilige sfeer in de klas, met toegewijde en betrokken leerlingen’.
De veilige klas | Leren en inspireren
Vraagt u zich regelmatig af waarom leerlingen niet goed opletten in de klas, waarom ze elkaar pesten en waarom ze hun huiswerk niet (altijd) maken? In dit boek leest u waar dit gedrag vandaan komt, hoe u hiermee om kunt gaan en hoe u dit kunt voorkomen. Met de informatie en de oefeningen uit dit boek creëert u een veilige sfeer in de klas, met toegewijde en betrokken leerlingen.
Uitgever: Daimoon B.V.
Sura Hart & Victoria Kindle-Hodson 9 789081 674515
©Nederlandse
vertaling:
Oorspronkelijke titel:
Stichting daimoon, Roermond 2011 The Compassionate Classroom, Relationship Based Teaching and Learning
Vertaling:
Harald Borjans
Tekstbewerking:
Renate Wilms, Monie Doodeman
Herziene druk:
Justine Mol en Mark Brouwers
Omslagontwerp:
StudioDone
Illustratie:
Jakhals & Giraf: Sjeng Schupp Met toestemming overgenomen uit: De giraf en de jakhals in ons, Justine Mol, Uitgeverij SWP
Boekverzorging:
Centraal Boekhuis – Printing on Demand
ISBN:
978-9-081674-51-5
Website:
www.daimoon.nl
Dit is een uitgave van daimoon BV. © 2014 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt. In enige vorm of wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën van deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j* het Besluit van 20 juni 1974, Stbl. 351, zoals gewijzigd bij het besluit van 23 augustus 1985, Stbl. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men daarvoor de wettelijke verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot dai moon - Roermond te wenden.
V
Vertaling van: The Compassionate Classroom door Sura Hart & Victoria Kindle Hodson, ISBN: 9781892005069 / 1892005069, Copyright© Herfst 2004 door PuddleDancer Press. Alle rechten voorbehouden. Gebruikt met toestemming. (TM) Meer informatie over Nonviolent Communication vindt u bij the Center for Nonviolent Communication op: www.cnvc.org. Verdere informatie over Nonviolent Communication: Center for Nonviolent Communication (CNVC) 5600-A San Francisco Rd NE Suite A Albuquerque, NM 87109 USA Website: www.cnvc.org Email:
[email protected] Telefoon VS Hoofdkantoor: 1-505-244-4041
Compassie is niet iets statisch, noch is het een doel op zich. Het is ook geen vak dat geleerd kan worden. Compassie is een manier van in verbinding zijn - van handelen en communiceren. Wel bestaan er bepaalde methoden die kunnen helpen deze manier van zijn te cultiveren. Geweldloze Communicatie is daarvoor naar ons idee de meest praktische en sterkste methode. Sura Hart and Victoria Kindle Hodson
Inhoud Brief van de auteurs aan de leerkrachten
2
Voorwoord
3
Waardering: Luisteren naar leerkrachten
6
Deel I: Verbindend lesgeven en leren ....................................................... 9 Inleiding deel I .............................................................................. 10 Hoofdstuk 1: Veiligheid en vertrouwen creëren
11
Hoofdstuk 2: Relaties in de klas
16
Deel II: Een veilige klas in de praktijk .................................................... 28 Inleiding deel II ............................................................................ 29 Hoofdstuk 3: Herontdek je gevende en ontvangende aard
30
Hoofdstuk 4: De taal van geven en ontvangen opnieuw leren
49
Hoofdstuk 5: Vaardigheden ontwikkelen door activiteiten en spel
82
Deel III: Handleiding voor het samenstellen van een lesrooster .....133 Inleiding deel III .........................................................................134 Lesroostersuggesties
135
APPENDIX ..............................................................................................138
Brief van de auteurs aan de leerkrachten Beste leerkracht, Vraagt u zich regelmatig af waarom leerlingen niet goed opletten in de klas, waarom ze elkaar pesten en waarom ze hun huiswerk niet (altijd) maken? In De veilige klas - inspireren en leren - leest u waar dit gedrag vandaan komt, hoe u hiermee om kunt gaan en hoe u dit kunt voorkomen. Met de informatie en de oefeningen uit dit boek creëert u een veilige sfeer in de klas, met toegewijde en betrokken leerlingen. Dit werkboek kunt u gebruiken als handleiding bij: •
het observeren van de vier soorten relaties in uw klas,
•
het bepalen of uw klas een veilige sfeer biedt,
•
het motiveren van uw leerlingen, zonder straffen of belonen,
•
het herkennen van uitdagend gedrag, pesten en achterblijvende leerprestaties als symptomen met een diepere oorzaak,
•
het communiceren vol vertrouwen, zonder angst,
•
het benutten van de aangeboren leergierigheid van uw leerlingen.
