Almeerse Participatienota
Afbakening Almeerse participatienota De participatienota is van toepassing op ingrepen of besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leef- of werkomgeving van bewoners, ondernemers en maatschap pelijke organisaties. En op initiatieven van bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties die de leef- of werkomgeving van anderen in hun omgeving beïnvloeden. Deze nota houdt er rekening mee dat veranderingen in de leefomgeving in toenemende mate in co-creatie plaatsvinden. De Almeerse participatienota is niet van toepassing op individuele participatie vraagstukken die zich voordoen in het sociaal domein, waaronder participatie van uitkeringsgerechtigden (begeleiding naar vrijwilligerswerk, onderwijs en betaald werk), mantelzorg voor buren en familieleden en cliëntenparticipatie.
De Almeerse Participatienota is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met Burger participatie Almere (BPA). De bewoners die zich verenigd hebben in BPA zetten zich in voor het verbeteren van participatieprocessen in Almere. BPA heeft in het voortraject een burgeractiviteit georganiseerd, een enquête onder Almeerders gehouden en een conferentie georganiseerd. De resultaten zijn verwerkt in deze Almeerse Participatienota, die de gemeenteraad met algemene stemmen heeft aangenomen. 19 december 2013
Inhoudsopgave
Voorwoord Burgerparticipatie Almere . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Idee achter de participatienota . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Doelen van de participatienota . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Afbakening van de participatienota . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Relatie tot de inspraakverordening van de gemeente Almere . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Basisprincipes van de Almeerse participatienota . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Voorwaarden voor een optimale participatie in Almere . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 (Communicatie)mogelijkheden per participatietrede . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Eerste participatietrede: informeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Tweede participatietrede: consulteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Derde participatietrede: meebepalen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Participatie wordt steeksproefsgewijs geëvalueerd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Almeerse Participatienota | 3
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
Voorwoord Ed Anker, wethouder Beheer en Leefomgeving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
Voorwoord Ed Anker, wethouder Beheer en Leefomgeving Geachte lezer, Participatie staat hoog op de agenda van de gemeenteraad en het college. Het Almere Principle ‘Mensen maken de stad’ heeft eenieder scherp op het netvlies. In een tijd waarin veel wordt gesproken over een nieuwe verhouding tussen overheid, bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties geeft dit principe ons een helder kompas. ‘Mensen maken de stad’ past bij Almere en de Almeerders. De betrokkenheid van Almeerders bij hun stad is indrukwekkend. Dat zie ik bijvoorbeeld bij mensen die meedenken over de inrichting van een nieuwe speelplek en vervolgens meehelpen die plek schoon te houden. Er zijn mensen die het groenbeheer van de gemeente overnemen voor een paar plantenbakken en soms zelfs voor een hele buurt. Voor u ligt de nieuwe Participatienota. Deze nota is samen met bewoners geschreven. De bewonerskoepel Burgerparticipatie Almere (BPA) heeft intensief meegedacht en meegewerkt aan de totstandkoming van deze nota. BPA heeft ook de dialoog met de stad voor haar rekening genomen door het organiseren van een conferentie over burgerparticipatie. Resultaten van die conferentie zijn meegenomen in deze nota. BPA heeft er klip en klaar op aangedrongen dat participatie door inwoners van Almere moet uitgroeien tot een vanzelfsprekendheid. En dat het heel belangrijk is om regelmatig stil te staan bij goede en minder geslaagde voorbeelden van participatie. Wat leren wij – gemeente en inwoners – van de manier waarop participatie vorm krijgt? Trekken we daar vervolgens ook de juiste lessen uit? Ik kijk er naar uit om die ervaringen met elkaar te delen. Participatie is ten diepste het opbouwen van een relatie waarin je de ruimte hebt om de juiste dingen tegen elkaar te zeggen. Laten we daarom de positieve ervaringen optekenen en over missers praten, om zo in de toekomst valkuilen te vermijden. De participatienota wil ook een handvat bieden voor iedereen die bezig is met veranderingen en verbeteringen in onze stad. Niet door in een strak protocol voor te schrijven hoe dat moet. Participatie kan immers niet het bloedeloos volgen van een set regels zijn. Telkens weer gaan we een gesprek aan waarin we elkaar zo goed mogelijk moeten horen en begrijpen. Deze nota biedt vooral een keuzemenu om dat gesprek vorm te geven. Hoe hoog de ambitie ook, aan het einde van een gesprek hoeft niet iedereen zijn zin te hebben gekregen, die belofte kan participatie helaas niet waarmaken. Maar ik ben er van overtuigd dat een goed participatieproces de uitkomsten wel beter maakt. Tegen de achtergrond van veranderingen in de verhouding tussen burger en overheid zal deze nota slechts een momentopname zijn. Het komt erop aan om met deze nota in de hand een praktijk te creëren waarin participatie inderdaad een vanzelfsprekendheid is. Een vanzelfsprekendheid waarbij inwoners en gemeente elkaar de ruimte geven en in een goede verstandhouding elkaar telkens weer weten te vinden. Ed Anker, wethouder Beheer en Leefomgeving
