ANS
SCOORT Algemeen Nijmeegs Studentenblad / februari 2015
Vooraf Tekst: Redactie P. 2
commentaar Het leenstelsel komt er. Wellicht ben je na deze confrontatie met de feiten al afgehaakt, maar dat is niet nodig. We gaan je niet vertellen dat je maar beter naar België kunt verhuizen, en dat je in het bejaardenhuis nog steeds je schuld aan het afbetalen bent. Feit is wel dat studeren meer dan ooit lijkt te zijn onderworpen aan de economie. Het is scoren of je biezen pakken, want tijd verliezen zal immers gelijk komen te staan aan meer lenen. Alles draait om scoren. Winnen of verliezen. Of het nu gaat om je cv zo snel mogelijk volgooien met extracurriculaire activiteiten, scoren op het veld of in de kroeg, of net die 6 halen op je tentamen. We dachten na. Wat betekent scoren voor ons? Scoren is de dagelijkse studiesleur doorbreken. Op ons kantoor liters koffie naar binnen slurpen, wakker blijven en doorgaan tot diep in de nacht voor de volgende ANS. De beste seksplekken op de campus opzoeken, om je daar eens flink uit te leven. Jezelf filmen terwijl je een boterham met kaas eet, om vervolgens meer dan 30 miljoen views op YouTube te halen. Een studentencultuurtest als docent verschrikkelijk slecht maken, maar je verlies nemen als een baas. En verliezen? Je verliest pas echt punten als je als rector magnificus zijnde niet weet hoe hoog het collegegeld nu ook alweer is. Tijd om je score te berekenen.
08 Docentenflop ANS legde de docenten van de RU het vuur na aan de schenen met een kennistest over de studentencultuur. Net als vijf jaar geleden werd de test schrikbarend slecht gemaakt. Een Foute Wouter? ‘Dat zijn mannen die denken dat lang plakkerig haar in de nek je aantrekkelijk maakt voor vrouwen.’ 12 Niet over één kam Martijn de Koning begeeft zich als antropoloog aan de RU in extremistische islamitische kringen en deed onderzoek naar de beleving van de islam in Nederland. ANS ondervroeg hem over dit veelbesproken onderwerp. 18 Vlogcast Yourself YouTube is deze maand jarig. Al 10 jaar lang kun je kijken naar blooper-video’s en kattenclips. Ook videoblogging is populair, een succesvolle vlogger kan zijn boterham met de filmpjes verdienen. Wat is het geheim achter hun succes en waarom vinden wij videoblogs zo interessant? 22 IJskoud de beste Marrit Leenstra staat aan de top van de schaatswereld. Wanneer ze zich niet op het ijs bevindt, pakt de nuchtere Friesin gewoon studiepunten. ‘Mijn motivatie is anders dan die van de meeste studenten.’ 04 05 07 15 16 21 26 28 30 31 32
De hoofdredactie
18
deze ANS
21
22
Doceerbonus? Binnenstebuiten Laatste Oordeel Gonzo Middenpagina De Graadmeter Enerzijds Anderzijds Stamgasten Colofon Crypto Gevonden Voorwerp
28
Tekst: Redactie/ Illustratie: Tekst: Rens van Vliet ANS-Online.nl Redactie ANS-Online.nl P. 03 P. 3
niet
ans
Moeilijk verteerbaar De naweeën van de Refter-kerstmaaltijden kwamen na de vakantie niet alleen in de vorm van buikpijn. De recensie die een redactielid over het kerstmenu schreef, dreef de eindbaas van de Refter, Anton van Looijengoed, ertoe ons een gepeperde mail te sturen. ‘Als je zo minachtend over voedsel praat (oranje derrie, smakeloos gekookte drab, Reftervoer) terwijl in een groot deel van de wereld honger wordt geleden, dan heb je nog veel te leren in deze wereld’, aldus Anton. Ons volgens hem ‘zure, zeurderige toontje’ verteerde hij net zo slecht als wij de kapot gekookte groente van de mensa. Sorry, Anton. Natuurlijk hadden we tijdens het recenseren rekening moeten houden met de hongerende derdewereldbevolking.
In de eerste maand van 2015 stond de nieuwsmachine niet stil. Zo deden studentenvertegenwoordigers tevergeefs een laatste poging het ‘schuldenstelsel’ te stoppen, leek de nieuwjaarsrede op een Ik hou van Holland-uitzending en werd bekend dat de KFC een vestiging op Plein ‘44 zal openen. Het harde nieuws werd afgewisseld met de nodige feestjes, zoals de kick-off van Stukafest en Prinsentreffen. Wat gebeurde er nog meer op ANS-Online en wat kun je deze maand verwachten?
Hels Stel, je bent een vrome moslim. Al wat je wil is vijf maal per dag bidden. Als je toevallig in de UB aan het studeren bent (want je bent ook nog een hardwerkende student) zou je dat wellicht daar willen doen. In een stil hoekje. Waar net een redacteur van ANS haar panty aan het ophijsen is, omdat ze voor een suffe rubriek als De Graadmeter juist die boekenkast uitkoos als potentiële neukplek. Au. En sorry. Foto van Joop Wolke Een foto voor Het Laatste Oordeel? Tandheelkundedocent Joop Wolke wilde er voor onze camera geen Prodentglimlachje uit persen. In het echte leven trouwens ook niet. Arme tandheelkundestudenten.
Nieuw jaar, nieuwe rector De nieuwe rector magnificus van de RU, Theo Engelen, bekleedt inmiddels al drie maanden zijn nieuwe functie. Reden voor ANS om de marathonrennende rector afgelopen maand te vragen naar zijn plannen voor de komende jaren in een groot interview. Geloof op de RU Het katholieke karakter van de RU werd in december op scherp gesteld door de uitspraken van priester Antoine Bodar over studentenpastor Theo Koster. ANS vroeg vorige maand vier betrokkenen naar de relatie tussen het geloof, de RU en de Studentenkerk. ‘Wetenschap moet door geloof in goede banen worden geleid.’ Stukafest De maand begint goed met studentenkamerfestival Stukafest. In de kamers kan worden gedanst op de muziek van The Cannonball Johnsons en Kelvin Rasco en worden geluisterd naar de literaire kunsten van Ronald Giphart en Justin Samgar. De liefhebber kan daarnaast genieten van theater in verschillende kamers. Ook dit jaar gaat ANS langs de deelnemende studentenstekken om een sfeerimpressie te geven. Wetenschapstovenaar Deze maand interviewt ANS illusionist en arts Victor Mids over de relatie tussen illusie en wetenschap. In zijn programma Mindf*ck beoefent Mids neuromagic, een combinatie van illusionisme, psychologie, geneeskunde en vingervlugheid. Hierdoor gaat hij voorbij aan de klassieke vorm van goochelen. Op de hoogte blijven van al het studentennieuws? Check dan www.ans-online.nl, volg ons op Twitter (twitter.com/ANS_Online) of like de ANS-pagina op Facebook (facebook.com/ANSnijmegen).
Doceren stimuleren Tekst: Tijs Sikma/ Illustratie: Sascha Wijnhoven P. 4
Doceerbonus?
Docenten lijken soms net zo weinig zin te hebben in het college als de zaal met gapende studenten. Op Nederlandse universiteiten wordt het geven van goed onderwijs immers nauwelijks beloond en ligt de prioriteit bij het doen van onderzoek. Waarom wordt kundig doceren niet gestimuleerd? De wereldvreemde introverte bolleboos en de enthousiaste extraverte leermeester zijn zowel qua persoonlijkheid als kwaliteiten tegenpolen. Op een universiteit moeten docenten echter zowel onderzoek doen als onderwijs geven. De prioriteit ligt meestal bij het onderzoek: zoveel mogelijk publiceren en het binnenhalen van financiering. Hoogleraren die intensief en cruciaal onderzoek doen, ervaren onderwijs soms als een last. Studenten worden daardoor vaak opgezadeld met docenten die plichtmatig hun colleges afraffelen of niet in staat zijn stof helder over te brengen en studenten bij de les te betrekken. Elke student krijgt wel eens te maken met dit kaliber docent: de ongemotiveerde droogkloot die nasaal zijn powerpointje voorleest. Het geven van goed onderwijs vormt echter de basis van een universiteit en zou ook als zodanig beloond moeten worden. Onderwijsverplichtingen Het is niet zo gek dat docenten vaak zo weinig bevlogen zijn bij hun colleges. Op de Radboud Universiteit worden docenten nauwelijks veroordeeld voor het geven van slecht onderwijs, maar vooral ook niet gestimuleerd goed onderwijs te geven. De enige verplichte kwalificatie die docenten op de RU moeten hebben, die garandeert dat ze goed onderwijs geven, is de Basiskwalificatie Onderwijs (BKO). Bizar genoeg heeft ongeveer een kwart van de vaste medewerkers deze kwalificatie niet. Cristel Claas, Coördinator BKO op de RU, vertelt dat “een meerderheid hiervan bestaat uit hoogleraren die bijna met pensioen gaan, maar dat ook een deel hiervan bestaat uit onderzoekers die voor het behalen ervan worden vrijgesteld.” Daarnaast heb je deze kwalificatie voor altijd. Een docent kan dus na het behalen ervan de kwaliteit van zijn onderwijs straffeloos laten verwateren. Een docent kan daarnaast vrijwillig nog extra cursussen volgen om diens onderwijs te verbeteren. Maar deze zijn niet verplicht. Nadat een docent het BKO heeft behaald
wordt hij ook niet opnieuw hierop getoetst. Naast dat er voor docenten geen verplichtingen zijn, die een constante kwaliteit van hun onderwijs garanderen, worden zij hierop ook niet beloond. In Eindhoven en Groningen zijn de universiteiten bezig met het ontwikkelen van een apart carrièrepad voor onderwijsdocenten. Claas laat echter weten dat de RU hier in het algemeen nog geen stappen in heeft gezet. Een last Docenten zien onderwijs geven vaak zelf ook als een last, doordat het doen van onderzoek veel belangrijker is voor hun loopbaan. Volgens Bas van de Meerakker, molecuulfysicus aan de RU, is onderzoek bijna altijd doorslaggevend voor een universitaire carrière, al is de situatie de laatste jaren wel verbeterd. ‘Bij benoemingen wordt wel degelijk gekeken naar de kwaliteit van het onderwijs. Ik weet dat er ook wel eens benoemingen niet door zijn gegaan, doordat het onderwijs onvoldoende was, terwijl het onderzoek goed ging. Toch kan men niet ontkennen dat er een zekere asymmetrie in het systeem zit: mensen die heel goed zijn in onderzoek, maar niet in het geven van onderwijs, kunnen ver komen op een universiteit. Andersom geldt dit niet.’ Uit een rapport van het Rathenau Instituut, een onderzoeksorganisatie die zich bezighoudt met wetenschapsbeleid en innovatie, blijkt dat verreweg de meeste docenten op de universiteit voorrang geven aan het doen van onderzoek. Onderwijs geven vinden ze veel minder belangrijk. Laurens Hessels, onderzoeker van het Rathenau, denkt dat dit vooral komt doordat onderzoek veel meer beloond wordt. Het talentbeleid op de universiteit kijkt volgens Hessels nauwelijks naar onderwijsprestaties, maar is vooral gekoppeld aan hoeveelheid publicaties, citaties en het binnenhalen van financiering. Daarnaast denkt hij dat onderzoek binnen de universiteitscultuur meer prestige geeft. ‘Wetenschappelijk personeel is ook lid van een internationale wetenschap-
Column Manu Compen P. 5
Binnenstebuiten Het leven van een bèta gaat niet altijd over rozen. Natuurkundestudent Manu trekt over het hobbelige pad van het Huygensgebouw naar de rest van de wereld. Hieronder zijn verslag.
