akademos Verschijnt vijf maal per jaar Afgiftekantoor Brussel X P409339
www.vub.ac.be
Informatieblad van de Vrije Universiteit Brussel
Met de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap worden initiatieven opgestart rond vorming en sensibilisering van het personeel aangaande verscheidenheid en verdraagzaamheid. Bovendien zullen ook bepaalde reglementen, zoals het arbeidsreglement, het huishoudelijk reglement en het tuchtreglement, worden herbekeken en overweegt men er een non-discriminatie clausule in op te nemen. Het onthaal- en recruteringsbeleid van de VUB zal op basis van dit diversiteitsplan bijgestuurd worden. Vorig jaar in september lanceerde de VUB een uniek draaiboek voor studenten in een handicapsituatie. In dit draaiboek staan zowel voor de student als voor de docent een aantal redelijke oplossingen die volledige integratie in het leven en leren aan de universiteit moeten garanderen. Voor studenten met een handicap werd een gelijke kansenbeleid gecreëerd zodat hen gelijkwaardige onderwijskansen worden geboden.
Interview met Prof. Deschouwer 4-5
6
Een nieuwe Belgische basis op Antartica
7
VUB-artificiële intelligentie gaat Europees
7
“Grenzen zijn er haast niet meer in Brussel”
8-9
VUB-onderzoek zit in de lift
9
VUB-nieuws kort
10
Caroline Van den Berghe
11
jaargang 7 - nr. 2 - april 2004
universitaire overheid, telt de VUB twee vrouwelijke decanen en één vrouwelijke vice-rector. De VUB was enkele jaren geleden ook de eerste universiteit waar een vrouw tot rector verkozen werd.
2-3
Density Functional Theory
P.B. Brussel X BC 9467
Diversiteit aan de VUB wordt beloond
Inhoud
VUB onderzoek kort
BELGIE-BELGIQUE
Joeri Van den Brande (Handicap & Studie), Rita Hebbelinck (Dienst Cultuur) en Meyrem Almaci (Project Gelijke Kansen) Minister Marleen Vanderpoorten kende de VUB tijdens het slotfeest van de Week van de Diversiteit een prijs ter waarde van 2.400 euro toe. Eerder al beloofde de Vlaamse Gemeenschap de VUB een subsidie van 10.000 euro voor het uitvoeren van een diversiteitsplan betreffende het personeelsbeleid. De VUB volgt met dit plan de VRT die enkele jaren geleden een concreet actieplan rond diversiteit opstartte. De VUB wil werk maken van een betere doorstroming van vrouwen, allochtonen, mensen met een handicap, enz. De VUB telt in totaal 1.198 vrouwelijke personeelsleden en 1.469 mannelijke, 262 daarvan zijn van allochtone afkomst en 10 mensen verkeren in een handicapsituatie. Het aantal vrouwen met een administratieve functie op universitair niveau (middenkader en hoger) is gestegen met 9% ten opzichte van vorig jaar, van 35% naar 44%. Lichten we het academisch korps eruit, dan is 66% man en 34% vrouw, wat voor de vrouwen een stijging van 8% sinds 2000 betekent. Onder het professorenkorps is 19%, één op vijf, een vrouw. Op het niveau van de
Ook de drie VUB-projecten die tijdens de Week van de Diversiteit (9 tot 14 februari 2004) door minister Vanderpoorten genomineerd werden, onderstrepen het beleid van de VUB terzake. Zo werden ‘ervaringsoefeningen’ georganiseerd waarbij studenten en personeel één dagelijkse activiteit, bijvoorbeeld een broodje bestellen in het studentenrestaurant, uitvoerden met een gesimuleerde handicap, en was er het initiatief ‘nobody is perfect’, een muur van foto’s genomen in het studentenrestaurant die aantoont hoe verscheiden de VUB-gemeenschap wel is. Ten slotte werden ook de initiatiefnemers van ‘gespreksavonden voor allochtone studenten en hun ouders’, waarop zij in hun eigen taal hun ervaringen rond verder studeren kenbaar maakten, beloond.
Meer weten: - Diversiteitsplan: Elsje Osselaer; e-mail:
[email protected]; tel: 02/629.39.94 - Studie & Handicap: Joeri Van den Brande; e-mail:
[email protected]; tel: 02/629.23.19; http://www.vub.ac.be/studeren/handioz.html - Gelijke Kansen: Meyrem Almaci; e-mail:
[email protected]; tel: 02/629.23.13 - Cultuur: Rita Hebbelinck; e-mail:
[email protected]; tel: 02/629.23.25
VUB-onderzoek kort Wist u dat... ... de aarde er totaal anders zou uitzien zonder massieve sterren van plus minus 40 keer de Zon? Dany Van Beveren en zijn team hebben kunnen aantonen dat de evolutie van zuurstof en koolstof in de melkweg in grote mate wordt bepaald door de fysische processen, werkzaam in sterren die zowat 40 keer zwaarder zijn dan de zon. Zuurstof en koolstof zijn twee elementen die erg belangrijk zijn voor het leven op aarde. Maar ook de materie van supermassieve sterren is zeer rijk aan koolstof en zuurstof. Het zonnestelsel, de aarde en het leven op aarde bestaan in hun huidige vorm dankzij vele fysische, chemische en biologische processen, maar zonder specifiek deze superzware objecten zou het er hier waarschijnlijk totaal anders hebben uitgezien, als de aarde al zou bestaan hebben. Hun wetenschappelijk artikel hierover haalde begin maart de toptien downloads in New Astronomy op ElsevierPhysics.
... het verhaal dat deodorants borstkanker veroorzaken onzin is? Dit verhaal circuleerde al langer op het internet maar de uitgebreide aandacht hiervoor in de media heeft ertoe geleid dat veel consumenten zich ernstig zorgen begonnen te maken. Volgens
?
professor Vera Rogiers berust deze bezorgdheid op een aantal misverstanden. Bijvoorbeeld: er is vandaag geen enkel sluitend wetenschappelijk bewijs voor een causaal verband tussen het gebruik van deo’s en borstkanker: borstkanker ontstaat niet onder de oksels. Ook het toeschrijven van borstkanker aan aluminium-derivaten die aanwezig zijn in anti-transpireermiddelen (producten die het zweten kunnen afremmen) is onzin. Daar heet het dat deze cosmetica de poriën onder de arm verstoppen waardoor de eliminatie van toxische stoffen in het gedrang komt. Dit verhaal is zo mogelijk nog grotere onzin. Slechts 1% van alle lichaamstranspiratie gebeurt via de oksels. Zweet dient bovendien niet om giftige stoffen te elimineren (daar zorgen de lever en nieren voor), maar om ons lichaam af te koelen als we het te warm krijgen of gestresseerd zijn.
... in het AZ-VUB een test ontwikkeld is om afwijkingen te detecteren in de kleinste luchtwegen? Omdat deze luchtwegen een diameter van minder dan 1 mm hebben, worden ze bestempeld als de silent zone of the lungs. Met traditionele longfunctietests kan men afwijkingen in deze kleine luchtwegen niet opsporen. Het gaat nochtans om duizenden luchtwegen die toegang verlenen tot de gasuitwisselingszone, goed voor 95% van het longvolume. Voor rokers en astmapatiënten hebben de onderzoekers al twee belangrijke toepassingen aangetoond. Bij rokers heeft men afwijkingen kunnen vaststellen ter hoogte van de ingang van de silent lung zone, in een stadium waar traditionele longfunctietests geen afwijkingen aantonen. Ter illustratie: voor iemand die 1 pak sigaretten per dag rookt, detecteert men met deze nieuwe techniek de luchtwegafwijkingen gemiddeld 10 jaar eerder dan met de traditionele longfunctietests. Voor astmapatiënten heeft men een onderscheid kunnen maken tussen perifere luchtwegafwijkingen die gedeeltelijk kunnen hersteld worden door een luchtwegverwijder (en de astmapatiënt tijdelijk soelaas biedt) en deze welke langdurig met ontstekingsremmers dienen behandeld te worden.
... de Brusselse gemeenteraden nog altijd een mannenzaak zijn?
Prof. Dr. Vera Rogiers
2
Slechts in vier van de negentien Brusselse gemeenten zit een evenredig aantal vrouwen in de gemeenteraad. Dat blijkt uit de eindverhandeling van Marie Laure Santos Melahrinidis, licentiate politieke wetenschappen. Voor haar studie ondervroeg ze Brusselse gemeenteraadsleden die bij de verkiezingen van 2000 een
postje konden veroveren. Hoewel in zowat alle Brusselse gemeenten iets meer vrouwen dan mannen wonen, bestaat diezelfde verhouding niet binnen de meeste gemeenteraden. Vooral SintAgatha-Berchem, Sint-Joost-ten-Node, Schaarbeek en Ganshoren scoren ondermaats. Daar is nog geen derde van alle gemeenteraadsleden vrouw. De 'rijkere' gemeenten doen het wel beter. In Sint-Lambrechts-Woluwe, Sint-Pieters-Woluwe, Ukkel en Oudergem bijvoorbeeld is bijna 50 procent van de raadsleden van het vrouwelijke geslacht. Marie Laure Santos Melahrinidis won met haar eindverhandeling de ZONTA-prijs ter waarde van 750 euro. ZONTA International is een serviceclub van vrouwen die ijvert voor de verbetering van het wettelijk, politiek, economisch en professioneel statuut van de vrouw.