Gebruik de oefeningen en spellen uit het werkboek om uw leerlingen te ondersteunen, •
hoe ze conflicten kunnen oplossen,
•
samen te werken met wederzijds respect en begrip voor elkaar
•
en hoe ze zelf verantwoordelijkheid kunnen nemen voor wat ze leren.
Wij hopen dat De veilige klas u inspireert bij het lesgeven en leren. Veel succes! Sura & Victoria
2| P a g i n a
Voorwoord Eén van mijn inspiratiebronnen in communicatie is Barry, een forse, grote jongen uit 2 lbo/mavo, met een luide en zware stem. Ik was in die tijd, zo’n twintig jaar geleden, zijn lerares Frans. Barry zat voor in de klas, naast de deur. Als hij bewoog, leek er veel meer te bewegen dan één leerling. Als hij fluisterde, was het in het hele lokaal hoorbaar. Barry - geboren en getogen in Beverwijk - had een prachtige Franse uitspraak: vloeiend en zonder Nederlandse intonatie. Dat verraste mij, vanwege zijn Beverwijkse accent. Iedere keer als hij iets in het Frans zei of voorlas, werd ik enthousiast. Daar veerde hij van op. We konden elkaar ontzettend in de weg zitten. Als hij er van alles uitfloepte bijvoorbeeld. In mijn beleving altijd precies op het moment dat ik de aandacht van de klas had. Dan was ik hem wel eens zat. Er volgde protest en gemopper - niks deugde er dan nog. “Barry”, zei ik dan, “ga maar naar de gang. Kunnen wij hier verder.” Het was niet mijn bedoeling om hem te straffen. Ik wilde alleen maar rust en voortgang en hij had blijkbaar andere behoeften waarvoor ik op dat moment niet open stond. Na de les wachtte hij me regelmatig op bij het lokaal. Ik was dan niet altijd in de stemming voor Barry; verlangde naar mijn pauze en de koffie. Ik herinner me dat als hij me aansprak, ik soms antwoordde: “Nee, nu niet Barry,” en doorliep. Aan het eind van dat schooljaar nam ik afscheid van de klas. Ik bedankte de leerlingen en vroeg: “Wat vind je dat ik volgend jaar beter kan doen?” Talloze tips kreeg ik: draag pumps tijdens een proefwerk, dan horen we precies waar je loopt en kunnen we veilig spieken. Zorg dat je uitgeslapen bent, anders ben je zo snel boos. Of: geef eens minder huiswerk. Ook van Barry kreeg ik een tip: “Je moet niet zo arrogant doen als ik ruzie met je heb.” Ik vroeg om een toelichting: “Nou, stuur jij mij naar de gang, word ik er rustig en blijf jij boos.” Daar had ik niets op te zeggen. Het was zijn beleving, die ik feilloos herkende. Nu, zo’n 20 jaar later, inspireert Barry’s tip me nog steeds. Mijn behoefte aan rust zag hij als arrogantie. Zijn behoefte aan contact maken zag ik als verstoring van mijn behoefte aan rust. Barry’s advies stimuleert me omdat het onze menselijkheid laat zien. En dat is wat me in Geweldloze Communicatie raakt: het zichtbaar maken van wat er in ieder van ons leeft. Van gevoelens en behoeften bij leerkracht, leerling, ouder, begeleider en directie. Ongeacht hoe ze aanvankelijk onder woorden worden gebracht . Dit boek is in mijn ogen één grote ode aan alle Barry’s en leerkrachten: mensen met behoeften die gezien willen worden en mensen die zich laten zien als ze er de ruimte voor krijgen en maken. Dan ontstaat verbinding ‘als vanzelf’. De vele en gevarieerde oefeningen in dit boek, aangevuld met praktijkvoorbeelden, nodigen uit om daar mee aan de slag te gaan. José Boone Oprichter Via dialoog Deventer Trainer en procesbegeleider
Pagina |3