pelijke gemeenschap. Daar gaat het natuurlijk vooral over het onderzoek en niet over onderwijs.’ Een universitair docent doorloopt volgens Hessels ook een opmerkelijk carrièrepad: ‘Je begint met promoveren, waar je vooral onderzoek doet en als postdoc ook. Pas als universitair docent krijg je met veel onderwijstaken te maken. Als promovendus of postdoc ben je vaak eerst heel gemotiveerd geraakt en heb je een onderzoekslijn bepaald, waarna je plotseling heel veel onderwijs moet geven.’ Volgens Van der Meerakker ervaren daarom vooral promovendi, die zich meestal volledig op hun onderzoek willen richten, de onderwijsbelasting als erg hoog. Zeker als je dit vergelijkt met het buitenland. ‘Af en toe heerst de indruk dat promovendi worden gebruikt om goedkope docenten voor de klas te hebben staan.’ Hessels denkt dat universitaire onderzoekers meer belang zullen hechten aan het geven van onderwijs, als de beloningsstructuur hierop wordt aangepast. Ook Claas ziet hier mogelijkheden: ‘Ik kom vaak docenten tegen die zeggen dat ze eigenlijk het liefste alleen maar onderwijs willen geven.’ Deze mensen worden hierin echter geremd. Wanneer het geven van goed onderwijs meer wordt gestimuleerd, zullen docenten colleges geven minder snel als een last ervaren en zich er meer voor inzetten. Aan de Radboud Universiteit zou een apart carrièrepad voor onderwijsdocenten, zoals in Groningen en Eindhoven hiervoor een oplossing kunnen zijn. Op dit moment wordt de docent namelijk nauwelijks door de universiteit gecontroleerd en gestimuleerd om zich in te zetten voor het geven van beter onderwijs. Het doen van onderzoek heeft uiteindelijk weinig zin als de kennis niet wordt doorgegeven. niet wordt doorgegeven. ANS
Ik zet mijn tas op het koude asfalt buiten Málaga Airport. Doordat het mistig was in Sevilla, moest de piloot in Málaga landen. In een met oranje straatverlichting overgoten bushal, word ik samen met mijn ouders en broer naar een tourbus geloodst waar een kale chauffeur geïrriteerde Nederlanders opwacht. Een complete Indiase familie - nooit niet in je vliegtuig - is in heftige discussie met een geblondeerde Spaanse rookster, over wiens grote boezem een RyanAir-pasje bungelt. Het hoofd van de familie, te herkennen aan de hoeveelheid kinderen, kinderwagens en rollators die hij bij zich draagt, kijkt verstard voor zich uit terwijl zijn vrouw het woord doet. In dit soort situaties van zweterige, ongelukkige ergernis zijn er altijd mensen die het nog minder leuk willen maken. En niemand wil dit liever dan de Nederlandse Xenos-moeder. In de zweetkar die ons van landingsbaan naar gate bracht, had ik haar naar contact zoekende kraalogen al tevergeefs proberen te vermijden. De bestuurder van de zweetkar deed er alles aan om op passief-agressieve wijze te laten weten dat hij een hekel had aan onverwachte busladingen RyanAirNederlanders. Met elke zwaai naar rechts of links plakte iedereen even tegen zijn buurman. De meesten excuseerden zich verzuchtend en keken ontwijkend naar het plafond. Maar zij niet. Met elke botsing die haar golvende lichaam maakte, begon ze smakelijker te lachen en begeriger te zoeken naar iemand om haar lach mee te delen. ‘Moest haar weer overkomen dit!’ Eenmaal in de tourbus ploft ze in de stoelenrij naast mij en mijn broer. ‘Ol-la!’, zegt ze opgewekt tegen de chauffeur. ‘Adios!’ tegen het vliegtuigpersoneel dat buiten op een andere bus wacht. Ondanks het tijdstip - 23:10 volgens het rode display - en de stilte in de bus, besluit ze haar zoektocht naar oogcontact en gezelligheid voort te zetten. Met succes. Binnen de kortste keren vormt zich in de rijen om haar heen een sociaal slagveld van waar-kom-je-vandaans, ben-je-hier-aleens-eerder-geweests en hoe-lang-blijven-jullies. Met oordopjes gewapend probeer ik me in mijn loopgraaf te verschuilen, maar mijn broer trekt me het open vuur in. Een half uur later is er een akkoord over een wapenstilstand bereikt en trek ik me bloedend terug. Mezelf verkneukelend met het vooruitzicht van een Xenos-loze week. In de hoop net zo ontspannen en onbevangen blij als zij in het vliegtuig terug te stappen.
Adverteren? Kijk op ANS-Online.nl P. 6
ansjes Een Ansje mag maximaal 35 woorden bevatten en kost 5 euro voor studenten en 10 euro voor externen. De waarde van de aangeboden goederen mag de 900 euro niet te boven gaan. Mail naar:
[email protected] Studentendesk Rode Kruis Nijmegen zoekt parttime bestuursleden! Wil jij anderen helpen, leuke ervaringen opdoen en jezelf ontwikkelen? Mail uiterlijk 5 februari naar studentendesknijmegen@ rodekruis.nl met een korte motivatie en CV. Check onze Facebook voor meer informatie.
Tekst: Dennis van der Pligt/ Illustratie: Baswoon, van Woerkum Laatstemet Oordeel Leef, werk, feest... ANS P.P.77
het laat ste oor deel
Dr. Wolke wilde niet door de ANScamera worden vereeuwigd Studie: Tandheelkunde College: Materiaalkunde, 12 januari, 14.30u15.30u, Tandheelkunde 0.42 Docent: Dr. J.G.C. Wolke Uitstraling: Zo hard als tandsteen Publiek: Vullingsmateriaal Inhoud: Gaatjes vullen praatjes Eindcijfer: 6
Duffe opsommingen of ultiem entertainment? Iedere maand verschanst ANS zich in de collegebanken om een genadeloos oordeel te vellen over het onderwijs aan de RU. Joop Wolke verheft zijn stem: ‘Ik ga niet tegen je rug praten.’ Terwijl de jongen in kwestie zich omdraait, neemt het geklets in de zaal af. Het responsiecollege over composiet, een vullingsmateriaal dat gebruikt wordt om gaatjes te vullen, kan beginnen. Op heldere wijze gaat Wolke door de stof heen. Wanneer het te vlug gaat, onderbreekt een student het college. Dit gebeurt regelmatig, want vragen blijken er genoeg te zijn. Wolke beantwoordt ze allemaal met goede uitleg, waardoor de materie begrijpelijker wordt. Hoewel hij zodoende zijn lerarenplicht vervult, heeft dit college tevens een mindere kant. Wolke laat zich immers niet alleen onderbreken door vragen. Ook studenten met meer belangstelling voor hun telefoon of die slaperig hangen op hun tafeltje, geven Wolke genoeg reden zijn verhaal over de krimp van vullingsmateriaal stil te leggen. De man die op het eerste gezicht helemaal geen streng uiterlijk heeft, wijst tijdens het college ineens drie studenten aan met de woorden: ‘Jij, jij en jij, als jullie nu niet ophouden met kletsen, kunnen jullie abrupt vertrekken.’ Het is duidelijk: Wolke is geenszins gediend van geroezemoes. Voor sommigen is de responsiecollegestof gesneden koek, waardoor ze niet het hele uur hun tandjes op elkaar kunnen houden. Ze lijken toe aan een pauze, maar omdat dit college maar een uur duurt, is die er logischerwijs niet. Daarom blijft het niet bij enkele incidenten. Wolke kondigt aan dat hij even de trap oploopt. Aangekomen bij een student spreekt hij hem aan, terwijl zijn blik de student onder schot houdt. ‘Zat jij op je telefoon te kijken?’ Bij wijze van overgave laat de jongen zijn lege handen zien. ‘Dat is jammer voor mij’, zegt Wolke sarcastisch, ‘anders kon ik je wegsturen.’ Het hoogtepunt van zijn irritatie komt niet veel later, als het geklets opnieuw is toegenomen. ‘Weten jullie wel dat jullie mij inhuren om uitleg te geven? Waarom gaan jullie niet gewoon allemaal weg?’ Door zulke uitspraken is dit college bijwonen ongeveer net zo fijn als een bezoek aan de tandarts. Wolkes uitbarstingen zijn overdreven, maar het valt niet te ontkennen dat hij zich terecht ergert aan het aanhoudende geklets. Desalniettemin hebben de kille sfeer en zijn humeur geen negatief effect op zijn toelichtingen over materialen en bindmiddelen. Stug gaat hij toch door met het beantwoorden van vragen en uitleggen waardoor composiet krimpt of sterker wordt. Kort daarna is het college ten einde. De studenten hoeven niet meer op hun tanden te bijten en verlaten onder een opvallende stilte de zaal. Het Laatste Oordeel der Studenten De aanwezigen zijn het erover eens dat de stof nuttig, maar wel saai is. De manier van overdracht wordt enerzijds gewaardeerd. ‘Mensen stellen vragen en tussen ons en de docent is interactie’, aldus sommigen. Anderen laten weten dat het ‘enthousiaster mag’. Wat de meeste toehoorders voornamelijk belemmert bij het opnemen van de materie, is de houding van de docent. Hij beschikt over veel kennis, maar ‘hij komt geïrriteerd en onvriendelijk over’. In het ergste geval worden sommigen zelfs bang van hem. Eén student zegt op te letten, omdat ‘hij anders flipt’. ANS
De grote studentencultuurtest Tekst:Anne van Veen en Annemarie Verschragen/ Illustratie: Sascha Wijnhoven P. 8
Docenten Schultenbräu is schoudervulling, de AFAC heeft te veel vrouwen in dienst en de rector denkt dat het collegegeld 1100 euro bedraagt. ANS onderwierp voor de vijfde maal docenten aan een kennistest over het studentenleven en schrok zich rot.