4 |
Met de burgeractiviteit op de Politieke Markt van 7 april 2011 zette het platform Burgerparticipatie Almere (BPA) zijn eerste stap in een traject om te proberen de participatie in Almere te verbeteren. Het onderwerp op de politieke markt was “Het vertrouwen of wantrouwen tussen Raad en burger” en “Samenspraak vindt geen weerklank”. In onze ogen is participatie cruciaal om de kloof tussen politiek, ambtenaren en bewoners te verkleinen. Het platform BPA heeft toen zijn doelstellingen benoemd: • Vergroten van participatie en actief burgerschap door de bewoners. • Komen tot minder vrijblijvende spelregels met de gemeente (college en raad), afspraken verankeren in de participatienota en participatie een vast onderdeel van besluitvorming laten zijn. • Versterken van participatie in de uitvoering bij de gemeentelijke diensten. Omdat de spelregels de basis zijn voor een goed participatieproces, heeft de afgelopen periode het maken van betere afspraken met de gemeente hierover de meeste aandacht gekregen. Gesteund door de toenmalige wethouder zijn wij begonnen met gesprekken met ambtenaren en politieke partijen. Hierbij hebben wij steeds goed kunnen samenwerken met het gemeentelijk Expertisecentrum Actief Burgerschap & Participatie. Tijdens deze periode hebben wij een grote enquête gehouden onder inwoners van Almere en de uitkomsten gepresenteerd op een door BPA georganiseerde conferentie in het Buitenhout College. Op deze conferentie hebben groepen bewoners, ambtenaren en politici aan ronde tafels gediscussieerd over de belangrijke uitgangspunten in de participatiespelregels: • Vanzelfsprekendheid • Transparantie • Communicatie • Evaluatie Daarna is in samenwerking met het Expertisecentrum een aantal informele ronde tafel bijeenkomsten georganiseerd met ambtenaren van verschillende gemeentelijke diensten. De uitkomsten van al deze overleggen zijn de basis geweest van een gezamenlijk met de gemeente opgestelde nieuwe concept Participatienota. Een goed voorbeeld van participatie! Wat ons betreft mag het resultaat er zijn. Het vormt een goede basis voor participatie. Het biedt goede mogelijkheden voor enthousiaste bewoners om zelf iets te ondernemen. En het is een goede leidraad voor de gemeente om beter te communiceren en te overleggen bij de middelgrote ingrepen in de woonomgeving van bewoners. Vooral deze ingrepen in de woonomgeving kunnen veel onnodige ergernis opleveren. Met name de kalender waar per gebied en wijk de belangrijkste plannen van de gemeente vermeld gaan worden, zou moeten helpen onnodige ergernissen bij bewoners te voorkomen. Wij hopen dat naast het college ook de raad bereid is dit voorstel voor een nieuwe Participatienota te steunen om zo de nieuwe spelregels vast te leggen. Na het vaststellen van de spelregels in deze nieuwe nota, verwachten wij dat er daadwerkelijk door alle partijen beter geparticipeerd gaat worden. Vriendelijke groet, namens Burgerparticipatie Almere (BPA), Raoul de Leeuw, Joop Prent, Paul de Ruiter, Bertus Salomons en Jan Snijder
Almeerse Participatienota | 5
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
Voorwoord Burgerparticipatie Almere
6 |
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
Idee achter de participatienota In Almere maken mensen de stad. Er zijn veel betrokken Almeerders met ideeën om hun woon- of werkomgeving meer aantrekkelijk, meer sociaal of schoner te maken. De gemeente wil hen de ruimte geven om deze ideeën en dromen waar te maken. Dit doen we door hen te adviseren en waar mogelijk te helpen. Deze nota is hiervoor één van de middelen. De nota geeft advies over de manier waarop initiatiefnemers het participatietraject rondom hun initiatief vorm kunnen geven en draagvlak kunnen organiseren bij andere omwonenden of belanghebbenden. De nota reikt een menukaart aan met communicatiemiddelen die ingezet kunnen worden. Daarnaast wil de gemeente zelf betere besluiten nemen door deze zo veel als mogelijk met bewoners en andere betrokkenen voor te bereiden. Hiervoor wordt per casus en processtap afgewogen welke trede van de participatieladder het meest recht doet aan de situatie: informeren, consulteren of meebepalen. De vervolgstap is het kiezen van de communicatievormen die in de betreffende situatie het meest doeltreffend zijn. De nota biedt hiervoor een leidraad.