... enkel Israël de jongste tien jaar slechter scoorde dan België als het op topsport aankomt? Dat is de conclusie van de eerste grote studie naar het topsportklimaat in Vlaanderen die onder leiding van professor Paul De Knop uitgevoerd werd. Als we de uitslagen van de laatste drie zomerspelen onder de loep nemen bij landen die vergelijkbaar zijn met België, doen slechts drie van de twaalf landen het slechter dan België: Finland, Oostenrijk en Israël. Telt men daar ook de winterspelen bij dan doet alleen Israël het nog slechter. Uit het onderzoek kwamen ook andere problemen naar voren zoals de versnippering van (financiële) middelen, het gebrek aan visie op lange termijn, onvoldoende mensen en middelen in federaties om talenten op te sporen en te begeleiden, gebrek aan sociale zekerheid bij sporters en hun trainers en gebrek aan professionalisme bij de leiding van sportbonden die vaak nauwelijks geïnteresseerd zijn in topsport. Het goede nieuws is dan weer dat topsport wel degelijk maakbaar is. Dat hebben onder meer Australië en Nederland bewezen, zij het na forse investeringen.
Marie Laure Santos Melahrinidis
... je fruit en groenten kan sorteren met behulp van een laserbundel? Wendy Meulebroeck, verbonden aan de vakgroep Toegepaste Natuurkunde en Fotonica van de VUB, heeft voor haar doctoraat enkele technieken verfijnd om het sorteren van (voedings)producten op een lopende band efficiënter en meer kwaliteitsgericht te maken. Zo’n sorteerproces gebeurt doorgaans optisch (d.w.z. met behulp van licht) en spitste zich in het verleden bijna uitsluitend toe op de eliminatie van vreemde voorwerpen, bijvoorbeeld brokjes aarde of insecten, die tijdens het oogsten van groenten mee in de stroom waren terechtgekomen. Maar omdat de bestaande technieken nog teveel vreemde voorwerpen laten passeren, startte Wendy Meulebroeck een onderzoek om de uitwijsverhouding (d.w.z. de mate waarin 'verkeerde' producten herkend worden) van deze technieken te verfijnen. Zo ontdekte ze dat variaties in de golflengte van de lichtbundel toelaten om producten efficiënt te sorteren op basis van hun kleur. Bijvoorbeeld: om niet-groene voorwerpen uit een stroom van groene voorwerpen te verwijderen, is een rode laserbundel nodig. Maar omdat in bepaalde gevallen ook dat nog niet voldoende is, experimenteerde Wendy Meulebroeck met het fysische verschijnsel fluorescentie. Ze stelde vast dat fluorescentie als basisprincipe voor het sorteerproces bijzonder efficiënt werkt en niet alleen bruikbaar is voor het sorteren van groene groenten. Ook garnalen, maïs, noten en plastics vertonen bruikbare fluorescentie eigenschappen. Tenslotte slaagde ze er ook in om de parameters te definiëren waaraan een infrarode laserbundel moet voldoen om producten op basis van hun olie- of watergehalte te sorteren en stelde ze vast dat de verstrooiing van een laserbundel op een voorwerp een aanwijzing kan zijn voor vormelijke afwijkingen (bijvoorbeeld voor de detectie van steeltjes aan rozijnen).
... de meeste artsen euthanasie verkeerd uitvoeren? Vaak gebruiken artsen morfine, een middel dat goed is om pijn te bestrijden, maar dat helemaal niet voor euthanasie geschikt is. Dat blijkt uit een onderzoek van prof. Luc Deliens, Johan Bilsen
(VUB-onderzoeksgroep “Zorg Rond het levenseinde”) en Robert Vanderstichele (Ugent). Het stuntelig gebruik van morfine en andere ongeschikte middelen bij pogingen tot euthanasie leidde ertoe dat het stervensproces bij sommige patiënten tot vijftien uur lang aansleepte. Emotioneel een harde dobber voor de naasten. Ongeschikte geneesmiddelen kunnen de patiënt in zijn laatste ogenblikken ook met vervelende neveneffecten en onnodige pijn opzadelen. Toch kan met een deskundige aanpak het overlijden zacht, snel en gecontroleerd verlopen. Een voorbeeld van hoe het wel moet, is Nederland. Daar is er na meer dan tien jaar ervaring een soort code voor goede praktijk bij euthanasie gegroeid.
uitsluiting van de zwakke groepen in onze (globale) samenleving zou kunnen leiden. De digitale kloof wordt echter te veel voorgesteld als een rechtlijnige relatie tussen toegang tot informatietechnologie enerzijds en sociale uitsluiting anderzijds. Bart Cammaerts, Leo Van Audenhove, Gert Nulens & Caroline Pauwels van de vakgroep SMIT (Studies on Media, Information en Telecommunication) hebben er een boek over geschreven. De auteurs stellen vanuit gebruikers-, beleids-, en globaal perspectief de dominante visie rond de digitale kloof in vraag en dragen bij tot een meer empirisch onderbouwd en dynamisch concept van de digitale kloof. Beyond the Digital Divide is 334 pagina’s dik en wordt uitgegeven bij VUB-press. (*) Knack, 10 december 2003
... de informatiesnelweg voor sommigen dreigt dood te lopen in de digitale kloof? In de hele wereld beschikken maar 650 miljoen mensen over een internetaansluiting en globaal genomen surft slechts 10 procent van de wereldbevolking op het internet.(*) Een belangrijk deel van de wereldbevolking heeft dus nog geen toegang tot internet wat kan leiden tot sociale uitsluiting. Het concept van de digitale kloof heeft ondertussen zijn weg gevonden naar het politieke discours. De aandacht voor deze kloof, enerzijds tussen Noord en Zuid, en anderzijds in het Noorden zelf, is verwant met de stijgende bekommernis dat de evolutie naar de informatiesamenleving wel eens tot een verdere
Gelezen in de krant Raf Devos (VUB-coördinator Sociale Sector Studenten) over maaltijdkaarten en studiebeurzen “Wij hebben op de VUB een maaltijdkaart voor beursstudenten. Volgens onze berekening zouden daar 1.600 mensen recht op hebben. Nog niet de helft is die kaart komen halen. Hetzelfde met beurzen. Dat heeft een negatieve connotatie. Studenten vinden dat iets voor armen.” De Morgen – 12 maart 2004
Benjamin Van Camp (VUB-rector) over onderwijs en onderzoek in Europese context “De opleidingen in Vlaanderen staan mee aan de top in Europa. Maar we moeten wel de competitie aangaan op onderzoeksniveau. Voor de master na masteropleiding (specialisatie) moeten we over de instellingen heen samenwerken om ons te kunnen meten met de Europese topopleidingen. Dat gebeurt nu al.” Brussel Deze Week – 11 maart 2004
3
“Zodra het in de Belgische politiek een beetje spannend wordt, neem ik mijn telefoon niet meer op” Zoals rond deze tijd van het jaar de opklaringen en regenbuien elkaar afwisselen, zo snel veranderen ministers tegenwoordig van post, verdwijnen politici in de vergetelheid en worden nieuwe mediagenieke figuren naar voren geschoven. Gelukkig kunnen we in deze woelige politieke tijden nog rekenen op klare taal van deskundigen zoals professor Kris Deschouwer van de VUB-vakgroep Politicologie. Hij slaagt erin de complexe politieke materie glashelder te verwoorden en schrikt er bovendien niet voor terug om dat voor een groot publiek te doen. Kris Deschouwer is volop bezig met de voorbereidingen van de nieuwe editie van Doe de stemtest, het TV1-programma waarin gepeild wordt naar het stemprofiel van de Vlaming. Honderden politieke stellingen moeten gecheckt en gedubbelcheckt worden op hun bruikbaarheid voor het programma dat in mei drie zondagavonden na elkaar vele televisiekijkers op TV1 zal doen afstemmen. Was u moeilijk te overtuigen om mee te werken aan het programma? Neen, absoluut niet. Ik kreeg vorig jaar het aanbod van Ivan De Vadder en Siegfried Bracke die een soortgelijk programma hadden gezien op een commerciële zender in Nederland. Ze vroegen mij of het, technisch gezien, mogelijk was om zo een stemtest te maken. Ik heb meteen ja gezegd, omdat het heel duidelijk was dat het ging om inhoud. Op een half uur was dat beklonken. De relatie met de VRT is trouwens over het algemeen zeer goed. We hebben altijd heel goed samengewerkt. Komt het resultaat van de stemtest echt overeen met je overtuiging? Het resultaat komt overeen met je overtuiging, maar niet met je stemgedrag. Stemmen doe je immers op basis van verschillende dingen; inhoud, gewoonte, traditie, personen, algemene principes. Je stemt ook voor die partij waarmee je het eens bent over die dingen die je zelf belangrijk vindt. Het uiteindelijke resultaat is alleen maar een indicatie van waar je staat wanneer het puur om de inhoud gaat en voor sommige mensen is dat verrassend. Om het grote woord te gebruiken, het is enigszins opvoedend.