Ter inleiding Dit boek hebben wij - Sura Hart en Victoria Kindle Hodson - gemeenschappelijk geschreven en het heeft ons leven in menig opzicht verrijkt. Wij hebben onze gemeenschappelijke ervaring van 45 jaar lesgeven gebundeld en in dit boek verweven om te laten zien hoe betrokkenheid en leren in de klas kan opbloeien. Wij hebben de basisfilosofie van Geweldloze Communicatie gebruikt en de taal aangepast zodat leerkrachten deze in hun communicatie met leerlingen en jongeren direct kunnen gebruiken. Wij hopen dat dit boek leerkrachten en ouders in verbinding brengt met een methodiek die op een krachtige wijze de intelligentie van de geest met de intelligentie van het hart combineert. Onze w grootste wens is, leerkrachten te voorzien van praktische gereedschappen die hen ondersteunen bij het vitaliseren van het leren en het creëren van oprechte betrokkenheid in hun klas. Geweldloze Communicatie is tegelijk het herkennen van onze aangeboren behoefte aan betrokkenheid en een wijze tot verbindende communicatie. Toen wij over Geweldloze Communicatie schreven, probeerden wij de methodiek en het taalgebruik ervan helder te verwoorden, zonder te vervallen in de beschrijving van de technische structuur of aan te duiden dat er een ‘juiste’ wijze van communicatie bestaat. Het resultaat hiervan was dat onze kennis over Geweldloze Communicatie enorm toenam. De uitdaging om een open, creatieve, op improvisatie gebaseerde wijze van communicatie te beschrijven helpt ons nog steeds onze vaardigheden hierin te vergroten. Wij zijn Marshall B. Rosenberg uiterst dankbaar voor het ontwikkelen van Geweldloze Communicatie, die daarmee de harten van veel mensen over de hele wereld bereikte, zodat zij een weg kunnen vinden naar een leven vol vitaliteit en betrokkenheid. Marshall B. Rosenberg ontwikkelde Geweldloze Communicatie (Nonviolent Communication™) omdat hij de wens had de betrokkenheid in de relaties tussen mensen te vergroten. In zijn eigen opleiding en praktijk als klinisch psycholoog, vielen hem de negatieve uitwerkingen op van diagnostische oordelen en zag hij de kracht die taal heeft op het vormgeven van het denken en bewustzijn. Hij bestudeerde de grote spirituele stromingen en besteedde aandacht aan mensen, wiens taal - die hieraan ten grondslag lag - een leven in liefde en betrokkenheid voortbrachten. Uit deze studies concludeerde Dr. Rosenberg dat het creëren van een vreedzame samenleving het elimineren behelst van een taal die beschuldigt, beschaamt, bekritiseert en eist - een taal gebaseerd op het overheersende denken, medeleven remt en bijdraagt aan agressie. Hij ontwikkelde een weg om taal zodanig te gebruiken dat deze een verbinding schept naar de kern van onze menselijkheid - onze waarden, dromen, verlangens en behoeften. Taal, die op deze wijze gesproken wordt schept bij mensen de helderheid om tegemoet te komen aan hun eigen behoeften en stelt hèn wederom in staat met plezier een bijdrage te leveren aan het vervullen van de behoeften van anderen. Marshall B. Rosenberg gebruikte Geweldloze Communicatie in de VS eerst bij, door de overheid gefinancierde, projecten om bemiddeling- en communicatievaardigheden te stimuleren bij rassenintegratie op scholen. Sindsdien heeft hij deze krachtige vredestichtende taal wereldwijd verspreid. Hij bood bemiddeling en trainingen aan in door oorlog verscheurde landen zoals Israël, de Palestijnse Autoriteiten, Rwanda, Sri Lanka, Kroatië, Servië, Columbia, Sierra Leone en Burundi. In 1985 stichtte hij the Center for Nonviolent Communication (CNVC), een internationale organisatie met trainers die over de hele wereld trainingen op scholen, gevangenissen, de gezondheidszorg en overheidsinstellingen geven. 4|Pagina