Doelen van de participatienota 1. Bewoners en andere initiatiefnemers uit te nodigen ideeën voor hun leef- of werkomgeving te delen, hier draagvlak voor te creëren en tot uitvoering te brengen. 2. Het verbeteren van gemeentelijke besluitvorming door: - H et vergroten van de betrokkenheid van bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties bij de stad. - H et optimaliseren van de samenwerking tussen bewoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en gemeente. - H et verbeteren van de communicatie over ingrepen of besluiten van de gemeente die de leef- of werkomgeving beïnvloeden. 3. Het bieden van praktische handvaten voor bewoners en andere initiatiefnemers die zelf een participatietraject starten.
Afbakening van de participatienota Enkele voorbeelden: • De aankondiging dat de gemeente van plan is om in een straat of in een groengebied bomen te kappen. Of de aankondiging dat de gemeente één of meer bushaltes – tijdelijk of blijvend – wil verplaatsen dan wel opheffen. • Het voornemen van de gemeente om ruimte te geven voor nieuwbouw, daar waar dat nog niet is voorzien in het dan geldende bestemmingsplan. Of het voornemen van de gemeente om een bestaand gebouw een andere of ruimere bestemming te geven. • Het opstellen van een burgerbegroting of het oprichten van een zorgcoöperatie door een groep bewoners, die daarmee de kwaliteit van hun leefomgeving wil verbeteren. • Een groep bewoners die zelf een jeu de boules baan wil aanleggen op een braakliggend terrein. Of bewoners die zelf het groen willen inrichten en onderhouden in de wijk. • Een ondernemer die een bedrijf voor feesten en partijen wil beginnen op een bedrijventerrein waar dat volgens het bestemmingsplan (nog) niet is toegestaan. • Een maatschappelijke organisatie die zich ergens wil vestigen, waarbij de hoeveelheid verkeer, parkeren en geluid op die locatie zonder twijfel zal toenemen.
Almeerse Participatienota | 7
Relatie tot de Inspraakverordening van de gemeente Almere Artikel 2 lid 1 van de gemeentelijke inspraakverordening bepaalt dat elk bestuursorgaan (dat wil zeggen de gemeenteraad, het college van burgemeester & wethouders en de burgemeester) inzake zijn eigen bevoegdheden besluit of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid. Artikel 4 bepaalt vervolgens dat op inspraak afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is, maar dat het bestuursorgaan voor één of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure kan vaststellen. Deze bepalingen geven aan de raad, het college en de burgemeester de nodige ruimte om een nadere of andere invulling te geven aan de gevallen waarin en de wijze waarop bewoners worden betrokken. Ruimte dus voor deze gemeentelijke participatienota.