ANS-Online.nl P. 9
nflop ‘Mensen, ik woon in Arnhem’, roept Politicologiedocent Bertjan Verbeek gefrustreerd uit als ANS hem de studentencultuurtest voorlegt. Een typische reactie voor de zestien docenten die het vuur na aan de schenen wordt gelegd. Met de kennis over de financiën van de student, het verenigingsleven en studententermen zoals ‘soggen’ is het slecht gesteld. Na een schriftelijke test van 20 vragen, was een schokkende 3,1 op een schaal van 10 het gemiddelde resultaat. In het verzinnen van excuses voor de slechte prestaties blijken docenten minstens zo goed als hun discipelen. Zo vertelt Otto de Zoete, docent Tandheelkunde, wel vier keer dat hij al 25 jaar in Duitsland woont en grapt bestuurskundige Sandra van Thiel voor het zien van de vragen dat ze haar man al verteld had een onvoldoende te gaan halen. Deze vijfde ANS-studentencultuurtest levert weliswaar hogere cijfers op, maar bijna twintig jaar na het eerste onderzoek blijkt dat de docenten nog steeds bar weinig weten van het studentenleven.
De docenten blijken goed in het verzinnen van excuses voor hun slechte prestaties. Foute Wouter Dat de Nijmeegse vereniging Phocas roeit, blijkt tot de algemene kennis te behoren. Zij die zelf in Nijmegen hebben gestudeerd, kennen de vereniging net wat beter. Zo antwoordt Roel Schutgens, docent Rechten, op de vraag wat deze vereniging doet: ‘Drinken en soms roeien, als excuus.’ Ook docent Bedrijfskunde Paul Hendriks prikt door het masker heen en vermeldt dat ‘sommigen bij Phocas roeien’. De oud-Phocaan kan het niet laten hierover zijn oordeel te vellen. Bij de vraag wat een Foute Wouter is, antwoordt hij met ‘iemand bij Phocas die niet roeit’. Geen enkele docent heeft dit in werkelijkheid smerige shotje met tabasco geprobeerd, waardoor de eerste gekke gedachten worden neergepend. ‘Foute politieagenten’, ‘Wouter Bos’ en ‘mannen
die denken dat lang plakkerig haar in de nek je aantrekkelijk maakt voor vrouwen’ passeren de revue. Eveneens het fenomeen brassen blijkt een raadsel. Velen gokken inspiratieloos dat het vast iets met drinken is. Bij de rechtsgeleerden blijken de ballerige bezigheden dan weer wel bekend: Claartje Bulten en Schutgens weten als enigen de punten binnen te tikken. Zonder aarzeling schrijft oud-Carolinger Schutgens: Resultaten Letteren: prof. dr. T.H.L.M. Engelen (rector magnificus) DR. J.M.G. Muijres
1,7 2,7
Sociale wetenschappen: Dr. P.E. Ketelaar DR. I.M. Rabeling-Keus DR. C.h.b.m. Spierings
4,1 3,2 4,4
Rechtswetenschappen: Prof. Mr. c.d.j. Bulten prof. mr. r.j.b. Schutgens
3,8 4,1
Managementwetenschappen: prof. dr. p.h.j. Hendriks prof. dr. s. van Thiel prof. dr. j.a. Verbeek
2,7 2,2 2,8
fnwi: dr. w.c. Boelens dr. h. Engelkamp
1,1 4
Medische wetenschappen: Dr. C.E.E.M. van der Zee Drs. O. de Zoete
4,5 1,3
Filosofie, theologie en religiewetenschappen: prof. dr. j.a.m. Bransen. 3,1 dr. c.h. Leijenhorst 4,2
De grote studentencultuurtest Leef, woon, werk, feest... met ANS P.P. 10 10
‘Een medestudent aan zijn revers tegen de grond werken’. Ditjes en datjes over doekoe Terwijl sommige docenten de geldzaken van de student op de euro kunnen inschatten, gaan anderen ongelovig in discussie. ‘De basisbeurs 279,14 euro per maand? Ik heb toch echt ergens 365 euro gelezen’, verbaast Van Thiel zich. Toch komt de gemiddelde inschatting met 320 euro aardig in de buurt. Enkel Bulten en bioloog Wilbert Boelens schatten het met 500 euro veel te hoog in. Boelens past de andere kant van de balans hier ook op aan. Terwijl de meeste docenten zich verbazen over een gemiddelde huurprijs van 380 euro, vult hij ook bij deze vraag 500 euro in en voor een Aldibrood zou hij rustig 1,50 euro aftikken. De schattingen over de hoogte van het collegegeld doen terugverlangen naar goedkopere tijden. Was het maar beleid wat rector magnificus Theo Engelen onder de vragen neerpende. Met 1100 euro zit de historicus onverwachts maar liefst 800 euro te laag. Bij het horen van het goede antwoord vertrekt hij echter geen spier.
‘Moet ik bang zijn dat mijn vrouw dit leest?’ Hun kroost blijkt sommige docenten te redden. Onder andere filosoof Jan Bransen weet hierdoor het bedrag wel goed in te schatten: ‘Ik betaal het voor mijn kinderen.’ Ineke van der Zee van de medische faculteit is de enige die het precieze bedrag van 1906 euro weet. Het goedkope imago van de Aldi voor de dagelijkse boodschappen wordt door docent Sociologie Niels Spierings en communicatiewetenschapper Paul Ketelaar wel heel erg serieus genomen: zij schatten het brood rond de 50 cent. Dat terwijl docent Filosofie Cees Leijenhorst met 1,09 euro de prijs op de cent nauwkeurig weet te noemen en lachend toevoegt: ‘Ik weet niet of ik daar nou trots op ben’. Vakjargon Dat sog-activiteiten niet op de tijdlijn van docenten verschijnen, blijkt als we vragen naar de favoriete bezigheid van de student. De betekenis van sog is alleen bij de dertiger Spierings bekend, andere docenten komen vooral met varianten van studentenoverleg of stichtingen op de proppen. Ketelaar roept uit: ‘Vraag dan naar de Ragweek! Daar weet ik alles van!’ De grote ergernis onder de studenten, de fietsdief AFAC, is voor
de meeste docenten ook een hersenbreker. ‘Wat is de AFAC nu weer?’, roepen veel, blijkbaar fietsloze docenten gefrustreerd uit. Creatief gevonden antwoorden volgen snel: op de AFAC zitten te veel vrouwen, ze laten je rente betalen of het is gewoon een lelijke afkorting. De app waarmee je je match kunt vinden, is daarentegen wel bekend bij de meeste docenten, al willen een aantal dat liever niet toegeven. ‘Even overwegen of ik nu voor de punten ga of dat ik bang moet zijn dat mijn vrouw dit leest’, aldus Leijenhorst. Wel vinden de docenten lastig of het nou Tindr, Trader, Thinder, Finder of Tinder heet. Bulten weet zich goed uit de vraag te redden door met een stalen gezicht ‘Tindr of Grindr, ik zou het voor studenten Stindr noemen’ te antwoorden.
Rector magnificus Theo Engelen schat het collegegeld 800 euro te laag in. Vieze Herman Dat de oudere generaties stiekem viespeuken waren, blijkt als gevraagd wordt naar de bijnaam van de frituur op het Keizer Karelplein. Al gauw komen er verhalen over Vieze Herman, de bijnaam van een snackbar in Bottendaal. Deze stond bekend om zijn gebrek aan hygiëne en was juist daarom zo populair onder studenten. Het gezochte antwoord was echter het Keetje. Het vervallen kotje dat ‘s nachts erg populair was onder studenten, zou niet meer mooi genoeg zijn geweest en moest daarom verdwijnen. Een petitie redde de snackbar die nu in een nieuw jasje gestoken is. De smaak van de huidige studenten is nieuw voor de docenten. Velen kunnen raden dat Schultenbräu bier is, maar alleen door Engelenkamp wordt het pauperdrankje nog met New Kids geassocieerd, terwijl Schutgens het wel lekker vindt klinken en Boelens denkt dat er frisdrank wordt toegevoegd aan het gerstenat. Van Thiel wint met deze vraag de originaliteitsprijs en denkt dat de blikken drab dienst doen als schoudervulling. Blinde Vlek Aan het snelle antwoorden is te zien dat niet alle docenten de test even serieus nemen. Het sprokkelen van punten door logisch na te denken of door na wilde gokpogingen de gezichten van de examinators te bestuderen, wordt slechts door een enkeling gedaan. Vooral de foto van Mark Vlek de Coningh, voorzitter van de Universitaire Studentenraad, blijkt een ware hersenkraker te zijn voor de puzzelaar. Ketelaar begint onmiddellijk enthousiast te analyseren: ‘Hij staat bij TvA en heeft een
ANS-Online.nl P. 11 Leef, woon, werk, feest... met ANS P. 11
DE STUDENTENCULTUURTEST 2015
wit t-shirt aan. Zou het een verhuizer zijn? Nee, die hebben geen witte shirts, ik denk dat hij de catering doet’. Ketelaar is niet de enige. Neerlandicus Jos Muijers gokt op de hoofdredacteur van ANS. Bulten hoopt in de toekomst nog wat punten te scoren door te stellen dat hij de toekomstige rector is en ook Leijenhorst vindt dat hij een hoofd heeft voor een bestuurlijke functie. Bransen weet zeker de voorzitter bij het Cultuurcafé achter de bar te hebben zien staan, ‘maar dan wel zonder snorretje’. En de winnaar is De kunst van het punten sprokkelen zijn de docenten klaarblijkelijk door de jaren heen verleerd. Het aantal snel overgeslagen vragen was beschamend hoog. Dat de ondervraagden niet weten wat Bossaball is of welke drankjes er in een Foute Wouter gaan, kan ANS hen nog vergeven. Qua geldzaken is dit een ander verhaal. Bij het volgende voor te schrijven dictaat mag best even worden nagedacht over de hoogte van de basisbeurs. Bijna alle docenten gaven bij voorbaat al aan dat ze waarschijnlijk zouden falen, maar waren wel zo sportief om toch deel te nemen aan de test. Eén decaan durfde na het zien van de vragen de test niet meer aan: ‘Ik hoor dit te weten en een laag cijfer zou me reputatieschade kunnen opleveren.’ Misschien zou deze decaan dan ook moeten zorgen dat ze de kennis paraat heeft.