Blijken in zo een stemtest de mensen niet linkser en verdraagzamer dan in werkelijkheid? In het algemeen stellen we vast, en daar hebben we geen stemtest voor nodig, dat Vlaanderen heel tolerant is. We zijn als maatschappij relatief libertair: als ik mijn zin mag doen, tolereer ik dat de ander ook zijn zin doet. Of dat nu links of rechts is, dat is een andere zaak. Er was toch wat kritiek op de vorige test, vooral bij CD&V. De mix van stellingen bij de vorige stemtest was iets te luchtig en leidde uiteindelijk iets te veel richting Spirit. Ik ben niet bang om dat toe te geven. We hebben daaruit geleerd. Met drie uitzendingen zal de stemtest nu ook veel breder en veel genuanceerder zijn. Is de macht en invloed van televisie op dit vlak niet zeer groot? Niet op vlak van stemgedrag. Ik denk dat we ons daar compleet op miskijken. De impact is groot en ik denk dat veel mensen kijken, maar je laat je niet overtuigen om op een partij te stemmen door wat je op televisie ziet. Ook niet nu we met een steeds groter aantal zwevende kiezers te maken hebben? De kans is vooral groot dat die kiezers zich door van alles en nog wat laten beïnvloeden. Typisch
“De job die ik heb, is heel simpel: zo vroeg mogelijk, op basis van zo weinig mogelijk resultaten, de finale uitslag voorspellen.”
4
voor een zwevende kiezer is dat je die niet met één argument voor je wint. Zeker niet met een televisie-uitzending van één avond.
Prof. Dr. Kris Deschouwer Reduceert de stemtest politiek niet tot een spelletje? Er zit een spelelement in, maar het gaat om de inhoud. Het draait om keuzes: heb je nu liever dit of heb je nu liever dat? De bedoeling is dat mensen beginnen te discussiëren. Dat je dus datgene doet waar politiek om gaat: het maken van keuzes. Je kan bijvoorbeeld een degelijk programma maken over de vraag hoe het onderwijs gefinancierd moet worden waarin je rekening houdt met alle nuances, maar waar uiteindelijk niemand naar kijkt. Wat heb je dan bereikt? Je moet de gulden middenweg vinden. Daar wil ik aan meewerken. Tijdens de vergaderingen ter voorbereiding van het programma heb ik wel het gevoel dat indien ik er niet zou bijzitten puur de mediatieke logica zou functioneren. Ik kan daar zitten met de autoriteit die ik heb en bijsturen waar nodig. Doet u het graag? Ja. Het is niet echt wetenschappelijk en het staat niet op mijn wetenschappelijk curriculum, maar voor mij is dit bij wijze van spreken vrijetijdsbesteding. Ik vind het plezant, precies omdat het om inhoud gaat. Indien men mij zou vragen om commentaar en advies te geven over individuen, poppetjes en babes dan bedank ik feestelijk. Ik word door de gemeenschap betaald om over de gemeenschap na te denken dus zie
ik niet in waarom ik dit ook niet op deze manier zou doen. Ook de reacties van mijn collega’s zijn, op een paar uitzonderingen na, positief. Kijk, dit is geen verkiezingsonderzoek, het is een televisieuitzending. Er moet amusementswaarde in zitten en ik heb geen bezwaar tegen dat compromis. Is het moeilijk om neutraal te zijn? Neen, dat is mijn tweede natuur. Ik aanzie het als mijn plicht, deontologisch gezien, om tijdens die
financiert voor de tweede keer een groot project, een GOA-project, een geconcerteerde onderzoeksactie, met de titel politics beyond the state: politiek die niet in één gemeenschap, in één staat wordt uitgeoefend, maar in verschillende tegelijkertijd. Hoe organiseer je daar democratie? Hoe kan je de link leggen tussen bevolking en politiek. Die bekommernissen vertaal ik in mediatieke communicatie, maar in de eerste plaats wel in wetenschappelijke publicaties. Maar de reden van verontwaardiging varieert. Twintig jaar geleden zal ik mij ongetwijfeld druk gemaakt hebben over het communautaire debat, vandaag bestaat dat nog nauwelijks.
“Ik ben een vrij mens als academicus” uitzendingen neutraal te zijn. Wanneer ik voor een groot publiek dingen uitleg dan draait er een knopje in mijn hoofd om en heb ik geen eigen standpunt meer. Ook tijdens een verkiezingsshow. Daar bestaat mijn job erin zo snel mogelijk de verkiezingsuitslag te voorspellen. Het zou nogal grof zijn, mocht ik vaststellen dat het Vlaams Blok twintig procent haalt en ik zou zeggen dat het er maar vijftien zijn. Onder mekaar wanneer de micro af staat, zal je ons wel horen sakkeren, maar zodra de camera loopt, ben ik de neutraliteit zelve. Het is een beetje dezelfde deontologie als bij journalisten, die dat zeer goed doen. Men heeft mij trouwens al vanuit verschillende partijen gevraagd om op een lijst te staan. Geen haar op mijn hoofd dat daaraan denkt, want dan kan ik niet meer doen wat ik doe; vanop afstand duiden. Enkele maanden geleden uitte u tijdens een uitzending van De Zevende Dag uw verontwaardiging over de manier waarop Steve Stevaert met ministerposten en verkiezingen omspringt. Is ook dat uw taak? Ik denk dat ik dat moet doen. Het is een analytisch standpunt. Ik denk niet dat je als intellectueel je deur moet dichttrekken, je moet verstoppen en in je ivoren toren moet kruipen. We hebben de taak om te duiden, precies omdat we ook de vrijheid hebben om dat te doen. Niemand kan mij dat verwijten. Ik ben een vrij mens als academicus en dat leidt ook tot een verantwoordelijkheid om die vrijheid te gebruiken. Dat maakt deel uit van onze taak.
Maar naar de komende Verkiezingsshow kijkt u wel uit? Sowieso. De Verkiezingsshow is één van de leukste dingen om te doen. Het is heel uitdagend en de job die ik heb, is heel simpel: zo vroeg mogelijk, op basis van zo weinig mogelijk resultaten, de finale uitslag voorspellen. Het is heel plezant om middenin de spanning van die verkiezingsavond te zitten. Je hebt het gevoel dat je die avond mee maakt. Het moeilijkste is de eerste prognose, die mag er niet naast zijn. Daar wacht ik dan ook heel lang mee. Op de vraag of de groenen vijf procent halen, kan ik snel antwoorden, maar de vraag wie de grootste is, is veel moeilijker. Zeker nu er vier partijen vlak in elkaars buurt zitten: alles is mogelijk.
Is het niet frustrerend dat de impact van één televisieoptreden vaak groter is dan die van een studie waar u een half jaar aan gewerkt hebt. Ik weet niet of dat wel zo is. Als ik wetenschappelijke publicaties schrijf dan wil ik door collega’s gewaardeerd worden, en dat lukt best. Je kan als wetenschapper zeggen dat je alleen communiceert binnen je vakgebied. Ik behoor tot diegenen - en je kan daar kritiek op hebben - die ook naar het bredere publiek toe willen communiceren. Daar moet je een andere taal gebruiken, je moet het anders formuleren, je moet zorgen dat het duidelijk is. Het is heel makkelijk om duidelijk te zijn voor je vakgenoten, maar ik vind dat we ook de inspanning moeten doen om de dingen verstaanbaar te maken voor het grote publiek. Al weet ik niet of de impact daarvan groter is. De relatie met de media is heel moeilijk, hoor. Ik ben iemand die, en men verwijt mij dat soms, inderdaad vaak in de media komt. Toch is dat misschien maar een tiende van het aantal keer dat ik op televisie of in de kranten zou kunnen komen. Ik zeg meestal neen, omdat men mij
“Indien men mij zou vragen om commentaar en advies te geven over individuen, poppetjes en babes dan bedank ik feestelijk.”
Bent u nu vaker verontwaardigd dan pakweg twintig jaar geleden? Neen, dat denk ik niet. Elke periode heeft zijn redenen om verontwaardigd te zijn. Het gaat nu wel over andere thema’s. Wat mij nu erg bekommert, zijn de gevolgen van de complexiteit van onze instellingen. Onze instellingen zijn heel ingewikkeld en de Europese zijn nog veel ingewikkelder. Dat maakt dus dat ‘België in Europa’ de ingewikkeldheid in het kwadraat is. Ik vind dat we daarover moeten nadenken. Dat is iets wat mij op dit moment erg bezighoudt en dat is ook het onderwerp van het onderzoek waarmee ik momenteel bezig ben. De VUB
vaak dwaze vragen stelt. Wanneer er bijvoorbeeld gefilibusterd wordt in de senaat, dan hangen alle krantenredacties aan de telefoon en vragen ze of dat invloed zal hebben op de komende verkiezingen. Dan zeg ik: “jongens, ik weet dat niet. Waarschijnlijk niet, want volgende week bel je me weer en dan is er iets anders belangrijk.” Het is vaak zo dat de media wetenschappers afschuimen tot ze iemand gevonden hebben die zegt wat zij ook willen zeggen, maar er dan ‘Prof. Dr.’ onder kunnen zetten. Je moet daar alert voor zijn. Zodra het in de Belgische politiek een beetje spannend wordt, neem ik mijn telefoon niet meer op.