Basisprincipes van de Almeerse participatienota Deze nota wil mensen bewust maken van de mogelijkheden die participatie biedt om tot betere besluitvorming te komen en om ruimte te bieden aan initiatieven. Het doel is een ieder1 die betrokken is bij een ingreep of besluit in de leefomgeving aan de start van het traject na te laten denken over de processtappen en communicatiemiddelen die tot het gewenste resultaat leiden. Daarbij zijn de volgende vier punten de basisprincipes voor een goede participatie: 1. Participatie is vanzelfsprekend: bij ingrepen of besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving, stellen medewerkers, raads- en collegeleden (de gemeente) zich altijd de vraag of en op welke manier de bewoners geïnformeerd dan wel betrokken worden en handelen daar vervolgens ook naar. Wanneer anderen een initiatief starten met effect op de leefomgeving, ligt beantwoording van die vraag bij hen. 2. Participatie verloopt transparant: bij dergelijke ingrepen of besluiten geeft de gemeente of geven andere initiatiefnemers duidelijk aan wat in welke fase de beoogde participatieruimte is van (andere) betrokkenen. 3. Participatie gaat vergezeld van goede communicatie: bij dergelijke ingrepen of besluiten zet de gemeente zich maximaal in om de informatie aansprekend en uitnodigend over te brengen en – afhankelijk van de gekozen participatievorm - kennis te nemen van de ideeën, wensen en behoeften van de bewoners die effect(en) verwachten van deze ingrepen of besluiten. Wanneer anderen een initiatief starten met effect op de leefomgeving, berust de verantwoordelijkheid voor een goede communicatie bij deze initiatiefnemer(s), desgewenst kan de gemeente hierover adviseren. 4. Participatie wordt steekproefsgewijs geëvalueerd: door zorgvuldig terug te kijken op de eigen handelswijze en de hiermee in gang gezette processen, kan de gemeente de eigen rol bij participatie blijven verbeteren. Datzelfde geldt voor andere initiatiefnemers. Een participatieproces is geslaagd wanneer sprake is (geweest) van vanzelfsprekendheid, transparantie en goede communicatie. Dat een proces geslaagd is, houdt niet per definitie in dat alle betrokkenen tevreden zijn met het resultaat. 1 Bewoners, bewonersgroepen, ondernemers, maatschappelijke organisaties, gemeenteambtenaren, raadsleden en politici.
8 |
Voorwaarden voor een optimale participatie in Almere Om te komen tot een geslaagd participatieproject moet rekening worden gehouden met een aantal randvoorwaarden en overwegingen. Daarnaast is een aantal hulpmiddelen beschikbaar. 1. De gemeenteraad heeft meermaals de ambitie uitgesproken om verder te gaan dan alleen informeren als de ingreep of het besluit daarom vraagt. Bij het streven naar ‘optimale participatie’ zal telkens heel bewust de afweging gemaakt worden bij welke ingrepen ‘consulteren’ of ‘meebepalen’ kan plaatsvinden. Het college heeft deze ambitie van harte onderschreven. 2. Participatie biedt geen garantie voor consensus of draagvlak. Goede ideeën ophalen is beslist niet hetzelfde als draagvlak creëren. De participatienota is dan ook uitdrukkelijk geen protocol, de werkelijkheid geen blauwdruk. De nota biedt een set uitgangspunten met hulpmiddelen, gereedschappen, handvatten voor een zorgvuldige participatie met als doel het participatieproces optimaal vorm te geven. Maar zelfs bij een optimaal verlopen participatieproces kan het voorkomen dat er grote verschillen van mening bestaan tussen gemeente enerzijds en bewoners, ondernemers en/of maatschappelijke organisaties ander zijds. Of bijvoorbeeld tussen verschillende groepen bewoners. Voor die situaties zijn andere kanalen beschikbaar. 3. Participatie is maatwerk: het kappen van bomen of het inbreiden van een voorziening voor maatschappelijk opvang vergt in straat of wijk X een geheel andere aanpak dan in straat of wijk Y. De verantwoordelijk lijnmanager of projectmanager stemt het participatieplan daarom af met collega’s die kennis hebben van het betreffende gebied, en blijft hiervoor zelf verantwoordelijk. Hij of zij is bereid het participatieplan op advies aan te passen en handelt daar ook naar. Bewoners en andere initiatiefnemers kunnen zich over het participatieplan laten adviseren door adviseurs bij de gemeente.