Eén decaan durfde na het zien van de vragen de test niet meer aan. Wat blijkt uit de test is dat het hebben van de Radboud als Alma Mater en het wonen in de Waalstad een aanzienlijke voorsprong oplevert. De vraag naar het noemen van vijf verenigingen en disputen en naar vijf kroegen bleek voor deze gelukkigen een ware weggever. Van der Zee heeft de twijfelachtige eer om met een 4,5 op de eerste plaats te belanden: ‘Ik probeer veel contact te hebben met studenten om op de hoogte te blijven van het studentenleven.’ Voor de meeste hoogleraren is het echter aan te raden wat vaker in het Cultuurcafé te gaan zitten en zich met studenten te mengen. Het is wel te hopen dat de docenten niet te vroeg aan het bier willen gaan zitten, want de regel ‘geenbier-voor-half-vier’ is vrijwel onbekend. ANS
Hoe heet het SSHN complex dat afgelopen jaar bij het station is geopend? talia Wie is dit en wat doet hij? (foto Mark Vlek de Coningh) Voorzitter van de Universitaire studentenraad (USR) Wat doet de Nijmeegse vereniging Phocas? Roeien Wat is de bedoeling bij bossaball? Volleyvoetballen op een springkussen Hoe heet de speciale avond op maandag in de Fuik? Meter maandag Waar staat sog voor? Studieontwijkend gedrag Wat is een Foute Wouter? Een shotje met tabasco Hoe hoog was de basisbeurs voor een uitwonende student in 2014? 279,14 euro Wat doe je als je aan het brassen bent? Elkaar naar de grond werken of het competitief jatten bij verenigingen Wat is Schultenbräu? Goedkoop aldi-bier Wat kost een simpel heel bruin brood bij de Aldi? 1,09 euro Waarom zijn veel studenten niet echt dol op de AFAC? de afac haalt je fiets weg wanneer deze buiten het rek staat Welk merk bier krijg je als je een normaal biertje bestelt bij het Cultuurcafé en vanaf welk tijdstip mag dit? grolsch, vanaf half 4 Hoeveel bedraagt het collegegeld voor 2014-2015? 1906 euro Noem 5 Nijmeegse studentenverenigingen/disputen voorbeelden zijn: carolus magnus, ovum novum, karpe noktem, faunus, carmen Noem 5 Nijmeegse kroegen Voorbeelden zijn: De fuik, samson, moenen, café jos, camelot Wat is de bijnaam van de frituur op het Keizerkarelplein die een petitie heeft gehad om te mogen blijven? het keetje Wat is Stukafest? studentenkamerfestival Wat was de gemiddelde huurprijs in 2013 voor kamers in Nijmegen die via Kamernet werden verhuurd? 379,80 euro Hoe heet de app waarmee je door naar links of naar rechts te schuiven je match kan vinden? tinder
Interview Martijn de Koning Tekst: Saskia Verheijden/ Foto’s: Bastiaan Buurman P. 12
niet Over één kam RU-onderzoeker Martijn de Koning houdt zich bezig met de islam, een religie die steeds vaker in één adem wordt genoemd met geweld en terreur. Onzin, vindt De Koning: ‘Als de islam als geheel het issue was, zaten we pas echt in de shit.’ Het is een rommel op het kantoor van Martijn De Koning, docent en onderzoeker Islamstudies aan de RU. Met een verontschuldigende ‘let niet op de rommel’ laat hij ANS binnen. De islamoloog doet onderzoek naar onder andere identiteitsvorming van jonge Marokkaans-Nederlandse moslims. De website GeenStijl bestempelde hem als bedreiging voor de Nederlandse samenleving. Hij zou aanzetten tot geweld omdat hij zich in kringen van extreme moslims bevindt. De Koning trekt zich hier niets van aan: ‘Als ik had gewild dat iedereen me lief en aardig zou vinden, had ik een ander beroep of onderzoeksthema moeten kiezen.’ Dat hij zou sympathiseren met de vijand, vindt hij onzin. ‘Sommige radicale moslims ken ik al tien jaar. Zij hadden toen nog niet deze extreme denkbeelden. Voor mij zijn het slechts de mensen met wie ik onderzoek doe’, verklaart De Koning.
‘Sommige radicale moslims ken ik al tien jaar.’ ‘Niet alle moslims zijn terroristen, maar wel alle terroristen zijn moslim’, reageerde Wilders na de aanslagen in Parijs de afgelopen maand. De Franse president Hollande reageerde juist tegenovergesteld: ‘We moeten weigeren alle moslims over een kam te scheren.’ De islam komt vaak in het nieuws in de context van aanslagen en terreur door groeperingen als de IS en Al Qaida. Hoe staat het precies met de beeldvorming over de islam in Nederland? Het lijkt alsof er een kloof is ontstaan tussen moslims en Wilders-aanhangers binnen de Nederlandse samenleving. Hoe is deze ontstaan? ‘De problemen zijn ontstaan na de Rushdie-affaire. Schrijver Salman Rushdie bracht in 1988 het boek The Satanic Verses uit. Elementen uit dit boek konden
uitgelegd worden als godslasterlijk richting de islam en de profeet Mohammed. De toenmalige leider van Iran verklaarde dat Rushdie en iedereen die had meegewerkt aan het boek moest worden gedood. Als reactie hierop ontstonden, onder andere in Nederland, demonstraties. De Nederlandse overheid realiseerde zich dat sommige moslims het niet eens waren met een van onze kernwaarden: de vrijheid van meningsuiting. Rond die tijd startte Nederland met het integratiebeleid. Het draaide niet alleen om de achterstand die migranten en hun kinderen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs hadden, maar ook om de grote culturele verschillen. Alle politieke partijen, behalve de SP, zetten vraagtekens bij de hoeveelheid culturele diversiteit die je in een land kan hebben zonder aan sociale cohesie te verliezen. Daardoor ontstond een soort blokvorming tussen wat Nederlands was en de cultuur van “de allochtoon”. Pas na de aanslag in New York op 11 september 2001 werd de nadruk op de islam gelegd en werd dit geloof voor het eerst als veiligheidsprobleem gezien.’ De aanslag op 11 september werd gepleegd in Amerika, waarom is daarna ook in Nederland verdeeldheid ontstaan? ‘In 2004 werd Theo van Gogh vermoord door een Marokkaans-Nederlandse moslim. Dat deed de verdeeldheid die er op dat moment al heerste niet veel goeds. Bovendien beriepen de meeste terroristen die in de tussentijd aanslagen pleegden, zich op de islam. In die zin is het dus niet verwonderlijk dat veel mensen zich zijn gaan afvragen hoe dit zat binnen het geloof en bang zijn geworden.’ Naar aanleiding van de aanslagen in Parijs verklaarde rechtsgeleerde en blogger Afshin Ellian dat wij in oorlog zijn met de islam. Bent u het hiermee eens?
ANS-Online P. 13
‘Als je animeren leuk vindt, kun je beter voor jezelf beginnen.’
‘Onze karakters moeten niet te menselijk worden.’
Interview Martijn de Koning P. 14
Het animeren van 10 tot 20 seconden film duurt een dag.
‘Ik kan me voorstellen dat mensen dat denken. De islam wordt gezien als iets dat van buitenaf komt en niet van ons is. Daar ligt denk ik het probleem. Als je het hebt over dé islam, suggereer je dat je het hebt over alle moslims. Dat is de reinste flauwekul. Volgens mij hebben mensen namelijk geen oorlog met moslims die gaan bidden, halal eten of een hoofddoek dragen. In Nederland werken er bovendien meer moslims bij de politie, AIVD en het leger dan bij gewelddadige bewegingen zoals Al Qaida. Na iedere gebeurtenis is er daarnaast een hele lijst van moslimorganisaties die afstand doen van het geweld dat terroristen gebruiken.’ Toch zie je moslimbewegingen die afstand nemen van de gebeurtenissen niet vaak op tv. Vindt u dat de media een verkeerd beeld schetsen? ‘Ja en nee. Het is natuurlijk erg makkelijk om de media de schuld te geven. Ik vind over het algemeen dat de Nederlandse berichtgeving redelijk genuanceerd is. Men probeert de situatie van verschillende kanten te bekijken en laat ook vaak moslims zelf aan het woord. Helaas is dit altijd in de context van een geweldsdaad. Toen het over de economische crisis ging, zag je geen enkele moslim op tv, terwijl er binnen het ministerie en banken genoeg moslims werken die hun zegje hadden kunnen doen.’ Staan de aanslagen en de islam dan helemaal los van elkaar? ‘Ik zou niet zeggen dat het helemaal niks met elkaar te
maken heeft. De daders opereren wel degelijk vanuit een islamitische overtuiging of inspiratie, die overigens sterk afwijkt van de mainstream. Als de islam als geheel het issue zou zijn, zaten we echt in de shit. Dan zouden alle een miljard moslims een gevaar zijn. Zo zien mensen het helaas wel. ‘De legitimatie om geweld te plegen is vaak ideologisch, dus in die zin speelt de islam wel degelijk een rol. De echte aanleiding is vaak echter veel pragmatischer. De reden dat de IS en Al Qaida aanslagen plegen in Europa is wraak. Zij nemen wraak op het ingrijpen van het Westen in Irak en Syrië. Geloof geeft mensen een gevoel van urgentie, inspiratie en een doel waarvoor wordt gevochten.’
‘Degenen die negatieve filmpjes over de islam verspreiden, zijn vaak juist zelf moslim.’ Ligt de angst die veel mensen voelen aan die gewelddadige groepen, aan onze houding ten opzichte van de islam of stellen wij ons gewoon aan? ‘Ik denk dat het allemaal het geval is. Dat mensen bang zijn, is logisch maar je moet wel de juiste vijand kiezen. Waar we voor uit moeten kijken, is een soort interne strijd van moslims tegen niet-moslims. Het gaat om de strijd
Column Lotte Coenen Leef, woon, werk, feest... met ANS P. 15 P. 15
tegen groepen als IS. Het kan zijn dat je met andere moslims duizend-en-één andere issues hebt, zoals integratie en onderdrukking van de vrouw, maar die hebben we met wel meer groepen in Nederland.’ Zouden debatten over integratie en terreur beter van elkaar moeten worden gescheiden? ‘Ja, ik denk sowieso dat deze twee zaken teveel door elkaar lopen. Veel moslims hebben het idee dat mensen hen allemaal als terroristen beschouwen. Laatst legde een vrouw me een lijstje voor met vragen als: “Sympathiseert u met de IS beweging? Wat vindt u van andersdenkenden? Waarom draagt u een hoofddoek? Hoe belangrijk is de islam voor u?” Deze vragen kreeg zij tijdens een sollicitatiegesprek als anesthesist. Iets minder paniek zaaien door niet-moslims zou dus ook wel goed zijn.’ Het lijkt alsof veel moslims weer strenger zijn gaan geloven. Klopt dit beeld? ‘Ja, in het Midden-Oosten zag je al in 1990 een heropleving binnen de islam. Tal van islamitische bewegingen kwamen op, sommige gewelddadig, sommige geweldloos. Zij probeerden de samenleving te islamiseren en de islam te hervormen. Vooral na 11 september kregen veel moslims op hun werk of op school te maken met mensen die zich van alles afvroegen: hoe zat dat nou in de Koran? Mogen onschuldige burgers zomaar worden vermoord? Dit wisten veel moslims zelf ook niet, zij hadden ook nog nooit een Koran opengeslagen. Hierdoor zijn zij zich gaan verdiepen in de islam om antwoord te kunnen vinden op dit soort vragen.’ Stellen moslims zich niet aan als het aankomt op het portretteren van de profeet? ‘Voor moslims is het afbeelden van de profeet Mohammed iets speciaals, hierop rust zelfs een afbeeldingsverbod. Daarbij proberen de illustratoren in die afbeeldingen de islam zo slecht mogelijk neer te zetten. Als je mensen vraagt om op een foto van een geliefde te spugen en vervolgens in de fik te steken, zal niemand dat doen. Ook al is het maar een stukje papier, zo zien moslims het bespotten van hun profeet. Degenen die negatieve filmpjes of cartoons over de islam op internet verspreiden, zijn trouwens vaak de moslimorganisaties zelf. Zij kunnen daarmee mensen mobiliseren en duidelijk maken hoe bepaalde landen over hen denken en laten zien dat zij er iets tegen proberen te doen.’ Zou het volgens u verboden moeten worden om spotprenten of cartoons te maken over de islam? ‘Dat vind ik een lastige vraag. Ik zou nooit zeggen dat we dit vooraf moeten gaan verbieden. Ik zou er wel voor willen pleiten dat mensen terughoudend moeten zijn en dat, als je claimt terroristen aan te vallen, je niet de profeet Mohammed of de Koran moet gebruiken. Je moet dan iets nemen dat alleen op hen van toepassing is, zoals de leider van IS. Pak niet alle moslims.’ ANS
Gonzo ‘Objectiviteit is een mythe’, aldus de grondlegger van de Gonzojournalistiek. Een ieder die een verhaal schrijft neemt bagage aan kennis en ervaringen met zich mee. Lotte Coenen laat de objectiviteit varen en beschrijft het alledaagse leven op haar manier. Zijn avond begon gezellig. Je kent het wel, van die avonden waar de muziek net iets te hard staat, je met je beste vrienden bent en het bier is maar een euro en vijftig cent. Voordat ik ga slapen whatsapp ik hem nog een fijne avond, dat hij zich moet gedragen laat ik achterwege. Naarmate de avond vordert, lijkt het wel alsof de muziek slechter wordt. De luiken van de kroeg rollen langzaam omlaag. Hij realiseert zich dat hij het weer te laat heeft gemaakt. Hij kan met moeite zijn ogen open houden, maar stapt toch nog op haar af. ‘Hoi Julia, moest jij niet op tijd naar huis?’, zegt hij tegen haar. ‘Ja, ik ga zo, fiets je mee?’, brabbelt Julia. Ook Julia is dronken en al haar vriendinnen zijn al naar huis. Zo slingeren ze samen door de koude donkere nacht. ‘Ik houd van whiskey en paarden’, zegt Julia. Het gesprek dat ze voeren, gaat al lang nergens meer over. Ik zou willen dat ik vlak achter ze fietste. Ze zijn op weg naar de intimiteit die slechts van korte duur zal zijn. Al zoekend naar haar bh zal het paardenmeisje de volgende ochtend wegsluipen, waarna ze met zwarte mascaravegen onder haar ogen de nieuwe dag tegemoet zal gaan. Had ik hem maar tegen kunnen houden die nacht. Met mijn rode trui veeg ik de tranen van mijn gezicht. Teveel bier is zijn excuus. ‘Sorry, ik was echt dronken en ik dacht totaal niet na.’ Ik zit verloren naast hem. Ik weet niet zo goed meer wat ik moet geloven. Ik denk terug aan 3VWO. Ik zat als grijs muisje voor in de klas tegen het bureau van mijn leraar Duits. Met zijn robuuste handen, wollige, strenge wenkbrauwen en kaki broek. Hij probeerde ons wat wijsheid mee te geven: ‘Voorkom teleurstelling in je leven. Wantrouw de medemens en verwacht niets van de mensen waar je om geeft.’