In 1999, lanceerde het CNVC een leerproject om lesmateriaal voor scholen en trainingen voor leerkrachten te ontwikkelen. Dit project ontving steun van o.a. the New Earth Foundation, the Treshold Foundation en ontving vele individuele donaties. Uit dit project vloeide ook de oorspronkelijke uitgave van De Veilige Klas voort. Dit boek hebben wij hoofdzakelijk geschreven voor leerkrachten in het basisonderwijs. Wij hopen dat leerkrachten - die reeds het gedachtegoed van medeleven en betrokkenheid in hun klassen uitdragen of willen uitdragen - ondersteuning vinden door de inzichten, de gereedschappen, oefeningen en hulpmiddelen in dit boek. Wij hebben over de jaren heen naar leerkrachten geluisterd. Bij het schrijven van dit boek kwamen wij tot de ontdekking dat wij steeds intensiever naar hun wensen en dromen, zorgen en frustraties gingen luisteren. Hun stemmen begeleidden ons van omslag tot omslag en wij beginnen het boek dan ook met het hoofdstuk: Met waardering luisteren naar leerkrachten. Het eerste deel van het boek laat zien hoe relaties invloed hebben op het lesgeven en leren en vestigt de aandacht op vier vitale relaties in de klas: de relatie van de leerkracht met zichzelf, de relatie tussen leerkracht en leerling, het contact tussen leerlingen onderling en de relatie van de leerling met het leerproces. Als u deze relaties herkent en voedt met wederzijds respect, bevordert u de groei van medeleven en betrokkenheid. Het tweede deel biedt u een praktische handleiding voor het creëren van De Veilige Klas. Vijf stellingen helpen u bij het ontwikkelen van het bewustzijn van onze medelevende aard, die het hart van Geweldloos Communiceren vormt. De verschillende onderdelen van het proces van Geweldloos Communiceren bieden u richtlijnen om het bewustzijn van betrokkenheid en medeleven te leren. Vier voorbeelddialogen laten de kracht van deze taal zien bij gesprekken in de klas of op school. Een door leerkrachten - ontworpen grote variëteit aan oefeningen en spellen bieden hulp om vaardigheden te stimuleren deze taal te leren spreken. U vindt in de handleiding suggesties hoe de voorbeelden en oefeningen in dit boek makkelijk te combineren zijn bij het samenstellen van een lesrooster. Wij hopen dat u als lezer van De Veilige Klas, geïnspireerd raakt Geweldloze Communicatie te leren toepassen en dat u hierbij ontdekt op welke wijze uw persoonlijk leven en uw contacten verrijkt kunnen worden. Sura Hart en Victoria Kindle Hodson
Pagina |5
Waardering: Luisteren naar leerkrachten Tijdens het schrijven van het boek hebben wij met veel leerkrachten kunnen spreken. Hun zorgen en vreugden liepen door elkaar heen. Enthousiast spraken zij over hun verlangen leerlingen te voeden bij hun groeiproces. Zij gaven uitdrukking aan hun frustraties, droefheid en gevoel van hulpeloosheid als zij het bestraffende beleid, de reglementen, dreigementen en beloningen bespraken, die op hun school toegepast werden. Vaak benoemden zij hun gevoel van ontgoocheling als ze zagen dat de behoeften van de leerlingen niet vervuld werden. Op de volgende pagina’s leest u van enkelen hun verhaal. Een leerkracht van een grotere basisschool in de staat Washington (VS) betreurde met het oog op de reglementen, consequenties en bestraffen het volgende: “Voor mij is het pijnlijk om getuige te zijn van het huidige systeem van regels, consequenties en bestraffen. Kinderen worden hierin niet gestimuleerd te ontdekken welke behoeften zij vervullen bij het gedrag dat zij vertonen. Zij worden evenmin gestimuleerd om alternatieven voor hun gedrag te ontdekken of welke invloed hun gedrag op anderen heeft of wegen te bedenken hoe het te veranderen. Ik doe wat ik kan, maar het systeem schijnt zo groot te zijn en de praktijk van bestraffen is hierin zo verankerd dat ik ontmoedigd raak als ik er aan denk op welke wijze ik hierin verandering zou kunnen aanbrengen. Het vervult mij met pijn als ik elke dag zie hoe jonge kinderen hieraan blootgesteld zijn.” Een vrouw die enkele uren per week les geeft in conflicthantering aan een basisschool, zei: “Ik raak zo ontmoedigd, niet alleen over het systeem maar ook over mijzelf. Ik voel mij