Binnenlandse Francqui-leerstoel ULB Kris Deschouwer kreeg onlangs aan de ULB de Binnenlandse Francqui-leerstoel van de faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen toegewezen. Onder de titel “La politique comparée et les cas belges” gaf professor Deschouwer zes lezingen waarin hij de belangrijkste theorieën van de politieke wetenschap en de vertaling ervan naar de Belgische situatie besprak.
5
Fysica en chemie in beweging: Density Functional Theory voor complexe atomen en moleculen. Gedurende decennia werd dan ook gezocht naar methodes om deze vergelijkingen benaderend te kunnen oplossen.
Dichtheid aan elektronen
Prof. Dr. Paul Geerlings De fysica en de chemie blijven wetenschappen in beweging. Eén van de fundamentele vernieuwingen die de laatste jaren veel aandacht krijgt binnen beide disciplines, is de zogenaamde ‘Density Functional Theory’ (DFT), een baanbrekende theorie die ons een beter inzicht verschaft in de atomaire en moleculaire opbouw van materie. De VUB-onderzoeksgroep Algemene Chemie, die op internationaal vlak een belangrijke rol speelt bij de verdere ontwikkeling van DFT, organiseerde bij het begin van het academiejaar een internationaal congres rond deze materie. Eén van de sprekers was niemand minder dan Walter Kohn, in 1998 Nobelprijswinnaar scheikunde en de grondlegger van DFT. Om de essentie van ‘Density Functional Theory’ te bepalen, moet volgens Prof. Paul Geerlings, hoofd van de onderzoeksgroep, worden teruggegaan tot het begin van de vorige eeuw. Op het einde van de 19e eeuw waren er in het domein van de fysica een aantal fenomenen, zoals het foto-elektrisch effect, gekend, die men niet kon beschrijven vanuit de klassieke natuurkunde. In het eerste kwart van de 20ste eeuw deed, dankzij bijdragen van onder meer Einstein, Planck en Bohr, de kwantummechanica haar intrede. Omstreeks 1925 werd door Schrödinger een vergelijking neergeschreven, die het gedrag van de materie op het niveau van de atomen, moleculen en vaste stoffen beschrijft en die men als basisvergelijking van de kwantummechanica kan beschouwen. Deze vergelijking bleek echter niet oplosbaar te zijn
6
Vanaf de jaren zestig speelde de computer daarbij een belangrijke rol. De vergelijkingen bleven evenwel voor problemen zorgen, omdat zij de beschrijving van het gedrag van elk elektron in de materie beoogden. In 1964 werd een belangrijke stap voorwaarts gezet door toedoen van de latere Nobelprijswinnaar Walter Kohn. Deze ging zich concentreren op de elektronenwolk in haar totaliteit en niet langer op elk elektron afzonderlijk. Als basisgrootheid voor de beschrijving van een atoom of molecule nam hij de “Elektron Density”, die de dichtheid aan elektronen in elk punt van de ruimte weergeeft. Deze stap vormt de basis van de ontwikkeling van de ‘Density Functional Theory’. De theorie werd aanvankelijk verder ontwikkeld door fysici, maar genoot vanaf het midden van de jaren negentig ook de bijzondere belangstelling van chemici. DFT heeft een belangrijke bijdrage tot het fundamenteel onderzoek geleverd en heeft meer bepaald geleid tot een duidelijker inzicht in de opbouw van de materie op atomair en moleculair niveau en in de eigenschappen van vaste stoffen. Ook het waarom en het verloop van chemische reacties konden er elegant mee worden bestudeerd. Experimenten kunnen aldus beter worden gepland: de theorie kan het experiment niet vervangen, maar kan het wel gidsen en een verklaring bieden voor de resultaten. Mede door de spectaculaire evolutie van de computertechnologie is de rekentijd die nodig is om de eigenschappen van een molecule of vaste stof te bepalen enorm afgenomen. Zo kunnen stoffen met een farmacologische werking op de computer worden ontworpen. Dit is eveneens het geval voor katalysatoren gebruikt om bepaalde reacties te versnellen. DFT heeft zich dus ontwikkeld tot een belangrijk researchdomein en is tegelijkertijd een werkinstrument dat niet meer weg te denken
is uit de theoretische studie van de materie met een directe wisselwerking tussen fysica, chemie, wiskunde en informatica, en naargelang de toepassingen met biologie, farmacologie, materiaalwetenschappen …
Wereldwijde weerklank Het 10de internationale congres ‘on the applications of Density Functional Theory in Chemistry and Physics’ dat aan de VUB plaatsvond, werd dankzij financiële steun vanuit de academische en de industriële wereld en vanwege het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de eerste maal in ons land georganiseerd. Tijdens deze internationale wetenschappelijke bijeenkomst kwamen de nieuwste ontwikkelingen op zowel fundamentele als toegepaste aspecten van ‘Density Functional Theory’ aan bod. Het internationaal wetenschappelijk en het organiserend comité werden voorgezeten door Prof. Paul Geerlings. Ook Prof. Frank De Proft van de onderzoeksgroep Algemene Chemie maakte deel uit van dit comité. De meer dan 300 deelnemers waren afkomstig uit een dertigtal landen van alle continenten. De uitgenodigde sprekers kwamen uit Europa, Noord-Amerika en Australië.
Vakgroep met internationale uitstraling De onderzoeksgroep ‘Algemene Chemie’ van de VUB speelt onder leiding van Prof. Paul Geerlings en Prof. Frank De Proft een belangrijke rol in internationaal verband zowel in fundamentele (conceptuele DFT) en toegepaste aspecten van DFT. Zo wordt samengewerkt met researchteams in de Verenigde Staten, Polen, het Verenigd Koninkrijk, Mexico, India, Israël en Duitsland. In eigen land bestaat een nauwe samenwerking met de UA, KUL, UG, Janssen Pharmaceutica en EXXON Mobil, maar ook binnen de VUB wordt op toegepast vlak samengewerkt met verschillende onderzoeksgroepen. Binnen of in samenwerking met de onderzoeksgroep ‘Algemene Chemie’ hadden de voorbije tien jaar 15 doctorale promoties plaats. In die periode verschenen ongeveer 150 publicaties in vooraanstaande internationale tijdschriften of hoofdstukken in boeken en werd via ongeveer evenveel bijdragen een actieve rol gespeeld op tal van internationale congressen.
Een nieuwe Belgische basis op Antarctica
Frank Pattyn van de vakgroep Geografie De Belgische traditie in poolonderzoek begint in 1897 wanneer Adrien de Gerlache met de driemaster Belgica naar Antarctica reist. Nu, meer dan een eeuw later, investeert ons land opnieuw in onderzoek in het zuidpoolgebied. En dat met de hulp van VUB-deskundigen. Zestig jaar na de eerste Belgische expeditie, in 1957, treed Gaston de Gerlache in de voetsporen van zijn vader en richt op het 13,5 miljoen vierkante meter grote witte continent een wetenschappelijke onderzoeksbasis op die naar Koning Boudewijn wordt genoemd. Vier jaar na de opbouw wordt de basis echter wegens geldgebrek gesloten. In de jaren nadien komen er BelgischNederlandse expedities die vlakbij de oude basis een nieuwe oprichten. De nieuwe Koning
Boudewijn basis was de draaischijf van het Belgische antarctische programma tot ze in 1967 definitief werd gesloten tijdens een expeditie waar ook VUB-ijsdeskundige Professor Hugo Decleir deel van uitmaakte. Eind jaren ‘60 komen er nog enkele expedities in samenwerking met Zuid-Afrika, maar dan is het wachten tot midden jaren ‘80 wanneer de Belgische regering een gestructureerd meerjarenprogramma voor Antarctisch onderzoek opricht. Tot op heden loopt dit programma onder het beheer van het federaal departement voor wetenschapsbeleid.