www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofon P. 16
Sten Petersen Schoot deze foto als onderdeel van een serie op een stukje straat. ‘Op de Warschauerstrasse barst het van de jongeren en de creativiteit. Ik ga graag te werk met een documentaire invalshoek en veel interesse voor het portret.’ Meer weten over Sten en zijn werk? Kijk dan op ans-online.nl voor een interview.
Ans deze maand P. 17
Vloggen voor je boterham Tekst: Bas van Woerkum/ Illustratie: Eva Bernsen P. 18
Vlogcast Y Beroemd worden en geld verdienen met YouTube? Steeds meer mensen proberen het, slechts een enkeling slaagt erin. Wat is het geheim achter videobloggen? ANS vraagt zich af wat er voor nodig is om viral te gaan en gaat op onderzoek uit.
YouTube bestaat deze maand tien jaar. In dit decennium hebben zogenaamde ‘videobloggers’ het medium zo weten te beheersen dat ze internationale bekendheid hebben verworven. Videobloggen, ofwel vloggen, is de videovariant van een blog. De vlogger vertelt ‘zijn verhaal’ in beelden. Wanneer je genoeg kijkers hebt, kun je
‘Ik doe eigenlijk gewoon maar wat.’ YouTube-partner worden en advertenties in je video’s weergeven. Iedere keer dat mensen je video bekijken, ontvang je een klein bedrag. Met miljoenen kijkers per maand kan dat een flink salaris opleveren. Je brood verdienen met videobloggen lijkt eenvoudig, maar heeft meer om het lijf. Hoe maak je een goede video en zorg
je dat mensen ernaar kijken? Luister naar je fans Je opent YouTube en klikt een aanbevolen video aan. In het filmpje zie je een jongen die vertelt dat vandaag een belangrijke dag wordt. Hij laat weten net uit bed te komen en filmt een onopgeruimd keukenblad. Zometeen moet hij autorijden, maar eerst laat hij ons zien hoe hij zijn voorruit krabt. Zo verloopt een typische video van Enzo Knol (21), momenteel Nederlands populairste YouTuber met ruim 500.000 abonnees op zijn kanaal en 30 miljoen kijkers per maand. Waarom kijken mensen naar deze triviale beelden? Knol weet het zelf ook niet: ‘Ik doe eigenlijk gewoon maar wat’, vertelt hij. In zijn vlogs filmt hij enthousiast en grotendeels onvoorbereid wat hij meemaakt. ‘In mijn video’s zit veel humor en ik moet zelf altijd hard lachen om mijn grappen. Je moet echter geen grappen maken als dat niet is wie jij bent, je moet
Yourself iets doen dat bij je past.’ Met het nadoen van anderen kom je er niet. Belangrijker is luisteren naar de reacties op je video’s: ‘Je verandert dingen en kijkt of de kijkers het filmpje leuker vinden. Gaandeweg kom je erachter wat voor jou werkt.’ Knol is drukbezet met zijn baan, hij filmt een vlogs per dag en het knippen en plakken van het beeldmaterieel doet hij ook zelf. Hij verdient er echter wel zijn levensonderhoud mee. Bardo Ellens (22), op YouTube bekend onder de naam BanjoMovies, deelt Knols visie: ‘Het mooie aan YouTube is de interactiviteit met de kijkers. Je kunt het meteen lezen wanneer mensen iets slecht vinden.’ Ellens gebruikt dat commentaar en experimenteert vervolgens
Vloggen is een vorm van kunst, maar ook narcisme. om te kijken wat werkt en wat niet: ‘Enzo Knol knipt alle stille momenten eruit, zodat het een hele snelle video wordt. Die techniek werd nog niet zoveel gebruikt toen ik begon, dus toen ik dat probeerde vond ik het er heel raar uitzien.’ Inmiddels heeft Ellens veel bereikt met zijn Youtube-video’s: hij heeft een programma bij Veronica gepresenteerd en recent zijn boek, 1001 smoesjes, uitgebracht, dat als smoesjesbijbel moet fungeren. Volgens Jeroen Bertrams, schrijver van onder andere het boek Social Media Expert in een Week, is het succes van dit knipwerk niet verwonderlijk. Volgens hem ligt de kracht van videoblogs in de korte duur en de snelheid waarmee ze elkaar opvolgen: ‘Daardoor houd je de spanning erin, zodat mensen wachten op je nieuwe video’s.’ De kunst die vloggen heet ‘Voor mij is YouTube een manier geworden om mijn creativiteit te uiten. Alles wat ik bedenk, kan ik via mijn kanaal naar buiten brengen’, aldus Ellens. Volgens hem is het essentieel om telkens iets onverwachts te doen: zo steekt hij de draak met de politie door smoesjes te bedenken, of laat hij zien dat naast Zwarte Piet, ook Sinterklaas racisme is. YouTube is hier volgens Ellens bij uitstek geschikt voor, door een gebrek aan richtlijnen. ‘Niemand zegt wat je wel en niet kan doen. Die artistieke vrijheid zorgt ervoor dat videobloggers die nadenken over wat ze maken tot echte kunst in staat zijn.’ Marcel Becker, universitair docent Wijsgerige Ethiek aan de RU, herkent de analogie met kunst, maar ziet ook een vorm van narcisme. Die twee elementen staan
ANS-Online.nl P. 19
op gespannen voet met elkaar. ‘Narcisme uit zich in de behoefte om dat wat typisch eigen is met anderen te delen, omdat je jezelf kennelijk belangrijk vindt. Aan de andere kant zijn videoblogs een vorm van zelfexpressie, je wilt anderen bereiken door een gedachte uit te drukken.’ De inhoud van die gedachte kan alledaags zijn, maar is niet per se triviaal: ‘Het triviale wordt absurdistisch gemaakt, de werkelijkheid minutieus verdraaid. Dat is kunst.’ Rob le Pair, docent bij de afdeling Communicatie- en Informatiewetenschappen, doet onderzoek naar de effecten van sociale media. Hij ziet de vrijheid die Ellens noemt in het concept van User Generated Content: ‘Een kenmerk van videoblogs is dat de gebruikers zelf de inhoud maken. Zonder hogere instantie die het uitzendt of publiceert, bepaal je zelf volledig wat je wilt laten zien.’ Le Pair stelt dat het belangrijk is dat je met je video zoveel mogelijk haalt uit het platform waarop je jezelf presenteert. ‘YouTube biedt nieuwe mogelijkheden, bijvoorbeeld korte, persoonlijke video’s, ten opzichte van oude platformen zoals tv en radio. Als je beroemd wilt worden, moet je daarvan gebruikmaken.’ Bertrams voegt toe dat, wat voor video je ook maakt, het noodzakelijk is dat mensen het gevoel krijgen dat ze het willen delen.
‘De kijker moet geen tijd hebben om verder te klikken.’ Advies van de pro’s Voor degenen met de ambitie om een bekende vlogger te worden, hebben Knol en Ellens de nodige tips: ‘Het is belangrijk dat je video’s vlot lopen, zodat de kijker geen tijd heeft om verder te klikken’, stelt Knol. Bovendien merkt hij op dat er meer in zijn video’s te vinden is dan op het eerste gezicht lijkt. ‘In veel van mijn video’s is een boodschap te vinden, namelijk dat je altijd positief moet zijn, ook al maak je veel vervelende dingen mee.’ Ellens benadrukt dat het bovenal van belang is om veel na te denken over je video’s: ‘Je moet bedenken waar je kijkers onbewust behoefte aan hebben. Dit kan bijvoorbeeld door te laten zien dat niet alle moslims extremisten zijn. Je moet je kijkers geboeid houden. YouTube is een enorme zapcultuur, als je één seconde niet leuk bent, ben je verdwenen.’ ANS
Universitaire Studentenraad Campus- en informatievoorzieningen Wist jij dat er op de campus een studentpsycholoog aanwezig is bij wie je terecht kunt? Of dat je draadloos vanaf je laptop kunt printen op de universiteit? Er zijn tal van mogelijkheden en faciliteiten op de universiteit waar menig student geen weet van heeft. Dat is jammer, aangezien er dikwijls klachten komen over zaken die toch al voorhanden of geregeld zijn. Het blijkt dan dat de student slecht (of vaak helemaal niet) geïnformeerd is. Daarom wordt de werkgroep Campusvoorzieningen, die zich wel het komende semester bezig blijft houden met de aandachtspunten van campusvoorzieningen, geüpgraded tot Campus- en informatievoorzieningen om de pijnpunten omtrent informatievoorzieningen aan te pakken. Dat je het maar weet!