Almeerse Participatienota | 9
4. De afweging welke vorm van participatie de gemeente of andere initiatiefnemers in welke fase van het proces voor ogen staat, is afhankelijk van vijf interactieve voorwaarden: (1) hoeveel beïnvloedingsruimte is er?, (2) wat is het commitment: ambtelijk, bestuurlijk en politiek?, (3) wat is de bereidheid van potentiële deelnemers/actoren?, (4) wat is de noodzaak/meerwaarde van een interactieve aanpak? en (5) hoe zit het met de organisatorische randvoorwaarden: geld, tijd, capaciteit en ervaring van het projectteam met een interactieve aanpak? 5. Cruciaal zijn heldere afspraken en communicatie over het participatieniveau, ofwel de trede op de Almeerse participatieladder: (1) informeren, (2) consulteren en (3) meebepalen.2 Al degenen die hierover contact hebben met bewoners dragen dezelfde boodschap uit. En lichten desgewenst toe waarom hiervoor is gekozen. 6. College- en raadsstukken over ingrepen van de gemeente die de leefomgeving van bewoners beïnvloeden, bevatten een duidelijke participatieparagraaf. Deze beschrijft de gekozen participatievorm per fase van het proces en de te volgen communicatiestrategie hierbij. Hoe groter de rol van de bewoners bij het proces, hoe intensiever/interactiever de participatievorm. En andersom. 7. De communicatie over ingrepen en besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving van bewoners is tijdig (voldoende ruimte latend voor betrokkenheid), is duidelijk en begrijpelijk (over inhoud, proces en planning), bevat een goede mix van communicatiemiddelen om de bewoners daadwerkelijk te bereiken (rechtstreeks of via intermediairs) en is zodanig gedocumenteerd dat later desgewenst evaluatie mogelijk is. 8. Steeds opnieuw wordt tijd ingeruimd om de voorliggende keuzes en afwegingen goed toe te lichten, en de informatiekloof te dichten. Het is wezenlijk dat zowel voor- als tegenstanders zich gehoord voelen en dat er kanalen zijn om ongenoegen te uiten. 9. Omdat een deel van het participatieproces onzichtbaar is voor buitenstaanders is het belangrijk dat er sprake is van continuïteit in de communicatie. Stilte in communicatie leidt tot ruis in de omgeving. Ook is belangrijk dat er voldoende snelheid is in het participatietraject. 10. Het participatieproces per (fase van een) project wordt binnen een overzienbare termijn afgerond. Het is zaak deze processen zo compact en overzichtelijk mogelijk te houden. 11. Het uitgangspunt is dat de gemeente bij gemeentelijke ingrepen of besluiten die invloed hebben op de leefomgeving van bewoners altijd zelf eindverantwoordelijk is voor het participatieproces. Als een marktpartij de participatie helpt vormgeven, blijft de gemeente verantwoordelijk. Datzelfde geldt voor andere initiatiefnemers dan de gemeente. Zij zijn en blijven verantwoordelijk voor het participatieproces dat zij op gang brengen, ook als zij hiervoor tussentijds advies vragen bij de gemeente. Overigens is de gemeente altijd eindverantwoordelijk voor (aanpassingen in) de openbare ruimte.
2 Naast de participatieladder in deze nota, hanteert de gemeente ook een participatieladder in het sociaal domein voor het begeleiden van uitkeringsgerechtigden naar werk.
10 |
12. Verschillende actoren hebben verschillende rollen. De rol van het college is een andere dan die van de raad. De raad is gekozen door de Almeerse bevolking. Een gesprek van/met de raad, al dan niet gevolgd door een raadsbesluit, is ook een vorm van participatie waarvoor de gemeente kan kiezen. En er zijn besluiten die wettelijk aan de raad toebehoren.
De raad beoordeelt bij de bespreking van projecten in Almere die invloed hebben op de leef- of werkomgeving van bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties of de voorgestelde participatievorm(en) en communicatiestrategie dan wel de reeds doorlopen participatieprocessen voldoen aan de uitgangspunten van de Participatienota. Waarbij notie wordt genomen van het feit dat het voldoen aan de uitgangspunten van de Participatienota niet betekent dat alle partijen inhoudelijk op dezelfde lijn zitten en dat een participatieproces hier ook niet op beoordeeld kan worden. Daarnaast zal het college bij ingrijpende of veelomvattende trajecten een concreet procesvoorstel aan de raad voorleggen.
De ambtelijke organisatie heeft zijn eigen rol; het ondersteunen van het bestuur en het ondersteunen van initiatieven in de stad. Ook de inwoners kunnen diverse rollen vervullen: vertegenwoordiger van een organisatie, spreekbuis van een straat, onpartijdig adviseur, belanghebbende.
13. Een (bereidheid tot) goede samenwerking verhoogt de kans op geslaagde participatieprocessen. Bewoners van Burgerparticipatie Almere hebben dit als volgt gevisualiseerd:
Participatiedriehoek Voorstel participatiedriehoek Besluitvorming / Toezicht
Uitvoering Ondersteuning/ Toezicht
Almeerse Participatienota | 11
14. Bij de communicatie met bewoners speelt de gemeente in op de meest voorkomende burgerschapsstijl(en) per onderhavige straat, buurt, wijk, combinatie van wijken of stadsdeel. Zie voor meer informatie hiervoor de vier beschreven burgerschapsstijlen in het Handboek ‘Communiceren met Almeerders op basis van hun belevingswereld’ (2013): (1) verantwoordelijken (betrokken, kritisch, participerend en interactief), (2) plichtsgetrouwen (afwachtend, afhankelijk, normatief en volgzaam), (3) structuurzoekers (vragend, soms afzijdig en wantrouwend, voelen zich buitenstaanders) en (4) pragmatici (pragmatisch en reactief). 15. De gemeente verstrekt als onderdeel van de gemeentelijke website op de sub-site mensenmakendestad.almere.nl informatie over handige hulpmiddelen bij participatie: de ‘participatietoolkit’. Dit digitale hulpmiddel is bedoeld ter informatie en inspiratie van zowel gemeentelijke collega’s als betrokken bewoners. Het is extra service voor het op een hoger plan brengen van de participatie in Almere.