Nieuwe basis Vijftig jaar na de bouw van de Koning Boudewijn basis, tijdens het 4de internationale Pooljaar 20072008, zou er in samenwerking met Japan een nieuwe Belgische basis op Antarctica worden opgericht. Het idee komt van de avontuurlijke poolreiziger Alain Hubert, die in 1997 samen met Dixie Dansercoer stuntte door het 3.924 kilometer lange Antarctica op 99 dagen over te steken. Hubert’s Internationale Poolstichting, mede opgericht door VUB-Prof. Decleir en UCL klimatoloog André Berger, zal met steun van de Belgische regering de voorbereidingen voor het nieuwe station financieren. “Toen we meegingen met buitenlandse expedities waren we als
VUB-artificiële intelligentie gaat Europees Op 1 januari jongstleden lanceerde de Europese Commissie het COGNIRON-project waarbij een tiental Europese partners basisonderzoek zullen verrichten met het oog op de ontwikkeling van een cognitieve robot die in een menselijke omgeving kan functioneren. Eén van de partners is het Artificial Intelligence Lab (AI-lab) van de VUB onder leiding van Prof. Dr. Luc Steels. Professor Steels, een wereldautoriteit op het vlak van artificiële intelligentie, is tevens directeur van het Sony onderzoekslaboratorium in Parijs. “Wij onderzoeken wat intelligentie eigenlijk is”, vertelt dr. Tony Belpaeme, medewerker van het AIlab. “Onze taal vormt een eerste item van onderzoek. De complexe manier waarop mensen communiceren via taal is uniek en kan wel eens de sleutel zijn tot menselijke intelligentie. Voorts kunnen mensen ook zaken waarnemen en hanteren, iets wat bijvoorbeeld een computer niet kan. Als we dus de menselijke intelligentie willen nabouwen, dan moet dat gebeuren via een cognitieve robot die zich in de wereld kan bewegen. De ontwikkeling van een dergelijke robot is een tweede onderzoeksitem dat nu ook binnen
het COGNIRON-project aan bod zal komen.” Vanuit Europa kwam er een oproep tot onderzoek “beyond robotics”. Men wou een stap verder gaan dan het huidige onderzoek dat zich vaak beperkt tot industriële robotica, waarbij machines los staan van de sociale omgeving waarin ze functioneren. Het algemene doel van dit Europese project is om het waarnemingsvermogen, het voorstellingsvermogen, het verstandelijke vermogen en het leervermogen van een robot in een menselijke omgeving te bestuderen. “We staan er nog zeer ver van, maar het uiteindelijke doel is inderdaad om een robot te creëren die de mens in het dagelijkse leven kan bijstaan. De robot is daarbij een artificieel wezen dat in staat zou moeten zijn om zich te verbeteren en nieuwe kennis te verwerven”, aldus nog dr. Belpaeme. De specifieke inbreng van de VUB is daarbij tweeledig. Het AI-lab zal onderzoek doen naar imitatie, iets wat wereldwijd met interesse wordt gevolgd. Imitatie is zowel bij mens als dier zeer belangrijk bij het aanleren van vaardigheden. Naast imitatie wordt ook de sociale interactie onderzocht. Dit aspect is in de robotica in het verleden steeds onderbelicht gebleven. Als een
Belgische onderzoekers afhankelijk. Met de komst van een eigen basis kunnen we ons concentreren op onze eigen onderzoeksinteresses”, vertelt dr. Frank Pattyn, onderzoeker aan de vakgroep Geografie op de VUB. Zelf is hij al twee keer op Antarctica geweest met een Japanse expeditie. Zijn eerste expeditie in ‘90-‘91 was tevens de laatste van professor Decleir die er al negen op zijn palmares heeft staan. Vorig jaar nog bezocht professor Decleir het Russische onderzoeksstation op de noordpool dat onlangs door een afbrokkelende ijsschots tot zinken werd gebracht. “Daar is op Antarctica minder kans toe omdat dat continent bedekt is met een kilometers dikke ijsen sneeuwlaag. Het Noordpoolgebied daarentegen bestaat uit een zee bedekt met slechts enkele meters dik zeeijs, dat bovendien nog in voortdurende beweging is.” De kosten van de nieuwe Belgische basis op Antarctica worden geschat op 2,5 miljoen euro. Voor de jaarlijkse onderhoudskosten van 1 miljoen euro zullen de Ministeries van Wetenschapsbeleid en Buitenlandse Zaken middelen vrijmaken. “België verdient het om terug te gaan”, reageerde pionier Gaston de Gerlache bij het horen van het initiatief. We kunnen hem daarin geen ongelijk geven. Meer info over Antarctisch onderzoek (Belgian Science Policy): http://www.belspo.be/antar Interessante informatieve website: http://www.hetlaatstecontinent.be
Tony Belpaeme in het AI-lab robot mensen kan herkennen en hun gelaatsuitdrukkingen kan interpreteren zal het over een sociale intelligentie kunnen beschikken die de robot tot op heden nog niet heeft. Het COGNIRONproject zal volgens planning 4 jaar duren en beschikt over een totaalbudget van iets meer dan 8 miljoen euro. Meer info over het project op: http://www.cogniron.org Meer info over het AI-lab op: http://arti.vub.ac.be
7
“Grenzen zijn er haast niet meer in Brussel” De Universitaire Associatie Brussel begint stilaan op volle toeren te draaien. De gezamenlijke opleidingen beginnen vorm te krijgen en er wordt steeds meer samengewerkt op het vlak van onderwijsvernieuwing. “We zijn goed bezig” aldus Jean-Luc Vanraes, voorzitter van de Raad van Bestuur van de associatie en tevens voorzitter van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en Raf Devos, kersvers Algemeen Coördinator van de associatie.
Wat doet een voorzitter van de Raad van Bestuur? Vanraes: Je zou kunnen zeggen dat mijn functie ‘uitgebreid, niet omschreven en alomvattend’ is. De associatie moet tegen 2012 een geïntegreerd geheel vormen. Ik wil zelfs proberen om dat vroeger dan 2012 te verwezenlijken. Wat bedoelt u met een geïntegreerd geheel? Vanraes: Wel, dat we naar één entiteit gaan. Ik weet nog niet hoe die zal heten, maar we willen een instelling die alles aanbiedt. We moeten alle studierichtingen behouden, maar naar buiten treden als één geheel. Personeel en studenten moeten het gevoel hebben dat ze tot dat ene geheel behoren. Is dat geen moeilijke opdracht? Vanraes: Het is een groot voordeel dat we binnen de Universitaire Associatie Brussel geen concurrerende hogescholen en bijgevolg geen concurrerende studierichtingen hebben. Zo zullen we onze kwaliteiten sneller aan de man kunnen brengen. Een ander voordeel is dat we een heel gediversifieerd aanbod hebben. We streven naar kwaliteitsvolle bachelors en kwaliteitsvolle masters. En we wensen te onderlijnen dat de kwaliteit van de bachelors gewaarborgd is. Een nieuwe entiteit wil ook zeggen dat er een nieuwe traditie aangevat moet worden. Zo moeten we om te beginnen kijken hoe we die nieuwe entiteit geografisch gaan inrichten. We hebben twee grote campussen van de VUB, Etterbeek en Jette. Er zouden bijvoorbeeld een aantal studierichtingen vanuit de Erasmushogeschool, indien ze compatibel zijn, naar de VUB-campus kunnen verhuizen. Zijn er ook nadelen aan de kleinschaligheid van de Universitaire Associatie Brussel? Vanraes: Ik wil nu net de kleinschaligheid uitspelen als een voordeel. Waar de hogescholen binnen andere associaties het onder elkaar gaan uitvechten, gaan wij proberen, binnen ons uitgebreid aanbod aan studierichtingen, samenwerkingsverbanden op te zetten om zoveel mogelijk opties te creëren om verder te studeren. We moeten ook niet zo nodig de grootste zijn. Dan verlies je immers het overzicht en kom je ten
8
Raf Devos (Algemeen Coördinator van de Universitaire Associatie Brussel) en Jean-Luc Vanraes (Voorzitter Raad van Bestuur van de Universitaire Associatie Brussel) aanzien van je studenten niet meer over als een geheel. Mijn motto is: “nederig maar zelfbewust”. Volgens mij kunnen onze studenten zowel op kwalitatief vlak als op het vlak van levenskwaliteit de discussie aangaan met studenten van gelijk welke andere universiteit. Wanneer je dan afweegt wie de meeste universaliteit, in de nobele zin van het woord heeft, denk ik dat je zal verschieten. We kunnen gerust de vergelijking met de anderen doorstaan. Wat is de taak van een algemeen coördinator? Devos: Naast mijn administratieve taak ben ik de verbindingspersoon tussen de twee instellingen, zowel op praktisch als op inhoudelijk vlak. Ik ben de tussenpersoon wanneer er bijvoorbeeld projecten rond academisering of onderwijsvernieuwing op stapel staan. Ik zorg er eveneens voor dat men binnen de instellingen ook op middellange en lange termijn nadenkt over de associatie. Ik noem mezelf een beetje de ‘maïzena-man’, ik moet ervoor zorgen dat ‘het plakt’. Ik ben geen groot theoreticus of expert in onderwijsmateries, maar ik moet er wel voor zorgen dat de verschillende mensen goed samenwerken en dat er resultaten worden geboekt. Vanraes: Ik noem hem liever de ‘dynamo’. Ik ben geen liefhebber van maïzena, dat neemt te veel weg van de smaak. (lacht) Het is dus zijn taak ervoor te zorgen dat de neuzen in dezelfde richting staan. Je moet niet vergeten dat je met mensen werkt die al jaren aan een stuk autonoom bezig zijn, maar nu plots moeten samenwerken.