Judicia Komende gezamenlijke vergadering (GV) staat een vernieuwde judiciumregeling op de agenda. Het college van bestuur (CvB) heeft door middel van een bindende richtlijn een besluit genomen dat de judicia uniformiseert. Op veel faculteiten werd er verschillend omgegaan met wanneer een student een Judicium krijgt, het CvB vindt dit een slechte zaak en wil dat met dit besluit tegengaan. Door het bindende karakter van deze richtlijn heeft de faculteit zelf geen zeggenschap meer over deze regeling. Het CvB heeft voorgesteld om vanaf collegejaar 2015/2016 alleen het judicium cum laude toe te kennen als een student gemiddeld een acht of hoger heeft gehaald en maximaal één tentamenonderdeel heeft herkanst. Vanuit de Facultaire Studentenraden (FSR’en) is er een tegenvoorstel gekomen, waarin naast het judicium cum laude ook summa cum laude is opgenomen. Verder waren de FSR’en van mening dat het herkansen van één tentamenonderdeel zou leiden tot te grote verschillen tussen faculteiten, aangezien de ene faculteit voornamelijk 3 EC-vakken heeft en er op andere faculteiten ook 12 EC-vakken worden gegeven. Daarom is voorgesteld om over te gaan op een percentage van het totaal te behalen EC. Het voorstel is halverwege januari voorgelegd aan het CvB en de decanen. De GV gaat komende vergadering het gesprek aan met het CvB om het voorstel van het college en de FSR’en te bespreken.
(Advertentie)
Hart voor de student In januari is er ook een nieuwe werkgroep gestart, waarin de USR gaat kijken naar het thema eenzaamheid. De USR is van plan uit te zoeken wat er in het verleden reeds op dat gebied is gebeurd binnen de Radboud Universiteit om vervolgens de eventuele verbeterpunten aan te kunnen pakken. Daarnaast wil de werkgroep ook in kaart brengen met welke psychische problemen studenten kampen en kijken tegen welke zaken studenten met dergelijke problemen aanlopen op de universiteit. Vervolgens zal ook hierbij gekeken worden naar hoe deze zaken verbeterd kunnen worden. De twee bovengenoemde groepen lijken dikwijls over het hoofd te worden gezien, hetgeen de Universitaire Studentenraad voor de komende jaren graag wil voorkomen.
Website: www.numedezeggenschap.nl, Twitter: @NUMedezeggensch, Facebook: www.facebook.com/NUmedezeggenschap, E-mail:
[email protected].
Tekst en foto’s: Redactie/ Illustraties: Joost Dekkers De Graadmeter P. 21
De graadmeter
In het studentenleven zijn de mogelijkheden niet te overzien. Waar kun je het beste wildkamperen, wat is het hipste kapsel en hoe scoor je het snelst een bedpartner? In De Graadmeter onderzoekt ANS elke maand de opties. Deze keer: Krikken op de campus
Waar: Campusbos Genot: Natuurlijk lekker Pakkans: Fietsers en bosjesmannen
Waar: Bovenste verdieping Erasmusgebouw Genot: Hemels hoogtepunt Pakkans: Verdwaalde eerstejaars en een bouwvakker
Waar: De Verdieping, UB Genot: Ongemakkelijke stilte Pakkans: Coïtus interruptus
Een beetje natuurliefhebber hangt hem er het liefst in onder een ritselend bladerdak. Op naar de campusbosjes dus voor een flinke beurt tussen het groen. De dichtbegroeide struiken bieden bescherming tegen voyeurs, al wordt het testpanel vaak opgeschrikt door rondfladderende kraaien en ander ongedierte. Het feit dat de dichtstbijzijnde weg nooit ver van je neukplaats afligt, helpt niet mee en ook het geluid van voorbijrazende Breng-bussen en fietsers is geen afrodisiacum. Hoewel boombatsen misschien spannend klinkt, valt het door de schurende schors en prikkende takken in je kont behoorlijk tegen. Het ongebruikt volleybalveldje tussen de bossen bij het Spinozagebouw is een betere oplossing. Zo heb je nog eens wat aan die groene campus.
De twintigste verdieping van het hoogste gebouw van Nijmegen ondergaat momenteel een verbouwing, wat veel kansen biedt voor hitsige koppels. Het panel negeert simpelweg het bordje ‘verboden voor onbevoegden’ en betreedt een waar wipwalhalla. De tussenmuren op deze verdieping zijn allemaal gesloopt, wat een prachtig panoramisch uitzicht geeft. Je kunt elkaar op deze manier letterlijk alle hoeken van de kamer laten zien, terwijl je tegen het raam aan gedrukt de campus overziet. Voor stelletjes met hoogtevrees blijken er nog wat muren met handige schuilplaatsen in het midden overeind te staan. Bouwvakkers of werklui zijn wanneer het panel hun bezoek brengt, in geen velden of wegen te bekennen. De enige arbeid die in deze bouwput wordt verricht, zal het handwerk van je partner zijn.
Als je opgewonden raakt van je studiestof, kun je de Universitaire Bibliotheek overwegen voor een snelle penetratiepauze. Tussen de boekenkasten in De Verdieping lijkt het testpanel een goede plek om elkaar ongezien de kleren van het lijf te rukken. Niets is minder waar. Iedereen die opkijkt van zijn boeken aan een van de studietafels, trakteer je op een gratis peepshow. Helemaal achterin de ruimte is die kans wat kleiner, al blijft het behelpen achter de smalle kasten. Bovendien klinkt slechts het openritsen van een gulp al oorverdovend in deze oase van rust en de studerende ‘buren’ kunnen de passie wat minder waarderen. Na wat ongemakkelijk zuigen trekwerk, vertrekt het testpanel met een rood hoofd voor een bakkie lustverminderende UB-koffie in de lounge. ANS Kijk voor meer seksplekken op http://bit.ly/seksplekken
Tekst: Anne van Veen/ Foto’s: Simone Both Interview Marrit Leenstra P. 23
Ijskoud de beste Tijdens de Olympische Spelen in Sotsji werd ze vierde op de 1500 meter en haalde ze goud met de ploegenachtervolging. Naast haar schaatscarrière volgt Marrit Leenstra (25) de studie Future Planet Studies in Amsterdam. ‘Snelheden van 50 kilometer per uur bereiken, dat is echt heel gaaf.’ Terwijl haar teamgenoten Thialf verlaten, schuift Marrit Leenstra enigszins afgemat aan in het café van het ijsstadion. Ze komt net van het ijs af. ‘Vandaag moesten we tempo-oefeningen doen. Deze trainingen duren meestal minder lang, dus kon ik na afloop nog even een kop koffie drinken met mijn teamgenoten’, vertelt Leenstra lachend. De schaatsster is opgegroeid in het Friese dorpje Wijckel. ‘Mijn ouders vinden dat iedereen in de winter op de ijzers moet kunnen staan. In onze provincie is dat net zo normaal als zwem- of muziekles.’ De plicht om het ijs op te gaan heeft voor de Friezin goed uitgepakt. Leenstra won voor de vierde keer goud op de NK afstanden in thuishaven Thialf en in november liet ze tijdens de wereldbekerwedstrijd in de Japanse stad Obihiro zien dat ze op de 1500 meter de beste was. Het topsportbestaan kent echter ook haar keerzijden. Dat ze zich door twee valse starts tijdens de NK allround eind december niet kwalificeerde voor de EK allround in het Russische Tsjeljabinsk, was een pijnlijke tegenslag. Leenstra: ‘Je hele toernooi is verpest en je probeert de knop om te zetten, maar het blijft gewoon echt balen.’ De 25-jarige schaatsster twijfelde begin december nog of ze, vanwege de rol van Rusland op het internationale politieke toneel, überhaupt naar het EK wilde gaan. Leenstra vertelt over het gedoe rondom Tsjeljabinsk, de toekomst van de schaatssport en haar schaatscarrière in combinatie met het studentenleven. Wat is jouw mening over het boycotten van de EK allround in Rusland? ‘Ik ben het niet eens met het Russische buitenlandbeleid en de ingevoerde anti-homowetten en ik baal ervan dat ik door mijn diskwalificatie geen signaal kon afgeven. Daarnaast vind ik het jammer dat andere schaatsers dit ook niet hebben gedaan. Alleen mijn coach, Jan van Veen, is vanwege de vliegramp met MH17 en het internationale beleid van Rusland thuis geble-
ven. Ik vind het goed dat hij bij zijn standpunt blijft. Zelf was ik uiteindelijk wel van plan om naar het Rusland te gaan en mijn verdiende geld daar aan Amnesty International te schenken. Op die manier wilde ik met mijn deelname iets positiefs doen voor de mensenrechten.’
‘Ik baal ervan dat ik geen signaal over het Russische beleid kon afgeven.’ Speelde dit minder voor jou tijdens de Olympische Spelen? ‘Tijdens de Olympische Spelen in Sotsji waren de anti-homowetten ook al ingevoerd, maar toen heb ik geen signaal afgegeven. Op dat moment ben je zo met je doelen bezig, dat je oogkleppen opzet. De EK allround in Sjeljabinsk is minder belangrijk en daarom is dit een perfect jaar om wel van je te laten horen. Ik vind dat iedereen nu heel makkelijk de verantwoordelijkheid op anderen afschuift. De sportbond zegt dat NOC*NSF moet beslissen, terwijl die vindt dat de sporters zelf mogen kiezen. De sporters schuiven op hun beurt de verantwoordelijkheid af op de sportkoepel NOC*NSF. Ik snap dat je als sporter niets kunt veranderen aan het Russische beleid maar we kunnen wel laten zien dat we het er echt niet mee eens zijn.’ Krantenkoppen vertelden afgelopen maanden dat de schaatssport ziek is. Tribunes zijn niet meer gevuld en de toekomst van het schaatsen oogt zorgelijk. De sport zou sfeerloos zijn en te weinig dynamiek hebben. Mede daarom heeft de Internationale Schaatsunie een aantal aanpassingen doorgevoerd. De tien kilometer wordt bijvoorbeeld minder gereden en de massastart
Adverteren? Kijk op ANS-Online.nl P. 24
wordt als een nieuw onderdeel toegevoegd. Maak jij je zorgen over de toekomst van het schaatsen? ‘Nee, ik heb daarover geen zorgen. Volgens mij is de schaatssport helemaal niet ziek. De tribunes zaten bijvoorbeeld tijdens de NK helemaal vol. Natuurlijk zijn er momenten dat er niet veel publiek is en juist die momenten worden breed uitgemeten in de media. Het kan zijn dat de sport minder populair is dan jaren geleden, maar iedere sport heeft zijn slechtere periodes. Ik ben ervan overtuigd dat de schaatssport later weer betere tijden zal kennen.’