12 |
(Communicatie)mogelijkheden per participatietrede Bij de ingrepen of besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving vindt per fase van het proces telkens de afweging plaats welke participatievorm het meest geschikt is: informeren, consulteren of meebepalen. Bij deze drie verschillende participatievormen – de drie treden op de Almeerse participatieladder – maakt de gemeente de keuze welke mix van communicatiemiddelen zij wil benutten. Deze nota reikt hiervoor handvatten aan, zonder volledigheid te pretenderen én te verlangen. Hetzelfde geldt voor bewoners en anderen met initiatieven die invloed hebben op de leefomgeving van (andere) bewoners. Zij maken een eigen vertaalslag van de hieronder genoemde participatievormen en communicatiemiddelen, en kunnen zich hierbij desgewenst laten adviseren door adviseurs van de gemeente. Als andere lagere overheden (provincie, waterschap, buurgemeenten) belang hebben bij ruimtelijke ingrepen, stemt de gemeente Almere met deze overheden af welke participatievorm in welke fase van toepassing is en wie voor de organisatie hiervan verantwoordelijk is.
Eerste participatietrede: informeren Louter informatie geven is geen participatie. Toch vormt informeren de eerste trede van de Almeerse participatieladder, omdat informeren bij participatie een cruciale stap is. Door tijdig openheid van zaken te geven, valt een hoop onrust en onbegrip te voorkomen. Welke middelen dragen bij aan een goede informatievoorziening? 1. De gemeente zorgt dat de eigen website www.almere.nl actuele en adequate informatie bevat over voorgenomen ingrepen en besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving van bewoners. 2. De gemeente stuurt gericht brieven aan degenen die direct betrokken zijn of raken bij voorgenomen ingrepen en besluiten van de gemeente. Gaat het alleen om de belanghebbenden in een straat, een buurt, een wijk, een combinatie van wijken of gaat het om alle bewoners van het stadsdeel? Over de vraag wie direct betrokken zijn, is vooraf contact met collega’s die kennis hebben van het betreffende gebied. Alsook over de participatievorm(en) en de manier van communiceren.
Almeerse Participatienota | 13
3. De gemeente organiseert informatie-/inloopbijeenkomsten, waar bewoners kennis kunnen nemen van de voorgenomen ingrepen en besluiten van de gemeente die invloed hebben op hun leefomgeving. De informatie die de gemeente aanbiedt, is zo concreet mogelijk en waar relevant visueel inzichtelijk. 4. De gemeente heeft een actief persbeleid: stuurt persberichten, organiseert pers conferenties, publiceert op de eigen pagina’s in de lokale huis-aan-huisbladen, schrijft op verzoek in wijknieuwsbrieven, benut nieuwe interactieve media als facebook en twitter, etc. 5. De gemeente werkt aan een digitale participatiekalender per stadsdeel, waarop te zien is wanneer waar activiteiten gepland staan die invloed hebben op de leefomgeving van bewoners. Per activiteit voorzien van informatie over de gekozen participatievorm, de gedachte participatiemomenten en een gemeentelijke contactpersoon. 6. Het streven is dat deze participatiekalender uitgroeit tot een actuele en zo volledig mogelijke digitale participatiekaart, waarop te zien is waar wanneer activiteiten gepland staan die invloed hebben op de leefomgeving van bewoners. Met daarachter per activiteit een link naar relevante informatie. Deze digitale participatiekaart krijgt een plek op mensenmakendestad.almere.nl. 7. De gemeente biedt jaarlijks informatie aan bewoners over gemeentelijke plannen voor hun leefomgeving, per stadsdeel, een paar wijken of één specifieke wijk en bij voorkeur dienst-overstijgend. De reguliere informatiebijeenkomsten in de stadsdelen kunnen worden benut om een toelichting op deze informatie te geven. 8. De gemeente organiseert en staat open voor ontmoetingen van ambtenaren van de betrokken dienst(en) met bewoners over concrete vraagstukken, om bij voorkeur op locatie aan bewoners de relevante informatie te verstrekken.