diep verbonden met de kinderen, maar ik heb zoveel oordelen over de leerkrachten en ouders. Ik zie wat ze doen. Ik zie wat zij zeggen. En dan krijg ik de neiging het uit te schreeuwen: “Verdomme, zien jullie dan niet wat jullie aan het doen zijn?” Wij hebben deze dingen die wij “consequenties” noemen, maar in werkelijkheid zijn het straffen. Heel vaak hoor ik van het schoolbestuur en de ouders: “Jij bent zo geweldig. Het werk dat jij doet vinden wij zo belangrijk.” Maar het klinkt alsof zij in werkelijkheid zeggen: “ Jij repareert de kinderen toch voor ons, nietwaar?” De kinderen zal ik niet bestraffen en ik wil dat ze begrijpen hoe ineffectief consequenties en straffen zijn. Ik heb geen idee hoe ik verder moet gaan.” Met het oog op innovatief en creatief handelen van leerkrachten vertelde een andere leerkracht ons hoe opgewonden hij raakte over de experimenten die in de klas plaatsvinden en die hij als ‘levenverrijkende’ methodiek ziet: “Ik gebruikte nooit geweld. Ik richtte mij erop dat leerlingen een bijdrage leverden vanuit hun eigen visie op het leren. Het droevige hieraan is dat, nadat ik mijn eigen ideeën omzette in een lesvoorstel, niemand van het schoolbestuur interesse toonde in de educatieve vernieuwing ervan. Zelfs nadat leerlingen vele blijken van waardering schreven over mijn bijdrage, veegde mijn meerdere mijn voorstel van tafel.” Een leerkracht voor taal drukte haar droefheid uit over de nadruk die in haar regio op proefwerken en toetsen gelegd wordt: “Alles is gebaseerd op een toets en ik voel mij hierdoor zo gefrustreerd omdat het kind hierachter geen kans krijgt om te schijnen. Ik omzeil het bestaande systeem en voel mij hierom schuldig. Ik ben de persoon die een beslissing neemt die uitwerking kan hebben op de rest van hun leven. Het 6|Pagina
komt helemaal neer op dat ene cijfer of punt dat ik op het vel papier zet en dat frustreert mij enorm.” Het schuldgevoel van deze leerkracht komt erop neer dat zij “het systeem omzeilt” door bij gelegenheid het testresultaat op te krikken waardoor zij belangrijke kansen creëert voor leerlingen. Kansen die zij anderszins niet zouden kunnen benutten als de scores niet zouden voldoen. Een andere leerkracht verwoordt zijn zorgen over proefwerken en toetsen zo: “Ik voel veel frustraties en boosheid over dit systeem van beoordelen, dat door de wetgeving, de overheid en het schoolbestuur geëist wordt. Zij willen enkel genormeerde toetsen. Zij willen geen uitgebreide interpretaties en portfolio die rekening houden met het groeipotentieel van de leerling. “Ja en?” zeggen zij, “dat is niet van belang! Welke resultaten behaalde de leerling bij de Cito-toets? Hoe hoog is zijn puntenscore? Wat was zijn gemiddelde score?” Daar kijken ze naar. Zij pakken het kind op en gooien het weg en kijken enkel naar de punten. Kinderen weten dat dit gebeurt en dat frustreert me! Mijn medeleven ligt bij de kinderen en hun behoeften.” Een leerkracht die wekelijks te maken heeft met 500 - 600 leerlingen: “Ik denk dat het misbruik van mensen is, om een leerkracht met zoveel leerlingen te laten werken. Ik ben dit jaar met buitengewoon verlof gegaan, omdat ik de werkdruk niet meer kon (ver)dragen. Het liefst wilde ik het uitschreeuwen: “Er moet evenwicht komen. Ja, een leerkracht is een strijder en zelfs hij heeft een kwetsbaar en waardevol leven, heeft evenwicht nodig en de mogelijkheid om een inkomen te verdienen.” Ik denk niet dat mensen op de hoogte zijn van die stille vorm van geweld die in de klassen plaatsvindt.” Een andere leerkracht met heel veel leerlingen: “Ik houd ervan mijn passie - kunstzinnigheid - te kunnen onderwijzen. Met mijn leerlingen doe ik veel aan zelfbeoordeling. Ik geef geen beloningen. Wel geef ik veel