Over welke onderwerpen van samenwerking heeft u het dan? Devos: Teveel om op te noemen. Er zijn contacten rond onderwijsvernieuwing, infrastructuur, er moet ook overeenstemming zijn over de masters die we samen gaan aanbieden, enz. Wat staat er op onderwijsvlak op het programma? Devos: We moeten ons in eerste instantie focussen op het academiejaar 2004-2005 en dus op de schakelprogramma’s (overgangsprogramma’s van een professionele bachelor naar een academische master) naar de nieuwe masters die we samen aanbieden, zoals de Master in Verpleegkundige, Vroedkundige en Zorgwetenschappen en de Master in Medisch-Sociale Wetenschappen. Hoe wil u de troeven van de associatie uitspelen? Vanraes: Ik meen dat we een oproep naar oudstudenten van beide instellingen moeten doen, opdat toekomstige studenten zich een beeld kunnen vormen van wie er nu allemaal afgestudeerd is aan de instellingen van onze associatie. Naast de onderwijsinitiatieven is het ook nodig om een nieuwe bedrijfscultuur te creëren en de relaties met bedrijven uit te breiden. Er is namelijk een Engelsman die ooit zei dat één universitair voor drie werkplaatsen zorgt. Daarom denk ik dat we ook bedrijfsgericht moeten zijn, iets wat we binnen de Brusselse context op een uitgelezen manier kunnen doen. Grenzen zijn er haast niet meer in Brussel. Dat moeten we optimaal uitspelen. We hebben op
dat vlak een troef die geen enkele andere Vlaamse associatie heeft: Brussel is de enige grootstad in België.
VUB-onderzoek zit in de lift
Loopt de samenwerking binnen de associatie vlot? Vanraes: Ik denk dat, na enkele moeilijkheden in het begin, het nu aardig begint te lukken. Men weet dat men naar een gemeenschappelijk doel moet.
In 2000 gaf de VUB een nieuwe impuls aan haar industrieel beleid. De VUB had op dat vlak een inhaalbeweging te maken ten aanzien van de ons omringende universiteiten. Dat het hier een onontgonnen terrein betrof met veel potentieel blijkt uit de vlotheid waarin we slagen in onze inhaalbeweging. Onderzoeksmiddelen komende uit de privésector stegen sindsdien met 40% procent. Er werden 37 nieuwe octrooien aangevraagd op vernieuwend VUB-onderzoek. We vonden vrij vlug privé-investeerders voor ons risicokapitaalfonds BI3 ten bedrage van 6 miljoen euro en 5 nieuwe spin-offs zagen het levenslicht. Ook de Brusselse Hoofdstedelijke Regering ziet de dynamiek van het VUB-onderzoek en erkent het belang ervan voor de Brusselse regio. De VUB is immers, mede dankzij haar tewerkstelling inzake onderzoek, de belangrijkste Vlaamse werkgever in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De Brusselse Regering besloot om voor de komende vijftien jaar 25 miljoen euro vrij te maken voor twee nieuwe incubatiecentra in Brussel, waaronder het incubatiecentrum Arsenaal van de VUB (ICAB). Het gebouw P op de Arsenaal-site zal, na een grondige renovatie ter waarde van 4.380.000 euro, het nieuwe incubatiecentrum ICAB huisvesten. Hier zullen een twintigtal hoogtechnologische bedrijfjes, waaronder spin-offs van de VUB, vanaf 2007 onderdak vinden. Vandaag participeert de VUB in belangrijke Europese en internationale onderzoeksinitiatieven. In het vijfde kaderprogramma - een meerjarenprogramma voor onderzoek dat door de Europese Unie wordt gefinancierd – participeert de VUB met 55 projecten en een deelnametoelage van 8,9 miljoen euro. De nieuwe uitdaging van het zesde kaderprogramma en voornamelijk de nieuwe instrumenten ‘Networks of Excellence’ en ‘Integrated projects’ ter realisatie van de ‘European Research Area’ vergden veel ondersteunend werk. Maar de resultaten overstijgen de verwachtingen. De VUB had in deze dezelfde vrees als de Vlaamse gemeenschap: we zijn klein en dus zullen we bij deze nieuwe Europese middelenverdeling, waarbij participatie in grote Europese netwerkgebonden activiteiten met een 30-tal partners voorop staat, sneller uit de boot vallen. Maar de eerste ronde van het zesde kaderprogramma leverde de VUB vier participaties op in de felbegeerde ‘networks of excellence’. Eén daarvan situeert zich in de Humane Wetenschappen. Bijzonder, want de EU-gelden zijn veelal het domein van de ‘harde’ wetenschappen. Ook op vlak van de Integrated Projects, eveneens grote EU-projecten, telt de VUB vier participaties. De VUB is coördinator van drie projecten: een
Zijn er nog uitbreidingsmogelijkheden binnen Brussel? Vanraes: Samenwerkingsverbanden zijn altijd mogelijk, maar op dit moment heb ik daar niet veel ambities toe. Maar let wel: een aantrekkelijke bruid is altijd gegeerd!
Sinds 8 juli 2003 vormen de Vrije Universiteit Brussel en de Erasmushogeschool Brussel de vzw Universitaire Associatie Brussel (UAB). Naast de twee VUB-campussen in Etterbeek en Jette behoren ook de tien departementen van de Erasmushogeschool Brussel, Communicatie, Gezondheidszorg, Horteco, Hotel & toerisme, Industriële wetenschappen & technologie, Koninklijk Conservatorium Brussel, Lerarenopleiding, Rits, Sociaal-agogisch werk en Toegepaste taalkunde, tot de associatie. De twee instellingen bieden vanaf volgend academiejaar samen 58 bachelor- en 108 masteropleidingen aan. Momenteel telt de associatie meer dan 13.700 studenten.
Maquette van het toekomstige incubatiecentrum Arsenaal van de VUB 1 De overheid financiert het fundamenteel onderzoek van de Vlaamse universiteiten via het Bijzonder Onderzoeksfonds (BOF). De aantallen publicaties en citaties zijn een nieuw criterium sinds 2003 en worden jaarlijks berekend door het Steunpunt O&O Statistieken op basis van de databestanden van het Institute for Scientific Information (ISI). 2 Tijdschriften opgenomen in de Science Citation Index Expanded (SCIE) van het Institute for Scientific Information (ISI) 3 publicaties & citaties: elk met gewicht 50% — diploma's & studenten: 50% doctoraatsdiploma's, 35% 2de cyclusdiploma's, 15% werkingsmiddelen (gebaseerd op het aantal studenten)
Network of Excellence en twee klassieke onderzoeksprojecten. Het coördinatorschap is een belangrijke kwaliteitsindicatie alsook een teken dat het onderzoekszwaartepunt op de VUB ligt. Verder heeft de VUB tijdens de eerste ronde van het zesde kaderprogramma van de Europese Unie nog negen klassieke onderzoeksprojecten binnengehaald.
Universiteiten in hitparades De pers publiceerde onlangs berichten over vergelijkende studies betreffende de kwaliteit van universiteiten waarbij de positie van de Vlaamse universiteiten heel wat belangstelling kreeg. De VUB heeft zich tot nog toe niet erg gemoeid in het debat over deze “hit parades” omdat ze de resultaten van de eerste bibliometrische studie over de VUB ten gronde wilde analyseren. Nu we deze resultaten hebben, kunnen ze naast vergelijkende elementen van andere Vlaamse universiteiten gelegd worden. In de vorige editie van Akademos berichtten we al over de bibliometrische studie die het Centrum voor Wetenschaps- en Technologie Studies (CWTS) van de Universiteit Leiden in opdracht van de VUB heeft uitgevoerd. We stelden toen dat wetenschappelijke artikels van de hand van VUB-onderzoekers veelvuldig worden geciteerd: tot 16% meer dan internationaal gangbaar. Leggen we deze cijfers nu naast de officiële BOF -cijfers van de Vlaamse overheid van 2003 dan zien we dat binnen een tijdsvenster van 10 jaar (1992-2001) naar VUB-artikels internationaal gemiddeld 9,67 keer wordt verwezen daar waar wetenschappelijke artikels van bijvoorbeeld de KULeuven, Ugent en Universiteit Antwerpen in dezelfde periode respectievelijk 9,37; 7,63 en 9,23 citaties halen. Ook de BOF-berekeningen van 2004 (periode 1993-2002) bevestigen dat de VUB qua impact c.q kwaliteit hoog scoort: 9,60 citaties per publicatie (VUB) ten opzichte van 9,57 (KULeuven), 7,67 (Ugent) en 9,16 (UA). De VUB moet qua kwantiteit de KULeuven, Ugent en Universiteit Antwerpen laten voorgaan. In de periode 1992-2001 publiceerde de KULeuven 21.221 artikels in wetenschappelijke tijdschriften , Ugent 12.329 en UA 7.697 tegenover 6.240 artikels van de VUB. Reden: de lagere output qua aantal publicaties stemt logischerwijze overeen met de grootte van een universiteit. Echter, doordat de VUB-publicaties meer worden geciteerd, scoort de VUB binnen Vlaanderen beduidend hoger qua aantal wetenschappelijke publicaties en citaties dan men op basis van haar aandeel afgeleverde diploma's en studenten zou mogen verwachten (in de BOF-berekeningen 2003 en 2004 respectievelijk 13,40% en 13.00% ten opzichte van 11,37% en 11,38%).