Tweede participatietrede: consulteren Consulteren is advies inwinnen, overleg plegen, raad vragen, raadplegen, beraadslagen, in de arm nemen, te rade gaan bij, zich wenden tot. Dit gaat duidelijk een stap verder dan informatie verstrekken en eventuele reacties aanhoren. Het vergt een actief luisteren en de bereidheid de verkregen input mee te wegen bij de besluiten. Op welke manier kan de tweede participatietrede worden ingevuld? 1. De basis wordt gevormd door alle mogelijke inspanningen zoals beschreven bij de eerste participatietrede ‘informeren’. 2. Wat verschilt, is het tijdstip waarop de gemeente informatie verstrekt aan bewoners over voorgenomen ingrepen en besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving. Deze bevindt zich meer naar voren. Namelijk daar waar consultatie de uiteindelijke besluiten (nog) kan beïnvloeden en de ‘ruimte om mee te praten’ zinvol kan worden benut. 3. De gemeente managet zorgvuldig de verwachtingen over de omvang van die ‘ruimte om mee te praten’, conform het hiervoor gemaakte participatieplan. Goed verwachtingenmanagement is het halve werk. Bijvoorbeeld door tijdens een bewonersavond bewoners actief uit te nodigen hun mening/visie te geven op de voornemens, met de uitdrukkelijke mededeling dat het straks een ambtelijk of een politiek besluit is – afhankelijk van de aard van het onderwerp. Of door het aanbieden van door de gemeente uitgedachte scenario’s (tijdens een informatieavond, in de huis-aan-huispagina, aan het raadspanel, in een wijk
14 |
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
peiling, in een enquête, op de website etc.), waar bewoners hun voorkeur voor uit kunnen spreken. De beslissing ligt uiteindelijk bij de betrokken ambtenaren, dan wel bij de politici. Deze kunnen – onderbouwd met goede argumenten – alsnog een andere koers kiezen. En zorgen vervolgens voor een goed beargumenteerde, transparante communicatie hierover. 4. De gemeente organiseert jaarlijkse gesprekken met bewoners over gemeentelijke plannen voor de leefomgeving en vraagt om reacties en input. Per stadsdeel, een paar wijken of één specifieke wijk, bij voorkeur dienst-overstijgend. De reguliere informatiebijeenkomsten in de stadsdelen kunnen worden benut om in gesprek te gaan. 5. De gemeente organiseert en staat open voor ontmoetingen van ambtenaren van de betrokken dienst(en) met bewoners over concrete vraagstukken, om bij voorkeur op locatie aandachtig kennis te nemen van de ideeën, wensen en behoeften van deze bewoners.
Derde participatietrede: meebepalen Meebepalen kan starten met een vorm van consulteren, waarna bewoners de mogelijkheid hebben om mee te bepalen. Maar ook door als gemeente in gesprek te gaan met bewoners of andere initiatiefnemers om hun initiatief tot stand proberen te brengen. Het kan hierbij gaan om co-creatie, een actief samen optrekken. 1. Bewoners laten meebepalen over voorstellen van de gemeente of bewoners die invloed hebben op de leefomgeving, is vanuit de gemeente bezien qua participatie de meest vergaande stap. Hoewel hierbinnen nog allerlei gradaties mogelijk zijn, waarbij de gemeente betrokkenen meer of minder participatieruimte gunt dan wel waarbij betrokkenen van de gemeente méér participatieruimte vragen. 2. Minst vergaande optie is enkele door de gemeenteambtenaren en politici uitgedachte en uitgewerkte scenario’s voor te leggen aan bewoners en met hen afspraken te maken over het besluitvormingsproces. Dit vergt zowel een heldere procedure als goede communicatie.