keuzen. Ondanks mijn streven merk ik, dat ik steeds meer het gangbare systeem ingezogen word. Ik heb het gevoel dat ik in dit monsterachtige systeem helemaal op mij zelf aangewezen ben. Ik zie kinderen die een absolute hekel aan school hebben. Het is een enorm gevecht. Het put me uit.” Het is duidelijk dat er behoefte is aan structurele veranderingen. De aandacht van dit boek echter, richt zich erop wat u als leerkracht in uw klas kunt doen en niet hoe het bestaande systeem is ontstaan en hoe het gewijzigd kan worden. Toch willen wij in het kort even aandacht besteden aan wat wij als essentiële punten zien. In ons huidig schoolsysteem nemen politici en beleidsmakers veel belangrijke beslissingen en bepalen het beleid hoe het in de klas en op school er aan toegaat. Deze van bovenaf genomen besluiten worden vervolgens aan de leerkrachten gepresenteerd als reglementen, beleidsregels, verwachtingen en eisen, die nageleefd dienen te worden. Wij beschouwen dit als een structurele weeffout van het systeem; veel van wat leerkrachten onderwijzen en leerlingen leren wordt hen opgedrongen. Wanneer mensen gedwongen worden iets te doen zien zij enkel twee mogelijkheden: toegeven en volgzaam, apathisch worden en / of boos of rebels. Elke vorm van dwang ondergraaft de emotionele veiligheid die voor leerlingen noodzakelijk is om te leren en voor leerkrachten om les te geven. Wij zouden willen zien dat ouders, bestuurders, leerkrachten en leerlingen een stem krijgen in het maken van het beleid en stellen daarom enkele basisvragen: Wat is de bedoeling van het huidige Pagina |7
schoolsysteem? Wie bepaalt dit? Stemmen wij hiermee in? Welke beleidsregels gelden er? Komen de beleidsregels tegemoet aan de behoeften van de leerlingen en leerkrachten? Als dat niet zo is, welke beleidsregels zouden effectiever deze behoeften vervullen? Als deze punten bij de hele onderwijsgemeenschap aandacht vinden, zullen er wegen gevonden worden het systeem te wijzigen. Het is duidelijk dat een enkele leerkracht niet het gehele systeem kan veranderen. Tegelijkertijd hopen wij met dit boek aan te tonen dat leerkrachten die geneigd zijn de relaties in de klas te laten meewegen, onherroepelijk tot krachtige spelers kunnen uitgroeien die uiteindelijk tot wijzigingen in het systeem zullen leiden. Mensen die zich bewust zijn van hun behoeften zullen vermoedelijk niet passief toekijken - apathisch, besluiteloos, veroordelend - terwijl anderen besluiten voor hen nemen. Vermoedelijk zullen zij Ghandi ’s uitdaging uitvoeren: “Wees de verandering die jij graag in de wereld wilt zien.” Zorgzame relaties in de klas hebben nog een andere meerwaarde: een onvermijdelijke toename in respect, samenwerking en leergierigheid, die niet aan de aandacht van anderen om u heen ontsnapt. Andere leerkrachten en ouders zullen zich erover verbazen en vragen stellen wat u doet om zo’n vitaliteit in de klas te creëren. Op deze natuurlijke wijze groeit de krachtcirkel van uw invloed. Terwijl dit boek geschreven wordt, zijn politici bezig om toetsen steeds meer te standaardiseren. Tegelijkertijd horen wij steeds vaker hoe leerkrachten, bestuurders, begeleiders, ouders en leerlingen hun vrees over deze praktijk uiten. We moedigen mensen aan zich te uiten en zich aan te sluiten bij de globale beweging om levenverrijkend onderwijs te laten ontstaan. Hierin worden jongeren gestimuleerd in autonomie, onderlinge afhankelijkheden, verbindende gesprekken en dialogen en hoe zij hun aangeboren plezier om te leren kunnen behouden. Met deze successen geloven wij dat jonge mensen op kunnen groeien tot volwassenen die in staat blijken te zijn organisaties en regeringen te creëren die zorgdragen voor het behoud van al het leven op aarde.
8|Pagina