9
VUB-nieuws kort VUB nam deel aan Dag van de Technologie
Brussel, de faculteiten Geneeskunde & Farmacie en Lichamelijke Opvoeding & Kinesitherapie van de VUB en Sportopolis opendeurdag. Op het programma staan rondleidingen, open labo's, sportdemo's, studie-informatie, een stratenloop, een barbecue, een campuskwis en tot slot een spetterende fuif. Vorige jaar lokte deze gezamenlijke opendeurdag 1700 bezoekers.
Sportprikkels op de VUB
Op zondag 14 maart vond de tweede Dag van de Technologie plaats. Zo'n 112.000 geïnteresseerden bezochten meer dan 150 bedrijven, onderzoeksinstellingen, hogescholen en universiteiten, op zoek naar wetenschap, technologie en innovatie in Vlaanderen. Ook de VUB opende haar deuren voor maar liefst 1.200 bezoekers die een kijkje kwamen nemen in één (of meerdere) van de 28 deelnemende labo's.
Sociale en rectorverkiezingen aan de VUB Op 11, 12 en 13 mei 2004 vinden aan de VUB de vierjaarlijkse sociale verkiezingen plaats. Tijdens de sociale verkiezingen kunnen de kiesgerechtigde personeelsleden hun afgevaardigden kiezen voor het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) en de Ondernemingsraad. Het CPBW is een adviesorgaan dat zich hoofdzakelijk buigt over de problematiek betreffende de inrichting van de werkplek, veiligheid, e.d.m. De Ondernemingsraad geeft advies over financiële aangelegenheden en personeelszaken en is een kanaal om vakbonden te informeren over de toestand van de instelling. De Ondernemingsraad heeft beslissingsbevoegdheid inzake het arbeidsreglement en de opname van verlofdagen. Aan de VUB worden eveneens rectorverkiezingen georganiseerd. Huidig rector Benjamin Van Camp is de enige kandidaat voor een tweede en laatste mandaat van vier jaar. Zijn beleidsvisie voor de volgende vier jaar vindt u op http://gf.vub.ac.be/bvcamp. Op donderdag 22 april (Etterbeek, Aula QC) en vrijdag 23 april (Jette, Auditorium 4) zal rector Van Camp telkens van 12u00 tot 14u00 zijn verkiezingsprogramma toelichten.
Campus Jette opent de deuren Op zaterdag 8 mei vindt op de Campus Jette het ‘Campus event Jette – naar ieders smaak’ plaats. Tijdens deze dag houden het Academisch Ziekenhuis, het departement Gezondheidszorg en Lerarenopleiding van de Erasmushogeschool
10
Donderdag 25 maart kwamen meer dan 700 laatstejaars uit het secundair onderwijs van verschillende Vlaamse scholen sporten op de VUB-Campus Etterbeek en dit naar aanleiding van ‘Sportprikkels 2004’. Deze sportdag heeft tot doel de laatstejaars van het secundair onderwijs te wijzen op het belang van sport nu en tijdens hun verdere (studie)loopbaan. Sport stimuleert immers niet alleen het lichaam, maar ook de geest. De sportdag werd georganiseerd door de studenten 2de licentie Lichamelijke Opvoeding van de VUB in samenwerking met de Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS) en BLOSO.
VUB-record bierestafette in Guinness Book of Records Op donderdag 4 maart vond een recordpoging bierestafette plaats op de VUB-Campus Etterbeek. Tweehonderd studenten dronken zo snel mogelijk 1.000 pinten leeg, niet met vijf tegelijk, wel één per één. Met een gemiddelde van 3,6 seconden per pint deden ze hier 58 minuten en 14 seconden over. Snel genoeg voor een plaatsje in het Guinness Book of Records.
Justitiedialoog aan de VUB op woensdag 21 april De Rechtsfaculteit nodigt u op woensdag 21 april uit voor een debatavond over het wan- en vertrouwen van de burger in het Belgische gerecht. Het beeld dat de burger van justitie heeft, kreeg inderdaad een flinke knauw, zo werd ook door onderzoek bevestigd. De verwijten richten zich op onvoldoende informatie, het archaïsch taalgebruik, het gebrek aan openheid, het beeld van de ivoren toren, de traagheid en de hoge kosten. Op 21 april komen verscheidene actoren van justitie toelichting geven en deelnemen aan een publiek debat.
Het panel bestaat onder andere uit Geneviève Boliau (Voorzitter van de Orde van de Vlaamse Balies), Guy Delvoie (raadsheer bij het Hof van Beroep), Eric Brewaeys (Staatsraad, Voorzitter van de Raad voor de Journalistiek, en docent VUB), Filip Voets (secretaris-generaal Raad voor de Journalistiek) en Kristine Kloeck (Hoge Raad van Justitie). Rector Benjamin Van Camp verzorgt het welkomstwoord en Fred Erdman (advocaat) leidt vervolgens het debat in goede banen. Plaats van het gebeuren is de aula “Roger Van Geen” (gebouw Q). De deuren gaan open vanaf 19u30 en de toegang is gratis. Meer informatie bij mevr. Walschap, tel. 02/629.25.41, e-mail :
[email protected].
Derde dag van de Onderwijsvernieuwing op 27 mei Het hoger onderwijs dient niet alleen gericht te zijn op kennisoverdracht maar vooral ook op inzicht en zelfstandigheid, op probleemoplossende en communicatieve vaardigheden en op een attitude van levenslang leren bij de student. De VUB werkt actief aan vernieuwde leer- en begeleidingsprojecten waarbij het accent ligt op competentiegericht leren in flexibel onderwijs. Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) is in dit onderwijsconcept een onontbeerlijk hulpmiddel. Het OnderwijsServiceCentrum biedt onderwijskundige en onderwijstechnologische ondersteuning aan deze onderwijsvernieuwing. Op de jaarlijkse Dag van de Onderwijsvernieuwing, een gezamenlijke organisatie van de VUB en de Erasmushogeschool, worden innovatieve ontwikkelingen voor het voetlicht gebracht. Dit jaar zal er speciale aandacht zijn voor studietrajectbegeleiding, didactiek & evaluatie en e-learning. Zo zal ondermeer de nieuwe e-leeromgeving voor de VUB (en in de toekomst ook voor de Universitaire Associatie Brussel) worden getoond. De Dag van de Onderwijsvernieuwing in 2004 vindt plaats op 27 mei van 09u00 tot 16u30 op de campus Jette en wordt op artistieke wijze afgerond. Voor meer informatie kan u terecht op www.vub.ac.be/OSC.
Jonge mensen opleiden tot kritische, zelfstandige en ambitieuze individuen, die vrij denken en durven afwijken van platgetreden paden. Dat is één van de objectieven die de VUB zichzelf stelt. Akademos geeft in elk nummer een oudstudent het woord die ook na zijn/haar studies blijk geeft van deze VUB-kwaliteiten.
“Het proces Dutroux is erg zwaar”
© VRT - Phile Deprez
Caroline Van den Berghe
Profiel Opleiding: Licentiaat Communicatiewetenschappen aan de VUB, afgestudeerd in 1992 Carrière: journalist bij achtereenvolgens Radio 2 West-Vlaanderen, Belga, WTV en sinds 1999 verslaggever voor het VRT-journaal.