‘Juist de momenten dat er niet veel publiek is, worden breed uitgemeten in de media.’ Vind jij de aanpassingen van de ISU een goed idee? ‘Dat de unie het schaatsen aantrekkelijker wil maken, vind ik prima, maar ik vind niet dat het ten koste moet gaan van de traditionele afstanden. Deze afstanden zijn ontzettend spannend en ik vind dat ze juist de sport maken. Ook vind ik het jammer dat er allerlei regels worden opgesteld waardoor Nederland minder overheersend wordt in de schaatssport. In plaats van aanpassingen om andere landen beter te maken, wordt Nederland tegengewerkt. Nu mogen bijvoorbeeld nog maar twee deelnemers per land deelnemen aan de tien kilometer, waardoor er niet meer drie Nederlanders op het podium kunnen staan.’ Leenstra laat zich echter niet afleiden door de veranderingen in de schaatswereld en focust zich op de WK afstanden in Thialf in februari. Schaatsen blijft een favoriete bezigheid van de Friese topper: ‘Ik houd van de snelheid die je in de bocht krijgt. Je bereikt snelheden van 50 kilometer per uur, dat is echt heel gaaf.’ Hoe word je de snelste? ‘Je moet natuurlijk gewoon hard schaatsen, maar het is ook voor een groot deel een mentale kwestie. Ik ben wel eens zo zenuwachtig geweest dat ik de techniek niet meer onder controle had. Vorig jaar heb ik een mindfulness-cursus gevolgd om de
zenuwen los te laten en anders naar wedstrijden te kijken. Of het gewerkt heeft, blijft een raadsel, maar ik heb nu wel het idee dat ik rustiger ben. Je moet natuurlijk nog wel fel zijn en niet als een luiaard aan de start staan. Het is lastig om de perfecte spanningsboog op te zoeken.’ De toewijding aan het schaatsen betekent een druk leven, toch weet Leenstra haar carrière te combineren met een studie Future Planet Studies aan de UvA. Voor werkgroepen heeft ze vrijstelling en ze volgt, in plaats van meerdere vakken tegelijk, een vak per keer. Toch blijft het een lastige combinatie: ‘Ik heb een strak schema. Van negen tot twaalf uur ben ik aan het trainen en als ik daarna thuis kom, ga ik eten om vervolgens even een uurtje te slapen. Als ik dan nog genoeg energie overheb, doe ik soms iets voor mijn studie om daarna mezelf weer richting de training te verplaatsen.’
‘Voor een groot deel is de sport een mentale kwestie.’ Waarom ben je gaan studeren? ‘Het jaar na de middelbare school heb ik helemaal niks naast het schaatsen gedaan, maar toen miste ik wel iets. Ik was alleen fysiek bezig en dat ben je op een gegeven moment wel zat. Eerst heb ik een cursus Italiaans gevolgd en daarna ben ik in Amsterdam gaan studeren. Wel doe ik het rustig aan. Na vier jaar studeren ben ik nog maar op de helft. Het meeste doe ik thuis, dat is wel relaxed. Daarnaast studeer ik omdat ik dat echt leuk vind en niet omdat het moet. Mijn motivatie is daarmee anders dan die van de meeste studenten.’ Mis je het studentenleven niet? ‘Ik heb daar op dit moment geen last van. Ik ben getrouwd met een Italiaan en wil na mijn schaatscarrière in Italië een leven opbouwen. Mijn master zal ik dus ook daar gaan volgen. Misschien ga ik dan in de stad wonen om meer van de studententijd mee te maken. Ik ben op dat moment natuurlijk wel oud vergeleken met andere studenten en ook nog eens getrouwd. Wat je niet kent, kun je ook niet missen.’ ANS
Enerzijds Anderzijds Tekst: Saskia Verheijden/ Illustraties: Anders Hoendervanger P. 26
enerzijds ‘Als mijn man eens zou weten wat ik nu doe...’, klinkt een zwoele vrouwenstem in de reclame op televisie. Tv-kijkers worden tijdens ieder reclameblok aangemoedigd om vreemd te gaan: ‘Mis jij de spanning in je relatie? Of gewoon zin in een spannende flirt? Schrijf je dan nu in.’ Websites als Second Love, datingsites voor getrouwde mensen, geven je de mogelijkheid anoniem op zoek te gaan naar een spannende affaire, hoewel een scheve schaats rijden in de Nederlandse samenleving doorgaans niet wordt geaccepteerd. Volgens voorstanders is het plegen van overspel voor veel mensen een manier om hun relatie te redden. Tegenstanders vinden het een kwalijke zaak dat er geld wordt verdiend aan iets dat mensen kan kwetsen. Is vreemdgaan promoten een schandelijke zaak of moet iedereen het gewoon zelf weten?
Erik Drost, medeoprichter van Second Love ‘Ik vind het faciliteren van vreemdgaan niet ethisch onverantwoord. Overspel verergert relatieproblemen niet, maar neemt juist de druk en frustratie weg. Na verloop van tijd zitten veel mensen binnen hun relatie in een sleur, waardoor ze niet tevreden zijn. Door de alledaagse drukte vergeten zij hun partner en worden er geen complimenten en aandacht meer gegeven. Vaak zijn dit soort relatieproblemen niet meer op te lossen en is scheiden niet mogelijk vanwege financiële problemen of de zorg voor de kinderen. Ook schamen mensen zich wanneer ze een slechte relatie hebben. Op Second Love kunnen zij een gelijkgestemde vinden die ook in een dergelijke situatie zit. Voor deze mensen is er vaak niets mooiers en zij kunnen zo hun relatie redden. ‘Onze website is opgericht om te voorzien in behoeftes die je dagelijks op straat ook tegenkomt. We za-
gen vaak mensen die aan het flirten waren. Daar was nog geen site voor, dus hebben wij die opgericht. Het beeld van veel mensen is te gefocust op het vreemdgaan, terwijl 60 tot 65 procent van onze leden niet eens op date gaat en alleen op zoek is naar virtuele spanning en complimentjes. ‘Ik denk niet dat door reclame te maken voor onze website de drempel om vreemd te gaan wordt verlaagd. In de trein praat en flirt ook iedereen met elkaar. Als je het onmogelijk wil maken om vreemd te gaan, moeten er aparte werkplekken en bussen voor mannen en vrouwen komen. Iedereen die behoefte heeft aan aandacht van een ander vindt die toch wel. Ik denk zelfs dat het beter is om deze aandacht online te vinden dan in je kennissen- of vriendenkring. Dan wordt het lastiger om het anoniem te doen. De een gaat tennissen om zijn ei kwijt te kunnen en de ander gaat op Second Love. Misgun je hen het geluk?’
anderzijds
ANS-Online.nl P. 27
De stelling van deze maand:
Het faciliteren van vreemdgaan is moreel verwerpelijk
Evert van der Zweerde, hoogleraar Politieke filosofie aan de Radboud Universiteit en directeur van het Centrum voor Ethiek ‘Het is een slechte zaak om vreemdgaan te faciliteren, want het is een vorm van bedrog. Websites als Second Love spelen heel erg in op de angst om betrapt te worden. Hier kun je stiekem iets doen dat normaal eng of riskant zou zijn. Als mensen vreemdgaan terwijl hun partner ervan op de hoogte is, vind ik het geen vreemdgaan meer. Ik denk bovendien dat mensen het erger zouden vinden als hun partner vreemdgaat via een website dan dat het in real life zou gebeuren. ‘Ik ben er niet blij mee dat ondernemers virtueel vreemdgaan aanbieden. Ook al is vreemdgaan niet strafbaar meer, het is wel moreel laakbaar. Ik vind niet dat je aan dit soort dingen geld moet verdienen en ze zo makkelijk aan moet reiken. Dan zou ik ook een cursus legaal dieren mishandelen kunnen beginnen. Vreemdgaan lijkt via Second
Love steeds laagdrempeliger te worden. Wat mij betreft is dat het probleem van zulke organisaties. Waar mensen bang voor zijn, namelijk dat iemand er achter komt, wordt door deze websites netjes afgedekt. Daarentegen lijkt het misschien zo dat Second Love zorgt voor discretie, maar alle communicatie die via hun site loopt, wordt ergens opgeslagen en kan de privacy van de gebruiker niet waarborgen - terwijl dat bij ‘klassieke’ vreemdgaanafspraken vaak niet het geval is. ‘Reclame maken voor websites als Second Love vind ik dubieus. Reclame op tv kun je volgens mij zien als een etalage: alles dat daarin staat mag je vrij kopen. Hierdoor zijn veel mensen geneigd te denken dat overspel plegen normaal en sociaal aanvaardbaar is. De eventuele twijfels, bedenkingen of morele bezwaren die je daarbij hebt, worden dan weggenomen. Dat mensen nou eenmaal vreemdgaan, betekent niet dat dat mag worden aangegrepen om er geld aan te verdienen.’ ANS
Stamgasten Tekst: Bas van Woerkum/ Foto’s: Mike Ruth/ Illustratie: Josse Blase P. 28
Stamgasten Lallende disputen, vage figuren aan de bar of uitbundige dansers, elke kroeg heeft zijn eigen publiek. ANS duikt iedere maand de vaste stek van een groep studenten in, velt haar oordeel over het café en test de kennis van de trouwe gasten. Deze maand: Heerendispuut Faunus in Bar Bodega tio pepe ‘Bij Faunus hoef je de bar niet in de fik te steken om het leuk te hebben’ roept Teun (22), student Politicologie.‘We hebben barmannen gehad die dat deden’ vertelt Praeses Stijn (22), student Bedrijfskunde. Iedere dinsdagavond is Heerendispuut Faunus, vernoemd naar de Romeinse herdersgod, te vinden in Bar Bodega Tio Pepe. De zelfbenoemde herders zijn de enigen die vanavond in de kroeg te vinden zijn. Als nieuweling mag je jezelf echter nog geen herder noemen en moet je het met ‘schaap’ doen. Faunus heeft een nummer dat regelmatig in de kroeg gedraaid wordt: de Houthakker Song. Volgens traditie hoort hier een ‘dansje’ bij, waarbij de mannen de balk aan de bar vastpakken en deze los proberen te trekken. ‘De balk is er inmiddels zo’n vijf keer opnieuw aangezet’, roept Quirijn (23), student Advanced Business Creation. Thijs (22), student Notarieel Recht, vertelt dat hij door het balktrekken een keer door de ruit is gevlogen. Gelukkig hebben ze altijd hun geliefde barvrouw Irene nog, voor als het uit de hand loopt: ‘Ze staat altijd voor ons klaar, maar als we vervelend zijn zegt ze daar ook wat van, ze kan best streng zijn.’ aldus Quirijn. Wout (22), student Bedrijfskunde, noemt haar ‘het zonnetje in de Tio’. De niet-studerende Jeroen (20), knikt instemmend. ‘We houden ons sowieso veel bezig met dansen en dagen elkaar uit voor dance battles,’ roept Stijn trots, ‘daarbij moet je elkaars dansbewegingen nadoen en vervolgens zelf een move toevoegen.’ De groep wijst Teun aan als onovertroffen winnaar, al is hij het daar niet helemaal mee eens: ‘Het is net als winnen van Duitsland, dan ben je ook niet meteen kampioen.’ Quirijn vertelt dat Faunus vaak ‘Don’t be-feesten’ organiseert voor het goede doel, waar je in het verleden bijvoorbeeld niet welkom was als pastinaak of mexicano. Wout voegt daar aan toe dat ze tijdens de Ragweek hun ‘schapen’ veilen voor het goede doel: ‘Je kunt bijvoorbeeld bieden om ze als schoonmaker aan de slag te zetten.’ Voor deze feesten en tradities keren ex-Faunusleden af en toe nog terug. Volgens Teun wordt niemand vergeten: ‘Je wordt reünist, maar blijft herder.’ ANS
ANS-Online.nl P. 29
kroegpraat Bier en tapas, daar kom je voor naar Bar Bodega Tio Pepe. In 2006 gaf de nieuwe eigenaar de bar een Spaans tintje. Faunus maakte hier toen meteen hun stamkroeg van. Vanavond zijn er geen danswedstrijden of houthakkersliedjes te bewonderen, maar desondanks ontbreekt het niet aan sfeer en gezelligheid. De kroeg is klein en de bar beslaat de helft van de
oppervlakte. Groter is in dit geval echter niet beter, want negen van de tien keer is enkel Faunus er te vinden.