Almeerse Participatienota | 15
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
3. Een vergaande optie is bewoners actief uit te nodigen de rol van opdrachtgever te vervullen bij het maken van ontwerpen voor bijvoorbeeld ‘hun’ buurtplein, rekening houdend met gestelde gemeentelijke randvoorwaarden (voor bijvoorbeeld een minimum aan te realiseren voorzieningen en een maximum aan budget en doorlooptijd). Zeker als hierover vooraf met college en raad afgesproken wordt dat deze het uiteindelijke ontwerp politiek bekrachtigen. Ook als anderen zich hiertegen tijdens de Politieke Markt of anderszins beginnen te roeren. Ook als de raad het zelf liever anders ziet. Deze cocreatie kan vervolgens uitmonden in een situatie waar ook na realisatie van een project bewoners actief betrokken blijven. Bijvoorbeeld door het onderhoud van het groen op ‘hun’ buurtplein voor hun rekening te nemen. 4. In deze derde participatietrede landen ook initiatieven van bewoners en andere initiatiefnemers die invloed hebben op de openbare ruimte. Ook hiervoor is (meestal) een beslissing van de gemeente nodig. In die gevallen ligt de verantwoordelijkheid voor het participatieproces bij de initiatiefnemers. Hierbij heeft de gemeente een adviserende rol en ziet toe op een zorgvuldig proces. De betrokken gemeenteambtenaar stemt de vraag hoever hierin te gaan en waarom juist op die manier, vooraf af met collega’s die bekend zijn met het betreffende gebied. Deze zullen – desgewenst na overleg met een communicatieadviseur – advies geven op basis van hun kennis van de wijk(en) en de betreffende bewoners(groepen). Degene die om advies vroeg, is bereid het plan aan te passen en hier ook naar te handelen omdat dit zijn doel dichterbij brengt. Wanneer aan de randvoorwaarden wordt voldaan (draagvlak, benodigdheden voor een vergunningaanvraag et cetera) zal de gemeente een besluit nemen. Dit kan variëren van het al dan niet verlenen van een vergunning tot een formele politieke route via college en raad. Gedurende de looptijd van de processen voorafgaand aan, tijdens en na ingrepen en besluiten van de gemeente die invloed hebben op de leefomgeving, kunnen alle betrokkenen als zij dat wensen ruggespraak houden met wie zij maar willen: individuele of groepen bewoners, bewonersorganisaties, betrokken lokale partners, wijkwerkers, opbouwwerkers, buurtsportcoaches, gemeenteambtenaren, etc. Tevens kunnen zij overleggen met medewerkers van het gemeentelijk Expertisecentrum Actief Burgerschap & Participatie.
16 |
Om na te gaan of de doelen van de Almeerse participatienota dichterbij komen en de resultaten worden behaald, vindt steekproefsgewijs evaluatie plaats. Het gemeentelijk Expertisecentrum Actief Burgerschap & Participatie stelt één keer per jaar een lijst samen van Almeerse projecten en initiatieven die zich zouden kunnen lenen voor deze steekproefsgewijze evaluatie van de participatie. Doel hierbij is om een gezonde balans te vinden tussen grote en kleine ingrepen, tussen soepel verlopende en uiterst moeizaam verlo pende processen, tussen projecten van de gemeente, initiatieven van bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties en co-creatie-projecten, verspreid over de stad. Over deze lijst vindt overleg plaats binnen de gemeente en met enkele georganiseerde groepen bewoners en andere betrokkenen. Het streven is om in korte tijd te komen tot een overzicht van te evalueren projecten en initiatieven waarmee zonder al te veel tijd en moeite ‘leerwinst’ te behalen valt voor de participatieprocessen in Almere. Het Expertisecentrum Actief Burgerschap & Participatie is verantwoordelijk voor de gemeen telijke evaluatie van deze processen en zoekt hier per te evalueren project of initiatief de meest geschikte mensen voor. De georganiseerde groepen die dat jaar op het evaluatiemoment in beeld komen (die mee hebben gedacht over de selectie), krijgen de vraag of zij – al dan niet samen met medewerkers van het expertisecentrum – in gesprek willen gaan met de bewoners en andere partijen die betrokken waren bij deze te evalueren projecten en initiatieven. Dit om meer perspectief en kleur te brengen in de evaluatie. Ofwel: om te voorkomen dat de slager het eigen vlees keurt. De resultaten van deze verschillende gespreksrondes komen kort samengevat in een evaluatie verslag. Voorzien van concrete leerpunten voor de gemeente én voor bewoners en andere betrokkenen. Het expertisecentrum gaat hierover in gesprek binnen de ambtelijke organisatie en met het college. Het college legt het verslag vervolgens voor aan de raad en vraagt om positieve feedback hoe verder te werken aan optimalisering van de participatie in Almere.
Almeerse Participatienota | 17
HOOFDSTUKTEKSTTEKST
Participatie wordt steekproefsgewijs geëvalueerd
18 |
HOOFDSTUKTEKSTTEKST