Ondanks haar lange Dutroux-marathon vond VRTjournaliste Caroline Van Den Berghe even de tijd om Akademos te woord te staan. In 1992 studeerde Caroline af als licentiaat communicatiewetenschappen aan de VUB. “Mijn studentenperiode aan de VUB was fantastisch. Ik koester veel fijne herinneringen. De vrienden, de vakken, het uitgaan… zelfs het studeren! Ik zou het zo weer overdoen.” “In mijn laatste jaar aan de VUB wist ik dat ik journaliste wilde worden. Ik werkte tijdens mijn studies als vrijwilligster bij een lokale radio aan de kust en voelde het kriebelen… dit was iets voor mij.” Na haar studies ging Caroline aan de slag op de redactie van Radio 2 West-Vlaanderen en werkte ze ook als correspondente voor ondermeer het persagentschap Belga. “Ik heb zelfs even op de sportredactie van Het Volk gewerkt.” Vanaf 1994 volgt dan het televisiewerk. “Van ’94 tot ’99 was ik verslaggeefster bij WTV, de regionale zender in het zuiden van WestVlaanderen. Daar heb ik heel wat televisieervaring opgedaan. Na vijf jaar regionale televisie zette ik de stap naar de VRT. Ik solliciteerde er spontaan en werd opgeroepen voor een
wervingsexamen. Een echt uitgestippeld parcours was het dus niet. Werken voor de televisieredactie van de VRT is wel altijd mijn droom geweest.” Vele VUB-afgestudeerden vinden hun weg naar de openbare omroep. De VRT is niet alleen een naaste buur van onze universiteit, er gebeurt ook veel communicatiegericht onderzoek in samenwerking met de openbare omroep. Bovendien was onze oud-rector Els Witte een tijdlang voorzitter van de Raad van Bestuur van de VRT. “Op de VRT had ik soms contact met Robin Janssens, ook een oud-VUB-er, die intussen naar VTM verhuisd is. Ook klasgenoot Stefan Ackermans heeft hier als presentator van de Afrekening op Studio Brussel veel ervaring opgedaan en heeft nu zijn eigen muziekstation, 4FM, samen met enkele andere VUB-ers opgericht. Maar ook in de administratie vertoeven vele VUB-afgestudeerden. Met de projectadviseur van Aimée Van Hecke, Elke Van Soom, bijvoorbeeld sla ik in de gang wel eens een korte babbel. En ik heb natuurlijk ook veel contact met Mark Morren, eveneens een oud-VUB-er, die voor Radio 1 verslag uitbrengt over het proces Dutroux.” Tel daarbij het feit dat onlangs in een in Job@ verschenen top vijftien van meest aantrekkelijke werkgevers de openbare omroep de vierde stek bezet en je denkt al gauw aan een droomjob in een droombedrijf. Hoewel: “Nieuws maken en vooral zoeken, neemt nogal wat tijd in beslag. Je weet vooraf nooit wat de dag zal brengen. Met als gevolg dat mijn sociaal leven er soms wat bij inschiet. Bioscoopafspraken of etentjes kan ik niet altijd nakomen. Dat ontgoochelt mensen wel eens. Maar ik probeer dat op andere momenten weer goed te maken”, aldus Caroline. “Ik, een publiek figuur? Dat valt wel mee. Als mensen mij al op straat zouden herkennen dan komen ze geen handtekeningen of zo vragen hoor (lacht). Blijkbaar is er nog altijd een zekere afstand tussen een journalist en de kijkers. Als presentator van een amusementsprogramma is dat wellicht anders. Ik kan nog altijd rustig op café gaan.” Het proces Dutroux laat haar niet onverschillig. “Het proces is erg zwaar. Als journalist volg je alles vanop de eerste rij. En hoewel ik het dossier natuurlijk al kende, raken de gedetailleerde verhalen van de advocaten mij diep. Delen uit de brieven van Sabine Dardenne bijvoorbeeld. Of toen onderzoeksrechter Langlois vertelde dat An en Eefje levend werden begraven… Dan moet
je toch echt wel even slikken. En de koelheid van Marc Dutroux is schokkend. Maar voor een goede verslaggeving moet je afstand kunnen nemen. Je mag betrokken zijn, maar niet partijdig.”
VUB vergelijkt VRT en VTM-journaals De afgelopen vijf jaar voerde het Centrum voor Mediasociologie (vakgroep Communicatiewetenschappen) drie onderzoeken uit in opdracht van de VRT waarin het VRT-journaal en het VTM-nieuws vergeleken werden op vormelijk en inhoudelijk vlak. De studies van 1998 en 2000 kwamen er in de aanloop naar de grote restyling-operatie van het journaal. In het laatste onderzoek van 2003 werd nagegaan welke gevolgen deze restyling heeft gehad voor de inhoud én vormgeving van het VRTjournaal. In de drie onderzoeken wordt sterk ingezoomd op politieke verslaggeving, buitenlands nieuws, gerechtelijke verslaggeving en human interestnieuws. Niettegenstaande het VRT-journaal en het VTM-nieuws door een groot deel van het publiek als verschillend gepercipieerd worden, vertonen zij nogal wat overeenkomsten. Zo besteden, vanuit kwantitatief oogpunt beschouwd, beide zenders nagenoeg evenveel aandacht aan politieke gebeurtenissen en buitenlands nieuws. Alleen het gerechtelijke nieuws is in het VTM-nieuws iets nadrukkelijker aanwezig. Op de VRT-redactie lijkt het een ongeschreven regel te zijn dat criminaliteit enkel in het nieuws kan komen wanneer het de inzet vormt van een breed maatschappelijk debat ofwel een brede impact heeft gehad op de publieke opinie en de politieke wereld. In het VTM-journaal is er ook aandacht voor eenmalige, losstaande misdrijven die nieuwswaarde hebben door hun uitzonderlijke, buitengewone en opzienbarende karakter. Het is echter vooral uit de kwalitatieve analyse van de narratieve en thematische structuur van de nieuwsuitzendingen dat enkele opvallende accentverschillen naar voor komen. Zo speelt bijvoorbeeld in het VTM-nieuws de gewone man of de gewone bevolking duidelijk een belangrijke rol, hetzij als held, hetzij als slachtoffer. Meer informatie: Dr. Joke Bauwens,
[email protected] en Dr. Kristel Vandenbrande,
[email protected]
11
VUB-personalia Prijzen, benoemingen of uitzonderlijke prestaties van VUB-ers . Onze felicitaties! • VUB-Professor Philippe Colle, hoogleraar verzekeringsrecht aan de VUB, wordt expert-raadgever op het kabinet van Fientje Moerman, minister van Economie. • Daan Sorgeloos won de Vierde Schelstraete & Desmedt HR-Award met zijn eindwerk “Implementatie van een organisatieverandering: aanzet tot de ontwikkeling van een procesevaluerende vragenlijst voor de change agent”. De VUB levert daarmee haar tweede laureaat van deze prijs op vier jaar tijd af. • Els Deslé, jarenlang actief in het Centrum voor Interdisciplinaire Studie van Brussel van de VUB, is de nieuwe directeur van het Huis van het Nederlands in Brussel. • Professor Michel Flamée wordt ondervoorzitter van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA) naast Jean-Paul Servais. • Op 12 december 2003 werd aan Prof. Dirk Tourwé van het VUBdepartement Scheikunde op voorstel van de faculteit Wetenschappen aan de Universiteit van Szeged (Hongarije) een eredoctoraat uitgereikt. • Prof. Gert Desmet (VUB-vakgroepen DBIT & CHIS van de faculteiten WE en TW) heeft de HTC-award gewonnen voor de meest excellente en innovatieve bijdrage op het 8th International Symposium on Hyphenated Techniques in Chromatography and Hyphenated Chromaotgraphic Anayzers (HTC-8) gehouden te Brugge van 4 tot 6 februari 2004 en georganiseerd onder de auspiciën van de Koninklijke Vlaamse Chemie Vereniging. • De VUB-Leerstoel 2003-2004 ging naar Prof. Dr. Koen Lenaerts, Rechter bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en Buitengewoon Hoogleraar aan de KUL. • De IEEE Instrumentation and Measurement Society reikte de Andrew R. Chi Best Paper Award uit aan Johan Schoukens van de vakgroep Elektriciteit van de faculteit Toegepaste Wetenschappen voor de paper ‘Identification of Volterra Kernels Using Interpolation’. • Dr. K. Pien van de dienst Anatomo-Pathologie van het AZ-VUB is laureate van de promotie 2004 van de Belgische Stichting Roeping. • Op 12 februari 2004 werd Prof. Dr. Johan Swinnen, docent aan de VUBvakgroepen Kunstwetenschappen & Archeologie en Communicatiewetenschappen, voor een termijn van 4 jaar verkozen als voorzitter van de Belgische Vereniging van Kunstcritici (ABCA/BVKC). Dit is de Belgsiche afdeling van de Association Internationale des Critiques d’Art (AICA) met zetel te Parijs. • Eef Vanderhelst, laatstejaarsstudente Arts aan de VUB, heeft de "Glaxo Smith Kline Clinical Investigation Award 2004" gewonnen. Dit is de meest prestigieuze wetenschappelijke pneumologische prijs voor jonge Belgische vorsers, uitgereikt door de Belgische Vereniging voor Pneumologie. Petra Dewulf, eveneens laatstejaarsstudente Arts, behaalde de derde plaats op een totaal van tien deelnemers van alle Belgische universiteiten.
Colofon Redactie: Sandra Van Maurik, Jeroen De Samblancx, Veerle Magits, Thomas Mels Eindredactie: Thomas Mels Grafiek en vormgeving: Livo Sales Verleenden verder hun medewerking: Carl-Filip Van der Steichel Cartoons: Norbert Van Yperzeele Foto’s: Christophe Empsen, Thomas Mels Redactiesecretariaat: Myriam De Pelseneer Dienst Interne en Externe Communicatie / Pleinlaan – B –1050 Brussel Tel.: (32) (2) 629 21 34 / Fax: (32) (2) 629 12 10 E-mail:
[email protected] / Web: http://www.vub.ac.be Verantwoordelijke Uitgever: Prof. Dr. Benjamin Van Camp, Rector VUB Pleinlaan 2 / B – 1050 Brussel
12