De pubquiz Ieder jaar op 5 december is er in de omgeving van Mandela (Midden-Italië) een volksfeest, overgeleverd uit de Romeinse tijd, ter ere van Faunus. Wat is de naam van dit feest? Thijs: ‘Heeft iemand enig idee?’ Stijn: ‘5 december? Dat moet wel Sinterklaas zijn.’ Teun: ‘Is dat niet het feest van de oogst of zo?’ Quirijn: ‘Oké, het Don’t be Sinterklaas-feest dan, dat is ons definitieve antwoord.’ De herders lijken bij vraag een de handdoek al in de ring te gooien. ‘Don’t be Sinterklaas’ is natuurlijk niet het juiste antwoord. Het feest draagt de naam ‘Faunalia’. Wat zijn de volgende twee zinnen van dit nummer: ‘De herdertjes lagen bij nachte, zij lagen bij nacht in het veld’? Teun: ‘Zij hielden vol trouwe de wachte, zij hadden hun schaapjes geteld.’ Stijn: ‘Ja.’ Teun: ‘Dit is de eerste keer dat ik iets aan mijn christelijke opvoeding heb gehad.’
mogen 10 procent afwijken. Stijn: ‘Jongens, laten we even nadenken. Iedere schapenfokker heeft een goede groep schapen nodig.’ Quirijn: ‘Wij hebben ook nog vier schapen, dus we moeten altijd het antwoord plus vier doen.’ Wout: ‘Ik denk een miljoen.’ Stijn: ‘Hoeveel schapen zijn er in jullie omgeving?’ Quirijn: ‘We moeten al die shoarmaschapen niet vergeten.’ Wout: ‘Die komen allemaal uit het buitenland.’ Quirijn: ‘Laten we 200.004 zeggen.’ Het antwoord van Wout zou goed geweest zijn, maar hij wordt compleet genegeerd. Ook Stijns analytische benaderingen vinden geen gehoor. De mannen van Faunus zetten daardoor veel te laag in, want in 2014 was Nederland 960.000 blatende beesten rijk. Wat is het alcoholpercentage van Tio Pepe Sherry? Thijs: ‘17 procent.’ Stijn: ‘Ik dacht ongeveer 40 procent toch?’ Jeroen: ‘Nee wacht, je kunt dat gewoon bij de Albert Heijn kopen, de grens is daar 15 procent.’ Stijn: ‘Albert Heijn verkoopt alcohol tot 17 procent.’ Jeroen blijkt de alcoholexpert te zijn, maar naar zijn inbreng wordt helaas niet geluisterd. Tio Pepe Sherry bevat 15 procent alcohol. Noem één ding, buiten consumptie om, waar schapendarmen voor werden gebruikt? Stijn: ‘Condooms!’ Thijs: ‘De snaren van tennisrackets ook.’ Jeroen: ‘In frikandellen zitten vast ook schapendarmen.’ Teun: ‘Voetballen uit Afrika!’ De heren blijken goed op de hoogte van de functies van schapendarmen. Zowel condooms als tennisracketsnaren zijn juist. Hiermee scoren ze hun tweede biertje.
De Afrekening
Met dank aan zijn christelijke opvoeding ziet Teun het licht. Hiermee is het eerste biertje binnen. Hoeveel schapen telde Nederland in 2014? Jullie
De herders hebben hun schapen niet op het droge. Met hun liedjes- en schapendarmkennis weten ze maar twee biertjes te bemachtigen. Voor de sfeer in de kroeg scoren ze er nog een derde bij, waardoor de teller op drie eindigt.
Colofon P. 30
29e jaargang Hoofdredactie Evy van der Aa en Marit Willemsen Redactie Daan van Acht, Tijs Sikma, Anne van Veen, Saskia Verheijden, Annemarie Verschragen, Bas van Woerkum Medewerkers Dennis van der Pligt, Auke van der Veen Illustraties Eva Bernsen, Josse Blase, Joost Dekkers, Anders Hoendervanger, Sascha Wijnhoven, Bas van Woerkum Foto’s Simone Both, Bastiaan Buurman, Ilja van Hoek, Mike Ruth Voorpagina Ilja van Hoek Columnisten Lotte Coenen en Manu Compen Eindredactie Gijs Hablous, Anders Hoendervanger, Michiel van Lokven, Ronald Peeters, Tom Plaum, Rob Ramaker, Mickey Steijaert, Cecile Vermaas, Martijn Wehrens, Jozien Wijkhuijs Crypto Cecile Vermaas Ontwerp Marloes de Laat en Roel Vaessen Lay-out Marit Willemsen Dagelijks bestuur Cecile Vermaas (voorzitter), Jules Hameleers (secretaris), Michiel van Lokven (penningmeester) Druk MediaCenter Rotterdam Uitgave, abonnementen en advertentie-acquisitie Stichting MultiMedia:
[email protected] Redactieadres Heyendaalseweg 141 6525 AJ Nijmegen Tel 06-36428931 Mail
[email protected]
Het Algemeen Nijmeegs Studentenblad is een onafhankelijk maandblad dat gratis in de binnenstad en op de Radboud Universiteit Nijmegen wordt verspreid. Het verschijnt 10 keer per jaar in de maanden september t/m juni. De uitgave van ANS wordt mede mogelijk gemaakt door:
CRYPTO
Ans deze maand Crypto P.P.31 31
Rozen zijn rood, viooltjes zijn blauw, februari is kort, dus vul de crypto in, gauw
1
2 3
4
5 6 7
8
10
9 11
12
13 14
15
16
17 18
19
horizontaal: 1. ik draag geen steen (7), 3. het nieuwe vrouwelijke schrift (7), 5. samson doet het snel (10), 7. rijden is lijden (5), 11. Noord- of zuidpunt, erachter is de stok aan (8), 12. Om tot de helft te behalen (9), 15. Heer in wording (9), 17. koffie is krom (5), 18. Ave, katholieke universiteit (5), 19. jaag door de lucht, etmaal (12). verticaal: 2. Herr a-rectus (8), 4. Jij brandt af (6), 6. Druk af in een seconde (6), 8. Het meer lichte (7), 9. drie, twee, een, mat! (10), 10. het middelbaar onderwijs leidt even paarden (6), 13. Voltooide bankzaak (6), 14. doctor who is zo tragisch (5), 16. tien Engelsen erbij (6).
ANTWOORDEN VAN DE januari-CRYPTO Horizontaal: 2. sherry, 6. sangria, 7. port, 9. leeftijd, 11. vieux, 12. rosé, 14. rum, 15. verslaving, 19. apfelkorn, 20. advocaat. Verticaal: 1. champagne, 3. gin, 4. jenever, 5. cider, 6. stout, 8. triple sec, 10. druiven, 13. cocktail, 16. sake, 17. grappa, 18. bar. De winnaar van de vorige crypto is Robin Ros. Deze maand geeft ANS twee kaartjes voor voor het filmfestival Go Short weg. Go Short is hét festival voor de korte film in Nederland. Van 8 tot en met 12 april vindt de zevende editie plaats in en rondom LUX Nijmegen. Wil jij aankomende lente korte films kijken? Mail dan voor 19 februari je oplossingen naar
[email protected].
www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofon P. 32
Tekst: Auke van der Veen en Annemarie Verschragen Foto: Simone Both
Wie: Pepijn Eymaal (23), Masterstudent Rechten, fervent RU-aanklager Voorwerp: Wetboek Hoeveel lef heb je nodig om de universiteit vier keer aan te klagen? ‘Je moet het omdraaien: de universiteit heeft het lef zich niet aan de wet te houden. De RU heeft de brutaliteit mij niet te geven waar ik recht op heb en durft te zeggen: loop jij maar lekker tegen de muur op, dan zijn wij er vanaf. Die vlieger gaat dus niet op. Dan krijgen ze Pepijn Eymaal tegenover zich, zoals ze gemerkt hebben bij het niet toekennen van mijn bestuursbeurzen na een onrechtmatige procedure.’ Gebruik je de wet om te schoppen tegen de gevestigde orde? ‘Dat zal het neveneffect zijn. Je kunt het schoppen noemen, je kunt ook zeggen: de orde is niet conform waar ik recht op heb, dus misschien zou die anders moeten worden gevestigd. Zo heb ik laatst de deurwaarder op de RU afgestuurd om mijn griffiekosten terug te krijgen. Wanneer je ergens recht op hebt, moet je het ook opeisen, anders wordt het recht hol.’
Is procederen een hobby voor je? ‘Het is leuk je gelijk te halen en te krijgen, maar een hobby zou ik het niet noemen. Scouting is een hobby, of zeilen, of modeltreintjes verzamelen. Het geeft wel veel voldoening, wanneer ik studenten bijsta als zij geschillen hebben met bijvoorbeeld de RU of hun huurbaas. Ik vind dat iedereen zelf juridische ervaring op zou moeten doen, want zonder praktische invulling heeft een wetboek geen waarde. Bij de rechtenstudie komt de praktijk niet aan bod.’ Ben jij een luis in de pels voor de RU? ‘De universiteit is slechts een inschrijving bij de Kamer van Koophandel, het is niet persoonlijk. Je kunt verschillende kanten op redeneren: dat studenten je voor de rechter dagen, kan betekenen dat de rechtenopleiding is geslaagd en ervoor zorgt dat zij weten hoe het wetboek kan worden ingezet. Het kan ook zijn dat de universiteit aan het klunzen is. Een instituut als de RU zou zich kunnen afvragen waarom het zich door een student laat kisten. Ik bedoel, we hebben er 19.000 rondlopen. Je op de kast laten jagen is in sommige gevallen een keuze, hoewel ik me kan voorstellen dat de naam Eymaal daar inmiddels wel aan bijdraagt.’
ANS